CONFORMITEITSVERKLARING
Hierbij verklaart NOKIA CORPORATION dat het product RM-431 in
overeenstemming is met de essentiële vereisten en andere relevante
bepalingen van Europese richtlijn 1999/5/EG. Een exemplaar van de
conformiteitsverklaring kunt u vinden op de volgende website:
www.nokia.com/phones/declaration_of_conformity/.
Nokia, Nokia Connecting People en Nokia Care zijn handelsmerken of gedeponeerde handelsmerken van
Nokia Corporation. Nokia tune is een geluidsmerk van Nokia Corporation. Namen van andere producten
en bedrijven kunnen handelsmerken of handelsnamen van de respectievelijke eigenaren zijn.
Reproductie, overdracht, distributie of opslag van dit document of een gedeelte ervan in enige vorm
zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van Nokia is verboden.
This product is licensed under the MPEG-4 Visual Patent Portfolio License (i) for personal and
noncommercial use in connection with information which has been encoded in compliance with the
MPEG-4 Visual Standard by a consumer engaged in a personal and noncommercial activity and (ii) for use
in connection with MPEG-4 video provided by a licensed video provider. No license is granted or shall be
implied for any other use. Additional information, including that related to promotional, internal, and
commercial uses, may be obtained from MPEG LA, LLC. See <http://www.mpegla.com>.
Dit product is gelicentieerd onder de MPEG-4 Visual Patent Portfolio-licentie (i) voor privé- en nietcommercieel gebruik in verband met informatie die is gecodeerd volgens de visuele norm MPEG-4, door
een consument in het kader van een privé- en niet-commerciële activiteit, en (ii) voor gebruik in verband
met MPEG-4-videomateriaal dat door een gelicentieerde videoaanbieder is verstrekt. Voor ieder ander
gebruik is of wordt expliciet noch impliciet een licentie verstrekt. Aanvullende informatie, waaronder
informatie over het gebruik voor promotionele doeleinden, intern gebruik en commercieel gebruik, is
verkrijgbaar bij MPEG LA, LLC. Zie <http://www.mpegla.com>.
Nokia voert een beleid dat gericht is op voortdurende ontwikkeling. Nokia behoudt zich het recht voor
zonder voorafgaande kennisgeving wijzigingen en verbeteringen aan te brengen in de producten die in dit
document worden beschreven.
VOOR ZOVER MAXIMAAL TOEGESTAAN OP GROND VAN HET TOEPASSELIJKE RECHT, ZAL NOKIA OF EEN
VAN HAAR LICENTIEHOUDERS ONDER GEEN OMSTANDIGHEID AANSPRAKELIJK ZIJN VOOR ENIG VERLIES
VAN GEGEVENS OF INKOMSTEN OF VOOR ENIGE BIJZONDERE, INCIDENTELE OF INDIRECTE SCHADE OF
GEVOLGSCHADE VAN WELKE OORZAAK DAN OOK.
.
DE INHOUD VAN DIT DOCUMENT WORDT ZONDER ENIGE VORM VAN GARANTIE VERSTREKT. TENZIJ
VEREIST KRACHTENS HET TOEPASSELIJKE RECHT, WORDT GEEN ENKELE GARANTIE GEGEVEN
BETREFFENDE DE NAUWKEURIGHEID, BETROUWBAARHEID OF INHOUD VAN DIT DOCUMENT, HETZIJ
UITDRUKKELIJK HETZIJ IMPLICIET, DAARONDER MEDE BEGREPEN MAAR NIET BEPERKT TOT IMPLICIETE
GARANTIES BETREFFENDE DE VERKOOPBAARHEID EN DE GESCHIKTHEID VOOR EEN BEPAALD DOEL.
NOKIA BEHOUDT ZICH TE ALLEN TIJDE HET RECHT VOOR ZONDER VOORAFGAANDE KENNISGEVING DIT
DOCU MENT TE WI JZIG EN OF TE HER ROEP EN.
De beschikbaarheid van bepaalde producten, toepassingen en diensten voor deze producten kan per regio
verschillen. Neem contact op met uw Nokia-dealer voor details en de beschikbaarheid van taalopties.
Exportbepalingen
Dit apparaat bevat mogelijk onderdelen, technologie of software die onderhevig zijn aan wet- en
regelgeving betreffende export van de VS en andere landen. Ontwijking in strijd met de wetgeving is
verboden.
GEEN GARANTIE
Toepassingen van derden die bij uw apparaat worden geleverd, kunnen zijn gemaakt door en
in eigendom zijn van personen en entiteiten die geen relatie of verband met Nokia hebben.
Nokia beschikt niet over de auteursrechten of de intellectuele eigendomsrechten op deze
toepassingen van derden. Als zodanig draagt Nokia geen verantwoordelijkheid voor de
ondersteuning voor eindgebruikers of de functionaliteit van deze toepassingen of de
informatie in deze toepassingen of het materiaal. Nokia biedt geen garantie voor deze
toepassingen van derden.
MET HET GEBRUIK VAN DE TOEPASSINGEN ACCEPTEERT U DAT DE TOEPASSINGEN WORDEN
GELEVERD ZONDER ENIGE VORM VAN GARANTIE, HETZIJ UITDRUKKELIJK HETZIJ IMPLICIET,
VOOR ZOVER MAXIMAAL IS TOEGESTAAN OP GROND VAN HET TOEPASSELIJKE RECHT. U
ACCEPTEERT TEVENS DAT NOCH NOKIA NOCH GELIEERDE PARTIJEN VERKLARINGEN DOEN
OF GARANTIES VERSTREKKEN, UITDRUKKELIJK OF IMPLICIET, MET INBEGRIP VAN (MAAR
NIET BEPERKT TOT) GARANTIES BETREFFENDE TITEL, VERKOOPBAARHEID, GESCHIKTHEID
VOOR EEN BEPAALD DOEL OF DAT DE TOEPASSINGEN GEEN INBREUK MAKEN OP
OCTROOIEN, AUTEURSRECHTEN, HANDELSMERKEN OF ANDERE RECHTEN VAN DERDEN.
