RAYMARINE i50 Echo-Sounder with sensor Manual [nl]

Page 1
i
5 0
Installatie -e n bedie ningsvoors chrifte n
Ne d erla n d s
Date: 06-2012 Document numme r: 81 34 1-1-NL © 20 12 Ra ymarine UK Limited
Page 2
Page 3
Mededelingoverhandelsmerkenenoctrooien
Handelsmerkenengedeponeerdehandelsmerken
Autohelm,hsb
2
,RayT echNavigator,SailPilot,SeaT alk,SeaT alk
NG
,SeaT alk
HS
enSportpilotzijngedeponeerdehandelsmerkenvan RaymarineUKLimited.RayTalk,Seahawk,Smartpilot,PathnderenRaymarinezijngedeponeerdehandelsmerkenvanRaymarine HoldingsLimited.
FLIRiseengedeponeerdhandelsmerkvanFLIRSystems,Inc.en/ofhaardochtermaatschappijen.
Alleanderehandelsmerken,handelsnamenofbedrijfsnamendiehierinwordenvermeldwordenalleengebruikttenbehoevevan identicatieenzijneigendomvanhunrespectieveeigenaren.
Ditproductisbeschermddooroctrooien,ontwerpoctrooien,aanhangigeoctrooienenaanhangigeontwerpoctrooien.
“Fairuse”-verklaring
Umagvooreigengebruiknietmeerdandrie(3)exemplarenvandezehandleidingafdrukken.Umagnietmeerexemplarenafdrukken ofverspreidenenumagdehandleidingnietopenigeanderemaniergebruiken,waaronderzonderbeperkinghetcommercieeluitbaten vandehandleidingofhetgevenofverkopenvanexemplarenhiervanaanderden.
Software-updates
Ganaardewebsitewww.raymarine.comvoordenieuwstesoftwareversievooruwproduct.
Producthandleidingen
DenieuwsteversiesvanalleEngelseenvertaaldehandleidingenkunnenalsPDFwordengedownloadopwww.raymarine.com. Controleertualstublieftdewebsiteomtezienofudemeestrecentehandleidinghebt.
Copyright©2012RaymarineUKLtd.Allerechtenvoorbehouden.
DUTCH
Documentnumber:81341-1 Date:06-2012
Page 4
Page 5
Inhoud
Hoofdstuk1Belangrijkeinformatie........................7
Veiligheidsvoorschriften..................................................7
Reinigen........................................................................7
Binnendringenvanwater.................................................7
Disclaimer......................................................................7
EMC-installatierichtlijnen.................................................7
Ontstoringsferrieten........................................................8
Aansluitingenaanandereapparatuur...............................8
Conformiteitsverklaring...................................................8
Verwijderingvanhetproduct...........................................8
Registratiegarantie.........................................................8
IMOenSOLAS...............................................................8
Technischenauwkeurigheid.............................................8
Hoofdstuk2Informatieoverdehandleiding...........9
2.1Informatieoverdehandleiding...................................10
Hoofdstuk3Deinstallatieplannen.........................11
3.1Installatiechecklist.....................................................12
3.2Systeemintegratie.....................................................13
3.3Typischesystemen....................................................15
3.4Systeemprotocollen...................................................17
3.5Meegeleverdeonderdelen.........................................17
3.6Benodigdgereedschap..............................................18
9.3Routinecontrolesapparatuur......................................51
9.4Reinigen...................................................................51
9.5Reinigenvandebehuizingvanhetdisplay..................52
9.6Hetdisplayschermreinigen........................................52
Hoofdstuk10Probleemoplossing..........................53
10.1Probleemoplossing..................................................54
10.2Probleemoplossinginstrument.................................55
10.3Probleemoplossinginschakelen...............................56
10.4Probleemoplossingdiversen....................................57
10.5Zelftest...................................................................58
Hoofdstuk11Technischeondersteuning..............59
11.1Raymarine-klantenservice........................................60
11.2Desoftwareversiecontroleren..................................60
Hoofdstuk12T echnischespecicaties..................61
12.1T echnischespecicaties..........................................62
Hoofdstuk13Reserveonderdelenen
accessoires...............................................................63
13.1i50-transducers.......................................................64
13.2Reserveonderdelen.................................................64
13.3SeaT alk
13.4Converters..............................................................65
ng
accessories.............................................65
Hoofdstuk4Kabelsenaansluitingen.....................19
4.1Algemenekabelleiding..............................................20
4.2Overzichtverbindingen..............................................20
Hoofdstuk5Plaatsbepalingenmontage...............25
5.1Eenplaatskiezenvoorhetdisplay............................26
5.2Montage...................................................................27
5.3Voorframe.................................................................27
5.4Eenplaatskiezenvoordetransducer........................28
Hoofdstuk6Beginnen.............................................29
6.1Bediening.................................................................30
6.2Voeding....................................................................30
6.3Datamaster...............................................................31
6.4Verlichting.................................................................31
6.5Kalibratie..................................................................32
Hoofdstuk7Uwdisplaygebruiken.........................39
7.1Pagina's...................................................................40
7.2Bedieningvandei50Depth.......................................40
7.3Bedieningvandei50Speed......................................41
7.4Bedieningvandei50Tridata.....................................43
7.5Groepsverlichting......................................................45
AnnexesANMEA2000-regels.................................67
Hoofdstuk8Alarmmeldingengebruiken...............47
8.1Alarmmeldingen........................................................48
Hoofdstuk9Uwdisplayonderhouden...................49
9.1Serviceenonderhoud...............................................50
9.2Condens...................................................................50
5
Page 6
6i50
Page 7
Hoofdstuk1:Belangrijkeinformatie

Veiligheidsvoorschriften

Waarschuwing:Productinstallatieen
-bediening
Dezeapparatuurdientgeïnstalleerdenbediendte wordenvolgensdeverschafterichtlijnen.Worden dezenietinachtgenomen,dankandatleidentot persoonlijkletsel,schadeaanuwschipen/ofslechte productprestaties.
Waarschuwing:Potentiële ontstekingsbron
DitproductisNIETgoedgekeurdvoorgebruikineen gevaarlijke/brandbareomgeving.Installeerditproduct NIETineengevaarlijke/brandbareomgeving(zoals eenmachinekamerofindebuurtvanbrandstoftanks).

Reinigen

Goedreinigingsgewoontes.
Alsuditproductreinigt:
•VeeghetdisplayschermNIETafmeteendrogedoek,aangezien ditkrassenkanveroorzakenopdecoating.
•GebruikGEENschurendeofopzurenofammoniagebaseerde producten.
•GebruikGEENhogedrukspuit.
Letop:Condens
Inbepaaldeweersomstandighedenkanzicheen kleinehoeveelheidcondensvormenophetvenster vandeunit.Ditisnietschadelijkvoordeuniten verdwijntnadatdeuniteenpoosjeaanheeftgestaan.

Binnendringenvanwater

Waarschuwing:Hogespanning
Ditproductstaatonderhogespanning.Voor aanpassingenzijnspecialeonderhoudsproceduresen
-gereedschappenvereistwaaralleengekwaliceerde onderhoudstechnicibeschikkingoverhebben.Het systeembevatgeenonderdelendiedoordegebruiker kunnenwordengerepareerdofaangepast.De gebruikermagdekapnietverwijderenofproberen hetproductterepareren.
Waarschuwing:Systemenmet positieveaarding
Sluitdezeunitnietaanopsystemenmetpositieve aarding.
Waarschuwing:Uitschakelenvande voeding
ZorgervoordatdevoedingvanhetschipUITis geschakeldvoordatubegintmethetinstallerenvan ditproduct.VerbindofontkoppelapparatuurNIET wanneerhetisingeschakeld,tenzijanderswordt geïnstrueerdinhetdocument.
Letop:Transducerkabel
UmagdetransducerkabelNIETknippen,inkortenof splitsenofdeconnectorverwijderen.Alsdekabelis gekniptkanhijnietmeerwordengerepareerd.Door hetknippenvandekabelkomtookdegarantiete vervallen.
Letop:Zekeringenergievoorziening
Zorgbijdeinstallatievanditproductdatde voedingsbronafdoendegezekerdisdoormiddelvan eenzekeringofautomatischestroomonderbrekermet hetgeschiktevermogen.
Letop:Serviceenonderhoud
Ditproductbevatgeenonderdelendiedoorde gebruikerkunnenwordenonderhouden.Alle onderhouds-enreparatiewerkzaamhedendienen doorgoedgekeurdeRaymarine-dealersteworden uitgevoerd.Ongeautoriseerdereparatieskunnen gevolgenhebbenvooruwgarantie.
Disclaimervoorbinnendringenvanwater Hoeweldewaterbestendigheidsclassicatievanditproduct
conformdeIPX6-normis,kanwaterindringenendevervolgens deapparatuuronklaarmakenwanneerhetproductmeteen hogedrukreinigerwordtschoongemaakt.Raymarinestaatniet garantvoorproductendieonderhogedrukwordenschoongemaakt.

Disclaimer

Raymarinegarandeertnietdatditproductfoutvrijis,ofdathet compatibelismetproductendiezijngeproduceerddooreen persoonofentiteitandersdanRaymarine.
Raymarineisnietverantwoordelijkvoorbeschadigingenofletsel veroorzaaktdooruwgebruikvanhetproduct,ofonvermogen hetproducttegebruiken,doordeinteractievanhetproductmet productendiezijngeproduceerddooranderen,ofdoorfouteninde informatiediewordtgebruiktdoorhetproductdatdooreenderde partijisgeleverd.

EMC-installatierichtlijnen

ApparatuurenaccessoiresvanRaymarinevoldoenaande toepasselijkeregelsvoorElektromagnetischeCompatibiliteit(EMC) omelektromagnetischeinterferentietussenapparatuurenheteffect daarvanopdeprestatiesvanuwsysteemteminimaliseren.
CorrecteinstallatieisvereistomtegaranderendatEMC-prestaties nietnadeligwordenbeïnvloed.
VooroptimaleEMC-prestatiesadviserenwijwaarmogelijkom:
•Raymarine-apparatuurendaaraanaangeslotenkabels:
–tenminste1m(3ft)verwijderdtehoudenvanapparatuur
ofkabelsdieradiosignalenverzendenofdragen,zoals VHF-radio's,kabelsenantennes.InhetgevalvanSSB-radio's moetudeafstandvergrotentot2m(7ft).
–meerdan2m(7ft)verwijderdtehoudenvanhetpadvaneen
radarstraal.Eenradarstraalwordtnormaalgesprokentot20 gradenbovenenonderhetstralingselementverspreid.
•Hetproducttevoedenviaeenandereaccudandeaccudiewordt gebruiktvoorhetstartenvandemotor.Ditisvanbelangvoorhet voorkomenvanfoutenenverliesvangegevens,hetgeenkan optredenalsdemotornietmeteenaparteaccuwordtgestart.
•KabelstegebruikenvolgensspecicatiesvanRaymarine.
•Kabelsnietaftesnijdenofteverlengen,tenzijditinde installatiehandleidingnauwkeurigwordtbeschreven.
Opmerking:Waarbeperkingenmetbetrekkingtotde installatieeenvandebovenstaandeaanbevelingen belemmeren,moetualtijddegrootstmogelijkeafstandtussen
verschillendeelektronischeapparatengaranderenomzodoende debestmogelijkeomstandighedenvoorEMC-prestatieste creërenindegeheleinstallatie.
Belangrijkeinformatie
7
Page 8

Ontstoringsferrieten

Raymarine-kabelskunnenferrietenvoorontstoringbevatten.Deze zijnvanbelangvoordejuisteEMC-prestaties.Alseenferrietom welkeredendanookmoetwordenverwijderd(bijvoorbeeldvoor installatieofonderhoud),moetdezeopdeoorspronkelijkelocatie wordenteruggeplaatstvoordathetproductwordtgebruikt.
Gebruikalleenhetjuistetypeferrietdatdoorerkende Raymarine-dealerswordtgeleverd.

Aansluitingenaanandereapparatuur

Vereistevoorferrietenopniet-Raymarine-kabels
AlsRaymarine-apparatuuraangeslotenmoetwordenopandere apparatuurmeteenkabeldienietdoorRaymarinegeleverdis, MOETaltijdeenontstoringsferrietgeplaatstwordenopdekabelbij hetRaymarine-apparaat.

Conformiteitsverklaring

RaymarineUKLtd.verklaartdatditproductvoldoetaande essentiëlevereistenvanEMC-richtlijn2004/108/EG.
DeorigineleConformiteitsverklaringkuntubekijkenopde betreffendeproductpaginaopwww.raymarine.com.

Verwijderingvanhetproduct

VerwijderditproductinovereenstemmingmetdeAEEA-richtlijnen.
DerichtlijnAfvalvanElektrischeenElektronischeApparatuur (AEEA)vereistderecyclingvanafvalvanelektrischeen elektronischeapparaten.HoeweldeAEEARichtlijnnietvan toepassingisopeenaantalRaymarineproducten,steunenwijdit beleidenverzoekenuditproductinovereenstemminghiermee teverwijderen.

Registratiegarantie

OmuwRaymarine-productteregistrerengaatunaar
www.raymarine.comenregistreertuonline.
Hetisvanbelangdatuuwproductregistreertomvollediggebruikte kunnenmakenvanallegarantievoordelen.Inuwverpakkingziteen barcode-etiketwaarophetserienummervandeunitvermeldstaat. Uhebtditserienummernodigomuwproductonlineteregistreren. Udienthetetiketvoorlatergebruiktebewaren.

IMOenSOLAS

Deapparatuurdieinditdocumentbeschrevenwordt,isbedoeld voorrecreatievemaritieme-enwerkvaartuigenwelkenietvallen onderdeInternationalMaritimeOrganization(IMO)enSafetyofLife atSea(SOLAS)Carriageregelgeving.

