Nokia 6210 NAVIGATOR User Manual [nl]

Gebruikershandleiding voor de Nokia 6210 Navigator
9207747
Versie 1 NL
CONFORMITEITSVERKLARING
0434
© 2008 Nokia. Alle rechten voorbehouden.
Nokia, Nokia Connecting People, Navi, Visual Radio en Nokia Care zijn handelsmerken of gedeponeerde handelsmerken van Nokia Corporation. Nokia tune is een geluidsmerk van Nokia Corporation. Namen van andere producten en bedrijven kunnen handelsmerken of handelsnamen van de respectievelijke eigenaren zijn.
Onrechtmatige reproductie, overdracht, distributie of opslag van dit document of een gedeelte ervan in enige vorm zonder voorafgaande geschreven toestemming van Nokia is verboden.
US Patent No 5818437 and other pending patents. T9 text input software Copyright © 1997-2008. Tegic Communications, Inc. All rights reserved.
Java™ and all Java-based marks are trademarks or registered trademarks of Sun Microsystems, Inc.
Portions of the Nokia Maps software are © 1996-2008 The FreeType Project. All rights reserved.
This product is licensed under the MPEG-4 Visual Patent Portfolio License (i) for personal and noncommercial use in connection with information which has been encoded in compliance with the MPEG-4 Visual Standard by a consumer engaged in a personal and noncommercial activity and (ii) for use in connection with MPEG-4 video provided by a licensed video provider. No license is granted or shall be implied for any other use. Additional information, including that related to promotional, internal, and commercial uses, may be obtained from MPEG LA, LLC. See <http://www.mpegla.com>.
Dit product is gelicentieerd onder de MPEG4 Visual Patent Portfolio-licentie (i) voor privé- en niet­commercieel gebruik in verband met informatie die is gecodeerd volgens de visuele norm MPEG4, door een consument in het kader van een privé- en niet-commerciële activiteit, en (ii) voor gebruik in verband met MPEG4-videomateriaal dat door een gelicentieerde videoaanbieder is verstrekt. Voor ieder ander gebruik is of wordt expliciet noch impliciet een licentie verstrekt. Aanvullende informatie, waaronder informatie over het gebruik voor promotionele doeleinden, intern gebruik en commercieel gebruik, is verkrijgbaar bij MPEG LA, LLC. Zie <http://www.mpegla.com>.
Nokia voert een beleid dat gericht is op voortdurende ontwikkeling. Nokia behoudt zich het recht voor zonder voorafgaande kennisgeving wijzigingen en verbeteringen aan te brengen in de producten die in dit document worden beschreven.
VOOR ZOVER MAXIMAAL TOEGESTAAN OP GROND VAN HET TOEPASSELIJKE RECHT, ZAL NOKIA OF EEN VAN HAAR LICENTIEHOUDERS ONDER GEEN OMSTANDIGHEID AANSPRAKELIJK ZIJN VOOR ENIG VERLIES VAN GEGEVENS OF INKOMSTEN OF VOOR ENIGE BIJZONDERE, INCIDENTELE OF INDIRECTE SCHADE OF GEVOLGSCHADE VAN WELKE OORZAAK DAN OOK.
Hierbij verklaart NOKIA CORPORATION dat het product RM-367 in overeenstemming is met de essentiële eisen en andere relevante bepalingen van richtlijn 1999/5/EG. Een kopie van de conformiteitsverklaring kunt u vinden op de volgende website: http://www.nokia.com/phones/declaration_of_conformity/.
This product includes software licensed from Symbian Software Ltd © 1998-2008. Symbian and Symbian OS are trademarks of Symbian Ltd.
DE INHOUD VAN DIT DOCUMENT WORDT ZONDER ENIGE VORM VAN GARANTIE VERSTREKT. TENZIJ VEREIST KRACHTENS HET TOEPASSELIJKE RECHT, WORDT GEEN ENKELE GARANTIE GEGEVEN BETREFFENDE DE NAUWKEURIGHEID, BETROUWBAARHEID OF INHOUD VAN DIT DOCUMENT, HETZIJ UITDRUKKELIJK HETZIJ IMPLICIET, DAARONDER MEDE BEGREPEN MAAR NIET BEPERKT TOT IMPLICIETE GARANTIES BETREFFENDE DE VERKOOPBAARHEID EN DE GESCHIKTHEID VOOR EEN BEPAALD DOEL. NOKIA BEHOUDT ZICH TE ALLEN TIJDE HET RECHT VOOR ZONDER VOORAFGAANDE KENNISGEVING DIT DOCUMENT TE WIJZIGEN OF TE HERROEPEN.
De beschikbaarheid van bepaalde producten, toepassingen en diensten voor deze producten kan per regio verschillen. Neem contact op met uw Nokia-dealer voor details en de beschikbaarheid van taalopties.
Exportbepalingen
Dit apparaat bevat mogelijk onderdelen, technologie of software die onderhevig zijn aan wet- en regelgeving betreffende export van de VS en andere landen. Ontwijking in strijd met de wetgeving is verboden.
MEDEDELING FCC/INDUSTRY CANADA
Dit apparaat kan tv- of radiostoringen veroorzaken (bijvoorbeeld als u in de nabijheid van ontvangstapparatuur een telefoon gebruikt). De Federal Communications Commission (FCC) of Industry Canada kunnen u vragen niet langer uw telefoon te gebruiken als deze storingen niet verholpen kunnen worden. Neem contact op met uw lokale servicedienst als u hulp nodig hebt. Dit apparaat voldoet aan deel 15 van de FCC-regels. De werking is afhankelijk van de volgende twee voorwaarden: (1) Dit apparaat mag geen schadelijke storingen veroorzaken en (2) dit apparaat moet storingen van buitenaf accepteren, ook wanneer deze een ongewenste werking tot gevolg kunnen hebben. Veranderingen of aanpassingen die niet uitdrukkelijk door Nokia zijn goedgekeurd, kunnen het recht van de gebruiker om met deze apparatuur te werken tenietdoen.
Toepassingen van derden die bij uw apparaat worden geleverd, kunnen zijn gemaakt door en in eigendom zijn van personen en entiteiten die geen relatie of verband met Nokia hebben. Nokia beschikt niet over de auteursrechten of de intellectuele eigendomsrechten op deze toepassingen van derden. Als zodanig draagt Nokia geen verantwoordelijkheid voor de ondersteuning voor eindgebruikers of de functionaliteit van deze toepassingen of de informatie in deze toepassingen of het materiaal. Nokia biedt geen garantie voor deze toepassingen van derden.
MET HET GEBRUIK VAN DE TOEPASSINGEN ACCEPTEERT U DAT DE TOEPASSINGEN WORDEN GELEVERD ZONDER ENIGE VORM VAN GARANTIE, HETZIJ UITDRUKKELIJK HETZIJ IMPLICIET, DIT VOOR ZOVER MAXIMAAL IS TOEGESTAAN OP GROND VAN HET TOEPASSELIJKE RECHT. U ACCEPTEERT TEVENS DAT NOCH NOKIA NOCH GELIEERDE PARTIJEN VERKLARINGEN DOEN OF GARANTIES VERSTREKKEN, UITDRUKKELIJK OF IMPLICIET, MET INBEGRIP VAN (MAAR NIET BEPERKT TOT) GARANTIES BETREFFENDE TITEL, VERKOOPBAARHEID, GESCHIKTHEID VOOR EEN BEPAALD DOEL OF DAT DE TOEPASSINGEN GEEN INBREUK MAKEN OP OCTROOIEN, AUTEURSRECHTEN, HANDELSMERKEN OF ANDERE RECHTEN VAN DERDEN.
9207747 versie 1 NL

