Nikon 1 V2 Operating manual [nl]

DIGITALE CAMERA
Nl

Inhoudsopgave

Uw camera optimaal benutten ......................................................... 3
Productdocumentatie ........................................................................ 5
Voor uw veiligheid .............................................................................. 6
Kennisgevingen ................................................................................... 9
Inleiding 14
Pakketinhoud .....................................................................................14
Onderdelen van de camera ............................................................. 15
De camerabody ........................................................................................... 15
De monitor .................................................................................................... 17
De standknop ............................................................................................... 19
Eerste stappen....................................................................................20
De $ (weergave)-knop....................................................................... 23
Automatische stand 24
Foto’s maken in automatische stand............................................. 24
Livebeeldaanpassing................................................................................. 28
Foto’s bekijken...................................................................................30
Foto’s wissen ................................................................................................ 31
Films opnemen in automatische stand .........................................32
Standen t, u, v en w 33
Foto’s maken in de standen t, u, v en w ..................................34
t Automatisch programma.................................................................... 34
u Sluitertijdvoorkeuze.............................................................................. 35
v Diafragmavoorkeuze............................................................................36
w Handmatig............................................................................................... 37
Films opnemen in de standen t, u, v en w...............................39
Stand voor beste moment vastleggen 40
Trage weergave................................................................................. 40
Slimme fotoselectie .......................................................................... 43
Het bekijken van foto’s gemaakt met Slimme fotoselectie...... 45
De beste opname kiezen ..........................................................................45
Foto’s wissen.................................................................................................46
Geavanceerde filmstand 47
HD-films .............................................................................................. 47
Slow motion ....................................................................................... 51
Films bekijken.................................................................................... 54
Films wissen ..................................................................................................55
Stand Bewegingssnapshot 56
Opnemen in de stand Bewegingssnapshot ................................. 56
Bewegingssnapshots bekijken ....................................................... 59
Bewegingssnapshots wissen ..................................................................59
Meer informatie over fotografie 60
De standen Enkel beeld, Continu, Zelfontspanner en
Afstandsbediening...................................................................... 60
Continustand ................................................................................................60
Zelfontspanner- en afstandsbedieningsstand .................................62
De ingebouwde flitser...................................................................... 65
Een flitsstand kiezen...................................................................................66
Menugids 68
Opties voor weergavemenu .......................................................... 70
Opties voor opnamemenu ............................................................. 70
Opties voor setup-menu ................................................................. 72
1
Verbinding maken met een computer 73
De meegeleverde software installeren .........................................73
Systeemvereisten........................................................................................74
Foto’s op een computer bekijken en bewerken..........................75
Foto’s overzetten ........................................................................................75
Foto’s bekijken.............................................................................................76
Technische opmerkingen 78
Optionele accessoires ....................................................................... 78
Goedgekeurde geheugenkaarten ........................................................80
Opslag en reiniging........................................................................... 81
Opslag .............................................................................................................81
Reiniging ........................................................................................................81
Onderhoud van de camera en batterij: waarschuwingen.........82
Problemen oplossen .........................................................................86
Batterij/scherm ............................................................................................ 86
Opname (Alle standen)............................................................................. 87
Films................................................................................................................. 87
Weergave....................................................................................................... 88
Overige ........................................................................................................... 88
Foutmeldingen ..................................................................................89
Specificaties........................................................................................ 91
Nikon 1 V2 digitale camera...................................................................... 91
Gebruiksduur van de batterij.................................................................. 99
Index ..................................................................................................100
2

Uw camera optimaal benutten

Maak foto’s met de ontspanknop.
Door de ontspanknop in te drukken kan er in elke stand worden gefotografeerd. In de stand Bewegingssnapshot (0 56) legt de camera altijd een kort filmvignet vast.
Maak films met de filmopnameknop.
Films kunnen worden opgenomen door de filmknop in te drukken in de standen automatisch, geavanceerde film,
t, u, v en w. Kies automatische stand (0 24) voor basis opnemen, geavanceerde filmstand (0 47)
voor meer geavanceerde technieken.
3
Gefeliciteerd met de aanschaf van deze Nikon digitale camera. Voor een complete gids betreffende het gebruik van uw digitale camera, zie de Naslaggids (op cd). Lees deze Gebruikshandleiding grondig door, zodat u zeker weet dat u de camera optimaal benut en bewaar de handleiding op een plaats waar iedereen die het product gebruikt deze kan lezen.
Camera-instellingen
Deze handleiding gaat er steeds van uit dat de standaardinstellingen worden gebruikt.
Symbolen en conventies
Om u te helpen de gewenste informatie gemakkelijker te vinden, worden de volgende symbolen en conventies gebruikt:
Dit pictogram staat bij waarschuwingen; informatie die moet worden
D
gelezen voor gebruik om schade aan de camera te vermijden.
Dit pictogram staat bij opmerkingen; informatie die moet worden
A
gelezen voordat u de camera gebruikt.
Dit pictogram staat bij verwijzingen naar andere pagina’s in deze
0
handleiding.
Het objectief dat over het algemeen in deze handleiding voor illustratieve doeleinden wordt gebruikt is een 1 NIKKOR VR 10-30mm f/3.5-5.6.
A Voor uw veiligheid
Lees eerst de veiligheidsinstructies in “Voor uw veiligheid” (0 6–8) en “Onderhoud van de camera en batterij: waarschuwingen” voordat u de camera voor de eerste keer gebruikt (0 82).
4

Productdocumentatie

De volgende documentatie is met de camera meegeleverd.
Gebruikshandleiding (deze handleiding)— Geeft uitleg over het maken en bekijken van
DIGITALE CAMERA
Gebruikshandleiding
foto’s.
Nl
Naslaggids (op cd)—Een complete gids betreffende het gebruik van uw digitale camera, inclusief een pdf-bestand op de meegeleverde cd-rom van de Naslaggids.
De Naslaggids kan met behulp van Adobe Reader of Adobe Acrobat Reader 5.0 of hoger worden geraadpleegd, gratis te downloaden op de Adobe-website.
1 Start de computer en plaats de cd van de naslaggids. 2 Dubbelklik op het cd-pictogram (Nikon 1 V2) in Computer of
Mijn Computer (Windows) of op het bureaublad (Mac OS).
3 Dubbelklik op het INDEX.pdf-pictogram om een
taalselectiescherm weer te geven en klik op een taal om de Naslaggids weer te geven.
5

Voor uw veiligheid

Als u schade aan uw Nikon-product of letsel aan uzelf of anderen wilt voorkomen, dient u de volgende veiligheidsinstructies goed door te lezen voordat u dit product gaat gebruiken. Bewaar deze veiligheidsinstructies op een plaats waar iedereen die het product gebruikt ze kan lezen.
De mogelijke gevolgen van het niet in acht nemen van de veiligheidsinstructies in dit hoofdstuk worden met het volgende pictogram aangegeven:
Dit pictogram staat bij waarschuwingen. Lees om mogelijk letsel te
A
voorkomen alle waarschuwingen voordat u dit Nikon-product gebruikt.
❚❚WAARSCHUWINGEN
Zorg dat de zon buiten beeld blijft. Zorg er bij
A
onderwerpen met tegenlicht voor dat de zon ver buiten beeld blijft. Als zonlicht in de camera convergeert doordat de zon zich in of dicht bij het beeld bevindt, kan dit brand veroorzaken.
Kijk niet via de zoeker in de zon. In de zon of
A
andere sterke lichtbronnen kijken via de zoeker kan tot blijvende vermindering van het gezichtsvermogen leiden.
De dioptrieregelaar van de zoeker gebruiken.
A
Wanneer u de dioptrieregelaar van de zoeker gebruikt met het oog tegen de zoeker, dient u op te passen dat u niet per ongeluk uw vinger in u w oog steekt.
Zet het apparaat onmiddellijk uit in geval van
A
storing. Indien er rook of een ongewone geur vrijkomt uit het apparaat of de lichtnetadapter (apart verkrijgbaar), haalt u onmiddellijk de stekker van de lichtnetadapter uit het stopcontact en verwijdert u de batterij. Pas daarbij op dat u zich niet verbrandt. Voortgaand gebruik kan leiden tot letsel. Nadat u de batterij hebt verwijderd, brengt u het apparaat voor onderzoek naar een door Nikon geautoriseerd servicecenter.
Gebruik het apparaat niet in de nabijh eid van
A
ontvlambaar gas. Gebruik elektronische apparatuur niet in de nabijheid van ontvlambaar gas, omdat dit kan leiden tot explosie of brand.
Haal het apparaat niet uit elkaar. Aanraking
A
van interne onderdelen kan tot letsel leiden. In geval van een defect mag dit product uitsluitend worden gerepareerd door een gekwalificeerde reparateur. Mocht het product openbreken als gevolg van een val of ander ongeluk, verwijder dan de batterij en/of koppel de lichtnetadapter los en breng het product voor onderzoek naar een door Nikon geautoriseerd servicecenter.
Buiten bereik van kinderen houden. Het niet
A
in acht nemen van deze waarschuwing kan leiden tot letsel. Bovendien dient u er rekening mee te houden dat kleine delen verstikkingsgevaar kunnen opleveren. Mocht een kind een onderdeel van dit apparaat hebben ingeslikt, raadpleeg dan onmiddellijk een arts.
Plaats de polsriem niet om de hals van
A
kinderen. Het dragen van de camerapolsriem om de nek kan bij kinderen leiden tot verstikking.
6
Vermijd langdurig contact met de camera,
A
batterij of lader zo lang als de apparaten ingeschakeld of in gebruik zijn
apparaat kunnen zeer warm worden. Langdurige aanraking van het apparaat met de huid kan lichte brandwonden tot gevolg hebben.
Richt de flitser niet op de bestuurder van een
A
motorvoertuig. Het niet in acht nemen van deze waarschuwing kan leiden tot ongelukken.
Wees voorzichtig bij het gebruik van de flitser
A
Het gebruik van de camera met de flit-
ser terwijl deze zich dicht bij de huid of andere voorwerpen bevindt, kan brandwonden veroorzaken.
Het gebruik van de flitser dicht bij de
ogen van een persoon kan leiden tot tijdelijke vermindering van het gezichtsvermogen. Pas extra goed op als u kleine kinderen fotografeert. De flitser mag zich niet op minder dan één meter van de persoon bevinden.
Vermijd contact met vloeibare kristallen.
A
Mochten de weergaveschermen breken, pas dan op dat u zich niet verwondt aan de glassplinters en dat de vloeibare kristallen uit de weergaveschermen niet in aanraking komen met uw huid, ogen of mond.
Neem de juiste voorzorgsmaatregelen in acht
A
bij het gebruik van batterijen. Batterijen kunnen bij onjuist gebruik gaan lekken of ontploffen. Neem de volgende voorzorgsmaatregelen in acht bij het gebruik van de batterijen bij dit product:
Gebruik alleen batterijen die zijn
goedgekeurd voor gebruik in dit apparaat.
U mag de batterij niet kortsluiten of uit
elkaar halen.
Zorg ervoor dat het product is
uitgeschakeld voordat u de batterij vervangt. Als u een lichtnetadapter gebruikt, moet u deze eerst loskoppelen.
. Delen van het
Plaats batterijen niet ondersteboven
of achterstevoren.
Stel batterijen niet bloot aan vuur of
hoge temperaturen.
U mag batterijen niet blootstellen aan
of onderdompelen in water.
Plaats het afdekkapje van de batterij
terug wanneer u de batterij vervoert. Vervoer of bewaar de batterij niet samen met metalen voorwerpen, zoals halskettingen of haarspelden.
Volledig ontladen batterijen kunnen
gaan lekken. Als u schade aan het product wilt voorkomen, dient u een ontladen batterij te verwijderen.
Als de batterij niet in gebruik is, plaatst
u het afdekkapje op de contactpunten en bergt u de batterij op een koele, droge plaats op.
Direct na gebruik of als het product
gedurende een langere periode op de batterij heeft gewerkt, kan de batterij zeer warm zijn. Zet de camera daarom uit en laat de batterij afkoelen voordat u deze verwijdert.
Stop onmiddellijk met het gebruik van
een batterij als u veranderingen opmerkt, zoals verkleuring of vervorming.
7
Neem de juiste voorzorgsmaatregelen in acht
A
bij het gebruik van de lader:
Houd het product droog. Het niet in
acht nemen van deze waarschuwing kan leiden tot brand of een elektrische schok.
U mag de ladercontacten niet
kortsluiten. Het niet in acht nemen van deze waarschuwing kan leiden tot oververhitting en schade aan de lader.
Verwijder stof op of bij metalen
onderdelen van de stekker met een droge doek. Voortgaand gebruik kan leiden tot brand.
Tijdens onweer mag u niet in de buurt
van de lader komen. Het niet in acht nemen van deze waarschuwing kan leiden tot een elektrische schok.
Houd de stekker of de lader niet met
natte handen vast. Het niet in acht nemen van deze waarschuwing kan leiden tot een elektrische schok.
Gebruik het product niet met
reisadapters of adapters die ontworpen werden om een voltage om te zetten naar een ander voltage of met omzetters voor gelijkstroom naar wisselstroom. Het niet in acht nemen van deze voorzorgsmaatregel kan schade aan het product, oververhitting of brand veroorzaken.
Gebruik geschikte kabels. Als u kabels op de
A
in- en uitgangen aansluit, gebruik dan uitsluitend de meegeleverde kabels of kabels die Nikon voor het beoogde doel verkoopt. Zo weet u zeker dat u de voorschriften voor dit product naleeft.
Cd-roms: Cd-roms met software of
A
gebruikshandleidingen mogen niet op audio-cd-apparatuur worden afgespeeld. Het afspelen van een cd-rom op een audio-cd-speler kan gehoorverlies of schade aan de apparatuur veroorzaken.
8

