Deze handleiding geeft uitleg hoe u verbinding maakt met een netwerk
en foto’s uploadt naar een pc of ftp-server, of bedien de camera op
afstand met behulp van Camera Control Pro 2. Gebruik de UT-1 om
verbindingen te maken met een Ethernet-netwerk, of maak verbinding
met draadloze netwerken door een WT-5 op de UT-1 te bevestigen.
Alvorens u de UT-1 op de D7100 aansluit, moet eerst de firmware van
de UT-1 worden geüpdatet naar versie 1.1 of hoger. Voor meer
informatie, bezoek de websites vermeld op pagina x.
Aansluiten op een netwerk
Ethernet-netwerken
Zie pagina 17 voor informatie over verbinding maken met een pc.
Zie pagina 45 voor informatie over een verbinding maken met een
Draadloze netwerken
ftp-server.
Maak verbinding met draadloze netwerken met behulp van een
WT-5 draadloze zender (06).
Zie pagina 17 voor informatie over verbinding maken met een pc.
Zie pagina 45 voor informatie over een verbinding maken met een
ii
ftp-server.
Netwerkverbindingen
Zodra een netwerkverbinding tot stand is gebracht, kunt u:
Bestaande foto’s uploaden naar een computer (034)
De camera op afstand bedienen met behulp van Camera Control Pro 2 (0 41)
Foto's uploaden naar een ftp-server (045)
Wat de UT-1 voor u kan betekenen
iii
Handelsmerkinformatie
Mac OS is een handelsmerk van Apple Computer, Inc. Microsoft, Windows
en Windows Vista zijn geregistreerde handelsmerken van Microsoft
Corporation. Alle andere handelsnamen die in deze handleiding, of in
Wat de UT-1 voor u kan betekenen
andere bij dit Nikon-product geleverde informatie worden vermeld, zijn
handelsmerken of gedeponeerde handelsmerken van hun respectieve
eigenaren.
Apple Public Source-licentie
Dit product bevat Apple mDNS-broncode welke onderhevig is aan de
voorwaarden van de Apple Public Source-licentie, die u kunt vinden op
http://developer.apple.com/opensource/.
Dit bestand bevat Originele Code (Original Code) en/of Wijzigingen van
Originele Code (Modifications of Original Code) zoals gedefinieerd in
versie 2.0 van de Apple Public Source License (de ‘Licentie’). U hebt geen
toestemming dit bestand te gebruiken, tenzij in overeenstemming met
de Licentie. Een exemplaar van deze Licentie kunt u vinden op
http://www.opensource.apple.com/license/apsl/ en lees het door
alvorens dit bestand te gebruiken.
Lees de Licentie voordat u dit bestand gebruikt. De Originele Code en alle
software die onder de Licentie wordt gedistribueerd, worden
gedistribueerd in de staat waarin ze op het moment van aankoop
verkeren (op ‘AS-IS’-basis), ZONDER ENIGE GARANTIE, EXPLICIET OF
IMPLICIET, EN APPLE SLUIT HIERBIJ UITDRUKKELIJK ALLE GARANTIES UIT,
MET INBEGRIP VAN, MAAR NIET BEPERKT TOT ENIGE GARANTIE
BETREFFENDE VERHANDELBAARHEID, GESCHIKTHEID VOOR EEN
BEPAALD DOEL, ONGESTOORD GEBRUIK OF HET NIET SCHENDEN VAN
RECHTEN VAN DERDEN. Raadpleeg de Licentie voor informatie over
specifieke rechten en beperkingen met betrekking tot taalversies
krachtens de Licentie.
iv
Voor uw veiligheid
Om schade aan het Nikon-product of letsel bij uzelf of anderen te
voorkomen, dient u de volgende veiligheidsvoorschriften goed te lezen
alvorens het product te gebruiken. Bewaar deze veiligheidsvoorschriften
op een plaats waar gebruikers van het product ze kunnen lezen.
De mogelijke gevolgen van het niet in acht nemen van de in dit hoofdstuk
vermelde veiligheidsvoorschriften worden door middel van het volgende
symbool aangegeven:
Dit symbool staat bij waarschuwingen die moeten worden
gelezen voordat het Nikon-product wordt gebruikt om mogelijk
letsel te voorkomen.
❏ WAARSCHUWINGEN
Demonteer het apparaat niet
Als u zich hier niet aan houdt, kan dit resulteren in brand, een elektrische schok of
letsel. Als het product openbreekt als gevolg van een val of een ander ongeluk,
koppelt u de voedingsbron van de camera los en brengt u het product voor
onderzoek naar een door Nikon geautoriseerde servicevertegenwoordiger.
Schakel het apparaat bij storing onmiddellijk uit
Indien er rook of een ongewone geur uit het apparaat komt, koppel de
lichtnetadapter dan los en verwijder de batterij onmiddellijk. Let hierbij op dat u
geen brandwonden oploopt. Als u het apparaat blijft gebruiken, kan dit tot letsel
leiden. Nadat de batterij is verwijderd, dient het apparaat door een door Nikon
geautoriseerde servicevertegenwoordiger te worden nagekeken.
Gebruik het apparaat niet in de buurt van ontvlambaar gas
Als u zich hier niet aan houdt, kan dit resulteren in een explosie of brand.
Droog houden
Dompel het apparaat niet onder in water en stel het niet bloot aan regen. Als u
deze voorzorgsmaatregel niet in acht neemt, kan dit leiden tot brand of een
elektrische schok.
Niet vastpakken met natte handen
Als u deze voorzorgsmaatregel niet in acht neemt, kan dit leiden tot een elektrische
schok.
Raak het netsnoer niet aan tijdens onweersbuien en blijf uit de buurt van de lader
Het niet in acht nemen van deze voorzorgsmaatregel kan een elektrische schok tot
gevolg hebben.
Buiten bereik van kinderen houden
Als u deze voorzorgsmaatregel niet in acht neemt, kan dit tot verwondingen
leiden.
Voor uw veiligheid
v
Vermijd langdurig contact
Vermijd langdurige aanraking met de camera, communicatie-eenheid, batterij of
lader terwijl de producten zijn ingeschakeld of in gebruik zijn. Delen van het
product worden zeer warm; langdurige aanraking van het product met de huid kan
Voor uw veiligheid
lichte brandwonden tot gevolg hebben.
Neem bij het gebruik van batterijen de onderstaande voorzorgsmaatregelen in acht
Batterijen kunnen lekken of ontploffen wanneer ze verkeerd worden gebruikt. Let
op de volgende punten bij het gebruik van de batterijen voor dit product:
• Zorg dat het product is uitgeschakeld voordat u de batterij vervangt. Als u
een lichtnetadapter gebruikt, zorg er dan voor dat de stekker uit het
stopcontact is verwijderd.
• Gebruik alleen batterijen die zijn goedgekeurd voor gebruik in dit apparaat.
• Plaats de batterij niet ondersteboven of achterstevoren.
• Sluit de batterij niet kort en haal ze niet uit elkaar.
• Stel de batterij niet bloot aan vlammen of hoge temperaturen.
• Dompel de batterij niet onder in water en stel ze niet bloot aan water.
• Plaats het afdekkapje terug wanneer u de batterij vervoert. Vervoer of
bewaar batterijen niet bij metalen voorwerpen, zoals halskettingen of
haarspelden.
• Volledig lege batterijen kunnen gaan lekken. Om schade aan het product te
voorkomen, moet u de batterij verwijderen als deze leeg is.
• Plaats het afdekkapje op de contactpunten en berg de batterij op een koele
plaats op als de batterij niet in gebruik is.
• Direct na gebruik of als het product gedurende langere tijd op batterijen is
gebruikt, kan de batterij zeer warm zijn. Zet de camera uit en laat de batterij
afkoelen voordat de batterij uit de camera wordt verwijderd.
• Stop onmiddellijk met het gebruik van een batterij als u veranderingen
opmerkt, zoals verkleuring of vervorming.
Niet blootstellen aan hoge temperaturen
Laat het apparaat niet achter in een gesloten voertuig in de zon of op andere
plaatsen die onderhevig zijn aan extreem hoge temperaturen. Als u zich hier niet
aan houdt, kan dit resulteren in brand of schade aan de behuizing of de interne
onderdelen.
Cd-roms
De cd-roms waarop de software en de handleidingen worden gedistribueerd,
mogen niet op audio-cd-apparatuur worden afgespeeld. Het afspelen van cd-roms
op een audio-cd-speler kan tot gehoorverlies of schade aan de apparatuur leiden.
Volg de instructies voor ziekenhuis- en luchtvaartpersoneel
Dit product geeft radiofrequente straling af die storing kan veroorzaken met
medische apparatuur of navigatieapparatuur. Schakel het product uit tijdens het
opstijgen en landen en indien geïnstrueerd door luchtvaart- of
ziekenhuispersoneel.
vi
Opmerkingen
•
Geen enkel deel van de handleidingen die bij dit product worden geleverd,
mag worden gereproduceerd, overgedragen, overgeschreven, opgeslagen in
een archiefsysteem of vertaald in enige taal in welke vorm dan ook, met welk
middel dan ook, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van Nikon.
• Nikon behoudt zich het recht voor om de specificaties van de hardware en
de software die in deze handleidingen worden beschreven op elk gewenst
moment zonder voorafgaande aankondiging te wijzigen.
• Nikon is niet aansprakelijk voor schade die voortkomt uit het gebruik van dit
product.
• Hoewel Nikon alles in het werk heeft gesteld om te zorgen dat de informatie
in deze handleidingen correct en compleet is, stellen we het zeer op prijs als
u de Nikon-vertegenwoordiging op de hoogte wilt stellen van eventuele
onjuistheden of omissies (adres aanwezig in de overige documentatie).
Dit product bevat coderingssoftware die is ontwikkeld in de Verenigde Staten. Het
product valt onder de United States Export Administration Regulations en mag niet
(opnieuw) worden geëxporteerd naar een land waarvoor het embargo van de
Verenigde Staten van toepassing is. Momenteel geldt er een embargo voor de
volgende landen: Cuba, Iran, Noord-Korea, Soedan en Syrië.
