Lees beslist de gebruiksaanwijzing voordat u uw apparaat plaatst, installeert en in gebruik neemt. Dat is veiliger voor uzelf en u voorkomt
schade aan uw apparaat.
nl-NLM.-Nr. 11 146 530
Inhoud
Een bijdrage aan de bescherming van het milieu ............................................. 6
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen ........................................................ 7
Bediening van de droger..................................................................................... 19
Het verloop van de RemoteUpdate.................................................................. 92
5
Een bijdrage aan de bescherming van het milieu
Het verpakkingsmateriaal
De verpakking beschermt het apparaat
tegen transportschade. Het verpakkingsmateriaal is uitgekozen omdat dit
het milieu relatief weinig belast en kan
worden hergebruikt.
Door hergebruik van verpakkingsmateriaal wordt er op grondstoffen bespaard
en wordt er minder afval geproduceerd.
Uw vakhandelaar neemt de verpakking
in het algemeen terug.
Het afdanken van een apparaat
Oude elektrische en elektronische apparaten bevatten meestal waardevolle
materialen. Ze bevatten ook stoffen,
mengsels en onderdelen die nodig zijn
geweest om de apparaten goed en veilig te laten functioneren. Wanneer u uw
oude apparaat bij het gewone huisafval
doet of er niet goed mee omgaat, kunnen deze stoffen schadelijk zijn voor de
gezondheid en het milieu. Doe uw oude
apparaat daarom nooit bij het gewone
afval.
Lever het apparaat in bij een gemeentelijk inzameldepot voor elektrische en
elektronische apparatuur, bij uw vakhandelaar of bij Miele. U bent wettelijk
zelf verantwoordelijk voor het wissen
van eventuele persoonlijke gegevens op
het af te danken apparaat. Bewaar het
afgedankte apparaat buiten het bereik
van kinderen.
6
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Lees beslist deze gebruiksaanwijzing.
Dit apparaat voldoet aan de geldende veiligheidsvoorschriften.
Onjuist gebruik echter kan persoonlijk letsel of schade aan het apparaat tot gevolg hebben.
Lees de gebruiksaanwijzing daarom eerst aandachtig door voordat
u het apparaat voor het eerst gebruikt. Hierin vindt u belangrijke
instructies betreffende veiligheid, gebruik en onderhoud.
Bewaar de gebruiksaanwijzing en geef deze door aan een eventuele volgende eigenaar van het apparaat.
Efficiënt gebruik
Deze droger is uitsluitend bestemd voor huishoudelijk of daarmee
vergelijkbaar gebruik.
Deze droger is uitsluitend bestemd voor gebruik binnenshuis.
Deze droger is uitsluitend bestemd voor het drogen van textiel dat
in water is gewassen en volgens de aanwijzingen van de fabrikant op
het onderhoudsetiket in de droger mag worden gedroogd.
Gebruik voor andere doeleinden kan gevaarlijk zijn. De fabrikant is
niet verantwoordelijk voor schade die wordt veroorzaakt door een
ander gebruik dan hier aangegeven of door een foutieve bediening.
7
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Personen die op grond van hun fysieke of psychische gesteldheid,
hun onervarenheid of gebrek aan kennis van dit apparaat niet in
staat zijn om het veilig te bedienen, mogen het alleen gebruiken als
ze onder toezicht staan van of worden geïnstrueerd door een verantwoordelijk persoon.
Wanneer er kinderen in huis zijn
Kinderen onder de acht jaar mogen alleen in de buurt van de dro-
ger komen als ze constant onder toezicht staan.
Kinderen vanaf acht jaar mogen de droger alleen zonder toezicht
gebruiken als ze weten hoe ze het apparaat veilig moeten bedienen.
De kinderen moeten zich bewust zijn van de gevaren van een foutieve bediening.
Kinderen mogen de droger niet zonder toezicht reinigen of onder-
houden.
Wanneer er kinderen in de buurt van de droger zijn, houd ze dan
goed in de gaten en zorg ervoor dat ze er niet mee gaan spelen.
8
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Technische veiligheid
Volg de aanwijzingen in de hoofdstukken: “Plaatsen en aansluiten”
en “Technische gegevens”.
Controleer vóórdat het apparaat wordt geplaatst, of het zichtbaar
beschadigd is.
Een beschadigde droger mag niet worden geplaatst en niet in gebruik genomen.
Vergelijk vóórdat u de droger aansluit de aansluitgegevens (zeke-
ring, spanning en frequentie) op het typeplaatje met die van het elektriciteitsnet. Deze moeten beslist overeenkomen. Raadpleeg bij twijfel een elektricien.
De droger kan alleen betrouwbaar en veilig functioneren, als hij op
het openbare elektriciteitsnet is aangesloten.
De elektrische veiligheid van de droger is uitsluitend gegarandeerd
als hij wordt aangesloten op een aardingssysteem dat volgens de
geldende veiligheidsvoorschriften is geïnstalleerd. Laat de huisinstallatie bij twijfel door een vakman/vakvrouw controleren. De fabrikant
kan niet aansprakelijk worden gesteld voor schade die is ontstaan
door een ontbrekende of beschadigde aarddraad.
Gebruik geen verlengsnoer in verband met gevaar voor oververhit-
ting.
9
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Defecte onderdelen mogen alleen door originele Miele-onderdelen
worden vervangen. Alleen van deze Miele-onderdelen kunnen wij garanderen, dat zij volledig voldoen aan de veiligheidseisen die wij aan
onze producten stellen.
Reparaties aan de droger mogen alleen door vakmensen van
Miele worden uitgevoerd. Ondeskundig uitgevoerde reparaties kunnen onvoorziene risico's voor de gebruiker opleveren, waarvoor
Miele niet aansprakelijk kan worden gesteld.
Zorg ervoor dat u altijd bij de stekker kunt komen om de spanning
van de droger te halen.
Wanneer de aansluitkabel is beschadigd, moet de kabel door een
erkend vakman/vakvrouw worden vervangen.
Wanneer er een storing moet worden verholpen of wanneer de
droger moet worden gereinigd, mag er geen elektrische spanning op
het apparaat staan. Dit is het geval als aan één van de volgende
voorwaarden is voldaan:
– als de stekker uit de contactdoos is getrokken,
– als de desbetreffende zekering van de huisinstallatie is uitgescha-
keld of
– als de hoofdschakelaar van de huisinstallatie is uitgeschakeld.
10
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Informatie over de warmtepomp en het koelmiddel:
Deze droger maakt gebruik van een gasvormig koelmiddel, dat door
een compressor wordt gecomprimeerd. Het gecomprimeerde en
daardoor verwarmde en vloeibaar gemaakte koelmiddel wordt in een
gesloten circuit door de warmtewisselaar geleid. Daar vindt een uitwisseling van warmte plaats met de erlangs stromende drooglucht.
Beschadiging van de droger doordat deze te vroeg in gebruik
genomen wordt.
De warmtepomp kan daarbij beschadigd raken.
Wacht nadat u het apparaat geplaatst heeft een uur, voordat u de
droger in gebruik neemt.
– Brommende geluiden tijdens het drogen, veroorzaakt door de
warmtepomp, zijn normaal. De droger functioneert normaal.
– Het koelmiddel is niet brandbaar en niet explosief.
– Deze droger bevat gefluoreerde broeikasgassen. Deze zijn herme-
tisch afgesloten.
Aanduiding van het koelmiddelR134aR134aR450A
Hoeveelheid koelmiddel0,48kg0,30kg0,31kg
Broeikaspotentieel koelmiddel1430kg CO2 e 1430kg CO2 e 605kg CO2 e
Broeikaspotentieel apparaat686kg CO2 e429kg CO2 e188kg CO2 e
De voor deze droger relevante aanduiding en hoeveelheid van het koelmiddel
evenals het broeikaspotentieel staan op het typeplaatje (achterkant van de droger).
11
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
De spleet tussen de onderkant van het apparaat en de vloer mag
niet met sokkellijsten, hoogpolig tapijt, etc. worden verkleind. Een
toereikende luchttoevoer is anders niet gewaarborgd
De deur van de droger moet vrij kunnen bewegen en er mag daar-
om vlak voor de droger geen andere deur worden geplaatst.
Deze droger mag niet op een niet-stationaire locatie (bijv. op een
schip) worden gebruikt.
Voer geen aanpassingen aan de droger uit die niet uitdrukkelijk
door Miele zijn toegestaan.
Deze droger heeft vanwege speciale eisen (ten aanzien van onder
meer de temperatuur, de vochtigheid, de chemische bestendigheid,
de slijtvastheid en vibraties) een speciale lamp. Deze speciale lamp
mag alleen voor deze toepassing worden gebruikt. De lamp is niet
geschikt voor normale verlichtingsdoeleinden. De lamp mag alleen
worden vervangen door een door Miele geautoriseerde vakman of
door Miele.
12
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Meer tips voor het gebruik
Plaats uw droger niet in vorstgevoelige ruimten. Zelfs temperatu-
ren om het vriespunt hebben een negatief effect op de werking van
het apparaat. Door bevriezend condenswater in de pomp, in het
condenswaterreservoir en/of de waterafvoerslang kan de automaat
beschadigd raken.
De maximale beladingscapaciteit bedraagt 9,0 kg (droog was-
goed), maar sommige programma's hebben een lagere beladingscapaciteit.
Zie hoofdstuk: “Programma-overzicht”.
Deze droger mag in verband met brandgevaar niet worden aange-
sloten op een regelbare wandcontactdoos, bijv. via een tijdschakelaar of combi-regelaar wasautomaat - droger.
Wanneer het droogprogramma in zo'n geval vóór het einde van de
afkoelfase zou worden afgebroken, zou het wasgoed in brand kunnen vliegen.
Waarschuwing: Schakel de droger nooit uit voordat het droog-
programma afgelopen is, tenzij u al het wasgoed direct uit de automaat haalt en zo ophangt dat de warmte eruit kan.
Op de verwarmingsfase volgt bij veel programma's de afkoelfase.
Daarmee kunt u er zeker van zijn dat het wasgoed niet zo heet wordt
dat het verbrandt en beschadigd raakt. Pas hierna is het programma
afgelopen.
Haal al het wasgoed dan direct uit de automaat.
13
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
In verband met brandgevaar mag onderstaand textiel niet worden
gedroogd.
– Textiel dat niet is gewassen.
– Textiel dat niet grondig genoeg is gereinigd en daardoor nog olie-,
vet- of crèmeresten bevat. Het gaat hier bijvoorbeeld om textiel uit
keukens of schoonheidssalons. Bij textiel dat niet voldoende is
gereinigd bestaat zelfs na afloop van het droogprogramma en
zelfs buiten de droger nog gevaar voor brand.
– Textiel dat brandgevaarlijke reinigingsmiddelen bevat of resten
van aceton, alcohol, wasbenzine, petroleum, kerosine, vlekverwijderaar, terpentine, was, waxremover of chemicaliën. Het gaat hier
bijvoorbeeld om allerlei soorten schoonmaakdoekjes.
– Textiel dat resten van haarversteviger, haarspray, nagellakremover
en dergelijke bevat.
Reinig dit soort sterk vervuild textiel grondig en wel met extra wasmiddel en op een hoge temperatuur. Was dit textiel zo nodig twee
keer.
Verwijder aanstekers, lucifers en alle andere voorwerpen uit de
zakken van het textiel.
14
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
In verband met brandgevaar mogen de volgende soorten textiel of
producten nooit in het apparaat worden gedroogd.
– Textiel en producten die met industriële chemicaliën zijn gerei-
nigd, bijv. in een stomerij.
– Textiel en producten die rubber of schuimrubber bevatten, zoals
waterdicht textiel, hoofdkussens en douchemutsen.
– Textiel en producten die vullingen bevatten en die beschadigd
zijn, zodat de vullingen eruit kunnen vallen. Het gaat hier bijvoorbeeld om kussens en jacks.
Sluit de deur iedere keer nadat u de droger heeft gebruikt. Zo
voorkomt u dat
– kinderen of huisdieren in het apparaat kruipen
– en dat kinderen er voorwerpen in stoppen.
Leun niet op de deur om te voorkomen dat de droger gaat kan-
telen.
Reinig de pluizenfilters iedere keer nadat u de droger heeft ge-
bruikt.
Wanneer u de pluizenfilters of het sokkelfilter met warm water
heeft gereinigd, droog ze dan goed af. Door natte filters kunnen storingen ontstaan!
15
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Deze droger mag nooit zonder pluizenfilters of
– met beschadigde pluizenfilters worden gebruikt,
– met een beschadigd sokkelfilter worden gebruikt.
Gebeurt dat wel, dan zouden er te veel pluizen in de droger kunnen
komen, wat tot een defect kan leiden.
U kunt voor het condenswater een externe afvoer aansluiten, bijv.
door de afvoerslang in een wastafel of wasbak te hangen.
Zorg er in dat geval voor dat de slang niet weg kan glijden. Wanneer
de slang niet goed vastzit kan er condenswater overstromen en dit
kan schade veroorzaken.
