Informatie over deze uitgave6
Handelsmerken6
Informatie over het gebruiksrecht7
Veiligheidsinformatie7
Laserinformatie7
The United Kingdom
7
Telecommunications Act 1984
Conventies7
Informatie over elektronische
8
emissie
Energieverbruik printer9
Informatie over deze uitgave
Uitgave: November 2003
De volgende alinea is niet van toepassing op landen waar de
volgende voorwaarden strijdig zijn met de plaatselijke
wetgeving: LEXMARK INTERNATIONAL, INC. LEVERT DEZE
PUBLICA TI E IN DE STAAT WAARIN DEZE VERKEERT, ZONDER
ENIGE VORM VAN GARANTIE, NOCH IMPLICIET, NOCH
EXPLICIET, INCLUSIEF MAAR NIET BEPERKT TOT IMPLICIETE
GARANTIES VA N VERHANDELBAARHEID OF GESCHIKTHEID
VOOR EEN BEPAALD DOEL. In bepaalde rechtsgebieden is
afwijzing van expliciete of impliciete garanties in bepaalde
transacties niet toegestaan; het is daarom mogelijk dat deze
verklaring niet op u van toepassing is.
Deze publicatie kan technische onjuistheden of typografische
fouten bevatten. De informatie in deze publicatie wordt regelmatig
herzien; wijzigingen zullen in latere uitgaven worden opgenomen.
De producten of programma’s die worden beschreven, kunnen te
allen tijde worden verbeterd of gewijzigd.
Opmerkingen kunnen worden gestuurd aan Lexmark International,
Inc, Department F95/032-2, 740 West New Circle Road, Lexington,
Kentucky 40550, Verenigde Staten. Vanuit het Verenigd Koninkrijk
en Ierland stuurt u eventuele opmerkingen naar Lexmark
International Ltd., Marketing and Services Department, Westhorpe
House, Westhorpe, Marlow Bucks SL7 3RQ. Lexmark behoudt zich
het recht voor de door u verstrekte informatie naar eigen
goeddunken te gebruiken en te verspreiden, zonder hiermee enige
verplichting op zich te nemen tegenover u. In België en Nederland
kunnen extra exemplaren v an publicaties die op dit product
betrekking hebben, worden verkregen door contact op te nemen
met de leverancier. Vanuit de Verenigde Staten of Canada kan
worden gebeld naar 1-800-553-9727 en vanuit het Verenigd
Koninkrijk en Ierland kan worden gebeld naar +44 (0)8704 440 044.
Neem in andere landen contact op met de leverancier.
Als in deze publicatie wordt verwezen naar producten,
programma's of diensten, impliceert dit niet dat de producent het
voornemen heeft deze beschikbaar te stellen in alle landen waarin
de producent actief is. Geen enkele verwijzing naar een product,
programma of dienst moet worden opgevat als een verklaring of
suggestie dat alleen dat product, dat programma of die dienst mag
worden gebruikt. Het staat u vrij functioneel gelijkwaardige
producten, programma's of diensten te gebruiken, mits die geen
inbreuk maken op enig bestaand intellectueel eigendomsrecht. Het
beoordelen en controleren van de werking in combinatie met
andere producten, programma’s of diensten, met uitzondering van
die producten, programma’s of diensten die uitdrukkelijk door de
producent worden genoemd, behoort tot de verantwoordelijkheden
van de gebruiker.
Deze software en de eventuele bijbehorende documentatie die
wordt verstrekt in het kader van deze overeenkomst, zijn
commerciële computerprogrammatuur en -documentatie die
uitsluitend voor eigen kosten zijn ontwikkeld.
Handelsmerken
Lexmark en Lexmark met het diamantontwerp zijn als
handelsmerken van Lexmark International, Inc. gedeponeerd in de
Verenigde Staten en/of in andere landen.
PictureGrade is een handelsmerk van Lexmark International, Inc.
®
PCL
is een gedeponeerd handelsmerk van Hewlett-Packard
Company. PCL is een aanduiding van Hewlett-Packard Company
voor een verzameling printeropdrachten (printertaal) en -functies in
haar producten. Deze printer is ontworpen om ondersteuning te
bieden voor de PCL-taal. De printer herkent PCL-opdrachten die in
diverse toepassingen worden gebruikt en emuleert de functies die
met deze opdrachten corresponderen.
PostScript
Incorporated. PostScript 3 is een aanduiding van Adobe Systems
voor een verzameling printeropdrachten (printertaal) en -functies in
®
is een gedeponeerd handelsmerk van Adobe Systems
Kennisgevingen
6
softwareproducten van Adobe Systems. Deze printer is compatibel
met de PostScript 3-taal. De printer herkent PostScript
3-opdrachten die in diverse toepassingen worden gebruikt en
emuleert de functies die met deze opdrachten corresponderen.
Raadpleeg de Technical Reference voor meer informatie over
compatibiliteit.
Andere handelsmerken zijn eigendom van hun respectieve
eigenaren.
Informatie over het gebruiksrecht
De software in de printer bestaat uit:
• software die door Lexmark is ontwikkeld en waarop
auteursrecht rust;
• door gewijzigde software waarop een gebruiksrecht wordt
verleend onder de voorwaarden van de GNU General Public
License versie 2 en de GNU Lesser General Public License
versie 2.1;
• software waarop een gebruiksrecht wordt verleend onder de
voorwaarden van de BSD-licentie en -garantieverklaringen.