Kennisgeving voor klanten in Europa
❏ Symbool voor gescheiden inzameling in Europese
landen
Dit pictogram geeft aan dat elektrische en elektronische apparaten via gescheiden
inzameling moet worden afgevoerd.
Het volgende is alleen van toepassing op gebruikers in Europese landen:
• Dit product moet gescheiden van het overige afval worden ingeleverd
bij een daarvoor bestemd inzamelingspunt. Gooi dit product niet weg
als huishoudafval.
• Gescheiden inzameling en recycling helpt bij het behoud van
natuurlijke bronnen en voorkomt negatieve consequenties voor mens
en milieu die kunnen ontstaan door onjuist weggooien van afval.
• Neem voor meer informatie contact op met de leverancier of de gemeentelijke
reinigingsdienst.
Opmerkingen
vii
Inhoudsopgave
Wat de UT-1 voor u kan betekenen........................................................................ ii
Voor uw veiligheid........................................................................................................ v
Index .............................................................................................................................105
ix
A Achtergrondkennis
Deze handleiding gaat uit van een basiskennis over ftp-servers en local
area networks (lokale netwerken of LAN’s). Raadpleeg de fabrikant of
netwerkbeheerder voor meer informatie over de installatie, configuratie
en het gebruik van apparaten in een netwerk.
A Illustraties
Tenzij anders vermeld, zijn alle dialoogvensters van software en
besturingssystemen, berichten en weergaves overgenomen uit
Windows 8 Pro of Mac OS X. De eigenlijke weergave en inhoud kunnen
verschillen afhankelijk van het gebruikte besturingssysteem. Raadpleeg
voor informatie over basisbewerkingen van de computer de
documentatie die is meegeleverd met de computer of het
besturingssysteem.
A Levenslang leren
In het kader van de “levenslang leren”-filosofie van Nikon is er
ondersteuning en training voor producten en bijgewerkte informatie
online beschikbaar op de volgende websites:
• Voor gebruikers in de Verenigde Staten: http://www.nikonusa.com/
• Voor gebruikers in Europa en Afrika: http://www.europe-nikon.com/support/
• Voor gebruikers in Azië, Oceanië en het Midden-Oosten:
http://www.nikon-asia.com/
Bezoek deze websites om op de hoogte te blijven van de meest recente
productinformatie, tips, antwoorden op veelgestelde vragen (FAQ’s) en
algemeen advies over digitale beeldbewerking en fotografie. Bijkomende
informatie kan beschikbaar zijn bij uw Nikon-vertegenwoordiger in de
buurt. Raadpleeg de volgende website voor contactinformatie:
http://imaging.nikon.com/
x
Inleiding
Hartelijk dank voor uw aankoop van een UT-1-communicatieeenheid voor compatibele digitale camera's van Nikon. Deze
handleiding is bedoeld voor gebruikers van D7100 digitale
camera’s; lees de handleiding grondig door en bewaar ze op een
plaats waar iedereen die het product gebruikt ze kan lezen.
In deze handleiding worden de volgende symbolen en conventies
gebruikt:
Dit pictogram staat bij waarschuwingen. Deze informatie moet u
D
vooraf lezen om schade aan het product te voorkomen.
Dit pictogram staat bij opmerkingen. Deze informatie moet u
A
lezen voordat u het product gebruikt.
Dit pictogram markeert referenties naar andere pagina's in deze
Wanneer de UT-1 aan is, brandt de POWER LED groen om aan te duiden dat
de batterij volledig is opgeladen of dat een lichtnetadapter is
aangesloten. Bij batterijniveaus lager dan 10% zal de POWER LED groen
knipperen om te waarschuwen dat de batterij moet worden opgeladen.
Wanneer de UT-1 wordt uitgeschakeld, wordt de POWER LED eventjes geel
terwijl het product afsluit.
A Meegeleverde accessoires
De volgende accessoires worden met de UT-1 meegeleverd (batterijen zoals
de EN-EL15 en de batterijladers zoals de MH-25 worden niet meegeleverd):
❏ Gebruikshandleiding
(deze handleiding)
❏ Garantie
❏ Cd
❏ Opbergtas
❏ Communicatie-eenheid USB-
kabel A (voor gebruik met D4- en
D7000-camera’s)
Bovendien worden de volgende accessoires meegeleverd wanneer de
UT-1 is aangeschaft als set met de WT-5:
kabel (voor gebruik met D4-,
D800- en D800E-camera’s)
❏ UF-3 deksel voor USB-
kabelaansluiting (voor gebruik
met D800 en D800E camera’s)
❏ Ga draadloos met een D4 digitale
SLR-camera en WT-5 draadloze
zender
Onderdelen van de UT-1
Inleiding
3
De UT-1 bevestigen
Sluit de UT-1 op de D7100 aan met de UC-E6-kabel die is
De UT-1 bevestigen
meegeleverd met de camera.
4
Inleiding
A De UT-1 bevestigen
De UT-1 kan op een statief of de accessoireschoen van de camera worden
bevestigd. Gebruik een optionele SK-7 beugel om de UT-1 op de camera
te bevestigen wanneer een flitser of ander accessoire op de
accessoireschoen is bevestigd. Om de UT-1 op de accessoireschoen van
de camera te bevestigen:
1 Verwijder de afdekking van de accessoireschoen.
2 Schuif de UT-1 op de accessoireschoen.
3 Draai de borgschroef vast.
De UT-1 bevestigen
Inleiding
5
De WT-5 aansluiten
De UT-1 kan in combinatie met de optionele WT-5 draadloze
zender worden gebruikt om verbinding te maken met draadloze
De UT-1 bevestigen / De WT-5 aansluiten
LAN’s. De WT-5 verbindt zoals hieronder beschreven.
1 Open de afdekking van de UT-1 perifere
aansluiting.
2 Steek de WT-5-aansluiting volledig in de
perifere aansluiting van de UT-1.
3 Draai aan het vergrendelingswiel om de
WT-5 op zijn plaats te vergrendelen.
A MAC-adresfiltering
Als het netwerk MAC-adresfiltering gebruikt en de UT-1 is met een WT-5
verbonden, dan heeft het filter het MAC-adres van de WT-5 nodig. Kies na
het verbinden met de WT-5, Netwerk > Opties > MAC-adres (075) uit
het setup-menu van de camera en noteer de MAC-adressen voor
draadloos en Ethernet.
Inleiding6
Ondersteunde standen
De UT-1 verbindt de camera met Ethernet-netwerken en, bij
toevoeging van een optionele WT-5 draadloze zender, met
draadloze netwerken. Foto’s op de camera kunnen vervolgens
naar een FTP-server op een computer worden verzonden en de
camera kan vanaf een computer op afstand worden bediend. De
UT-1 ondersteunt de volgende functies:
FTP-upload (045)
Beeldoverdracht (031)
Camerabediening (039)
Voordat gegevens via een draadloos of Ethernet-netwerk kunnen
worden overgezet, moet de camera worden voorzien van een
netwerkprofiel dat informatie verschaft over de hostcomputer of
FTP-server.
Upload nieuwe foto’s of bestaande foto’s en films
naar een host.
Bedien de camera vanaf een computer met de
optionele Camera Control Pro 2 software.
Ondersteunde standen
Inleiding
7
A FTP-servers
Servers kunnen worden geconfigureerd met standaard ftp-diensten die
beschikbaar zijn met ondersteunde besturingssystemen, zoals IIS
(Internet Information Services). Verbindingen met computers op andere
Ondersteunde standen
netwerken via een router, ftp-verbindingen via internet en ftp-servers met
software van andere fabrikanten worden niet ondersteund.
A Ethernet-verbinding
Er zijn geen aanpassingen nodig aan de instellingen voor draadloos LAN
wanneer de camera door een Ethernet-kabel met een LAN is verbonden.
A Routers
Verbinding met computers in andere netwerken via een router wordt niet
ondersteund.
A Firewall-instellingen
De UT-1 gebruikt TCP-poorten 21 en 32768 via 61000 voor ftp en TCPpoort 15740 en UDP-poort 5353 tijdens verbinding maken met een pc. De
firewall van pc’s moeten zo worden geconfigureerd dat toegang tot deze
poorten wordt toegestaan, aangezien de pc anders misschien geen
toegang krijgt tot de UT-1.
8
Inleiding
Werkschema
Volg de onderstaande stappen om de UT-1 in te stellen wanneer u
de UT-1 voor de eerste keer gebruikt, installeer de vereiste
software en upload foto’s naar de pc.
1 Stel de UT-1 in en installeer de software.
1-1 De UT-1 voorbereiden (010)
1-2 De Wireless Transmitter Utility installeren (012)
2 Upload foto's.
Foto’s uploaden naar een hostcomputer (017).
2-1 Netwerkprofielen naar de camera kopiëren
2-2 De UT-1 aansluiten
2-3 Foto's uploaden
Foto's uploaden naar een ftp-server (045).
2-1 Netwerkprofielen naar de camera kopiëren
2-2 Verbinding maken met de ftp-server
2-3 Foto's uploaden
Werkschema
Inleiding
9
De UT-1 voorbereiden
❏ De batterij plaatsen
Werkschema
Gebruik een volledig opgeladen batterij of een optionele
AC-adapter om stroomverlies tijdens het instellen of uploaden te
vermijden. Er past één EN-EL15 oplaadbare Li-ion-batterij in de
UT-1. Andere batterijen kunnen niet worden gebruikt.
1 Verschuif (q) en open (w) het deksel van
het batterijvak.
2 Plaats de batterij in de aangeduide richting.
Raadpleeg de handleidingen van de batterij
en de lader voor de
veiligheidsvoorschriften en informatie over
het opladen van de batterij.
3 Sluit het deksel van het batterijvak.
10
Inleiding
A De batterij verwijderen
Laat de batterij niet vallen, open het deksel van het
batterijvak en verwijder de batterij zoals rechts
aangeduid.