Technischenauwkeurigheid

Deinformatieinditdocumentwasbijhetterpersegaannaarons bestewetencorrect.Raymarineisechternietaansprakelijkvoor eventueleonnauwkeurighedenofomissies.Daarnaastkunnen specicatiesvolgensonsprincipevancontinueproductverbetering zondervoorafgaandeopgavegewijzigdworden.Raymarinekan daaromnietaansprakelijkwordengesteldvooreventueleverschillen tussenhetproductenditdocument.RaadpleegdeRaymarine website(www.raymarine.com)omnategaanofudemeestrecente versie(s)hebtvandedocumentatievooruwproduct.
8i50
Page 9
Hoofdstuk2:Informatieoverdehandleiding
Inhoudsopgave
2.1Informatieoverdehandleidingoppagina10
Informatieoverdehandleiding
9
Page 10

2.1Informatieoverdehandleiding

ResetSpeedDepth Trip
ResetAlarmDepth O set
ResetTripSpe ed Timer
1 2
3
D125 29-1
Dezehandleidingbevatbelangrijkeinformatieoveruw Raymarine-instrumentdisplay.
i50–handleidingen
Devolgendehandleidingenhebbenbetrekkingopuwproduct:
Handleidingen
OmschrijvingArtikelnummer
Montagehandleidingenstartersgids88009
Instructiesvoorinstallatieenbediening81341
Montagemal87130
i50-instrumentreeks
Dei50-instrumenreeksvanRaymarinebestaatuitdevolgende modellen:
ArtikelOmschrijvingArtikelnummer
1i50DepthE70058
2
i50Speed
3i50TridataE70060
E70059
10i50
Page 11
Hoofdstuk3:Deinstallatieplannen
Inhoudsopgave
3.1Installatiechecklistoppagina12
3.2Systeemintegratieoppagina13
3.3Typischesystemenoppagina15
3.4Systeemprotocollenoppagina17
3.5Meegeleverdeonderdelenoppagina17
3.6Benodigdgereedschapoppagina18
Deinstallatieplannen
11
Page 12

3.1Installatiechecklist

Installatieomvatdevolgendewerkzaamheden:
Installatietaak
1Planuwaanpak
2Verzamelallevereisteapparatuurengereedschappen
3Zetalleapparatuurophuntoekomstigeplaats
4Legallekabelsuit.
5
6Maakalleaansluitingenopdeapparatuur.
7
8Zethetsysteemaanentesthet.
Boorkabel-enmontagegaten.
Zetalleapparatuurvastopzijnplaats.
12
i50
Page 13

3.2Systeemintegratie

2 3
6 7 8
4
5
1
Dxxxxx-1
ArtikelApparaattypeMaximumaantalGeschikteapparatenVerbindingen
1
i50Depth-,Speed-of Tridata-instrument.
2
3
4
SeaTalk-instrumentdisplays.
SeaTalk
SeaTalk stuurautomaatbediening
5
SeaTalk displays.
6Raymarinesnelheid-en
temperatuurtransducer(i50 Speed).
7
Raymarinedieptetransducer (i50Depth).
8Raymarinesnelheid-en
dieptetransducers(i50 Tridata).
ng
-instrumentdisplays.
ng
-
ng
multifunctionele
Bepaalddoorde busbandbreedteende voedingsbelastingvan
ng
SeaTalk
.
Bepaalddoorde busbandbreedteende voedingsbelastingvan SeaTalk.
Bepaalddoorde busbandbreedteende voedingsbelastingvan
ng
SeaTalk
.
•i50Depth
•i50Speed
•i50Tridata
•i40
•ST40
•ST60+
•i50
•i60
•i70
•ST70
•ST70+
Bepaalddoorde busbandbreedteende voedingsbelastingvan
ng
SeaTalk
.
•ST70
•ST70+
•p70
•p70R
6
•Raymarinemultifunctionele displays.
1•P120snelheids-
/temperatuurtransducer metrompdoorvoerenlaag proel
•Anderecompatibele transducers—neem alstublieftcontactop metuwplaatselijke Raymarine-dealervoor meerinformatie.
1•P19dieptetransducermet
rompdoorvoer
•Anderecompatibele transducers—neem alstublieftcontactop metuwplaatselijke Raymarine-dealervoor meerinformatie.
•1xdiepte-en1xsnelheid­/temperatuurtransducer,of
•1xdiepte-,snelheid-en temperatuurtransducer (DST).
•P120snelheids­/temperatuurtransducer metrompdoorvoerenlaag proel
•P19dieptetransducermet rompdoorvoer
•Anderecompatibele transducers—neem alstublieftcontactop
•SeaTalk
•SeaTalk
•SeaTalk
•SeaTalk
•SeaTalk
ng
ng
optioneleSeaT alk1naar SeaTalk
viade
ng
-converter
ng
ng
ng
Raymarine transducerverbinding.
Raymarine transducerverbinding.
Raymarine transducerverbindingen.
Deinstallatieplannen
13
Page 14
ArtikelApparaattypeMaximumaantalGeschikteapparatenVerbindingen
metuwplaatselijke Raymarine-dealervoor meerinformatie.
14
i50
Page 15

3.3Typischesystemen

S
S
M
M
A
A
R
R
T
T
P
P
I
I
L
L
O
O
T
T
D123 73-1
12 V / 24 V dc
12 V dc
SeaTalk
ng
1 2
6
10 11
8 9
5
7
3
4
S
S
M
M
A
A
R
R
T
T
P
P
I
I
L
L
O
O
T
T
12 V
D123 74-1
10
12
11 11
1 2 2 3 4 5
17
6 7 8
16
9
11
1514
13
18 19
DeinstrumentreekskandirectwordenaangeslotenopeenSeaT alk eenSeaT alk-systeemmetbehulpvandeSeaT alknaarSeaT alk
VoorbeeldbasisSeaT alk
ng
-systeem
ng
-netwerk.Deinstrumentreekskaneveneenswordenaangeslotenop
ng
-adapterkabel.
1
2
3i60Wind-instrument
4Raymarinewindvaantransducer
5
6
7
8
9i50Depth-instrument
10
11Dieptetransducer
VoorbeelduitgebreidSeaT alk
ng
-systeem
SeaTalk
SeaTalk
Raymarinemultifunctioneeldisplay
12/24VDCvoeding
Raymarine-koerscomputer(levert12VDCvoedingaanhetSeaTalk
i50Speed-instrument
Snelheidstransducer
ng
-instrumentdisplay
ng
-stuurautomaatbediening
ng
-netwerk.)
Deinstallatieplannen
15
Page 16
1
2
3Fluxgate-kompas
4Roerstandindicator
5
6
7
8
9Manoverboord
10
11
12
13
14i60Wind-instrument
15i50Depth-instrument
16
17Raymarinewindvaantransducer
18Dieptetransducer
19
ng
SeaTalk
SeaTalk
-stuurautomaatbediening
ng
-instrumentdisplays
Raymarine-koerscomputer(levert12VDCvoedingaanhetSeaTalk
12/24VDCvoeding
RaymarineAIS-zendontvanger
RaymarineSeaT alk
SeaTalknaarSeaTalk
ng
SeaTalk
ng
GPS
ng
-converter
5-wegverbindingsblok
Raymarinemultifunctioneeldisplay
Motorgegevens(viadevicenet-adapterkabel.)
i50Speed-instrument
Snelheidstransducer
ng
-netwerk.)
16i50
Page 17

3.4Systeemprotocollen

1 2
5 6
98
43
7
D123 88-1
Uwproductkanwordenaangeslotenopverschillendeandere productenensystemen,ominformatietedelenendaarmee defunctionaliteitvanhetgehelesysteemteverbeteren.Deze verbindingenkunnenwordengemaaktmetbehulpvaneenaantal verschillendeprotocollen.Gegevenskunnensnelennauwkeurig wordenverzamelddoorgebruiktemakenvaneencombinatievan devolgendegegevensprotocollen:
•SeaTalk
•NMEA2000
•SeaTalk
Opmerking:Hetkanzijndatuwsysteemnietalle verbindingstypenofinstrumentengebruiktdieindezesectie wordenbeschreven.
ng

3.5Meegeleverdeonderdelen

SeaTalk
SeaTalk verbindingvanaansluitbaremaritiemeinstrumentenenapparatuur. HetvervangtdeoudereSeaT alk-enSeaTalk
SeaTalk
ng
ng
(NextGeneration)iseenuitgebreidprotocolvoorde
2
-protocollen.
ng
gebruikteenenkelebackbonewaaraancompatibele instrumentenwordenaangeslotenmeteenverbindingskabel.Data enstroomvoorzieninglopendoordebackbonekabel.Apparatuurdie weinigstroomtrekt,kanwordengevoedvanuithetnetwerk,maar apparatuurmethogestroomdienteenapartevoedingsaansluiting tehebben.
SeaTalk debewezenCAN-bustechnologie.AansluitbareNMEA2000en SeaTalk-/SeaTalk
ng
iseengedeponeerdeuitbreidingvanNMEA2000en
2
-apparatuurkantevensnaarwensworden
aangeslotenmetdejuisteinterfacesofadapterkabels.
NMEA2000
NMEA2000biedtbelangrijkeverbeteringenopNMEA0183,vooral watbetreftsnelheidenaansluitbaarheid.Maximaal50unitskunnen tegelijkertijdopeenenkelefysiekebuszendenenontvangen, waarbijiederenodefysiekadresseerbaaris.Denormwasspeciek bedoeldomeencompleetnetwerkvanmaritiemeelektronica vanwillekeurigwelkefabrikanttelatencommunicerenopeen gemeenschappelijkebusviagestandaardiseerdemeldingstypes enformaten.
SeaTalk
SeaTalkiseenprotocolomcompatibeleinstrumentenaanelkaarte kunnenaansluitenenzodoendegegevenstekunnendelen.
HetSeaT alk-kabelsysteemwordtgebruiktomcompatibele instrumentenenapparatuurteverbinden.Dekabeldraagtde stroomvoorzieningendataenmaakthetmogelijkverbindingente makenzonderdatereencentraleprocessornodigis.
AanhetSeaT alk-systeemkunnenaanvullendeinstrumentenen apparatuurwordentoegevoegddoordezeeenvoudigweginhet netwerktepluggen.SeaT alk-apparatuurkanookmetandere niet-SeaTalk-apparatuurcommunicerenviadeNMEA0183-norm, mitsereengeschikteinterfacegebruiktwordt.
1i50instrument
2Instrumentrandvoorzijde
3
4
5
SeaTalknaarSeaT alk
SeaTalk
Pakking
6Zonnekap
7
8
Documentatiepakket
SeaTalk
94bevestigingsschroeven
ng
-adapterkabel
ng
-spurkabel
ng
-eindafdichting
Deinstallatieplannen
17
Page 18

3.6Benodigdgereedschap

D125 30-1
3
4
2
1
5
Benodigdgereedschapvoordeinstallatie
1Kruiskopschroevendraaier
2Vijl
3
4Plakband
5
92mm(3,62in)gatsnijder
Boormachine
18i50
Page 19
Hoofdstuk4:Kabelsenaansluitingen
Inhoudsopgave
4.1Algemenekabelleidingoppagina20
4.2Overzichtverbindingenoppagina20
Kabelsenaansluitingen
19
Page 20

4.1Algemenekabelleiding

100 mm (4 in)
200 mm (8 in)
D120 56-1
D123 76-1
2
1
3

4.2Overzichtverbindingen

Kabeltypenen-lengtes
Hetisbelangrijkkabelstegebruikenvanhetjuistetypeenmetde juistelengte.
•Tenzijandersaangegeven,dientualleenstandaardkabelsvan hetcorrectetypetegebruiken,diezijngeleverddoorRaymarine.
•ZorgdateventuelekabelsdienietvanRaymarinezijn,dejuiste kwaliteitenkabeldiktehebben.Hetkanbijvoorbeeldzijndatvoor eenlangereloopvandevoedingskabeldikkerekabelsnodigzijn omeventuelespanningsvalindekabelloopteminimaliseren.
Leidenvankabels
Kabeldienencorrectgeleidtewordenvooroptimaleprestatiesen eenlangelevensduur.
•BuigdekabelsNIETteverdoor .Zorgwanneermogelijkvooreen minimalebuigdiametervan200mm(8in)/minimalebuigradius van100mm(4in).
Verbindingenwordengemaaktmetbehulpvandemeegeleverde SeaTalk
ng
-entransducer-kabelconnectorenaandeachterkantvan
deunit.
SeaTalk
Deunitheeft2xSeaT alk aansluitingopeenSeaT alk
ng
-verbindingen
ng
-connectorenaandeachterkantvoor
ng
-netwerk.
•Beschermallekabelstegenfysiekeschadeenblootstellingaan hitte.Gebruikwaarmogelijkverbindingsstukkenofkabelbuizen. LeidkabelsNIETdoorbilgesofdeuren,ofdichtlangsbewegende ofheteobjecten.
•Zetkabelsvastmettiewrapsofafbindkoord.Roleventueleextra kabelopenzetdezeeldersvast.
•Gebruikeengeschiktewaterdichtedoorvoerwanneerkabelsdoor eenopenschotofdekgevoerdworden.
•LeidkabelsNIETvlaklangsmotorenofTL-verlichting.
Leidkabelsaltijdzovermogelijkwegvan:
•andereapparatuurenkabels,
•hogestroomvoerendeAC-enDC-voedingskabels,
•antennes.
Trekontlasting
Zorgvooreengoedetrekontlasting.Beschermconnectorentegen trekbelastingenzorgdatdezetijdensextremeomstandigheden nietlosgetrokkenkunnenworden.
Kabelafscherming
Zorgdatalledatakabelscorrectzijnafgeschermdendatde kabelafschermingintactis(d.w.z.nietgeschaafddoordatdezedoor eennauweruimtegetrokkenis).
SeaTalk
ng
-kabelsaansluiten
1.Draaideborgringaandeachterkantvandeunitnaardepositie ONTGRENDELD.
2.Zorgervoordatdeeindconnectorvandespurkabelindejuiste richtingstaat.
3.Steekdekabelconnectorvolledigin.
4.Draaideborgringmetdeklokmee(2keerklikken)totdathij vastkliktindestandVERGRENDELD.
Transducerverbindingen
i50Depth-verbinding
ArtikelKabelkleurSignaalnaam
1ZwartPiëzo-elektrisch
keramiek-
2BlauwPiëzo-elektrisch
20i50
3
Afscherming0V(afscherming)
keramiek+
Page 21
i50Speed-verbinding
D123 90-1
4
5
1
2
3
7
8
4
5
6
D123 93-1
2
1
3
3 mm
6 mm
50 mm
1
2
D123 59-1
12 V
D120 33-3
1 2 3 4
5
6 7 8
ArtikelKabelkleurSignaalnaam
1BruinTemperatuur0V
2Wit
3
AfschermingSnelheid0V
Temperatuur(signaal)
(afscherming)
4
5
GroenSnelheid(signaal)
Rood
SnelheidV+
nodig(nietmeegeleverd)omdeverwijderdekabelschoenente vervangen.Bijhetaansluitenvannieuwekabelschoenendientu dekabelsalsvolgtaftewerken:
1.Maakdekabelzoalstezienisinafbeelding1hierboven.
2.V ouwdedraadstrengenterugensteekzeindenieuwe kabelschoenzoalstezienisinafbeelding2hierboven.
3.Zorgervoordatdedraadstrengennietaandeachterkantuitde isolatievandekabelschoenuitsteken.
4.Krimpdekabelschoenopdedraad.
iTC-5-verbinding
TransducerskunnenwordenaangeslotenopeenSeaT alk metbehulpvandeInstrumentTransducerConverter(iTC-5)van Raymarineeneeni70-instrument,degegevenskunnenworden herhaaldopeeni50/i60-unit.
ng
-netwerk
i50Tridata-verbinding
ArtikelKabelkleurSignaalnaam
1
2
Zwart(diepte)
Blauw(diepte)
Piëzo-elektrisch keramiek-
Piëzo-elektrisch keramiek+
3
4
5
6
Scherm(diepte)0V(afscherming)
Bruin(snelheid)
Temperatuur0V
Wit(snelheid)Temperatuur(signaal)
Scherm(snelheid)Snelheid0V
(afscherming)
7
8
Groen(snelheid)Snelheid(signaal)
Rood(snelheid)SnelheidV+
Transducerverbindingenmaken
Hoeweldetransducerkabelisuitgerustmetkabelschoenenvoor directeaansluitingopdeachterkantvandeunit,kanhetnodigzijn dezevoordeinstallatieteverwijderen,bijv.wanneerdekabeldoor nauweopeningenmoetwordengevoerd.Erzijn1/8-kabelschoenen
Kabelsenaansluitingen
1
2
3
4
5
i50Depth(repeater)
i70-instrument(master)
i50Speed(repeater)
i60Wind(repeater)
iTC-5
6Dieptetransducer
7
8
Windvaantransducer
Snelheidstransducer
Opmerking:TransducersdiezijnaangeslotenopeeniTC-5 moetenwordengekalibreerdmetbehulpvaneeni70-unit (master).TransducersdiezijnaangeslotenopeeniTC-5kunnen nietwordengekalibreerdmetbehulpvaneeni50/i60.
iTC-5-transducerverbindingenmaken
VoorinstructiesvoorhetaansluitenvantransducersopuwiTC-5 kuntudeiTC-5-handleidingraadplegen.
21
Page 22
Voedingsaansluiting
SeaTalk
ng
D123 91-1
12 V
3
1
2
12 V dc
SeaTalk
ng
D125 31-1
1 1 2 3
4
5 6
7 8
HetproductwordtvanstroomvoorzienviahetSeaT alk
VooreenSeaT alk aangeslotenopdeSeaT alk manieren:
•Meteenaccuviahetdistributiepaneel,of
•MeteenRaymarine-koerscomputer,viaeenSeaT alk-ofeen SeaTalk
ng
Voorbeeldvoedingsaansluiting
SeaTalk
ng
-voedingsaansluiting
ng
-systeemiséén12VDCvoedingnodig,
ng
-backbone.Ditkanopdevolgende
-systeem.
SeaTalk
ng
-netwerk.
Deunitkanwordenaangeslotenalsonderdeelvaneen SeaTalk
ng
-verbinding
ng
-netwerk.
1
2
3
ng
SeaTalk
SeaTalk
-instrument.
ng
-instrument.
12VDCstroomvoorzieningvanhet schip.
Waarschuwing:Aardingisnietvereist
DitproductisvollediggeïsoleerdenerisGEEN afzonderlijkeaardingnodig.
Waarschuwing:Systemenmet positieveaarding
Sluitdezeunitnietaanopsystemenmetpositieve aarding.
SeaTalk-voedingsbeveiliging
Devoedingdienttewordenbeveiligdmeteen5A-zekeringofeen stroomonderbrekermetdezelfdewaarde.
Raymarineadviseertdestroomvoorzieningzoaantesluiten opeenSeaTalk-systeemdatdestroomaanelkezijdevanhet stroomaansluitingspuntgelijkis.
SeaTalk-voedingskabels
ArtikelnummerOmschrijving
D229
SeaTalk
Devoedingdienttewordenbeveiligdmeteen5A-zekeringofeen
ng
-voedingsbeveiliging
stroomonderbrekermetdezelfdewaarde.
Raymarineadviseertdestroomvoorzieningzoaantesluitenop eenSeaTalk
ng
-systeemdatdestroomaanelkezijdevanhet
stroomaansluitingspuntgelijkis.
SeaTalk
ng
-voedingskabels
ArtikelnummerOmschrijving
A06049
22
SeaTalk-voedingskabel.
ng
SeaTalk
-voedingskabel
1
2
i70-instrumentdisplays(SeaTalk
i60Wind-instrument(SeaTalk
3Raymarinewindvaantransducer
4
5
6
7
12VDCstroomvoorziening
i50Speed-instrument(SeaTalk
i50Depth-instrument(SeaTalk
Snelheidstransducer
8Dieptetransducer
SeaTalk
SeaTalk
ng
-kabels
ng
-kabelsen-connectoren
Verbinding/kabelOpmerkingen
Backbone-kabels(verschillende lengtes)
T-stukconnectoren
Dehoofdkabelvoordeoverdracht vangegevens.Spursvande backbonewordengebruiktom
ng
SeaTalk
-apparatenteverbinden.
Gebruiktvoorhetmakenvan aansluitingenindebackbone waarmeededeapparatenkunnen wordenverbonden.
TerminatorweerstandenVereistvoorbeideuiteindenvande
backbone.
SpurkabelsGebruiktvoorhetverbindenvan
apparaten.Apparatenkunnenviaeen ringnetwerkwordenaangesloten,of directopdeT-stukken.
ng
SeaTalk
SeaTalk
VoordeSeaT alk
5–wegconnectorGebruiktomverbindingentevertakken
oftesplitsenofextraverbindingente makeninSeaT alk
ng
-voeding
ng
-busiseen12VDC-voedingvereist.Ditkan
ng
-netwerken.
wordengeleverddoor:
•RaymarineSPX-koerscomputer,of
•eenanderegereguleerde12VDC-voeding.
)ng
)
)ng
)
)ng
)
)ng
)
i50
Page 23
Opmerking:SeaT alk
12 V dc
12 / 24 V dc
D120 58-2
98
11 12
4
1 2 3
7
5
6 6 7
10
12V NMEA 2000
SeaTalk
ng
D123 80-1
3
1
2
4
D123 77-1
1
4
2
3
ng
levertGEENvoedingaanmultifunctionele displaysenandereapparatuurmeteentoepassingsgerichte voedingsingang.
SeaTalk-verbinding
VerbindingenmeteenbestaandSeaT alk-systeemmoetenworden gemaaktmeteenSeaTalknaarSeaT alk
VoorbeeldbasisSeaTalkng-systeem
ng
-adapterkabel.
OmschrijvingArtikelnr.Opmerkingen
12m(39,4ft)
E25051
SeaTalk-verlengkabel
20m(65,6ft)
D288
SeaTalk-verlengkabel
NMEA2000-verbinding
Ukuntof:
•uwSeaT alk opeenspuraansluiten,of
•hetinstrumentdisplayopeenspuraansluitennaareenbestaande NMEA2000-backbone.
Belangrijk:Ukuntgeen2afgeslotenbackbonesmetelkaar verbinden,tenzijueenisolerendegatewaygebruikttussende tweebackbones.
ng
-backbonegebruikeneniederNMEA2000-apparaat
1
2
3
4Raymarinewindvaantransducer
5
6
7
8
9Dieptetransducer
10
11
12
i70-instrumentdisplay(SeaTalk
i50Speed-instrument(SeaTalk
i50Depth-instrument(SeaTalk
i60Wind-instrument(SeaTalk
ng
SeaTalk
SeaTalktoSeaT alk
-kabels
ng
-adapterkabels
Snelheidstransducer
12/24VDCvoeding
SeaTalk-koerscomputer(levert 12VDCvoedingaanhet SeaTalk-netwerk.)
ST6002stuurautomaatbediening (SeaTalk)
NMEA2000-apparatuuraansluitenopdeSeaT alk
ng
)
ng
)
ng
)
ng
)
1.12VDCvoedingvoorbackbone.
2.SeaTalk
3.SeaTalk
ng
-backbone.
ng
naarDeviceNet-adapterkabel.
4.NMEA2000-apparatuur.
ng
-backbone
HetunitaansluitenopeenbestaandeNMEA2000-backbone (DeviceNet)
SeaTalk-accessoires
SeaTalk-kabelsen-accessoiresvoorgebruikmetcompatibele producten.
OmschrijvingArtikelnr.Opmerkingen
3–wegSeaT alk­aansluitkast
1m(3,28ft) SeaTalk-verlengkabel
3m(9,8ft) SeaTalk-verlengkabel
5m(16,4ft) SeaTalk-verlengkabel
9m(29,5ft)
D244
D284
D285
D286
D287
SeaTalk-verlengkabel
Kabelsenaansluitingen
1.SeaTalk
2.SeaTalk
ng
-instrumentdisplay
ng
naarDeviceNet-adapterkabel.
3.DeviceNet-backbone.
4.NMEA2000-apparatuur.
2324i50
Page 24
Page 25
Hoofdstuk5:Plaatsbepalingenmontage
Inhoudsopgave
5.1Eenplaatskiezenvoorhetdisplayoppagina26
5.2Montageoppagina27
5.3Voorframeoppagina27
5.4Eenplaatskiezenvoordetransduceroppagina28
Plaatsbepalingenmontage
25
Page 26

