Roland JUNO-DI User Manual [nl]

Gebruikershandleiding
Conventies in deze handleiding
Bedieningsknoppen staan tussen vierkante haken [ ].
Referentiepagina’s worden met [p. **] aangeduid.
De volgende symbolen worden gebruikt.
Dit duidt op een belangrijke opmerking. Zorg ervoor, dat u deze leest.
Dit duidt op een memo met betrekking tot de instelling of functie. Lees deze indien gewenst.
Dit duidt op een nuttige hint voor bediening. Lees deze indien nodig.
Dit duidt op informatie voor uw eigen referentie. Lees deze indien nodig.
Dit duidt op een toelichting op een term. Lees deze indien nodig.
* De uitleg in deze handleiding bevat afbeeldingen die weergeven wat het scherm normaliter zou moeten
weergeven. Houd er echter rekening mee dat het apparaat wellicht met een nieuwere, uitgebreide versie van het
systeem kan zijn uitgerust (bijv. nieuwere geluiden bevat), zodat wat u daadwerkelijk in het scherm ziet wellicht niet
altijd met de afbeelding in de handleiding overeenstemt.
201a
Voordat u dit apparaat in gebruik neemt, raden wij u aan de volgende onderdelen zorgvuldig door te lezen: ‘HET APPARAAT OP EEN
VEILIGE MANIER GEBRUIKEN’ en ‘BELANGRIJKE OPMERKINGEN’ (p.3; p.6). In deze onderdelen vindt u belangrijke informatie over het juiste
gebruik van het apparaat. Daarnaast dient deze gebruikershandleiding in zijn geheel gelezen te worden, zodat u een goed beeld krijgt van
alle mogelijkheden, die het nieuwe apparaat te bieden heeft. Bewaar deze handleiding om er later aan te kunnen refereren.
Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze publicatie mag zonder schriftelijke toestemming van ROLAND CORPORATION op enigerlei wijze
Copyright © 2009 ROLAND CORPORATION
worden gereproduceerd.

HET APPARAAT OP EEN VEILIGE MANIER GEBRUIKEN

HET APPARAAT OP EEN VEILIGE MANIER GEBRUIKEN
HET APPARAAT OP EEN VEILIGE MANIER GEBRUIKEN
INSTRUCTIES OM BRAND, ELEKTRISCHE SCHOK OF LICHAMELIJK LETSEL TE VOORKOMEN
Over
WAARSCHUWING en
Wordt gebruikt bij instructies, waarbij
WAARSCHUWING
de gebruiker attent gemaakt wordt op het risico van overlijden of zwaar letsel, wanneer het apparaat niet op juiste wijze gebruikt wordt.
Wordt gebruikt bij instructies, waarbij de gebruiker attent gemaakt wordt op het risico van letsel of materiële schade, wanneer het apparaat niet op juiste
VOORZICHTIG
wijze gebruikt wordt.
* Materiële schade verwijst naar schade
WAARSCHUWING WAARSCHUWING
002c
Maak het apparaat niet open, en voer op geen enkele wijze interne modificaties uit. Dit geldt tevens voor de adapter.
..................................................................................................................................
003
Tracht het apparaat niet te repareren, of onderdelen in het apparaat te vervangen (behalve wanneer daartoe specifieke instructies in de handleiding staan.) Ga voor alle onderhoud naar uw handelaar, het dichtstbijzijnde Roland Service Centrum of een erkende Roland leverancier, zoals op de ‘Informatie’ pagina vermeld.
..................................................................................................................................
004
Plaats het apparaat nooit op de volgende locaties.
• Plaatsen die aan extreme temperaturen onder­hevig zijn (bijvoorbeeld in direct zonlicht, in een afgesloten voertuig, dichtbij een warmtekanaal of bovenop warmte genererende apparatuur of die
• vochtig zijn (bijvoorbeeld badkamers, wasruimtes of natte vloeren hebben) of die
• aan stoom of rook zijn blootgesteld of die
• aan zout zijn blootgesteld of die
• nat zijn of die
• aan regen worden blootgesteld of die
• stoffig of zanderig zijn of die
• aan een hoge mate van vibratie onderhevig zijn.
..................................................................................................................................
005
Dit apparaat dient alleen met een door Roland aanbevolen statief of standaard te worden gebruikt.
VOORZICHTIG opmerkingen
of andere ongunstige effecten, die ten aanzien van het huis en al het aanwezige meubilair, en tevens aan huisdieren kunnen optreden.
NEEM ALTIJD HET VOLGENDE IN ACHT
Over de symbolen
Het symbool wijst de gebruiker op belangrijke instructies of waarschuwingen. De specifieke betekenis van het symbool wordt bepaald door het teken, dat zich binnen de driehoek bevindt. Het symbool, dat zich in dit geval aan de linkerkant bevindt, betekent dat dit teken voor algemene voorzorgsmaatregelen, waarschuwingen, of aanduidingen van gevaar wordt gebruikt.
Het symbool wijst de gebruiker op onderdelen, die nooit verplaatst mogen worden (verboden). De specifieke handeling, die niet uitgevoerd mag worden, wordt aangegeven door het symbool, dat zich binnen de cirkel bevindt. Het symbool, dat zich in dit geval aan de linkerkant bevindt, betekent dat het apparaat nooit uit elkaar gehaald mag worden.
Het wijst de gebruiker op onderdelen, die verwijderd moeten worden. De specifieke handeling, die uitgevoerd moet worden, wordt door het symbool binnen de cirkel aangegeven. Het symbool, dat zich in dit geval aan de linkerkant bevindt, geeft aan dat het netsnoer uit de daarvoor bestemde aansluiting getrokken moet worden.
008c
Als u dit apparaat in combinatie met een door Roland aanbevolen standaard gebruikt, dient de standaard zorgvuldig te worden geplaatst, zodat deze waterpas is en zeker stabiel blijft staan. Als u geen standaard gebruikt, dient u er toch voor te zorgen dat de gekozen locatie waarop u het apparaat gebruikt, een waterpas oppervlak biedt, zodat het apparaat de juiste ondersteuning krijgt en niet gaat wiebelen.
..................................................................................................................................
008c
Gebruik alleen de bij het apparaat meegeleverde
• adapter. Zorg er tevens voor dat het lijnvoltage op de installatie met het op de adapter vermelde invoervoltage overeenstemt. Andere adapters gebruiken wellicht een andere polariteit of zijn voor een ander voltage ontworpen, zodat het gebruik daarvan tot schade, storing of elektrische schokken kan leiden.
..................................................................................................................................
008e
Gebruik alleen het aan dit apparaat bevestigde netsnoer. U mag het meegeleverde netsnoer ook niet voor andere apparaten gebruiken.
..................................................................................................................................
009
Buig of draai het netsnoer niet overmatig, en plaats er geen zware objecten bovenop. Hierdoor kan het snoer beschadigen, waardoor afgebroken elementen en kortsluiting geproduceerd kan worden. Beschadigde snoeren betekenen een risico op brand en schokken!
..................................................................................................................................
..................................................................................................................................
3
HET APPARAAT OP EEN VEILIGE MANIER GEBRUIKEN
012b
WAARSCHUWING WAARSCHUWING
Dit apparaat, op zichzelf staand of in combinatie met
• een versterker en koptelefoon of luidsprekers, kan geluidsniveaus produceren die in staat zijn permanent gehoorsverlies te veroorzaken. Werk nooit lange tijd achter elkaar op een hoog of oncomfortabel volumeniveau. Wanneer u een bepaalde mate van gehoorsverlies of een piep in de oren bemerkt, moet u het apparaat direct uitzetten en een oorarts consulteren.
..................................................................................................................................
011
Zorg, dat er geen objecten (bijvoorbeeld brandbaar
• materiaal, munten of spelden) of vloeistoffen (water, frisdrank, enz.) in het apparaat terechtkomen.
..................................................................................................................................
Zet direct de stroom uit, haal het netsnoer uit het
• stopcontact en breng het apparaat voor onderhoud naar uw handelaar, het dichtstbijzijnde Roland service centrum of een erkende Roland leverancier, zoals op de ‘Informatie’ pagina vermeld, indien:
• De adapter, het netsnoer of de stekker is
beschadigd, of
• Er rook of een ongewone geur optreedt
• Er objecten of vloeistof in het apparaat terecht zijn
gekomen