A Stand-by
Zodra de verbinding met de camera wordt verbroken, schakelt de UT-1
automatisch uit na de vertraging die werd ingesteld voor Opties >
Vertraging voor automatisch uit in het menu Netwerk (075) om de
batterij te sparen.
A Batterijniveau
Het niveau van de batterij die is geplaatst in de UT-1 kan worden bepaald
door de UT-1 te verbinden met de camera (031, 58) en het batterijniveau
te controleren door middel van de optie Batterij-informatie (075) in het
setup-menu van de camera.
A Een lichtnetadapter gebruiken
Een optionele EP-5B-stroomaansluiting en EH-5b- of EH-5/EH-5alichtnetadapter kunnen bovendien worden gebruikt om de camera van
stroom te voorzien wanneer de UT-1 is aangesloten. Plaats de
stroomaansluiting zoals hieronder wordt getoond.
Open het deksel van het UT-1 batterijvak (qw) en de stroomaansluiting
(e) en plaats vervolgens de EP-5B-stroomaansluiting in de aangeduide
richting (r). Plaats de stroomaansluiting zodat deze door de sleuf van de
stroomaansluiting (t) loopt en sluit het deksel van het batterijvak.
Werkschema
Inleiding
11
De Wireless Transmitter Utility
installeren
Werkschema
Dit hoofdstuk beschrijft de procedure voor het installeren van de
Wireless Transmitter Utility. De Wireless Transmitter Utility wordt
gebruikt om netwerkprofielen te kopiëren naar de camera en is
vereist wanneer u de camera configureert voor verbinding met
een computer in de standen beeldoverdracht en
camerabediening (zowel de Wireless Transmitter Utility als de
cameramenu’s kunnen worden gebruikt voor verbinding met FTPservers in de stand FTP-upload; zie pagina 98 voor informatie over
het gebruik van de cameramenu's voor FTP).
Volg de onderstaande stappen om de Wireless Transmitter Utility
te installeren onder Windows 8, Windows 7, Windows Vista,
Windows XP of Mac OS X.
❏ Systeemvereisten
Controleer, voordat de UT-1, WT-5 of de Wireless Transmitter
Utility in gebruik worden genomen, of uw systeem aan de
volgende vereisten voldoet:
Nikon D4, D800, D800E, D7100 en D7000 digitale
Camera
Voeding
Besturingssysteem
1
reflexcamera’s. Zie de handleiding van de camera
voor informatie over ondersteuning van de UT-1
voor meer recente modellen.
Eén EN-EL15 oplaadbare Li-ionbatterij of EP-5Bstroomaansluiting en EH-5b-lichtnetadapter
(apart verkrijgbaar)
Vooraf geïnstalleerde versies van Windows 8 (64en 32-bits versies), Windows 7 (Service Pack 1, 64en 32-bits versies), Windows Vista (Service Pack 2,
2
64- en 32-bits versies), Windows XP
(Service Pack 3, alleen 32-bits versie) of Mac OS X
versie 10.6, 10.7 of 10.8 (alleen Intel CPU´s).
12
Inleiding
• Draadloos: WT-5 draadloze zender en draadloos
LAN-toegangspunt of pc met ingebouwde of
externe draadloze LAN-adapter (compatibel
Netwerk
met IEEE 802.11n, 802.11b, 802.11g of 802.11a).
• Ethernet: Ethernetkabel en pc met ingebouwde
of externe Ethernet-poort (100 base-TX of
10 base-T)
•
Wireless Transmitter Utility
: vereist om
computerprofielen naar de camera te kopiëren.
Diversen:
1. Zorg ervoor dat u over de meest recente versie beschikt van de UT-1-firmware
en meegeleverde software. Gebruikers van de D7100 moeten de UT-1-firmware
updaten naar versie 1.1 of hoger en de Wireless Transmitter Utility naar versie
1.4.0 of hoger.
2. Voor de meest recente informatie over ondersteunde besturingssystemen
bezoekt u de Nikon-website voor uw regio (0x).
3. Niet vereist voor het verbinden met ftp-servers.
4. Sluit de camera rechtstreeks op de computer aan. De camera werkt mogelijk
niet naar behoren als hij wordt aangesloten via een hub, verlengkabel of
toetsenbord.
• USB: de meegeleverde USB-kabel en een
computer met ingebouwde USB-poort zijn
vereist voor het kopiëren van netwerkprofielen
naar de camera.
4
Werkschema
3
Inleiding
13
❏ Software installeren
Installeer eerst de Wireless Transmitter Utility alvorens u
verbinding maakt met een netwerk. De Wireless Transmitter Utility
Werkschema
kan worden gebruikt voor het maken van netwerkprofielen.
Controleer eerst op pagina 12 of uw computer aan de
systeemvereisten voldoet alvorens de software te installeren.
Vergeet niet de nieuwste updates voor de WirelessTransmitter
Utility en camera en UT-1-firmware te installeren. Gebruikers van
de D7100 moeten de UT-1-firmware updaten naar versie 1.1 of
hoger en de Wireless Transmitter Utility naar versie 1.4.0 of hoger.
1 Dubbelklik op het installatiepictogram.
Download met behulp van de meegeleverde cd de
Wireless Transmitter Utility van een Nikon-website.
Dubbelklik op het installatiepictogram zodra het
downloaden is voltooid.
2 Selecteer een taal (alleen Windows).
Selecteer een taal en klik op Volgende.
q Selecteer taal
w Klik op Volgende
14
Inleiding
3 Start het installatieprogramma.
Klik op Volgende (Windows) of Ga door (Mac OS) en volg de
instructies op het scherm.
WindowsMac OS
Klik op VolgendeKlik op Ga door
4 Sluit het installatieprogramma af.
Klik op OK (Windows) of Sluit (Mac OS) zodra de installatie is
voltooid.
WindowsMac OS
Werkschema
Klik op OKKlik op Sluit
A De WT-4 Setup Utility
De Wireless Transmitter Utility moet opnieuw worden geïnstalleerd als de
WT-4 Setup Utility of andere Nikon-software voor draadloze netwerken is
geïnstalleerd na het voltooien van de installatie.
Inleiding
15
Werkschema
16
Inleiding
De UT-1 met een
computer gebruiken
De UT-1 kan in de volgende standen worden gebruikt:
• Beeldoverdracht: foto's uploaden naar een computer.
• Camerabediening: bestuur de camera vanaf een computer door
middel van Camera Control Pro 2 (apart verkrijgbaar).
De werkwijze voor deze standen wordt hieronder getoond.
1 Netwerkprofielen naar de camera kopiëren (018).
2 Upload foto's.
Foto’s naar een hostcomputer uploaden (0 31–38).
2-1 De UT-1 aansluiten
2-2 Foto's uploaden
PC-stand (039–43).
2-1 Verbinding maken met de computer
2-2 De camera bedienen
D Vóór het aansluiten
Voltooi voor het aansluiten eerst de netwerkinstellingen op de pc.
De UT-1 met een computer gebruiken 17
Netwerkprofielen naar de
camera kopiëren
Netwerkprofielen naar de camera kopiëren
Controleer eerst of de pc is ingeschakeld en de gebruiker is
ingelogd alvorens netwerkprofielen te kopiëren.
1 Sluit de USB-kabel aan die met de camera is meegeleverd.
2 Zet de camera aan.
Hoofdschakelaar
3 Start de Wireless Transmitter Utility.
• Windows: dubbelklik op het pictogram Wireless Transmitter
Utility op het bureaublad.
• Mac OS X: klik op het pictogram van de Wireless Transmitter
Utility in het Dock.
De UT-1 met een computer gebruiken18
4 Het onderstaande dialoogvenster wordt weergegeven. Klik op
Volgende.
5 Selecteer Bedraad LAN voor gebruik van een Ethernet-
verbinding, WT-5 (draadloos LAN) voor verbinding met een
draadloos netwerk via de WT-5.
Netwerkprofielen naar de camera kopiëren
De UT-1 met een computer gebruiken 19
6 Selecteer Profielen toevoegen/bewerken en klik op Volgende.
Netwerkprofielen naar de camera kopiëren
De UT-1 met een computer gebruiken20
A Het dialoogvenster “Actie selecteren”
De andere opties in het dialoogvenster “Actie selecteren” worden
hieronder beschreven.
• Wachtwoord wijzigen: het rechts
getoonde venster wordt
weergegeven. Het invoeren van een
wachtwoord in dit venster zorgt
ervoor dat de Wireless Transmitter
Utility een wachtwoordmelding
weergeeft wanneer de camera met
andere computers is verbonden.
Zodra het juiste wachtwoord is
ingevoerd, zal de melding niet meer
worden weergegeven. Om een
bestaand wachtwoord te wijzigen,
voer eerst het oude wachtwoord in en dan het nieuwe. Om het
wachtwoord te verwijderen, selecteer Wachtwoord resetten (profielen gaan verloren) en klik op Volgende. Merk op dat het
resetten van de wachtwoorden alle bestaande apparaatprofielen van de
camera verwijdert. Klik op Vorige om af te sluiten zonder de
wachtwoordinstellingen te wijzigen.
• Map voor beelden instellen: het rechts
getoonde venster wordt
weergegeven. Met dit scherm kunt u
de doelmap selecteren wanneer u
beelden naar uw computer
downloadt in de
beeldoverdrachtstand. Klik op de
knop Bladeren... om de bestemming
te selecteren voor beelden die naar de
computer worden geüpload (voor
deze bewerking hoeft de camera niet
verbonden te zijn). De standaardbestemming is de map “Wireless
Transmitter Utility” in “\Users\(gebruikersnaam)\Pictures” (Windows) of
“/Users/(gebruikersnaam)/Pictures” (Mac OS).
• Openen met ViewNX 2: als deze optie is geselecteerd, worden geüploade
afbeeldingen in ViewNX 2 weergegeven zodra de verbinding met de
UT-1 is beëindigd. Deze optie is alleen beschikbaar als ViewNX 2 is
geïnstalleerd.
Netwerkprofielen naar de camera kopiëren
De UT-1 met een computer gebruiken 21
7 Selecteer Profiel toevoegen en klik op Volgende.
Netwerkprofielen naar de camera kopiëren
De UT-1 met een computer gebruiken22
8 Voer de volgende informatie in en klik op Volgende:
• Profielnaam: voer een naam in van maximaal 16 tekens.