Inhoudsopgave

VEILIGHEID ....................................... 6
Ondersteuning.................................. 8
Help ...................................................................... 8
Nokia-ondersteuning
en contactgegevens ......................................... 8
1. Aan de slag................................... 9
(U)SIM-kaart en batterij plaatsen................ 9
Geheugenkaart .................................................. 9
De batterij opladen ....................................... 11
Het apparaat in- en uitschakelen ............. 11
Antennelocaties ............................................. 12
Configuratie-instellingen ............................ 12
Toepassing Welkom....................................... 12
Instelwizard..................................................... 13
2. Het apparaat............................... 13
Toetsen en onderdelen ................................. 13
Stand-by modus............................................. 14
Symbolen.......................................................... 15
Screensaver ..................................................... 17
Menu ................................................................. 17
Items in een toepassing markeren............ 17
Schakelen tussen toepassingen................. 17
Een toepassing sluiten ................................. 18
Volumeregeling .............................................. 18
Het scherm draaien....................................... 18
Bedienen via draaien .................................... 18
Toetsblokkering .............................................. 18
Externe blokkering......................................... 19
Toegangscodes................................................ 19
Download! ....................................................... 20
Persoonlijk ....................................................... 21
Een compatibele headset aansluiten ....... 21
Een USB-gegevenskabel aansluiten ......... 21
3. Belfuncties.................................. 22
Een spraakoproep tot stand brengen....... 22
Een oproep beantwoorden
of weigeren...................................................... 24
Video-oproepen.............................................. 24
Oproepinstellingen ........................................ 25
Video delen ...................................................... 27
Logboek............................................................. 29
4. Tekst invoeren............................ 29
Normale tekstinvoer en tekstinvoer
met tekstvoorspelling.................................... 29
Tekst kopiëren en verwijderen.................... 31
5. Berichten .................................... 31
Berichten invoeren en verzenden.............. 31
Inbox.................................................................. 32
Dienstberichten .............................................. 32
E-mail................................................................ 33
Outbox............................................................... 33
Berichtlezer...................................................... 34
Berichten op de SIM-kaart bekijken......... 34
Infodienst ......................................................... 34
Dienstopdrachten........................................... 34
Berichtinstellingen......................................... 34
6. Contacten................................... 35
Gegevens van contacten opslaan
en beheren ....................................................... 35
Contactgroepen .............................................. 36
Een beltoon toevoegen................................. 36
7. Positionering.............................. 36
Info over GPS................................................... 37
Assisted GPS .................................................... 37
GPS-verbinding configureren ..................... 38
Positieaanvragen ............................................ 39
Kaarten.............................................................. 39
Plaatsen ............................................................ 45
GPS-gegevens ................................................. 45
8. Galerij ......................................... 46
Hoofdweergave............................................... 46
Bestanden downloaden ................................ 47
Afbeeldingen weergeven.............................. 47
Afbeeldingen bewerken................................ 47
Videoclips bewerken...................................... 48
Afbeeldingen afdrukken ............................... 48
Online delen..................................................... 48
4
9. Camera........................................ 50
Afbeeldingen vastleggen ............................. 50
Videoclips opnemen...................................... 51
Panoramafoto's maken ................................ 51
10. Media ....................................... 52
Muziekspeler ................................................... 52
Nokia Podcasting........................................... 54
Radio ................................................................. 57
RealPlayer ........................................................ 58
Flash-speler..................................................... 59
Spraakrecorder ............................................... 59
11. Internet .................................... 59
Op internet surfen ......................................... 59
Zoeken............................................................... 62
12. Persoonlijk ............................... 62
Thema's............................................................. 62
Profielen ........................................................... 63
13. Tijd beheren ............................. 63
Klok.................................................................... 63
Agenda.............................................................. 64
14. Office-toepassingen................ 64
Actieve notities .............................................. 64
Notities ............................................................. 64
Rekenmachine ................................................ 65
Omrekenen....................................................... 65
Mobiel woordenboek .................................... 65
Adobe Reader.................................................. 66
Quickoffice ...................................................... 66
15. Instellingen.............................. 66
Spraakopdrachten .......................................... 66
Telefooninstellingen ...................................... 67
Spraak................................................................ 69
16. Gegevensbeheer....................... 70
Toepassingen verwijderen
of installeren ................................................... 70
Bestandsbeheer............................................... 71
Licenties............................................................ 72
Apparaatbeheer .............................................. 73
17. Connectiviteit.......................... 74
Gegevens overbrengen
of synchroniseren........................................... 74
PC Suite............................................................. 75
Bluetooth-connectiviteit ............................. 75
USB-verbinding............................................... 78
Externe synchronisatie ................................. 78
Push to Talk ..................................................... 78
Verbindingsbeheer ......................................... 80
18. Toebehoren .............................. 80
19. Informatie over
de batterij en de lader................... 80
Controleren van de echtheid
van Nokia-batterijen..................................... 82
Behandeling en onderhoud........... 83
Aanvullende
veiligheidsinformatie..................... 84
Index............................................... 88
5

