Lees de aanwijzingen, bijvoor
beeld een installatie-instructie.
Waarschuwing! Hete oppervlak
ken.
Waarschuwing! Spanning tot 1000
Volt.
Aarde
Lees de gebruiksaanwijzing voordat u de
wasautomaat in gebruik neemt. Dat is veiliger voor uzelf en u voorkomt schade aan
het apparaat.
-
-
Verantwoord gebruik
Bewaar op het machinedeksel geen che
micaliën (vloeibare wasmiddelen, hulp
middelen). Dergelijke middelen kunnen
kleurveranderingen en lakschade veroorza
ken. Als er per ongeluk chemicaliën op het
oppervlak terechtkomen, verwijder deze dan
meteen met een in water natgemaakte doek.
Wordt de automaat professioneel ge
bruikt, dan mag alleen geïnstrueerd/ge
schoold personeel de automaat bedienen.
Als de automaat in een vrij toegankelijke
ruimte staat opgesteld, moet de exploitant
veiligstellen dat de automaat zonder risico
kan worden gebruikt.
Het apparaat mag niet buiten worden
gebruikt.
-
-
-
-
Technische veiligheid
De elektrische veiligheid van het appa-
raat is alleen dan gewaarborgd als het
wordt aangesloten op een volgens de voorschriften geïnstalleerd aardingssysteem. Het
is belangrijk dat u dit controleert en in geval
van twijfel de huisinstallatie door een vakman laat controleren. De fabrikant kan niet
aansprakelijk worden gesteld voor schade
die is ontstaan door een ontbrekende of beschadigde aarddraad.
-
De wasautomaat mag uitsluitend worden
gebruikt voor wasgoed dat niet met ge
vaarlijke of ontvlambare stoffen is vervuild.
Reinig in deze automaat alleen wasgoed
dat volgens het wasetiket geschikt is
voor machinale reiniging.
Gebruik de automaat nooit voor chemi
sch reinigen! Bij de meeste daarvoor ge
bruikte reinigingsmiddelen, zoals benzine,
bestaat brand-/explosiegevaar!
Bewaar en gebruik in de buurt van de
wasautomaat geen benzine, petroleum
of andere licht ontvlambare stoffen.
Er bestaat brand-/explosiegevaar! Gebruik
het machinedeksel niet als werkblad.
-
-
De veiligheidsvoorzieningen en de bedieningselementen van het apparaat mo
gen niet worden beschadigd of verwijderd.
Wanneer de bedieningselementen of de
isolatie van kabels beschadigd zijn, mag
het apparaat niet worden gebruikt totdat het
is gerepareerd.
-
Gebruik het apparaat alleen wanneer
alle afneembare delen van de ommante
ling gemonteerd zijn, zodat men niet in aan
raking kan komen met onderdelen die onder
stroom staan of draaien.
Bij een vaste aansluiting moet het appa
raat via een schakelaar met alle polen
van de netspanning kunnen worden losge
koppeld.
Er staat alleen dan geen spanning op
het apparaat als de hoofdschakelaar of
de zekering van de huisinstallatie is uitge
schakeld.
-
-
-
-
-
-
4M.-Nr. 06 572 445
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Reparaties aan elektrisch, gas- en
stoomverwarmde apparaten mogen uit
sluitend door vakmensen worden uitge
voerd. Ondeskundig uitgevoerde reparaties
kunnen gevaar opleveren voor de gebruiker.
Probeer nooit de deur van de wasauto
maat met geweld te openen. Om de vei
ligheidsfunctie van het deurslot te waarbor
gen, is de deurgreep voorzien van een spe
ciale afbreekbeveiliging.
Defecte onderdelen mogen alleen door
originele Miele-onderdelen worden ver
vangen. Alleen van die onderdelen kan
Miele garanderen dat zij voldoen aan de vei
ligheidseisen die Miele stelt.
Ondanks het feit dat het beste materiaal
is gebruikt en dat bij de productie zeer
zorgvuldig te werk wordt gegaan, zijn de
toevoerslangen aan slijtage onderhevig.
Door scheurtjes, knikken, etc. kunnen de
slangen gaan lekken. Controleer de toevoerslangen daarom regelmatig. U kunt ze dan
tijdig vervangen en zo waterschade voorkomen.
Het apparaat is voor professionele doel-
einden. Wij adviseren u het apparaat
dan ook periodiek door een deskundige te
laten controleren (bijvoorbeeld door Miele).