Lees deze eenvoudige richtlijnen. Het niet opvolgen van de richtlijnen kan gevaarlijk of
onwettig zijn. Lees de volledige gebruikershandleiding voor meer informatie.
SCHAKEL HET APPARAAT ALLEEN IN ALS HET VEILIG IS
Schakel het apparaat niet in als het gebruik van mobiele telefoon verboden is of
als dit storing of gevaar zou kunnen opleveren.
VERKEERSVEILIGHEID HEEFT VOORRANG
Houdt u aan de lokale wetgeving. Houd tijdens het rijden uw handen vrij om uw
voertuig te besturen. De verkeersveiligheid dient uw eerste prioriteit te hebben
terwijl u rijdt.
STORING
Alle draadloze apparaten kunnen gevoelig zijn voor storing. Dit kan de werking
van het apparaat negatief beïnvloeden.
SCHAKEL HET APPARAAT UIT IN GEBIEDEN WAAR EEN GEBRUIKSVERBOD GELDT
Houd u aan alle mogelijke beperkende maatregelen. Schakel het apparaat uit in
vliegtuigen en in de nabijheid van medische apparatuur, brandstof, chemicaliën
of gebieden waar explosieven worden gebruikt.
DESKUNDIG ONDERHOUD
Dit product mag alleen door deskundigen worden geïnstalleerd of gerepareerd.
TOEBEHOREN EN BATTERIJEN
Gebruik alleen goedgekeurde toebehoren en batterijen. Sluit geen
incompatibele producten aan.
WATERBESTENDIGHEID
Het apparaat is niet waterbestendig. Houd het apparaat droog.
■ Over dit apparaat
Het draadloze apparaat dat in deze handleiding beschreven wordt, is goedgekeurd voor
gebruik in GSM 850-, 900-, 1800- en 1900- en UMTS 900- en 2100-netwerken. Neem
contact op met uw serviceprovider voor meer informatie over netwerken.
Houd u bij het gebruik van de functies van dit apparaat aan alle regelgeving en respecteer
lokale gebruiken, privacy en legitieme rechten van anderen, waaronder auteursrechten.
Auteursrechten kunnen verhinderen dat bepaalde afbeeldingen, muziek en andere inhoud
worden gekopieerd, gewijzigd of overgedragen.
Dit apparaat ondersteunt verschillende verbindingsmethoden. Net als computers kan uw
apparaat worden blootgesteld aan virussen en andere schadelijke inhoud. Wees voorzichtig
met berichten, verbindingsverzoeken, browsen en downloaden. Installeer en gebruik alleen
diensten en andere software van betrouwbare bronnen die adequate beveiliging en
6
VEILIGHEID
bescherming tegen schadelijke software bieden, zoals toepassingen die Symbian Signed zijn
of de Java Verified™-test hebben doorstaan. Overweeg de installatie van antivirus- en
andere beveiligingssoftware op het apparaat en eventuele aangesloten computers.
Uw apparaat beschikt mogelijk over vooraf geïnstalleerde bladwijzers en koppelingen naar
websites van derden. U kunt met het apparaat ook andere sites van derden bezoeken. Sites
van derden zijn niet verbonden met Nokia en Nokia onderschrijft deze niet en neemt er geen
aansprakelijkheid voor. Als u dergelijke sites wilt bezoeken, moet u voorzorgsmaatregelen
treffen op het gebied van beveiliging of inhoud.
Waarschuwing: als u andere functies van dit apparaat wilt gebruiken dan
de alarmklok, moet het apparaat zijn ingeschakeld. Schakel het apparaat
niet in wanneer het gebruik van draadloze apparatuur storingen of gevaar
kan veroorzaken.
De kantoortoepassingen ondersteunen gebruikelijke functies van Microsoft Word,
PowerPoint en Excel (Microsoft Office 2000, XP en 2003). Niet alle bestandsindelingen
kunnen worden bekeken of gewijzigd.
Vergeet niet een back-up of een gedrukte kopie te maken van alle belangrijke gegevens die
in uw apparaat zijn opgeslagen.
Tijdens langdurig gebruik, zoals een actieve video-oproep en een gegevensverbinding met
hoge snelheid, kan het apparaat warm worden. In de meeste gevallen is dit normaal. Als u
vermoedt dat het apparaat niet naar behoren werkt, brengt u het dan naar het
dichtstbijzijnde bevoegde servicepunt.
Wanneer u het apparaat op een ander apparaat aansluit, dient u eerst de handleiding van
het desbetreffende apparaat te raadplegen voor uitgebreide veiligheidsinstructies. Sluit
geen incompatibele producten aan.
■ Netwerkdiensten
Om de telefoon te kunnen gebruiken, moet u zijn aangemeld bij een aanbieder van een
draadloze verbindingsdienst. Veel van de functies vereisen speciale netwerkfuncties. Deze
functies zijn niet op alle netwerken beschikbaar. Er zijn ook netwerken waar u specifieke
regelingen met uw serviceprovider moet treffen voordat u gebruik kunt maken van de
netwerkdiensten. Uw serviceprovider kan u instructies geven en uitleggen hoeveel het kost.
Bij sommige netwerken gelden beperkingen die het gebruik van netwerkdiensten negatief
kunnen beïnvloeden. Zo bieden sommige netwerken geen ondersteuning voor bepaalde
taalafhankelijke tekens en diensten.
Het kan zijn dat uw serviceprovider verzocht heeft om bepaalde functies uit te schakelen of
niet te activeren in uw apparaat. In dat geval worden deze functies niet in het menu van uw
apparaat weergegeven. Uw apparaat kan ook beschikken over een speciale configuratie,
zoals veranderingen in menunamen, menuvolgorde en pictogrammen. Neem voor meer
informatie contact op met uw serviceprovider.
VEILIGHEID
7
Dit apparaat ondersteunt WAP 2.0-protocollen (HTTP en SSL) die werken met TCP/IPprotocollen. Sommige functies van dit apparaat, zoals surfen op internet, e-mail,
push to talk en het verzenden van multimediaberichten, vereisen netwerkondersteuning
voor deze technologieën.