Condenswater is geen drinkwater.
Het drinken van condenswater kan schadelijk zijn voor de gezondheid van mens en dier.
Zorg ervoor dat de ruimte waar de droger is opgesteld stof- en
pluisvrij is.
Door vuildeeltjes in de aangezogen lucht kan de condensor op den
duur verstopt raken.
Spuit de droger niet nat.
Gebruik wasverzachters en soortgelijke producten altijd volgens
de aanwijzingen van de fabrikant.
16
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Gebruik van de geurflacon (na te bestellen accessoire)
Gebruik alleen originele Miele-geurflacons.
Geurflacons mogen alleen in de winkelverpakking worden be-
waard. Gooi deze verpakking niet weg.
Het is mogelijk dat er geurstof uit de flacon loopt. Houd een
geurflacon of een pluizenfilter waar een geurflacon in zit daarom niet
schuin, maar rechtop en leg ze nooit plat neer.
Is er toch geurstof uit de flacon op de vloer, op de droger of op
een onderdeel van de droger, bijv. het pluizenfilter, terechtgekomen,
veeg de geurstof dan direct op met een droge doek.
Is er geurstof in aanraking gekomen met uw huid, reinig deze dan
grondig met water en zeep. Is er geurstof in uw ogen terechtgekomen, spoel deze dan minstens 15minuten lang met schoon water en
neem contact op met een arts. Heeft u geurstof binnengekregen,
spoel uw mond dan grondig met schoon water en neem contact op
met een arts.
Is er geurstof op uw kleren terechtgekomen, trek dan meteen an-
dere kleren aan. Reinig kleren en andere soorten textiel die met geurstof in aanraking zijn gekomen met flink wat water en wasmiddel.
Volgt u onderstaande instructies niet op, dan kan er brand ont-
staan of kan de droger beschadigd raken.
– Is de geurflacon leeg, vul deze dan niet bij en gooi hem weg.
– Gebruik nooit een defecte geurflacon.
Gebruik een lege geurflacon niet voor iets anders.
Neem ook de informatie door die bij de geurflacon wordt geleverd.
17
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Accessoires
Alleen originele Miele-accessoires mogen worden aan- of inge-
bouwd.
Worden er andere accessoires aan- of ingebouwd, dan kan Miele
niet voor de gevolgen instaan en kan er geen beroep meer worden
gedaan op bepalingen met betrekking tot garantie en productaansprakelijkheid.
Was- en droogautomaten van Miele kunnen als was-droogzuil
worden geplaatst. Hiervoor is een specifiek tussenstuk (WTV) nodig
dat kan worden nabesteld. Let erop dat het tussenstuk bij uw Mieledroger en Miele-wasautomaat past.
Wilt u een Miele-sokkel nabestellen, let er dan op dat deze bij uw
droger past.
Worden de veiligheidsinstructies en waarschuwingen niet opgevolgd, dan kan Miele niet aansprakelijk worden gesteld voor
schade die daarvan het gevolg is.
18
Bedieningspaneel
Bediening van de droger
a
Bedieningspaneel
Het bedieningspaneel bestaat uit het
display en verschillende sensortoetsen. De functie van alle sensortoetsen wordt hierna uitgelegd.
b
Display
In het display worden de volgende
waarden aangegeven en/of geselecteerd:
1. De namen van de programma's,
de droogtegraad en de duur van
een gekozen programma.
2. De afzonderlijke waarden in de
keuzelijsten voor de instellingen.
c
Sensortoetsen
Met de sensortoetsen kunnen
de waarden in het display worden
gewijzigd. Met de sensortoets
verhoogt u de waarde of gaat u naar
boven in de keuzelijst, met de sensortoets verlaagt u de waarde of
gaat u naar beneden in de keuzelijst.
d
Sensortoets OK
Met sensortoets OK bevestigt u de
gekozen waarde.
e
Controlelampje Perfect Dry
Het Perfect Dry-systeem meet het
restvocht van het wasgoed in de
programma’s met droogtegraad en
zorgt zo voor een precieze droging.
Het controlelampje Perfect Dry . . .
. . . knippert na de start van het programma en dooft, wanneer de programmaduur wordt weergegeven.
. . . brandt tegen het einde van het
programma wanneer de gewenste
droogtegraad is bereikt.
. . . brandt niet bij de volgende programma's: Wol, Zijde, Koude lucht,
Warme lucht, Droogrekprogramma.
19
Bediening van de droger
f
Optische interface
De optische interface gebruikt Miele
voor servicedoeleinden.
g
Sensortoetsen voor extra functies
U kunt de droogprogramma's met
extra functies aanvullen.
Als u een programma heeft gekozen,
zijn de sensortoetsen van de extra
functies, die u ook kunt kiezen, gedimd.
h
Sensortoets
Met de sensortoets krijgt u een
voorspelling van het energieverbruik
van het gekozen droogprogramma.
Nadere bijzonderheden vindt u in het
hoofdstuk: “Energie besparen”, paragraaf: “EcoFeedback”.
i
Sensortoetsen
Met sensortoets start u de voorprogrammering. Met de voorprogrammering kunt u het programma
op een later tijdstip laten starten. De
programmastart kan worden uitgesteld met een waarde tussen 15minuten en maximaal 24uur. Dat kunt
u bijvoorbeeld doen om gebruik te
maken van een voordelig nachttarief.
Meer informatie vindt u in hoofdstuk
4: “Programma-instelling kiezen”.
j
Sensortoets Start/Stop
Als u sensortoets Start/Stop aantipt,
wordt het gekozen programma gestart of afgebroken. De sensortoets
knippert zodra een programma kan
worden gestart en brandt continu
nadat het programma is gestart.
k
Keuzeschakelaar
Voor het kiezen van een programma
en het uitschakelen van het apparaat. U schakelt het apparaat in door
een programma te kiezen en uit door
de keuzeschakelaar op te zetten.
Bediening via sensortoetsen
De sensortoetsen reageren op aanraking met de vingertoppen. U kunt een
keuze maken, zolang de desbetreffende sensortoets verlicht is.
Een fel verlichte sensortoets betekent:
momenteel gekozen
Een gedimde sensortoets betekent: kan
gekozen worden
20
Bediening van de droger
OK
Kastdroog0:55
OK
2:00
OK
Taal
OK
Aan
OK
:00
00
Start overh
Display
Het basisdisplay geeft bij een programma met droogtegraad het volgende
weer:
– De gekozen droogtegraad en de ver-
moedelijke duur van het programma.
– Nadat het programma is gestart, de
bereikte droogtegraad en de resterende duur van het programma.
Het basisdisplay geeft bij een tijdgestuurd programma alleen de duur van
het programma weer:
Voorbeelden voor de bediening
Scrollen door een keuzemenu
De scrollbalk in het display geeft aan
dat er een keuzemenu ter beschikking
staat.
Markering van het ingestelde menupunt
Zodra een punt in een keuzemenu
wordt geactiveerd, wordt dat met een
vinkje aangegeven.
Waarden instellen
De waarde die kan worden gewijzigd, is
gemarkeerd met een witte ondergrond.
Door sensortoets aan te tippen, verlaagt u de waarde. Door sensortoets
aan te tippen, verhoogt u de waarde.
Met het aantippen van sensortoets OK
bevestigt u uw keuze.
Submenu verlaten
U verlaat het submenu door Terug te
kiezen.
Met het aantippen van toets gaat u in
het menu naar beneden en met het
aantippen van toets gaat u in het menu naar boven. Met het aantippen van
sensortoets OK bevestigt u uw keuze.
21
Ingebruikneming van het apparaat
OK
deutsch
Wachttijd na opstelling
Beschadiging van de droger
doordat deze te vroeg in gebruik genomen wordt.
De warmtepomp kan daarbij beschadigd raken.
Wacht nadat u het apparaat geplaatst heeft een uur, voordat u de
droger in gebruik neemt.
Beschermfolie en reclamestickers verwijderen
Verwijder:
– de beschermfolie van de deur
– alle reclamestickers (voor zover aan-
wezig) van de voorkant en het bovenblad.
Stickers die u na het openen van de
deur ziet zitten (bijv. het typeplaatje),
mag u niet verwijderen.
Displaytaal instellen
U wordt verzocht, de gewenste displaytaal in te stellen. U kunt de taal op
elk moment wijzigen door de keuzeschakelaar op Overige programma's/
onder Instellingen te zetten.
Raak sensortoets aan tot de ge-
wenste taal in het display staat.
Bevestig de gekozen taal met sensor-
toets OK.
Droger inschakelen
Draai de keuzeschakelaar op het pro-
gramma Katoen.
Het welkomstsignaal klinkt en het welkomstscherm licht op.
22
Ingebruikneming van het apparaat
OK
Nu instellen
Miele@home installeren
Uw droger heeft een geïntegreerde
WiFi-module. De droger kan met het
WiFi-netwerk bij u thuis worden verbonden.
Daarna kunt u de droger met de
Miele@mobile app bedienen.
In het display verschijnt de volgende
melding:
Miele@home
Tip sensortoets OK aan.
Als u Miele@home onmiddellijk wilt
installeren:
Tip dan sensortoets OK aan.
Als u het later wilt installeren:
Tip dan sensortoets aan totdat La-
ter instellen in het display verschijnt en
tip dan sensortoets OK aan.
Kies in het display de gewenste ver-
binding.
Miele@mobile-app
De Miele@mobile-app kunt u gratis
downloaden uit de Apple App Store® of
de Google Play Store™.
Met WPS verbinden
Uw WiFi-router moet geschikt zijn
voor WPS (WiFi Protected Setup).
Volg de aanwijzingen in het display.
Als er geen verbinding gemaakt kan
worden, kan het zijn dat u de WPSfunctie van uw router niet snel genoeg
heeft ingeschakeld. Herhaal in dat geval
de voorgaande stappen.
Tip: als uw WiFi-router niet over WPS
beschikt, gebruik dan de Miele@mobile
app.
1. Per WPS verbinden
2. Per app verbinden
Het signaal van uw WiFi-netwerk
moet voldoende sterk zijn op de locatie waar zich uw droger bevindt.
23
Ingebruikneming van het apparaat
OK
Verbinding gesl.
Met de app verbinden
U kunt de netwerkverbinding met de
Miele@mobile-app tot stand brengen.
Installeer de Miele@mobile app op uw
mobiele apparaat.
Volg de aanwijzingen in de app.
Voor de aanmelding via de app dient u
te beschikken over:
1. Het wachtwoord van uw WiFi-netwerk
2. Het wachtwoord van uw droger
Het wachtwoord van de droger bestaat
uit de laatste 9 cijfers van het serienummer op het typeplaatje.
Ingebruikneming voortzetten
Bevestig met sensortoets OK.
Lees eerst hoofdstuk 1: “Tips voor
het drogen van wasgoed.”
Kies nu een programma en vul de
trommel zoals beschreven in hoofdstuk 2: “Programma kiezen” en 3:
“Trommel vullen”.
Het apparaat is pas dan in gebruik genomen, als er een droogprogramma
volledig is uitgevoerd en langer heeft
geduurd dan 1 uur.
Bij een correcte verbinding verschijnt
het volgende in het display:
Bevestig de melding met sensortoets
OK.
24
Energie besparen
Energie besparen
Deze droger maakt gebruik van warmtepomptechniek en is gemaakt om
energie te besparen bij het drogen.
Met de volgende tips kunt u nog iets
meer energie besparen, omdat de
droogtijd zo niet onnodig verlengd
wordt.
– Centrifugeer de was in de wasauto-
maat met het maximale centrifugetoerental.
Als u bijv. met 1.600 omw/min in
plaats van met 1.000 omw/min centrifugeert, kunt u ca. 20% energie, maar
ook tijd besparen.
– Gebruik voor elk droogprogramma de
maximale belading. Dan is het energieverbruik in verhouding tot de totale
hoeveelheid wasgoed het gunstigst.
– Controleer of de temperatuur in het
vertrek niet te hoog is. Als er andere
apparaten in het vertrek staan die
warmte produceren, ventileer het vertrek dan of schakel de andere apparaten uit.
– Schakel de droger in op tijdstippen
waarop het stroomtarief laag is. Informatie hierover kunt u bij uw energieleverancier verkrijgen. De voorprogrammeerfunctie van deze droger
helpt u hierbij: u kunt kiezen, op welk
tijdstip in de komende 24 uur het
droogproces automatisch moet
starten.
– Reinig de pluizenfilters in de vulope-
ning van de deur iedere keer nadat u
de droger heeft gebruikt.
Tips voor het reinigen van de pluizenfilters en het sokkelfilter vindt u in het
hoofdstuk “Reiniging en onderhoud”.
25
Energie besparen
OK
OK
Energie
< 0,1 kWh
EcoFeedback
Via sensortoets krijgt u informatie
over het energieverbruik van de droger.
Het display geeft u de volgende informatie:
– Een verbruiksprognose voor de start
van het programma.
– Het werkelijke energieverbruik tijdens
het programma of na afloop van het
programma.
