Hierbij verklaart NOKIA CORPORATION dat het product
RM-570 in overeenstemming is met de essentiële vereisten
en andere relevante bepalingen van Europese richtlijn
1999/5/EG. Een exemplaar van de conformiteitsverklaring
kunt u vinden op de volgende website: http://
www.nokia.com/phones/declaration_of_conformity/.
Nokia, Nokia Connecting People en Navi zijn handelsmerken
of gedeponeerde handelsmerken van Nokia Corporation.
Nokia tune is een geluidsmerk van Nokia Corporation. Namen
van andere producten en bedrijven kunnen handelsmerken
of handelsnamen van de respectievelijke eigenaren zijn.
Reproductie, overdracht, dis tributie of opslag van de gehele
of gedeeltelijke inhoud van dit document in enige vorm
zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van Nokia is
verboden. Nokia voert een beleid dat gericht is op
voortdurende ontwikkeling. Nokia behoudt zich het recht
voor zonder voorafgaande kennisgeving wijzigingen en
verbeteringen aan te brengen in de producten die in dit
document worden beschreven.
Dit product is gelicentieerd onder de MPEG-4 Visual Patent
Portfolio-licentie (i) voor privé- en niet-commercieel gebruik
in verband met informatie die is gecodeerd volgens de
visuele norm MPEG-4, door een consument in het kader van
een privé- en niet-commerciële activiteit, en (ii) voor gebruik
in verband met MPEG-4-videomateriaal dat door een
gelicentieerde videoaanb ieder is verstrekt. Voor ie der ander
gebruik is of wordt expliciet noch impliciet een licentie
verstrekt. Aanvullende informatie, waaronder informatie
over het gebruik voor promotionele doeleinden, intern
gebruik en commercieel gebruik, is verkrijgbaar bij MPEG LA,
LLC. Zie http://www.mpegla.com.
VOOR ZOVER MAXIMAAL TOEGESTAAN OP GROND VAN HET
TOEPASSELIJKE RECHT, ZAL NOKIA OF EEN VAN HAAR
LICENTIEHOUDERS ONDER GEEN OMSTANDIGHEID
AANSPRAKELIJK ZIJN VOOR ENIG VERLIES VAN GEGEVENS OF
INKOMSTEN OF VOOR ENIGE BIJZONDERE, INCIDENTELE OF
INDIRECTE SCHADE OF GEVOLGSCHADE VAN WELKE OORZAAK
DAN OOK.
DE INHOUD VAN DIT DOCUMENT WORDT ZONDER ENIGE VORM
VAN GARANTIE VERSTREKT. TENZIJ VEREIST KRACHTENS HET
TOEPASSELIJKE RECHT, WORDT GEEN ENKELE GARANTIE GEGEVEN
BETREFFENDE DE NAUWKEURIGHEID, BETROUWBAARHEID OF
INHOUD VAN DIT DOCUMENT, HETZIJ UITDRUKKELIJK HETZIJ
IMPLICIET, DAARONDER MEDE BEGREPEN MAAR NIET BEPERKT
TOT IMPLICIETE GARANTIES BETREFFENDE DE
VERKOOPBAARHEID EN DE GESCHIKTHEID VOOR EEN BEPAALD
DOEL. NOKIA BEHOUDT ZICH TE ALLEN TIJDE HET RECHT VOOR
ZONDER VOORAFGAANDE KENNISGEVING DIT DOCUMENT TE
WIJZIGEN OF TE HERROEPEN.
De beschikbaarheid van bepaalde producten, toepassingen
en diensten voor deze producten kan per regio verschillen.
Neem contact op met uw Nokia-dealer voor details en de
beschikbaarheid van taalopties. Dit apparaat bevat mogelijk
onderdelen, technologi e of software die onderhevig zijn aan
wet- en regelgeving betreffende export van de VS en andere
landen. Ontwijking in strijd met de wetgeving is verboden.
MEDEDELING FCC
Dit apparaat kan tv- of rad iostoringen veroorza ken
(bijvoorbeeld als u in de nabijheid van ontvangstapparatuur
een telefoon gebruikt). De Federal Communications
Commission (FCC) kan u vragen de telefoon niet langer te
gebruiken indien deze interferentie niet geëlimineerd kan
worden. Neem contact op met uw lokale servicedienst als u
hulp nodig hebt. Dit apparaat voldoet aan deel 15 van de FCCregels. De werking is afhankelijk van de volgende twee
voorwaarden: (1) Dit apparaat mag geen schadelijke
storingen veroorzaken en (2) dit apparaat moet storingen
van buitenaf accepteren, ook wanneer deze een ongewenste
werking tot gevolg kunnen hebben. Veranderingen of
aanpassingen die niet uitdrukkelijk door Nokia zijn
goedgekeurd, kunnen het recht van de gebruiker om met
deze apparatuur te werken tenietdoen.
