Gefeliciteerd met uw keuze voor de Roland Digitale Piano HPi-5.
201a
Lees, voordat u dit apparaat gaat gebruiken, de secties getiteld: ‘HET APPARAAT OP VEILIGE WIJZE GEBRUIKEN’, en
‘BELANGRIJKE OPMERKINGEN’ (p.2; p.4). In deze secties vindt u belangrijke informatie omtrent de juiste bediening
van dit apparaat. daarnaast zou u de gebruikershandleiding in zijn geheel door moeten lezen, zodat u een goede indruk
krijgt van alles dat uw nieuwe apparaat te bieden heeft. Bewaar deze handleiding om er later aan te kunnen refereren.
Notenschrift wordt in een
groot LCD scherm getoond
Het notenschrift van zowel de interne songs als
commercieel verkrijgbare songbestanden kan
worden weergegeven. Teksten en vingerzettingen
kunnen eveneens worden weergegeven.
* Bij slechts enkele interne songs worden de vingerzettingen
weergegeven.
Authentieke Piano uitvoering
Concertvleugelklanken van hoge
kwaliteit, samen met de meer realistische
piano aanslag van het Progressive
Hammer Action Keyboard laten u
genieten van waarlijk authentieke piano
uitvoeringen.
Gemakkelijke bediening
zoals bij computerspelletjes
Na het indrukken van de knop voor de
gewenste functie, bestaat de bediening
eigenlijk uit het indrukken van de
cursorknoppen en [ ] [ ] knoppen in het
midden van het paneel. U kunt genieten
van een veelzijdige uitvoering, met
eenvoudige bediening.
Een ‘Sprookjesland’ speciaal voor
de kinderen
“Wonderland” is een wereld van geluiden waar
kinderen van kunnen genieten, met een ‘DRUM’,
een “SFX” van geluiden, en meer. Inclusief een
spelletje “noten raden”.
Een schat aan ingebouwde
songs
Het instrument bevat 168 piano songs,
allen zorgvuldig geselecteerd zodat bijna
elk genre vertegenwoordigd wordt - van
piano etudes tot populaire liedjes. Vanzelfsprekend kunnen alle interne songs
in het “Score” scherm bekeken worden.
Handige functies voor
het oefenen
Songdata kan voor één hand
(gedeelte) per keer afgespeeld
worden, en u kunt de interne
metronoom en andere handige
functies voor het oefenen gebruiken.
Copyright 2002 ROLANDCORPORATION
Alle rechten voorbehouden. Niets van deze uitgave mag op enigerlei wijze gereproduceerd worden,
zonder schriftelijke toestemming van ROLAND CORPORATION.
CAUTION
RISK OF ELECTRIC SHOCK
DO NOT OPEN
ATTENTION: RISQUE DE CHOC ELECTRIQUE NE PAS OUVRIR
WAARSCHUWING: VERWIJDER HET DEKSEL (OF DE
ACHTERKANT) NIET, OM HET RISICO OP EEN ELEKTRISCHE
SCHOK TE REDUCEREN. BINNENIN BEVINDEN ZICH GEEN
ONDERDELEN DIE DOOR DE GEBRUIKER ONDERHOUDEN
KUNNEN WORDEN. LAAT HET ONDERHOUD AAN ERKEND
ONDERHOUDSPERSONEEL OVER.
Het symbool van de bliksemflits met pijl, binnen een
gelijkzijdige driehoek, is bedoeld om de gebruiker te
waarschuwen voor de aanwezigheid van niet geïsoleerd,
’gevaarlijk voltage’ binnenin het apparaat, welke krachtig
genoeg kan zijn om een elektrische schok bij personen te
veroorzaken.
Het uitroepteken binnen een gelijkzijdige driehoek is
bedoeld om de gebruiker te waarschuwen voor de
aanwezigheid van belangrijke bedienings- en
onderhoudsinstructies in de literatuur behorende bij het
product.
INSTRUCTIES MET BETREKKING TOT HET RISICO VAN BRAND, ELEKTRISCHE SCHOK
OF VERWONDINGEN AAN PERSONEN.
BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES
BEWAAR DEZE INSTRUCTIES
WAARSCHUWING – Tijdens het gebruik van elektrische producten moeten de basis voorzorgsmaatregelen altijd opgevolgd worden,
1.Lees deze instructies.
2.Bewaar deze instructies.
3.Neem alle waarschuwingen serieus.
4.Volg alle instructies.
5.Gebruik dit apparaat niet in de buurt van water.
6.Maak dit apparaat alleen met een droge doek schoon.
7.De ventilatie openingen mogen niet geblokkeerd worden.
Installeer in overeenstemming met de instructies van de
fabrikant.
8.Installeer het apparaat niet in de buurt van warmtebronnen,
zoals radiatoren, kachelschuiven, kachels of andere
apparaten (inclusief versterkers) die warmte produceren.
9.De veiligheidsopzet van de gepolariseerde of aarde plug
dient niet teniet gedaan te worden. Een gepolariseerde plug
heeft twee polen, de één breder dan de andere. Een
aardeplug heeft twee platte kanten en een derde aarde pin.
De brede pool of de derde pin zijn voor uw veiligheid aangebracht. Wanneer de plug niet in uw stopcontact past,
raadpleegt u een elektricien voor vervanging van het verouderde stopcontact.
10. Bescherm het netsnoer, zodat er niet overheen gelopen kan
inclusief de volgende:
worden. Zorg dat het snoer, in het bijzonder bij de stekkers,
stopcontactdozen, en op het punt waar zij uit het apparaat
komen, niet gedraaid of in elkaar gedrukt wordt.
11. Gebruik alleen door de fabrikant gespecificeerde
aanhangsels of accessoires.
12. Gebruik het apparaat alleen met een door
de fabrikant gespecificeerde of bij het
apparaat geleverde kar, standaard, statief,
console of tafel. Voorzichtigheid is geboden
tijdens het verplaatsen van de kar/apparaat
combinatie, zodat deze niet kan omvallen
en daardoor stuk gaat.
13. Tijdens onweer of wanneer het apparaat gedurende een
langere periode niet gebruikt zal worden, haalt u de stekker
uit het stopcontact.
14. Laat al het onderhoud aan erkend onderhoudspersoneel
over. Onderhoud is vereist wanneer het apparaat op
enigerlei wijze beschadigd is, bijvoorbeeld als het netsnoer
of de stekker beschadigd is, er vloeistof of objecten in het
apparaat terecht zijn gekomen, als het apparaat aan regen
of vochtigheid heeft blootgestaan, niet normaal functioneert
of is gevallen.
WAARSCHUWING
USING THE UNIT SAFELY
HET APPARAAT OP EEN VEILIGE MANIER GEBRUIKEN
INSTRUCTIES OM BRAND, ELEKTRISCHE SCHOK OF LICHAMELIJK LETSEL TE VOORKOMEN
Over
WAARSCHUWING en
VOORZICHTIG opmerkingen
Wordt gebruikt bij instructies waarbij
WAARSCHUWING
de gebruiker attent gemaakt wordt op
het risico van overlijden of zwaar letsel,
wanneer het apparaat niet op juiste
wijze gebruikt wordt.
Wordt gebruikt bij instructies waarbij
de gebruiker attent gemaakt wordt op
het risico van letsel of materiële schade,
wanneer het apparaat niet op juiste
VOORZICHTIG
wijze gebruikt wordt.
* Materiële schade verwijst naar schade
of andere ongunstige effecten, die ten
aanzien van het huis en al het
aanwezige meubilair en tevens aan
huisdieren kunnen optreden.
NEEM ALTIJD HET VOLGENDE IN ACHT
WAARSCHUWING
001
• Zorg dat u onderstaande instructies en de gebruikershandleiding leest, voordat u het apparaat in
gebruik neemt.
• Tracht het apparaat niet te repareren, of onderdelen in het apparaat te vervangen (behalve
wanneer daartoe specifieke instructies in de
handleiding staan). Ga voor al het onderhoud
naar uw handelaar, het dichtstbijzijnde Roland
Service Centrum, of een erkende Roland distributeur,
ondergebracht op de ‘Informatie’ pagina.
Het symbool wijst de gebruiker op belangrijke
instructies of waarschuwingen. De specifieke betekenis
van het symbool wordt bepaald door het teken dat zich
binnen de driehoek bevindt. Het symbool dat zich in dit
geval aan de linkerkant bevindt, betekent dat dit teken
voor algemene voorzorgsmaatregelen, waarschuwingen
of aanduidingen van gevaar wordt gebruikt.
Het symbool wijst de gebruiker op onderdelen die
nooit verplaatst mogen worden (verboden). De
specifieke handeling die niet uitgevoerd mag worden,
wordt aangegeven door het symbool dat zich binnen
de cirkel bevindt. Het symbool dat zich in dit geval aan
de linkerkant bevindt, betekent dat het apparaat nooit
uit elkaar gehaald mag worden.
Het ● wijst de gebruiker op onderdelen die verwijderd
moeten worden. De specifieke handeling die uitgevoerd
moet worden, wordt door het symbool binnen een cirkel
aangegeven. Het symbool dat zich in dit geval aan de
linkerkant bevindt, geeft aan dat het netsnoer uit de
daarvoor bestemde aansluiting getrokken moet worden.
008a
• Het apparaat dient alleen op een type stroomvoorziening zoals in de instructies wordt beschreven
aangesloten te worden, of zoals op het apparaat
zelf wordt aangegeven.
• Buig of draai het netsnoer niet overmatig, en
plaats er geen zware objecten bovenop. Hierdoor
kan het snoer beschadigen, waardoor afgebroken
elementen en kortsluiting geproduceerd kan
worden. Beschadigde snoeren betekenen een
risico op brand en schokken!
• Dit apparaat, op zichzelf staand of in combinatie
met koptelefoon of luidsprekers, kan geluidsniveaus produceren welke tot een permanent
gehoorsverlies kunnen leiden. Werk nooit lange
tijd achter elkaar op een hoog of oncomfortabel
volumeniveau. Wanneer u een bepaalde mate van
gehoorsverlies of een piep in de oren bemerkt,
moet u het apparaat direct uitzetten, en een
oorarts consulteren.
• Zorg dat er geen objecten (bijvoorbeeld brandbaar
materiaal, munten, of spelden), of vloeistoffen
(water, frisdrank, enz.) in het apparaat terechtkomen.
• In huishoudens met kleine kinderen moet een
volwassene toezicht houden, totdat het kind in
staat is de regels, die essentieel zijn voor een
veilige bediening van het apparaat, op te volgen.
• Steek het netsnoer van dit apparaat niet in een
stopcontact waar een buitensporig aantal andere
apparaten gebruik van maakt. Wees in het
bijzonder voorzichtig bij het gebruik van verlengsnoeren – de totale kracht die door alle apparaten
die u op het stopcontact waar het verlengsnoer
zich in bevindt heeft aangesloten, mag nooit de
stroom classificatie (watts/ampères) van het
verlengsnoer overschrijden. Door overmatige
ladingen kan de isolatie van het snoer verhit raken, en
uiteindelijk smelten.
• Voordat u dit apparaat in het buitenland gaat
gebruiken, neemt u contact op met uw verkoper,
het dichtstbijzijnde Roland Service Centrum, of
een erkend Roland distributeur. Deze zijn te vinden op
de ‘Informatie’ pagina.
• Probeer het in elkaar verwikkeld raken van
snoeren en kabels te voorkomen. Tevens zouden
alle snoeren en kabels buiten het bereik van
kinderen geplaatst moeten worden.
• Wees voorzichtig bij het openen en sluiten van het
deksel, zodat uw vingers er niet tussen komen
(p.9). Wanneer kleine kinderen het apparaat
gebruiken, dient een volwassene toezicht te houden.
• Als u de schroeven waarmee de standaard wordt
vastgezet verwijdert, bewaart u deze op een
veilige plaats, buiten het bereik van kinderen,
zodat deze geen kans krijgen om de schroeven per
ongeluk in te slikken.
• Wanneer u dit apparaat moet verplaatsen, neemt
u de hieronder genoemde voorzorgsmaatregelen
in acht. Voor het veilig optillen en verplaatsen van
het apparaat zijn minimaal twee personen nodig.
Het dient voorzichtig behandeld te worden, en te
allen tijde waterpas gehouden worden. Zorg dat u
het apparaat stevig vast heeft, om uzelf tegen
verwondingen te beschermen, en schade aan het
apparaat te voorkomen.
1
• Controleer of de knopvergrendelingen
waarmee het apparaat aan de standaard vastzit,
niet los zijn gekomen. Als deze losser zijn
geworden, zet u ze zorgvuldig vast.
2
• Haal het netsnoer los.
3
• Koppel alle snoeren van externe apparaten los.
4
• Verhoog de regelaar op de standaard (p.11).
4
BELANGRIJKE OPMERKINGEN
291b
Naast de onderdelen bij ‘BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES’ en ‘HET APPARAAT OP EEN VEILIGE MANIER
GEBRUIKEN’ op pagina’s 2, 3 en 4, raden wij u aan het volgende te lezen, en in acht nemen:
Stroomvoorziening
• Gebruik dit apparaat niet op hetzelfde stroomcircuit waar
apparaten die lijn ruis genereren (zoals een elektrische motor
of een variabel belichtingssysteem) ook gebruik van maken.
• Voordat dit apparaat op andere apparaten wordt
aangesloten, zet u de stroom van alle apparaten uit. Dit zal
storingen en/of schade aan luidsprekers of andere apparaten
helpen voorkomen.
Plaatsing
• Het gebruik van dit apparaat in de nabijheid van versterkers
(of andere apparatuur die grote stroom transformatoren
bevat) kan tot een brom leiden. Om dit probleem op te heffen,
verandert u de richting van dit apparaat; of zet het verder van
de storingsbron weg.
• Dit apparaat kan de radio of televisie ontvangst storen.
Gebruik dit apparaat niet in de nabijheid van zulke
ontvangers.
• Bij gebruik van de floppy diskdrive van dit apparaat neemt u
het volgende in acht. Voor verdere details kijkt u bij ‘Voordat
floppydisks gebruikt worden’ (p.6).
• Plaats het apparaat niet dichtbij apparaten die een sterk
• Installeer het apparaat op een solide, waterpas oppervlak.
• Terwijl de drive in werking is, verplaatst u het apparaat
niet, en stelt u het niet aan vibratie bloot.
• Plaats dit apparaat niet in het directe zonlicht, plaats het niet
bij apparaten die warmte verspreiden, laat het niet in een
afgesloten voertuig achter, en stel het niet aan extreme
temperaturen bloot. Laat verlichting die normaalgesproken
dicht op het apparaat staan (zoals een pianolamp), of
krachtige lampen niet gedurende een langere periode op
dezelfde plaats op het apparaat schijnen.
• Door overmatige hitte kan het apparaat misvormen of
verkleuren.
• Om defecten te voorkomen, dient het apparaat niet in een
natte omgeving, zoals een plaats die aan regen of ander vocht
heeft blootgestaan, gebruikt te worden.
• Laat rubber, vinyl, of gelijksoortige materialen niet
gedurende een langere periode op het apparaat staan. Door
dit soort objecten kan de lak verkleuren, of op andere wijze
beschadigen.
• Zet niets dat water bevat (bijvoorbeeld bloemenvazen) op het
keyboard. Vermijd tevens het gebruik van insecticiden,
parfums, alcohol, nagellak, spuitbussen, enz. in de buurt van
het apparaat. Veeg op het apparaat gemorste vloeistoffen snel
af, met een droge, zachte doek.
• Laat geen objecten boven op het keyboard staan. Hierdoor
kunnen storingen ontstaan, zoals toetsen die geen geluid
meer geven.
• Plak geen etiketten, plakplaatjes, enz. op dit instrument.
Wanneer dit soort materiaal van het instrument afgetrokken
wordt, kan de lak aan de buitenkant beschadigen.
Onderhoud
• Voor het schoonmaken van het apparaat gebruikt u een
droge, zachte doek, of één die enigszins vochtig is. Probeer
het volledige oppervlak met gelijkmatige kracht schoon te
vegen, waarbij de doek in de richting van de houtnerf wordt
verplaatst. Als u te hard op één plaats veegt, kan de lak
beschadigen.
• Gebruik nooit wasbenzine, verdunners, alcohol, of oplosmiddelen, om de mogelijkheid van verkleuring en/of
misvorming te voorkomen.
• De pedalen van de HPi-5 zijn van koper gemaakt. Koper
wordt donkerder, als gevolg van een natuurlijk oxidatieproces. Als het koper dof wordt, poetst u het met een in de
winkel verkrijgbaar metaal poetsmiddel.
Aanvullende
voorzorgsmaatregelen
• Wees er op bedacht dat de inhoud van het geheugen, door
storingen of onjuist gebruik van het apparaat, onherstelbaar
verloren kan gaan. Om uzelf tegen het risico van verlies van
belangrijke data te beschermen, raden wij u aan om van tijd
tot tijd een reservekopie van belangrijke data die in het
geheugen van het apparaat is opgeslagen op een floppydisk
te maken.
• De inhoud van data die op een floppydisk is opgeslagen, kan
helaas niet meer hersteld worden wanneer deze verloren is
gegaan. Roland Corporation is niet verantwoordelijk voor dit
soort dataverlies.
• Behandel de knoppen, schuifregelaars, of andere regelaars
van dit apparaat met voldoende voorzichtigheid; dit geldt
tevens voor het gebruik van de stekkers en aansluitingen.
Ruwe behandeling kan tot storingen leiden.
• Sla nooit op het beeldscherm, en voer er geen hoge druk op
uit.
• Tijdens normale werking kan een zachte ruis hoorbaar zijn.
• Tijdens het aansluiten en/of loskoppelen van alle kabels,
houdt u deze bij de aansluiting vast – trek nooit aan de kabel
zelf. Op deze manier vermijdt u kortsluiting, of schade aan de
interne elementen van de kabel.
• Tijdens normale werking zal het apparaat een geringe
hoeveelheid warmte afgeven.
• Om te vermijden dat u uw buren stoort, probeert u het
volume van dit apparaat op een redelijk niveau te houden. U
kunt ervoor kiezen om een koptelefoon te gebruiken, zodat u
zich geen zorgen hoeft te maken om de personen in uw
naaste omgeving (‘s nachts in het bijzonder.)
• Wanneer u het apparaat moet verplaatsen, verpakt u het in
schokabsorberend materiaal. Als u het apparaat verplaatst
zonder dit materiaal, kunnen er krassen, beschadigingen of
storingen ontstaan.
• Trek de muziekstandaard niet te ver voor uit tijdens het
stellen of losdraaien van de klemmen.
5
BELANGRIJKE OPMERKINGEN
• Gebruik een Roland kabel om de aansluiting te maken. Als u
een kabel van een ander merk gebruikt, neem dan notitie van
onderstaande voorzorgsmaatregelen.
• Sommige aansluitingskabels bevatten weerstanden.
Gebruik voor het aansluiten van dit apparaat geen kabels
die weerstanden hebben. Bij gebruik van dit soort kabels
kan het geluidsniveau extreem laag, of zelfs niet hoorbaar
zijn. Informatie over kabelspecificaties kunt u bij de
fabrikant van de kabel verkrijgen.
Voordat floppydisks
gebruikt worden
Behandeling van de floppydisk drive
• Installeer het apparaat op een stabiel, waterpas oppervlak,
vrij van trillingen.
• Nadat het apparaat is verplaatst naar een locatie met een
hogere vochtigheidsgraad, kunt u het beter niet direct
gebruiken. Door snelle verschillen van omgeving kan er
binnen in de drive condensatie gevormd worden, die een
ongunstige invloed op de werking van de drive kan hebben,
en/of waardoor floppydisks kunnen beschadigen. Wanneer
het apparaat verplaatst is, laat u het (gedurende enkele uren)
aan de nieuwe omgeving wennen, voordat u het gaat
gebruiken.
• Om een disk in te brengen, duwt u deze zachtjes maar stevig
in de drive – de disk zal op zijn plaats klikken. Om een disk te
verwijderen drukt u stevig op de EJECT knop. Gebruik geen
overmatige kracht bij het verwijderen van een disk uit de
diskdrive.