1. Prognose opvragen
Kies een droogprogramma en tip sen-
sortoets aan.
Er verschijnt een balkdiagram waarmee
een prognose van het energieverbruik
wordt gegeven.
Hoe meer balkjes te zien zijn, des te hoger is het energieverbruik.
De prognose hangt af van het gekozen
droogprogramma en de gekozen extra
opties.
Tip sensortoets OK aan of wacht tot-
dat het display weer automatisch
naar het basisscherm gaat.
2. Het werkelijke verbruik opvragen
U kunt tijdens het programmaverloop
en na afloop van het programma het
werkelijke energieverbruik aflezen.
Tip sensortoets aan.
Het verbruik verandert naarmate het
programma vordert.
Bovendien kunt u na afloop van het
programma, voordat u de deur opent,
de mate van vervuiling van de filters in
% opvragen.
Tip sensortoets aan, om naar Filter
te gaan.
0% = licht vervuild, 50% = matig ver-
vuild, 100% = sterk vervuild.
Hoe vuiler de filters hoe langer de programmaduur en hoe hoger het energieverbruik.
Deze gegevens springen terug naar
de prognose, zodra de deur wordt
geopend of zodra het apparaat na afloop van het programma automatisch wordt uitgeschakeld.
Tip: U kunt bij Instellingen onder Verbruik
de verbruiksgegevens van het laatste
droogprogramma bekijken.
26
1. Tips voor het drogen van textiel
Waar u al bij het wassen op
moet letten
– Was erg vuil textiel extra grondig! Ge-
bruik voldoende wasmiddel en kies
een hoge temperatuur. Was dit textiel
bij twijfel verschillende keren.
– Leg textiel niet druipnat in de droger,
maar centrifugeer het eerst in de
wasautomaat met het maximale centrifugetoerental. Hoe hoger het centrifugetoerental is, des te meer energie
en tijd bespaart u tijdens het drogen.
– Was nieuw, gekleurd textiel apart,
voordat u het voor het eerst droogt.
Droog het niet samen met lichtgekleurd textiel, want het kan afgeven,
ook op de kunststof onderdelen van
de droger. Bovendien kunnen er pluizen van een afwijkende kleur achterblijven.
– Gesteven textiel kunt u in dit apparaat
drogen. Doseer dan wel voor hetzelfde effect de dubbele hoeveelheid
stijfsel bij het wassen.
Brandgevaar door verkeerd ge-
bruik en verkeerde bediening.
Het wasgoed kan in brand vliegen en
de droger en het vertrek, waarin deze
staat, vernielen.
Neem de veiligheidsinstructies en
waarschuwingen in het gelijknamige
hoofdstuk in acht.
– Sorteer het gewassen wasgoed naar
soort, grootte, symbolen in het onderhoudsetiket en gewenste droogtegraad.
– Controleer of zomen en naden van
het wasgoed intact zijn. Zo kunt u
voorkomen, dat eventuele vullingen
eruit vallen. Er kan dan brand ontstaan tijdens het drogen.
– Maak het wasgoed los.
– Bind ceinturen en schortenbandjes
vast.
– Knoop dekbedovertrekken en kus-
senslopen dicht, zodat er geen ander
wasgoed in terecht kan komen.
Wasgoed voor de droger sorteren
Voorkom schade door voor-
werpen uit het wasgoed te verwijderen.
Sommige voorwerpen kunnen smelten, branden of exploderen.
Verwijder eventuele voorwerpen uit
het wasgoed die er niet horen, zoals
doseerbolletjes en aanstekers.
– Sluit eventuele haakjes en oogjes.
– Doe jasjes en lange ritsen open, zo-
dat het wasgoed gelijkmatig kan drogen.
– Maak onderdelen van kleding die zijn
losgeraakt zoals bh-beugels vast of
verwijder ze.
– Reduceer in extreme gevallen de be-
lading. Kreukherstellend wasgoed
kreukt meer naarmate de belading
toeneemt. Dat geldt vooral voor heel
kwetsbare stoffen, zoals overhemden
en blouses.
27
1. Tips voor het drogen van textiel
Drogen
Tip: Zie hoofdstuk: “Programma-over-
zicht”.
Daarin kunt u alle programma's en bijbehorende beladingen vinden.
– Neem de belading voor elk program-
ma in acht. Dan is het energieverbruik
in verhouding tot de totale hoeveelheid wasgoed het gunstigst.
– Dons heeft afhankelijk van de kwali-
teit de neiging om te krimpen. Droog
wasgoed met dons daarom alleen in
het speciale programma Voorstrijken.
– Droog zuiver linnen alleen in de dro-
ger als dat volgens het etiket geoorloofd is. Het kan anders ruw worden.
Droog wasgoed met linnen daarom
alleen in het speciale programma
Voorstrijken.
– Wol en wolmengweefsels kunnen ver-
vilten en krimpen. Droog wasgoed
met wol daarom alleen in het speciale
programma Wol.
– Bewerkt wasgoed zoals T-shirts en
ondergoed krimpt bij de eerste was
vaak licht. Laat deze kledingstukken
daarom niet te droog worden, om
verder krimpen te voorkomen. Koop
deze kledingstukken eventueel een of
twee maten te groot.
– Verminder bij bijzonder temperatuur-
en kreukgevoelig wasgoed de belading en kies de extra functie Extra be-hoedzaam.
Op de textielbehandelingssymbolen
letten
Drogen
normale / hogere temperatuur
lagere temperatuur*
*Extra behoedzaam kiezen
niet drogen in de droger
Strijken en mangelen
zeer heet
warm
Hoe kiest u de juiste droogtegraad
– Kies Extra droog voor wasgoed van
dikker of zeer dik katoen.
– Kies Kastdroog+, wanneer u na het
drogen het wasgoed opvouwt en bijvoorbeeld in de kast wilt leggen.
– Kies Kastdroog voor wasgoed dat
kan krimpen. Of voor wasgoed van
licht katoen of jersey.
– Kies Lichtdroog voor uiterst kwets-
baar wasgoed dat nadien in de openlucht moet drogen.
– Kies Strijkdroog/ of Mangeldroog,
wanneer u na het drogen het wasgoed wilt strijken of mangelen.
heet
niet strijken/
mangelen
28
2. Programma kiezen
Droger inschakelen
U schakelt het apparaat in door een
programma te kiezen en uit door de
keuzeschakelaar op te zetten.
Draai de keuzeschakelaar op een pro-
gramma.
Kiest u een programma, dan lichten in
het display enkele seconden lang de
naam van het programma en de maximale beladingscapaciteit van het programma op (heeft betrekking op het
gewicht van droog wasgoed).
Programma kiezen
Er zijn 3 mogelijkheden om een programma te kiezen.
1. Standaardprogramma's kiezen met
de keuzeschakelaar
Draai de keuzeschakelaar op het ge-
wenste programma.
Het gekozen programma verschijnt in
het display. Daarna verschijnt in het display een scherm met de basisweergave.
29
2. Programma kiezen
OK
Jeans
2. Programma's kiezen met de stand
“Overige programma's/” en via het
display
Kies een programma met de keuze-
schakelaar.
U kunt het gewenste programma kiezen
via het display.
Loop met de sensortoetsen door
de programma's, totdat het gewenste
programma in het display staat.
3. Programma's kiezen via de stand
MobileControl en de
Miele@mobile app
Tip: Om MobileControl te kunnen
gebruiken, moet de droger zijn aangemeld op het WiFi-netwerk en moet Af-
standsbediening ingeschakeld zijn.
Kies een programma met de keuze-
schakelaar.
Volg de aanwijzingen in het display.
Tip sensortoets Start/Stop aan.
Bevestig het gekozen programma
met sensortoets OK.
Het gekozen programma verschijnt in
het display. Daarna verschijnt in het display een scherm met de basisweergave.
30
U kunt de droger nu via uw tablet of
smartphone in combinatie met de
Miele@mobile app bedienen.
3. Trommel vullen
Trommel vullen
Het wasgoed kan beschadigd raken.
Lees eerst het hoofdstuk: “1. Tips
voor het drogen van wasgoed”.
Maak het wasgoed los en leg het in
de trommel.
Zorg ervoor dat u de trommel nooit te
zwaar belaadt. Als de trommel te vol
is, is dat slecht voor het wasgoed en
voor het droogresultaat. Bovendien
kreukt het wasgoed meer.
2 plaatsen, waar u de geurflacon
kunt bevestigen
Hoe u met geurflacon kunt drogen,
staat in het hoofdstuk: “Geurflacon”.
Droogt u zonder geurflacon: schuif
dan het haakje van het schuifje helemaal naar beneden (pijl), om de bevestigingsplaats te sluiten. Anders zetten zich daar pluizen vast.
Deur sluiten
Ook kan het beschadigd raken.
Let erop dat er geen wasgoed tussen
de deur kan komen.
Zwaai de deur dicht.
31
4. Programma-instellingen kiezen
OK
Kastdroog0:55
OK
2:00
Programma-instellingen
Een droogtegraad kiezen bij een
droogtegraadprogramma
Katoen, Kreukherstellend, Fijne was,
Voorstrijken, Overhemden, Express, Jeans, Outdoor, Sportkleding, Stomen,
Beddengoed, Automatic extra
U kunt de vooraf ingestelde droogtegraad wijzigen.
Loop met sensortoets of door
de droogtegraden, totdat de gewenste droogtegraad is gemarkeerd.
U kunt bij de programma's Katoen, Ex-press en Beddengoed elke droogtegraad kiezen. Bij de overige programma's is de keuze beperkt.
Als u het programma Stomen kiest,
dient het condenswaterreservoir volgens de gebruiksaanwijzing gevuld te
zijn (hoofdstuk: “Condenswaterreservoir”).
Andere programma's, waaronder tijdgestuurde programma's
Warme lucht, Koude lucht, Droogrekprogramma
U kunt de duur in stappen van 10 minuten wijzigen.
Koude lucht: 20 min - 1:00 uur
Warme lucht: 20 min - 2:00 uur
Droogrekprogramma: 40 min - 2:30 uur
Het resultaat voor deze programma's
staat in het display en kan niet worden
gewijzigd.
32
4. Programma-instellingen kiezen
Opfrissen
Extra
Kreukbeveiliging
Zoemer
behoedzaam
OK
:00
00
Start overh
OK
4506:Start overh
Extra functie kiezen
Tip een sensortoets aan om de ge-
wenste extra functie te kiezen.
De bijbehorende sensortoets licht fel
op.
Opfrissen en Extra behoedzaam kunnen niet worden gecombineerd; voor
meer informatie zie hoofdstuk: “Extra
functies”.
Voorprogrammering/SmartStart
Voorprogrammering
Met de voorprogrammering kunt u het
programma op een later tijdstip laten
starten.
Deze functie is actief als de instelling
SmartGrid uitgeschakeld is.
De uren kunnen op 00 tot 24 worden ingesteld. De minuten kunnen in stappen
van 15 minuten op 00 tot 45 worden ingesteld.
De starttijd instellen
Tip sensortoets aan.
In het display verschijnt:
Stel met de sensortoetsen de
uren in. Bevestig met sensortoets OK.
Het display verandert:
Stel met de sensortoetsen de mi-
nuten in. Bevestig met sensortoets
OK.
Tip: Als u uw vinger continu op de
toetsen of houdt, verspringt de tijd
automatisch naar beneden of naar boven.
Starttijd wijzigen
Voordat het programma start, kan de
gekozen starttijd worden gewijzigd.
Tip sensortoets aan.
Wijzig desgewenst de aangegeven
tijd en bevestig deze met sensortoets
OK.
33
4. Programma-instellingen kiezen
OK
SmartStart
Starttijd wissen
Voordat het programma start, kan de
gekozen starttijd worden gewist.
Tip sensortoets aan.
De gekozen starttijd staat in het display.
Stel met de sensortoetsen een
tijd van 00:00 h in. Bevestig met sensortoets OK.
De gekozen starttijd is gewist.
Na de programmastart kan de gekozen starttijd alleen nog worden gewist
of gewijzigd door het programma te
onderbreken.
SmartStart
Met de functie SmartStart kunt u een
tijdsbestek definiëren, waarbinnen de
droger automatisch start. De droger
start door een signaal bijv. van uw
energieleverancier, als het stroomtarief
heel laag is.
Deze functie is actief als de instelling
SmartGrid ingeschakeld is.
Het tijdsbestek instellen
Als u bij de instellingen de functie
SmartGrid heeft geactiveerd, verschijnt
nadat u sensortoets in het display
aangetipt heeft niet meer Start over,
maar SmartSt. over (zie hoofdstuk: “Instellingen”, paragraaf: “SmartGrid”).
U doet hetzelfde als bij het instellen van
de tijd voor de voorprogrammering.
Voer de uren met de sensortoetsen
in en bevestig de instelling met
sensortoets OK.
De uren worden opgeslagen en het cijferblok voor de minuten is gemarkeerd.
Voer de minuten met de sensor-
toetsen in en bevestig de instelling met sensortoets OK.
