– Om het risico op brand of elektrocutie te voorkomen mag u dit apparaat nooit blootstellen aan vochtigheid of regen.
CAUTION
RISK OF ELECTRIC SHOCK
DO NOT OPEN
ATTENTION
CAUTION: TO REDUCE THE RISK OF ELECTRIC SHOCK,
NO USER-SERVICEABLE PARTS INSIDE.
REFER SERVICING TO QUALIFIED SERVICE PERSONNEL.
: RISQUE DE CHOC ELECTRIQUE NE PAS OUVRIR
DO NOT REMOVE COVER (OR BACK).
De bliksemschicht in een driehoek wijst de gebruiker op niet geïsoleerde “gevaarlijke spanningen” in het inwendige van dit apparaat
die sterk genoeg zijn om voor elektrocutie te zorgen.
Het uitroepteken in een driehoek wijst de gebruiker erop dat alle instructies voor het juiste gebruik van dit apparaat te vinden zijn in de
bijgeleverde handleiding.
TIPS VOOR HET VOORKOMEN VAN BRAND, ELEKTROCUTIE EN VERWONDINGEN VAN PERSONEN.
OPMERKINGEN VOOR UW VEILIGHEID
LEES DEZE INSTRUCTIES AANDACHTIG DOOR.
WAARSCHUWING
1. Lees alle instructies aandachtig door.
2. Bewaar deze handleiding op een veilige plaats.
3. Volg alle waarschuwingen op.
4. Voer alle instructies uit zoals ze er staan.
5. Gebruik dit apparaat nooit in de buurt van water.
6. Maak het apparaat enkel schoon met een zachte droge doek.
7. Blokkeer nooit de ventilatieopeningen van het apparaat (indien
aanwezig). Stel het enkel overeenkomstig de instructies van de
fabrikant op.
8. Plaats het apparaat nooit in de buurt van warmtebronnen, zoals
stoven, ovens, radiatoren of andere apparaten die veel warmte
genereren.
9. Probeer nooit het veiligheidssysteem van een gepolariseerde
stekker of een stekker met aarding te omzeilen. Een gepolariseerde stekker heeft twee pennen waarvan de ene wat breder
is dan de andere.
Een stekker met aarding is voorzien van twee pennen en een
uitsparing. De brede of derde pen is er voor uw veiligheid. Als
de bijgeleverde stekker niet in uw stopcontact past, moet u het
door een vakman laten vervangen.
– Tijdens het gebruik van elektronische apparaten moet u altijd op de volgende punten letten:
10. Zorg dat niemand over het netsnoer kan struikelen. Dat is met
name in de buurt van het stopcontact gevaarlijk, maar kan er
ook in de buurt van de aansluitingen op het apparaat voor zorgen dat de aders breken.
11. Gebruik enkel de uitdrukkelijk door de fabrikant aanbevolen opties en uitbreidingen.
12. Gebruik enkel karretjes, stands, statieven, houders enz. die door de fabrikant uitdrukkelijk worden aanbevolen. Als u het apparaat op een
wagen zet, moet u erop letten dat de wagen niet
kan vallen, omdat dit ernstige verwondingen kan
veroorzaken.
13. Verbreek, tijdens een onweer, of als u het apparaat langere tijd
niet wilt gebruiken, de aansluiting op het lichtnet.
14. Laat alle onderhoudswerken en herstellingen over aan een door
Roland erkende herstellingsdienst. Als het netsnoer beschadigd
is of wanneer er vloeistoffen of regenwater in het inwendige terecht zijn gekomen, moet u het apparaat onmiddellijk uitschakelen en contact opnemen met een erkende herstellingsdienst.
Voor het Verenigd Koninkrijk
IMPORTANT: THE WIRES IN THIS MAINS LEAD ARE COLOURED IN ACCORDANCE WITH THE FOLLOWING CODE.
BLUE:
BROWN:
As the colours of the wires in the mains lead of this apparatus may not correspond with the coloured markings identifying
the terminals in your plug, proceed as follows:
The wire which is coloured BLUE must be connected to the terminal which is marked with the letter N or coloured BLACK.
The wire which is coloured BROWN must be connected to the terminal which is marked with the letter L or coloured RED.
Under no circumstances must either of the above wires be connected to the earth terminal of a three pin plug.
De door de G-70 gehanteerde technologie is in verschillende landen beschermd door patenten.
NEUTRAL
LIVE
r
s
Handleiding
NEDERLANDSNEDERLANDS
NEDERLANDSNEDERLANDS
Bedankt voor uw aankoop van de Roland G-70 Music Workstation. De G-70 is het meest complete arrangerinstrument
van de hele Roland-geschiedenis en bevat als dusdanig alle voordelen van een Roland-instrument: perfecte begeleidingen, hoogwaardige klanken, de mogelijkheid om het klankaanbod uit te breiden d.m.v. een golfvormkaart (SRX-serie),
een D Beam-controller, virtuele orgel-drawbars, een Vocal Harmonist, de Cover-functies van de unieke DisCover 5 van
Roland… Er is gewoon teveel om het hier al allemaal op te noemen.
We hebben getracht de meeste beschikbare functies meteen toegankelijk te maken en de G-70 dus ook maar meteen
voorzien van een drukgevoelig kleurendisplay en een gebruikersinterface waarmee je snel wegwijs bent op de G-70.
Om de functies van de G-70 zo snel mogelijk te leren kennen en er jaren plezier aan te beleven, leest u deze Handleiding het best in z’n geheel door.
Om u niet onnodig te verwarren, gaan we in deze handleiding het woordje “knop” gebruiken, wanneer we verwijzen
naar de druktoetsen op het frontpaneel van de G-70. Op die manier weet u dat een “toets” enkel op het klavier kan
slaan.
Om plaats (en tijd) te besparen, gaan we het woordje “song” gebruiken, wanneer we het hebben over Stand MIDI Files.
Lees, alvorens dit instrument te gebruiken, “Belangrijke opmerkingen”, op blz. 11 door. Daar vindt u namelijk belangrijke
tips en een opsomming van wat u wel en niet met de G-70 mag doen. Bewaar deze handleiding bovendien op een veilige plaats op, omdat u ze later beslist nog eens nodig hebt.
niet toegestaan zonder de schriftelijke toestemming van Roland Europe S.p.a.
G-70
Music Workstation
Opzienbarende functies
Opzienbarende functies
Roland’s meest complete arrangerinstrument
ooit
De G-70 is gewoon een fantastisch instrument met de
meest geavanceerde en beste klankopwekking die Roland ooit gemaakt heeft. Ze combineert de Virtual ToneWheel-technologie van Roland (afgeleid van onze succesvolle VK-serie) met een superieure interne klankbron
(afkomstig van de Fantom-X-serie) en biedt de mogelijkheid het klankarsenaal met behulp van een golfvormkaart van de SRX-serie uit te breiden.
Nieuw interfaceconcept
Tijdens de ontwikkeling van de G-70 hebben we erop
gelet alle beschikbare functies snel en gemakkelijk
bereikbaar te maken. Via drukgevoelige kleurdisplay en
het indrukwekkende aantal knoppen op het frontpaneel
bereikt u de beschikbare functies in de regel meteen,
zodat er geen beroep wordt gedaan op ingewikkelde
menustructuren.
Parameters, die met elkaar verband houden, bevinden
zich in de regel op dezelfde of op z’n minst naburige
pagina’s, terwijl ze tevens veel sneller kunnen worden
ingesteld dan op oudere instrumenten.
Cover-functies en Makeup Tools voor Standard
MIDI Files en Styles
De orkestratie van Standard MIDI Files en Music Styles
kun je veranderen door gewoon een andere Song of
Style Cover-instelling te kiezen. Bovendien kunt u met
de MAKEUP TOOLS-parameters werken, die op instrumenten gebaseerd zijn en toelaten om je songs of
Styles te wijzigen zonder uren aan het editen van
afzonderlijke events te besteden.
Via vier programmeerbare MARK & JUMP-geheugens
kunt u zelfs de structuur van Standard MIDI Files wijzigen en op die manier nieuwe versies van eerder opgenomen materiaal maken.
“Adaptive Chord Voicing”-technologie
De Arranger van de G-70 heeft niet alleen een volledig
nieuwe structuur (met 4 begeleidingsniveaus, 4 intro’s
en 4 slotfrasen), maar berust tevens op een muzikalere
realtime-conversie van de door u gespeelde akkoorden.
De gepatenteerde ACV-technologie van Roland kan
namelijk Music Style-partijen transponeren en er op zie
manier voor zorgen, dat de strijkers, piano e.d. niet langer onnatuurlijk heen en weer springen.
Professionele Vocal Harmonist
Nog zo’n ijzersterke functie van de G-70 is de Vocal
Harmonist die je zang van automatische harmoniestemmen voorziet, terwijl er bovendien een aantal
functies klaarstaan waarmee u uw eigen stem (of die
van iemand anders) kunt veranderen.
Daarvoor moet u uiteraard een optionele (Roland
DR-10 of DR-20) microfoon op de G-70 aansluiten. U
kunt echter ook de signalen van andere bronnen (synthesizers e.d.) bewerken. Toch willen we er hier al wijzen
dat er ook een EXTERNAL AUDIO IN-part met eigen
effectsectie is waarmee u externe signalen met lineniveau (afkomstig van een module, een CD-speler e.d.)
kunt bewerken.
De signalen van uw stem en/of de Vocal Harmonistpartijen kunnen hetzij via de MAIN OUTPUT-connectors,
hetzij direct naar één of twee bijkomende mixerkanalen
(of versterkers) worden uitgestuurd. In het tweede
geval moet u de VOCAL HARMONIST OUTPUT-connectors gebruiken.
Supersnelle recorder en uitgebreide 16-sporen
sequencer
De G-70 biedt twee functies voor het opnemen van
nieuw materiaal: een Recorder met een oersimpele
REC-START-STOP-bediening en een uitgebreide 16-sporen sequencer met editfuncties voor het bewerken van
sporen of afzonderlijke gegevens (microscoopfuncties).
Net zoals talrijke andere functies kan ook de Recorder
van de G-70 met de overige secties samenwerken: aan
elk User Program kunt u immers een song koppelen, u
kunt zorgen dat alle Standard MIDI Files automatisch
naar een toonaard worden getransponeerd die u met
uw stem gemakkelijk haalt, de akkoorden van de afgespeelde songs worden in het display getoond enz.
Finder-functies voor songs, Music Styles en User
Programs
De G-70 laat toe om met een bijna onbeperkt aantal
songs, Music Styles en User Programs (van het interne
geheugen, een geheugenkaart of een diskette) te werken. Hoewel er nog steeds voorgeprogrammeerde
Music Styles zijn, kunt u ook met “CUSTOM”-verwijzingen naar begeleidingen in het interne geheugen of op
een geheugenkaart werken en zelfs direct eender welke
“externe” Style laden. Dit snelle selectiesysteem is ook
voor Standard MIDI Files (songs) en User Programs
beschikbaar.
Dankzij een pientere Finder-database is er bijna geen
verschil meer tussen “interne” en “externe” data: alles
werkt pijlsnel.
Play List-functie
Via de Play List-functie van de G-70 kunt u de volgorde,
waarin u bepaalde songs wilt afspelen, op voorhand
vastleggen. Het voordeel van dergelijke “ketens” is dat u
tijdens uw optreden niets hoeft te doen voor het laden
van de benodigde songs.
