Miele FNS 35402 i, FN 37402 i, FNS 37402 i Operating instructions [nl]

Gebruiksen montagehandleiding

Diepvriezer

Lees altijd eerst de gebruiksen montagehandleiding voordat u uw toestel plaatst, installeert en in gebruik neemt. Dat is veiliger voor uzelf en u voorkomt schade aan uw toestel.

nl-BE

M.-Nr. 11 451 230

Inhoud

 

Opmerkingen omtrent uw veiligheid ...............................................................

4

Uw bijdrage aan de bescherming van het milieu ...........................................

13

Energie besparen ..............................................................................................

14

Beschrijving van het toestel .............................................................................

16

Bedieningspaneel................................................................................................

16

Betekenis van de symbolen ................................................................................

17

Accessoires .......................................................................................................

19

Bijgeleverde accessoires.....................................................................................

19

Bij te bestellen accessoires .................................................................................

19

Koeltoestel inen uitschakelen........................................................................

21

Koeltoestel reinigen ........................................................................................

21

Het koeltoestel bedienen.....................................................................................

21

Bij langere afwezigheid........................................................................................

22

De juiste temperatuur .......................................................................................

23

Temperatuuraanduiding.......................................................................................

23

Temperatuur instellen ..........................................................................................

23

De functie “SuperFrost”....................................................................................

25

Temperatuuren deuralarm..............................................................................

26

Temperatuuralarm ...............................................................................................

26

Temperatuuralarm voortijdig uitschakelen......................................................

26

Deuralarm ............................................................................................................

27

Deuralarm voortijdig uitschakelen ..................................................................

27

Het wijzigen van instellingen............................................................................

28

Vergrendeling ..................................................................................................

28

Geluidssignalen .............................................................................................

29

Lichtsterkte van de display .............................................................................

30

Sabbatmodus ..................................................................................................

31

De binnenruimte indelen...................................................................................

34

Diepvriesladen.....................................................................................................

34

Verwijder de plateaus. .........................................................................................

34

Invriezen en bewaren ........................................................................................

35

Maximale vriescapaciteit.....................................................................................

35

Wat gebeurt er bij het invriezen van verse levensmiddelen? ..............................

35

Diepvriesproducten bewaren ..............................................................................

35

2

 

Inhoud

Zelf voedingsmiddelen invriezen .........................................................................

36

Bewaartijd van ingevroren levensmiddelen....................................................

38

De accessoires gebruiken ..................................................................................

40

Automatisch ontdooien ....................................................................................

41

Reiniging en onderhoud....................................................................................

42

Aanwijzingen voor het reinigingsmiddel ..............................................................

42

Vóór het reinigen van het koeltoestel ..................................................................

43

De geleiders verwijderen ................................................................................

43

Binnenkant en toebehoren reinigen.....................................................................

44

Deurdichting reinigen ..........................................................................................

45

Ventilatieopeningen reinigen ...............................................................................

45

Nuttige tips.........................................................................................................

46

Geluiden en de oorzaken ervan .......................................................................

54

Klantendienst.....................................................................................................

55

Contact bij storingen ...........................................................................................

55

EPREL-databank .................................................................................................

55

Garantie ...............................................................................................................

55

Informatie voor de handelaar ...........................................................................

56

Demo-functie ...................................................................................................

56

Installatie............................................................................................................

58

Montage-instructies ............................................................................................

58

Side-by-Side ..................................................................................................

58

Plaats van opstelling ......................................................................................

58

Luchttoevoer en luchtafvoer...........................................................................

59

Meubeldeur ....................................................................................................

61

Vóór het reinigen van het koeltoestel .............................................................

62

Inbouwmaten.......................................................................................................

64

Openingshoek van de deur van het toestel verkleinen .......................................

65

Draairichting van deur veranderen ......................................................................

65

Koeltoestel inbouwen ..........................................................................................

69

Meubeldeur monteren ....................................................................................

78

Elektrische aansluiting.........................................................................................

83

3

Opmerkingen omtrent uw veiligheid

Dit koeltoestel voldoet aan de geldende veiligheidsvoorschriften. Onjuist gebruik kan echter persoonlijk letsel of materiële schade tot gevolg hebben.

Lees de gebruiksen montagehandleiding aandachtig door voordat u het koeltoestel in gebruik neemt. Daarin vindt u belangrijke richtlijnen met betrekking tot de montage, de veiligheid, het gebruik en het onderhoud. Dat is veiliger voor uzelf en u voorkomt schade aan het toestel.

In overeenstemming met de norm IEC 60335-1 adviseert Miele u uitdrukkelijk om het hoofdstuk over de installatie van het toestel en de veiligheidsinstructies en waarschuwingen te lezen en op te volgen.

Wanneer de veiligheidsinstructies en waarschuwingen niet worden opgevolgd, kan Miele niet aansprakelijk worden gesteld voor de daaruit voortvloeiende schade.

Bewaar de gebruiksen montagehandleiding en geef deze door aan een eventuele volgende eigenaar.

