Olivetti ANYWAY photo wireless, ANYWAY photo User Manual [nl]

㄰
Ref: 517704
Samengesteld/Uitgegeven/Geproduceerd door: Olivetti S.p.A. Gruppo Telecom Italia
Ref: 517704
Publicatiedatum: Herfstmaand 2005
Via Jervis, 77 Ivrea (TO) Italy www.olivetti.com
Copyright © Olivetti, 2005 Alle rechten voorbehouden
ENERGY STAR is een wettig gedeponeerd handelsmerk in de Verenigde Staten.
Het ENERGY STAR-programma is een energiebesparingsplan dat door de milieubeschermingsorganisatie van de overheid van de Verenigde Staten is opgesteld als antwoord op de milieuproblematiek met als doel de ontwikkeling en het gebruik van meer energiebesparende kantoorapparatuur.
Gedeponeerde handelsmerken: Microsoft en Windows zijn gedeponeerde handelsmerken van Microsoft Corporation.
Andere gedeponeerde handelsmerken en handelsnamen kunnen in deze uitgave worden gebruikt als verwijzing naar de respectieve eigenaren of namen van hun producten. Olivetti wijst elk eigendomsbelang in gedeponeerde handelsmerken en handelsnamen van derden af.
Het CE-merk dat op dit product is aangebracht getuigt ervan dat het product aan de kwal­iteitseisen voldoet.
RICHTLIJN 2002/96/EG BETREFFENDE AFGEDANKTE ELEKTRISCHE
EN ELEKTRONISCHE APPARATUUR
1. VOOR DE LANDEN VAN DE EUROPESE UNIE (EU)
Het is verboden om elektrische en elektronische apparatuur als huishoudelijk afval te verwerken: het is verplicht om een gescheiden inzameling uit te voeren. Het achterlaten van dergelijke apparatuur op plekken die niet specifiek hiervoor erkend en ingericht zijn, kan gevaarlijke gevolgen voor het milieu en de veiligheid met zich meebrengen. Overtreders zijn onderworpen aan sancties en maatregelen krachtens de wet.
OM OP CORRECTE WIJZE ONZE APPARATUUR TE VERWERKEN KUNT U: a Zich wenden tot de plaatselijke instanties die u aanwijzingen en praktische informatie over de correcte
behandeling van het afval zullen verschaffen, zoals bijvoorbeeld: locatie en openingstijden van de inzamelcentra, enz.
b Bij aankoop van een nieuw apparaat van ons merk, het oude apparaat, dat gelijk moet zijn aan het gekochte
apparaat bij onze wederverkoper inleveren.
Het symbool van de doorgekruiste vuilnisbak, aangebracht op de apparatuur, betekent dat:
Het apparaat aan het einde van zijn levensduur bij geoutilleerde inzamelcentra moet worden ingeleverd en gescheiden van het huishoudelijk afval moet worden verwerkt;
Olivetti de activering garandeert van de procedures inzake behandeling, inzameling,
recycling en verwerking van de apparatuur conform de Richtlijn 2002/96/EG (en latere wijzigingen).
2. VOOR DE OVERIGE LANDEN (NIET EU)
De behandeling, de inzameling, de recycling en de verwerking van elektrische en elektronische apparatuur dienen overeenkomstig de wetten die in elk land van kracht zijn te gebeuren.
