Omron G9SX instructions Manual [nl]

Page 1
Flexibele veiligheidsunit
G9SX
Logische EN-functie voor meer flexibiliteit van I/O-uitbreiding
• Zorgt voor gedeeltelijke of volledige installatie van het besturingssysteem
• Solid-state-uitgangen (behalve uitbreidingsunits).
• Certificatie door TÜV Product Service voor conformiteit met IEC/EN61508 (SIL3) en EN954-1 (kl. 4).
• UL- en CSA-gekeurd.
• Nieuwe unit in de serie met de volgende twee extra functies:
-Uitschakelvertragingstijd van maximaal 150 seconden (De uitschakelvertragingsuitgang voldoet ook aan kl. 4.)
-Twee logische EN-verbindingsingangen
Opmerking: Zie Voorzorgsmaatregelen op pagina's 17 en 18.
Eigenschappen
Productiviteit
”Gedeeltelijke stop” en ”Volledige stop” verhogen de productiviteit zonder afbreuk te doen aan de veiligheid.
Onderhoud
LED-lampjes en afneembare klemmen voor beter onderhoud.
Uitbreidbaarheid
“Logische verbinding” voor gemakkelijker modificeren en uitbreiden van machines.
Voorbeeld: machinecentrum
Bij het indrukken van de noodstopschakelaar stopt de gehele machine.
Als er een deur open staat, wordt het desbetreffende gedeelte
niet geactiveerd.
Apparatuurvervangingsdeur
Basisunit G9SX-BC
Palletvervangingsdeur
Hoofddeur
Nood
stopschakelaar
Noodstopschakelaar
Logische verbinding
Hoofddeur
Veiligheidsdeur­schakelaar
Geavanceerde unit G9SX-AD
Palletvervangingsdeur
Veiligheidsdeur­schakelaar
Geavanceerde unit G9SX-AD
Apparatuurvervangingsdeur
Veiligheidsdeur­schakelaar
Geavanceerde unit G9SX-AD
Flexibele veiligheidsunit G9SX 1
Page 2
Verkrijgbare uitvoeringen
Opbouw typenummer
G9SX-@@@@@@-@@@-@@
12 5 634
1. Functies
AD/ADA: Geavanceerde unit BU: Basisunit UU: Uitbreidingsunit
2. Configuratie van uitgangen (directe veiligheidsuitgangen)
0: Geen 2: 2 uitgangen 3: 3 uitgangen 4: 4 uitgangen
3. Configuratie van uitgangen (veiligheidsuitgangen met uitschakelvertraging)
0: Geen 2: 2 uitgangen 4: 4 uitgangen
Verkrijgbare uitvoeringen
4. Configuratie van uitgangen (hulpuitgangen)
1: 1 uitgang 2: 2 uitgangen
5. Max. uitschakelvertragingstijd
Geavanceerde unit
T15: 15 s T150: 150 s
Basisunit
Geen indicator: Geen tijdvertaagd afvallend
Uitbreidingsunit
Geen indicator: Geen tijdvertaagd afvallend T: Tijdvertaagd afvallend
6. Type klemmenblok
RT: Schroefaansluitingen RC: Schroefloze klemverbindingen
Modellen
Geavanceerde unit
Veiligheidsuitgangen
(solid-state) (zie opm. 3)
Direct Tijdvertaagd
32 2 111 of 2
2 2 2 15 s Schroef-
Opmerking: 1. De vertragingstijd kan in 16 stappen als volgt worden afgesteld:
afvallend
(zie opm. 2)
T15: 0/0,2/0,3/0,4/0,5/0,6/0,7/1/1,5/2/3/4/5/7/10/15 s T150: 0/10/20/30/40/50/60/70/80/90/100/110/120/130/140/150 s
2. Als u de uitschakelvertragingstijd instelt op 0 s, wordt de uitgang met uitschakelvertraging een directe uitgang.
3. MOS FET-transistoruitgang met P-kanaal
4. PNP-transistoruitgang
Hulpuit-
gangen
(solid-
state) (zie
opm. 4)
Logische
EN-verbinding
In-
gangen
gangen
Uit-
Aantal
ingangs-
kanalen
kanalen
Max. uit­schakelver­tragingstijd (zie opm. 1)
15 s 24 VDC Schroef-
150 s Schroef-
150 s Schroef-
Nomi-
nale
span-
ning
Type
klemmen-
blok
aansluitingen Schroefloze
klem­verbindingen
aansluitingen Schroefloze
klem­verbindingen
aansluitingen
Schroefloze klem­verbindingen
aansluitingen
Schroefloze klem­verbindingen
Model
G9SX-AD322-T15-RT
G9SX-AD322-T15-RC
G9SX-AD322-T150-RT
G9SX-AD322-T150-RC
G9SX-ADA222-T15-RT
G9SX-ADA222-T15-RC
G9SX-ADA222-T150-RT
G9SX-ADA222-T150-RC
2 Flexibele veiligheidsunit G9SX
Page 3
Basisunit
Veiligheidsuitgangen
(solid-state) (zie opm. 1)
Direct Uitschakel-
2---2 021 of 2
Opmerking: 1. MOS FET-transistoruitgang met P-kanaal
vertraging
2. PNP-transistoruitgang
Hulpuitgangen
(solid-state)
(zie opmerking 2)
Logische
EN-verbinding
In-
gangen
gangen
Uit-
Aantal
ingangs-
kanalen
kanalen
Nomi-
nale
span-
ning
24 VDC Schroefaansluitingen G9SX-BC202-RT
Type klemmenblok Model
Schroefloze klemverbinding G9SX-BC202-RC
Uitbreidingsunit
Veiligheidsuitgangen (contact) Hulpuitgangen
Direct Uitschakel-
vertraging
4 PST-NO --- 1 --- 24 VDC Schroefaansluitingen G9SX-EX401-RT
--- 4 PST-NO (zie
Opmerking: 1. PNP-transistoruitgang
2. De uitschakelvertragingstijd is gebaseerd op de uitschakelvertragingstijd die is ingesteld op de aangesloten geavanceerde unit
(G9SX-AD-@/G9SX-ADA-@).
(solid-state) (zie opm. 1)
Uitschakel-
vertragings-
tijd
opmerking 2)
Nominale spanning Type klemmenblok Model
Schroefloze klemverbinding
Schroefaansluitingen G9SX-EX041-T-RT Schroefloze
klemverbinding
G9SX-EX401-RC
G9SX-EX041-T-RC
Technische gegevens
Toegestane waarden
Voedingsingang
Item G9SX-AD322-@/ADA222-@ G9SX-BC202-@ G9SX-EX-@
Nominale voedingsspanning 24 VDC Werkspanning 15% tot 10% van nominale voedingsspanning Nominaal opgenomen vermogen (zie opm.) 4 W max. 3 W max. 2 W max.
Opmerking: Exclusief opgenomen vermogen van belastingen.
Ingangen
Item G9SX-AD322-@/ADA222-@ G9SX-BC202-@
Veiligheidsingang Aansluitspanning: 20,4 VDC tot 26,4 VDC, interne impedantie: ongeveer 2,8 k Reset/terugkoppelingsingang
Uitgangen
Item G9SX-AD322-@/ADA222-@ G9SX-BC202-@
Directe veiligheidsuitgang Veiligheidsuitgang vertraagd afvallend
(zie opm. 1)
Hulpuitgang PNP-transistoruitgang
Opmerking: 1. Wanneer de veiligheidsuitgangen AAN zijn, wordt de volgende signaalsequentie continu verzonden voor diagnosedoeleinden.
Als u de veiligheidsuitgangen gebruikt als ingangssignalen voor regelapparaten (met andere woorden programmeerbare regelaars), moet u rekening houden met de UIT-puls die hieronder wordt weergegeven.
MOS FET-transistoruitgang met P-kanaal Belastingstroom:
Met gebruik van 2 uitgangen of minder: max. 1 A DC (zie opm. 2)
Met gebruik van 3 uitgangen of meer: max. 0,8 A DC
Belastingstroom: 100 mA max.
MOS FET-transistoruitgang met P-kanaal Belastingstroom:
Met gebruik van 1 uitgang: max. 1 A DC (zie opm. 2)
Met gebruik van 2 uitgangen: max. 0,8 A DC
AAN
UIT
Ongeveer 100 ms
360 µs max.
2. De volgende aanpassing is vereist als de units naast elkaar zijn gemonteerd.
G9SX-AD322-@/G9SX-ADA222-@/G9SX-BC202-@: max. 0,4 A belastingstroom
Flexibele veiligheidsunit G9SX 3
Page 4
Uitbreidingsunit
Item G9SX-EX-@
Nominale belasting 250 VAC, 3A/30 VDC, 3A (ohmse belasting) Nominale stroom 3 A Maximale schakelspanning 250 VAC, 125 VDC
Kenmerken
Item G9SX-AD322-@/ADA222-@ G9SX-BC202-@ G9SX-EX-@
Overvoltagecategorie (IEC/EN 60664-1) II II (veiligheidsrelaisuitgangen
Reactietijd (van UIT naar AAN) (zie opmerking 1)
Reactietijd (van AAN naar UIT) (zie opmerking 1)
AAN-restspanning Max. 3,0 V (veiligheidsuitgang, hulpuitgang) Lekstroom in UIT-stand Max. 0,1 mA (veiligheidsuitgang, hulpuitgang)
Maximale lengte van bedrading van veiligheidsingang en logische EN-ingang
Reset-ingangstijd (indruktijd Reset-knop) 100 ms min.