Verantwoord gebruik

Het koeltoestel is bedoeld voor gebruik in huishoudens en dergelijke, bijvoorbeeld

in winkels, kantoren en soortgelijke werkomgevingen

in boerderijen

door klanten in hotels, motels, bed en breakfast en andere specifieke woonomgevingen.

Dit koeltoestel mag niet buiten worden gebruikt.

4

Opmerkingen omtrent uw veiligheid

Gebruik het koeltoestel uitsluitend voor huishoudelijke doeleinden: om levensmiddelen te koelen en te bewaren, om diepvriesproducten te bewaren, om verse levensmiddelen in te vriezen en om ijsblokjes te maken.

Elk ander gebruik is niet toegelaten.

Het koeltoestel is niet geschikt voor het bewaren en koelen van geneesmiddelen, bloedplasma, laboratoriumpreparaten of vergelijkbare stoffen of producten die onder de Richtlijn medische hulpmiddelen vallen. Een onjuist gebruik van het koeltoestel kan tot beschadiging of bederf van de bewaarde producten leiden. Verder is het koeltoestel niet geschikt voor gebruik in ruimtes met explosiegevaar. Miele is niet verantwoordelijk voor schade die ontstaat door gebruik voor andere doeleinden dan hier aangegeven of door een foutieve bediening.

Personen (kinderen inbegrepen) die op grond van hun fysieke of psychische gesteldheid, hun onervarenheid of gebrek aan kennis van het koeltoestel niet in staat zijn om het veilig te bedienen, mogen het alleen onder toezicht gebruiken.

Deze personen mogen het koeltoestel enkel onder toezicht bedienen, wanneer hen is uitgelegd hoe ze het veilig kunnen gebruiken en wanneer ze begrijpen welke risico's eraan verbonden zijn.

Kinderen in het gezin

Kinderen die jonger zijn dan 8 jaar moeten op afstand van het koeltoestel gehouden worden, tenzij ze steeds onder toezicht staan.

Kinderen vanaf 8 jaar mogen het koeltoestel zonder toezicht gebruiken, maar alleen als ze weten hoe het werkt en wat voor gevaar zij lopen wanneer ze het fout bedienen. Kinderen moeten de eventuele risico's van een foutieve bediening kunnen beseffen.

Kinderen mogen het koeltoestel niet zonder toezicht reinigen of onderhouden.

Houd kinderen die in de buurt van het koeltoestel komen in het oog. Zorg ervoor dat ze nooit met het koeltoestel spelen.

5

Opmerkingen omtrent uw veiligheid

Verstikkingsgevaar! Kinderen kunnen zich tijdens het spelen in verpakkingsmateriaal wikkelen (bijvoorbeeld in folie) of het materiaal over hun hoofd trekken en stikken. Houd verpakkingsmaterialen bij kinderen vandaan.

Technische veiligheid

Het koelmiddelcircuit is op lekkage gecontroleerd. Het koeltoestel voldoet aan de desbetreffende veiligheidsvoorschriften en de geldende EU-richtlijnen.

Dit koeltoestel bevat het koelmiddel isobutaan (R600a), een natuurlijk gas dat niet schadelijk is voor het milieu, maar wel brandbaar. Het koelmiddel beschadigt de ozonlaag niet en verhoogt het broeikaseffect niet.

Het gebruik van dit milieuvriendelijke koelmiddel leidt echter tot een gedeeltelijke verhoging van het werkingsgeluid. Naast de werkingsgeluiden van de compressor kunnen er stromingsgeluiden in het volledige koelcircuit ontstaan. Deze effecten zijn helaas onvermijdelijk, maar hebben geen invloed op de prestaties van het koeltoestel. Zorg ervoor dat bij het transporteren en het inbouwen/installeren van het koeltoestel geen onderdelen van het koelcircuit beschadigd raken. Wegspattend koelmiddel kan een oogletsel veroorzaken.

Bij beschadigingen:

-vermijd open vuur of andere brandhaarden,

-maak het koeltoestel spanningsvrij,

-verlucht de kamer waarin het koeltoestel staat gedurende enkele minuten,

-neem contact op met de klantendienst.

6

Opmerkingen omtrent uw veiligheid

Hoe meer koelmiddel een koeltoestel bevat, hoe groter de ruimte moet zijn, waarin u het toestel plaatst. Bij een eventuele lekkage kan in te kleine ruimtes een brandbaar mengsel van gas en lucht ontstaan. Per 11 g koelmiddel moet het vertrek minstens 1 m3 groot zijn. De hoeveelheid koelmiddel vindt u op het typeplaatje in het koeltoestel.

Vergelijk voordat u het koeltoestel aansluit de aansluitgegevens (zekering, spanning en frequentie) op het typeplaatje met die van het elektriciteitsnet. Deze moeten beslist overeenkomen zodat het koeltoestel niet beschadigd raakt.

Raadpleeg bij twijfel een elektricien.