5.1Eenplaatskiezenvoorhetdisplay

Dxxxxx-1
70°
70°
70°
70°
D123 89-1
A C G
D E
B
F
Waarschuwing:Potentiële ontstekingsbron
DitproductisNIETgoedgekeurdvoorgebruikineen gevaarlijke/brandbareomgeving.Installeerditproduct NIETineengevaarlijke/brandbareomgeving(zoals eenmachinekamerofindebuurtvanbrandstoftanks).
Algemenevereistenvoorplaatsing
Bijhetkiezenvaneenplaatsvoordeunitdientueenaantalfactoren inoverwegingtenemen.
Ventilatievereisten
Omtezorgenvoorvoldoendeventilatie:
•Zorgervoordathetapparaatineencompartimentvandejuiste omvangisgemonteerd.
•Zorgervoordatdeventilatiegatennietzijngeblokkeerd.
•Zorgvoorvoldoendeafstandtussendeapparaten.
Vereistenvoorhetmontage-oppervlak
Zorgervoordatdeunitsvoldoendesteunhebbenopeenstevig oppervlak.DeunitmagNIETwordengemonteerdenermogen geengatenwordengeboordopplaatsendiedeconstructievan hetschipkunnenbeschadigen.
Vereistenvoorhetleggenvankabels
Zorgervoordatdeunitisgemonteerdopeenplaatswaarkabels correctkunnenwordengelegdenaangesloten:
•Minimalekabelbochtradiusvan100mm(3,94in)isvereist,tenzij andersaangegeven.
•Gebruikkabelsteunenomspanningopdeaansluitingente voorkomen.
Productafmetingen
A
B
C14mm(0,55”)
D
E
F
G17mm(0,67”)
110mm(4,22”)
115mm(4,52”)
30mm(1,18”)
35mm(1,38”)
90mm(3,54”)
Binnendringenvanwater
Dezeunitisgeschiktvoormontagezowelbovendeksalsonderdeks. HetiswaterdichtconformdeIPX6-norm.Hoeweldeunitwaterdicht is,ishetbeterhetopeenbeschermdeplaatstemonteren,zodathet nietlangdurigwordtblootgesteldaandirecteregenenopspattend zoutwater.
Elektrischeinterferentie
Kieseenplaatsdiezichopvoldoendeafstandbevindtvan apparatendieinterferentiekunnenveroorzaken,zoalsmotoren, generatorenenradiozenders/-ontvangers.
Magnetischkompas
Bijhetkiezenvaneengeschikteplaatszouumoetenprobereneen zogrootmogelijkeafstandtehoudentussendeuniteneventuele anderekompassen.
Ommogelijkeinterferentiemetdemagnetischekompassente voorkomendientuervoortezorgendatdeafstandtussendeunit eneventuelekompassenminimaal230mm(9in)is.
Overwegingenmetbetrekkingtotkijkhoek
Dekijkhoekbeïnvloedthetdisplaycontrast,dekleurende nachtmodus.DaaromraadtRaymarineaanhetdisplaytijdelijkopte startenbijhetplannenvandeinstallatieomervoortezorgendatu hetbestekuntbepalenwelkelocatiedeoptimalekijkhoekoplevert.
Kijkhoek
26i50
Page 27

5.2Montage

D123 79-1
D123 72-1
1 2
3 4

5.3Voorframe

Controlevoorafgaandeaandemontage
Hetproductisontworpenvooroppervlakmontage.Voordatudeunit monteertdientuervoortezorgendat:
•Ueengeschikteplaatskiest.
•Udekabelverbindingenendeplaatsenwaardekabelsmoeten wordengelegdhebtvastgesteld.
•Deringaandevoorzijdehebtlosgedraaid.
•Verwijderhettoetsenpaneel.
Montageschema
Deinstrumentrandaandevoorzijdeverwijderen
Montage-instructies
1.Controleerdeplaatsvoordeunit,eriseenschone,vlakke
ondergrondvereistmetvoldoendevrijeruimteachterhetpaneel.
2.Zetdemontagemaldiebijhetproductismeegeleverdvastop
degekozenplaatsmetbehulpvanplakband.
3.Gebruikwanneermogelijkeengatenboorvandejuiste
omvangenzaaghetmiddengatuitzoalsisaangegevenopde montagemal,of
4.Maakmeteengeschiktegatenboorgeleidegateninallehoeken
engebruikeendecoupeerzaaglangsdebinnenrandvande snijlijntezagen.
5.Controleerofdeunitinhetuitgezaagdestukpastenvijllangsde
zaagsnedetotdatdezegladis.
6.Boordegatenzoalsaangegevenopdemontagemalvoorde
bevestigingsschroeven.
7.V erbinddebetreffendekabelsmetdeunit.
8.V erwijderdebeschermlaagvandemeegeleverdepakkingen
plaatsdeplakzijdevandepakkingopdedisplay-unit.Drukhem stevigopdeens.
9.Schuifdeunitopzijnplekenzethemvastmetdemeegeleverde
schroeven.
10.Plaatsdetoetseneninstrumentrandweerterug.
Opmerking:Deboor,deboorgatgrootteenhetaanhaalmoment hangenafvandedikteenhetsoortmateriaalvanhet montageoppervlak.
Opmerking:Weesvoorzichtigbijhetverwijderenvanderand. Gebruikgeengereedschapomderandlostewrikken,hijkan hierdoorbeschadigen.
1.Gebruikuwvingersomderandwegtetrekkenvandeunitaan debovenkantenzijkant,zoalsgetoondopafbeelding2.
Derandbegintlostekomenvandeunitaandeboven-enzijkant.
2.Trekderandnuwegvandeunitaandeanderekant,zoals getoondopafbeelding3.
Derandkomtnulosvandeunit,zoalsgetoondopafbeelding4.
Opmerking:Demeegeleverdepakkingzorgtvoor afdichtingtussendeuniteeneenvoldoendevlakenstevig montageoppervlakofbehuizing.Depakkingdientbijalle installatiestewordengebruikt.Hetkanooknodigzijneenvoorde scheepvaartgeschiktekittegebruikenalshetmontageoppervlak nietvolledigvlakofstevigis,ofeenruweafwerkingheeft.
Plaatsbepalingenmontage
27
Page 28

5.4Eenplaatskiezenvoordetransducer

D4349-2
1
2
3
D435 0-5
Algemenevereistenvoordeplaatsingvan snelheids-endieptetransducer
Bijhetkiezenvaneenplaatsvooruwtransducerdientueenaantal factoreninoverwegingtenemen.
Detransducerdienttewordengemonteerdingebiedenmet ongehinderdewaterstroomdiezijngearceerdzijnaangegeveninde onderstaandetekening.
1Zeilboot
2Planerendmotorschip
3Waterverplaatsendmotorschip
Iederetransducerdienttevens:
•vóórdeschroef/schroeventezijngeplaatst(meteenminimum van10%vandelengtevandewaterlijn).
•opeenafstandvanminstens150mm(6in)vanafdekiel(idealiter vóórdekielvaneenzeiljacht).
•zodichtmogelijkbijdemiddenlijnvanhetschip.
•uitdebuurtvananderevoorwerpenofuitsteekselsdiedoorde rompheenzijngemonteerd.
•voldoendevrijeruimtetehebbenbinneninderompomdemoer tebevestigen.
•eenminimalevrijeruimtetehebbenaandebovenkantvan100 mm(4in)omhemterugtekunnentrekken.
Opmerking:Naastdebovengenoemdevereistendientde transducertewordenbevestigdmeteenhoekvanmaximaal10º t.o.v.eenverticalelijn.
Montagevansnelheid-endieptetransducer
Zorgervoordattransducerswordengeïnstalleerdovereenkomstig deinstructiesdiemetdetransducerzijnmeegeleverd.
28i50
Page 29
Hoofdstuk6:Beginnen
Inhoudsopgave
6.1Bedieningoppagina30
6.2Voedingoppagina30
6.3Datamasteroppagina31
6.4Verlichtingoppagina31
6.5Kalibratieoppagina32
Beginnen
29
Page 30

6.1Bediening

1
3
2
4
D123 75-1

6.2V oeding

Deunitinschakelen
Doehetvolgendewanneerdestroomvoorzieningnaardeunitis ingeschakeld,maardeunitzelfisuitgeschakeld:
1.DrukdeAan/Uit-knopinenhoudhemingedrukttotdatdeunit
inschakeltenergegevensophetdisplayverschijnen(ongeveer 2seconden).
Opmerking:Wanneerdestroomtoevoernaardeunitwordt ingeschakeld,schakeltdeunitautomatischin.
Deunituitschakelen
1.DrukdeAan/Uit-knopinenhoudhemingedrukttotdatde
aftel-timervoordevoedingwordtweergegevenennulbereikt (ongeveer6tot8seconden).
i50Depth
1
2Alarm—
3
4Reset—
Depth(Aan/Uit)
—selecteerdeze omdiepte-infor­matieteopenen, achtergrondver­lichtingofcon­trastaantepas­senenmodiin/uit teschakelen.
selecteer dezeom alarmniveausen alarminstellingen teopenen.
Offset— selecteer dezeomde dieptecorrectie­instellingente openen.
selecteerdeze enhoud3 secondenvast omgegevenste resettennaarde huidigewaarden.
i50Speed
Speed(Aan/Uit)
—selecteerdeze omsnelheids­informatiete openen,achter­grondverlichting ofcontrastaante passenenmodi in/uitteschake­len.
Trip—selecteer dezeomlog-, reis-enwater­temperatuurinfor­matieteopenen.
Timer— selecteerdeze omdetel-en start-timerste openen.
Reset— selecteerdeze enhoud3 secondenvast omgegevenste resettennaarde huidigewaarden.
i50Tridata
Depth(Aan/Uit)
—selecteerdeze omdiepte-infor­matieteopenen, achtergrondver­lichtingofcon­trastaantepas­senenmodiin/uit teschakelen.
Speed— selecteerdeze omsnelheid-en VMG-informatie teopenen
Trip—selecteer dezeomlog-, reis-enwater­temperatuurinfor­matieteopenen.
Reset— selecteerdeze enhoud3 secondenvast omgegevenste resettennaarde huidigewaarden.
30i50
Page 31