VEILIGHEID

Lees deze eenvoudige richtlijnen. Het niet opvolgen van de richtlijnen kan gevaarlijk of onwettig zijn. Lees de volledige gebruikershandleiding voor meer informatie.
SCHAKEL HET APPARAAT ALLEEN IN ALS HET VEILIG IS
Schakel het apparaat niet in als het gebruik van mobiele telefoon verboden is of als dit storing of gevaar zou kunnen opleveren.
VERKEERSVEILIGHEID HEEFT VOORRANG
Houdt u aan de lokale wetgeving. Houd tijdens het rijden uw handen vrij om uw voertuig te besturen. De verkeersveiligheid dient uw eerste prioriteit te hebben terwijl u rijdt.
STORING
Alle draadloze apparaten kunnen gevoelig zijn voor storing. Dit kan de werking van het apparaat negatief beïnvloeden.
SCHAKEL HET APPARAAT UIT IN GEBIEDEN WAARBINNEN EEN GEBRUIKSVERBOD GELDT
Houd u aan alle mogelijke beperkende maatregelen. Schakel het apparaat uit in vliegtuigen en in de nabijheid van medische apparatuur, brandstof, chemicaliën of gebieden waar explosieven worden gebruikt.
DESKUNDIGE SERVICE
Dit product mag alleen door deskundigen worden geïnstalleerd of gerepareerd.
TOEBEHOREN EN BATTERIJEN
Gebruik alleen goedgekeurde toebehoren en batterijen. Sluit geen incompatibele producten aan.
WATERBESTENDIGHEID
Het apparaat is niet waterbestendig. Houd het apparaat droog.
Over dit apparaat
Het draadloze apparaat dat in deze handleiding wordt beschreven, is goedgekeurd voor gebruik in het GSM 850-, 900-, 1800- en 1900- en het UMTS 900- en 2100-netwerk. Neem contact op met uw serviceprovider voor meer informatie over netwerken.
Houd u bij het gebruik van de functies van dit apparaat aan alle regelgeving en eerbiedig lokale gebruiken, privacy en legitieme rechten van anderen, waaronder auteursrechten.
Auteursrechten kunnen verhinderen dat bepaalde afbeeldingen, muziek en andere inhoud worden gekopieerd, gewijzigd of overgedragen.
Dit apparaat ondersteunt verschillende verbindingsmethoden. Net als computers kan uw apparaat worden blootgesteld aan virussen en andere schadelijke inhoud. Wees voorzichtig met berichten, verbindingsverzoeken, browsen en downloaden. Installeer en gebruik alleen
6
VEILIGHEID
diensten en andere software van betrouwbare bronnen die adequate beveiliging en bescherming tegen schadelijke software bieden, zoals toepassingen die Symbian­onderschreven zijn of de Java Verified™-test hebben doorstaan. Overweeg de installatie van antivirus- en andere beveiligingssoftware op het apparaat en eventuele aangesloten computers.
Uw apparaat beschikt mogelijk over vooraf geïnstalleerde bladwijzers en koppelingen naar websites van derden. U kunt met het apparaat ook andere sites van derden bezoeken. Sites van derden zijn niet verbonden met Nokia en Nokia onderschrijft deze niet en neemt er geen aansprakelijkheid voor. Als u dergelijke sites wilt bezoeken, moet u voorzorgsmaatregelen treffen op het gebied van beveiliging of inhoud.
Waarschuwing: Als u andere functies van dit apparaat wilt gebruiken dan de alarmklok, moet het apparaat zijn ingeschakeld. Schakel het apparaat niet in wanneer het gebruik van draadloze apparatuur storingen of gevaar kan veroorzaken.
De kantoortoepassingen ondersteunen gebruikelijke functies van Microsoft Word, PowerPoint en Excel (Microsoft Office 2000, XP en 2003). Niet alle bestandsindelingen kunnen worden bekeken of gewijzigd.
Vergeet niet een back-up of een gedrukte kopie te maken van alle belangrijke gegevens die in uw apparaat zijn opgeslagen.
Wanneer u het apparaat op een ander apparaat aansluit, dient u eerst de handleiding van het desbetreffende apparaat te raadplegen voor uitgebreide veiligheidsinstructies. Sluit geen incompatibele producten aan.
Netwerkdiensten
Om de telefoon te kunnen gebruiken, moet u zijn aangemeld bij een aanbieder van een draadloze verbindingsdienst. Veel van de functies vereisen speciale netwerkfuncties. Deze functies zijn niet op alle netwerken beschikbaar. Er zijn ook netwerken waar u specifieke regelingen met uw serviceprovider moet treffen voordat u gebuik kunt maken van de netwerkdiensten. Uw serviceprovider kan u instructies geven en uitleggen hoeveel het kost. Bij sommige netwerken gelden beperkingen die het gebruik van netwerkdiensten negatief kunnen beïnvloeden. Zo bieden sommige netwerken geen ondersteuning voor bepaalde taalafhankelijke tekens en diensten.
Het kan zijn dat uw serviceprovider verzocht heeft om bepaalde functies uit te schakelen of niet te activeren in uw apparaat. In dat geval worden deze functies niet in het menu van uw apparaat weergegeven. Uw apparaat kan ook beschikken over een speciale configuratie, zoals veranderingen in menunamen, menuvolgorde en pictogrammen. Neem voor meer informatie contact op met uw serviceprovider.
Dit apparaat ondersteunt WAP 2.0-protocollen (HTTP en SSL) die werken met TCP/IP­protocollen. Sommige functies van dit apparaat, zoals multimediaberichten, het bekijken van webpagina's en e-mail, vereisen netwerkondersteuning voor deze technologieën.
VEILIGHEID
7
De batterij verwijderen
Schakel het apparaat altijd uit en ontkoppel de lader voordat u de batterij verwijdert.

Ondersteuning

Help

Uw apparaat is voorzien van contextafhankelijke Help. Als u Help wilt weergeven in een geopende toepassing, selecteert u Opties > Help. Als u wilt schakelen tussen Help en de geopende toepassing op de achtergrond, houdt u ingedrukt en selecteert u de toepassing in de lijst met geopende toepassingen.
Als u Help wilt openen vanuit het hoofdmenu, selecteert u > Help > Help. Selecteer een toepassing om een lijst met Help-onderwerpen weer te geven en selecteer de gewenste Help-tekst. Als u een lijst met trefwoorden wilt openen, selecteert u Opties > Zoeken.

Nokia-ondersteuning en contactgegevens

Kijk op www.nokia.com/support of uw lokale Nokia-website voor de meest actuele gebruikershandleidingen, aanvullende informatie, downloads en diensten die te maken hebben met uw Nokia-product.
Op de website vindt u informatie over het gebruik van producten en diensten van Nokia. Als u contact wilt opnemen met Nokia Care-centra, raadpleegt u de lijst met plaatselijke Nokia Care-contactcentra op www.nokia.com/customerservice.
Raadpleeg het dichtstbijzijnde Nokia Care-centrum op www. nokia.com/repair voor onderhoudsdiensten.

Software-updates

Nokia kan software-updates uitbrengen die nieuwe en/of verbeterde functies of een verbeterde werking bieden. U kunt deze updates aanvragen met de pc-toepassing Nokia Software Updater. Als u de software voor het apparaat wilt bijwerken, hebt u de toepassing Nokia Software Updater nodig en een compatibele pc met Microsoft Windows 2000, XP of Vista, een breedbandverbinding en een compatibele gegevenskabel waarmee het apparaat op de pc is aangesloten.
Ga naar www.nokia.com/softwareupdate of naar de lokale Nokia-website voor meer informatie of om de toepassing Nokia Software Updater te downloaden.
Als uw netwerk het draadloos bijwerken van software ondersteunt, kunt u mogelijk ook updates via het apparaat aanvragen.
8
Ondersteuning
Bij het downloaden van software-updates worden mogelijk grote hoeveelheden gegevens via het netwerk van uw serviceprovider overgedragen. Neem contact op met uw serviceprovider voor meer informatie over de kosten van gegevensoverdracht.
Zorg ervoor dat de batterij van het apparaat voldoende capaciteit heeft of dat de lader is aangesloten voordat u begint met bijwerken.

1. Aan de slag

(U)SIM-kaart en batterij plaatsen

Dit apparaat werkt op BL-5F-batterijen.
1. Open de achtercover van het apparaat door op de ontgrendelingsknop te drukken.
2. Til de achtercover op om deze te verwijderen.
3. Verwijder de batterij door deze vanuit het uiteinde op te tillen.
4. Schuif de (U)SIM-kaart in de SIM­kaarthouder. Zorg ervoor dat het goudkleurige contactgebied op de kaart omlaag naar het apparaat is gericht en dat de schuine hoek naar de kaarthoudersleuf is gericht.
5. Vervang de batterij.
6. Plaats de achtercover terug.