De elektrische veiligheid van het koeltoestel is uitsluitend gegarandeerd, als het wordt aangesloten op een aardingssysteem dat volgens de geldende voorschriften is geïnstalleerd. Aan deze fundamentele veiligheidsvoorwaarde moet worden voldaan. Laat de elektrische installatie bij twijfel door een vakman inspecteren.

Het koeltoestel kan alleen betrouwbaar en veilig functioneren, als het op het openbare elektriciteitsnet is aangesloten.

Wanneer de aansluitkabel is beschadigd, moet deze door een door Miele erkende vakman/vakvrouw worden vervangen om gevaar voor de gebruiker te voorkomen.

Meervoudige stopcontacten of verlengsnoeren bieden niet voldoende veiligheid (brandgevaar). Gebruik deze niet voor het aansluiten van het koeltoestel op het elektriciteitsnet.

Wanneer er vocht komt op onderdelen die onder spanning staan of op de elektriciteitskabel, kan dat kortsluiting veroorzaken. Gebruik het koeltoestel daarom niet in ruimtes waar met water wordt gespetterd (bijv. garage, bijkeuken etc.).

Dit koeltoestel mag niet op een niet-stationaire locatie (bijv. op een schip) worden gebruikt.

7

Opmerkingen omtrent uw veiligheid

Beschadigingen aan het koeltoestel kunnen uw veiligheid in gevaar brengen. Controleer het toestel op zichtbare beschadigingen. Een beschadigd koeltoestel mag niet in gebruik worden genomen.

Gebruik het toestel alleen als het is ingebouwd zodat een veilige functie is gewaarborgd.

Bij installatie-, onderhoudsen reparatiewerkzaamheden moet het koeltoestel van het elektriciteitsnet zijn afgekoppeld. Het koeltoestel is van het elektriciteitsnet afgekoppeld als:

-de zekeringen van de elektrische installatie zijn uitgeschakeld of

-de schroefzekering van de elektrische aansluiting er geheel is uitgedraaid of

-de stekker uit het stopcontact is getrokken. Trek bij elektriciteitskabels met stekker niet aan de elektriciteitskabel, maar aan de stekker om de verbinding met het elektriciteitsnet te verbreken.

Door ondeskundig uitgevoerde installatie-, onderhoudsen reparatiewerkzaamheden kan de gebruiker ernstig gevaar lopen. Installatie-, onderhoudsen reparatiewerkzaamheden mogen alleen door een door Miele geautoriseerde vakman / vakvrouw worden uitgevoerd.

Garantieclaims komen te vervallen als het koeltoestel niet door Miele technici wordt gerepareerd.

Defecte onderdelen mogen alleen door originele Miele onderdelen worden vervangen. Alleen van deze onderdelen kan Miele garanderen dat ze volledig voldoen aan de veiligheidseisen die wij aan onze producten stellen.

8

Opmerkingen omtrent uw veiligheid

Veilig gebruik

Het koeltoestel is voor een bepaalde klimaatklasse (kamertemperatuur) geconstrueerd waarvan de grenzen niet mogen worden overschreden.De klimaatklasse staat aangegeven op het typeplaatje aan de binnenkant van uw koeltoestel. Een te lage kamertemperatuur heeft tot gevolg dat de compressor voor langere tijd afslaat, zodat het toestel de vereiste temperatuur niet kan aanhouden.

Sluit de ventilatiegleuven niet af om te voorkomen dat de luchtgeleiding niet goed functioneert, het stroomverbruik stijgt en onderdelen beschadigd raken.

Indien u vetof oliehoudende levensmiddelen in het koeltoestel of de deur van het toestel bewaart, voorkom dan dat evt. uitlopend vet of olie in aanraking komt met kunststof delen van het koeltoestel.

Hierdoor kunnen spanningsscheuren in de kunststof ontstaan waardoor de kunststof knapt of scheurt.

Branden explosiegevaar. Bewaar geen explosieve stoffen en geen producten met brandbare drijfgassen (bijv. spuitbussen) in het koeltoestel. Brandbare gasmengsels kunnen ontbranden door elektrische onderdelen.

Explosiegevaar. Gebruik geen elektrische toestellen in dit koeltoestel (bijv. voor het maken van softijs). Er kunnen vonken ontstaan.

Gevaar voor letsel en schade. Bewaar geen blikjes en flessen die koolzuurhoudende dranken bevatten of vloeistoffen die kunnen bevriezen in de diepvrieszone. De blikjes of flessen zouden uit elkaar kunnen spatten.

Gevaar voor letsel en schade. Als u flessen snel in de diepvrieszone wilt koelen, dient u ze uiterlijk na één uur weer uit de diepvrieszone te halen. Anders zouden ze kunnen ontploffen.

Gevaar voor letsel. Raak diepvriesproducten en metalen onderdelen niet met natte handen aan. Uw handen kunnen vastvriezen.