• Verbindingstype: kies Beeldoverdracht of Camerabediening.
Als u verbinding maakt via ethernet, ga dan naar stap 11.
Kies Automatische configuratie (aanbevolen) wanneer u voor het
eerst verbinding maakt met een netwerk met behulp van een UT-1
verbonden met een WT-5. Het volgende dialoogvenster wordt
weergegeven; selecteer Ad hoc of selecteer Infrastructuur-netwerk
(aanbevolen) en kies een netwerk uit het vervolgkeuzemenu. Klik op
Volgende om verder te gaan naar stap 11 (028).
De optie Automatische configuratie (aanbevolen) kan niet worden
gebruikt met bestaande netwerkprofielen, draadloze LAN-adapters
van andere fabrikanten, netwerken die gebruik maken van statische
IP-adressen of Mac OS X.
Netwerkprofielen naar de camera kopiëren
De UT-1 met een computer gebruiken 25
10
Voer de volgende informatie in en klik op Volgende.
• Netwerknaam (SSID): voer een netwerknaam in of kies een naam in
Netwerkprofielen naar de camera kopiëren
een lijst met bestaande netwerken. Wijzig de naam niet als
deze automatisch wordt opgegeven.
• Communicatiestand: selecteer Infrastructuur of Ad hoc.
• Kanaal: selecteer een kanaal (alleen ad hoc; in de
infrastructuurstand kiest de UT-1 automatisch het kanaal). Merk
op dat de UT-1 automatisch van kanaal kan veranderen
wanneer een bijpassend SSID op een ander kanaal werd
gedetecteerd.
• Verificatie: de verificatie die voor het netwerk wordt gebruikt.
Kies uit open systeem, gedeelde sleutel, WPA-PSK en WPA2-PSK
(infrastructuur) of uit open systeem en gedeelde sleutel (ad
hoc).
• Encryptie: de encryptie die door het netwerk wordt gebruikt. De
beschikbare opties zijn afhankelijk van de gebruikte verificatie.
Open: geen encryptie; 64- of 128-bit WEP
Gedeeld: 64- of 128-bit WEP
WPA-PSK: TKIP; AES
WPA2-PSK: AES
• Encryptiesleutel: als het netwerk encryptie gebruikt, voert u de
netwerksleutel in. Het vereiste aantal tekens is afhankelijk van
de gebruikte sleutel:
WEP (64-bit)WEP (128-bit)TKIP, AES
Aantal tekens (ASCII)5138–63
Aantal tekens (hex)102664
Merk op dat afhankelijk van het apparaat en de gebruikte
toetsinstelling, de UT-1 mogelijk niet in staat is om verbinding
te maken. Probeer een andere toetsinstelling als dit zich
voordoet.
• Sleutelindex: wanneer WEP64 of WEP128 werd geselecteerd
voor Encryptie, kiest u een sleutelindex (de standaard index is
1). Er is geen sleutelindex nodig wanneer Geen encryptie werd
geselecteerd.
De UT-1 met een computer gebruiken26
Netwerkprofielen naar de camera kopiëren
De UT-1 met een computer gebruiken 27
11
Als het netwerk is geconfigureerd om IP-adressen automatisch te
verschaffen met behulp van een DHCP-server of Auto-IP, selecteer Verkrijg automatisch en klik op Volgende. Verwijder
Netwerkprofielen naar de camera kopiëren
anders het vinkje van deze optie en voer de volgende informatie
in alvorens u op Volgende klikt:
• Verkrijg automatisch: Selecteer deze optie wanneer het netwerk is
geconfigureerd om automatisch IP-adressen toe te wijzen.
Wanneer het netwerk geen DHCP-server heeft, worden
adressen automatisch toegewezen door automatische IP.
• Adres: Wanneer het netwerk is geconfigureerd om manueel IP-
adressen toe te wijzen, geeft u een IP-adres in voor de UT-1.
• Masker: Wanneer het netwerk is geconfigureerd om manueel IP-
adressen toe te wijzen, geeft u een subnetmasker in voor de
UT-1.
• Gebruik gateway: Als het netwerk een gatewayadres vereist,
selecteert u deze optie en voert u het adres in dat u van de
netwerkbeheerder hebt gekregen.
• DNS inschakelen: Als er al een domeinnaamserver bestaat in het
netwerk, selecteert u deze optie en voert u het adres in dat u
van de netwerkbeheerder hebt gekregen.
De UT-1 met een computer gebruiken28
12
Bevestig dat de instellingen correct zijn en klik op Volgende.
13
Selecteer Wizard sluiten en klik op Volgende.
Netwerkprofielen naar de camera kopiëren
De UT-1 met een computer gebruiken 29
14
Schakel de camera uit en koppel de USBkabel los.
Netwerkprofielen naar de camera kopiëren
Het netwerkprofiel is nu naar de camera gekopieerd. Ga verder
naar “Foto’s naar een hostcomputer uploaden” (0 31), “PC-stand”
(039).
De UT-1 met een computer gebruiken30
Foto’s naar een hostcomputer
8
GB
uploaden
De UT-1 aansluiten
Controleer eerst of de hostcomputer is ingeschakeld en de
gebruiker is ingelogd alvorens de UT-1 aan te sluiten.
1 Zet de camera uit en plaats de
geheugenkaart met de foto's die u wilt
verzenden (de kaart kan in om het even
welke sleuf worden geplaatst).
2 Open het deksel van de USB-aansluiting op
de UT-1 en sluit de eenheid aan op de
D7100 met de USB-kabel die is
meegeleverd met de camera.
Foto’s naar een hostcomputer uploaden / De UT-1 aansluiten
De UT-1 met een computer gebruiken
31
3 Sluit de Ethernet-kabel of draadloze zender aan.
Ethernet-netwerken: controleer of de camera uit staat en sluit de
Ethernet-kabel aan op de computer en UT-1 zoals wordt getoond.
Foto’s naar een hostcomputer uploaden / De UT-1 aansluiten
Oefen geen kracht uit en steek de stekkers recht in de
aansluitingen.
Draadloze netwerken: sluit de WT-5 draadloze zender aan volgens de
beschrijving op pagina 6.
4 Zet de camera aan.
5 Selecteer het netwerktype.
Open in het setup-menu van de camera
Netwerk > Kies hardware en markeer
Bedraad LAN of Draadloos LAN. Druk op
2 om de gemarkeerde optie te selecteren
en terug te keren naar het netwerkmenu.
32
De UT-1 met een computer gebruiken
Hoofdschakelaar
6 Geef netwerkprofielen weer.
Selecteer in het setup-menu Netwerk >
Netwerkinstellingen om de lijst met
profielen weer te geven.
Beeldoverdrachtprofielen worden
aangeduid met een K-pictogram.
Markeer een profiel en druk op 2 om het
gemarkeerde profiel te selecteren en terug te keren naar het
netwerkmenu.
7 Selecteer Netwerk > Opties en pas de
instellingen aan zoals beschreven op pag
73–75.
Foto’s naar een hostcomputer uploaden / De UT-1 aansluiten
8 Houd de hoofdschakelaar circa een
seconde ingedrukt om de UT-1 in te
schakelen.
9 Controleer of het geselecteerde profiel
groen wordt weergegeven in het bovenste
niveau van het netwerkmenu. Zie
“Problemen oplossen” (0101) voor
informatie over wat u moet doen als een
fout wordt weergegeven.
De UT-1 met een computer gebruiken
Hoofdschakelaar
33
Foto's uploaden
1 Druk op de knop K om foto's op de geheugenkaart weer te
Foto’s naar een hostcomputer uploaden / Foto's uploaden
geven. Geef de eerste foto die u wilt verzenden weer in de
enkelvoudige weergave of markeer de foto in de lijst met
miniaturen.
2 Druk op P. Het beeld wordt aangeduid met
een wit pictogram “verzenden” en de
overdracht start onmiddellijk. Tijdens het
uploaden worden beelden aangeduid met
een groen pictogram “bezig met
verzenden”. Herhaal dit proces om nog
meer beelden te verzenden (foto's worden
in de geselecteerde volgorde verzonden).
Beelden die succesvol zijn geüpload,
worden gemarkeerd met een blauw
pictogram “verzonden”. Beelden kunnen
opnieuw worden verzonden met behulp
van de hierboven beschreven
bedieningsknoppen, zodat het blauwe
pictogram “verzonden” wordt gewijzigd in
een wit pictogram “verzenden”.
A Retoucheren
Wanneer de UT-1 aangesloten is, kan de P-knop van de camera tijdens
weergave worden gebruikt om foto´s te selecteren voor het uploaden in
de standen FTP en beeldoverdracht. Andere weergavebewerkingen
waarvoor de P-knop wordt gebruikt, zoals Vergelijken, kunnen niet
worden uitgevoerd, zelfs als de camera momenteel niet verbonden is met
een netwerk. Deze functies zijn echter toegankelijk als u een andere optie
dan FTP-upload of Beeldoverdracht selecteert voor Verbindingstype.
34
De UT-1 met een computer gebruiken
3 Houd de hoofdschakelaar circa een
Hoofdschakel
❏ De overdracht onderbreken
Om de overdracht van beelden aangeduid met een wit pictogram
“verzenden” of groen pictogram “bezig met verzenden” te
annuleren, selecteert u de beelden tijdens weergave en drukt u op
P. Het pictogram wordt verwijderd. Elk van de volgende
handelingen onderbreekt eveneens de overdracht:
• De camera of UT-1 wordt uitgezet
• U selecteert Ja voor Netwerk > Opties > Alles deselecteren?
D Tijdens het uploaden
Gelieve tijdens het uploaden de geheugenkaart niet te verwijderen en de
Ethernet-kabel niet uit te trekken.
A Intervalfotografie
Kies hoge waarden voor de stand-by-timer voordat u start met
intervalfotografie.