Modelnummer: 6600i-1c
9215878/Uitgave 2 NL
Inhoudsopgave3
Inhoudsopgave
Veiligheid4
Maak het uw eigen telefoon5
Aan de slag5
De telefoon aanpassen aan uw
voorkeuren13
Verbindingen15
Diensten van netwerkproviders17
Telefoonfuncties18
Bellen18
Tekst en berichten21
Afbeeldingen en video26
Foto's maken26
Videoclips opnemen26
Camera- en video-opties26
Galerij26
Entertainment28
Luisteren naar muziek28
Internet 30
Spelletjes en toepassingen32
Kaarten33
Kaarten downloaden33
Kaarten en GPS33
Extra diensten34
Gegevens beheren34
Contacten beheren34
Visitekaartjes35
Datum en tijd35
Alarmklok36
Agenda36
To-do list36
Notities36
Nokia PC Suite36
Rekenmachine36
Timerfunctie37
Stopwatch37
Ondersteuning en updates37
Nuttige tips37
Nokia-ondersteuning38
My Nokia38
Content downloaden38
Software-updates via de pc38
Software-updates over-the-air39
Dienst voor configuratie-instelling39
Fabrieksinstellingen terugzetten40
Beheersysteem voor digitale
rechten41
Toebehoren41
Batterij41
Informatie over de batterij en de
lader41
Controleren van de echtheid van
Nokia-batterijen42
De echtheid van het hologram
controleren42
En als de batterij niet origineel is?42
Behandeling en onderhoud42
Verwijdering43
Aanvullende
veiligheidsinformatie43
Kleine kinderen43
Gebruiksomgeving43
Medische apparatuur43
Voertuigen43
Explosiegevaarlijke omgevingen44
Alarmnummer kiezen44
Informatie over certificatie (SAR)44
Index46
4Veiligheid
Veiligheid
Lees deze eenvoudige richtlijnen. Het niet
opvolgen van de richtlijnen kan gevaarlijk
of onwettig zijn. Lees de volledige
gebruikershandleiding voor meer
informatie.
SCHAKEL HET APPARAAT ALLEEN IN ALS
HET VEILIG IS
Schakel het apparaat niet in als
het gebruik van mobiele
telefoons verboden is of als dit
storing of gevaar zou kunnen
opleveren.
VERKEERSVEILIGHEID HEEFT VOORRANG
Houdt u aan de lokale
wetgeving. Houd tijdens het
rijden uw handen vrij om uw
voertuig te besturen. De
verkeersveiligheid dient uw
eerste prioriteit te hebben
terwijl u rijdt.
STORING
Alle draadloze apparaten
kunnen gevoelig zijn voor
storing. Dit kan de werking van
het apparaat negatief
beïnvloeden.
SCHAKEL HET APPARAAT UIT IN GEBIEDEN
WAARBINNEN EEN GEBRUIKSVERBOD
GELDT
Houd u aan alle mogelijke
beperkende maatregelen.
Schakel het apparaat uit in
vliegtuigen en in de nabijheid
van medische apparatuur,
brandstof, chemicaliën of
gebieden waar explosieven
worden gebruikt.
DESKUNDIG ONDERHOUD
Dit product mag alleen door
deskundigen worden
geïnstalleerd of gerepareerd.
TOEBEHOREN EN BATTERIJEN
Gebruik alleen goedgekeurde
toebehoren en batterijen. Sluit
geen incompatibele producten
aan.
TOEBEHOREN
Gebruik alleen goedgekeurde
toebehoren. Sluit geen
incompatibele producten aan.
WATERBESTENDIGHEID
Het apparaat is niet
waterbestendig. Houd het
apparaat droog.
Maak het uw eigen telefoon5
Maak het uw eigen telefoon
Aan de slag
Leer de telefoon kennen, plaats de
batterij, simkaart en geheugenkaart, en
neem kennis van belangrijke informatie
over uw telefoon.
Toetsen en onderdelen
1 Luidspreker
2 Scherm
3 Navi™-toets (bladertoets)
4 Linkerselectietoets
5 Beltoets
6 Toetsenbord
7 Aan/uit-toets
8 Rechterselectietoets
9 Lichtsensor
10 Camera voorzijde
11 Aansluiting voor oplader
12 Oogje voor koord
13 Ontgrendelingsknop voor
Schakel het apparaat altijd uit en
ontkoppel de lader voordat u de batterij
verwijdert.
Deze telefoon is bedoeld voor gebruik met
een BL-4U batterij. Gebruik altijd originele
Nokia batterijen.
echtheid van Nokia-batterijen', p. 42.
De SIM-kaart en de contactpunten van de
kaart kunnen gemakkelijk beschadigd
raken door krassen of verbuiging. Wees
daarom voorzichtig wanneer u een SIMkaart vastpakt, plaatst of verwijdert.