6.3Datamaster

6.4Verlichting

Wanneereensysteemmeerdanéénunitbevatdateen gegevenstypekanweergeven(dieptekanbijv.worden weergegevenopdei40Depthendei40Bidata),dandientdeunit diefysiekisaangeslotenopdetransducertewordeningesteldals dedatamasterenalleandereunitsalsrepeater.
Eenunitinstellenalsdatamaster
1.RaadpleegdesectieTussenkalibratievoormeerinformatieover hoeuuwunitmoetinstellenalsdatamaster.
Hetniveauvandeachtergrondverlichting instellen
Ukunthetniveauvandeachtergrondverlichtingopenenmetbehulp vandeAan/Uit-knop.
Bijnormaalgebruik:
1.DrukdeAan/Uit-knopinenhoudhemongeveer1seconde
ingedruktomde'backlightpage'(paginaachtergrondverlichting) teopenen.
2.Afhankelijkvanhetmodelvanuwdisplayvolgtudeonderstaande stappenomhetniveauvandeachtergrondverlichtingaante passen:
i.i50Depth—gebruikdeknopOffset(Correctie)ofReset
omhetniveauvandeachtergrondverlichtingintestellenop degewenstewaarde.
ii.i50Speed—gebruikdeknopTimerofResetomhetniveau
vandeachtergrondverlichtingintestellenopdegewenste waarde.
iii.i50Tridata—gebruikdeknopTrip(Reis)ofResetomhet
niveauvandeachtergrondverlichtingintestellenopde gewenstewaarde.
Opmerking:Depaginavandeachtergrondverlichtingverdwijnt na7secondenzonderactiviteit.
Hetcontrastaanpassen
UkunthetcontrastniveauopenenmetbehulpvandeAan/Uit-knop.
Bijnormaalgebruik:
1.DrukdeAan/Uit-knopinenhoudhemongeveer3seconden ingedruktomde'contrastpage(contrastpagina)teopenen.
2.Afhankelijkvanhetmodelvanuwdisplayvolgtude onderstaandestappenomhetcontrastniveauaantepassen:
i.i50Depth—gebruikdeknopOffset(Correctie)ofReset
omhetcontrastniveauintestellenopdegewenstewaarde.
ii.i50Speed—gebruikdeknopTimerofResetomhet
contrastniveauintestellenopdegewenstewaarde.
iii.i50Tridata—gebruikdeknopTrip(Reis)ofResetomhet
contrastniveauintestellenopdegewenstewaarde.
3.DoorindecontrastpaginaopdeAan/Uit-knoptedrukkenbladert udoordebeschikbarecontrastinstellingen.
Opmerking:Decontrastpaginaverdwijntna7secondenzonder activiteit.
Beginnen
31
Page 32

