Economischer door het Intelligent WassysteemEconomischer door het Intelligent WassysteemEconomischer door het Intelligent WassysteemEconomischer door het Intelligent WassysteemEconomischer door het Intelligent Wassysteem
P
Bescherming tegen kreuken
Bescherming tegen kreukenBescherming tegen kreukenBescherming tegen kreuken
Door de links-/rechtsdraaiende beweging van de trommel wordt het
kreukelen van het wasgoed tot een strikt minimum beperkt.
Ingebouwde verwarmer
Ingebouwde verwarmer Ingebouwde verwarmer
De ingebouwde verwarmer verwarmt het water op de beste
temperatuur voor de ingestelde wascyclus.
Om het energiegebruik en het waterverbruik tot een minimum te
beperken, detecteert het Intelligent Wassysteem de grootte van de
lading en de watertemperatuur. Ook bepaalt het op basis hiervan het
optimale waterniveau en de wastijd.
Kinderslot
추가선택예약
KinderslotKinderslotKinderslot
Het kinderslotsysteem wordt gebruikt om te vermijden dat kinderen
op een knop duwen om het programma te wijzigen terwijl de machine
draait.
Door de washoeveelheid en de balans te meten, zorgt het systeem
ervoor dat de was gelijkmatig verdeeld wordt zodat het geluidsniveau
bij het centrifugeren tot een minimum herleid wordt.
Direct Drive-systeem
Direct Drive-systeemDirect Drive-systeemDirect Drive-systeem
De moderne Blushless DC-motor drijft de trommel rechtstreeks aan
zonder gebruik te maken van riem of riemschijf.
De wasmachine kan diverse trommelacties of een combinatie van
verschillende acties, afhankelijk van het geselecteerde wasprogramma
uitvoeren.
Gecombineerd met een gecontroleerde rotatiesnelheid en de capaciteit
van de trommel zowel links als rechts te roteren, zijn de wasprestaties
van de machine uitstekend met als resultaat een perfect wasresultaat.
LEES ALLE INFORMATIE ALVORENS U HET TOESTEL IN GEBRUIK NEEMT.
Nederlands
Waarschuwing
Voor uw veiligheid: alle informatie in deze handleiding dient te worden opgevolgd om het
risico voor brand, explosie of een elektrische schok tot een minimum te beperken, en om
schade aan eigendommen, verwondingen of dodelijk letsel te voorkomen.
BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES
• Installeer of plaats het apparaat op een plaats waar
het niet aan temperaturen onder het vriespunt of aan
de weerelementen kan worden blootgesteld.
• Het is gevaarlijk om de kenmerken van dit toestel op
enigerlei wijze aan te passen.
• Probeer de machine niet zelf te herstellen.
Herstellingen die uitgevoerd zijn door onervaren of
niet-gekwalificeerd personeel kunnen verwondingen
en/of nog ernstigere fouten veroorzaken aan de
machine.
• Hou de plaatsen onder en rondom de toestellen vrij
van brandbare materialen zoals pluizen, papier,
vodden, chemicaliën, enz.
• Nauw toezicht is nodig indien het apparaat door of in
de buurt van kinderen wordt gebruikt.
• Sta niet toe dat kinderen op, met of in dit toestel of
enig ander apparaat spelen.
• Laat de wasmachinedeur nooit open staan.
• Kinderen zouden op de geopende deur kunnen gaan
hangen of in de wasmachine kruipen.
• Breng uw hand of arm nooit in de wasmachine terwijl
deze nog draait. Wacht tot de trommel geheel tot
stilstand is gekomen.
• Het wasproces kan de brandvertrager van textiel
verminderen.
• Was of droog geen artikelen die zijn gereinigd,
gewassen, gedrenkt in of besprenkeld met brandbare
of explosieve stoffen (zoals was, olie, verf, dieselolie,
ontvetters, oplosmiddelen voor droog reinigen,
kerosine, enz.) die zouden kunnen ontvlammen of
exploderen. Olie kan achterblijven in de trommel,
waardoor er brand kan ontstaan tijdens het drogen.
Laad dus geen kleding met olievlekken.
• Om dit te vermijden volgt u zorgvuldig de was- en
verzorgingsinstructies op van de fabrikant die in het
kledingstuk zijn opgenomen.
• Sla de wasmachinedeur nooit met kracht dicht en
probeer deze niet geforceerd te openen wanneer hij
op slot zit . Dit kan schade veroorzaken aan de
wasmachine.