1 Druk op de ontgrendelingsknop en
open de achtercover. Verwijder de
batterij.
2 Open de SIM-kaarthouder. Plaats de
SIM-kaart met het contactoppervlak
naar beneden in de houder. Sluit de
SIM-kaarthouder
3 Plaats de batterij terug (let op de
positie van de contactpunten). Plaats
de cover terug.
Zie 'Controleren van de
6Maak het uw eigen telefoon
Een geheugenkaart plaatsen
Gebruik alleen compatibele micro-SDkaarten die door Nokia is goedgekeurd
voor gebruik met dit apparaat. Nokia
maakt gebruik van goedgekeurde
industriële normen voor
geheugenkaarten, maar sommige
merken zijn mogelijk niet geheel
compatibel met dit apparaat.
Incompatibele kaarten kunnen de kaart
en het apparaat beschadigen en gegevens
op de kaart aantasten.
Uw telefoon ondersteunt micro-SDkaarten tot 16 GB.
1 Schakel het apparaat uit en verwijder
de achtercover en de batterij.
2 Verschuif de geheugenkaarthouder
om deze te ontgrendelen.
3 Open de kaarthouder en plaats de
geheugenkaart in de houder met het
contactoppervlak naar binnen.
4 Sluit de kaarthouder en verschuif deze
om hem te vergrendelen.
5 Plaats de batterij en achtercover
terug.
1 Sluit de lader aan op een stopcontact.
2 Sluit de lader aan op het apparaat.
3 Als de batterij volledig is opgeladen,
koppelt u de lader los van het
apparaat. Haal vervolgens de stekker
van de lader uit het stopcontact.
U kunt de batterij ook opladen met een
USB-kabel met stroom van een computer.
1 Sluit het ene uiteinde van de USB-
kabel aan op een USB-poort van een
computer en sluit het andere uiteinde
aan op uw apparaat.
2 Wanneer de batterij volledig is
opgeladen, koppelt u de USB-kabel
los.
Als de batterij volledig ontladen is, kan het
enkele minuten duren voordat de batterijindicator op het scherm wordt
weergegeven en u weer met het apparaat
kunt bellen.
De oplaadtijd hangt af van de lader die u
gebruikt. Het opladen van een batterij van
het type BL-4U met een lader van het type
AC-8 duurt ongeveer 1 uur en 30
minuten wanneer het apparaat het
startscherm weergeeft.
De batterij opladen
De batterij is van tevoren opgeladen, maar
het oplaadniveau kan per batterij
verschillen.
Maak het uw eigen telefoon7
Antenne
Het apparaat kan interne en externe
antennes hebben. Vermijd onnodig
contact met het gebied rond de antenne
als de antenne aan het zenden of
ontvangen is. Contact met antennes kan
de kwaliteit van de communicatie nadelig
beïnvloeden en kan tijdens gebruik leiden
tot een hoger stroomverbruik en tot een
kortere levensduur van de batterij.
In de afbeelding is het antennegebied
grijs gemarkeerd.
Headset
Waarschuwing:
Voortdurende blootstelling aan een hoog
geluidsvolume kan uw gehoor
beschadigen. Luister naar muziek op een
gematigd geluidsvolume. Houd het
apparaat niet dicht bij uw oor wanneer de
luidspreker in gebruik is.
Waarschuwing:
Wanneer u de hoofdtelefoon gebruikt,
kan uw vermogen om geluiden van
buitenaf te horen negatief worden
beïnvloed. Gebruik de hoofdtelefoon niet
wanneer dit uw veiligheid in gevaar kan
brengen.
Als u externe apparaten of headsets die
niet door Nokia zijn goedgekeurd voor
gebruik met dit apparaat op de USB-
connector aansluit, moet u extra letten op
het geluidsniveau.
Koord
1 Open de achterste cover.
2 Haak een koord achter het klemmetje
en sluit de achterste cover.
Over deze telefoon
Het draadloze apparaat dat in deze
handleiding wordt beschreven, is
goedgekeurd voor gebruik in het WCDMA850 en 2100, en GSM-netwerken 850, 900,
1800 en 1900. Neem contact op met uw
serviceprovider voor meer informatie
over netwerken.
Houd u bij het gebruik van de functies van
dit apparaat aan alle regelgeving en
eerbiedig lokale gebruiken, privacy en
legitieme rechten van anderen,
waaronder auteursrechten.
Auteursrechten kunnen verhinderen dat
bepaalde afbeeldingen, muziek en andere
inhoud worden gekopieerd, gewijzigd of
overgedragen.
Dit apparaat beschikt mogelijk over
vooraf geïnstalleerde bladwijzers en
koppelingen naar websites van derden. U
kunt met het apparaat ook andere sites
van derden bezoeken. Sites van derden
zijn niet verbonden met Nokia en Nokia
onderschrijft deze niet en aanvaardt er
geen aansprakelijkheid voor. Als u
dergelijke sites wilt bezoeken, moet u
8Maak het uw eigen telefoon
voorzorgsmaatregelen treffen op het
gebied van beveiliging of inhoud.