■ Batterij verwijderen
Schakel het apparaat altijd uit en ontkoppel de lader voordat u de batterij verwijdert.
Ondersteuning
■ Help
Uw apparaat is voorzien van contextafhankelijke Help. Als u Help wilt weergeven
in een geopende toepassing, selecteert u Opties > Help. Als u wilt schakelen
tussen Help en de geopende toepassing op de achtergrond, houdt u ingedrukt
en selecteert u de toepassing in de lijst met geopende toepassingen.
Als u Help wilt openen vanuit het hoofdmenu, selecteert u > Help > Help.
Selecteer een toepassing om een lijst met Help-onderwerpen weer te geven en
selecteer de gewenste Help-tekst. Als u een lijst met trefwoorden wilt openen,
selecteert u Opties > Zoeken.
■ Nokia-ondersteuning en contactgegevens
Kijk op www.nokia.com/support of uw lokale Nokia-website voor de meest actuele
gebruikershandleidingen, aanvullende informatie, downloads en diensten die te maken
hebben met uw Nokia-product.
Op de website vindt u informatie over het gebruik van producten en diensten van
Nokia. Als u contact wilt opnemen met de klantenservice, raadpleegt u de lijst met
plaatselijke Nokia Care-contactcentra op www.nokia.com/customerservice.
Raadpleeg het dichtstbijzijnde Nokia Care-centrum op www. nokia.com/repair
voor onderhoudsdiensten.
Software-updates
Nokia kan software-updates uitbrengen die nieuwe en/of verbeterde functies of een
verbeterde werking bieden. U kunt deze updates aanvragen met de pc-toepassing
Nokia Software Updater. Als u de software voor het apparaat wilt bijwerken, hebt u de
toepassing Nokia Software Updater nodig en een compatibele pc met het besturingssysteem
Microsoft Windows 2000, XP of Vista, een breedbandverbinding en een compatibele
gegevenskabel waarmee het apparaat op de pc is aangesloten.
8
Ondersteuning
Ga naar www.nokia.com/softwareupdate of naar de lokale Nokia-website voor meer
informatie of om de toepassing Nokia Software Updater te downloaden.
Als uw netwerk het draadloos updaten van software ondersteunt, kunt u mogelijk ook
updates via het apparaat aanvragen. Zie ’Software bijwerken’ op pagina 72.
Bij het downloaden van software-updates worden mogelijk grote hoeveelheden gegevens
via het netwerk van uw serviceprovider overgedragen. Neem contact op met uw
serviceprovider voor meer informatie over de kosten van gegevensoverdracht.
Zorg ervoor dat de batterij van het apparaat voldoende capaciteit heeft of dat de lader is
aangesloten voordat u begint met updaten.
1.Aan de slag
■ (U)SIM-kaart en batterij plaatsen
In dit apparaat worden BL-4CT-batterijen gebruikt.
1. U opent de achtercover van het
apparaat door met de achterkant
van het apparaat naar u toe
gericht de cover te verschuiven in
de richting van de onderkant van
het apparaat (1) en deze te
verwijderen. U verwijdert de
batterij door deze vanuit het
uiteinde op te tillen (2).
2. Plaats de (U)SIM-kaart in de SIMkaarthouder (3).
Zorg ervoor dat het goudkleurige
contactgebied op de kaart naar de
onderkant van het apparaat en de
afgeschuinde hoek naar beneden is
gericht.
3. Vervang de batterij (4). Plaats de
achtercover terug (5).
Aan de slag
9
■ Geheugenkaart
Gebruik alleen compatibele microSD- en microSDHC-kaarten die door Nokia zijn
goedgekeurd voor gebruik met dit apparaat. Nokia maakt gebruik van
goedgekeurde industriële normen voor geheugenkaarten, maar sommige
merken zijn mogelijk niet geheel compatibel met dit apparaat. Incompatibele kaarten
kunnen de kaart en het apparaat beschadigen en gegevens op de kaart aantasten.
Een geheugenkaart plaatsen
De geheugenkaart is mogelijk met het apparaat meegeleverd en het kan zijn dat
deze al in het apparaat is geplaatst.
1. Open het klepje van de
geheugenkaartsleuf (1).
2. Plaats de geheugenkaart in de
sleuf met het goudkleurige
contactgebied naar beneden
gericht (2).
3. Duw de kaart voorzichtig op zijn
plaats. Sluit het klepje van de
sleuf goed (3).
Een geheugenkaart verwijderen
Belangrijk: verwijder de geheugenkaart niet op het moment dat er een bewerking
wordt uitgevoerd waarbij de kaart wordt gebruikt. Als u de kaart tijdens een
dergelijke bewerking verwijdert, kan schade ontstaan aan de geheugenkaart
en het apparaat en kunnen de gegevens die op de kaart zijn opgeslagen,
beschadigd raken.
1. Druk de aan/uit-toets kort in.
2. Blader naar Geh.kaart verwijderen en selecteer OK > Ja.
3. Open het klepje van de geheugenkaartsleuf.
4. Druk de kaart voorzichtig los.
5. Trek de kaart eruit en kies OK.
6. Sluit het klepje van de sleuf.
10
Aan de slag
■ De batterij opladen
1. Sluit de lader aan op een
wandcontactdoos.
2. Steek de stekker van de lader in de USBpoort van het apparaat.
Als de batterij volledig ontladen is, kan het
enkele minuten duren voordat de batterijindicator op het scherm wordt weergegeven en u weer met het apparaat kunt
bellen. De batterij-indicator knippert totdat het mogelijk is om oproepen te
plaatsen. Daarna brandt het continu totdat de batterij volledig opgeladen is.
De oplaadtijd is afhankelijk van de gebruikte lader en batterij.