De resultaten van de controle moeten in het
zogenaamde machinevolgboek worden
vastgelegd (verkrijgbaar bij Miele).
-
-
-
-
-
Veroorzaak geen elektrische vonken, bij
–
voorbeeld door stekkers uit het stopcon
tact te trekken of door elektrische schake
laars of bellen te gebruiken.
Sluit de gaskraan die ter plaatse voor de
–
wasautomaat is aangebracht.
Wanneer u de oorzaak van de gaslucht
–
-
-
niet kunt vaststellen terwijl alle gaskranen
gesloten zijn, moet u het plaatselijke gas
bedrijf waarschuwen.
Let op! Voor beëindiging van de werkzaam
heden bij ingebruikneming, onderhoud, om
bouw of reparaties moeten alle gasleidingen
en onderdelen waar gas door stroomt, van
de gaskraan tot de inspuiter, op lekkage
worden gecontroleerd.
Let met name op de meetaansluitingen bij
de gasklep.
Controleer als de brander is ingeschakeld
en als de brander is uitgeschakeld.
-
-
-
-
-
-
Gebruik van het apparaat
Dit apparaat mag alleen worden gebruikt
door personen die in staat zijn het apparaat veilig te bedienen en die volledig op de
hoogte zijn van de inhoud van de gebruiksaanwijzing!
Zorg dat kinderen nooit in, op of in de
buurt van de wasautomaat spelen of
deze zelfs bedienen.
Gasverwarmde wasautomaten
Veiligheidsmaatregelen bij gaslucht
–
Doof onmiddellijk alle vlammen!
–
Open onmiddellijk alle ramen en deuren!
–
Sluit onmiddellijk de gaskranen bij de gas
meter of de hoofdkraan!
–
Betreed ruimtes waar u een gaslucht
waarneemt nooit met onafgeschermd
licht!
–
Steek geen lucifers of aanstekers aan!
–
Niet roken!
M.-Nr. 06 572 4455
-
Als op hoge temperaturen wordt gewas
sen, wordt het kijkglas heet. Zorg er
daarom voor dat kinderen het kijkglas niet
kunnen aanraken als de wasautomaat aan
staat.
Sluit de deur nadat u de automaat heeft
gebruikt. Zo voorkomt u dat:
–
kinderen zich in de automaat opsluiten of
voorwerpen erin verstoppen.
–
kleine dieren in de automaat opgesloten
raken.
Wacht tot de trommel stilstaat voordat u
de was uit de automaat haalt. U kunt
zich verwonden als u uw hand in de nog
draaiende trommel steekt.
-
-
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
U kunt zich verwonden aan de scharnie
ren van de deur.
U moet de deur van de automaat hele
maal kunnen openen. Deuren of bouw
kundige situaties mogen hierop geen in
vloed hebben.
Het water in de wasautomaat is geen
drinkwater! Laat het sop in een afvoer
systeem weglopen dat speciaal daarvoor is
aangelegd.
Als de wasautomaat zonder toezicht
aanstaat, moet zich in de directe omge
ving van de automaat een afvoer in de vloer
(putje) bevinden.
Is de wasautomaat uitgeschakeld en de
deur gesloten, schakel dan eerst de
wasautomaat in en open dan pas de deur.
Als de deur open is en er stroomt water uit
de kuip, sluit dan de deur en schakel de
wasautomaat in.
De desinfectiestandaard van thermische
en chemothermische procédés dient de
gebruiker regelmatig met geschikte controles te waarborgen. De procédés moeten periodiek thermo-elektrisch met loggers of met
geschikte indicatoren worden gecontroleerd.
Ten aanzien van de procesparameters dient
de gebruiker met name de temperatuur en
bij chemo-thermische programma's de concentratie te controleren. Desinfectieprogramma's mogen niet worden onderbroken, om
dat anders het desinfectieresultaat onvol
doende kan zijn.
Let bij gebruik en combinatie van speci
ale reinigingsmiddelen en speciale pro
ducten op de aanwijzingen van de desbe
treffende fabrikant. Gebruik het middel al
leen voor toepassingen die door de fabrikant
zijn aangegeven. Hiermee voorkomt u mate
riaalschade en eventuele heftige chemische
reacties. Vraag in geval van twijfel de fabri
kant van het middel of het geschikt is voor
gebruik in wasautomaten.