㄰
INHOUDSOPGAVE
1 OM TE BEGINNEN. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1
ALGEMENE INFORMATIE . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2
TOEGANG TOT DE ONLINE HELP
AANWIJZINGEN MET BETREKKING TOT DE VEILIGHEID
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2
. . . . . . . . . . . 3
INFORMATIE MET BETREKKING TOT DE PRINTKWALITEIT
EN DE GARANTIE
PLAATSING VAN DE PRINTERCOMPONENTEN
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3
. . . . . . . . . . . . . . . . 4
BEDIENINGSPANEEL VAN DE PRINTER . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6
PRINTCONSOLE VOOR FOTO’S
PLAATSING VAN HET ORIGINEEL OP DE GLASPLAAT
PAPIER LADEN
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10
Laden van verschillende soorten papier
IN- EN UITSCHAKELEN VAN DE PRINTER
Inschakelen van de printer Uitschakelen van de printer
AANSLUITING VAN EEN DIGITAAL FOTOTOESTEL OP DE PRINTER
PLAATSEN EN VERWIJDEREN VAN DE GEHEUGENKAARTEN
Plaatsen van een geheugenkaart Verwijderen van een geheugenkaart
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8
. . . . . . . . . . . . 9
. . . . . . . . . . . . . . . . . . 10
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11
. . . . . 12
. . . . . . . . 12
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 12
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . 13
2 GEBRUIK VAN DE PRINTER ZONDER COMPUTER . . . . . . . 15
KOPIËREN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 16
WEERGAVE VAN DE FOTO’S OP HET DISPLAY VAN DE PRINTER . . . . . . . 16
SELECTEREN EN AFDRUKKEN VAN DE FOTO’S VANAF DE GEHEUGENKAART 17
FOTO’S AFDRUKKEN VANAF EEN DIGITAAL PICTBRIDGE FOTOTOESTEL . 18
FOTO’S AFDRUKKEN VANAF EEN DIGITAAL DPOF FOTOTOESTEL
. . . . . 18
FOTO’S AFDRUKKEN VANAF EEN DIGITAAL FOTOTOESTEL DAT GEEN
PICTBRIDGE/DPOF IS
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 18
3 GEBRUIK VAN DE PRINTER VANAF EEN COMPUTER . . . . . 19
VOORBEREIDING . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 20
DE TOOLBOX
DE STATUS MONITOR (STATUSBEHEER) VAN DE PRINTER
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 20
. . . . . . . . . . 21
INHOUDSOPGAVE iii
PRINTEN, KOPIËREN EN SCANNEN DOOR MIDDEL VAN DE TOOLBOX . . 22
PRINTEN VANUIT EEN TOEPASSING MET GEBRUIK VAN DE
PRINTEREIGENSCHAPPEN
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 24
SCANNEN VAN EEN ORIGINEEL VANUIT EEN TOEPASSING
. . . . . . . . . 25
SCANNEN VAN EEN ORIGINEEL VANAF HET BEDIENINGSPANEEL
VAN DE PRINTER
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 26
BESTANDEN OVERBRENGEN VAN DE GEHEUGENKAART NAAR DE
COMPUTER
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 26
4 INKTPATRONEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 27
CONTROLE VAN HET INKTNIVEAU . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 28
VERVANGING VAN DE INKTPATRONEN
UITLIJNING VAN DE INKTPATRONEN
Uitlijningspagina van de inktpatronen Uitlijning van de inktpatronen vanaf de Toolbox
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 29
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 32
. . . . . . . . . . . . . . . . . . 32
. . . . . . . . . . . . 32
VERVANGING VAN DE ZWARTE PATROON EN DE FOTOPATROON
MET GEBRUIK VAN DE GARAGE
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 33
5 ONDERHOUD EN STORINGSOPSPORING. . . . . . . . . . . . . . . 35
REINIGING VAN DE PRINTER. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 36
Reiniging van de printerbehuizing, het binnenoppervlak van
het scannerdeksel en de glasplaat
. . . . . . . . . . . . . . . . . . 36
REINIGING VAN DE INKTSPROEIERS VAN DE PATRONEN
STORINGSOPSPORING
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 37
Problemen tijdens de installatie van de printer Problemen bij het inschakelen van de printer Problemen bij het afdrukken Problemen bij het kopiëren/scannen