Klik op de titel van het document dat u wilt bekijken.
BSD License and Warranty statements
GNU General Public License
De door Lexmark gewijzigde software waarop u een gebruiksrecht
wordt verleend onder de voorwaarden van de GNU-licenties, is
gratis software. U kunt deze software verspreiden en/of wijzigen
onder de voorwaarden van de hierbov en genoemde licenties. Deze
licenties verlenen u geen rechten op de software in deze printer
waarop het auteursrecht van Lexmark rust.
Omdat de software waarop u een gebruiksrecht wordt verleend
onder de voorwaarden van de GNU-licenties en waarop de door
Lexmark aangebrachte wijzigingen zijn gebaseerd, uitdrukkelijk
zonder garantie wordt gelev erd, wordt de door Le xmark gewijzigde
versie ook geleverd zonder garantie. Zie de garantie-disclaimers in
de genoemde licenties voor extra informatie.
Wilt u graag de broncodebestanden ontvangen van de door
Lexmark gewijzigde software waarop u een gebruiksrecht wordt
verleend onder de voorwaarden v an de GNU-licenties, st art dan de
cd met stuurprogramma's die bij de printer is geleverd en klik op
Contact Lexmark.
door een professionele onderhoudsmonteur te worden
uitgevoerd.
• Dit product is samen met specifieke Lexmark-onderdelen
ontwikkeld, getest en goedgekeurd op basis van strikte,
wereldwijd geldende veiligheidsnormen. De
veiligheidsvoorzieningen van bepaalde onderdelen zijn niet
altijd duidelijk zichtbaar. Lexm ar k is niet verantwoordelijk
voor het gebruik van andere, vervangende onderdelen.
• Uw product maakt gebruik van een laser.
VOORZICHTIG: het toepassen van bedieningswijzen,
aanpassingsmethoden of procedures anders dan in deze
publicatie worden beschreven, kan bloot stelling aan
gevaarlijke straling tot gevolg hebben.
• Dit product gebruikt een afdrukproces waarbij het
afdrukmateriaal wordt verhit. Hierdoor kan het
afdrukmateriaal bepaalde stoffen afgeven. Om t e voorkomen
dat er gevaarlijke stoffen kunnen vrijkomen, is het van groot
belang dat u het gedeelte van de bedieningsinstructies
waarin de richtlijnen voor het kiezen van afdrukmateriaal
worden beschreven, goed begrijpt.
Laserinformatie
Deze printer is in de Verenigde St aten gecertificeerd als een
product dat voldoet aan de vereisten van DHHS 21 CFR par agr aaf
J voor laserproducten van klasse I (1). Elders is de printer
gecertificeerd als een laserproduct van klasse I dat voldoet aan de
vereisten van IEC 60825-1.
Laserproducten van klasse I worden geacht geen gevaar op te
leveren. De printer bevat intern een laser van klasse IIIb (3b), een
galliumarsenide laser met een nominaal vermogen van 5 milliwatt
en een golflengtebereik van 770-795 nanometer. Het lasersysteem
en de printer zijn zodanig ontworpen dat gebruikers nooit
blootstaan aan laserstraling die hoger is dan het toegestane niveau
voor klasse I-apparaten, tijdens normaal gebruik,
onderhoudswerkzaamheden door de gebruiker of voorgeschreven
servicewerkzaamheden.
The United Kingdom
Telecom munications Act 1984
This apparatus is approved under the approval number
NS/G/1234/J/100003 for the indirect connections to the public
telecommunications systems in the United Kingdom.
Veiligheidsinformatie
• Als uw product niet met dit symbool is gemarkeerd, moet
het product op een stopcontact worden aangesloten dat op
de juiste wijze is geaard.
VOORZICHTIG: tijdens een onweersbui moet u dit product
niet installeren, geen elektrische verbindingen tot stand
brengen of kabels aansluiten (bijv. het netsnoer of de
telefoon).
• Het netsnoer moet worden aangesloten op een stopcontact
dat zich dicht in de buurt van het product bevindt en dat
makkelijk kan worden bereikt.
• Onderhoudswerkzaamheden en reparaties die niet in de
bedieningsinstructies worden beschreven, dienen uitsluitend
Kennisgevingen
Conventies
Opmerking: Met een opmerking wordt u gewezen op nuttige
informatie.
VOORZICHTIG: De veiligheidsadviezen hebben betrekking op
gevaar voor letsel.
Waarschuwing: Een waarschuwing geeft aan dat het product of
de bijbehorende software kan worden beschadigd.
7
Informatie over elektronische
emissie
Verklaring van de Federal Communications
Commission (FCC)
Uit tests is gebleken dat de Lexmark E230, type 4505-100,
Lexmark E232, type 4505-200, Lexmark E330, type 4505-300 en
de Lexmark E332n, type 4505-310 voldoen aan de normen voor
digitale apparaten van klasse B, conform deel 15 van de
FCC-voorschriften. De werking van de printer is afhankelijk v an de
volgende twee voorwaarden: (1) dit apparaat mag geen schadelijke
interferentie veroorzaken en (2) dit apparaat moet bestand zijn
tegen eventuele interferentie die wordt veroorzaakt door andere
apparatuur, inclusief interferentie die kan leiden tot ongewenst
functioneren.