Geheugenkaart

Gebruik alleen compatibele microSD- en microSDHC-kaarten die door Nokia zijn goedgekeurd voor gebruik met dit apparaat. Nokia maakt gebruik van goedgekeurde industriële normen voor geheugenkaarten, maar sommige merken zijn mogelijk niet geheel compatibel met dit apparaat. Incompatibele kaarten kunnen de kaart en het apparaat beschadigen en gegevens op de kaart aantasten.
Aan de slag
9

Een geheugenkaart plaatsen

De geheugenkaart wordt mogelijk bij het apparaat geleverd en het kan zijn dat deze al in het apparaat is geplaatst.
1. Open het klepje van de geheugenkaartsleuf.
2. Plaats de geheugenkaart in de sleuf met het goudkleurige contactgebied naar beneden gericht. Duw de kaart voorzichtig op zijn plaats.
3. Sluit het klepje van de sleuf.

Een geheugenkaart verwijderen

Belangrijk: Verwijder de geheugenkaart niet op het moment dat er een bewerking
wordt uitgevoerd waarbij de kaart wordt gebruikt. Als u de kaart tijdens een dergelijke bewerking verwijdert, kan schade ontstaan aan de geheugenkaart en het apparaat en kunnen de gegevens die op de kaart zijn opgeslagen, beschadigd raken.
1. Druk in de stand-by modus de aan/uit-toets kort in.
2. Blader naar Geheugenkrt verw. en selecteer OK > Ja.
3. Open het klepje van de geheugenkaartsleuf.
4. Druk de kaart voorzichtig los.
5. Trek de kaart eruit en kies OK.
6. Sluit het klepje van de sleuf.
10
Aan de slag

De batterij opladen

De batterij is vooraf opgeladen, maar de oplaadniveaus kunnen verschillen.
1. Sluit de lader aan op een stopcontact.
2. Sluit de lader aan op het apparaat. U kunt het apparaat gebruiken terwijl het wordt opgeladen.
3. Als de batterij volledig is opgeladen, koppelt u de lader los van het apparaat en vervolgens haalt u de stekker uit het stopcontact.
Als de batterij volledig ontladen is, kan het enkele minuten duren voordat de batterij-indicator op het scherm wordt weergegeven en u weer met het apparaat kunt bellen.
De oplaadtijd is afhankelijk van de gebruikte lader en batterij.

Het apparaat in- en uitschakelen

Houd de aan/uit-toets ingedrukt.
Als een PIN-code wordt gevraagd, voert u de PIN-code in en selecteert u OK.
Als u naar de blokkeringscode wordt gevraagd, voert u deze in en selecteert u OK. De fabrieksinstelling voor de blokkeringscode is 12345.

Tijd en datum instellen

Selecteer het land waarin u zich bevindt en voer de lokale tijd en datum in om de juiste tijdzone, tijd en datum in te stellen.

My Nokia

My Nokia is een gratis service waarmee u regelmatig via SMS tips, trucs en ondersteuning voor uw Nokia-apparaat ontvangt. Als My Nokia beschikbaar is in uw land en wordt ondersteund door uw serviceprovider, ontvangt u op uw apparaat een uitnodiging voor de My Nokia-service nadat u de tijd en datum hebt ingesteld.
Aan de slag
11
Selecteer de taal voor de service. Als u de taal wijzigt, wordt het apparaat opnieuw gestart. Als u zich wilt aanmelden voor My Nokia, selecteert u Accepteren en volgt u de instructies op het scherm.
Als u zich later wilt aanmelden voor My Nokia, selecteert u > Help > My Nokia.

Antennelocaties

Antenne mobiel netwerk (1)
Bluetooth-antenne (2)
GPS-antenne (3)
Het apparaat kan interne en externe antennes hebben. Zoals bij alle radiozendapparatuur, geldt dat u onnodig contact met het gebied rond de antenne moet vermijden als de antenne aan het zenden of ontvangen is. Contact met zo'n antenne kan de kwaliteit van de communicatie nadelig beïnvloeden en ervoor zorgen dat het apparaat meer stroom verbruikt dan anders noodzakelijk is en kan de levensduur van de batterij verkorten.

Configuratie-instellingen

Voordat u gebruik kunt maken van MMS, Push to Talk, e-mail, synchronisatie, streaming en van de browser, moet uw telefoon juist zijn ingesteld. Uw apparaat kan de instellingen voor de browser, MMS, het toegangspunt en streaming automatisch configureren op basis van de gebruikte SIM-kaart. Anders kunt u de instellingen configureren met de toepassing Instelwizard of u kunt de instellingen direct ontvangen als configuratiebericht, dat u opslaat op het apparaat. Neem contact op met uw serviceprovider of met de dichtstbijzijnde Nokia-dealer voor meer informatie over de beschikbaarheid van deze diensten.
Wanneer u een configuratiebericht ontvangt en de instellingen niet automatisch worden opgeslagen en geactiveerd, wordt het bericht 1 nieuw bericht weergegeven. Selecteer Weergeven > Opties > Opslaan om de instellingen op te slaan. U moet wellicht een PIN-code invoeren die de serviceprovider u heeft verstrekt.

Toepassing Welkom

De toepassing Welkom wordt gestart wanneer u het apparaat voor het eerst inschakelt. Met de toepassing Welkom hebt u toegang tot de volgende toepassingen:
Instelwizard - Configureer verbindingsinstellingen. Zie ’Instelwizard’ op pag. 13.
12
Aan de slag
E-mail - Configureer e-mailinstellingen. Zie ’E-mailinstellingen’ op pag. 35.
Overdracht - Kopieer of synchroniseer gegevens vanaf andere compatibele
apparaten.
Zelfstudie - Leer meer over de functies van uw apparaat en het gebruik ervan.
Als u de zelfstudie later wilt starten, selecteert u > Help > Zelfstudie en een onderdeel uit de zelfstudie.
Als u Welkom later wilt openen, selecteert u > Help > Welkom.

Instelwizard

Met de instelwizard kunt u uw apparaat op basis van de gegevens van uw serviceprovider configureren voor operatorinstellingen en e-mailinstellingen. Mogelijk kunt u ook andere instellingen configureren.
Als u gebruik wilt maken van deze diensten, moet u wellicht contact opnemen met uw serviceprovider om een gegevensverbinding of andere diensten te activeren.
Selecteer > Instellingen > Instelwizard.

2. Het apparaat

Toetsen en onderdelen

1 - Luistergedeelte
2 - Secundaire cameralens
3 - Lichtsensor
4 - Scherm
5 - Linker- en rechterselectietoets
TM
6 - Navi omgeven door Navi-toetsverlichting
7 - Menutoets
8 - Wistoets
9 - Beltoets
10 - Aan/uit-toets/eindetoets
11 - Navigatortoets met GPS-verlichting
12 - Nummertoetsen
-bladertoets, hierna bladertoets genoemd,
Het apparaat
13
13 - Aansluiting voor lader
14 - Aansluiting voor hoofdtelefoon
15 - Volumetoetsen
16 - Cameratoets
17 - Cameraflitser
18 - Hoofdcameralens
19 - Luidspreker
20 - Micro-USB-aansluiting
21 - Geheugenkaartsleuf
22 - Ontgrendelingsknop van achtercover
23 - Microfoon
Tijdens langdurig gebruik kan het apparaat warm aanvoelen. In de meeste gevallen is dit normaal. Als u vermoedt dat het apparaat niet naar behoren werkt, brengt u het dan naar het dichtstbijzijnde bevoegde servicepunt.

