Miele AZORA C User Manual

Gebruiksaanwijzing voor de condensdroger Azora C
Lees beslist de gebruiksaanwijzing voordat u uw droogautomaat plaatst, installeert en in gebruik neemt. Dat is veiliger voor uzelf en u voorkomt onnodige schade aan uw apparaat. M.-Nr. 05 469 940
T
Inhoudsopgave
Inhoudsopgave
Algemeen
Het apparaat in één oogopslag . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4
Bedieningspaneel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5
Een bijdrage aan de bescherming van ons milieu
Het verpakkingsmateriaal . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6
Het afdanken van het apparaat . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 7
Korte beschrijving . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10
Tips voor het drogen van textiel. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11
Vóór het drogen / Het drogen / Na het drogen
Tips om energie te besparen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 13
Het inschakelen van de droogautomaat . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 13
Het vullen van de trommel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 13
Het kiezen van een programma. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 14
Het kiezen van (een) extra functie(s) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 14
Het starten van een programma . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 14
Na het drogen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 15
Het wijzigen van een programma
Het kiezen van een ander programma tijdens het drogen . . . . . . . . . . . . . . . . . . 16
Het openen van de deur tijdens het drogen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 16
Programma-overzicht . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 17
Het programmeren van aanvullende functies
Overzicht . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 19
Het oproepen, activeren en opslaan . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 20
2
Inhoudsopgave
Reiniging en onderhoud
Pluizenfilters . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 21
Droogautomaat . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 22
Het legen van het condenswaterreservoir . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 23
Condensor . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 24
Nuttige tips
Probleem . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 26
Het vervangen van het gloeilampje . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 29
Het openen van de deur bij stroomuitval. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 29
Technische Dienst
Reparaties . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 30
Miele Service Verzekering Certificaat . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 30
Programma-actualisering. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 30
Het plaatsen van de droogautomaat
Was-droogzuil . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 31
Externe afvoer condenswater . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 32
Elektrische aansluiting . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 34
Verbruiksgegevens . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 35
Technische gegevens . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 36
3
Algemeen
Algemeen
Het apparaat in één oogopslag
1 Aansluitkabel 2 Condenswaterreservoir 3 Bedieningspaneel 4 Deur 5 Klepje voor de condenskast 6 Afvoerslang voor condenswater 7 Vier stelvoeten
4
Bedieningspaneel
Algemeen
bToets "j k"
Met deze toets kunt u de droger in- en uitschakelen en het programma onder­breken. Wanneer u het apparaat in­schakelt en de deur opent, gaat de trommelverlichting aan.
cToets "Deur"
Met deze toets kunt u de deur van de droger openen en het programma af­breken. Deze toets klikt niet vast.
dToets "START"
Met deze toets kunt u een droogpro­gramma starten. Het controlelampje:
knippert wanneer een programma
kan worden gestart;
– en brandt
gestart.
nadat het programma is
eToetsen voor de extra functies
Wanneer u een extra functie heeft inge­schakeld gaat het daarbij behorende controlelampje branden. Wanneer u deze extra functie weer heeft uitgeschakeld gaat het daarbij be­horende controlelampje uit.
fProgrammakeuzeschakelaar
De keuzeschakelaar kan rechtsom of linksom worden gedraaid.
gControlelampjes voor het
programmaverloop, controle- en foutmeldingen
De controle- en foutmeldingen worden in het hoofdstuk "Nuttige tips" uiteenge­zet.
5
Een bijdrage aan de bescherming van ons milieu
Een bijdrage aan de bescherming van ons milieu
Het verpakkingsmateriaal
De verpakking beschermt het apparaat tegen transportschade. Het verpakkingsmateriaal is uitgekozen met het oog op de geringe belasting van het milieu en de mogelijkheden voor afvalverwerking.
Door hergebruik van verpakkingsmate­riaal wordt er op grondstoffen be­spaard en wordt er minder afval gepro­duceerd. Uw vakhandelaar neemt de verpakking over het algemeen terug.