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 39
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . 40
Betekenis van de LED’s op het bedieningspaneel
VASTGELOPEN PAPIER VERWIJDEREN
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 41
. . . . . . . . . . 36
. . . . . . . . . . . . . 37
. . . . . . . . . . . . . . 39
. . . . . . . . . . . . 40
6 TECHNISCHE SPECIFICATIES . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 43
ALGEMENE SPECIFICATIES. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 44
AFDRUKSPECIFICATIES . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 45
KOPIEERSPECIFICATIES
SCANSPECIFICATIES
PAPIERSPECIFICATIES
Ondersteunde papiersoorten Ondersteunde papierformaten en afmetingen
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 45
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 46
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 46
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 46
. . . . . . . . . . . . . 47
INDEX . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 49
HOODFSTUK INHOUDSOPGAVEiv
1OM TE BEGINNEN
ALGEMENE INFORMATIE
TOEGANG TOT DE ONLINE HELP
AANWIJZINGEN MET BETREKKING TOT DE VEILIGHEID
INFORMATIE MET BETREKKING TOT DE PRINTKWALITEIT EN DE GARANTIE
PLAATSING VAN DE PRINTERCOMPONENTEN
BEDIENINGSPANEEL VAN DE PRINTER
PRINTCONSOLE VOOR FOTO’S
PLAATSING VAN HET ORIGINEEL OP DE GLASPLAAT
PAPIER LADEN
IN- EN UITSCHAKELEN VAN DE PRINTER
AANSLUITING VAN EEN DIGITAAL FOTOTOESTEL OP DE PRINTER
PLAATSEN EN VERWIJDEREN VAN DE GEHEUGENKAARTEN
OM TE BEGINNEN 1
ALGEMENE INFORMATIE
Dit veelzijdige multifunctionele product bestaat uit een inkjetprinter met dubbele inktpatroon van hoge kwaliteit en een flatbed kleurenscanner van A4-formaat, voor het printen, scannen en kopiëren van documenten en foto’s. Met een kleurenpatroon en een zwarte patroon kunt u de multifunctionele printer gebruiken voor het afdrukken van normale documenten in zwart-wit of in kleur. Met de mogelijkheid de zwarte inktpatroon te vervangen door een fotopatroon (die apart wordt geleverd), wordt uw multifunctionele printer een fotografische 6-kleurenprinter die in staat is nieuw leven te geven aan uw foto-afdrukken. Als de printer op een computer met modem is aangesloten, kunnen de gescande documenten of foto’s bovendien per fax worden verzonden met behulp van de op de PC geïnstalleerde faxtoepassing.
Deze multifunctionele printer kan worden gebruikt in de voordelige PC-free of stand-alone modus, waarin het mogelijk is kopieën te maken en foto’s af te drukken door eenvoudig een digitaal fototoestel PictBridge, DPOF of non-PictBridge/DPOF op de USB-poort op het bedieningspaneel aan te sluiten, zonder de printer op een computer aan te hoeven sluiten en dus zonder de PC te hoeven inschakelen. Bovendien kunt u geheugenkaarten in de speciale slots aan de voorkant van de printer aanbrengen en de opgeslagen foto’s selecteren en afdrukken.
Deze multifunctionele printer kan tevens op een personal computer worden aangesloten via de tweede USB-poort. In dat geval werkt men als in de modus PC-free, maar kan toch gebruik worden gemaakt van de software voor documentbeheer en de extra software op de CD-ROM “Installation” (“Installatie”) die bij het product wordt geleverd. Opmerking: Indien men de printer op een personal computer aan wil sluiten, moet deze laatste gebruik maken van het besturingssysteem Microsoft Windows 98 SE, Me, 2000 of XP, ofwel MAC OS
10.3 of latere versie.
TOEGANG TOT DE ONLINE HELP
Deze gebruikershandleiding biedt de nodige basisinformatie voor het gebruiken van de functies die de multifunctionele printer biedt. Voor meer gedetailleerde informatie dient u echter de Online Help te lezen. Om de Online Help te openen:
1 Klik met de rechter muisknop op het pictogram Olivetti op de taakbalk van Windows en selecteer
Online Help.