• Het apparaat aan regen is blootgesteld (of op
andere wijze nat is geworden); of
• Het apparaat niet normaal lijkt te functioneren of
een verandering in zijn prestaties vertoont.
..................................................................................................................................
013
In huishoudens met kleine kinderen moet een
• volwassene toezicht houden, totdat het kind in staat is de regels die essentieel zijn voor een veilige bediening van het apparaat op te volgen.
..................................................................................................................................
014
Bescherm het apparaat tegen hevige schokken (laat het niet vallen)
..................................................................................................................................
015
Steek het netsnoer van dit apparaat niet in een stopcontact, waar een buitensporig aantal andere apparaten gebruik van maakt. Wees in het bijzonder voorzichtig bij het gebruik van verlengsnoeren – de totale hoeveelheid stroom die door alle aangesloten apparaten wordt gebruikt, mag nooit de stroom classificatie (watts/ampères) van het verlengsnoer overschrijden. Door overmatige ladingen kan de isolatie van het snoer verhit raken, en uiteindelijk smelten.
..................................................................................................................................
016
Als u dit apparaat in het buitenland wilt gebruiken, dient u eerst contact op te nemen met uw handelaar, het dichtstbijzijnde Roland service centrum of een erkende Roland leverancier, zoals op de ‘Informatie’ pagina vermeld.
..................................................................................................................................
012b
Batterijen mogen nooit worden heropgeladen, verhit,
• uit elkaar gehaald of in vuur of water gegooid.
..................................................................................................................................
023
SPEEL GEEN CD-ROM disk op een conventionele CD
• speler af. Het geluidsniveau, dat geproduceerd wordt, kan permanent gehoorsverlies veroorzaken. Dit kan resulteren in schade aan luidsprekers of andere systeemcomponenten.
..................................................................................................................................
027
Stel oplaadbare batterijen nooit aan overmatige
• hitte, als zonneschijn, vuur en dergelijke bloot.
..................................................................................................................................
VOORZICHTIG
101b
De plaatsing van het apparaat en de adapter dient zodanig te zijn dat de juiste ventilatie van beide niet wordt gehinderd.
..................................................................................................................................
101c
Dit apparaat (JUNO-Di) mag alleen met een Roland
• standaard KS-8/12 worden gebruikt. Gebruik in combinatie met andere standaarden kan instabiliteit en mogelijke verwondingen veroorzaken.
..................................................................................................................................
101f
Zorg ervoor, dat u de waarschuwingen in de met dit
• product meegeleverde instructies goed leest en opvolgt. Houd er rekening mee dat, afhankelijk van de manier waarop klavierperformances worden uitgevoerd, u situaties kunt tegenkomen, waarin het klavier van de standaard afvalt of overhelt. Dit kan zelfs gebeuren als u de instructies en adviezen uit de producthandleiding allemaal heeft opgevolgd. Derhalve dient u voor gebruik van de standaard te allen tijde een veiligheidscontrole uit te voeren.
..................................................................................................................................
102c
Wanneer de stekker van de adapter in het
• stopcontact, of in dit apparaat wordt gestoken, of eruit wordt gehaald, houdt u deze altijd bij de stekker vast, niet bij de kabel.
..................................................................................................................................
103b
Haal de stekker van de adapter regelmatig uit het
• stopcontact, en gebruik een droge doek om stof en andere opeenhopingen van de pinnen te verwijderen. Haal de stekker ook uit het stopcontact, wanneer u het apparaat langere tijd niet zult gebruiken. Ophoping van stof tussen de stekker en het stopcontact kan tot verminderde isolatie leiden en brand veroorzaken.
..................................................................................................................................
4
HET APPARAAT OP EEN VEILIGE MANIER GEBRUIKEN
109b
VOORZICHTIG VOORZICHTIG
Zorg ervoor, dat de snoeren en kabels niet in de
• knoop raken. Zorg er tevens voor, dat u alle snoeren en kabels zo plaatst dat ze buiten het bereik van kinderen blijven.
..................................................................................................................................
106
Ga niet op het apparaat staan en plaats er geen zware
• voorwerpen op.
..................................................................................................................................
107c
Wanneer het netsnoer in het apparaat of het
• stopcontact wordt gestoken en u de kabel vasthoudt, mogen uw handen nooit nat zijn.
..................................................................................................................................
108b
Voordat u het apparaat gaat verplaatsen, dient u de
• adapter en alle snoeren van externe apparatuur los te koppelen.
..................................................................................................................................
Voordat u het apparaat schoonmaakt, zet u het uit en
• haalt u de stekker van de adapter uit het stopcontact (p. 17).
109b
Gebruikte batterijen dienen in navolging van de in
• uw omgeving geldende regels worden weggegooid, zodat ze op een veilige manier kunnen worden afgebroken
..................................................................................................................................
118c
Bewaar eventueel te verwijderen schroeven en de
• meegeleverde zeshoeksleutel op een veilige plaats, buiten het bereik van kinderen, zodat zij deze niet per ongeluk kunnen inslikken.
..................................................................................................................................
..................................................................................................................................
110b
Als er in uw omgeving onweer (blikseminslag) wordt
• verwacht, haalt u de adapter uit het stopcontact.
..................................................................................................................................
110b
Als batterijen op onjuiste wijze worden gebruikt,
• kunnen ze exploderen of gaan lekken en schade of verwondingen veroorzaken. Lees, omwille van de veiligheid, de volgende voorzorgsmaatregelen en neem ze in acht. (Pagina 22, 29).
• Volg de instructies met betrekking tot het
plaatsen van de batterijen nauwkeurig, en zorg ervoor, dat u batterijen met de juiste polariteit gebruikt.
• Voorkom het gebruik van nieuwe batterijen in
combinatie met gebruikte. Voorkom tevens het gelijktijdige gebruik van verschillende typen batterijen.
• Verwijder de batterijen zodra u het apparaat voor
een langere periode niet zult gebruiken.
• Als een batterij heeft gelekt, gebruikt u een zacht
stuk stof of een papieren doekje om alle uitschei­dingsresten uit het batterijcompartiment te vegen. Plaats vervolgens nieuwe batterijen. Zorg er, om irritatie van de huid te voorkomen, voor dat er geen batterijvloeistoffen op uw handen of huid terecht komen. Ga zo voorzichtig mogelijk te werk, zodat er geen batterijvloeistoffen in de buurt van uw ogen komen. Als er toch chemische vloeistoffen in uw ogen terecht zijn gekomen, wast u het aangetaste gebied met stromend water uit.
• Bewaar batterijen nooit in de buurt van metalen objecten, zoals
ballpoint pennen, kettingen, haarspelden etc.
..................................................................................................................................
5