• Om risico op een elektrische schok tot een minimum
te beperken, trekt u de stekker van het apparaat uit
het stopcontact of haalt u de zekering van de
wasmachine uit de stoppenkast of zet de
hoofdschakelaar van het elektrisch circuit in uw huis
uit alvorens u begint met onderhoud of reiniging.
• Gebruik het apparaat nooit wanneer het beschadigd
is, niet goed functioneert, gedeeltelijk is
gedemonteerd, of er onderdelen aan ontbreken of
stuk zijn. Dit geldt ook wanneer het snoer of de
stekker zijn beschadigd.
• Neem contact op met het service centrum indien het
apparaat onder water heeft gestaan.
Risico op elektrische schokken en brand.
• Alle elektriciteitswerken, die noodzakelijk zijn voor de installatie van het toestel, moeten uitgevoerd worden
door een erkende elektricien of een deskundig persoon.
• Gebruik uitsluitend een geaard stopcontact van 220 –240 V.Gebruik geen verlengkabel of een verdeelstekker.
• Om gevaar te vermijden moet de stroomtoevoerkabel, wanneer deze beschadigd is, vervangen worden door
de fabrikant, door zijn erkende verdelers of door gelijkwaardig gekwalificeerde personen.
• Sluit de machine aan op een geaard stopcontact. Volg hierbij de stroombedradingsrichtlijnen.
3
enmerken
K
Naam
Stroomtoevoer :
Afmetinges
Gewicht.
Wascapaciteit
Max. vermogen.
Centrifugeersnelheid:
Waterverbruik :
Toegelaten waterdru: 0,3-10kgf/cm
Het uitzicht en de kenmerken kunnen zonder voorafgaande kennisgeving afwijken.
Dit enkel om de kwaliteit van het toestel te verbeteren.
Installeer of plaats het apparaat op een plaats waar het niet aan temperaturen onder het
vriespunt of aan schommelende weersomstandigheden kan worden blootgesteld.
Als de wasmachine geplaatst werd op een vast tapijt, mag de het tapijt de plintopening niet
hinderen.
Vergrendelingsbouten voor vervoer
Het toestel is uitgerust met vergrendelingsbouten voor vervoer om interne schade
tijdens het transport te vermijden.
De verpakking en alle transportbouten moeten worden
verwijderd alvorens de wasmachine te gebruiken.
Wanneer u de verpakking onderaan verwijdert, zorg er dan
voor ook de bijkomende verpakkingsplaat in het midden
onderaan te verwijderen.
Wasmachine
Verpakking
onderkant
Verwijderen van de vergrendelingsbouten
Nederlands
Nederlands
1. Om interne schade tijdens het transport
te vermijden zijn de 4 speciale
vergrendelingsbouten vastgeschroefd.
Vooraleer de wasmachine in gebruik te
nemen, moet u de bouten en de rubberen
stoppen verwijderen.
• Als ze niet verwijderd worden, zal de
machine hevig schudden, veel geluid
veroorzaken en uiteindelijk in storing gaan.
2. Draai de 4 bouten los met de
meegeleverde moersleutel.
3. Verwijder de 4 bouten samen met de
rubberen stoppen door zachtjes aan de
stop te draaien. Houd de 4 bouten en de
moersleutel bij voor eventueel later
gebruik.
• Telkens wanneer het toestel verplaatst
wordt, moeten deze vergrendelingsbouten
opnieuw geplaatst worden.
4. Sluit de gaten af met de meegeleverde
afdekhoedjes.
5
nstallatie
I
Ruimtelijke installatievereisten
Passtelling met de vloer:
wasmachine
ong.
2cm
afvoerleiding
wasKuip
De toegelaten hellingsgraad onder de wasmachine
bedraagt 1˚
Stopcontact :
Moet geplaatst zijn op maximaal 1,5 meter links of
rechts van de wasmachine. Niet meer dan één toestel
aansluiten op het stopcontact.
Bijkomende vrije ruimte :
Voor inbouw tegen muur, deur en vloer is volgende vrije
ruimte noodzakelijk.
(10 cm: achterzijde / 2 cm: rechter- en linkerzijde)
Plaats of bewaar nooit wasproducten op de
wasmachine.
Positioneren
Installeer de wasmachine op een vlakke harde vloer.
Zorg ervoor dat de luchtcirculatie rond de wasmachine niet wordt gehinderd door tapijten,
matten enz.