Kennisgevingen

Niets uit de handleidingen die bij dit
product horen, mag in enigerlei vorm of op enigerlei wijze worden verveelvoudigd, uitgezonden, overgezet of opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand of worden vertaald in een andere taal zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van Nikon.
Nikon behoudt zich het recht voor de specificaties van de hardware en de software die in deze handleidingen zijn beschreven op elk gewenst moment zonder aankondiging te wijzigen.
Nikon is niet aansprakelijk voor enige schade die voortkomt uit het gebruik van dit product.
Hoewel al het mogelijke in het werk is gesteld om ervoor te zorgen dat de informatie in deze handleidingen accuraat en volledig is, stellen we het ten zeerste op prijs als u eventuele fouten of onvolkomenheden onder de aandacht wilt brengen van de Nikon­vertegenwoordiger in uw land/regio (adres apart vermeld).
9
Kennisgevingen voor klanten in Europa
WAARSCHUWING: GEVAAR VOOR EXPLOSIE ALS BATTERIJ WORDT VERVANGEN DOOR EEN ONJUIST TYPE. VOER BATTERIJEN AF VOLGENS DE INSTRUCTIES.
Dit pictogram geeft aan dat dit product via gescheiden inzameling moet worden afgevoerd.
Het volgende is alleen van toepassing op gebruikers in Europese landen:
Dit product moet gescheiden van het overige afval worden ingeleverd bij een daarvoor bestemd inzamelingspunt. Gooi niet samen met het huishoudelijk afval weg.
Neem voor meer informatie contact op met de leverancier of de gemeentelijke reinigingsdienst.
Dit symbool op de batterij duidt aan dat de batterij afzonderlijk moet worden ingezameld.
Het volgende is alleen van toepassing op gebruikers in Europese landen:
Alle batterijen, al dan niet voorzien van dit symbool, moeten afzonderlijk worden ingezameld op een geschikt inzamelpunt. Gooi dit product niet weg als huishoudafval.
Neem voor meer informatie contact op met de leverancier of de gemeenteli jke reinigingsdienst.
10
Mededeling betreffende het verbod op kopiëren en reproduceren
Let erop dat alleen al het bezit van materiaal dat digitaal is gekopieerd of gereproduceerd door middel van een scanner, digitale camera of ander apparaat wettelijk strafbaar kan zijn.
Voorwerpen die volgens de wet niet mogen
worden gekopieerd of gereproduceerd
Kopieer of reproduceer geen papiergeld, munten, waardepapieren of obligaties van (plaatselijke) overheden, zelfs niet als dergelijke kopieën of reproducties worden voorzien van een stempel “Voorbeeld” of “Specimen”.
Het kopiëren of reproduceren van papiergeld, munten of waardepapieren die in het buitenland in omloop zijn, is verboden.
Tenzij vooraf toestemming is verleend, is het kopiëren of reproduceren van ongebruikte door de overheid uitgegeven postzegels of briefkaarten verboden.
Het kopiëren of reproduceren van door de overheid uitgegeven postzegels en gecertificeerde wettelijke documenten is verboden.
Wegwerpen van opslagmedia
Houd er rekening mee dat de oorspronkelijke beeldgegevens niet volledig worden verwijderd als u beelden wist of geheugenkaarten of andere opslagmedia formatteert. Met behulp van in de handel verkrijgbare software is het soms mogelijk verwijderde bestanden op weggeworpen opslagmedia alsnog te herstellen, wat misbruik van persoonlijke beeldgegevens tot gevolg kan hebben. De gebruiker is zelf verantwoordelijk voor de privacybescherming van dergelijke gegevens.
Wis alle gegevens met behulp van speciale software alvorens een opslagmedium weg te werpen of aan een ander over te dragen . Een alternatief is het medium eerst te formatteren en vervolgens geheel te vullen met beelden zonder persoonlijke informatie (bijvoorbeeld foto’s van de lucht). Voorkom letsel bij het fysiek vernietigen van opslagmedia.
Waarschuwingen met betrekking tot het
kopiëren of reproduceren van bepaalde waardepapieren
De overheid heeft waarschuwingen uitgevaardigd met betrekking tot het kopiëren of reproduceren van waardepapieren uitgegeven door commerciële instellingen (aandelen, wissels, cheques, cadeaubonnen en dergelijke), vervoerspassen of coupons, behalve als het gaat om een minimum aantal kopieën voor zakelijk gebruik door een bedrijf. Het is eveneens niet toegestaan om door de overheid uitgegeven paspoorten, vergunningen van overheidsinstellingen en andere instanties, identiteitsbewijzen, toegangsbewijzen, pasjes en maaltijdbonnen te kopiëren of te reproduceren.
Auteursrechten
Het kopiëren of reproduceren van creatief materiaal waarop het auteursrecht rust, zoals boeken, muziek, schilderijen, houtsneden, afdrukken, plattegronden, tekeningen, films en foto’s, is onderhevig aan nationale en internationale auteurswetten. Gebruik dit product niet om illegale kopieën te maken of voor andere activiteiten die het auteursrecht schenden.
11
AVC Patent Portfolio License
D
IT PRODUCT IS GELICENTIEERD ONDER DE AVC PATENT PORTFOLIO LICENSE VOOR HET PERSOONLIJK EN NIET-COMMERCIEEL GEBRUIK DOOR EEN CONSUMENT OM (i) VIDEO TE CODEREN IN OVEREENSTEMMING MET DE AVC-STANDAARD (“AVC-VIDEO”) EN/OF (ii) AVC-VIDEO TE DECODEREN DIE DOOR EEN CONSUMENT WERD GECODEERD IN HET KADER VAN EEN PERSOONLIJKE EN NIET-COMMERCIËLE ACTIVITEIT EN/OF WERD VERKREGEN VAN EEN VIDEOLEVERANCIER DIE OVER EEN LICENTIE BESCHIKT OM AVC-VIDEO AAN TE BIEDEN. ER WORDT GEEN LICENTIE VERLEEND OF GESUGGEREERD VOOR ENIG ANDER GEBRUIK. VOOR MEER INFORMATIE KUNT U TERECHT BIJ MPEG
LA, L.L.C. Z
IE http://www.mpegla.com
Temperatuurwaarschuwingen
De c amer a kan warm aanv oelen tijd ens g ebru ik; di t is n orma al en duid t niet op ee n defect. Bij hoge omgevingstemperaturen, na langdurig continu gebruik, of nadat verschillende foto’s in snelle opeenvolging werden gemaakt, wordt mogelijk een temperatuurwaarschuwing weergegeven, waarna de camera automatisch wordt uitgeschakeld om schade aan de interne schakelingen te beperken. Wacht tot de camera is afgekoeld voordat het gebruik wordt hervat.
Gebruik uitsluitend elektronische accessoires van het merk Nikon
Nikon camera’s zijn ontwikkeld volgens de hoogste standaards en bevatten complexe elektronische schakelingen. Alleen elektronische accessoires van het merk Nikon (inclusief batterijladers, batterijen, lichtnetadapters en flitsaccessoire s) die door Nikon speciaal zijn gecertificeerd voor gebruik met deze digitale camera, zijn ontwikkeld om binnen de operationele eisen en veiligheidseisen van deze elektronische schakelingen te werken en zijn met het oog daarop getest en goedgekeurd.
Gebruik van niet-originele elektronische accessoires kan schade aan de camera tot gevolg hebben die niet onder de Nikon­garantie valt. Het gebruik van oplaadbare Li-ionbatterijen van andere fabrikanten, die niet zijn voorzien van het holografische zegel van Nikon (zie rechts), kan de normale werking van de camera verstoren of ertoe leiden dat de batterijen oververhit raken, vlam vatten, scheuren of gaan lekken.
Neem voor meer informatie over originele Nikon-accessoires contact op met een door Nikon geautoriseerde leverancier.
12
Gebruik uitsluitend accessoires van Nikon
D
Alleen originele Nikon-accessoires die door Nikon specifiek zijn gecertificeerd voor gebruik met uw digitale camera van Nikon, zijn ontworpen en getest om te voldoen aan de geldende veiligheids- en functioneringsvoorschriften. HET GEBRUIK VAN NIET-ORIGINELE NIKON-ACCESSOIRES
KAN SCHADE AAN UW CAMERA TOT GEVOLG HEBBEN EN KAN UW GARANTIE VAN NIKON DOEN VERVALLEN.
Onderhoud van camera en accessoires
A
De camera is een precisieapparaat dat regelmatig onderhoud vereist. Nikon raadt een ieder aan de camera eens per jaar of per twee jaar te laten nakijken door de leverancier of een door Nikon geautoriseerde servicevertegenwoordiger en elke drie tot vijf jaar een onderhoudsbeurt te geven (houd er rekening mee dat hieraan kosten zijn verbonden). Regelmatige inspectie en onderhoud worden vooral aanbevolen wanneer u de camera voor professionele doeleinden gebruikt. Het wordt aanbevolen om tegelijkertijd met uw camera eventuele accessoires die u veel gebruikt, zoals objectieven of optionele flitsers, te laten nakijken en onderhouden.
Voordat u belangrijke foto’s gaat maken
A
Voordat u foto’s gaat maken van belangrijke gelegenheden (zoals een huwelijk of reis), kunt u het beste enkele testopnamen maken om te controleren of de camera goed werkt. Nikon is niet aansprakelijk voor schade of gederfde winst veroorzaakt door het onjuist functioneren van het product.
Permanente kennisoverdracht
A
Als onderdeel van Nikons inzet voor “permanente kennisoverdracht” met het oog op doorlopende productondersteuning en -educatie is voortdurend bijgewerkte informatie online beschikbaar op de volgende sites:
Voor gebruikers in de VS: http://www.nikonusa.com/
Voor gebruikers in Europa en Afrika: http://www.europe-nikon.com/support/
Voor gebruikers in Azië, Oceanië en het Midden-Oosten: http://www.nikon-asia.com/
Bezoek de sites om up-to-date te blijven met de nieuwste productinformatie, tips, antwoorden op veelgestelde vragen (FAQs) en algemeen advies over digital imaging en digitale fotografie. Aanvullende informatie kan mogelijk worden verstrekt door de Nikon-importeur in uw land/regio. Bezoek de volgende website voor contactgegevens: http://imaging.nikon.com/
13

Inleiding

s

Pakketinhoud

Controleer of het pakket de volgende onderdelen bevat:
s
Nikon 1 V2 digitale camera
BS-N3000 afdekking voor multi-accessoirepoort
BF-N1000 bodydop
EN-EL21 oplaadbare Li-ionbatterij
(met afdekkapje)
UC-E19 USB-kabel
AN-N1000 riem ViewNX 2/ Short Movie Creator CD
Geheugenkaarten worden afzonderlijk verkocht.
Garantie Gebruikshandleiding
(deze handleiding)
14
MH-28 batterijlader
(lichtnetadapter meegeleverd in landen of regio's waar vereist; vorm is afhankelijk van land van verkoop)
Objectief (alleen meegeleverd indien
objectiefset samen met de camera is aangeschaft; wordt met voorste en achterste objectiefdoppen geleverd)
Naslaggids CD
(bevat deze Naslaggids)

Onderdelen van de camera

Neem even de tijd om vertrouwd te raken met de bedienings­onderdelen en aanduidingen van de camera. Leg eventueel een boekenlegger in dit hoofdstuk, zodat u het gemakkelijk kunt terugvinden terwijl u de rest van de handleiding leest.

De camerabody

s
18
9
7 8 10 11
6 5
4 3
2 1
17
1 Infraroodontvanger..........................63, 87
2 Bevestigingsmarkering ..........................22
3 AF-hulpverlichting
Zelfontspannerlampje............................62
Lampje rode-ogenreductie...................65
4 Hoofdschakelaar ......................................22
5 Ontspanknop ................. 26, 41, 44, 49, 57
6 Oogje voor polsriem ...............................20
7 Aan/uit-lampje .........................................22
8 Filmopnameknop ...................... 32, 39, 48
9 Instelschijf..................................................30
19
12
20
13
6
14
15
16
10 Standknop .................................................19
11 M knop (flitser) ..........................................65
12 Filmvlakmarkering (E) 13 Luidspreker 14 Microfoon 15 Objectiefontgrendeling 16 Objectiefvatting
17 Bodydop .....................................................79
18 Afdekking voor multi-accessoir epoort 19 Multi-accessoirepoort
20 Ingebouwde flitser ..................................65
15
1
2 3 4
De camerabody (vervolg)
s
16
15
19
18
14
17
Druk op de multi-selector omhoog, omlaag, links of rechts (1,3, 4, of 2), of draai aan de multi-selector zoals rechts aangeduid.
1 Dioptrieregelaar .......................................18
2 Elektronische zoeker ...............................18
3 Oogsensor .................................................18
4 & (functie)-knop..................28, 42, 50, 58
5 Monitor................................................17, 23
6 Multi-selector............................................69
J (OK)-knop.............................................69
A (AE-L/AF-L) E (belichtingscorrectie)
M (flitsstand)..............................................66
C (continuopname/
zelfontspanner)................................60, 62
7 Toegangslampje geheugenkaart ........26
8 Vergrendeling batterijvak/deksel van de
kaartsleuf
* TA-N100 statiefadapter wordt niet ondersteund.
11
1213
9 Afdekking van de stroomaansluiting
voor optionele stroomaansluiting
10 Deksel batterijvak/geheugenkaartsleuf 11 Statiefaansluiting
12 O (wissen)-knop ...................31, 46, 55, 59
13 $ (weergave)-knop ..........................23
14 Deksel aansluitingen
15 G (menu)-knop.................................68
16 K (weergave)-knop ................. 30, 45, 59
17 USB-aansluiting........................................75
18 HDMI mini-pinaansluiting 19 Aansluiting voor externe microfoon...79
10
*
5
6
7
8
9
J-knop
16

De monitor

36 35
Batterij volledig
GEEN
PICTOGRAM
opgeladen of gedeeltelijk ontladen.
Batterij bijna
H
leeg.
1 Opnamestand ...........................................19
2 Belichtingsstand ......................................70
Livebeeldaanpassing ..............................28
3 Aanduiding flexibel programma .........34
4 Flitsstand....................................................65
5 Zelfontspanner-/
afstandsbedieningsstand.....................60
Continustand
6 Actieve D-Lighting *................................71
7 Picture Control *.......................................71
8 Witbalans *.................................................71
9 Filminstellingen (HD-films) *.................71
Beeldsnelheid
(films in slow motion)
10 Beeldformaat *..........................................70
11 Beeldkwaliteit *.........................................70
12 Scherpstelstand *.....................................71
13 AF-veldstand *..........................................71
14 Gezichtprioriteit *..............................27, 71
15 Scherpstelveld ...................................26, 71
16 AF-veldhaakjes
17 Flitscorrectie..............................................71
18 Belichtingscorrectie
19 Flitsgereedaanduiding ...........................65
20 “K” (verschijnt als er genoeg geheugen
vrij is voor meer dan 1000 opnamen)
* Alleen beschikbaar in gedetailleerde weergave.
*
..........................................60
*
34 33 32 31 30 29 28
*
.........................71
21 Aantal resterende opnamen
Aantal resterende opnamen tot
buffergeheugen vol is Aanduiding witbalansopname Aanduiding kaartwaarschuwing
22 Beschikbare tijd .................................48, 52
23 ISO-gevoeligheid .....................................71
24 ISO-gevoeligheidsaanduiding..............71
Automatische
ISO-gevoeligheidsaanduiding
25 Diafragma ...........................................36, 37
26 Sluitertijd ............................................35, 37
27 Lichtmeting ...............................................71
28 Batterijaanduiding
29 Stil fotograferen *.....................................70
30 HDR..............................................................71
31 Aanduiding GP S-verbinding 32 Aanduiding E ye-Fi-verbinding 33 Aanduiding v ergrendeling
automatische belichting (AE)/
autofocus (AF)
34 Microfoongevoeligheid
35 Verstreken tijd ................................... 48, 52
36 Opnameaanduiding .........................48, 52
421 3 5 6 7 8 9 10 11
2127
222325 2426 20
*
*
*
*
12 13 14
15 16 17
18 19
s
17
De elektronische zoeker
A
Gebruik de zoeker wanneer door heldere lichtomstandigheden de weergave in de monitor moeilijk te zien is. De zoekerweergave schakelt in wanneer u uw oog tegen de zoeker
s
houdt en is identiek aan wat er wordt getoond op pagina 17; de monitor schakelt automatisch uit. Merk op dat de monitor kan uitschakelen en de zoeker aan kan schakelen wanneer u uw vinger of andere voorwerpen in de buurt van de oogsensor plaatst; zorg ervoor dat u de sensor niet bedekt wanneer u de monitor gebruikt.
Gebruik de dioptrieregelaar om de weergave scherp te stellen. Wanneer u de regelaar gebruikt met het oog tegen de zoeker, dient u op te passen dat u niet per ongeluk uw vingers of uw vingernagels in uw oog steekt.
Oogsensor
18

De standknop

De camera biedt u de keuze uit de volgende opnamestanden:
Standknop
Automatische stand (0 24): laat de camera de instellingen voor foto’s en films selecteren.
Geavanceerde filmstand (0 47): kies de belichtingsstand voor HD-films of neem films op in slow motion.
Stand Bewegingssnapshot (0 56): elke keer als de sluiter ontspant, legt de camera een foto en ongeveer 1,6 sec. aan filmopnamen vast. Wanneer het resultaat van “Bewegingssnapshot” wordt bekeken op de camera, wordt de film in slow motion in ongeveer 4 sec. weergegeven, gevolgd door de foto.
Stand voor beste moment vastleggen (0 40): kies het moment waarop de sluiter wordt ontspannen terwijl de scène in slow motion wordt afgespeeld (trage weergave), of laat de camera de beste opname kiezen op basis van compositie en beweging (Slimme fotoselectie).
s
Standen t, u, v en w (0 33): bedien sluitertijd en diafragma voor geavanceerde fotografische effecten.
t: Automatisch programma (0 34)
u: Sluitertijdvoorkeuze (0 35)
v: Diafragmavoorkeuze (0 36)
w: Handmatig (0 37)
19