Het afdanken van het apparaat
Afgedankte apparaten bevatten nog waardevolle stoffen/materialen. Zet uw apparaat daarom niet zomaar bij het grof vuil, maar informeer bij uw handelaar of het mogelijk is het appa­raat terug te geven. Is dit niet mogelijk, informeer dan bij de gemeente of bij een grondstoffenhan­delaar naar mogelijkheden voor herge­bruik van het materiaal (bijv. schrootver­werking).
Zorg ervoor dat kinderen niet bij het oude apparaat kunnen komen totdat het wordt weggehaald. Zie ook het hoofdstuk: "Veiligheidsinstructies en waarschuwingen".
6
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Lees eerst aandachtig de gebruiks­aanwijzing door voordat u uw droog­automaat voor het eerst gebruikt. U vindt hierin belangrijke instructies met betrekking tot de veiligheid, het gebruik en het onderhoud van het apparaat. Dat is veiliger voor uzelf en u voorkomt onnodige schade aan uw apparaat.
Bewaar deze gebruiksaanwijzing en geef deze door aan de eventuele volgende eigenaar van de droogau­tomaat.
Technische veiligheid
Controleer vóórdat het apparaat
wordt geplaatst, of het zichtbaar beschadigd is. Een beschadigde droogautomaat mag niet worden geplaatst en niet in gebruik genomen.
Voordat u de droogautomaat aan-
sluit dient u altijd de aansluitgege­vens (zekering, spanning en frequen­tie) op het typeplaatje met die van het elektriciteitsnet te vergelijken. Deze moeten beslist overeenkomen. Raadpleeg bij twijfel een elektricien.
Efficiënt gebruik
Deze droogautomaat is uitsluitend bestemd voor huishoudelijk ge-
bruik.
Deze droogautomaat is uitsluitend
bestemd voor het drogen van tex­tiel dat in water is gewassen en vol­gens de aanwijzingen van de fabrikant op het wasetiket in de droogautomaat mag worden gedroogd. Gebruik voor andere doeleinden kan gevaarlijk zijn. De fabrikant is niet ver­antwoordelijk voor schade die wordt veroorzaakt door een ander gebruik dan hier aangegeven of door een fou­tieve bediening.
Controleer voordat u uw droogauto-
maat voor het eerst in gebruik neemt of het apparaat volgens de re­gels is opgesteld en aangesloten. Zie hoofdstuk: "Het plaatsen van de droogautomaat".
De elektrische veiligheid van de
droogautomaat is uitsluitend gega­randeerd als deze is aangesloten op een aardingssysteem dat volgens de geldende veiligheidsbepalingen is geïn­stalleerd. Het is zeer belangrijk dat wordt nage­gaan of aan deze fundamentele veiligheidsvoorwaarde is voldaan en dat de huisinstallatie bij twijfel door een vakman wordt geïnspecteerd. De fabri­kant kan niet aansprakelijk worden ge­steld voor schade die is ontstaan door een ontbrekende of beschadigde aard­draad.
Gebruik om veiligheidsredenen
geen verlengsnoer. Dit in verband met gevaar voor bijvoor­beeld oververhitting.
7
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
De droogautomaat voldoet aan de
voorgeschreven veiligheidsbepalin­gen. Ondeskundig uitgevoerde repara­ties kunnen onvoorziene risico’s voor de gebruiker opleveren, waarvoor de fabri­kant niet aansprakelijk kan worden ge­steld. Reparaties mogen alleen door er­kende vakmensen van Miele worden uitgevoerd.
Als er een storing moet worden ver-
holpen of als de droogautomaat moet worden gereinigd, mag er geen elektrische spanning op het apparaat staan. Dit is het geval als aan één van de volgende voorwaarden is voldaan:
- als de hoofdschakelaar van de
huisinstallatie is uitgeschakeld,
- of als de stekker uit de contactdoos
is getrokken.
Defecte onderdelen mogen alleen
door originele Miele-onderdelen worden vervangen. Alleen van deze onderdelen kunnen wij garanderen dat zij volledig voldoen aan de veiligheidseisen die wij stellen aan onze apparaten.