9

Opmerkingen omtrent uw veiligheid

Gevaar voor letsel. Stop nooit ijsblokjes en ijs op een stokje, met name waterijs, in uw mond direct nadat u ze uit de diepvrieszone heeft gehaald. Door de zeer lage temperatuur van de diepvriesproducten kunnen lippen of tong vastvriezen.

Vries geheel of gedeeltelijk ontdooide levensmiddelen niet opnieuw in. Gebruik deze levensmiddelen zo snel mogelijk omdat ze anders aan voedingswaarde verliezen en bederven. Als ontdooide levensmiddelen worden gekookt of gebraden kunnen ze wel opnieuw worden ingevroren.

Wanneer u levensmiddelen eet die te lang zijn bewaard, loopt u het risico om voedselvergiftiging op te lopen.

De bewaartijd hangt van vele factoren af, zoals de versheid en kwaliteit van de levensmiddelen en de temperatuur waarop ze worden bewaard. Neem de bewaartips en de uiterste houdbaarheidsdatum van de levensmiddelenfabrikanten in acht.

Gebruik uitsluitend Miele-accessoires om te voorkomen dat garantieaanspraken vervallen. Worden er andere onderdelen gemonteerd of ingebouwd, dan vervalt het recht op waarborg en/of productaansprakelijkheid.

Accessoires en onderdelen

Gebruik uitsluitend Miele-accessoires om te voorkomen dat garantieaanspraken vervallen. Worden er andere onderdelen gemonteerd of ingebouwd, dan vervalt het recht op waarborg en/of productaansprakelijkheid.

Miele geeft u na afloop van de productie van het koeltoestel een leveringsgarantie van 15 jaar voor reserve-onderdelen.

Reiniging en onderhoud

Behandel de deurdichting niet met olie of vet om te voorkomen

dat deze in de loop van de tijd poreus wordt.

10

Opmerkingen omtrent uw veiligheid

Gebruik voor het ontdooien en reinigen van het toestel nooit een stoomreiniger, aangezien stoom in aanraking kan komen met spanningvoerende delen van het koeltoestel en zo kortsluiting veroorzaken.

Scherpe of kantige voorwerpen kunnen de verdamper beschadigen en functioneert het toestel niet meer correct. Gebruik geen voorwerpen met scherpe punt of rand.

-rijmen ijslagen te verwijderen,

-en vastgevroren ijsbakjes en/of vastgevroren levensmiddelen los te wrikken.

Plaats wanneer u wilt ontdooien nooit elektrische verwarmingstoestellen of kaarsen in het toestel om te voorkomen dat het kunststof beschadigd raakt.

Gebruik geen ontdooisprays of andere middelen om te ontdooien. Deze kunnen explosieve gassen vormen, oplosmiddelen of drijfgassen bevatten die het kunststof beschadigen of schadelijk zijn voor de gezondheid.

Transport

Het toestel moet altijd rechtop en in de transportverpakking worden vervoerd.

Gevaar voor letsel en schade. Het koeltoestel is erg zwaar. Vraag daarom aan iemand u te helpen bij het vervoeren van het toestel.

Wat te doen wanneer u het toestel afdankt

Maak het slot van uw oude koeltoestel eventueel onbruikbaar. U voorkomt daarmee dat kinderen ingesloten kunnen raken en in levensgevaar komen.

Vrijkomend koelmiddel kan oogletsel veroorzaken. Beschadig geen delen van het koelsysteem, bijv. door

- koelmiddelkanalen van de verdamper open te prikken,

11

Opmerkingen omtrent uw veiligheid

-buisleidingen om te buigen,

-beschermende lagen af te krabben.

Symbool op de compressor (afhankelijk van het model)

Deze waarschuwing is alleen voor de recycling van belang. Bij normaal gebruik bestaat er geen gevaar.

Het is levensgevaarlijk om de olie in de compressor in te slikken of

in te ademen.

12

Uw bijdrage aan de bescherming van het milieu

Het verpakkingsmateriaal

De verpakking beschermt het koeltoestel tegen transportschade. Het verpakkingsmateriaal is uitgekozen met het oog op een zo gering mogelijke belasting van het milieu en de mogelijkheden voor recycling.

Door hergebruik van verpakkingsmateriaal wordt er op grondstoffen bespaard en wordt er minder afval geproduceerd. Uw vakhandelaar neemt de verpakking over het algemeen terug.

Het oude toestel afdanken

Elektrische en elektronische toestellen bevatten meestal waardevolle materialen. Ze bevatten ook stoffen, mengsels en onderdelen die nodig zijn geweest om de toestellen goed en veilig te laten functioneren. Wanneer u uw oude toestel bij het gewone huisvuil gooit of er niet goed mee omgaat, kunnen deze stoffen schadelijk zijn voor de gezondheid en het milieu. Gooi uw oude toestellen daarom nooit met het gewone huisvuil weg.

Lever het toestel in bij een gemeentelijk inzameldepot voor elektrische en elektronische toestellen, bij uw vakhandelaar of bij Miele. U bent wettelijk zelf verantwoordelijk voor het wissen van eventuele persoonlijke gegevens op het af te danken toestel.