Bovendien kunt u tijdens de weergave van één song al
de volgende voorbereiden (NEXT SONG-functie).
r
4
G-70 Music Workstation
Opzienbarende functies
r
D Beam-controller
De G-70 is uitgerust met de erg populaire D-Beamcontroller*, waarmee u de song- en Style-weergave
kunt beïnvloeden en bovendien toegang hebt tot DJfuncties – gewoon door uw hand boven een onzichtbare infraroodstraal te bewegen. Natuurlijk is ook de
BENDER/MODULATION-hendel van de partij, terwijl u
bovendien optionele voetschakelaars en zelfs een zwelpedaal kunt aansluiten.
(* De D Beam-technologie wordt in licentie van Interactive Light, Inc., vervaardigd)
…en nog veel meer
Als we alle functies van de G-70 moesten opsommen,
zou deze inleiding nog tien pagina’s beslaan. Maar u
wilt natuurlijk aan de slag met uw nieuwe aanwinst.
Daarom willen we u vragen om deze handleiding volledig door te nemen. Aan het einde ervan zal u toegeven
dat de G-70 veel meer kan dan andere instrumenten.
Succes en veel plezier ermee!
5
G-70
Music Workstation
Veilig gebruik van dit apparaat
Veilig gebruik van dit apparaat
INSTRUCTIES VOOR HET VOORKOMEN VAN BRAND, ELEKTRISCHE SCHOKKEN EN VERWONDINGEN
VEILIG GEBRUIK VAN DIT APPARAAT
Over de en labelsOver de symbolen
WAARSCHUWING
Wijst de gebruiker op het risico op
WAARSCHUWING
dodelijke ongevallen of zware verwondingen als gevolg van een fout
gebruik van dit apparaat.
Het foute gebruik van dit apparaat kan
leiden tot verwondingen en of materi le
schade.
LET OP!
* "Materi le" schade heeft betrekking op
het beschadigen van het meubilair of
andere huishoudelijke voorwerpen
evenals huisdieren enz.
LET OP
Een driehoek maakt de gebruiker attent op belangrijke
instructies of waarschuwingen. De juiste betekenis van het
symbool wordt bepaald door de tekening in de driehoek. Het
links getoonde symbool wordt gebruikt voor algemene
waarschuwingen of om de aandacht te vestigen op gevaar.
Dit symbool maakt de gebruiker attent op dingen die nooit
mogen worden uitgevoerd. Wat nooit mag worden gedaan
wordt aangegeven door de tekening in de cirkel. Het links
getoonde symbool wordt gebruikt om aan te geven dat het
toestel nooit uit elkaar mag worden gehaald.
Dit symbool maakt de gebruiker attent op dingen die moeten
worden uitgevoerd. Wat er moet worden gedaan wordt
aangegeven door de tekening in de cirkel. Het links getoonde
symbool betekent dat de stekker van het stroomsnoer van de
uitgang moet worden losgekoppeld.
HOUD ALTIJD HET VOLGENDE IN DE GATEN
WAARSCHUWINGWAARSCHUWING
• Lees, alvorens dit instrument te gebruiken, de volgende
punten en de rest van deze handleiding door.
• Probeer nooit de G-70 te herstellen of bepaalde onderdelen zelf te vervangen (tenzij dit in deze handleiding uitdrukkelijk staat vermeld). Laat alle herstellingen en
onderhoudswerken over aan uw Roland-dealer, een
erkende herstellingsdienst of de distributeur (zie de
adressen op de “Information”-pagina).
• Beschadig nooit het netsnoer en zet er geen zware voorwerpen op. Zorg dat de kabel altijd zo wordt gelegd dat
hij niet afgeklemd of op een andere manier gekneusd
wordt. Het gebruik van een beschadigde kabel kan leiden
tot brand of elektrocutie.
• Dit instrument kan hetzij op zich, hetzij samen met een
externe versterker of hoofdtelefoon, voor een geluidsniveau zorgen dat tot gehoorverlies kan leiden. Gebruik het
dus nooit lange tijd op hoog volume. Als u ook maar vermoedt dat u gehoorproblemen begint te krijgen of last
hebt van gepiep in uw oren, neemt u het best meteen
contact op met een oorarts.
• In gezinnen met kleine kinderen moeten de ouders de
kroost zo lang helpen bij het bedienen van de G-70 tot de
kinderen zelf weten wat ze wel en niet mogen doen.
• Sluit het netsnoer van de G-70 nooit aan op een stroomcircuit waar al talrijke andere apparaten op zijn aangesloten. Wees bijzonder voorzichtig met verlengkabels: het
opgenomen vermogen van alle apparaten mag niet
hoger liggen dan de capaciteit (Watt/Ampère) van de
verlengkabel. Anders smelten de aders namelijk. Let altijd
op de gegevens die op de gehanteerde kabel staan vermeld.
• Vóór het gebruik van de G-70 in het buitenland neemt u
het best contact op met uw dealer om te zorgen dat u de
juiste voeding gebruikt (zie ook de adressen op de “Information”-pagina in deze handleiding).
• Zet de G-70 altijd op een goed verluchte plaats.
• Dit product mag uitsluitend op een KS-12 keyboardstand
van Roland worden geplaatst. Bij gebruik van een ander
model of merk kan het gebeuren dat het instrument valt
en verwondingen veroorzaakt.
• Trek, bij het verbreken van de aansluiting op het lichtnet,
altijd aan de stekker van het netsnoer –nooit aan de
kabel zelf. Anders gaan eventueel de aders stuk.
• Stroom- en signaalkabels draait u het best nooit samen
om storingen te voorkomen. Bovendien moet u zorgen
dat de kabels buiten het bereik van kinderen liggen.
• Raak het netsnoer en de overige kabels nooit met natte
handen aan.
• Let, bij het transport van het instrument, op de volgende
dingen. Houd het instrument stevig vast om verwondingen c.q. schade aan andere voorwerpen te voorkomen.
• Verbreek de aansluiting op het lichtnet.
• Verbreek de aansluiting op alle andere instrumenten.
• Als u ooit schroeven moet verwijderen, legt u ze het best
op een veilige plaats (buiten het bereik van kinderen). Zo
hoeft u ze later niet te zoeken en is het vrijwel onmogelijk dat kleine kinderen ze inslikken.
Lees naast “Veilig gebruik van dit apparaat”, op blz. 6 ook de volgende punten even door:
r
Voeding
• Sluit het instrument nooit aan op een stroomkring waarop ook
apparaten, die brom veroorzaken, zijn aangesloten (elektrische
motoren, dimmersystemen enz.).
• Schakel zowel de G-70 als de overige instrumenten uit voordat u
ze op elkaar aansluit. Zo voorkomt u schade aan de luidsprekers en
andere apparaten.
• Hoewel het LC-display en de LEDs doven, wanneer u het product
met zijn POWER-schakelaar uitzet, betekent dit niet dat de verbinding met het lichtnet helemaal is verbroken. Om de verbinding
helemaal te verbreken moet u, na op POWER gedrukt te hebben,
ook de stekker uit het stopcontact trekken. Het verdient dan ook
aanbeveling om een stopcontact te kiezen waar u gemakkelijk bij
kunt.
Opstelling
• Als u de G-70 te dicht bij een versterker of grote transformator
plaatst, zou er brom kunnen ontstaan. Om het probleem te verhelpen of op z’n minst te verzachten zou u één van beide in voorkomend geval op een andere plaats moeten zetten.
• Dit instrument kan de radio- of TV-ontvangst storen. Plaats het
dus nooit te dicht bij dergelijke ontvangers.
• Houd tijdens het hanteren van de diskdrive het volgende in de
gaten. Zie bovendien “Alvorens diskettes te gebruiken (werken met
de drive)”.
• Plaats het product nooit in de buurt van sterke magnetische
velden (bv. luidsprekers).
• Zet de G-70 altijd op een stevig en vlak oppervlak.
• Verplaats het product nooit, wanneer de diskdrive aan het
draaien is. Vermijd bovendien zware schokken.
• Om problemen te voorkomen dient u de G-70 te beschermen
tegen direct zonlicht, hitte, vochtigheid en stof. Laat de G-70 nooit
in de auto liggen als deze in de zon staat.
• Om storingen te voorkomen mag u de G-70 nooit op vochtige
plaatsen (bv. in de regen, in een badkamer e.d.) gebruiken.
• Leg nooit zware voorwerpen op de toetsen. Dat kan er namelijk toe
leiden dat de betreffende toetsen na verloop van tijd niet meer
werken.
Onderhoud
• Gebruik, voor het schoonmaken van de G-70, enkel een zachte,
droge of lichtjes bevochtigde doek. Om hardnekkig vuil te verwijderen gebruikt u een neutraal reinigingsmiddel. Wrijf het instrument daarna droog met een zachte doek.
• Gebruik nooit oplosmiddelen zoals bv. verfverdunners want die
kunnen de behuizing beschadigen.
Herstellingen en uw data
• Houd er rekening mee dat alle data in het interne geheugen van
het instrument tijdens een herstelling gewist kunnen worden. In
bepaalde gevallen (met name wanneer het geheugen zelf beschadigd is) kunnen we de eventueel gewiste data niet meer herstellen.
Roland kan niet aansprakelijk worden gesteld voor het verlies van
uw data.
Bijkomende voorzorgsmaatregelen
• Als gevolg van een defect aan de geheugenchips of een foute
bediening kan het gebeuren dat de inhoud van de geheugens verloren gaat.
• Behandel de knoppen, regelaars, aansluitingen enz. van de G-70
met de nodige zorg. Een al te brutale behandeling kan leiden tot
storingen of beschadiging van bepaalde onderdelen.
• Sla nooit op het display en zet er geen zware voorwerpen op.
• Trek, voor het verbreken van eender welk soort aansluitingen,
enkel aan de stekker en nooit aan de daaraan vastzittende kabel.
Anders zou u de aders of interne componenten namelijk kunnen
beschadigen, wat een kortsluiting kan veroorzaken.
• Tijdens het gebruik wordt de G-70 warm. Dit is volledig normaal.
• Om uw buren niet te storen zou u het volume van de G-70 binnen
aanvaardbare perken moeten houden. Het best gebruikt u op die
momenten een hoofdtelefoon.
• Voor het transport van de G-70 gebruikt u het best de originele
verpakking of een speciaal hiervoor gemaakte koffer. U zou echter
ook voor een flightcase of koffer kunnen kiezen.
• Gebruik uitsluitend het vermelde zwelpedaal (EV-5, EV-7; optie).
Bij gebruik van andere zwelpedalen zou u de G-70 namelijk kunnen beschadigen.
Over het drukgevoelige display
• Plekken en ander vuil in het display verwijdert u het best met
ethanol. Voorkom echter dat deze vloeistof tussen de gummiring
en de beschermlaag van het display terechtkomt. Gebruik nooit
organische oplosmiddelen of schoonmaakproducten. Maak het
display enkel schoon met ethanol.
Alvorens diskettes te gebruiken (werken met de
drive)
• Plaats de G-70 op een stevig en vlak oppervlak waar het niet
blootgesteld staat aan trillingen. Als het instrument toch onder
een hoek moet worden geplaatst, moet dit binnen het toegestane
bereik gebeuren: 2° opwaarts; 18° neerwaarts.
• Gebruik de G-70 nooit meteen nadat u hem van een bijzonder
vochtige/droge plaats naar een droge/vochtige plaats hebt
gebracht. Snelle temperatuur- en vochtigheidsveranderingen kunnen namelijk voor condensatie in de drive zorgen, en dat kan hetzij
de diskettes, hetzij de drive zelf beschadigen. Wacht na het transport van het instrument een aantal uren alvorens het te gebruiken.