• Probeer nooit om een oneffenheid in de vloer te corrigeren door stukken hout, karton of
soortgelijke materialen onder de wasmachine te plaatsen.
• Als de wasmachine naast een gasfornuis of een kolenkachel geplaatst moet worden,
voorzie dan een isolatie (85x60cm), bedekt met aluminiumfolie, op de zijkant van het
fornuis of de kachel tussen de twee toestellen.
• Installeer de wasmachine niet in ruimtes waar de temperatuur tot onder 0°C kan dalen.
• Zorg ervoor dat de wasmachine ook na de installatie nog gemakkelijk bereikbaar is voor
de technicus in geval van een defect.
• Eens de wasmachine is geïnstalleerd, de vier pootjes bijregelen met de meegeleverde
boutsleutel zodat het toestel stabiel staat en er een open ruimte is van ongeveer 20 mm
tussen de bovenkant van de wasmachine en de onderkant van het werkblad.
6
Nederlands
nstallatie
I
Elektrische aansluiting
1. Gebruik nooit een verlengkabel of een verdeelstekker.
2. Om gevaar te vermijden moet de stroomtoevoerkabel in geval van beschadiging, vervangen worden door de
fabrikant, zijn erkende verdelers of door gelijkwaardig gekwalificeerde personen.
3. Trek de stekker na gebruik steeds uit het stopcontact en draai de waterkraan dicht.
4. Sluit de machine aan op een geaard stopcontact. Volg hierbij de stroombedradingsrichtlijnen.
5. Het toestel moet zo geplaatst worden dat de stekker gemakkelijk toegankelijk is.
LET OP
Het product is niet gemaakt voor het gebruik en als speelgoed door jonge kinderen zonder toezicht of voor
personen die niet in staat zijn zonder toezicht een apparaat te dedienen.
LET OP
LET OP het netsnoer
Het wordt aanbevolen de meeste machines aan te sluiten op een eigen circuit; dat wil zeggen, een circuit met
stopcontact dat alleen voor die machine gebruikt wordt, zonder verdere stopcontacten of aansluitingen op het circuit.
Controleer voor de zekerheid de specificatie-pagina van deze handleiding.
U mag de stopcontacten niet overbelasten. Overbelaste/losse/beschadigde stopcontacten of verlengsnoeren, versleten
netsnoeren, of beschadigde snoerisolatie vormen een gevaar. Dit kan leiden tot brand of een elektrische schok. Kijk
regelmatig het netsnoer van uw machine na; indien dit er beschadigd uitziet, haalt u dan de stekker uit het stopcontact
en laat het snoer vervangen door een authentiek snoer aangeleverd door een bevoegde dealer, alvorens de machine
opnieuw te gebruiken. Zorg ervoor dat het snoer niet beschadigd raakt: zorg ervoor dat het b.v. niet in de knoop ligt of
afgeknepen wordt, of dat men erop kan lopen. Let vooral op stekkers, stopcontacten, en de snoeruitgang op de
machine.
Als de wasautomaat door een verlengkabel of een draagbaar aggregaat van stroom wordt voorzien, moeten de
verlengkabel of het aggregaat zodanig worden geplaatst dat er geen (was)water op geknoeid kan worden.
De wasmachine moet op de waterleiding aangesloten worden met nieuwe leidingen. Oude
leidingen mogen niet worden gebruikt.
Aansluiting van de watertoevoerleidingen
Joint en caoutchouc
aansluiting
Raccord
rubberen
de tuyau
ringen
De toegeleverde waterdruk moet tussen 30 kPa en 1000 kPa
(0,3~10kgf/cm
Ontbloot of kruis de leiding niet wanneer u de toevoerleiding
aansluit op de klep.
Wanneer de toegeleverde waterdruk hoger is dan 1000 kPa, moet u
een decompressietoestel laten installeren.
• Om lekkage te vermijden werden twee ringen voorzien op het
aansluitpunt in de aansluiting van de watertoevoerleiding.
• Controleer de waterdichtheid van de aansluitingen tussen
wasmachine en toevoerleiding door de kraan helemaal open te
draaien.
• Controleer regelmatig de toestand van de leiding en vervang
deze indien nodig.
• Zorg ervoor dat er geen knik zit in de leiding en dat deze niet geklemd is.
2
)liggen.