Let erop dat de buisleidingen van uw koeltoestel niet worden beschadigd, totdat het op vakkundige en milieuvriendelijke wijze wordt verschroot. Alleen dan kunt u er zeker van zijn dat de koelmiddelen in het koelcircuit en de olie in de compressor niet in het milieu terechtkomen.

Het oude toestel moet tot die tijd buiten het bereik van kinderen worden opgeslagen. Informatie hierover vindt u in deze gebruiksen montagehandleiding in het hoofdstuk “Veiligheidsinstructies en waarschuwingen”.

13

Energie besparen

 

Normaal energieverbruik

Te hoog energieverbruik

 

 

 

Plaatsing en on-

Plaats het toestel in een ge-

In gesloten, niet geventileer-

derhoud

ventileerde ruimte.

de ruimtes.

 

 

 

 

Stel het toestel niet bloot

Direct blootgesteld aan zon-

 

aan zonnestralen.

nestralen.

 

 

 

 

Plaats het toestel niet naast

Naast een warmtebron (ver-

 

een warmtebron.

warming, fornuis).

 

 

 

 

Zorg voor een omgevings-

Bij een hoge omgevingstem-

 

temperatuur van ca. 20 °C.

peratuur vanaf 25 °C.

 

 

 

 

Dek ventilatieroosters niet af

Met ventilatieroosters die

 

en maak ze regelmatig stof-

zijn afgedekt of vol zitten

 

vrij.

met stof.

 

 

 

Temperatuur-

Diepvrieszone: -18°C

Bij lage temperatuurinstel-

instelling

 

ling: hoe lager de tempera-

 

 

tuur in de koel-, resp. diep-

 

 

vrieszone, des te hoger het

 

 

energieverbruik.

 

 

 

14

 

 

 

Energie besparen

 

Normaal energieverbruik

 

Te hoog energieverbruik

 

 

 

 

 

 

 

 

Gebruik

Plaats de plateaus, laden en

 

 

 

 

vakken zoals bij levering.

 

 

 

 

 

 

 

 

Open de deur alleen indien

 

De deur vaak en lang ope-

 

nodig en zo kort mogelijk.

 

nen betekent koudeverlies

 

Leg de levensmiddelen bij

 

en instroom van warme lucht

 

het inruimen meteen op de

 

in het toestel. Het koeltoestel

 

goede plek.

 

heeft tijd nodig om opnieuw

 

 

 

te koelen en de compressor

 

 

 

moet langer werken.

 

 

 

 

 

Neem een koeltas mee wan-

 

Als levensmiddelen nog

 

neer u boodschappen doet

 

warm of op omgevingstem-

 

en leg de levensmiddelen

 

peratuur zijn, ontstaat er

 

snel in het koeltoestel.

 

warme lucht in het koeltoe-

 

Laat warme gerechten en

 

stel. Het koeltoestel heeft tijd

 

dranken eerst buiten het

 

nodig om opnieuw te koelen

 

koeltoestel afkoelen.

 

en de compressor moet lan-

 

 

 

ger werken.

 

 

 

 

 

Leg de levensmiddelen goed

 

Wanneer vloeistoffen in de

 

verpakt in het toestel.

 

diepvrieszone verdampen en

 

 

 

condenseren, neemt de

 

 

 

koelcapaciteit af.

 

 

 

 

 

Zorg ervoor dat vakken niet

 

Een verslechterde lucht-

 

te zwaar worden beladen,

 

stroom zorgt voor een ver-

 

zodat de lucht kan circule-

 

lies van koelcapaciteit.

 

ren.

 

 

 

 

 

 

 

 

15

Beschrijving van het toestel

Bedieningspaneel

a Aan/Uit - toets

d Temperatuurtoets

van het hele koeltoestel

( = kouder), keuzetoets in de instel-

b Optische interface

lingsmodus

 

(enkel voor de klantendienst)

e Toets voor het bevestigen van een

c Sensortoets voor de SuperFrost-

keuze (OK - toets)

 

functie

f Temperatuurtoets

 

( = warmer), keuzetoets in de instel-

 

lingsmodus

 

g Aan/Uit - toets van de instellingsmo-

 

dus

 

h Toets voor het uitschakelen van de

 

zoemer bij deuralarm

 

i Display met temperatuuraanduiding

 

en symbolen. De symbolen zijn alleen

 

zichtbaar in de instellingsmodus, bij

 

een alarm of melding. Voor de bete-

 

kenis van de symbolen zie tabel.

16

 

 

Beschrijving van het toestel

Betekenis van de symbolen

 

 

 

 

 

Symbool

Betekenis

Functie

 

 

 

 

Vergrendeling

Hiermee wordt voorkomen dat per ongeluk

 

 

het toestel wordt uitgeschakeld, een andere

 

 

temperatuur wordt ingesteld, de SuperFrost

 

 

wordt ingeschakeld en instellingen worden

 

 

gewijzigd.