HOODFSTUK 12
AANWIJZINGEN MET BETREKKING TOT DE VEILIGHEID
U dient de onderstaande veiligheidsinformatie aandachtig te lezen en nauwkeurig op te volgen:
Gebruik uitsluitend het bij het product geleverde netsnoer, of een door de fabrikant goedgekeurd netsnoer.
Sluit het netsnoer aan op een geaard stopcontact dat zich in dichtbij het apparaat bevindt en gemakkelijk bereikbaar is.
Installeer de printer op een plat en stabiel oppervlak, en plaats hem zo dat niemand op het netsnoer kan trappen of erover kan struikelen.
Gebruik de printer niet in vochtige ruimten, of met natte handen.
Stel de printer niet bloot aan regen of vocht.
Doe geen pogingen om de printer te demonteren.
Houd u aan alle waarschuwingen en instructies die direct op de printer zijn aangebracht.
U dient de bij de printer geleverde documentatie aandachtig te lezen en op te volgen.
INFORMATIE MET BETREKKING TOT DE PRINTKWALITEIT EN DE GARANTIE
Om de correcte werking van de printer en een hoge printkwaliteit te garanderen, is het van fundamenteel belang dat uitsluitend originele Olivetti inktpatronen worden gebruikt.
Olivetti aanvaardt geen enkele aansprakelijkheid voor schade aan de printer als gevolg van schending of regeneratie van de inkjetpatronen. Bovendien komt door dergelijke handelingen de garantie te vervallen.
OM TE BEGINNEN 3
PLAATSING VAN DE PRINTERCOMPONENTEN
HOODFSTUK 14
Verwijzing Onderdeel Beschrijving
1 Papiergeleider Geleidt het papier dat in de printer gevoerd wordt.
2 Papiersteun Ondersteunt het geladen papier.
3 Afneembaar deksel
van de glasplaat
Deksel van de scannerunit. Kan worden verwijderd voor het scannen van volumineuze documenten (zoals boeken).
4 Bedieningspaneel Paneel dat wordt gebruikt voor het aansluiten van een digitaal
fototoestel, het in- en uitschakelen van de printer en het regelen van de print-, kopieer- en scanfuncties.
5 Scannerunit De scannerunit zorgvuldig ontgrendelen en optillen om bij de
patronen te komen.
6 Glasplaat Leg het document of de foto met de te kopiëren of te scannen
zijde naar onder. Zie Plaatsing van het origineel op de glasplaat”.
7 Patroonhouder Ondersteunt twee inktpatronen. De kleurenpatroon wordt links
geïnstalleerd, en de zwarte patroon (of de apart aangeschafte fotopatroon) wordt rechts geïnstalleerd. Voor het vervangen van de inktpatronen, zie “Vervanging van de inktpatronen".
8 USB-interface hoge
snelheid
Sluit de (niet bijgeleverde) USB-kabel voor de computerverbinding op de printer aan. Sluit het andere uiteinde op de computer aan.
9 Aansluiting netsnoer Sluit het bijgeleverde netsnoer op de printer aan. Sluit vervolgens
het andere uiteinde van het snoer op een geaard stopcontact aan. Opmerking: Sluit het snoer eerst op de printer, en daarna op het stopcontact aan.
10 Uitvoerlade Vangt het bedrukte papier op dat door de printer wordt
uitgevoerd. De lade kan worden uitgetrokken.
11 Printconsole voor de
foto’s en LCD-scherm
Een vloeibare kristallen kleurenscherm waarop de foto’s kunnen worden weergegeven die zich in het geheugen van het digitale fototoestel of op de geheugenkaart bevinden die op de computer is aangesloten, en een groot aantal toetsen waarmee de afdrukken kunnen worden aangepast.
12 Slot voor de
geheugenkaarten
Plaats de geheugenkaarten in de speciale slots om de inhoud ervan te lezen en de te printen foto’s te selecteren. Zie "Plaatsen en verwijderen van de geheugenkaarten".