De FCC-normen voor apparaten van klasse B zijn opgesteld om
een redelijke bescherming te bieden tegen schadelijke interferent ie
wanneer de apparatuur in een thuisomgeving wordt gebruikt. Dit
apparaat genereert en gebruikt radiogolven en kan radiogolven
uitzenden die, bij installatie en gebruik anders dan in de instructies
is aangegeven, communicatie via radiogolven kunnen v erstoren. Er
is echter geen garantie dat er in een bepaalde omgeving geen
interferentie zal optreden. Als dit apparaat interferentie veroorzaakt
in de ontvangst van radio of televisie, hetgeen kan worden
vastgesteld door het apparaat uit en in te schakelen, wordt de
gebruiker verzocht een of meer van de volgende maatregelen te
nemen om deze interferentie op te heffen:
• Richt de antenne anders of geef deze een andere plaats.
• Vergroot de afstand tussen het apparaat en de radio of
televisie.
• Sluit het apparaat aan op een stopcontact in een ander circuit
dan dat waarop de ontvanger is aangesloten.
• Neem contact op met de leverancier van het appar aat of met
een serviceverlenende instantie voor meer suggesties.
De fabrikant is niet verantwoordelijk voor interferentie in de
ontvangst van radio of televisie die wordt veroorzaakt door het
gebruik van een andere dan de aanbevolen kabel of door
ongeoorloofde wijzigingen of modificaties aan het apparaat.
Ongeoorloofde wijzigingen of modificaties aan het apparaat
kunnen ertoe leiden dat de gebruiker niet meer gerechtigd is het
apparaat te gebruiken.
Opmerking: V oor een digitaal apparaat van klasse B is het gebruik
van een goed afgeschermde en geaarde kabel vereist, zoals de
kabel van Lexmark met artikelnummer 1329605 voor een parallelle
aansluiting of 12A2405 voor een USB-aansluiting. Het gebruik van
een vervangende kabel die niet op de juiste wijze is afgeschermd
en geaard, kan leiden tot een overtreding van de
FCC-voorschriften.
Industry Canada Compliance Statement
This Class B digital apparatus meets all requirements of the
Canadian Interference-Causing Equipment Regulations.
Avis de confor mit é aux normes de l’industr ie du
Canada
Cet appareil numérique de la classe B respecte toutes les
exigences du Règlement sur le matériel brouilleur du Canada.
Voorschriften van de Europese Gemeenschap
(EG)
Dit product voldoet aan de veiligheidsvoorschriften van richtlijnen
89/336/EEC en 72/23/EEC van de Commissie van de Europese
Gemeenschap aangaande de onderlinge aanpassing van de
wetten in de lidstaten met betrekking tot de elektromagnetische
compatibiliteit en de veiligheid van elektrische apparaten die zijn
ontworpen voor gebruik binnen een bepaald spanningsbereik.
De Director of Manufacturing and Technical Support, Lexmark
International, S.A. in Boigny, Frankrijk, heeft een verklaring
ondertekend waarin staat dat het product voldoet aan de
veiligheidseisen van de EG-richtlijnen.
Dit product voldoet aan de eisen van EN 55022 met betrekking tot
klasse B-producten en de veiligheidsvoorschriften van EN 60950.
Japanese VCCI notice
Korean MIC statement
If your product includes the following
symbol on the regulatory label:
the following statement is applicable to
your product.
This equipment has undergone EMC registration as a household
product. It can be used in any area, including a residential area.
Ruis-emissieniveaus
De volgende metingen zijn verricht in overeenstemming met ISO
7779 en zijn gerapporteerd conform ISO 9296.
Eventuele vragen over deze verklaring kunt u richten aan:
Director of Lexmark Technology and Services
Lexmark International, Inc.
740 West New Circle Road
Lexington, KY 40550, U.S.A.
(859) 232-3000
Het programma EPA ENERGY STAR
Office Equipment is een
samenwerkingsverband van fabrikanten
van kantoorapparatuur met als
doelstelling het bevorderen van het
producten en het beperken van luchtvervuiling die wordt
veroorzaakt door het opwekken van energie.
Bedrijven die aan dit programma deelnemen, brengen producten
op de markt die automatisch worden uitgeschakeld als ze niet
worden gebruikt. Hierdoor wordt het energieverbruik van de
apparatuur met maximaal 50 procent teruggebracht. Lexmark is
een enthousiast deelnemer aan dit programma.
Lexmark International, Inc. heeft als Energy Star Partner
vastgesteld dat dit product voldoet aan de Energy Star-richtlijnen
voor efficiënt energiegebruik.
gebruik van energiebesparende
Energieverbruik printer
In de onderstaande tabel vindt u informatie over het
energieverbruik van de printer.
Stroomverbruik
(per type)
ModusBeschrijving
Bezig met
afdrukken
Printer is
gereed
Energiebesparingsmodus
Uit
Printer genereert
afdrukken370 W420 W
Printer wacht op een
afdruktaak65 W80 W
Printer bevindt zich
in de energiebesparingsmodus6 W7 W
Printer is
aangesloten op een
stopcontact, maar
het stopcontact
werkt niet0 W0 W
4505-100,
4505-200,
4546-xxx
4505-300,
4505-310,
4547-xxx
automatisch ingeschakeld nadat deze printer gedurende een
opgegeven tijdsperiode niet is gebruikt (de zogenaamde
energiebesparingstime-out). De fabrieksinstelling voor de
energiebesparingstime-out voor de Lexmark E230 bedraagt 15
minuten en voor de Lexmark E232, Lexmark E330 en
Lexmark E332n 30 minuten.