• Verwijder een disk nooit terwijl data gelezen of geschreven
wordt, aangezien dat het magnetische oppervlak van de disk
kan beschadigen, waardoor deze onbruikbaar wordt. (De
indicator van de diskdrive zal op volle sterkte oplichten
wanneer de drive bezig is met lezen of schrijven van data.
Normaalgesproken zal de indicator minder helder verlicht, of
uitgedoofd zijn).
• Voordat de stroom aan- of uitgezet wordt, verwijdert u de
disk.
• Om schade aan de koppen van de drive te voorkomen, houdt
u de floppydisk altijd op een evenwichtig horizontale positie
vast (niet naar één kant hellend), terwijl u de disk in de drive
steekt. Druk de disk stevig maar voorzichtig in de drive. Doe
dit nooit met overmatige kracht.
• Om risico op storingen en/of schade te voorkomen, steekt u
alleen floppydisks in de diskdrive. Breng er nooit een ander
type disk in aan. Zorg dat er geen paperclips, munten of
andere vreemde objecten in de drive terechtkomen.
• Gebruik of bewaar floppydisks niet op vieze of stoffige
plaatsen.
• Stel floppydisks niet aan extreme temperaturen bloot
(bijvoorbeeld direct zonlicht in een gesloten voertuig).
Aanbevolen temperatuur: 10 tot 50 graden Celsius (50 tot
122 graden Fahrenheit).
• Stel floppydisks niet aan sterk magnetische velden bloot,
zoals die bijvoorbeeld door luidsprekers gegenereerd
worden.
• Floppydisks hebben een schrijf beveiligingslipje, dat de disk
beschermt tegen per ongeluk wissen. Het wordt aangeraden
om het lipje in de PROTECT positie te houden, en het alleen
in de WRITE positie te schuiven als u nieuwe data naar de
disk wilt schrijven.
Achterkant van de disk
Write
(nieuwe data kan op de
disk geschreven worden)
beveiligingslipje
653
• Het etiket dient stevig op de disk geplakt te worden. Als het
etiket losraakt terwijl de disk zich in de drive bevindt, kan het
moeilijk zijn de disk uit de drive te verwijderen.
• Bewaar alle disks op een veilige plaats om beschadigingen te
voorkomen, en om ze tegen stof, vuil, en andere gevaren te
beschermen. Door gebruik van een vieze of stoffige disk
bestaat het risico dat de disk beschadigt, en dat de diskdrive
storingen zal gaan vertonen.
• Disks die uitvoeringsdata voor dit apparaat bevatten, dienen
altijd op slot te zijn (het schrijf beveiligingslipje in de ‘Protect’
positie), voordat u ze in deze drive steekt, of in een ander
apparaat (behalve de PR-300, of een product uit de HP-G/R,
MT, KR of Atelier familie), of in de drive van een computer
gebruikt. Anders (als het schrijf beveiligingslipje in de ‘Write’
positie blijft staan) riskeert u dat de inhoud van de disk niet
leesbaar is, wanneer u disk handelingen met gebruik van de
drive van het andere apparaat uitvoert (zoals het controleren
van de disk inhoud, of het laden van data).
Schrijf
Protect
(voorkomt schrijven naar disk)
* GS () is een geregistreerd handelsmerk van Roland
Corporation.203
* XG lite () is een geregistreerd handelsmerk van
Yamaha Corporation.203
Behandeling van floppydisks
• Floppydisks bevatten een plastic disk met een dunne laag
magnetisch opslag medium. Voor het opslaan van grote
hoeveelheden data op zo’n klein oppervlak is microscopische
precisie nodig. Om de floppydisks volledig, en in goede staat
te houden, neemt u bij de behandeling van floppydisks het
volgende in acht:
• Raak het magnetisch medium binnenin de disk nooit aan.
6
* Alle in dit document genoemde productnamen zijn
handelsmerken, of geregistreerde handelsmerken van hun
respectievelijke eigenaars.
Steek de pedaalkabel in de Pedal aansluiting, aan de
achterkant van de HPi-5.
fig.pedalcord
Pedaal
De muziekstandaard vastmaken
De muziekstandaard van de HPi-5 bevat een liquid crystal
beeldscherm. Volg de onderstaande procedure, en behandel de
muziekstandaard voorzichtig.
1
Breng de muziekstandaard aan, zoals in het diagram
getoond wordt.
2
Sluit de muziekstandaard kabel op de LCD Out
aansluiting van de HPi-5 aan.
*Tijdens het aansluiten van de muziekstandaard kabel moet de
stroom uit staan.
fig.LCDcord
AansluitenLoskoppelen
De koptelefoon aansluiten
Steek de koptelefoon in de Phones jack op het
onderpaneel van de HPi-5.
Als u de koptelefoon aansluit, zal er geen geluid via de interne
luidsprekers worden uitgestuurd.
Het volume van de koptelefoon wordt met de [Volume] knop
p.10) van de HPi-5 aangepast.
→
(
*Gebruik bij voorkeur een stereo koptelefoon.
fig.headphones
Phones plug x 2
P
h
o
n
e
s
M
I
D
I
I
n
Enkele opmerkingen bij het gebruik van een
koptelefoon
• Om te voorkomen dat het koptelefoonsnoer beschadigd
raakt, houdt u de koptelefoon bij de oorschelpen vast, en
pakt u bij het loskoppelen de plug vast, en niet het snoer.
• De koptelefoon kan beschadigen als deze ingeplugd is,
en het volume te hoog staat. Sluit de koptelefoon alleen
aan nadat het volume geheel laag is gezet.
• Om eventuele schade met betrekking tot het gehoor,
gehoorsverlies of schade aan de koptelefoon te
voorkomen, dient de koptelefoon niet op een overmatig
hoog volume gebruikt te worden. Zet het geluidsniveau
niet te hoog.
Steek de plug in de aansluiting,
zodat deze stevig vastzit.
Hou de plug vast
om deze eruit te trekken
Het netsnoer aansluiten
Steek het bijgeleverde netsnoer in de ingang op het onderpaneel van
de HPi-5, en steek de andere kant vervolgens in een stopcontact.
*Gebruik alleen het bijgeleverde netsnoer.
fig.ACcord
Onderzijde aan de
achterkant van de HPi-5
Het deksel openen en sluiten
Om het deksel te openen gebruikt u beide handen om
het lichtjes op te tillen, en schuift u het van u af.
Om het deksel te sluiten trekt u het voorzichtig naar u
toe, en nadat het volledig uitgetrokken is, laat u het
zachtjes zakken.
fig.futa
*Pas op dat u uw vingers niet bezeert bij het openen of sluiten
van het deksel. Wanneer kleine kinderen de HPi-5 gaan
gebruiken, dient een volwassene toezicht te houden.
*Om ongelukken te voorkomen moet het deksel tijdens het
vervoeren van de piano gesloten zijn.
9
Voordat u met spelen begint
De stroom aan/uitzetten
*Zet de stroom van uw verschillende apparaten in de
gespecificeerde volgorde aan. Door het in de verkeerde volgorde
aanzetten van de apparaten kunnen storingen en/of schade aan
luidsprekers en andere apparaten ontstaan.
Om de stroom aan te zetten, draait u de [Volume] knop
helemaal naar beneden, en drukt u vervolgens op de
[Power] schakelaar.
De stroom zal aangaan, en de Power indicator op de
linkervoorzijde van de HPi-5 zal oplichten. Na enkele seconden
zult u het keyboard kunnen bespelen om geluid te produceren.
Gebruik de [Volume] knop om het volume aan te passen.
*Dit apparaat beschikt over een beveiligingscircuit. Nadat de
stroom is aangezet, zal het korte tijd (enige seconden) duren
voordat het apparaat normaal functioneert.
fig.Power
Power
Het beeldscherm aan/
uitzetten
Wanneer u de stroom aanzet, zal het scherm in het midden van de
muziekstandaard aan zijn.
*Druk op de Display [On/Off] knop om het beeldscherm uit te
zetten.
Druk nogmaals op de Display [On/Off] knop om het
beeldscherm aan te zetten.
fig.LCDonoff
*Als u de stroom aanzet terwijl Panel Lock (
wordt, zal het beeldscherm niet verschijnen.
*Zelfs als u het scherm uit laat staan, zal dit door sommige
functies automatisch aangezet worden.
De helderheid van het scherm
aanpassen
p.11) geactiveerd
→
Power schakelaar
Om de stroom uit te zetten draait u de [Volume] knop
geheel naar links, en drukt u op de [Power] schakelaar.
De Power indicator op de linkervoorzijde van de HPi-5 zal
donker worden, en de stroom zal uitgezet worden.
Het volume of de helderheid
van het geluid aanpassen
Draai aan de [Volume] knop om het algehele volume
aan te passen.
Draai aan de [Brilliance] knop om de helderheid van
het geluid aan te passen.
fig.knobs
MinMaxZacht
Helder
Om de helderheid van het scherm aan te passen, draait u
aan de [Contrast] knop aan de achterzijde van de
muziekstandaard.
fig.contrast
Achterkant van de muziekstandaard
Deksel
Enkele opmerkingen bij het gebruik van het
LCD scherm
• Verwijder nooit het deksel van het liquid crystal
beeldscherm aan de achterzijde van de
muziekstandaard. Als u dit verwijdert, riskeert u een
elektrische schok en/of storingen.
• Het is mogelijk dat u verticale lijnen in het beeldscherm
ziet. Dit is te wijten aan de structuur van een liquid
crystal beeldscherm, en betekent niet dat er een storing
is. Door gebruik van de [Contrast] knop voor het
aanpassen van de helderheid van het scherm, kunt u
deze lijnen verminderen.
• De temperatuur kan van invloed zijn op de helderheid
van het scherm.
10
Voordat u met spelen begint
Over de pedalen
De pedalen hebben de volgende functies, en worden hoofdzakelijk
voor piano uitvoering gebruikt.
fig.pedal
Zacht pedaal
Sostenuto pedaal
Demper pedaal (rechter pedaal)
Als dit pedaal ingedrukt is, zullen noten doorklinken, zelfs nadat u
de toetsen heeft losgelaten. De diepte waarop het pedaal wordt
ingedrukt, heeft een subtiele invloed op de duur van de sustain (het
doorklinken).
Op een akoestische piano zullen de resterende snaren door het
ingedrukt houden van het demper pedaal resoneren, gelijkgestemd
met de geluiden die u vanaf het keyboard speelde, waardoor een
rijke resonantie wordt toegevoegd. De HPi-5 simuleert deze
sympathische resonantie.
Demper pedaal
Andere functies dan Piano
Performance uitschakelen
(Panel Lock)
De ‘Panel Lock’ zet de HPi-5 op slot, een status waarin slechts de
piano gebruikt kan worden, en alle knoppen uitgeschakeld zijn. Dit
voorkomt dat de instellingen onbewust gewijzigd worden, zelfs als
kinderen de knoppen per ongeluk indrukken.
*In de Panel Lock status kan alleen het grand piano geluid
gespeeld worden. Tevens zal er niets in het scherm worden
weergegeven.
1Zet het volume op het minimum, en druk de [Power]
schakelaar in om de stroom uit te zetten.
2Houdt de [Function] knop ingedrukt, en druk op de
[Power] schakelaar om de stroom aan te zetten.
Blijf de knop gedurende één of twee seconden ingedrukt
houden. Pas het volume aan. Als u op het keyboard speelt, zal
het grand piano geluid te horen zijn.
Om de Panel Lock functie op te heffen draait u het volume naar
het minimum, en zet u de stroom opnieuw aan.
*U kunt de hoeveelheid sympathische resonantie, die optreedt als
u het demper pedaal indrukt, aanpassen. Zie ‘De diepte van de
effecten aanpassen (Effects)’ (p.43).
Sostenuto pedaal (middelste pedaal)
Dit pedaal laat alleen de geluiden doorklinken van de toetsen die
reeds gespeeld waren toen u het pedaal indrukte.
Soft pedaal (linker pedaal)
Als u dit pedaal ingedrukt houdt en het keyboard bespeelt, zal het
geluid een zachtere klank hebben.
De zachtheid van de klank kan door de diepte waarop u het pedaal
indrukt worden veranderd.
*Aan het Sostenuto pedaal en het Soft pedaal kunnen andere
functies dan deze worden toegewezen. Zie ‘De functie van de
pedalen veranderen (Pedal)’ (p.45).
Over de adjuster (bijsteller)
Als u de HPi-5 verplaatst, of voelt dat de pedalen onstabiel zijn, past
u de adjuster die zich onder de pedalen bevindt als volgt aan:
❍ Draai aan de adjuster om deze te verlagen, zodat deze stevig in
contact met de grond is. Wanneer er ruimte tussen de pedalen
en de grond is, kunnen de pedalen beschadigd zijn. Dit dient in
het bijzonder ingesteld te worden als het instrument op tapijt
wordt geplaatst, zodat de pedalen stevig de grond raken.
fig.adjust
Adjuster
11
Paneelbeschrijvingen
Voorpaneel
234
Power
6
7 89 10 1114161819 2021 22 23 25
5
1
1[Power] schakelaar
Wordt ingedrukt om de stroom aan en uit te zetten (p.10).
2[Volume] knop
Past het algehele volume aan (p.10).
3[Brilliance] knop
Past de helderheid van het geluid aan (p.10).
4[Transpose] knop
Transponeert de toonhoogte van het keyboard, of de song die
afgespeeld wordt (p.22).
5[Tone] knoppen
Selecteer het type geluid (de klankgroep) die vanaf het
keyboard gespeeld zal worden (p.24).
6[Pianist] knop
U kunt de Pianist functie gebruiken om een begeleiding aan uw
spel toe te voegen (p.28).
7[Reverb/Intro/Ending] knop
Voegt weerkaatsing aan het geluid toe (p.25).
Als u de Pianist functie gebruikt, start of stopt dit de
begeleiding met een intro of een einde (p.28).
8[Chorus]/[Start/Stop] knop
Voegt ruimtelijkheid aan het geluid toe (p.25).
Als u de Pianist functie gebruikt, start of stopt dit de
begeleiding (p.28).
9[Split] knop
Laat u verschillende geluiden in de linker- en rechterhand
gebieden van het keyboard spelen (p.26).
10 [Key Touch] knop
Past de aanslaggevoeligheid van het keyboard aan (p.23).
11 [Function] knop
Selecteert verscheidene aan uitvoering gerelateerde functies
(p.20, p.36-p.39, p.43-p.45).
12 [][][][] knoppen (Cursor knoppen)
Worden gebruikt om het onderdeel of de waarde die u wilt
instellen te selecteren (p.14). Afhankelijk van het scherm
kunnen andere functies worden toegewezen.
13 [Song] knop
Gebruik deze knop om interne songs of songs van floppydisk te
selecteren (p.16, p.40).
12
242617151312
14 [][]knoppen
De [] voltooit de waarde die door de cursor knoppen werd
geselecteerd (12) (p.14).
De [] annuleert de operatie, of geeft het muzikale Score
scherm weer.
Afhankelijk van het scherm kunnen andere functies worden
toegewezen.
15 [(Metronoom)] knop
Laat de interne metronoom klinken (p.19).
Deze knop specificeert de tel (p.20).
16 Tempo [Slow] [Fast] knoppen
Past het tempo aan (p.16, p.28).
Door het gelijktijdig indrukken van de [Slow] en [Fast] knoppen
zal het basistempo hersteld worden.
17 Track knoppen
Worden voor het afspelen of opnemen van elke track van een
song gebruikt (p.16, p.33, p.35).
18 [(Reset)]knop
Zet de afspeel-startlocatie van de song naar het begin van de
song terug.
19 [(Stop)] knop
Stopt het afspelen of opnemen van een song.
20 [(Play)] knop
Start het afspelen of opnemen van een song.
21 [(Rec)] knop
Als deze knop wordt ingedrukt, wordt het instrument in de
pauze stand (voor opname) gezet (p.30-p.35).
22 [(Bwd)] knop
Spoelt de song terug.
23 [(Fwd)] knop
Spoelt de song vooruit.
24 [Wonderland] knop
Hier kunt u genieten van de ‘DRUM’, ‘SFX’ en ‘GAME’, en op
een speelse, grappige manier alles over instrumenten leren (p.29).
25 Display [On/Off]
Zet het scherm van de muziekstandaard aan/uit (p.10).
26 Disk Drive
Hier kunt u een floppydisk insteken, voor het afspelen of
opslaan van songs (p.40, p.36).
Achterpaneel
V
Ach
Paneelbeschrijvingen
12345
1LCD Out aansluiting
Sluit hierop de kabel van de muziekstandaard aan (p.9).
2MIDI Out/In aansluitingen
Deze kunnen met een extern MIDI apparaat verbonden
worden, voor het uitwisselen van uitvoeringsdata (p.46).
*Er bevindt zich tevens een MIDI In aansluiting op het
onderpaneel. De twee MIDI In aansluitingen kunnen niet
gelijktijdig gebruikt worden.
3Pedal aansluiting
Sluit hierop de pedaalkabel van de standaard aan (p.9).
Onderpaneel
1 MIDI In aansluiting
Hier kan een extern MIDI apparaat worden
aangesloten, om uitvoeringsdata te ontvangen
(p.46).
1
*Er bevindt zich tevens een MIDI In aansluiting
op het achterpaneel van de HPi-5. De twee
MIDI In aansluitingen kunnen niet gelijktijdig
2
gebruikt worden.
2 Phones jack
Hier kan een koptelefoon worden aangesloten
(p.9).
4Input jacks
Deze jacks kunnen op een ander geluidsgenererend apparaat of
een geluidsapparaat worden aangesloten, zodat het geluid van
het betreffende apparaat via de luidsprekers van de HPi-5
wordt uitgestuurd (p.46).
5Output jacks
Deze jacks kunnen op uw geluidssysteem worden aangesloten,
zodat u van een krachtiger geluid kunt genieten. Deze kunnen
ook op een cassetterecorder of soortgelijk apparaat worden
aangesloten, zodat u uw uitvoering op een cassettebandje kunt
opnemen (p.46).
Muziekstandaard
oorkant van de
muziekstandaard
1Beeldscherm
Op dit scherm worden de muzikale score (notenschrift) van een
interne song of disk song en verscheidene instellingen
weergegeven.
*De uitleg in deze handleiding bevat illustraties die weergeven
wat er in het scherm weergegeven zou moeten worden. Merk
echter op dat uw apparaat wellicht een nieuwere, verbeterde
systeemversie heeft (waaronder bijvoorbeeld nieuwere
geluiden), zodat wat u feitelijk in het scherm ziet, niet altijd
overeen hoeft te komen met dat wat in de handleiding staat.
g.contrast
terkant van de
muziekstandaard
1
2
2[Contrast] knop
Met deze knop wordt de helderheid van het scherm aangepast
(p.10).
13
Basisbediening en het hoofdscherm
Basisbediening
De HPi-5 wordt hoofdzakelijk met gebruik van de cursor knoppen
en [] [] knoppen bediend, terwijl het beeldscherm wordt
bekeken. Het onderste gedeelte van het scherm toont de functies van
de cursor knoppen en de [] [] knoppen.
De hoofdfuncties zijn als volgt:
Cursor knoppen [ ][ ][][]knoppen
Verplaats deze naar een onderdeel om het te
selecteren, of om van pagina te veranderen
[] knop: voltooi de geselecteerde waarde
[] knop: geef het Score scherm weer, of keer naar het
voorgaande scherm terug
fig.cursor.e
Cursor knoppen
Op het hoofdscherm vindt u het volgende:
[ ][ ] knoppen
1. Score scherm (basis scherm)
fig.score.e.eps_50
Wanneer u de stroom aanzet, is dit het eerste scherm dat wordt
weergegeven.
Wanneer er een ander scherm wordt getoond, kunt u enkele malen
op de [] knop drukken om naar dit scherm te gaan. Voor details
over het Score scherm, zie p.15.
2. Lijst scherm
fig.toneslct.e.eps_50
3. Gedetailleerd instellingsscherm
fig.scoreopt1.e.eps_50
In een soortgelijk scherm als dit worden gedetailleerde instellingen
voor functies gemaakt. Het op dat moment geselecteerde onderdeel
zal in wit oplichten, en u kunt de [] [] knoppen gebruiken
om de waarde te bewerken. Een uitleg van het geselecteerde
onderdeel wordt onder het onderdeel getoond. Bij sommige
onderdelen wordt tevens een uitleg van de waardes weergegeven.