7
nstallatie
I
Deze uitrusting is niet bedoeld voor maritiem gebruik of voor gebruik in mobiele installaties zoals
caravans, vliegtuigen, enz.
Draai de plugkraan dicht wanneer de machine een langere periode niet wordt gebruikt (bijv. tijdens een
vakantie), zeker wanneer er geen vloerafloop (goot) is in de onmiddellijke omgeving van de machine.
Wanneer het toestel moet worden afgevoerd, moet u het netsnoer afknippen en de stekker vernietigen.
Maak de deurgrendel onklaar om te voorkomen dat kinderen in de machine gevangen raken.
Het verpakkingsmateriaal (bijvoorbeeld folie en styrofoam) kan voor kinderen gevaarlijk zijn.
Er is gevaar voor verstikking!
Houd verpakkingsmateriaal uit de buurt van kinderen.
Installatie van de afvoerleiding
ong. 100 cm
ong. 145 cm
•
Wanneer de afvoerleiding aan een wasbak
bevestigd wordt, maak ze dan stevig vast
ong. 105 cm
met een kettinkje.
•
Een goede bevestiging van de afvoerleiding
zal ervoor zorgen dat de vloer niet
beschadigd wordt door waterlekkage.
ong. 100 cm
ong. 145 cm
ong. 105 cm
• De afvoerleiding mag niet hoger dan 100 cm
boven de vloer geplaatst worden.
• Een goede bevestiging van de afvoerleiding
zal ervoor zorgen dat de vloer niet
beschadigd wordt door waterlekkage.
• Wanneer de afvoerleiding te lang is, duw ze
dan niet in de wasmachine. Hierdoor
ontstaat nl. een abnormaal geluid.
8
waskuip
Bac de lavage
max. 100cm
min. 60cm
leiding-houder
Logement
du tuyau
Bride
kabel-binder
de
fixation
max. 100cm
min. 60cm
Nederlands
nstallatie
I
Niveauregeling
1. Door een wasmachine goed waterpas op te stellen voorkomt u
overgeluid en trillingen. Plaats het toestel op een stevige vloer die
waterpas is, bij voorkeur in een hoek van de kamer.
OPMERKING
2. Wanneer de vloer oneffen is, kan u de stelvoetjes aanpassen tot op
de gewenste hoogte (gebruik geen stukjes hout en dergelijkeonder de voetjes). Zorg ervoor dat alle vier de voetjes stevig op de
vloer rusten, en controleer of het toestel waterpas staat (gebruik een
waterpas)
Nadat u de pootjes bijgeregeld hebt, de borgmoer in tegenwijzerzin
aandraaien.
OPMERKING
Diagonale controle
Wanneer u op de overlangse hoeken van de bovenplaat van de wasmachine
aandrukt, mag de machine absoluut niet op en neer bewegen (controleer
beide richtingen). Wanneer de machine bij deze duwbewegingen wel
beweegt, moet u de stelvoetjes weer aanpassen.
Een houten of zwevende vloer kan voor overmatige trillingen
of stabiliteitsproblemen bij een geladen machine zorgen.
Zet de wasmachine goed vast als hij op een verhoogd
platform staat: anders loopt u het risico dat hij eraf valt.
Betonnen vloeren
• Het installatieoppervlak moet proper, droog en waterpas zijn.
• Installeer de wasmachine op een vlakke harde vloer.
Tegelvloeren (gladde vloeren)
• Ga met beide voeten op de Tread Mate staan en stel de machine af totdat hij recht staat. (Knip de
Tread Mate in stukken van 70x70 mm en plak de stukken op de droge tegels waar u de machine wilt
plaatsen.)
Tread Mate is een zelfklevend materiaal dat gebruikt wordt op ladders & trappen, om het uitglijden tegen
te gaan.
Houten vloeren
• Houten vloeren zijn bijzonder gevoelig voor trillingen.
• Om trillingen te voorkomen, raden wij aan rubber doppen van ten minste 15
mm dik te plaatsen onder elk pootje van de wasmachine en deze met
behulp van schroeven te bevestigen aan ten minste 2 vloerbalken.
• Indien mogelijk de wasmachine installeren in een van de hoeken van de
ruimte waar de vloer stabieler is.
Gebruik rubber doppen om de trillingen te verminderen.
Rubber doppen (onderdeelnr. .4620ER4002B) kunt u verkrijgen bij de LG-afdeling onderdelen.
Belangrijk!