Stand-by modus

Wanneer u het apparaat hebt ingeschakeld en bent aangemeld bij een netwerk, bevindt het apparaat zich in de stand-by modus en is deze klaar voor gebruik.
Als u de weergave van de stand-by modus wilt bepalen, selecteert u >
Instellingen > Telefooninst. > Algemeen > Persoonlijk > Standby-modus > Standby-thema.
Houd uw apparaat verwijderd van magneten of magnetische velden, omdat sommige toepassingen hierdoor onverwacht kunnen worden geactiveerd.

Sneltoetsen in de stand-by modus

Als u de lijst met de laatst gekozen nummers wilt weergeven, drukt u op de beltoets.
Als u naar uw voicemailbox wilt bellen, houdt u de toets 1 ingedrukt.
Als u spraakopdrachten of spraaklabels wilt gebruiken, houdt u de rechterselectietoets ingedrukt.
Als u nieuwe ontvangen berichten wilt beluisteren, houdt u de linkerselectietoets ingedrukt totdat Berichtlezer wordt gestart.
14
Het apparaat
Als u het profiel wilt wijzigen, drukt u kort op de aan/uit-toets en selecteert u een profiel.
Als u snel vanuit een willekeurig ander profiel naar het profiel Stil wilt schakelen, houdt u in de stand-by modus # ingedrukt.
Als u een internetverbinding wilt starten, houdt u de cijfertoets 0 ingedrukt.
Afhankelijk van het geselecteerde stand-by thema kunt u toepassingen of gebeurtenissen selecteren voor de lijst met snelkoppelingen in de stand-by modus of de bladertoetsen. Als u de toepassingen of gebeurtenissen wilt kiezen, selecteert u > Instellingen > Telefooninst. > Algemeen > Persoonlijk >
Standby-modus > Snelkoppelingen.

Het profiel Offline

Als u het profiel Offline snel wilt activeren, drukt u in de stand-by modus kort op de aan/uit-toets en selecteert u Offline. Als u het profiel Offline wilt verlaten, drukt u kort op de aan/uit-toets en selecteert u een ander profiel.
Wanneer het profiel Offline is geactiveerd, worden alle verbindingen met het mobiele netwerk verbroken. U kunt uw apparaat echter ook zonder SIM-kaart gebruiken en met behulp van de muziekspeler naar de radio of muziek luisteren. Zorg ervoor dat u uw apparaat uitschakelt als het gebruik van een draadloze telefoon niet is toegestaan.
Belangrijk: In het profiel Offline kunt u geen oproepen doen of ontvangen en kunnen ook andere functies waarvoor netwerkdekking vereist is, niet worden gebruikt. U kunt mogelijk nog wel het alarmnummer kiezen dat in het apparaat is geprogrammeerd. Als u wilt bellen, moet u de telefoonfunctie eerst activeren door een ander profiel te kiezen. Als het apparaat is vergrendeld, moet u de beveiligingscode invoeren.

Symbolen

Pictogrammen

of - De telefoon heeft verbinding met een UMTS- of GSM-netwerk.
- HSDPA (netwerkdienst) in het UMTS-netwerk is geactiveerd.
- Het apparaat staat in de modus Offline en is niet verbonden met een mobiel
netwerk.
- Er is een geheugenkaart in het apparaat geplaatst.
- Er staan een of meer ongelezen berichten in de Inbox van Berichten.
- U hebt nieuwe e-mail in uw externe mailbox.
Het apparaat
15
- De Outbox bevat berichten die nog niet zijn verzonden.
- U hebt oproepen gemist.
- Beltoontype is ingesteld op Stil en Berichtensignaaltoon en Signaaltoon
e-mail zijn ingesteld op Uit.
- De toetsen van het apparaat zijn vergrendeld.
- De luidspreker is ingeschakeld.
- Een alarm is ingeschakeld.
- Alle oproepen naar de telefoon worden doorgeschakeld naar een ander
nummer.
of - Er is een hoofdtelefoon of een gehoorapparaat aangesloten op het
apparaat.
of of - Er is een GPRS-packet-gegevensverbinding actief, de verbinding
staat in de wachtstand of er is een verbinding beschikbaar.
of of - Er is een packet-gegevensverbinding actief in een gedeelte van het netwerk dat EGPRS ondersteunt, de verbinding staat in de wachtstand of er is een verbinding beschikbaar. Mogelijk maakt het apparaat geen gebruik van EGPRS tijdens de gegevensoverdracht.
of of - Er is een UMTS-packet-gegevensverbinding actief, de verbinding staat in de wachtstand of er is een verbinding beschikbaar.
of - Bluetooth-connectiviteit is ingeschakeld of er worden gegevens verzonden met behulp van Bluetooth-technologie.
- Er is een USB-verbinding actief.
- De GPS-ontvanger is actief.
Mogelijk worden er ook andere symbolen weergegeven.

Betekenis van verlichting

GPS-verlichting
De GPS-verlichting knippert als uw apparaat een GPS-verbinding probeert te maken en blijft branden als de GPS-verbinding tot stand is gebracht. Wanneer u een toepassing met GPS-verbinding sluit, knippert de verlichting enkele keren snel.
Navi-toetsverlichting
U kunt instellen dat de Navi-toetsverlichting langzaam knippert om aan te geven dat het apparaat is ingeschakeld. De verlichting gaat een paar seconden branden
16
Het apparaat
met een interval van circa 20 seconden. Als u de statusverlichting wilt activeren, selecteert u > Instellingen > Telefooninst. > Algemeen > Persoonlijk >
Standby-modus > Statusverlichting > Aan.
Gemiste gebeurtenissen
De Navi-toetsverlichting knippert enkele minuten langzaam na een gemiste gebeurtenis, zoals een gemist gesprek.

Screensaver

Als u de screensaverinstellingen wilt instellen, selecteert u > Instellingen >
Telefooninst. > Algemeen > Persoonlijk > Weergave > Screensaver. Als u de de
time-outperiode wilt instellen waarna de screensaver wordt geactiveerd, selecteert u Time-out screensaver. Als u wilt instellen hoe lang de screensaver actief moet zijn, selecteert u Duur screensaver.

Menu

Dit menu geeft toegang tot de functies van het apparaat. Selecteer om toegang te krijgen tot het hoofdmenu.
Als u een toepassing of map wilt openen, gaat u er naartoe en drukt u op de bladertoets.
Als u de volgorde van de functies in het menu wijzigt, kan deze afwijken van de standaardvolgorde zoals die is beschreven in deze gebruikershandleiding.
Als u de menuweergave wilt wijzigen, selecteert u Opties > Menuweergave
wijzigen en een weergavetype.

Items in een toepassing markeren

Als u een item in toepassingen wilt markeren of de markering ervan wilt opheffen, zoals een foto of videoclip in Galerij, drukt u op #. Als u verschillende opeenvolgende items wilt markeren of de markering ervan wilt opheffen, houdt u # ingedrukt en drukt u op de bladertoets.