Als u de [] en [] knoppen gelijktijdig indrukt, zal de
waarde naar de basis instelling terugkeren.
Wanneer de symbolen boven in het scherm
verschijnen, betekent dit dat er op de volgende of vorige pagina’s
ook onderdelen aanwezig zijn.
Als u op de [] knop drukt, zal de geselecteerde waarde voltooid
worden, en keert u naar het scherm terug dat getoond werd voordat
dit scherm werd weergegeven.
Navigeren te midden van selecties
In de meeste gevallen zult u een cursorknop indrukken om het
onderdeel aan de linker- of rechterkant (afhankelijk van de richting
van de pijl) van het huidig geselecteerde onderdeel (het onderdeel
dat in wit oplicht) te selecteren.
Echter, in sommige schermen kunnen de [] [] knoppen
gebruikt worden voor het selecteren van onderdelen boven en
onder, evenals die aan de linker- en rechterkant.
fig.cursormove.e
Voorbeeld: Twee-
voudig scherm (p.25).
Als u de [ ] knop
indrukt, zal het
geselecteerde
onderdeel verplaatsen,
in de volgorde
2
1
Wanneer u alleen de [] en [] knoppen gebruikt om een
onderdeel te selecteren, zal onder in het scherm “[]Select”
worden aangegeven.
3
1
2
3
Dit type Lijst scherm zal verschijnen als u songs, klanken, of
begeleidingsstijlen selecteert. In dit scherm gebruikt u de cursor
knoppen om het gewenste onderdeel te selecteren. Het geselecteerde
onderdeel zal in wit oplichten.
Wanneer de symbolen boven in het scherm
verschijnen, betekent dit dat er op de volgende of vorige pagina’s
ook onderdelen aanwezig zijn.
14
Berichten
Tijdens het werken met dit apparaat zullen soms verscheidene berich-
ten verschijnen. Deze berichten vragen u om een operatie te bevesti-
gen, informeren u over het resultaat van een operatie, of geven een
storing aan wanneer een operatie niet uitgevoerd kon worden. Meer
informatie over storingsberichten die met ‘Error’ beginnen vindt u op
p.51. Als een bericht zoals het volgende wordt weergegeven, gebruikt
u de [][] knoppen om uw antwoord te selecteren, en drukt u
[]
op de
zult u naar het voorgaande scherm terugkeren.
fig.message.e.eps
knop om het te bevestigen. Als u de [] knop indrukt
Met een song meespelen
Score scherm
Wanneer de stroom van de HPi-5 wordt aangezet, zal een muzikaal Score scherm zoals het onderstaande in
het scherm verschijnen.
Dit kan niet alleen de ingebouwde songs weergeven, maar ook de muzikale score van SMF muziekbestanden,
of een uitvoering die u op de HPi-5 heeft opgenomen.
fig.score.e
Part
Selecteer de part(s) waarvan de
score zal worden weergegeven.
: Score voor beide handen
: alleen linkerhand score
: alleen rechterhand score
: score van het gespecifi-
ceerde part (→ om het part
te veranderen, zie p.41).
Vingerzetting
Bij het afspelen van songdata die
vingerzettingen bevat, zullen de
vingerzettingen worden
weergegeven als u dit aanvinkt.
Dit is handig om de juiste
vingerzettingen te leren. De
vingers worden als volgt
genummerd: 1: duim, 2:
wijsvinger, 3: middelvinger, 4:
ringvinger, 5: pink. Dit onderdeel
kan niet geselecteerd worden als
er geen vingerzettingdata is.
Part Fingering Lyrics Zoom
*Als u een part dat geen uitvoeringsdata bevat heeft geselecteerd, zal de score geen noten tonen. Om het part dat wordt
weergegeven te veranderen, kijkt u bij ‘De Score scherm instellingen veranderen’(p.41).
Tempo SongnaamMaatsoort Maat
Teksten
Bij het afspelen van songdata
die tekstdata bevat, zal de tekst
worden weergegeven als u dit
aanvinkt. Dit onderdeel kan niet
geselecteerd worden als er geen
tekstdata is.
Zoom
Als dit is aangevinkt zal de score
vergroot worden weergegeven, één
maat per keer.
Ook de nootnamen kunnen
weergegeven worden.
Vinkje toevoegen/
verwijderen, parts
veranderen
Selecteer het in te
stellen onderdeel
Afhankelijk van de
songdata zullen sommige
onderdelen niet ingesteld
kunnen worden.
Gedetailleerde
instellingen voor de tel
maken
Voor details, zie p.41.
*De vingerzettingen in het scherm geven één mogelijke vingerzetting aan.
*De vingerzettingen kunnen alleen worden weergegeven tijdens het spelen van een interne song.
Enkele opmerkingen over het Score scherm
• Als u de song begint af te spelen, zal het Score scherm tonen. Terwijl dit symbool wordt
weergegeven, wordt uitvoeringsdata van floppydisk of uit het interne geheugen geladen. Het kan
dertig seconden tot een minuut duren voordat de data is gelezen. Wacht alstublieft even.
• De weergegeven score wordt uit de muziekbestanden gegenereerd, en het feit dat het scherm
gemakkelijk leesbaar is, heeft voorrang boven het nauwkeurig reproduceren van een
ingewikkelde of moeilijke uitvoering. Dit is de reden dat u soms verschillen met commercieel
verkrijgbare bladmuziek zult bemerken. Dit is zeker niet geschikt voor het weergeven van
geavanceerde of ingewikkelde songs, waarbij gedetailleerde scores vereist zijn. Versieringen, of
noten korter dan een zestiende noot kunnen niet worden weergegeven.
• In het Score scherm kunnen teksten of noten buiten het weergavenbereik van het scherm vallen,
en worden niet getoond.
• Als u tijdens het afspelen van de song de score weergeeft of het getoonde part verandert, kan de
song soms vanaf het begin gaan afspelen.
15
Met een song meespelen
Knop bedieningen
De volgende knoppen worden voor het afspelen van een song gebruikt.
fig.panel1-1 Track buttons
[Volume] knop
Past het volume aan (p.10).
[Song] knop
Selecteert de song die gespeeld zal worden (p.16).
[Transpose] knop
Verandert de afspeel toonsoort
van de song (p.22)
[Function] knop
Wijst een markeerpunt binnen
de song toe (p.18).
Track knoppen
Ieder onderdeel van de song die wordt afgespeeld wordt aan
een track knop toegewezen. Selecteer parts, of wissel af tussen
tijdelijk stil gemaakte (mute) (indicator donker), en spelende
parts (knop indicator verlicht).
[ (Bwd)] [ (Fwd)] knoppen
Druk hier één keer op om één maat verder of terug te gaan.
Gaat onafgebroken voor- of achteruit als deze ingedrukt
worden gehouden.
[ (Rec)] knop
Neemt een uitvoering op (p.30).
[ (Play)] knop
Start het afspelen.
[ (Stop)] knop
Stopt het afspelen.
[ (Reset)] knop
Keert naar de eerste maat van de song terug.
[Tempo] knoppen
Passen het tempo van de song aan.
Een song afspelen
De HPi-5 heeft 168 ingebouwde piano songs.
Deze kunnen alle in het Score scherm bekeken worden.
De songs hebben tevens orkest begeleidingen, zodat u met de begeleiding mee kunt spelen, of het tempo aan
kunt passen tot de gewenste snelheid, om gemakkelijker te kunnen oefenen.
→ ‘Interne Songlijst’(p.58)
fig.panel1-2
16
*
Als u de [
(Stop)] knop ingedrukt houdt en de [ (Fwd)] knop indrukt,
zult u naar het einde van de song gaan.
1
2
3 2
2
Met een song meespelen
Een song selecteren
1Druk op de [Song] knop. In het scherm selecteert u de song die u wilt afspelen.
Genre
ruk op om het
genre
te selecteren.
De te selecteren songs
verschillen per genre.
Song list
De selectie zal in wit
oplichten.
0: (Songnaam)
De naam van de op dat
moment geselecteerde
Afspelen
2Druk op de [ (Play)] knop.
De indicator van de knop zal oplichten.
Het scherm zal verschijnen, en de song zal beginnen te spelen.
Terwijl het symbool in het scherm wordt getoond, wordt de songdata geladen.
Het tempo aanpassen
Gebruik de Tempo [Slow] [Fast] knoppen om het tempo aan te passen.
Het tempo wordt met de waarde van een kwartnoot aangepast, waarbij 20-250 het toelaatbare bereik is. Als u
de Tempo [Slow] [Fast] knoppen gelijktijdig indrukt, zult u naar het basistempo van de song terugkeren (het
tempo voordat het werd gewijzigd).
Disk
Selecteer songs van disk.
Voor details, zie p.40.
Selecteer een song
Terug naar het Score
scherm
Beluister de
geselecteerde song
Muting (tijdelijk tot zwijgen brengen) van af te spelen gedeeltes
U kunt het geluid van specifieke afspeelonderdelen tijdelijk tot zwijgen brengen, en deze vervolgens zelf
spelen.
Druk op een track knop om een specifieke track tot zwijgen te brengen. De indicator van de ingedrukte knop
wordt donker, en de geselecteerde track zal niet hoorbaar zijn. Om muting op te heffen drukt u nogmaals op
dezelfde track knop, zodat de indicator oplicht.
*Wanneer de [3/Left hand] knop en [4/Right hand] knop tijdens het afspelen van SMF bestanden voor de Roland Piano Digital
serie de linker/rechterhand uitvoeringen niet correct besturen, verandert u de ‘Track Assign’ instellingen. Raadpleeg ‘De
aan de track knoppen toegewezen parts veranderen tijdens SMF afspelen (Track Assign).’ (p.45)
De song stoppen
3Druk op de [ (Stop)] knop.
Het afspelen zal automatisch stoppen wanneer het einde van de song wordt bereikt.
Druk op de [ (Reset)] knop om naar het begin van de song terug te keren.
Als een scherm zoals het volgende wordt weergegeven
Wanneer een song reeds in het opslaggebied (interne geheugen)
is geselecteerd, is het kiezen van een andere song of het opnemen
van een nieuwe uitvoering niet mogelijk. Als het OK is om de
bestaande song te wissen, selecteert u ‘Yes’ en drukt u op de []
knop. Als u de song niet wilt wissen, selecteert u ‘No’ en slaat u
de song op floppydisk op (→ p.36).
17
Met een song meespelen
Songs opeenvolgend afspelen (Demo/All Song Play)
De interne songs kunnen opeenvolgend afgespeeld worden.
fig.panel1-3
1
Change
the tempo
21
1Houdt de track [4/Right] knop ingedrukt en druk op de [Wonderland] knop.
fig.allsong.e
All Songs in Random
Speelt alle songs af.
Genre
Speel alle songs van het
geselecteerde genre af.
Selecteer “Disk” als u
songs van uw floppydisk
wilt afspelen.
Als er gedurende enkele seconden geen handelingen worden uitgevoerd, zal ‘All Songs in Random’
automatisch starten. Songs zullen opeenvolgend worden afgespeeld. Als alle geselecteerde songs zijn
afgespeeld, zal het afspelen naar de eerste song terugkeren, en verder gaan.
Het afspelen stoppen
Selecteer een genre
Start het afspelen
Terug naar het Score
scherm
2Druk op de [ (Stop)] knop.
Het afspelen zal stoppen.
Afspelen op een vaststaand tempo
In het geval van een song met ingewikkelde tempoveranderingen, is het effectief om in het begin op
een vaststaand tempo te oefenen. Het afspelen op een vaststaand tempo, zonder dat tempowisselingen
zijn toegestaan, wordt ‘Tempo Mute’ genoemd.
1Houdt de [ (Stop)] knop ingedrukt en druk op de Tempo [Slow] of [Fast] knop.
Terwijl Tempo Mute is ingeschakeld, zal de tempo indicatie in het scherm oplichten.
fig.tempomute.e
Als u de song afspeelt, zal deze op een constant tempo spelen.
Om Tempo Mute op te heffen, houdt u de [ (Stop)] knop ingedrukt en drukt u op de Tempo [Slow] of [Fast]
knop. Tempo Mute wordt tevens geannuleerd als u een andere song selecteert.
18
De metronoom gebruiken
De HPi-5 bevat een veelzijdige metronoomfunctie.
Terwijl een song of begeleiding (→ Pianist functie, p.28) wordt afgespeeld, zal de metronoom volgens het
overeenkomstige tempo en de maatsoort (Beat) klinken.
fig.panel1-4
1Druk op de [Metronome] knop.
De indicator van de knop zal volgens de maatsoort knipperen (Beat), en de metronoom zal klinken.
Om de metronoom te stoppen drukt u op de [Metronome] knop, zodat zijn indicator donker wordt.
fig.metro.e
Met een song meespelen
1
Volume
Stel de metronoom
in.
Sound
Specificeer het
metronoomgeluid.
Tempo
Gebruik de Tempo
[Slow] of [Fast] knop
om het tempo aan te
passen.
In dit scherm kunt u de volgende instellingen maken:
OnderdeelInstelling
Volume0 ((geen geluid)–10
Beat
Sound
Beat
Stel de maat in.
Selecteer het in te
stellen onderdeel
Verander de instelling
Double (noot toegevoegd aan de back beat van de eerste tel)
Triple (toegevoegde noten laten de eerste tel als een triool klinken)
Shuffle (noten toegevoegd om een shuffle te creëren)
19
Met een song meespelen
Een Count (meetelling) toevoegen ter ondersteuning
van uw timing
‘Count In’ betekent het laten klinken van een (af)telling voordat het afspelen van de song begint.
‘Countdown’ betekent het laten klinken van een (af)telling na het intro van de song (voordat u het
keyboard gaat bespelen).
Als u met een song gaat meespelen, zal het laten klinken van een (af)telling het voor u gemakkelijker maken
om uw timing van uw uitvoering overeen te laten komen met die van de song.
fig.panel1-5
1
1Druk op de [Metronome] knop. In het Metronome scherm drukt u op de [] knop.
fig.count1.e
Verander de instelling
Selecteer het in te stellen
onderdeel
Druk op de knop om het volgende
instellingsonderdeel weer te geven.
Voor details, zie p.42.
Keer naar het Metronome
scherm terug.
Onderdeel Instelling
Specificeer welk
Count
→ Meer informatie over andere instellingen in het Count Options scherm vindt u bij ‘De Count instellingen veranderen’ (p.42).
type (af)telling
(Count) toegevoegd
zal worden.
Off (geen telling)
Count In (voeg een (af)telling toe voordat de uitvoering begint)
Countdown (voeg een (af)telling toe, net voordat u begint te spelen)
Count In/Down (voeg zowel een Count-in als een Countdown toe)
Markeringen aan een song toewijzen voor herhaalde oefening
fig.panel1-6
20
U kunt markeringen binnen een song aanbrengen zodat u naar een gemarkeerde mark kunt gaan, of
herhaaldelijk tussen twee markeringen kunt afspelen.
123
Met een song meespelen
Voordat u begint, selecteert u de song waarin u markeringen wilt aanbrengen (→ p.16).
Toegang tot het Marker scherm
1Druk op de [Function] knop. In het Function scherm selecteert u ‘Marker’, en drukt
fig.mark.e
TempoSongnaamMaatsoort Maat
Marker A
Geeft het maatnummer
waarop markering A werd
toegewezen aan.
Repeat
Als dit op “On“ staat zal er
herhaaldelijk tussen twee
markeringen worden
afgespeeld.
Marker B
Geeft het maatnummer
waarop markering B
werd toegewezen aan.
Stel markering A in, ga naar
markering A.
Verwijder een markering.
Schakel ‘Repeat’ op ‘on/off’.
Stel markering B in, ga naar
markering B.
Ga naar de locatie waar u een markering wilt toewijzen.
2Gebruik de [ (Bwd)][ (Fwd)] knoppen om naar de maat te gaan waarop u de
markering wilt toewijzen.
Wijs een markering toe
u op de [] knop.
Maak gedetailleerde
instellingen voor de
markering.
Voor details, zie p.43.
Keer naar het Function
scherm terug.
3Druk op de [] or [] knop om markering A of B toe te wijzen.
Het nummer van de maat waarop de markering werd toegewezen zal in het scherm aangegeven worden. Het
is niet mogelijk om markering B op dezelfde locatie, of eerder dan markering A toe te wijzen.
→ Markers kunnen in plaats van in maten, ook in eenheden van tellen worden toegewezen. Zie ‘Een markering in het
midden van een maat toewijzen (Marker Option/Resolution)’ (p.43).
Een toegewezen markering verplaatsen
Nadat een markering in de song is toegewezen, kunt u de [] knop ingedrukt houden en op de [
(Bwd)] of [ (Fwd)] knop drukken, om de plaats waar de markering werd toegewezen aan te passen. Om
de locatie van markering B aan te passen, houdt u de [] knop ingedrukt en drukt u de [ (Bwd)] of
[ (Fwd)] knop in.
Naar de locatie van een toegewezen markering gaan
Nadat een markering in de song is toegewezen, drukt u op de [] of [] knoppen om naar de locatie van
de marker te gaan (springen).
Herhaaldelijk tussen twee markeringen afspelen
Nadat de markeringen A en B beiden zijn toegewezen, drukt u op de [] knop. In het scherm zet u ‘Repeat’
op ‘On’. Als u de [ (Play)] knop indrukt, zal er herhaaldelijk tussen de twee markeringen worden afgespeeld.
Als u Repeat Playback gebruikt zonder toewijzing van markering A of B
De gehele geselecteerde song zal herhaaldelijk afgespeeld worden.
Als u Repeat Playback gebruikt terwijl alleen markering A is toegewezen
De song zal herhaaldelijk vanaf markering A tot het einde van de song worden afgespeeld.
Als u Repeat Playback gebruikt terwijl alleen markering B is toegewezen
De song zal herhaaldelijk vanaf het begin van de song tot aan markering B worden afgespeeld.
21
Met een song meespelen
Een door u toegewezen markering verwijderen
Houdt de [] knop ingedrukt, en druk op de [] om markering A te verwijderen, of op [] om
markering B te verwijderen.
*Als ‘Repeat’ in het Marker scherm op ‘On’ staat, kunt u de [] knop indrukken om het Score scherm weer te geven en
herhaaldelijk af te spelen.
Alle handelingen waarbij markeringen zijn betrokken, inclusief naar een bepaalde markering gaan, worden in het Marker
scherm gedaan.
De toonhoogte van het keyboard of waarop de song wordt
afgespeeld veranderen (Transpose)
Door gebruik van de ‘Transpose’ functie kunt u uw uitvoering transponeren zonder dat de noten die u speelt
veranderen. Bijvoorbeeld, als een song in een moeilijke toonsoort met veel kruizen ( ) of mollen ( ) staat,
kunt u deze functie gebruiken om de song in een eenvoudigere toonsoort te spelen. Ook kunt u deze functie
gebruiken om een song in een andere toonsoort af te spelen. Bij het begeleiden van een vocalist kunt u de
toonhoogte op eenvoudige wijze veranderen in een bereik dat geschikt is voor de zanger, terwijl de noten nog
steeds zoals genoteerd (dat wil zeggen met dezelfde vingerzetting posities) gespeeld worden.
fig.panel1-7
1
1Druk op de [Transpose] knop.
fig.trans.e
Als u bijvoorbeeld de E toonhoogte
wilt laten klinken als u de C toets
indrukt, stelt u de “Keyboard”
transpositie instelling op 4 in.
Als u C E G speeltZal E G B klinken
OnderdeelInstelling
Keyboard
SongTransponeert het afspeelgeluid van de song.-24–0–24
#
Transponeert de door het keyboard gespeelde toonhoogtes.
Deze instelling kan gemaakt worden door het ingedrukt
houden van de [Transpose] knop, en het indrukken van de
toets waarnaar u wilt transponeren.
Verander de
instelling.
Selecteer het in
te stellen onderdeel.
Keer naar het
voorgaande scherm
terug.
-6–0–5
22
Als u het keyboard transponeert, zal de indicator van de [Transpose] knop oplichten. Als de transpose
instelling ‘0’ is, zal de indicator van de knop donker zijn.
Om de transpositie te annuleren drukt u op de [Transpose] knop, waardoor zijn indicator donker zal worden.