BELANGRIJKE OPMERKINGEN

Stroomvoorziening: gebruik van batterijen
Gebruik dit apparaat niet op hetzelfde stroomcircuit, waar apparaten die door een omzetter worden geregeld (zoals een koelkast, wasmachine, magnetron of air conditioner) ook gebruik van maken. Afhankelijk van de manier waarop de elektrische toepassing wordt gebruikt, kan ruis van de stroomvoorziening ervoor zorgen dat dit apparaat gaat storen of een hoorbare ruis gaat produceren. Als het praktisch onmogelijk is om een afzonderlijk stopcontact te gebruiken, kunt u tussen dit apparaat en het stopcontact een stroomvoorzieningsruisfilter aansluiten.
De adapter zal na vele uren opeenvolgend gebruik warmte gaan genereren. Dit is normaal en niets om u zorgen over te maken.
Aangezien het stroomverbruik van het apparaat vrij groot is, raden we u aan om een adapter te gebruiken. Mocht u de voorkeur geven aan batterijen, dan raden we u aan om oplaadbare batterijen te gebruiken.
Schakel bij het installeren of vervangen van batterijen altijd de stroomtoevoer naar dit apparaat uit, en koppel eventuele andere aangesloten apparatuur los. Zodoende voorkomt u storing en/of schade aan luidsprekers of overige apparatuur.
Voordat dit apparaat op andere apparaten wordt aangesloten, zet u de stroom van alle apparaten uit. Dit zal storingen en/of schade aan luidsprekers of andere apparaten helpen voorkomen.
Als u batterijen gebruikt, dient u de adapter van dit apparaat los te koppelen.
Als er batterijen zijn geplaatst en het apparaat aan staat, wordt de stroomtoevoer uitgeschakeld zodra u het netsnoer uit het stopcontact haalt of de DC stekker uit het achterpaneel van het apparaat haalt. U dient het apparaat uit te zetten, alvorens u het netsnoer of de adapter aansluit of loskoppelt.
Plaatsing
351
Het gebruik van dit apparaat in de nabijheid van versterkers (of andere apparatuur, die grote stroom transformatoren bevatten) kan tot een brom leiden. Om dit probleem te verhelpen, verandert u de richting van dit apparaat of zet u het verder van de storingsbron af.
Dit apparaat kan de ontvangst van radio of televisie verstoren. Gebruik dit apparaat niet in de nabijheid van dit soort ontvangers.
Er kan ruis worden geproduceerd, wanneer draadloze communicatie apparaten, zoals mobiele telefoons, in de buurt van dit apparaat worden gebruikt. Dit soort ruis kan optreden tijdens bellen of gebeld worden of tijdens het converseren. Als u dit soort problemen ondervindt, moet u de draadloze apparaten op meer afstand van dit apparaat plaatsen of deze uitzetten.
Stel dit apparaat niet aan direct zonlicht bloot, plaats het niet bij apparaten, die warmte verspreiden, laat het niet in een afgesloten voertuig achter, en stel het niet aan extreme temperaturen bloot. Door overmatige hitte kan het apparaat misvormen of verkleuren.
Wanneer het apparaat naar een andere locatie wordt verplaatst, waar de temperatuur en/of vochtigheid verschilt van de vorige locatie, kunnen binnen het apparaat waterdruppels (condensatie) gevormd worden. Als u het apparaat in deze staat gebruikt, kunnen schade of storingen ontstaan. Voordat u het apparaat op de nieuwe locatie gaat gebruiken, laat u het enige uren acclimatiseren, totdat de condensatie volledig is verdampt.
Afhankelijk van het materiaal en de temperatuur van het oppervlak waarop u dit apparaat plaatst, kunnen de rubberen voeten verkleuren of het oppervlak beschadigen.
Om dit te voorkomen kunt u een stuk vilt of doek onder de rubberen voeten plaatsen. Als u dit doet, dient u ervoor te zorgen, dat het apparaat niet per ongeluk kan verglijden of verplaatsen.
Onderhoud
Voor het dagelijks schoonmaken van het apparaat gebruikt u een droge, zachte doek of één die enigszins vochtig is. Voor het verwijderen van hardnekkig vuil, gebruikt u een doek met een mild, niet schurend schoonmaakmiddel. Daarna veegt u het apparaat met een zachte, droge doek goed af.
Gebruik nooit wasbenzine, verdunners, alcohol of oplosmiddelen om de mogelijkheid van verkleuring en/of misvorming te voorkomen.
Reparatie en data
Wees er op bedacht, dat de inhoud van het geheugen verloren kan gaan als u het apparaat laat repareren. Belangrijke gegevens moet u altijd op papier opschrijven. Tijdens reparaties wordt getracht het verlies van data te vermijden. Echter, in bepaalde gevallen (wanneer het schakelsysteem van het geheugen zelf niet meer werkt) kan data helaas niet meer hersteld worden. Roland is niet verantwoordelijk voor dit soort dataverlies.
Aanvullende voorzorgsmaatregelen
Wees er op bedacht, dat opgeslagen instellingen door storingen of onjuist gebruik van het apparaat onherstelbaar verloren kan gaan. Om uzelf tegen het risico van verlies van belangrijke gegevens te beschermen, raden wij u aan regelmatig op een USB-geheugen een backup van belangrijke gegevens uit het geheugen te maken.
De inhoud van data, die in het geheugen of op een USB-geheugen waren opgeslagen, kan helaas niet meer worden hersteld, wanneer deze verloren is gegaan. Roland Corporation is niet aansprakelijk voor dit soort dataverlies.
Behandel de knoppen, schuiven of andere regelaars van dit apparaat met gepaste voorzichtigheid. Dit geldt ook voor het gebruik van de stekkers en aansluitingen. Ruwe behandeling kan tot storingen leiden.
Sla nooit op het beeldscherm, en oefen er geen hoge druk op uit.
Tijdens het aansluiten en/of loskoppelen van alle kabels, houdt u deze bij de aansluiting zelf vast – trek nooit aan de kabel. Op deze manier vermijdt u kortsluiting of schade aan de interne elementen van de kabel.
Om te vermijden, dat u uw buren stoort, probeert u het volume van dit apparaat op een redelijk niveau te houden. U kunt ervoor kiezen om een koptelefoon te gebruiken, zodat u zich om de personen in uw naaste omgeving geen zorgen hoeft te maken (vooral ’s avonds laat en ‘s nachts).
Wanneer u het apparaat moet vervoeren, verpakt u het in de originele doos (inclusief schokabsorberend materiaal). Anders zult u soortgelijk verpakkingsmateriaal moeten gebruiken.
Gebruik alleen het aangegeven expressiepedaal (EV-5; los verkrijgbaar). Als u een ander type expressiepedaal aansluit, riskeert u storing en/of schade aan het apparaat.
Sommige aansluitingskabels bevatten weerstanden. Gebruik voor het aansluiten van dit apparaat geen kabels die weerstanden hebben. Bij gebruik van dit soort kabels, kan het geluidsniveau extreem laag of zelfs niet hoorbaar zijn. Informatie over kabelspecificaties kunt u bij de fabrikant van de kabel verkrijgen.
Het bruikbare bereik van de D Beam regelaar wordt zeer klein, als u het apparaat in direct zonlicht gebruikt. Als deze regelaar niet zo functioneert als verwacht, past u de gevoeligheid ervan aan op de hoeveelheid licht op de locatie.
De gevoeligheid van de D Beam regelaar hangt af van de hoeveelheid licht in de buurt van het apparaat. Als de regelaar niet naar verwachting functioneert, past u de gevoeligheid aan de lichtsterkte van uw locatie aan.
6
BELANGRIJKE OPMERKINGEN
Gebruik van USB-geheugens
Bij het aansluiten, steekt u het USB-geheugen er helemaal in totdat het stevig op zijn plek zit.
Raak de elektronische uiteinden van het USB-geheugen nooit aan. Zorg er tevens voor dat deze niet vies worden.
USB-geheugens zijn met behulp van precisiecomponenten gebouwd. Ga er voorzichtig mee om, waarbij u vooral op het volgende let:
• Om ervoor te zorgen dat de USB-geheugens niet door statische
elektriciteit beschadigd raken, zorgt u er voor het gebruik van de kaarten voor dat u eventuele statische elektriciteit van uw lichaam ontlaadt, alvorens u het USB-geheugen aanraakt.
• Zorg ervoor, dat u het contactgedeelte van een USB-geheugen
niet aanraakt of met metaal in aanraking laat komen.
• Buig een USB-geheugen niet, laat het niet vallen en stel het niet
aan hevige schokken bloot.
• Laat een USB-geheugen niet in direct zonlicht of op locaties als
afgesloten voertuigen liggen. (Opslagtemperatuur: -25 tot 85 graden C).
• Laat USB-geheugens niet nat worden.
• Haal USB-geheugens niet uit elkaar en voer er geen interne
modificaties op uit.
Gebruik van CD-ROMs
Raak de glanzende onderkant (het gecodeerde oppervlak) van de schijf niet aan en zorg dat er geen krassen in komen. Een beschadigde of vuile CD-ROM schijven kan wellicht niet goed worden gelezen. Houd uw schijven schoon met behulp van een in de winkel verkrijgbare CD reiniger.
204
Microsoft en Windows zijn geregistreerde handelsmerken van Microsoft Corporation
®
Windows besturingssysteem’.
Apple en Macintosh zijn geregistreerde handelsmerken van Apple Inc.
Mac OS is een handelsmerk van Apple Inc.
Alle in dit document genoemde productnamen zijn handelsmerken of geregistreerde handelsmerken van hun respectieve eigenaren.
Fraunhover IIS Corporation en THOMSON Multimedia Corporation zijn licentiehouder van de MPEG 3-laags audio compressietechnologie.
Add
MatrixQuest{TM} 2009 TEPCO UQUEST, LTD. Alle rechten voorbehouden. De JUNO-Di USB functionaliteit maakt gebruik van de MatrixQuest middelzware technologie van TEPCO UQUEST, LTD.
MMP (Moore Microprocessor Portfolio) verwijst naar een patent portfolio, dat zich met microprocessor architectuur bezighoudt en is ontwikkeld door Technology Properties Limited (TPL). Roland is licentiehouder van deze TPL Group technologie.
staat officieel bekend als: ‘Microsoft® Windows®
7

Belangrijkste functies

Professionele synthesizer, draagbaar pakket
Professionele synthesizer met meer dan 1000 instrumenten
• Meer dan duizend geluiden, met nadruk op de piano, orgel, strijk, koper en synth geluiden, die voor live performances van cruciaal belang zijn.
Gemakkelijk te gebruiken, intuïtieve User interface
• U kunt de geluidsknoppen gebruiken om direct een variatie aan geluiden te selecteren.
• Het is eenvoudig om splitsinstellingen (‘split’) te maken, bijvoorbeeld waarbij u met uw rechter hand piano en met uw linker hand bas speelt of om dubbele (‘DUAL) instellingen te maken, waarbij u geluiden zoals piano en strijkgeluiden als lagen over elkaar heen kunt spelen.
• Het scherm is dankzij zijn grote lettertype uitstekend af te lezen en ideaal voor live optredens.
Batterijbediening voor mobiel gebruik (ondersteuning Ni-MH AA formaat oplaadbare batterij)
• Het apparaat is lichtgewicht, met bovendien de mogelijkheid om op batterijen te draaien.
• U kunt de JUNO-Di met een batterijgevoede versterker gebruiken, bijvoorbeeld voor live optredens of op straat.
MP3, WAV, AIFF en SMF-weergave mogelijk via optioneel USB-geheugen - perfect voor achtergrondsporen bij live optredens
• U kunt op een USB-geheugen opgeslagen MP3, WAV, AIFF of SMF bestanden afspelen - een geweldige functie voor wanneer u tijdens live optredens achtergrondsporen wilt afspelen.
• Gebruik de meegeleverde ‘Playlist Editor’ (Win/Mac) applicatie software om Songs op eenvoudige wijze voor live optredens in de gewenste volgorde te zetten.
Microfooninvoer met speciale Reverb en Vocoder functie voor meezingen
• De microfoon Jack is ideaal voor de toetsenist die ook zingt. Dankzij de speciale reverb is het eenvoudig om precies het gewenste geluid te krijgen.
• Er is tevens een vocodereffect ingebouwd, wat u geweldige mogelijkheden voor live optredens oplevert.
PC/Mac bewerkingssoftware meegeleverd
• Door de meegeleverde ‘JUNO-Di Editor’ applicatie software te gebruiken, kunt u op dezelfde wijze gedetailleerde geluidsbewerkingen uitvoeren als op professionele synthesizers.
8