6.5Kalibratie

Dep th
+
Alarm
D1242 1-1
10
15
20
25
30
35
40
45
50
55
60
5
2
Dep th
D1242 2-1
Dep th
D1242 3-1
Dep th
D1242 4-1
D9343--2
1 2 3
+
D1242 6-1
10
15
20
25
30
35
40
45
50
55
60
5
2
Sp eed Trip
Voorheteerstegebruikmoetendekalibratieproceduresworden doorlopen,omerzekervantezijndathetinstrumentoptimaalwerkt methetschip.
Dekalibratieprocedureszijn:
•Gebruiksalibratie
•Tussenkalibratie
•Groepsinstelling
•Dealerkalibratie
Opmerking:Degroepsinstellingisvoorgroepsverlichtingen maaktgeendeeluitvanhetkalibratieproces.
Gebruikerskalibratie
Dekalibratieprocedureshangenafvanhetmodelvanhet instrumentdisplay.
Deoptiesvoorgebruikerskalibratiezijnonderandere:
i50Depthi50Speedi50Tridata
Degewensteeenheden voordieptemetingen instellen.
Degewenste dieptecorrectieinstellen.
Hetondiepte-alarm vergrendelen.
i50Depthkalibreren
Bijnormaalgebruik:
1.DrukdeDepth(Diepte)enAlarm-knoppentegelijkinenhoud
zeongeveer2secondenvastomde'usercalibrationentrypage' (invoerpaginavoorgebruikerskalibratie)teopenen.
Degewensteeenheden voorsnelheidsmetingen instellen.
Degewenste snelheidsresolutie instellen.
Degewensteeenheden voordelogafstand instellen.
Dejuiste snelheidsmetingen instellen.
Degewenste temperatuureenheden instellen.
Degewenste temperatuurmetingen instellen.
Dezoemervandetimer in-enuitschakelen.
Degewensteeenheden voordieptemetingen instellen.
Degewenste dieptecorrectieinstellen.
Hetondiepte-alarm vergrendelen.
Degewensteeenheden voorsnelheidsmetingen instellen.
Degewenste snelheidsresolutie instellen.
Degewensteeenheden voordelogafstand instellen.
Dejuiste snelheidsmetingen instellen.
Degewenste temperatuureenheden instellen.
Degewenste temperatuurmetingen instellen.
Dezoemervandetimer in-enuitschakelen.
2.DrukopdeDepth(Diepte)-knopomdediepte-eenhedenpagina
teopenen.
3.GebruikdeknoppenOffset(correctie)enResetomde
gewenstediepte-eenhedenteselecteren.
4.DrukopdeDepth(Diepte)-knopomdedieptecorrectiepagina
teopenen.
5.GebruikdeknoppenOffset(correctie)enResetomde
gewenstedieptecorrectieintestellen.
6.DrukopdeDepth(Diepte)-knopomdepaginavoor
ondiepte-alarmteopenen.
7.GebruikdeknoppenOffset(Correctie)enResetomhet
ondiepte-alarminenuitteschakelen.
8.Omdegebruikerskalibratiepagina'sopiedergewenstmoment
teverlaten,druktudeDepth(Diepte)enAlarm-knoppen tegelijkertijd2secondenin.
Dieptecorrectie
Dieptenwordengemetenvanafdetransducernaardezeebodem, maarukunteencorrectiewaardetoepassenopdedieptewaarde, zodatdeweergegevendieptemetingdeafstandtotdezeebodem meetvanafdekielofdewater
lijn.
Voordatuprobeertdekiel-ofwaterlijncorrectieintestellendientu uittevindenhoegrootdeverticaleafstandtussendetransducer endewaterlijnofdeonderkantvandekielvanuwschipis.Stel vervolgensdejuistecorrectiewaardein.
1Waterlijncorrectie
2
Transducer/geencorrectie
3Kielcorrectie
Wanneerergeencorrectieisingesteldgeeftdedieptemetingde afstandweervanafdetransducernaardezeebodem.
i50Speedkalibreren
Bijnormaalgebruik:
1.DrukdeSpeed(Snelheid)enTrip(Reis)-knoppentegelijkinen
houdzeongeveer2secondenvastomdeinvoerpaginavoor gebruikerskalibratieteopenen.
Opmerking:Hetinvoervenstervoorgebruikerskalibratie verdwijntna7secondenzonderactiviteit.
32i50
Opmerking:Hetinvoervenstervoorgebruikerskalibratie verdwijntna7secondenzonderactiviteit.
Page 33
2.DrukopdeSpeed(Snelheid)-knopomdesnelheidseenheden-
D1242 7-1
Sp eed
D1242 8-1
Sp eed
D1242 9-1
Sp eed
D1243 0-1
Sp eed
Sp eed
SOG
SOG
D1243 1-1
Re setTime r
+
D1243 2-1
Re set
10
15
20
25
30
35
40
45
50
55
60
5
3
D1243 4-1
Sp eed
D1243 5-1
Sp eed
D1243 6-1
Sp eed
D1243 8-1
Dep th Sp eed
+
10
15
20
25
30
35
40
45
50
55
60
5
2
D1243 9-1
Dep th
D1244 0-1
Dep th
D1244 1-1
Dep th
D1244 2-1
Sp eed
D1244 3-1
Sp eed
paginateopenen.
16.DrukopdeSpeed(Snelheid)-knopomde'timerbuzzerpage' (tijdzoemerpagina)teopenen.
3.GebruikdeknoppenTimerenResetomdegewenste
snelheidseenhedenteselecteren.
4.DrukopdeSpeed(Snelheid)-knopomde'speedresolution
page'(snelheidsresolutiepagina)teopenen.
5.GebruikdeknoppenTimerenResetomdegewenste
snelheidsresolutieteintestellen.
6.DrukopdeSpeed(Snelheid)-knopomde'speedlogunitspage'
(snelheidslogeenhedenpagina)teopenen.
7.GebruikdeknoppenTimerenResetomdegewenste
snelheidslogeenhedenteselecteren.
8.DrukopdeSpeed(Snelheid)-knopoméénvandehuidige
snelheidspagina'steopenen.WanneerSOG-gegevens beschikbaarzijnviaSeaTalkwordtdeSOG-pagina weergegeven,wanneerergeenSOG-gegevensbeschikbaar zijnwordtwordtdekalibratiefactorpaginaweergegeven.
17.GebruikdeknoppenTimerenResetomdezoemersvandetel- enwedstrijdtimersinenuitteschakelen.
18.Omdegebruikerskalibratiepagina'sopiedergewenstmomentte verlaten,houdtudeSpeed(Snelheid)enTrip(Reis)-knoppen tegelijkertijd2secondeningedrukt.
i50Tridatakalibreren
1.DrukdeknoppenDepth(Diepte)enSpeed(Snelheid)tegelijk inenhoudzeongeveer2secondenvastomdeinvoerpagina voorgebruikerskalibratieteopenen.
Opmerking:Hetinvoervenstervoorgebruikerskalibratie verdwijntna7secondenzonderactiviteit.
i50TridataDepthkalibreren
Doehetvolgendeindeinvoerpaginavoorgebruikerskalibratie:
1.DrukopdeDepth(Diepte)-knopomdediepte-eenhedenpagina teopenen.
9.DrukdeknoppenTimerenResettegelijkinomteschakelen
tussendekalibratiefactor-enSOG-pagina's.
10.WanneerdeSOG-paginaisweergegevenenerissprakevan
doodtij,drukdan3secondenopdeReset-knopomSOGte accepterenalsdehuidigesnelheid.
11.Ukuntook,wanneerdekalibratiefactorpaginawordt
weergegeven,deknoppenTimerofResetgebruikenomde kalibratiefactorintestellenopdegeschattehuidigesnelheid vanuwschip.
12.DrukopdeSpeed(Snelheid)-knopomde'temperatureunits
page'(temperatuureenhedenpagina)teopenen.
2.GebruikdeknoppenT rip(Reis)enResetomdegewenste diepte-eenhedenteselecteren.
3.DrukopdeDepth(Diepte)-knopomdedieptecorrectiepagina teopenen.
4.GebruikdeknoppenT rip(Reis)enResetomdegewenste dieptecorrectieintestellen.
5.DrukopdeDepth(Diepte)-knopomdeondiepte-alarmpagina teopenen.
6.GebruikdeknoppenTrip(Reis)enResetomhetondiepte-alarm inenuitteschakelen.
7.Omdegebruikerskalibratiepagina'sopiedergewenst momentteverlaten,houdtudeDepth(Diepte)enSpeed
(Snelheid)-knoppentegelijkertijd2secondeningedrukt.
i50TridataSpeedkalibreren
Bijnormaalgebruik:
1.DrukopdeSpeed(Snelheid)-knopomdesnelheidseenheden- paginateopenen.
13.GebruikdeknoppenTimerenResetomdegewenste
temperatuureenhedenteselecteren.
14.DrukopdeSpeed(Snelheid)-knopomde'temperature
calibrationpage'(temperatuurkalibratiepagina)teopenen.
15.GebruikdeknoppenTimerenResetomdeunitzointestellen
datdehuidigewatertemperatuurwordtweergegeven.
Beginnen
2.GebruikdeknoppenT rip(Reis)enResetomdegewenste snelheidseenhedenintestellen.
3.DrukopdeSpeed(Snelheid)-knopomdesnelheidsresolutie- paginateopenen.
33
Page 34
4.GebruikdeknoppenT rip(Reis)enResetomdegewenste
D1244 4-1
Sp eed
D1244 5-1
SOG
SOG
Sp eed
Sp eed
D1244 6-1
Re setTrip
+
D1244 7-1
Re set
10
15
20
25
30
35
40
45
50
55
60
5
3
D1244 8-1
Sp eed
D1244 9-1
Sp eed
D1245 0-1
Sp eed
Depth
Alarm
10
15
20
25
30
35
40
45
50
55
60
5
4
+
Depth
D124 51-1
Speed
Trip
10
15
20
25
30
35
40
45
50
55
60
5
4
+
Speed
D124 52-1
snelheidsresolutieteintestellen.
5.DrukopdeSpeed(Snelheid)-knopomdesnelheids-en
log-eenhedenpaginateopenen.
6.GebruikdeknoppenT rip(Reis)enResetomdegewenste
snelheidslogeenhedenteselecteren.
7.DrukopdeSpeed(Snelheid)-knopoméénvandehuidige
snelheidspagina'steopenen.WanneerSOG-gegevens beschikbaarzijnviaSeaTalkwordtdeSOG-pagina weergegeven,wanneerergeenSOG-gegevensbeschikbaar zijnwordtwordtdekalibratiefactorpaginaweergegeven.
8.DrukdeknoppenTrip(Reis)enResettegelijkinenhoud
zeingedruktomteschakelentussendekalibratiefactor-en SOG-pagina's.
9.WanneerdeSOG-paginaisweergegevenenerissprakevan
doodtij,drukdan3secondenopdeReset-knopomSOGte accepterenalsdehuidigesnelheid.
10.Ukuntook,wanneerdekalibratiefactorpaginawordt
weergegeven,deknoppenTrip(Reis)ofResetgebruikenom dekalibratiefactorintestellenopdegeschattehuidigesnelheid vanuwschip.
11.DrukopdeSpeed(Snelheid)-knopomdetemperatuureenhe-
denpaginateopenen.
i50Depthi50Speedi50Tridata
Desoftwareversie vanhetinstrument controleren.
Deinstrumentstatus controlereneneventueel veranderen(masterof repeater).
Desoftwareversie vanhetinstrument controleren.
Deinstrumentstatus controleren(masterof repeater).
Eenkalibratieuitvoeren overeengemeten afstandomnauwkeurige snelheidsmetingente garanderen.
Desoftwareversie vanhetinstrument controleren.
Deinstrumentstatus controlereneneventueel veranderen(masterof repeater).
Eenkalibratieuitvoeren overeengemeten afstandomnauwkeurige snelheidsmetingente garanderen.
Desoftwareversieen-statusvanuwi50Depthcontroleren
Bijnormaalgebruik:
1.DrukdeknoppenDepth(Diepte)enAlarmtegelijkertijdinen
houdze4secondenvast: desoftwareversiewordtweergegeven.
2.DrukdeknopDepth(Diepte)inomdeinstrumentstatusweer
tegeven. Master(transduceraangesloten)ofRepeater(geentransducer
aangesloten).
3.Omdestatustewijzigen:
i.DrukdeknoppenOffset(Correctie)enResettegelijkertijd
inommodusaantekunnenpassen. Destatusknippertwanneerudemodusaanpast.
ii.DrukopOffset(Correctie)ofResetomdestatusheenen
weerteschakelentussenMasterenRepeater.
4.Omdetussenkalibratie-instellingenopiedergewenstmoment
teverlaten,houdtudeDepth(Diepte)enAlarm-knoppen tegelijkertijd4secondeningedrukt.
Desoftwareversieen-statusvanuwi50Speedcontroleren
Bijnormaalgebruik:
12.DrukopdeSpeed(Snelheid)-knopomdetemperatuurkalibra-
tiepaginateopenen.
1.DrukdeknoppenSpeed(Snelheid)enTrip(Reis)tegelijkertijd
inenhoudze4secondenvast: Desoftwareversiewordtweergegeven.
2.DrukdeknopSpeed(Snelheid)inomdeinstrumentstatusweer
tegeven. Master(transduceraangesloten)ofRepeater(geentransducer
aangesloten).
13.GebruikdeknoppenTrip(Reis)enResetomdeunitzointe
stellendatdehuidigewatertemperatuurwordtweergegeven.
14.DrukopdeSpeed(Snelheid)-knopomdetijdzoemerpagina
teopenen.
3.DrukopnieuwopdeSpeed(Snelheid)-knopomde
snelheidskalibratietestarten.
4.Omdetussenkalibratie-instellingenopiedergewenstmomentte
verlaten,druktudeknoppenSpeed(Snelheid)enTrip(Reis) tegelijkertijd4secondenin.
Snelheidskalibratieuitvoeren–i50Speed
Dezesnelheidskalibratieomvathetuitvoerenvanmaximaal2runs
15.GebruikdeknoppenTrip(Reis)enResetomdezoemersvan
detel-enwedstrijdtimersinenuitteschakelen.
16.Omdegebruikerskalibratiepagina'sopiedergewenst
momentteverlaten,druktudeDepth(Diepte)enSpeed
(Snelheid)-knoppentegelijkertijd2secondenin.
Tussenkalibratie
Metdetussenkalibratiekuntu:
34i50
overeengemetenafstand,zodateenkalibratiefactorkanworden vastgesteldentoegepastopuwunit.Iedererunbestaatuiteen trajectnaarbuiteneneentrajectnaarbinnen,omheteffectvan getijdendriftteminimaliserenbijhetbepalenvandekalibratiefactor.
Doehetvolgendeopde'intermediatecalibrationpage' (tussenkalibratiepagina):
Opmerking:Dezeprocedureisnietnodigwanneerdehuidige snelheidisingesteldopSOG.
Page 35
1.DrukopdeknopSpeed(Snelheid)totdatubijde'calibrationrun
D1245 3-1
Sp eed
D1245 4-1
Re setTimer
+
D1245 5-1
Re setTimer
+
D1245 6-1
Trip
D1245 7-1
Trip
D1245 8-1
Trip
D1245 9-1
Trip
D1246 0-1
Trip
Speed
Depth
10
15
20
25
30
35
40
45
50
55
60
5
4
+
Speed
D124 61-1
D1246 2-1
Sp eed
lengthpage'(lengtekalibratierun)uitkomt.
2.DrukdeknoppenTimerenResettegelijkertijdinomdemodus
aantepassen.
Delengtevanderunknippertalsudemodusaanpast.
3.GebruikdeknoppenTimerofResetomderunlengteinte
stellenopdegewenstelengte(tussen0.25en2.50).
4.DrukdeknoppenTimerenResettegelijkertijdinomde
snelheidskalibratietestarten De'calibrationstatuspage'(kalibratiestatuspagina)wordt
weergegeven.Detekstbovenaandepaginawisselttussen START1endekalibratiefactordieopdatmomentwordt toegepast.
9.Wanneerutevredenbentmetderesultatenvandeeerste kalibratierun,druktudeknoppenSpeed(Snelheid)enTrip (Reis)tegelijkertijdinomdenieuwekalibratiefactoropteslaan endesnelheidskalibratieaftesluiten.
10.Alsueentweedekalibratierunwiltuitvoeren,druktuopdeTrip (Reis)-knop.
11.Volgdestappen5totenmet7hierbovenopnieuwomeen tweedekalibratierunuittevoeren.
12.DrukaanheteindevanhetteruggaandetrajectopdeTrip (Reis)-knop.
Opditmoment:
•WordtdetekstEND(EINDE)bovenaandepaginaafwisselend
weergegevenmetdekalibratiefactor.
•Deweergegevenafstandwordtvastgezet
13.Omdesnelheidskalibratierunopiedergewenstmomentte verlaten,druktudeSpeed(Snelheid)enTrip(Reis)-knoppen tegelijkertijd4secondenin.
Desoftwareversieen-statusvanuwi50Tridatacontroleren
5.Starthettrajectnaarbuitenvandekalibratierunendrukopde
Trip(Reis)-knopwanneerulangshetstartpuntkomt,bovenaan depaginastaatdetekstOUTWARD(NAARBUITEN).Tijdens hetuitvoerenvandekalibratierunverandertdeweergegeven waarde.
6.DrukaanheteindevanhettrajectnaarbuitenopnieuwopTrip (Reis).
DetekstRETURN(TERUG)knippertbovenaandepaginaen deweergegevenwaardewordtvastgezet.
Opmerking:Deweergegevenwaardevoordeafstandhoeftniet dezelfdetezijnalsdegemetenafstand,alsgevolgvanfouten doordegetijdenstroom.
7.Draaiuwschipom,starthetteruggaandetrajectendrukintussen opdeTrip(Reis)-knopzodatRETURNstoptmetknipperenen deweergegevenwaardeomhooggaat.
8.DrukaanheteindevanhetteruggaandetrajectopdeTrip (Reis)-knop.
Opditmoment:
•wordtdetekstSTART2bovenaandepaginaafwisselend
weergegevenmetdekalibratiefactor.
•Deweergegevenafstandwordtvastgezet
Bijnormaalgebruik:
1.DrukzeknoppenDepth(Diepte)enSpeed(Snelheid)
tegelijkertijdinenhoudze4secondenvast: desoftwareversiewordtweergegeven.
2.DrukdeknopSpeed(Snelheid)inomdeinstrumentstatusweer
tegeven. Master(transduceraangesloten)ofRepeater(geentransducer
aangesloten).
3.Omdedieptestatustewijzigen:
i.DrukdeknoppenT rip(Reis)enResettegelijkertijdinomde
modusaantepassen. Destatusknippertwanneerudemodusaanpast.
ii.DrukopTrip(Reis)ofResetomdestatusheenenweerte
schakelentussenMasterenRepeater.
4.DrukopnieuwopdeknopSpeed(Snelheid)omde
snelheidskalibratietestarten.
5.Omdetussenkalibratie-instellingenopiedergewenstmoment
teverlaten,houdtudeknoppenDepth(Diepte)enSpeed
(Snelheid)tegelijkertijd4secondeningedrukt:
Snelheidskalibratieuitvoeren–i50Tridata
Dezesnelheidskalibratieomvathetuitvoerenvanmaximaal2runs overeengemetenafstand,zodateenkalibratiefactorkanworden vastgesteldentoegepastopuwunit.Iedererunbestaatuiteen trajectnaarbuiteneneentrajectnaarbinnen,omheteffectvan getijdendriftteminimaliserenbijhetbepalenvandekalibratiefactor.
Doehetvolgendeopde'intermediatecalibrationpage' (tussenkalibratiepagina):
Opmerking:Dezeprocedureisnietnodigwanneerdehuidige snelheidisingesteldopSOG.
1.DrukopdeknopSpeed(Snelheid)totdatubijde'calibrationrun
lengthpage'(lengtekalibratierun)uitkomt.
Opmerking:Deweergegevenafstanddientzeerdichtindebuurt teliggenvandefeitelijke(gemeten)afstandvandekalibratierun.
Beginnen
35
Page 36
2.DrukdeknoppenTrip(Reis)enResettegelijkertijdinomde
D1246 3-1
Re setTrip
+
D1246 4-1
Re setTrip
+
D1246 5-1
Sp eed
D1246 6-1
Sp eed
D1246 7-1
Sp eed
D1246 8-1
Sp eed
D1246 9-1
Sp eed
Dep th
+
Alarm
D1247 0-1
10
15
20
25
30
35
40
45
50
55
60
5
14
+
D1247 0-1
Re setOffset
D1247 2-1
Dep th
modusaantepassen.
Delengtevanderunknippertalsudemodusaanpast.
3.GebruikdeknoppenTrip(Reis)ofResetomderunlengteinte
stellenopdegewenstelengte(tussen0,25en2,50).
4.DrukdeknoppenTrip(Reis)enResettegelijkertijdinomde
snelheidskalibratietestarten De'calibrationstatuspage'(kalibratiestatuspagina)wordt
weergegeven.Detekstbovenaandepaginawisselttussen START1endekalibratiefactordieopdatmomentwordt toegepast.
5.Starthettrajectnaarbuitenvandekalibratierunendrukop
deSpeed(Snelheid)-knopwanneerulangshetstartpunt komt,bovenaandepaginastaatdetekstOUTWARD(NAAR BUITEN).Tijdenshetuitvoerenvandekalibratierunverandert deweergegevenwaarde.
6.Drukaanheteindevanhettrajectnaarbuitenopnieuwop
Speed(Snelheid).
DetekstRETURN(TERUG)knippertbovenaandepaginaen deweergegevenwaardewordtvastgezet.
Opmerking:Deweergegevenwaardevoordeafstandhoeftniet dezelfdetezijnalsdegemetenafstand,alsgevolgvanfouten doordegetijdenstroom.
7.Draaiuwschipom,starthetteruggaandetrajectendruk
intussenopdeSnelheid(Speed)-knopzodatRETURNstopt metknipperenendeweergegevenwaardeomhooggaat.
11.Volgdestappen5totenmet7hierbovenopnieuwomeen tweedekalibratierunuittevoeren.
12.DrukaanheteindevanhetteruggaandetrajectopdeSpeed (Snelheid)-knop.
Opditmoment:
•WordtdetekstEND(EINDE)bovenaandepaginaafwisselend
weergegevenmetdekalibratiefactor.
•Deweergegevenafstandwordtvastgezet.
13.Omdesnelheidskalibratierunopiedergewenstmoment teverlaten,druktudeknoppenDepth(Diepte)enSpeed
(Snelheid)tegelijkertijd4secondenin.
Dealerkalibratie
Dedealerkalibratieprocedureszijnonderandere:
i50Depthi50Speedi50Tridata
Gebruikerskalibratie­optiesaanenuitzetten.
Degewenste diepteresponsinstellen.
Deweergavemodus voorhetschipaanofuit zetten.
Standaard fabrieksinstellingen terugzetten
Optiesvoordealerkalibratieinstellen–i50Depth
Bijnormaalgebruik:
1.DrukdeDepth(Diepte)enAlarm-knoppentegelijkertijdinen houdzeongeveer14secondenvastomdeinvoerpaginavoor dealerkalibratieteopenen.
Gebruikerskalibratie­optiesaanenuitzetten.
Degewenste snelheidsrespons instellen.
Degewenste VMG-responsinstellen.
Deweergavemodus voorhetschipaanofuit zetten.
Standaard fabrieksinstellingen terugzetten
Gebruikerskalibratie­optiesaanenuitzetten.
Degegevensbronvoor snelheidsinformatie instellen.
Degewenste snelheidsrespons instellen.
Degewenste diepteresponsinstellen.
Deweergavemodus voorhetschipaanofuit zetten.
Standaard fabrieksinstellingen terugzetten
8.DrukaanheteindevanhetteruggaandetrajectopdeSpeed (Snelheid)-knop.
Opditmoment:
•wordtdetekstSTART2bovenaandepaginaafwisselend
weergegevenmetdekalibratiefactor.
2.DrukdeknoppenOffset(Correctie)enResettegelijkertijdin
omdetoegangspaginavoorgebruikerskalibratieteopenen.
•deweergegevenafstandwordtvastgezet
3.GebruikdeknoppenOffset(Correctie)enResetomde
gebruikerskalibratieinenuitteschakelen.
4.DrukopdeAction(Actie)-knopomdediepteresponspagina
Opmerking:Deweergegevenafstanddientzeerdichtindebuurt
teopenen.
teliggenvandefeitelijke(gemeten)afstandvandekalibratierun.
9.Wanneerutevredenbentmetderesultatenvandeeerste kalibratierun,druktudeknoppenDepth(Diepte)enSpeed (Snelheid)tegelijkertijdinomdenieuwekalibratiefactoropte slaan,desnelheidskalibratieaftesluitenenterugtekerennaar destatuspagina.
10.Alsueentweedekalibratierunwiltuitvoeren,druktuopde Speed(Snelheid)-knop.
36i50
5.GebruikdeknoppenOffset(Correctie)enResetomde
gewenstediepteresponsintestellen.
Page 37
6.DrukopdeDepth(Diepte)-knopomdepaginavoorde
D1247 3-1
Dep th
D1247 4-1
Dep th
Sp eed
+
Trip
D1247 5-1
10
15
20
25
30
35
40
45
50
55
60
5
14
+
D1247 6-1
Re setTimer
D1247 7-1
Sp eed
D1247 8-1
Sp eed
D1247 9-1
Sp eed
D1248 0-1
Sp eed
Dep th
+
Sp eed
D1248 1-1
10
15
20
25
30
35
40
45
50
55
60
5
14
+
D1248 2-1
Re setTrip
D1248 3-1
Dep th
D1248 4-1
Dep th
D1248 5-1
Dep th
D1248 6-1
Dep th
D1248 7-1
Dep th
demonstratiestandvanhetinstrumentteopenen.
7.DrukopdeDepth(Diepte)-knopomdepaginavoorresetten
naarfabrieksinstellingenteopenen.
8.GebruikdeknopOffset(Correctie)ofResetomdeinstellingen
vandeunitteresettennaardestandaardfabrieksinstellingen.
9.Omdedealerkalibratiepagina'sopiedergewenstmoment
teverlaten,druktudeDepth(Diepte)enAlarm-knoppen tegelijkertijdongeveer2secondenin.
Optiesvoordealerkalibratieinstellen-i50Speed
Bijnormaalgebruik:
1.DrukdeSpeed(Snelheid)enT rip(Reis)-knoppentegelijkertijd
inenhoudzeongeveer14secondenvastomdeinvoerpagina voordealerkalibratieteopenen.
1.DrukdeDepth(Diepte)enSpeed(Snelheid)-knoppen
tegelijkertijdinenhoudzeongeveer14secondenvastomde invoerpaginavoordealerkalibratieteopenen.
2.DrukdeknoppenTrip(Reis)enResettegelijkertijdinomde
toegangspaginavoorgebruikerskalibratieteopenen.
3.DrukopdeDepth(Diepte)-knopomde'speedselectpage'
(snelheidsselectiepagina)teopenen.
4.GebruikdeknoppenTrip(Reis)enResetomde
snelheidsgegevensbroninenuitteschakelen.
5.DrukopdeDepth(Diepte)-knopomdesnelheidsresponspagina
teopenen.
2.DrukdeknoppenTimerenResettegelijkertijdinomde
toegangspaginavoorgebruikerskalibratieteopenen.
3.DrukopdeSpeed(Snelheid)-knopomdesnelheidsrespon-
spaginateopenen.
4.GebruikdeknoppenTimerenResetomdegewenste
snelheidsresponsteintestellen.
5.DrukopdeSpeed(Snelheid)-knopomdeVMG-responspagina
teopenen.
6.GebruikdeknoppenTimerenResetomdegewenste
VMG-responsteintestellen.
7.DrukopdeSpeed(Snelheid)-knopomdepaginavoorde
demonstratiestandvanhetinstrumentteopenen.
8.GebruikdeknoppenTimerenResetomdedemonstratiestand
vanhetinstrumentinenuitteschakelen.
9.DrukopdeSpeed(Snelheid)-knopomdepaginavoorresetten
naarfabrieksinstellingenteopenen.
6.GebruikdeknopTrip(Reis)ofResetomdegewenste
snelheidsresponsintestellen.
7.DrukopdeActie-knopomdediepteresponspaginateopenen.
8.GebruikdeknopTrip(Reis)ofResetomdegewenste
diepteresponsintestellen.
9.DrukopdeDepth(Diepte)-knopomdepaginavoorde
demonstratiestandvanhetinstrumentteopenen.
10.GebruikdeknopTrip(Reis)ofResetomdedemonstratiestand
vanhetinstrumentinenuitteschakelen.
11.DrukopdeDepth(Diepte)-knopomdepaginavoorresetten
naarfabrieksinstellingenteopenen.
12.GebruikdeknopTrip(Reis)ofResetomdeinstellingenvande
unitteresettennaardestandaardfabrieksinstellingen.
13.Omdedealerkalibratiepagina'sopiedergewenstmoment
teverlaten,druktudeknoppenDepth(Diepte)enSpeed (Snelheid)tegelijkertijdongeveer2secondenin.
10.GebruikdeknopTimerofResetomdeinstellingenvandeunit
teresettennaardestandaardfabrieksinstellingen.
11.Omdedealerkalibratiepagina'sopiedergewenstmomentte
verlaten,druktudeknoppenSpeed(Snelheid)enTrip(Reis) tegelijkertijdongeveer2secondenin.
Optiesvoordealerkalibratieinstellen-i50T ridata
Bijnormaalgebruik:
Beginnen
37
Page 38
38i50
Page 39
Hoofdstuk7:Uwdisplaygebruiken
Inhoudsopgave
7.1Pagina'soppagina40
7.2Bedieningvandei50Depthoppagina40
7.3Bedieningvandei50Speedoppagina41
7.4Bedieningvandei50Tridataoppagina43
7.5Groepsverlichtingoppagina45
Uwdisplaygebruiken
39
Page 40