De transpositie instelling zal naar ‘0’ terugkeren wanneer u een andere song kiest.
Met een song meespelen
De aanslaggevoeligheid van het keyboard aanpassen
(Key Touch)
U kunt de aanslag (speelsterkte) van het keyboard aanpassen.
fig.panel1-8
1
1Druk op de [Key Touch] knop.
fig.keytouch.e
Key Touch
Druk op om de
instelling te
veranderen.
OnderdeelIndicatorInstelling
DonkerMedium
RoodHeavy
Key Touch
GroenLight
OranjeFixed
Keer naar het
voorgaande scherm
terug.
Hiermee kunt u met de meest natuurlijk aanslaggevoeligheid
spelen. Deze instelling komt het meest in de buurt van de
response van een akoestische piano.
Fortissimo (ff) kan niet geproduceerd worden, tenzij u sterker
dan normaal speelt, waardoor het keyboard ‘gevoel’ zwaar-
der aanvoelt. Door deze instelling kunt u bij dynamisch spel
meer expressie toevoegen.
Fortissimo (ff) kan geproduceerd worden als u minder sterk
dan normaal speelt, waardoor het keyboard ‘gevoel’ lichter
aanvoelt. Deze instelling maakt het voor kinderen gemakke-
lijker, omdat zij minder kracht in de handen hebben.
Klinkt op een vaststaand volume, ongeacht de sterkte waar-
mee u op het keyboard speelt.
De [Key Touch] knop kan ingedrukt worden om de keyboard gevoeligheid te veranderen, zelfs als de Display
[On/Off] knop gebruikt is om het scherm uit te zetten. De kleur van de [Key Touch] knop indicator zal de
geselecteerde instelling tonen.
23
Variatie in uw uitvoeringen aanbrengen
Het te spelen geluid selecteren
De HPi-5 bevat 420 en meer verschillende klanken. De klanken zijn in zes klankgroepen ondergebracht, die
aan de [Tone] knoppen zijn toegewezen.
fig.panel2-1
1
1Druk op één van de [Tone] knoppen, en selecteer de gewenste klank in het scherm.
Als u op een [Tone] knop drukt, zal de indicator van de knop oplichten.
fig.toneslct.e
Tone list
De selectie zal in wit
oplichten.
De geselecteerde klank zal voltooid worden als u het keyboard bespeelt, of de [Tone] knop indrukt waarvan
de indicator knippert. Wanneer uw selectie voltooid is, zal de indicator van de knop van knipperend in
verlicht veranderen. De volgende keer dat u deze [Tone] knop indrukt, zult u de klank horen die u hier
voltooid heeft.
→ ‘Tone/Drum Set Lijst’ (p.52).
Percussie instrumenten of geluidseffecten spelen
Druk de Tone [Others] knop in. Gebruik de cursor knoppen om een ritmeset zoals ‘DR Standard’ of SFX set
te selecteren. Drumnamen worden aangegeven met ‘DR’ voor de naam. Elke noot van het keyboard zal een
ander geluid spelen.
→ Voor de geluiden die aan elke toets van een drum set of sound effect set zijn toegewezen, kijkt u bij ‘Drum Set Lijst’
(p.54).
Selecteer een klank
Als u de cursorknop
indrukt, zal de indicator
van de geselecteerde
[Tone] knop knipperen.
Beluister een demo
van de geselecteerde
klank.
Keer naar het
voorgaande scherm
terug.
Effecten op het geluid toepassen
fig.panel2-2
11
24
Variatie in uw uitvoeringen aanbrengen
Weerkaatsing aan het geluid toevoegen (Reverb)
Door toepassing van het reverb effect kunt u een prettige weerkaatsing produceren, waardoor het klinkt alsof
u in een concertzaal speelt.
1Druk op de [Reverb] knop.
De indicator van de knop zal oplichten, en een reverb effect zal op het geluid worden toegepast. Om het
reverb effect te annuleren drukt u op de [Reverb] knop, zodat zijn indicator donker wordt.
*Het is niet mogelijk om de reverb effect instelling van ieder geluid te onthouden.
Het geluid rijker maken (Chorus)
Door toepassing van het chorus effect kunt u het geluid rijker en ruimtelijker maken.
1Druk op de [Chorus] knop.
De indicator van de knop zal oplichten, en een chorus effect zal op het geluid worden toegepast. Om het
chorus effect te annuleren drukt u op de [Chorus] knop, zodat zijn indicator donker wordt.
*De chorus instelling kan voor ieder geluid onthouden worden.
→ De diepte van het reverb effect en het chorus effect kan aangepast worden. Zie ‘De diepte van de effecten
aanpassen (Effects)’ (p.43).
Twee opgestapelde geluiden samen afspelen
Het gelijktijdig spelen van twee geluiden wanneer één toets wordt ingedrukt, wordt ‘Dual Performance’
(tweevoudige uitvoering) genoemd.
1Druk twee [Tone] knoppen gelijktijdig in.
Allebei de indicators van de knoppen zullen oplichten. Van de twee knoppen zal het geluid van de linker
knop ‘Tone 1’ zijn, en het geluid van de rechter knop ‘Tone 2’.
fig.dual.e
Tone 1
Toont de klanknaam van de
linker Tone knop die
geselecteerd is.
Tone 2
Toont de klanknaam van de
rechter Tone knop die
geselecteerd is.
Dual Balance
Toont de volume ratio van de
twee geselecteerde klanken.
Verander de klank,
verander de Dual
Balance.
Selecteer het in te
stellen onderdeel.
Het geselecteerde onderdeel zal in wit oplichten.
Keer naar het
voorgaande scherm
terug.
Wanneer de klanknamen van ‘Tone 1’ of ‘Tone 2’ oplichten, kunt u de [] of [] knop indrukken om
klanken binnen dezelfde klankgroep te selecteren (→ p.24).
Als ‘Dual Balance’ oplicht, kunt u de [] of [] knop indrukken om de volumebalans tussen de twee
geselecteerde klanken aan te passen.
Om de tweevoudige uitvoering op te annuleren, drukt u op een willekeurige [Tone] knop.
25
Variatie in uw uitvoeringen aanbrengen
Verschillende geluiden spelen met de rechter- en
linkerhand (Split)
Het verdelen van het keyboard in linker- en rechterhand gebieden, en het vervolgens spelen van verschillende
geluiden in elk gebied wordt ‘Split Performance’ genoemd. De grens toets wordt het ‘split point’ (splitspunt)
genoemd.
fig.splitpoint.e
Split Point (als de stroom wordt aangezet is dit op F 3 ingesteld).
C1 D1 E1 F1 G1 A1 B1A0 B0C2C3C4C5C8B7
*De Split Point toets hoort bij het gebied voor de linkerhand.
fig.panel2-3
1Druk op de [Split] knop.
De indicator van de knop zal oplichten.
De klank aan de rechterkant zal de ‘Right-hand Tone’ (klank van de rechterhand) zijn, en de klank aan de
linkerkant de ‘Left-hand Tone’ (klank van de linkerhand).
fig.split.e
Left-hand Tone
Toont de naam van de klank die
voor het keyboardgebied voor
de linkerhand is geselecteerd.
Right-hand Tone
Toont de naam van de klank die
voor het keyboardgebied voor
de rechterhand is geselecteerd.
…
Left-hand ToneRight-hand Tone
1
Verander de klank,
verander de Dual
Balance.
Selecteer het in te
stellen onderdeel.
Het geselecteerde onderdeel zal in wit oplichten.
Split Point
Toont de toets tussen de linkeren rechterhand
keyboardgebieden.
Wanneer de ‘Right-hand Tone’ of de ‘Left-hand Tone’ oplichten, kunt u met de [Tone] knoppen en de []
of [] knoppen klanken selecteren.
Als het ‘Split Point’ geselecteerd is, kunt u de [] of [] knop indrukken om het splitspunt te veranderen.
Het splitspunt kan ook ingesteld worden door de [Split] knop ingedrukt te houden, en de toets voor het
gewenste splitspunt in te drukken.
Om Split Performance te annuleren drukt u op de [Split] knop, zodat zijn indicator donker wordt.
26
Keer naar het
voorgaande scherm
terug.
Variatie in uw uitvoeringen aanbrengen
Veranderen van Dual Performance naar Split Performance
Door het veranderen van Dual Performance naar Split Performance kunt u het keyboard in rechter- en
linkerhand gebieden verdelen, en twee klanken in het rechterhand gebied opstapelen.
1Wanneer u Dual Performance gebruikt, drukt u op de [Split] knop.
De indicator van de [Split] knop zal oplichten.
fig.dualsplit.e
Left-hand Tone
Toont de naam van de
klank die voor het
linkerhand keyboardgebied is geselecteerd.
Tone 1
Toont de naam van Tone 1
van de Dual Performance
in het rechterhand gebied.
Verander de klank,
verander de Dual
Balance.
Selecteer het in te
stellen onderdeel.
Het geselecteerde onderdeel zal in wit oplichten.
Split Point
Toont de toets tussen de
rechter- en linkerhand
gebieden.
Tone 2
Toont de naam van Tone 2 van
de Dual Performance in het
rechterhand gebied.
Dual Balance
Toont de volume ratio van de twee
klanken die voor het rechterhand
gebied geselecteerd zijn.
Keer naar het
voorgaande scherm
terug.
Van Split naar Dual Performance overschakelen
1Wanneer u Split Performance gebruikt (p.26), laat u de ‘Right-hand Tone’ oplichten
(highlight).
2Druk de twee [Tone] knoppen die u wilt opstapelen gelijktijdig in.
27
Een begeleiding aan uw uitvoering
toevoegen (Pianist Functie)
De Pianist Functie voegt automatisch een geschikte begeleiding aan uw piano uitvoering toe.
U kunt één van de 30 verschillende begeleidingsstijlen kiezen, geschikt voor de song die u wilt spelen.
U kunt het begeleidingsakkoord voor het linkerhand gebied specificeren, of een enkele knop indrukken om
fig.panel3-1
een intro of einde te spelen.
1
→ ‘Pianist Stijl lijst’ (p.56).
→ ‘Akkoordenlijst’ (p.57).
32
Verander het tempo van de begeleiding
1Druk op de [Pianist] knop om naar het Style Select scherm te gaan, en selecteer een
begeleidingsstijl.
De indicator van de [Pianist] knop zal oplichten, en de indicator van de [Intro/Ending] knop gaat knipperen.
Het keyboard zal op het splitspunt (→ p.26) in rechter- en linkerhand gebieden verdeeld worden.
fig.pianist1.e
TempoAkkoordnaam
Style list
De selectie zal in wit
oplichten.
Selecteer een stijl
Terug naar het Score
scherm.
Begeleiding stopt, en het
Score scherm verschijnt.
De begeleiding starten
2Druk op de [Start/Stop] knop, of speel een akkoord in het linkerhand gebied.
De begeleiding zal met een intro beginnen. Als u geen intro wilt toevoegen, drukt u op de [Intro/Ending]
knop zodat zijn indicator donker wordt. Voer dan stap 2 uit.
Specificeer het begeleidingsakkoord in het linkerhand keyboardgebied. Speel vrijelijk in het rechterhand
keyboardgebied.
De begeleiding stoppen
3Druk op de [Intro/Ending] knop of de [Start/Stop] knop.
Als u de [Intro/Ending] knop indrukt, zal de begeleiding na een einde stoppen. Als u de [Start/Stop] knop
indrukt zal de begeleiding direct stoppen.
Om de Pianist functie te annuleren drukt u op de [Pianist] knop, zodat zijn indicator donker wordt.
*Als u de Pianist functie gebruikt, kunt u in het linkerhand keyboardgebied geen geluid selecteren en spelen.
*U kunt het splitpunt veranderen door de [Split] knop ingedrukt te houden en een toets in te drukken (p.26).
→ U kunt de volumebalans tussen het keyboard spelen en de begeleiding veranderen. Zie ‘De volumebalans tussen
begeleiding en keyboard aanpassen (Balance)’ (p.43).
*De begeleidingsdata die door de Pianist functie geproduceerd wordt, zal niet via de MIDI Out aansluiting worden uitgestuurd.
28
Spelen in een sprookjesland van geluid
Met ‘Wonderland’ kunnen kinderen een verscheidenheid aan geluiden en ingebouwde songs ervaren,
middels eenvoudige bediening en grappige animatie.
fig.panel4-1
1
1Druk op de [Wonderland] knop, en selecteer het gewenste onderdeel in het scherm.
Nadat het openingsscherm is getoond, zal een scherm zoals het onderstaande verschijnen.
fig.wonder.e
Selecteer een onderdeel
of instrument.
Explanation of each selection
OnderdeelInhoud
Selecteer een afbeelding van een percussie instrument om het geluid van dat
DRUMS
SFXLuister naar een grote variëteit aan geluidseffecten.
TONES
SONGSBeluister de ingebouwde songs
GAMEEen spelletje noten raden.
Om Wonderland te verlaten drukt u enkele malen op de [] knop of op de [Wonderland] knop, zodat zijn
indicator donker wordt.
instrument te beluisteren. Bespeel het keyboard om het geselecteerde
percussie instrument te spelen.
Selecteer een afbeelding van een instrument om het geluid van dat instrument
te beluisteren. Bespeel het keyboard om het geselecteerde instrument te
spelen.
Ga door naar het volgende
scherm, beluister of stop het
geselecteerde geluid of de song.
Keer naar het voorgaande
scherm terug, verlaat Wonderland.
*Als u de Wonderland functie gebruikt, kunt u de [Reverb] en [Chorus] knoppen gebruiken om effecten op het geluid toe te
passen (p.24).
Echter, andere knoppen behalve die in stap 1 hierboven, en de [Reverb] en [Chorus] knoppen zullen niet in werking zijn.
29
Uw uitvoering opnemen
Met de HPi-5 kunt u uw eigen uitvoeringen opnemen. Een opgenomen uitvoering kan worden afgespeeld om
uw eigen spel te beluisteren, of om aanvullende gedeeltes toe te voegen. De volgende opnamemethodes
kunnen op de HPi-5 worden uitgevoerd:
• Samen met een interne song of disk song opnemen (→‘Samen met een song opnemen’).
• Alleen uw eigen keyboard uitvoering opnemen (→‘Een nieuwe song opnemen’ (p.31).
• Opnieuw opnemen (→ p.33).
• De Pianist functie gebruiken om op te nemen (→‘Opnemen met een begeleiding (de Pianist functie)’ (p.34).
• Multitrack opname op vijf tracks (→ Multitrack opname op vijf tracks’ (p.35).
*Songs die u opneemt gaan verloren op het moment dat u een andere song selecteert, of de stroom van de HPi-5 uitzet.
Zorg dat u belangrijke uitvoeringen op een floppydisk opslaat. Zie ‘Een song op een floppydisk opslaan’ (p.36).
Samen met een song opnemen
Een uitvoering die u speelt, kunt u samen met een interne song of disk song opnemen. Hier zullen we
uitleggen hoe u de begeleiding van een interne song kunt beluisteren terwijl u de uitvoering van de
rechterhand opneemt.
fig.panel5-1
Voordat u gaat opnemen selecteert u eerst een song, en drukt u op de [] knop zodat het Score scherm wordt
weergegeven. Op p.16 leest u hoe een interne song geselecteerd kan worden, en hoe een disk song
geselecteerd kan worden vindt u op p.40.
Opname instellingen maken
1Druk op de [ (Rec)] knop.
*Terwijl het maatnummer in wit oplicht, wordt het Score scherm gegenereerd. Als het nummer dat oplicht zich weer in
normale (niet opgelichte) status bevindt, probeert u de operatie opnieuw uit te voeren.
fig.recmsg1.e
Het geselecteerde
onderdeel zal in wit
oplichten.
24
5
316875
Selecteer een keuze.
Voltooi een keuze.
Keer naar het
voorgaande scherm
terug.
2Kies ‘Record over selected song’.
Met deze instelling kunt u opnemen terwijl u de geselecteerde song beluistert.
fig.recmsg2.e
30
Uw uitvoering opnemen
Selecteer de track die u wilt opnemen
3Druk op de track knop van de track die u wilt opnemen (dat wil zeggen: de track
die u zelf wilt spelen).
De indicator van de knop die u indrukte zal knipperen, en de HPi-5 zal in de pauzestand komen te staan.
Aangezien we in dit voorbeeld de uitvoering van de rechterhand zullen opnemen, drukt u op de [4/Right]
knop, zodat de indicator van de knop gaat knipperen.
*Alleen de geluiden van een drum set of SFX set kunnen in de [R/Rhythm] knop worden opgenomen.
Selecteer de klank die opgenomen zal worden
4Gebruik de [Tone] knoppen om de op te nemen klank te selecteren.
Na het selecteren van de Tone (klank), drukt u op de [] knop om het Score scherm weer te geven.
Stel het tempo in
5Gebruik de [Tempo] knoppen om het opnametempo in te stellen.
*Het songtempo wordt in de geselecteerde song opgeslagen. Hoewel u het tempo voor opname langzamer kunt maken, zal
de song op het originele tempo spelen als uw uitvoering wordt afgespeeld.
*U kunt ook met gebruik van de metronoom opnemen. In dit geval zal het metronoomgeluid niet worden opgenomen.
Start de opname
6Druk op de [ (Play)] knop.
Na een aftelling van twee maten zal de opname beginnen.
Merk op dat de opname ook begint op het moment dat u iets op het keyboard speelt, zelfs als u de [ (Play)]
knop niet indrukt. In dit geval zal er geen (af)telling hoorbaar zijn.
Als de opname begint, zullen de [ (Play)] en [ (Rec)] knoppen oplichten.
Bespeel het keyboard.
De opname stoppen
7Druk op de [ (Stop)] knop.
Speel de opgenomen uitvoering af
8Druk op de [ (Reset)] knop, en dan op de [ (Play)] knop.
U zult de opgenomen uitvoering horen.
Om het afspelen te stoppen drukt u op de [ (Stop)] knop.
Een nieuwe song opnemen
Hier ziet u hoe uw eigen uitvoering op het keyboard zonder gebruik van een interne song opgenomen kan
worden.
fig.panel5-2
24
Maak opname instellingen (kies ‘New Song’).
1Druk op de [Song] knop.
5
368751
31
Uw uitvoering opnemen
fig.songslct.j.eps_60
0:New Song
Selecteer dit als u
een nieuwe song
wilt opnemen.
2Selecteer ‘0: New Song’.
Als het beeldscherm ‘New Song’ niet aangeeft.
Wanneer u op een cursor knop in het song selectie scherm drukt, zal het scherm vragen: ‘Delete the selected
song. OK?’ (→ p.17). Als u de song verwijdert, wordt ‘0: New Song’ weergegeven.
Het Score scherm wordt weergegeven als u enkele malen op de [] knop drukt.
3Druk op de [ (Rec)] knop.
De indicators van alle Track knoppen zullen knipperen, en de HPi-5 zal naar de pauzestand gaan.
*Als ‘Record a new song/Record over selected song’ in het scherm verschijnt, selecteert u ‘Record a new song’. In dit geval
zullen stappen 1-2 worden weggelaten.
*Wees er op bedacht dat wanneer u ‘Record a new song’ selecteert, de op dat moment geselecteerde song zal verschijnen.
Selecteer ‘0: New Song’.
Specificeer uw antwoord
op het bericht.
Keer naar het
voorgaande scherm
terug.
Selecteer de klank die opgenomen zal worden
4Gebruik de [Tone] knoppen om de klank die u voor de opname wilt gebruiken te
selecteren.
Nadat de Tone geselecteerd is, drukt u op de [] knop om het Score scherm weer te geven.
5Gebruik de [Tempo] knoppen om het opnametempo in te stellen.
Als u de maatsoort (maat) van de song wilt veranderen, drukt u op de [Metronome] knop en maakt u
instellingen in het Metronome scherm.
Nadat u het tempo heeft ingesteld, drukt u op de [] knop om het Score scherm weer te geven.
*U kunt de metronoom tijdens de opname gebruiken. In dit geval wordt het metronoomgeluid niet opgenomen.
Start de opname
6Druk op de [ (Play)] knop.
Na een aftelling van twee maten zal de opname beginnen.
Merk op dat de opname ook begint zodra u iets op het keyboard speelt, zelfs als u de [ (Play)] knop niet
indrukt. In dit geval zal er geen (af)telling hoorbaar zijn.