Eerste stappen

Bevestig de camerariem.
1
Bevestig de riem stevig aan de twee cameraoogjes.
s
Laad de batterij op.
2
Plaats de batterij in de batterijlader lege batterij laadt in circa twee uur volledig op. Haal de lader uit het stopcontact en verwijder de batterij zodra het opladen is voltooid.
A
Afhankelijk van het land of de regio van aankoop, wordt er mogelijk ook een stekkeradapter meegeleverd. De vorm van de adapter varieert naargelang het land of de regio van aankoop. Til, bij een meegeleverde stekkeradapter, de stekker op en plaats de stekkeradapter zoals rechts aangeduid, en controleer of stekker volledig is geplaatst. Een poging tot het geforceerd verwijderen van de stekkeradapter kan het product beschadigen.
q en steek de lader in w. Een
Batterij wordt opgeladen
Opladen voltooid
De stekkeradapter
20
Plaats de batterij en een geheugenkaart.
3
Controleer of de batterij en geheugenkaart op de juiste manier zijn geplaatst. Gebruik de batterij om de oranje batterijvergrendeling naar één zijde ingedrukt te houden, schuif de batterij in de camera totdat deze vergrendelt en schuif vervolgens de geheugenkaart in de camera totdat deze op zijn plaats klikt.
Voorkant
Geheugenkaarten formatteren
A
Als dit de eerste keer is dat de geheugenkaart in de camera wordt gebruikt of als de kaart in een ander apparaat is geformatteerd, selecteer Geheugenkaart formatt. in het setup-menu en volg de aanwijzingen op het scherm om de kaart te formatteren (0 72). Merk wel op dat hierdoor
alle gegevens op de kaart permanent worden verwijderd. Kopieer foto’s en andere
gegevens die u wilt bewaren daarom naar een computer alvorens verder te gaan.
s
21
s
Bevestig een objectief.
4
Let goed op dat er geen stof in de camera komt wanneer het objectief of de bodydop is verwijderd.
Bevestigingsmarkering (objectief)
Bevestigingsmarke­ring (camera)
Bevestigingsmarkering (objectief)
Zet de camera aan.
5
Draai aan de hoofdschakelaar om de camera in te schakelen. Het aan/ uit-lampje brandt korte tijd groen en de monitor schakelt in. Vergeet niet de objectiefdop te verwijderen alvorens te fotograferen.
De camera uitschakelen
A
Draai opnieuw aan de hoofdschakelaar om de camera uit te schakelen. De monitor schakelt uit.
Controleer het batterijniveau en het aantal resterende opnamen in de monitor (0 17).
22
Zorg dat de markeringen in lijn staan, plaats het objectief op de camera en draai vervolgens totdat het op zijn plaats klikt.
Batterijniveau
Resterende opnamen
Objectieven met knoppen voor de intrekbare objectiefcilinder
A
Objectieven met knoppen voor de intrekbare objectiefcilinder kunnen niet worden gebruikt wanneer ingetrokken. Om het objectief te ontgrendelen en te verlengen, houd de knop voor de intrekbare objectiefcilinder ingedrukt (q) terwijl er aan de zoomring wordt gedraaid (w). De camera schakelt automatisch in wanneer de vergrendeling van de intrekbare objectiefcilinder wordt ontspannen. Het objectief kan worden ingetrokken en de zoomring kan worden vergrendeld door de knop voor de intrekbare objectiefcilinder in te drukken en de ring in de tegenovergestelde richting te draaien. Als het beeld door het objectief wordt weergegeven of de monitor uit is, schakelt de camera automatisch uit wanneer de objectiefcilinder is vergrendeld (in het geval van 1 NIKKOR VR 10–30mm f/3.5–5.6 en 1 NIKKOR VR 30–110mm f/3.8–5.6 objectieven, is firmwareversie 1.10 of hoger vereist als het vergrendelen van de objectiefcilinder de camera moet uitschakelen terwijl de monitor uit is; voor informatie over het updaten van objectieffirmware, bezoek de Nikon-website voor uw regio). Druk niet op de knop voor de intrekbare objectiefcilinder terwijl het objectief wordt bevestigd of verwijderd. Trek het objectief in voor het verwijderen
.
❚❚ Een taal kiezen en de cameraklok instellen
Bij de eerste keer inschakelen van de camera wordt een taalselectievenster weergegeven. Gebruik de multi-selector om een taal, tijdzone en datumnotatie te kiezen, schakel zomertijd in of uit en stel de 24-uurs klok van de camera in. Druk daarbij na elke stap op J om naar het volgende venster te gaan.
De $ (weergave)-knop
Druk op $ om door de opname- en weergaveaanduidingen te bladeren.
s
$-knop
23

Automatische stand

z
Maak foto’s en films. De camera past automatisch de instellingen aan zodat ze geschikt zijn voor het onderwerp.

Foto’s maken in automatische stand

z
Selecteer automatische stand.
1
Draai de standknop naar C.
Maak de camera gereed.
2
Houd de camera met beide handen stevig vast, en let daarbij op dat u het objectief, de AF-hulpverlichting of de microfoon niet blokkeert. Draai de camera, zoals rechtsonder weergegeven, bij het maken van foto’s in de portretstand (staand).
De sluitertijden zijn langer wanneer er weinig licht is; gebruik van de ingebouwde flitser (0 65) of een statief wordt aanbevolen.
24
Kadreer de foto.
3
Plaats uw onderwerp in het midden van het beeld.
Een zoomobjectief gebruiken
A
Gebruik de zoomring om op het onderwerp in te zoomen, zodat het een groter gebied van het beeld vult, of zoom uit om het zichtbare gebied in de definitieve foto te vergroten (selecteer langere brandpuntsafstanden op de schaal voor de brandpuntsafstand om in te zoomen, kortere brandpuntsafstanden om uit te zoomen).
Inzoomen
Het raster
A
Er kan een raster worden weergegeven door Aan voor Rasterweergave in het setup-menu (0 72) te selecteren.
Zoomring
Uitzoomen
z
25
z
Stel scherp.
4
Druk de ontspanknop half in om scherp te stellen. Als het onderwerp slecht belicht wordt, gaat mogelijk de AF­hulpverlichting (0 15) branden om te helpen bij de scherpstelbewerking.
Als de camera kan scherpstellen, wordt het geselecteerde scherpstelveld groen gemarkeerd en klinkt een signaal (er klinkt mogelijk geen signaal als het onderwerp beweegt).
Als de camera niet kan scherpstellen, wordt het scherpstelveld rood weergegeven.
Maak de foto.
5
Druk voorzichtig de ontspanknop hele maal in om de sl uiter te ontspannen en de foto te vast te leggen. Het toegangslampje van de geheugenkaart brandt en de foto wordt enkele seconden in de monitor weergegeven (de foto verdwijnt automatisch uit het scherm en de camera is klaar voor gebruik wanneer de ontspanknop half wordt ingedrukt). Werp de
geheugenkaart niet uit of verwijder of ontkoppel niet de voedingsbron voordat het toegangslampje uit is en de opname is voltooid.
Scherpstelveld
Toegangslampje
geheugenkaart
26
Gezichtprioriteit
A
De camera detecteert en stelt scherp op portretonderwerpen (gezichtprioriteit). Een dubbele gele rand wordt weergegeven wanneer de camera een portretonderwerp voor de camera detecteert (wanneer de camera meerdere gezichten, maximaal vijf, detecteert, selecteert de camera het onderwerp dat het dichtst bij is). Druk de ontspanknop half in om scherp te stellen op het onderwerp in de dubbele gele rand. De rand verdwijnt uit het weergavescherm zodra de camera niet langer in staat is het onderwerp te detecteren (omdat het onderwerp bijvoorbeeld wegkijkt).
Automatische onderwerpselectie
A
In de automatische stand analyseert de camera automatisch het onderwerp en selecteert de geschikte scène. De geselecteerde scène wordt in de monitor getoond.
c Portret: portretten van mensen. d Landschap: landschappen en stadsgezichten. f Nachtportret: portretten tegen een donkere achtergrond. e Close-up: onderwerpen dicht bij de camera. g Nachtlandschap: onderbelichte landschappen en stadsgezichten.
Automatisch: onderwerpen die niet in de hierboven vermelde categorieën
Z
vallen.
Automatisch uitschakelen
A
Als er gedurende ongeveer één minuut geen handelingen worden uitgevoerd, schakelen de weergaveschermen uit en begint het aan/uit­lampje te knipperen. De camera kan opnieuw worden geactiveerd door de knoppen, standknop of andere camerabesturingen te bedienen. Als er gedurende 3 minuten nadat de schermen zijn uitgeschakeld, geen handelingen worden uitgevoerd, schakelt de camera automatisch uit.
Scènepictogram
z
27

Livebeeldaanpassing

Met de livebeeldbesturingen kunt u vooraf zien hoe wijzigingen aan elke bedieningsknop de uiteindelijke foto beïnvloeden. Druk op & en gebruik de instelschijf om een livebeeldbesturing voor de automatische stand te kiezen. Draai aan
z
de instelschijf om een optie te markeren en druk op de instelschijf om het effect te bekijken.
Draai aan de instelschijf om de geselecteerde optie aan te passen. Druk opnieuw op & om livebeeldbesturingen te verbergen.
&-knop
Instelschijf
Actieve D-Lighting: behoud details in hoge lichten en schaduwen voor een natuurlijk contrast.
Actieve D-Lighting: hoog Actieve D-Lighting: laag
28
Effect verhogen
Effect verlagen
Achtergrond verzachten: verzacht achtergronddetails om uw onderwerp naar voren te brengen, of stel zowel achtergrond als voorgrond scherp.
Scherpe achtergrond Verzachte achtergrond
Bewegingsaanpassing: suggereer beweging door bewegende voorwerpen onscherp te maken of “bevries” bewegingen om bewegende voorwerpen duidelijk vast te leggen.
Achtergrond verscherpen
z
Achtergrond verzachten
Bevroren beweging
Onscherpe beweging
Beweging bevriezen Beweging onscherp
Helderheidsaanpassing: maak foto’s lichter of
maken
Lichter
donkerder.
DonkerderLichter Donkerder
Livebeeldaanpassing
D
Wanneer livebeeldregeling in werking is, kunnen de ingebouwde flitser en optionele flitsers niet worden gebruikt en wordt er slechts één foto gemaakt bij het volledig indrukken van de ontspanknop, zelfs als I is geselecteerd in het menu continu/zelfontspanner.
29

Foto’s bekijken

Druk op K om de meest recente foto volledig in de monitor weer te geven (schermvullende weergave).
z
Druk op 4 of 2 of draai aan de multi­selector om andere foto’s te bekijken.
Draai de instelschijf naar rechts om op het midden van het huidige beeld in te zoomen. Draai naar links om uit te zoomen. Om meerdere afbeeldingen tegelijkertijd te bekijken, draai de instelschijf naar links wanneer de foto in volledig scherm wordt weergegeven.
Om het afspelen te beëindigen en terug te keren naar de opnamestand, drukt u de ontspanknop half in.
K-knop
Instelschijf
Zie ook
A
Zie pagina 70 voor informatie over diashows.
30

Foto’s wissen

Druk op O om de huidige foto te wissen. Merk op dat eenmaal gewiste foto’s niet kunnen worden hersteld.
Geef de foto weer.
1
Geef de foto weer die u wenst te wissen, zoals beschreven op de voorgaande pagina.
Druk op O.
2
Er wordt een bevestigingsvenster weergegeven.
O-knop
Wis de foto.
3
Druk opnieuw op O om de foto te wissen en ga terug naar weergave, of druk op K om af te sluiten zonder de foto te wissen.
z
Meerdere foto’s wissen
A
De optie Wissen in het weergavemenu (0 70) kan worden gebruikt voor het selecteren van foto’s, alle foto’s of foto’s die op geselecteerde data zijn vastgelegd.
31

Films opnemen in automatische stand

In de automatische stand kan de filmopnameknop worden gebruikt om films met geluid bij een beeldverhouding van 16 : 9 vast te leggen (de filmuitsnede wordt in het scherm weergegeven). Druk op de filmopnameknop om de opname te
z
beginnen en stoppen.
Fotograferen tijdens opname
A
Door de ontspanknop volledig in te drukken, kunnen tijdens het opnemen op elk gewen st moment foto’s worden gemaakt. De filmopname wordt niet onderbroken.
Zie ook
A
Zie pagina 54 voor informatie over het bekijken van films.
Filmopnameknop
32
Standen t, u, v en w
#
De standen t, u, v en w bieden verschillende instellingsniveaus voor sluitertijd en diafragma. Kies een stand en pas de instellingen aan overeenkomstig uw creatieve wensen.
❚❚ Instellingen aanpassen
In de standen t, u, v en w zijn de onderstaande instellingen rechtstreeks toegankelijk vanuit de opnameweergave. Druk op de &-knop en draai aan de instelschijf om een instelling te markeren en druk op de instelschijf om te selecteren.
Picture Control (0 71)
Lichtmeting (0 71)
Zodra geselecteerd, kan de instelling worden gewijzigd door aan de instelschijf te draaien. Druk opnieuw op de instelschijf om de wijz igin gen o p te slaa n en k eer t erug naar de opnamestand.
Witbalans (0 71)
Scherpstelstand (0 71 )
AF-veldstand (0 71)ISO-gevoeligheid (0 71)
#
33
Foto’s maken in de standen t, u, v en w
t Automatisch programma
In deze stand past de camera automatisch de sluitertijd en het diafragma aan voor een optimale belichting in de meeste situaties. Deze stand wordt aanbevolen voor snapshots en andere situaties waarin u de sluitertijd en het diafragma door de camera wilt laten bepalen.
❚❚ Een combinatie van sluitertijd en diafragma kiezen
#
Hoewel de door de camera gekozen sluitertijd en het diafragma optimale resultaten produceren, kunt u ook uit andere combinaties kiezen die dezelfde belichting (“flexibel programma”) produceren. Draai de instelschijf naar rechts voor grote diafragma’s (lage f-waarden) die achtergronddetails onscherp maken of lange sluitertijden die beweging “bevriezen”. Draai de instelschijf naar links voor kleine diafragma’s (hoge f-nummers) die scherptediepte verhogen of lange sluitertijden die beweging onscherp maken. U wordt weergegeven terwijl flexibel programma actief is.
Standaardinstellingen voor sluitertijd en diafragma herstellen
A
Om de standaardinstellingen voor sluitertijd en diafragma te herstellen, draai aan de instelschijf totdat U niet langer wordt weergegeven, kies een andere stand, draai aan de standknop of schakel de camera uit. De standaard sluitertijd en diafragma worden automatisch hersteld wanneer de camera naar de stand-by-stand gaat.
Instelschijf
34
u Sluitertijdvoorkeuze
In de stand sluitertijdvoorkeuze kunt u zelf een sluitertijd kiezen, waarna de camera automatisch het diafragma kiest dat de optimale belichting oplevert. Een lange sluitertijd suggereert beweging door bewegende voorwerpen onscherp weer te geven en snelle sluitertijden om bewegingen te “bevriezen”.
#
Korte sluitertijd (
1
/
160 0 sec.) Lange sluitertijd (1 sec.)
❚❚ Een sluitertijd kiezen
Draai de instelschijf naar rechts voor kortere sluitertijden, links voor langere sluitertijden. Kies uit waarden tussen 30 sec. en
1
/
4000 sec. De elektronische sluiter,
die kan worden ingeschakeld door het selecteren van Aan voor Stil fotograferen (0 70) of door een beeldsnelheid van 15, 30 of 60 bps (0 70) in continuopnamestand te kiezen (0 60), ondersteunt al sluitertijden
1
/
16.000 sec.; de langst beschikbare
vanaf sluitertijd voor de elektronische sluiter is 30 sec. (stil fotograferen) of
1
/
60 sec. (15, 30 en
60 bps continu).
Continu-opname
A
De geselecteerde sluitertijd kan veranderen wanneer continu-opname (0 60) actief is.
Instelschijf
35
v Diafragmavoorkeuze
In de stand diafragmavoorkeuze kunt u zelf het diafragma kiezen terwijl de camera automatisch de sluitertijd selecteert die de optimale belichting produceert. Grote diafragma’s (lage f-waarden) verminderen scherptediepte, zodat voorwerpen achter en voor het hoofdonderwerp onscherp zijn. Kleine diafragma’s (hoge f-waarden) verhogen scherptediepte, zodat voorwerpen achter en voor het hoofdonderwerp naar voren worden gebracht. Een beperkte scherptediepte wordt doorgaans gebruikt voor portretten om achtergronddetails onscherp te maken, terwijl een grote
#
scherptediepte wordt gebruikt voor landschapsfoto’s om zowel de voorgrond als de achtergrond scherp te krijgen.
Groot diafragma (f/5.6) Klein diafragma (f/16)
❚❚ Een diafragma kiezen
Draai de instelschijf naar rechts voor kleine diafragma’s (hogere f-waarden) en omlaag voor grotere diafragma’s (lagere f-waarden). De minimum- en maximumwaarden zijn afhankelijk van het gebruikte objectief.
Instelschijf
36
w Handmatig
In de handmatige belichtingsstand bedient u zowel de sluitertijd als het diafragma.
❚❚ Een sluitertij d en diafragma kiezen
Pas de sluitertijd en het diafragma aan met betrekking tot de belichtingsaanduiding (zie hieronder). Sluitertijd wordt ingesteld door de instelschijf naar rechts te draaien voor kortere sluitertijden en links voor langere sluitertijden: kies uit waarden tussen 30 sec. en sec. wanneer de elektronische sluiter wordt ingeschakeld door het selecteren van Aan voor Stil fotograferen, of
1
/
4000 sec. (30 sec. en
1
/
60 sec. en
1
/
16.000
1
/
16.000
Instelschijf
sec. wanneer de elektronische sluiter wordt ingeschakeld door het selecteren van een beeldsnelheid van 15, 30 of 60 bps in continu-opnamestand; 0 60, 70), of selecteer “Bulb“ of “Tijd” om de sluiter voor onbepaalde tijd open te houden voor een lange tijdopname. Selecteer het diafragma door de multi-selector naar rechts te draaien voor kleinere diafragma’s (hogere f-waarden) en naar links voor grotere diafragma’s (lagere f-waarden): kies uit de minimale en maximale waarden van het objectief.
#
37
De belichtingsaanduiding
A
Wanneer er andere sluitertijden dan “Bulb” of “Tijd” worden geselecteerd, toont de belichtingsaanduiding of de foto met de huidige instellingen onder- of overbelicht zou zijn.
Optimale belichting Onderbelichting met
1
/
3 LW Overbelicht met meer dan 2 LW
#
Continu-opname
A
De geselecteerde sluitertijd kan veranderen wanneer continu-opname (0 60) actief is.
38
Films opnemen in de standen t, u, v en w
In de standen t, u, v en w kan de filmopnameknop worden gebruikt om films met geluid bij een beeldverhouding van 16 : 9 vast te leggen (de hoeken van de filmuitsnede worden in het scherm weergegeven). Druk op de filmopnameknop om de opname te beginnen en stoppen. Merk op dat ongeacht de geselecteerde methode, films worden opgenomen met behulp van belichting voor automatisch programma; selecteer de geavanceerde filmstand om de belichting aan te passen bij het opnemen van films (0 47).
Fotograferen tijdens opname
A
Door de ontspanknop volledig in te drukken, kunnen op elk gewenst moment foto’s worden gemaakt tijdens de opname. De filmopname wordt niet onderbroken.
Zie ook
A
Zie pagina 54 voor informatie over het bekijken van films.
Filmopnameknop
#
39

Stand voor beste moment vastleggen

b
Deze stand is ideaal voor onderwerpen die snel veranderen en moeilijk zijn vast te leggen. Kies het moment waarop de sluiter wordt ontspannen terwijl de scène in slow motion wordt afgespeeld (trage weergave), of laat de camera de beste opname kiezen op basis van compositie en beweging (Slimme fotoselectie).