• Schuif een diskette altijd voorzichtig, maar kordaat in de drive tot
ze vastklikt. Druk op de uitwerptoets om de diskette weer uit de
drive te kunnen halen. Haal een diskette nooit met geweld uit de
drive.
• Probeer nooit de diskette uit de drive te halen, terwijl ze nog wordt
gelezen (d.w.z. zolang de indicator van de drive oplicht). Anders
beschadigt u namelijk zowel de diskette zelf als de drive.
• Haal de diskette uit de drive alvorens het instrument uit of in te
schakelen.
• Om schade aan de koppen van de drive te voorkomen moet u de
diskette altijd volledig horizontaal houden, terwijl u ze in de drive
schuift (dus nooit onder een hoek). Druk de diskette voorzichtig in
de drive. Ga nooit met geweld te werk.
• Om schade aan de drive te voorkomen mag u er enkel diskettes in
steken. Probeer nooit andere datadragers in de drive te schuiven.
Zorg dat er geen spelden, clips of andere voorwerpen in de drive
terechtkomen.
Behandeling van diskettes
• Diskettes bevatten een plasticschijfje met een magnetische laag.
Het opslaan en lezen van data op/van een diskette vereist een
microscopische precisie. Houd daarom de volgende punten in de
gaten:
• Raak nooit de magnetische laag van de diskette aan.
• Bewaar diskettes altijd op schone en stofvrije plaatsen.
11
G-70 Music Workstation
Belangrijke opmerkingen
• Stel een diskette nooit bloot aan extreme temperaturen (laat ze
nooit in een gesloten auto liggen waar de zon op staat). Aanbevolen temperatuur: 10°~50°C.
• Stel een diskette nooit bloot aan krachtige magnetische velden.
Leg ze bv. nooit op een luidspreker.
• Diskettes zijn uitgerust met een “WRITE”-beschermingsnokje
waarmee u kunt voorkomen dat ze onvrijwillig worden overschreven. Zolang het nokje zich in de PROTECT- of WRITE-stand
bevindt, kunt u geen data naar de betreffende diskette wegschrijven. Het verdient aanbeveling om dit nokje enkel in de
onbeveiligde stand te zetten, wanneer u nieuwe data naar de
floppy wilt wegschrijven.
Achterkant van de diskette
WRITE
(u kunt data wegschrijven)
Nokje
• Diskettes met belangrijke data beveiligt u het best altijd tegen
ongewild overschrijven (zet het nokje in de PROTECT-stand)
alvorens ze in de drive van een ander apparaat te stoppen.
• Kleef de sticker altijd volledig op de diskette. Doet u dat namelijk niet, dan kan het gebeuren dat u de diskette op zekere dag
niet meer uit de drive kunt halen.
• Leg een diskette na gebruik weer in het doosje of de verpakking.
PROTECT
(u kunt geen data wegschrijven)
Opslag van de instellingen
• Als u dit product langere tijd niet inschakelt, wordt de geheugeninhoud gewist, met als gevolg dat weer de fabrieksinstellingen
worden opgeroepen. Om geen belangrijke data te verliezen archiveert u de interne instellingen daarom het best op regelmatige
tijdstippen (zie blz. 210).
Alvorens geheugenkaarten te gebruiken
• Bepaalde geheugenkaarten zijn met een PROTECT-schakelaar uitgerust waarmee u kunt voorkomen dat de opgeslagen data overschreven of gewist worden. (De G-70 is eveneens van een dergelijke schakelaar voorzien.) Zolang geheugenbeveiliging actief is,
kunt u geen data naar de betreffende diskette wegschrijven. Vergeet dus niet de beveiliging uit te schakelen, wanneer u data wilt
opslaan.
• Zorg dat de aansluitingen van de kaart nooit in aanraking
komen met metalen voorwerpen.
• Stel een geheugenkaart nooit bloot aan sterke trillingen en laat
ze nooit vallen.
• Laat een geheugenkaart nooit in de zon, een gesloten auto of
op andere warme c.q. koude plaatsen liggen (opslagtemperatuur: –25~85°C).
• Zorg dat uw geheugenkaarten nooit nat worden.
• Probeer nooit een kaart te openen of te modificeren.
• Haal de kaart nooit uit de slot en schakel het apparaat nooit uit,
terwijl de kaart nog wordt gelezen of wanneer er data naar worden weggeschreven. Anders beschadigt u namelijk de data op de
geheugenkaart c.q. de kaart zelf.
• Om te voorkomen dat de data van een SmartMedia™-kaart worden overschreven, kunt u er een schrijfbeveiligings-sticker op kleven. Dan kunt u de kaart echter niet meer formatteren. Om de
kaart de formatteren of er data naar weg te schrijven moet u die
sticker weer verwijderen. Meer details over de schrijfbeveiligingssticker vindt u in de handleiding bij de geheugenkaart.
• Als u probeert om de kaart te formatteren c.q. er data naar weg te
schrijven, terwijl ze beveiligd is, verschijnt een foutmelding. In dat
geval moet u hetzij een andere kaart gebruiken, hetzij de sticker
verwijderen.
• Na het inschakelen mag u geen geheugenkaart in de slot steken/
verwijderen. Wacht dus tot de G-70 zijn interne data geactualiseerd heeft (tot de boodschappen “Song database checking…” en
“User Program database checking…” verdwenen zijn).
• Schakel het instrument nooit in, zolang de geheugenkaart zich
maar gedeeltelijk in de slot bevindt. Anders beschadigt u namelijk
de data in het interne geheugen.
Geheugenkaarten die u met de G-70 kunt
gebruiken
• De G-70 kan gewone CompactFlash- en SmartMedia-kaarten
lezen. U kunt dergelijke kaarten dus ook in een computerzaak of
op plaatsen kopen waar accessoires voor digitale camera’s e.d
worden verkocht.
• Geheugenkaarten moeten aan de volgende voorwaarden voldoen.
• De G-70 kan enkel geheugenkaarten van de hierboven vermelde
types lezen.
AanUit
• Op de kaartpoort van dit product kunt u CompactFlash- en SmartMedia™-kaarten (3,3V) aansluiten. U zou echter ook voor een
Microdrive-opslagmedium kunnen kiezen. (Voor SmartMedia™kaarten hebt u een adapter nodig.)
• Schuif de geheugenkaart volledig, maar voorzichtig, in de slot tot
ze vastklikt.
• Raak nooit de aansluitingen van de geheugenkaart aan. Voorkom
bovendien dat de aansluitingen vuil worden.
• CompactFlash- en SmartMedia-kaarten (3,3V) bevatten precisieonderdelen. Behandel de kaarten met de nodige zorg en houd
tevens het volgende in de gaten.
• Om geheugenkaarten tegen statische ontladingen te bescher-
men moet u alle statische elektriciteit uit uw lichaam afleiden
alvorens een kaart vast te pakken.
r
12
Aansprakelijkheid en copyright
• Het opnemen, verdelen, de verkoop, het verhuur, opvoeren in het
openbaar evenals het uitzenden, geheel of gedeeltelijk, van
beschermde werken (muzikale composities, video, optredens e.d.)
zijn enkel mits de toestemming van de eigenaar(s) toegelaten.
• Gebruik dit product nooit voor doeleinden die een inbreuk vormen
op de auteursrechten van derden. Roland kan niet aansprakelijk
worden gesteld voor inbreuken op het auteursrecht van andere
personen, zelfs al werd een dergelijke inbreuk met behulp van dit
instrument gepleegd.
• SmartMedia is een handelsmerk van Toshiba Corp.
• Compact Flash en zijn handelsmerken van de SanDisk Corporation en worden in licentie van de CompactFlash-vereniging
gebruikt. Roland Corporation is een erkende licentienemer van het
CompactFlash™- en CF-handelsmerk.
• Alle in dit document vermelde productnamen zijn handelsmerken
of geregistreerde handelsmerken van de betreffende eigenaars.
G-70 Music Workstation
1.Voorzieningen op de panelen
Frontpaneel
Opgelet: De meeste knoppen kunt u ingedrukt houden om naar de bijbehorende displaypagina te gaan.
r
Frontpaneel
MASTER
VOLUME
D
PLAY
LIST
A
MIN
B
ACCOMP
EXT SOURCE
C
MIN
A
MASTER VOLUME-regelaar
BALANCE
MAX
KEYBOARD
MAX
E
TOP
8 BEAT 16 BEAT
BALL
JAZZ
ROOM
BLUES
Met deze regelaar stelt u het algemene volume van
de G-70 (alle secties) in. De instelling van deze regelaar bepaalt tevens het volume in een eventueel aangesloten hoofdtelefoon.
B
BALANCE-regelaar
Met deze regelaar stelt u de balans tussen de Arranger of de songpartijen (“ACCOMP”) en de soloklanken
(“KEYBOARD”) in.
C
EXT SOURCE-regelaar
Met deze regelaar kunt u het volume van een audiobron (synthesizer, MP3-speler enz.) instellen, die u op
de EXTERNAL SOURCE-connectors aan de achterkant
van de G-70 hebt aangesloten.
D
RECORDER-sectie
[PLAY¥LIST]-knop: Druk op deze knop om de Chainpagina op te roepen waar u een lijst van de af te spelen songs kunt kiezen, bestaande lijsten kunt editen,
nieuwe programmeren enz. Als de indicator van deze
knop oplicht, dienen [|√], [º], [‰], [PLAY÷STOP¥®÷ª]
voor het beïnvloeden van de songweergave. Houd
[PLAY¥LIST] ingedrukt, terwijl u op [MINUS¥ONE] drukt
om de demomode te selecteren.
[NEXT¥SONG]-knop: U kunt al een nieuwe song selecteren, terwijl de eerder gekozen Standard MIDI File
nog wordt weergegeven. Als de Recorder de weergave van de nieuwe song automatisch moet starten,
moet u op deze knop drukken. Als de [PLAY¥LIST]knop oplicht, dient deze knop voor het selecteren van
de volgende song van de gekozen lijst.
NEXT
SONG
DEMO
RECORDER
MINUS
ONE
STYLE
LIVE
BAND
50's & 60's
PLAY/STOP FWDBWD
ROCK
BOSSA
SAMBA
/
DISCO
DANCE
LATIN WORLD
16 TRACKS
SEQUENCER
REC
CONTEMP
F
D BEAM
DJ GEAR SFX INST CTRL
G
MARK & JUMP
1234
[MINUS¥ONE]-knop: Druk op deze knop om de partij
uit te schakelen die u zelf wilt spelen (of zingen). U
kunt zelf bepalen welke partij dan uitgeschakeld
wordt (blz. 41).
[16-TRACK¥SEQUENCER]-knop: Met deze knop activeert u de sequencer (MIDI-recorder) van de G-70.
Deze sequencer kan veel meer dan wat u misschien
van uw vorige Roland-arranger kent (zie blz. 154).
[|√], [º], [‰], [PLAY÷STOP¥®÷ª]: Met deze knoppen
keert u terug naar het begin van de huidige song,
spoelt u terug of vóór in stappen van één maat en
start/stopt u de weergave van de geselecteerde song.
Druk op de [REC¥∏]-knop om een nieuwe song op te
nemen (zie blz. 52).
E
STYLE-sectie
Met deze knoppen kunt u één van de twaalf Music
Style-families kiezen. De knop van de gekozen familie
licht op.