• Correcte plaatsing van de wasmachine verzekert een lange, regelmatige en betrouwbare werking.
• De wasmachine moet volledig horizontaal en stevig vast staan.
• De wasmachine mag niet gaan schommelen tijdens het wassen.
• Het installatieoppervlak moet proper zijn, vrij van vloerwas en andere smeermiddelen.
• Zorg ervoor dat de onderkant van de wasmachine niet nat wordt. Als de onderkant van de
wasmachine nat wordt, zou u kunnen uitglijden.
Rubber dop
Rubber Cup
9
andachtspunten voor het wassen
A
Voor het in gebruik nemen van de wasmachine
Kies een wascyclus (KATOEN 60°C, voeg een halve lading wasmiddel toe), zet de machine in
werking (zonder kleding). Hiermee verwijdert u eventueel in de trommel resterende aanslag.
Aandacht voor het wassen
1. Aandacht voor de labels
Controleer of uw kledingstuk een label heeft met wasinstructies. Dit zal aangeven uit welke stoffen
het stuk gemaakt is en hoe het gewassen moet worden.
2. Was sorteren
Voor de beste wasresultaten, sorteert u uw kledingstukken in ladingen die met hetzelfde
wasprogramma gewassen kunnen worden. De watertemperatuur en de centrifugeersnelheid zijn
afhankelijk van het soort stof waaruit de kledingstukken gemaakt zijn. Sorteer donkere was van
lichte was en witgoed. Was afzonderlijk als kleuren kunnen doorlopen of pluis in elkaar kan klitten
waardoor wit kan verkleuren, enz. Indien mogelijk wast u zwaar vervuilde stoffen apart van licht
vervuild goed.
- Vuil (zwaar, normaal, licht) :Sorteer kleding volgens de vuilheidsgraad.
- Kleur (witte was, lichte was, donkere was)Sorteer witgoed van gekleurde was.
- Pluis (pluisproducerende was, pluisverzamelende was)Was pluisproducerende was
3. Aandacht bij het vullen
• Combineer grote en kleine stukken in één lading. Laad de grote stukken eerst. Grote stukken
mogen niet meer dan de helft van de gehele waslading beslaan.
• Laat de machine niet draaien met slechts één artikel erin. Dit kan instabiliteit veroorzaken. Voeg
een of twee gelijksoortige stukken toe.
afzonderlijk van pluisverzamelende was.
10
• Controleer alle zakken en zorg ervoor dat ze leeg
zijn. Nagels, haarpennen, lucifers, potloden,
muntstukken en sleutels kunnen zowel uw
wasmachine als uw kleding beschadigen.
• Sluit ritsen, haken en koorden om ervoor te
zorgen dat deze geen andere kledingsstukken
scheuren.
• Behandel vuil en plekken voor door een
beetje in water opgeloste zeep op boorden omslagplekken aan te brengen.
Dit om het vuil reeds gedeeltelijk op te lossen.
• Verwijder al het vreemde materiaal.
eep toevoegen
Z
Toevoegen van wasmiddel en wasverzachter
1. De verdeellade
• Hoofdwas alleen ➔
• Voorwas + hoofdwas ➔
Opgelet
Wasverzachter
Wasmiddel
de hoofdwas
Wasmiddel
voor de voorwas
2. Wasverzachter toevoegen
Houd waspoeder en reinigingsproducten
buiten het bereik van kinderen i.v.m.
vergiftigingsgevaar.
Bij te veel wasmiddel en of wasverzachter
bestaat het risico dat er water overstroomt.
Gebruik alleen de aanbevolen hoeveelheid
wasmiddel.
• Niet hoger vullen dan tot aan het
maximale vulstreepje. Als het bakje
overvol is kan de wasverzachter te
vroeg vrijkomen, waardoor er vlekken
op de kleding kunnen ontstaan.
Nederlands
• Laat wasverzachter niet langer dan 2
dagen in de zeeplade (wasverzachter
kan uitharden)
• De wasverzachter wordt automatisch
toegevoegd gedurende de laatste
spoelcyclus.
• De lade niet openen wanneer er water
wordt aangevoerd.
• Solventen (benzeen, enz..) zijn niet
toegelaten.
OPMERKING
Geen wasverzachter rechtstreeks
op de kledij gieten.
11
Zeep toevoegen
• Het wasmiddel wordt bij het begin van de wascyclus uit de verdeler gespoeld.