Trage weergave

In deze stand legt de camera een korte serie foto’s vast en speelt ze af in slow motion zodat dat u het juiste moment voor een foto kunt
b
kiezen. Terwijl de ontspanknop half wordt ingedrukt, legt de camera maximaal 40 beelden in circa 1,3 sec. vast en speelt ze af in een slow motion continuloop. Wanneer het door u te behouden beeld wordt weergegeven, druk de ontspanknop dan volledig in om het huidige beeld vast te leggen en gooi de resterende afbeeldingen weg.
Selecteer u-stand.
1
Draai de standknop naar u.
Kadreer de foto.
2
Stel de foto samen met uw onderwerp in het midden van het beeld.
40
Druk de ontspanknop half in.
3
De camera stelt scherp (0 26) en zal vervolgens, in een tijdspanne van circa 1,3 sec., 40 beelden in een tijdelijk buffergeheugen vastleggen.
Bekijk de bufferinhoud.
4
Houd de ontspanknop half ingedrukt om de beelden in de buffer in een continue loop van circa 6 sec. lang af te spelen. De positie van het huidige beeld wordt aangeduid door een voortgangsaanduiding.
Leg het gewenste beeld vast.
5
Druk de ontspanknop volledig in om het huidige beeld vast te leggen en gooi de resterende afbeeldingen weg. Ontspan de knop zonder deze in zijn geheel in te drukken om af te sluiten zonder een foto vast te leggen.
Voortgangsaanduiding
b
41
❚❚ Een opnamestand kiezen
Door de &-knop in de stand voor beste moment vastleggen in te drukken worden de volgende opties weergegeven. Draai aan de instelschijf om het gewenste opnamemoment te markeren en druk op de instelschijf om te selecteren.
Trag e weergave: maak foto’s in de stand voor trage weergave (0 40).
Slimme fotoselectie: maak foto’s met behulp van Slimme fotoselectie (0 43).
b
&-knop
42

Slimme fotoselectie

Kies de stand Slimme fotoselectie zodat de camera u kan helpen bij het maken van foto’s die een veranderende uitdrukking op het gezicht van een portretonderwerp vastleggen of bij andere moeilijk vast te leggen opnamen, zoals groepsfoto’s tijdens een feest. Elke keer als de sluiter wordt ontspannen, selecteert de camera automatisch de beste opname uit een aantal beste opnamekandidaten, op basis van compositie en beweging.
Selecteer u-stand.
1
Draai de standknop naar u.
Selecteer de stand Slimme fotoselectie.
2
Druk op & en draai aan de instelschijf om Slimme fotoselectie te markeren en druk op de instelschijf om te selecteren.
b
&-knop
43
b
Kadreer de foto.
3
Stel de foto samen met uw onderwerp in het midden van het beeld.
Begin met het bufferen van foto’s.
4
Druk de ontspanknop half in om scherp te stellen (0 26). Zodra de camera beelden vastlegt naar het buffergeheugen wordt een pictogram weergegeven. De camera past continu de scherpstelling aan om rekening te houden met wijzigingen in de afstand tot het onderwerp terwijl de ontspanknop half wordt ingedrukt.
Maak de foto.
5
Druk op soepele wijze de ontspanknop volledig in. De camera vergelijkt opnamen die zowel voor als na het volledig indrukken van de ontspanknop zijn opgenomen in de buffer, en selecteert 5 opnamen om naar de geheugenkaart te kopiëren. Houd er rekening mee dat dit enige tijd kan duren. De beste foto wordt enkele seconden in de monitor weergegeven zodra de opname is voltooid.
44

Het bekijken van foto’s gemaakt met Slimme fotoselectie

Druk op K en gebruik de multi-selector om foto’s gemaakt met Slimme fotoselectie weer te geven (0 30; foto’s gemaakt met Slimme fotoselectie worden aangeduid met een y- pictogram). Van de foto’s vastgelegd door Slimme fotoselectie, wordt alleen de beste opname weergegeven (wanneer u rechts op de multi-selector drukt om de volgende foto te bekijken, slaat de camera de beste opnamekandidaten over, met als resultaat dat het bestandsnummer van de volgende weergegeven foto niet onmiddellijk het nummer van de huidige foto opvolgt). Druk de ontspanknop half in om het afspelen te beëindigen en terug te keren naar de opnamestand.
K-knop

De beste opname kiezen

Wanneer een foto gemaakt met Slimme fotoselectie wordt weergegeven, kunt u uit de beste opname kiezen door op J te drukken. Druk op 4 of 2 om de andere foto’s in de r eeks te bekijken en d ruk op J om de huidige foto als de beste opname te selecteren. Druk op D om naar normale weergave terug te keren.
b
45

Foto’s wissen

Door het indrukken van O wanneer er een foto wordt geselecteerd die is gemaakt met Slimme fotoselectie wordt een bevestigingsvenster weergegeven; druk nogmaals op O om de beste foto en de beste fotokandidaten te wissen, of druk op K om af te sluiten zonder de foto’s te wissen. Merk op dat eenmaal gewiste foto’s
O-knop
niet kunnen worden hersteld.
b
Individuele foto’s wissen
A
Het indrukken van de knop O in het selectievenster voor de beste opname geeft de volgende opties weer; markeer een optie met behulp van de multi-selector en druk op J om te selecteren.
Dit beeld: wis de huidige foto (let op dat de foto die momenteel is geselecteerd als de beste opname niet kan worden gewist).
Alles beh. beste opname: wis de beste opnamekandidaten, maar niet de foto die momenteel is geselecteerd als de beste opname.
Er wordt een bevestigingsvenster weergegeven; markeer Ja en druk op J om het geselecteerde beeld of beelden te wissen.
Stand voor beste moment vastleggen
A
De camera kiest automatisch een onderwerpstand die past bij het onderwerp. Er kunnen geen films worden opgenomen, en het indrukken van de filmopnameknop heeft geen effect. De flitser kan niet worden gebruikt.
46

Geavanceerde filmstand

y
Kies deze stand om slow motion-films op te nemen of om high-definition (HD)-films op te nemen in de stand t, u, v of w.

HD-films

Neem films met geluid op bij een beeldverhouding van 16 : 9.
Selecteer geavanceerde filmstand.
1
Draai de standknop naar v. Een HD-filmuitsnede met een beeldverhouding van 16 : 9 verschijnt in de weergave.
Kadreer de beginopname.
2
Kadreer de beginopname door uw onderwerp in het midden van de weergave te plaatsen.
Het 0-pictogram
D
Een 0-pictogram geeft aan dat u geen films kunt opnemen.
Zie ook
A
Zie pagina 70 voor informatie over het kiezen van een belichtingsstand. Opties voor beeldformaat en beeldsnelheid worden beschreven op pagina
71.
y
47
y
Start de opname.
3
Druk op de filmopnameknop om de opname te beginnen. Een opnameaanduiding, de verstreken tijd en de beschikbare tijd worden weergegeven terwijl de opname bezig is.
Audio-opname
A
Zorg dat de microfoon niet wordt bedekt en houd er rekening mee dat de ingebouwde microfoon mogelijk geluiden opneemt die door de camera of het objectief worden veroorzaakt. Standaard stelt de camera continu scherp. Het item Opties voor filmgeluid in het opnamemenu beschikt over opties voor gevoeligheid en windruis voor zowel ingebouwde als externe microfoons (0 79).
Beëindig de opname.
4
Filmopnameknop
Opnameaanduiding/ verstreken tijd
Beschikbare tijd
Druk opnieuw op de filmopnameknop om de opname te beëindigen. De opname wordt automatisch beëindigd wanneer de maximale lengte is bereikt, de geheugenkaart vol is, een andere stand wordt geselecteerd, het objectief wordt verwijderd of de camera zeer warm wordt (0 12).
Maximale lengte
A
Bij standaardinstellingen kunnen HD-films maximaal 4 GB groot en maximaal 20 minuten lang zijn; merk op dat afhankelijk van de schrijfsnelheid van de geheugenkaart, de opname mogelijk wordt beëindigd voordat deze lengte is bereikt (0 80).
Filmopnameknop
Scherpstellings- en belichtingsvergrendeling
A
Scherpstelling en belichting vergrendelen terwijl de A-knop (multi­selector omhoog) wordt ingedrukt.
48
❚❚ Fotograferen tijdens HD-filmopname
Druk de ontspanknop volledig in om een foto te maken zonder de HD-filmopname te onderbreken. Foto’s gemaakt tijdens filmopname hebben een beeldverhouding van 3 : 2.
Fotograferen tijdens filmopname
A
Er kunnen maximaal 20 foto’s van elke filmopname worden gemaakt. Let op dat er geen foto’s kunnen worden gemaakt van films in slow motion.
y
49
❚❚ Het filmtype kiezen
Druk op & om te kiezen tussen opnemen in high-definition en slow motion, draai vervolgens aan de instelschijf om een van de volgende opties te markeren en druk op de instelschijf om te selecteren:
HD-film: neemt films op in HD (0 47).
Slow motion: opnemen van films in slow
motion (0 51).
&-knop
y
Films opnemen
D
Flikkeringen, banden of vertekeningen kunnen in de monitor en in de uiteindelijke film onder fluorescerende lampen of lampen met kwikdamp of natrium zichtbaar zijn, of wanneer de camera horizontaal wordt gepand of een voorwerp met hoge snelheid door het beeld beweegt (Flikkering en lijnen kunnen worden verminderd in HD-films door een optie voor Flikkerreductie te kiezen die overeenkomt met de frequentie van het lokale lichtnet, maar merk op dat de langst beschikbare sluitertijd bij 50 Hz, nabeelden veroorzaken wanneer de camera wordt gepand. Er kunnen ook gekartelde randen, kleurenranden, moiré en heldere vlekken verschijnen. Richt de camera niet naar de zon of andere sterke lichtbronnen tijdens het opnemen van films. Het niet in acht nemen van deze voorzorgsmaatregel kan leiden tot schade aan de interne schakelingen van de camera.
1
/
60 sec. bij 60 Hz bedraagt; 0 72). Heldere lichtbronnen kunnen
1
/
100 sec.
50

Slow motion

Neem geluidloze films op met een beeldverhouding van 8 : 3. Films worden opgenomen bij 400 bps en afgespeeld bij 30 bps.
Selecteer geavanceerde filmstand.
1
Draai de standknop naar v.
Selecteer de stand slow motion.
2
Druk op de &-knop en draai aan de instelschijf om Slow motion te markeren en druk op de instelschijf om te selecteren. Er verschijnt een slow motion filmuitsnede met een beeldverhouding van 8 : 3 in de weergave.
Kadreer de beginopname.
3
Kadreer de beginopname door uw onderwerp in het midden van de weergave te plaatsen.
&-knop
y
51
y
Stel scherp.
4
Start de opname.
5
Druk op de filmopnameknop om de opname te beginnen. Een opnameaanduiding, de verstreken tijd en de beschikbare tijd worden weergegeven terwijl de opname bezig is. De camera stelt scherp op het onderwerp in het midden van de weergave; gezichtsdetectie (0 27) is niet beschikbaar en scherpstelling en belichting kunnen niet worden aangepast.
Scherpstelveld
Filmopnameknop
Opnameaanduiding/ verstreken tijd
Beschikbare tijd
52
Beëindig de opname.
6
Druk opnieuw op de filmopnameknop om de opname te beëindigen. De opname wordt automatisch beëindigd wanneer de maximale lengte is bereikt, de geheugenkaart vol is, een andere stand wordt geselecteerd, het objectief wordt verwijderd of de camera zeer warm wordt (0 12).
Maximale lengte
A
Maximaal 3 seconden of 4 GB filmopnamen kunnen worden vastgelegd; merk op dat afhankelijk van de schrijfsnelheid van de geheugenkaart, de opname mogelijk wordt beëindigd voordat deze lengte is bereikt (0 80).
Zie ook
A
Opties voor beeldsnelheid worden beschreven op pagina 71.
Filmopnameknop
y
53

Films bekijken

Films worden aangeduid met een 1 pictogram in schermvullende weergave (0 30). Druk op J om weergave te starten.
1-pictogram/lengte
Aanduiding filmweergave/
huidige positie/totale lengte
y
De volgende bewerkingen kunnen worden uitgevoerd:
Functie Knop Beschrijving
Pauze Pauzeer het afspelen.
Afspelen J
Vooruit/
achteruit
Volume
aanpassen
Terug naar
schermvullende
weergave
Hervat het afspelen wanneer de film wordt gepauzeerd of tijdens achteruit/vooruit.
Druk op 4 om achteruit en op 2 om vooruit te gaan. De snelheid neemt toe bij elke keer indrukken, van 2× naar 4× naar 8× naar 16×.
/
Als het afspelen wordt gepauzeerd, gaat de film één beeld per keer achteruit of vooruit; houd de knop ingedrukt om ononderbroken achteruit of vooruit te gaan. U kunt tevens aan de multi-selector draaien om achteruit of vooruit te gaan terwijl het afspelen is gepauzeerd.
Draai aan de instelschijf om het volume aan te passen.
Druk op 1 of K om schermvullende
/K
weergave af te sluiten.
Gids Volume
54

Films wissen

Druk op O om de huidige film te wissen. Er wordt een bevestigingsvenster weergegeven; druk nogmaals op O om de film te wissen en keer terug naar afspelen, of druk op K om af te sluiten zonder de film te wissen. Merk op dat eenmaal gewiste films niet kunnen worden hersteld.
O-knop
y
55

Stand Bewegingssnapshot

9
Leg korte filmvignetten van uw foto’s vast. Telkens wanneer de sluiter wordt ontspannen, legt de camera één foto en ongeveer 1,6 sec. aan filmopnamen vast. Wanneer de verkregen “Bewegingssnapshot” op de camera te zien is, wordt de film in slow motion afgespeeld gedurende ongeveer 4 sec., gevolgd door de foto; het afspelen wordt ongeveer 10 sec. lang vergezeld door achtergrondmuziek.
9

Opnemen in de stand Bewegingssnapshot

Selecteer de stand Bewegingssnapshot.
1
Draai de standknop naar z.
Kadreer de foto.
2
Stel de foto samen met uw onderwerp in het midden van het beeld.
56
Begin met bufferen.
3
Druk de ontspanknop half in om scherp te stellen (0 26). Er wordt een pictogram weergegeven zodra de camera begint met het opnemen van filmopnamen naar het buffergeheugen.
Maak de foto.
4
Druk op soepele wijze de ontspanknop volledig in. De camera legt een foto vast, samen met ongeveer 1,6 sec. filmopnamen, beginnend voor en eindigend na het moment dat de ontspanknop volledig werd ingedrukt. Houd er rekening mee dat dit enige tijd kan duren. Zodra de opname is voltooid, wordt de foto enkele seconden weergegeven.
Het vignet met een foto beëindigen
A
Voor het vastleggen van dezelfde foto als het laat ste beeld in het filmvignet, selecteer 1,6 sec. / 0 sec. voor Film voor/na (0 71).
Ontspanknop half ingedrukt
Ontspanknop volledig
ingedrukt
9
Filmopnamen
57
❚❚ Een thema kiezen
Druk op & om achtergrondmuziek voor de film te kiezen en gebruik de instelschijf om te selecteren uit Schoonheid, Golven, Ontspanning en Tederheid. Draai aan de instelschijf om een optie te markeren en druk op de instelschijf om te selecteren.
&-knop
Druk op de $-knop om achtergrondmuziek voor het gemarkeerde
9
thema af te spelen en gebruik de instelschijf om het volume aan te passen.
$-knop
Stand Bewegingssnapshot
A
Live audio wordt niet opgenomen. Er kunnen geen films worden opgenomen met behulp van de filmopnameknop en de flitser kan niet worden gebruikt.
58

Bewegingssnapshots bekijken

Druk op K en gebruik de multi-selector om een Bewegingssnapshot (0 30; Bewegingssnapshots worden aangeduid door een z-pictogram) weer te geven. Door op J te drukken terwijl een Bewegingssnapshot wordt weergegeven, wordt het filmgedeelte in circa 4 sec. in slow motion afgespeeld, gevolgd door de foto; de achtergrondmuziek speelt gedurende 10 sec. af (gebruik de optie Thema wijzigen in het weergavemenu om andere achtergrondmuziek te kiezen; 0 70). Druk de ontspanknop half in om het afspelen te beëindigen en terug te keren naar de opnamestand.