Inhoud

HET APPARAAT OP EEN VEILIGE MANIER GEBRUIKEN ................................................................................................. 3
BELANGRIJKE OPMERKINGEN ...............................................................................................................................................6
Belangrijkste functies...............................................................................................................................................................8
Inleiding................................................................................13
Paneelomschrijvingen ................................................................................ 14
Voorpaneel...................................................................................................................................................................14
Achterpaneel...............................................................................................................................................................16
Gebruiksklaar maken .................................................................................. 17
De adapter aansluiten............................................................................................................................................................17
Batterijen installeren (los verkrijgbaar)............................................................................................................................17
Batterijen verwijderen..............................................................................................................................................18
Wanneer u de batterijen moet vervangen (BATTERY indicator) ..............................................................18
De externe apparatuur aansluiten ....................................................................................................................................18
Luidsprekers of een koptelefoon aansluiten ...................................................................................................18
Pedaal aansluiten.......................................................................................................................................................19
Een microfoon aansluiten.......................................................................................................................................19
Een draagbare audio speler aansluiten .............................................................................................................19
Het apparaat aan/uitzetten .................................................................................................................................................20
Het apparaat uitzetten.............................................................................................................................................20
Het volumeniveau aanpassen ([VOLUME] draaiknop)...............................................................................................20
Het contrast van het scherm aanpassen ([LCD CONTRAST] draaiknop) .............................................................20
Het tegenlicht van het scherm in/uitschakelen ...........................................................................................................21
Het beschermplaatje voor het USB-geheugen gebruiken.......................................................................................21
De demo Songs beluisteren ................................................................................................................................................21
Applicatiegids ......................................................................23
Ballads spelen .............................................................................................. 24
Pedaal - HOLD PEDAL ........................................................................................................................................................... 24
Reverb toevoegen – [REVERB] draaiknop...................................................................................................................... 25
Een klank selecteren.............................................................................................................................................................. 25
De klank beluisteren – [PREVIEW] knop ......................................................................................................................... 25
Jazz elektrische piano spelen ..................................................................... 26
Een effect toevoegen.............................................................................................................................................................27
Rockorgel spelen ......................................................................................... 28
Rotary effect + modulatie hendel..................................................................................................................................... 29
Pitch Bend/Modulation-hendel......................................................................................................................................... 29
Pop spelen.................................................................................................... 30
Verschillende klanken over elkaar leggen – [DUAL] knop....................................................................................... 31
Spelen met meerdere klanken – [PERFORM (Performance)] knop....................................................................... 31
R&B spelen ................................................................................................... 32
Per hand een andere klank spelen – [SPLIT] knop...................................................................................................... 33
Het punt waarop het klavier is verdeeld (het splitspunt) wijzigen ...................................................................... 33
De toonhoogte in stappen van één octaaf wijzigen – OCTAVE [DOWN]/[UP] knoppen ............................. 34
Ritmepatronen afspelen – [RHYTHM PATTERN] knop .............................................................................................. 35
Van ritmische stijl wisselen (ritmepatroongroep) ...................................................................................................... 35
9
Inhoud
Bossa Nova spelen ....................................................................................... 36
Een akkoord spelen door één toets in te drukken – [CHORD MEMORY] knop ................................................ 37
Arpeggio’s spelen – [ARPEGGIO] knop........................................................................................................................... 37
Technogeluiden spelen............................................................................... 38
De klank variëren – [CUTOFF]/[RESONANCE] draaiknoppen.................................................................................. 39
De klank variëren – D Beam regelaar / [SOLO SYNTH] knop .................................................................................. 39
Drums spelen ............................................................................................... 40
Synthesizergeluiden spelen ....................................................................... 41
Een enkele klank voller maken – [SUPER LAYER] knop............................................................................................. 41
Meezingen terwijl u speelt.......................................................................... 42
De vocoder gebruiken.......................................................................................................................................................... 42
De vocoderinstellingen wijzigen ...................................................................................................................................... 43
Een microfoon gebruiken – MIC IN [VOLUME] draaiknop/[REVERB] knop........................................................ 43
De toonhoogte in stappen van een halve klank wijzigen – [TRANSPOSE] knop ............................................ 44
Transponeren........................................................................................................................................................................... 44
Live spelen.................................................................................................... 45
Veel gebruikte klanken of instellingen registreren en opvragen –
FAVORITE ON/OFF knop / [BANK] knop .........................................................................................................................46
Van Favorite Bank wisselen................................................................................................................................................. 46
Een Song afspelen – [SONG LIST] knop.......................................................................................................................... 49
Klanken selecteren op basis van hun nummer – [NUMERIC] knop...................................................................... 49
Draagbare audiospelers aansluiten en afspelen......................................................................................................... 49
Uw instellingen opslaan —[WRITE] knop .................................................. 52
Referentie .............................................................................53
Overzicht ...................................................................................................... 54
Hoe de JUNO-Di is ingedeeld..............................................................................................................................................54
Klavierinstellingen voor het bespelen van de JUNO-Di ............................................................................................54
Ritmesets.......................................................................................................................................................................55
Over de effecten.........................................................................................................................................................55
Over geheugen...........................................................................................................................................................56
Basisbediening van de JUNO-Di ........................................................................................................................................57
De functie van de [SHIFT] knop ............................................................................................................................57
Een waarde bewerken..............................................................................................................................................57
Een waarde invoeren ([NUMERIC] knop)...........................................................................................................57
Een naam toewijzen..................................................................................................................................................58
Het tempo wijzigen...................................................................................................................................................58
Hoofdvenster...............................................................................................................................................................58
Gedetailleerde klankinstellingen............................................................... 59
Klankinstellingen .....................................................................................................................................................................59
Volume, Portamento, Mono/Poly of Bend Range van een klank wijzigen (Patch Edit) ...................59
Het volume van een ritmeset bewerken (Rhythm Edit) ..............................................................................60
Het volume van individuele delen van een Split, Dual of Super Layer bewerken (Part Edit) ........60
De effecten (MFX/Chorus/Reverb) bewerken (Effect Edit).......................................................................................61
Specificeren welke klank een klankknop als eerste selecteert................................................................................62
Uw instellingen opslaan........................................................................................................................................................62
10
Gedetailleerde instellingen voor uitvoeringsfuncties ............................. 63
De D Beam regelaar gebruiken om het geluid aan te passen.................................................................................63
D Beam regelaarinstellingen .................................................................................................................................63
De draaiknoppen gebruiken om het geluid aan te passen (SOUND MODIFY).................................................65
Split-instellingen......................................................................................................................................................................66
Het splitspunt wijzigen............................................................................................................................................66
De geselecteerde klank als Lower-klank gebruiken in Split-modus .......................................................66
De twee klanken in de Split/Dual-functie omwisselen ................................................................................66
Octave Shift-instellingen ......................................................................................................................................................67
Arpeggio-instellingen............................................................................................................................................................67
Instellingen van de Chord Memory-functie...................................................................................................................69
Favoriete instellingen ............................................................................................................................................................69
Een favoriet bekijken of verwijderen..................................................................................................................69
Beelden aansturen via het klavier ([V-LINK] knop) ......................................................................................................70
Wat is V-LINK?..............................................................................................................................................................70
Aansluitingsvoorbeeld.............................................................................................................................................70
De V-LINK in/uitschakelen ......................................................................................................................................70
V-LINK instellingen....................................................................................................................................................70
Instellingen van de songspeler (Song Player)........................................... 71
Muziekbestanden afspelen (SONG PLAYER)..................................................................................................................71
SMF-/geluidsbestanden die kunnen worden afgespeeld...........................................................................71
Een Song selecteren en afspelen ([SONG LIST] knop)..................................................................................72
De afspeellocatie veranderen ...............................................................................................................................72
Het volume van de songspeler aanpassen.......................................................................................................72
Het tempo van de Song (SMF) wijzigen ............................................................................................................72
Een Playlist selecteren en afspelen......................................................................................................................73
Met een Song meespelen ([C. CANCEL/MINUS ONE] knop).......................................................................73
Ritmepatronen spelen ([RHYTHM PATTERN] knop)....................................................................................................74
Ritmepatronen spelen .............................................................................................................................................74
De stijl of ritmeset van het ritmepatroon wijzigen........................................................................................74
Het volume van het ritmepatroon aanpassen ................................................................................................74
Inhoud
Overige instellingen .................................................................................... 75
Instellingen maken die voor de hele JUNO-Di gelden (SYSTEM)...........................................................................75
Procedure voor het maken van systeeminstellingen...................................................................................75
Systeemparameters ..................................................................................................................................................75
Een back-up maken of gegevens initialiseren (UTILITY) ...........................................................................................77
Typen gegevens die kunnen worden opgeslagen........................................................................................77
Gegevens op een USB-geheugen opslaan (BACKUP)...................................................................................77
Opgeslagen gegevens van een USB-geheugen terugladen in de JUNO-Di (RESTORE) ..................77
De fabrieksinstellingen herstellen (FACTORY RESET)...................................................................................78
Een USB-geheugen initialiseren (USB MEMORY FORMAT).........................................................................78
De demosongs afspelen
(DEMO PLAY).............................................................................................................................................................................79
De versie bekijken (VERSION INFO)...................................................................................................................................79
Externe MIDI-apparaten aansluiten........................................................... 80
Over MIDI....................................................................................................................................................................................80
Over MIDI-aansluitingen .........................................................................................................................................80
MIDI-kanalen en multi-timbrale geluidsgenerators ...................................................................................................80
De JUNO-Di als master klavier gebruiken (MIDI Controller functie) .....................................................................81
Het transmissiekanaal specificeren.....................................................................................................................81
Gedetailleerde instellingen in de MIDI Controller functie..........................................................................81
De JUNO-Di als MIDI geluidsmodule gebruiken ..........................................................................................................82
De JUNO-Di vanaf een extern
MIDI-apparaat bespelen .......................................................................................................................................................82
Het ontvangstkanaal instellen ..............................................................................................................................82
11
Inhoud
Soft Through functie aan/uit .................................................................................................................................83
Uw computer gebruiken om muziek te produceren..................................................................................................83
De USB driver op een computer installeren.....................................................................................................84
De USB driver specificeren .....................................................................................................................................84
De JUNO-Di op een computer aansluiten ........................................................................................................84
JUNO-Di Editor/Librarian/Playlist Editor gebruiken....................................................................................................85
JUNO-Di Editor/Librarian/Playlist Editor op uw computer installeren...................................................85
Bijlagen.................................................................................87
Probleemoplossing ..................................................................................... 88
Foutmeldingen ............................................................................................ 92
Effectenlijst .................................................................................................. 93
Klankenlijst ................................................................................................ 105
Lijst van de ritmesets................................................................................. 116
Lijst van de performances......................................................................... 123
Ritmepatroongroepen .............................................................................. 124
Lijst van de akkoordgeheugens ............................................................... 125
MIDI Implementatiekaart.......................................................................... 127
Specificaties ............................................................................................... 128
Index ........................................................................................................... 129
12