Met behulp van de printerconfiguratiemenu's kunt u de
energiebesparingstime-out instellen op een waarde die ligt tussen
1 minuut en 240 minuten. Als u de energiebesparingstime-out op
een lage waarde instelt, neemt het energieverbruik af, maar de
reactietijd van printer kan toenemen. Als u de
energiebesparingstime-out op een hoge waarde instelt, is de
reactietijd van de printer korter, maar het energieverbruik hoger.
Wanneer de energiebesparingsmodus van invloed is op het
effectieve gebruik van deze printer, kunt u deze modus
uitschakelen in het hulpprogramma voor extra printerinstellingen
(zie pagina 106) of, bij een netwerkmodel, via de webpagina van de
printer (zie pagina 105).
Totale energieverbruik
Soms is het handig om het totale energieverbruik te berekenen.
Aangezien stroomverbruik wordt uitgedrukt in Watt, de eenheid van
elektrisch vermogen, kan het energieverbruik worden berekend
door het stroomverbruik te vermenigvuldigen met de tijd die de
printer in elke modus doorbrengt. Het totale energieverbruik van de
printer is de som van het energieverbruik van elke modus.
Met de stroomverbruikniveaus in de bovenstaande tabel worden
tijdgemiddelde metingen aangegeven. Bij een plotselinge grote
vraag naar stroom zijn de niveaus mogelijk aanzienlijk hoger dan
deze gemiddelde waarden.
Energiebesparingsmodus
Deze printer is, als onderdeel van het ENERGY STAR-programma,
ontworpen met een energiebesparingsmodus genaamd Power
Saver. De energiebesparingsmodus komt overeen met de
slaapstand van EPA. Met de energiebesparingsmodus wordt het
energieverbruik verlaagd in perioden dat de printer gedurende
langere tijd niet wordt gebruikt. De energiebesparingsmodus wordt
Kennisgevingen
9
1
Printero verzic ht
Uitvoerlade voor 150 vel
Papiersteun
Voorklep
Bedieningspaneel
Handmatige invoer
Lade voor 250 vel
Optionele lade voor
550 vel
Achterste
papieruitvoer
Aan/uit-knop
Printeroverzicht
10
Stofkap
(niet alle modellen)
Het bedieningspaneel heeft vijf lampjes en tw ee knoppen.
Opmerking: De knop Doorgaan (Continue) fungeert eveneens als lampje.
Doorgaan
Annuleren
Printer is gereed
Toner bijna op/V ervan g
fotoconductor
Papier laden
Pap ier vast
Fout
•Druk op Doorgaan (Continue) om het afdrukken te hervatten.
•Druk tweemaal snel op Doorgaan (Continue)
om een secundaire foutcode wee r te
geven.
•Druk op Annuleren (Cancel)
•Druk op Annuleren (Cancel)
om de afdruktaak te annuleren.
totdat alle lampjes branden om de printer weer op de
standaardwaarden in te stellen.
Printeroverzicht
11
2
Tips v oor afdruktaken en -materiaal
SectiePagina
Welke soorten afdrukmateriaal kunnen worden geladen?13
Waar kan het afdrukmateriaal in de printer worden geplaatst?14
Tips voor het kiezen van het juiste afdrukmateriaal15
Tips voor het bewaren van afdrukmateriaal en accessoires17
Tips voor het voorkomen van papierstoringen18
Papier in de lade voor 250 vel en de lade voor 550 vel plaatsen19
Papier in de handmatige invoer plaatsen23
De achteruitvoer gebruiken24
Papierstoringen verhelpen25
Tips voor afdruktaken en -materiaal
12
Welke soorten afdrukmateriaal kunnen worden geladen?
De printer functioneert optimaal wanneer het afdrukmateriaal correct in de laden wordt geplaa tst.
Gebruik nooit verschillende soorten afdrukmateriaal in dezelfde lade.
Capaciteit*
BronFormatenSoortenGewicht
Lade 1
(lade
voor 250 vel)
Lade 2
(lade voor
550 vel)
Handmatige
invoer
A4, A5, JIS B5, Letter,
Legal, Executive,
Folio, Statement,
Universal
*
A4, A5, JIS B5, Letter,
Legal, Executive,
Folio, Statement,
Universal
*
A4, A5, JIS B5, Letter,
Legal, Executive,
Folio, Statement,
Universal
*
Normaal papier,
transparanten,
etiketten
Normaal papier,
transparanten,
etiketten
Normaal papier,
transparanten,
etiketten
†
Karton
60÷90 g/m
(16÷24 lb)
60÷163 g/m
(16÷43 lb)
60÷163 g/m
(16÷43 lb)
•Index Bristol
120÷163 g/m
(16÷90 lb)
• Tag Cards 75÷163 g/m
(50÷100 lb)
7¾, 9, 10, DL, C5, B5Enveloppen
90 g/m
2
2
2
2
2
(24 lb)
(vellen)
• 250 vel papier
• 50 etiketten
• 50 transparanten
• 550 vel papier
• 50 etiketten
• 50 transparanten
1
2
* Capaciteit voor afdrukmateriaal van 75 g/m2) (20 lb), tenzij anders aangegeven.