Opladen via USB
Als er geen stopcontact beschikbaar is, kunt u het apparaat opladen via de USBaansluiting. Tijdens het laden via de USB-aansluiting kunt u ook gegevens
overbrengen. Het laden via USB kan langzamer gaan dan via een stopcontact. Het
laden werkt mogelijk niet als u een USB-hub gebruikt. USB-hubs zijn mogelijk niet
compatibel om een USB-apparaat op te laden.
1. Sluit een compatibele USB-kabel aan tussen een compatibel USB-apparaat en
de telefoon. Afhankelijk van het soort apparaat dat u gebruikt om de telefoon
op te laden, kan het even duren voordat het laden begint.
2. Als het apparaat ingeschakeld is, kunt u op het scherm van het apparaat
verschillende USB-modusopties selecteren.
■ Het apparaat in- en uitschakelen
Houd de aan/uit-toets ingedrukt.
Als een PIN-code wordt gevraagd, voert u de PINcode in en selecteert u OK.
Als u naar de blokkeringscode wordt gevraagd,
voert u deze in en selecteert u OK. De fabrieksinstelling voor de blokkeringscode is 12345.
Zie ’Toegangscodes’ op pag. 18 voor meer
informatie over toegangscodes.
Selecteer het land waarin u zich bevindt en voer de
plaatselijke tijd en datum in om de tijdzone, tijd en
datum in te stellen. Zie ook ’Klok’ op pag. 62.
Aan de slag
11
My Nokia
My Nokia is een gratis service waarmee u regelmatig via SMS tips, trucs en
ondersteuning voor uw Nokia-apparaat ontvangt. Als My Nokia beschikbaar is
in uw land en wordt ondersteund door uw serviceprovider, ontvangt u op uw
apparaat een uitnodiging voor de My Nokia-service nadat u de tijd en datum
hebt ingesteld.
Selecteer de taal voor de service. Als u de taal wijzigt, wordt het apparaat opnieuw
gestart. Als u zich wilt aanmelden voor My Nokia, selecteert u Accepteren en
volgt u de instructies.
Als u zich later wilt aanmelden voor My Nokia, selecteert u > Toepassngn >
My Nokia.
Na de uitnodiging voor My Nokia wordt de welkomsttoepassing gestart. Deze
biedt toegang tot de volgende toepassingen:
Instelwizard - Configureer verbindingsinstellingen. Zie ’Instelwizard’ op pag. 13.
Overdracht - Kopieer of synchroniseer gegevens vanaf andere compatibele
apparaten.
Zelfstudie - Leer meer over de functies van uw apparaat en het gebruik ervan.
Als u de zelfstudie later wilt starten, selecteert u > Help > Zelfstudie en een
onderdeel uit de zelfstudie.
Als u de welkomsttoepassing wilt openen, selecteert u > Help > Welkom.
Antennelocaties
Bluetooth-antenne (1)
Antenne mobiel netwerk (2)
Het apparaat kan interne en externe antennes hebben. Zoals
bij alle radiozendapparatuur, geldt dat u onnodig contact
met het gebied rond de antenne moet vermijden als de
antenne aan het zenden of ontvangen is. Contact met de
antenne kan de kwaliteit van de communicatie nadelig
beïnvloeden en kan leiden tot een hoger dan noodzakelijk
stroomverbruik en tot een kortere gebruiksduur van
de batterij.
12
Aan de slag
■ Configuratie-instellingen
Voordat u gebruik kunt maken van MMS, e-mail, synchronisatie, streaming en de
browser moet uw telefoon juist zijn ingesteld. Uw apparaat kan de instellingen
voor de browser, MMS, het toegangspunt en streaming automatisch configureren
op basis van de gebruikte SIM-kaart. Zo niet, dan configureert u de instellingen
met behulp van de instelwizard. Het is ook mogelijk dat u de instellingen
rechtstreeks in een configuratiebericht ontvangt, dat u kunt opslaan op uw
apparaat. Neem contact op met uw serviceprovider of met de dichtstbijzijnde
Nokia-dealer voor meer informatie over de beschikbaarheid van deze dienst.
Wanneer u een configuratiebericht ontvangt en de instellingen niet automatisch
worden opgeslagen en geactiveerd, wordt het bericht 1 ni euw bericht weergegeven.
Selecteer Weergeven > Opties > Opslaan om d e instellinge n op te slaan. U moe t
wellicht een PIN-code invoeren die de serviceprovider u heeft verstrekt.
Instelwizard
Met de instelwizard kunt u uw apparaat op basis van de gegevens van uw
serviceprovider configureren voor operatorinstellingen en e-mailinstellingen.
Mogelijk kunt u ook andere instellingen configureren.
Als u gebruik wilt maken van deze diensten, moet u wellicht contact opnemen met
uw serviceprovider om een gegevensverbinding of andere diensten te activeren.
Selecteer > Instellingen > Instelwizard.
■ Gegevens overbrengen
Als u gegevens, zoals contacten, van uw oude apparaat wilt overbrengen,
raadpleegt u ’Gegevensoverdracht’ op pag. 73.
Aan de slag
13
2.Het apparaat
■ Toetsen en onderdelen
Luistergedeelte (1)
Secundaire cameralens (2)
Omgevingslichtsensor (3)
Scherm (4)
Linker- en rechterselectietoetsen (5)
Wistoets (6)
Menutoets (7), hierna aangeduid als
Beltoets (8)
Toets einde en aan/uit (9)
Navi™-navigatietoets, hierna de navigatietoets
genoemd, en statusverlichting eromheen (10)
Cijfertoetsen (11)
Microfoon (12)
MicroUSB-aansluiting (13)
Batterij-indicator (14)
Nokia AV 2,5 mm-aansluiting (15)
Cameraflitser (16)
Hoofdcameralens (17)
Volume-omhoog-toets (18)
Volume-omlaag-toets (19)
Geheugenkaartsleuf (20)
Luidspreker (21)
Cameratoets (22)
Waarschuwings-LED-lampje (23)
Terugspoelen-toets (24)
Afspelen/Pauze-toets (25)
Vooruitspoelen-toets (26)
Gaatje voor polsbandje (27)
14
Het apparaat
■ Stand-by modus en startscherm
Wanneer u het apparaat hebt ingeschakeld en bent aangemeld bij een netwerk,
bevindt het apparaat zich in de stand-by modus in het startscherm.