Waarschuwing:
Als u andere functies van dit apparaat wilt
gebruiken dan de alarmklok, moet het
apparaat zijn ingeschakeld. Schakel het
apparaat niet in wanneer het gebruik van
draadloze apparatuur storingen of gevaar
kan veroorzaken.
Vergeet niet een back-up of een gedrukte
kopie te maken van alle belangrijke
gegevens die in uw apparaat zijn
opgeslagen.
Wanneer u het apparaat op een ander
apparaat aansluit, dient u eerst de
handleiding van het desbetreffende
apparaat te raadplegen voor uitgebreide
veiligheidsinstructies. Sluit geen
incompatibele producten aan.
Belangrijk: Maak alleen gebruik van
diensten die u vertrouwt en die adequate
beveiliging en bescherming bieden tegen
schadelijke software.
Netwerkdiensten
Als u de telefoon wilt kunnen gebruiken,
moet u zijn aangemeld bij een aanbieder
van een draadloze verbindingsdienst.
Veel van de functies vereisen speciale
netwerkfuncties. Deze functies zijn niet
op alle netwerken beschikbaar. Er zijn ook
netwerken waar u specifieke regelingen
met uw serviceprovider moet treffen
voordat u gebruik kunt maken van de
netwerkdiensten. Uw serviceprovider kan
u instructies geven en uitleggen hoeveel
het kost. Bij sommige netwerken gelden
beperkingen die het gebruik van
netwerkdiensten negatief kunnen
beïnvloeden. Zo bieden sommige
netwerken geen ondersteuning voor
bepaalde taalafhankelijke tekens en
diensten.
Het kan zijn dat uw serviceprovider
verzocht heeft om bepaalde functies uit te
schakelen of niet te activeren in uw
apparaat. In dat geval worden deze
functies niet in het menu van uw apparaat
weergegeven. Uw apparaat kan ook
beschikken over een speciale
configuratie, zoals veranderingen in
menunamen, menuvolgorde en
pictogrammen. Neem voor meer
informatie contact op met uw
serviceprovider.
Functies zonder een SIM-kaart
U kunt sommige functies van uw telefoon
mogelijk gebruiken zonder dat u een SIMkaart hebt geplaatst, zoals functies van de
organizer en spelletjes. Sommige functies
worden gedimd weergegeven in de
menu's en kunnen niet worden gebruikt.
Toetsen blokkeren
Om te voorkomen dat toetsen per ongeluk
worden ingedrukt, selecteert u Menu en
drukt u binnen 3 seconden op *, zodat de
toetsen worden geblokkeerd.
Om de blokkering van het toetsenbord
weer op te heffen, selecteert u
Vrijgeven en drukt u binnen 1,5 seconde
op *. Voer zo nodig de beveiligingscode in.
Als u een oproep wilt beantwoorden
terwijl de toetsen zijn geblokkeerd, drukt
u op de beltoets. Wanneer u de oproep
beëindigt of niet aanneemt, worden de
toetsen weer automatisch geblokkeerd.
Andere functies zijn Aut. toets.blokk. en
Toetsenblokkering.
'Telefooninstellingen', p. 12.
Wanneer het apparaat is vergrendeld,
kunt u mogelijk nog wel het
geprogrammeerde alarmnummer kiezen.
Zie
Maak het uw eigen telefoon9
Toegangscodes
Als u wilt instellen hoe de toegangscodes
en beveiligingsinstellingen in de telefoon
worden gebruikt, selecteert u Menu >
Instellingen > Beveiliging >
Toegangscodes.
•Met de beveiligingscode wordt de
telefoon beveiligd tegen
ongeoorloofd gebruik. De vooraf
ingestelde code is 12345. U kunt deze
code wijzigen en de telefoon zo
instellen dat de code wordt
opgevraagd. Voor sommige
bewerkingen is de beveiligingscode
nodig ongeacht de instellingen,
bijvoorbeeld als u de
fabrieksinstellingen wilt terugzetten.
Houd de code geheim en bewaar deze
op een veilige plaats (niet bij de
telefoon). Als u de code bent vergeten
en de telefoon is vergrendeld, is extra
service nodig waarvoor kosten in
rekening kunnen worden gebracht.
Neem voor meer informatie contact
op met een Nokia Care-centrum of de
leverancier van de telefoon.
•Met de PIN- of UPIN-code die bij de
SIM- of USIM-kaart wordt geleverd,
wordt de kaart beveiligd tegen
ongeoorloofd gebruik.
•De PIN2-code (UPIN2), die bij
sommige SIM-kaarten (USIM) wordt
geleverd, is vereist voor het gebruik
van bepaalde diensten.