†
Breedlopend wordt aanbevolen. Gebruik de achteruitvoer voor het beste resultaat.
‡
Universele maten:
÷ Lade 1: 89÷216 x 210÷356 mm (3,5÷8,5 x 8,27÷14,0 inch)
÷ Lade 2: 148÷216 x 210÷356 mm (5,83÷8,5 x 8,27÷14,0 inch)
÷ Handmatige invoer: 76÷216 x 127÷356 mm (3,0÷8,5 x 5,0÷14,0 inch) (inclusief kaarten van 76,2 x
127 mm)
Tips voor afdruktaken en -materiaal
13
Waar kan het afdrukmateriaal in de printer worden geplaatst?
De printer is uitgerust met twee standaardpapierbronnen: een lade voor automatische papierinvoer
(lade 1) waarin maximaal 250 vel papier kan worden geplaatst en een sleuf v oor handmatige inv oer
waarin één vel per keer kan worden geplaatst. Voor de meeste afdruktaken kunt u lade 1 gebruiken.
Gebruik de sleuf voor handmatige in v oer v oor één v el papi er of voor één transparant, env elop , etik et,
vel karton of indexkaart. U kunt de papiercapaciteit van de printer uitbreiden met de optionele lade
voor 550 vel.
De uitvoerlade op de printer kan maximaal 150 vel bevatten. De achteruitvoer is een rechte
papierdoorvoer dat één vel per keer verwerkt, waardoor papier minder snel kreukelt of vastloopt. Dit
is vooral handig voor bijzonder afdrukmateriaal, zoals transparanten, enveloppen, etiketten, karton
en indexkaarten.
Uitvoerlade v oo r 150vel
Voorste papiersteun
Voorklep
Bedieningspaneel
Handmatige invoer
Lade voor 250vel
Optionele lade voor 550 vel
Achterste
papieruitvoer
Tips voor afdruktaken en -materiaal
14
Tips voor het kiezen van het juiste afdrukmateriaal
U verkleint de kans op afdrukproblemen door vooraf het juiste afdrukmateriaal te selecteren. Maak
voordat u grot e hoeveelheden aanschaft van het afdrukmateriaal dat u wilt gebruiken, altijd eerst
enkele proefafdrukken om te bepalen welk afdrukmateriaal de beste afdrukkwaliteit biedt.
Raadpleeg de Card Stock & Label Guide op de website van Lexmark op www.lexmark.com voor
meer informatie over welk papier het meest geschikt is voor uw afdrukomgeving.
Papier
•Gebruik langlopend, kopieerpapier van 75 g/m2) (20 lb) voor afdrukk en v an optimale kw aliteit .
2
De printer kan automatisch langlopend papier met een gewicht van 60 - 90 g/m
(bankpostpapier van 60 - 90 g/m2) invoeren. Papier dat lichter is dan 60 g/m
mogelijk niet stevig genoeg; het wordt mogelijk niet correct ingevoerd, waardoor
papierstoringen kunnen optreden. Papier dat zwaarder is dan 90 g/m
optionele lade voor 550 vel of handmatig worden ingevoerd.
•Bij afdrukken met een laserprinter wordt het papier verwarmd tot hoge temperaturen 170 °C
(voor niet-MICR-toepassingen). Gebruik uitsluitend papier dat deze hoge temperaturen kan
weerstaan zonder te verkleuren, uit te lopen of gevaarlijke stoffen af te geven. Neem contact
op met de producent of le v eranc ier om te contro leren of het door u gek ozen papi er geschikt is
voor laserprinters.
2
(24 lb), moet via de
2
(16 lb), is
Voorbedrukte formulieren en briefhoofdpapier
•Gebruik uitsluitend formulieren en briefhoofdpapier die zijn voorbedrukt via een offset
lithografisch of gegraveerd afdrukproces.
•Kies papier dat inkt absorbeert, maar waarop inkt niet uitloopt.
•Gebruik geen papier met een ruwe of grove papierst ructuur.
Gebruik papier dat is voorbedrukt met hittebestendige inkten en dat is ontworpen voor gebruik in
kopieerapparaten. De inkt moet bestand zijn tegen temperaturen van 170 °C zonder te smelten of
gevaarlijke stoffen af te geven. Gebruik geen inkten die wor den beïnvloed door de hars in de toner.
Inkten die door oxidat ie tot droging komen of inkten op oliebasis voldoen aan deze vereisten;
latexinkten voldoen hier mogelijk niet aan. Neem bij twijfel contact op met de leverancier van het
papier.
Voorbedrukt papier, zoals b riefhoofdpapi er, moet bestand zijn tegen temperaturen tot 170 °C zonder
te smelten of gevaarlijke stoffen af te geven .
Tips voor afdruktaken en -materiaal
15
Transparanten
•Gebruik transparanten die speciaal zijn ontw orpen voor laserprinters. Transpar anten moeten
temperaturen van 170 °C kunnen weerstaan zonder offset en zonder te smelten, te
verkleuren of gevaarlijke stoffen af te geven.
U wordt aangeraden Lexmark transparanten voor laserprinters te gebruiken: artikelnummer
70X7240 voor transparanten van het formaat Letter en artikelnummer 12A5010 voor
transparanten v an A4-formaat.