F
D Beam-controller
Met deze speelhulp kunt u de klankkleur van de
gespeelde noten en de songweergave beïnvloeden,
maar ook andere unieke effecten verkrijgen. Hiervoor
hoeft u uw hand maar boven de twee “ogen” van de
D Beam te bewegen (op/neer, links/rechts).
Met de knoppen eronder kunt u een andere functie
aan de D Beam-controller toewijzen. Zie blz. 64.
MARK JUMP-sectie
G
Met deze knoppen ([1]~[4]) kunt naar één van de vier
geprogrammeerde plaatsen binnen de huidige song
springen. Die posities kunt u wijzigen. Bovendien
kunt u posities voor songs programmeren die er nog
geen bevatten.
13
G-70 Music Workstation
Voorzieningen op de panelen
HIJ
VARIATION
STYLE CONTROL
34
H
ASSIGN SW-sectie
ASSIGN SW
21
FADE
FADE
IN
OUT
INTROMAIN END/RITSTART STOP
Aan de [ASSIGN¥SW¥1]- en [ASSIGN¥SW¥2]-knop kunt
u de gewenste functie toewijzen. Dat heeft het voordeel dat u vaak benodigde functies, die u enkel via
het functiemenu bereikt, direct kunt oproepen. De
ASSIGN SW-toewijzingen maken deel uit van de
instellingen die u in een User Program kunt opslaan.
Zolang u geen andere toewijzing kiest, dienen ze voor
het activeren van de FADE IN- en FADE OUT-functie.
I
STYLE CONTROL-sectie
Met deze knoppen kiest u het gewenste Music Stylepatroon en start/stopt u de Style-weergave (zie
blz. 25).
INVERSION
AUTO
FILL IN
SYNCBASS
START/STOP12
J
SET LIST HOLDDOWNUP
12345678
USER PROGRAM-sectie
USER PROGRAM
CANCEL
Met deze knoppen kunt u het gewenste User Program (registratiegeheugen) oproepen. Indien nodig,
kunt u het voorafgaande ([DOWN])/volgende ([UP])
User Program kiezen. Door deze twee knoppen samen
in te drukken verlaat u de User Program-mode weer.
Met de [HOLD]-knop kunt u bepaalde instellingen
van daarna opgeroepen User Programs negeren (zie
blz. 115).
L
MUSIC
ASSISTANT
K
LCD
K
LCD CONTRAST-regelaar
CONTRAST
M
LYRICS & SCORE
N
EFFECTS
O
DISK & MEDIA
Hiermee kunt u het contrast van het display wijzigen,
als u de informatie niet kunt lezen. Het display is
drukgevoelig en moet dus altijd duidelijk leesbaar zijn
(anders weet u niet wat u aan het doen bent).
Opgelet: Soms duurt het even voordat het display op temperatuur komt. Daarom zou het kunnen dat u het contrast na
verloop van tijd nog eens moet veranderen.
L
MUSIC ASSISTANT-knop
Met deze knop MUSIC ASSISTANT selecteert u een
mode waarin u Music Style-registraties voor specifieke nummers kunt kiezen, die u wilt spelen. U kunt
ook zelf Music Assistant-registraties programmeren.
M
LYRICS & SCORE-knop
Druk op deze knop om te zorgen dat de tekst van het
nummer in het display wordt getoond. Bovendien
verschijnen dan de namen van de door de songpartijen gespeelde akkoorden in het display. Deze laatste
zijn gegevens, die de G-70 tijdens de weergave berekent. Deze functie kan zelfs de noten van de gekozen
partij in het display tonen.
P
SONG
STYLE
MAKEUP
TOOLS
Q
SONG
STYLE
MENU
R
EXIT
S
N
EFFECTS-knop
Met deze knop roept u een pagina op waar u de
effecten van de verschillende G-70-partijen kunt
instellen.
O
DISK & MEDIA-knop
Druk op deze knop om data van het interne geheugen, een diskette of PCM/CIA-kaart te laden c.q.
ernaar weg te schrijven. Bovendien vindt u hier functies voor het bestandsbeheer, zoals het wissen van
bestanden, het formatteren van floppies of kaarten
enz. (blz. 202).
P
COVER-knop
Met deze knop hebt u toegang tot voorgeprogrammeerde instellingen voor het wijzigen van het songof Music Style-karakter. Druk er één of twee keer op
om de Song- of Style-mode te kiezen. Zie blz. 41 en
77.
r
14
Q
MAKEUP TOOLS-knop
Met deze knop kunt u de instellingen van de huidige
song of Music Style wijzigen, als de voorgeprogrammeerde Cover-instellingen niet het gewenste resultaat opleveren. Zie blz. 124.
16' 5-1/3' 8'4' 2-2/3' 2' 1-3/5' 1-1/3' 1'
CHORUS
G-70 Music Workstation
r
Frontpaneel
R
MENU-knop
Druk op deze knop om een menu met functies van de
G-70 op te roepen, die u misschien niet elke dag
nodig hebt.
S
EXIT-knop
Druk op deze knop om naar de vorige displaypagina
of de hoofdpagina van de G-70 terug te gaan.
TU
HARMONIC
BAR
MODETYPE
SONG
METRO
NOME
TEMPO
TAP
REVERB
PANPOT
T
Toewijsbare regelaars
VOLUME
DBEAM
EFFECTM.INT MBS
Deze regelaars kunt u als virtuele drawbars gebruiken
(indien de [HARMONIC¥BAR]-knop oplicht). Zie dan
de voetmaten boven de regelaars voor hun specifieke
functie (blz. 33).
Opgelet: De HARMONIC BAR-functie is enkel voor de volgende parts beschikbaar: UP1, LW1 en MBS.
Bovendien zijn er drie knoppen waarmee u de partgroep kunt kiezen wier instellingen u wilt veranderen: [PART] (Keyboard-parts), [STYLE] (Arranger-parts)
en [SONG] (Recorder-parts).
DATA ENTRY
V
NUMERIC PAD (PUSH)
INCDEC
Opgelet: De meeste knoppen kunt u ingedrukt houden om naar de bijbehorende displaypagina te gaan.
FINDER
X
STYLESONG
USER PRG
LW 2 LW 1
Z
UP 3 UP 2 UP 1
U
VOICE
PART
PAGE
STYLE
PAGE
SLOW
FAST
DEFAULT
De TYPE-knoppen tenslotte dienen voor het selecteren van parameters, die eveneens met de regelaars
kunnen worden ingesteld (reverb- of chorusaandeel,
stereopositie of volume).
TEMPO-sectie
[METRONOME]-knop: Druk op deze knop om de
interne metronoom in en uit te schakelen.
Met de overige knoppen kunt u het tempo van de
metronoom, de Arranger en de recorder/sequencer
instellen.
TALK
AUTO
PITCH
VOICE
FX
SINGER
VOCAL HARMONIST
HARMONYVOCODER
ENSEMBLE
SMALL
OFF MAXOFF MAX
OFF MAX
INPUT GAINEFFECTS
OVER
MIN MAX
Y
KBD MODE
EASY SETTING
W
ARR ORGAN PIANO
V
DATA ENTRY-sectie
SPLIT
WHOLE
Met het wiel kunt u de momenteel in het display
geselecteerde parameterwaarde instellen. Draai eraan
om de beschikbare instellingen te overlopen. U kunt
er ook op drukken om te zorgen dat een numeriek
klavier in het display verschijnt waarmee u dan waarden kunt invoeren.
Om de gekozen waarde in kleine stappen te wijzigen
drukt u op [DEC] (waardevermindering) of [INC]
(waardeverhoging). Met de [ß][†][®][√]-knoppen kunt
u de parameter kiezen die u wilt editen (hetzelfde
resultaat bereikt u door op het betreffende displayveld te drukken).
Zolang de hoofdpagina wordt afgebeeld kunt u met
het [DATA÷ENTRY]-wiel en de [DEC]/[INC]-knoppen
het tempo instellen.
a
E.PIANO
PIANO
KEYBOARD
CHR PERC ORGAN
SAX
BRASSVOCALSYNTHWIND
TRUMPET
EASY SETTING-sectie
W
TONE
ACCORDION
A.GUITAR
PAD
ETHNIC
E.GUITAR
BASS
PERCUSS
SFX
STRINGS
DRUMS
Met deze knoppen kunt u de G-70 heel snel anders
configureren: [ARR] (gebruik van de Arranger in de
SPLIT-mode), [ORGAN] (de naam zegt het al) en
[PIANO] (toewijzing van een pianoklank aan het volledige klavier). Zie ook blz. 56.
X
FINDER-sectie
Druk op één van deze knoppen om songs ([SONG]),
Music Styles ([STYLE]) of User Programs ([USER¥PRG])
in het interne geheugen, op een diskette of een
geheugenkaart te zoeken. Zie blz. 38, 86 en 113.
Y
KBD MODE-sectie
Druk op de [SPLIT]-knop om met de linker- en rechterhand verschillende klanken te bespelen (blz. 56). (U
kunt zelfs een tweede splitpunt gebruiken, zie
blz. 90.)
SRX
EXPANSION
HARMONIC
BAR
15
G-70 Music Workstation
Voorzieningen op de panelen
Druk op de [WHOLE]-knop om één of verschillende
klanken aan het volledige klavier (d.w.z. zonder split)
toe te wijzen. Zie blz. 56.
Z
VOCAL HARMONIST-sectie
Met de knoppen van deze sectie bedient u de Vocal
Harmonist-functie. Bovendien kunt u het volume van
de microfoon en de effectintensiteit voor de via de
Vocal Harmonist MIC INPUT-connector ontvangen
signalen instellen. Zie blz. 42.
a
TONE-sectie
Met de TONE-knoppen kunt u telkens één van de 16
interne klankfamilies kiezen. De benodigde klank binnen die familie kiest u daarna via het display.
bcdef
KEYBOARD PART
TONE ASSIGN
MBS LW 2 LW 1
b
KEYBOARD PART-sectie
UP 3 UP 2 UP 1
PART ON/OFF
De TONE ASSIGN-knoppen dienen voor het kiezen
van de Keyboard-part waar u een andere klank aan
wilt toewijzen blz. 29. “Keyboard-parts” zijn de parts
die u zelf kunt spelen. De G-70 bevat ook nog andere
parts, die “automatisch” door de Arranger of Recorder worden bespeeld.
Met de PART ON/OFF-knoppen kunt u de gewenste
Keyboard-parts in- en uitschakelen.
c
ONE TOUCH-sectie
Met deze knoppen kunt u het gewenste One Touchgeheugen kiezen. De voorgeprogrammeerde Music
Styles en de 120 Custom-geheugens bieden telkens
vier dergelijk geheugens. De geheugens hebben veel
gemeen met de User Programs, omdat ze voor het
toewijzen van andere klanken en effectinstellingen
aan de Keyboard-parts en voor tal van andere wijzigingen kunnen worden gebruikt. Zie blz. 78.
d
TRANSPOSE-sectie
Met deze knoppen kunt u de G-70 in stappen van een
halve toon hoger ([]) of lager ([ƒ]) transponeren.
Bovendien kunt u bepalen welke partijen er dan precies worden getransponeerd (blz. 58).
Als geen van beide knoppen oplicht, wordt geen
enkele partij getransponeerd.
e
TONE EFFECTS-sectie
Druk op de [MULTI¥FX]-knop om nog een effect aan
de Keyboard-parts toe te wijzen (blz. 100). (Deze processor is tevens voor de D Beam- en MELODY INTELLpart beschikbaar.)