A Signaalverlies
De overdracht kan worden onderbroken als het signaal wegvalt (0 37). U
kunt de overdracht hervatten door de UT-1 uit en weer aan te zetten.
A De camera wordt uitgezet
De markering voor “verzenden” wordt opgeslagen als u de UT-1
uitschakelt terwijl de overdracht bezig is. De overdracht van foto’s met
het pictogram voor “verzenden” wordt hervat wanneer de camera of de
UT-1 wordt ingeschakeld.
seconde ingedrukt om de UT-1 uit te
schakelen. Ontkoppel de USB-kabel en
UT-1. De doelmap geselecteerd in de
Wireless Transmitter Utility (021) opent
automatisch wanneer de verbinding
tussen de pc en de UT-1 wordt beëindigd.
De UT-1 met een computer gebruiken
aar
Foto’s naar een hostcomputer uploaden / Foto's uploaden
35
❏ Overdrachtstatus
Tijdens weergave verschijnt de status van de beelden die voor
uploaden zijn geselecteerd als volgt:
Foto’s naar een hostcomputer uploaden / Foto's uploaden
a: “Verzenden”
Foto's die voor uploaden zijn geselecteerd,
worden aangeduid met een wit pictogram
a.
b: “Bezig met verzenden”
Een groen pictogram
het uploaden.
b verschijnt tijdens
c: “Verzonden”
Foto's die zijn geüpload, worden aangeduid
met een blauw pictogram
c.
A Pictogrammen voor “verzenden”, “bezig met verzenden” en
“verzonden” verwijderen
U kunt de pictogrammen voor “verzenden”, “bezig met verzenden” en
“verzonden” uit alle foto's verwijderen door Ja te selecteren voor
Netwerk > Opties > Alles deselecteren? (074).
36
De UT-1 met een computer gebruiken
❏ Netwerkstatus
De status van de verbinding tussen de host en de UT-1 wordt
aangegeven door de statuslampjes en door de weergave in het
bovenste niveau van het netwerkmenu.
De statuslampjes
De POWER LED brandt wanneer de UT-1 is
ingeschakeld. Signaalkwaliteit worden
aangeduid door de LINK LED: hoe sneller de
LED knippert, des te beter het signaal en des
te sneller gegevens worden verzonden. De
ERROR LED knippert om aan te geven dat
zich een fout heeft voorgedaan.
StatusPOWERLINKERROR
UT-1 uit
USB-kabel niet verbonden
Verbinden met host
Wachten om gegevens te
verzenden of bezig met
verzenden
Verbindingsfout
UT-1 fout in hardware of batterij
I (uit)I (uit)I (uit)
K (aan)I (uit)I (uit)
K (aan)K (aan)I (uit)
K (aan)H (knippert)I (uit)
K (aan)I (uit)H (knippert)
H (knippert) H (knippert) H (knippert)
De statuslampjes
Foto’s naar een hostcomputer uploaden / Foto's uploaden
De UT-1 met een computer gebruiken
37
De statusaanduiding
De netwerkstatus wordt ook weergegeven in het bovenste niveau
van het netwerkmenu.
Foto’s naar een hostcomputer uploaden / Foto's uploaden
e, f: de geschatte
tijd die nodig is om
de resterende foto's
te verzenden.
Batterijniveau: een
weergave van vijf
niveaus die de status
van de batterij in de
UT-1 weergeven.
Statusgebied: de status van de
verbinding met de host. De hostnaam
wordt groen weergegeven wanneer
een verbinding tot stand is gebracht.
Terwijl bestanden worden overgezet,
wordt de statusaanduiding
“Verzenden” weergegeven, gevolgd
door de naam van het bestand dat
wordt verzonden. Eventuele fouten
die tijdens de overdracht optreden,
worden hier eveneens weergegeven
(0101).
Signaalsterkte: draadloze
signaalsterkte. Ethernetverbindingen worden aangeduid
door d.
38
De UT-1 met een computer gebruiken
PC-stand
In de camerabedieningsstand kan een camera uitgerust met een
UT-1 worden bediend via een draadloos of Ethernet-netwerk
vanaf een computer met Camera Control Pro 2 (apart verkrijgbaar)
en kunnen foto’s rechtstreeks op de harde schijf van de computer
worden opgeslagen in plaats van op de geheugenkaart in de
camera (films worden steeds op de geheugenkaart van de camera
opgenomen en kunnen daarom alleen worden opgenomen
wanneer een geheugenkaart in de camera is geplaatst).
Verbinding maken met de computer
Controleer eerst of de hostcomputer is ingeschakeld en de
gebruiker is ingelogd alvorens de UT-1 aan te sluiten.
1 Zet de camera uit, open het deksel van de USB-aansluiting op de
UT-1 en sluit de eenheid aan op de D7100 met de USB-kabel die is
meegeleverd met de camera.
2 Sluit de Ethernet-kabel of draadloze zender aan.
Ethernet-netwerken
controleer of de pc uit is en sluit de Ethernet-kabel aan op de pc en
UT-1 zoals aangeduid. Oefen geen kracht uit en steek de stekkers
recht in de aansluitingen.
: voor toegang tot het netwerk via Ethernet,
PC-stand / Verbinding maken met de computer
Draadloze netwerken: sluit de WT-5 draadloze zender aan volgens de
beschrijving op pagina 6.
De UT-1 met een computer gebruiken
39
3 Zet de camera aan.
PC-stand / Verbinding maken met de computer
4 Selecteer het netwerktype.
Open in het setup-menu van de camera
Netwerk > Kies hardware en markeer
Bedraad LAN of Draadloos LAN. Druk op
2 om de gemarkeerde optie te selecteren
en terug te keren naar het netwerkmenu.
5 Geef netwerkprofielen weer.
Selecteer in het setup-menu Netwerk >
Netwerkinstellingen om de lijst met pro-
fielen weer te geven. Camerabedieningsprofielen worden aangeduid met een L-
pictogram. Markeer een profiel en druk op
2 om het gemarkeerde profiel te selecteren
en terug te keren naar het netwerkmenu.
Hoofdschakelaar
6 Houd de hoofdschakelaar circa een
seconde ingedrukt om de UT-1 in te
schakelen.
7 Wanneer een verbinding tot stand is
gebracht, wordt de netwerknaam groen
weergegeven in het bovenste niveau van
het netwerkmenu. Zie “Problemen
oplossen” (0101) voor informatie over wat
u moet doen als een fout wordt
weergegeven.
40
De UT-1 met een computer gebruiken
Hoofdschakelaar
De camera bedienen
Hoofdschakel
1 Volg de stappen in “Verbinding maken met de computer” (039).
2 Start Camera Control Pro 2 op de hostcomputer en controleer of
3 Bedien de camera zoals beschreven in de handleiding van
4 Houd de hoofdschakelaar circa een
D Draadloze netwerken
Bewerkingen kunnen langer duren in een draadloos netwerk.
D Ethernet-netwerken: koppel de Ethernet-kabel niet los
Koppel de Ethernet-kabel niet los als de camera aanstaat.
A Draadloze netwerken: signaalverlies tijdens de overdracht
Signaalverlies kan de verbinding onderbreken terwijl foto’s worden
overgezet naar Camera Control Pro 2. Als de ERROR LED op de UT-1
knippert (02), zet de UT-1 uit en vervolgens weer aan. De overdracht
wordt hervat zodra de verbinding opnieuw tot stand is gebracht. Zet de camera niet uit. De overdracht kan niet worden hervat zodra de camera
is uitgeschakeld.
“PC” wordt weergegeven in het configuratiescherm van de
camera.
Camera Control Pro 2 of online help.
seconde ingedrukt om de UT-1 uit te
schakelen wanneer de overdracht is
voltooid en ontkoppel vervolgens de USBkabel.
De UT-1 met een computer gebruiken
PC-stand / De camera bedienen
aar
41
❏ Netwerkstatus
De status van de verbinding tussen de host en de UT-1 wordt
aangegeven door de statuslampjes en door de weergave in het
PC-stand / De camera bedienen
bovenste niveau van het netwerkmenu.
De statuslampjes
De POWER LED brandt wanneer de UT-1 is
ingeschakeld. Signaalkwaliteit wordt
aangeduid door de LINK LED: hoe sneller de
LED knippert, des te beter het signaal en des
te sneller gegevens worden verzonden. De
ERROR LED knippert om aan te geven dat
zich een fout heeft voorgedaan.
StatusPOWERLINKERROR
UT-1 uit
USB-kabel niet verbonden
Verbinden met host
Wachten om gegevens te verzenden of
bezig met verzenden
Verbindingsfout
UT-1 fout in hardware of batterij
I (uit)I (uit)I (uit)
K (aan)I (uit)I (uit)
K (aan)K (aan)I (uit)
K (aan)
K (aan)I (uit)
(knippert)H (knippert)H (knippert)
De statuslampjes
H
(knippert)
H
I (uit)
H
(knippert)
42
De UT-1 met een computer gebruiken
De statusaanduiding
De netwerkstatus wordt ook weergegeven in het bovenste niveau
van het netwerkmenu.
Statusgebied: de status van de
verbinding met de host. De hostnaam
wordt groen weergegeven wanneer
een verbinding tot stand is gebracht.
Eventuele fouten die tijdens de
overdracht optreden, worden hier
Batterijniveau: een
weergave van vijf
niveaus die de status
van de batterij in de
UT-1 weergeven.
eveneens weergegeven (0101).
Signaalsterkte: draadloze signaalsterkte.
Ethernet-verbindingen worden
aangeduid door d.
PC-stand / De camera bedienen
De UT-1 met een computer gebruiken
43
PC-stand / De camera bedienen
44
De UT-1 met een computer gebruiken
Foto's uploaden naar
een ftp-server
Volg de onderstaande stappen om afbeeldingen te uploaden naar
een ftp-server via een draadloos netwerk of Ethernet-netwerk.