7.1Pagina's

Depth
Depth
Depth
10
15
20
25
30
35
40
45
50
55
60
5
8
10
15
20
25
30
35
40
45
50
55
60
5
8
D125 32-1
Res et
10
15
20
25
30
35
40
45
50
55
60
5
3
Res et
10
15
20
25
30
35
40
45
50
55
60
5
3
1
3 2

7.2Bedieningvandei50Depth

Debeschikbarepagina'shangenafvanhetmodelvanhetdisplay enwordenindeonderstaandetabelgetoond:
i50Depthi50Speedi50Tridata
HuidigediepteBootsnelheidHuidigediepte
*MaximalediepteGrondsnelheid(SOG)
*Minimalediepte
Velocitymadegood
Drempelondiepte-alarm
Drempeldiepte-alarm
(VMG)
Ondiepte-alarm*Gemiddeldesnelheid
Drempelondiep anker-alarm
Diepanker-alarm
*Maximalesnelheid
Drempeldiep anker-alarm
Ondiepanker-alarm
BootlogBootsnelheidMaximale
snelheid
Diepte-alarmWatertemperatuur
*Gemiddeldesnelheid
ReisafstandVMGnaarloefzijde
Tel-timerWatertemperatuur
Wedstrijdstart-timer1Tel-timer
Wedstrijdstart-timer2Wedstrijdstart-timer1
Wedstrijdstart-timer2
Bootlog
Reisafstand
Opmerking:Dezepagina'szijntijdelijkepagina'senerwordt teruggekeerdnaardevoorgaandepermanentepaginana5 secondenzonderactiviteit.
Wanneeruwi50Depth-instrumentisaangeslotenopdebetreffende dieptetransducer:
•Geefthetdehuidigediepte-informatie,invoet(ft),meters(M)of vadems(FA).
•Legtdeminimaleenmaximaledieptevastindeperiodedatde unitisingeschakeld.
•Hiermeekuntudealarmdrempelsvastleggenvoorhet ondiepte-alarm,hetdiepte-alarm,ondiepanker-alarmendiep anker-alarm.
•Hiermeekuntuzienwelkecorrectieistoegepasteopde dieptemeting.
Opmerking:Diepte-informatiewordtverkregenvande dieptetransducerdieopdeunitisaangesloten.Wanneerhet instrumentechterisaangeslotenopeenSeaTalk-netwerk,waarin zicheencompatibelesonarmodule(shnder)bevindt,danwordt dediepte-informatiegegevendoordesonarmodulewanneerhet isingeschakeld.
Erdienttewordenopgemerktdat:
•Devereistediepte-eenhedenwordengeselecteerdtijdensde gebruikerskalibratie.
•Erwordendieptetrendpijlenomhoog/omlaagweergegeven, wanneerdezeebodemstijgtendaalt.
•Wanneerdediepte-informatieomwatvoorredendanook verlorengaat,gaatdedieptetitelknipperenendeweergegeven waardeisdelaatstbekendedieptemeting.
Dedieptepagina'sgebruiken
Omdoordedieptepagina'stebladerenvolgtudeonderstaande stappen.
Pagina'swijzigen
Bijnormaalgebruik:
1.Afhankelijkvanhetmodelvanuwunitdruktuopdeknopen
Depth(Diepte),Speed(Snelheid),TimerofTrip(Reis)om doordepagina'stebladeren.
DoehetvolgendewanneerdepaginaHuidigediepteis weergegeven:
1.DrukopdeknopDepthomdepaginaMinimalediepteweer
tegeven.
2.DoehetvolgendeindepaginaMinimalediepte:
i.DrukopdeDepth-knopomdepaginaMaximaledieptete
openen,of
ii.DrukopdeReset-knopenhoudhem3secondenvastomde
minimalediepteteresettennaardemetingvandehuidige diepte.
3.DoehetvolgendeindepaginaMaximalediepte:
i.DrukopdeknopDepthomdepaginaHuidigediepteweer
tegeven,of
ii.DrukopdeReset-knopenhoudhem3secondenvastomde
maximalediepteteresettennaardemetingvandehuidige diepte.
Opmerking:AlleendepaginaHuidigediepteiseenpermanente pagina,alleanderepagina'sschakelenuitna8secondenzonder activiteitenkerenterugnaardepaginaHuidigediepte.
Dedieptecorrectiebekijken
Omdecorrectiewaardetebekijkendiemomenteelwordttoegepast opuwinstrumentvolgtudeonderstaandestappen.
Bijnormaalgebruik:
40i50
Page 41
1.DrukopdeknopOffsetomdepaginaDieptecorrectieweer
Sp eed
Sp eed
Sp eed
Sp eed
Sp eed
10
15
20
25
30
35
40
45
50
55
60
5
8
10
15
20
25
30
35
40
45
50
55
60
5
8
Res et
10
15
20
25
30
35
40
45
50
55
60
5
3
Res et
10
15
20
25
30
35
40
45
50
55
60
5
3
D125 33-1
1
2
34
5
tegeven. Hetdisplaylaatdewaardevandetoegepastecorrectiezien
waarmeehetvolgendewordtaangegeven:
•AlsereenpositievecorrectiewaardeistoegepastwordtW/L
weergegeven,omeenwaterlijncorrectieaantegeven.
•AlsereennegatievecorrectiewaardeistoegepastwordtKIEL
weergegeven,omeenkielcorrectieaantegeven.
•Alsdenulcorrectiewaardewordttoegepast,wordt
CORRECTIEweergegevenomaantegevendatereen nulcorrectieisvandetransducer.
Opmerking:Dieptecorrectie-informatieisalleenbeschikbaarop unitsdiezijningesteldalsdatamaster(ziedesectieDatamaster voormeerinformatie).

7.3Bedieningvandei50Speed

Wanneeruwi50Speed-instrumentisaangeslotenopdebetreffende snelheids-ofsnelheids-entemperatuurtransducergeefthetde volgendeinformatie:
•Huidige,maximaleengemiddeldesnelheidsinformatie,inknopen (KTS),mijlperuur(MPH)ofkilometerperuur(KPH).
•Log-enreisinformatie,innautischemijlen(NM),landmijlen(M) ofkilometers(KM).
•Watertemperatuurinformatie,ingradenCelsius(ºC)ofFahrenheit (ºF).
•Velocitymadegood(VMG)-informatie,VMGisalleen beschikbaarwanneerdeunitisaangeslotenopeenSeaT alk­ofSeaT alk windtransducerisaangesloten.
•Speedoverground(SOG)-informatie,SOGisalleen beschikbaarwanneerdeunitisaangeslotenopeenSeaT alk­ofSeaTalk aangesloten.
•Tel-enwedstrijd-starttimers
Opmerking:Devereisteeenhedenvoorsnelheid,afstanden temperatuurwordengeselecteerdtijdensdegebruikerskalibratie.
Erdienttewordenopgemerktdat:
•Demaximalesnelheid,gemiddeldesnelheidenreismeting wordengeresetbijhetaanzettenvandeunit.
•Hetlog-vensterlaatdetotaleafstandziendieisafgelegdsinds deunitisgeplaatst.
ng
-netwerkwaaroptevenseencompatibele
ng
-netwerkwaaroptevenseengeschikteGPSis
Desnelheidspagina'sgebruiken
Omdoordesnelheidspagina'stebladerenvolgtudeonderstaande stappen:
DoehetvolgendewanneerdepaginaHuidigesnelheidis weergegeven:
1.DrukopdeknopSpeedomdepaginaMaximalesnelheidweer
tegeven.
2.DoehetvolgendeindepaginaMaximalesnelheid:
i.DrukopdeknopSpeedomdepaginaGemiddeldesnelheid
weertegeven,of
ii.DrukopdeknopResetenhoudhem3secondenvastomde
waardevandemaximalesnelheidintestellenopdehuidige snelheidvanhetschip.
3.DoehetvolgendeindepaginaGemiddeldesnelheid:
i.DrukopdeknopSpeedomdepaginaVMGweertegeven,of
Opmerking:DeVMG-informatieisalleenbeschikbaaralsuw
Uwdisplaygebruiken
unitdeeluitmaaktvaneenSeaT alk-ofSeaT alk eencompatibelwindinstrumentisaangesloten.
ng
-netwerkwaarop
41
Page 42
ii.DrukopdeknopResetenhoudhem3secondenvastomde
Res et
10
15
20
25
30
35
40
45
50
55
60
5
3
D125 34-1
Trip
Trip
Trip
Trip
1
2
34
D125 35-1
Timer
Timer
Timer
+
-
Res et
Res et
D125 36-1
Timer
Timer
+
Res et
Timer
+
1 2
waardevandegemiddeldesnelheidintestellenopnul.
4.DrukindeVMG-paginaopdeSpeed-knopomdepaginaSOG
weertegeven:
Dewedstrijd-starttimerinstellen
Dewedstrijd-starttimerskunnenwordeningesteldtussen1en15 minuten.
Opmerking:SOG-informatieisalleenbeschikbaaralsuwunit deeluitmaaktvaneenSeaT alk-ofSeaT alk
ng
-netwerkwaaropeen
geschikteGPSisaangesloten.
5.DrukindeSOG-paginaopdeSpeed-knopomdepagina
Huidigesnelheidweertegeven.
Opmerking:Depagina'sMaximalesnelheidenGemiddelde snelheidzijntijdelijkepagina's.Zeverdwijnenna8seconden zonderactiviteitenkerenterugnaardepaginaHuidigesnelheid.
Delog-,reis-entemperatuurpagina'sgebruiken
Omdoordebeschikbarelog-,reis-enwatertemperatuurpagina'ste bladerenvolgtudeonderstaandestappen.
Bijnormaalgebruik:
1.DrukopdeknopTripomdeLog-paginaweertegeven.
2.DrukopdeknopTripomdeReis-paginaweertegeven.
3.DoehetvolgendeindeReis-pagina: i.DrukopdeknopTripomdepaginaWatertemperatuurweer
tegeven,of
ii.DrukopdeknopResetenhoudhem3secondeningedrukt
omdemetingvandereisteresetten.
4.DrukopdeknopTripomdeLog-paginaweertegeven.
Doehetvolgendewanneereenwedstrijdtimerwordtweergegeven
1.DrukdeknoppenTimerenResettegelijkertijdinenhoudze
ingedruktomdebewerkingsmodusteopenen.
2.Doehetvolgendeindebewerkingsmodus:
i.GebruikdeReset-knopomdestartwaardevande
wedstrijdtimerteverhogen,of
ii.GebruikdeTimer-knopomdestartwaardevande
wedstrijdtimerteverlagen.
iii.DrukdeknoppenTimerenResettegelijkertijdinenhoudze
ingedruktomdebewerkingsmodusteverlaten.
Timerzoemer
Detimerzoemerwordttijdensdekalibratiein-ofuitgeschakeld,zie desectieGebruikerskalibratie.
Wanneerueenwedstrijdtimergebruiktterwijldetimerzoemeris ingeschakelddoetdezoemerhetvolgende:
•Eendubbelepieptooniedereminuut.
•Driekeerpiepenbijhetingaanvandelaatste30seconden.
•Pieptooniederesecondegedurendedelaatste10seconden.
•2secondenpiepenwanneernulisbereikt.
Detimersgebruiken
Omdoordetel-enwedstrijdtimerpagina'stebladerenendezete gebruikenvolgtudeonderstaandestappen.
Bijnormaalgebruik:
1.DrukopdeTimer-knopomdoordebeschikbaretimerste bladeren.
2.DrukopdeReset-knopomdetimertestarten.
3.WanneerdetimerlooptdruktuopdeReset-knopomdetimerte pauzeren.
4.WanneerdetimerlooptdrukuopdeReset-knopenhouduhem 1secondeingedruktomdetimerteresetten.
Opmerking:Nadatdewedstrijd-starttimerheeftteruggeteldtot nul,beginthijweeromhoogtetellen.
42
i50
Page 43

