Lees beslist de gebruiksaanwijzing
voordat u uw apparaat plaatst,
installeert en in gebruik neemt.
Dat is veiliger voor uzelf en u voorkomt
onnodige schade aan uw apparaat.
temperatuur in de koelzone
(Boven: warmer; beneden: kouder)
e Lichtcontactschakelaar
f Boter- en kaasvak
g Plateaus
h Eierrekje
i Binnenverlichting
j Laden voor koudegevoelig fruit en
koudegevoelige groente
k Fleshouder
l Deurvak voor flessen
m Gootje voor het dooiwater en
afvoeropening voor het dooiwater
c Superkoeling - toets en controle-
lampje van de Superkoeling - toets
d Aan-/Uit - toets
n Droogtevak 0 °C-zone
o Regelaar voor het instellen van de
luchtvochtigheid in het vochtvak
p Vochtvak 0 °C-zone
4
Een bijdrage aan de bescherming van ons milieu
Het verpakkingsmateriaal
De verpakking beschermt het apparaat
tegen transportschade.
Het verpakkingsmateriaal is uitgekozen
omdat dit het milieu relatief weinig be
last en kan worden hergebruikt.
Door hergebruik van verpakkingsmate
riaal wordt er op grondstoffen bespaard
en wordt er minder afval geproduceerd.
Uw vakhandelaar neemt de verpakking
in het algemeen terug.
-
Het afdanken van het apparaat
Afgedankte apparaten bevatten meest
al nog waardevolle materialen.
Zet uw apparaat daarom niet zomaar
bij het grofvuil, maar informeer bij uw
handelaar of het mogelijk is het appa
raat terug te geven.
Is dit niet mogelijk, informeer dan bij de
gemeente of bij een grondstoffenhan
delaar naar mogelijkheden voor herge
bruik van het materiaal (bijv. schrootver
werking).
Let erop dat de buisleidingen van uw
apparaat niet worden beschadigd,
wanneer dit wordt weggebracht om op
vakkundige wijze en zonder het milieu
al te veel schade te berokkenen te worden verschroot. Dan kan men er zeker
van zijn dat koelmiddelen die zich in
het koelsysteem bevinden en de olie
die zich in de compressor bevindt niet
in het milieu terechtkomen.
Neem ook de aanwijzingen in het
hoofdstuk: „Veiligheidsinstructies en
waarschuwingen“ in acht.
-
-
-
-
-
5
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Technische veiligheid
Deze koelkast voldoet aan de voor
geschreven veiligheidsmaatregelen.
Door ondeskundig gebruik kunnen
personen echter letsel oplopen en
kan er materiële schade ontstaan.
Lees deze gebruiksaanwijzing daar
om eerst aandachtig door voordat u
dit apparaat voor het eerst gebruikt.
Hierin vindt u belangrijke instructies
met betrekking tot de inbouw, de
veiligheid, het gebruik en het onder
houd van het apparaat.
Bewaar deze gebruiksaanwijzing en
geef deze door aan de eventuele
volgende eigenaar van de koelkast.
Efficiënt gebruik
Deze koelkast is uitsluitend bestemd voor huishoudelijk gebruik.
Gebruik deze koelkast uitsluitend
voor het koelen en bewaren van levensmiddelen.
Gebruik voor andere doeleinden is ontoelaatbaar en kan gevaarlijk zijn.
De fabrikant is niet verantwoordelijk
voor schade die is ontstaan door ge
bruik voor andere doeleinden dan hier
aangegeven of door een foutieve be
diening.
-
-
-
-
-
Dit apparaat bevat het koelmiddel
Isobutan (R600a).
Dit is een natuurlijk gas dat het milieu
weinig belast, maar wel brandbaar is.
Het gas is niet schadelijk voor de ozon
laag en verhoogt het broeikaseffect
niet, maar het gebruik van dit gas heeft
er wel toe geleid dat het apparaat meer
lawaai maakt wanneer het aanstaat. Be
halve de geluiden van de compressor
kunen er dan in het hele koelsysteem
stromingsgeluiden optreden. Deze ef
fecten zijn helaas niet te vermijden,
maar hebben geen negatieve invloed
op de capaciteit van het apparaat.
Let er bij het transport en bij de plaatsing van het apparaat op dat er geen
onderdelen van het koelsysteem worden beschadigd.