Nauwkeurigheid uitschakelvertragingstijd (zie opm. 5)
Isolatie­weerstand
Diëlek­trische sterkte
Trillingsbestendigheid Verschijningsfrequentie: 10 t/m 55 t/m 10 Hz, 0,375-mm enkele amplitude (0,75-mm dubbele
Mecha­nische trillings­besten­digheid
Duur­zaamheid
Omgevingstemperatuur 10 t/m 55°C (zonder ijsafzetting of condensatie) Vochtigheidsgraad 25% tot 85%
Aanspankoppel voor klemschroeven (zie opm. 6)
Gewicht Ongeveer 200 g Ongeveer 125 g Ongeveer 165 g
Opmerking: 1. Wanneer twee of meer units via een logische EN op elkaar zijn aangesloten, neemt u voor de werkingstijd en de reactietijd de
Tussen logische EN-aansluit­klemmen, en voedingsklemmen en andere in- en uitgangs­klemmen op elkaar aangesloten
Tussen alle op elkaar aangesloten klemmen en DIN-rail
Tussen logische EN-aansluit­klemmen, en voedingsklemmen en andere in- en uitgangs­klemmen op elkaar aangesloten
Tussen alle op elkaar aangesloten klemmen en DIN-rail
Tussen verschillende polen van uitgangen
Tussen op elkaar aangesloten veiligheidsrelaisuitgangen en overige op elkaar aangesloten klemmen
Beschadiging
Storing
Elektrisch --- Min. 100.000 cycli (nominale
Mechanisch --- Min. 5.000.000 cycli (schakel-
som van respectievelijk de werkingstijden en de reactietijden van alle units die via de logische EN zijn aangesloten.
2. Vertegenwoordigt de werkingstijd wanneer de veiligheidsingang wordt ingeschakeld met alle overige condities ingesteld.
3. Vertegenwoordigt de werkingstijd wanneer de logische EN-ingang wordt ingeschakeld met alle overige condities ingesteld.
4. Dit is exclusief de werkingstijd of reactietijd van aangesloten geavanceerde units.
5. Dit is exclusief de werkingstijd of reactietijd van interne relais van de G9SX-EX-@.
6. Alleen voor de G9SX-@-RT (schroefaansluitingen).
Max. 50 ms (veiligheidsingang: AAN) (Zie opmerking 2)
Max. 100 ms (logische EN-verbindingsingang: AAN) (Zie opmerking 3)
15 ms max. Max. 10 ms (zie opm. 4)
Max. 100 m (Impedantie externe aansluiting: 100 max. en 10 nF max.)
Binnen ±5% van ingestelde waarde
20 M min. (door 100 VDC-megger)
500 VAC gedurende 1 min --- ---
--- ---
amplitude)
2
300 m/s
2
100 m/s
0,5 Nm
Max. 50 ms (veiligheidsingang: AAN)
--- Binnen ±5% van ingestelde
--- ---
20 M min. (bij 100 VDC) 100 M min. (bij 500 VDC)
500 VAC gedurende 1 min 1.200 VAC gedurende 1 min
13 tot 43 en 14 tot 44: III) Max. 30 ms (zie opm. 4)
waarde
2.200 VAC gedurende 1 min
belasting, schakelfrequentie:
1.800 cycli/uur)
frequentie: 7.200 cycli/uur)
4 Flexibele veiligheidsunit G9SX
Page 5
Logische EN-verbinding
Item G9SX-AD322-@/ADA222-@ G9SX-BC202-@ G9SX-EX-@
Aantal units aangesloten per logische EN-uitgang
Totaal aantal units aangesloten via logische EN (zie opm. 2)
Aantal units in serie aangesloten via logische EN
Max. aantal aangesloten uitbreidingsunits (zie opm. 3)
Maximale kabellengte voor logische EN-ingang
Opmerking: 1. Zie Combinaties van logische EN-verbindingen hieronder voor meer informatie.
2. Exclusief het aantal G9SX-EX401-@ of G9SX-EX041-T-@ uitbreidingsunits (model met uitschakelvertraging).
3. G9SX-EX401-@ en G9SX-EX041-T-@ uitbreidingsunits (model met uitschakelvertraging) mogen worden gecombineerd.
Combinaties van logische EN-verbindingen
1. Eén logische EN-verbindingsuitgang van een geavanceerde unit
G9SX-AD kan via een logische EN worden aangesloten op maximaal vier geavanceerde units.
G9SX-AD
Max. 4 units ---
Max. 20 units ---
Max. 5 units ---
--- 5 units
100 m ---
5. Twee logische EN-uitgangen, elk van verschillende geavanceerde/basisunits, kunnen via een logische EN worden aangesloten op een enkele G9SX-ADA-unit.
G9SX-BC G9SX-BC
G9SX-ADG9SX-ADG9SX-ADG9SX-AD
2. Twee logische EN-uitgangen van een basisunit G9SX-BC kunnen via een logische EN worden aangesloten op maximaal acht geavanceerde units.
G9SX-BC
G9SX-ADG9SX-ADG9SX-ADG9SX-AD
G9SX-AD
G9SX-AD G9SX-AD G9SX-AD
3. Twee logische EN-uitgangen van een geavanceerde unit G9SX­ADA kunnen via een logische EN worden aangesloten op maximaal acht geavanceerde units.
G9SX-ADA
G9SX-ADG9SX-ADG9SX-ADG9SX-AD
G9SX-AD
G9SX-AD G9SX-AD G9SX-AD
4. Elke geavanceerde unit met logische EN-ingang kan via een logische EN worden aangesloten op geavanceerde units in maximaal vijf reeksen.
G9SX-BC of
G9SX-AD of
G9SX-ADA
G9SX-ADA
6. De grootst mogelijke systeemconfiguratie bestaat in totaal uit 20 geavanceerde units en basisunits. In deze configuratie kan elke geavanceerde unit maximaal vijf uitbreidingsunits hebben.
Opmerking 1: Basisunit = G9SX-BC Geavanceerde unit of basisunit
Geavanceerde
unit
Geavanceerde
unit
Geavanceerde
unit
Geavanceerde
unit
Aantal units in serie aan­gesloten via logische EN: max. 5 units
geavanceerde unit = G9SX-AD of G9SX-ADA
Opmerking 2: De G9SX-AD322-T-@ heeft slechts één logische
EN-uitgang.
Geavanceerde
unit
Geavanceerde
unit
Geavanceerde
unit
Geavanceerde
unit
Geavanceerde
unit
Geavanceerde
unit
Geavanceerde
unit
Geavanceerde
unit
Geavanceerde
unit
Geavanceerde
unit
Geavanceerde
unit
Geavanceerde
unit
Aantal units aangesloten per logische EN-uitgang: max. 4 units
Geavanceerde
unit
Totaal aantal units aangesloten door logische EN: max. 20 units
Geavanceerde
unit
Geavanceerde
unit
G9SX-AD
G9SX-AD
G9SX-AD
G9SX-AD
Flexibele veiligheidsunit G9SX 5
Page 6
Reactietijd en werkingstijd
De volgende tabel bevat de reactietijd van twee of meer units die via een logische EN op elkaar zijn aangesloten.
Item Blokschema Max. reactietijd
Eerste reeks 15 ms 25 ms 50 ms 80 ms
Geavanceerde unit of Basisunit
Tweede reeks 30 ms 40 ms 150 ms 180 ms
Geavanceerde unit
Derde reeks 45 ms 55 ms 250 ms 280 ms
Geavanceerde unit
Vierde reeks 60 ms 70 ms 350 ms 380 ms
Geavanceerde unit
Vijfde reeks 75 ms 85 ms 450 ms 480 ms
Geavanceerde unit
(exclusief
uitbreidingsunits)
(zie opmerking 1)
Max. reactietijd
(inclusief
uitbreidingsunits)
(zie opmerking 2)
Max. werkingstijd
(exclusief uitbreidingsunits) (zie opmerking 3)
Max. werkingstijd
uitbreidingsunits) (zie opmerking 4)Reeks
(inclusief
Opmerking: 1. In dit blokschema is de maximale reactietijd (exclusief uitbreidingsunits) de tijd die de uitgang van de unit in de onderste reeks
nodig heeft om van AAN op UIT over te schakelen nadat de ingang van de unit in de bovenste reeks is overgeschakeld van AAN op UIT.
2. In dit blokschema is de maximale reactietijd (inclusief uitbreidingsunits) de tijd die de uitgang van de uitbreidingsunit aangesloten op de unit in de onderste reeks nodig heeft om van AAN op UIT over te schakelen nadat de ingang van de unit in de bovenste reeks is overgeschakeld van AAN op UIT.
3. In dit blokschema is de maximale werkingstijd (exclusief uitbreidingsunits) de tijd die de uitgang van de unit in de onderste reeks nodig heeft om van UIT op AAN over te schakelen nadat de ingang van de unit in de bovenste reeks is overgeschakeld van UIT op AAN.
4. In dit blokschema is de maximale werkingstijd (inclusief uitbreidingsunits) de tijd die de uitgang van de uitbreidingsunit aangesloten op de unit in de onderste reeks nodig heeft om van UIT op AAN over te schakelen nadat de ingang van de unit in de bovenste reeks is overgeschakeld van UIT op AAN.
6 Flexibele veiligheidsunit G9SX
Page 7
Aansluitingen
Interne aansluiting
G9SX-AD322-@ (geavanceerde unit)
T11A1 T12 T21 T22 T31 T32 T33 Y1 T41 T42
(zie opmer­king 1)
Veiligheids-
Voedings-
ingang 1
spannings-
circuit
Veiligheidsuitgangsregeling
S14A2S24 S34 S44 S54
Veiligheids-
ingang 2
(zie opmerking 3)
Reset/feedback-
ingang
uitgangsregeling
L1 X1 X2
Detectie-
ingang
kruis-
storingen
Hulp-
(zie opmerking 2)
Logische EN-ingang
Uitbreidingsunit
uitgangsregeling
Opmerking: 1. Het interne voedingsspanningscircuit is niet
geïsoleerd.
2. De logische EN-ingang is geïsoleerd.
3. De uitgangen S14 tot en met S54 zijn intern
redundant.
G9SX-BC202-@ (basisunit)
T11A1T12 T21 T22 T31 T32 T33
(zie opmer­king 1)
Voedings­spannings-
circuit
Veiligheids-
Veiligheids-
ingang 2
ingang 1
Veiligheidsuitgangsregeling
Reset/feedback-
S14A2S24 L1 L2
(zie opmerking 2)
Opmerking: 1. Het interne voedingsspanningscircuit is niet
geïsoleerd.