Tip sensortoets Start/Stop aan om
het programma met SmartStart te
starten.
In het display verschijnt:
U kunt een tijdsbestek tussen 15minuten en 24 uur vastleggen. In dit tijdsbestek wacht de droger op het signaal van
de energieleverancier. Als er in dit tijdsbestek geen signaal wordt verzonden,
start de droger het droogprogramma.
34
5. Programma starten
Programma starten
Tip de knipperende sensortoets Start/
Stop aan.
De sensortoets Start/Stop brandt en in
het display staat Drogen.
Opmerkingen
Als u een starttijd voorgeprogrammeerd
heeft, loopt deze in de tijdweergave af.
Na afloop van de voorgeprogrammeerde tijd of direct na de start verschijnt de programmaduur in de tijdweergave.
Als u een vrij lange tijd voorgeprogrammeerd heeft, draait de trommel af en
toe om het wasgoed los te maken. Dat
is geen storing.
– De aanduiding Perfect Dry knippert/
brandt alleen bij de programma's met
droogtegraad. Zie ook hoofdstuk:
“Bediening van de droger”.
– Deze droger meet het restvocht in het
wasgoed en stelt op grond daarvan
vast, hoe lang het programma moet
duren. Als u de trommel met weinig
of droog wasgoed vult, wordt dit met
vaste tussenpozen gedroogd/gelucht.
In dat geval brandt PerfectDry niet
aan het einde van het programma.
Als u een programma met droogtegraad
kiest, licht telkens in het display de bereikte droogtegraad op.
U kunt de gekozen droogtegraad of tijd
nogmaals laten verschijnen:
Tip sensortoets of aan.
– Het wasgoed wordt voor het einde
van het programma afgekoeld.
Energiebesparing
Na 10minuten worden de displayelementen donker en gaat sensortoets
Start/Stop knipperen.
Tip sensortoets Start/Stop aan, om
de displayelementen weer in te schakelen (dat heeft geen invloed op een
lopend programma).
De trommelverlichting gaat uit nadat het
programma is gestart.
Droog wasgoed nooit te lang, om te
voorkomen dat het beschadigd
raakt.
35
6. Einde van het programma - Trommel leeghalen
Einde programma
Als Einde/Kreukbeveiliging of Einde verschijnt, is het programma beëindigd. De
toets Start/Stop brandt niet meer.
De droger gaat 15minuten na afloop
van de kreukbeveiliging (bij programma's zonder kreukbeveiliging 15minuten na beëindiging van het programma)
automatisch uit.
Trommel leeghalen
Open de deur pas als het droogproces is beëindigd. Anders wordt het
wasgoed niet goed gedroogd en afgekoeld.
Pak de deur bij de greep vast en trek
deze open.
Verwijder de pluizen van de 2 pluizen-
filters in de vulopening van de deur.
Zie hoofdstuk: “Reiniging en onderhoud”, paragraaf: “Pluizenfilters”.
Zwaai de deur voorzichtig dicht.
Giet het condenswaterreservoir leeg.
Tip: u kunt het condenswater voor het
programma Stomen gebruiken. Zie
hoofdstuk: “Condenswaterreservoir“,
paragraaf: “Condenswaterreservoir voor
het programma Stomen voorbereiden”.
Wanneer u wilt drogen met het programma Katoen en Katoen met
maximale belading, kunt u het condenswater het beste extern via de waterafvoerslang afvoeren. Dan hoeft u het
reservoir niet meer te legen.
Trommelverlichting
De trommel wordt verlicht om te voorkomen dat u wasgoed vergeet bij het
leeghalen van de trommel.
De trommelverlichting schakelt automatisch uit (energiebesparing).
Neem het wasgoed uit de trommel.
Wasgoed dat in de trommel achterblijft, kan te droog worden en daardoor beschadigd raken.
Neem altijd al het wasgoed uit de
trommel.
Draai de programmakeuzeschakelaar
op .
36
Programma-overzicht
Alle met een * gemarkeerde gewichten hebben betrekking op het gewicht van het
droge wasgoed.
Programma's op het bedieningspaneel
Katoen maximaal9kg*
WasgoedNormaal vochtig katoenen wasgoed, zoals onder Katoen Kastdroog
beschreven.
Opmerking
Opmerking voor
testinstituten
Katoenmaximaal9kg*
Extra droog, Kastdroog +, Kastdroog, Licht droog
WasgoedKatoenen wasgoed dat uit een of meerdere lagen bestaat. Bijvoor-
Tip– Kies Extra droog voor wasgoed van dikker of zeer dik katoen.
Strijkdroog , Strijkdroog , Mangeldroog
WasgoedKatoenen en linnen wasgoed dat nog verder moet worden behan-
– In dit programma wordt uitsluitend Kastdroog gedroogd.
– Qua energieverbruik is het programma Katoen het efficiëntst
voor het drogen van normaal nat katoenen wasgoed.
– Het programma Katoen is het testprogramma volgens veror-
dening 392/2012/EU voor het energielabel gemeten conform EN
61121.
– Wanneer u het programma Katoen of Katoen instelt, voer het
condenswater dan via de afvoerslang extern af.
beeld T-shirts, ondergoed, babykleertjes, werkkleding, jassen, spreien, schorten, stofjassen, badstof handdoeken, badhanddoeken en
badjassen en badstof of flanellen beddengoed.
– Droog T-shirts, ondergoed en babykleertjes niet met Extra droog
i.v.m. krimpgevaar.
deld. Bijvoorbeeld tafellinnen, beddengoed of gesteven wasgoed.
TipRol wasgoed dat nog gemangeld moet worden op. Zo blijft het lan-
– Bij de start van het programma stroomt condenswater uit het con-
denswaterreservoir via een inspuiter in de trommel. Zorg er daarom voor dat het condenswaterreservoir minstens tot de –min–
markering met water is gevuld.
– Als het water in de trommel gespoten wordt, hoort u een brom-
mend geluid.
39
Programma-overzicht
Impregnerenmaximaal2,5kg*
WasgoedGeïmpregneerd wasgoed, bijvoorbeeld microweefsels, ski- en out-
doorkleding, popeline en tafelkleden.
Opmerking
Voorstrijkenmaximaal1kg*
Kastdroog, Strijkdroog
Wasgoed– Wasgoed van katoen of linnen.
Tip– Dit programma vermindert de kreuken die na het centrifugeren in
– In dit programma wordt uitsluitend Kastdroog gedroogd.
– Dit programma heeft een extra fixeerfase.
– Geïmpregneerd wasgoed mag uitsluitend behandeld zijn met im-
pregneermiddelen die de aanduiding hebben “Geschikt voor
membraanwasgoed”. Deze middelen zijn gebaseerd op fluorchemische verbindingen.
– Droog geen wasgoed dat met een middel is geïmpregneerd dat
paraffine bevat. Er bestaat brandgevaar.
– Kreukherstellend wasgoed van synthetische stoffen, katoen of ge-
mengde weefsels. Bijvoorbeeld katoenen broeken, windjacks en
hemden.
de wasmachine nog in het wasgoed zitten.
– Dit programma is ook geschikt voor wasgoed dat al droog is.
– Neem het wasgoed direct na afloop van het programma uit de
Kies aanvankelijk niet de langste tijd. Probeer eerst uit, welke tijd de
beste is.
droogd.
droogd
Het programma wordt ingekort.
WasgoedEen gemengde belading van wasgoed dat anders in de program-
ma's Katoen en Kreukherstellend wordt gedroogd.
41
Programma-overzicht
Hoofdkussen(s)1-2 hoofdkussen(s) max. 40x80 cm of
1 hoofdkussen 80x80cm
WasgoedHoofdkussens met een vulling van dons, veren of synthetische stof
die geschikt zijn om in de droger te worden gedroogd.
TipIn dit programma wordt uitsluitend Kastdroog gedroogd.
Opmerking
Koude luchtmaximaal9kg*
WasgoedWasgoed dat alleen moet worden gelucht.
Droogrekprogrammamaximale belading droogrek 3,5 kg
Opmerking
– Hoofdkussens met veren: veren beginnen bij warmte onaange-
naam te ruiken. Laat beddengoed na het drogen buiten de droger
luchten.
– Vooral hoofdkussens kunnen na het drogen nog vochtig aanvoe-
len. Droog ze zo vaak met dit programma totdat ze droog aanvoelen.
– Kies dit programma alleen als u over een Miele-droogrek TRK 555
beschikt. Het droogrek kunt u nabestellen.
– Houdt u zich aan de instructies uit de gebruiksaanwijzing van het
droogrek.
– Let erop, dat het product (tas, laarzen ...) niet in aanraking komt
met de trommel: als de trommel draait en het droogrek niet correct
beladen is, kan dat schade aan het droogrek en aan de trommel
veroorzaken.
Wasgoed /
Producten
42
Gebruik dit programma uitsluitend voor het drogen of luchten van
producten die machinaal mogen worden gedroogd en die niet mechanisch mogen worden belast.
Programma-overzicht
Zijdemaximaal1kg*
WasgoedZijden wasgoed dat in de droger mag worden gedroogd: blouses,
hemden
Opmerking
– Dit programma vermindert de kreukels, maar het wasgoed wordt
niet helemaal droog.
– Neem het wasgoed direct na afloop van het programma uit de
trommel.
43
Extra functies
Opfrissen
Extra
Kreukbeveiliging
Zoemer
behoedzaam
U kunt de droogprogramma's met extra functies aanvullen. Maar Opfrissen
en Extra behoedzaam kunnen niet
worden gecombineerd.
Extra behoedzaam
Kwetsbaar wasgoed (met onderhouds-
symbool , bijvoorbeeld van acryl)
wordt met een lagere temperatuur en
langer gedroogd.
Opfrissen
Deze optie is geschikt voor het verwijderen of verminderen van geurtjes in
schone, vochtige of droge, kleding.
Wordt deze optie ingeschakeld, dan
wordt de lucht die voor het programma
wordt gebruikt slechts korte tijd opgewarmd en wordt het wasgoed met
Kastdroog doorgelucht, zonder dat er
verder nog warmte wordt toegevoerd.
Kreukbeveiliging
De trommel draait na afloop van het
programma in een speciaal ritme om
kreuken te voorkomen. Dit is vooral belangrijk, als het wasgoed niet direct na
het drogen uit de trommel gehaald
wordt.
Zoemer
Een geluidssignaal geeft aan, dat het
programma is beëindigd. De permanente zoemtoon bij storingen heeft met dit
geluidssignaal niets te maken.
Het verfrissende effect wordt nog versterkt, wanneer u het textiel een beetje
vochtig maakt, een geurflacon gebruikt
of de belading reduceert. Bestaat het
textiel echter voor een deel uit synthetisch materiaal, dan is het verfrissende
effect van dit programma minder.
= deze extra functies kunnen niet met elkaar worden gecombineerd
–––X
X = kiesbaar
– = niet kiesbaar
= automatisch ingeschakeld
45
Programmaverloop wijzigen
Een lopend programma wijzigen
Het is niet mogelijk om een ander programma te kiezen wanneer een programma nog loopt. Voorkomen moet
worden dat er per ongeluk een ander
programma wordt gekozen, waardoor
het programmaverloop wordt verstoord.
Als er aan de keuzeschakelaar gedraaid
wordt, verschijnt in het display Geen
andere keuze en wel zo lang, totdat het
oorspronkelijke programma weer wordt
ingesteld.
Uitzondering: als de keuzeschakelaar
op gezet wordt, wordt de droger uitgeschakeld.
Om een ander programma te kiezen,
moet u het lopende programma eerst
afbreken.
Brandgevaar door verkeerd ge-
bruik en verkeerde bediening.
Het wasgoed kan in brand vliegen en
de droger en het vertrek, waarin deze
staat, vernielen.
Neem de veiligheidsinstructies en
waarschuwingen in het gelijknamige
hoofdstuk in acht.
Programma afbreken
Tip sensortoets Start/Stop aan.
Programma afbreken brandt.
Bevestig met sensortoets OK.
In het display brandt Einde/Afkoelen, als
er tenminste een bepaalde droogtijd en
droogtemperatuur zijn bereikt.
In het display verschijnt:
Open de deur.
Een ander programma kiezen
Sluit de deur.
Draai de programmakeuzeschakelaar
op een ander programma.
Tip sensortoets Start/Stop aan.
Trommel bijvullen of wasgoed
verwijderen
Gevaar voor verbranding bij het
aanraken van heet wasgoed of de
trommel.
U kunt zich branden.
Laat het wasgoed afkoelen en neem
het voorzichtig uit de trommel.
Open de deur.
46
Leg wasgoed in de trommel of neem
er wasgoed uit.
Sluit de deur.
Tip sensortoets Start/Stop aan.
Het programma start.
De trommel bijvullen terwijl de
voorprogrammering actief is
U kunt de deur openen en de trommel
bijvullen of wasgoed eruit nemen.
– Alle programma-instellingen blijven
behouden.
– U kunt indien gewenst ook nog de
droogtegraad wijzigen.