Als de opname begint, zullen de [ (Play)] en [ (Rec)] knoppen oplichten.
Bespeel het keyboard.
Stop de opname
7Druk op de [ (Stop)] knop.
De opgenomen uitvoering zal op de [1/User] knop zijn opgenomen.
Speel de opgenomen uitvoering af
8Druk op de [ (Reset)] knop, en dan op de [ (Play)] knop.
U zult de opgenomen uitvoering horen.
32
Om het afspelen te stoppen drukt u op de [ (Stop)] knop.
Uw uitvoering opnemen
Track knop toewijzingen voor de opgenomen uitvoering
Als u alleen een keyboard uitvoering opneemt, zal de uitvoering als volgt aan de track knoppen worden
toegewezen:
•Normale uitvoering (een individueel geluid van het gehele keyboard spelen)
De uitvoering wordt onder de [1/User] knop opgenomen.
•Dual uitvoering
De uitvoering wordt onder de [1/User] knop opgenomen.
•Split uitvoering
De uitvoering van de linkerhand wordt onder de [3/Left] knop opgenomen, en de uitvoering van
de rechterhand wordt onder de [4/Right] knop opgenomen.
•Dual uitvoering en Split uitvoering
De uitvoering van de linkerhand wordt onder de [3/Left] knop opgenomen, en de uitvoering van
de rechterhand wordt onder de [4/Right] knop opgenomen.
•Drum set of sound effect uitvoering
De uitvoering wordt onder de [R/Rhythm] knop opgenomen.
Opnieuw opnemen
Als u opnieuw wilt opnemen, specificeert u de track knop waarvan u de uitvoering opnieuw wilt opnemen,
en neem vervolgens opnieuw op.
Als u een eerder opgenomen track knop selecteert en opnieuw opneemt, zal de uitvoering vanaf de locatie
waarop u de opname begint, tot aan de locatie waarop u stopt met opnemen door de opnieuw opgenomen
uitvoering vervangen worden.
*Het songtempo wordt in de geselecteerde song opgeslagen. U kunt het tempo voor de opname langzamer maken, maar
als u de uitvoering afspeelt zal dit op het originele tempo gebeuren.
1Gebruik de [ (Bwd)] of [ (Fwd)] knoppen om naar de maat te gaan die u
opnieuw wilt opnemen.
2Druk op de [ (Rec)] knop.
fig.recmsg2.e
3Druk de track knop van de track die u opnieuw wilt opnemen in.
De indicators van de ingedrukte knop en van de [ (Play)] knop zullen knipperen, en de HPi-5 zal in de
pauzestand komen te staan.
4Druk op de [ (Play)] knop om de opname te starten.
Na een aftelling van twee maten zal de opname beginnen.
Als de opname begint zullen de [ (Play)] en de [ (Rec)] knoppen oplichten.
Bespeel het keyboard.
5Druk op de [ (Stop)] knop om de opname te stoppen.
33
Uw uitvoering opnemen
Een opgenomen song wissen
Een opgenomen song kan op de volgende twee manieren gewist worden:
1 Nadat de song is opgenomen drukt u op de [Song] knop, en selecteert u een andere song in het
song selectie scherm.
2 Houdt de [Song] knop ingedrukt en druk op de [ (Rec)] knop.
Als één van deze twee operaties wordt uitgevoerd, zal een beeldscherm zoals het onderstaande verschijnen:
fig.songdelmsg.e
Het geselecteerde
onderdeel zal in wit
oplichten.
* Als methode 1 wordt
gebruikt om een song te
wissen, kan het “Delete
the song. OK?” bericht
verschijnen.
Selecteer een
keuze.
Voltooi een keuze.
Keer naar het
voorgaande
scherm terug.
Als u ‘Yes’ selecteert, zal de song gewist worden.
Als u de song niet wilt wissen, slaat u deze op floppydisk op (→ p.36).
Andere opnamemethodes
Opnemen met een begeleiding (de Pianist functie)
U kunt de Pianist functie gebruiken om op te nemen terwijl een begeleiding wordt toegevoegd.
→ Meer informatie over de Pianist functie vindt u bij ‘Een begeleiding aan uw uitvoering toevoegen (Pianist functie)’
(p.28).
1Selecteer ‘New Song’ zoals beschreven bij stappen 1 en 2 van ‘Een nieuwe song
opnemen’ (p.31).
2Druk op de [ (Rec)] knop.
De indicators van alle Track knoppen zullen knipperen, en de HPi-5 zal in de pauzestand komen te staan.
3Druk op de [Pianist] knop en selecteer de gewenste begeleidingsstijl.
Pas het tempo aan, indien noodzakelijk.
4De opname zal beginnen zodra u de [Start/Stop] knop indrukt, of in het linkerhand
keyboardgebied begint te spelen.
Als u op de [ (Play)] knop drukt zal de begeleiding met een intro beginnen, na een aftelling van twee
maten, en de opname zal tegelijkertijd beginnen.
5Wanneer u de [Intro/Ending] knop of de [Start/Stop] knop indrukt om de begeleiding te
stoppen, zal de opname tevens gelijktijdig stoppen.
U kunt de [ (Stop)] knop zelfs in het midden van de begeleiding indrukken om de opname te stoppen.
De uitvoering van de rechterhand zal op de [4/Right] track worden opgenomen, de begeleidende
drumgeluiden zullen op de [R/Rhythm] track worden opgenomen, en de niet-drum begeleidingsgeluiden
zullen op de [2/Accomp] track worden opgenomen.
*Als u uw eigen uitvoering opnieuw wilt opnemen nadat de Pianist functie gebruikt is om op te nemen, moet u de Pianist
functie uitzetten voordat u gaat opnemen. Als u de Pianist functie niet uitzet, zal de Pianist begeleiding aan de eerder
34
opgenomen begeleiding worden toegevoegd.
Uw uitvoering opnemen
*Als u de begeleiding van de Pianist functie opnieuw wilt opnemen, selecteert u de [2/Accomp] track, en neemt u opnieuw op.
Multitrack opname op vijf tracks
Multitrack opname is een methode waarmee u aanvullende tracks kunt opnemen, terwijl u de eerder
opgenomen tracks beluistert. De HPi-5 biedt vijf tracks, dus u kunt op elke track verschillende geluiden
opnemen om een ensemble song (met meerdere instrumenten) te creëren.
Neem de eerste track op
1Neem uw uitvoering op, zoals in ‘Een nieuwe song opnemen’ (p.31) wordt
beschreven.
*Het songtempo zal onthouden worden als het tempo waarop u de eerste track opnam.
Neem de tweede en daaropvolgende tracks op.
2Selecteer, en neem aanvullende tracks één voor één op, zoals bij ‘Opnieuw
opnemen’(p.33) wordt beschreven.
Bij de tweede en daaropvolgende opnames kunt u de eerder opgenomen uitvoeringen beluisteren terwijl u
opneemt. Neem aanvullende songs zoals gewenst op, om de song te voltooien.
*Alleen drum set of SFX set geluiden kunnen in de [R/Rhythm] knop worden opgenomen.
De vijf track knoppen en 16 parts
Veel songs in commercieel verkrijgbare SMF muziekbestanden bestaan uit 16 gedeeltes (parts). De 16
gedeeltes zijn over de vijf track knoppen verdeeld. De track knoppen en de 16 parts corresponderen als
volgt:
Track knopPart
[R/Rhythm]10 (D), 11 (S)
[1/User]1
[2/Accomp]2, 5–9, 12–16
[3/Left]3
[4/Right]4
35
Uw uitvoering opslaan
De uitvoeringsdata die u op de HPi-5 opneemt zal verloren gaan als u een andere song selecteert, of de stroom
van de HPi-5 uitzet. Als u belangrijke uitvoeringsdata wilt behouden, moet u deze op een floppydisk opslaan.
→ Als u een diskdrive voor de eerste maal gebruikt, lees dan alstublieft ‘Voordat floppydisks gebruikt worden’ (p.6).
Een song op een floppydisk opslaan
Een floppydisk aanbrengen of verwijderen
Een floppydisk aanbrengen
Met het etiket van de floppydisk naar boven schuift u de floppydisk in de diskdrive totdat
hij op zijn plaats klikt.
fig.FDD.e
Een floppydisk verwijderen
Druk op de eject knop.
De floppydisk zal uit de diskdrive steken. Pak de floppydisk bij de rand vast, en trek hem er voorzichtig uit.
*Probeer de disk er niet uit te halen terwijl het lezen of schrijven van data in werking is. Als u dit wel probeert,
kan het magnetisch oppervlak van de disk beschadigen, waardoor deze onbruikbaar wordt. (Het lampje van
de indicator zal fel oplichten tijdens het lezen of schrijven van data. Normaalgesproken is de indicator
minder helder, of helemaal uitgedoofd).
Een floppydisk formatteren
Een nieuwe floppydisk, of een floppydisk die door een ander apparaat is gebruikt, kan niet in die staat
gebruikt worden. Zulke floppydisks moeten voor gebruik met de HPi-5 ‘geformatteerd’ worden.
fig.panel
Indicator
Eject knoppen
Floppydisk
fig.DiskProtect.j
36
231
Zorg eerst dat het beveiligingslipje van de floppydisk zich in de ‘Write (schrijven mogelijk)’ positie staat.
Achterkant van de disk
Write
(nieuwe data kan naar
disk geschreven worden
Schrijf beveiligingslipje
Protect
(voorkomt het schrijven naar disk)
Uw uitvoering opslaan
1Steek de floppydisk in de diskdrive.
2Druk op de [Function] knop, selecteer ‘Disk’ in het scherm, en druk op de []
knop.
3Gebruik de [][]knoppen om ‘Format’ te selecteren, en druk op de [] knop.
fig.format.e
Het geselecteerde
onderdeel zal in wit
oplichten.
Selecteer een
keuze.
Voltooi een keuze.
Keer naar het
voorgaande
scherm terug.
*Verwijder de floppydisk niet uit de diskdrive voordat het formatteren voltooid is.
Opslaan op een floppydisk
Zorg eerst dat het beveiligingslipje van de floppydisk zich in de ‘Write (schrijven mogelijk)’ positie staat.
1Steek de floppydisk in de diskdrive.
2Druk op de [Function] knop, selecteer ‘Disk’ in het scherm, en druk op de [] knop.
3Gebruik de [][] knoppen om ‘Save’ te selecteren, en druk op de [] knop.
fig.disksave1.e
Verander de instelling
Ga naar het
volgende scherm.
Keer naar het
voorgaande
scherm terug.
4Selecteer het formaat waarin zal worden opgeslagen.
WaardeUitleg
i-format
SMF
De song zal in i-formaat worden opgeslagen. Een in i-formaat opgeslagen song kan op Roland Digitale piano’s
(zoals die uit de HP-G/R en KR serie), en op apparaten uit de MT serie beluisterd worden.
De song zal op SMF (Standaard MIDI File) formaat opgeslagen worden. Een in SMF formaat opgeslagen song
kan op de vele apparaten die SMF muziekbestanden kunnen afspelen worden afgespeeld (→ p.60).
37
Uw uitvoering opslaan
*Songs kunnen slechts in één formaat op een individuele floppydisk worden opgeslagen. Om de rechten van de houder van
het auteursrecht te beschermen, kunnen songs die met gebruik van commercieel verkrijgbare muziekbestanden werden
opgenomen, niet in SMF formaat worden opgeslagen.
5Specificeer de songnaam en het songnummer van de opslagbestemming
fig.disksave2.e
Songnaam
Toont de naam van de
song die opgeslagen
zal worden.
Tekens die
ingevoerd kunnen
worden:
ABCDEFGHIJKLMN
OPQRSTUVWXYZ
abcdefghijklmn
opqrstuvwxyz
0123456789!"#$%&’
()*+-/:;<=>?@[\]^_‘{|}
Space
Opslagbestemming
Toont het songnummer van de opslagbestemming.
Als u een songnummer dat een songnaam
weergeeft selecteert, en een nieuwe song opslaat,
zal de voorgaande song gewist worden.
Verander het teken, verander het
songnummer.
Als de cursor zich op het songnaam
onderdeel bevindt, verandert u het
teken op de locatie van de cursor. Als
het opslagbestemming onderdeel in wit
oplicht, verandert u het songnummer
van de opslagbestemming.
6Volg de instructies in het scherm, om met het opslaan van data te beginnen.
De tijd die het opslaan in beslag zal nemen zal variëren van enkele seconden tot een halve minuut of meer.
*Verwijder de floppydisk nooit uit de diskdrive voordat het opslaan voltooid is.
Verplaats de cursor,
selecteer een in te
stellen onderdeel.
Voltooi de instelling,
en ga verder naar
het volgende scherm.
Keer naar het
voorgaande scherm
terug.
● Enige opmerkingen bij het opslaan van een song
• Door bepaalde manieren van behandeling kan data op een floppydisk beschadigd raken, en
daardoor niet meer afspeelbaar zijn. We raden u aan om belangrijke data op twee floppydisks op
te slaan.
• Als een song op andere apparaten wordt afgespeeld, kunnen noten uitvallen, of anders gespeeld
worden.
• Als u klaar bent met opslaan, stelt u het beveiligingslipje van de floppydisk op de ‘Protect’ positie
in (p.6). Hierdoor zal het per ongeluk wissen van de song voorkomen worden.
38
Uw uitvoering opslaan
Een song van een floppydisk wissen
Hier ziet u hoe een song, die op floppydisk werd opgeslagen, gewist kan worden.
1Steek de floppydisk in de diskdrive.
2Druk op de [Function] knop, selecteer ‘Disk’ in het scherm, en druk op de []
knop.
3Gebruik [][] om ‘Delete’ te selecteren, en druk op de [] knop.
fig.diskdel.e
Songnaam
Toont de naam van de
song die verwijderd zal
worden.
Selecteer de te
verwijderen song.
Het geselecteerde
onderdeel zal in wit
oplichten.
*Haal de floppydisk niet uit de diskdrive voordat het verwijderen van de song voltooid is.
Voltooi de instelling,
en ga door naar het
volgende scherm.
Keer naar het
voorgaande
scherm terug.
Selecteer een keuze.
Voltooi een keuze.
Als u Yes” selecteert zal
de song verwijderd worden.
Keer naar het
voorgaande
scherm terug.
39
Het afspelen van muziekbestanden of een song
die op een floppydisk werd opgeslagen
Hier wordt uitgelegd hoe u commercieel verkrijgbare muziekbestanden, of een song die op floppydisk werd
opgeslagen, kunt afspelen. Tevens kunt u op het keyboard met de afspelende song meespelen.
→ Voor details over het gebruik van het Score scherm, zie p.15.
→ Als u voor de eerste maal een diskdrive gaat gebruiken, lees dan ‘Voordat floppydisks gebruikt worden’ (p.6).
fig.panel7-1
2
1Steek de floppydisk in de diskdrive.
Selecteer een song.
2Druk op de [Song] knop, en selecteer ‘Disk’ als het genre in het scherm.
fig.songdisk.e
Disk
Druk op om het Disk
genre te selecteren.
Song list
De selectie zal in wit
oplichten.
3Selecteer de song die u wilt afspelen.
Als een scherm zoals het volgende wordt weergegeven
Als een song reeds in het opslaggebied (interne geheugen) is geselecteerd, zal het niet mogelijk zijn een andere
song te selecteren, of een nieuwe uitvoering op te nemen. Als het OK is om de bestaande song te wissen, selecteert
u ‘Yes’. Als u de song niet wilt wissen selecteert u ‘No’, en slaat u de song op floppydisk op (→ p.36).
fig.songdelmsg.e
534
Selecteer
een song.
Beluister de
geselecteerde song.
Terug naar het
Score scherm.
Het geselecteerde
onderdeel zal in wit
oplichten.
De song afspelen
4Druk op de [ (Play)] knop.
Het Score scherm zal verschijnen, en de song zal afgespeeld worden.
Het maatnummer in het scherm zal knipperen terwijl het muziekbestand wordt geladen. Wacht alstublieft eventjes.
Stop het afspelen
5Druk op de [ (Stop)] knop.
40
Selecteer een keuze.
Voltooi een keuze.
Keer naar het
voorgaande
scherm terug.
Handige functies
De instellingen van het Score scherm veranderen
U kunt de parts die in het Score scherm getoond worden veranderen, en de manier waarop het
arrangement (score) wordt weergegeven.
1Ga naar het Score scherm (→ p.15) en druk op de [] knop.
Wanneer u de [] knop meerdere malen indrukt, zal het Score scherm verschijnen.
fig.scoreopt.j
In totaal zijn er drie pagina’s met “Score
Options”.
Verander de instelling.
Selecteer het in te
stellen onderdeel.
OnderdeelInstelling
Pitches
Specificeer op welke
manier nootnamen
worden weergegeven als het Score
scherm wordt uitgebreid.
OnderdeelInstelling
Clef L,
Clef R
Specificeer of de
score in de G-sleutel
of de F-sleutel zal
worden weergegeven
OnderdeelInstelling
Key
Geef de score in de
gespecificeerde toonsoort weer
OffNiet weergegeven
C, D, EDe nootnaam
Do, Re, MiDe schaal graad
AutoHet beeldscherm
G clefSelecteer een
F clefSelecteer een
AutoDe toonsoort zal
b x 5–0–#
x 6
(vaststaande doh)
zal weergegeven
worden
(verplaatsbare
doh) zal weergegeven worden
zal automatisch
geschakeld worden
G-sleutel score
F-sleutel score
automatisch, volgens het songbestand, worden
ingesteld
De score zal in de
gespecificeerde
toonsoort worden
weergegeven
Terug naar het
Score scherm.
OnderdeelInstelling
Selecteer het part dat weergegeven zal worden wan-
neer u bij ‘Part’ in
het Score scherm selecteert
OnderdeelInstelling
Selecteer het part dat weergegeven zal worden wan-
neer u bij ‘Part’ in het
Score scherm selecteert
OnderdeelInstelling
Selecteer het part dat weergegeven zal worden wan-
neer u bij ‘Part’ in het
Score scherm selecteert
User Track, Parts 1–16
Left Track, Parts 1–16
Right Track, Part 1–16
41
Handige functies
De Count instellingen veranderen
U kunt het aantal maten in de count (het meetellen) veranderen, en het geluid dat gebruikt zal worden
wanneer een count gespecificeerd is.
1Druk op de [Metronome] knop om naar het Metronome scherm te gaan (→ p.19).
Als u niet wilt dat de metronoom zal klinken, drukt u de [Metronome] knop nogmaals in.
2Druk op de [] knop.
fig.countopt1.e
In totaal zijn er drie pagina’s met “Score
Options”.
Verander de instelling.
Selecteer het in te
stellen onderdeel.
OnderdeelInstelling
Count
Specificeer
welke count
toegevoegd
zal worden
OnderdeelInstelling
Countdown Sound
Specificeer het geluid
van de countdown
(aftelling).
OffEr zal geen count
Count InEen count zal voor de
CountdownEen count zal alleen
Count In/
down
Voice (Japanese), Voice (English)
worden toegevoegd.
uitvoering worden toegevoegd.
voordat u begint met
spelen worden ingevoegd.
Zowel een count-in als
een countdown zullen
toegevoegd worden.
Keer naar het
metronoomscherm terug.
OnderdeelInstelling
Count In Sound
Specificeer het
geluid van de
Count In.
OnderdeelInstelling
Count In Measure
Specificeer de lengte (het aantal
maten) van de Count In.
OnderdeelInstelling
Count In Repeat
Als ‘Repeat’ in het Marker scherm op
‘On’ staat (p.21), specificeert dit of de
count-in elke keer dat de reeks tussen
de markeringen wordt herhaald zal
klinken, of alleen de eerste keer.
Specificeer de track of
het part dat het begin
van de uitvoering zal
bepalen tijdens het
toevoegen van een
countdown.
Left & Right
Track
Left Track
Right Track
Part 1–16
42
Rechter- en linkerhand parts
van een pianosong.
Linkerhand part
van een pianosong
Rechterhand part
van een pianosong
Handige functies
Functies die met gebruik van de [Function] knop geselecteerd kunnen worden
Hier ziet u hoe u op een eenvoudige manier veranderingen kunt aanbrengen, zoals het stemmen van de
HPi-5, of de functie van de pedalen veranderen.
fig.panel8-3
12
1Druk op de [Function] knop.
fig.function.e
Selecteer het in te
stellen onderdeel.