Hoeveelheid wasmiddel
• Het wasmiddel dient gebruikt te worden volgens de aanwijzingen van de fabrikant en moet worden
gekozen op basis van type, kleur, de mate van vervuiling van de stof en de wastempratuur.
• Als u meer wasmiddel gebruikt dan is voorgeschreven, ontstaat er veel schuim waardoor het
wasresultaat afneemt en zal de motor te sterk belast worden (oorzaak van storing).
• Het is aan te raden geconcentreerd wasmiddel te gebruiken voor het beste resultaat.
• Als gebruik wordt gemaakt van vloeibaar wasmiddel neem dan de aanwijzingen van de
wasmiddelfabrikant in acht.
• U kunt gebruik maken van vloeibaar wasmiddel in de wasmiddeldoseerlade zodra het wascyclus
direct van start gaat.
• Vloeibaar wasmiddel kan uitharden, gebruik daarom geen vloeibaar wasmiddel tijdens uitgestelde start.
• Heeft u last van zeepsop resten, verminder dan de hoeveelheid wasmiddel.
• De hoeveelheid wasmiddel moet mogelijk aangepast worden aan het programma, watertemperatuur,
de hardheid van het water, de was hoeveelheid, en de vuilheid van het wasgoed. Zorg ervoor dat er
niet te veel schuim ontstaat.
• Raadpleeg het label van de kleding voordat u het wasmiddel en de watertemperatuur kiest.
• Gebruik enkel het aangegeven wasmiddel voor gebruik in de wasmachine.
- Algemene waspoeders voor alle stofsoorten (Koud - 95°C)
- Waspoeder voor delicate stof (Koud - 40°C)
- Vloeibaar wasmiddel voor alle stofsoorten (Koud - 95°C) of alleen aangegeven wasmiddelen
voor wol (Koud - 40°C)
• Voor een beter was- en wit-resultaat gebruikt u een wasmiddel met een algemeen bleekmiddel.
WAARSCHUWING
• Zorg ervoor dat vloeibaar wasmiddel niet uithard.
Dit kan leiden tot blokkeringen, verminderde spoeling en geurtjes.
OPMERKING
• Volle lading: volgens de aanbevelingen van de producent.
• Gedeeltelijke lading: 3/4 van de normale hoeveelheid.
• Minimumlading: 1/2 van een volle lading.
• Het wasmiddel wordt bij het begin van de wascyclus uit de verdeler gespoeld.
Waterverzachter
• Een water verzachter, zoals Calgon, kan
worden gebruikt in regio’s met extreem hard
water. Voeg toe volgens de aanwijzingen op de
verpakking.
Voeg eerst wasmiddel toe en vervolgens de
water verzachter.
• Gebruik de hoeveelheid wasmiddel voor zacht
water.
Gebruik van wastabletten
1. Open de deur en stop de tabletten in de
trommel.
12
2. Laad het wasgoed in de trommel.
uncties
F
Aanbevolen wasprogramma's rekening houdende met het type wasgoed
Nederlands
ProgrammaStof- TypeMaximale lading
Katoen
Katoen Eco
Extra verzorging
Synthetisch
Donsdeken
Wol
Delicaat
Snelwas 30
Kleurvaste kledingstukken (shirts en
pyjama•s) en licht bevuilde
witkatoenen kledingstukken
(ondergoed)
Licht bevuilde babykleding
Polyamid, Acryl, Polyester
Katoen bedlinnen, donsdeken,
kussen, deken, grand foulard met
lichte bevuiling.
Machine wasbare wol.
Delicate was die snel beschadigd
Licht bevuild, gekleurd wasgoed.
Instelling
.
Temp
60ºC
(Koud tot 95ºC)
40ºC
(Koud tot 60ºC)
60ºC
(95ºC)
40ºC
(Koud tot 60ºC)
40ºC
(Koud tot 40ºC)
20ºC
(Koud tot 40ºC)
Wassen
(Optie)
Intensief Spoelen
-
- Voorwas
- Intensief
- Kreukvrij
- Intensief
- Kreukvrij
Evaluatie
6.0 kg
4.0 kg
1 enkel
stuk
2.0 kg
3.0 kg
2.0 kg
13
uncties
F
Watertemperatuur : kies de watertemperatuur bij het wasprogramma. Volg bij het wassen altijd de wasvoorschriften of
Voorwas : Voorwas zwaar vervuilde en prote¥ negevlekte stukken.