Bewegingssnapshots wissen

Druk op O om de huidige Bewegingssnapshot te wissen. Er wordt een bevestigingsvenster weergegeven; druk opnieuw op O om de foto en film te wissen en terug te keren naar weergave, of druk op K om af te sluiten zonder het bestand te wissen. Let op dat eenmaal gewiste
Bewegingssnapshots niet kunnen worden hersteld.
K-knop
9
O-knop
59

Meer informatie over fotografie

t

De standen Enkel beeld, Continu, Zelfontspanner en Afstandsbediening

Door op 4 (C) op de multi-selector te drukken, wordt een scala aan sluiterontspanstanden voor stil fotograferen weergegeven:
8 Enkel beeld: de camera maakt één voor één foto’s.
Continu: de camera maakt foto’s terwijl de ontspanknop wordt ingedrukt.
I
De snelheid kan worden geselecteerd met behulp van de optie Continu in het opnamemenu (0 70).
E Zelfontspanner: vertraagd ontspannen van de sluiter (0 62).
# Afstandsbediening: de sluiter gebruikt een afstandsbediening (0 62).

Continustand

Om foto’s in de continustand te maken:
Geef de opties voor de ontspanstand weer.
1
t
Druk op 4 (C) om de opties voor de ontspanstand weer te geven.
Selecteer I.
2
Markeer I en druk op J.
Stel de opname samen en begin met fotograferen.
3
De camera maakt foto’s terwijl de ontspanknop volledig wordt ingedrukt.
60
Continustand
D
De optie Continu in het opnamemenu bied t de keuzemogelijkheid uit 5, 15, 30 en 60 bps (0 70). Beeldsnelheden van 15, 30 en 60 bps gebruiken een elektronische sluiter; behalve wanneer Aan is geselecteerd voor Stil fotograferen (0 70) en een mechanische sluiter wordt gebruikt bij een beeldsnelheid van 5 bps. De ingebouwde flitser kan worden gebruikt wanneer 5 bps is geselecteerd, maar er wordt slechts één foto gemaakt iedere keer dat de ontspanknop wordt ingedrukt; bij instellingen van 15, 30 en 60 bps flitst zal de ingebouwde flitser niet flitsen. Bij 15 bps is het maximumaantal te maken opnamen in een enkele serieopname circa 45, terwijl bij 30 en 60 bps het maximum circa 40 is.
Het toegangslampje van de geheugenkaart brandt wanneer foto’s op de geheugenkaart worden vastgelegd. Afhankelijk van de opnameomstandigheden en de schrijfsnelheid van de geheugenkaart duurt het opslaan ongeveer één minuut. Als de batterij leeg is voordat alle foto’s zijn opgeslagen, wordt de ontspanknop uitgeschakeld en worden de resterende foto’s overgezet naar de geheugenkaart.
Continuopname is niet beschikbaar in de stand voor beste moment vastleggen, geavanceerde film of de stand Bewegingssnapshot wanneer livebeeldaanpassing in de automatische stand (0 28) wordt gebruikt, of wanneer Aan is geselecteerd voor HDR in het opnamemenu (0 71).
t
61

Zelfontspanner- en afstandsbedieningsstand

De zelfontspanner en optionele ML-L3-afstandsbediening (0 79) kunnen worden gebruikt voor het verminderen van cameratrillingen of het maken van zelfportretten.
Voor het gebruik van de ML-L3-afstandsbediening
A
Verwijder voor het eerste gebruik van de afstandsbediening de plastic isolatiestrook van de batterij.
Geef de opties voor de ontspanstand weer.
1
Druk op 4 (C) om de opties voor de ontspanstand weer te geven.
Selecteer de gewenste optie.
2
Gebruik de multi-selector om de gewenste optie te markeren en druk op J.
t
Monteer de camera op een statief.
3
Monteer de camera op een statief of plaats de camera op een stabiele, vlakke ondergrond.
Kadreer en maak de foto.
4
Zelfontspannerstand: druk de ontspanknop half in om scherp te stellen en druk vervolgens de knop volledig in. Het zelfontspannerlampje begint te knipperen en er klinkt een geluidssignaal. Twee seconden voordat de foto wordt gemaakt, stopt het zelfontspannerlampje met knipperen en volgen de geluidssignalen elkaar sneller op.
62
Afstandsbedieningsstand: richt, op een afstand van 5 m of minder, de ML-L3 op de infraroodontvanger op de voorkant van de camera (0 15) en druk op de ontspanknop van de ML-L3. Als 2 sec.
vertraging is geselecteerd voor Afstandsbediening in het setup-menu
(0 72), zal het zelfontspannerlampje gedurende twee seconden branden voordat de sluiter wordt ontspannen. Als Snelle ontspanning is geselecteerd, zal het zelfontspannerlampje knipperen nadat de sluiter werd ontspannen.
Merk op dat de timer eventueel niet start of dat er eventueel geen foto kan worden gemaakt als de camera niet kan scherpstellen of als er zich andere situaties voordoen waarin de sluiter niet kan worden ontspannen. Het uitschakelen van de camera zorgt ervoor dat de zelfontspanner- en afstandsbedieningsstand worden geannuleerd. De afstandsbedieningsstand wordt automatisch geannuleerd wanneer er gedurende tien minuten na het selecteren van de stand in stap 2 geen handelingen worden uitgevoerd.
t
63
Filmstand
A
In de zelfontspannerstand, start en stopt de timer door in plaats van de filmopnameknop de ontspanknop in te drukken. In de afstandsbedieningsstand werkt de ML-L3-ontspanknop als de filmopnameknop voor de geavanceerde filmstand (0 47).
Een flitser gebruiken
A
Druk op de N-knop bij het gebruik van de ingebouwde flitser om de flitser op te klappen voorafgaand aan het fotograferen. De opname wordt onderbroken als de flitser omhoog wordt geklapt, terwijl de zelfontspanner of de timer voor vertraagde afstandsbediening aftelt.
In de afstandsbedieningsstand begint de flitser te laden terwijl de camera op het signaal van de afstandsbediening wacht. De camera reageert alleen op de ontspanknop op de afstandsbediening wanneer de flitser wordt geladen. Als rode-ogenreductie (0 65) wordt gebruikt wanneer Snelle ontspanning is geselecteerd voor Afstandsbediening in het setup-menu (0 72), zal de sluiter circa 1 seconde nadat het lampje van de rode-ogenreductie brandt, worden ontspannen. Als 2 sec. vertraging is geselecteerd, is er circa 2 seconden vertragi ng nadat de ontspanknop op de afstandsbediening wordt ingedrukt; het lampje van de rode-ogenreductie brandt vervolgens gedurende 1 seconde voordat de sluiter wordt
t
ontspannen.
Zie ook
A
Voor informatie over hoe lang de camera moet wachten op een signaal van de afstandsbediening, zie pagina 72. Zie pagina 72 voor informatie over het kiezen van de ontspanknopvertraging in de zelfontspannerstand.
64

De ingebouwde flitser

Druk op de N-knop om de flitser op te klappen. Het laden begint wanneer de flitser omhoog wordt geklapt; zodra het laden is voltooid, wordt een flitsgereedaanduiding (N) weergegeven wanneer de ontspanknop half wordt ingedrukt. De volgende flitsstanden zijn beschikbaar; kies een flitsstand zoals beschreven op de volgende pagina.
Invulflits: de flitser flitst bij elke opname. Gebruik wanneer het
N
onderwerp slecht belicht is of voor onder werpen met tegenlicht om schaduwen “in te vullen” (verlichten).
Rode-ogenreductie: het lampje voor rode-ogenreductie brandt voordat de flitser flitst, waardoor “rode-ogen” (veroorzaakt door
NY
lichtreflectie van het netvlies van uw onderwerp) worden verminderd.
Rode-ogen reductie + synchronisatie met lange sluitertijd: combineert rode­ogenreductie met lange sluitertijden om achtergronddetails bij
NYp
nacht of bij slechte lichtomstandigheden vast te leggen. Gebruik voor portretten gemaakt tegen een nachtelijke achtergrond.
Invulflits + synchronisatie met lange sluitertijd: combineert invulflits met
Np
lange sluitertijden om details van slecht verlichte achtergronden vast te leggen.
Tweede gordijn + synchronisatie met lange sluitertijd: combineert synchronisatie op het tweede gordijn (zie hieronder) met lange
Nr
sluitertijden om details van slecht verlichte achtergronden vast te leggen.
Synchronisatie op het tweede gordijn: terwijl in andere standen de flitser flitst zodra de sluiter opent, flitst de flitser in synchronisatie op het
Nq
tweede gordijn juist voordat de sluiter sluit, waardoor lichtbundels worden gecreëerd die bewegende lichtbronnen lijken te volgen.
N-knop
t
De ingebouwde flitser naar beneden laten zakken
A
Druk de flitser, om energie te besparen wanneer de flitser niet in gebruik is, voorzichtig naar beneden totdat de vergrendeling op zijn plaats klikt. Gebruik geen kracht. Het niet in acht nemen van deze voorzorgsmaatregel kan een defect product tot gevolg hebben.
65

Een flitsstand kiezen

Geef de opties voor de flitsstand weer.
1
Druk op 3 (N) om een lijst met flitsstanden weer te geven. De beschikbare standen verschillen afhankelijk van de opnamestand (0 19).
N Invulflits N Invulflits
NY Rode-ogenreductie NY Rode-ogenreductie
N Invulflits NY Rode-ogenreductie Nq Sync op het tweede gordijn
Selecteer een flitsstand.
2
t
Gebruik de multi-selector om een flitsstand (0 65) te markeren en druk op J om te selecteren.
Automatische stand t, v
Rode-ogenreductie +
NYp
u, w
sync met lange sluitertijd
Invulflits +
Np
sync met lange sluitertijd
Tweede gordijn +
Nr
sync met lange sluitertijd
66
De ingebouwde flitser gebruiken
A
De ingebouwde flitser kan alleen worden gebruikt in de automatische stand en de standen t, u, v en w; merk echter op dat de flitser niet kan worden gebruikt met livebeeldaanpassing (0 28) en niet zal flitsen wanneer Aan is geselecteerd voor HDR in het opnamemenu (0 71), of in stand I (0 60) wanneer een beeldsnelheid van 15, 30 of 60 bps is geselecteerd voor Continu in het opnamemenu (0 70). Als de flitser meerdere keren snel achter elkaar flitst, worden de flitser en sluiter mogelijk tijdelijk uitgeschakeld om de flitser te beschermen. Na een korte pauze kan het fotograferen worden hervat.
Voorwerpen vlakbij de camera worden mogelijk overbelicht in foto’s gemaakt met de flitser bij hoge ISO-gevoeligheden.
Verwijder de zonnekappen om vignettering te voorkomen en fotografeer op afstanden van ten minste 0,6 m. Bepaalde objectieven kunnen op grotere afstanden vignettering veroorzaken of het lampje van de rode­ogenreductie belemmeren, waardoor rode-ogenreductie wordt gehinderd. De volgende illustraties tonen het effect van vignettering veroorzaakt door schaduwen die worden geworpen door het objectief wanneer de ingebouwde flitser wordt gebruikt.
Schaduw Schaduw
Diafragma, gevoeligheid en flitsbereik
A
Flitsbereik varieert naargelang de gevoeligheid (equivalent aan ISO) en het diafragma. Met het standaard zoomobjectief bij een maximaal diafragma en ISO-gevoeligheid ingesteld op ISO 160 tot 6400, is het bereik circa 0,6 m– 7,0 m wanneer het objectief volledig is uitgezoomd; bij maximale zoom is dit 0,6 m–4,2 m.
t
67

Menugids

U
De meeste opname-, weergave- en instelopties zijn toegankelijk via de cameramenu’s. Druk op de G-knop om de menu’s te bekijken.
Tabs
Kies uit de volgende menu’s:
K Weergavemenu (0 70) B Setup-menu (0 72) C t u v w u z v Opnamemenu (0 70)
Opties in huidig menu.
U
Schuifbalk geeft positie in huidig menu aan.
G-knop
Menuopties
68
❚❚ De menu’s gebruiken
Gebruik de multi-selector om door de menu’s te navigeren.
Selecteer een menu.
1
Druk op 1 of 3 om tabs te markeren en druk op 2 om de cursor in het gemarkeerde menu te plaatsen.
Selecteer een item.
2
Druk op 1 of 3 om menuopties te markeren en druk op 2 om de opties voor het gemarkeerde item te bekijken.
Selecteer een optie.
3
Druk op 1 of 3 om de gewenste optie te markeren en druk op J om te selecteren.
Multi-selector
U
De menu’s gebruiken
A
De vermelde items kunnen variëren naargelang de camera-instellingen. Grijs weergegeven items zijn momenteel niet beschikbaar. Druk de ontspanknop half in om de menu’s af te sluiten en naar de opnamestand terug te keren (0 26).
69

❚❚ Opties voor weergavemenu

Optie Beschrijving
Wissen Wis meerdere afbeeldingen. Diashow Bekijk films en foto’s in een diashow. Controlebeeld Kies of foto’s worden weergegeven na het vastleggen.
Draai portret
DPOF-afdrukopdracht Maak digitale “printopdrachten”. Beveiligen Beveilig foto’s tegen onopzettelijk wissen. Score Voorzie foto’s van een score.
D-Lighting
Verkleinen Maak kleine kopieën van geselecteerde foto’s. Uitsnijden Maak uitgesneden kopieën van geselecteerde foto’s.
Film bewerken
Thema wijzigen Wijzig de thema’s voor bestaande Bewegingssnapshots.
Draai foto’s in de portretstand (staand) voor weergave tijdens afspelen.
Maak schaduwen in donkere foto’s of foto’s met tegenlicht helder, waarbij een geretoucheerde kopie wordt gecreëerd die afzonderlijk van het onaangepaste origineel wordt opgeslagen.
Maak kopieën van films waarvan ongewenste filmopnamen zijn bijgesneden.