Door vrijkomend koelmiddel kan men
oogletsel oplopen.
Wordt het koelsysteem toch beschadigd:
- vermijd dan open vuur of andere
brandhaarden,
- trek de stekker uit het stopcontact,
- lucht het vertrek waar het apparaat
staat enkele minuten lang door
- en neem contact op met de Techni-
sche Dienst.
-
-
-
6
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Hoe meer koelmiddel een koelkast
bevat, des te groter moet het ver
trek zijn waarin de koelkast wordt opge
steld.
Wanneer het vertrek te klein is kan zich
bij een eventuele lek een brandbaar
mengsel van gas en lucht vormen.
Per 8 g koelmiddel moet het vertrek
minstens 1 m
3
groot zijn.
De hoeveelheid koelmiddel die de koel
kast bevat staat op het typeplaatje in
de binnenkant van het apparaat.
Voordat u uw koelkast aansluit
dient u altijd de aansluitgegevens
(zekering, spanning en frequentie) op
het typeplaatje met die van het elektriciteitsnet te vergelijken.
Deze moeten beslist overeenkomen,
omdat de koelkast anders beschadigd
raakt.
Raadpleeg bij twijfel een elektricien.
De elektrische veiligheid van de
koelkast is uitsluitend gegarandeerd als deze wordt aangesloten op
een aardingssysteem dat volgens de
geldende veiligheidsbepalingen is ge
ïnstalleerd.
Het is zeer belangrijk dat aan deze fun
damentele veiligheidsvoorwaarde is
voldaan. Laat de huisinstallatie bij twij
fel door een vakman controleren.
De fabrikant kan niet aansprakelijk wor
den gesteld voor schade die is ont
staan door een ontbrekende of bescha
digde aarddraad (bijv. een elektrische
schok).
Dit apparaat mag uitsluitend door
een vakman op een niet-stationaire
locatie (bijvoorbeeld een boot of cam
per) worden ingebouwd en aangeslo
ten. Hierbij moet aan alle voorwaarden
voor een veilig gebruik worden vol
daan.
Installatie- en onderhoudswerk
-
zaamheden als ook reparaties mo
gen alleen door erkende vakmensen
worden uitgevoerd.
Ondeskundig uitgevoerde installatie- en
onderhoudswerkzaamheden, als ook
ondeskundig uitgevoerde reparaties
kunnen groot gevaar opleveren voor de
gebruiker waarvoor de fabrikant niet
aansprakelijk kan worden gesteld.
Er staat alleen dan geen elek-
trische spanning op de koelkast als
aan één van de volgende voorwaarden
is voldaan:
– als de hoofdschakelaar van de huis-
installatie is uitgeschakeld,
–
of als de stekker uit het stopcontact
is getrokken.
Trek daarbij aan de stekker en niet
aan de aansluitkabel.
De koelkast mag niet via een ver
lengsnoer op het elektriciteitsnet
worden aangesloten.
-
Met verlengsnoeren kan een veilig ge
bruik van het apparaat niet worden ge
waarborgd in verband met het gevaar
voor oververhitting.
-
-
-
-
-
-
-
-
Een veilig gebruik van de koelkast
is alleen dan gegarandeerd, wan
neer het apparaat wordt gemonteerd
en aangesloten volgens de instructies
die in de gebruiksaanwijzing staan.
-
7
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Gebruik
Bewaar geen stoffen in de koelkast
die drijfgassen of andere verstui
vingsmiddelen bevatten.
Wanneer de thermostaat wordt ingeschakeld kunnen vonken ontstaan.
Deze kunnen licht ontvlambare produc
ten tot explosie brengen.
Plaats dranken met een hoog alco
holpercentage alleen rechtop en
altijd goed gesloten in de koelkast in
verband met explosiegevaar.
Wanneer u levensmiddelen eet die
te lang zijn bewaard, loopt u het risico voedselvergiftiging op te doen.
De bewaartijd hangt van vele factoren
af, zoals de versheid en kwaliteit van de
levensmiddelen en de temperatuur
waarop ze worden bewaard.
Neem de bewaartips van de levensmiddelenfabrikanten in acht en houd in de
gaten tot welke datum de levensmiddelen uiterlijk houdbaar zijn.