•PUK (UPUK)- en PUK2 (UPUK2)-codes
worden bij de SIM (USIM)-kaart
geleverd. Als u drie keer achter elkaar
de verkeerde PIN-code hebt
ingevoerd, wordt u om de PUK-code
gevraagd. Neem contact op met uw
serviceprovider als de codes niet
beschikbaar zijn.
•Het blokkeerwachtwoord is vereist als
u Oproepen blokkeren gebruikt om
oproepen van en naar de telefoon te
beperken (netwerkdienst).
•Als u de instellingen voor de
beveiligingsmodule van de
webbrowser wilt weergeven of
wijzigen, selecteert u Menu >
Instellingen > Beveiliging > Inst.
beveil.module.
Het apparaat in- en uitschakelen
Aan- en uitschakelen
Houd de aan/uit-toets ingedrukt.
De PIN-code invoeren
Voer de PIN-code (weergegeven als ****)
in als hierom wordt gevraagd.
Datum en tijd instellen
Voer de datum, de lokale tijd, de tijdzone
en de zomertijd van uw locatie in als
hierom wordt gevraagd.
Als u het apparaat voor het eerst
inschakelt, wordt mogelijk gevraagd of u
de configuratie-instellingen van uw
serviceprovider wilt opvragen
(netwerkdienst). Neem voor meer
informatie contact op met uw
serviceprovider.
Stand-by modus
Wanneer de telefoon gebruiksklaar is en
u geen tekens hebt ingevoerd, staat de
telefoon in de stand-by modus.
10Maak het uw eigen telefoon
Scherm
1 Het type en de signaalsterkte van het
mobiele netwerk
2 Het batterijniveau
3 Symbolen
4 De naam van het netwerk of het logo
van de operator
5 Klok
6 Scherm
7 Functie van de linkerselectietoets
8 Functie van de bladertoets
9 Functie van de rechterselectietoets
U kunt de functie van de linker- en
rechterselectietoets wijzigen.
'Selectietoetsen links en rechts', p. 14.
Energie besparen
De telefoon is uitgerust met de functies
Energiespaarstand en Slaapstand
waarmee u in de stand-by modus,
wanneer er geen toetsen wordt
ingedrukt, energie kunt besparen, zodat u
langer met de batterij kunt doen. Deze
functies kunnen worden geactiveerd.
'Weergave', p. 13.
Actief standby
In de actieve standby-modus wordt er een
lijst weergegeven van een beperkt aantal
telefoonfuncties en direct toegankelijke
gegevens.
Zie
Zie
Als u de actieve standby-modus wilt in- of
uitschakelen, selecteert u Menu >
Navigeer in de actieve standby-modus
met de bladertoets omhoog of omlaag in
de lijst en selecteer Select. of Bekijk. De
pijlen geven aan dat er meer gegevens
beschikbaar zijn. Selecteer Afsluiten om
de navigatie te stoppen.
Als u de actieve standby-modus wilt
configureren of wijzigen, selecteert u
Opties en kiest u een van de beschikbare
opties.
Snelkoppelingen in de standby-modus
De lijst met gekozen nummers
Druk één keer op de beltoets. Als u wilt
bellen, bladert u naar een nummer of
naam en drukt u op de beltoets.
De webbrowser starten
Houd 0 ingedrukt.
De voicemailbox bellen
Houd 1 ingedrukt.
Anders toetsen gebruiken als
snelkoppeling
Zie 'Snelkeuzetoetsen', p. 19.
Indicatoren
U hebt ongelezen berichten.
U hebt berichten die nog niet zijn
verzonden, zijn geannuleerd of
waarvan de verzending is
mislukt.
U hebt oproepen gemist.
De toetsen zijn geblokkeerd.
De telefoon gaat niet over bij
inkomende gesprekken of SMSberichten.
Maak het uw eigen telefoon11
De wekker is ingesteld.
De telefoon is aangemeld bij het
/
GPRS- of EGPRS-netwerk.
De telefoon heeft een
/
openstaande GPRS- of EGPRSverbinding.
De GPRS- of EGPRS-verbinding is
/
opgeschort (in de wachtstand).
Bluetooth-connectiviteit is
ingeschakeld.
Als u over twee telefoonlijnen
beschikt, wordt de tweede
telefoonlijn geselecteerd.
Alle inkomende oproepen
worden doorgeschakeld naar een
ander nummer.
Gesprekken zijn beperkt tot een
besloten gebruikersgroep.
Er is een tijdelijk profiel
ingeschakeld.