2. De uitgangen S14 en S24 zijn intern redundant.
ingang
uitgangsregeling
Y1
Detectie-
ingang
kruis-
storingen
Hulp-
X1 X2
G9SX-ADA222-@ (geavanceerde unit)
T41 T42
Logische EN-ingang
Uitbreidingsunit uitgangsregeling
T51 T52
Logische
EN-ingang 2
(zie op­mer­king
2)
T11A1 T12 T21 T22 T31 T32 T33 Y1
(zie opmer­king 1)
Veiligheids-
Voedings-
ingang 1
spannings-
circuit
Veiligheidsuitgangsregeling
S14A2S24 S44 S54
(zie opmerking 3)
Veiligheids-
ingang 2
Reset/feedback-
Detectie-
ingang
kruis-
ingang
storingen
Hulp-uit-
gangsregeling
L1 L2 X1 X2
Opmerking: 1. Het interne voedingsspanningscircuit is niet
geïsoleerd.
2. De logische EN-ingangen zijn geïsoleerd.
3. De uitgangen S14 tot en met S54 zijn intern
redundant.
G9SX-EX401-@/G9SX-EX041-T-@ (uitbreidingsunit/uitbreidingsunit met uitschakelvertraging)
A1
(zie opmer­king 1)
Exp. sig. IN
Voedings­spannings-
circuit
Veiligheids-
uitgangs-
regeling
Hulp-
uitgangs-
regeling
K1
A2 X2
Opmerking:1. Het interne voedingsspanningscircuit is niet
geïsoleerd.
2. De relaisuitgangen zijn geïsoleerd.
13 23 33 43
K2
14 24 34 44
(zie opmerking 2)
Exp.
sig. UIT
Flexibele veiligheidsunit G9SX 7
Page 8
Afmetingen
Opmerking: Alle eenheden luiden in millimeter, tenzij anders is aangegeven.
Geavanceerde unit
G9SX-AD322-@
(6) (zie opm. 2)
max. 100
Plaatsing van
aansluitklemmen
T33T32T31
X1Y1
T12T11
T1
EN
EIT2ED
X2 A1
FBPWR
ERR
G9SX-ADA222-@
A
N
D
1
A
N
D
2
G9SX-ADA222-T150
Basisunit
G9SX-BC202-@
max. 35,5
(35)*
* Normale afmeting
max. 35,5
(35)*
* Normale afmeting
T21 S14
(10)
max. 115
(6) (zie opm. 2)
Opmerking: 1. De bovenstaande overzichtstekening geldt voor het klemtype -RC.
2. Alleen voor het klemtype -RC.
(6) (zie opm. 2)
max. 100
T21 S14
(10)
max. 115
(6) (zie opm. 2)
Opmerking: 1. De bovenstaande overzichtstekening geldt voor het klemtype -RC.
2. Alleen voor het klemtype -RC.
(6) (zie opm. 2)
aansluitklemmen
T41
T22 S24
T42L1A2
S44
S34 S54
Plaatsing van
aansluitklemmen
T52T51
T33T32T31
X1Y1
T12T11
T1
EN1
EIT2ED
T22 S24
S44
FBPWR
EN2
ERR
T41 S54
X2 A1
T42
L1
Plaatsing van
T33T32T31
Y1 A1X1
T12T11
A2 L2
max. 23
(22,5)*
* Normale afmeting
Opmerking: 1. De bovenstaande overzichtstekening geldt voor het klemtype -RC.
8 Flexibele veiligheidsunit G9SX
max. 115
2. Alleen voor het klemtype -RC.
max. 100
(6) (zie opm. 2)
T21 S14
T1
EI
T22L1X2 S24
FBPWR
T2
ERR
A2 L2
Page 9
Uitbreidingsunit
G9SX-EX401-@
Uitbreidingsunit (model met uitschakelvertraging)
G9SX-EX041-T-@
43332313
G9SX-EX401 24 VDC
A2X2A1 44342414
max. 23
(22,5)*
* Normale afmeting
Opmerking: 1. De bovenstaande overzichtstekening
max. 115
geldt voor het klemtype -RC.
2. Alleen voor het klemtype -RC.
(6) (zie opm. 2)
max. 100
(6) (zie opm. 2)
Plaatsing van aansluitklemmen
G9SX-EX401-@
(Uitbreidingsunit)
G9SX-EX041-T-@
(Uitbreidingsunit
met uitschakelvertraging)
43332313
PWR
EI
ERR
A2
X2
44
14 24A134
PWR
ED
ERR
14 24A134
43332313
A2
X2
44
Flexibele veiligheidsunit G9SX 9
Page 10
Bedrading van in- en uitgangen
Signaal Aansluitklem Werking Bedrading
Voedingsingang A1, A2 De aansluitklemmen voor de voeding.
Sluit de voedingsbron aan op klem A1 en A2.
Veiligheidsingang 1 T11, T12 De veiligheidsuitgangen worden alleen op AAN
gezet als de HOOG-statussignalen zowel door veiligheidsingang 1 als door veiligheidsingang 2 worden ontvangen. Als dat niet het geval is, kunnen de veiligheidsuitgangen niet op AAN staan.
Veiligheidsingang 2 T21, T22 Behoort tot
Reset/terug­koppelingsingang
T31, T32, T33 De veiligheidsuitgangen worden alleen op AAN
gezet als het AAN-statussignaal door T33 wordt ontvangen. Als dat niet het geval is, kunnen de veiligheidsuitgangen niet op AAN staan.
De veiligheidsuitgangen worden alleen op AAN gezet als de signaalingang van T32 overschakelt van UIT op AAN en vervolgens weer op UIT. Als dat niet het geval is, kunnen de veiligheidsuitgangen niet op AAN staan.
Logische EN­verbindingsingang
T41, T42, T51, T52
Een logische EN-verbinding betekent dat één unit (unit A) een veiligheidssignaal “a” verzendt naar een volgende unit (unit B) en unit B de logische vermenigvuldiging (EN) berekent (d.w.z. verzendt de EN) van signaal “a” en veiligheidssignaal “b”, dat door unit B wordt ontvangen.
Dit wil zeggen dat de logica van de veiligheidsuitgang van unit B “a” EN “b” is. (een EN van ingangen “a” en “b” wordt verzonden.)
De veiligheidsuitgangen van de volgende unit worden alleen op AAN gezet als de preset­schakelaar voor de logische EN-verbinding van de unit op EN (activeren) staat en het HOOG-statussig­naal door T41 van de volgende unit wordt ontvangen.
Detectie foute onderlinge doorverbinding
Y1 Selecteert de modus voor detectie foute onderlinge
doorverbinding op de G9SX-veiligheidsingangen in overeenstemming met de aansluiting van de detectie-ingang voor onderlinge doorverbinding.
Directe veiligheidsuitgang
S14, S24, S34 Tijdens de status tijdvertraagd afvallend kunnen de
directe veiligheidsuitgangen niet op AAN worden gezet.
Veiligheidsuitgang vertraagd afvallend
S44, S54 Veiligheidsuitgangen vertraagd afvallend
Met de schakelaar tijdvertraagd afvallend wordt de afschakeltijd ingesteld.
Door de tijd op nul te zetten kunt u deze uitgangen gebruiken als uitgangen zonder vertraging.
Logische verbindingsuitgang
L1, L2 Verzendt een signaal met dezelfde logica als de
directe veiligheidsuitgangen.
Hulpuitgang X1 Verzendt een signaal met dezelfde logica als de
directe veiligheidsuitgangen.
Hulpfoutuitgang X2 Verzendt een signaal wanneer de storingsindicator
brandt of knippert.
Sluit de pluspool van de voeding (24 VDC) aan op klem A1.
Sluit de minpool van de voeding (GND) aan op klem A2.
Behoort tot veiligheidsklasse 2
veiligheidsklasse 3
Behoort tot veiligheidsklasse 4
Automatische reset
Handmatige reset
Unit A
G9SX-BC202 of G9SX-AD322-T
L1
Uitgang (a)
Unit B
Uitgang (a EN b)
A2
T41 T42
G9SX-AD322-T
A2
L1
T41 T42
G9SX-AD322-T
A2
L1
Volgende unit (max. 5 lagen)
Houd Y1 open bij het gebruiken van T11, T21. (bedrading volgens klasse 4)
Sluit Y1 op de 24VDC-lijn aan als u T11 en T21 niet gebruikt.
(Bedrading volgens klasse 2 of 3, of bij het aansluiten van veiligheidssensoren.)
Houd deze uitgangen open als u ze niet gebruikt.
Houd deze uitgangen open als u ze niet gebruikt.
Houd deze uitgangen open als u ze niet gebruikt.
Houd deze uitgangen open als u ze niet gebruikt.
Houd deze uitgangen open als u ze niet gebruikt.
+24 V
T11 T12 T21 T22
+24 V +24 V
T11 T12 T21 T22
T11 T12 T21 T22
T31 T33T32
Reset-
schakelaar
T31 T33T32
Ingang a
Logische EN-verbinding sig. (1e laag)
Ingang b
Logische EN-verbinding sig. (2e laag)
+24 V
Y1
+24 V
Y1
NC
Y1
Terugkoppelingslus
KM
+24 V
Terugkoppelingslus
KM
+24 V
Volgende unit (max. 4 units)
T41 T42
G9SX-AD322-T
Volgende unit (max. 4 units)
10 Flexibele veiligheidsunit G9SX
Page 11
Veiligheidssensoren en de G9SX aansluiten
1. Wanneer u veiligheidssensoren aansluit op de G9SX, moet klem Y1 worden aangesloten op de 24VDC-lijn.
De G9SX detecteert een verbindingsfout als klem Y1 open staat.
2. In veel gevallen genereren veiligheidssensoruitgangen een OFF-shotpuls voor zelfdiagnose. De volgende testpulsconditie is toepasselijk als veiligheidsingangen voor de G9SX.
OFF-shotpulsbreedte van sensor tijdens AAN-status: max. 340 µs
340 µs max.
Werking
Functies
Logische EN-verbinding
Voorbeeld met G9SX-AD322-@
Een logische EN-verbinding betekent dat de basisunit (of geavan­ceerde unit) een veiligheidssignaal “a” verzendt naar een geavan­ceerde unit en de geavanceerde unit de logische vermenigvuldiging (EN) berekent van het veiligheidssignaal “a” en veiligheidssignaal “b”. De veiligheidsuitgang van een geavanceerde unit met de logische EN-verbinding in het volgende schema is “a” EN “b”.
