Liebherr CP 4613 COMFORT, CP 4613, CPESF 4613 COMFORT User Manual [nl]

Gebruiksaanwijzing Pagina 14
Koel-vriescombinatie
NL
7082 613-00
CPesf 46.. 210
Aanwijzing m.b.t. afdanken
Verpakkingsmateriaal is geen speelgoed voor kinderen -
verstikkingsgevaar door folies!
• Breng a.u.b. de verpakking naar een officiële inzamelpunt. Het afgedankte apparaat bevat nog waardevolle materialen
en moet gescheiden van het ongesorteerde afval worden afge­voerd.
• Afgedankte apparaten onbruikbaar maken: trek de stekker uit het stopcontact, snijd het netsnoer door en zet de sluiting buiten werking zodat kinderen zich niet kunnen opsluiten.
• Let erop dat het koelmiddelcircuit tijdens het transport van het afgedankte apparaat niet wordt beschadigd.
• Informatie over het gebruikte koelmiddel vindt u op het typeplaatje.
• Het recyclen van afgedankte apparaten moet vakkundig gebeuren overeenkomstig de plaatselijk geldende voorschriften en wet­ten.
Toepassingen van het apparaat
Het apparaat is uitsluitend geschikt voor het koelen van levensmid­delen. In het geval van het industriële koelen van levensmiddelen moeten de geldige wettelijke bepalingen in acht worden genomen.
Het apparaat is niet bedoeld voor het bewaren en koelen van ge­neesmiddelen, bloedplasma, laboratoriumspreparaten of eendere aan de Europese Richtlijn medische hulpmiddelen 2007/47/EG ten grondslag liggende stoen en producten.
Een abusievelijk gebruik van het apparaat kan schade aan de bewaarde producten of het bederf ervan veroorzaken.
Bovendien is het apparaat niet geschikt voor werking in explosie­gevaarlijke omgevingen.
Overzicht van apparaat en uitrusting
Bedienings- en controleelementen
Boter- en kaasvak
Verplaatsbare plateaus
Flessendraagrooster
Binnenverlichting
Verplaatsbare opbergvakken
Veiligheidsaanwijzingen en waarschuwingen
• Voorkom blessures en beschadigingen: pak het apparaat altijd met twee personen uit en stel hem samen op.
• Neem bij beschadiging van het apparaat onmiddellijk - nog vóór het aansluiten - contact op met de leverancier.
• Stel het apparaat volgens de aanwijzingen in deze gebruiksaanwijzing op en houd u aan de aansluitvoorschriften om zeker te zijn van een goede werking.
• Koppel het apparaat bij storingen los van de netspanning: trek de stekker uit het stopcontact of draai de zekering in de meterkast eruit.
• Trek de stekker niet aan het netsnoer uit het stopcontact maar pak de stekker vast.
• Laat reparaties en ingrepen aan het apparaat uitsluitend door de technische dienst of een installateur uitvoeren, aangezien anders grote gevaren voor uzelf en anderen kunnen ontstaan. Hetzelfde geldt voor het vervangen van het netsnoer.
• Gebruik in het apparaat nooit open vuur of ontstekingsbronnen. Let er daarom tijdens het vervoeren en reinigen van het apparaat goed op dat het koelcircuit niet wordt beschadigd. Mocht het koelcircuit des ondanks beschadigd raken, houd het apparaat dan uit de buurt van open vuur. Zorg voor goede ventilatie in het vertrek.
• Ga nooit op de sokkel, laden, deur enz. staan of leunen om ergens bij te kunnen.
• Dit apparaat is niet bedoeld voor personen (ook kinderen) met fysieke, sensorische of mentale gebreken of personen, die niet over voldoende ervaring en kennis beschikken, tenzij zij door een persoon, die voor hun veiligheid verantwoordelijk is, in het gebruik van het apparaat worden onderwezen of die aanvankelijk toezicht uitoefent. Kinderen mogen niet zonder toezicht achterblijven om te voorkomen dat ze met het apparaat spelen.
• Voorkom voortdurend huidcontact met koude oppervlakken of te koelen/te bevriezen levensmiddelen want dat kan een pijnlijk of dof gevoel en bevriezing veroorzaken. Bij langdurig huidcontact veiligheidsmaatregelen treffen, bijv. handschoenen dragen.
• Eet consumptieijs, met name waterijsjes of ijsblokjes, niet direct op nadat u het uit het apparaat genomen hebt. Extreem lage tempera­turen kunnen blaren aan uw handen of in uw mond veroorzaken.
• Consumeer geen levensmiddelen die al over de verbruiksdatum heen zijn of te lang in het apparaat liggen aangezien u hierdoor een voedselvergiftiging kunt oplopen.
• Het apparaat is bedoeld voor het koelen, invriezen en bewaren van levensmiddelen evenals het maken van ijs. Het apparaat werd ont­worpen voor huishoudelijk gebruik. Bij professioneel gebruik (in de horeca, detailhandel enz.) moeten de op de betreffende bedrijfstak van toepassing zijnde voorschriften worden opgevolgd.
• Bewaar geen explosieve stoffen of spuitbussen met brandbare drijf­gassen (bijv. butaan, propaan, pentaan) in het apparaat. Eventueel vrijkomend gas kan door de elektrische componenten ontstoken worden. U herkent dergelijke spuitbussen aan het waarschuwings­symbool bestaande uit enkele vlammen met eronder de tekst "Licht ontvlambaar" dan wel aan de tekst op de spuitbus.
• Geen elektrische apparaten binnen het apparaat gebruiken.