❚❚ Opties voor opnamemenu

U
Optie Beschrijving
Opname-opties herstellen
Belichtingsstand
Beeldkwaliteit Kies een bestandsformaat en compressieverhouding. Beeldformaat Kies een formaat voor nieuwe foto’s. Continu Kies een beeldsnelheid voor continuopname (0 60). Stil fotograferen Kies of sluiter- en bedieningsgeluiden worden uitgezet. Aantal opgesl.
opnamen
Zet opname-opties terug naar de standaardwaarden.
Selecteer hoe de camera de sluitertijd en het diafragma instelt.
Kies het aantal opnamen geselecteerd door Slimme fotoselectie (0 43).
70
Optie Beschrijving
Beeldsnelheid
Filminstellingen
Film voor/na
Bestandsindeling
Lichtmeting Kies hoe de camera de belichting meet. Witbalans Pas instellingen voor verschillende soorten licht aan. ISO-gevoeligheid Regel de gevoeligheid van de camera t.o.v. het licht. Picture Control Kies hoe de camera foto’s verwerkt. Eigen Picture Control Maak eigen Picture Controls. Autom.
vertekeningscorr. Kleurruimte Kies een kleurruimte voor nieuwe foto’s.
Actieve D-Lighting
HDR
Ruisonderdr. lange belich.
Ruisonderdr. hoge ISO Verminder ruis bij hoge ISO-gevoeligheden. Opties voor filmgeluid Kies geluidsopnameopties.
Vibratiereductie
Scherpstelstand Kies hoe de camera scherpstelt. AF-veldstand Kies hoe het scherpstelveld wordt geselecteerd. Gezichtprioriteit Schakel gezichtprioriteit-AF in of uit. Ingeb.
AF-hulpverlichting
Flitserregeling
Flitscorrectie Regel de flitssterkte.
Selecteer een beeldsnelheid voor films in slow motion (0 51).
Kies een beeldformaat en beeldsnelheid voor HD-films (0 47).
Kies wanneer het filmgedeelte van Bewegingssnapshots wordt opgenomen (0 56).
Kies een bestandsindeling voor nieuwe Bewegingssnapshots (0 56).
Kies hoe de camera ton- en kussenvormige vertekeningen corrigeert.
Vermijd verlies van details in hoge lichten en schaduwen.
Verbeter details in felle lichten en schaduwen bij het fotograferen van onderwerpen met veel contrast.
Verminder ruis in lange tijdopnamen.
Pas de instellingen aan voor 1 NIKKOR-objectieven met vibratiereductie.
Regel de ingebouwde AF-hulpverlichting.
Kies een flitsstand voor de ingebouwde flitser en optionele flitsers.
U
71

❚❚ Opties voor setup-menu

Optie Beschrijving
Setup-opties herstellen
Geheugenkaart formatt.
Ontspan. bij geen kaart
Schermhelderheid Pas de schermhelderheid aan. Rasterweergave Geef een raster weer. Automatisch
uitschakelen Zelfontspanner Kies de vertraging voor de zelfontspanner.
Afstandsbediening
Duur afstandsbediening
AE/AF-L-knop toewijzen
AE-vergr. met ontspankn.
U
HDMI­apparaatbesturing
Flikkerreductie Vermindert flikkeringen of banden. Bestandsnr.
terugzetten Tijdzone en datum Stel de cameraklok in. Taal (Language) Selecteer een taal voor de cameraschermen. Autom. beeldrotatie Registreer de cameraoriëntatie op foto’s. Draadl. mobiele
adapter GPS Pas de instellingen voor optionele GPS-apparaten aan.
Pixel-mapping
Firmwareversie Geef de huidige firmwareversie weer.
Zet de setup-menuopties terug naar de standaardwaarden.
Formatteer de geheugenkaart.
Laat de sluiter ontspannen wanneer er geen geheugenkaart in de camera is geplaatst.
Kies de vertraging voor automatisch uitschakelen.
Kies de ontspanknopvertraging voor de afstandsbedieningsstand.
Kies hoe lang de camera wacht op een signaal van een ML-L3-afstandsbediening.
Kies de functie van de 1 (A)-knop.
Kies of de belichting vergrendelt wanneer de ontspanknop half wordt ingedrukt.
Kies of afstandsbedieningen voor HDMI-CEC-apparaten, waarop de camera is aangesloten, kunnen worden gebruikt voor het bedienen van de camera.
Zet de bestandsnummering terug.
Schakel de draadloze mobiele adapter in of uit.
Controleer en optimaliseer de beeldsensor van de camera en de beeldprocessors.
72

Verbinding maken met een computer

Q

De meegeleverde software installeren

Installeer de meegeleverde software voor het kopiëren van foto’s naar uw computer, voor het bekijken en bewerken van foto’s en het maken van korte films. Controleer voor het installeren van de software of uw systeem aan de vereisten op pagina 74 voldoet.
Plaats de installatie-cd.
1
Start de computer en plaats de ViewNX 2/Short Movie Creator CD. In Windows wordt het “Welcome”-venster van het installatieprogramma automatisch gestart; ga verder naar stap 2. Gebruikers van Mac OS moeten eerst dubbelklikken op het cd-pictogram ( ) op het bureaublad en vervolgens dubbelklikken op het Welcome-pictogram ( ).
Selecteer een taal.
2
Selecteer een taal en klik op Volgende. Klik op Region Selection (Regioselectie) om een andere regio te kiezen als de gewenste
taal niet beschikbaar is en kies vervolgens de gewenste taal (regioselectie is niet beschikbaar voor de Europese versie).
Start het installatieprogramma.
3
Klik op Installeren en volg de instructies op het scherm.
Sluit het installatieprogramma af.
4
Klik op Ja (Windows) of OK (Mac OS) wanneer de installatie is voltooid. De volgende software is geïnstalleerd:
ViewNX 2
Short Movie Creator
Apple QuickTime (alleen Windows)
Q
Verwijder de installatie-cd uit het cd-romstation.
5
Meegeleverde software
A
Zorg ervoor dat de nieuwste versies van de meegeleverde software zijn geïnstalleerd. Nikon Message Center 2 controleert periodiek op updates terwijl de computer met het internet is verbonden.
73

Systeemvereisten

De systeemvereisten voor ViewNX 2 zijn:
Foto’s/JPEG-films: Intel Celeron, Pentium 4 of Core-serie, 1,6 GHZ
CPU
Besturingssysteem
RAM
Vrije ruimte op
harde schijf
Monitor
CPU
Q
Besturingssysteem Mac OS X versie 10.6.8, 10.7.5 of 10.8.2
RAM 512 MB of meer (2 GB of meer aanbevolen)
Vrije ruimte op
harde schijf
Monitor
of hoger
H.264 films (weergave): 3,0 GHz Pentium D of hoger
H.264 films (bewerken): 2,6 GHz Core 2 Duo of hoger
Vooraf geïnstalleerde versies van Windows 7 Home Basic/Home Premium/Professional/Enterprise/Ultimate (64- en 32-bit edities; Service Pack 1), Windows Vista Home Basic/Home Premium/ Business/Enterprise/Ultimate (64- en 32-bit edities; Se rvice Pack 2) of Windows XP Home Edition/Professional (alleen 32-bit edities; Service
Pack 3)
Windows 7/Windows Vista: 1 GB of meer (2 GB of meer aanbevolen)
Windows XP: 512 MB of meer (2 GB of meer aanbevole n)
Minimaal 500 MB beschikbaar op de opstartdisk (1 GB of meer aanbevolen)
Resolutie: 1024 × 768 pixels (XGA) of meer (1280 × 1024 pixels/SXGA
of meer aanbevolen)
Kleur : 24-bit kleuren (True Color) of meer
Foto’s/JPEG-films: Intel Core of Xeon-serie
H.264 films (wee rgave): 2 GHz Pentium D of hoger
H.264 films (bewerken) : 2,6 GHz Core 2 Duo of hoger
Minimaal 500 MB beschikbaar op de opstartdisk (1 GB of meer aanbevolen)
Resolutie: 1024 × 768 pixels (XGA) of meer (1280 × 1024 pixels/SXGA
of meer aanbevolen)
Kl eur: 24-bit kleuren (miljoenen kleuren) of meer
Windows
Mac OS
Bewegingssnapshots
A
ViewNX 2 is vereist om Bewegingssnapshot s te bekijken die zijn opgeslagen met behulp van de optie Bestandsindeling > NMS-bestanden in het opnamemenu (0 71).
Ondersteunde besturingssystemen
A
Zie de websites vermeld op pagina 13 voor de nieuwste informatie over ondersteunde besturingssystemen.
74

Foto’s op een computer bekijken en bewerken

Foto’s overzetten

Kies hoe foto’s naar de computer worden gekopieerd.
1
Kies een van de volgende methodes:
Directe USB-verbinding: schakel de camera uit en zorg dat de geheugenkaart in de camera zit. Sluit de camera op de computer aan met behulp van de meegeleverde USB-kabel (oefen geen kracht uit en steek de stekker recht in de aansluiting) en zet de camera vervolgens aan.
SD-kaartsleuf: indien uw computer is voorzien van een SD-kaartsleuf, kan de kaart rechtstreeks in de sleuf worden geplaatst.
SD-kaartlezer: sluit een kaartlezer (apart verkrijgbaar van een willekeurig merk) op de computer aan en plaats de geheugenkaart.
Start het onderdeel Nikon Transfer 2 van ViewNX 2.
2
Indien er een bericht wordt weergegeven met de melding dat u een programma moet kiezen, selecteer dan Nikon Transfer 2.
Windows 7
A
Selecteer Nikon Transfer 2 zoals hieronde r beschreven, indien het volgende venster wordt weergegeven.
1 Onder Afbeeldingen en video's
importeren, klik op Ander programma. Er wordt een
programmaselectievenster weergegeven; selecteer Bestand importeren met Nikon Transfer 2 en klik op OK.
2 Dubbelklik op Bestand importeren.
Q
75
Klik op Overspelen starten.
3
Bij standaardinstellingen worden alle foto’s op de geheugenkaart naar de computer gekopieerd.
Beëindig de verbinding.
4
Schakel de camera uit en ontkoppel de USB-kabel als de camera op de computer is aangesloten. Gebruikt u een kaartlezer of kaartsleuf, kies dan de juiste optie in het besturingssysteem van de computer om de verwijderbare disk overeenkomstig de geheugenkaart uit te werpen en verwijder vervolgens de kaart uit de kaartlezer of kaartsleuf.

Foto’s bekijken

Zodra de overdracht is voltooid, worden de foto’s in ViewNX 2 weergegeven.
Q
ViewNX 2 handmatig starten
A
Windows : dubbelklik op de snelkoppeling van ViewNX 2 op het bureaublad.
Mac OS : klik op het pictogram van ViewNX 2 in de Dock.
Klik op Overspelen starten
76
❚❚ Foto’s retoucheren
Klik op de Bewerking-knop in de taakbalk om foto’s uit te snijden en taken uit te voeren zoals het aanpassen van de scherpte en de toonniveaus.
❚❚ Foto’s afdrukken
Klik op de Afdrukken-knop in de taakbalk. Er wordt een dialoogvenster weergegeven, waarin u foto’s kunt afdrukken op een printer die is verbonden met de computer.
Voor meer informatie
A
Raadpleeg de online helpfunctie voor meer informatie over het gebruik van ViewNX 2.
Q
77

Technische opmerkingen

n
Dit hoofdstuk bevat nuttige informatie over compatibele accessoires, het reinigen en opbergen van de camera en wat u moet doen als er een foutmelding verschijnt of als u tijdens het gebruik van de camera op problemen stuit.

Optionele accessoires

Op het moment dat deze handleiding werd samengesteld, waren voor de camera de volgende accessoires beschikbaar.
Objectieven Objectieven met 1-vatting
Vattingadapt ers
Voedingsbron nen
Flitsers SB-N5: de SB-N5 heeft een richtgetal van 8,5 (m, ISO 100, 20 °C;
n
Vattingadapter FT1
EN-EL21 oplaadbare Li-ionbatterij (0 20–21): extra EN-EL21-batterijen zijn verkrijgbaar in de handel en bij Nikon geautoriseerde servicevertegenwoordigers.
Batterijlader MH-28 (0 20): opladen van EN-EL21-batterijen.
EP-5D-stroomaansluiting, EH-5b-lichtnetadapter: deze accessoires
kunnen worden gebruikt om de camera gedurende langere tijd van stroom te voorzien (ook kunnen EH-5a- en EH-5­lichtnetadapters worden gebruikt). Een EP-5D­stroomaansluiting is vereist om de camera op de EH-5b, EH-5a of EH-5 aan te sluiten.
richtgetal bij ISO 160 is 10,8). Indien bevestigd op de Nikon 1 V2, wordt i-DDL en handmatige flitserregeling ondersteund.
S B-N7: de SB-N7 heeft een richtgetal van 18 (m, ISO 100, 20 °C; richtgetal bij ISO 160 is 22,8). Indien bevestigd op de Nikon 1 V2, wordt i-DDL en handmatige flitserregeling ondersteund.
Richtgetal
A
Om het bereik van de flitser op vol vermogen te bereken, moet het richtgetal door het diafragma worden gedeeld. Bijvoorbeeld bij ISO 100 heeft de SB-N5 een richtgetal van 8,5 m (positie zoomkop 35 mm); het bereik bij een diafragma van f/5.6 is 8,5÷5,6 of circa 1,5 meter. Voor elke verdubbeling van de ISO­gevoeligheid, wordt het richtgetal vermenigvuldigd met de vierkantswortel van twee (circa 1,4).
78
Afstandsbedie
-ningen
Bodydoppen Bodydop BF-N1000: de bodydop houdt de beeldsensor stofvrij
Microfoons Stereomicrofoon ME-1: sluit de ME-1 op de microfoonaansluiting
GPS­apparaten
Draadloze mobiele adapters
Draadloze afstandsbediening ML-L3 (0 62): de ML-L3 gebruikt een
CR2025-batterij van 3 V.
Druk de vergrendeling van het batterijvak naar rechts (q), steek een vingernagel in de ruimte en open het batterijvak (w). Zorg dat de batterij in de juiste richting is geplaatst (r).
wanneer er geen objectief is geplaatst.
van de camera aan om stereogeluid op te nemen terwijl geluid veroorzaakt door objectieftrillingen tijdens autofocus wordt verlaagd.
GP-N100: registreer de tijd (UTC) en de huidige breedtegraad, lengtegraad en hoogte van de camera bij elke gemaakte foto.
WU-1b: maak een draadloze verbinding die geschikt is voor smartapparaten die gebruik maken van de Wireless Mobile Adapter Utility om op afstand foto’s te downloaden of de camera te bedienen.
n
79

Goedgekeurde geheugenkaarten

De volgende kaarten werden getest en goedgekeurd voor gebruik in de camera. Voor het opnemen van films worden kaarten met een klasse 6 schrijfsnelheid of sneller aanbevolen. Wanneer een kaart met een lagere schrijfsnelheid wordt gebruikt, kan de opname onverwacht worden beëindigd.
SanDisk Toshiba
Panasonic 48 GB, 64 GB
Lexar Media
Platinum II
Professional
Full-HD Video 4 GB, 8 GB, 16 GB
1 Controleer of de kaartlezers of overige apparaten waarmee de kaarten zullen
worden gebruikt, ondersteuning bieden voor geheugenkaarten van 2 GB.
2 Controleer of de kaartlezers of overige apparaten waarmee de kaarten zullen
worden gebruikt, SDHC-compatibel zijn. De camera ondersteunt UHS-1.
3 Controleer of de kaartlezers of overige apparaten
waarmee de kaarten zullen worden gebruikt, SDXC-compatibel zijn. De camera ondersteunt UHS-1.
SD-kaarten SDHC-kaarten
2 GB 14 GB, 8 GB, 16 GB, 32 GB
4 GB, 8 GB, 16 GB
4 GB, 8 GB, 16 GB, 32 GB
2
Andere geheugenkaarten werden niet getest. Voor meer informatie over bovengenoemde kaarten kunt u contact opnemen met de fabrikant.
n
SDXC-kaarten
64 GB
3
80

Opslag en reiniging

Opslag

Als de camera gedurende langere tijd niet wordt gebruikt, verwijder dan de batterij en bewaar de batterij op een koele, droge plek met het afdekkapje op zijn plaats. Voorkom vorming van schimmel of aanslag door de camera in een droge, goed geventileerde ruimte te bewaren. Berg de camera niet op met nafta- of kamfermottenballen of in de volgende omstandigheden:
in ruimten die slecht geventileerd zijn of waar de luchtvochtigheid hoger is dan 60%
in de nabijheid van apparaten die sterke elektromagnetische velden genereren, zoals televisie- of radiotoestellen
in ruimten waar de temperatuur hoger is dan 50 °C of lager dan –10 °C

Reiniging

Gebruik een blaasbalgje om stof of vuil te verwijderen en veeg de camerabody vervolgens schoon met een zachte, droge
Camerabody
Objectief, zoeker
Monitor
doek. Na gebruik van de camera op het strand of aan zee, moet eventueel zand of zout worden verwijderd met een doek die licht is bevochtigd met gedistilleerd water. Belan grijk: vuil of stof
in de camera kan schade veroorzaken die niet door de garantie wordt gedekt.
Deze onderdelen raken gemakkelijk beschadigd. Verwijder stof en vuil met een blaasbalgje. Als u een luchtspuitbus gebruikt, houd de bus dan verticaal om te voorkomen dat er vloeistof uit de bus lekt. Verwijder vingerafdrukken en andere vlekken door een beetje lensreiniger op een zachte doek aan te brengen en het glas voorzichtig schoon te vegen.
Verwijder stof en vuil met een blaasbalgje. Voor het weghalen van vingerafdrukken en andere vlekken kunt u het oppervlak voorzichtig met een zachte doek of zeem schoonvegen. Duw hierbij niet te hard, aangezien dit kan leiden tot schade of storing.
Gebruik geen alcohol, verdunner of andere vluchtige vloeistoffen.
n
81