Het startscherm is het beginpunt waar u de belangrijkste snelkoppelingen naar
contacten en toepassingen op kunt plaatsen.
Het startscherm bestaat uit:
• Contactenbalk waar u de contacten die u het meest gebruikt kunt plaatsen,
snel iemand kunt bellen of een bericht kunt sturen, de webfeeds van contacten
kunt weergeven of de gegevens en instellingen van contacten kunt bekijken.
Als u een contact op het startscherm wilt plaatsen, selecteert u Contact
toevoegen en een contact uit de lijst. Als u een nieuw contact wilt maken,
selecteert u Opties > Nieuw contact, voert u de gegevens in en selecteert u
Gereed. U kunt ook een afbeelding aan de contactinformatie toevoegen. Als u
een webfeed voor een contact wilt toevoegen, selecteert u Feed toev., de
gewenste feed uit de lijst en Gereed. Selecteer Opties > Nieuwe feed als u een
nieuwe feed wilt maken. Selecteer Ve rnie uwen als u een feed wilt bijwerken.
Selecteer in de weergave Contactinfo Instellingen en Verwijderen als u een
contact van het startscherm wilt verwijderen.
• Plug-ins in toepassingen. Als u de plug-ins in het startscherm wilt aanpassen,
selecteert u > Instellingen > Instellingen > Algemeen > Persoonlijk >
Standby-modus > Toepssngn voor startsch..
• Aanpasbare snelkoppelingen naar toepassingen. U kunt ook de linker- en
rechterselectietoetsen aanpassen. Als u de snelkoppelingen op het startscherm
wilt aanpassen, selecteert u > Instellingen > Instellingen > Algemeen >
Persoonlijk > Standby-modus > Snelkoppelingen.
Als u het thema van de stand-by modus wilt wijzigen, selecteert u >
Als u de lijst met de laatst gekozen nummers wilt weergeven, drukt u op
de beltoets.
Als u spraakopdrachten of spraaklabels wilt gebruiken, houdt u
de rechterselectietoets ingedrukt.
Als u het profiel wilt wijzigen, drukt u kort op de aan/uit-toets en selecteert u
een profiel.
Als u een internetverbinding wilt starten, houdt u de cijfertoets 0 ingedrukt.
Het apparaat
15
Het profiel Offline
U activeert het profiel Offline heel snel door kort op de aan/uit-toets te drukken
en Offline te selecteren. Als u het profiel Offline wilt verlaten, drukt u kort op
de aan/uit-toets en selecteert u een ander profiel.
Wanneer het profiel Offline is geactiveerd, worden alle verbindingen met het
mobiele netwerk verbroken. U kunt uw apparaat echter ook zonder SIM-kaart
gebruiken en met behulp van de muziekspeler naar de radio of muziek luisteren.
Zorg ervoor dat u uw apparaat uitschakelt als het gebruik van een draadloze
telefoon niet is toegestaan.
Belangrijk: in het profiel Offline kunt u geen oproepen doen of ontvangen en
kunnen ook andere functies waarvoor netwerkdekking vereist is, niet worden
gebruikt. U kunt mogelijk nog wel het alarmnummer kiezen dat in het apparaat
is geprogrammeerd. Als u wilt bellen, moet u de telefoonfunctie eerst activeren
door een ander profiel te kiezen. Als het apparaat is vergrendeld, moet u de
beveiligingscode invoeren.
■ Symbolen
Pictogrammen
of - De telefoon heeft verbinding met een UMTS- of GSM-netwerk.
- HSDPA (netwerkdienst) in het UMTS-netwerk is geactiveerd.
- Het apparaat staat in de offline modus en is niet verbonden met een mobiel
netwerk.
- Er is een geheugenkaart in het apparaat geplaatst.
- Er staan een of meer ongelezen berichten in de Inbox van Berichten.
- U hebt nieuwe e-mail ontvangen in uw externe mailbox.
- De Outbox bevat berichten die nog niet zijn verzonden.
- U hebt oproepen gemist.
- Het beltoontype is ingesteld op Stil en Berichtensignaaltoon en Signaaltoon
e-mail zijn uitgeschakeld.
- De toetsen van het apparaat zijn vergrendeld.
- De luidspreker is ingeschakeld.
- Een alarm is ingeschakeld.
- Alle oproepen naar de telefoon worden doorgeschakeld naar een ander
nummer.
16
Het apparaat
of - Er is een hoofdtelefoon of een gehoorapparaat aangesloten op het
apparaat.
of of - Er is een GPRS-packet-gegevensverbinding actief, de verbinding
staat in de wachtstand of er is een verbinding beschikbaar.
of of - Een packet-gegevensverbinding is actief in een gedeelte van het
netwerk dat EGPRS ondersteunt; de verbinding staat in de wachtstand; er is een
verbinding beschikbaar. Mogelijk maakt het apparaat geen gebruik van EGPRS
tijdens de gegevensoverdracht.
of of - Er is een UMTS-packet-gegevensverbinding actief; de verbinding
staat in de wachtstand; er is een verbinding beschikbaar.
of - Bluetooth-connectiviteit is geactiveerd; er worden gegevens
verzonden met behulp van Bluetooth-technologie.
- Er is een USB-verbinding actief.
Mogelijk worden er ook andere symbolen weergegeven.
■ Energiespaarstand
Als u de time-outperiode wilt instellen waarna de energiespaarstand wordt
geactiveerd, selecteert u > Instellingen > Instellingen > Algemeen >
Persoonlijk > Weergave > Time-out spaarstand.
■ Menu
Dit menu geeft toegang tot de functies van het apparaat. Selecteer om toegang
te krijgen tot het hoofdmenu.
Als u een toepassing of map wilt openen, gaat u er naartoe en drukt u op de
navigatietoets.