13 USB-interface Sluit de USB-kabel van het digitale fototoestel aan.
OM TE BEGINNEN 5
BEDIENINGSPANEEL VAN DE PRINTER
Op het bedieningspaneel kan het afdrukken, scannen en kopiëren van de op de glasplaat liggende, van een digitaal fototoestel ontvangen of op de in de slot gestoken geheugenkaart opgeslagen documenten en foto’s handmatig worden geregeld.
Verwijzing Onderdeel Beschrijving
1 USB-aansluiting Sluit de USB-kabel van het digitale fototoestel aan om de foto's
direct vanaf het fototoestel af te drukken.
2 LED USB-status Brandt met groen licht om aan te geven dat een digitaal
fototoestel is aangesloten, knippert om aan te geven dat er gegevens naar de printer worden overgedragen.
3 LED USB-fout Brandt met rood licht om een USB-foutconditie aan te geven (fout
in gegevensoverdracht). Zie “Betekenis van de LED's van het bedieningspaneel” voor meer informatie.
4 Slot voor
geheugenkaarten
Compatibel met Compact Flash I, II, Microdrive, SmartMedia, SecurDigital en MultiMedia kaarten, Memory Stick en xD-Picture kaarten.
5 Printtoets Brandt alleen wanneer een digitaal fototoestel op de USB-
interface van het bedieningspaneel is aangesloten. Druk op deze toets om de geheugeninhoud van het digitale DPOF fototoestel af te drukken. Deze toets knippert elke keer dat een afdruk wordt gemaakt.
6 Keuzetoets Kwaliteit Voor het selecteren van de kwaliteit van de afdruk of kopie. Door
eenmaal drukken wordt de fotografische kwaliteit geselecteerd, door tweemaal drukken gaat men terug naar de default waarde, normale kwaliteit. De printer regelt automatisch de afdrukresolutie (hoog of normaal) op basis van de gekozen kwaliteit. Voor het kopiëren, op deze toets drukken om te bepalen of het origineel uit alleen tekst, een combinatie van tekst en grafische afbeeldingen, of uit foto's bestaat. De overeenkomstige pictogrammen op deze toets gaan branden om de gekozen instelling aan te geven.
7 Toets Contrast kopie Voor het donkerder of lichter maken van de kopie. De
selecteerbare contrasttypen zijn donker, gebalanceerd en licht. De betreffende pictogrammen op deze toets gaan branden om de gekozen instelling aan te geven.
8 Teller kopieën Geeft het geselecteerde aantal kopieën aan. De teller loopt terug
naargelang de kopieën worden afgedrukt.
HOODFSTUK 16
Verwijzing Onderdeel Beschrijving
9 Keuzetoets kopieën Druk op het Plusteken (+) om het aantal te maken kopieën te
verhogen (max. 9).
Druk op het Minteken (-) om het aantal te maken kopieën te
verlagen (min. 1).
Het geselecteerde aantal wordt door de teller weergegeven.
10 Toets Z/W-kopie Druk op deze toets om een kopie in Z/W te maken. Houd de toets
ingedrukt om de functie “Formaat aanpassen” te activeren. Zie “Kopiëren”.
11 Toets kleurenkopie Druk op deze toets om een kleurenkopie te maken. Houd de toets
ingedrukt om de functie “Formaat aanpassen” te activeren. Zie “Kopiëren”.
12 Scantoets Wordt verlicht wanneer de printer op een computer is
aangesloten.
Druk op deze toets om het document of de foto op de glasplaat te scannen wanneer de printer op een computer is aangesloten. Zie “Scannen vanaf het bedieningspaneel”. Er wordt een venster van de Toolbox weergegeven voor het aangeven van de bestemming van de gescande afbeelding en het aanpassen van de scaninstellingen.
13 Annuleertoets Voor het direct annuleren van een afdruk, een scantaak of een
kopie, waardoor het papier wordt uitgevoerd.
14 Lampjes inkt op Dit lampje knippert of gaat branden om aan te geven dat het
inktniveau in de zwarte, kleuren- of fotopatroon laag is. Zie “Vervanging van de inktpatronen”.