Gebruik
Plaats uw droogautomaat niet in
vorstgevoelige ruimten. Temperatu­ren die duidelijk onder het vriespunt lig­gen hebben een negatief effect op de werking van het apparaat. Door bevrie­zend condenswater in de pomp, in de slangen en in het condenswaterreser­voir kan de automaat beschadigen.
Het condenswater kan extern wor-
den afgevoerd. Als u de afvoerslang in een wastafel of wasbak hangt, zorg er dan voor dat hij niet weg kan glijden. Als de slang niet goed vastzit kan er water overstromen en dit kan schade veroorzaken.
Condenswater is geen drinkwater.
Het drinken van condenswater kan schadelijk zijn voor de gezondheid van mens en dier.
8
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Sluit de deur iedere keer nadat u de droogautomaat heeft gebruikt.
Zo voorkomt u dat – kinderen op de deur gaan leunen en
dat het apparaat gaat kantelen.
– kinderen proberen in de droger te
kruipen
– of er voorwerpen in te verstoppen.
Er bestaat gevaar voor brand bij
de volgende materialen: – Kledingstukken met rubber. – Kledingstukken die voorbehandeld
zijn met brandbare reinigingsmidde­len (bijv. wasbenzine).
– Kledingsstukken die in aanraking
zijn geweest met haarversteviger, haarspray, nagellakremover e.d.
– Kledingstukken die vervuild zijn door
olie en/vet, bijv. kokskleding en keu­kenlinnen.
Gebruik van toebehoren
Alleen originele Miele-toebehoren
mogen worden aan- of ingebouwd. Als er andere toebehoren worden aan­of ingebouwd, kan Miele niet voor de gevolgen instaan en kan er geen be­roep meer worden gedaan op bepalin­gen met betrekking tot garantie en pro­ductaansprakelijkheid.
Het afdanken van het apparaat
Trek de stekker uit de contactdoos
en maak deze samen met de aan­sluitkabel onbruikbaar. U voorkomt hiermee dat de droog­automaat verkeerd wordt gebruikt.
– Kledingstukken met vullingen die be-
schadigd zijn (bijv. kussens of jacks). Wanneer de vulling er uitkomt kan dat brand veroorzaken.
9
Korte beschrijving
Korte beschrijving
Korte beschrijving van de wer­king van de droogautomaat en korte handleiding
De programma’s kunt u instellen door de programmakeuzeschakelaar naar rechts of naar links te draaien.
Ter aanvulling van de droogprogram­ma’s kunt u extra functies instellen door
de toetsen voor de extra functies in te drukken.
Het programma kunt u starten door op de START - toets te drukken.
De controlelampjes voor het program­maverloop, die zich rechts op het be­dieningspaneel bevinden, geven aan in welke fase het programma zich bevindt.
Het Sensitive-systeem meet automa­tisch het soort water en maakt nauw­keurig drogen mogelijk.
Het Novotronic-systeem meet zowel het restvochtgehalte als de hardheid en de kwaliteit van het leidingwater. Door deze waarden te vergelijken zorgt het ervoor dat het restvochtgehalte altijd gelijk is.
De Reverseerautomaat zorgt ervoor dat de trommel afwisselend links- en rechtsom draait. Zo wordt het wasgoed gelijkmatig en behoedzaam gedroogd.
Verder kunt u een aantal aanvullende functies programmeren om het droog­programma nog beter af te stemmen op het soort wasgoed en de manier waarop u dit wilt drogen.
Lees eerst: "Veiligheidsinstructies en waarschuwingen" en: "Tips voor het drogen van textiel".
Wanneer u een kort overzicht wilt heb­ben over hoe u de automaat moet be­dienen, kunt u de met cijfers aangedui­de stappen (
1,2,3...) aanhouden.
1 Schakel het apparaat in
door op de j k - toets te drukken.
2 Open de deur
door op de Deur - toets te drukken.
3 Vul de trommel
door het wasgoed losjes in de trom­mel te leggen.