Ga verder naar
het volgende scherm.
Keer naar het
voorgaande scherm terug.
2
Gebruik de cursorknoppen om het onderdeel dat u wilt instellen te selecteren, en druk op de
Volg de aanwijzingen die in het scherm getoond worden.
Voor details over de inhoud en instellingen van elk onderdeel, zie p.43-p.45.
Zie p.47 bij ‘MIDI’, en p.36 bij ‘Disk’.
De volumebalans tussen begeleiding
en keyboard aanpassen (Balance)
U kunt de balans tussen het volume van het geluid dat op het keyboard
gespeeld wordt, en het volume van de song die wordt afgespeeld, of de
begeleiding van de Pianist functie (→ p.28) aanpassen.
Instelling
Druk op [] om de instelling in
‘Keyboard’ te veranderen.
Druk op [] om de instelling in
‘Accompaniment’ te veranderen.
Verlaagt het volume van de
song of de begeleiding.
Verlaagt het volume van het
keyboardgeluid.
De diepte van de effecten aanpassen (Effects)
U kunt de diepte van de reverb (→ p.25), chorus (→ p.25) en de
sympathische resonantie bijstellen.
→ Terwijl u de [Reverb] of [Chorus] knop ingedrukt houdt, drukt u
op de [] or [] knop om de diepte van ieder effect bij te
stellen.Terwijl u de [Reverb] en [Chorus] knoppen ingedrukt
houdt, drukt u op de [] or []knop om de diepte van
sympathische resonantie bij te stellen.
Reverb, Chorus
Instelling
1-10Het verhogen van de waarde zal de hoeveelheid effect laten
toenemen.
*Deze instelling is geldig als de [Chorus] knop of de [Reverb]
knop aangezet is, om een effect op het geluid toe te passen.
[]
knop.
Sympathische resonantie
Als het demperpedaal op een akoestische piano ingedrukt wordt,
zullen de resterende snaren resoneren met de geluiden die u op het
keyboard speelt, waardoor een rijke resonantie wordt toegevoegd. De
resonantie wordt ‘sympathische resonantie’ genoemd.
Instelling
1-10Het verhogen van de waarde zal de hoeveelheid effect laten
toenemen.
*Deze instelling is geldig wanneer enkele pianogeluiden
geselecteerd zijn, en het demperpedaal ingedrukt is.
Een markering in het midden van een maat
toewijzen (Marker Option/Resolution)
Een markering kan in het midden (aan het begin van een tel) van een
maat worden toegewezen.
→ Meer details over het Marker scherm vindt u bij ‘Markeringen aan
een song toewijzen voor herhaald oefenen’ (p.20).
Bij stap 2 hierboven, selecteert u ‘Marker’ om naar het Marker
scherm te gaan. Druk op de [] knop voor toegang tot het Marker
instellingsscherm.
Instelling
MeasureMarkeringen zullen aan het begin van een maat worden toegewezen.
BeatMarkeringen zullen aan het begin van een tel worden
toegewezen. Als u een markering aan het begin van een tel
wilt toewijzen, doet u dit terwijl de song wordt afgespeeld.
43
Handige functies
De referentie toonhoogte en de
stemming instellen (Tuning)
Zie p.43 voor de procedure.
Stemmen
In situaties zoals het samen met andere instrumenten (ensemble)
spelen, kunt u de referentie toonhoogte van de HPi-5 bijstellen tot
die van een ander instrument. De middelste A wordt als referentie
toonhoogte voor stemmingsinstrumenten gebruikt. Het proces van
het bijstellen van de referentie toonhoogte, zodat deze met die van
een ander instrument overeenkomt, wordt ‘Tuning’ genoemd.
Instelling
415.3 Hz-440.0 Hz-466.2 Hz
Stretch Tuning
Piano’s zijn meestal zo gestemd, dat de lage reeks lager, en de hoge
reeks hoger is dan de gelijkzwevende temperaturen. Deze
stemmethode is uniek voor de piano, en staat bekend als ‘Stretch
Tuning’.
Instelling
OnDeze stemmingscurve breidt de lage en de hoge reeks uit.
Dit is geschikt voor pianosolo’s. De instelling wordt
geselecteerd als de stroom wordt aangezet.
OffDit is de standaard stemmingscurve. Deze is geschikt voor
het spelen in een ensemble met andere instrumenten.
Temperatuur
U kunt klassieke stijlen, zoals Barok, met gebruik van historische
temperaturen (stemmethodes) spelen.
Tegenwoordig worden composities over het algemeen met de
gelijkzwevende temperatuur in gedachten gecreëerd, en worden met
gebruik van de gelijkzwevende temperatuur gespeeld. In vroeger
tijden werd voor klassieke muziek echter een verscheidenheid aan
temperaturen gebruikt. Door het spelen in een temperatuur die
tijdens het componeren van het muziekstuk werd gebruikt, kunt u
de sonoriteiten ervaren van de akkoorden die oorspronkelijk voor
het muziekstuk bedoeld waren.
Instelling
Equal (gelijkzwevend)
Deze temperatuur verdeelt het octaaf in 12 gelijke delen. Alle
intervallen zullen, zij het met een gelijke hoeveelheid, een klein
beetje vals zijn.
Just Major (Puur Majeur)
Deze temperatuur maakt de kwint en terts intervallen rein. Dit is
ongeschikt voor het spelen van melodieën, en modulatie is niet
mogelijk, maar hiermee worden prachtige, harmonieuze akkoorden
geproduceerd.
Just Minor (Puur Mineur)
Slechts de intonatie verschilt majeur van mineur toonsoorten.
Dezelfde resultaten als majeur kunnen in een mineur toonsoort
verkregen worden.
Arabic (Arabisch)
Deze stemming is geschikt voor Arabische muziek.
Kirnberger
Deze temperatuur is een aanpassing van meantone temperatuur en
slechts intonatie, waardoor meer modulatievrijheid ontstaat.
Hiermee kunt u in alle toonsoorten spelen (derde methode).
Meantone
Deze temperatuur is een gedeeltelijk compromis van slechts
intonatie, zodat modulatie mogelijk is.
Pythagorean (Pythagorische)
Deze temperatuur is gebaseerd op de theorieën van de Griekse
filosoof Pythagoras, en heeft reine kwarten en kwinten. Akkoorden
die een terts bevatten zullen onzuiver klinken, maar melodieën
zullen goed klinken.
Werkmeister
Deze temperatuur is een combinatie van meantone en Pythagorische
stemmingen. Hiermee kunt u in alle toonsoorten spelen. (Eerste
methode, nummer drie).
Toonsoort
Als u in een andere stemming dan de gelijkzwevende speelt, moet u
de grondtoon (de noot die met C bij een majeur toonsoort, of met A
bij een mineur toonsoort correspondeert) van de toonsoort waarin u
zult spelen specificeren. Als u de gelijkzwevende temperatuur
(Equal) heeft geselecteerd, is het niet nodig om de grondtoon te
selecteren.
Instelling
C, C#, D, Eb, E, F, F#, G, G#, A, Bb, B
De uitvoering van een specifiek
instrument afspelen (16 Track)
Commercieel verkrijgbare SMF muziekbestanden bestaan meestal
uit 16 parts, en de uitvoering van een verschillend instrument wordt
op elk part opgenomen. Van deze 16 parts kunt u een specifiek part
selecteren en afspelen (solo), of tot zwijgen brengen (mute). (Het
(tijdelijk) tot zwijgen brengen van slechts één specifiek part bij
afspelen wordt ‘minus-één’ genoemd).
Voordat u met de procedure begint, selecteert u een song.
Solo en mute kunnen ook tijdens het afspelen van de song
gespecificeerd worden.
1Druk op de [Function] knop en selecteer ’16 Track’ in
het scherm.
fig.16trk.e
16 parts
Geeft de status
van elk part aan. Het
geselecteerde part licht
in wit op.
1–16 : Part number
Parts waarvan het
nummer wordt
weergegeven zullen
spelen.
-: Parts zonder uitvoeringsdata.
M : Parts die tot zwijgen zijn gebracht (mute).
2Gebruik de [] of [] knop om het part waarop u
solo of mute wilt toepassen te selecteren.
44
Handige functies
3Gebruik de [] of [] knop om het part op solo of
mute te zetten.
Als u de [] of [] knop indrukt, zal het part dat op solo
staat verplaatst worden.
Wanneer u nogmaals op de [] of [] knop drukt, zal
solo en/of mute opgeheven worden.
De functie van de pedalen veranderen
(Pedal)
U kunt de functie van het linker- en het middelste pedaal
veranderen. De procedure vindt u op p.43.
Linker pedaal, middelste pedaal
Instelling
Tap tempoHet tempo van de song, begeleiding of metronoom
zal door het interval waarmee u het pedaal indrukt
worden ingesteld. Als het pedaal, waar deze functie
aan toegewezen is, meerdere malen in de gewenste
snelheid wordt ingedrukt, zal het tempo
dienovereenkomstig worden ingesteld.
SoftAls u het pedaal ingedrukt houdt en op het
keyboard speelt, zal het geluid een zachtere klank
hebben.
SostenutoAlleen de noten die werden gespeeld terwijl het
pedaal ingedrukt was zullen doorklinken.
Lower Damper Bij gebruik van Split Performance zal hetzelfde effect
als bij het demperpedaal op het linkerhandgebied
van het keyboard worden toegepast.
De in het scherm weergegeven taal
veranderen (Language)
U kunt de taal die in het scherm wordt weergegeven veranderen. Zie
p.43 voor de procedure.
*Als u dit onderdeel selecteert, kan het bericht ‘Deletes the
selected song. OK?’ verschijnen. Voor informatie hierover, zie
‘Een opgenomen song wissen’ (p.34).
Instelling
English, Japanese, German, French, Spanish
*Bij sommige functies wordt Duits, Frans en Spaans
weergegeven. De overige schermen zullen in het Engels worden
getoond.
De instellingen onthouden, zelfs wanneer
de stroom is uitgezet (Memory Back-up)
Gewoonlijk zullen de instellingen van de verscheidene variaties naar
hun standaardwaardes terugkeren als de stroom wordt uitgezet. U
kunt echter specificeren dat de verscheidene instellingen onthouden
worden, ook als de stroom uitgezet wordt. Deze functie wordt
‘Memory Back-up’ genoemd.
Bij stap 2 op p.43 selecteert u ‘Memory Back-up’, en drukt u op de
[]
knop. Een bericht zal verschijnen.
Opgeslagen inhoud
• Stretch Tuning, temperatuur, toonsoort (p.44)
• De diepte van de sympathische resonantie (p.43)
• Aanslaggevoeligheid (p.23)
• Metronoomgeluid (p.19)
• Count In geluid, Countdown geluid (p.42)
• Taal (p.45)
*Zet nooit de stroom uit als het beeldscherm <Writing…>
aangeeft. Als u dit wel doet kan het interne geheugen van de
HPi-5 beschadigen, waardoor het onbruikbaar wordt.
De aan de track knoppen toegewezen
parts veranderen tijdens SMF afspelen
(Track Assign)
Gewoonlijk wordt het linkerhand gedeelte bij het afspelen van SMF
bestanden voor Roland Piano Digital instrumenten aan de Track [3/
Left] knop toegewezen, en het rechterhand gedeelte aan de Track [4/
Right] knop.
De toewijzingen voor de linker- en rechterhand gedeeltes kunnen
echter in bepaalde SMF bestanden verschillen. Als deze op ‘Auto’
zijn ingesteld, en u daarna de track knoppen niet voor het besturen
van de linker- en rechterhand gedeeltes kunt gebruiken, verandert u
de instelling in ‘2/1 Part’ of ‘3/4 Part’. Zie de procedure op p.43.
*Als u dit onderdeel selecteert, kan het bericht ‘Deletes the
selected song. OK?’ verschijnen. Voor informatie hierover, zie
‘Een opgenomen song wissen’ (p.34).
Type
Instelling
AutoHet aan elke track toegewezen part zal automatisch
bepaald worden, afhankelijk van het songbestand.
2/1 PartPart 1 zal aan de rechterhand track worden
toegewezen, part 2 aan de linkerhand track en part 3
aan de user track.
3/4 PartPart 4 zal aan de rechterhand track worden
toegewezen, part 3 aan de linkerhand track en part 1
aan de user track.
*Probeer de song opnieuw te selecteren, nadat u deze instelling
veranderd heeft.
De fabrieksinstellingen herstellen
(Factory Reset)
De instellingen van de memory back-up kunnen in de
fabrieksinstellingen worden teruggezet. Deze operatie wordt
‘Factory Reset’ genoemd.
Bij stap 2 op p.43 selecteert u ‘Factory Reset’, en druk vervolgens op
de
[]
knop. Een bericht zal verschijnen.
Gebruik de [] [] knoppen om ‘Execute’ te selecteren, en druk
[]
vervolgens op de
voeren.
knop om de Factory Reset procedure uit te
Gebruik de [] [] knoppen om ‘Execute’ te selecteren, en druk ver-
volgens op de [] knop om de memory back-up procedure uit te voeren.
*Zet nooit de stroom uit als het beeldscherm <Executing…>
aangeeft. Als u dit wel doet kan het interne geheugen van de
HPi-5 beschadigen, waardoor het onbruikbaar wordt.
45
Externe apparaten aansluiten
Geluidsapparaten aansluiten
U kunt geluidsapparaten aansluiten om het geluid van de HPi-5 via
de luidsprekers van uw geluidssysteem weer te geven, of om uw
uitvoering op een cassettedeck of ander opname apparaat op te
nemen. Gebruik geluidskabels met een koptelefoonplug (apart
verkrijgbaar) om de aansluiting te maken.
Voorbeeld aansluitingen
*Om storingen en/of schade aan luidsprekers of andere
apparaten te voorkomen, dient u voordat aansluitingen gemaakt
worden het volume altijd laag te zetten, en de stroom van alle
apparaten uit te zetten.
• Het geluid van de HPi-5 via de luidsprekers van een
geluidssysteem afspelen / de uitvoering van de HPi-5 op
een opnameapparaat opnemen.
fig.audio1.e
Input R/L
(Line In, Aux In)
HPi-5
MIDI
❍ Gebruik onderstaande procedure wanneer de stroom
wordt aangezet:
1Zet de stroom van de HPi-5 aan.
2Zet de stroom van het aangesloten apparaat aan.
3Pas het volume van elk apparaat aan.
• Het geluid van een geluidsapparaat door de
luidsprekers van de HPi-5 afspelen.
fig.audio2.e
PedalInOut
Input
RL(Mono
Stereo
)
Output R/L
(Line Out, Aux Out)
Output
RL(Mono
Stereo
)
Aansluitingen met MIDI apparaten
Door aansluiting van externe MIDI apparaten en het uitwisselen van
uitvoeringsdata, kan een apparaat de uitvoering van een ander
apparaat besturen. U kunt bijvoorbeeld geluiden van een ander
apparaat spelen of geluiden op afstand selecteren.
Wat is MIDI?
MIDI staat voor ‘Musical Instrument Digital Interface’, en is een
universele standaard die gecreëerd is om het uitwisselen van
uitvoeringsdata tussen elektronische muziekinstrumenten en
computers mogelijk te maken. De HPi-5 beschikt over MIDI
aansluitingen, waardoor uitvoeringsdata met een extern apparaat
uitgewisseld kan worden. Als deze aansluitingen gebruikt worden
om de HPi-5 met een ander apparaat te verbinden, worden zelfs nog
meer mogelijkheden beschikbaar.
*Een aparte publicatie genaamd ‘MIDI Implementatie’ is ook
beschikbaar. Hierin vindt u alle details met betrekking tot de
manier waarop MIDI op dit instrument geïmplementeerd is. Als u
deze publicatie nodig heeft (bijvoorbeeld wanneer u byte-level
programmering wilt uitvoeren), kunt u contact opnemen met het
dichtstbijzijnde Roland Service Centrum of een erkende Roland
distributeur.
Voorbeeld aansluitingen
*Om storingen en/of schade aan luidsprekers of andere
apparaten te voorkomen, dient u het volume altijd laag te zetten,
en de stroom van alle apparaten uit te zetten voordat
aansluitingen gemaakt worden.
*De HPi-5 heeft één MIDI aansluiting op het achterpaneel, en een
andere op het onderpaneel. Het is niet mogelijk om deze twee
aansluitingen tegelijkertijd te gebruiken.
• De HPi-5 vanaf een MIDI sequencer spelen / een HPi-5
uitvoering op een MIDI sequencer opnemen.
fig.midi1.e
MT Series
* MT-90s/80s heeft geen MIDI Out aansluiting
MIDI
InOut
HPi-5
MIDI
PedalInOut
Input
RL(Mono
Stereo
)
Output
RL(Mono
Stereo
)
❍ Gebruik onderstaande procedure wanneer de stroom
wordt aangezet:
1Zet de stroom van het aangesloten apparaat aan.
2Zet de stroom van de HPi-5 aan.
3Pas het volume van elk apparaat aan.
46
HPi-5
MIDI
PedalInOut
RL(Mono
Output
Input
Stereo
)
RL(Mono
Stereo
)
*Als u een MIDI sequencer aansluit, zet u ‘Local’ op ‘Off’. Voor
details, zie ‘Local Control instelling’ (p.48).
• Speel op de HPi-5 om een MIDI geluidsgenerator te
bespelen.
Externe apparaten aansluiten
fig.midi2.e
Sound Module
MIDI
OUTTHRUIN
HPi-5
MIDI
PedalInOut
RL(Mono
Output
Input
Stereo
)
RL(Mono
Stereo
)
→ Voor details met betrekking tot MIDI instellingen kijkt u bij ‘Aan
MIDI gerelateerde instellingen maken’ (p.47).
Aansluitingen naar een
computer
U kunt een USB MIDI interface kabel zoals de Roland UM-1 (apart
verkrijgbaar) gebruiken om de HPi-5 op uw computer aan te sluiten.
Als u een computer aansluit waarop sequencer software zoals
Roland’s ‘Visual MT’ is geïnstalleerd, kunt u het geluid van de
software geluidsgenerator via de luidsprekers van de HPi-5
afspelen, of een opgenomen HPi-5 song in uw computer opslaan.
Voorbeeld aansluitingen
Aan MIDI gerelateerde
instellingen maken
Hier wordt uitgelegd hoe u het zendkanaal kunt instellen, en andere
aan MIDI gerelateerde instellingen kunt maken.
1Druk op de [Function] knop.
fig.funcMIDI.e
Selecteer het in te
stellen onderdeel.
Keer naar het
voorgaande
scherm terug.
Ga verder naar het
volgende scherm.
2Selecteer ‘MIDI’, en druk op de [] knop.
fig.funcMIDI2.e
In totaal zijn er twee “MIDI Settings”
(MIDI instellingen) pagina’s.
Selecteer het in
te stellen onderdeel.
Verander de
instelling.
*Om storingen en/of schade aan luidsprekers of andere
apparaten te voorkomen, dient u het volume altijd laag te zetten,
en de stroom van alle apparaten uit te zetten voordat
aansluitingen gemaakt worden.
*Om aansluitingen naar uw computer te kunnen maken, moet u
‘MIDI driver’ software op uw computer installeren. Details
hierover vindt u in de gebruikershandleiding van uw externe
apparaat.
Gebruik een USB MIDI interface kabel om de USB aansluiting
van uw computer met de MIDI aansluitingen van de HPi-5 te
verbinden.
fig.comp.e
USB aansluiting
van uw computer
MIDI OUT
UM-1 etc.
MIDI IN
MIDI
PedalInOut
Input
)
RL(Mono
RL(Mono
Stereo
Output
Computer
HPi-5
)
Stereo
Keer naar het
voorgaande scherm
terug.
Volg de aanwijzingen die in het scherm verschijnen.
MIDI instellingen
MIDI zendkanaal instelling
MIDI heeft zestien ‘MIDI kanalen’, genummerd van 1 tot 16. Zelfs
wanneer een MIDI apparaat is aangesloten, zal het spelen of
selecteren van geluiden niet mogelijk zijn, tenzij de MIDI kanalen
van de twee apparaten met elkaar overeenkomen.