 

 

 

 

Geluidssignalen

Keuzemogelijkheden van toetssignaal en

 

 

zoemer bij deuralarm en temperatuuralarm

 

 

 

 

Miele@home

Alleen zichtbaar bij een geplaatste en aan-

 

 

gemelde Miele@home communicatiestick

 

 

 

 

Lichtsterkte van de

Lichtsterkte van de display instellen

 

display

 

 

 

 

 

 

Sabbatmodus

Sabbatmodus inen uitschakelen

 

 

 

 

Elektrische aansluiting

Bevestigt dat het koeltoestel elektrisch wel

 

 

is aangesloten, ook wanneer het niet is in-

 

 

geschakeld; knippert bij stroomuitval.

 

 

 

 

Alarm

Licht op bij deuralarm, knippert bij een tem-

 

(enkel zichtbaar bij

peratuuralarm, stroomuitval en andere fout-

 

deurof temperatuura-

meldingen.

 

larm)

 

 

 

 

 

 

Demo-

Uitschakeling demofunctie

 

functie (alleen zicht-

 

 

 

baar als functie is in-

 

 

 

geschakeld)

 

 

 

 

 

 

17

Miele FNS 35402 i, FN 37402 i, FNS 37402 i Operating instructions

Beschrijving van het toestel

a Bedieningspaneel

b Binnenverlichting

c NoFrost-systeem

d Bovenste diepvrieslade te gebruiken als diepvriesplateau

e Diepvriesladen (aantal afhankelijk van het model)

Schematische afbeelding

18

Accessoires

Bijgeleverde accessoires

Koelaccu

Door een koelaccu te gebruiken, voorkomt u dat de temperatuur in de diepvrieszone snel stijgt wanneer de stroom is uitgevallen. Daardoor kunt u de opslagtijd verlengen.

Na ca. 24 uur bereikt de koelaccu zijn maximale koelcapaciteit.

Bakje voor ijsblokjes

Bij te bestellen accessoires

Het Miele-assortiment omvat tal van handige accessoires, alsmede reinigingsen onderhoudsmiddelen die speciaal op uw koeltoestel zijn afgestemd.

Bij te bestellen accessoires kunt u bij Miele (zie achterin deze gebruiksaanwijzing), in de webshop van Miele of bij de Miele-vakhandelaar verkrijgen.

Universeel microvezeldoekje

Het microvezeldoekje is handig bij het verwijderen van vingerafdrukken en ander licht vuil op roestvrijstalen fronten, panelen, ramen, meubels enz.

MicroCloth-kit

De MicroCloth-kit bestaat uit een universeel doekje, een glasreinigingsdoekje en een hoogglansdoekje.

De doekjes zijn bijzonder scheuren slijtvast. Door de zeer fijne microvezels hebben de doekjes een grote reinigingscapaciteit.

19

Accessoires

WiFi-stick XKS 3130 W (Miele@home)

De WiFi-stick maakt uw koeltoestel geschikt voor communicatie, zodat gegevens van het toestel op elk moment opgeroepen kunnen worden met een smartphone of tablet (iOS®- en Android™-systemen).

Om de Miele@mobile-app of Miele@home-functies (zoals het inschakelen van SuperKoelen/SuperFrost) te kunnen gebruiken, moet de WiFi-stick in het Miele-koeltoestel worden gestoken en met uw WiFi-netwerk zijn verbonden.

Bij de stick is een montageen installatiehandleiding gevoegd, die de installatie van de WiFi-stick en de aanmelding bij een WiFi-netwerk beschrijft.

20

Koeltoestel inen uitschakelen

Voor het eerste gebruik

Verpakkingsmateriaal

Verwijder al het verpakkingsmateriaal uit de binnenruimte.

Koeltoestel reinigen

Neem daarbij de aanwijzingen uit het hoofdstuk “Reiniging en onderhoud” in acht.

Reinig de binnenkant van het toestel en de accessoires.

Het koeltoestel bedienen

U bedient dit koeltoestel door de sensortoetsen aan te raken.

Elke aanraking wordt met een toetssignaal bevestigd. U kunt dit toetssignaal uitschakelen (zie “Het wijzigen van instellingen – Geluidssignalen”).

Koeltoestel inschakelen

Nadat het koeltoestel elektrisch is aangesloten, verschijnt na korte tijd in de display symbool voor de elektrische aansluiting.

Raak de Aan/Uit-toets aan.

Het koeltoestel begint te koelen. Het symbool voor de elektrische aansluiting gaat uit en in de display verschijnt de temperatuur.

Gelijktijdig beginnen de temperatuuraanduiding en het alarmsymbool te knipperen, totdat de gewenste temperatuur is bereikt. Er gaan in de display twee streepjes knipperen wanneer de actuele temperatuur onder 0 °C ligt.

Wanneer de deur van het toestel wordt geopend, gaat de binnenverlichting aan en wordt de led-verlichting van de plateaus steeds sterker, totdat de maximale lichtsterkte is bereikt.