Schakelen tussen toepassingen

Als u wilt schakelen tussen geopende toepassingen, voert u een van de volgende handelingen uit:
• Selecteer Opties > Open toepassingen en de toepassing.
• Houd ingedrukt. Ga naar een toepassing en selecteer deze.
Het apparaat
17

Een toepassing sluiten

Als u een toepassing of map wilt sluiten, selecteert u Terug en Afsluiten zo vaak als nodig is om terug te keren naar de stand-by modus. U kunt ook Opties >
Afsluiten selecteren.
Als toepassingen op de achtergrond worden uitgevoerd, vergt dit extra batterijcapaciteit en neemt de gebruiksduur van de batterij af.

Volumeregeling

Als u het volume van het luistergedeelte of de luidspreker wilt regelen tijdens een oproep of wanneer u een audiobestand beluistert, drukt u op de volumetoetsen. Als u de luidspreker tijdens een oproep wilt inschakelen of uitschakelen, selecteert u Luidspreker of Telefoon.
Waarschuwing: Houd het apparaat niet dicht bij uw oor wanneer de luidspreker wordt gebruikt, aangezien het volume erg luid kan zijn.

Het scherm draaien

Het apparaat bevat een versnellingsmeter waarmee de beweging van het apparaat wordt gedetecteerd.
Als u de scherminhoud automatisch wilt draaien wanneer u het apparaat naar links of terug naar een verticale positie draait, selecteert u > Instellingen >
Telefooninst. > Algemeen > Sensorinstell. > Sensoren Aan. Met sommige
toepassingen en functies kan de scherminhoud niet worden gedraaid.

Bedienen via draaien

Als u gesprekken en de wekker wilt dempen door het apparaat te draaien zodat het scherm omlaag is gericht, selecteert u > Instellingen > Telefooninst. >
Algemeen > Sensorinstell. > Sensoren > Aan. Selecteer Draaibediening
en markeer Oproepsign. dempen en Alarmen op snooze.

Toetsblokkering

Als u het toetsenblok wilt vergrendelen wanneer u de cover dichtschuift, selecteert u > Instellingen > Telefooninst. > Algemeen > Actie voor schuif >
Toetsenblokk. activeren > Wijzigen > Aan bij sluiten schuif.
U kunt het apparaat ook zo instellen dat het toetsenblok na een bepaalde tijd automatisch wordt geblokkeerd. Hiervoor kiest u > Instellingen >
Telefooninst. > Algemeen > Beveiliging > Telefoon en SIM-kaart > Per. autom. blokk. ttsnb. > Door gebr. gedef. en stelt u de gewenste tijd in.
18
Het apparaat
Als u de cover openschuift, ontgrendelt u het toetsenblok. Als u het toetsenblok wilt ontgrendelen wanneer de cover dicht is, drukt u op de linkerselectietoets en selecteert u binnen 1,5 seconde OK.
Wanneer het apparaat is vergrendeld, kunt u mogelijk nog wel het geprogrammeerde alarmnummer kiezen.

Externe blokkering

U kunt het apparaat en de geheugenkaart op afstand vergrendelen via een SMS-bericht. Als u het apparaat op afstand wilt vergrendelen en het te gebruiken SMS-bericht wilt definiëren, selecteert u > Instellingen > Telefooninst. >
Algemeen > Beveiliging > Telefoon en SIM-kaart > Ext. telef.vergrendeling > Ingeschakeld. Voer het SMS-bericht in (5-20 tekens), controleer dit en voer
de blokkeringscode in.

Toegangscodes

Als u het gebruik van de toegangscodes op het apparaat wilt instellen, selecteert u> Instellingen > Telefooninst. > Algemeen > Beveiliging >
Telefoon en SIM-kaart.

Blokkeringscode

Met de blokkeringscode (5 cijfers) vergrendelt u het apparaat. De vooraf ingestelde code is 12345. Wijzig de code, houd de nieuwe code geheim en bewaar deze op een veilige plaats (niet bij het apparaat).
Als u de blokkeringscode wilt wijzigen, selecteert u > Instellingen >
Telefooninst. > Algemeen > Beveiliging > Telefoon en SIM-kaart > Blokkeringscode. Als u automatische blokkering van het apparaat wilt activeren,
selecteert u Per. autom. blokk. telefn > Door gebr. gedef..
Als u de code vergeet terwijl het apparaat is vergrendeld, moet u het apparaat wegbrengen voor onderhoud en worden er mogelijk extra kosten in rekening gebracht. Neem contact op met een Nokia Care-centrum of de winkel waar u het toestel hebt gekocht voor meer informatie.
Wanneer het apparaat is vergrendeld, kunt u mogelijk nog wel het geprogrammeerde alarmnummer kiezen.

PIN-codes

De PIN-code (Personal Identification Number) of de UPIN-code (Universal Personal Identification Number) (vier tot acht cijfers) beveiligen uw SIM-kaart tegen onbevoegd gebruik. De (U)PIN-code wordt gewoonlijk bij de SIM-kaart
Het apparaat
19
verstrekt. Als u het apparaat zodanig wilt instellen dat de code moet worden ingevoerd telkens wanneer het apparaat wordt ingeschakeld, selecteert u >
Instellingen > Telefooninst. > Algemeen > Beveiliging > Telefoon en SIM-kaart > PIN-code vragen > Aan.
De PIN2-code wordt verstrekt bij de SIM-kaart en is vereist voor sommige functies.
De module-PIN is vereist voor toegang tot informatie in de beveiligingsmodule. De ondertekenings-PIN is nodig voor de digitale handtekening. De module-PIN en de ondertekenings-PIN worden verstrekt bij de SIM-kaart als de SIM-kaart is voorzien van een beveiligingsmodule.

PUK-codes

De PUK-code (Personal Unblocking Key) of de UPUK-code (Universal Personal Unblocking Key) (acht cijfers) is vereist voor het wijzigen van respectievelijk een geblokkeerde PIN- of UPIN-code. De PUK2-code is vereist voor het wijzigen van een geblokkeerde PIN2-code.
Neem indien nodig contact op met uw serviceprovider voor de codes.

Blokkeerwachtwoord

Het blokkeerwachtwoord (vier cijfers) is nodig als u Oproepen blokkeren gebruikt. Dit wachtwoord wordt op aanvraag verstrekt door uw serviceprovider. Als het wachtwoord is geblokkeerd, neemt u contact op met de serviceprovider.

Download!

Download! (netwerkdienst) is een winkel voor mobiele inhoud die op uw apparaat beschikbaar is.
Met Download! kunt u inhoud, diensten en toepassingen ontdekken, bekijken, kopen, downloaden en bijwerken. De items worden gerubriceerd in catalogi en mappen die door de diverse serviceproviders zijn verstrekt. Welke inhoud beschikbaar is, hangt af van uw serviceprovider.
Selecteer > Toepass. > Download!.
Download! gebruikt uw netwerkdiensten om toegang te krijgen tot de meest actuele inhoud. Voor informatie over andere items die beschikbaar zijn via Download!, neemt u contact op met uw serviceprovider of de leverancier of fabrikant van het item.
20
Het apparaat

Persoonlijk

U kunt toepassingen installeren op het apparaat. Als u de toepassingen wilt openen, selecteert u > Toepass. > Persoonlijk.
Belangrijk: Installeer en gebruik alleen toepassingen en andere software van betrouwbare bronnen, zoals toepassingen die Symbian-onderschreven zijn of die de Java Verified
TM
-test hebben doorstaan.