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
Controleer het wasresultaat bij wasgoed
dat met biologische oliën of vetten ver
vuild is. Als het wasgoed niet schoon ge
noeg is, kan tijdens het droogproces zelfont
branding optreden. Gebruik voor dergelijk
wasgoed speciale wasmiddelen of speciale
wasprogramma's.
Voor de reiniging van het apparaat mag
geen hogedrukreiniger of waterstraal
worden gebruikt.
-
-
-
Overige opmerkingen
Desinfectie- en reinigingsmiddelen be
vatten vaak chloorhoudende verbin
dingen. Wanneer dergelijke middelen op
een roestvrijstalen oppervlak opdrogen, kun
nen chloriden ontstaan. Deze tasten het
roestvrije staal aan en veroorzaken roest. U
beschermt het roestvrije staal het best tegen
roestvorming als u voor het wassen/desinfecteren en voor het reinigen van de roestvrijstalen oppervlakken middelen gebruikt
die geen chloor bevatten.
Informeer in geval van twijfel bij de fabrikant
van het middel. Wanneer chloorhoudende
middelen per ongeluk op roestvrij staal terechtkomen, verwijder deze dan met water.
Wrijf het oppervlak daarna met een doek
droog.
Wanneer voor een bepaalde toepassing
een chemisch hulpmiddel wordt aanbe
volen, betekent dit niet dat de fabrikant van
het apparaat ook aansprakelijk is voor het
effect van dit middel op het wasgoed en de
machine.
Houd er rekening mee dat veranderingen in
formules en opslagvoorschriften die niet af
-
komstig zijn van de fabrikant van de chemi
sche middelen het wasresultaat kunnen be
ïnvloeden.
-
-
-
-
-
-
-
Kleur- en ontkleuringsmiddelen, alsmede
ontkalkingsmiddelen moeten geschikt
zijn voor gebruik in de wasautomaat. Let al
tijd op de aanwijzingen van de fabrikant van
het middel.
6M.-Nr. 06 572 445
-
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Gebruik van toebehoren
Toebehoren mogen alleen worden aan-
of ingebouwd, als ze uitdrukkelijk door
Miele zijn vrijgegeven. Als andere onderde
len worden aan- of ingebouwd, kan Miele
niet voor de gevolgen instaan en kan geen
beroep worden gedaan op bepalingen met
betrekking tot de garantie en de product
aansprakelijkheid.
Bij gebruik van externe onderdelen, zo
als zuiglansen, elektronische waterme
ters, doseermeters en signaalgevers, moet
aan alle geldende veiligheidsvoorschriften
worden voldaan.
Een externe PC moet voldoen aan de eisen
van EN 60950-1:2001 (IEC 60950-1:2001).
-
-
Chloor en schade aan onderdelen
Aanwijzingen voor behandelingen met
chloorbleekmiddelen en perchloorethyleen
Antichloorbehandeling
De antichloorbehandeling moet meteen aan
sluitend op het gebruik van het chloorbleek
-
-
middel worden uitgevoerd! Gebruik hiervoor
bij voorkeur waterstofperoxide of een was- of
bleekmiddel op zuurstofbasis en zonder het
water tussendoor af te pompen.
Met thiosulfaat kan, vooral bij hard water,
gipsvorming optreden waardoor verontreini
gingen op het wasgoed en afzettingen in de
wasautomaat kunnen ontstaan. Omdat een
behandeling met waterstofperoxide het neu
tralisatieproces van chloor ondersteunt,
dient daaraan de voorkeur te worden gege
ven.
De juiste hoeveelheden hulpmiddelen en de
behandelingstemperaturen dienen ter plaat
se volgens de doseeradviezen van de wasen hulpmiddelenfabrikanten te worden inge
steld en gecontroleerd. Ook moet worden
getest of er resten actieve chloor in de was
zijn achtergebleven.
-
-
-
-
-
-
-
Hoe groter de gebruikte chloorhoeveel-
heden, des te groter de kans op schade
aan onderdelen van de automaat.
Het gebruik van chloorhoudende middelen,
zoals natriumhypochloride en poedervormige chloorbleekmiddelen, kan - afhankelijk
van de chloorconcentratie, de inwerktijd en
de temperatuur - de beschermlaag van het
roestvrije staal aantasten en corrosie veroor
zaken op onderdelen van de automaat. Om
deze redenen dient u af te zien van het ge
bruik van dergelijke middelen. In plaats
daarvan adviseren wij bleekmiddelen op
zuurstofbasis.