Voorbeeld met G9SX-ADA222-@
De geavanceerde unit G9SX-ADA222-@ is voorzien van twee logi­sche EN-verbindingsingangen. Daarom kan deze twee veiligheids­signalen ontvangen, elk van verschillende geavanceerde of basisunits. Zoals blijkt uit het onderstaande schema, is de uitgang van geavanceerde unit G9SX-ADA222-@ “a” EN “b” EN “c”.
ab
Logische aansluiting
Basisunit G9SX-BC202-
Dit wordt geïllustreerd met de toepassing uit het volgende schema als voorbeeld. De apparatuur in dit voorbeeld heeft twee
@
a
a (EN) b
Geavanceerde unit G9SX-AD322-
@
gevaarpunten (Robot 1 en Robot 2) en is voorzien van een veiligheidsdeurschakelaar en een noodstop. U kunt algemene controle hebben, waarbij zowel Robot 1 als Robot 2 worden uitgeschakeld wanneer u op de noodstop drukt. U kunt echter ook gedeeltelijke controle hebben, waarbij alleen Robot 1 (die zich het dichtst bij de deur bevindt) wordt uitgeschakeld wanneer de deur wordt geopend. In dat geval blijft Robot 2 verder werken.
In dit voorbeeld wordt de situatie getoond waarbij een G9SX voor deze toepassing wordt gebruikt.
(opmerking: de logische EN-instelling moet op de geavanceerde unit op EN (geactiveerd) worden gezet.)
Robot 2
Robot 1
Basisunit G9SX-BC202-@
a
a
Basisunit G9SX-BC202-@
b
b
c
a EN b EN c
Geavanceerde unit G9SX-ADA222-@
Basisunit
Nood­stopknop
Veiligheidsdeur­schakelaar
Noodstop
ab
Logische aansluiting
Robot 2
Deurschakelaar
Geavanceerde unit
Robot 1
Flexibele veiligheidsunit G9SX 11
Page 12
Uitbreidingsunits aansluiten
De G9SX-EX en G9SX-EX-T uitbreidingsunits kunnen op een
geavanceerde unit (G9SX-AD322-@/G9SX-ADA222-@) worden aangesloten om het aantal veiligheidsuitgangen te verhogen. (Ze kunnen niet op een basisunit worden aangesloten.)
Er kunnen maximaal vijf uitbreidingsunits per geavanceerde unit worden aangesloten. Dit kan een combinatie van G9SX-EX directe modellen en G9SX-EX-T modellen met uitschakelvertraging zijn.
Verwijder de eindconnector van de aansluiting op de geavanceerde unit en steek de kabelconnector van de uitbreidingsunit in de aansluiting. Steek de eindconnector in de aansluiting van de uitbreidingsunit, helemaal op het einde (volledig rechts).
Als u uitbreidingsunits op een geavanceerde unit aansluit, moet u zorgen dat elke uitbreidingsunit voeding ontvangt. (Zie het volgende schema voor de juiste aansluiting van uitbreidingsunits.)
2. Reset-modus (geavanceerde unit/basisunit)
Stel de reset-modus in met behulp van de reset/terugkoppelings­ingangen T31, T32 en T33. De automatische reset-modus wordt ingeschakeld als klem T32 wordt kortgesloten op de 24V-lijn. Wordt klem T33 kortgesloten op de 24V-lijn, dan wordt de handmatige reset-modus ingeschakeld.
Automatische reset-modus
KM1
KM2
KM3
KM4
+24 V
KM5
Handmatige reset-modus
KM1
schakelaar
KM2Reset-
KM3
KM4
KM5
+24 V
Eind­connector
Geavanceerde unit
Uitbreidingsunit
Configuratieprocedure
1. Detectie foute onderlinge doorverbinding (geavanceerde unit/basisunit)
Stel de detectiemodus foute onderlinge doorverbinding voor veiligheidsingangen in door Y1 kort te sluiten op de 24V-lijn of open te laten. Als de detectiemodus foute onderlinge doorverbinding op AAN is gezet, worden kortsluitingen tussen de veiligheidsingangen T11-T12 en T21-22 gedetecteerd. Als een foute onderlinge doorverbinding wordt gedetecteerd, gebeurt het volgende:
1. De veiligheidsuitgangen en de logische EN-uitgangen worden vergrendeld.
2. De LED-storingsindicator brandt.
3. De foutuitgang (hulpuitgang) wordt op AAN gezet.
Detectie
foute
onderlinge
doorver-
binding
UIT Behoort tot veilig-
heidsklasse 2
Bedrading
+24 V
T33T32T31T33T32T31
3. Logische EN-verbinding instellen (geavanceerde unit)
Als u twee of meer geavanceerde unit (of basisunits) via een logische EN aansluit, moet u de preset-schakelaar voor de logische EN-verbinding van de geavanceerde unit aan de ingangskant (geavanceerde unit G9SX-AD322 in het volgende schema) op EN instellen.
(1) Met gebruik van G9SX-AD322 aan de ingangskant
Geavanceerde unit A
L1 A2
T41 T42
Geavanceerde unit
G9SX-AD322
Opmerking: 1. Als de instellingsschakelaar voor de logische
EN-verbinding van de unit op UIT wordt gezet, treedt een instellingsfout op en wordt geavanceerde unit G9SX-AD322 vergrendeld.
2. Zet de instellingsschakelaar voor de logische EN-verbinding van geavanceerde unit A op UIT om te voorkomen dat een fout optreedt.
3. Een logische EN-ingang kan niet naar een basisunit worden verzonden.
EN
UIT
EN
UIT
Behoort tot veilig-
+24 V +24 V
heidsklasse 3
AAN Behoort tot veilig-
heidsklasse 4
12 Flexibele veiligheidsunit G9SX
+24 V
Y1
T22T21T12T11
+24 V
Y1
T22T21T12T11
Y1
T22T21T12T11
Page 13
(2) Met gebruik van G9SX-ADA222 aan de ingangskant
2
1,5
1
2
1,5
1
100
60
100
60
EN
UIT
Geavanceerde unit B
L1 A2
Geavanceerde unit
Opmerking: 1. Als u geavanceerde unit B niet aansluit, laat u de
klemmen T41 en T42 van de geavanceerde unit G9SX-ADA222 open en zet u de instellings­schakelaar T41/T42 voor de logische EN-verbinding op UIT.
2. Als u geavanceerde unit C niet aansluit, laat u de klemmen T51 en T52 van de geavanceerde unit G9SX-ADA222 open en zet u de instellings­schakelaar T51/T52 voor de logische EN-verbinding op UIT.
De onderstaande tabel toont de relatie tussen de instellingsschakelaars voor de logische EN-verbinding en de voorwaarden voor het inschakelen van de veiligheidsuitgangen.
Instellingsschakelaar
logische EN-verbinding
T41/T42 T51/T52 Veiligheids-
UIT UIT AAN UIT UIT EN UIT AAN AAN UIT UIT EN AAN UIT AAN EN EN AAN AAN AAN
Geavanceerde unit C
T41 T42
T51 T52
G9SX-ADA222
L1 A2
EN
UIT
T41/T42
EN
UIT
UIT
EN
T51/T52
Voorwaarden voor inschakelen van
veiligheidsuitgangen
ingang
Logische
ingang 1
Logische ingang 2
4. Uitschakelvertragingstijd instellen (geavanceerde unit)
De uitschakelvertragingstijd voor een geavanceerde unit wordt ingesteld met de preset-schakelaar voor de uitschakelvertragingstijd (één aan de voorkant en één aan de achterkant van de unit). Een normale werking is alleen mogelijk wanneer beide schakelaars dezelfde instelling hebben. Als de schakelaars niet dezelfde instelling hebben, treedt een fout op.
Voorzijde Achterzijde
Schakelaar
Schakelaar
Zie de volgende afbeelding voor meer informatie over het instellen van de schakelaars.
G9SX-AD322-T15/G9SX-ADA222-T15
0,7
0,6
0,5
0,4
0,3
0,2
UITSCHAKELVERTRAGING
Voorbeeld 1: uitschakel­ vertraging instelling 0 seconden
3
4
5
7
10
15
0
Uitsparing
0,7
0,6
0,5
0,4
0,3
0,2
UITSCHAKELVERTRAGING
Voorbeeld 2: uitschakel­ vertraging instelling 1 seconde
3
4
5
7
10
15
0
G9SX-AD222-T150/G9SX-ADA222-T150
0
150
110
120
130
140
50
40
30
20
10
0
geavanceerd
UITSCHAKELVERTRAGING
Voorbeeld 2: uitschakel­ vertraging instelling 70 seconden
50
40
30
20
10
UITSCHAKELVERTRAGING
Voorbeeld 1: uitschakel­ vertraging instelling 0 seconden
150
110
120
130
140
Flexibele veiligheidsunit G9SX 13
Page 14
LED-indicatoren
Marke-
PWR Groen Voedings-
T1 Oranje Indicator
T2 Oranje Indicator
FB Oranje Indicator
EN Oranje Indicator
EN1 Oranje Indicator
EN2 Oranje Indicator
EI Oranje Indicator
ED Oranje Indicator
ERR Rood Storings-
Opmerking: Zie Storingsdetectie op de volgende pagina voor meer informatie.
Kleur Naam G9SX-AD G9SX-ADA G9SX-BC G9SX-EX G9SX-EX-T Functies Refe-
ring
❍❍ ❍❍❍ Licht op als de stroom is
eenheid­indicator
❍❍ ❍--- --- Licht op wanneer T12 een
veiligheids­ingang 1
❍❍ ❍--- --- Licht op wanneer T22 een
veiligheids­ingang 2
❍❍ ❍--- --- Licht op in de volgende situaties:
reset/terug­koppelings­ingang
--- --- --- --- Licht op wanneer T41 een
logische EN-ingang
--- --- --- --- Licht op wanneer T41 een
logische EN-ingang
--- --- --- --- Licht op wanneer T51 een
logische EN-ingang
❍❍ ❍❍--- Licht op wanneer de directe
veiligheids­uitgang
❍❍ --- --- Licht op wanneer de
veiligheids­uitgang met uitschakel­vertraging
❍❍ ❍❍❍ Licht op of knippert om een fout aan te
indicator
ingeschakeld.
HOOG-statussignaal ontvangt. Knippert om een fout betreffende
veiligheidsingang 1 aan te geven.
HOOG-statussignaal ontvangt. Knippert om een fout betreffende
veiligheidsingang 2 aan te geven.