Onderhoud van de camera en batterij: waarschuwingen

Laat niet vallen: blootstelling aan sterke schokken of trillingen kan tot storingen leiden. Door fysieke schokken kan bovendien de sluiter defect raken.
Houd droog: dit product is niet waterbestendig, onderdompeling in water of blootstelling aan een hoge luchtvochtigheid kan tot storing leiden. Roest van het interne mechanisme kan tot onherstelbare schade leiden.
Vermijd plotselinge temperatuurverschillen: plotselinge temperatuurverschillen, zoals die zich voordoen bij het binnenkomen of verlaten van een verwarmd gebouw op een koude dag, kunnen condensatie in de camera veroorzaken. U voorkomt condensatie door de camera in een cameratas of in een plastic tas te plaatsen voordat u deze aan plotselinge temperatuurverschill en blootstelt.
Houd uit de buurt van sterke magnetische velden: gebruik of bewaar dit apparaat niet in de buurt van apparatuur die sterke elektromagnetische straling of sterke magnetische velden produceren. Sterke statische ladingen of de magnetische velden die worden geproduceerd door bijvoorbeeld zendapparatuur, kunnen storingen veroorzaken op de weergaveschermen, informatie op de geheugenkaart beschadigen of d e interne schakelingen van het product aantasten.
Houd de objectiefbevestiging afgedekt: bevestig de bodydop als er geen objectief op de camera is bevestigd.
Raak de beeldsensor niet aan: de beeldsensor raakt gemakkelijk beschadigd. Oefen onder geen enkel beding druk uit op de sensor, duw er niet op met reinigingsmiddelen en onderwerp niet aan sterke luchtstromen van een blaasbalgje. Dit kan krassen of andersoortige schade aan de sensor
n
veroorzaken.
Beeldsensor
Zet het product uit alvorens de voedingsbron te verwijderen of los te koppelen: trek de stekker van de lichtnetadapter niet uit het stopcontact en verwijder de batterij niet wanneer de camera aan staat of terwijl beelden worden opgeslagen of gewist. In deze gevallen kan een geforceerde stroomonderbreking leiden tot gegevensverlies of beschadiging van de interne schakelingen of het geheugen. Verplaats, om een onbedoelde stroomonderbreking te voorkomen, nooit het product van de ene naar de andere plaats terwijl de lichtnetadapter is aangesloten.
82
Reiniging: gebruik een blaasbalgje om stof of vuil van de camerabody te verwijderen en veeg vervolgens voorzichtig schoon met een zachte, droge doek. Na gebruik van de camera op het strand of aan zee moet eventueel aanwezig zand of zout worden verwijderd met een doek die licht bevochtigd is met schoon water.
Het objectief raakt gemakkelijk beschadigd. Stof en vuil moeten voorzichtig met een blaasbalgje worden verwijderd. Houd bij het gebruik van een luchtspuitbus de bus verticaal om te voorkomen dat er vloeistof uit de bus lekt. Verwijder vingerafdrukken en andere vlekken van het objectief door een beetje lensreiniger op een zachte doek aan te brengen en het glas voorzichtig schoon te vegen.
Opslag: voorkom vorming van schimmel of aanslag door de camera in een droge, goed geventileerde ruimte te bewaren. Trek, bij gebruik van een lichtnetadapter, de stekker uit het stopcontact om brand te voorkomen. Als het product voor langere tijd niet wordt gebruikt, verwijder dan de batterij om lekkage te voorkomen en berg de camera op in een plastic zak met een droogmiddel. Plaats de cameratas echter niet in een plastic zak, aangezien het materiaal hierdoor kan worden aangetast. Merk op dat het droogmiddel na verloop van tijd zijn vermogen om vocht te absorberen verliest en daarom regelmatig dient te worden vervangen.
Voorkom schimmel en aanslag door de camera ten minste één keer per maand uit de opslag te halen. Zet de camera aan en ontspan de sluiter een aantal malen voordat u de camera weer opbergt.
Bewaar de batterij op een koele, droge plaats. Plaats het afdekkapje van de batterij terug wanneer u de batterij opbergt.
Opmerkingen over de monitor en zoeker: deze schermen zijn met extreem hoge precisie gefabriceerd; ten minste 99,99% pixels zijn effectief, met niet meer dan 0,01% ontbrekende of defecte pixels. Vandaar dat deze schermen pixels kunnen bevatten die altijd branden (wit, rood, blauw of groen) of altijd uit (zwart) zijn. Dit is geen defect en heeft geen gevolgen voor beelden die zijn vastgelegd met dit apparaat.
Bij helder licht kunnen de beelden op de monitor moeilijk te zien zijn.
Oefen geen druk uit op de schermen, aangezien dit schade of storing tot gevolg kan hebben. Stof en vuil op de schermen kan worden verwijderd met een blaasbalgje. Vlekken kunnen worden verwijderd door het oppervlak zachtjes schoon te wrijven met een zachte doek of zeem. Mocht de monitor of zoeker breken, pas dan op dat u zich niet verwondt aan de glassplinters en dat de vloeibare kristallen uit het scherm niet in aanraking komen met uw huid, ogen of mond.
n
83
Richt het objectief niet langdurig op de zon: richt het objectief niet gedurende lange tijd op de zon of een andere sterke lichtbron. Blootstelling aan intens licht kan beschadiging van de beeldsensor of een witte onscherpte op de foto’s tot gevolg hebben.
Moiré: moiré is een interferentiepatroon dat ontstaat door de wisselwerking tussen het raster in de beeldsensor van de camera en beelden waarin regelmatig gevormde rasters voorkomen, zoals weefpatronen in stoffen, of ramen in gebouwen. In bepaalde gevallen verschijnt het in de vorm van lijnen. Ziet u moiré in uw foto’s, probeer dan de afstand tot het onderwerp te veranderen, in en uit te zoomen of de hoek tussen onderwerp en camera te veranderen.
Lijnen: ruis in de vorm van lijnen kan in zeldzame gevallen verschijnen op zeer heldere onderwerpen of onderwerpen met tegenlicht.
Batterijen: batterijen kunnen bij onjuist gebruik gaan lekken of ontploffen. Neem de volgende voorzorgsmaatregelen in acht bij het gebruik van batterijen:
Gebruik alleen batterijen die zijn goedgekeurd voor gebruik in dit apparaat.
Stel de batterij niet bloot aan vuur of hoge temperaturen.
Houd de contacten van de batterij schoon.
Zet de camera uit voordat u de batterij verwisselt.
Haal de batterij uit de camera of de lader wanneer deze niet in gebruik is en
plaats het afdekkapje terug. Deze apparaten onttrekken zelfs als de camera is uitgeschakeld een geringe hoeveelheid stroom aan de batterij zodat de batterij zodanig kan leegraken dat deze niet langer functioneert. Als de batterij enige tijd niet wordt gebruikt, plaats deze dan in de camera en laat de batterij leeglopen terwijl u de camera gebruikt, voordat u de batterij verwijdert. Bewaar de batterij op een plaats met een omgevingstemperatuur van 15 °C tot 25 °C (vermijd hete en extreem koude
n
plaatsen). Herhaal dit proces ten minste eens in de zes maanden.
Het herhaaldelijk aan- en uitzetten van de camera terwijl de batterij volledig ontladen is, zal de levensduur van de batterij verkorten. Batterijen die volledig leeg zijn, moeten voor gebruik worden opgeladen.
De interne temperatuur van de batterij kan tijdens het gebruik aanzienlijk oplopen. Het opladen van de batterij met een te hoge interne temperatuur heeft een negatieve invloed op de prestaties van de batterij, en de batterij laadt mogelijk niet op of wordt slechts gedeeltelijk opgeladen. Wacht met opladen totdat de batterij is afgekoeld.
Als u een volledig opgeladen batterij blijft opladen, kunnen de prestaties van de batterij afnemen.
84
Een merkbare daling van de tijd waarin een volledig opgeladen batterij zijn lading dient te behouden wanneer deze bij kamertemperatuur wordt gebruikt, duidt aan dat de batterij vervanging vereist. Koop een nieuwe EN-EL21-batterij.
Laad voor gebruik de batterij op. Als u foto’s van belangrijke gebeurtenissen maakt, leg dan alvast een volledig opgeladen EN-EL21­reservebatterij klaar. Afhankelijk van de locatie waar u zich bevindt, kan het soms moeilijk zijn om snel een vervan gende batterij te kopen. Bij koud weer nemen de prestaties van batterijen vaak af. Zorg dat de batterij volledig opgeladen is alvorens bij koud weer buiten foto’s te maken. Bewaar een reservebatterij op een warme plaats en wissel de twee om, indien nodig. Een koude batterij die weer op temperatuur is gekomen, kan soms een deel van haar lading terugkrijgen.
Verbruikte batterijen zijn een waardevolle bron van grondstoffen; lever ze in als klein chemisch afval.
Beeldsensor reinigen
A
Telkens bij het in- of uitschakelen voert de camera reiniging van de beeldsensor uit om stof van de beeldsensor te verwijderen (merk op dat het bedienen van de camerabesturingen voordat het reinigen is voltooid het proces onderbreekt en dat reiniging van de beeldsensor tijdelijk wordt uitgeschakeld wanneer de camera meerdere malen opeenvolgend wordt in- of uitgeschakeld). Stof dat niet op deze wijze wordt verwijderd, kan op beelden verschijnen die met de camera zijn vastgelegd. In dat geval moet u de sensor laten reinigen door servicepersoneel geautoriseerd door Nikon.
Onderhoud van camera en accessoires
D
De camera is een precisieapparaat dat regelmatig onderhoud vereist. Nikon beveelt aan de camera eens per jaar of per twee jaar te laten nakijken door de leverancier of een door Nikon geau toriseerde servicevertegenwoordiger en elke drie tot vijf jaar een onderhoudsbeurt te geven (houd er rekening mee dat hieraan kosten zijn verbonden). Regelmatige inspectie en onderhoud worden vooral aanbevolen wanneer u de camera voor professionele doeleinden gebruikt. Het wordt aanbevolen om tegelijkertijd met uw camera eventuele accessoires die u veel gebruikt, zoals objectieven of optionele flitsers, te laten nakijken en onderhouden.
n
85

Problemen oplossen

Functioneert de camera niet naar verwachting, kijk dan in de onderstaande lijst met veelvoorkomende problemen voordat u uw leverancier of Nikon-vertegenwoordiger raadpleegt.

Batterij/scherm

De camera is aan maar reageert niet: wacht tot de opname of elke andere bewerking is voltooid. Zet de camera uit als het probleem zich blijft voordoen. Als de camera nog steeds niet reageert, verwijder en vervang de batterij of ontkoppel de lichtnetadapter en sluit vervolgens weer aan, maar houd er rekening mee dat alle niet-opgeslagen gegevens worden gewist. Gegevens die al zijn opgeslagen op de geheugenkaart worden niet aangetast. De schermen zijn uit:
De camera is uit (0 22) of de batterij is leeg (0 17, 20).
De monitor werd uitgeschakeld. Druk op de $-knop om de monitor in te
schakelen.
Een voorwerp bevindt zich dicht bij de oogsensor, waardoor de zoeker aan en de monitor uit is (0 18).
De schermen werden automatisch uitgeschakeld om energie te besparen. De schermen kunnen opnieuw worden geactiveerd door op de bedieningsknoppen of de standknop te drukken.
De camera is op een computer (0 75) of televisie aangesloten.
De schermen schakelen zonder waarschuwing uit:
Het batterijniveau is laag (0 17, 20).
De schermen werden automatisch uitgeschakeld om energie te besparen.
De schermen kunnen opnieuw worden geactiveerd door op de bedieningsknoppen of de standknop te drukken.
n
De interne temperatuur van de camera is hoog (0 12, 90). Wacht tot de camera is afgekoeld alvorens de camera opnieuw in te schakelen.
De zoeker is niet scherpgesteld: stel de zoeker scherp met behulp van de dioptrieregelaar (0 18). Aanduidingen worden niet weergegeven: druk op de $-knop (0 23).
86

Opname (Alle standen)

Het aanzetten van de camera duurt lang: wis bestanden of formatteer de geheugenkaart. De ontspanknop wordt uitgeschakeld:
De batterij is leeg (0 17, 20).
De geheugenkaart is vergrendeld of vol.
De flitser is aan het laden (0 65).
De camera is niet scherpgesteld (0 26).
U filmt momenteel een film in slow motion (0 49).
Er wordt slechts 1 foto gemaakt bij elke druk op de ontspanknop in continue ontspanstand:
5 bps is geselecteerd voor Continu en de ingebouwde flitser is opgeklapt.
Er wordt geen foto gemaakt wanneer de ontspanknop van de ML-L3-afstandsbediening wordt ingedrukt:
Vervang de batterij in de afstandsbediening (0 79).
Kies een stand voor de afstandsbediening (0 60).
De stand-by-timer van de afstandsbediening is verlopen (0 72).
De afstandsbediening is niet op de camera gericht of de
infraroodontvanger is niet zichtbaar (0 15, 63).
De afstandsbediening is te ver van de camera verwijderd (0 63).
Fel licht verstoort de afstandsbediening.
Foto’s zijn vlekkerig: reinig de voor- en achterkant van het objectief. Er verschijnen flikkeringen of strepen in films of in de schermen: kies een instelling voor
Flikkerreductie die overeenkomt met uw lokale lichtnet (0 72).
Geen flitser: de camera bevindt zich in de s tand voor beste moment vastleggen of Bewegingssnapshot of neemt een film op, of I is geselecteerd voor Continu/zelfontspanner (0 60) en Continu is 15 bps of hoger (0 70). Menuopties zijn niet beschikbaar: sommige opties zijn alleen beschikbaar in bepaalde opname- en belichtingsstanden of wanneer de ingebouwde flitser is opgeklapt (0 65) of als er een flitser, GPS-apparaat of draadloze mobiele adapter is bevestigd.

Films

Kan geen films opnemen: de filmopnameknop kan niet worden gebruikt om films op te nemen in de stand voor beste moment vastleggen of Bewegingssnapshot (0 46, 58). Er wordt geen geluid opgenomen voor films:
Microfoon uit is geselecteerd voor Opties voor filmgeluid > Microfoon (0 71).
Live audio wordt niet opgenomen met films in slow motion (0 51) of Bewegingssnapshots (0 56).
n
87

Weergave

Staande foto’s (portretstand) worden liggend (landschap) weergegeven:
Selecteer Aan voor Draai portret (0 70).
De foto’s werden gemaakt met Autom. beeldrotatie uit.
Camera was omhoog of omlaag gericht toen de foto werd gemaakt.
De foto wordt in controlebeeld weergegeven.
Kan het filmgeluid niet horen:
Draai de instelschijf naar rechts om het volume te verhogen (0 54). Is de camera op een televisie aangesloten, gebruik dan de bediening van de tv om het volume aan te passen.
Live audio wordt niet opgenomen met films in slow motion (0 51) of Bewegingssnapshots (0 58).
Kan geen beelden wissen:
Verwijder voor het wissen de beveiliging van de bestanden.
De geheugenkaart is vergrendeld.