Als u de volgorde van de functies in het menu wijzigt, kan deze afwijken van de
standaardvolgorde zoals die is beschreven in deze gebruikershandleiding.
Druk op # om een item in een toepassing te markeren of de markering ervan op te
heffen. Als u de markering van verschillende opeenvolgende items wilt in- of
uitschakelen, houdt u # ingedrukt en drukt u de navigatietoets omhoog of
omlaag.
Als u de menuweergave wilt wijzigen, selecteert u Opties > Menuweergave
wijzigen en een weergavetype.
Als u een toepassing of map wilt sluiten, selecteert u Terug en Afsluiten zo vaak
als nodig is om terug te keren naar de stand-by modus. U kunt ook Opties >
Afsluiten selecteren.
Het apparaat
17
Als u geopende toepassingen wilt weergeven of tussen toepassingen wilt
schakelen, houdt u ingedrukt. Ga naar een toepassing en selecteer deze.
Als toepassingen op de achtergrond worden uitgevoerd, vergt dit extra batterijcapaciteit en
neemt de gebruiksduur van de batterij af.
■ Volumeregeling
Als u het volume van het luistergedeelte of de luidspreker wilt regelen tijdens een
oproep of wanneer u een audiobestand beluistert, drukt u op de volumetoetsen.
Als u de luidspreker tijdens een oproep wilt inschakelen of uitschakelen, selecteert
u Luidspreker of Telefoon.
Waarschuwing: houd het apparaat niet dicht bij uw oor wanneer de luidspreker
wordt gebruikt, aangezien het volume erg luid kan zijn.
■ Toetsblokkering
Als u het toetsenblok in de stand-by modus wilt blokkeren, drukt u op de linkerselectietoets en vervolgens binnen anderhalve seconde op *. U kunt het apparaat
ook zo instellen dat het toetsenblok automatisch na een bepaalde tijd wordt
geblokkeerd. Daartoe kiest u > Instellingen > Instellingen > Algemeen >
Beveiliging > Telefoon en SIM-kaart > Per. autom. blokk. ttsnb. > Door gebr. gedef.
en stelt u de gewenste tijd in.
Als u het toetsenblok wilt ontgrendelen, selecteert u Blok. oph. en drukt u binnen
anderhalve seconde op *.
Wanneer het apparaat is vergrendeld, kunt u mogelijk nog wel het geprogrammeerde
alarmnummer kiezen.
SIM-kaart om het gebruik van toegangscodes in het apparaat in te stellen.
Blokkeringscode
Met de blokkeringscode (5 cijfers) vergrendelt u het apparaat. De vooraf
ingestelde code is 12345. Wijzig de code en stel in dat de code wordt gevraagd in
het apparaat. Als u de code vergeet terwijl het apparaat is vergrendeld, moet u het
apparaat wegbrengen voor onderhoud en worden er mogelijk extra kosten in
rekening gebracht. Neem contact op met een Nokia Care-centrum of de winkel
waar u het toestel hebt gekocht voor meer informatie.
Wanneer het apparaat is vergrendeld, kunt u mogelijk nog wel het geprogrammeerde
alarmnummer kiezen.
18
Het apparaat
PIN-codes
De PIN-code (Personal Identification Number) of de UPIN-code (Universal
Personal Identification Number) (vier tot acht cijfers) beveiligen uw SIM-kaart
tegen onbevoegd gebruik. De (U)PIN-code wordt gewoonlijk bij de SIM-kaart
verstrekt. Stel het apparaat zodanig in dat de code moet worden ingevoerd telkens
wanneer het apparaat wordt ingeschakeld.
De PIN2-code wordt verstrekt bij de SIM-kaart en is vereist voor sommige
functies.
De module-PIN is vereist voor toegang tot informatie in de beveiligingsmodule.
De ondertekenings-PIN is nodig voor de digitale handtekening. De module-PIN
en de ondertekenings-PIN worden verstrekt bij de SIM-kaart als de SIM-kaart is
voorzien van een beveiligingsmodule.
PUK-codes
De PUK-code (Personal Unblocking Key) of de UPUK-code (Universal Personal
Unblocking Key) (acht cijfers) is vereist voor het wijzigen van respectievelijk een
geblokkeerde PIN- of UPIN-code. De PUK2-code is vereist voor het wijzigen van
een geblokkeerde PIN2-code.
Neem indien nodig contact op met uw serviceprovider voor de codes.
Blokkeerwachtwoord
Het blokkeerwachtwoord (vier cijfers) is nodig als u Oproepen blokkeren gebruikt.
Dit wachtwoord wordt op aanvraag verstrekt door uw serviceprovider. Als het
wachtwoord is geblokkeerd, neemt u contact op met de serviceprovider.
■ Download!
Download! (netwerkdienst) is een winkel voor mobiele inhoud die op uw apparaat
beschikbaar is.
Met Download! kunt u inhoud, diensten en toepassingen ontdekken, bekijken,
kopen, downloaden en bijwerken. De items worden gerubriceerd in catalogi en
mappen die door de diverse serviceproviders zijn verstrekt. Welke inhoud
beschikbaar is, hangt af van uw serviceprovider.
Selecteer > Download!.
Download! gebruikt uw netwerkdiensten om toegang te krijgen tot de meest
actuele inhoud. Voor informatie over andere items die beschikbaar zijn via
Download!, neemt u contact op met uw serviceprovider of de leverancier of
fabrikant van het item.
Het apparaat
19
■ Geïnstalleerde toepassingen
U kunt toepassingen downloaden naar het apparaat. Als u de toepassingen die op
het apparaat geïnstalleerd zijn wilt gebruiken, selecteert u > Toepassngn >
Installatie.
Belangrijk: installeer en gebruik alleen toepassingen en andere software van
betrouwbare bronnen, zoals toepassingen die Symbian-onderschreven zijn of die
de Java Verified
TM
-test hebben doorstaan.
■ Een compatibele headset
aansluiten
Sluit geen producten aan die een uitgangssignaal afgeven, aangezien het apparaat dan
beschadigd kan raken. Sluit geen energiebron
aan op de netstroomconnector van Nokia.