Open de deur.
Leg wasgoed in de trommel of neem
er wasgoed uit.
Sluit de deur.
Tip sensortoets Start/Stop aan, zodat
de voorgeprogrammeerde tijd doorloopt.
Programmaduur
De programmaduur die in het display
wordt aangegeven kan door de programmawijziging verspringen.
Programmaverloop wijzigen
47
Condenswaterreservoir
Condenswaterreservoir legen
Het condenswater dat tijdens het
droogprogramma vrijkomt wordt in
een reservoir opgevangen.
Giet het reservoir na het drogen leeg.
Als de maximale inhoud van het condenswaterreservoir bereikt is, licht Giet
reservoir leeg. Zie op.
Melding wissen:
Controleer of de droger is ingescha-
keld en is dat het geval, doe dan de
deur open en weer dicht.
De deur en de greep kunnen be-
schadigd raken wanneer u het condenswaterreservoir eruit trekt.
De deur en de greep kunnen worden
beschadigd.
Doe de deur altijd helemaal dicht.
Giet het condenswaterreservoir leeg.
Schuif het reservoir terug in de dro-
ger.
Condenswater kan schadelijk zijn
voor de gezondheid van mens en
dier.
Drink geen condenswater.
U kunt het condenswater voor het programma Stomen gebruiken. Hiervoor
moet het condenswaterreservoir zijn
gevuld. Zie volgende paragraaf.
Trek het condenswaterreservoir uit
het apparaat.
Houd het reservoir horizontaal zodat
er geen water uitloopt. Wanneer u het
reservoir wegbrengt om te legen,
houd het dan zowel aan de greep in
het paneel als aan het eind vast.
48
Condenswaterreservoir voor
het programma Stomen voorbereiden
In het programma Stomen stroomt
condenswater uit het condenswaterreservoir via een inspuiter in de trommel.
Zorg er daarom voor dat het condenswaterreservoir minstens tot de –min–
markering met water is gevuld. Anders
treedt een storing op.
Condenswaterreservoir
De –min– markering vindt u links vooraan.
Gebruik het condenswater dat bij het
drogen is vrijgekomen.
Condenswaterreservoir vullen
U kunt speciaal strijkwater kopen en
in het reservoir gieten.
Gebruik alleen in het uiterste geval leidingwater. Gebruikt u dit vaker, dan kan
de inspuiter in de vulopening die het
water voor het gladstomen in de trommel sproeit, verkalken.
1 Tuit 2 Rubberen dichting
Giet het water door de ringen van de
tuit 1.
De inspuiter in de vulopening kan
verstopt raken.
Gebruik alleen schoon water. Zorg
dat er geen geurstoffen, wasmiddelen en andere substanties in het water zitten.
Controleer de rubberen dichting van
tijd tot tijd.
Wordt er vaker leidingwater bijgevuld,
dan kunnen zich witte kalkvlekken op
de rubberen dichting 2 vormen.
Veeg kalkresten op de rubberen dich-
ting 2 voorzichtig weg met een vochtige doek.
49
Geurflacon
FragranceDos – 2 plaatsen,
waar u de geurflacon kunt bevestigen
Met de geurflacon (bij te bestellen accessoire) geeft u uw wasgoed een bijzondere geur tijdens het drogen.
Bij deze droger kunt u de geurflacon
op 2 plaatsen bevestigen. Zo kunt u
de geurflacon op verschillende manieren gebruiken.
– U kunt beide plaatsen gebruiken om
tussen twee geuren te variëren. U
kunt de niet gebruikte geurflacon dan
sluiten.
– U kunt beide plaatsen gebruiken om
de intensiteit van een geur te versterken.
– Als u slechts een geur wilt gebruiken,
kunt u slechts een bevestigingsplaats
gebruiken.
Verkeerd gebruik van de geurfla-
con kan schadelijke gevolgen hebben voor de gezondheid en brandgevaar veroorzaken.
Wanneer weggestroomde geurstof in
contact komt met het lichaam kan dit
schadelijk zijn voor de gezondheid.
Wegstromende geurstof kan een
brand veroorzaken.
Lees eerst het hoofdstuk: “Veiligheidsinstructies en waarschuwingen”, paragraaf: “Gebruik van
geurflacon (na te bestellen accessoire)”.
Geurflacon gebruiken
De beschermstrip van de geurflacon
verwijderen
Houd de geurflacon alleen vast zoals
op de afbeelding te zien is. Houd de
flacon niet schuin om te voorkomen
dat er geurstof uit de flacon loopt.
Houd de geurflacon stevig vast, zo-
dat deze niet onbedoeld geopend
wordt.
Trek de beschermstrip eraf.
50
Geurflacon
Geurflacon plaatsen
Open de deur van de droger.
De geurflacon wordt in het bovenste
pluizenfilter geplaatst. U kunt de
geurflacon links en rechts naast de
greep plaatsen.
Het schuifje van de niet gebruikte
bevestigingsplaats moet gesloten
blijven om te voorkomen dat er daar
pluizen achterblijven.
Schuif het lipje op het schuifje helemaal omlaag (pijl) totdat het hoorbaar vastklikt.
Plaats de geurflacon totdat u weer-
stand voelt.
Doe het schuifje open met behulp
van het lipje, totdat het lipje helemaal
boven staat.
De punten en moeten tegen-
over elkaar liggen.
51
Geurflacon
Draai de buitenste ring iets naar
rechts.
De geurflacon kan eruit vallen.
Draai de buitenste ring dan naar links
totdat de punten en tegenover
elkaar liggen.
Geurflacon openen
Voordat u gaat drogen kunt u de geurintensiteit instellen.
warmte wordt opgewekt. U kunt de
geur dan ook ruiken in de ruimte waar
uw droger staat. Er wordt geen geur
verspreid in het programma Koudelucht.
Geurflacon sluiten
De geurflacon moet na het drogen worden afgesloten om te voorkomen dat de
geurstof onnodig ontsnapt.
Draai de buitenste ring naar links tot-
dat punt b op stand _ staat.
Draai de buitenste ring naar rechts.
Hoe verder de geurflacon wordt geopend, des te sterker is de geur.
De flacon kan zijn geur alleen goed verspreiden als het wasgoed vochtig is, de
droogtijd lang genoeg is en er genoeg
52
Wilt u de geurflacon niet bij ieder
droogprogramma gebruiken, neem deze dan uit de droger en berg de flacon
in de originele verpakking op.
Als de geurintensiteit niet meer voldoende is, vervang de geurflacon dan
door een nieuwe.
Geurflacon verwijderen/vervangen
Draai de buitenste ring naar links tot-
dat de punten a en b tegenover elkaar liggen.
Geurflacon
De geurstof kan eruit lopen.
Leg de geurflacon daarom niet zo-
maar neer.
Vervang de geurflacon.
U kunt de geurflacon in de originele verpakking bewaren.
U kunt de geurflacon bij de Miele-vakhandelaar, bij Miele of via internet bestellen.
– Leg de originele verpakking met de
daarin bewaarde geurflacon niet
rechtopstaand of ondersteboven
weg. Anders loopt er geurstof uit de
flacon.
– Bewaar de flacon altijd koel en droog
en stel deze niet bloot aan zonlicht.
– Gebruikt u de flacon voor het eerst,
trek de beschermstrip er dan pas af
kort voor gebruik.
53
Reiniging en onderhoud
Pluizenfilters
Deze droger heeft 2 pluizenfilters. Deze bevinden zich in de vulopening boven elkaar.
Reinig de pluizenfilters na elk gebruik.
Zo voorkomt u dat het programma
langer duurt.
Reinig de pluizenfilters ook als Sokkel-
filter reinigen. Zie oplicht.
Melding wissen:
Bevestig met OK.
Geurflacon verwijderen
Wanneer de pluizenfilters en het sokkelfilter niet op tijd worden gereinigd,
neemt de geurintensiteit af.
le pluizenfilters en van de geperforeerde wasgoedbescherming.
Schuif het bovenste pluizenfilter in
het apparaat totdat het vastklikt.
Sluit de deur.
Pluizenfilters en luchtgeleidingsgedeelte grondig reinigen
Deze onderdelen moeten grondig worden gereinigd, wanneer zich veel pluizen hebben gevormd.
Verwijder de geurflacon. Zie hoofd-
stuk: “Geurflacon”.
Trek het bovenste pluizenfilter naar
voren en neem het uit het apparaat.
Draai de gele knop aan het onderste
pluizenfilter in de richting van de pijl
totdat u een klik hoort.
Pak het onderste pluizenfilter aan de
gele knop vast, trek het naar voren en
neem het uit het apparaat.
55
Reiniging en onderhoud
Verwijder de pluizen met de stofzui-
ger uit de openingen van het luchtgeleidingsgedeelte en gebruik daarvoor
de lange zuigmond.
Reinig de pluizenfilters daarna met
water.
Pluizenfilters met water reinigen
Reinig de gladde kunststof opper-
vlakken van de pluizenfilters met een
vochtige doek.
Spoel de zeefvlakken met stromend
warm water schoon.
Schud het water van de pluizenfilters
en droog ze voorzichtig af.
Natte pluizenfilters kunnen leiden tot
storingen in de droger.
Schuif het onderste pluizenfilter hele-
maal in het apparaat en vergrendel
het filter met de gele knop.
Schuif het bovenste pluizenfilter hele-
maal in het apparaat.
Sluit de deur.
56
Reiniging en onderhoud
Sokkelfilter reinigen
Reinig het sokkelfilter altijd als Sokkelfil-
ter reinigen. Zie brandt of de duur
van het programma is verlengd.
Melding wissen:
Bevestig met OK.
Verwijderen
Druk op het ronde, dieper gelegen
vlakje op het klepje van de condenskast.
Het klepje springt open.
Trek het sokkelfilter er aan de greep
uit.
In de droger schiet de rechter geleidestift naar buiten. Deze zorgt ervoor dat
het klepje van de condenskast alleen
dan dichtgaat, wanneer het sokkelfilter
goed in de kast is geplaatst.
57
Reiniging en onderhoud
Sokkelfilter reinigen
Trek de greep uit het sokkelfilter.
Spoel het sokkelfilter met stromend
water grondig schoon.
Druk het vocht uit het sokkelfilter.
Het sokkelfilter moet droog zijn voordat het wordt teruggeplaatst. Er kunnen anders storingen optreden.
Verwijder met een vochtige doek de
pluizen van de greep.
Klepje voor het sokkelfilter
Verwijder vrijgekomen pluizen met
een vochtige doek.
Zorg er daarbij voor dat het dichtingsrubber niet beschadigd raakt.
Controleer of er pluizen op de koelrib-
ben zitten. Zie onder.
58
Reiniging en onderhoud
Condensor controleren
Gevaar voor verwonding door
scherpe koelribben.
U kunt zich snijden.
Raak de koelribben niet met de han-
den aan.
Controleer of er pluizen op de koelrib-
ben zitten.
Als er pluizen op de koelribben zitten:
Schade mogelijk door een ver-
keerde reiniging van de condensor.
Als de koelribben zijn beschadigd of
verbogen, droogt de droger niet voldoende.
Reinig de koelribben met de stofzuiger en de reliëfborstel. Beweeg de
reliëfborstel slechts voorzichtig over
de koelribben van de condensor.
Niet op de borstel drukken.
Sokkelfilter plaatsen
Plaats het filter correct op de greep.
Het filter moet precies voor de condensor zitten:
Zuig het vuil voorzichtig op.
Plaats de greep met het filter aan de
voorkant correct op de beide pennen:
– De aanduiding Miele op de greep
mag niet ondersteboven staan.
Schuif het sokkelfilter er helemaal in.
Tegelijkertijd wordt de rechter pen erin
geschoven.
Sluit het klepje van de condensor.
59
Reiniging en onderhoud
Als u zonder sokkelfilter droogt
of terwijl het klepje van de condensor
open is, kan het zijn, dat er schade
ontstaat of niet goed gedroogd
wordt.
Grote hoeveelheden pluizen kunnen
op den duur de droger beschadigen.
Als het systeem lek is, droogt het apparaat niet goed.
U mag de droger alleen gebruiken
als het sokkelfilter is geplaatst en de
klep van de condensor gesloten is.
Droger reinigen
Maak de droger spanningsvrij.
Het gebruik van niet geschikte
reinigingsmiddelen kan schade veroorzaken.
Deze middelen kunnen kunststof oppervlakken en andere onderdelen beschadigen.
Gebruik geen oplosmiddelhoudende
reinigingsmiddelen, schuurmiddelen,
glas- of allesreinigers!
60
Reinig de droger en de dichting aan
de binnenkant van de deur met een
enigszins vochtig, zacht doekje met
een mild reinigingsmiddel of met een
sopje van zeep.
Wrijf alles met een zachte doek
droog.
Nuttige tips
De meeste storingen en problemen, die bij het dagelijkse gebruik kunnen optreden, kunt u zelf verhelpen. U bespaart daarmee niet alleen tijd, maar ook kosten,
omdat u Miele niet hoeft in te schakelen.