Druk op de [MELODY¥INTELLIGENCE]-knop (licht op)
om een tweede (en eventueel derde) stem aan uw
solo’s of melodieën toe te voegen (zie blz. 76).
1234
f
De [SRX¥EXPANSION]-knop is enkel beschikbaar na de
installatie van een optionele golfvormkaart in de
G-70.
Opgelet: SRX-klanken kunnen alleen aan de volgende Keyboard-parts worden toegewezen: UP1/2/3, LW1/2 en MBS.
Druk op de [HARMONIC¥BAR]-knop om de “Harmonic
Bar”-sectie te activeren en het geluid ervan met de
toewijsbare regelaars (T) in te stellen, die dan als
drawbars fungeren.
TRANSPOSEONE TOUCH
CANCEL
TONE EFFECTS
MULTIFXMELODY
INTELL
V-LINK-knop
Druk op deze knop om de V-LINK-functies van de
G-70 voor de afstandsbediening van videomateriaal
te gebruiken. Hiervoor kunt u de speelhulpen,
bepaalde knoppen en de toetsen helemaal rechts op
de G-70 gebruiken. Met V-LINK-compatibele videoapparaten kunt u beeldmateriaal bij uw spel betrekken en op die manier ook de visuele kant van uw
optredens beïnvloeden. Sluit de G-70 bv. aan op een
optionele DV-7PR of V-4 van Edirol om op het
gewenste moment andere filmpjes te kiezen. Bovendien kunt u met de speelhulpen, sommige knoppen
en het hoogste octaaf van de G-70 de weergavesnelheid wijzigen, andere clips kiezen enz.
r
16
g
hi
g
BENDER/MODULATION-hendel
Druk deze hendel naar de achterkant van de G-70 om
de noten van de actieve Keyboard-parts van modulatie te voorzien. Schuif hem naar links of rechts om de
toonhoogte van de actieve Keyboard-parts tijdelijk te
verlagen of te verhogen. Voor de HARMONIC BARklanken en de geluiden van de TONE [ORGAN]-familie
kunt u de modulatie-as voor het kiezen van de lage
en hoge Rotary-snelheid gebruiken.
G-70 Music Workstation
h
Diskdrive
Hier kunt u een 2DD- of 2HD-diskette aansluiten en
er Music Styles, Recorder-songs en MIDI Set naar
wegschrijven. Druk op de uitwerptoets om de diskette
daarna weer uit de drive te kunnen halen.
Opgelet: Verwijder de diskette nooit, terwijl de G-70 ze nog
leest, er data naar wegschrijft e.d. Anders beschadigt u namelijk de floppy en eventueel zelfs de kop binnenin de drive.
i
PHONES-connector
De G-70 is voorzien van hoofdtelefoonaansluiting.
Sluit hier een hoogwaardige hoofdtelefoon (Roland
RH-200, RH-50 of RH-25, optie) aan.
r
Frontpaneel
17
G-70 Music Workstation
Voorzieningen op de panelen
Achterpaneel
(linker kant)
ABCDEFGIH
FC7 PEDAL
HOLD
FOOTSWITCH
FOOT
SWITCH
FOOT
PEDAL
THRUINOUT
MIDI
PCMCIA
INTERNAL MEMORY
PROTECT
VIDEO
OUTPUT
A
FC7 PEDAL-connector
Hier kunt u een optionele FC-7 voetschakelaareenheid aansluiten en voor kiezen, starten, stoppen enz.
van Style-patronen gebruiken. De functies van deze
voetschakelaareenheid kunt u zelf programmeren (ze
gelden dan voor de G-70 in z’n geheel).
B
HOLD FOOTSWITCH-connector
Een optionele DP-2, DP-6 of BOSS FS-5U voetschakelaar, die u op deze connector aansluit, kan voor het
laten doorklinken van de Keyboard-partnoten worden gebruikt. (Ook de MELODY INTELL-part kunt u op
deze manier laten doorklinken.) Deze functie wordt
ook wel “Sustain” of “demper” genoemd.
C
FOOT SWITCH-connector
Met een hier aangesloten DP-2, DP-6 of FS-5U voetschakelaar kunt u een functie naar keuze beïnvloeden.
D
FOOT PEDAL-connector
Sluit hier een optioneel EV-5, EV-7 of BOSS FV-300L
zwelpedaal aan om er het volume van één of verschillende parts mee te kunnen instellen.
E
MIDI THRU/OUT/IN-connectors
Via deze connectors kunt u de G-70 op externe MIDIapparaten aansluiten, wat voor verschillende toepassingen handig is: ontvangst van muziekdata van een
externe sequencer, doorseinen van uw spel op het
klavier (en de commando’s van de afgespeelde songs)
naar een externe sequencer, gebruik van de G-70 als
masterkeyboard enz.
Opgelet: De MIDI-functies van de G-70 vindt u in het Menu
(blz. 213). Vaak benodigde MIDI-instellingen kunnen als “MIDI
Sets” worden opgeslagen.
F
USB-poort
De USB-poort kunt u voor het archiveren van uw
data en de MIDI-communicatie met uw computer
gebruiken.
PCMCIA-slot
G
Hier kunt u een geheugenkaart (PCMCIA, CompactFlash, SmartMedia™ of Microdrive) aansluiten. Voor
kaarten, die geen PCMCIA-kaarten zijn, hebt u een
adapter nodig (die u in een computerzaak e.d. vindt).
Zie ook de voorzorgsmaatregelen op blz. 12.
H
INTERNAL MEMORY PROTECT-schakelaar
Achter deze kap bevindt zich een schakelaar waarmee
u het interne geheugen kunt vergrendelen ( , beveiligd) of toegankelijk ( ) maken. Zie blz. 21.
I
VIDEO OUTPUT-connector
Verbind deze connector met de geschikte ingang van
een TV of monitor. In dat geval worden de liedjesteksten (van songs die deze gegevens bevatten) en de
berekende akkoordinformatie (blz. 49) altijd op het
externe scherm getoond, zelfs al licht de
[LYRICS&SCORE]-knop niet op (wat dan betekent dat
de liedjesteksten en akkoorden niet in het display van
de G-70 verschijnen).
Opgelet: Het signaalformaat (PAL of NTSC) kan via een MENUfunctie worden ingesteld.
(rechter kant)
JKLMNO
J
METRONOME LEVEL-regelaar en OUT-aansluiting
De metronoomsignalen van de G-70 kunnen via de
METRONOME OUT-connector naar buiten worden
gestuurd. Op deze connector kunt u een hoofdtelefoon (Roland RH-200, RH-25 of RH-50) aansluiten.
Dat is bv. handig voor een drummer (die dan over een
“click track”) beschikt. Met de METRONOME [LEVEL]regelaar kunt u het volume van de hoofdtelefoon
instellen.
r
18
K
EXTERNAL SOURCE/AUDIO IN L/R-connectors
Hier kunt u de audio-uitgangen van een externe signaalbron (CD/MP3-speler, synthesizer enz.) aansluiten. Als dat apparaat 1/4”-uitgangen heeft, hebt u
hetzij verloopstekkers (1/4”→ RCA/cinch), hetzij Roland PJ-1M-kabels nodig. Deze ingangen zijn alleen
geschikt voor signalen op line-niveau.
We praten hier over stereo-aansluitingen (met een
linker en rechter kanaal). Als u maar één kabel op “L”
(of “R”) aansluit, wordt het signaal ook enkel via het
linker (of rechter) kanaal weergegeven.
G-70 Music Workstation
r
Frontpaneel
Het volume van de via deze connectors ontvangen
signalen kunt u met de C EXT SOURCE-regelaar
instellen.
L
VOCAL HARMONIST-sectie
INPUT-schakelaar: Als u een microfoon op de INPUT-
connector aansluit, moet u deze schakelaar op “MIC”
zetten. Wilt u de Vocal Harmonist-functie voor
andere signalen (gitaar, externe synthesizers &
modules, CDs, MDs enz.) gebruiken, dan moet u deze
schakelaar op “LINE” zetten.
Opgelet: De “LINE”-instelling werkt alleen voor elektrische en
basgitaren, als u een dergelijk instrument aansluit op een
effectpedaal of rack-effect (dat u op Bypass zet) en diens uitgang dan met de INPUT-connector verbindt.
INPUT-connector: Hier kunt u een optionele microfoon (bv. een Roland DR-10 of DR-20) c.q. een
andere signaalbron aansluiten wiens signaal u met de
Vocal Harmonist-functie van de G-70 wilt bewerken.
Dit is een gecombineerde connector waarop u hetzij
een symmetrische XLR- of een asymmetrische 1/4”jack kunt aansluiten. (Deze connector levert geen
fantoomvoeding.)
Opgelet: De INPUT-aansluiting is mono.
OUTPUT R & L-connectors: Als u deze connectors op
een mengpaneel, versterker e.d. aansluit, sturen zij
het via INPUT ontvangen en met de Vocal Harmonist
van de G-70 bewerkte signaal uit. Sluit u hier niets
aan, dan worden de signalen van de Vocal Harmonist
via de OUTPUT-connectors (zie verderop) naar buiten
gestuurd.
M
OUTPUT-sectie
DIRECT R/L-connectors: Als u de G-70 voor het eerst
inschakelt, doen deze audio-uitgangen helemaal
niets (omdat alle signalen naar de MAIN R & L/
MONO-connectors worden uitgestuurd). U kunt er
echter de gewenste signalen aan toewijzen (blz. 103).
MAIN R & L/MONO-connectors: Deze connectors
moet u met een externe versterker, een mengpaneel
e.d. verbinden. Als u niets op de Vocal Harmonist
OUTPUT-connectors (zie hierboven) aansluit, dan
worden naast de signalen van de Arranger-, Song- en
Keyboard-parts ook de Vocal Harmonist-signalen via
deze uitgangen weergegeven. In het andere geval
echter niet.
Opgelet: Als de versterker of het mengpaneel (nog) maar één
ingang heeft, moet u er de L/MONO-connector op aansluiten.
Het verdient echter aanbeveling om zo vaak mogelijk in stereo
te werken.
N
POWER ON-knop
Druk op deze knop om de G-70 in en uit te schakelen.
O
AC-connector
Hier moet u het bijgeleverde netsnoer aansluiten.
19
G-70 Music Workstation
Voorbereidingen en demosongs
2.Voorbereidingen en demosongs
Waarschijnlijk zit u al te popelen om eindelijk met uw G-70 aan de slag te gaan. Dat gaan we zo meteen doen. Maar we
moeten hem eerst aansluiten.
Aansluitingen
De G-70 bevat geen interne luidsprekers. U moet hem dan ook aansluiten op een externe versterker (bv. van de KC-serie
van Roland) of een optionele hoofdtelefoon gebruiken (Roland RH-25, RH-50 of RH-200 bv.).
Schakel zowel de G-70 als de externe apparaten uit alvorens ze op elkaar aan te sluiten of de aansluitingen (audio of
MIDI) weer te verbreken. Als u geen toegang hebt tot de geluidsinstallatie van de zaal waar u moet optreden, vraagt u
het best aan de plaatselijke geluidsman (of -vrouw) om het volume van de PA op de minimumwaarde te zetten.
Mengpaneel, keyboardver-
sterker, actieve luidsprekers
enz. —OPTIE—
Dynamische microfoon (kies “MIC”)
Andere signaalbron (kies “LINE”)
[Microfoon: DR-10 of DR-20]
*Sluit de microfoon via een asymmetrische 1/4”-monojack of een symmetrische XLR-stekker aan.