Als u externe apparaten of hoofdtelefoons op
de netstroomconnector van Nokia aansluit
die niet door Nokia zijn goedgekeurd voor gebruik
met dit apparaat, moet u extra letten op het geluidsniveau.
■ Een USB-gegevenskabel
aansluiten
Sluit een compatibele USB-gegevenskabel
aan op de USB-aansluiting.
Als u de standaard USB-verbindingsmodus
wilt selecteren of de actieve modus wilt
wijzigen, selecteert u > Instellingen >
Connect. > USB > USB-verbindingsmodus
en de gewenste modus. Selecteer Vragen bij verbinding > Nee om ervoor te zorgen
dat het apparaat automatisch de standaardmodus activeert.
■ Energie efficiënt gebruiken
Het apparaat beschikt over een Energiespaarstand, waarmee u energie kunt
besparen en het apparaat langer kunt gebruiken. De lader is energie-efficiënt.
De hoeveelheid energie die verbruikt wordt als het apparaat volledig opgeladen is,
maar nog steeds op het stopcontact is aangesloten, wordt tot een minimum
beperkt. Koppel de lader wel altijd los als het apparaat volledig is opgeladen.
Het apparaat geeft een visueel teken om u hieraan te herinneren.
20
Het apparaat
■ Duurzame materialen
Het apparaat, de toebehoren en het verpakkingsmateriaal zijn geproduceerd van
duurzame materialen, volgens de criteria van Nokia.
■ Milieusoftware en -diensten
Bij dit product wordt Eco catalogue meegeleverd. Dit is een downloadbare dienst
waarmee u gemakkelijk toegang krijgt tot actuele diensten en content met
betrekking tot milieu. Zie http://www.nokia.com/ecocatalogue voor meer
informatie over Eco catalogue.
■ Recycling
65-80% van alle materialen in een mobiele Nokia-telefoon kan gerecycled
worden. Er zijn verzamelpunten voor apparaten en toebehoren die niet meer
gebruikt worden. Zie www.nokia.com/werecycle voor meer informatie over
recyclingpunten bij u in de buurt.
3.Belfuncties
Als u het volume tijdens een gesprek wilt aanpassen, drukt u op de volumetoetsen.
■ Een spraakoproep tot stand brengen
1. Voer in de stand-by modus het telefoonnummer, inclusief het netnummer, in.
Druk op de wistoets om een nummer te wissen.
Voor internationale gesprekken drukt u tweemaal op * voor het + teken
(vervangt de internationale toegangscode) en voert u vervolgens het
landnummer, het netnummer (eventueel zonder voorloopnul) en het
abonneenummer in.
2. Als u het nummer wil kiezen, drukt u op de beltoets.
3. Als u het gesprek wilt beëindigen of de oproep wilt annuleren, drukt u op
de eindetoets.
Belfuncties
21
Als u wilt bellen vanuit Contacten, selecteert u > Contacten. Ga naar de
gewenste naam of voer de eerste letters van de naam in en ga naar de gewenste
naam. Als u het nummer wil kiezen, drukt u op de beltoets.
Als u een recent gekozen nummer wilt bellen vanuit de stand-by modus, drukt u
op de beltoets.
Snelkiezen
Via de snelkeuzetoetsen kunt u snel veelgebruikte nummers bellen vanuit de
stand-by modus. U moet een telefoonnummer toewijzen aan de snelkeuzetoetsen
3 tot en met 9 (de toetsen 1 en 2 zijn gereserveerd voor de spraak- en
videomailboxen) en Snelkeuze instellen op Aan.
Selecteer > Instellingen > Snelkeuze als u een telefoonnummer aan een
snelkeuzetoets wilt toewijzen. Ga naar een toetspictogram en selecteer Toewijzen
en de contactpersoon Als u het nummer wilt wijzigen, selecteert u Opties >
Wijzigen.
Als u de functie Snelkeuze wilt activeren, selecteert u > Instellingen >
Voor het bellen van een snelkiesnummer houdt u de snelkeuzetoets ingedrukt tot
de oproep begint.
Oproepmailbox
Als u uw voicemailbox wilt bellen (netwerkdienst), houdt u in de stand-by modus
1 of 2 ingedrukt. U kunt voicemailboxen hebben voor spraakoproepen, videooproepen en meerdere telefoonlijnen.
Als u het nummer van de oproepmailbox wilt selecteren als geen nummer is
ingesteld, selecteert u > Instellingen > Opr.mailbox. Blader naar Voicemailbox
(of Videomailbox) en voer het betreffende mailboxnummer in. Als u het nummer
van de oproepmailbox wilt wijzigen, selecteert u Opties > Nummer wijzigen.
Neem contact op met uw serviceprovider voor het nummer van de oproepmailbox.
Spraaklabels
Aan alle vermeldingen in Contacten wordt automatisch een spraaklabel
toegevoegd. Gebruik lange namen en vermijd het gebruik van soortgelijke namen
voor verschillende nummers.
Een gesprek met spraaklabel tot stand brengen
Spraaklabels zijn gevoelig voor achtergrondgeluiden. Gebruik spraaklabels in een
rustige omgeving.
22
Belfuncties
Opmerking: het gebruik van spraaklabels kan moeilijkheden opleveren in een
drukke omgeving of tijdens een noodgeval. Voorkom dus onder alle
omstandigheden dat u uitsluitend van spraaklabels afhankelijk bent.
1. Houd in de stand-by modus de rechterselectietoets ingedrukt.
Als u een compatibele hoofdtelefoon gebruikt met een hoofdtelefoontoets,
houdt u de hoofdtelefoontoets ingedrukt.
2. Op het moment dat Spreek nu wordt weergegeven, spreekt u de spraak-
opdracht duidelijk uit. Het apparaat speelt de spraakopdracht voor de beste
overeenkomst af. Na anderhalve seconde wordt het nummer gekozen. Als
het resultaat niet correct is, selecteert u een andere vermelding voordat het
nummer wordt gekozen.