Automatische reset wanneer T33 een HOOG-statussignaal ontvangt.
Handmatige reset wanneer T32 een HOOG-statussignaal ontvangt.
Knippert om een fout betreffende een reset/terugkoppelingsingang aan te geven.
HOOG-statussignaal ontvangt. Knippert om een fout betreffende een
logische EN-verbindingsingang aan te geven.
HOOG-statussignaal ontvangt. Knippert om een fout betreffende een
logische EN-verbindingsingang aan te geven.
HOOG-statussignaal ontvangt. Knippert om een fout betreffende een
logische EN-verbindingsingang aan te geven.
veiligheidsuitgangen (S14, S24 en S34) op AAN staan.
Knippert om een fout betreffende de directe veiligheidsuitgangen aan te geven.
veiligheidsuitgangen met uitschakelvertraging (S44 en S54) op AAN staan.
Knippert om een fout betreffende de veiligheidsuitgangen met uitschakelvertraging aan te geven.
geven.
rentie
---
(zie opm.)
Weergave van instellingen (bij opstarten)
De oranje indicatoren van de G9SX geven na het inschakelen van de voeding ongeveer 3 seconden de instellingen aan. Tijdens deze periode licht de indicator ERR op. De hulpfoutuitgang blijft echter op UIT staan.
Indicator Item Stand Indicator-
T1 Detectiemodus foute onderlinge
FB Reset-modus Aansluitklem T32 of
EN (EN1, EN2)
doorverbinding
Modus Logische EN-verbindingsingang
Aansluitklem Y1 Brandt Detectiemodus Y1 = open
T33
Preset-schakelaar logische EN-verbinding
status
Brandt niet Geen detectie Y1 = 24 VDC Brandt Handmatige reset-modus T33 = 24 VDC Brandt niet Automatische reset-modus T32 = 24 VDC Brandt Logische EN-ingang inschakelen “EN” Brandt niet Logische EN-ingang uitschakelen “UIT”
14 Flexibele veiligheidsunit G9SX
Modus Status
Page 15
Storingsdetectie
Wanneer de G9SX een storing aantreft, zal de indicator ERR en/of andere indicatoren oplichten of knipperen om de storing te melden. Controleer en repareer op basis van de informatie in de volgende tabel. Schakel de G9SX vervolgens opnieuw in.
(geavanceerde unit/basisunit)
Indicator
ERR
Knippert
Licht op
Andere
indicator
--- Storing vanwege
T1
knippert
T2
knippert
FB
knippert
EI
knippert
ED
knippert
EN
knippert
(EN1, EN2)
Alle
indicatoren
knipperen,
behalve
PWR
Storing Waarschijnlijke oorzaken van de storing Te controleren punten en te nemen
elektromagnetische interferentie of defecte interne circuits.
Storing bij veiligheidsingang 1
Storing bij veiligheidsingang 2
Storingen bij reset/ terugkoppelingsingang
Storing in uitbreidingsunit
Storing bij directe veiligheidsuitgangen, logische verbindingsuitgangen of hulpcontrole-uitgang
Storing bij veilig­heidsuitgangen met uitschakelvertraging
Storing bij logische EN-verbindingsingang
Voedingsspanning te hoog of te laag
maatregelen
1) Buitensporige elektromagnetische interferentie
2) Defect intern circuit
1) Storing in bedrading van directe veiligheidsuitgang 1
2) Onjuiste instelling van detectie-ingang voor detectie foute onderlinge doorverbindingen
3) Defect circuit van veiligheidsingang 1
1) Storing in bedrading van directe veiligheidsuitgang 2
2) Onjuiste instelling van detectie-ingang voor detectie foute onderlinge doorverbindingen
3) Defecte circuits van veiligheidsingang 2
1) Storingen in bedrading van reset/ terugkoppelingsingang.
2) Storingen in circuit van reset/ terugkoppelingsingang
1) Onjuiste terugkoppelingssignalen van uitbreidingsunit
2) Abnormale voedingsspanning naar uitbreidingsunit
3) Defect circuit van veiligheidsrelaisuitgangen
1) Storing in bedrading van directe veiligheidsuitgangen
2) Defect circuit van directe veiligheidsuitgangen
3) Storing in bedrading van logische verbindingsuitgang
4) Defect circuit van logische verbindingsuitgang
5) Storing in bedrading van hulpcontrole­uitgang
6) Te hoge omgevingstemperatuur
1) Storing in bedrading van veiligheidsrelaisuitgangen met uitschakelvertraging
2) Onjuist ingestelde waarden voor uitschakelvertragingstijd
3) Defect circuit van veiligheidsrelaisuitgangen met uitschakelvertraging
4) Te hoge omgevingstemperatuur
1) Storing in bedrading van logische EN­verbindingsingang
2) Onjuiste instelling van logische EN­verbindingsingang
3) Defect circuit van logische EN­verbindingsingang
1) Voedingsspanning te hoog of te laag 1) Controleer de voedingsspanning naar de
1) Controleer het interferentieniveau in de buurt van de G9SX en het betrokken systeem.
2) Vervang door een nieuw product.
1) Controleer de bedrading naar T11 en T12.
2) Controleer de bedrading naar Y1.
3) Vervang door een nieuw product.
1) Controleer de bedrading naar T21 en T22.
2) Controleer de bedrading naar Y1.
3) Vervang door een nieuw product.
1) Controleer de bedrading naar T31, T32 en T33.
2) Vervang door een nieuw product.
1) Controleer de verbindingskabel van de uitbreidingsunit en de aansluiting van de eindconnector.
2) Controleer de voedingsspanning naar de uitbreidingsunit.
Opmerking: Controleer of alle PWR-indicatoren
van de uitbreidingsunit branden.
3) Vervang de uitbreidingsunit door een nieuwe.
1) Controleer de bedrading naar S14, S24, en S34.
2) Vervang door een nieuw product.
3) Controleer de bedrading naar L1 en L2.
4) Vervang door een nieuw product.
5) Controleer de bedrading naar X1.
6) Controleer de omgevingstemperatuur en vrije ruimte rond de G9SX.
1) Controleer de bedrading naar S44 en S54.
2) Controleer of de waarden van beide preset­schakelaars voor de uitschakelvertragingstijd correct zijn ingesteld.
3) Vervang door een nieuw product.
4) Controleer de omgevingstemperatuur en vrije ruimte rond de G9SX.
1) Controleer de bedrading naar T41 en T42 (T51 en T52).
Opmerking: Controleer of de bedrading van
klem T41, T42, T51, T52 minder dan 100 meter lang is.
Opmerking: Controleer of het logische EN-
verbindingssignaal is gesplitst voor minder dan 4 units.
2) Controleer of de waarde van de preset­schakelaar voor de logische EN-verbinding correct is ingesteld.
3) Vervang door een nieuw product.
uitbreidingsunits.
Flexibele veiligheidsunit G9SX 15
Page 16
Als er andere indicatoren dan ERR knipperen, controleert en repareert u op basis van de informatie in de volgende tabel.
Indicator
ERR
Uit
Andere
indicatoren
T1
Knip-
T2
pert
Storing Waarschijnlijke oorzaak van de storing Te controleren punten en te nemen
Geen overeenkomst tussen ingang 1 en 2.
De status van ingang 1 en 2 is verschillend vanwege een slecht contact, een kortsluiting in een of meer veiligheidsapparaten of een onjuiste bedrading.
maatregelen
Controleer de bedrading van de veiligheids­apparaten naar de G9SX. Of controleer de ingangssequentie van veiligheidsapparaten. Nadat u de storing hebt opgeheven, zet u beide veiligheidsingangen op UIT.
(Uitbreidingsunit)
Indicator
ERR
Licht op
Andere
indicatoren
--- Storing bij veiligheidsrelaisuitgangen van uitbreidingsunits
Storing Waarschijnlijke oorzaak van de
storingen
1) Lassen van relaiscontacten
2) Defect intern circuit
Te controleren punten en te nemen
maatregelen
Vervang door een nieuw product.
16 Flexibele veiligheidsunit G9SX
Page 17
Voorzorgsmaatregelen
!WARNING
Er kan ernstig letsel optreden wanneer veiligheidsuitgangen defect raken.
Sluit nooit grotere belastingen aan dan de nominale waarde van de veiligheidsuitgangen.
Er kan ernstig letsel optreden wanneer noodzakelijke veiligheidsfuncties verloren gaan.
Zorg voor een correcte bedrading van de G9SX, zodat de voedingsspanningen of de spanningen voor belastingen NOOIT per ongeluk of onbedoeld de veiligheidsingangen raken.
Er kan ernstig letsel optreden wanneer veiligheidsin­gangen beschadigd raken.
Gebruik circuits voor bescherming tegen tegen-elektro­motorische kracht als u inductieve belastingen aansluit op veiligheidsuitgangen.
Er kan ernstig letsel optreden wanneer veiligheids­functies verloren gaan. Gebruik apparatuur die geschikt is voor de toepassing en de gebruiksomstandigheden van de G9SX.
Regelapparaten vereisten
Noodstopschakelaar Gebruik goedgekeurde apparaten met
Deurblokkeerschakelaar Eindschakelaar
Veiligheidssensor Gebruik goedgekeurde apparaten die
Relais met geleide contacten
Schakelaar Gebruik magneetschakelaars met
Andere apparaten Controleer of de gebruikte apparaten
directe opening Mechanisme voldoet aan IEC/EN
60947-5-1 Gebruik goedgekeurde apparaten met
directe opening Mechanisme voldoet aan IEC/EN
60947-5-1 en is geschikt voor schakeling van microbelastingen van 24 VDC, 5 mA.
voldoen aan de overeenkomstige productnormen, voorschriften en wetten die gelden in het land waarin ze worden gebruikt.
Neem contact op met een certificeringsinstantie om te laten vaststellen dat het hele systeem voldoet aan de voorwaarden van de vereiste veiligheidsklasse.
Gebruik voor terugkoppeling apparaten met contacten die geschikt zijn voor schakeling van microbelastingen van 5 mA bij 24 VDC.
geleid mechanisme om het signaal naar de reset/terugkoppelingsingang van de G9SX te verzenden via het NC­contact van de magneetschakelaar. Gebruik voor terugkoppeling apparaten met contacten die geschikt zijn voor schakeling van microbelastingen van 24 VDC, 5 mA. Als de contacten van een magneetschakelaar niet open gaan, kan dit alleen worden gedetecteerd als het NC-hulpcontact van de magneetschakelaar is voorzien van een geleid mechanisme.
voldoen aan de voorwaarden van de veiligheidsklasse.