1 Netwerkprofielen naar de camera kopiëren (046)
2 Verbinding maken met de ftp-server (0 58)
3 Foto's uploaden (061)
D Vóór het aansluiten
Configureer de server voor het aansluiten. Servers kunnen worden
geconfigureerd met standaard ftp-diensten die beschikbaar zijn met
ondersteunde besturingssystemen, zoals IIS (Internet Information
Services). Verbindingen met pc’s op andere netwerken via een router, ftpverbindingen via internet en ftp-servers met software van andere
fabrikanten worden niet ondersteund.
Foto's uploaden naar een ftp-server 45
Netwerkprofielen naar de
camera kopiëren
Netwerkprofielen naar de camera kopiëren
Controleer eerst of de pc is ingeschakeld en de gebruiker is
ingelogd alvorens verbinding te maken om netwerkprofielen te
kopiëren.
1 Sluit de USB-kabel aan die met de camera is meegeleverd.
2 Zet de camera aan.
Hoofdschakelaar
3 Start de Wireless Transmitter Utility.
• Windows: dubbelklik op het pictogram Wireless Transmitter
Utility op het bureaublad.
• Mac OS X: klik op het pictogram van de Wireless Transmitter
Utility in het Dock.
Foto's uploaden naar een ftp-server46
4 Het onderstaande dialoogvenster wordt weergegeven. Klik op
Volgende.
5 Selecteer Bedraad LAN voor gebruik van een Ethernet-
verbinding, WT-5 (draadloos LAN) voor verbinding met een
draadloos netwerk via de WT-5.
Netwerkprofielen naar de camera kopiëren
Foto's uploaden naar een ftp-server 47
6 Selecteer Profielen toevoegen/bewerken en klik op Volgende.
Netwerkprofielen naar de camera kopiëren
7 Selecteer Profiel toevoegen en klik op Volgende.
Foto's uploaden naar een ftp-server48
8 Voer de volgende informatie in en klik op Volgende:
• Profielnaam: voer een naam in van maximaal 16 tekens.
• Verbindingstype: kies FTP-upload.
Als u verbinding maakt via ethernet, ga dan naar stap 11.
Kies Automatische configuratie (aanbevolen) wanneer u voor het eerst
verbinding maakt met een netwerk met behulp van een UT-1 verbonden
met een WT-5. Het volgende dialoogvenster wordt weergegeven;
selecteer Ad-hoc-netwerk gebruiken of selecteer Infrastructuur-netwerk (aanbevolen) en kies een netwerk uit het vervolgkeuzemenu.
Klik op Volgende om verder te gaan naar stap 11 (054).
De optie Automatische configuratie (aanbevolen) kan niet worden
gebruikt met bestaande netwerkprofielen, draadloze LAN-adapters van
andere fabrikanten, netwerken die gebruik maken van statische IPadressen of Mac OS X.
Netwerkprofielen naar de camera kopiëren
Foto's uploaden naar een ftp-server 51
10
Voer de volgende informatie in en klik op Volgende.
• Netwerknaam (SSID): voer een netwerknaam in of kies een naam in
Netwerkprofielen naar de camera kopiëren
een lijst met bestaande netwerken. Wijzig de naam niet als
deze automatisch wordt opgegeven.
• Communicatiestand: selecteer Infrastructuur of Ad hoc.
• Kanaal: selecteer een kanaal (alleen ad hoc; in de
infrastructuurstand kiest de UT-1 automatisch het kanaal). Merk
op dat de UT-1 automatisch van kanaal kan veranderen
wanneer een bijpassend SSID op een ander kanaal werd
gevonden.
• Verificatie: de verificatie die voor het netwerk wordt gebruikt.
Kies uit open systeem, gedeelde sleutel, WPA-PSK en WPA2-PSK
(infrastructuur) of uit open systeem en gedeelde sleutel (ad
hoc).
• Encryptie: de encryptie die door het netwerk wordt gebruikt. De
beschikbare opties zijn afhankelijk van de gebruikte verificatie.
Open: geen encryptie; 64- of 128-bit WEP
Gedeeld: 64- of 128-bit WEP
WPA-PSK: TKIP; AES
WPA2-PSK: AES
• Encryptiesleutel: als het netwerk encryptie gebruikt, voert u de
netwerksleutel in. Het vereiste aantal tekens is afhankelijk van
de gebruikte sleutel:
WEP (64-bit)WEP (128-bit)TKIP, AES
Aantal tekens (ASCII)5138–63
Aantal tekens (hex)102664
Merk op dat afhankelijk van het apparaat en de gebruikte
toetsinstelling, de UT-1 mogelijk niet in staat is om verbinding
te maken. Probeer een andere toetsinstelling als dit zich
voordoet.
• Sleutelindex: wanneer WEP64 of WEP128 werd geselecteerd
voor Encryptie, kiest u een sleutelindex (de standaard index is
1). Er is geen sleutelindex nodig wanneer Geen encryptie werd
geselecteerd.
Foto's uploaden naar een ftp-server52
Netwerkprofielen naar de camera kopiëren
Foto's uploaden naar een ftp-server 53
11
Verwijder het vinkje van Verkrijg automatisch en voer de volgende informatie in. Klik op Volgende om verder te gaan zodra
de invoer is voltooid.
Netwerkprofielen naar de camera kopiëren
• Adres: voer een IP-adres in voor de UT-1.
• Masker: voer een masker in voor de UT-1.
• Gebruik gateway: als het netwerk een gatewayadres vereist,
selecteert u deze optie en voert u het adres in dat u van de
netwerkbeheerder hebt gekregen.
• DNS inschakelen: als er een domeinnaamserver is op het netwerk,
selecteert u deze optie en voert u het adres in dat u van de
netwerkbeheerder hebt gekregen.
Foto's uploaden naar een ftp-server54
12
Voer de ftp-instellingen in en klik op Volgende.
• Adres: voer de URL of het IP-adres van de ftp-server in.
• Poort: voer het poortnummer voor de ftp-server in.
• Map: kies de map waarin foto’s worden geüpload. Als er geen
map is gespecificeerd, worden foto’s naar de home-map
geüpload.
• Servertype: kies FTP of SFTP.
• Anoniem inloggen: selecteer deze optie om anoniem in te loggen
of laat deze optie onaangevinkt om een Gebruikers-ID en
Wachtwoord in te voeren.
• Gebruik proxyserver: als een proxyserver is vereist voor ftp,
selecteer deze optie en voer het IP-adres en het poortnummer
voor de proxyserver in.
• PASV-stand: selecteer deze optie voor het gebruik van de PASV-
stand.
Netwerkprofielen naar de camera kopiëren
Foto's uploaden naar een ftp-server 55
13
Bevestig dat de instellingen correct zijn en klik op Volgende.
Netwerkprofielen naar de camera kopiëren
14
Selecteer Wizard sluiten en klik op Volgende.
Foto's uploaden naar een ftp-server56
15
Schakel de camera uit en koppel de USBkabel los.
Het netwerkprofiel werd nu naar de camera gekopieerd. Ga verder
naar “Verbinding maken met de ftp-server” (058).
Netwerkprofielen naar de camera kopiëren
Foto's uploaden naar een ftp-server 57
Verbinding maken met de ftp-
8
GB
server
Verbinding maken met de ftp-server
Controleer eerst of de hostcomputer is ingeschakeld en de
gebruiker is ingelogd alvorens de UT-1 aan te sluiten.
1 Zet de camera uit en plaats de
geheugenkaart met de foto's die u wilt
verzenden (de kaart kan in om het even
welke sleuf worden geplaatst).
2 Open het deksel van de USB-aansluiting
op de UT-1 en sluit de eenheid aan op de
D7100 met de USB-kabel die is
meegeleverd met de camera.
Foto's uploaden naar een ftp-server58
3 Sluit de Ethernet-kabel of draadloze zender aan.
Ethernet-netwerken: voor toegang tot het netwerk via Ethernet,
controleer of de pc uit is en sluit de Ethernet-kabel aan op de pc
en UT-1 zoals aangeduid. Oefen geen kracht uit en steek de
stekkers recht in de aansluitingen.
Draadloze netwerken: sluit de WT-5 draadloze zender aan volgens de
beschrijving op pagina
6.
Verbinding maken met de ftp-server
4 Zet de camera aan.
5 Selecteer het netwerktype.
Open in het setup-menu van de camera
Netwerk > Kies hardware en markeer
Bedraad LAN of Draadloos LAN. Druk op
2 om de gemarkeerde optie te selecteren
en terug te keren naar het netwerkmenu.
Hoofdschakelaar
Foto's uploaden naar een ftp-server 59
6 Geef netwerkprofielen weer.
Selecteer in het setup-menu Netwerk >
Netwerkinstellingen om de lijst met
Verbinding maken met de ftp-server
profielen weer te geven. FTPserverprofielen worden aangeduid met een
N-pictogram. Markeer een profiel en druk
op 2 om het gemarkeerde profiel te
selecteren en terug te keren naar het netwerkmenu.
7 Selecteer Netwerk > Opties en pas de
instellingen aan zoals beschreven op 73–75.
8 Houd de hoofdschakelaar circa een
seconde ingedrukt om de UT-1 in te
schakelen.
9 Controleer of het geselecteerde profiel
groen wordt weergegeven in het bovenste
niveau van het netwerkmenu. Zie
“Problemen oplossen” (0101) voor
informatie over wat u moet doen als een
fout wordt weergegeven.
Foto's uploaden naar een ftp-server60
Hoofdschakelaar
Foto's uploaden
1 Druk op de knop K om de foto's op de geheugenkaart weer te
geven. Geef de eerste foto die u wilt verzenden weer in de
enkelvoudige weergave of markeer de foto in de lijst met
miniaturen.
2 Druk op P. Het beeld wordt aangeduid met
een wit pictogram “verzenden” en de
overdracht start onmiddellijk. Tijdens het
uploaden worden beelden aangeduid met
een groen pictogram “bezig met
verzenden”. Herhaal dit proces om nog
meer beelden te verzenden (foto's worden
in de geselecteerde volgorde verzonden).
Beelden die succesvol zijn geüpload,
worden gemarkeerd met een blauw
pictogram “verzonden”. Beelden kunnen
opnieuw worden verzonden met behulp
van de hierboven beschreven
bedieningsknoppen, zodat het blauwe
pictogram “verzonden” wordt gewijzigd in
een wit pictogram “verzenden”.