Inleiding

13

Paneelomschrijvingen

Voorpaneel

fig.Front.eps_70
1 2 3 4 5 6
1
USB MEMORY-aansluiting
Op deze aansluiting kunt u een (los verkrijgbaar) USB-geheugen aansluiten.
* Schuif het USB-geheugen zorgvuldig helemaal naar binnen totdat het
stevig op zijn plek zit.
* Sluit het USB-geheugen pas aan nadat u de JUNO-Di heeft aangezet.
Verwijder het USB-geheugen nooit, terwijl de JUNO-Di aan staat.
2
D BEAM regelaar
Door uw hand boven de D Beam regelaar te bewegen kunt u diverse effecten op het geluid toepassen.
Gebruik de drie knoppen onder om de D Beam regelaar in/uit te schakelen.
Zodra u deze knop indrukt om hem aan te zetten, verschijnt er een instellingenvenster.
[SOLO SYNTH] knop
Met behulp van deze knop kunt u de D Beam regelaar gebruiken om de JUNO-Di als een mono synthesizer te bespelen (p. 63).
[EXPRESSION] knop
Met behulp van deze knop kunt u de D Beam regelaar gebruiken om expressieve wijzigingen in het volume te creëren (p. 63).
[ASSIGNABLE] knop
Met behulp van deze knop kunt u diverse functies aan de D Beam regelaar toewijzen (p. 63).
* Door de [SHIFT] knop ingedrukt te houden en op één van deze
knoppen te drukken, kunt u het bijbehorende bewerkingsvenster openen zonder de knop in/uit te schakelen.
3
[VOLUME] draaiknop
Past het overkoepelende volume aan, dat via de OUTPUT Jacks en PHONES Jack op het achterpaneel wordt uitgevoerd (p. 20).
4
MODE/MIC
[MENU] knop
Deze knop geeft een menu weer van waaruit u systeeminstellingen of gebruikerfuncties kunt kiezen. Deze knop wordt tevens gebruikt wanneer u geluiden of overige instellingen in detail wilt bewerken.
[MIDI CONTROLLER] knop
Selecteert de MIDI Controller functie, met behulp waarvan u een externe MIDI geluidsgenerator kunt bedienen (p. 81).
[PREVIEW] knop
Houd deze knop ingedrukt, als u het huidig geselecteerde geluid wilt beluisteren (p. 25).
MIC IN [VOLUME] draaiknop
Past het volume van de invoer van de MIC INPUT Jack aan (p. 43).
MIC IN [REVERB] knop
Deze knop past reverb toe op het geluid, dat via de MIC INPUT Jack wordt ingevoerd (p. 43).
5
KLAVIER
[SPLIT] knop
Deze knop schakelt de splitsfunctie in, zodat u met de linker en rechter hand twee verschillende geluiden kunt spelen (p. 33).
[DUAL] knop
Deze knop schakelt de Dual-functie in, zodat u twee geluiden als lagen kunt spelen (p. 31).
[SUPER LAYER] knop
Deze knop schakelt de ‘Super Layer’ functie in, zodat u één enkel geluid rijker of ruimtelijke kunt maken.
[ARPEGGIO] knop
Schakelt de arpeggio in/uit.
Zodra u deze knop indrukt om de functie in te schakelen, verschijnt er een instellingenvenster (p. 37, p. 67).
[CHORD MEMORY] knop.
Schakelt de Chord Memory-functie in/uit.
Zodra u deze knop indrukt om de functie in te schakelen, verschijnt er een instellingenvenster (p. 37, p. 69).
[V-LINK] knop
Schakelt de V-LINK in/uit.
Zodra u deze knop indrukt om de functie in te schakelen, verschijnt er een instellingenvenster (p. 70).
[TRANSPOSE]
Door de [TRANSPOSE] knop ingedrukt te houden en de [-] [+] knoppen te gebruiken, kunt u de toonsoort in stappen van een halve klank verhogen of verlagen (p. 44).
OCTAVE [DOWN] [UP] knoppen
Deze knoppen verhogen het toonbereik in stappen van een octaaf (p. 34).
14
fig.Front.eps_70
Paneelomschrijvingen
7 8
6
BATTERY Indicator
Als u de JUNO-Di met batterijen gebruikt, wordt hier de resterende hoeveelheid batterij aangegeven (p. 18).
Normaalgesproken is de indicator uit.
Deze indicator licht op, als de batterijen leeg beginnen te raken.
Als u de JUNO-Di blijft gebruiken, gaat de indicator knipperen. Laad de batterijen opnieuw op.
* Als u het apparaat blijft gebruiken terwijl de indicator knippert, geeft
het scherm de ‘Low Battery!’ melding weer en is het onmogelijk om verder te werken.
[NUMERIC] knop
Als deze knop is ingeschakeld, kunt u de [RHYTHM (0)]-[PERFORM (9)] knoppen gebruiken om cijferwaarden in te voeren (p. 57).
FAVORITE [ON/OFF] knop
Schakelt de favoriet functie in/uit (p. 46).
FAVORITE [BANK] knop
Als deze knop is ingeschakeld, kunt u de [RHYTHM (0)]-[PERFORM (9)] knoppen gebruiken om favoriete Banken te selecteren (p. 46)
Beeldvenster
Hier wordt informatie over de huidige bediending, die u uitvoert, weergegeven.
Draaischijf
Gebruik deze regelaar om waarden aan te passen. De waarde wijzigt sneller als u de draaischijf draait terwijl u de [SHIFT] knop ingedrukt houdt (p. 57).
[RHYTHM]-[PERFORM] / [0]-[9] knoppen (klankknoppen)
Gebruik deze knoppen om klanken (geluiden) te selecteren (p. 25). Om andere klanken uit dezelfde categorie te selecteren kunt u ook de draaischijf gebruiken.
Als de [NUMERIC] knop is ingeschakeld, kunt u deze knoppen gebruiken om een cijferwaarde in te voeren.
[WRITE] knop
Slaat de aangepaste instellingen in het interne geheugen op.
[ ] [ ] [ ] [ ] knoppen (cursorknoppen)
Deze knoppen verplaatsen de cursorpositie omhoog/omlaag/links/rechts (p. 57).
[SHIFT] knop
Deze knop wordt in combinatie met andere knoppen gebruikt, om de instellingenvensters van diverse functies te openen.
[EXIT] knop
Met behulp van deze knop keert u naar het vorige venster of het hoofdvenster terug. In sommige vensters wordt deze knop gebruikt om de huidige bewerking te annuleren.
[ENTER] knop
Gebruik deze knop om een instelling te voltooien of een bewerking uit te voeren.
7
SONG PLAYER
[RHYTHM PATTERN] knop
Schakelt het ritmepatroon in/uit (p. 35, p. 74).
[C. CANCEL/MINUS ONE] knop
Schakelt de Center Cancel of Minus-One functie in/uit (p. 73).
[SONG LIST] knop
Geeft de Songlijst weer, wanneer er een USB-geheugen is aangesloten (p. 72).
[ ] [ ] knoppen
Gebruik deze knoppen om Songs te selecteren of de afspeellocatie binnen een Song te wijzigen (p. 72).
Als de [RHYTHM PATTERN] functie is ingeschakeld, wisselt u met behulp van deze knoppen van ritmepatroon (p. 74).
[LEVEL] knop
Gebruik deze knop om het volume van het ritmepatroon of de Song te wijzigen (p. 72, p. 74).
[PLAY/STOP] / [DEMO] knop
Deze knop start/stopt het ritmepatroon of de Song (p. 72, p. 74).
Als er geen USB-geheugen is aangesloten en de [RHYTHM PATTERN] knop is uitgeschakeld (onverlicht), zorgt het indrukken van deze knop ervoor dat de demo weergave start/stopt (p. 21).
[TAP TEMPO] knop
Wordt gebruikt om het tempo aan te geven (p. 58).
8
SOUND MODIFY
Envelope [ATTACK] [RELEASE] draaiknoppen
Gebruik deze draaiknoppen om het geluid in Realtime aan te passen (p.
65).
[CUTOFF] [RESONANCE] draaiknoppen
Gebruik deze draaiknoppen om het geluid in Realtime aan te passen (p.
66).
15
Paneelomschrijvingen
[REVERB] draaiknop
Hiermee bepaalt u de hoeveelheid reverb, die op het overkoepelende geluid wordt toegepast.