Een compatibele headset aansluiten

Sluit geen producten aan die een uitgangssignaal afgeven, aangezien het apparaat dan beschadigd kan raken. Sluit geen energiebron aan op de netstroomconnector van Nokia.
Als u externe apparaten of hoofdtelefoons op de netstroomconnector van Nokia aansluit die niet door Nokia zijn goedgekeurd voor gebruik met dit apparaat, moet u extra letten op het geluidsniveau.

Een USB-gegevenskabel aansluiten

Sluit een compatibele USB-gegevenskabel aan op de USB-aansluiting.
Als u de standaardmodus voor de USB-verbinding wilt selecteren of de actieve modus wilt wijzigen, selecteert u > Instellingen >
Connect. > USB > USB­verbindingsmodus en de gewenste
modus. Kies Vragen bij verbinding >
Nee als u wilt instellen of de
standaardmodus automatisch moet worden geactiveerd.
Het apparaat
21

3. Belfuncties

Als u het volume tijdens een gesprek wilt aanpassen, drukt u op de volumetoetsen.

Een spraakoproep tot stand brengen

1. Voer in de stand-by modus het telefoonnummer, inclusief het netnummer,
in. Druk op de wistoets om een nummer te wissen.
Voor internationale gesprekken drukt u tweemaal op * voor het plusteken (vervangt de internationale toegangscode) en voert u vervolgens het landnummer, het netnummer (eventueel zonder voorloopnul) en het abonneenummer in.
2. Als u het nummer wil kiezen, drukt u op de beltoets.
3. Als u het gesprek wilt beëindigen of de oproep wilt annuleren, drukt u op de
eindetoets.
Als u wilt selecteren of actieve gesprekken worden beëindigd wanneer u de cover sluit, selecteert u > Instellingen > Telefooninst. > Algemeen > Actie
voor schuif > Bij sluiten van de schuif > Wijzigen > Gesprek beëindigen of Gesprek hervatten
Als u wilt bellen vanuit Contacten , selecteert u > Contacten. Ga naar de gewenste naam of voer de eerste letters v an de naam in en ga naar de gewenste naam. Als u het nummer wil kiezen, drukt u op de beltoets.
Als u een recent gekozen nummer wilt bellen vanuit de stand-by modus, drukt u op de beltoets.

Snelkiezen

Via de snelkeuzetoetsen kunt u snel veelgebruikte nummers bellen vanuit de stand-by modus. U moet een telefoonnummer toewijzen aan de snelkeuzetoetsen 3 tot en met 9 (de toets 1 is gereserveerd voor de voicemailbox) en Snelkeuze instellen op Aan.
Als u een telefoonnummer wilt toewijzen aan een snelkeuzetoets, selecteert u >
Instellingen > Snelkeuze. Ga naar een toetspictogram en selecteer Toewijzen en de
contactpersoon. Als u het nummer wilt wijzigen, selecteert u Opties > Wijzigen.
Als u de functie Snelkeuze wilt activeren, selecteert u > Instellingen >
Telefooninst. > Telefoon > Oproep > Snelkeuze > Aan.
Voor het bellen van een snelkiesnummer houdt u de snelkeuzetoets ingedrukt tot de oproep begint.
22
Belfuncties

Oproepmailbox

Als u uw voicemailbox wilt bellen (netwerkdienst), houdt u in de stand-by modus 1 ingedrukt. U kunt voicemailboxen hebben voor spraakoproepen en meerdere telefoonlijnen.
Als u het nummer van de oproepmailbox wilt selecteren als er geen nummer is ingesteld, selecteert u > Instellingen > Opr.mailbox. Blader naar Voicemailbox en voer het betreffende mailboxnummer in. Als u het nummer van de oproepmailbox wilt wijzigen, selecteert u Opties > Nummer wijzigen. Neem contact op met uw serviceprovider voor de oproepmailbox.

Spraaklabels

Aan alle vermeldingen in Contacten wordt automatisch een spraaklabel toegevoegd. Gebruik lange namen en vermijd het gebruik van soortgelijke namen voor verschillende nummers.
Een gesprek met spraaklabel tot stand brengen
Spraaklabels zijn gevoelig voor achtergrondgeluiden. Gebruik spraaklabels in een rustige omgeving.
Opmerking: Het gebruik van spraaklabels kan moeilijkheden opleveren in een drukke omgeving of tijdens een noodgeval. Voorkom dus onder alle omstandigheden dat u uitsluitend van spraaklabels afhankelijk bent.
1. Houd in de stand-by modus de rechterselectietoets ingedrukt.
Als u een compatibele hoofdtelefoon gebruikt met de hoofdtelefoontoets, houdt u de hoofdtelefoontoets ingedrukt.
2. Op het moment dat Spreek nu wordt weergegeven, spreekt u de
spraakopdracht duidelijk uit. Het apparaat speelt de spraakopdracht voor de beste overeenkomst af. Na anderhalve seconde wordt het nummer gekozen. Als het resultaat niet correct is, selecteert u een andere vermelding voordat het nummer wordt gekozen.

Een conferentiegesprek voeren

Conferentiegesprekken (netwerkdienst) tussen maximaal zes deelnemers (inclusief uzelf) worden ondersteund.
1. Bel de eerste deelnemer.
2. Als u een andere deelnemer wilt bellen, selecteert u Opties > Nieuwe oproep.
Belfuncties
23
3. Als u een conferentiegesprek wilt starten wanneer de nieuwe oproep is
beantwoord, selecteert u Opties > Conferentie.
Als u een nieuwe persoon aan het gesprek wilt toevoegen, herhaalt u stap 2 en selecteert u Opties > Conferentie > Toev. aan confer..
4. Als u het conferentiegesprek wilt beëindigen, drukt u op de eindetoets.

Een oproep beantwoorden of weigeren

Als u een oproep wilt beantwoorden, drukt u op de beltoets.
Selecteer Stil om de beltoon te dempen.
Als u de oproep wilt weigeren, drukt u op de eindetoets of selecteert u Opties >
Weigeren. Als u Doorschakelen > Indien bezet hebt geactiveerd, worden
geweigerde oproepen doorgeschakeld.
Selecteer Opties > Bericht verzenden als u een SMS-bericht als antwoord naar een beller wilt sturen in plaats van de oproep te beantwoorden. Als u het antwoord-SMS-bericht wilt activeren en de tekst in het bericht wilt bewerken, selecteert u > Instellingen > Telefooninst. > Telefoon > Oproep > Oproep weig.
met bericht en Berichttekst.
Als u wilt bepalen of gesprekken automatisch worden beantwoord wanneer u de cover opent, selecteert u > Instellingen > Telefooninst. > Algemeen > Actie
voor schuif > Bij openen van de schuif > Wijzigen > Beantwoorden of Niet beantwoorden.

Oproep in wachtrij

Druk tijdens een gesprek op de beltoets om het gesprek in de wachtstand te beantwoorden. Het eerste gesprek wordt dan in de wachtstand geplaatst. Als u tussen de twee oproepen wilt schakelen, selecteert u Wisselen. Als u het actieve gesprek wilt beëindigen, drukt u op de eindetoets.
Als u de functie Oproep in wachtrij (netwerkdienst) wilt activeren, selecteert u > Instellingen > Telefooninst. > Telefoon > Oproep > Oproep in wachtrij >
Activeren.