Zwelpedaal
(EV-5, EV-7)
Roland
Keyboardversterker,
actieve luidsprekers
enz.
Naar een stopcontact
MAIN
R, L/MONO
AC
DIRECT
R, L
VOCAL
HARMONIST
OUTPUT
VOCAL
HARMONIST
INPUT
CD/MP3-speler enz.
Stereo-hoofdtelefoon
EXTERNAL
SOURCE
METRONOME
OUT
FOOT
PEDAL
FOOT
SWITCH
Voetschakelaars
HOLD
FOOTSW.
Opgelet: Gebruik liefst een dynamische microfoon. U kunt echter ook een condensatormicrofoon gebruiken, als u die aansluit op een DI-box
(met voeding).
Opgelet: Met uitzondering van het netsnoer zijn alle bijkomende dingen in de afbeelding hierboven opties. Meer details hierover vindt u bij uw
Roland-dealer.
Opgelet: De Vocal Harmonist OUTPUT-connectors hebt u niet echt nodig. Gebruikt u ze niet, dan worden uw zang en de Harmonist-effecten
namelijk via de MAIN-connectors naar buiten gestuurd (maar ALLEEN, als u niets op de Vocal Harmonist OUTPUT-connectors aansluit). Bij
gebruik van deze connectors zijn de Vocal Harmonist-signalen niet meer in de hoofdtelefoon te horen.
r
20
Stereo-hoofdtelefoon
(RH-25, RH-50 of RH-200)
G-70 Music Workstation
In-/uitschakelen van de G-70
Na het aansluiten van de G-70 op de overige apparaten moet u als volgt te werk gaan:
r
Frontpaneel
Internal Memory Protect
Na het uitpakken van de G-70 –en alvorens hem in te schakelen– moet u de beveiliging van zijn interne geheugen (een
niet bewegende harde schijf) uitschakelen om intern data te
kunnen opslaan.
• Gebruik een kruiskopschroevendraaier voor het verwijderen
van de schroeven en verwijder de plastickap.
• Schuif de INTERNAL MEMORY PROTECT-schakelaar in de
“ ”-stand om de geheugenbeveiliging te deactiveren.
(Om het interne geheugen later weer te vergrendelen moet
u de schakelaar weer in de “ ”-stand schuiven.)
Inschakelen van de G-70
(1) Sluit het netsnoer aan op de AC-connector en vervol-
gens op een stopcontact.
VIDEO
OUTPUT
INTERNAL MEMORY
PROTECT
Opgelet: Bewaar de kap en de schroeven op een veilige
plaats op om ze later weer te kunnen installeren.
INTERNAL MEMORY
PROTECT
VIDEO
OUTPUT
(2) Druk op de [POWER¥ON]-knop achterop de G-70 om
hem in te schakelen.
(3) Als u de G-70 op een mengpaneel aangesloten hebt, moet u dat nu inschakelen.
(4) Schakel de versterker, de actieve luidsprekers of de keyboardversterker(s) in.
(5) Stel met de [MASTER¥VOLUME]-regelaar het uitgangs-
volume van de G-70 in.
Instellen van het displaycontrast
Na het inschakelen of als de G-70 al een tijdje ingeschakeld
is, is het display eventueel nog maar nauwelijks af te lezen.
Bovendien beïnvloeden de hoek waaronder u naar het display kijkt en de verlichting op de plaats waar u staat de
leesbaarheid van het display.
In dergelijke gevallen kunt u met de [LCD¥CONTRAST]-rege-
laar links van het display het contrast instellen.
MASTER
VOLUME
Uitschakelen van de G-70
(1) Schakel eerst alle externe apparaten uit.
(2) Druk op de [POWER≈ON]-knop achterop de G-70 om hem uit te schakelen.
21
G-70 Music Workstation
Voorbereidingen en demosongs
Interactieve demo van de G-70
De G-70 bevat een interactieve demofunctie die u een indruk geeft van zijn belangrijkste functies. Die zou u meteen eens
moeten gebruiken. Omdat de demo zichzelf uitwijst, gaan we hier alleen tonen hoe hem in en uit te schakelen.
(1) Druk de [PLAY¥LIST]- en [MINUS¥ONE]-knop samen
in.
PLAY
NEXT
SONG
DEMO
MINUS
ONE
LIST
Het display ziet er nu als volgt uit:
(2) Druk, indien nodig, op het [LANGUAGE]-veld en
kies de taal voor deze interactieve demofunctie.
(5) Om de demo te stoppen en de demofunctie van de
G-70 weer te verlaten moet u op de RECORDER
[PLAY÷STOP¥®÷ª]- of de [EXIT]-knop drukken.
EXIT
(Druk op [CLOSE], als u deze pagina helemaal niet
wilde selecteren. Dan verandert er niets aan de taalkeuze.)
(3) Druk op het veld waarmee u toegang hebt tot de
benodigde demofunctie.
Er zijn 12 klankdemo’s, 12 Style-demo’s, 1 demo van
de lyrics- en notatiefunctie en één Vocal Harmonistdemo.
(4) Hoort u de muziek maar nauwelijks, dan moet u
met de [VOLUME]-regelaar (helemaal links, in de
MASTER-sectie) een hoger volume instellen.
MASTER
VOLUME
r
22
Over de hoofdpagina
Als u de demomode (of eender welke andere displaypagina) verlaat c.q. zolang u geen enkele instelling van de
G-70 wijzigt, ziet het display er ongeveer als volgt uit:
ABC
G
D
H
E
FF
De hier getoonde informatie wordt eerst en vooral
bepaald door de instellingen van de G-70, de geladen
data enz. De afbeelding geeft echter een goede
indruk van wat u op uw instrument ziet.
In tegenstelling tot eerdere arrangerinstrumenten
van Roland zijn bijna alle in het display getoonde
gegevens aan velden toegewezen waar u op kunt
drukken om naar een andere pagina te springen, een
parameter te editen of een parameter te selecteren.
Druk bv. op het A-veld om naar de ARRANGER SETTING-pagina te gaan. Druk op B om een andere
splitpunt in te stellen.
De [SONG]- en [STYLE]-knoppen C zien er anders uit
en gedragen zich dus ook anders: druk op één van
deze knoppen om de sectie te kiezen wier tempo
moet worden weergegeven. (De tempowaarde kunt u
met de [√SLOW][FAST®]-knoppen en, na het stoppen
van de weergave, met [TAP] instellen.) U kunt ze niet
gebruiken om van de Style- naar de Song-mode te
gaan, omdat dat automatisch gebeurt – druk gewoon
op de [PLAY÷STOP¥®÷ª]- of [START÷STOP]-knop.
Opgelet: Zolang de hoofdpagina wordt afgebeeld, kunt u het
tempo tevens met het [DATA÷ENTRY]-wiel en de [DEC]/[INC]knoppen instellen.
G-70 Music Workstation
Met het SCALE TUNE-veld G gaat u naar een pagina
waar u de stemming van de G-70-noten kunt wijzigen (om bv. Arabische toonladders te gebruiken).
Met het TRANSPOSE-veld H tenslotte springt u naar
de displaypagina waar u één, verschillende of alle
secties kunt transponeren (naar gelang de op die
pagina gekozen mode). Dit veld heeft dezelfde functie als de TRANSPOSE-knoppen.
Zoals u ziet, kunt u heel wat instellen zonder ook
maar één menu te openen.
Opgelet: Als de hoofdpagina niet automatisch wordt afgebeeld, kunt u ze oproepen door op de [EXIT]-knop te drukken.
r
Frontpaneel
Via de met D gemerkte velden springt u naar een
pagina waar u songs (SONG), Music Styles (STYLE) of
User Programs (USER PROG) kunt kiezen. Deze velden
hebben dezelfde functie als de gelijknamige knoppen
van de FINDER-sectie.
Via de OCTAVE-knopicoontjes E kunt u de momenteel geselecteerde Keyboard-part (die door een rode
pijl wordt aangeduid) hoger en lager stemmen. Om
een Keyboard-part te kiezen moet u op zijn TONE
ASSIGN-knop drukken.
De overige velden F dienen voor het kiezen van de
Keyboard-part waar u een andere klank aan wilt toewijzen en het openen van de TONE SELECT-pagina. Ze
hebben dezelfde functie als de (KEYBOARD PART)
TONE ASSIGN-knoppen.
23
G-70 Music Workstation
Eerste kennismaking
3.Eerste kennismaking
In dit hoofdstuk komen alleen de belangrijkste functies aan bod, die we stap voor stap gaan bekijken.
Recorder-sectie:
C
Hoe werkt het allemaal?
Uw G-70 is verschillende instrumenten in één. Voor
het spelen beschikt u namelijk over drie hoofdsecties.
A
Keyboard-parts:
Deze sectie bevat de Parts die u via het klavier kunt
aansturen – vandaar de benaming “Keyboard”. De
G-70 bevat zeven Keyboard-parts, waarvan u er
maximaal zes tegelijk kunt bespelen: UP1, UP2, UP3,
LW1, LW2 en MBS. “UP” staat voor “Upper” en verwijst naar de rechter klavierhelft (als u met een split
werkt). “LW” staat voor “Lower” en slaat dus op de
linker helft. “MBS” is de afkorting voor “Manual Bass”,
d.w.z. een monofone baspart wiens noten door de
gespeelde akkoorden worden bepaald.
Er is geen Manual Drum-part, omdat alle zonet vernoemde parts voor het spelen van een Drum Set kunnen worden gebruikt. De zevende Part, “MELODY INT”,
is wat computergebruikers wel een “cross-platform”
durven noemen: hij gaat weliswaar door voor Keyboard-part, maar hij wordt gedeeltelijk door de
Arranger gestuurd. Zie “Melody Intelligence” op blz.
76.
B
Arranger/Style-sectie:
Omdat die benaming op het frontpaneel wordt
gehanteerd, nemen we ze gewoon over. De betreffende sectie bevat namelijk een 16-sporen sequencer,
een eenvoudig te gebruiken MIDI-opnamefunctie en
een bijzonder veelzijdige Standard MIDI File-player
met heel wat functies die u tijdens het spelen kunt
gebruiken.
Linkerhand:
Arranger-sturing
De Arranger is uw bandje (of orkest). Hij speelt namelijk de begeleiding (die we Music Style noemen). In
zekere zin werkt de Arranger zoals een drumcomputer: hij speelt namelijk begeleidingspatronen.
In tegenstelling tot een drumcomputer kunt u echter
heel gemakkelijk het benodigde patroon kiezen. Zo
hoeft u de volgorde van de patronen niet op voorhand te programmeren. Bovendien speelt de Arranger niet alleen de drums, maar ook een bas en melodische partijen. De toonaard hiervan bepaalt u aan de
hand van uw zelf gespeelde akkoorden (meestal in de
linker klavierhelft).
Met de Vocal Harmonist-functie kunt u ook zang en
zelfs koortjes aan uw muziek toevoegen (blz. 42).
Rechterhand: melodie
(Keyboard-parts)
r
24
Spelen met een automatische
begeleiding
Laten we beginnen met de automatische begeleidingsfunctie, die “Arranger” heet, maar in het display en op
het frontpaneel ook vaak “Style” wordt genoemd.
De Arranger is een “interactieve weergave-sequencer”
die voor de begeleiding zorgt. De begeleidingen noemen we “Music Styles” omdat ze telkens begeleidingspartijen voor een bepaald muziekgenre (Rock, Pop,
Dance, Waltz enz.) bevatten.