Als u toch voor bepaalde verontreinigingen
chloorhoudende bleekmiddelen gebruikt,
dient u altijd een antichloorbehandeling uit
te voeren. U voorkomt zo dat onderdelen
van de wasautomaat en de was onherstel
baar beschadigd raken.
-
-
Het afdanken van het apparaat
Wanneer u uw oude wasautomaat af-
dankt (laat afvoeren), maak dan eerst het
deurslot onbruikbaar. Daarmee voorkomt u
dat spelende kinderen zich opsluiten en in
levensgevaar komen.
Wanneer andere personen worden geïn
strueerd om de wasautomaat te bedienen,
moeten zij op de hoogte worden gesteld
van deze belangrijke veiligheidsinstruc
ties.
Bewaar deze gebruiksaanwijzing zorgvul
dig!
-
-
-
M.-Nr. 06 572 4457
Een bijdrage aan de bescherming van het milieu
Het verpakkingsmateriaal
De verpakking beschermt het apparaat te
gen transportschade. Het verpakkingsmate
riaal is uitgekozen met het oog op een zo
gering mogelijke belasting van het milieu en
de mogelijkheden voor recycling.
Hergebruik van het verpakkingsmateriaal
remt de afvalproductie en het gebruik van
grondstoffen. Vaak neemt de leverancier de
verpakking terug. Als u de verpakking zelf
wegdoet, informeer dan bij de reinigings
dienst van uw gemeente waar u die kunt af
geven.
Houd verpakkingsmaterialen (zoals fo
,
lies en plastic zakken) bij kinderen van
daan. Verstikkingsgevaar!
Het afdanken van het apparaat
Oude elektrische en elektronische apparaten bevatten meestal nog waardevolle materialen. Ze bevatten echter ook schadelijke
stoffen die nodig zijn geweest om de apparaten goed en veilig te laten functioneren.
Wanneer u uw oude apparaat bij het gewone afval doet of er op een andere manier
niet goed mee omgaat, kunnen deze stoffen
schadelijk zijn voor de gezondheid en het
milieu.
-
-
-
Tips om energie te besparen
Maak zoveel mogelijk gebruik van de maxi
-
-
-
male beladingscapaciteit van een program
ma. U gebruikt dan relatief gezien de minste
energie en het minste water. Bij een te lege
trommel is het water- en energieverbruik re
latief hoog. Een te volle trommel beïnvloedt
het wasresultaat.
Centrifugeer de was (indien mogelijk) met
het maximale centrifugetoerental. Dit be
spaart veel tijd en energie tijdens het dro
gen.
Als u de was tijdens het laatste spoelen met
warm water spoelt, zal de was minder rest
vocht bevatten en al warm zijn. De verwer
kingstijd in de droogautomaat of met de
mangel neemt hierdoor af, wat een aanzien
lijke energiebesparing oplevert.
Houdt u zich aan de aanwijzingen van de
wasmiddelenfabrikant bij het doseren van
het wasmiddel.
De dosering is afhankelijk van de hoeveelheid wasgoed, de waterhardheid en de
mate van vervuiling.
Kies de juiste programma's (voorwas, intensief) en temperaturen.
-
-
-
-
-
-
-
-
Het apparaat moet volgens de daarvoor gel
dende voorschriften worden verwijderd.
Neem zo nodig contact op met Miele of met
de vakhandelaar.
Het afgedankte apparaat moet tot die tijd
buiten het bereik van kinderen worden opge
slagen.
8M.-Nr. 06 572 445
-
-
c
Algemeen
a
b
d
a Noodschakelaar
In noodgevallen kan de machine met deze
rode knop worden uitgeschakeld.
b Bedieningspaneel
c Wasmiddelvak
e
f
g
f Inspectiepaneel
g Sokkelpaneel
Trek aan de greep om het klepje te openen.
d Deur
De deur wordt met de deurgreep geopend.
Probeer de deur nooit met geweld te ope
nen!
e Deurgreep
Om de veiligheidsfunctie van het deurslot te
kunnen garanderen, is de greep voorzien
van een speciale afbreekbeveiliging (zie pa
gina 29).
M.-Nr. 06 572 4459
-
-
Algemeen
abc def g h i
Functie van de bedieningselementen
a Display
1Witte was90 °C
2Bonte was60 °C
3Bonte was intensief60 °C
iFCA
Na het inschakelen, verschijnt kort een welkomstscherm en daarna de programmalijst.
Het laatst gekozen programma is gemarkeerd.
b Functietoetsen
De zes toetsen onder het display zijn de
functietoetsen. Afhankelijk van de machinestatus worden hieraan bepaalde functies
toegewezen.