Veiligheidsmaatregelen voor veilig gebruik
1. Gebruik de G9SX in een behuizing van beveiligingsklasse IP54 of
hoger conform IEC/EN60529.
2. Als de bedrading niet goed is uitgevoerd, kunnen
veiligheidsfuncties verloren gaan. Zorg voor een juiste bedrading van de geleiders en controleer de werking van de G9SX voordat u het systeem met de G9SX definitief in werking stelt.
3. Laat de DC-spanning niet boven de nominale waarde komen en
pas geen AC-spanning toe op de voedingsingang van de G9SX.
4. Zorg dat de DC-voeding aan de volgende voorwaarden voldoet
om elektrische schokken te voorkomen.
DC-voeding met dubbele of versterkte isolatie, bijvoorbeeld conform IEC/EN60950 of EN50178, of een transformator conform IEC/EN61558.
DC-voeding die voldoet aan de vereisten voor circuits van klasse 2 of een circuit met spannings-/stroombeperking zoals vermeld in UL 508.
5. Zorg dat de spanningen die u op G9SX-ingangen toepast, aan de specificaties voldoen. Als u onjuiste spanningen toepast, vermindert de werking van de G9SX. Hierdoor gaan veiligheidsfuncties verloren of raakt de G9SX beschadigd.
6. Hulpfoutuitgangen en hulpcontroleuitgangen zijn GEEN veiligheidsuitgangen. Gebruik hulpuitgangen niet als veiligheidsuitgang. Als u dit toch doet, gaat de veiligheidsfunctie van de G9SX en het overeenkomstige systeem verloren. Logische verbindingsuitgangen kunnen alleen worden gebruikt voor logische verbindingen tussen meerdere G9SX'en.
7. Na de installatie van de G9SX moet bevoegd personeel de installatie controleren, en tests en onderhoud uitvoeren. Dit bevoegde personeel moet gekwalificeerd en geautoriseerd zijn om de veiligheid te garanderen in elke fase van ontwerp, installatie, gebruik, onderhoud en verwijdering van het systeem.
8. De installatie moet worden geleid en gecontroleerd door een verantwoordelijke die vertrouwd is met de machine waarin de G9SX moet worden geïnstalleerd.
9. Schakel het signaal naar de veiligheidsingang of de logische EN-verbindingsingang elke 24 uur UIT en controleer of de G9SX probleemloos werkt (kijk hiervoor naar de status van de indicator ERR).
10.De G9SX mag niet worden gedemonteerd, gerepareerd of omgebouwd. Hierdoor kunnen veiligheidsfuncties verloren gaan.
11.Gebruik alleen geschikte onderdelen of apparaten die voldoen aan de overeenkomstige voorwaarden van de vereiste veiligheidsklasse. De conformiteit met de voorwaarden van de veiligheidsklasse wordt vastgesteld voor het hele systeem. U wordt aangeraden contact op te nemen met een certificeringsinstantie om te laten vaststellen dat het hele systeem voldoet aan de voorwaarden van de vereiste veiligheidsklasse.
12.OMRON is niet verantwoordelijk voor de conformiteit met veiligheidsstandaarden betreffende het hele systeem van de gebruiker.
13.Tijdens het bedraden moet u de G9SX loskoppelen van de voeding om elektrische schokken of onverwachte activering te voorkomen.
14.Zorg dat uw vingers niet bekneld raken bij het aansluiten van klemverbindingen op de aansluitingen van de G9SX.
15.De levensduur van de G9SX is afhankelijk van de schakelomstandigheden waarin de uitgangen moeten werken. Zorg dat u de werking vooraf test in de werkelijke gebruiksomstandigheden en binnen de juiste schakelcycli.
16.Niet gebruiken in omgevingen met ontvlambare of explosieve gassen. Bogen of hitte gegenereerd door schakelelementen van de G9SX kunnen brand of een explosie veroorzaken.
Flexibele veiligheidsunit G9SX 17
Page 18
Veiligheidsmaatregelen voor correct gebruik
1. Werk voorzichtig
Laat de G9SX niet vallen en stel deze niet bloot aan overmatige trillingen of mechanische schokken. De G9SX kan beschadigd raken, waardoor deze niet goed meer functioneert.
2. Opslagcondities
Bewaar de G9SX niet in de volgende omstandigheden: a. In direct zonlicht. b. Bij een omgevingstemperatuur van minder dan 10 of meer
dan 55°C.
c. Bij een relatieve vochtigheidsgraad van minder dan 25 of meer
dan 85% of bij grote temperatuurschommelingen die
condensatie veroorzaken. d. In omgevingen met corroderende of ontvlambare gassen. e. Bij trillingen of mechanische schokken buiten de nominale
waarden. f. In omgevingen waar water-, olie- of chemicaliënspatten kunnen
voorkomen. g. In omgevingen waar stof, zoutnevel of metaalpoeder kunnen
voorkomen. De G9SX kan beschadigd raken, waardoor deze niet goed meer
functioneert.
3. Montage Monteer de G9SX op DIN-rails met koppelingen (TYPE PFP-M, niet bij dit product geleverd) zodat deze niet kan lostrillen, met name wanneer de DIN-rail kort is in vergelijking met de breedte van de G9SX.
4. De volgende ruimte moet aanwezig zijn rond de G9SX om de nominale stroom te kunnen toepassen op G9SX-uitgangen en voor voldoende ventilatie en bedrading:
a. Minimaal 25 mm aan de zijkanten van de geavanceerde unit
(G9SX-AD322-@-@/G9SX-ADA222-@-@) en de basisunit (G9SX-BC202-@).
b. Minimaal 50 mm boven en onder de G9SX.
50 mm min.
25 mm min. 25 mm min.
5. Bedrading a. Voor de G9SX-@-RT (met schroefaansluitingen)
Gebruik het volgende voor de bedrading van de G9SX-@-RT.
Massieve kabel
Gevlochten kabel
0,2 tot 2,5 mm 0,2 tot 2,5 mm
(flexibele kabel)
Draai elke schroef aan met het opgegeven aanspankoppel
van 0,5 tot 0,6 Nm. Als u dat niet doet, kan de G9SX defect raken of hitte opwekken.
Strip de isolatie van de kabel over een lengte van maximaal 7 mm.
b. Voor de G9SX-@-RC (met veeraansluitingen)
Gebruik het volgende voor de bedrading van de G9SX-@-RC
Massieve kabel
Gevlochten kabel
0,2 tot 2,5 mm 0,34 tot 1,5 mm
U wordt aangeraden een geïsoleerde klem (type compatibel met norm DIN 46228-4) op het einde van de gevlochten kabel aan te brengen voordat u de kabel aansluit.
50 mm min.
2
AWG24 tot AWG12
2
AWG24 tot AWG12
2
AWG24 tot AWG12
2
AWG22 tot AWG16
6. Wanneer u uitbreidingsunits (G9SX-EX@-@) aansluit op een geavanceerde unit (G9SX-AD322-@-@/G9SX-ADA222-@-@):
a. Voer de volgende procedure uit:
Verwijder de eindconnector van de aansluiting op de geavanceerde unit,
Steek de kabelconnector van de uitbreidingsunit in de aansluiting van de geavanceerde unit.
Steek de eindconnector in de aansluiting van de uitbreidingsunit, helemaal op het einde. Als u de geavanceerde unit zonder uitbreidingsunits gebruikt, verwijdert u de eindconnector niet van de geavanceerde unit.
b. Verwijder de eindconnector of de verbindingskabel niet van de
uitbreidingsunit terwijl het systeem actief is.
c. Controleer of de aansluitvoeten en stekkers goed vastzitten
voordat u de voedingsspanning inschakelt.
d. Alle uitbreidingsunits moeten worden voorzien van de
opgegeven spanning binnen 10 s nadat de aangesloten geavanceerde unit onder spanning is gezet. Als dat niet gebeurt, denkt de geavanceerde unit dat de uitbreidingsunits niet worden gevoed.
7. Gebruik kabels van minder dan 100 m voor de aansluiting op veiligheidsingangen en reset/terugkoppelingsingangen, of respectievelijk tussen logische EN-verbindingsingangen en logische verbindingsuitgangen.
8. Stel de uitschakelvertragingstijd in op een waarde waarbij geen veiligheidsfuncties van het systeem verloren gaan.
9. Logische verbinding tussen units: a. Wanneer u logische EN-verbindingsingangen gebruikt, zet u de
preset-schakelaar voor de logische verbinding op ‘EN’ voor de units waarnaar het logische verbindingssignaal wordt verzonden.
b. Sluit logische verbindingsuitgangen op de juiste manier aan op
logische EN-verbindingsingangen van de desbetreffende unit. Controleer de werking van de G9SX voordat u het systeem definitief in werking stelt.
c. Zorg bij het configureren van het veiligheidssysteem dat de
vertraging in de antwoordtijd die wordt veroorzaakt door de logische verbindingen, de veiligheidsfunctie van het systeem niet vermindert.
10.Voor de berekening van de veiligheidsafstand tot gevaren moet u rekening houden met de vertraging bij veiligheidsuitgangen die door het volgende wordt veroorzaakt:
a. Reactietijd van veiligheidsingangen b. Reactietijd van logische EN-verbindingsingang
(zie ook “Versies en specificaties, opmerking 5.”) c. Vooraf ingestelde uitschakelvertragingstijd d. Nauwkeurigheid van uitschakelvertragingstijd
11.Start het hele systeem meer dan 5 s nadat de voedingsspanning voor alle G9SX'en in het systeem is ingeschakeld.
12.De G9SX kan defect raken door elektromagnetische interferentie. Zorg dat klem A2 op de aarde is aangesloten. Om elektrische storingen op te vangen, kunt u een overspanningsbeveiliging aansluiten op de spoel van de inductieve belasting.
13.Apparaten die op de G9SX zijn aangesloten, kunnen onbedoeld worden ingeschakeld. Wanneer u de G9SX vervangt, moet u deze loskoppelen van de voeding.