•Vermijd vingerafdrukken op de transparanten; hierdoor kunnen problemen met de
afdrukkwaliteit ontstaan .
Enveloppen
•Gebruik enveloppen gemaakt van bankpostpapier van 90 g/m2 (24 lb).
•Gebruik geen enveloppen die:
–gemakkelijk krullen;
–aan elkaar zijn vastgeplakt;
–zijn beschadigd;
–vensters, gaten, perforaties, uitsnijdingen of reliëfwerk bevatten;
–metalen klemmetjes, strikken of vouwklemmetjes bevatten;
–zijn voorzien van postzegels;
–een (gedeeltelijk ) onbedekt e plakstrook hebben als de klepzijde is dichtgeplakt.
•Gebruik enveloppen die bestand zijn tegen temperaturen van 170 °C zonder dat deze:
–worden dichtgeplakt;
Neem bij twijfel ov er de en vel oppen die u wilt gebruiken, contact op met de le ver ancier v an de
enveloppen.
•Door een combinatie van hoge luchtvochtigheid (hoger dan 60%) en de hoge
afdruktemperaturen worden de enveloppen mogelijk dichtgeplakt.
Etiketten
•Gebruik geen etiketten waarvan de lijm op de vellen aan de oppervlakte ligt.
•Druk geen grote hoeveelheden etiketten achter elk aar af.
•Gebruik geen etiketten v an vinyl.
•Gebruik geen etiketten die bij blootstelling aan temperaturen van 170 °C worden
dichtgeplakt, omkrullen, kreuk en of gevaarlijke stoffen afgeven. Lijm voor etiketten,
voorbl aden (bedrukbaar karton) en toplagen moeten eveneens bestand zijn tegen een druk
van 172 kilopascal (25 pounds per square inch).
Tips voor afdruktaken en -materiaal
16
Karton
•Als u voorbedrukt, geperforeerd of gekreukeld karton gebruikt, kan de afdrukkwaliteit
aanzienlijk afnemen en kunnen papierstoringen of problemen bij de verwerking van het
afdrukmateriaal optreden.
•Gebruik geen karton dat gevaarlijke stoffen kan afgeven bij blootstelling aan hoge
temperaturen.
•Gebruik geen voorbedrukt karton dat is geproduceerd met chemische stoffen di e de printer
kunnen vervuilen. Bij het gebruik van voorbedrukt materiaal worden halfv loeibare en
vluchtige componenten in de printer geïntroduceerd.
2
•Gebruik karton met een maximumgewicht van 163 g/m
76 x 127 mm.
en een minimumformaat van
Tips voor het bewaren van afdrukmateriaal en accessoires
Papier bewaren
Aan de hand van de onderstaande richtlijnen kunt u problemen met de papierinvoer en
afdrukkwaliteit voorkomen.
•Bewaar papier in een omgeving met een temperatuur van circa 21 °C en een relatieve
luchtvochtigheid van 40%.
•Bewaar dozen papier niet op de vloer, maar plaats ze op een schap of plank.
•Als u pakken papier buiten de originele doos bewaart, zorg er dan voor dat u de pakken op
een vlakke ondergrond plaatst, zodat de randen niet omkrullen, worden omgevouwen of
beschadigd raken.
•Plaats geen voorwerpen op de pakken papier.
Accessoires bewaren
Bewaar uw accessoires op een k oele , schone plaats . Be waar access oires in de originele verpakking
met de juiste zijde naar boven gericht.
Stel de accessoires niet bl oot aan:
•direct zonlicht;
•temperaturen boven 35 °C;
•hoge luchtvochtigheid (hoger dan 80%);
•lucht met een hoog zoutgehalte;
•bijtende gassen;
•grote hoeveelheden stof.
Tips voor afdruktaken en -materiaal
17
Tips voor het voorkomen van papierstoringen
U kunt de meeste papierstoringen v oorkomen do or het papier en bi jzonder af drukmateriaal correct in
de printer te plaatsen.
Met de onderstaande tips kunt u papierstoringen voorkomen:
•Plaats geen gekreukeld, gevouwen of vochtig papier in de printer.
•Gebruik nooit verschillende soorten afdrukmateriaal in dezelfde lade.
•Buig het papier naar v oren en naar acht eren, w aaie r het uit en maak er een rec hte stapel van
voordat u het pla atst.
•Maak de stapel niet hoger dan toegestaan.
•Druk alle laden stevig in de printer nadat u het afdrukmateriaal hebt geplaatst.
•Plaats de geleiders in de laden dicht tegen het papier of het bijzondere afdrukmateriaal.
•Verwijder papierladen niet wanneer wordt afgedrukt. Haal de lade pas uit de printer wanneer
de combinatie van lampjes voor papier laden (zie “Afdrukmateriaal plaatsen” op
pagina 61) wordt weer gegeven.
•Waaier de stapel transparanten uit voordat u ze plaatst om te voorkomen dat de vellen aan
elkaar kleven.
•Gebruik geen enveloppen die:
–gemakkelijk krullen;
–aan elkaar zijn vastgeplakt;
–zijn beschadigd;
–vensters, gaten, perforaties, uitsnijdingen of reliëfwerk bevatten;
–metalen klemmetjes, strikken of vouwklemmetjes bevatten;
–zijn voorzien van postzegels;
–een (gedeeltelijk ) onbedekt e plakstrook hebben als de klepzijde is dichtgeplakt.