Gebruik geen scherpe voorwerpen
om
–
rijp- en ijslagen te verwijderen
–
en vastgevroren ijsbakjes en/of vast
gevroren levensmiddelen los te wrik
ken.
Wanneer u dat doet beschadigt u de
verdampers en functioneert de koelkast
niet meer.
Gebruik geen ontdooisprays of an
dere middelen om te ontdooien.
Deze kunnen explosieve gassen vor
men, ze kunnen oplosmiddelen of drijf
gassen bevatten die het kunststof be
schadigen of ze kunnen schadelijk zijn
voor de gezondheid.
8
-
-
-
Behandel de deurdichting niet met
olie of vet.
Wanneer u dat doet dan wordt de deur
dichting in de loop van de tijd poreus.
Zet geen culinaire olie in de koel
kastdeur.
Doet u dat wel dan kunnen er scheuren
in het kunststof materiaal van de deur
ontstaan.
-
Sluit de luchttoevoeropening in de
sokkel en de luchtafvoeropening
boven in de kastombouw niet af.
Wanneer deze openingen geblokkeerd
zijn kan er geen goede luchtgeleiding
plaatsvinden, waardoor het stroomverbruik stijgt en bepaalde onderdelen van
de koelkast kunnen beschadigen.
De koelkast is geconstrueerd voor
een bepaalde klimaatklasse. Een
klimaatklasse is een kamertemperatuurbereik, waarbinnen de temperatuur zich
moet bewegen en waar deze niet boven of onder mag liggen.
De klimaatklasse van uw koelkast staat
aangegeven op het typeplaatje aan de
binnenkant van uw apparaat.
Een te lage temperatuur heeft tot ge
volg dat de koelkast voor langere tijd
afslaat zodat het apparaat de vereiste
temperatuur niet kan aanhouden.
Gebruik voor het ontdooien en rei
nigen van de koelkast nooit een
stoomreiniger.
Stoom kan in aanraking komen met de
-
len van het apparaat die onder span
ning staan en zo kortsluiting veroorzaken.
-
-
-
-
-
-
-
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Wat te doen wanneer u het ap
-
paraat afdankt
Voorkom dat kinderen zich bij het
spelen insluiten en in levensgevaar
komen door het slot onklaar te maken.
Haal de stekker uit het stopcontact
en maak de aansluitkabel onbruik
baar.
Beschadig geen delen van het
koelsysteem, bijv. door
koelmiddelkanalen van de verdam
–
per open te prikken;
– buisleidingen om te buigen;
– beschermende lagen af te krabben.
Wanneer er koelmiddel uit spuit kan dat
oogletsel veroorzaken.
-
Wanneer de veiligheidsinstructies
niet worden opgevolgd kan de fabri
kant niet verantwoordelijk worden
gesteld voor schade die daar even
tueel het gevolg van is.
-
-
-
9
Het in- en uitschakelen van de koelkast
Voor het eerste gebruik
Reinig de binnenkant van de koelkast
^
en de toebehoren.
Gebruik daarvoor lauwwarm water
met een beetje reinigingsmiddel.
Wrijf daarna alles met een doek
^
droog.
Laat het apparaat nadat u het hebt
geplaatst eerst ca. 1/2 tot 1 uur
staan voordat u het aansluit.
Dat is zeer belangrijk voor de wer
king van de koelkast.
Het inschakelen van de koelkast
^ Druk op de Aan-/Uit - toets.
Bij langere aanwezigheid
Wanneer u de koelkast vrij lange tijd
niet meer gebruikt,
schakel het apparaat dan uit,
^
trek de stekker uit het stopcontact,
^
reinig het apparaat en
^
laat de deur van het apparaat iets
^
openstaan om te voorkomen dat er
luchtjes ontstaan.
Wordt het apparaat in zulke gevallen
wel uitgeschakeld maar niet gerei
nigd en niet opengezet, bestaat het
gevaar dat zich schimmel vormt.
-
In de temperatuuraanduiding gaat er
een streepje branden.
Het apparaat begint te koelen.
Wanneer de deur wordt geopend, gaat
de binnenverlichting aan.
Het uitschakelen van de koelkast
^
Druk op de Aan-/Uit - toets.
De temperatuuraanduiding geeft niets
meer aan.
De koeling is uitgeschakeld.