Achterpaneel

_70
fig.Rear.eps
1 2 3 4 5 6 7
1
[LCD CONTRAST] draaiknop
Met behulp van deze knop kunt u het contrast van het scherm aanpassen (p. 20).
2
MIDI-aansluitingen (OUT, IN)
Deze aansluitingen kunnen op andere MIDI-apparaten worden aangesloten, om zo MIDI-boodschappen te ontvangen en versturen (p.
80).
9
Pitch Bend/Modulation hendel
Hiermee kunt u de toonverbuiging regelen of vibrato toepassen (p. 29).
8
9 10 11 12
op een computer aan te sluiten.
9
Kabelhaak
Gebruik deze om de kabel van de adapter te zekeren (p. 17).
10
DC IN Jack
Sluit hier de adapter aan (p. 17).
U dient alleen de meegeleverde adapter te gebruiken.
9
3
HOLD PEDAL Jack
Hier kunt u een pedaalschakelaar (zoals één uit de DP-SERIE; los verkrijgbaar) op aansluiten en als Hold pedaal gebruiken (p. 19).
Aangezien deze Jack kan worden ingeschakeld om half-pedaal bediening te ondersteunen, kunt u hier een demperpedaal (DP-10; los verkrijgbaar) op aansluiten en dit pedaal gebruiken om subtiele pedaalnuances toe te passen, terwijl u pianogeluiden speelt.
4
MIC INPUT Jack
Hier kunt u een microfoon (-50 dBu) aansluiten (p. 19).
Deze Jack ondersteunt dynamische microfoons. Het is een ongebalanceerde Jack.
5
EXT INPUT Jack
Hier kunt u een draagbare audio speler of gelijksoortig apparaat aansluiten (p. 19).
* Als er aansluitingskabels met weerstanden worden gebruikt, kan het
volumeniveau van op de ingangen (EXT INPUT) aangesloten apparaten laag zijn. Als dit het geval is, gebruikt u aansluitingskabels die geen weerstanden bevatten.
6
OUTPUT Jacks (R, L/MONO)
Deze voeren het geluidsignaal in stereo uit naar een versterker of mixer. Als u een mono signaal uitvoert, gebruikt u alleen de L/MONO Jack (p.
18).
11
[POWER] schakelaar
Hiermee zet u het apparaat aan/uit (p. 20).
12
Aardingsaansluiting
Afhankelijk van de omstandigheden van een bepaalde installatie, kunt u bij het aanraken van het apparaat, een aangesloten microfoon of de metalen onderdelen van overige voorwerpen, zoals gitaren, een licht onprettig gevoel of ruwheid ervaren. Dit wordt veroorzaakt door een zeer kleine elektrische lading, die absoluut geen gevaar vormt voor het menselijk lichaam. Als u zich hierover echter zorgen maakt, kunt u ervoor kiezen om de poolklem (zie afbeelding) met een externe ondergrond te verbinden. Als het apparaat is geaard, kan er, afhankelijk van de details van uw installatie, een lichte brom optreden. Als u niet precies weet hoe u het apparaat moet aansluiten, raden we u aan om contact op te nemen met het dichtstbijzijnde Roland Service Center of een erkende Roland leverancier, zoals op de ‘Informatie’ pagina vermeld.
Ongeschikte plaatsen voor aansluiting
• Waterleidingen (kunnen schokken of electrocutie veroorzaken)
• Gasleidingen (kunnen brand of explosies veroorzaken)
• Geaarde telefoonkabel of bliksemafleider (kunnen in geval van bliksem gevaarlijk zijn)
7
PHONES Jack
Hier kunt u een koptelefoon (los verkrijgbaar) op aansluiten (p. 18).
8
USB COMPUTER-aansluiting
Gebruik deze aansluiting om de JUNO-Di door middel van een USB-kabel
16

Gebruiksklaar maken

k

De adapter aansluiten

1. Zorg ervoor, dat de [POWER] schakelaar uit staat.
2. Sluit de meegeleverde stroomkabel op de meegeleverde
adapter aan.
3. Sluit de adapter op de DC IN Jack van de JUNO-Di aan, en
steek de stekker van de stroomkabel in een stopcontact.
fig.ACcord-e.eps_97
DC IN
DC stekker
Naar stopcontact
Stroomkabel
• Plaats de adapter zo dat de kant met de indicator (zie afbeelding) omhoog wijst en de kant met de informatietekst omlaag.
• De indicator licht op, zodra u de adapter in een stopcontact steekt.
• Om te voorkomen dat de stroomtoevoer naar uw apparaat per ongeluk wordt verbroken (mocht de stekker per ongeluk ontkoppeld worden), en om te voorkomen dat er onnodig veel druk op de DC IN Jack wordt uitgeoefend, verankert u de stroomkabel met behulp van de kabelhaak, zoals in de afbeelding is weergegeven.
fig.cordhook-e.eps
Kabelhaak
De kabel van de
meegeleverde adapter
Naar de adapter
Indicator
Adapter
(meegeleverd)
DC IN Jac

Batterijen installeren (los verkrijgbaar)

Als er acht commercieel verkrijgbare oplaadbare batterijen worden geplaatst, kunt u op de JUNO-Di spelen zonder de adapter aan te sluiten.
Type batterijen dat kan worden gebruikt
Als u oplaadbare batterijen gebruikt, kunt u het apparaat ongeveer vijf uur achtereenvolgens op kamertemperatuur gebruiken. (Echter, de duur is ongeveer vier uur, als er een USB-geheugen is aangesloten. De duur van het achtereenvolgende gebruik kan verschillen afhankelijk van de gebruiksomstandigheden).
Gebruik geen alkaline batterijen of zinkcarbon batterijen.
Gebruik van batterijen
Als u batterijen gebruikt, koppelt u de adapter los.
Als er batterijen zijn geplaatst en het apparaat aan staat,
wordt de stroomtoevoer uitgeschakeld zodra u het netsnoer uit het stopcontact haalt of de DC stekker uit het achterpaneel van het apparaat haalt. U dient het apparaat uit te zetten, alvorens u het netsnoer of de adapter aansluit of loskoppelt.
De BATTERY indicator geeft slechts een schatting.
Voorkom het gebruik van nieuwe batterijen in combinatie
met gebruikte. Voorkom tevens het gelijktijdige gebruik van verschillende typen batterijen.
Sla eventuele belangrijke gegevens op een USB-geheugen op en verwijder de batterijen als u het apparaat voor een langere periode niet zult gebruiken.
Onjuist gebruik van een batterij, oplaadbare batterij of oplader kan lekkage, oververhitting, brand of barsten veroorzaken. U dient voor gebruik alle veiligheidsinstructies van uw batterij, oplaadbare batterij en oplader te lezen, en deze voorwerpen veilig, in overeenstemming met de veiligheidsinstructies, te gebruiken.
U dient de door de fabrikant aangegeven combinatie oplaadbare batterij en oplader te gebruiken.
1. Verwijder het deksel van het batterijcompartinement op
het onderpaneel van de JUNO-Di, terwijl u de lipjes van het deksel ingedrukt houdt.
fig.BattCase-1.eps
• Als u het deksel van het batterijcompartiment opent, dient u
ervoor te zorgen dat er geen vreemde objecten (ontvlambare items, munten, pinnen, etc.) of vloeistoffen (water, sap, etc.) in het compartiment terecht komen.
• Als u het apparaat op zijn kop zet, pakt u een stapel kranten
of tijdschriften en plaatst u deze onder de hoeken of aan beide kanten. Zo voorkomt u schade aan de knoppen en regelaars. U dient er tevens voor te zorgen, dat het apparaat zo is geplaatst dat er geen knoppen of regelaars beschadigd raken.
17
Gebruiksklaar maken
• Als u het apparaat op zijn kop zet, gaat u voorzichtig te werk, zodat u het apparaat niet laat vallen en het niet om kan vallen of kantelen.