•Gebruik uitsluitend aanbevolen papier. Raadpleeg de Card Stock & Label Guide op de
website van Le xmark op www.lexmark.com voor meer in formatie ov er welk papier het meest
geschikt is voor uw afdrukomgeving.
•Raadpleeg de Card Stock & Label Guide voor meer informatie over het aanschaffen van
grote hoeveelheden speciaal papier.
Tips voor afdruktaken en -materiaal
18
Papier in de lade voor 250 vel en de lade voor 550 vel plaatsen
Volg de onderstaande instructies voor het plaatsen van papier in de lade voor 250 vel en de lade
voor 550 vel.
1Verwijder de lade.
Opmerking: Als u papier van A4- of Folio-formaat gaat invoer en, dient u de lade langer te
maken. Raadpleeg “De lade vergroten voor papier van Legal- of
Folio-formaat.” op pagina 22 voor instructies.
2Bereid een stapel papier voor om in te voeren door deze van voren naar achteren te buigen.
Maak op een vlakke ondergrond een rechte stap el.
Tips voor afdruktaken en -materiaal
19
3
Plaats het papier in de lade met de te bedrukken zijde naar beneden.
Opmerking: Plaats briefpapier in de lade met de v oorbedrukte zijde naar bened en. De bove nste
rand van het v el met het logo moet vooraan in de lade geplaatst worden.
Zorg dat het papier niet boven de lijntjes uitkomt die de maximale hoogte aangeven. Een
teveel aan papier kan papier doen vastlopen.
4Verschuif de gelei ders aan de zij- en achterkant tot deze goed tegen het papier aanliggen.
Tips voor afdruktaken en -materiaal
20
5
Voer de lade in.
6Schuif de papiersteun op de uitvoerlade uit.
Tips voor afdruktaken en -materiaal
21
De lade vergroten v oor papier van Legal- of Folio-formaat.
Als u papier van Legal- of Folio-formaat gaat invoeren, moet u de lade verlengen. U moet een
stofkap aan de achterzijde van de printer bevestigen, zodat de lade is beschermd wanneer deze is
verlengd.
1Druk op de vergrendeling achterop de lade.
2Vergroot de lade tot deze vastklikt.
De stofkap plaatsen
Met de stofkap houdt u de papierlade
schoon en voorkomt u dat de lade uit
positie raakt terwijl deze is verlengd.
Opmerking: Niet alle modellen
worden geleverd met
een stofkap.
U bevest igt de stofkap aan de
achterzijde van de printer door de tabs
op de stofkap uit te lijnen met de
openingen in de printer en de kap v ast te
klikken.
Tips voor afdruktaken en -materiaal
22
Papier in de handmatige invoer plaatsen
De handmatige invoer bevindt zich aan de voor zijde van de printer en kan slechts één vel per keer
verwerke n. U k unt de handmatige invoer gebruiken om snel afdrukken te mak en op papi ersoorten of
-formaten die op dat moment niet in de papierlade zijn geladen.
Zie “Welke soorten afdrukmateriaal kunnen worden geladen?” op pagina 13 voor informatie
over afdrukmateriaal dat geschikt is voor gebruik in de handmatige invoer. U voorkomt
papierstoringen en problemen met de afdrukkwaliteit door uitsluitend afdrukmateriaal te gebruiken
dat geschikt is voor de gewenste afdruktaak.
Opmerking: Het is raadzaam de afdruktaak naar de printer te v erzenden v oordat u papier in de
handmatige invoer plaatst. Zie “Afdrukken via de handmatig invoer” op
pagina 29 voor meer informatie.
Papier plaatsen in de handmatige invoer:
1Plaats een vel van het gekozen
afdrukmateriaal met de te bedrukken
zijde naar boven in het midden van
de handmatige invoer. De voorkant
van de stapel mag de
papiergeleiders net raken. Als het
afdrukmateriaal niet goed wordt
geplaatst, wordt het te vr oeg in de
printer gevoerd en wordt de taak
mogelijk niet recht op het papier
afgedrukt.
2Stel de papiergeleiders af op de
breedte van de papiergeleiders.
3Houd beide kanten van de stapel
dicht bij de sleuf voor handmatige
invoe r en duw de stapel voorzichtig
in de printer tot het papier
automatisch wordt ingevoerd.
Tussen het moment dat de printer de stapel verwerkt en in voert, is er een korte pauze.
Waarschuwing: Duw de stapel niet met veel kracht in de printer. Doet u dit wel, dan kan het papier
vastlopen.
Tips voor afdruktaken en -materiaal
23
•V oer en veloppen in met de klepzijde omlaag en de zijde met de postzegel als weergege v en in
de illustratie.
•Houd transparanten bij de randen vast en raak de te bedrukken zijde niet aan. Vettige
substanties die van uw vingers op de transparanten tere chtk o men, k unnen de afdrukkw al iteit
beïnvloeden.
•Voer briefpapier in met de voorbedrukte zijde naar boven, met de bovenkant van het papier
eerst.
•Als u problemen ondervindt bij het invoeren van het papier, draait u het papier om.