De vluchtmodus
De vluchtmodus is bedoeld voor
omgevingen waarin radiogolven storing
kunnen veroorzaken — aan boord van
vliegtuigen of in ziekenhuizen. In deze
modus zijn alle functies die
radiofrequenties gebruiken,
uitgeschakeld. De agenda, telefoonlijsten
en offline spelletjes zijn nog wel
toegankelijk. Als de vluchtmodus actief is,
wordt
Selecteer Aanpassen of Menu >
Instellingen > Profielen > Vlucht >
Activeer als u de vluchtmodus wilt
instellen of activeren.
Selecteer een ander profiel als u de
vluchtmodus wilt uitschakelen.
Noodoproepen in de vluchtmodus
Voer het alarmnummer in en druk op de
beltoets. Wanneer Vluchtprofiel
afsluiten? wordt weergegeven,
selecteert u Ja.
weergegeven.
Waarschuwing:
In het profiel Vlucht kunt u geen oproepen
doen of ontvangen, ook geen
alarmoproepen. Ook overige functies
waarvoor netwerkdekking is vereist,
kunnen niet worden gebruikt. Als u wilt
bellen, moet u eerst de telefoonfunctie
activeren door een ander profiel te kiezen.
Als het apparaat is vergrendeld, moet u de
beveiligingscode invoeren.
Als u een alarmnummer wilt kiezen terwijl
het apparaat vergrendeld is en in het
profiel Vlucht staat, kunt u ook het
geprogrammeerde alarmnummer in het
veld voor de beveiligingscode invoeren en
de toets 'Bellen' selecteren. Op het
apparaat wordt een bevestiging
weergegeven dat het profiel Vlucht wordt
afgesloten en een alarmnummer wordt
gekozen.
Tikken
Met de tikfunctie kunt u snel oproepen
weigeren, geluidssignalen dempen of een
klok weergeven door twee keer op de
voor- of achterkant van de telefoon te
tikken wanneer de schuif gesloten is.
Selecteer Menu > Instellingen >
Telefoon > Sensor-instellingen om de
tikfunctie en de trilstand te activeren.
Oproepen of geluidssignalen dempen
Tik twee keer op de telefoon.
Een oproep weigeren of een time-out
voor een alarm instellen nadat het is
gedempt
Tik nogmaals twee keer op de telefoon.
De klok weergeven
Tik twee keer op de telefoon.
Als u oproepen hebt gemist of nieuwe
berichten hebt ontvangen, wordt de klok
12Maak het uw eigen telefoon
pas weergegeven nadat u die oproepen
hebt bekeken.
Telefooninstellingen
Selecteer Menu > Instellingen >
Telefoon en maak een keuze uit de
volgende opties:
Taalinstellingen — Als u de taal voor het
display van de telefoon wilt instellen,
selecteert u Taal display. . Als u de taal
voor spraakopdrachten wilt instellen,
selecteert u Taal sprkherkenning.
Geheugenstatus — Als u het
geheugengebruik wilt controleren.
Aut. toets.blokk. — Hiermee blokkeert
u het toetsenblok automatisch als de
telefoon een vooraf ingestelde tijd in de
standby-modus staat en er geen functies
zijn gebruikt.
Toetsenblokkering — Als u een
beveiligingscode wilt instellen om de
toetsenblokkering op te heffen.
Sensor-instellingen — Als u de
tikfunctie wilt activeren en instellen.
Spraakherkenning —
'Spraakopdrachten', p. 15.
Offlineverzoek — Als de telefoon bij
inschakelen moet vragen of u de
vluchtmodus wilt activeren. In de
vluchtmodus zijn alle draadloze
verbindingen uitgeschakeld.
Telefoonupdates — Als u updates voor
telefoonsoftware wit ontvangen van uw
serviceprovider (netwerkdienst).
Afhankelijk van uw telefoon is deze optie
misschien niet beschikbaar.
updates over-the-air', p. 39.
Netwerkmodus — Als u zowel het UMTSals het GSM-netwerk wilt gebruiken. Deze
optie is niet beschikbaar tijdens een
oproep.
Operatorselectie — Als u een
beschikbaar netwerk in uw omgeving wilt
selecteren.
Zie
Zie 'Software-
Automat. Help-tekst — Als u wilt
instellen of de telefoon Helpteksten moet
weergeven.
Starttoon — Als de telefoon starttoon
moet geven bij het inschakelen.
SIM-acties bevest. —
diensten', p. 17.
Beveiligingsinstellingen
Wanneer beveiligingsfuncties zijn
ingeschakeld waarmee oproepen worden
beperkt (zoals het blokkeren van
oproepen, gesloten gebruikersgroepen
en vaste nummers), kunt u mogelijk nog
wel het geprogrammeerde alarmnummer
kiezen. De functies voor het blokkeren en
doorschakelen van oproepen kunnen niet
tegelijkertijd actief zijn.
Selecteer Menu > Instellingen >
Beveiliging en een van de volgende
opties:
PIN-codeaanvraag of UPINcodeaanvraag — om elke keer dat de
telefoon wordt ingeschakeld uw PIN- of
UPIN-code op te vragen. Bij sommige SIMkaarten is het niet mogelijk het opvragen
van de code uit te schakelen.