*Als Split Performance (→ p.26) op de HPi-5 wordt gebruikt, zal
het gebied voor de linkerhand niet verzonden worden.
*Als Dual Performance (→ p.25) op de HPi-5 wordt gebruikt, zal
alleen het kanaal dat u hier specificeert worden verzonden.
*De HPi-5 ontvangt alle kanalen 1-16.
OnderdeelUitlegInstelling
Transmit
Channel
(zendkanaal)
Selecteer het MIDI
zendkanaal.
1–16
47
Externe apparaten aansluiten
Local Control setting
Wanneer de data, die geproduceerd wordt als u het keyboard
bespeelt, via de beide routes (1) en (2) naar de geluidsgeneratie sectie
wordt verzonden, zoals in het diagram wordt getoond, zullen noten
verdubbeld of onderbroken worden. Om dit te voorkomen gebruikt
u de ‘Local Off’ instelling om route (1) uit te schakelen. Zet Local op
‘Off’ als u de HPi-5 op een MIDI sequencer heeft aangesloten.
fig.local.e
Local On
(1)
Sequencer
MIDI
Geluidsgenerator
Elke gespeelde noot
klinkt twee keer
*Als een instrument uit de Roland MT serie is aangesloten, is het
niet nodig om de Local Off instelling te maken. De MT verzendt
een Local Off bericht wanneer de stroom wordt aangezet. Als u
de stroom in de volgorde HPi-5 → MT serie aanzet, zal Local Off
automatisch ingesteld worden.
MIDI
IN
MIDI
OUT
OUT
MIDI
IN
Geheugen
Thru functie On
(2)
OnderdeelUitlegInstelling
Local Control
Schakel de Local Control aan of uit
On (aan),
Off (uit)
Composer Out instelling
Als u wilt dat een op de HPi-5 opgenomen uitvoering naar een
extern MIDI apparaat of computer wordt verzonden, zet u de
‘Composer Out’ instelling op ‘On’.
Program Change instelling
Program Changes zijn berichttypes die een apparaat vertellen dat er
‘naar geluidsnummer ‘x’ overgeschakeld moet worden. Een
apparaat dat dit bericht ontvangt, zal het geluid van het
corresponderende nummer selecteren. Als u deze instelling gebruikt
om een program change (programmanummer) te specificeren, zal
het betreffende programmanummer naar een MIDI apparaat dat op
de HPi-5 is aangesloten worden verzonden. Het MIDI apparaat dat
het programmanummer ontvangt zal naar het betreffende geluid
overschakelen, corresponderend met dat programmanummer.
Normaalgesproken zijn program changes uit 128 verschillende
geluiden te selecteren. Sommige MIDI apparaten hebben echter meer
dan 128 geluiden. Bij dat soort apparaten worden Bank Select
berichten met Program Change berichten gecombineerd om
geluiden te selecteren. Bank Select bestaat uit twee berichten: MSB
(controller nummer 0; waarde 0-127) en LSB (controller nummer 32;
waarde: 0-127).
*Sommige MIDI apparaten kunnen geen bank select berichten
gebruiken. Anderzijds kunnen sommige apparaten bank select
berichten gebruiken, maar negeren het LSB bericht.
OnderdeelUitlegInstelling
Bank Select
MSB
Bank Select
LSB
Program
Change
Verzendt de bank
select MSB.
Verzendt de bank
select LSB.
Verzendt het programmanummer.
0 (00h)–127 (7FH)
0 (00h)–127 (7FH)
1 (00h)–128 (7FH)
OnderdeelUitlegInstelling
Specificeer of een op-
On (aan),
Off (uit)
Composer Out
genomen uitvoering
naar een MIDI apparaat verzonden zal
worden
48
Probleemoplossing
Als u het idee heeft dat er een probleem is, lees dit dan eerst.
ProbleemOorzaak/Oplossing
De stroom gaat
niet aan.
De knop werkt niet.
Er verschijnt niets
in het scherm.
Er verschijnen ver-
ticale lijnen in het
scherm / de kleur is
flets op de hoeken
van het scherm.
Er is geen geluid
Is het netsnoer aangesloten en op juiste wijze in-
geplugd?
Is het paneel op slot? (p.11).
Zet de stroom uit, en dan weer aan.
De HPi-5 gebruikt een liquid-crystal beeld-
scherm, dus tekst kan niet worden weergegeven
wanneer de omgevingstemperatuur onder het
vriespunt ligt.
Is de aansluitingskabel van de muziekstandaard
(scherm) correct aangesloten? (p.9).
Is het scherm door de Display On/Off knop uit-
gezet? (p.10).
Als de indicator van de knop donker is, zal het
scherm uitgezet worden.
Het verschijnen van de verticale lijnen is te wij-
ten aan de aard van een liquid crystal beeld-
scherm, en wijst niet op een storing. Deze
kunnen door bijstelling van de helderheid van
het scherm verminderd worden (p.10).
Is het volumeniveau van de HPi-5 (p.10) of het
aangesloten apparaat helemaal laag gezet?
Is de koptelefoon aangesloten? (p.9).
Kan de ‘Balance’ instelling op ‘Accomp’ of ‘Key-
board’ zijn ingesteld? (p.43)
ProbleemOorzaak/Oplossing
Het maximale aantal noten dat de HPi-5 tegelij-
kertijd kan spelen is 64. Veelvuldig gebruik van
Niet alle gespeelde
noten klinken.
Kan geen klank
selecteren.
De stemming of
toonhoogte van
het keyboard is uit.
Volume van de be-
geleiding of interne
song is te laag.
De song speelt niet
af.
Alleen het geluid
van een bepaald
instrument in een
song speelt niet.
het pedaal tijdens de automatische begeleiding
of tijdens het meespelen met een song op floppy-
disk, kan tot uitvoeringsdata met teveel noten
leiden, waardoor sommige noten uitvallen.
Druk enkele malen op de [] knop om naar het
Score scherm terug te keren (p.14), en selecteer
dan een klank.
Heeft u Transpose ingesteld? (p.22)
Zijn de instellingen van ‘Temperament’ en
‘Stretch Tuning’ correct? (p.44).
Is de instelling van ‘Tuning’ correct? (p.44).
Kan de ‘Balance’ instelling op ‘Keyboard’ zijn in-
gesteld? (p.43).
Geeft het scherm een bericht zoals ‘Deletes the
selected song. OK?’ weer? (p.17). De interne
song kan niet afgespeeld worden als opgeno-
men uitvoeringsdata in het geheugen van de
HPi-5 blijft. Probeer de song af te spelen nadat
de uitvoeringsdata verwijderd is.
Is het lampje van de Track knop uitgedoofd?
(p.16). Als het lichtje van de knop uit is, wordt de
muziek op die track niet gehoord. Druk op de
track knop, zodat het lichtje gaat branden.
Er is geen geluid
(wanneer een MIDI
apparaat is aange-
sloten).
Er is geen geluid
als het keyboard
wordt bespeeld.
Volume van het
keyboard is te laag.
De linkerhand sec-
tie van het key-
board geeft geen
geluid.
Wanneer het key-
board bespeeld
wordt, klinken de
geluiden twee keer
(dubbel).
Zijn alle apparaten aangezet? (p.46).
Zijn de MIDI kabels op juiste wijze aangesloten?
(p.46).
Komt het MIDI kanaal met dat van het instru-
ment overeen? (p.47).
Is Local Control op ‘Off’ ingesteld? Als Local
Control op ‘Off’ is ingesteld, wordt er geen ge-
luid geproduceerd als het keyboard bespeeld
wordt. Zet Local Control op ‘On’. (p.48).
Kan de ‘Balance’ instelling op ‘Accomp’ zijn in-
gesteld? (p.43).
Is de indicator van de [Pianist] knop verlicht?
(p.28). Als de indicator van de [Pianist] knop
verlicht is, zal de linkerhand sectie van het key-
board geen geluid hebben.
Is the HPi-5 in Dual play? (p. 19)
Als de HPi-5 op een externe sequencer is aange-
sloten, stelt u deze op de Local Off mode in
(p.48). In het andere geval kan de Soft Thru van
de sequencer op OFF ingesteld worden.
Als de [ (Reset)]
knop wordt inge-
drukt, wordt er niet
naar het begin van
de song terugge-
keerd.
De [ (Fwd)] en
[ (Bwd)] knop-
pen werken niet.
Er is enige vertra-
ging voordat het
afspelen van een
song op floppydisk
begint.
Kan niet opnemen.
Sommige muziekbestanden bevatten instellin-
gen die het afspelen op een bepaald punt in de
song stoppen. Druk de [ (Reset)] knop meer-
dere malen in, om naar het begin van de song te-
rug te keren.
De vooruitspoel- en terugspoelknoppen worden
genegeerd op het moment dat muziekbestanden
worden ingelezen. Wacht tot het proces voltooid
is.
Er zijn twee soorten SMF bestanden: formaat 0
en formaat 1. Als de song formaat 1 SMF data ge-
bruikt, zal er enige vertraging zijn voordat het
afspelen begint. Raadpleeg het boekje dat bij de
muziekbestanden hoort, om te bepalen welk
type formaat u gebruikt.
Is één van de track knoppen voor opname ge-
selecteerd? (p.33).
Terwijl de score gegenereerd wordt, is het niet
mogelijk om op te nemen. Wanneer het apparaat
eenmaal klaar is met het genereren van de score
(dat wil zeggen: als het maatnummer in het
scherm niet langer oplicht), probeert u de opera-
tie nogmaals uit te voeren.
49
Probleemoplossing
ProbleemOorzaak/Oplossing
Als u een interne song, waarin het tempo tijdens
de song verandert, selecteert en dan gaat opne-
men, zal het tempo op dezelfde manier verande-
ren bij uitvoeringen die op de andere tracks zijn
Tempo van de op-
genomen song of
metronoom is uit.
De klank (Tone) is
veranderd.
De opgenomen uit-
voering is verdwe-
nen.
Teksten in het
scherm worden
niet juist weerge-
geven.
De score in het
scherm wordt niet
juist weergegeven.
Het loslaten van
een pedaal heeft
geen effect, of het
pedaaleffect stopt
niet.
Het pedaal
rammelt.
opgenomen. Het tempo van de metronoom zal
ook op dezelfde manier veranderen.
Als u aanvullend materiaal opneemt zonder dat
de eerder opgenomen song gewist wordt, zal de
song op het eerst opgenomen tempo worden op-
genomen. Wis alstublieft de eerder opgenomen
song voordat u opnieuw opneemt. (p.34).
Wanneer een uitvoering die samen met een
Music Files muziekstuk is gemaakt is opgeno-
men, kunnen de Tones van knoppen [3/Left] en
[4/Right] door het opnemen van de uitvoering
onder knop [1/User] ook veranderen.
Iedere opgenomen uitvoering wordt verwijderd
als de stroom van de HPi-5 wordt uitgezet, of
een andere song wordt geselecteerd. Als een uit-
voering eenmaal verwijderd is, kan deze niet
meer hersteld worden.
Bij sommige muziekbestanden kan de tekst niet
op juiste wijze worden weergegeven.
In het Score scherm kunnen sommige teksten of
noten buiten de hoeken van het scherm vallen,
en daardoor niet getoond worden.
Als u een part selecteert dat geen uitvoerings-
data bevat, zullen de noten niet in de score wor-
den weergegeven. Verander het part dat
getoond wordt (p.41).
Het Score scherm is in het bijzonder ongeschikt
voor weergave van moeilijke, ingewikkelde mu-
zikale werken, waarvoor een nauwkeurige nota-
tie vereist is. Zie ‘Enkele opmerkingen over het
Score scherm’ (p.15).
In het Score scherm kunnen sommige teksten of
noten buiten de hoeken van het scherm vallen,
en daardoor niet getoond worden.
Is het pedaal op juiste wijze aangesloten?
Zorg dat het pedaalsnoer dat uit de standaard
komt, goed op de pedaal jack op de achterkant
van het apparaat is aangesloten (p.9).
Is er een andere functie aan het pedaal
toegewezen?
Zie ‘De functie van de pedalen veranderen
(Pedal)’ (p.45).
Stel de adjuster onder het pedaal bij, zodat het
pedaal stevig tegen het vloeroppervlak drukt
(p.11).
50
ProbleemOorzaak/Oplossing
Aangezien de pianogeluiden van de HPi-5 het ge-
Zelfs als de Reverb
is uitgezet is de
weerkaatsing nog
steeds hoorbaar.
In de bovenste
reeks verandert
het geluid abrupt
boven een bepaal-
de toets.
Een hoge, janken-
de toon wordt ge-
produceerd.
De basreeks klinkt
raar, of er is een vi-
brerende resonan-
tie aanwezig.
Het volumeniveau
van het instrument
dat op de Input
jacks in aangeslo-
ten is te laag.
Zelfs als de Reverb
is uitgezet is de
weerkaatsing nog
steeds hoorbaar.
voel van ruimtelijkheid en de weerkaatsing van
een echt akoestisch pianogeluid zeer getrouw re-
produceren, blijft een bepaalde hoeveelheid weer-
kaatsing waarneembaar, zelfs als de Reverb
gedeactiveerd is.
Op een akoestische piano blijven noten binnen het
bovenste anderhalf octaaf van het toetsenbord
klinken, totdat zij op natuurlijke wijze wegsterven,
ongeacht het gebruik van het demperpedaal. Er is
tevens een verschil in timbre. Roland piano's simu-
leren dit soort akoestische pianokarakteristieken
natuurgetrouw. Op de HPi-5 zal de reeks die niet
door het demperpedaal wordt beïnvloed verande-
ren, afhankelijk van de Key Transpose instelling.
Bij het beluisteren via een koptelefoon:
Sommige meer kleurrijke en bruisende pianogelui-
den hebben een overvloedig high-end component,
waardoor het lijkt alsof er een metaalachtige re-
verb aan het geluid is toegevoegd.
Omdat deze weerkaatsing in het bijzonder hoor-
baar wordt wanneer deze met een zware reverb
wordt aangevuld, kunt u het probleem wellicht
verminderen door de hoeveelheid effect die op het
geluid wordt toegepast te reduceren.
Bij het beluisteren door luidsprekers:
Hier heeft het probleem waarschijnlijk een andere
oorzaak (zoals de resonantie die door de HPi-5 ge-
produceerd wordt). Raadpleeg uw Roland hande-
laar of het dichtstbijzijnde Roland Service
Centrum.
Bij het beluisteren door luidsprekers:
Door het op een hard niveau spelen kunnen instru-
menten in de buurt van de HPi-5 gaan resoneren.
Resonantie kan zich tevens voordoen bij fluoresce-
rende lichtbuizen, glazen deuren en andere objec-
ten. Wanneer het bas component toeneemt, en
wanneer het geluid op hogere volumes gespeeld
wordt, kan dit probleem gemakkelijker optreden.
Pas de volgende maatregelen toe om dit soort reso-
nantie te onderdrukken:
• Plaats de luidsprekers 10-15 cm van de muren en
andere oppervlakken.
• Reduceer het volume.
• Verplaats de luidsprekers, zodat deze niet in de
buurt van resonerende objecten staan.
Bij het beluisteren via een koptelefoon:
Hier heeft het probleem waarschijnlijk een andere
oorzaak (zoals de resonantie die door de HPi-5 ge-
produceerd wordt). Raadpleeg uw Roland hande-
laar of het dichtstbijzijnde Roland Service
Centrum.
Kan het zijn dat u een aansluitingskabel gebruikt
die een weerstand bevat?
Gebruik een kabel die geen weerstand bevat.
Als dit bericht in het scherm verschijnt
t
IndicatieBetekenis
PU
00:
This data cannot be saved in
SMF format. You cannot
save on this floppy.
01:
You cannot save this data.
02:
Write protected.
03:
This is a master disk.
04:
Can’t save to this disk.
05:
You can’t overwrite this file.
10:
No disk.
11:
Disk or memory full.
12:
Disk is not formatted.
13:
Disk ejected while it was being accessed.
Als een song met een ‘pickup’ (een
song die niet op de eerste tel begint)
wordt afgespeeld, zullen de maat-
nummers in het scherm als PU, 1, 2
enzovoort worden weergegeven.
Ter bescherming van het auteurs-
recht kan dit muziekbestand niet als
SMF bestand worden opgeslagen.
Het muziekbestand kan ook niet op-
geslagen worden. Als u het wel wilt
opslaan, doe dit dan op dezelfde
floppydisk.
U kunt het muziekbestand alleen le-
zen. Het kan niet op floppydisk wor-
den opgeslagen.
Het beveiligingslipje op de floppy-
disk is in de Protect positie gezet
(p.6). Verander dit in de Write posi-
tie. Herhaal de procedure.
Deze floppydisk kan het formaat, of
welke data dan ook, niet opslaan. Ge-
bruik een andere disk en herhaal de
procedure.
De data kon niet op deze floppydisk
worden opgeslagen, vanwege een
ander formaat. Gebruik een floppy-
disk met hetzelfde formaat.
Een nieuwe song kan niet over deze
song worden opgeslagen. Selecteer
een ander songnummer of gebruik
een andere floppydisk, en herhaal de
procedure.
Er is geen floppydisk als zodanig in
de diskdrive herkend. Breng de disk
op juiste wijze aan, en herhaal de
procedure.
Er is niet voldoende ruimte resterend
op de floppydisk om de data op te
slaan. Sla de data op een andere flop-
pydisk op.
De floppydisk die in de diskdrive is
aangebracht, kan niet gelezen wor-
den. Zorg dat u Roland SMF Music
Files, of andere met Roland Digitale
Piano’s compatibele muziekbestan-
den (p.60) gebruikt. Ook moet u de
floppydisk eerst formatteren (p.36)
als u uw werk daarop wilt opslaan.
De floppydisk werd uit de diskdrive
verwijderd terwijl lezen of schrijven
in werking was. Steek de floppydisk
in de diskdrive, en herhaal de proce-
dure.
IndicatieBetekenis
14:
Corrupt sector found on disk
or in memory.
15:
Can’t read this data.
16:
Playback is aborted.
30:
Can’t do this function. Memory full.
40:
Buffer full.
41:
MIDI cable disconnected.
42:
Can’t record.
51:
Memory error.
Deze floppydisk is beschadigd en
kan niet gebruikt worden. Steek een
andere disk in de diskdrive, en her-
haal de procedure.
Als een song met een ‘pickup’ (een
song die niet op de eerste tel begint)
wordt afgespeeld, zullen de maat-
nummers in het scherm als PU, 1, 2
enzovoort worden weergegeven.
Zorg dat u Roland SMF Music Files,
of andere met Roland Digitale Pia-
no’s compatibele muziekbestanden
gebruikt (p.60).
De HPi-5 kan de floppydisk niet snel
genoeg lezen. Druk op de [ (Stop)]
knop, dan op de [(Reset)] knop en
[(Play)] knop om de song af te spe-
len.
Sla de song op een floppydisk op
(p.37), om de songdata in het geheu-
gen van de HPi-5 te verwijderen.
De HPi-5 kan de overmatige hoeveel-
heid data die door het externe MIDI
apparaat wordt verzonden, niet han-
teren. Reduceer de hoeveelheid MIDI
data die naar de HPi-5 gezonden
wordt.
Een MIDI kabel is losgeraakt. Sluit de
kabel stevig en correct aan.
Een overmatige hoeveelheid uitvoe-
ringsdata tegelijk is naar de HPi-5 ge-
stuurd, en kon daardoor niet
opgenomen worden.
51
Tone/Drum Set Lijst
[Piano]
Grand Piano1
Grand Piano2
Rock Piano
Honky-tonk
Harpsi.Singl
Harpsi.Doubl
Harpsi.o
Coupled Hps.
UprightPiano
Piano 1
Piano 2
Piano 3
MIDI Piano1
MIDI Piano2
[E.Piano]
Stage Rhodes
E.Piano 1
E.Piano 2
E.Piano 3
Vibraphone
Marimba
Xylophone
Glockenspiel
EG+Rhodes 1
EG+Rhodes 2
Soft Clav.
Analog Clav.