10
De juiste temperatuur
Het is voor de houdbaarheid van de le
vensmiddelen zeer belangrijk dat de
juiste temperatuur wordt ingesteld.
Door micro-organismen bederven de
levensmiddelen erg snel. De tempera
tuur beïnvloedt de snelheid waarmee
de micro-organismen groeien. Hoe la
ger de temperatuur, des te langer het
duurt voordat de levensmiddelen be
derven.
Wanneer u voor het bewaren van le
vensmiddelen de juiste temperatuur in
stelt kunt u daarmee bederf voorkomen
of vertragen.
De temperatuur in het apparaat wordt
hoger, naarmate
– de deur van het apparaat vaker
wordt geopend en langer geopend
blijft;
– er meer levensmiddelen worden op-
geslagen;
– de temperatuur van de net opgesla-
gen levensmiddelen hoger is;
–
de omgevingstemperatuur hoger is.
Dit apparaat is geconstrueerd voor
een bepaalde klimaatklasse. Een kli
maatklasse is een temperatuurbereik
waarbinnen de kamertemperatuur
zich moet bewegen en waar deze
niet boven of onder mag liggen.
-
-
-
-
. . . in de koelzone en in de
-
0 °C-zone
Voor de koelzone adviseren wij een
koeltemperatuur van 5 °C.
In de 0 °C-zone wordt de temperatuur
automatisch geregeld en ligt bij de ca.
0 °C.
Het instellen van de tempera
tuur in de koelzone
De temperatuur in de koelzone kunt u
instellen met behulp van de beide
toetsen rechts naast de temperatuur
aanduiding.
– Wanneer u op de bovenste toets
drukt gaat de temperatuur omhoog
en wordt het warmer.
– Wanneer u op de onderste toets
drukt gaat de temperatuur omlaag en
wordt het kouder.
De temperatuur die u instelt knippert in
de temperatuuraanduiding.
Wanneer u op de temperatuurtoetsen
drukt, geeft de temperatuuraanduiding
het volgende aan.
-
-
–
Wanneer u voor het eerst drukt, dan
knippert de temperatuurwaarde die u
het laatste heeft ingesteld.
–
Vanaf de tweede keer dat u drukt
verandert de temperatuurwaarde in
stappen van 1 °C.
11
De juiste temperatuur
Wanneer u op de toets blijft drukken,
–
verandert de temperatuurwaarde
continu.
Ongeveer 5 seconden nadat u voor het
laatst op een temperatuurtoets heeft
gedrukt geeft de temperatuuraandui
ding automatisch de temperatuurwaar
de aan die op dat moment in de koel
zone heerst.
Wanneer u een andere temperatuur
heeft ingesteld, controleer dan de tem
peratuuraanduiding na ca. 6 uur wan
neer de koelkast lang niet vol is en
ca. 24 uur wanneer het apparaat wel
vol is.
Pas dan is de echte temperatuur bereikt.
Is de temperatuur na deze tijd te hoog
of te laag, stel dan opnieuw een andere
temperatuur in.
Mogelijke temperatuurinstellingen
De temperatuur is in de koelzone instelbaar van 4 °C tot 9 °C.
-
-
-
Het instellen van de tempera
tuur in de 0 °C-zone
In de 0 °C-zone wordt de temperatuur
automatisch bij ca. 0 °C gehouden.
Wanneer u het daar echter warmer of
kouder wilt hebben, bijv. omdat u vis
wilt opslaan, dan kunt u de temperatuur
wijzigen.
-
Schakel het apparaat met behulp van
^
de Aan-/Uit - toets uit.
De temperatuuraanduiding geeft niets
meer aan.
De koeling is uitgeschakeld.
^ Druk tegelijk op de beide toetsen
rechts naast de temperatuuraanduiding en blijf erop drukken en
-
12
^
druk daarbij op de Aan-/Uit - toets.
In de temperatuuraanduiding verschijnt
een „
b
“ afwisselend met een getal, va
riërend van 0 tot 9. In de fabriek is stan
d 5 ingesteld.
Met de beide toetsen rechts naast de
temperatuuraanduiding kunt u de tem
peratuur veranderen.
–
Wanneer u op de bovenste toets
drukt gaat de temperatuur omhoog
en wordt het warmer.
-
-
-
Loading...
+ 28 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.