PIN2-codeaanvraag — om te selectere n
of de PIN2-code is vereist tijdens het
gebruik van een specifieke
telefoonfunctie die beschermd wordt
door de PIN2-code. Bij sommige SIMkaarten is het niet mogelijk het opvragen
van de code uit te schakelen.
Oproepen blokkeren — om inkomende
en uitgaande oproepen te beperken
(netwerkdienst). Hiervoor hebt u het
blokkeerwachtwoord nodig.
Vaste nummers — om uitgaande
oproepen te beperken tot geselecteerde
telefoonnummers, als dit door uw SIMkaart wordt ondersteund. Als de functie
Vaste nummers is ingeschakeld, zijn GPRSverbindingen niet mogelijk, behalve bij
Zie 'SIM-
Maak het uw eigen telefoon13
het verzenden van tekstberichten via een
GPRS-verbinding. In een dergelijk geval
moeten het telefoonnummer van de
ontvanger en het nummer van de
berichtencentrale in de lijst Vaste
nummers zijn opgenomen.
Bep. grp gebruikers — om een groep
mensen op te geven die u kunt bellen of
door wie u kunt worden gebeld
(netwerkdienst).
Toegangscodes — om de
beveiligingscode, PIN-code, UPIN-code,
PIN2-code of het blokkeerwachtwoord te
wijzigen.
Code gebruiken — om te selecteren of
de PIN- of UPIN-code actief moet zijn.
Autoris.certificaten of
Gebr.certificaten — om de lijst met
rechten of gebruikerscertificaten te
bekijken die naar uw telefoon zijn
gedownload.
'Browserbeveiliging', p. 32.
Inst. beveil.module — o m d e d et ai ls va n
de beveiligingsmodule te zien, de
pinvraag van de module te activeren of de
modulepin en ondertekeningspin te
wijzigen.
De telefoon aanpassen aan uw
voorkeuren
Geef uw telefoon een persoonlijk tintje
met beltonen, achtergronden en thema's.
Maak snelkoppelingen naar de meest
gebruikte functies en breid de
functionaliteit van uw telefoon uit.
Profielen
De telefoon heeft verschillende
instellingsgroepen die ook wel profielen
worden genoemd. U kunt in deze
profielen de ringtones voor verschillende
gebeurtenissen en omgevingen
aanpassen.
Zie
Zie 'Toegangscodes', p. 9.
Selecteer Menu > Instellingen >
Profielen, het gewenste profiel, en maak
een keuze uit de volgende opties:
Activeer — om het geselecteerde profiel
te activeren
Aanpassen — om de profielinstellingen
te wijzigen
Tijdelijk — om in te stellen dat een profiel
gedurende een bepaalde tijd wordt
geactiveerd. Wanneer de ingestelde tijd
voor het profiel verstrijkt, wordt het
vorige profiel (waarvoor geen tijd was
ingesteld) geactiveerd.
Thema's
Een thema bevat elementen voor het
aanpassen van de telefoon.
Selecteer Menu > Instellingen >
Thema's en maak een keuze uit de
volgende opties:
Thema selecteren — Open de map
Thema's en selecteer een thema.
Themadownloads — Open een lijst met
koppelingen om meer thema's te
downloaden.
Tonen
U kunt de tooninstellingen van het
geselecteerde profiel wijzigen.
Selecteer Menu > Instellingen >
Tonen. U vindt dezelfde instellingen ook
in het menu Profielen.
Weergave
Selecteer Menu > Instellingen >
Weergave en maak een keuze uit de
volgende opties:
Achtergrond — om een
achtergrondafbeelding voor het
startscherm toe te voegen.
14Maak het uw eigen telefoon
Actief standby — om de
startschermmodus te activeren, te
organiseren en aan te passen.
Letterkleur bij stdby — om de
letterkleur voor de startschermmodus te
selecteren.
Nav.toetspictogr. — om de symbolen
van de navigatietoetsen op het
startscherm te tonen
Meldingsdetails — details weergeven
van meldingen over gemiste oproepen en
berichten
Overgangseffecten — een soepelere en
natuurlijkere navigatie-ervaring
activeren
Animatie (schuiven) — om een animatie
weer te geven als u de telefoon open of
dicht schuift
Energiespaarstand — om de
schermverlichting automatisch uit te
schakelen en een klok weer te geven als
de telefoon gedurende een bepaalde
tijdsduur niet wordt gebruikt
Slaapstand — om de schermverlichting
automatisch uit te schakelen als de
telefoon gedurende een bepaalde
tijdsduur niet wordt gebruikt
Lettergrootte — om de lettergrootte in
te stellen voor het weergeven van
berichten, contacten en webpagina's.
Operatorlogo — om het operatorlogo
weer te geven.