De achteruitvoer gebruiken
De achteruitvoer is een rechte papier doorvoer dat één v el per k eer v erw erkt, waardoor papi er minder
snel kreukelt of vastloopt. Dit is vooral handig voor bijzonder afdrukmateriaal, zoals transparanten,
enveloppen, etiketten, karton en indexkaarten.
Als u de achteruitvoer wilt gebruiken, opent u gewoon de klep van de achteruitvoer . Als de klep van
de achteruitvoer is geopend, k omen alle af drukk en aan deze kant de printer uit. Als dez e gesloten i s,
verschijnen alle afdrukken in de bovenste uitvoerlade.
Tips voor afdruktaken en -materiaal
24
Papierstoringen verhelpen
In geval van een papierstoring stopt de printer en gaan op het bedieningspaneel de lampjes Papier
vast en (Continue) branden. Druk tweemaal op Doorgaan (Conti nue) om de
combinatie van lampjes weer te geven die een secundaire papierstoring aanduidt. Zie “Secundaire
foutcodes” op pagina 70 voor meer informatie.
Wij raden u aan de gehele papierbaan vrij te maken als een papiers toring optreedt.
Een papierstoring verhelpen:
1Als u papier invoert vanaf een lade, verwijder deze dan en verwijder het vastgelopen papier.
Tips voor afdruktaken en -materiaal
25
2
Open de voorklep en verwijder het printer cartridgemechanisme.
Waarschuwing: Stel het printercartridgemechanisme niet gedurende lange tijd bloot aan direct
licht. Door langdurige blootstelling aan licht kunnen problemen met de
afdrukkwaliteit optreden.
3Verwijder eventueel vastgelopen papier in het gebied achter het printercartridgemechanisme.
Tips voor afdruktaken en -materiaal
26
4
Til de klep aan de voor kant van de printer op en verwijder eventueel vastgelopen papier
achter de klep.
5Open de achteruitvoer en verwijder eventueel vastgelopen papier.
6Nadat u het vastgelopen papier hebt verwijderd, klikt u op Doorgaan (Continue) om het
afdrukken te hervatten.
Opmerking: De pagina waardoor de papierstoring werd veroorzaakt, wordt o pnieuw afgedrukt.
Tips voor afdruktaken en -materiaal
27
3
Taken afdrukken
SectiePagina
Afdrukken via de handmatig invoer29
Op beide zijden van het papier afdrukken (handmatig dubbelzijdig afdrukken)31
Meerdere pagina-afbeeldingen op één vel afdrukken (N-up printing)33
Een boekje afdrukken34
Een poster afdrukken35
Afdrukken op briefhoofdpapier36
Afdrukken met een overlay of watermerk36
Een afdruktaak annuleren38
Taken afdrukke n
28
Afdrukken via de handmatig invoer
De handmatige invoer bevindt zich aan de voor zijde van de printer en kan slechts één vel per keer
verwerken. Zie “Welke soorten afdrukmateriaal kunnen worden geladen?” op pagina 13 voor
informatie over afdrukmedia die geschikt zijn voor gebruik in de handmatige invoer.
Het is raadzaam de afdruktaak naar de printer te verzend en voordat u afdrukmateriaal in de
handmatige invoer plaatst. Wan neer de printer gereed is, wordt de combinatie van lampjes voor
handmatige papierinvoer weergegeven. U kunt dan het afdrukmateriaal in de lade plaatsen.
Een afdruktaak handmatig invoeren:
1Kies in de softwaretoepassing Bestand Æ Afdrukken.
2Klik op Eigenschappen (of Opties, Printer of Instellingen, afhankelijk van de toepa ssing) om
de instellingen van de printerbesturingssoftware te bekijk en.
3Klik op het tabblad Paper (Papier).
4Selecteer Manual paper (Handmatige papierinvoer ) in de vervolgkeuzelijst voor de
papierlade.
5Selecteer het juiste papierformaat en de juiste papiersoort.
6Klik op OK.
7Klik in het venster Afdrukken op OK om de afdruktaak naar de printer te verzenden.
Op de printer wordt de combinatie van lampjes voor handmatige papierinvoer weergegeven.
Taken afdrukke n
29
8
Plaats een vel van het gekozen afdrukmateriaal met de te bedrukken zijde naar boven in het
midden van de handmatige invoer. De voorkant van de stapel mag de papiergel eiders net
raken.
•Houd transparanten bij de randen vast en raak de te bedrukken zijde niet aan. Vettige
substanties die van uw vingers op de transparanten terechtkomen, kunnen de
afdrukkwaliteit beïnvloeden.
•Voer enveloppen in met de flap naar beneden en de zijde met de postzegel als
weergegeven.
•V oer b riefhoofdpapier in met de voorbed rukte zijde naar bo ven, met de bov enkant van het
papier eerst.
•Als u problemen ondervindt bij het invoeren van het papier, draait u het papier om.
9Stel de papiergeleiders af op de breedte van de papiergeleiders.
10Houd beide kanten van de stapel dicht bij de sleuf voor handmatige in voer en duw hem
voorzichti g de printer in tot deze vanzelf inschakelt.
Tussen het moment dat de printer de stapel verwerkt en in voert, is er een korte pauze.
Waarschuwing: Duw de stapel niet met veel kracht in de printer. Doet u dit wel, dan kan het papier
vastlopen.
Taken afdrukke n
30
Loading...
+ 100 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.