Video-oproepen

Een video-oproep tot stand brengen

Als u een video-oproep wilt voeren, moet u over een USIM-kaart beschikken en zich binnen het bereik van een UMTS-netwerk bevinden. Neem contact op met uw serviceprovider voor informatie over beschikbaarheid van en abonnementen op
24
Belfuncties
video-oproepdiensten. Aan een video-oproep kunnen maar twee partijen deelnemen. Er mogen ook geen andere spraak-, gegevens- of video-oproepen actief zijn. De video-oproep kan worden uitgevoerd met een compatibele mobiele telefoon of een ISDN-client.
U hebt een foto gemaakt die u wilt versturen in plaats van de video.
U hebt het verzenden van video vanuit uw apparaat geweigerd.
1. Voer het telefoonnummer in de stand-by modus in en selecteer Video-oproep.
U kunt ook > Contacten selecteren, naar het gewenste contact gaan en
Opties > Video-oproep selecteren.
2. Als u wilt schakelen tussen het weergeven van video of alleen het beluisteren
van geluid tijdens een video-oproep, selecteert u Videoverz. inschakelen of
Videoverz. uitschakelen op de werkbalk.
Zelfs als u het verzenden van video tijdens een video-oproep hebt geweigerd, wordt het gesprek als een video-oproep in rekening gebracht. Neem contact op met uw netwerkoperator of serviceprovider voor informatie over de tarieven.
3. Als u de video-oproep wilt beëindigen, drukt u op de eindetoets.

Een video-oproep beantwoorden

Wanneer er een video-oproep binnenkomt, wordt weergegeven.
Druk op de beltoets als u de video-oproep wilt beantwoorden. Verzenden
videobericht naar beller toestaan? wordt weergegeven. Als u Ja selecteert, krijgt
de beller de foto te zien die is gemaakt met de camera in uw apparaat. Zo niet, dan wordt het verzenden van de video niet geactiveerd.
Zelfs als u het verzenden van video tijdens een video-oproep hebt geweigerd, wordt het gesprek als een video-oproep in rekening gebracht. Informeer bij uw serviceprovider naar de tarieven.
Als u de video-oproep wilt beëindigen, drukt u op de eindetoets.

Oproepinstellingen

Bellen

Selecteer > Instellingen > Telefooninst. > Telefoon > Oproep en maak een keuze uit de volgende opties:
Identificatie verz. (netwerkdienst) - Hiermee stelt u in dat het telefoonnummer
wordt weergegeven of verborgen voor de persoon die u belt.
Oproep in wachtrij (netwerkdienst) - Zie ’Oproep in wachtrij’ op pag. 24.
Belfuncties
25
Oproep weig. met bericht en Berichttekst - Zie ’Een oproep beantwoorden of
weigeren’ op pag. 24.
Eigen video in ontv. oprp. - Hiermee stelt u in of u uw eigen video-afbeelding wilt
verzenden bij een binnenkomende video-oproep.
Afb. in video-oproep - Hiermee kunt u een foto selecteren die wordt weergegeven
wanneer u een video-oproep weigert.
Autom. herkiezen - Hiermee stelt u het apparaat in op maximaal tien
kiespogingen om een verbinding tot stand te brengen.
Gespreksduur tonen en Samenvatting na opr. - Met deze optie stelt u het apparaat
zo in dat tijdens een gesprek de gespreksduur wordt weergegeven en de duur van het laatste gesprek bij benadering.
Snelkeuze - Zie ’Snelkiezen’ op pag. 22. Aannem. willek. toets - Hiermee kunt u een inkomende oproep beantwoorden door
kort op een toets te drukken, met uitzondering van de linker- en rechterselectietoets, de volumetoetsen, de aan/uit-toets en de eindetoets.
Lijn in gebruik (netwerkdienst) - Hiermee geeft u aan welke telefoonlijn u wilt
gebruiken om te bellen en SMS-berichten te verzenden. Deze instelling wordt alleen weergegeven als de SIM-kaart twee telefoonlijnen ondersteunt.
Lijn wijzigen (netwerkdienst) - Hiermee schakelt u de lijnselectie in of uit.

Oproepen doorschakelen

1. Selecteer > Instellingen > Telefooninst. > Telefoon > Doorschakelen
(netwerkdienst).
2. Selecteer de oproepen die u wilt doorschakelen, bijvoorbeeld Spraakoproepen.
3. Selecteer de gewenste optie. Selecteer bijvoorbeeld Indien bezet om
spraakoproepen door te schakelen wanneer uw nummer bezet is of wanneer u een inkomende oproep weigert.
4. Selecteer Opties > Activeren en het telefoonnummer waarnaar u de oproepen
wilt doorschakelen. Er kunnen meerdere doorschakelopties tegelijk actief zijn.
De functies voor het blokkeren en doorschakelen van oproepen kunnen niet tegelijkertijd actief zijn.

Oproepblokkering

1. Selecteer > Instellingen > Telefooninst. > Telefoon > Oproepen blokk.
(netwerkdienst) - Hiermee kunt u het tot stand brengen en ontvangen van oproepen met het apparaat beperken.
26
Belfuncties
2. Ga naar de gewenste blokkeringsoptie en selecteer Opties > Inschakelen. Voor
het wijzigen van de instellingen hebt u het blokkeringswachtwoord nodig dat u hebt gekregen van uw serviceprovider.
De functies voor het blokkeren en doorschakelen van oproepen kunnen niet tegelijkertijd actief zijn.
Wanneer oproepen zijn geblokkeerd, kunt u mogelijk nog wel officiële alarmnummers kiezen.

Netwerk

Selecteer > Instellingen > Telefooninst. > Telefoon > Netwerk en kies een van de volgende opties:
Netwerkmodus — Selecteer het netwerk dat u wilt gebruiken (wordt alleen
weergegeven als dit door de serviceprovider wordt ondersteund). Als u Dual mode selecteert, wordt het GSM- of UMTS-netwerk automatisch gebruikt.
Operatorselectie — Als u wilt instellen dat het apparaat naar beschikbare
netwerken zoekt en automatisch een van deze netwerken selecteert, selecteert u Automatisch. Als u het gewenste netwerk handmatig in een lijst met netwerken wilt selecteren, selecteert u Handmatig. Het geselecteerde netwerk moet een roaming-overeenkomst met uw eigen netwerk hebben gesloten.
Weergave info dienst (netwerkdienst) - Hiermee stelt u in dat de telefoon moet
melden wanneer gebruik wordt gemaakt van een mobiel netwerk op basis van de MCN-technologie (Micro Cellular Network) en dat u de ontvangst van relevante informatie wilt activeren.

Video delen

Gebruik Video delen als u tijdens een spraakoproep live video vanaf uw mobiel apparaat naar een ander compatibel mobiel apparaat wilt versturen.

Vereisten voor Video delen

Voor Video delen hebt u een 3G UMTS-verbinding (Universal Mobile Telecommunications System) nodig. Neem contact op met uw serviceprovider voor informatie over netwerkbeschikbaarheid en kosten voor het gebruik van deze toepassing.
U moet het volgende doen om Video delen te kunnen gebruiken:
• Zorg ervoor dat uw apparaat is ingesteld voor verbindingen tussen twee
personen.
Belfuncties
27
Loading...
+ 63 hidden pages