7.4Bedieningvandei50Tridata

Sp eedDe pth Trip Re set
1
2
3
D125 37-1
Dep th
Dep th
Dep th
Dep th
Dep th
D125 38-1
Res et
10
15
20
25
30
35
40
45
50
55
60
5
3
Res et
10
15
20
25
30
35
40
45
50
55
60
5
3
D125 39-1
Spe ed
Spe ed
Spe ed
Spe ed
24
1
3
Wanneeruwi50Tridata-instrumentisaangeslotenopdebetreffende transducer(s):
•Geefthetdiepte-informatie,invoet(FT)ofmeters(M).
•Hiermeekuntudealarmdrempelsvastleggenvoorhet ondiepte-alarm,hetdiepte-alarm,ondiepanker-alarmendiep anker-alarm.
•Geefthetsnelheidsinformatie(huidige,maximaleengemiddelde), ófinknopen(KTS),mijlperuur(MPH)ofkilometerperuur(KPH).
•Velocitymadegood(VMG)-informatie,VMGisalleen beschikbaarwanneerdeunitisaangeslotenopeenSeaT alk­ofSeaT alk windtransducerisaangesloten.
•Geeftlog-enreisinformatie.Ditwordtvermeldinnautischemijlen (NM),landmijlen(M)ofkilometers(KM).
•Geeftwatertemperatuurinformatie.Ditwordtvermeldingraden Celsius(ºC)ofgradenFahrenheit(ºF).
•Beschiktovertel-enwedstrijd-starttimerfuncties.
ng
-netwerkwaaroptevenseencompatibele
Tridata-dieptepagina'sgebruiken
Omdoordedieptepagina'stebladerenvolgtudeonderstaande stappen.
Opmerking:Diepte-informatiewordtverkregenvande dieptetransducerdieopdeunitisaangesloten.Wanneerhet instrumentechterisaangeslotenopeenSeaTalk-netwerk,waarin zicheencompatibelesonarmodule(shnder)bevindt,danwordt dediepte-informatiegegevendoordesonarmodulewanneerhet isingeschakeld.
Erdienttewordenopgemerktdat:
•Devereistemeeteenhedenwordeningesteldtijdensde gebruikerskalibratie.
•Erwordendieptetrendpijlenomhoog/omlaagweergegeven, wanneerdezeebodemmeteenbepaaldesnelheidstijgtendaalt.
•Hetlog-vensterlaatdetotaleafstandziendieisafgelegdsinds deunitisgeplaatst.
•Demaximalesnelheid,gemiddeldesnelheidenreismeting wordengeresetbijhetaanzettenvandeunit.
•Wanneerdediepte-informatieomwatvoorredendanook verlorengaat,gaatdedieptetitelknipperenendeweergegeven waardeisdelaatstbekendedieptemeting.
Indelingvanheti50Tridata-display
Heti50Tridata-displayisverdeeldin3afzonderlijkegebieden, waarvaniedereenafzonderlijktypegegevenslaatzien,zoals hieronderwordtgetoond.
1.GebruikdeDepth-knopomdoordebeschikbaredieptepagina's
tebladeren. Debeschikbaredieptepagina'szijn:
•Huidigediepte
•Ondiepte-alarm
•Diepte-alarm
•Ondiepanker-alarm
•Diepanker-alarm
Opmerking:Alarmpagina'szijntijdelijkepagina'sdiena8 secondenzonderactiviteitverdwijnenenterugkerennaarde paginaHuidigediepte.
RaadpleegdesectieAlarmmeldingenvoorhetin-ofuitschakelen vanalarmmeldingenofhetaanpassenvanalarmdrempels.
Tridata-snelheidspagina'sgebruiken.
Omdoordesnelheidspagina'stebladerenvolgtudeonderstaande stappen.
Diepte-informatie
Snelheidsinformatie
1
2
3Reis,log,watertemperatuurentimer
DeTridata-pagina'sgebruiken
1.GebruikdeDepth-knopomdediepte-informatieteopenen.
2.GebruikdeSpeed-knopomdesnelheidsinformatieteopenen.
3.GebruikdeTrip-knopomdelog-,reis-,watertemperatuur-en
Uwdisplaygebruiken
timerinformatieteopenen.
DoehetvolgendewanneerdepaginaHuidigesnelheidis weergegeven:
1.DrukopdeknopSpeedomdepaginaMaximalesnelheidweer
tegeven.
2.DoehetvolgendewanneerdepaginaMaximalesnelheidis
weergegeven: i.DrukopdeknopSpeedomdepaginaGemiddeldesnelheid
weertegeven,of
ii.DrukopdeknopResetenhoudhem3secondeningedrukt
omdemetingvandemaximalesnelheidteresettennaarde huidigesnelheidvanhetschip.
43
Page 44
3.DoehetvolgendewanneerdepaginaGemiddeldesnelheidis
Trip
Trip
Trip
Trip
Trip
D125 40-1
+
-
Res et
Res et
D125 41-1
Timer
Timer
+
Res etTimer
+
1 2
weergegeven: i.DrukopdeknopSpeedomdepaginaVMGweertegeven,of ii.DrukopdeknopResetenhoudhem3secondeningedrukt
omdemetingvandegemiddeldesnelheidteresettennaar nul.
4.DrukindeVMG-paginaopdeSpeed-knopomdepagina
Huidigesnelheidweertegeven.
Opmerking:Depagina'sMaximalesnelheid,Gemiddelde snelheidenVMGzijntijdelijkepagina's.Zeverdwijnenna8 secondenzonderactiviteitenkerenterugnaardepaginaHuidige snelheid.
Tridata-reispagina'sgebruiken
Omdoordelog-,reis-,watertemperatuur-entimerpagina'ste bladerenvolgtudeonderstaandestappen.
•Eendubbelepieptooniedereminuut.
•Driekeerpiepenbijhetingaanvandelaatste30seconden.
•Pieptooniederesecondegedurendedelaatste10seconden.
•2secondenpiepenwanneernulisbereikt.
1.DrukopdeT rip-knopomdoordeReis-,Log-,
Watertemperatuur-enTimer-pagina'stebladeren.
Dewedstrijd-starttimerinstellen
Dewedstrijd-starttimerskunnenwordeningesteldtussen1en15 minuten.
Doehetvolgendewanneereenwedstrijdtimerwordtweergegeven
1.DrukdeknoppenTimerenResettegelijkertijdinenhoudze
ingedruktomdebewerkingsmodusteopenen.
2.Doehetvolgendeindebewerkingsmodus:
i.GebruikdeReset-knopomdestartwaardevande
wedstrijdtimerteverhogen,of
ii.GebruikdeTimer-knopomdestartwaardevande
wedstrijdtimerteverlagen.
iii.DrukdeknoppenTimerenResettegelijkertijdinenhoudze
ingedruktomdebewerkingsmodusteverlaten.
Opmerking:Nadatdewedstrijd-starttimerheeftteruggeteldtot nul,beginthijweeromhoogtetellen.
Timerzoemer
Detimerzoemerwordttijdensdekalibratiein-ofuitgeschakeld,zie desectieGebruikerskalibratie.
Wanneerueenwedstrijdtimergebruiktterwijldetimerzoemeris ingeschakelddoetdezoemerhetvolgende:
44
i50
Page 45

7.5Groepsverlichting

Degroepsverlichtingwordtgebruiktomhetniveauvande achtergrondverlichtingtesynchroniserenofteregelenvanmeerdere unitsdiezijntoegewezenaandezelfdegroep.
Deunitkandeelnemenaangedeeldeverlichtingviaeen SeaTalk-netwerkofgroepsverlichtingviaeenSeaTalk
WanneerzezijnaangeslotenopeenSeaT alk-netwerkdelen allecompatibeleunitshetniveauvandeachtergrondverlichting (wanneerdeachtergrondverlichtingvan1unitwordtaangepast veranderthetniveauvandeachtergrondverlichtingvanalleandere unitseveneens).
WanneerhetisaangeslotenopeenSeaT alk deelnemenindegroepsverlichtingenwordentoegewezenaan eengroepvanunitsdiehetniveauvanhunachtergrondverlichting delen.Debeschikbaregroepenzijndevolgende:
•Roer1
•Roer2
•Stuurhut
•Flybridge
•Mast
•grP1totenmetgrP5
Wanneerzezijntoegewezenaaneengroepenwanneerde achtergrondverlichtingvan1unitwordtaangepast,danverandert hetniveauvandeachtergrondverlichtingvanalleunitsdiezijn toegewezenaandezelfdegroep.
ng
ng
-netwerkkandeunit
Opmerking:DepaginaInvoergroepshelderheidiseen tijdelijkepaginaenkeertna8secondenzonderactiviteitterug naardevorigepagina.
2.DrukopdeDepth-knopomdepaginaGroepweertegeven.
3.GebruikdeknoppenTripofResetomdegroepteselecteren
-netwerk.
waaraandeunitwordttoegewezen.
Dei50Depthtoewijzenaaneengroep
Omdei50Depthaaneengroeptoetewijzen,zodathetkan deelnemenindegroepsverlichting,volgtudeonderstaande stappen.
Bijnormaalgebruik:
1.DrukdeknoppenDepthenAlarmtegelijkertijdinenhoudze
6secondenvast. DepaginaInvoergroepshelderheidwordtweergegeven.
Opmerking:DepaginaInvoergroepshelderheidiseen tijdelijkepaginaenkeertna8secondenzonderactiviteitterug naardevorigepagina.
2.DrukopdeDepth-knopomdepaginaGroepweertegeven.
3.GebruikdeknoppenOffsetofResetomdegroepteselecteren
waaraandeunitwordttoegewezen.
Dei50Speedtoewijzenaaneengroep
Omdei50Speedaaneengroeptoetewijzen,zodathetkan deelnemenindegroepsverlichting,volgtudeonderstaande stappen.
Bijnormaalgebruik:
1.DrukdeknoppenSpeedenT riptegelijkertijdinenhoudze6
secondenvast. DepaginaInvoergroepshelderheidwordtweergegeven.
Opmerking:DepaginaInvoergroepshelderheidiseen tijdelijkepaginaenkeertna8secondenzonderactiviteitterug naardevorigepagina.
2.DrukopdeSpeed-knopomdepaginaGroepweertegeven.
3.GebruikdeknoppenTimerofResetomdegroepteselecteren
waaraandeunitwordttoegewezen.
Dei50Tridatatoewijzenaaneengroep
Omdei50Tridataaaneengroeptoetewijzen,zodathetkan deelnemenindegroepsverlichting,volgtudeonderstaande stappen.
Bijnormaalgebruik:
1.DrukdeknoppenDepthenSpeedtegelijkertijdinenhoudze
6secondenvast. DepaginaInvoergroepshelderheidwordtweergegeven.
Uwdisplaygebruiken
45
Page 46
46i50
Page 47
Hoofdstuk8:Alarmmeldingengebruiken
Inhoudsopgave
8.1Alarmmeldingenoppagina48
Alarmmeldingengebruiken
47
Page 48

8.1Alarmmeldingen

D125 42-1
D125 43-1
D125 45-1
D125 44-1
D125 46-1
+
-
Res etOffse t
+
Res et
Offset
D125 47-1
+
-
Res etTrip
+
Res et
Trip
Alarmmeldingenwaarschuwenuvooreensituatieofgevaar waarvooruwaandachtvereistis.
Ukuntalarmmeldingeninstellendieuwaarschuwenvoorbepaalde situaties.
Alarmmeldingenwordengegenereerddoorsysteemfunctiesen externeapparatuurdieisaangeslotenopuwdisplay.
Wanneerersprakeisvaneenalarmsituatiewordteenhoorbaar enzichtbaaralarmgeactiveerdwaarmeedealarmsituatiewordt aangegeven.
Erkunnenalarmdrempelswordeningesteldinde alarmpagina/-menu.
Instrument-alarmmeldingen
Dealarmmeldingendiebeschikbaarzijnopdei50Deptheni50 Tridatawordenhieronderopgesomd.
•Ondiepte-alarm
•Diepte-alarm
•Ondiepanker-alarm
•Diepanker-alarm
Alarmdrempelsinstellen—i50Depth
Ukuntdedrempelswaaropalarmmeldingenwordengegenereerd aanpassendoordeonderstaandestappentevolgen.
Doehetvolgendewanneerdebetreffendealarmpaginawordt weergegeven:
1.DrukdeknoppenOffsetenResettegelijkertijdinomde
bewerkingsmodusteopenen. Dehuidigedrempelgaatnuknipperen.
2.GebruikdeknopResetomdealarmdrempelteverhogen.
3.GebruikdeknopOffsetomdealarmdrempelteverlagen.
4.DrukdeknoppenOffsetenResettegelijkertijdinomdenieuwe
alarmdrempelopteslaanendebewerkingsmodusteverlaten.
Opmerking:Debovenstaandeafbeeldingiseenvoorbeeldvan deinstellingvandeAlarmdrempeldiepanker.
Alarmmeldingen
Alarmsituatieswordenaangegevendoorzoweleenhoorbaarals eenzichtbaarsignaal.
Ondiepte-alarm
Diepte-alarm
Ondiepanker-alarm
Diepanker-alarm
Alarmdrempelsinstellen—i50Tridata
Ukuntdedrempelswaaropalarmmeldingenwordengegenereerd aanpassendoordeonderstaandestappentevolgen.
Doehetvolgendewanneerdebetreffendealarmpaginawordt weergegeven:
1.DrukdeknoppenTripenResettegelijkertijdinomde
bewerkingsmodusteopenen. Dehuidigedrempelgaatnuknipperen.
2.GebruikdeknopResetomdealarmdrempelteverhogen.
3.GebruikdeknopTripomdealarmdrempelteverlagen.
4.DrukdeknoppenTripenResettegelijkertijdinomdenieuwe
alarmdrempelopteslaanendebewerkingsmodusteverlaten.
Opmerking:Debovenstaandeafbeeldingiseenvoorbeeldvan deinstellingvandeAlarmdrempeldiepanker.
Erklinkenalarmmeldingenwanneerdewaardevaneeningestelde alarmdrempelwordtoverschreden.Alarmmeldingenzijnhoorbaar totdatzewordenuitgezet.
Alarmmeldingenuitzetten
1.Drukopeenwillekeurigeknopomeenactiefalarmuittezetten.
Inschakelen/uitschakelenalarmmeldingen
Alarmmeldingenkunnenopiedermomentwordeningeschakeldof uitgeschakeld.
Doehetvolgendewanneerdebetreffendealarmpaginawordt weergegeven:
1.DrukopdeknopResetenhoudhem1secondevastomhet
alarminofuitteschakelen.
48i50
Page 49
Hoofdstuk9:Uwdisplayonderhouden
Inhoudsopgave
9.1Serviceenonderhoudoppagina50
9.2Condensoppagina50
9.3Routinecontrolesapparatuuroppagina51
9.4Reinigenoppagina51
9.5Reinigenvandebehuizingvanhetdisplayoppagina52
9.6Hetdisplayschermreinigenoppagina52
Uwdisplayonderhouden
49
Page 50

9.1Serviceenonderhoud

9.2Condens

Ditproductbevatgeenonderdelendiedoordegebruiker kunnenwordenonderhouden.Alleonderhouds-en reparatiewerkzaamhedendienendoorgoedgekeurde Raymarine-dealerstewordenuitgevoerd.Ongeautoriseerde reparatieskunnengevolgenhebbenvooruwgarantie.
Inbepaaldeweersomstandighedenkanzicheenkleinehoeveelheid condensvormenophetvenstervandeunit.Ditisnietschadelijk voordeunitenverdwijntnadatdeuniteenpoosjeaanheeftgestaan.
50i50
Page 51

9.3Routinecontrolesapparatuur

9.4Reinigen

Raymarineadviseertnadrukkelijkeenaantalroutinecontrolesuitte voerenomtezorgenvoorcorrecteenbetrouwbarewerkingvan uwapparatuur.
Voerdevolgendecontrolesregelmatiguit:
•Onderzoekallekabelsoptekenenvanbeschadigingenofslijtage.
•Controleerofallekabelscorrectaangeslotenzijn.
Goedreinigingsgewoontes.
Alsuditproductreinigt:
•VeeghetdisplayschermNIETafmeteendrogedoek,aangezien ditkrassenkanveroorzakenopdecoating.
•GebruikGEENschurendeofopzurenofammoniagebaseerde producten.
•GebruikGEENhogedrukspuit.
Uwdisplayonderhouden
51
Page 52

9.5Reinigenvandebehuizingvanhet display

Hetdisplayisgesealdenhoeftnietregelmatiggereinigdteworden. Mochthetdisplaytochgereinigdmoetenworden,volgdandeze basisprocedure:
1.Schakeldevoedingnaarhetdisplayuit.
2.Neemhetdisplayafmeteenschoon,zachtdoekje(een microvezeldoekjeisideaal).
3.Gebruikzonodigisopropylalcohol(IP A)ofeenmild schoonmaakmiddelomvetvlekkenteverwijderen.
Opmerking:GEBRUIKGEENIPAofeniganderoplosmiddelof schoonmaakmiddelophetscherm.
Opmerking:Onderbepaaldeomstandighedenkaninhet displayschermcondensatieontstaan.Ditisnietschadelijkvoor hetdisplay.Hetkanverwijderdwordendoorhetdisplaykorte tijdaantezetten.