15 Lampje papierstoring Knippert om een papierstoring aan te geven. Zie
“Vastgelopen papier verwijderen”.
Knippert om aan te geven dat het papier op is.
Knippert om aan te geven dat een verkeerd papierformaat wordt ingevoerd bij afdrukken of kopiëren.
16 Aan/uitknop Voor het in- en uitschakelen van de printer.
OM TE BEGINNEN 7
PRINTCONSOLE VOOR FOTO’S
De printconsole voor de foto’s dient voor het handmatig regelen van het afdrukken van de foto’s die worden ontvangen van een op de printer aangesloten digitaal fototoestel, of zijn opgeslagen op de geheugenkaart die in de slot van de printer is aangebracht. Dankzij het kleurendisplay kunt u de foto’s ook doorlopen en weergegeven. De console bevat tevens een serie toetsen waarmee u de gewenste foto’s kunt selecteren en de afdruk ervan persoonlijk aanpassen. De pictogrammen op de toetsen worden verlicht om aan te geven dat de selectie actief is.
Verwijzing Onderdeel Beschrijving
1 Toets Pagina-layout Dient voor het selecteren van de layout waarin de foto’s op papier
moeten worden afgedrukt. Druk achtereenvolgens op deze toets om het volgende te selecteren:
1 foto zonder marges aangepast op het papierformaat
1 foto met marges aangepast op het papierformaat
2 foto’s zonder marges aangepast op het papierformaat
4 foto’s zonder marges aangepast op het papierformaat
de index van uw afbeeldingen, die correct wordt afgedrukt indien reeds aangemaakt door het randapparaat (digitaal fototoestel). Indien de afbeeldingenindex niet door het randapparaat wordt geleverd, creëert de printer een eigen index, die mogelijk niet compleet is.
Door op deze toets te drukken, worden de pictogrammen verlicht om de geselecteerde pagina-layout aan te geven. Indien de pictogrammen niet verlicht worden, is er geen randapparaat op de printer aangesloten.
2 Kleurendisplay LCD-kleurenscherm, 65K van 1.9", voor het afdrukvoorbeeld en
het selecteren van de foto’s.
3 Keuzetoetsen kopieën Druk op het plusteken (+) om het aantal te maken kopieën te
verhogen (max.: 9).
Druk op het minteken (-) om het aantal te maken kopieën te verlagen (min.: 1).
Het geselecteerde aantal wordt door de teller weergegeven.
4 Selectietoets Druk op deze toets om de op het LCD weergegeven foto te printen.
5 Wisseltoets weergave Druk op deze toets om van de weergave op vol scherm over te
gaan naar miniatuurformaat op het kleurenscherm. Deze toets wordt niet verlicht.
6 Navigatietoetsen Omhoog om 9 miniaturen terug te gaan.
Omlaag om 9 miniaturen verder te gaan.
Links naar vorige afbeelding.
Rechts naar volgende afbeelding.
Houd de knop ingedrukt om door de verschillende weergaven te schuiven.
HOODFSTUK 18
PLAATSING VAN HET ORIGINEEL OP DE GLASPLAAT
1 Open het deksel van de glasplaat. Om een volumineus document te kopiëren, zoals een boek, kan het
deksel worden verwijderd door op de bevestigingsmechanismen te drukken en het deksel eraf te tillen.
2 Plaats het originele document of de foto op de glasplaat met de te scannen zijde naar onder, en in lijn
met de linker bovenhoek. Sluit het deksel van de glasplaat.
3 Indien het deksel van de glasplaat werd verwijderd, moet het na de kopieertaak weer worden
aangebracht door de lippen in de gleuven aan de achterkant van de printer te schuiven tot men een klik hoort ten teken dat ze vergrendeld zijn. Sluit het deksel.
OM TE BEGINNEN 9
PAPIER LADEN
1 Breng de twee papiersteunen in verticale stand, en druk vervolgens de linker papiergeleider in en schuif
hem geheel open. Opmerking: Controleer bij het omhoog zetten van de papiersteunen of ze in de correcte verticale stand zijn geplaatst.