FM+SA EP
St.FM EP
Hard FM EP
Soft E.Piano
Hard Rhodes
Hard E.Piano
Celesta
Vibra Bells
Music Box
Tubular-bell
Santur
Steel Drums
[Organ]
Church Organ
Pipe Organ 1
Pipe Organ 2
Organ Flute
Full Organ 1
Jazz Organ
Rock Organ1
Rock Organ2
Pop Organ
Lower Organ
Organ Bass
Trem.Flute
Accordion Fr
Accordion It
Harmonica
[Strings]
Strings
Slow Strings
Violin
Harp
Flute
Blow Sax
Soprano Sax
Oboe
PizzicatoStr
Syn.Strings1
Orchestra
OrchestraHit
Trumpet
Clarinet
Alto Sax
Tenor Sax
French Horn
MutedTrumpet
Pan Flute
Synth Brass1
Synth Brass2
[Voice]
Jazz Scat
Dat & Bop
Doos Voice
Pop Voice
Boys Choir
Choir Oohs
Choir
Fantasia
Dat Accent
Bop Accent
SynVox
Harpvox
Brightness
Crystal
Warm Pad
CC Solo
FM Lead
Cheese Saw
[Others]
Nylon Guitar
Steel Guitar
Overdrive Gt
12-str.Gt
Acoustic Bs.
A.Bass+Cymbl
DR STANDARD
SOUND EFFECT
Nylon+Steel
Jazz Guitar
Fingered Bs.
Fretless Bs.
Slap Bass
SynthBass101
DR ROOM
DR POWER
DR ELECTRO
DR TR-808
DR JAZZ
DR BRUSH
DR ORCHESTRA
DR GS STAND
DR GS ROOM
DR GS BRUSH
Piano 1
Piano 2
Piano 3
Piano 1w
Grand Piano2
UprightPiano
Rock Piano
Honky-tonk
Honky-tonk w
GS E.Piano1
GS E.Piano2
60's E.Piano
E.Piano 1v
E.Piano 2v
Detuned EP 1
Detuned EP 2
GS Harpsi.
Coupled Hps.
Harpsi.w
Harpsi.o
Soft Clav.
Celesta
Glockenspiel
Music Box
GS Vibe
Vibe.w
GS Marimba
Marimba
Xylophone
Tubular-bell
Church Bell
Carillon
Santur
Organ 1
Organ 2
Pop Organ
Detuned Or.1
Detuned Or.2
Church Org.1
Church Org.2
Church Org.3
Full Organ 2
Jazz Organ
Rock Organ2
Reed Organ
Accordion Fr
Accordion It
Harmonica
Bandoneon
GS Nylon Gt.
Nylon Guitar
Nylon Gt.o
Ukulele
Steel-str.Gt
12-str.Gt
Mandolin
Jazz Guitar
Hawaiian
Clean Gt.
Chorus Gt.
Muted Gt.
Funk Gt.
Funk Gt.2
Overdrive Gt
DistortionGt
Feedback Gt.
Gt.Harmonics
Gt. Feedback
GS Ac.Bass
GS Fing.Bass
Picked Bs
*[EXC]: zal niet tegelijk met andere percussie instrumenten van hetzelfde nummer klinken.
DR STANDARDDR ROOMDR POWER
24
26
28
29
31
33
35
36
2
38
40
41
43
45
47
3
48
50
52
53
55
57
59
4
60
62
64
65
67
69
71
5
72
74
76
77
79
81
83
6
84
86
88
Bar Chime
Snare Roll
25
Finger Snap
High Q
27
Slap
Scratch Push[EXC7]
Scratch Pull[EXC7]
30
Sticks
32
Square Click
Metronome Click
34
Metronome Bell
Std Kick 2’
Kick 1
Side Stick
37
Std Snr 1
Hand Clap
39
Std Snr 2
Low Tom 2
Closed Hi-hat 1’ [EXC1]
42
Low Tom 1
44
Pedal Hi-hat 1’[EXC1]
Mid Tom 2
46
Open Hi-hat 1’[EXC1]
Mid Tom 1
High Tom 2
Crash Cymbal 1
49
High Tom 1
Ride Cymbal 1
51
Chinese Cymbal
Ride Bell
Tambourine
54
Splash Cymbal
56
Cowbell
Crash Cymbal 2
58
Vibra-slap
Ride Cymbal 2
High Bongo
Low Bongo
61
Mute High Conga
Open High Conga
63
Low Conga
High Timbale
Low Timbale
66
High Agogo
68
Low Agogo
Cabasa
70
Maracas
Short Hi Whistle [EXC2]
Long Low Whistle [EXC2]
Short Guiro[EXC3]
73
Long Guiro[EXC3]
Claves
75
High Wood Block
Low Wood Block
Mute Cuica[EXC4]
78
Open Cuica[EXC4]
80
Mute Triangle[EXC5]
Open Triangle[EXC5]
82
Shaker
Jingle Bell
Bell Tree
Castanets
85
Mute Surdo[EXC6]
Open Surdo[EXC6]
87
-----
Bar Chime
Snare Roll
Finger Snap
High Q
Slap
Scratch Push[EXC7]
Scratch Pull[EXC7]
Sticks
Square Click
Metronome Click
Metronome Bell
Kick1
Room Kick
Side Stick
Room Snr 1
Hand Clap
Std Snr 1
Room Low Tom 2’
Closed Hi-hat 1’ [EXC1]
Room Low Tom 1’
Pedal Hi-hat 1’[EXC1]
Room Mid Tom 2’
Open Hi-hat 1’[EXC1]
Room Mid Tom 1’
Room Hi Tom 2’
Crash Cymbal 1
Room Hi Tom 1’
Ride Cymbal 1
Chinese Cymbal
Ride Bell
Tambourine
Splash Cymbal
Cowbell
Crash Cymbal 2
Vibra-slap
Ride Cymbal 2
High Bongo
Low Bongo
Mute High Conga
Open High Conga
Low Conga
High Timbale
Low Timbale
High Agogo
Low Agogo
Cabasa
Maracas
Short Hi Whistle [EXC2]
Long Low Whistle [EXC2]
Short Guiro[EXC3]
Long Guiro[EXC3]
Claves
High Wood Block
Low Wood Block
Mute Cuica[EXC4]
Open Cuica[EXC4]
Mute Triangle[EXC5]
Open Triangle[EXC5]
Shaker
Jingle Bell
Bell Tree
Castanets
Mute Surdo[EXC6]
Open Surdo[EXC6]
-----
Bar Chime
Snare Roll
Finger Snap
High Q
Slap
Scratch Push[EXC7]
Scratch Pull[EXC7]
Sticks
Square Click
Metronome Click
Metronome Bell
Std Kick 2
MONDO Kick
Side Stick
Gated SD
Hand Clap
Snare Drum 2
Room Low Tom 2
Closed Hi-hat 1 [EXC1]
Room Low Tom 1
Pedal Hi-hat 1[EXC1]
Room Mid Tom 2
Open Hi-hat 1[EXC1]
Room Mid Tom 1
Room Hi Tom 2
Crash Cymbal 1
Room Hi Tom 1
Ride Cymbal 1
Chinese Cymbal
Ride Bell
Tambourine
Splash Cymbal
Cowbell
Crash Cymbal 2
Vibra-slap
Ride Cymbal 2
High Bongo
Low Bongo
Mute High Conga
Open High Conga
Low Conga
High Timbale
Low Timbale
High Agogo
Low Agogo
Cabasa
Maracas
Short Hi Whistle [EXC2]
Long Low Whistle [EXC2]
Short Guiro[EXC3]
Long Guiro[EXC3]
Claves
High Wood Block
Low Wood Block
Mute Cuica[EXC4]
Open Cuica[EXC4]
Mute Triangle[EXC5]
Open Triangle[EXC5]
Shaker
Jingle Bell
Bell Tree
Castanets
Mute Surdo[EXC6]
Open Surdo[EXC6]
-----
DR ELECTRO
Bar Chime
Snare Roll
Finger Snap
High Q
Slap
Scratch Push[EXC7]
Scratch Pull[EXC7]
Sticks
Square Click
Metronome Click
Metronome Bell
Std Kick 2
Elec BD
Side Stick
Elec SD
Hand Clap
Gated SD
Elec Low Tom 2
Closed Hi-hat 1 [EXC1]
Elec Low Tom 1
Pedal Hi-hat 1[EXC1]
Elec Mid Tom 2
Open Hi-hat 1[EXC1]
Elec Mid Tom 1
Elec Hi Tom 2
Crash Cymbal 1
Elec Hi Tom 1
Ride Cymbal 1
Reverse Cymbal
Ride Bell
Tambourine
Splash Cymbal
Cowbell
Crash Cymbal 2
Vibra-slap
Ride Cymbal 2
High Bongo
Low Bongo
Mute High Conga
Open High Conga
Low Conga
High Timbale
Low Timbale
High Agogo
Low Agogo
Cabasa
Maracas
Short Hi Whistle [EXC2]
Long Low Whistle [EXC2]
Short Guiro[EXC3]
Long Guiro[EXC3]
Claves
High Wood Block
Low Wood Block
Mute Cuica[EXC4]
Open Cuica[EXC4]
Mute Triangle[EXC5]
Open Triangle[EXC5]
Shaker
Jingle Bell
Bell Tree
Castanets
Mute Surdo[EXC6]
Open Surdo[EXC6]
-----
DR TR-808
Bar Chime
Snare Roll
Finger Snap
High Q
Slap
Scratch Push[EXC7]
Scratch Pull[EXC7]
Sticks
Square Click
Metronome Click
Metronome Bell
Std Kick 2
808 Bass Drum 1
808 Rim Shot
808 Snare Drum
Hand Clap
Snare Drum 2
808 Low Tom 2
808 CHH[EXC1]
808 Low Tom 1
808 CHH[EXC1]
808 Mid Tom 2
808 OHH[EXC1]
808 Mid Tom 1
808 Hi Tom 2
808 Cymbal
808 Hi Tom 1
Ride Cymbal 1
Chinese Cymbal
Ride Bell
Tambourine
Splash Cymbal
808 Cowbell
Crash Cymbal 2
Vibra-slap
Ride Cymbal 2
High Bongo
Low Bongo
808 High Conga
808 Mid Conga
808 Low Conga
High Timbale
Low Timbale
High Agogo
Low Agogo
Cabasa
808 Maracas
Short Hi Whistle [EXC2]
Long Low Whistle [EXC2]
Short Guiro[EXC3]
Long Guiro[EXC3]
808 Claves
High Wood Block
Low Wood Block
Mute Cuica[EXC4]
Open Cuica[EXC4]
Mute Triangle[EXC5]
Open Triangle[EXC5]
Shaker
Jingle Bell
Bell Tree
Castanets
Mute Surdo[EXC6]
Open Surdo[EXC6]
-----
54
*----: Geen geluid.
*[EXC]: zal niet tegelijk met andere percussie instrumenten van hetzelfde nummer klinken.
DR JAZZ
C2
C3
C4
C5
C6
24
26
28
29
31
33
35
36
38
40
41
43
45
47
48
50
52
53
55
57
59
60
62
64
65
67
69
71
72
74
76
77
79
81
83
84
86
88
DR GS STAND
Bar Chime
Snare Roll
25
Finger Snap
27
High Q
Slap
Scratch Push[EXC7]
Scratch Pull[EXC7]
30
Sticks
32
Square Click
Metronome Click
34
Metronome Bell
Std Kick 2
Std Kick 1
Side Stick
37
Snare Drum 1
39
Hand Clap
Snare Drum 2
Low Tom 2
Closed Hi-hat 1 [EXC1]
42
Low Tom 1
44
Pedal Hi-hat 1[EXC1]
Mid Tom 2
46
Open Hi-hat 1[EXC1]
Mid Tom 1
High Tom 2
Crash Cymbal 1
49
High Tom 1
51
Ride Cymbal 1
Chinese Cymbal
Ride Bell
Tambourine
54
Splash Cymbal
56
Cowbell
Crash Cymbal 2
58
Vibra-slap
Ride Cymbal 2
High Bongo
Low Bongo
61
Mute High Conga
63
Open High Conga
Low Conga
High Timbale
Low Timbale
66
High Agogo
68
Low Agogo
Cabasa
70
Maracas
Short Hi Whistle [EXC2]
Long Low Whistle [EXC2]
Short Guiro[EXC3]
73
Long Guiro[EXC3]
75
Claves
High Wood Block
Low Wood Block
78
Mute Cuica[EXC4]
Open Cuica[EXC4]
80
Mute Triangle[EXC5]
Open Triangle[EXC5]
82
Shaker
Jingle Bell
Bell Tree
Castanets
85
Mute Surdo[EXC6]
87
Open Surdo[EXC6]
-----
DR BRUSH
Bar Chime
Snare Roll
Finger Snap
High Q
Slap
Scratch Push[EXC7]
Scratch Pull[EXC7]
Sticks
Square Click
Metronome Click
Metronome Bell
Kick 2
Kick 1
Side Stick
Brush Tap
Brush Slap
Brush Swirl
Brush Low Tom 2
Closed Hi-hat 2 [EXC1]
Brush Low Tom 1
Pedal Hi-hat 2[EXC1]
Brush Mid Tom 2
Open Hi-hat 2[EXC1]
Brush Mid Tom 1
Brush Hi Tom 2
Crash Cymbal 1
Brush Hi Tom 1
Ride Cymbal 1
Chinese Cymbal
Ride Bell
Tambourine
Splash Cymbal
Cowbell
Crash Cymbal 2
Vibra-slap
Ride Cymbal 2
High Bongo
Low Bongo
Mute High Conga
Open High Conga
Low Conga
High Timbale
Low Timbale
High Agogo
Low Agogo
Cabasa
Maracas
Short Hi Whistle [EXC2]
Long Low Whistle [EXC2]
Short Guiro[EXC3]
Long Guiro[EXC3]
Claves
High Wood Block
Low Wood Block
Mute Cuica[EXC4]
Open Cuica[EXC4]
Mute Triangle[EXC5]
Open Triangle[EXC5]
Shaker
Jingle Bell
Bell Tree
Castanets
Mute Surdo[EXC6]
Open Surdo[EXC6]
-----
DR ORCHESTRADR GS ROOMDR GS BRUSH
Bar Chime
Snare Roll
Finger Snap
Close Hi-hat[EXC1]
Pedal Hi-hat[EXC1]
Open Hi-hat[EXC1]
Ride Cymbal
Sticks
Square Click
Metronome Click
Metronome Bell
Concert BD 2
Concert BD 1
Side Stick
Concert SD
Castanets
Concert SD
Timpani F
Timpani F#
Timpani G
Timpani G#
Timpani A
Timpani A#
Timpani B
Timpani c
Timpani c#
Timpani d
Timpani d#
Timpani e
Timpani f
Tambourine
Splash Cymbal
Cowbell
Concert Cymbal 2
Vibra-slap
Concert Cymbal 1
High Bongo
Low Bongo
Mute High Conga
Open High Conga
Low Conga
High Timbale
Low Timbale
High Agogo
Low Agogo
Cabasa
Maracas
Short Hi Whistle [EXC2]
Long Low Whistle [EXC2]
Short Guiro[EXC3]
Long Guiro[EXC3]
Claves
High Wood Block
Low Wood Block
Mute Cuica[EXC4]
Open Cuica[EXC4]
Mute Triangle[EXC5]
Open Triangle[EXC5]
Shaker
Jingle Bell
Bell Tree
Castanets
Mute Surdo[EXC6]
Open Surdo[EXC6]
Applause
Tone/Drum Set Lijst
Bar Chime
Snare Roll
Finger Snap
High Q
Slap
Scratch Push[EXC7]
Scratch Pull[EXC7]
Sticks
Square Click
Metronome Click
Metronome Bell
Std Kick 2
Std Kick 1
Side Stick
Snare Drum 1
Hand Clap
Snare Drum 2
Room Low Tom 2
Closed Hi-hat 1 [EXC1]
Room Low Tom 1
Pedal Hi-hat 1[EXC1]
Room Mid Tom 2
Open Hi-hat 1[EXC1]
Room Mid Tom 1
Room Hi Tom 2
Crash Cymbal 1
Room Hi Tom 1
Ride Cymbal 1
Chinese Cymbal
Ride Bell
Tambourine
Splash Cymbal
Cowbell
Crash Cymbal 2
Vibra-slap
Ride Cymbal 2
High Bongo
Low Bongo
Mute High Conga
Open High Conga
Low Conga
High Timbale
Low Timbale
High Agogo
Low Agogo
Cabasa
Maracas
Short Hi Whistle [EXC2]
Long Low Whistle [EXC2]
Short Guiro[EXC3]
Long Guiro[EXC3]
Claves
High Wood Block
Low Wood Block
Mute Cuica[EXC4]
Open Cuica[EXC4]
Mute Triangle[EXC5]
Open Triangle[EXC5]
Shaker
Jingle Bell
Bell Tree
Castanets
Mute Surdo[EXC6]
Open Surdo[EXC6]
-----
Bar Chime
Snare Roll
Finger Snap
High Q
Slap
Scratch Push[EXC7]
Scratch Pull[EXC7]
Sticks
Square Click
Metronome Click
Metronome Bell
Std Kick 2
Std Kick 1
Side Stick
Brush Tap
Brush Slap
Brush Swirl
Low Tom 2
Closed Hi-hat 1 [EXC1]
Low Tom 1
Pedal Hi-hat 1[EXC1]
Mid Tom 2
Open Hi-hat 1[EXC1]
Mid Tom 1
High Tom 2
Crash Cymbal 1
High Tom 1
Ride Cymbal 1
Chinese Cymbal
Ride Bell
Tambourine
Splash Cymbal
Cowbell
Crash Cymbal 2
Vibra-slap
Ride Cymbal 2
High Bongo
Low Bongo
Mute High Conga
Open High Conga
Low Conga
High Timbale
Low Timbale
High Agogo
Low Agogo
Cabasa
Maracas
Short Hi Whistle [EXC2]
Long Low Whistle [EXC2]
Short Guiro[EXC3]
Long Guiro[EXC3]
Claves
High Wood Block
Low Wood Block
Mute Cuica[EXC4]
Open Cuica[EXC4]
Mute Triangle[EXC5]
Open Triangle[EXC5]
Shaker
Jingle Bell
Bell Tree
Castanets
Mute Surdo[EXC6]
Open Surdo[EXC6]
-----
55
Pianist Stijl Lijst
Stijl naam
Piano Pop
Piano Classic 1
Piano Waltz
Piano Night
Gospel Piano
Piano Jazz
Pf Concerto
Stride Piano
Piano Slow
Piano Classic 2
Piano Ragtime
Piano Shuffle
Piano Latin
Piano Boogie
Classic Polka
Piano Ballad
P. Pop
P. Slow Waltz
P. Country
P. Bossa Nova
P. Stride
P. Concerto1
P. Ballad 1
P. Ballad 2
P. Swing Pop
P. Rock'n Roll
P. Concerto 2
56
P. Swing
P. Slow Swing
P. Slow Rock
P. 50's Rock
Akkoorden lijst
*● symbool: geeft de grondtoon van de akkoorden aan.
*★ symbool: akkoord dat met een “★“ getoond wordt, kan gespeeld worden door het simpelweg indrukken van de toets die met “★“
gemarkeerd is (p.28).
CC#DE EF
CM7C#M7DM7E M7EM7FM7
C7C#7D7E 7E7F7
CmC#mDmE mEmFm
Cm7C#m7Dm7E m7Em7Fm7
CdimC#dimDdimE dimEdimFdim
F#GA AB B
F#M7GM7A M7AM7B M7BM7
F#7G7A 7A7B 7B7
F#mGmA mAmB mBm
F#m7Gm7A m7Am7B m7Bm7
F#dimGdimA dimAdimB dimBdim
57
Interne Song lijst
*Alle rechten voorbehouden. Niet gemachtigd gebruik van dit materiaal, voor andere doeleinden dan persoonlijk gebruik, is een overtreding van
Uitgangsjacks (L/Mono, R), Ingangsjacks (L/Mono, R), Koptelefoon jack (Stereo) x 2, MIDI IN aansluiting x 2,
MIDI Out aansluiting, Pedaal aansluiting (8-pin DIN type), LCD aansluiting (13-pin DIN type)
962a
* Ter verbetering van dit product kunnen specificaties en uiterlijk van dit apparaat zonder voorafgaande mededing gewijzigd worden.
62
Index
Getallen
0: New Song ............................................................................................32