4 Sluit de deur
5 Kies een programma
door de programmakeuzeschakelaar op de gewenste droogtestand te draaien.
Wanneer de gewenste droogtestand is bereikt, wordt het wasgoed afgekoeld.
Na het einde van het eigenlijke pro­gramma volgt de "Kreukbeveiliging": de trommel draait met korte intervallen, waardoor wordt voorkomen dat het wasgoed gaat kreuken.
10
6 Kies eventueel (een) extra func-
tie(s)
door op de toets(en) voor de extra functie(s) te drukken.
7 Start het programma
door op de START - toets te drukken.
Tips voor het drogen van textiel
Tips voor het drogen van textiel
Controleer voordat u wasgoed in de automaat wilt gaan drogen, welk droogsymbool in het wasetiket van het wasgoed is afgebeeld.
De symbolen betekenen het volgende:
q = Drogen op een normale tempera-
tuur
r = Drogen op een lage temperatuur
(Druk daarbij op de toets "Temperatuur laag")
s = Niet geschikt om in de droogauto-
maat te worden gedroogd
t = Geschikt om in de droogautomaat
te worden gedroogd
Wanneer er geen droogsymbool in het wasetiket staat, gelden in principe de volgende regels:
Wit, bont en kreukherstellend was­goed moet in de daarbij behorende programma’s met de gewenste droogtegraad worden gedroogd (Zie hoofdstuk: "Programma-overzicht").
Fijne was, bijv. van acryl, moet in het programma "KREUKHERSTELLEND" en met de extra functie "Lage tempe­ratuur" worden gedroogd.
Houd in het geval dat onderstaan­de textielsoorten volgens het wasetiket in de automaat mogen worden gedroogd, rekening met het volgende:
Wol en wolmengweefsels
Deze hebben de neiging te vervil­ten en te krimpen. Dit gebeurt niet als dit textiel in het speciale programma "Wol" wordt ge­droogd.
Wasgoed gevuld met dons
De binnen- en buitenvoering (bijv. van dekbedden) heeft, afhankelijk van de kwaliteit en de gebruikte tex­tielsoort (zoals katoen en satijn) de neiging om te krimpen. Dit gebeurt niet als dit textiel in het speciale programma "Strijken
wordt gedroogd.
Zuiver linnen
Dit kan ruw worden. Dit gebeurt niet als dit textiel in het speciale programma "Strijken wordt gedroogd.
rrr"
rrr"
11
Tips voor het drogen van textiel
Kreukherstellend wasgoed gaat des
Let verder nog op het volgende:
T-shirts en tricot krimpen vaak wan-
neer ze voor het eerst worden ge­wassen. Droog ze dus niet te lang en te heet om te voorkomen dat ze nog verder krimpen. Koop dit soort textiel even­tueel één of twee maten te groot.
Gesteven wasgoed kunt u in de droogautomaat drogen. Doseer echter vóórdat u gaat was­sen de dubbele hoeveelheid stijfsel voor hetzelfde effect.
Kreukherstellende overhemden of blouses van 100% katoen hebben, afhankelijk van de kwaliteit en het model overhemd, de neiging sterk te kreuken. Droog zulk wasgoed met een pro­gramma met een lagere droogte­graad (bijv. "Strijkdroog"). In het uiterste geval kunt u dit wasgoed het beste drogen in het programma "Strijken gertje hangen.
rrr"
en daarna op een han-
te meer kreuken, naarmate de droog­automaat voller beladen is. Dat geldt vooral voor zeer fijn textiel. Verminder de beladingshoeveelheid of gebruik het speciale programma "Kreukherstellend Strijkdroog".
– Droog
goed niet samen met lichtgekleurd wasgoed omdat het misschien af­geeft.
– Kledingstukken
schadigd zijn (bijv. kussens of jacks) mogen niet in de automaat worden gedroogd. Wanneer de vulling er uit­komt kan dat brand veroorzaken.
nieuw, donkergekleurd was-
met vullingen die be-
12
Loading...
+ 28 hidden pages