De externe apparatuur aansluiten

2. Plaats de batterijen in het batterijcompartiment; let
goed op de juiste polariteit (+/- richting).
fig.BattCase-2.eps
Volg de installatie-instructies voor batterijen zorgvuldig, en zorg ervoor, dat u de juiste polariteit gebruikt.
3. Sluit het deksel van het batterijcompartiment goed af.
Batterijen verwijderen
Als u de batterijen wilt verwijderen, zet u de JUNO-Di uit, opent u het deksel van het batterijcompartiment en verwijdert u de batterijen.
Wanneer u de batterijen moet vervangen (BATTERY indicator)
Als de batterijen leeg raken, licht de BATTERY indicator links van het scherm op of gaat hij knipperen.
• De BATTERY indicator licht op, als de batterijen leeg raken.
• Als u de JUNO-Di dan blijft gebruiken, gaat de indicator knipperen. Laad de batterijen opnieuw op s.v.p.
• Als u het apparaat blijft gebruiken, terwijl de indicator knippert, geeft het scherm de ‘Low Battery!’ melding weer, en is het onmogelijk het apparaat verder te bedienen.
• De BATTERY indicator geeft slechts een schatting.
Luidsprekers of een koptelefoon aansluiten
Aangezien de JUNO-Di niet met een versterker of luidsprekers is uitgerust, dient u, om het geluid te kunnen beluisteren, het apparaat op geluidsapparatuuur als een klavierversterker, monitor luidspreker systeem of stereo installatie aan te sluiten, of een koptelefoon te gebruiken.
Om het geluid van de JUNO-Di ten volste te kunnen ervaren, raden we u aan om een stereoversterker/luidsprekerinstallatie te gebruiken. Als u toch een mono systeem gebruikt, dient u ervoor te zorgen dat u de apparatuur op de OUTPUT L/MONO Jack van de JUNO-Di aansluit.
Er zijn geen geluidskabels met de JUNO-Di meegeleverd. U dient daar zelf voor te zorgen.
Om storingen en/of schade aan luidsprekers en overige apparatuur te voorkomen, dient u altijd eerst het volume op alle apparaten omlaag te draaien en alle apparaten uit te zetten, alvorens u dit apparaat op andere apparatuur aansluit
fig.connect-output_e.eps
Stereo
koptelefoon
18
Om batterijverbruik te verminden, kunt u het tegenlicht van het scherm uitschakelen, wanneer u dit niet nodig heeft. Zie ‘Het tegenlicht van het scherm in/uitschakelen’ (p. 21). U kunt tevens stroom besparen door de systeeminstelling ‘POWER SAVE MODE’ in te stellen. Voor details, zie ‘Instellingen maken die voor de hele JUNO-Di gelden (SYSTEM)’ (p. 75).
Mixer etc.
Eindversterker
Monitor luidsprekers
(versterkt)
Pedaal aansluiten Een microfoon aansluiten
Gebruiksklaar maken
Sluit een pedaalschakelaar (DP-SERIE; los verkrijgbaar) op de HOLD PEDAL Jack op het achterpaneel aan.
Als u het pedaal ingedrukt houdt, worden de noten aangehouden, zelfs als u uw vingers van het klavier afhaalt.
fig.connect-pedal.eps
U kunt de pedaalschakelaar ook gebruiken om andere functies dan Hold te regelen. Voor details, zie het ‘HOLD PEDAL’ gedeelte in 'Instellingen maken die voor de hele JUNO-Di gelden (SYSTEM)' (p. 75).
Als alternatief voor een pedaalschakelaar (DP-SERIE) kunt u ook een demperpedaal (DP-10) of expressiepedaal (EV-5) aansluiten.
Gebruik alleen het aangegeven expressiepedaal (EV-5; los verkrijgbaar). Als u een ander type expressiepedaal gebruikt riskeert u storing en/of schade aan het apparaat.
U kunt een microfoon gebruiken, door deze op de MIC INPUT Jack op het achterpaneel aan te sluiten.
U kunt op het geluid van de microfoon een effect toepassen. Voor details, zie ‘De vocoder gebruiken’ (p. 42).
fig.connect-audio.eps_e
Dynamische microfoon
Afhankelijk van de locatie ten opzichte van de luidsprekers kan er een huilend geluid worden gegenereerd. Dit kan worden verholpen door:
1.De richting van de microfoon te wijzigen.
2.De microfoon op een grotere afstand van de luidsprekers te plaatsen.
3.Volumeniveaus te verlagen.
Een draagbare audio speler aansluiten
U kunt een MP3-speler of ander geluidsapparaat op de EXT INPUT Jack op het achterpaneel aansluiten, en de weergave ervan beluisteren.
Er zijn geen geluidskabels met de JUNO-Di meegeleverd. U
fig.connect-audio.eps_e
dient daar zelf voor te zorgen.
Draagbare
audio speler EXT INPUT jack
19
Gebruiksklaar maken

Het apparaat aan/uitzetten

941
Zet, als de aansluitingen eenmaal zijn voltooid, de geluidsapparatuur in de aangegeven volgorde aan. Als u de apparaten in de verkeerde volgorde aanzet, kan dit storing en/ of schade aan luidsprekers en overige apparatuur veroorzaken.
1. Voordat u de JUNO-Di aanzet, beantwoordt u de
volgende twee vragen:
• Zijn de adapter en overige apparatuur goed aangesloten?
• Staan de volumeregelaars van de JUNO-Di en alle aangesloten geluidsapparatuur op hun laagste instelling?
2. Schakel de [POWER] schakelaar op het achterpaneel van
de JUNO-Di in.
fig.power-onoff.eps
Het apparaat uitzetten
1. Voordat u het apparaat uitzet, beantwoordt u de
volgende twee vragen:
• Staan de volumeregelaars van de JUNO-Di en alle aangesloten geluidsapparatuur op hun laagste instelling?
• Heeft u de JUNO-Di geluiden of overige door u gemaakte gegevens opgeslagen?
2. Zet alle aangesloten geluidsapparaten uit.
3. Schakel de [POWER] schakelaar op de JUNO-Di uit.

Het volumeniveau aanpassen ([VOLUME] draaiknop)

1. Gebruik de [VOLUME] draaiknop om het volume aan te
passen.
Als u de draaiknop naar links draait, gaat het volume omlaag, en als u hem naar rechts draait, gaat het volume omhoog.
Zet tevens het aangesloten apparaat op een geschikt volume.
fig.volume2.eps
Zorg er voor het aanzetten van het apparaat altijd voor dat u het volumeniveau omlaag draait. Zelfs als het volume helemaal omlaag is gedraaid, kan het zijn dat u bij het aanzetten van het apparaat wat geluid hoort. Dit is echter normaal en duidt niet op een storing.
Om het goed functioneren van de Pitch Bend-hendel te kunnen garanderen, dient u ervoor te zorgen dat u de hendel bij het aanzetten van de JUNO-Di niet aanraakt.
fig.Bender2-e.eps
3. Zet eventuele aangesloten geluidsapparaten aan.
4. Terwijl u het klavier bespeelt en het geluid beluistert,
draait u het volume van de JUNO-Di en het volume van de aangesloten apparatuur geleidelijk omhoog, totdat u het gewenste volume bereikt.
fig.volume1.eps

Het contrast van het scherm aanpassen ([LCD CONTRAST] draaiknop)

De tekens in het scherm kunnen na het aanzetten van het apparaat, of na langdurig gebruik van de JUNO-Di, of door de omstandigheden waarin u het apparaat gebruikt, wellicht moeilijk leesbaar zijn. Als dit het geval is, draait u aan de [LCD CONTRAST] draaiknop op het achterpaneel om ervoor te zorgen, dat het scherm leesbaar is.
fig.LCDcontrast.eps
20
Gebruiksklaar maken

Het tegenlicht van het scherm in/ uitschakelen

Om batterijverbruik te verminderen kunt u het tegenlicht van het scherm uitschakelen, als u het niet nodig heeft.
1. Houd de [SHIFT] knop ingedrukt en druk op de [EXIT]
knop.
Het tegenlicht van het scherm gaat uit.
Het tegenlicht van het scherm inschakelen.
1. Houd de [SHIFT] knop ingedrukt en druk op de [ENTER]
knop.
Het tegenlicht van het scherm gaat aan.
U kunt stroombesparingsinstellingen maken door de systeeminstelling ‘POWER SAVE MODE’ in te stellen. Voor details, zie ‘Instellingen maken die voor de hele JUNO-Di gelden (SYSTEM)’ (p. 75).

Het beschermplaatje voor het USB-geheugen gebruiken

U kunt het meegeleverde beschermplaatje gebruiken om diefstal van het op de JUNO-Di aangesloten USB-geheugen te voorkomen.
fig.CoverLock.eps

De demo Songs beluisteren

Zo beluistert u de in de JUNO-Di ingebouwde demo Songs.
1. Zet de JUNO-Di aan, volgens de beschrijving onder ‘Het
apparaat aan/uitzetten’ (p. 20).
2. Druk op de [PLAY/STOP] knop.
Het ‘DEMO’ venster verschijnt.
De demo Song begint te spelen.
3. Als u de weergave wilt stoppen, drukt u op de [PLAY/
STOP] knop of de [EXIT] knop.
Het ‘DEMO MENU’ venster verschijnt.
U kunt ook een demo Song selecteren door met behulp van de cursorknoppen de cursor te verplaatsen.
4. Druk op de [EXIT] knop om het ‘DEMO MENU’ venster te
verlaten.
Nr. Titel Componist Auteursrecht
1 Have you met? Mitsuru Sakaue ©2009 Roland Corporation
2 Di Groove Adrian Scott ©2009 Roland Corporation
3 JUNO Pops Mitsuru Sakaue ©2009 Roland Corporation
4 Takedown Scott Tibbs ©2009 Roland Corporation
Alle rechten voorbehouden. Oneigenlijk gebruik van dit materiaal voor andere doeleinden dan privé, persoonlijk plezier is in strijd met de hierop van toepassing zijnde wetten.
Let op
U dient de meegeleverde schroeven te gebruiken.
U dient de meegeleverde inbussleutel te gebruiken om de schroeven
vast te draaien of te verwijderen. Als u een gereedschap gebruikt dat niet met de koppen van de schroeven overeenkomen, raken ze beschadigd.
Zorg ervoor, dat u de schroeven niet te strak aandraait. Als u dat wel doet kan de kop van de schroef beschadigd raken, waardoor de sleutel niet meer werkt.
Om de schroeven vast te draaien, draait u de inbussleutel met de klok mee. Als u ze wilt losdraaien, draait u de inbussleutel tegen de klok in.
fig.screw-e.eps
Vast draaienLos draaien
Houd de verwijderde schroeven buiten het bereik van kleine kinderen om er zeker van te zijn dat ze niet per ongeluk worden ingeslikt.
Geen gegevens van de gespeelde muziek worden via de MIDI OUT-aansluiting uitgevoerd.
Als er een USB-geheugen is aangesloten, kunt u de demo Songs afspelen door in het ‘MENU’ venster voor ‘Demo Play’ te kiezen. Voor details, zie ‘De demo Songs afspelen (DEMO PLAY)’ (p. 79).
21
Gebruiksklaar maken
22