De Arranger laat toe de melodische begeleidingspartijen (bas, piano, gitaar enz.) te transponeren door
gewoon andere akkoorden te spelen. In de regel doet u
dit waarschijnlijk met uw linkerhand. Elke Music Style
omvat verschillende patronen, zodat u kunt beginnen
met een inleiding, vervolgens een simpele begeleiding
kunt kiezen voor de eerste strofe en een iets uitgebreidere voor de refreinen. En met een “Ending”-patroon
breit u een mooi einde aan uw stuk.
Laten we eerst naar de belangrijkste Arranger-functies
kijken:
(1) Sluit de G-70 aan en schakel hem in (zie blz. 20 en
21).
(2) Druk op de EASY SETTING [ARR]-knop.
G-70 Music Workstation
Spelen met een automatische begeleiding
r
(5) Druk op de [MAIN]-knop (licht op).
STYLE CONTROL
INTROMAINEND/RITSTART STOP
VARIATION
12 3 4
BASS
INVERSION
AUTO
FILL IN
SYNC
(6) Speel in de linker helft (links van de C-toets onder
USER PROGRAM [2]-knop) een akkoord en druk op
de STYLE CONTROL [START÷STOP]-knop.
START/STOP
De [START÷STOP]-knop licht op en de Arranger speelt
nu een begeleiding van de gekozen Music Style
(waarschijnlijk “Cool Live Band”).
Deze begeleiding weerklinkt in de toonaard van de
noot die u daarnet hebt gespeeld (“C”). De naam van
het overeenkomstige akkoord wordt linksboven in het
display getoond:
ARR ORGAN
De indicator van de knop licht op en het klavier wordt
in twee helften verdeeld. In de linker helft kunt u
akkoorden spelen. De rechter helft is voor het spelen
van melodieën bedoeld.
(3) Als de SYNC [START]-knop oplicht (wat waarschijn-
lijk het geval is), moet u erop drukken om hem uit
te schakelen.
SYNC
START STOP
(4) Zet de [MASTER¥VOLUME]-regelaar op een aan-
vaardbare waarde (iets voorbij “1/4”).
MASTER
VOLUME
(7) Speel nu een ander akkoord in de linker helft.
Hetzelfde patroon wordt nu in een andere toonaard
gespeeld. U hoeft trouwens geen volledige akkoorden
te spelen:
• Voor majeurakkoorden volstaat één noot (bv. “C” voor
Do majeur, “A” voor La majeur enz.).
• Voor mineurakkoorden hoeft u enkel de grondnoot
en de derde toets rechts daarvan in te drukken.
• Voor septiemakkoorden speelt u de grondnoot en de
tweede toets links daarvan.
C majeurC mineur
Alleen de toets die overeenkomt met
de naam van het gewenste akkoord.
Grondnoot + derde toets rechts
daarvan.
C7
Grondnoot + tweede toets links daarvan.
25
G-70 Music Workstation
Eerste kennismaking
Opgelet: De functie voor dit “eenvingersysteem” heet “INTELLIGENT” (blz. 80). Op blz. 249 vindt u een overzicht van de
andere akkoorden die u met dit systeem kunt spelen (overmatig, verminderd enz.).
Momenteel hoort u het “MAIN 1”-patroon (de
[MAIN]- en VARIATION [1]-knop lichten op). Dit is de
simpele begeleidingsversie van de gekozen Music
Style. Laten we nu de begeleiding voor het refrein
kiezen:
(8) Druk op de VARIATION [2]-knop (de [MAIN]- en [1]-
knop lichten op, terwijl [2] knippert).
STYLE CONTROL
INTROMAINEND/RITSTART STOP
VARIATION
12 3 4
BASS
INVERSION
AUTO
FILL IN
SYNC
Aan het einde van het VARIATION [1]-patroon licht de
VARIATION [2]-knop op en speelt de Arranger een
andere begeleiding.
(9) Probeer nu ook de variaties 3 en 4 even uit.
Professionele overgangen: Fill In
Tot nu toe hebben we enkel met de belangrijkste begeleidingspatronen gewerkt (d.w.z. de frasen, die zo lang
worden herhaald tot u de Arranger stopt).
De verschillende variaties kunt u gebruiken voor de
strofen (1), tweede strofen (2), refreinen (3 & 4) en
andere songdelen. Om een dergelijk patroon te kiezen
hoeft u maar de knoppen VARIATION [1]~[4] te gebruiken. Maar dat zorgt voor plotse veranderingen van de
begeleiding, terwijl “echte” muzikanten een nieuw deel
in de regel “aankondigen” d.m.v. een roffel in de drums
en andere variaties van de begeleiding.
Op de G-70 zorgt u op de volgende manier voor dergelijke overgangen:
(1) Start de weergave van het MAIN [1]-patroon (zie
hierboven).
(2) Speel in de linker klavierhelft een akkoord.
(3) Druk op de [AUTO¥FILL¥IN]-knop (licht op).
• Als u op gelijk welke tel vóór de laatste tel van een
maat op deze knop drukt, duurt de Fill tot aan het
einde van de huidige maat. Vervolgens wordt het
nieuw gekozen patroon afgespeeld (de [MAIN]- en de
gekozen VARIATION-knop lichten dan op).
• Als u op de laatste tel van een maat op deze knop
drukt, begint de Fill op de eerste tel van de volgende maat en duurt hij een volledige maat. Daarna wordt
het nieuwe patroon gekozen.
Druk u opnieuw op dezelfde cijferknop ([1]~[4]), dan
wordt er volgens de zojuist vernoemde regels een
overgang gespeeld. Aan het einde daarvan keert de
Arranger echter terug naar het patroon dat u daarvóór al gebruikte.
(5) Schakel de [AUTO¥FILL¥IN]-knop uit als de keuze van
een nieuw patroon niet meer door een Fill-In moet
worden voorafgegaan.
Opgelet: U kunt de lengte van een Fill-In ook halveren. Zie
“Half Bar on Fill In”, op blz. 63, 67 en 70.
Intro & Ending
Nu we ook de overgangen onder de knie hebben, vraagt
u zich misschien af hoe je met een professionele inleiding begint en op een stijlvolle manier eindigt. Hiervoor
beschikt u over een [INTRO]- en [END/RIT]-knop.
Terwijl het MAIN-patroon de hele tijd door herhaald
wordt tot u een ander patroon kiest of de Arranger
stopt, worden Fill-Ins (zie hierboven), Intro’s en Endings
maar één keer gespeeld.
Zodra het INTRO-patroon afgelopen is, vervolgt de
Arranger automatisch met het MAIN [1]~[4]-patroon
(naar gelang welke knop knippert). Aan het einde van
het Ending-patroon stopt de Arranger daarentegen.
(1) Stop de Arranger-weergave door op de
[START÷STOP]-knop te drukken (hij dooft).
(2) Speel in de linker klavierhelft een akkoord om de
toonaard van het Intro-patroon te bepalen.
(3) Druk op de [INTRO]- en de cijferknop ([1]~[4]) van
het Intro-patroon dat u wilt horen.
STYLE CONTROL
INTROMAINEND/RITSTART STOP
BASS
INVERSION
SYNC
STYLE CONTROL
INTROMAINEND/RITSTART STOP
VARIATION
12 3 4
BASS
INVERSION
AUTO
FILL IN
(4) Druk op een VARIATION-knop [1]~[4] om een ander
MAIN-patroon te kiezen.
De [MAIN]-knop en de gekozen VARIATION [1]~[4]knop knipperen.
Wat er nu gebeurt, hangt af van wanneer u op de
knop drukt:
r
26
SYNC
VARIATION
12 3 4
AUTO
FILL IN
(4) Druk op de [START÷STOP]-knop om de Arranger-
weergave te starten.
De Arranger speelt nu de inleiding van de gekozen
Music Style. Indien gewenst, kunt u nu ook de andere
drie Intro-patronen uitproberen door op [INTRO] en
[1]~[4] te drukken. Het cijfer verwijst naar de complexiteit van de begeleiding.
Opgelet: Speel tijdens de Intro-weergave geen noten. De
meeste Intro’s bevatten namelijk al akkoordwissels die u door
uw eigen akkoorden grondig in de war zou kunnen sturen.
G-70 Music Workstation
r
Spelen met een automatische begeleiding
Tijdens de Arranger-weergave knippert de
[START÷STOP]-knop rood op de eerste tel en groen
op de overige tellen van de maat om het tempo aan
te duiden. Zolang de Arranger gestopt is, zorgt de
[METRONOME]-knop voor deze optische indicatie
(hij knippert echter alleen in het rood).
(5) Druk op één van de VARIATION [1]~[4]-knoppen om
het patroon te kiezen dat na afloop van de Intro
moet worden gespeeld (de betreffende knop knippert).
Door nu al op [MAIN] te drukken zorgt u dat het
Intro-patroon aan het begin van de eerstkomende
maat (dus waarschijnlijk vóór het officiële) einde
overgaat in iets anders.
(6) Wacht tot het gekozen MAIN-patroon begonnen is
en druk dan op de [END/RIT]-knop.
STYLE CONTROL
INTROMAINEND/RITSTART STOP
VARIATION
12 3 4
BASS
INVERSION
AUTO
FILL IN
SYNC
Aan het einde van de huidige patrooncyclus speelt de
Arranger het Ending-patroon af en stopt daarna. Ook
hier kunt u weer kiezen uit vier verschillende Endingfrasen. Als u na het inschakelen van de [END/RIT]knop geen cijferknop [1]~[4] indrukt, kiest de Arranger
automatisch de ENDING-frase met hetzelfde nummer als de tot dan toe gebruikte MAIN-frase.
Opgelet: Ook hier is het slimmer om tijdens de Ending-frase
geen akkoorden te spelen.
Opgelet: Zie “Bijkomende Arranger/Style-functies”, op blz. 74
voor bijkomende Arranger-functies.
Opgelet: Patronen kunt u ook via de Aftertouch-functie kiezen. Zie blz. 75.
Music Styles kiezen
Tot nu toe hebben we maar één Music Style gebruikt
(en wel degene die tijdens het inschakelen automatisch
wordt gekozen). Ziehier hoe u andere Music Styles kiest:
(1) Druk op een STYLE-knop om een Music Style-fami-
lie te kiezen.
De indicator van die knop licht op en het display ziet
er als volgt uit:
Het display toont 10 Music Styles van de zonet opgeroepen familie. Als de naam van de gewenste Style
niet afgebeeld wordt…
(2) Kies met de [PAGE¥1]~[PAGE¥4]-knoppen een
andere pagina.
Het aantal pagina’s verschilt naar gelang de gekozen
familie. Bepaalde families bevatten maar één pagina,
andere daarentegen twee, drie of zelfs vier.
(3) Druk op het veld van de Style die u wilt gebruiken.
Als de Arranger aan het draaien is, terwijl u een
andere Style kiest, begint de nieuwe Style vanaf de
eerstvolgende maat.
(4) Druk op de [EXIT]-knop om terug te gaan naar de
hoofdpagina.
EXIT
STYLE
LIVE
8 BEAT 16 BEATROCK
BALL
ROOM
JAZZ
BLUES
BAND
50's & 60's
BOSSA
SAMBA
DISCO
DANCE
CONTEMP
LATIN WORLD
27
G-70 Music Workstation
Eerste kennismaking
Tempo veranderen
Als de begeleiding te snel (of te traag) speelt, kunt u
het tempo van de Music Style wijzigen:
√
SLOWFAST
®
Werken met de Keyboard-parts
Uw G-70 biedt zes “parts” waarmee u verschillende
klanken via het klavier kunt spelen. Die noemen we de
“Keyboard-parts”. Laten we nu een melodie bij de begeleiding spelen.