Een conferentiegesprek voeren
Conferentiegesprekken (netwerkdienst) tussen maximaal zes deelnemers
(inclusief uzelf) worden ondersteund.
1. Bel de eerste deelnemer.
2. Als u een andere deelnemer wilt bellen, selecteert u Opties > Nieuwe oproep.
3. Als u een conferentiegesprek wilt starten wanneer de nieuwe oproep is
beantwoord, selecteert u Opties > Conferentie.
Als u een nieuwe persoon aan het gesprek wilt toevoegen, herhaalt u stap 2 en
selecteert u Opties > Conferentie > Toevgn aan conferentie.
4. Als u het conferentiegesprek wilt beëindigen, drukt u op de eindetoets.
■ Een oproep beantwoorden of weigeren
Als u een oproep wilt beantwoorden, drukt u op de beltoets.
Selecteer Stil om de beltoon te dempen.
Als u de oproep wilt weigeren, drukt u op de eindetoets of selecteert u Opties >
Weigeren. Als u Doorschakelen > Indien bezet hebt geactiveerd, worden
geweigerde oproepen doorgeschakeld.
Selecteer Opties > Bericht verzenden als u een SMS-bericht als antwoord
naar een beller wilt sturen in plaats van de oproep te beantwoorden. Als u
het antwoord-SMS-bericht wilt activeren en de tekst in het bericht wilt
bewerken, selecteert u > Instellingen > Instellingen > Telefoon > Oproep >
Oproep weig. met bericht en Berichttekst.
Belfuncties
23
Oproep in wachtrij
Druk tijdens een gesprek op de beltoets om het gesprek in de wachtstand te
beantwoorden. Het eerste gesprek wordt dan in de wachtstand geplaatst. Als u
tussen de twee oproepen wilt schakelen, selecteert u Wisselen. Als u het actieve
gesprek wilt beëindigen, drukt u op de eindetoets.
Als u de functie Oproep in wachtrij (netwerkdienst) wilt activeren, selecteert u
Als u een video-oproep wilt voeren, moet u over een USIM-kaart beschikken en
zich binnen het bereik van een UMTS-netwerk bevinden. Neem contact op met
uw serviceprovider voor informatie over beschikbaarheid van en abonnementen
op video-oproepdiensten. Aan een video-oproep kunnen maar twee partijen
deelnemen. Er mogen ook geen andere spraak-, gegevens- of video-oproepen
actief zijn. De video-oproep kan worden uitgevoerd met een compatibele mobiele
telefoon of een ISDN-client.
U hebt een foto gemaakt die u wilt versturen in plaats van de video.
U hebt het verzenden van video vanuit uw apparaat geweigerd.
1. Voer het telefoonnummer in de stand-by modus in en selecteer Video-oproep.
Of selecteer > Contacten, ga naar de gewenste contactpersoon en selecteer
Opties > Video-oproep.
2. Als u wilt schakelen tussen het weergeven van video of alleen het beluisteren
van geluid tijdens een video-oproep, selecteert u Videoverz. inschakelen of
Videoverz. uitschakelen op de werkbalk.
Zelfs als u het verzenden van video tijdens een video-oproep hebt geweigerd,
wordt het gesprek als een video-oproep in rekening gebracht. Neem contact op
met uw netwerkoperator of serviceprovider voor informatie over de tarieven.
3. Als u de video-oproep wilt beëindigen, drukt u op de eindetoets.
Een video-oproep beantwoorden
Wanneer er een video-oproep binnenkomt, wordt weergegeven.
Druk op de beltoets als u de video-oproep wilt beantwoorden. Verzenden
videobericht naar beller toestaan? wordt weergegeven. Als u Ja selecteert, krijgt
24
Belfuncties
de beller de foto te zien die is gemaakt met de camera in uw apparaat. Zo niet, dan
wordt het verzenden van de video niet geactiveerd.
Zelfs als u het verzenden van video tijdens een video-oproep hebt geweigerd,
wordt het gesprek als een video-oproep in rekening gebracht. Informeer bij uw
serviceprovider naar de tarieven.
Als u de video-oproep wilt beëindigen, drukt u op de eindetoets.
■ Oproepinstellingen
Bellen
Selecteer > Instellingen > Instellingen > Telefoon > Oproep en kies een van de
volgende opties:
Identificatie verzenden (netwerkdienst) - Hiermee stelt u in dat het
telefoonnummer wordt weergegeven of verborgen voor de persoon die u belt.
Oproep in wachtrij (netwerkdienst) - Zie ’Oproep in wachtrij’ op pag. 24.
Oproep weig. met bericht en Berichttekst - Zie ’Een oproep beantwoorden of
weigeren’ op pag. 23.
Eigen video in ontv. oprp. - Hiermee stelt u in of u uw eigen video-afbeelding wilt
verzenden bij een binnenkomende video-oproep.
Afbeeld. in video-oproep - Hiermee kunt u een foto selecteren die wordt
weergegeven wanneer u een video-oproep weigert.
Automatisch herkiezen - Hiermee stelt u het apparaat in op maximaal tien
kiespogingen om een verbinding tot stand te brengen.
Gespreksduur tonen en Samenvatting na oproep - Met deze optie stelt u het
apparaat zo in dat tijdens een gesprek de gespreksduur wordt weergegeven en de
duur van het laatste gesprek bij benadering.
Snelkeuze - Zie ’Snelkiezen’ op pag. 22.
Aannemen willek. toets - Hiermee kunt u een inkomende oproep beantwoorden
door kort op een toets te drukken, met uitzondering van de linker- en
rechterselectietoetsen, de volumetoetsen, de aan/uit-toets, de eindetoets en de
cameratoets.
Lijn in gebruik (netwerkdienst) - Hiermee geeft u aan welke telefoonlijn u wilt
gebruiken om te bellen en SMS-berichten te verzenden. Deze instelling wordt
alleen weergegeven als de SIM-kaart twee telefoonlijnen ondersteunt.
Lijn wijzigen (netwerkdienst) - Hiermee schakelt u de lijnselectie in of uit.