14
Groenteladen
Koudeaccu's
Diepvriesladen
Diepvriesplan
Dooiwaterafvoer
Stelpoten
Klimaatklasse
Het apparaat is ontworpen voor een bepaalde klimaatklasse d.w.z. een maximale temperatuur waarboven het apparaat niet gebruikt mag worden. U vindt de klimaatklasse van het apparaat op het typeplaatje. Hierbij worden de volgende afkortingen gebruikt:
Klimaatklasse Omgevingstemperaturen
SN +10 °C tot +32 °C N +16 °C tot +32 °C ST +16 °C tot +38 °C T +16 °C tot +43 °C
Opstellen
• Plaats het apparaat bij voorkeur niet in direct zonlicht, naast het fornuis, een radiator enz.
• De ondergrond moet vlak en waterpas zijn. Gelieve oneenheden met behulp van de bijgevoegde steeksleutel via de stelpootjes te compenseren.
• Dek de ventilatieopeningen nooit af. Zorg altijd voor een goede luchttoevoer en -afvoer!
• Plaats geen apparaten die warmte afgeven op het apparaat, bijv. magnetron, broodrooster enz.
• De plaatsingsruimte van uw apparaat moet volgens de norm EN 378 pro 8 g koelmiddelmassa R 600a 1 kubieke m bezitten zodat er in geval van een lekkage in het koelmiddelcircuit geen ontvlambare gas-lucht-mengeling in de plaatsingsruimte van het apparaat kan ontstaan. Informatie over de hoeveelheid koelmiddel vindt u op het typeplaatje aan de binnenkant van het apparaat.
• Het apparaat niet samen met andere apparaten aansluiten via een verlengkabel - gevaar voor oververhitting.
Aansluiten
Stroomsoort (wisselstroom) en spanning op de opstellingsplaats moeten met de informatie op het typeplaatje overeenstemmen. Het typeplaatje vindt u links op de binnenwand. Het stopcontact moet d.m.v. een zekering van 10 A of zwaarder beveiligd zijn, buiten de achterzijde van het apparaat liggen en goed toegankelijk zijn.
Het apparaat alleen via een correct geïnstalleerd randaar­destopcontact aansluiten.
Apparaat in- en uitschakelen
Wij adviseren u om de apparaat te reinigen voordat u hem in gebruik neemt (zie verder onder "Reinigen").
Inschakelen: Stekker in het stopcontact steken - het apparaat is ingeschakeld.
• Het temperatuurdisplay D toont de ingestelde binnentemperatuur (links voor koelgedeelte, rechts voor vriesgedeelte).
• Het rode waarschuwingslampje wingslampje gaat uit, zodra het koud genoeg is in het vriesgedeelte.
Uitschakelen: Trek de stekker uit het stopcontact of zet de temperatuurregelaar voor het vriesgedeelte op de stand "0". De LED's in het display zijn uit - het volledige apparaat is uitgeschakeld.
Koelgedeelte uitschakelen:
Draai de temperatuurregelaar voor het koelgedeelte in de stand "0". De LED's links op het display zijn uit - het koelgedeelte is uitgeschakeld. Het vriesgedeelte blijft ingeschakeld.
brandt. Het rode waarschu-
NL
Afmetingen
Energie sparen
- Zorg altijd voor een goede luchttoevoer en -afvoer. Ventilatieope­ningen resp. -roosters niet afdekken.
- Ventilatorluchtspleten altijd vrij houden.
- Stel het apparaat niet op in direct zonlicht en ook niet naast een fornuis, verwarming of dergelijke.
- Het energieverbruik is afhankelijk van opstellingsomstandigheden b.v. de omgevingstemperatuur.
- Open het apparaat zo kort mogelijk.
- Zet de levensmiddelen soort bij soort.
- Alle levensmiddelen goed verpakt en afgedekt opslaan. Rijpvor­ming wordt vermeden.
- Warme gerechten inleggen: eerst laten afkoelen tot kamertem­peratuur.
- Diepvriesproducten in de koelruimte laten ontdooien.
- Wanneer het apparaat een dikke rijplaag heeft: apparaat ontdooien.
- Bij langere vakanties koelgedeelte legen en uitschakelen.
Stof doet het energieverbruik toenemen:
- de koelmachine met warmtewisselaar - metalen rooster aan de achterkant van het apparaat - eens per jaar afstoffen.
Temperatuurregelaar Temperatuurregelaar Koelgedeelte Vriesgedeelte
Temperatuur instellen
De temperatuur kan met de temperaturregelaar worden ingesteld (links voor koelgedeelte, rechts voor vriesgedeelte).
Al naar gelang de stand van de regelaar verandert de op het display D getoonde temperatuur.
Opmerking: De indicatie op het display toont niet de heersende binnentemperatuur maar de gewenste temperatuurinstelling.
Alarm-toets
Het apparaat is met een alarmfunctie uitgerust.
Als de temperatuur in het vriesgedeelte te hoog is, weerklinkt het geluidssignaal en de LED in de Alarm-toets knippert.
Door het indrukken van de Alarm-toets wordt de waarschuwings­toon uitgeschakeld en de LED knippert niet meer maar brandt continu. De LED gaat uit zodra het in het vriesgedeelte weer koud genoeg is.
Dit geval kan optreden:
• Wanneer de deur van het vriesgedeelte lang open blijft zodat er warme lucht naar binnen stroomt;
• Na een langdurige stroomonderbreking;
• Bij een defect van het apparaat.
Controleer in alle gevallen of er levensmiddelen opgedooid of bedorven zijn. Als de Alarm-LED niet uitgaat, gelieve u met de technische dienst contact op te nemen (zie hoofdstuk Storingen).
Alarm-toets
15
Loading...
+ 4 hidden pages