9.6Hetdisplayschermreinigen

Ophetdisplayschermiseencoatingaangebracht.Ditmaakthet waterafstotendenvoorkomtschittering.Ombeschadigingvandeze coatingtevoorkomen,dientudevolgendeproceduretevolgen:
1.Schakeldevoedingnaarhetdisplayuit.
2.Spoelhetschermafmetwateromallevuildeeltjesen zoutafzettingteverwijderen.
3.Laathetschermaandeluchtdrogen.
4.Alservlekkenachterblijven,veegtuhetschermheelvoorzichtig afmeteenschoonmicrovezeldoekje(verkrijgbaarbijopticiens).
52i50
Page 53
Hoofdstuk10:Probleemoplossing
Inhoudsopgave
10.1Probleemoplossingoppagina54
10.2Probleemoplossinginstrumentoppagina55
10.3Probleemoplossinginschakelenoppagina56
10.4Probleemoplossingdiversenoppagina57
10.5Zelftestoppagina58
Probleemoplossing
53
Page 54

10.1Probleemoplossing

Deinformatieoverprobleemoplossinggeeftdemogelijke oorzakenenoplossingenvooralgemeneproblemenvanmaritieme elektronicasystemen.
AlleRaymarine-productenworden,voordatzeworden verpaktenuitgeleverd,onderworpenaanuitgebreidetest-en kwaliteitsprogramma's.Wanneerutochproblemenhebtmethet gebruikvanuwproductkandezesectieuhelpendeoorzaakvastte stellenenproblemenoptelossenzodathetproductweernormaal functioneert.
Alsunadatudezesectiehebtgeraadpleegdnogsteedsproblemen hebtmetuwunit,neemdancontactopmetdeT echnische ondersteuningvanRaymarinevooradvies.
54i50
Page 55

10.2Probleemoplossinginstrument

FoutOorzaakActie
Leegdisplay.
Geenstroomvoorziening.•Controleerdezekering/stroomonderbreker.
•Controleerdestroomvoorziening.
•ControleerofdeSeaTalk/SeaTalk
-connectorengoedvastzitten.
ng
-kabelsen
ErwordtgeenSeaT alk/SeaTalk verzondentusseninstrumenten.
ng
-informatie
FoutindeSeaT alk/SeaTalk
-connectoren.
ng
-bekabelingof
•ControleerofdeSeaTalk/SeaTalk tussendeunitsgoedvastzitten.
ng
-verbindingen
•ControleerdetoestandvandeSeaTalk/SeaTalk kabels.
•Identiceerdedefecteunitdoordeunitséénvoor éénlostekoppelen.
EengroepSeaTalk/SeaT alk
ng
-unitswerktniet.FoutindeSeaT alk/SeaT alk
-connectoren.
ng
-bekabelingof
•ControleerofdeSeaT alk/SeaTalk tussenwerkendeennietwerkendeunitsgoed
ng
-connectoren
vastzitten.
•ControleerdetoestandvandeSeaTalk/SeaTalk kabeltussendewerkendeendenietwerkende units.
LASTknippertoferwordtpermanenteenstippellijn weergegeven(dieptemeerdan3voet).
Foutindetransducerkabelofconnector.•Controleerdetoestandvandetransducerkabel(s)
enofdeverbindingengoedvastzitten.
LASTknipperttijdenshetvaren.Spatwaterdoorspoorvanhetschip,schroefwateretc.•Controleerofdemetingstabiliseertwanneeruin
helderofrustigwatervaart.
ng
-
ng
-
Probleemoplossing
55
Page 56

10.3Probleemoplossinginschakelen

Hierwordenproblemenmetdeinschakelingendemogelijkeoorzakenbeschreven.
ProbleemMogelijkeoorzakenMogelijkeoplossingen
Hetsysteem(ofeengedeeltedaarvan) startnietop.
Probleemmetenergievoorziening.
Controleerdedesbetreffendezekeringenenstroomonderbrekers.
Controleerofdevoedingskabelnietbeschadigdisenofalleaansluitingen vastzittenenvrijzijnvancorrosie.
Controleerofdevoedingsbrondejuistespanningheeftenvoldoende stroom.
56i50
Page 57

10.4Probleemoplossingdiversen

Hierwordendiverseproblemenendemogelijkeoorzakenenoplossingenbeschreven.
ProbleemMogelijkeoorzakenMogelijkeoplossingen
Displaygedraagtzichnietstabiel:
•Frequenteonverwachteresets.
•Systeemcrashtofanderinstabiel gedrag.
Stroomvoorzieningnaarhetdisplayvalt somsweg.
Controleerdebetreffendezekeringenenstroomonderbrekers.
Controleerofallevoedingskabelsingoedestaatzijnendatalleverbindingen goedvastzittenenvrijzijnvancorrosie.
Controleerofdevoedingdejuistespanningenvoldoendestroomlevert.
Verkeerdesoftwareophetsysteem (upgradenodig).
Corruptegegevens/andereonbekende kwestie.
Ganaarwww.raymarine.comenklikopsupport(ondersteuning)voorde meestrecentesoftwaredownloads.
Voereenresetnaardefabrieksinstellingenuit.
Belangrijk:Ditleidttothetverliesvanalleinstellingenengegevens (zoalswaypoints)dieophetproductzijnopgeslagen.Slaallebelangrijke gegevensopeengeheugenkaartopvoordatueenresetuitvoert.
Probleemoplossing
57
Page 58

10.5Zelftest

1
2
D1254 8-1
Deunitbeschiktovereengeïntegreerdezelftestvoorfoutdiagnose. Deresultatenvandetestindevormvandefectenen/offoutcodes dienentewordengebruiktwanneerucontactopneemtmetde Raymarine-klantenservice.
Dezelfteststarten—i50Depth
1.DruktegelijkertijdopdeknoppenDepthenResetenhoudze4
secondeningedrukttotdatdeunitgaatpiepen.
2.Wanneerdeunitgaatpiependruktuonmiddellijktegelijkertijdop
deknoppenOffsetenResetomzelftestfase1testarten.
3.Omdoortegaannaardevolgendefasevandezelftestdruktu
tegelijkertijdopdeknoppenDepthenAlarm.
Dezelfteststarten—i50Speed
1.DruktegelijkertijdopdeknoppenSpeedenResetenhoudze4
secondeningedrukttotdatdeunitgaatpiepen.
2.Wanneerdeunitgaatpiependruktuonmiddellijktegelijkertijdop
deknoppenTimerenResetomzelftestfase1testarten.
3.Omdoortegaannaardevolgendefasevandezelftestdruktu
tegelijkertijdopdeknoppenSpeedenTrip.
Dezelfteststarten—i50Tridata
1.DruktegelijkertijdopdeknoppenDepthenResetenhoudze4
secondeningedrukttotdatdeunitgaatpiepen.
2.Wanneerdeunitgaatpiependruktuonmiddellijktegelijkertijdop
deknoppenTripenResetomzelftestfase1testarten.
3.Omdoortegaannaardevolgendefasevandezelftestdruktu
tegelijkertijdopdeknoppenDepthenSpeed.
1
2i50Tridata
Tijdenshetuitvoerenvandetestdruktuopalledisplayknoppenen controleertuofdezoemerklinktwanneerdeknopisingedrukt.
Detabelhierondertoontdemogelijkeproblemenwaarutegenaan kuntlopen:
Fout
Geenverlichting.
Foutknopverlichting.
Geenpiepbijhetindrukkenvandeknop.
LCD-segment(en)ontbrekenvolledig.
VageLCD-segment(en).
Zelftestfase3
i50Depth,i50Speed
Fasenzelftest
Dezelftestbestaatuitdevolgendefasen
Zelftestfase1
WanneerdeunitZelftestfase1ingaat,danpiepthetenverschijnt ophetdisplaydemeldingTEST1,gedurende1seconde.
InZelftestfase1wordendevolgendetestsuitgevoerd:
•SeaTalk/SeaTalk ontvangencontroleert.
•EEPROM-test(lezenenschrijven).
WanneerdetestresultatenvoldoendezijnverschijntP ASSophet display.
Wanneerdetestresultatennietvoldoendezijn,kunnendevolgende codeswordengegenereerd:
Foutcode
FAIL1
FAIL2
Zelftestfase2
WanneerdeunitZelftestfase2ingaat,danpiepthetenverschijnt erophetdisplaydemeldingTEST2,gedurende1seconde.
InZelftestfase2wordendevolgendetestsuitgevoerd:
•Testvandeachtergrondverlichting,dieiederesecondeschakelt tussenaanenuit.
•Bijhetindrukkenvaneenwillekeurigeknopklinkteenpieptoon.
•Displaytest,diedeLCD-segmentenindeonderstaandevolgorde testenéénkeerpersecondedoorschakelt:
ng
-zelftest,diedecircuitsvoorzendenen
Opmerking:WanneerZelftestfase3nietwordtondersteundop dezeunit,danwordtnaZelftestfase2Zelftestfase4gestart.
Zelftestfase4
Erdienteentransducertezijnaangeslotenwaarvanbekendisdat dezewerktvoorZelftestfase3enhetschipdientmetvoldoende snelheidtevarenomdetestsuittevoeren.
WanneerdeunitZelftestfase4ingaat,danpiepthetenverschijnt erophetdisplaydemeldingTEST4,gedurende1seconde.
Zelftestfase4voerteentransducertestuit
WanneerdetestresultatenvoldoendezijnverschijntP ASSophet display.
Wanneerdetestresultatennietvoldoendezijnwordteenfoutcode weergegevenophetdisplay:
FoutcodeTransducer
FAIL10
FAIL8Diepte
Omzelftestfase4teverlatendruktutegelijkertijdopdeknoppen OmhoogenOmlaag.
Snelheid
58i50
Page 59
Hoofdstuk11:Technischeondersteuning
Inhoudsopgave
11.1Raymarine-klantenserviceoppagina60
11.2Desoftwareversiecontrolerenoppagina60
Technischeondersteuning
59
Page 60

11.1Raymarine-klantenservice

11.2Desoftwareversiecontroleren

Raymarinebiedteenuitgebreideklantenservice.Ukuntcontact opnemenmetdeklantenserviceviadeRaymarine-website,per telefoonenpere-mail.Alsunietinstaatbenteenprobleemopte lossen,kuntuéénvandezefaciliteitengebruikenomaanvullende hulptekrijgen.
Ondersteuningophetweb
Bezoekdeklantenserviceoponzewebsiteop:
www.raymarine.nl
Dezebevatveelgesteldevragen,service-informatie,e-mailtoegang totdeafdelingRaymarineTechnicalSupportengegevensvan Raymarine-agentenwereldwijd.
Telefonischeene-mail-ondersteuning
IndeVS:
Tel:+16033247900
Gratis:+18005395539
E-mail:Raymarine@custhelp.com
IndeUK,Europa,hetMidden-OostenofhetVerre-Oosten:
Tel:+44(0)1329246777
E-mail:ukproduct.support@raymarine.com
Productinformatie
Mochtuservicenodighebben,houddandevolgende productinformatiebijdehand:
•Naamproduct.
•Soortproduct.
•Serienummer.
•Versienummersoftwareapplicatie.
Dezeproductinformatiekuntuvindenmetbehulpvandemenu's inuwproduct.
Afhankelijkvanhetmodelvanuwinstrumentdisplayvolgtude onderstaandestappenomdesoftwareversievanuwunittebepalen.
Bijnormaalgebruik:
1.i50Depth—drukdeknoppenDepthenAlarmtegelijkertijdin
enhoudze4secondenvast.
2.i50Speed—drukdeknoppenSpeedenTriptegelijkertijdin
enhoudze4secondenvast.
3.i50Tridata—drukdeknoppenDepthenSpeedtegelijkertijdin
enhoudze4secondenvast.
Desoftwareversiewordtweergegevenophetscherm.
60i50
Page 61
Hoofdstuk12:Technischespecicaties
Inhoudsopgave
12.1Technischespecicatiesoppagina62
Technischespecicaties
61
Page 62
12.1Technischespecicaties
Nominalevoedingsspanning
12VDC
Bedrijfsspanningsbereik10VDCtot16VDC
Opgenomenvermogen•<1Wtypisch(alleendisplay)
•2,4Wmaximaal(transduceraangesloten)
Stroom•45tot65mAtypisch(alleendisplay)
•200mAmaximaal(transduceraangesloten)
LEN(raadpleegdeSeaTalk
ng
-gebruikershandleidingvooraanvullendeinformatie)
4
OmgevingBedrijfstemperatuur:–20ºCtot+55ºC
Opslagtemperatuur:–30ºCtot+70ºC Relatievevochtigheid:93% Waterbestendigheid:IPX6
Verbindingen
•2xSeaTalk
ng
-aansluitingen(geschiktvoorSeaT alk)
•Transducerverbindingen
ConformiteitEuropa2004/108/EG
62i50
Page 63
Hoofdstuk13:Reserveonderdelenenaccessoires
Inhoudsopgave
13.1i50-transducersoppagina64
13.2Reserveonderdelenoppagina64
13.3SeaTalk
13.4Convertersoppagina65
ng
accessoriesoppagina65
Reserveonderdelenenaccessoires63
Page 64

13.1i50-transducers

13.2Reserveonderdelen

Devolgendetransducerszijnbeschikbaarvoordei50-modellen:
OmschrijvingArtikelnummerOpmerkingen
DieptetransducerM78713–PZ
Snelheidstransducer
Opmerking:Erzijnanderetransducersbeschikbaar,vraagdit alstublieftnabijuwRaymarine-dealer.
E26031
Indeonderstaandetabelzijndereserve-onderdelengenoemddie beschikbaarzijnvoori50-instrumentdisplays
OmschrijvingArtikelnummerOpmerking
Instrumentrand voorzijdei50/i60/ i70
Zonnekapi50/i60/i70
Toetsenbordi50DepthR70131
Toetsenbordi50Speed
Toetsenbordi50TridataR70132
R22168
R22169
R70130
64i50
Page 65
13.3SeaTalk
ng
accessories

13.4Converters

SeaTalk
ng
cablesandaccessoriesforusewithcompatibleproducts.
DescriptionPartNoNotes
BackboneKitA25062Includes:
ng
SeaTalk
0.4m(1.3ft)
A06038
spur
ng
SeaTalk
1m(3.3ft)
A06039
spur
ng
SeaTalk
3m(9.8ft)
A06040
spur
ng
SeaTalk
5m(16.4ft)
A06041
spur
ng
SeaTalk
0.4m(1.3ft)
A06033
backbone
ng
SeaTalk
1m(3.3ft)
A06034
backbone
ng
SeaTalk
3m(9.8ft)
A06035
backbone
ng
SeaTalk
5m(16.4ft)
A06036
backbone
ng
SeaTalk
20m(65.6ft)
A06037
backbone
ng
SeaTalk
-bareends1
A06043
m(3.3ft)spur
ng
SeaTalk
-bareends3
A06044
m(9.8ft)spur
ng
SeaTalk
—SeaT alk2
A06048
0.4m(1.3ft)spur
ng
SeaTalk
SeaTalk
SeaTalk
SeaTalk
Powercable
ng
Terminator
ng
T-Piece
ng
5–way
A06049
A06031
A06028Provides1xspur
A06064Provides3xspur
connector
ng
SeaTalk
Blankingplug
A06032
•2x5m(16.4ft) Backbonecable
•1x20m(65.6ft) Backbonecable
•4xT-piece
•2xBackbone terminator
•1xPowercable
connection
connections
ArtikelnummerOmschrijving
E22158
SeaTalknaarSeaT alk
ng
-converter
Reserveonderdelenenaccessoires65
Page 66
66i50
Page 67

AnnexesANMEA2000-regels

Dei50-instrumentmodellenondersteunendevolgendeNMEA2000PGN-regels(ParameterGroupNumber).
PG-naamPGN
ISO-bevestiging
ISO-verzoek
ISO-adresclaim
ISO-bestuurd adres
NMEA groepfunctie opvragen
NMEA groepfunctie aansturen
NMEA groepfunctie bevestigen
PGN-lijst— verzonden groepfunctiePGN
PGN-lijst— ontvangen groepfunctiePGN
Productinformatie
Snelheid
Waterdiepte128267
Afstandslog
COG&SOG snelleupdate
GNSS­positiegegevens
Windgegevens130306
Omgevingspara­meters
Omgevingspara­meters
Temperatuur130312
59392
59904
60928
65240
126208
126208
126208
126464
126464
126996
128259
128275
129026
129029
130310
130311
i50Depth zenden
i50Depth ontvangen
i50Speed zenden
i50Speed ontvangen
i50Tridata zenden
i50Tridata ontvangen
NMEA2000-regels
67
Page 68
68i50
Page 69
Page 70
www.rayma rin e.c om
Loading...