Intensief : Voor zeer vuile was, kies de optie "Intensief".
De programma-afstelling met testoptie "Katoen 60Á C+Intensief" is in overeenstemming met IEC60456 en EN60456 .
Intensief Spoelen
Kreukvrij : Als u het kreuken van kleding wilt voorkomen, selecteer dan deze functie bij het centrifugeren.
Stel programma in op de opties "Katoen Eco 40Á C + Intensief (Halve Belading)",
"Katoen Eco 60Á C +Intensief (Halve Belading)", "Katoen Eco 60Á C + Intensief (Volle Belading)"
voor test volgens EN60456 en Verordening 1015/2010
- Standaard 60Á C katoenprogramma: Katoen Eco + 60Á C + Intensief
- Standaard 40Á C katoenprogramma: Katoen Eco + 40Á C + Intensief
(Zij zijn geschikt om normaal vervuild, katoen wasgoed te reinigen.)
(Dit zijn de meest efficiÔ nte programma's wat betreft gecombineerd energie- en waterverbruik
voor het wassen van dat type katoenen wasgoed.)
* De werkelijke watertemperatuur kan afwijken van de opgegeven cyclustemperatuur.
De testresultaten zijn afhankelijk van de waterdruk, de hardheid van het water, de
waterinlaattemperatuur, de kamertemperatuur, de soort en hoeveelheid belading, mate van
vervuiling, gebruikt wasmiddel, netspanningsfluctuaties en de gekozen extra opties.
Opmerkingen : Normaal synthetisch wasmiddel wordt aanbevolen. Het wolprogramma werkt met rustige
Opmerkingen : Normaal synthetisch wasmiddel wordt aanbevolen. Het wolprogramma werkt met rustige
instructies op het label van de fabrikant.
: Voor grotere effectiviteit of een nog schoner resultaat na het spoelen kunt u de mogelijkheid Spoelen
Extra selecteren.
.
bewegingen en rotaties op lage snelheid om de kleding te beschermen.
bewegingen en rotaties op lage snelheid om de kleding te beschermen.
Informatie over hoofdwasprogramma's bij halve belading.
Resterend
Programma
Katoen (40°C)
Katoen Eco (60°C)
Tijd in minuten
94
120
vochtgehalte
1400rpm
44 %
44 %
1200/1000rpm
53 %
53 %
Water in liter
39
49
Energie in kWh
0.66
0.74
14
ebruik van de wasmachine
machine op te starten.
gebruiken door telkens deovereenstemmende knoppen in tedrukken.
G
TM
De SmartDiagnosis
alleen aanwezig voor producten
met een SmartDiagnosis
2
functie is
Nederlands
TM
logo.
1. Bij gebruik van de wascyclus met
de standaardvoorwaarden
• Om de machine te starten drukt u op de
knop "Inschakelen".
• Druk op de "Start/Pause"-knop.
• Standaardinstelling
– Wassen : alleen hoofdwas
– Spoelen : 3 keer
– Essorage :
1000 rpm [F10B9Q/TD(W)(A)(1~9)]
•
•
1200 rpm [F12B9Q/TD(W)(A)(1~9)]
•
1400 rpm [F14B9Q/TD(W)(A)(1~9)]/
– Watertemperatuur: 60°C
– Programma: Katoen
[F147W2D]
2. Manuele instelling
Druk op de knop Aan/Uit om de
•
•
•
machine op te starten.
machine op te starten.
machine op te starten.
• Selecteer de voorwaarden die u wenst te
gebruiken door telkens de
overeenstemmende knoppen in te
drukken.
Om de voorwaarden van elk programma te
selecteren verwijzen we naar pagina’s 15 tot 20.
• Druk de "Start/Pause"-knop in.
3. Piepsignaal aan/uit
Voorprogramma
• De Pieptoon- functie kan alleen worden
geactiveerd tijdens het wassen:
1. Zorg ervoor dat de wasmachine aan is
( Inschakelen aan)
2. Druk op de knop Start/Pause.
3. Druk en houd ingedrukt beide knoppen
tegelijk voor 3 sec: Voorprogramma.
• Nu is de Pieptoon-functie aangezet. Deze
blijft aan staan, ook nadat de wasmachine
is uitgeschakeld.
• Druk de “Inschakelen”-knop in om de stroom
in- en uit te schakelen
• Hij kan ook gebruikt worden om de functie
“Voorprogramma” te onderbreken.