De functies verschijnen in het display boven
de toetsen en worden gemarkeerd als u op
de betreffende toets drukt.
Bij herprogrammering op "Toetsendefinitie
direct" kunt u de eerste 6 programma's van
de programmalijst rechtstreeks via de func
tietoetsen 1 - 6 kiezen.
c Starttoets
-
d Optische interface PC
Met speciale software kunnen gegevens
worden uitgewisseld tussen de besturing en
een PC (en omgekeerd). De aansluiting ge
schiedt via de optische interface aan de
voorkant van het bedieningspaneel.
e Programmaschakelaar (duo-knop)
Door aan de ring van de knop te draaien,
kunt u displaykeuzevelden of invoervelden
kiezen. Als u op het binnenste gedeelte van
de knop drukt, kunt u een displaykeuzeveld
of een invoerveld voor verandering vrijgeven
of na verandering bevestigen.
f Kaartlezer
Als u een kaart insteekt, kunt u met de programma's op die kaart wassen.
Steek de kaart in pijlrichting in de lezer.
g I Aan-schakelaar
Met deze schakelaar wordt de machine
ingeschakeld.
h 0 Uit-schakelaar
Met deze schakelaar wordt de machine uit
-
geschakeld.
De ringverlichting knippert als u een geko
zen programma kunt starten. Als u op de
knop drukt, wordt het programma gestart.
Als u na de start van een programma op de
knop drukt, wordt de displayinhoud weerge
geven, zoals die voor de programmastart
was.
-
i Noodschakelaar
Gebruik deze knop alleen in noodsituaties.
Als u op de rode knop drukt, wordt de ma
chine meteen uitgeschakeld. Als het pro
bleem is verholpen, kunt u de noodschake
laar weer ontgrendelen door deze naar
rechts te draaien.
-
-
Druk opnieuw op de toets "START" om het
onderbroken programma voort te zetten.
10M.-Nr. 06 572 445
Algemeen
Functietoetsen
Als u op een functietoets drukt, wordt de
functie geactiveerd. Drukt u nogmaals op de
toets, dan wordt de functie weer uitgezet.
fStop/Einde
De rechter functietoets wordt na de pro
grammastart als stoptoets gebruikt.
Als u op de toets drukt, wordt het gekozen
programma gestopt of een gestopt program
ma beëindigd.
+i Blok plus
Met deze toets wordt het betreffende pro
grammablok (bijvoorbeeld voorwas) aan het
programma toegevoegd.
mStijfselstop
Druk op deze toets als de was moet worden
gesteven.
kCentrifugeerstop
Druk op deze toets als de was na het spoelen niet moet worden gecentrifugeerd.
-
-
$Programma vergrendeld
Als een vergrendeld programma gestart is,
kan het na 1 minuut niet meer met de
einde-toets worden gestopt of afgebroken.
)Programma ontgrendeld
ßDosering
äDosering uitgeschakeld
-
\Gebruiksgegevens
D Datatransfer
Kaart exploitant
Op deze kaart staan nog geen program
ma's.
Voor de datatransfer van de besturing naar
de kaart en omgekeerd zie het programmeerhandboek.
-
FC Instellingen
Als u op deze toets drukt, kunt u tijdelijk naar
een andere taal overschakelen.
mStarttijd/-datum
Als u vóór de programmastart op deze toets
drukt, verschijnt in het display de melding
dat u een starttijd kunt kiezen.
K Informatie
Als u op deze toets drukt, verschijnt in het
display programma-informatie.
q Waterafvoer
i Handmatige besturing
Zie het programmeerhandboek.
ü Versneld doorlopen
Met deze toets kunt u het lopende program
ma versneld doorlopen of programmablok
ken herhalen.
A Terug
Met deze toets gaat u terug naar de vorige
displaypagina.
-
-
De kaart heeft geheugenruimte voor maxi
maal 30 programma's met elk 6 blokken.
De achterkant van de kaart kan worden be
schreven.
-
-
e/- Aanwijzing dat er een volgende of
voorafgaande regel is.
SOpslaan
Zie het programmeerhandboek.
M.-Nr. 06 572 44511
Wassen
De eerste ingebruikneming mag alleen
door de Technische Dienst van Miele wor
den gedaan.
Draai de waterkranen en afhankelijk van
^
de verwarmingssoort de gas- of stoom
kraan open.
Schakel de hoofdschakelaar (ter plaatse)
^
in.