2 Laad het papier verticaal (afdrukstand portrait), met de te bedrukken zijde naar de voorkant van de
printer gericht, tegen de rechter geleider. Druk de linker geleider in en schuif hem tegen de linkerrand van het papier.
Laden van verschillende soorten papier
Voor het laden van: Als volgt te werk gaan:
Standaard papier, gestreken papier, glanzend papier, fotografisch papier, wenskaarten, kaarten, enveloppen,
Laad het papier verticaal tegen de rechterkant van de papiersteun en met de te bedrukken zijde naar de voorkant van de printer gericht.
Druk de papiergeleider in en schuif hem tegen de linker rand van het papier.
Opmerking: Voorgedrukt papier moet met de bovenkant naar onder en met
de te bedrukken zijde naar voren worden geplaatst. transparanten, etiketten voor inkjetprinten
Kettingpapier Verwijder al het papier uit de papiersteun.
Plaats de invoerrand van het papier verticaal in de printer, tegen de rechterkant van de papiersteun en met de te bedrukken zijde naar de voorkant van de printer gericht.
Opmerking: Gebruik geen geperforeerd kettingpapier.
Druk de papiergeleider in en schuif hem tegen de linker rand van het papier.
Opstrijkpapier voor T-shirts
Lees de bij de vellen geleverde instructies.
Laad de vellen verticaal tegen de rechterkant van de papiersteun en met de witte zijde naar de voorkant van de printer gericht.
Druk de papiergeleider in en schuif hem tegen de linker rand van het papier.
HOODFSTUK 110
IN- EN UITSCHAKELEN VAN DE PRINTER
Inschakelen van de printer
Druk op de Aan/uitknop rechts op het bedieningspaneel. Opmerking: Controleer alvorens de Aan/uitknop te bedienen, of het netsnoer op een geaard stopcontact is aangesloten. Voor informatie met betrekking tot de installatie van de printer, zie het bijgeleverde Installatieblad. Nadat op de Aan/uitknop is gedrukt, voert de printer een aantal zelfdiagnosetests uit om het systeem op eventuele storingen te controleren. Elke fout die in deze fase wordt gedetecteerd, wordt op het bedieningspaneel aangegeven, of op de pc die op de printer is aangesloten. Voor de juiste corrigerende handelingen in geval van fouten, wordt verwezen naar “Betekenis van de LED’s op het bedieningspaneel”.
Na afloop van de zelfdiagnose en als er geen fouten worden gevonden, worden enkele toetsen op het bedieningspaneel verlicht om de beschikbare functies aan te geven afhankelijk van de huidige configuratie van de printer (al of niet op een computer of een digitaal fototoestel aangesloten).
Wanner de printer niet op een computer is aangesloten, gaan de volgende lampjes of toetsen branden:
Wanner de printer op een computer is aangesloten, gaan de volgende lampjes of toetsen branden:
Bij aansluiting op de printer van een digitaal fototoestel dat geen PictBridge is, gaan de volgende lampjes of toetsen branden:
Bij aansluiting op de printer van een PictBridge fototoestel, gaan de lampjes of toetsen branden naargelang de printer al of niet op een computer is aangesloten. Zie de eerder vermelde configuraties.
Uitschakelen van de printer
Druk op de Aan/uitknop rechts op het bedieningspaneel. Alle lampjes van het bedieningspaneel gaan uit.
OM TE BEGINNEN 11
AANSLUITING VAN EEN DIGITAAL FOTOTOESTEL OP DE PRINTER
1 Schakel het digitale fototoestel in. Lees voor meer informatie de gebruiksaanwijzing van het
fototoestel.