2. Startprogramma
• Wanneer u de ñ Inschakelenî -knop indrukt,
selecteert de wasmachine automatisch het
programma ñ Katoenî . De andere
standaardinstellingen worden ingesteld zoals
hieronder vermeld.
• Als u dus een wascyclus wil kiezen zonder
een programma te selecteren, drukt u op de
ñ Start/Pauseî -knop en de wasmachine zal
het programma opstarten.
Standaardprogramma
•
[F14B9Q/TD(W)(A)(1~9)]/[F147W2D]
- Katoen was programma / hoofdwas / normaal
spoelen / 1400tpm / 60
•
[F12B9Q/TD(W)(A)(1~9)]
- Katoen was programma / hoofdwas / normaal
spoelen / 1200tpm / 60 C
•
[F10B9Q/TD(W)(A)(1~9)]
- Katoen was programma / hoofdwas / normaal
spoelen / 1000tpm / 60 °C
Rekening houdende met het type wasgoed voor elk
programma.
Kijk op pagina 13.
ebruik van de wasmachine
G
Nederlands
Start/Pause
1. Start
• Deze “Start/Pause”-knop wordt gebruikt om
de wascyclus en andere programma’s te
starten of de cyclus tijdelijk te onderbreken.
2. Pause
• Druk op de “Start/Pause”-knop wanneer u de
wascyclus tijdelijk wenst te onderbreken.
• Nadat u de pauzeknop heeft ingedrukt wordt
de machine na vier minuten automatisch
uitgeschakeld.
• NB. De deur kan pas na 1 of 2 minuten
geopend worden als de modus Pause is
geselecteerd of na het einde van de
wascyclus.
Optie
• Door de knop Optie in te drukken kunnen alle
•
optiefuncties geselecteerd worden.
1. Intensief Spoelen
• Voor grotere effectiviteit of een nog schoner
resultaat na het spoelen kunt u de mogelijkheid
Extra verzorging spoelen selecteren.
2. Voorwas
• Als het wasgoed erg bevuild is, is het
“Voorwas” -programma erg effectief.
3. Intensief
• Voor zeer vuile was, kies de optie
"Intensief".
• Door Intensief te kiezen, wordt de duur van
het wasprogramma verlengd, afhankelijk van
het gekozen programma.
4. Kreukvrij
• Als u het kreuken van kleding wilt
voorkomen, selecteer dan deze functie bij
het centrifugeren.
Als het controlelampje brandt, is de functie
geselecteerd.
17
ebruik van de wasmachine
G
Kinderslot
Intensief Spoelen
Voorwas
• A ls u alle knoppen wilt vergrendelen om te
vermijden d at kinderen of geest elijk zwakke
personen de machine kunnen bedienen, k u n t
u deze functie gebruiken.
• Het kinderslot kan worden ingesteld door
gelijktijdig de Ò Intensif Spoelen Ó -knop en de
Ò VoorwasÓ -knop in te drukken.
(ongeveer 3 seconden)
Intensief Spoelen
Voorwas
• Om het kinderslotsysteem weer u it t e
schakel e n drukt u opnieu w gelijktijdig op de
de Ò Intensif Spoelen Ó -knop en de Ò VoorwasÓ -
knop. (on geveer 3 secRnden)
( )
Intensief Spoelen
Voorwas
• Als u de programma-instellingen wilt wijzigen
terwijl het kinderslot actief is:
1. Druk gelijktijdig op Ò Intensif Spoelen Ó -knop e n
de Ò VoorwasÓ -knop. (ongeveer 3 seconden)
2. Druk op de Ò SW a rt/PauseÓ -knop.
3. Wijzig het gewenste programma e n druk
opnieuw op de Ò Start/Pause Ó -knop.
Intensief Spoelen
Voorwas
• Ki nderslot kan op iede r gewenst m oment
worden ingest eld, uitzett en van het kinderslot
geschiedt door het volgen van de beschreven
procedure. Het ont breken van stroom of
operat ionele fouten heeft geen
kinderslot.
• Als u kleren in de machine wilt laten
zonder te centriguren na het spoelen om
te voorkomen dat ze worden gekreukt,
druk dan op de toets "Centrifugeren" om
"Spoelstop" te selecteren.
• Om na activering van de spoelstopfunctie
verder te gaan met afpompen of
centrifugeren moet u het gewenste
programma instellen met de
programmadraaiknop.