De volgende tabellen helpen u de oorzaken van een probleem te achterhalen en te
verhelpen.
Enkele meldingen in het display beslaan meer regels en krijgt u door het aantippen van sensortoets of helemaal te zien.
Meldingen of storingen in het display
MeldingOorzaak en oplossing
000 brandt nadat de
droger is ingeschakeld.
Einde/AfkoelenHet wasgoed wordt op het einde van het programma
Vul het condenswa-
terreservoir
Sokkelfilter reinigen.
Zie gaat bran-
den na afloop van
een programma
De code is geactiveerd.
Voer de code in en bevestig deze. Deactiveer de
code als de oproep bij de volgende keer inschakelen niet hoeft te verschijnen.
afgekoeld.
U kunt het wasgoed uit het apparaat halen en uit-
vouwen of in het apparaat verder laten afkoelen.
Deze melding herinnert u eraan, dat voor het programma Stomen water uit het condenswaterreservoir
gebruikt wordt. Zorg ervoor dat het condenswaterreservoir minstens tot de –min– markering met water is
gevuld.
Vul het condenswaterreservoir.
Melding uitschakelen:
Bevestig met OK.
De droogautomaat is door pluizen verontreinigd.
Reinig de pluizenfilters.
Reinig het sokkelfilter.
Zie hoofdstuk: “Reiniging en onderhoud”.
Melding uitschakelen:
Bevestig met OK.
U kunt zelf instellen, wanneer deze melding moet
gaan branden: zie hoofdstuk: “Instellingen”, paragraaf:
“Pluizen verwijderen”.
61
Nuttige tips
MeldingOorzaak en oplossing
Open + sluit de deur
Sokkelfilter reinigen.
Zie gaat bran-
den nadat een
programma is afgebroken
Giet reservoir leeg.
Zie gaat bran-
den nadat een
programma is afgebroken
Blokkering geregi-
streerd. Zie
gaat branden nadat een programma is afgebroken
Miele Storing
FXXX gaat bran-
den nadat een
programma is afgebroken
Nadat u het programma Stomen heeft gekozen, krijgt u
het verzoek om de trommel te vullen.
Leg wasgoed in de trommel.
De droger is door pluizen sterk verontreinigd.
Reinig de pluizenfilters.
Reinig het sokkelfilter.
Reinig het luchtgeleidingsgedeelte onder de plui-
zenfilters.
Reinig de condensor.
Storing uitschakelen:
Schakel de droger uit en weer in.
Het condenswaterreservoir is vol of er zitten knikken
in de afvoerslang.
Giet het condenswaterreservoir leeg.
Controleer de afvoerslang.
Storing uitschakelen:
Controleer of de droger is ingeschakeld en is dat
het geval, doe dan de deur open en weer dicht.
Het wasgoed is ongelijk verdeeld of opgerold.
Open de deur. Schud het wasgoed los. Neem
eventueel een deel van het wasgoed uit de trommel.
Schakel de droger uit en weer in.
Start een programma.
De oorzaak is niet direct vast te stellen.
Schakel de droger uit en weer in.
Start een programma.
Wordt het programma met dezelfde foutmelding weer
afgebroken, dan is er sprake van een storing. Neem
contact op met Miele.
62
Een tegenvallend droogresultaat
ProbleemOorzaak en oplossing
Het wasgoed is niet
goed droog.
Wasgoed of een hoofdkussen met veren vulling ruikt onaangenaam
nadat het is gedroogd.
Wasgoed van synthetisch materiaal kan statisch zijn nadat het is
gedroogd.
Er is sprake van pluisvorming.
Het wasgoed bestaat uit verschillende soorten textiel.
Droog het wasgoed na met Warme lucht.
Kies de volgende keer een programma dat beter
geschikt is.
Tip: u kunt het restvocht bij een aantal programma's
individueel aanpassen. Zie hoofdstuk: “Instellingen”.
Wasgoed: er is voor dit wasgoed te weinig wasmiddel
gebruikt.
Hoofdkussens met veren: veren beginnen bij warmte
onaangenaam te ruiken.
Gebruik voor wasgoed genoeg wasmiddel bij het
wassen.
Laat hoofdkussens met veren buiten de droger
drogen.
Koop een geurflacon en gebruik deze bij het dro-
gen.
Dit is bij synthetisch materiaal normaal.
Door bij het wassen een wasverzachter te gebrui-
ken kunt u de statische lading van het wasgoed
verminderen.
Pluizen ontstaan voornamelijk door wrijving tijdens
het dragen. Tijdens een droogprogramma raken deze
pluisjes los. De wrijving in de droger daarentegen is
gering en heeft geen invloed op de kwaliteit van het
textiel. Dit is uit onderzoek gebleken.
Pluizen worden door de pluizenfilters en het sokkelfilter opgevangen en kunnen eenvoudig worden verwijderd.
Zie hoofdstuk: “Reiniging en onderhoud”.
Nuttige tips
63
Nuttige tips
Het droogprogramma duurt erg lang
ProbleemOorzaak en oplossing
Het droogprogramma
duurt erg lang of wordt
zelfs afgebroken*
Het is te warm in het vertrek.
Zorg voor voldoende ventilatie.
Resten wasmiddel, haren en kleine pluisjes kunnen
verstoppingen veroorzaken.
Reinig de pluizenfilters en het sokkelfilter (zie
hoofdstuk: “Reiniging en onderhoud”, paragrafen:
“Pluizenfilters reinigen” en “Sokkelfilter reinigen”).
Verwijder zichtbare pluizen van de condensor (zie
hoofdstuk: “Reiniging en onderhoud”, paragraaf:
“Sokkelfilter reinigen”).
Het wasgoed is ongelijk verdeeld of opgerold.
De trommel is te vol.
Maak het wasgoed los en neem een deel van het
wasgoed uit de trommel.
Start een programma.
De luchttoevoer via het rooster rechts onder is geblokkeerd.
Verwijder de wasmand of andere voorwerpen die
de luchttoevoer blokkeren.
De pluizenfilters en het sokkelfilter zijn, nadat ze zijn
gereinigd, nat teruggeplaatst.
De pluizenfilters en het sokkelfilter moeten droog
zijn.
Het wasgoed is te nat.
Centrifugeer het wasgoed in de wasautomaat met
een hoger centrifugetoerental.
Het wasgoed heeft metalen ritssluitingen, waardoor
de vochtigheidsgraad van het wasgoed niet exact kon
worden berekend.
Doe de ritssluitingen de volgende keer open.
Doet het probleem zich opnieuw voor, droog het
wasgoed dan met het programma Warme lucht.
* Schakel de droger uit en weer in voordat u een nieuw programma start.
64
Algemene problemen met de droger
ProbleemOorzaak en oplossing
Er zijn zoemende of
brommende geluiden te
horen.
Het lukt niet om een
programma te starten
Het display is donker en
de sensortoets Start/Stop knippert langzaam.
De droger is na afloop
van een programma uitgeschakeld.
In het display staat een
vreemde taal.
De trommelverlichting
brandt niet.
Dat is geen storing.
De compressor (warmtepomp) is in gebruik of u heeft
het programma Stomen gekozen.
U hoeft niets te doen. Dit zijn normale geluiden die
ontstaan door de werking van de compressor of
van de condenswaterpomp.
De oorzaak is niet direct vast te stellen.
Steek de stekker in het stopcontact.
Schakel de droger in.
Sluit de deur van de droger.
Controleer of de zekering van de huisinstallatie
doorgeslagen is.
Gaat het om een stroomstoring? Het programma
gaat automatisch verder, zodra de storing is verholpen.
Het display wordt automatisch uitgeschakeld om
energie te besparen (stand-by).
In de kreukbeveiligingsfase draait de trommel van tijd
tot tijd.
Druk op een toets. Stand-by wordt uitgeschakeld.
Deze droger wordt automatisch uitgeschakeld. Dit is
geen storing.
Via “Instellingen”, “Taal ” is een voor u vreemde taal
ingesteld.
Stel de taal in, die u gewend bent. Het vlaggetje
dient hierbij als hulpmiddel.
Dit is geen storing. De trommelverlichting wordt in de
volgende gevallen automatisch uitgeschakeld:
Wanneer de deur gesloten is.
Wanneer de deur langer geopend blijft.
Nuttige tips
65
Nuttige tips
ProbleemOorzaak en oplossing
De sproeistraal voor het
programma Stomen is
niet sterk genoeg.
Het pluizenfilter van het condenswaterreservoir is verstopt.
Reinig het pluizenfilter in het condenswaterreser-
voir. Zie paragraaf: “Pluizenfilter in het condenswaterreservoir” in dit hoofdstuk.
De inspuiter in de vulopening is sterk verkalkt.
Vervang de inspuiter. Zie paragraaf: “Inspuiter voor
het programma Stomen” in dit hoofdstuk.
Gebruik alleen condenswater en geen leidingwa-
ter.
Leidingwater zorgt er op termijn voor dat de inspuiter
verkalkt.
66
Pluizenfilter in het condenswaterreservoir reinigen
Er kunnen wel eens problemen ontstaan bij het programma Stomen. Het
kan zijn dat het pluizenfilter, dat via
een slang met de rubberen dichting
van het condenswaterreservoir is verbonden, verstopt is.
Nuttige tips
Trek niet hard aan de slang. Anders
schiet ze los.
Trek het uiteinde van de slang door
de opening.
Houd het uiteinde van de slang vast.
Trek met de andere hand het pluizen-
filter van de slang af.
Trek het condenswaterreservoir uit
het apparaat.
Plaats daarvoor uw vinger onder de
nok aan de zijkant.
Trek de afvoertuit uit het reservoir.
Spoel het filter met een sterke water-
straal schoon.
Plaats het filter na het reinigen weer
op de slang.
Laat de slang met het filter losjes in
het condenswaterreservoir terugglijden.
Steek de afvoertuit correct in de ope-
ning van het condenswaterreservoir.
Bekijk hiervoor de afbeelding.
67
Nuttige tips
Verstopte inspuiter voor het
programma Stomen vervangen
Is de inspuiter sterk verkalkt, dan is de
sproeistraal niet sterk genoeg om het
wasgoed te bevochtigen.
In dat geval moet de inspuiter door
een nieuwe worden vervangen. Inspuiters zijn na te bestellen accessoires.
U kunt de inspuiter alleen met speciaal
gereedschap vervangen. Dit wordt
met de nieuwe inspuiter meegeleverd.
Schade door gebruik van ver-
keerd gereedschap.
De inspuiter en de droger kunnen be-
schadigd raken.
Gebruik alleen het meegeleverde ge-
reedschap.
Het programma Stomen mag alleen
met een ingeschroefde inspuiter worden gebruikt.
Open de deur van de droger.
De inspuiter ziet u links boven in de vulopening.
Plaats het gereedschap op de inspui-
ter.
Draai de inspuiter eruit door het ge-
reedschap naar links te draaien.
Plaats de nieuwe inspuiter op het ge-
reedschap.
Draai de nieuwe inspuiter erin door
het gereedschap naar rechts te draaien.
68
Service
Contact bij storingen
Voor storingen die u niet zelf kunt verhelpen, waarschuwt u uw Miele-vakhandelaar of Miele.
Het telefoonnummer van Miele vindt u
aan het einde van dit document.
Voor een goede en vlotte afhandeling
moet Miele weten welk type apparaat u
heeft en welk fabricagenummer het
heeft. Beide gegevens vindt u op het typeplaatje.
U vindt het typeplaatje als u de deur
van de droger opent:
Bij te bestellen accessoires
Accessoires voor deze droogautomaat
kunt u nabestellen bij de Miele-vakhandel of bij Miele.
U kunt deze en vele andere interessante
producten ook via de Miele-webshop
bestellen.
Droogrek
Met het droogrek kunt u producten drogen en luchten die alleen zeer behoedzaam mogen worden behandeld.
Geurflacon
Met een geurflacon kunt u ervoor zorgen dat uw wasgoed lekker gaat ruiken.
Garantie
De garantietermijn voor dit apparaat bedraagt 2 jaar.
Voor meer informatie zie de bijgevoegde garantievoorwaarden.
69
Plaatsen en aansluiten
Het apparaat aan de voorkant
a
Aansluitkabel
b
Bedieningspaneel
c
Condenswaterreservoir
– (Legen na het drogen)
d
Deur
– (Niet openen tijdens het drogen)
70
e
Klepje van de condenskast
– (Niet openen tijdens het drogen)
f
Vier in hoogte verstelbare machinevoeten
g
Rooster voor de toevoer van koude
lucht
– (Niet blokkeren met een wasmand
of andere voorwerpen)
h
Afvoerslang voor het condenswater
Plaatsen en aansluiten
Achterkant
Afhankelijk van de uitvoering van uw
droger kan de geleiding van de afvoerslang voor condenswater aan de achterkant van de droger variëren.