21

Koeltoestel inen uitschakelen

Voordat u voor de eerste keer levensmiddelen in het koeltoestel legt, kunt u het toestel het beste circa 2 uur laten voorkoelen.

Leg pas levensmiddelen in de diepvrieszone als de temperatuur laag genoeg is (min. –18 °C).

Koeltoestel uitschakelen

Tip de Aan/Uit – toets aan.

Is dat niet mogelijk, is de vergrendeling ingeschakeld.

In het display gaat de temperatuuraanduiding uit en verschijnt symbool voor de elektrische aansluiting.

De koeling is uitgeschakeld.

Bij langere afwezigheid

Als het toestel bij langere afwezigheid wordt uitgeschakeld, maar niet wordt gereinigd, bestaat er gevaar voor schimmelvorming als de deur van het toestel gesloten blijft. Reinig het toestel in ieder geval.

Wanneer u het toestel langere tijd niet gebruikt, doe dan het volgende:

Schakel het koeltoestel uit.

Trek de stekker uit het stopcontact of schakel de zekering van de huisinstallatie uit.

Reinig het koeltoestel en laat de deur open staan om het toestel voldoende te verluchten en te voorkomen dat er geurtjes ontstaan.

22

De juiste temperatuur

De juiste temperatuurinstelling is heel belangrijk voor het bewaren van de voedingsmiddelen. Voedingsmiddelen bederven snel door micro-organismen. Dit kan door de juiste bewaartemperatuur worden voorkomen of vertraagd. De temperatuur beïnvloedt de snelheid waarmee de micro-organismen groeien. Als de temperatuur daalt, vertragen deze processen.

Om verse voedingsmiddelen in te vriezen en langdurig te bewaren, moet de temperatuur -18 °C zijn. Bij deze temperatuur wordt de groei van micro-orga- nismen grotendeels gestopt. Zodra de temperatuur hoger wordt dan -10 °C, begint de aantasting door de micro-or- ganismen en zijn de voedingsmiddelen minder lang houdbaar. Daarom mogen (gedeeltelijk) ontdooide voedingsmiddelen pas weer worden ingevroren, nadat ze zijn verwerkt (koken of bakken). Door de hoge temperaturen worden de meeste micro-organismen gedood.

De temperatuur in het koeltoestel stijgt als:

-u vaak en gedurende lange tijd de deur van het toestel opent

-er meer voedingsmiddelen worden opgeslagen

-de temperatuur van de voedingsmiddelen hoger is, wanneer ze worden opgeslagen

-de omgevingstemperatuur van het koeltoestel hoger is. Het koeltoestel is vervaardigd voor een bepaalde klimaatklasse waar de kamertemperatuur niet boven of onder mag liggen.

Temperatuuraanduiding

Is het toestel normaal in gebruik, dan geeft de temperatuuraanduiding in de display de gemiddelde temperatuur aan, die op dat moment in de diepvrieszone heerst.

Ligt de temperatuur in de diepvrieszone niet in het bereik dat in de temperatuuraanduiding kan worden aangegeven, dan gaan er in de display alleen streepjes knipperen.

Het kan zeker een paar uur duren voordat de gewenste temperatuur wordt bereikt en constant wordt aangegeven. Dit hangt onder andere van de omgevingstemperatuur en de instelling af.

Temperatuur instellen

Stel met de sensortoetsen onder het display de temperatuur in.

Het drukken op de sensortoets heeft het volgende effect

- Temperatuur gaat omlaag,

- Temperatuur gaat omhoog.

De temperatuurwaarde die u instelt knippert in de temperatuuraanduiding.

Bij het aantippen van de temperatuurtoetsen, ziet u in het display het volgende veranderen:

23

De juiste temperatuur

-Wanneer u voor het eerst aantipt, dan knippert de temperatuurwaarde die u het laatst heeft ingesteld.

-Vanaf de tweede keer dat u drukt, verandert de temperatuurwaarde in stappen van 1 °C.

-Wanneer u de toets niet loslaat, verandert de temperatuurwaarde continu.

Ongeveer 5 seconden nadat u voor het laatst op een temperatuurtoets heeft gedrukt, verschijnt in de temperatuuraanduiding automatisch de temperatuurwaarde die op dat moment in het desbetreffende gedeelte heerst.

of

Tip de OK - toets aan om uw keuze te bevestigen.

Hebt u de temperatuur gewijzigd, controleer dan de temperatuuraanduiding en wel na ca. 6 uur wanneer er weinig levensmiddelen in het toestel liggen en na ca. 24 uur wanneer er veel levensmiddelen in zitten. Pas dan is de ingestelde temperatuur bereikt.

Is de temperatuur dan nog te hoog of te laag, wijzig de temperatuur dan.

Mogelijke temperatuurinstellingen

De temperatuur is instelbaar van -15 °C tot en met -28°C.

24

De functie “SuperFrost”

Functie SuperFrost

Om verse levensmiddelen optimaal in te vriezen, dient u eerst de functie SuperFrost in te schakelen.