Celinformatie — de identiteit van de cel
weergeven, indien deze beschikbaar is op
het netwerk
Snelkoppelingen
Persoonlijke snelkoppelingen geven snel
toegang tot veelgebruikte
telefoonfuncties.
Selectietoetsen links en rechts
Als u de functie die is toegewezen aan de
linker- of rechterselectietoets wilt
wijzigen, selecteert u Menu >
Instellingen > Snelkoppelingen >
Linkerselectietoets of Rechter
selectietoets en vervolgens de functie.
Als in de standby-modus de
linkerselectietoets Favoriet is, kunt u een
functie activeren door Favoriet > Opties
en een van de volgende opties te
selecteren:
Selectieopties — om een functie toe te
voegen of te verwijderen.
Organiseren — om de functies opnieuw
in te delen.
Andere snelkoppelingen
Selecteer Menu > Instellingen >
Snelkoppelingen en maak een keuze uit
de volgende opties:
Navigatietoets — om and ere funct ies uit
een vooraf gedefinieerde lijst toe te
wijzen aan de navigatietoets
(bladertoets).
Actief standby-toets — om de beweging
van de navigatietoets te selecteren
waarmee u de actieve stand-by modus
kunt activeren.
Snelkeuzetoetsen toewijzen
U kunt snelkeuzetoetsen maken door
telefoonnummers toe te wijzen aan de
cijfertoetsen 3-9.
1 Selecteer Menu > Contacten >
Snelkeuze en blader naar een
cijfertoets.
2 Selecteer Wijs toe. Als er al een
nummer aan die toets is toegewezen,
selecteert u Opties > Wijzigen.
3 Voer een nummer in of zoek naar een
contact.
Maak het uw eigen telefoon15
Spraakopdrachten
U kunt contacten bellen en de telefoon
bedienen met uw stem.
Spraakopdrachten zijn taalafhankelijk.
Selecteer Menu > Instellingen >
Telefoon > Taalinstellingen > Taal
sprkherkenning om uw taal te
selecteren.
Selecteer Menu > Instellingen >
Telefoon > Spraakherkenning >
Spraakherk.training om de
spraakherkenning te trainen.
Als u een spraakopdracht voor een functie
wilt activeren, selecteert u Menu >
Instellingen > Telefoon >
Spraakherkenning >
Spraakopdrachten, een functie en de
functie. Aan
spraakopdracht is geactiveerd.
Selecteer Toevgn om de spraakopdracht
te activeren.
Selecteer Afspelen om de geactiveerde
spraakopdracht af te spelen.
'Spraakgestuurde nummerkeuze',
Zie
19 voor informatie over het gebruik
pa.
van spraakopdrachten.
Als u spraakopdrachten wilt beheren,
bladert u naar een functie, selecteert u
Opties en een van de volgende opties:
Bewerken of Verwijderen — als u de
spraakopdracht een andere naam wilt
geven of wilt uitschakelen;
Alles toevoegen of Alles
verwijderen — als u spraakopdrachten
wilt in- of uitschakelen voor alle functies
in de lijst met spraakopdrachten.
ziet u dat de
Verbindingen
De telefoon heeft diverse voorzieningen
om verbinding te maken met andere
apparaten en gegevens uit te wisselen.
Draadloze Bluetooth-technologie
Met behulp van Bluetooth-technologie
kunt u de telefoon met radiogolven
verbinden met een compatibel Bluetoothapparaat binnen een afstand van 10 meter
(32 feet).
Dit apparaat voldoet aan Bluetoothspecificatie 2.0 + EDR met ondersteuning
voor de volgende profielen: algemene
toegang, netwerktoegang, algemene
objectuitwisseling, geavanceerde
audiodistributie, afstandsbediening voor
audio/video, handenvrij, hoofdtelefoon,
object push, bestandsoverdracht,
inbelnetwerken, servicedetectie, SIMtoegang en seriële poort. Gebruik
uitsluitend de door Nokia goedgekeurde
toebehoren voor dit model als u verzekerd
wilt zijn van compatibiliteit met andere
Bluetooth-apparatuur. Informeer bij de
fabrikanten van andere apparatuur naar
de compatibiliteit met dit apparaat.
Als functies gebruikmaken van Bluetoothtechnologie, vergt dit extra
batterijcapaciteit en neemt de levensduur
van de batterij af.
Een Bluetooth-verbinding instellen
Selecteer Menu > Instellingen >
Connectiviteit > Bluetooth en voer de
volgende stappen uit:
1 Selecteer Naam telefoon en voer de
naam van uw telefoon in.
2 Als u Bluetooth-connectiviteit wilt
activeren, selecteert u Bluetooth >
geeft aan dat Bluetooth is
Aan.
geactiveerd.
3 Als u de telefoon met
audiotoebehoren wilt verbinden,
Loading...
+ 32 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.