Uitvoering 1:
De afvoerslang c voor condenswater is
links boven opgerold. De accessoires
b voor de externe aansluiting van de
condenswaterafvoer bevinden zich op
de droger.
a
Draagpunten onder de rand van het
bovenblad voor transportdoeleinden
(zie pijlen)
b
Accessoires voor aansluiting externe
condenswaterafvoer: slangklem,
adapter en slanghouder
c
Afvoerslang voor condenswater
d
Aansluitkabel
Uitvoering 2:
De afvoerslang b voor condenswater
zit opgerold midden op de achterkant
van de droger. De accessoires voor de
externe aansluiting van de condenswaterafvoer worden meegeleverd.
a
Draagpunten onder de rand van het
bovenblad voor transportdoeleinden
(zie pijlen)
b
Afvoerslang voor condenswater
c
Haak waarop de aansluitkabel gerold wordt tijdens het transport
d
Aansluitkabel
Droger transporteren
Persoonlijk letsel en materiaal-
schade door verkeerd transport.
Als de droger kantelt, kunt u zich
verwonden en kan het apparaat beschadigd raken.
Zorg dat de droger tijdens het transport stevig staat.
71
Plaatsen en aansluiten
Als u de droger liggend vervoert: leg
de droger alleen op de linker of de
rechter zijkant.
Als u de droger rechtop vervoert: als
u een steekwagen gebruikt, vervoer
de droger dan eveneens alleen op de
linker of de rechter zijkant.
Plaatsen
De droger stellen
De deur van de droger moet vrij kunnen bewegen en er mag daarom vlak
voor de droger geen andere deur
worden geplaatst.
Transport naar de plaats van opstelling
De bevestiging van het boven-
blad aan de achterkant kan door invloeden van buitenaf breken.
Het bovenblad kan dan bij het dragen loslaten.
Controleer of de rand van het bovenblad stevig vastzit voordat u het apparaat optilt.
Draag het apparaat vooraan bij de
stelvoeten en achteraan bij de rand
van het bovenblad.
72
De droger kan alleen optimaal functioneren als deze waterpas staat.
Door aan de stelvoeten te draaien kunt
u de hoogteverschillen in de vloer compenseren en de droger waterpas stellen.
Plaatsen en aansluiten
Wachttijd na opstelling
Beschadiging van de droger
doordat deze te vroeg in gebruik genomen wordt.
De warmtepomp kan daarbij beschadigd raken.
Wacht nadat u het apparaat geplaatst heeft een uur, voordat u de
droger in gebruik neemt.
Beluchting
Zorg dat de opening voor koellucht
aan de voorkant niet afgedekt is. Anders is er geen voldoende toevoer
van koele lucht gewaarborgd!
De spleet tussen de onderkant van
het apparaat en de vloer mag niet
door sokkellijsten, hoogpolig tapijt
etc. worden verkleind. Anders is er
geen toereikende luchttoevoer gewaarborgd.
De bij het koelen van de condensor vrijkomende warme lucht verwarmt de
lucht in het vertrek. Zorg daarom voor
voldoende ventilatie in de ruimte, zet
bijvoorbeeld het raam open. De droogtijd wordt anders langer (kost meer
energie).
Bij een later transport (bijv. bij een
verhuizing)
Wordt het apparaat later nog eens getransporteerd, bijv. bij een verhuizing,
houd er dan rekening mee dat er zich
na iedere droogbeurt een geringe hoeveelheid condenswater in de nabijheid
van de pomp bevindt. Dit kan er uitlopen wanneer het apparaat schuin wordt
gehouden. Daarom raden wij u aan om
al vóór het transporteren het programma Warme lucht te starten en ca. 1minuut te laten draaien. De resten condenswater worden dan in het reservoir
of via de afvoerslang weggepompt.
Nog meer plaatsingstips
Plaatsbaar onder werkblad
Deze droger mag onder een werkblad
worden geplaatst.
Storing aan het apparaat door warmte.
Zorg ervoor dat de vrijkomende warme lucht van de droger kan worden
afgevoerd.
– Het is niet mogelijk om het boven-
blad van het apparaat te demonteren.
– De elektrische aansluiting moet in de
buurt van de droger zijn geïnstalleerd
en gemakkelijk toegankelijk zijn.
– Het is mogelijk dat de droogprogram-
ma's iets langer duren.
Na te bestellen accessoires
- Tussenstuk voor de was-droogzuil*
Deze droger kan op een Miele-wasautomaat worden geplaatst. Voor deze
Miele-was-droogzuil is wel een speciaal
tussenstuk nodig.
– Sokkel*
Voor deze droger is een sokkel met lade
verkrijgbaar.
73
Plaatsen en aansluiten
Externe afvoer voor het condenswater aansluiten
Opmerking
Het condenswater dat bij het drogen
vrijkomt, wordt door de afvoerslang
aan de achterkant van de droger naar
het condenswaterreservoir gepompt.
U kunt het condenswater ook extern,
via de afvoerslang aan de achterzijde
van de droogautomaat afvoeren. U
hoeft het reservoir dan niet meer te legen.
Lengte van slang: 1,49m
Max. opvoerhoogte: 1,50m
Max. afpomplengte: 4,00m
Accessoires voor het afpompen
Speciale aansluitingen waarbij een
terugslagklep noodzakelijk is
Materiaalschade door terugstro-
mend condenswater.
Er kan water terugstromen in de dro-
ger of er kan water opgezogen worden. Dit water kan schade veroorzaken aan de droger en het vertrek
waar de droger staat opgesteld.
Gebruik de terugslagklep als u het
uiteinde van de slang in water doopt
of op watergeleidende aansluitingen
installeert.
Max. opvoerhoogte met terugslagklep:
1,00m
Speciale aansluitingen waarbij een terugslagklep noodzakelijk is, zijn:
– Het water wordt afgevoerd in een
wastafel of in de vloer, waarbij het
uiteinde van de slang zich in het water bevindt.
– De waterafvoer wordt op een sifon
van een wastafel aangesloten.
– meegeleverd: adapter (b), slangklem
(c), slanghouder (e);
– bij te bestellen bij Miele: een set met
een terugslagklep voor een externe
wateraansluiting. Terugslagklep (d),
verlengstuk slang (a) en slangklemmen (c) worden meegeleverd.
74
– Een wasautomaat of afwasautomaat
is op dezelfde waterafvoer aangesloten.
Als de terugslagklep niet juist gemonteerd is, kan het water niet afgepompt worden.
Monteer de terugslagklep zo dat de
pijl op de terugslagklep in de stroomrichting wijst.
Afvoerslang leggen
Als de afvoerslang ondeskundig
gemonteerd wordt, kan de slang beschadigd raken.
Door beschadiging van de afvoerslang kan er water lekken en schade
ontstaan.
Trek niet te hard aan de afvoerslang,
de slang niet uitrekken of knikken.
In de afvoerslang bevindt zich een geringe hoeveelheid restwater. Zet daarom
een bak klaar.
Plaatsen en aansluiten
Uitvoering 2:
Trek de afvoerslang van het aansluit-
stuk.
Wikkel de slang van de houder af en
trek de slang voorzichtig uit de klemmen.
Vang het restwater op in de bak.
Uitvoering 1:
Geleid de slang naar rechts of naar
links.
– Wanneer u de slang naar rechts heeft
getrokken, kunt u deze in de groef
vastklemmen.
75
Plaatsen en aansluiten
– Laat de slang in de onderste klem zit-
ten om te voorkomen dat er knikken
in komen.
Voorbeelden: condenswater afvoeren
Op de afbeelding ziet u hoe de accessoires voor de externe aansluiting van
de condenswaterafvoer bij uitvoering 1
worden verwijderd. Bij uitvoering 2
worden de accessoires voor de externe aansluiting van de condenswaterafvoer meegeleverd.
- Waterafvoer via wastafel of vloer
Gebruik de slanghouder om knikken in
de afvoerslang te voorkomen.
Zorg ervoor dat de afvoerslang
niet weg kan glijden wanneer u deze
in een wastafel hangt. Maak de slang
zo nodig vast.
Glijdt de slang weg, dan loopt het
condenswater eruit en kan dan schade veroorzaken.
Plaats de terugslagklep in het uitein-
de van de slang.
* De slanghouder kunt u later weer
terugplaatsen, wanneer u het condenswater niet meer extern wilt afvoeren.
- Directe aansluiting op de sifon van
een wastafel
Druk links en rechts de haakjes met
de duimen naar binnen. Zie donkere
pijlen.
Trek de slanghouder dan naar voren
en haal hem eraf. Zie lichte pijlen.*
76
Haal de benodigde onderdelen,
adapter 1 en slangklem 3 daarachter,
van het apparaat af.
Sluit de afvoerslang aan zoals hierna
beschreven.
Plaatsen en aansluiten
Bevestig adapter 1 met de schroef-
koppeling 2 aan de sifon van de wastafel.
In de regel is de schroefkoppeling van
de wastafel voorzien van een schijfje
dat u eraf moet halen.
Plaats het uiteinde van slang 4 op
adapter 1.
Gebruik de slanghouder.
Draai slangklem 3 direct achter de
schroefkoppeling met een schroevendraaier vast.
1. Adapter
2. Schroefkoppeling
3. Slangklem
4. Uiteinde slang (bevestigd aan de
slanghouder)
5. Terugslagklep
6. Afvoerslang van de droger
Plaats terugslagklep 5 in afvoerslang
6 van de droger.
Terugslagklep 5 moet zo worden gemonteerd, dat de pijl in de richting
van de wastafel wijst. Gebeurt dat
niet, dan kan het water niet weglopen.
Maak de terugslagklep met de slang-
klemmen vast.
77
Plaatsen en aansluiten
Elektrische aansluiting
Deze automaat is voorzien van een aansluitkabel en een stekker met beschermingscontact (randaarde), geschikt
voor aansluiting op ~230 V 50Hz.
Zorg ervoor dat u altijd bij de stekker
kunt komen om de spanning van de
droger te halen.
Deze droger mag alleen door een erkend installateur op het elektriciteitsnet
worden aangesloten. De elektrische
huisinstallatie moet volgens NEN 1010
zijn geïnstalleerd.
Sluit de droger nooit aan op verlengsnoeren, stekkerdozen en dergelijke. Dit
zijn potentiële gevarenbronnen (brandgevaar).
Op het typeplaatje staat informatie over
de nominale aansluitwaarde en de zekering. Vergelijk deze gegevens met de
waarden van het elektriciteitsnet.
Gewogen energieverbruik in sluimerstand (Pl)0,20W
Duur van de sluimerstand (Tl)
Standaardprogramma waarop de informatie op het etiket en de productkaart
betrekking heeft
Programmaduur van het standaard katoenprogramma
Gewogen programmaduur160min
Programmaduur bij volledige lading208min
Programmaduur bij gedeeltelijke lading124min
Condensatie-efficiëntieklasse
A (meest efficiënt) tot G (minst efficiënt)A
Gewogen condensatie-efficiëntie van het “standaard katoenprogramma bij
volledige en gedeeltelijke lading”
Gemiddelde condensatie-efficiëntie van het “standaard katoenprogramma
bij volledige lading”
Gemiddelde condensatie-efficiëntie van het “standaard katoenprogramma
bij gedeeltelijke lading”
Geluidsvermogensniveau (LWA)
Inbouwapparaat-
1
2
3
4
5
6
9,0kg
193kWh/jaar
15min
Katoen met pijl
94%
94%
94%
64 dB(A) re 1 pW
● Ja, aanwezig
1
In kg katoenen wasgoed voor het standaard katoenprogramma bij volledige lading
2
Gebaseerd op 160 droogcycli met het standaard katoenprogramma bij volledige en gedeeltelijke lading, en het verbruik in de energiebesparende standen. Het werkelijke verbruik hangt af van de wijze
waarop het apparaat wordt gebruikt.
80
Technische gegevens
3
Wanneer de huishoudelijke droogtrommel uitgerust is met een systeem voor stroomverbruikregeling
4
Dit programma is geschikt voor het drogen van normaal vochtig katoenen wasgoed en is voor katoen
het efficiëntste programma in termen van energieverbruik.
5
Wanneer de huishoudelijke droogtrommel een condensdroogtrommel is
6
Voor het “standaard katoenprogramma”, gebruikt bij volledige lading
81
Technische gegevens
Conformiteitsverklaring
Hiermee verklaart Miele, dat deze warmtepompdroger voldoet aan richtlijn
2014/53/EU.
U kunt de volledige tekst van deze EU-conformiteitsverklaring op de volgende internetadressen vinden:
Testprogramma volgens verordening 392/2012/EU voor het energielabel gemeten conform EN 61121
Alle niet-gemarkeerde waarden zijn in overeenstemming met de norm EN 61121.
2
9,0
4,5
9,0
9,0
9,01.000601,70200
9,0
9,0
9,0
4,01.200400,5072
Centrifugeerstand
wasautomaat
1.000
1.000
1.200
1.400
1.600
1.000
1.200
1.400
1.600
Restvocht
60
60
53
50
44
60
53
50
44
EnergiePro-
1,63
0,86
1,45
1,40
1,25
1,25
1,10
1,00
0,85
gram-
maduur
208
124
189
179
160
147
129
120
102
Instructie voor vergelijkende tests:
Wanneer er een test volgens EN 61121 moet worden uitgevoerd moet éérst volgens bovenstaande
norm 3 kg katoenen wasgoed worden gedroogd en wel met 70 % restvocht in het programma KatoenKastdroog zonder Extra functie.