14.Vermijd het achterblijven van oplosmiddelresten zoals alcohol, thinner, trichloorethaan of benzine op het product. Deze oplosmiddelen maken de tekst op de G9SX onleesbaar en kunnen beschadiging van onderdelen veroorzaken.
15.Combineer NOOIT AC- en DC-belastingen die moeten worden geschakeld in één G9SX-EX@-@. Wanneer u zowel AC- als DC-belastingen moet schakelen, sluit u drie of meer G9SX-EX@-@'en aan en gebruikt u elke unit uitsluitend voor AC- of DC-belastingen.
18 Flexibele veiligheidsunit G9SX
Page 19
Klasse EN 954-1
In de conditie weergegeven in Toepassingsvoorbeelden kan de G9SX worden gebruikt voor de overeenkomstige klassen tot klasse 4. Dit betekent NIET dat de G9SX altijd voor de vereiste klasse kan worden gebruikt in alle soortgelijke omstandigheden en situaties. De conformiteit met de voorwaarden van de klassen moet worden vastgesteld voor het hele systeem. Als u de G9SX voor veiligheidsklassen gebruikt, moet u zorgen dat de conformiteit voor het hele systeem wordt bevestigd.
1. Sluit de signalen aan op beide veiligheidsingangen (T11-T12 en T21-T22).
2. Sluit een signaal aan op de veiligheidsingangen (T11-T12 en T21-T22) via schakelaars met directe opening. Als u eindschakelaars gebruikt, moet minstens een van de eindschakelaars een model met directe opening zijn.
3. Gebruik een veiligheidssensor van TYPE 4 als u een veiligheidssensor op de G9SX wilt aansluiten.
4. Sluit het signaal via een NC-contact van de magneetschakelaar aan op de reset/terugkoppelingsingang (T31-T32 voor handmatige reset of T31-T33 voor automatische reset) (zie Toepassingsvoorbeelden).
5. Houd de detectie-ingang voor kruisstoringen (Y1) open. Als u echter apparaten met zelfdiagnosefunctie aansluit, zoals veiligheidssensoren, past u 24 VDC toe op Y1.
6. Zorg dat A2 op de aarde is aangesloten.
7. Als u een uitbreidingsunit van het type G9SX-EX-@-@ aansluit,
sluit u zekeringen met een maximale nominale waarde van 3,15 A aan op de veiligheidsrelaisuitgangen om lassen van de contacten te voorkomen.
Conformiteit met internationale normen
G9SX-AD-@/G9SX-ADA-@/G9SX-BC-@/G9SX-EX-@
Goedgekeurd door TÜV Product Service
EN50178 IEC/EN60204-1 EN954-1 kl. 4 IEC/EN61508 SIL3 IEC/EN61000-6-2 IEC/EN61000-6-4
Goedgekeurd door UL
UL508 UL1998 NFPA79 IEC61508
Goedgekeurd door CSA
CAN/CSA C22.2 nr.142
Flexibele veiligheidsunit G9SX 19
Page 20
Toepassingsvoorbeelden
G9SX-AD322-T15 (24 VDC) (1-kanaals noodstopschakelaaringang/handmatige reset)
Terugkoppelingslus
+24 V
11
12
S1
T11A1T12 T21 T22 T31 T32 T33
G9SX-AD322-T15
+24 V
S14A2S24 S34 S44 S54
KM1 KM2 KM3 KM4
GND
S1: Noodstopschakelaar S2: Reset-schakelaar S2 KM1 tot KM4: Schakelaar M1, M2: 3-fasen motor
Motorcontroller
(bedieningsopdracht)
KM1
S2
KM2
KM3
KM4
+24 V
Y1
Besturingscircuit
L1 X1 X2
PLC enz.
NCNCNCNC
T41 T42
AAN
UIT
KM1
KM2
M1
Motorcontroller
KM3
KM4
M2
S34
Werkingsdiagram
Noodstopschakelaar S1
Reset-schakelaar S2
KM1, KM2 verbreekcontact
KM3, KM4 verbreekcontact
KM1, KM2 maakcontact
KM3, KM4 maakcontact
Bedieningsopdracht
Rotatie van motor
Uitschakelvertragingstijd
Opmerking: Dit voorbeeld komt overeen met klasse 2 (EN 954-1).
20 Flexibele veiligheidsunit G9SX
Page 21
G9SX-AD322-T15 (24 VDC) (2-kanaals veiligheidssensor/automatische reset)
Terugkoppelingslus
KM1
KM2
KM3
KM4
+24 V+24 V
T41 T42
Y1
M2
S34
Werkingsdiagram
Veiligheidssensoruitgangen
KM1, KM2 verbreekcontact
KM3, KM4 verbreekcontact
KM1, KM2 maakcontact
Motorcontroller
KM1
KM2
NCNCNCNC
EN
UIT
KM3
KM4
M1
GND
+24 V
F3SN-A
Ontvanger Zender
Uitgangssignaal-
omschakel-
apparaat 1
Uitgangssignaal-
omschakel-
T11A1T12 T21 T22 T31 T32 T33
G9SX-AD322-T15
Besturingscircuit
apparaat 2
GND
S14A2S24 S34 S44 S54
KM1 KM2 KM3 KM4
Motorcontroller
(bedieningsopdracht)
L1 X1 X2
PLC enz.
F3SN-A: Veiligheidssensor KM1 tot KM4: Schakelaar M1, M2: 3-fasen motor
Opmerking: 1. Dit voorbeeld komt overeen met klasse 4 (EN 954-1).
2. Zie de catalogus of de instructiehandleiding bij de aangesloten sensor voor meer informatie over instellingen en bedrading.
3. Gebruik veiligheidssensoren met PNP-uitgangen.
KM3, KM4 maakcontact
Bedieningsopdracht
Rotatie van motor
Uitschakelvertragingstijd
Flexibele veiligheidsunit G9SX 21
Page 22
G9SX-BC202 (24 VDC) (2-kanaals noodstopschakelaaringang/handmatige reset) + G9SX-AD322-T15 (24 VDC) (2-kanaals veiligheidseindschakelaaringang/automatische reset)
Terugkoppelingslus
11 21
12
S1
T11A1T12 T21 T22 T31 T32 T33
KM1
KM2
22
S2
+24 V
NC
Y1
KM1
KM2
M1
G9SX-BC202
+24 V
GND
open
Besturingscircuit
S14A2S24 L1 L2
KM1 KM2
23
S4
24
11
S3
12
+24+24 V
T11A1T12 T21 T22 T31 T32 T33
X1 X2
PLC enz.
Terugkoppelingslus
KM3
KM4
KM5
KM6
NC
Y1
T41 T42
S1: Noodstopschakelaar S2: Reset-schakelaar KM1, KM2: Schakelaar M1: 3-fasen motor
KM3
KM4
M2
AND
UIT
G9SX-AD322-T15
Besturingscircuit
S14A2S24 S34 S44 S54
KM3 KM4
GND
Motorcontroller
(bedieningsopdracht)
Opmerking: Dit voorbeeld komt overeen met klasse 4 (EN 954-1).
L1 X1 X2
KM5 KM6
PLC enz.
S3: Veiligheidseindschakelaar S4: Eindschakelaar KM3 tot KM6: Schakelaar M2, M3: 3-fasen motor
Motorcontroller
KM5
KM6
S34
M3
Werkingsdiagram
G9SX-BC202 (bovenste unit)
Noodstopschakelaar S1
Reset-schakelaar S2
KM1, KM2 verbreekcontact
KM1, KM2 maakcontact
Logische EN-uitgang L1
G9SX-AD322-T15 (onderste unit)
Logische EN-ingang T41
Veiligheidseindschakelaar S3
Eindschakelaar S4
KM3, KM4 verbreekcontact
KM5, KM6 verbreekcontact
KM3, KM4 maakcontact
KM5, KM6 maakcontact
Bedieningsopdracht
Rotatie van motor
(1)
Uitschakelvertragingstijd
(1) Deur open: alleen de onderste unit stopt. (2) Noodstopschakelaar ingedrukt: zowel de bovenste als de onderste unit stopt.
(2)
Uitschakelvertragingstijd
22 Flexibele veiligheidsunit G9SX
Page 23
G9SX-AD322-T15 (24 VDC) + G9SX-EX041-T (24 VDC) (veiligheidsdeurschakelaar (mechanische vergrendeling), 2-kanaals veiligheidseindschakelaaringangen/handmatige reset)
Ontgrendelingssignaal
KM1
(zie opmerking 2)
KM2
Beveiliging
+24 V
KM6
S4
31
32 11
12
S1
OPEN
Stopsignaal
T11A1T12 T21 T22 T31 T32 T33
G9SX-AD322-T15
S2
Terugkoppelingslus
KM1
S3
(zie opmerking 2)
KM2
KM6
+24 V +24 V
Besturingscircuit
NC NC NC
Y1
T41 T42
Motorcontroller
KM1
KM2
EN
UIT
KM3
KM4
M1
M2
A1
G9SX-EX041-T
S34
KM5
KM6
M3
13 23 33 43
Bestu-
rings­circuit
K1
K2
GND
S14A2S24 S34 S44 S54
KM1
KM2 KM3 KM4
Motorcontroller
(bedieningsopdracht)
L1 X1 X2
PLC enz.
S1: Veiligheidseindschakelaar S2: Deurschakelaar met veiligheidsvergrendeling S3: Reset-schakelaar S4: Ontgrendelingsschakelaar KM1 tot KM6: Schakelaar M1 tot M3: 3-fasen motor
Schakelaar S3 opnieuw instellen
Opmerking: 1. Dit voorbeeld komt overeen met klasse 4 (EN 954-1).
2. Sluit de NC-contacten van de magneetschakelaars
KM1, KM2, KM3, KM4, KM5 en KM6 in serie aan.
A2 X2
Werkingsdiagram
Eindschakelaar S1
Guard Lock-veiligheidsdeur-
KM1, KM2 verbreekcontact
KM3 tot KM6 verbreekcontact
KM3 tot KM6 maakcontact
schakelaar S2
Ontgrendelingssignaal
Stopsignaal
KM1, KM2 maakcontact
Bedieningsopdracht
Rotatie van motor
14 24 34 44
KM5 KM6
Beveiliging gesloten geopend
S4
Uitschakelvertragingstijd
Beveiliging kan worden geopend.