A Retoucheren
Wanneer de UT-1 aangesloten is, kan de P-knop van de camera tijdens
weergave worden gebruikt om foto´s te selecteren voor het uploaden in
de standen FTP en beeldoverdracht. Andere weergavebewerkingen
waarvoor de P-knop wordt gebruikt, zoals Vergelijken, kunnen niet
worden uitgevoerd, zelfs als de camera momenteel niet verbonden is met
een netwerk. Deze functies zijn echter toegankelijk als u een andere optie
dan FTP-upload of Beeldoverdracht selecteert voor Verbindingstype.
A Intervalfotografie
Kies hoge waarden voor de stand-by-timer voordat u start met
intervalfotografie.
Foto's uploaden
Foto's uploaden naar een ftp-server 61
3 Houd de hoofdschakelaar circa een
Hoofdschakel
seconde ingedrukt om de UT-1 uit te
schakelen en ontkoppel vervolgens de
Foto's uploaden
USB-kabel en UT-1.
worden geselecteerd met behulp van de
Wireless Transmitter Utility (021, 55).
❏ De overdracht onderbreken
Om de overdracht van beelden aangeduid met een wit pictogram
“verzenden” of groen pictogram “bezig met verzenden” te
annuleren, selecteert u de beelden tijdens weergave en drukt u op
P. Het pictogram wordt verwijderd. Elk van de volgende
handelingen onderbreekt eveneens de overdracht:
• De camera of UT-1 wordt uitgezet
• U selecteert Ja voor Netwerk > Opties > Alles deselecteren?
De doelmap kan
aar
D Tijdens het uploaden
Gelieve tijdens het uploaden de geheugenkaart niet te verwijderen en de
Ethernet-kabel niet uit te trekken.
Foto's uploaden naar een ftp-server62
❏ Overdrachtstatus
Tijdens weergave verschijnt de status van de beelden die voor
uploaden zijn geselecteerd als volgt:
a: “Verzenden”
Foto's die voor uploaden zijn geselecteerd,
worden aangeduid met een wit pictogram
a.
b: “Bezig met verzenden”
Een groen pictogram
het uploaden.
b verschijnt tijdens
c: “Verzonden”
Foto's die zijn geüpload, worden aangeduid
met een blauw pictogram
A Signaalverlies
De overdracht kan worden onderbroken als het signaal wegvalt (0 64). U
kunt de overdracht hervatten door de UT-1 uit en weer aan te zetten.
A De camera wordt uitgezet
De markering voor “verzenden” wordt opgeslagen als u de UT-1
uitschakelt terwijl de overdracht bezig is. De overdracht van foto’s met
het pictogram voor “verzenden” wordt hervat wanneer de camera of UT-1
wordt ingeschakeld.
A Pictogrammen voor “verzenden”, “bezig met verzenden” en
“verzonden” verwijderen
U kunt de pictogrammen voor “verzenden”, “bezig met verzenden” en
“verzonden” uit alle foto's verwijderen door Ja te selecteren voor
Netwerk > Opties > Alles deselecteren? (074).
c.
Foto's uploaden naar een ftp-server 63
Foto's uploaden
❏ Netwerkstatus
De status van de verbinding tussen de host en de UT-1 wordt
aangegeven door de statuslampjes en door de weergave in het
Foto's uploaden
bovenste niveau van het netwerkmenu.
De statuslampjes
De POWER LED brandt wanneer de UT-1 is
ingeschakeld. Signaalkwaliteit wordt
aangeduid door de LINK LED: hoe sneller de
LED knippert, des te beter het signaal en des
te sneller gegevens worden verzonden. De
ERROR LED knippert om aan te geven dat
zich een fout heeft voorgedaan.
StatusPOWERLINKERROR
UT-1 uit
USB-kabel niet verbonden
Verbinden met host
Wachten om gegevens te
verzenden of bezig met
verzenden
Verbindingsfout
UT-1 fout in hardware of batterij
I (uit)I (uit)I (uit)
K (aan)I (uit)I (uit)
K (aan)K (aan)I (uit)
K (aan)H (knippert)I (uit)
K (aan)I (uit)H (knippert)
H (knippert) H (knippert) H (knippert)
De statuslampjes
Foto's uploaden naar een ftp-server64
De statusaanduiding
De netwerkstatus wordt ook weergegeven in het bovenste niveau
van het netwerkmenu.
Statusgebied: de status van de
verbinding met de host. De hostnaam
wordt groen weergegeven wanneer
een verbinding tot stand is gebracht.
Terwijl bestanden worden overgezet,
wordt de statusaanduiding
e, f: de geschatte
tijd die nodig is om
de resterende foto's
te verzenden.
“Verzenden” weergegeven, gevolgd
door de naam van het bestand dat
wordt verzonden. Eventuele fouten
die tijdens de overdracht optreden,
worden hier eveneens weergegeven.
Foto's uploaden
Batterijniveau: een
weergave van vijf
niveaus die de status
van de batterij in de
UT-1 weergeven.
Signaalsterkte: draadloze
signaalsterkte. Ethernetverbindingen worden aangeduid
door d.
Foto's uploaden naar een ftp-server 65
Foto's uploaden
Foto's uploaden naar een ftp-server66
Menugids
In dit gedeelte worden de beschikbare
instellingen beschreven voor de optie
Netwerk in het setup-menu van de camera
wanneer de UT-1 is aangesloten.
Menu itemPag.
Kies hardware068
Netwerkinstellingen068
Een netwerkprofiel kiezen068
Netwerkprofielen wissen069
FTP-serverprofielen bewerken069
Opties073
Automatisch verzenden073
Wissen na verzending?073
Verzend bestand als073
Overschrijf bij gelijke naam074
Beveiligen bij uploadmarkering074
Verzend map074
Alles deselecteren?074
Batterij-informatie075
Vertraging voor automatisch uit075
MAC-adres075
Firmwareversie075
Menugids 67
Kies hardware
Kies de hardware die wordt gebruikt voor
Kies hardware
verbinding met het netwerk: Ethernet
(Bedraad LAN) of draadloos LAN (Draadloos
LAN).
Netwerkinstellingen
Markeer Netwerkinstellingen en druk op 2 om de lijst met
netwerkprofielen weer te geven.
Een netwerkprofiel kiezen
De camera kan maximaal negen
netwerkprofielen bewaren. Markeer een
profiel en druk op 2 om verbinding te maken
of druk op O (Q) om het gemarkeerde profiel
te verwijderen (069). Om informatie over het
gemarkeerde profiel te bekijken, druk op
L (U).
Profielnaam
(023, 49)
SSID
Verbindingstype
(023, 49)
Om een gemarkeerd profiel te bewerken, druk op W (S) (069).
68
Menugids
Netwerkprofielen wissen
Druk op O (Q) om het huidige gemarkeerde
profiel in de profiellijst te verwijderen. Er
wordt een bevestigingsscherm weergegeven;
markeer Ja en druk op J.
FTP-serverprofielen
bewerken
Voor het bewerken van FTP-serverprofielen
markeert u het profiel in de lijst met profielen,
drukt u op W (S) en kiest u uit de volgende
opties:
AlgemeenBewerk de profielnaam en het wachtwoord (070).
Draadloos
TCP/IPBewerk de TCP/IP-instellingen (072).
FTPBewerk de FTP-instellingen (072).
Pas de instellingen voor draadloos aan (alleen voor
draadloze verbindingen; 071).
Netwerkinstellingen / Netwerkprofielen wissen
D Profielen bewerken
Als de ontspanknop wordt ingedrukt terwijl de menu’s worden
weergegeven, wordt de monitor uitgeschakeld en gaan wijzigingen in het
huidige profiel verloren.
Menugids 69
A Tekst invoeren
Het volgende dialoogvenster wordt weergegeven wanneer u tekst moet
invoeren.
Gebruik de multi-selector om het gewenste teken te in het
toetsenbordgebied te markeren en druk op J om het gemarkeerde
teken in te voegen bij de huidige cursorpositie (als een teken wordt
ingevoerd terwijl het veld vol is, dan wordt het laatste teken in het veld
verwijderd). Druk op de O (Q)-knop om het teken onder de cursor te
verwijderen. Houd W (S) ingedrukt en druk op 4 of 2 om de cursor
naar de nieuwe positie te verplaatsen.
Druk op X (T) om de invoer te voltooien en terug te keren naar het
vorige menu. Druk op G om af te sluiten zonder de tekstinvoer te
voltooien.
❏ Algemeen
Kies Profielnaam om de profielnaam te
bewerken of Wachtwoordbeveiliging om
een profielwachtwoord in te voeren en om de
wachtwoordbeveiliging aan en uit te zetten.
Het inschakelen van wachtwoordbeveiliging
voorkomt dat anderen uw
netwerkinstellingen kunnen zien.
Menugids70
❏ Draadloos
Bewerk de volgende instellingen voor
draadloos:
• SSID (vereist): Voer de naam (SSID) van het
netwerk in waarop de hostcomputer of FTPserver zich bevindt.
• Communicatiestand: Selecteer Infrastructuur
voor draadloze communicatie via een toegangspunt van een
draadloos netwerk, Ad hoc indien de camera rechtstreeks met
de FTP-server of computer is verbonden.
• Kanaal: Selecteer een kanaal (alleen voor ad hoc; in
infrastructuurstand wordt het kanaal automatisch geselecteerd).
• Verificatie: De verificatie die door het netwerk wordt gebruikt. Kies
uit open systeem, gedeelde sleutel, WPA-PSK en WPA2-PSK
(infrastructuur) of open systeem en gedeelde sleutel (ad hoc).