Op die manier worden de levensmiddelen snel doorvroren en blijven de voedingswaarde, de vitamines, het uiterlijk en de smaak behouden.

Uitzonderingen:

-Als u reeds ingevroren levensmiddelen in het toestel plaatst.

-Wanneer u dagelijks slechts max. 2 kg verse levensmiddelen invriest.

SuperFrost inschakelen

Schakel de SuperFrost in 6 uur voordat u de in te vriezen levensmiddelen in het toestel legt. Wilt u gebruik maken van de maximale vriescapaciteit, schakel de SuperFrost dan 24 uur van te voren in.

Tip de SuperFrost - toets aan totdat deze geel oplicht.

De temperatuur in de diepvrieszone daalt en de koelcapaciteit is nu maximaal.

SuperFrost uitschakelen

De SuperFrost wordt automatisch na ca. 65 uur uitgeschakeld. Hoe lang het duurt is afhankelijk van de hoeveelheid verse levensmiddelen die in de vrieskast is gelegd. Het SuperFrost-symbool

gaat uit en de koelcapaciteit is weer normaal.

Om energie te besparen kunt u de SuperFrost zelf uitschakelen, zodra in de dieprvriezer / diepvrieszone een constante temperatuur van minstens -18°C is bereikt. Controleer de temperatuur in het toestel.

Tip de SuperFrost - toets aan totdat deze niet meer geel oplicht.

De koelcapaciteit van het toestel is weer normaal.

25

Temperatuuren deuralarm

Dit koeltoestel heeft een waarschuwingssysteem, waarmee wordt voorkomen dat de temperatuur in het toestel ongemerkt stijgt en dat er te veel energie verloren gaat, bijvoorbeeld wanneer de deur openstaat.

Temperatuuralarm

Gevaar voor de gezondheid door het eten van bedorven levensmiddelen.

Is de temperatuur gedurende een vrij lange tijd hoger dan –18 °C, controleer dan of de diepvriesproducten geheel of gedeeltelijk zijn ontdooid. Daardoor zijn de levensmiddelen korter houdbaar.

Controleer of de diepvriesproducten geheel of gedeeltelijk zijn ontdooid. Is dat het geval, gebruik deze levensmiddelen dan zo snel mogelijk of kook of braad ze alvorens ze opnieuw in te vriezen.

Wanneer de vriestemperatuur in het koeltoestel te veel stijgt, begint het alarmsymbool in de display te knipperen. Tevens klinkt er een waarschuwingssignaal.

Of het koeltoestel een temperatuur te hoog of te laag vindt, is afhankelijk van de ingestelde temperatuur.

Het geluidsen optische signaal wordt bijvoorbeeld gegeven als:

-u het koeltoestel inschakelt en de temperatuur die op dat moment in een temperatuurzone heerst te veel verschilt van de temperatuur die u hebt ingesteld;

-als u ingevroren levensmiddelen hersorteert of uit het toestel haalt en er daarbij te veel warme lucht binnenstroomt,

-als u een vrij grote hoeveelheid levensmiddelen invriest,

-als u verse levensmiddelen invriest die nog warm zijn,

-als de stroom is uitgevallen,

-als het koeltoestel defect is.

Zodra de alarmtoestand beëindigd is, stopt het waarschuwingssignaal en gaat het alarmsymbool uit.

Temperatuuralarm voortijdig uitschakelen

Hindert de zoemer u, dan kunt u deze voortijdig uitschakelen.

Tip daarvoor de toets voor het uitschakelen van de zoemer bij temperatuuralarm aan.

De zoemer houdt op.

Het alarm-symbool blijft branden totdat de storing voorbij is.

26

Temperatuuren deuralarm

Deuralarm

Wanneer de toesteldeur te lang openstaat, gaat er een zoemer. Daarnaast brandt het alarmsymbool .

De tijd voordat het deuralarm gaat, is afhankelijk van de aantal minuten dat daarvoor is ingesteld. Vanuit de fabriek is 2 of 4 minuten ingesteld. Het deuralarm kan echter ook worden uitgeschakeld. Zie het hoofdstuk “Overige instellingen uitvoeren”, paragraaf “Geluidssignalen”.

Zodra de toesteldeur wordt gesloten, houdt de zoemer op en gaat het alarmsymbool uit.

Klinkt er geen zoemer, hoewel er wel sprake is van een deuralarm, dan is de zoemer bij deuralarm uitgeschakeld in de instellingsmodus. Zie het hoofdstuk “Het wijzigen van instellingen”, paragraaf “Geluidssignalen”.

Deuralarm voortijdig uitschakelen

Hindert de zoemer u, dan kunt u deze voortijdig uitschakelen.

Tip daarvoor de toets voor het uitschakelen van de zoemer bij deuralarm aan.

De zoemer houdt op.

Alarm-symbool blijft branden totdat de deur wordt gesloten.

27

Loading...
+ 61 hidden pages