Applicatiegids

Deze applicatiegids geeft een overzicht van de functies, die beschikbaar zijn bij het spelen van muziek op de JUNO-Di. Deze gids bevat sample stukken voor een brede variatie aan muzikale stijlen. Kies het onderdeel dat u van deze stukken wilt spelen.
De meegeleverde CD-ROM bevat audiodata van de sample stukken, voor uw referentie.
Audiodata op de meegeleverde CD-ROM.
Bestandsnaam Onderdeel pag.
01_Piano_Ballad.wav ‘Ballads spelen’ p. 24
02_Jazz_EP.wav ‘Jazz elektrische piano spelen’ p. 26
03_Rock_Organ.wav ‘Rockorgel spelen’ p. 28
04_PianoString_DUAL.wav ‘Pop spelen’ p. 30
05_R&B_Split.wav
06_Ac_Guitar.wav ‘Bossa Nova spelen’ p. 36
07_Techno_Arp.wav
08_Drum_Kit.wav ‘Drums spelen’ p. 40
JUNO-Di_Song.wav
JUNO-Di_Song_Backing.wav
Het kan zijn dat er tussen de audiodata op de CD-ROM en het geluid dat u op de JUNO-Di
speelt enige verschillen zijn.
‘R&B spelen’ p. 32
‘Technogeluiden spelen’ p. 38
‘Live spelen’ p. 45
23

Ballads spelen

Dit hoofdstuk legt uit hoe u voor het spelen van ballads het pianogeluid selecteert. Als u een pedaal (los verkrijgbaar)
gebruikt, kunt u het geluid net zo laten galmen als wanneer u het demperpedaal van een piano gebruikt. Gebruik
het ‘reverb’ effect om wat galm aan uw klank toe te voegen, net alsof u in een concertzaal speelt.
Playing Ballads
[PREVIEW] knop
Een klank selecteren
Druk op de [PIANO] knop.
1
De pianoklank is geselecteerd.
[PIANO] knop
Klankknoppen
[REVERB] knop
˚
Spelen
Belangrijke
functie
Speel het voorbeeld. af.
P
edaal - HOLD PEDAL
Probeer een los verkrijgbaar pedaal (DP-SERIE) op de HOLD PEDAL Jack
achterop de JUNO-Di aan te sluiten.
Als u op het pedaal drukt, wordt de klank die u speelt zo lang aange-
houden als u het pedaal ingedrukt houdt.
Probeer het pedaal tijdens het spelen te gebruiken.
Het pedaal kan aan andere functies dan het demperpedaal
Memo
worden toegewezen. Zie 'Instellingen maken die voor de hele
JUNO-Di gelden (SYSTEM)' (p. 75).
24
Ballads spelen
Belangrijke
functie
Piano ballad

Reverb toevoegen – [REVERB] draaiknop

‘Reverb’ is een effect dat galm aan de klank toevoegt, zoals het effect
van spelen in een concertzaal.
=120
Op de JUNO-Di kunt u de [REVERB] draaiknop gebruiken om aan te
passen hoe de klank weergalmt. Draai aan de [REVERB] draaiknop om
de reverb te vinden die u goed in de oren klinkt.
Bediening
Volg deze stappen, als u een klank wilt selecteren.

Een klank selecteren

1. Gebruik de klankknoppen om de categorie van de klank, die u wilt
spelen, te selecteren.
2. Draai aan de draaischijf om de klank te selecteren.
Als u de toetsen bespeelt, hoort u de klank die in het scherm
wordt weergegeven.
Ter m
Tip
Effect
‘Effect’ is een functie, die diverse effecten toevoegt, om zo de klank te wijzigen.

De klank beluisteren – [PREVIEW] knop

De [PREVIEW] knop is handig voor als u een klank selecteert.
Druk op de [PREVIEW] knop en houd deze ingedrukt om een frase te beluisteren, die met behulp van de in het
scherm weergegeven klank wordt gespeeld.
Als u de knop loslaat, stopt de frase.
Voor elke klankcategoriezijn er frasen beschikbaar.
25

Jazz elektrische piano spelen

Dit hoofdstuk legt uit hoe u voor het spelen van jazzy frasen de elektrische pianoklank selecteert.
U kunt de sfeer van uw spel wijzigen, door andere effecten aan de klank toe te voegen.
Playing Jazz Electric Piano
Een klank selecteren
Druk op de [PIANO] knop.
1
[PIANO] knop
Draaischijf
[SHIFT] knop
Cursorknoppen
Druk op de [ ] cursor knop.
2
De elektrische pianoklank is geselecteerd.
Gebruik de draaischijf om ‘046: Stage Phazer’ te selecteren.
3
Spelen
Speel het voorbeeld.
26
Jazz elektrische piano spelen

Een effect toevoegen

Jazz EP
=120
Als u het ‘Stage Phazer’ effect toevoegt, wordt er een fase-effect aan het geluid toegevoegd.
In dit onderdeel schakelt u tijdens het spelen het ‘Tremolo’ effect in.
Houd de [SHIFT] knop ingedrukt en druk op de [PIANO] knop.
1
Het ‘MFX’ venster wordt weergegeven.
In het ‘MFX’ venster kunt u het effect instellen, dat u aan de huidig geselecteerde klank toevoegt.
U kunt ook de [MENU] knop gebruiken om het ‘MFX’ venster
Memo
Gebruik de draaischijf om ’17: TREMOLO’ te selecteren.
2
‘Tremolo’ is als effecttype geselecteerd.
Speel het voorbeeld.
3
weer te geven. Voor meer informatie, zie ‘De effecten bewer-
ken (MFX/Chorus/Reverb) (Effect Edit)’ (p. 61).
Het effect in/uitschakelen
Effecttype
Gedetailleerde instellingen van het effecttype.
Ter m
Experimenteer hoe verschillende effecten verschillende sferen aan uw spel kunnen toevoegen.
Tremolo/Phaser
‘Tremolo’ vibreert het volume, zodat er een uniek effect aan de klank wordt toegevoegd. Bij een ‘Phaser’ effect
zwelt de klank aan.
Beide effecten werden vaak gebruikt op een aantal legendarische elektrische piano’s uit de jaren 70.
27

Rockorgel spelen

Dit hoofdstuk legt uit hoe u rockorgel speelt met de klassieke rockklank uit de jaren 70.
Hier selecteren we de orgelklank en voegen we het ‘Rotary’ effect toe.
Gebruik de Pitch Bend/Modulation-hendel links van het klavier om tijdens het spelen de klank te laten variëren.
Playing Rock Organ
[KEYBOARD/ORGAN] knop
Pitch Bend/Modulation­hendel
Een klank selecteren
Druk op de [KLAVIER/ORGAN] knop.
1
Het ‘001: HardRockORG1’ geluid is geselecteerd.
Draaischijf
˚
Spelen
Speel het voorbeeld.
28
Rockorgel spelen
Belangrijke
functie
Rockorgel
=104

Rotary effect + modulatie hendel

Als u met het ‘Rotary’ effect speelt, kunt u de modulatie hendel naar voren kantelen om de snelheid van het effect te wijzigen.
Memo
Belangrijke
functie
Druk, als u in het voorbeeld bij het ‘ ’ teken bent, het Hold pedaal in (zie pagina 24) en kantel de hendel met uw linker hand naar voren.
Als u de hendel beweegt, verandert de aanzwelsnelheid van de klank. Als u de hendel terugbeweegt, neemt de aanzwelling ook terug.
Als u de Pitch Bend/Modulation-hendel met uw linker hand gebruikt, kunt u tijdens het spelen met uw rechter hand effecten aan de klank toevoegen.
Als u een klank speelt, die ‘Rotary’ of ‘VK Rotary’ als effect (MFX) gebruikt, wordt de snelheid van het rotatie-effect
telkens wanneer u de modulatie hendel beweegt veranderd. Voor details over effectinstellingen, zie p. 61.

Pitch Bend/Modulation-hendel

Als u met een andere klank speelt, die geen rotatie-effect heeft, heeft de
Pitch Bend/Modulation-hendel de volgende effecten.
U kunt tijdens het bespelen van het klavier de hendel naar links kantelen om
de toonhoogte te verlagen en naar rechts om de toonhoogte te verhogen.
Dit wordt het toonverbuigingseffect (Pitch Bend) genoemd.
U kunt de hendel ook naar voren kantelen, om zo een vibrato-effect aan de
klank toe te voegen. Dit wordt het modulatie-effect (Modulation) genoemd.
Toonverbuigingseffect
Ter m
Door de hendel tegelijkertijd naar voren en naar links of rechts te kantelen,
kunt u beide effecten tegelijk toepassen.
Modulatie-effect
Rotary/roterende luidspreker
Het ‘Rotary’ effect reproduceert het effect van roterende luidsprekers, die vaak in orgels worden gebruikt. Roterende luidsprekers werden vaak gebruikt in de jazz uit de jaren 60 en hard rock uit de jaren 70.
29

Pop spelen

Dit hoofdstuk legt uit hoe u pop speelt met verschillende klanken.
Door de ‘DUAL’-functie te gebruiken kunt u twee verschillende klanken over elkaar leggen.
Voor dit voorbeeld gebruiken leggen we een pianoklank en een strijkersklank over elkaar.
Playing Pops
[DUAL] knop
Een klank selecteren
Druk op de [PIANO] knop.
1
Gebruik de draaischijf om ‘001: 88StageGrand’ te selecteren.
2
[PIANO] knop
[ORCHESTRA] knop
De pianoklank is geselecteerd.
De Dual-functie inschakelen
Druk op de [DUAL] knop om ervoor te zorgen dat de schake-
1
laar oplicht.
De Dual-functie is ingeschakeld.
Druk op de [ORCHESTRA] knop.
2
Gebruik de draaischijf om ‘0c010:X Hall Str’ te selecteren.
3
De strijkersklank is geselecteerd.
Naam van de eerst geselecteerde klank
Naam van de uitvoering
30
Als u het klavier bespeelt, klinken de piano- en strijkersklank tegelijkertijd.
Naam van de klank die als tweede laag fungeert
Loading...
+ 102 hidden pages