2 Sluit, met de printer ingeschakeld, een uiteinde van de USB-kabel van het fototoestel op zijn USB-
aansluiting aan en het andere uiteinde van de kabel op de USB-aansluiting op het bedieningspaneel van de printer. Opmerking: Wanneer een digitaal PictBridge fototoestel is aangesloten, gaat alleen het pictogram van de printtoets op het bedieningspaneel uit om aan te geven dat de afdruk direct door het fototoestel wordt bestuurd. Voor instructies met betrekking tot het afdrukken van de foto’s wordt verwezen naar de gebruiksaanwijzing van het fototoestel.
De LED van de USB-status gaat branden om aan te geven dat een digitaal fototoestel is aangesloten. Opmerking: Indien de printer het aangesloten fototoestel niet herkent, gaat de LED van de USB-status niet branden. Controleer of een compatibel apparaat is aangesloten.
PLAATSEN EN VERWIJDEREN VAN DE GEHEUGENKAARTEN
Nadat u foto’s heeft gemaakt met het digitale fototoestel, kunt u de geheugenkaart waarop de foto’s zijn opgeslagen verwijderen en in de printer aanbrengen, zodat u de foto’s kunt weergeven en afdrukken. De printer kan de volgende geheugens lezen: Compact Flash I, II, Microdrive, SmartMedia, SecurDigital en MultiMedia, Memory Sticks (Duo, Pro, Magic Gate) kaarten en xD-Picture kaarten. Opmerking: De adapters voor het lezen van de Mini SD en MS Pro kaarten kunnen apart worden aangeschaft. De printer kan de volgende formaten herkennen en afdrukken: DCF, JPEG, Extif en DPOF.
Plaatsen van een geheugenkaart
Alvorens een geheugenkaart te in de slot te plaatsen, de richtlijnen volgen die op basis van de gebruikte kaart worden gegeven.
Controleer bij het plaatsen van een CompactFlash kaart, of het etiket naar boven gericht is (als op het etiket een pijl aanwezig is, moet deze in de richting van de printer wijzen) met de metaalcontacten die als eerste in de printer moeten worden aangebracht.
Controleer bij het plaatsen van Multimedia en SecureDigital kaarten, of de afgeschuinde hoek zich rechts bevindt en de metaalcontacten naar onder gericht zijn.
HOODFSTUK 112
Controleer bij het plaatsen van een SmartMedia kaart of een Memory Stick, of de afgeschuinde hoek zich links bevindt en de metaalcontacten naar onder gericht zijn.
Controleer bij een xD-Picture kaart of het gebogen deel van de kaart naar u toe gericht is en de metaalcontacten naar onder gericht zijn.
Opmerking: Het is van belang dat de kaart in de juiste richting in de printer wordt geplaatst; bij een verkeerde richting kan de kaart beschadigd raken.
1 Kies op het bedieningspaneel van de printer de juiste slot voor de geheugenkaart die u wilt plaatsen. 2 Richt de geheugenkaart volgens de aanwijzingen aan het begin van deze paragraaf, en breng hem
voorzichtig aan door hem zachtjes tot de aanslag in de slot te duwen. De volgende afbeelding toont een voorbeeld van het plaatsen van een MultiMedia kaart. Opmerking: Indien de geheugenkaart niet geheel in de slot geduwd kan worden, de plaatsing niet forceren omdat hierdoor de kaart en de printer beschadigd kunnen worden.
Indien de kaart correct is geplaatst, wordt op het LCD een pictogram weergegeven dat het totale aantal op de geheugenkaart opgeslagen foto’s aangeeft (uitsluitend de compatibele bestanden worden geopend en geteld).
Verwijderen van een geheugenkaart
1 Neem de kaart voorzichtig geheel uit de overeenkomstige slot.
OPGELET: Verwijder de geheugenkaart NIET tijdens de toegang van de printer of de computer,
omdat de foto’s die op de kaart zijn opgeslagen beschadigd kunnen raken. Vervolgens verschijnt het scherm printer niet actief, om aan te geven dat de printer wacht op ontvangst van nadere opdrachten.
OM TE BEGINNEN 13
Loading...
+ 37 hidden pages