Flexibele veiligheidsunit G9SX 23
Page 24
G9SX-BC202 (24 VDC) (2-kanaals noodstopschakelaaringang/handmatige reset) + G9SX-AD322-T15 (24 VDC) (2-kanaals veiligheidseindschakelaaringang/automatische reset) + G9SX-AD322-T15 (24 VDC) (2-kanaals veiligheidseindschakelaaringang/automatische reset) + G9SX-ADA222-T150 (24 VDC) (2-kanaals veiligheidseindschakelaaringang/automatische reset) +
11 21
12
S1
T11A1T12 T21 T22 T31 T32 T33
G9SX-BC202 (unit A)
+24 V
Besturingscircuit
22
S2
Terugkoppelingslus
KM1
KM2
+24 V
NC
Y1
KM1
KM2
M1
S1: Noodstopschakelaar S2: Reset-schakelaar S3, S5, S7: Veiligheidseindschakelaar S4, S6, S8: Eindschakelaar KM1 tot KM8: Schakelaar M1 tot M4: 3-fasen motor
Beveili­ging 1
Beveili­ging 3
S14A2S24 L1 L2
KM1 KM2
GND
23
S4
24
11
S3
12
open
T11A1T12 T21 T22 T31 T32 T33Y1T41 T42
G9SX-AD322-T15 (unit B)
Besturingscircuit
S14A2S24 S34 S44 S54
KM3 KM4
GND
23
S8
24
11
S7
12
X1 X2
PLC enz.
Terugkoppelingslus
KM3
KM4
+24+24 V V
NC
L1 X1 X2
PLC enz.
Terugkoppelingslus
KM7
KM8
AND
UIT
KM3
KM4
M2
Beveili­ging 2
23
S6
24
11
S5
12
open
+24 V V
T11A1T12 T21 T22 T31 T32 T33Y1T41 T42
G9SX-AD322-T15 (unit C)
Besturingscircuit
S14A2S24 S34 S44 S54
KM5 KM6
GND
Terugkoppelingslus
KM5
KM6
+24
L1 X1 X2
PLC enz.
KM5
KM6
M3
NC
AND
UIT
open
+24+24 V V
NC
T11A1T12 T21 T22 T31 T32 T33Y1T41 T42
G9SX-ADA222-T150 (unit D)
Besturingscircuit
S14A2S24 S44 S54
Motorcontroller
GND
(bedieningsopdracht)
KM7 KM8
L2
L1 X1 X2
PLC enz.
Opmerking: Dit voorbeeld komt overeen met klasse 4.
24 Flexibele veiligheidsunit G9SX
T51 T52
AND
UIT
T41 T51
Motorcontroller
KM7
KM8
S144
M4
Page 25
Werkingsdiagram
G9SX-BC202 (unit A)
Noodstopschakelaar S1
Reset-schakelaar S2
KM1, KM2, verbreekcontact
KM1, KM2, maakcontact
Logische EN-uitgang L1, L2
G9SX-AD322-T15 (unit B)
Logische EN-ingang T41
Veiligheidseindschakelaar S3
Eindschakelaar S4
KM3, KM4, verbreekcontact
KM3, KM4, maakcontact
Logische EN-uitgang L1
G9SX-AD322-T15 (unit C)
Logische EN-ingang T41
Veiligheidseindschakelaar S5
Eindschakelaar S6
KM5, KM6, verbreekcontact
KM5, KM6, maakcontact
(3)
(1)
Logische EN-uitgang L1
G9SX-ADA222-T150 (unit D)
Logische EN-ingang T41
Logische EN-ingang T51
Veiligheidseindschakelaar S7
Eindschakelaar S8
KM7, KM8, verbreekcontact
KM7, KM8, maakcontact
Bedieningsopdracht
Rotatie van motor
(1) Beveiliging 1 geopend: Unit B en unit D stoppen. (2) Beveiliging 3 geopend: Unit D stopt. (3) Noodstopschakelaar ingedrukt: Alle units stoppen.
(2)
Tijdvertraagd afvallend Tijdvertraagd afvallend Tijdvertraagd afvallend
Flexibele veiligheidsunit G9SX 25
Page 26
26 Flexibele veiligheidsunit G9SX
Page 27
Flexibele veiligheidsunit G9SX 27
Page 28
Overwegingen betreffende garantie en toepassing
Lees deze catalogus zorgvuldig door
Lees deze catalogus zorgvuldig en zorg dat u deze begrijpt voordat u de producten aanschaft. Neem bij vragen of opmerkingen contact op met uw OMRON-contactpersoon.
Garantie en aansprakelijkheidsbeperking
GARANTIE
De exclusieve garantie van OMRON houdt in, dat de producten gedurende één jaar (dan wel gedurende een andere aangegeven periode) vanaf de verkoopdatum van OMRON vrij van defecten in materiaal en vakmanschap zijn.
OMRON VERSTREKT GEEN ENKELE GARANTIE OF WAARBORG, NOCH EXPLICIET NOCH IMPLICIET, MET BETREKKING TOT DE NALEVING VAN TOEPASSELIJKE REGELS EN VOORSCHRIFTEN, DE VERKOOPBAARHEID DAN WEL DE GESCHIKTHEID VOOR EEN BEPAALD DOEL VAN DE PRODUCTEN. KOPER OF GEBRUIKER ERKENT DAT DE KOPER OF GEBRUIKER ALLEEN HEEFT BEPAALD DAT DE PRODUCTEN OP GESCHIKTE WIJZE AAN DE VEREISTEN VAN DE GEPLANDE TOEPASSING ZULLEN VOLDOEN. OOK ALLE ANDERE GARANTIES, HETZIJ EXPLICIET HETZIJ IMPLICIET, WORDEN DOOR OMRON AFGEWEZEN.
AANSPRAKELIJKHEIDSBEPERKINGEN
OMRON ACCEPTEERT GEEN ENKELE AANSPRAKELIJKHEID VOOR SPECIALE SCHADE, INDIRECTE SCHADE DAN WEL GEVOLGSCHADE, GEDERFDE WINSTEN OF VERLIEZEN DIE OP WELKE WIJZE DAN OOK MET DE PRODUCTEN IN VERBAND STAAN, ONGEACHT OF DEZE AANSPRAKELIJKHEID GEBASEERD IS OP EEN CONTRACT, GARANTIE, NALATIGHEID OF RISICOAANSPRAKELIJKHEID.
In geen geval zal de aansprakelijkheid van OMRON uitstijgen boven de prijs van het product waarop de garantieclaim is gebaseerd.
IN GEEN ENKEL GEVAL ZAL OMRON AANSPRAKELIJK KUNNEN WORDEN GESTELD VOOR GARANTIECLAIMS, REPARATIECLAIMS OF ANDERE CLAIMS MET BETREKKING TOT DE PRODUCTEN, TENZIJ DE ANALYSE VAN OMRON BEVESTIGT DAT DE PRODUCTEN OP CORRECTE WIJZE WERDEN BEHANDELD, OPGESLAGEN, GEÏNSTALLEERD EN ONDERHOUDEN, ALSMEDE NIET ZIJN ONDERWORPEN AAN VERONTREINIGINGEN, ONOORDEELKUNDIG GEBRUIK OF ONDESKUNDIGE WIJZIGINGEN OF REPARATIES.
Toepassingsoverwegingen
GESCHIKTHEID VOOR GEBRUIK
OMRON is niet verantwoordelijk voor de naleving van standaarden, codes of voorschriften die van toepassing zijn op de combinatie van de producten binnen de toepassing van de gebruiker of het gebruik van de producten.
Neem alle vereiste stappen om te bepalen of het product geschikt is voor de systemen, machines en uitrusting waarvoor u het wilt gebruiken.
Stel u op de hoogte van alle verbodsbepalingen die op dit product van toepassing zijn en houd u aan deze bepalingen. GEBRUIK DE PRODUCTEN NOOIT VOOR EEN TOEPASSING WAARBIJ ERNSTIG GEVAAR VOOR PERSOONLIJKE OF
MATERIËLE SCHADE BESTAAT ZONDER U ERVAN TE OVERTUIGEN DAT HET SYSTEEM ALS GEHEEL IS ONTWORPEN OM AAN DERGELIJKE GEVAREN HET HOOFD TE KUNNEN BIEDEN EN DAT DE PRODUCTEN VAN OMRON DE JUISTE SPECIFICATIES HEBBEN, ALSMEDE VOOR HET TOEPASSELIJKE GEBRUIKSDOEL BINNEN DE ALGEHELE APPARATUUR OF HET SYSTEEM ZIJN GEÏNSTALLEERD.
Kennisgevingen
PRESTATIEGEGEVENS
Prestatiegegevens die in deze catalogus worden gegeven, dienen slechts als leidraad voor de gebruiker bij het bepalen van de geschiktheid en vormen geen garantie. Deze gegevens kunnen het resultaat zijn van de testvoorwaarden van OMRON en zullen door de gebruikers aan de feitelijke vereisten van de toepassing moeten worden getoetst. De feitelijke prestaties vallen onder de Garantie en aansprakelijkheidsbeperking van OMRON.
WIJZIGING VAN TECHNISCHE GEGEVENS
Technische gegevens en accessoires van producten kunnen op elk moment worden gewijzigd wegens verbeteringen of andere redenen. U kunt op elk gewenst moment contact opnemen met uw OMRON-contactpersoon voor de actuele technische gegevens van het product dat u hebt aangeschaft.
AFMETINGEN EN GEWICHTEN
De afmetingen en gewichten zijn nominale waarden en mogen niet worden gebruikt voor fabricagedoeleinden, zelfs niet wanneer hierbij toleranties worden vermeld.
Cat. No. J150-NL2-04
In verband met verbeteringen van het product kunnen technische gegevens zonder voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd.
NEDERLAND Omron Electronics B.V. Wegalaan 61, 2132 JD Hoofddorp Tel: +31 (0) 23 568 11 00 Fax: +31 (0) 23 568 11 88 www.omron.nl
BELGIË Omron Electronics N.V./S.A. Stationsstraat 24, B-1702 Groot-Bijgaarden Tel: +32 (0) 2 466 24 80 Fax: +32 (0) 2 466 06 87 www.omron.be
28 Flexibele veiligheidsunit G9SX
Loading...