DEFAULT
(1) Druk op [ôSLOW] om het tempo in stappen van
één eenheid te verlagen.
(2) Druk op [FAST¥®] om het tempo in stappen van één
eenheid op te voeren.
U zou ook verschillende keren op de [TAP]-knop kunnen drukken – en wel in de maat van het gewenste
tempo. Het nieuwe tempo verschijnt rechtsboven in
het display:
De [TAP]-knop knippert rood om de eerste tel van elke
maat aan te geven (zolang de Arranger niet loopt).
Tijdens de Arranger-weergave knippert de
[START÷STOP]-knop rood op de eerste en groen op de
overige tellen van de maat.
(3) Om daarna weer het voorgeprogrammeerde tempo
te kiezen moet u [ôSLOW] ingedrukt houden en
tegelijk op [FAST¥®] drukken:
Spelen met een Upper- en/of Lower-part
Tijdens het inschakelen wordt de UP1-part automatisch
geactiveerd en aan het volledige klavier toegewezen.
Dat komt, omdat de G-70 in de EASY SETTING “PIANO”mode opstart. De KBD MODE [WHOLE]-knop licht eveneens op.
(1) Druk op de PART ON/OFF [UP1]-knop, als hij niet
oplicht.
KEYBOARD PART
TONE ASSIGN
MBS LW 2 LW 1
(2) Speel een paar noten op het klavier.
De klank van de UP1-part is aan het volledige klavier
toegewezen. Wilt u hem alleen via de rechter helft
bespelen, dan moet u op de KBD MODE [SPLIT]-knop
drukken.
U zou nu ook op de TONE EFFECTS [MULTI¥FX]-knop
kunnen drukken om een gepast effect aan de Keyboard-parts (hier UP1) toe te wijzen. Zie blz. 100 voor
meer details.
(3) Stel met de [MASTER¥VOLUME]-regelaar het uit-
gangsvolume van de G-70 in.
UP 3 UP 2 UP 1
PART ON/OFF
SPLIT
r
28
MASTER
VOLUME
(4) Met de [BALANCE]-regelaar kunt u de balans tus-
sen de begeleiding en de door u gespeelde partij
wijzigen.
BALANCE
ACCOMP KEYBOARD
G-70 Music Workstation
Werken met de Keyboard-parts
r
Draai hem naar “KEYBOARD”, als de door uzelf
gespeelde noten te stil zijn. Draai hem naar
“ACCOMP”, als uw spel wat hard is t.o.v. de Arranger
(of song).
Opgelet: Zie blz. 95 voor het instellen van de onderlinge
balans tussen de Keyboard-parts.
(5) Druk op de PART ON/OFF-knop van andere Key-
board-parts die u misschien wilt toevoegen
(“layer”).
Alterneren tussen klanken
De G-70 laat toe verschillende klanken tegelijk te spelen
door meerdere Keyboard-parts in te schakelen. Andere
parts worden door de Arranger/Music Styles gespeeld
en heten bijgevolg Style-parts. En dan zijn er nog de
parts die door de Recorder worden aangestuurd – de
Song-parts.
De Keyboard-parts kunt u hetzij samen of voor het
alterneren tussen verschillende klanken gebruiken.
Kies met de PART ON/OFF-knoppen de part(s), die u wilt
bespelen.
U kunt verschillende klanken tegelijk (wat we een
“layer” noemen) of via aparte klavierzones (“split”)
bespelen. Hierna vindt u een voorstelling van de Keyboard-parts. (Zie blz. 74 voor de Style-parts.)
• UP1 (Upper1): Upper1 is meestal de belangrijkste
solopart (en wordt in de Piano-mode automatisch
geactiveerd).
• UP2: De Upper2-part kan dienen als bijkomende
solopartij, die bij de Upper1-part wordt gevoegd – of
als een alternatieve melodieklank. Hij biedt twee
stemmingsparameters (“Coarse” en “Fine”) die Upper1
niet heeft.
• UP3: De Upper3-part is nog een solopart, die u desgewenst samen met UP1 en UP2 kunt gebruiken. U
kunt hem echter ook via een aparte klavierzone (zie
blz. 90) bespelen.
• LW1 en LW2: De Lower1- en Lower2-part kunt u
hetzij op dezelfde manier gebruiken als de UP-parts
(in de WHOLE-mode) of via de linker klavierhelft
bespelen (in de SPLIT-mode).
• MBS: In de WHOLE-mode is ook de MBS-part een
“doodgewone” part. In de SPLIT-mode verzorgt hij
echter een semi-automatische baslijn, zolang minstens één van de twee LW-parts actief is. Als geen
LW-knop oplicht, gedraagt hij zich zoals een gewone
Keyboard-part.
Opgelet: Alle Keyboard-parts kunnen voor het spelen van
drumpartijen worden gebruikt. In tegenstelling tot eerdere
Roland-keyboards heeft de G-70 namelijk geen “Manual
Drums”-part meer.
• MELODY INTELL (Melody Intelligence): Deze part
wordt door de Arranger aangestuurd en speelt automatisch harmonieën. Die worden bij de melodie
gevoegd, die u met de UP1-part speelt. Die part kunt
u niet zelf aansturen. Dat verklaart meteen, waarom
de knop van die part zich niet in de KEYBOARD PARTsectie bevindt (hij maakt deel uit van de TONE
EFFECTS-sectie). Er zijn 18 verschillende harmonietypes (blz. 76).
Klanken kiezen voor de Keyboard-parts
■One Touch
Tijdens het werken met de Arranger is de eenvoudigste manier om geschikte klanken voor de Keyboardparts te kiezen het gebruik van de ONE TOUCH-functie. De One Touch-geheugens zijn in feite kleine User
Programs. Zie blz. 78 voor meer details.
(1) Druk op de gewenste ONE TOUCH-knop.
1
Er zijn vier One Touch-geheugens per Music Style
(voor de 285 fabrieks-Styles en de 120 CUSTOMgeheugens).
Opgelet: De meeste One Touch-geheugens activeren de SYNC
START-functie. Als u niet wilt dat de Arranger begint, zodra u
een noot of akkoord speelt, moet u de [SYNC¥START]-knop uitschakelen.
(2) Kies een Music Style (blz. 27) en start de Arranger-
weergave door op de [START÷STOP]-knop te drukken.
Speel een melodie bij de begeleiding. U zal merken
dat de klanken van alle Keyboard-parts perfect bij de
sfeer van de Style aansluiten.
(3) Kies een andere Style en speel opnieuw een solo.
De actieve Keyboard-part (waarschijnlijk UP1) hanteert nu een andere klank (zelfs uitgeschakelde Keyboard-parts kiezen een andere klank).
(4) Druk op een andere ONE TOUCH-knop om die regi-
stratie te gebruiken.
(5) Druk nog een keer op dezelfde knop, als u de One
Touch-instellingen niet meer nodig hebt.
■Zelf klanken kiezen
De G-70 bevat 1596 klanken (alias “Tones”) en 48 Drum
Sets, die in 16 familie onderverdeeld zijn.
(1) Kies de part waar u een andere klank of Drum Set
aan wilt toewijzen:
• Druk op de TONE ASSIGN-knop van de gewenste part.
KEYBOARD PART
TONE ASSIGN
MBS LW 2 LW 1
–of–
UP 3 UP 2 UP 1
PART ON/OFF
29
G-70 Music Workstation
Eerste kennismaking
• Druk, op de hoofdpagina, op de regel van de part
waar u een andere klank aan wilt toewijzen.
In dat geval springt de G-70 meteen naar de TONEpagina van de momenteel gehanteerde klank.
De rode pijl duidt de part aan waar u een andere
klank aan kunt toewijzen (de TONE ASSIGN-knop
licht eveneens op).
Opgelet: U kunt zelfs aan momenteel uitgeschakelde Keyboard-parts andere klanken toewijzen. Op die manier kunt u de
volgende klank al voorbereiden, terwijl u nog een andere Keyboard-part gebruikt.
(2) Druk op een TONE-knop om een familie en de
“beste” klank daarvan te kiezen (de betreffende
klank wordt nu al gekozen).
Zie blz. 33 voor de [HARMONIC¥BAR]-klanken en
blz. 32 voor de [SRX¥EXPANSION]-knop.
Het display beeldt nu een lijst van de binnen deze
familie beschikbare klanken af:
(4) Als u nog steeds niet gelukkig bent met de gekozen
klank, kunt u met de velden [PAGE¥1]~[PAGE¥5] en
[˚] een andere pagina met klanken kiezen (indien
beschikbaar).
Het [˚]-veld verschijnt alleen, als er meer dan vijf
pagina’s zijn. Andere klankfamilies bevatten minder
dan vijf pagina’s. Het aantal pagina’s verschilt naar
gelang de gekozen familie.
(5) Druk op het veld van de gewenste klank.
(6) Druk op de [EXIT]-knop om terug te gaan naar de
hoofdpagina.
EXIT
Als u deze TONE-familie later opnieuw kiest, springt
de G-70 automatisch naar de pagina waar zich de
laatst gekozen klank bevindt (en roept hem meteen
op).
Over de klanken van de G-70
Probeer de klanken zorgvuldig uit door afwisselend
hard en zacht aan te slaan. U zal versteld staan van
de rijke nuances die u daarmee bereikt. (Op blz. 60
vindt u meer details over de aanslaggevoeligheid.)
Zo is er bv. een “JazzScat”-klank (VOCAL-familie), met
drie dynamiekniveaus waarmee u “Doo”, “Bapp” of
“Daow” kunt spelen door de toetsen harder of zachter
aan te slaan. Voor talrijke gitaarklanken zijn er dan
weer hammer-on/bending-geluiden die u via de
maximale aanslag kunt aansturen.
Bovendien kunt u, door het klavier naar het laagste
octaaf te transponeren, soms typische “bijgeluiden”
spelen (het schuiven van de vingers over gitaarsnaren, het kloppen op de klankkast van de gitaar enz.)
Items met [EXP] rechts naast de naam zijn klanken,
die zich op het golfvormbord van de SRX-serie bevinden (als uw instrument een dergelijk bord bevat). Die
klanken worden automatisch aan de juiste families
toegewezen (en bevinden zich meestal op de laatste
pagina van de betreffende familie).
(3) Druk op het veld van de gewenste klank. Als u die
niet bij uw song vindt passen, drukt u op een ander
veld.
De laatste klank, die u in elke familie kiest, wordt tijdelijk onthouden en telkens gekozen, wanneer u op
de betreffende TONE-knop drukt. (Die keuze kunt u
echter wijzigen door gewoon op een ander veld te
drukken.)
r
30
■Keuze van het klankensysteem (Sound Set Mode)
De Roland-ingenieurs hadden zoiets van “misschien
worden de gebruikers aanvankelijk overdonderd door
het aantal klanken per TONE-familie”. Daarom toont
de G-70 niet alle klanken, wanneer u hem voor het
eerst inschakelt. Deze “beperkte” displaymode heet
“BEST SELECTION”. In die mode kunt u enkel de
“nieuwe” klanken selecteren.
Misschien hebt u echter af en toe “oudere” klanken
(van de G- en VA-serie) nodig. Dan moet u “EXTENDED” kiezen:
(1) Druk op de [MENU]-knop.
MENU
Loading...
+ 250 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.