• Encryptie: De encryptie die door het netwerk wordt gebruikt. De
beschikbare opties hangen af van de gebruikte verificatie:
Open: Geen; 64- of 128-bit WEP
Gedeeld: 64- of 128-bit WEP
WPA-PSK: TKIP; AES
WPA2-PSK: AES
• Encryptiesleutel: Als het netwerk encryptie gebruikt, voert u de
netwerksleutel in. Het vereiste aantal tekens is afhankelijk van de
gebruikte sleutel:
WEP (64-bit)WEP (128-bit)TKIP, AES
Aantal tekens (ASCII)5138–63
Aantal tekens (hex)102664
• Sleutelindex: Indien WEP64 of WEP128 is geselecteerd voor
Encryptie, kies dan een sleutelindex die overeenkomt met de
sleutelindex die wordt gebruikt door het toegangspunt of de
hostcomputer. Er is geen sleutelindex vereist wanneer Geen encryptie is geselecteerd.
selecteer dan Inschakelen voor Verkrijg automatisch. Selecteer anders Uitschakelen
en voer de volgende informatie in:
• Adres/Masker: Voer een IP-adres en
subnetmasker in.
• Gateway: Als het netwerk een gatewayadres vereist, selecteert u
Inschakelen en voert u het adres in dat u van de
netwerkbeheerder hebt gekregen.
• Domeinnaamserver (DNS): Als er een domeinnaamserver op
het netwerk aanwezig is, selecteer Inschakelen en voer het
adres in dat door de netwerkbeheerder is verkregen.
❏ FTP
Bewerk de volgende FTP-instellingen:
• Servertype: Kies FTP of SFTP en voer de
URL of het IP-adres (vereist), de doelmap en
het poortnummer in.
• PASV-stand: Selecteer Inschakelen om
PASV-stand in te schakelen.
• Anoniem inloggen: Selecteer Inschakelen om anoniem in te
loggen, of selecteer Uitschakelen om een Gebruikers-ID en
Wachtwoord te leveren.
• Proxyserver: Als voor FTP een proxyserver is vereist, selecteer
Inschakelen en voer de naam en het poortnummer van de
proxyserver in.
Menugids72
Opties
Bewerk de volgende instellingen.
Automatisch verzenden
Als Aan is geselecteerd voor beeldoverdracht
of FTP-serververbindingen, dan worden foto’s
tijdens het vastleggen automatisch naar de
computer of FTP-server geüpload (merk
echter op dat er alleen kan worden
gefotografeerd als er een geheugenkaart in
de camera is geplaatst). Films kunnen niet worden geüpload met
deze optie; zet films over tijdens het afspelen zoals beschreven op
pagina 34 en 61.
Wissen na verzending?
Selecteer Ja om foto’s van de geheugenkaart
van de camera automatisch te verwijderen
wanneer het uploaden is voltooid (alleen
voor beeldoverdracht- en FTPserververbindingen, bestanden die
gemarkeerd zijn voor overdracht voordat
deze optie is geselecteerd zullen niet worden beïnvloed).
Opeenvolgende bestandsnummering wordt gebruikt terwijl deze
optie van kracht is, ongeacht de instelling die is geselecteerd voor
persoonlijke instelling d7 in de cameramenu’s. Verwijdering kan
worden opgeschort tijdens sommige camerahandelingen.
Opties / Automatisch verzenden
Verzend bestand als
Bij het overzetten van NEF+JPEGafbeeldingen naar een computer of FTPserver (alleen voor beeldoverdracht- en FTPserververbindingen), kies of zowel NEF
(RAW)-bestanden als JPEG-bestanden of
alleen de JPEG-kopie moeten worden
geüpload.
Menugids 73
Overschrijf bij gelijke naam
Kies Ja om bestanden met dubbele namen te
overschrijven tijdens het uploaden naar een
Opties / Overschrijf bij gelijke naam
FTP-server en kies Nee om, indien nodig,
nummers aan namen toe te voegen van
nieuw geüploade bestanden om te
voorkomen dat bestaande bestanden
worden overschreven.
Beveiligen bij uploadmarkering
Selecteer Ja om automatisch bestanden te
beveiligen wanneer zij gemarkeerd worden
voor het uploaden naar een FTP-server.
Beveiliging wordt verwijderd als de
bestanden zijn geüpload.
Verzend map
Selecteer een map om te uploaden (alleen
voor beeldoverdracht- en FTPserververbindingen). Alle foto’s in de
geselecteerde map (met inbegrip van
bestanden die al zijn gemarkeerd als
“verzonden) worden direct geüpload. Films
kunnen niet geüpload worden met deze optie, zet films over
tijdens het afspelen zoals beschreven op pagina 34 en 61.
Alles deselecteren?
Selecteer Ja om de overdrachtsmarkering van
alle afbeeldingen die geselecteerd waren
voor het uploaden naar een computer of FTPserver te verwijderen (alleen voor
beeldoverdracht- en FTPserververbindingen). Het uploaden van foto’s
met een pictogram “bezig met verzenden” wordt onmiddellijk
beëindigd.
Menugids74
Batterij-informatie
Geef informatie weer over de batterij die in de
UT-1 is geplaatst. De weergave Levensduur
met vijf niveaus toont de levensduur: 0 geeft
aan dat de batterijprestaties maximaal zijn, 4
dat de levensduur van de batterij verstreken
is en de batterij moet worden vervangen.
Vertraging voor automatisch uit
Kies hoe lang de UT-1 aan blijft nadat de USBverbinding met de camera is verbroken.
MAC-adres
Toon het MAC-adres van de hardware
geselecteerd voor Kies hardware (068).
Firmwareversie
Opties / Batterij-informatie
Geef de huidige firmwareversie van de UT-1
weer.
Menugids 75
Opties
76
Menugids
Bijlagen
Een FTP-server creëren
Beelden kunnen worden geüpload naar FTP-servers die zijn aangemaakt
met behulp van de standaard FTP-diensten in Windows 8, Windows 8
Enterprise/Pro, Windows 7 (Professional/Enterprise/Ultimate),
Windows Vista (Ultimate/Business/Enterprise), Windows XP Professional
en Mac OS X versie 10.6. Onder Windows zijn Internet Information
Services (IIS) vereist voor het instellen van FTP-servers (installatieinstructies zijn beschikbaar via Microsoft). Gebruik alleen tekens die in het
toetsenbordveld verschijnen in het tekstinvoervenster van de camera
(070) voor instellingen zoals gebruikers-ID, wachtwoord en mapnamen.
De volgende instellingen worden gebruikt voor illustratieve
doeleinden:
• Windows 8/Windows 7............................................................................... 078
• Windows Vista................................................................................................ 085
• Windows XP ....................................................................................................092
• Mac OS X versie 10.6....................................................................................096
Bijlagen 77
Windows 8/Windows 7
1 Ga naar Centrum voor netwerk en delen.
Een FTP-server creëren
Klik Configuratiescherm > Netwerk en internet >
Netwerkcentrum.
2 Geef de lijst met netwerkadapters weer.
Klik op Adapterinstellingen wijzigen.
3 Open het dialoogvenster netwerkeigenschappen.
Als u een verbinding maakt via een draadloze LAN-adapter, klik
dan met de rechtermuisknop op Wi-Fi (Windows 8) of Draadloze netwerkverbinding (Windows 7) en selecteer Eigenschappen.
Als u een verbinding maakt via Ethernet, klik dan met de
rechtermuisknop op Ethernet (Windows 8) of LAN-verbinding
(Windows 7) en selecteer Eigenschappen.
78
Bijlagen
4 Geef TCP/IP-instellingen weer.
Selecteer Internet Protocol versie 4 (TCP/IPv4) en klik op
Eigenschappen.
5 Voer een IP-adres en subnetmasker in.
Voer een IP-adres en subnetmasker in voor de FTP-server en klik
op OK.
Een FTP-server creëren
Bijlagen
79
6 Sluit het dialoogvenster netwerkeigenschappen.
Klik op Sluiten.
Een FTP-server creëren
7 Open administratieve tools.
Klik op Configuratiescherm > Systeem en veiligheid >
Administratieve tools.
80
Bijlagen
8 Open de IIS-manager.
Dubbelklik op Beheer van Internet Information Services (IIS).
9 Selecteer FTP-site toevoegen...
Klik met de rechtermuisknop op de gebruikersnaam van de
computer en selecteer FTP-site toevoegen...
Een FTP-server creëren
Bijlagen
81
10
Voer site-informatie in.
Geef de site een naam en kies het pad naar de map die zal
worden gebruikt voor FTP-upload. Klik op Volgende om verder
Een FTP-server creëren
te gaan.
A Anoniem inloggen
Om anoniem inloggen toe te staan moet u een map in de publieke map van
de gebruiker als inhoudsdirectory selecteren.
82
Bijlagen
11
Kies binding- en SSL-opties.
Selecteer het IP-adres dat is ingevoerd in stap 5, noteer het
poortnummer, selecteer FTP-site automatisch starten en vink
Geen SSL aan. Klik op Volgende om verder te gaan.
Een FTP-server creëren
Bijlagen
83
12
Kies verificatie-opties.
Pas de instellingen aan zoals hieronder beschreven en klik op
Voltooien.
Een FTP-server creëren
• Verificatie: Basis
• Toegang toestaan tot: Alle gebruikers
• Machtigingen: Lezen/Schrijven
84
Bijlagen
Windows Vista
1 Geef de netwerkverbindingen weer.
Klik op Start > Bedieningspaneel > Netwerk- en
internetinstellingen > Netwerkverbinding > Beheer
Netwerkverbindingen.
2 Open het dialoogvenster netwerkeigenschappen.
Als u bent verbonden via ethernet, klik met de rechtermuisknop
op LAN-verbinding en selecteer Eigenschappen. Als u bent
verbonden via een adapter voor draadloos LAN, selecteer
Eigenschappen in het contextmenu voor Draadloze
netwerkverbinding.
3 Klik op Toestaan.
Een dialoogvenster “Gebruikersaccountbeheer” zal worden
weergegeven; klik op Toestaan.
Een FTP-server creëren
Bijlagen
85
4 Geef TCP/IP-instellingen weer.
Selecteer Internet Protocol versie 4 (TCP/IPv4) en klik op
Eigenschappen.
Een FTP-server creëren
86
Bijlagen
5 Voer een IP-adres en subnetmasker in.
Voer een IP-adres in en subnetmasker voor de FTP-server en klik
op OK.