Schakel de machine in met de toets "I
^
Aan".
Miele
PROFESSIONAL
PW 6xx1
Welkom
In het display verschijnt een welkomstscherm
Wasgoed voorbereiden
-
-
Maak alle zakken leeg.
^
Voorwerpen als spijkers, munten en paperclips kunnen het wasgoed en onderdelen van de automaat beschadigen.
1Witte was90 °C
2Bonte was60 °C
3Bonte was intensief60 °C
iäFCA
en vervolgens de programmalijst (het laatst
gekozen programma is gemarkeerd).
Door aan de programmaschakelaar te draai
en, kunt u een programma kiezen. Als u ver
volgens op de toets "START" drukt, wordt het
programma meteen gestart.
-
-
12M.-Nr. 06 572 445
Wassen
Vulgewicht standaardprogramma's
(droog wasgoed)
PW 6241PW 6321
1 Witte was 90°C
2 Bonte was 60°C
3 Bonte was intensief 60°C
4 Bonte was 30°C
5 Bonte was intensief 30°C
6 Bonte was Eco kort
programma's als volgt: voor de hoofdwas
in vak 2 en - indien gewenst - voor de
voorwas in vak 1; wasverzachter in vak 3;
bleekmiddel in vak 4 en vloeibaar wasmid
del in vak 5.
-
-
De vulgewichten voor de andere programma's zijn in het betreffende programmaoverzicht weergegeven.
^ Doe het wasgoed in de trommel.
^ Sluit de deur met de deurgreep. Gooi de
deur niet dicht!
Het wasgoed mag niet tussen de deur en
de vulopening ingeklemd raken.
?
^
De hulpmiddelen / additieven mogen niet
boven de maximummarkering uitkomen,
omdat ze anders via de zuighevel in de
wasmiddellade terechtkomen.
M.-Nr. 06 572 44513
Wassen
Bleekmiddel
U mag textiel alleen bleken als dat in het
wasetiket is aangegeven met het symbool
x.
Doseer het vloeibare bleekmiddel uitsluitend
in een daarvoor bestemd bakje. Het bleek
middel wordt dan automatisch tijdens de
tweede spoelbeurt in de trommel gespoeld.
Bont wasgoed mag alleen met bleekmiddel
worden behandeld als de fabrikant uitdruk
kelijk op het wasetiket vermeldt dat het tex
tiel kleurecht is en gebleekt mag worden.
Als u wasgoed wilt bleken, moet u een 3e
spoelbeurt programmeren (zie "Program
meerhandboek Profitronic").
Hoe groter de gebruikte chloorhoe
,
veelheden, des te groter de kans op
schade aan onderdelen van de automaat.
-
-
-
-
-
Wasmiddeldosering
Gebruik niet te veel wasmiddel, anders ont
staat er te veel schuim.
Gebruik geen wasmiddelen die overmatig
–
schuimen.
Volg de aanwijzingen van de fabrikant op
–
de verpakking.
De dosering is afhankelijk van:
de hoeveelheid wasgoed.
–
de waterhardheid.
–
de mate van vervuiling.
–
Dosering
Houd bij de dosering rekening met de water
hardheid en neem de aanwijzingen van de
wasmiddelenfabrikant in acht.
Waterhardheid
-
-
Kleur- en ontkleuringsmiddelen, alsmede
ontkalkingsmiddelen moeten geschikt zijn
voor gebruik in wasautomaten. Let altijd op
de aanwijzingen van de fabrikant van het
middel.
Hardheidsgraad
Izacht0 - 1,30 - 7
IIgemid-
IIIhard2,5 - 3,814 - 21
IVzeer
Als u de waterhardheid in uw regio niet kent,
neem dan contact op met uw waterbedrijf.
Gasverwarmde machines
Bij gasverwarmde machines wordt het sop
langs het verwarmingsregister gepompt.
Deze extra beweging van het sop bevordert
de schuimvorming. Daarom mag niet te veel
wasmiddel worden gedoseerd en mag geen
wasmiddel worden gebruikt dat te veel
schuimt.
Aandui-
ding
deld
hard
Hardheid
in mmol/l
1,3 - 2,57 - 14
boven 3,8boven 21
Duitse hard-
heid
°d
Als er te veel schuim wordt gevormd, moet u
schuimreducerende middelen gebruiken of
een wasmiddelenexpert raadplegen.
14M.-Nr. 06 572 445
Loading...
+ 32 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.