Wanneer u het programma Katoen instelt, voer het condenswater dan via de afvoerslang extern
af.
De verbruiksgegevens kunnen afwijken van de aangegeven waarden, afhankelijk van het soort
textiel, de hoeveelheid wasgoed, de hoeveelheid restvocht na het centrifugeren, de schommelingen in de elektriciteit en de waterhardheid.
De gebruiksgegevens die in EcoFeedback worden aangegeven kunnen afwijken van de hierboven aangegeven verbruiksgegevens. Dit komt door de manier waarop verbruiksgegevens in de droger worden
berekend. Zo hebben het restvocht en de samenstelling van het wasgoed invloed op de programmaduur en dit heeft weer invloed op het energieverbruik.
83
Instellingen
OK
Jeans
OK
Instellingen
OK
Taal
Instellingen oproepen
Met de instellingen kunt u de elektronica van de droger aan veranderende
situaties aanpassen.
De instellingen kunt u ieder moment
wijzigen.
Draai de keuzeschakelaar op Overige
programma's.
Tip sensortoets 1x aan.
In het display staat:
Bevestig met sensortoets OK.
Instellingen kiezen
Loop met de sensortoetsen en
door de instellingen, totdat de gewenste instelling in het display verschijnt.
– Met sensortoets loopt u in het me-
nu naar beneden.
– Met sensortoets loopt u in het me-
nu naar boven.
Tip sensortoets OK aan, waarna u
een variant binnen de instelling kunt
kiezen.
Varianten instellen
Loop met de en - toetsen door
de varianten van de gekozen instelling.
U kunt bijvoorbeeld
– een variant instellen die met wordt
gemarkeerd,
– een balk wijzigen,
U bevindt zich nu in het submenu In-stellingen.
84
– getallen wijzigen.
Staat uw keuze in het display, beves-
tig deze dan met sensortoets OK.
Instellingenmenu sluiten
Kies een programma met de keuze-
schakelaar.
Instellingen
Taal
Er zijn verschillende talen waarin de
meldingen in het display kunnen worden weergegeven.
Het vlaggetje achter het woord Taal
dient als leidraad, wanneer u een andere taal wilt instellen.
De gekozen taal wordt ingesteld.
Droogtegraad
Met deze instelling kunt u de droogtegraad van de programma's Katoen,Kreukherstellend en Automatic wijzigen.
Keuze
– (vochtiger)
Het programma duurt korter.
– (fabrieksinstelling)
– (droger)
Het programma duurt langer.
Afkoeltemperatuur
Het wasgoed wordt kort voor het
einde van het programma afgekoeld.
U kunt in alle programma's met droogtegraad de automatische afkoelfase
die voor het einde van het programma
wordt uitgevoerd koeler instellen waardoor de afkoelfase wordt verlengd.
Keuze
U kiest in stappen van 1°C.
– 55°C (fabrieksinstelling)
– ...
– 40°C
Inschakeltoon
U kunt het volume van de welkomsttoon op 7 verschillende standen instellen.
Na het drogen dienen de pluizen verwijderd te worden. Bovendien gaat de
volgende herinnering branden, zodra
de filters een bepaalde hoeveelheid
pluizen bevatten:
Sokkelfilter reinigen. Zie
U kunt zelf beslissen bij welke hoeveelheid pluizen deze melding verschijnt.
Keuze
Probeer uit wat het beste bij uw drooggewoonten past.
– Uit
De herinnering verschijnt niet. Als er
sprake is van een zeer ernstige belemmering van de luchtstroom wordt
het programma afgebroken en verschijnt de melding Sokkelfilter reini-
gen. Zie toch, ook als u deze optie
heeft uitgezet.
– De melding Bij overmat. pluisv.
verschijnt alleen bij overmatige pluisvorming.
86
– Bij normale pluisv. (fabrieksinstelling)
– De melding Bij geringe pluisv.
verschijnt al bij geringe pluisvorming.
Instellingen
Geleidbaarheid
Deze instelling is alleen relevant voor
regio's met een heel lage waterhardheid.
Bij zacht water kan het droogresultaat mogelijk onvoldoende zijn.
Kies deze instelling pas als het water
waarin het wasgoed werd gewassen
uiterst zacht is en als de geleiding
(de elektrische geleidbaarheid) geringer is dan 150μS/cm. De geleidbaarheid van het drinkwater kan bij
het waterleidingbedrijf worden nagevraagd.
Keuze
– Normaal (fabrieksinstelling)
– Laag <150mS (alleen voor regio's met
zeer lage waterhardheid)
Verbruik
Met deze instelling kunt u zien wat het
totale verbruik van uw droger is.
Keuze
– Laatste programma
geeft het energieverbruik van het
laatste programma weer
– Totaal verbruik
geeft het totale verbruik tot nu toe
weer
– Resetfunctie
wist het totale verbruik tot nu toe
87
Instellingen
Code
Met deze instelling kunt u een code inschakelen, waarmee u de elektronica
vergrendelt en voorkomt dat uw apparaat door vreemden kan worden gebruikt.
Keuze
– Activeren
De code is 250 en kan worden geactiveerd.
Als de code is geactiveerd, moet na
het inschakelen de code worden ingevoerd zodat deze droger kan worden bediend.
– Deactiveren
Wanneer u de droger zonder invoeren
van een code wilt bedienen. Deze
melding verschijnt alleen, als deze
extra functie eerst was ingeschakeld.
– Wijzigen
U kunt een willekeurige code invoeren.
Lichtsterkte
U kunt de helderheid van het display,
de sensortoetsen en de gedimde sensortoetsen instellen.
Regelt de lichtsterkte van de geactiveerde sensortoetsen.
– (donker)
– (licht)
Toetsen gedimd
Regelt de lichtsterkte van de sensortoetsen die kunnen worden geactiveerd.
Noteer de nieuwe code. Noteer
de nieuwe code om te voorkomen
dat u een Miele-technicus moet laten
komen om het apparaat te ontgrendelen.
88
– (donker)
– (licht)
Tip: Let op! Er is een groot verschil tussen de lichtsterkte van de geactiveerde
en de gedimde sensortoetsen. Dat
maakt de bediening gemakkelijker.
Instellingen
Uitschakeling indic.
Na 10minuten gaat de verlichting van
het display en de toetsen uit en alleen
de toets Start/Stop gaat langzaam
knipperen. U kunt dit wijzigen.
Keuze
– Aan (fabrieksinstelling)
Het display wordt na 10minuten
donker:
– wanneer u na het inschakelen van
de droger geen programma kiest
– tijdens het programmaverloop
– na afloop van een programma.
– Aan (niet tijd. pr.v.)
Het display wordt donker (zoals hierboven beschreven), maar niet tijdens
het lopende programma.
– Uit
Het display wordt nooit donker.
Het display licht weer op wanneer u een
willekeurige toets aanraakt.
Memory
De droger slaat de laatst gekozen instellingen van een droogprogramma
op (droogtegraad en/of Extra functies
of bij enkele programma's de duur).
Als u het programma opnieuw kiest,
verschijnen de opgeslagen instellingen.
Keuze
– Uit (fabrieksinstelling)
– Aan
De activering van de voorprogrammering en de zoemer, evenals de
EcoFeedback-gegevens worden niet
opgeslagen.
Kreukbeveiliging
U kunt de duur van de kreukbeveiliging wijzigen.
Keuze
– 1 h
– 2 h (fabrieksinstelling)
89
Instellingen
Programma-info
Namen van programma's en beladingscapaciteiten die bij de keuze van
het programma met de keuzeschakelaar in het display branden, kunt u uitschakelen.
Keuze
– Uit (de naam van het programma en
de beladingscapaciteit verschijnen
niet)
– Programmanaam (de beladingscapaci-
teit verschijnt niet)
– Pr.naam + max. bel. (beide verschijnen,
fabrieksinstelling)
Miele@home
Sluit de droger aan op het WiFi-netwerk.
De volgende punten kunnen in het submenu verschijnen:
– Verbindingsstatus (zichtbaar als
Miele@home is geactiveerd)
De volgende waarden verschijnen:
– de ontvangst van de WiFi
– de naam van het netwerk
– het IP-adres
– Opnieuw instellen (zichtbaar, indien in-
gesteld)
Reset de WiFi-verbinding (netwerk) om
deze onmiddellijk opnieuw in te stellen.
– Resetten (zichtbaar, indien ingesteld)
– WiFi wordt uitgeschakeld.
– De verbinding met WiFi wordt naar
de fabrieksinstelling gereset.
Miele@home is niet meer ingesteld. U
kunt Miele@home pas weer gebruiken,
als u opnieuw verbinding maakt.
– Instellen
Deze melding verschijnt alleen als de
droger nog niet met een WiFi-netwerk is
verbonden.
In het hoofdstuk “Ingebruikneming van
het apparaat” staat hoe u Miele@home
kunt instellen.
– Deactiveren (zichtbaar als Miele@home
is geactiveerd)
Miele@home blijft ingesteld, de WiFifunctie wordt uitgeschakeld.
– Activeren (zichtbaar, als Miele@home
is gedeactiveerd)
De WiFi-functie wordt weer ingeschakeld.
90
Instellingen
Afstandsbediening
De instelling Afstandsbediening is alleen
zichtbaar als Miele@home ingesteld en
geactiveerd is.
Als u de Miele@mobile app op uw tablet of smartphone geïnstalleerd heeft,
kunt u de status van uw droger vanaf
elke locatie oproepen en uw droger
met het programma MobileControl op
afstand starten.
U kunt de instelling Afstandsbediening
uitschakelen als u de droger niet met
uw tablet of smartphone wilt bedienen.
Het programma kan ook via de app afgebroken worden, als de Afstandsbedie-
ning niet ingeschakeld is.
Stel met de toets “Voorprogrammering”
een tijdsbestek in, waarbinnen u de
droger wilt starten en start de “Voorprogrammering” (zie hoofdstuk: “Voorprogrammering/SmartStart”).
De droger wordt dan binnen het opgegeven tijdsbestek gestart door een signaal dat u stuurt.
Als u op de uiterste starttijd nog geen
signaal heeft verstuurd, start de droger
automatisch.
SmartGrid
De instelling SmartGrid is alleen zichtbaar als Miele@home ingesteld en geactiveerd is.
Met deze functie kunt u de droger automatisch laten starten, als het
stroomtarief van uw energiebedrijf
zeer laag is.
Als u SmartGrid geactiveerd heeft, verandert de functie van de toets Voorpro-grammering. Met de toets “Voorprogrammering” stelt u SmartGrid in. De
droger wordt dan binnen het door u opgegeven tijdsbestek gestart door een
signaal van uw energieleverancier.
Als uw energieleverancier op de uiterste
starttijd nog geen signaal heeft verstuurd, start de droger automatisch (zie
hoofdstuk: “Voorprogrammering”).
De functie SmartGrid is standaard uitgeschakeld.
Standaard is de afstandsbediening geactiveerd.
91
Instellingen
RemoteUpdate
Via RemoteUpdate kunt u de software
van uw droger actueel maken.
De functie RemoteUpdate is standaard
uitgeschakeld.
Als u een RemoteUpdate niet installeert,
kunt u uw droger gewoon gebruiken.
Miele adviseert u echter, de RemoteUpdates te installeren.
Activering
RemoteUpdate in het menu verschijnt
en kan alleen dan gekozen worden, als
u uw droger in het WiFi-netwerk heeft
opgenomen. Zie hoofdstuk: “Instellingen”, paragraaf: “Miele@home”.
U kunt de functie RemoteUpdate van
Miele alleen gebruiken, als de droger
met een WiFi-netwerk verbonden is en
u een account in de Miele@mobile app
heeft. De droger moet daar geregistreerd zijn.
De gebruiksvoorwaarden vindt u in de
Miele@mobile-app.
Het verloop van de RemoteUpdate
Als er een RemoteUpdate voor uw droger beschikbaar is, wordt u automatisch
gewaarschuwd.
U kunt dan kiezen of u de RemoteUpdate direct of later wilt starten. Als u “later starten” kiest, verschijnt de vraag
weer als u de droger opnieuw inschakelt.
De RemoteUpdate kan enkele minuten
duren.
Let bij de functie RemoteUpdate op het
volgende:
– Zolang u geen melding ontvangt, is er
geen RemoteUpdate beschikbaar.
– Is een RemoteUpdate een keer geïn-
stalleerd, dan kunt u dit niet ongedaan maken.
– Schakel de droger niet uit tijdens de
RemoteUpdate. Anders wordt de RemoteUpdate afgebroken en niet geïnstalleerd.
Enkele software-updates kunnen alleen
door een technicus van Miele worden
uitgevoerd.