Overige

De opnamedatum klopt niet: stel de cameraklok in. Menuopties zijn niet beschikbaar: sommige opties zijn alleen beschikbaar bij
bepaalde instellingen of wanneer een geheugenkaart is geplaatst.
n
88

Foutmeldingen

Dit hoofdstuk geeft een overzicht van de foutmeldingen die in de weergave verschijnen.
Bericht Oplossing
(Sluitertijd of diafragmaweergave knippert)
Houd de knop op de zoomring ingedrukt en draai aan de zoomring om het objectief uit te schuiven.
Controleer objectief. Er kunnen alleen foto’s worden gemaakt als een objectief is bevestigd.
Opstartfout. Zet de camera uit en weer aan.
De klok is opnieuw ingesteld. Stel de cameraklok in.
Geen geheugenkaart.
Deze geheugenkaart is niet geformatteerd. Geheugenkaart formatteren?
Geheugenkaart is vergrendeld (tegen schrijven beveiligd).
Verlaag de ISO-gevoeligheid als het onderwerp te licht is, of kies een kortere sluitertijd of kleiner diafragma (hogere f-waarde).
Verhoog de ISO-gevoeligheid als het onderwerp te donker is, gebruik een flitser of kies een langere sluit ertijd of groter diafragma (lagere f-waarde).
Een objectief met de knop voor de intrekbare objectiefcilinder wordt bevestigd met een ingetrokken objectiefcilinder. Druk op de knop voor de intrekbare objectiefcilinder en draai aan de zoomring om het objectief te verlengen.
Bevestig een objectief.
Schakel de camera uit, verwijder en vervang de batterij en schakel de camera weer in.
Zet de camera uit en controleer of de geheugenkaart correct is geplaatst.
Selecteer Ja om de kaart te formatteren of zet de camera uit en plaats een andere geheugenkaart.
Zet de camera uit en schuif de schrijfbeveiligingsschakelaar van de kaart naar de positie “schrijven”.
n
89
Bericht Oplossing
Geheugenkaart is vol.
Deze geheugenkaart kan niet worden gebruikt. Kaart is mogelijk beschadigd. Plaats andere kaart.
Kan geen mappen meer maken op de geheugenkaart.
De filmopnameknop kan niet worden gebruikt in deze stand.
Er kunnen geen foto's worden opgeslagen in deze stand.
De interne temperatuur van de camera is hoog. De
n
camera wordt nu uitgeschakeld.
Geheugenkaart bevat geen beelden.
Kan dit bestand niet weergeven.
Als u de beeldkwaliteit verlaagt of het beeldformaat verkleint, kunt u mogelijk extra beelden opnemen.
Ongewenste beelden wissen.
Plaats een andere geheugenkaart.
Gebruik een goedgekeurde kaart.
Formatteer de kaart. Als het probleem zich
blijft voordoen, is de kaart mogelijk beschadigd. Neem contact op met een door Nikon geautoriseerde servicevertegenwoordiger.
Plaats een nieuwe geheugenkaart.
Als de huidige map nummer 999 heeft en 999 foto’s of een foto het nummer 9999 bevat, wordt de ontspanknop uitgeschakeld en kunnen er geen foto’s meer worden gemaakt. Kies Ja voor Bestandsnr. terugzetten en formatteer vervolgens de huidige geheugenkaart of plaats een nieuwe geheugenkaart.
De filmopnameknop kan niet worden gebruikt in de stand voor beste moment vastleggen of Bewegingssnapshot.
De ontspanknop kan niet worden gebruikt voor het maken van foto’s terwijl er een slow­motionfilm wordt opgenomen.
Wacht tot de camera is afgekoeld.
Plaats een geheugenkaart met beelden om foto’s te bekijken.
Het bestand is aangemaakt of gewijzigd op een computer of een ander merk camera, of het bestand is beschadigd.
90

Specificaties

Nikon 1 V2 digitale camera

Type
Type Digitale camera met ondersteuning voor
Objectiefvatting Nikon 1-vatting Effectieve beeldhoek Ca. 2,7× brandpuntsafstand objectief (gelijk aan
Effectieve pixels
Beeldsensor
Beeldsensor 13,2 mm × 8,8 mm CMOS-sensor (Nikon CX-formaat) Stofreductiesysteem Beeldsensor reinigen
Opslag
Beeldformaat (pixels) Foto’s (standen C, t, u, v, w, u; beeldverhouding 3 : 2)
Bestandsindeling NEF (RAW): 12-bit, gecomprimeerd
Picture Control systeem Standaard, Neutraal, Levendig, Monochroom,
Media SD (Secure Digital), SDHC- en SDXC-geheugenkaarten Bestandssysteem DCF (Design Rule for Camera File System) 2.0, DPOF (Digital
verwisselbare objectieven
35 mm formaat)
14,2 miljoen
4608 × 3072 3456 × 2304
2304 × 1536
Foto’s (stand v; beeldverhouding 3 : 2)
4608 × 3072 (1080/60i, 1080/30p)
1280 × 856 (720/60p, 720/30p)
Foto’s (Bewegingssnapshot; beeldverhouding 16 : 9)
4608 × 2592
JP EG: JPEG Baseline compatibel met Fijn (ca. 1 : 4), Normaal (ca. 1 : 8) of Basis (ca. 1 : 16) compressie
NEF (RAW)+JPEG: de foto wordt één keer opgeslagen als NEF (RAW)-bestand en één keer als JPEG bestand
Portret, Landschap; geselecteerde Picture Control kan worden aangepast; opslag voor persoonlijke Picture Controls
Print Order Format), Exif (Exchangeable Image File Format for Digital Still Cameras) 2.3, PictBridge
n
91
Elektronische zoeker
Elektronische zoeker 0,47-in., ca. 1440k-dot color TFT LCD zoeker met
dioptrieregelaar en helderheidaanpassing
Beelddekking Ca. 100% horizontaal en 100% verticaal Oogafstand 18 mm (–1,0 m–1; vanuit het middenoppervlak van
Dioptrieregelaar –3 – +2 m
het objectief van het oculairkapje van de zoeker)
–1
Oogsensor Camera schakelt naar zoekerweergave wanneer
deze ontdekt dat de zoeker in gebruik is
Opnamestanden
C automatisch, t automatisch programma, u sluitertijdvoorkeuze, v diafragmavoorkeuze, w handmatig, u beste moment vastleggen (trage weergave en Slimme fotoselectie), v geavanceerde film (HD en slow motion), z Bewegingssnapshot
Sluiter
Type Elektronisch gestuurde mechanische sluiter met
Snelheid Mech anische sluiter:
verticaal aflopend filmvlak; elektronische sluiter
Bulb; Tijd
Elektronische sluiter
Bulb; Tijd
1
/
4000
(vereist optionele ML-L3 afstandsbediening)
– 30 sec. in stappen van
1
:
/
16.000
–30 sec. in stappen van
(vereist optionele ML-L3 afstandsbediening)
Opmerking: Bulb en Tijd eindigen automatisch na circa 2 minuten
Flitssynchronisatiesnelheid
Mech anische sluiter: synchroniseert met sluiter bij
1
X=
/
250 sec. of langer
Elektronische sl uiter: synchroniseert met sluiter bij
1
X=
/
60 sec. of langer
Ontspannen
Stand Enkel beeld, continu
n
Zelfontspanner, op afstand
Beeldsnelheid Circa 5, 15, 30 of 60 bps Zelfontspanner 2 sec., 10 sec. Afstandsbedieningsstanden
Vertraagd op afstand (2 sec.); afstandsbediening met snelle ontspanning
1
/
3
LW;
1
/
3
LW;
92
Belichting
Lichtmeting DDL-meting met behulp van beeldsensor Lichtmeetmethode Matrix
Stand t automatisch programma met flexibel
Belichtingscorrectie –3–+3 LW in stappen van
Belichtingsvergrendeling Een lichtwaarde vergrendeld bij een gemeten
ISO-gevoeligheid (aanbevolen belichtingsindex)
Actieve D-Lighting Aan, uit
Scherpstelling
Autofocus Hybride autofocus (fasedetectie/contrastdetectie-
Objectiefscherpstelling Autofocus (AF): enkelvoudige AF (AF-S); continue
AF-veldstand Enkel punt, automatisch veld, onderwerp volgen Scherpstelveld Enke lpunts AF: 135 scherpstelvelden; de middelste 73
Scherpstelvergrendeling Scherpstelling kan worden vergrendeld door de
Gezichtprioriteit Aan, uit
Centrumgericht: meet een cirkel van 4,5 mm in het midden van het beeld
Spot : meet een cirkel van 2 mm in het geselecteerde scherpstelveld
programma; u sluitertijdvoorkeuze; v diafragmavoorkeuze; w handmatig; h auto onderwerpselectie
in standen t, u en v)
waarde met A (AE-L/AF-L)-knop ISO 160– 6400 in stappen van 1 LW; automatische regeling ISO-gevoeligheid (ISO 160 –6400, 160 –3200, 160– 800) beschikbaar (door gebruiker te regelen in de standen
t, u, v en w)
AF); AF-hulpverlichting
AF (AF-C); automatische AF-S/AF-C selectie (AF-A); fulltime-AF (AF-F)
Handmatige scherpstelling (MF)
velden ondersteunen fasedetectie-AF
Automatisch veld-AF: 41 scherpstelvelden
ontspanknop half in te drukken (enkelvoudig AF) of door op de A (AE-L/AF-L)-knop te drukken
1
/
3 LW (door gebruiker te regelen
n
93
Flitser
Ingebouwde flitser Wordt opgeklapt door indrukken flitserknop Richtgetal (GN) Circa 5 (m, ISO 100, 20 °C; bij ISO 160 is het richtgetal
Regeling i-DDL-flitserregeling met behulp van beeldsensor Stand
Flitscorrectie –3–+1 LW in stappen van Flitsgereedaanduiding Brandt wanneer de flitser volledig geladen is
Witbalans
Films
Lichtmeting DDL-meting met behulp van beeldsensor Lichtmeetmethode Matrix
Beeldformaat (pixels)/ opnamesnelheid
n
Bestandsindeling MOV Videocompressie H.264/MPEG-4 Advanced Video Coding Geluidsindeling AAC Geluidsrecorder Ingebouwde of optionele externe ME-1
* Sensoruitvoer is ongeveer 60 bps.
circa 6,3)
Invulflits, invulflits + synchronisatie met lange sluitertijd, rode-ogenreductie, rode-ogenreductie + synchronisatie met lange sluitertijd, synchronisatie op het tweede gordijn + lange sluitertijd
Automatisch, gloeilamplicht, tl-licht, direct zonlicht, flitslicht, bewolkt, schaduw, handmatige voorinstelling met fijnafstelling voor alle standen behalve handmatige voorinstelling
Centrumgericht: meet een cirkel van 4,5 mm in het midden van het beeld
Spot: meet een cirkel van 2 mm in het geselecteerde scherpstelveld
HD-films en films opgenomen in de standen C, t, u, v en w (beeldverhouding 16 : 9)
1920 × 1080/60i (59,94 velden/sec. *)
1920 × 1080/30p (29,97 bps)
1280 × 720/60p (59,94 bps)
1280 × 720/30p (29,97 bps)
Films in slow motion (beeldverhouding 8 : 3)
640 × 240/400 bps (speelt af bij 30p/29,97 bps)
320 × 120/1200 bps (speelt af bij 30p/29,97 bps)
Bewegingssnapshot (beeldverhouding 16 : 9)
1920 × 1080/60p (59,94 bps) (speelt af bij 24p/23,976 bps)
stereomicrofoon; gevoeligheid aanpasbaar
1
/
3 LW
94
Monitor
Weergave
Interface
USB Hi-Speed USB HDMI-uitgang Type-C HDMI-ministekkeraansluiting Multi-accessoirepoort Gebruikt voor geschikte accessoires Audio-ingang Stereo ministekkeraansluiting (3,5 mm diameter)
Ondersteunde talen
Voedingsbron
Batterij Een oplaadbare EN-EL21 Li-ionbatterij Lichtnetadapter EH-5b lichtnetadapter; vereist EP-5D
Statiefaansluiting
Afmetingen/gewicht
Afmetingen (B × H × D) Ca. 107,8 × 81,6 × 45,9 mm, exclusief uitstekende
Gewicht Ca. 337 g met batterij en geheugenkaart, maar
7,5 cm (3 inch), ca. 921k-dot, TFT LCD met helderheidaanpassing
Schermvullende en miniatuurweergave (4, 9 of 72 beelden of kalender) met zoomweergave, filmweergave, diashow, histogramweergave, automatische beeldrotatie en scoreoptie
Arabisch, Chinees (Vereenvoudigd en Traditioneel), Tsjechisch, Deens, Nederlands, Engels, Fins, Frans, Duits, Grieks, Hindi, Hongaars, Indonesisch, Italiaans, Japans, Koreaans, Noors, Oekraïens, Pools, Portugees (Europees en Braziliaans), Roemeens, Russisch, Spaans, Thais, Zweeds, Turks, Vietnamees
stroomaansluiting (los verkrijgbaar)
1
/
4-in. (ISO 1222)
delen; dikte van body (van vatting tot monitor) is 33,2 mm
zonder bodydop; ca. 278 g, alleen camerabody
n
95
Gebruiksomgeving
Temperatuur 0 °C–40 °C Luchtvochtigheid 85% of minder (geen condensatie)
Tenzij anders vermeld, hebben alle getallen betrekking op een camera met een volledig opgeladen batterij bij een temperatuur die door de Camera and Imaging Products Association (CIPA) is bepaald: 23 ±3 °C.
Nikon behoudt zich het recht voor de specificaties van de hardware en software die in deze handleiding worden beschreven op enig moment zonder voorafgaande aankondiging te wijzigen. Nikon kan niet aansprakelijk worden gesteld voor schade die kan voortvloeien uit eventuele fouten in deze handleiding.
MH-28 batterijlader
Nominale invoer AC 100 –240 V, 50–60 Hz, 0,2 A Nominale uitvoer DC 8,4 V/0,6 A Ondersteunde batterijen Nikon EN-EL21 oplaadbare Li-ionbatterijen Laadtijd Ca. 2 uur bij een omgevingstemperatuur van 25 °C in
Gebruikstemperatuur 0 °C–40 °C Afmetingen (B × H × D) Ca. 67,0 × 28,0 × 104,0 mm, exclusief stekker Gewicht Ca. 88 g, exclusief stekker
EN-EL21 oplaadbare Li-ionbatterij
Type Oplaadbare lithium-ionbatterij Nominale capaciteit 7,2 V, 1485 mAh Gebruikstemperatuur 0 °C–40 °C Afmetingen (B × H × D) Ca. 37,6 × 49,7 × 18,1 mm Gewicht Ca. 57 g, exclusief afdekkapje
geval van een volledig lege batterij
n
96
1 NIKKOR VR 10–30mm f/3.5–5.6
Type Objectief met 1-vatting Brandpuntsafstand 10 –30 mm Maximaal diafragma f/3.5 –5.6 Opbouw 12 elementen in 9 groepen (inclusief 3 asferische elementen) Beeldhoek 77°–29° 40 Vibratiereductie Objectverschuiving met voice coil motors (VCMs) Minimale scherpstelafstand Diafragmalamellen 7 (ronde diafragma-opening) Diafragma Volautomatisch Diafragmabereik 10 mm brandpuntsafstand: f/3.5 –16
Maat voor filters/ voorzetlenzen Afmetingen Ca. 57,5 mm diameter × 42 mm (afstand van
Gewicht Ca. 115 g
1 NIKKOR 11–27,5mm f/3.5–5.6
Type Objectief met 1-vatting Brandpuntsafstand 11–27,5 mm Maximaal diafragma f/3.5–5.6 Opbouw 8 elementen in 6 groepen (inclusief 1 ED-objectiefelement en
Beeldhoek 72°–32° 20 Minimale scherpstelafstand Diafragmalamellen 7 (ronde diafragma-opening) Diafragma Volautomatisch Diafragmabereik 11 mm brandpuntsafstand: f/3.5 –16
Maat voor filters/ voorzetlenzen Afmetingen Ca. 57,5 mm diameter × 31 mm (afstand van
Gewicht Ca. 83 g
Specificaties zijn onderhevig aan wijzigingen, zonder voorafgaande k ennisgeving. Nikon kan niet aansprakelijk worden gesteld voor schade die kan voortvloeien uit eventuele fouten in deze handleiding.
0,2 m vanaf filmvlak bij alle zoomstanden
30 mm brandpuntsafstand: f/ 5.6–16 40,5 mm (P = 0,5 mm)
objectiefbevestigingsvlak van de camera wanneer het objectief is ingetrokken)
1 asferische-lenselement), 1 beschermglaselement
0,3 m vanaf filmvlak bij alle zoomstanden
27,5 mm brandpuntsafstand: f/ 5.6–16 40,5 mm (P = 0,5 mm)
objectiefbevestigingsvlak van de camera wanneer het objectief is ingetrokken)
n
97
Handelsmerkinformatie
A
Macintosh, Mac OS en QuickTime zijn in de Verenigde Staten en/of andere landen geregistreerde handelsmerken van Apple Inc. Microsoft, Windows en Windows Vista zijn in de Verenigde Staten en/of andere landen geregistreerde handelsmerken, of handelsmerken van Microsoft Corporation. Het PictBridge-logo is een handelsmerk. De SD-, SDHC- en SDXC-logo’s zijn handelsmerken van SD-3C, LLC. HDMI, het HDMI-logo en High-Definition Multimedia Interface zijn handelsmerken of geregistreerde handelsmerken van HDMI Licensing LLC.
Alle overige handelsmerken in deze handleiding of de overige documentatie die met uw Nikon-product wordt meegeleverd, zijn handelsmerken of geregistreerde handelsmerken van de betreffende rechthebbenden.
FreeType License (FreeType2)
A
Delen van deze software zijn beschermd door het auteursrecht © 2012 The FreeType Project (http://www.freetype.org). Alle rechten voorbehouden.
MIT-licentie (HarfBuzz)
A
Delen van deze software zijn beschermd door het auteursrecht © 2012 The HarfBuzz Project (http://www.freedesktop.org/wiki/Software/HarfBuzz). Alle rechten voorbehouden.
n
98
Loading...