Index ...............................................................................................147
4
1
Kennisgevingen
Informatie over deze editie
Uitgave: juni 2004
De volgende alinea is niet van toepassing op landen waar de volgende voorwaarden strijdig zijn
met de plaatselijke wetgeving: LEXMARK INTERNATIONAL, INC. LEVERT DEZE PUBLICATIE IN DE
STAAT WAARIN DEZE VERKEERT, ZONDER ENIGE VORM V AN GARANTIE, NOCH IMPLICIET, NOCH
EXPLICIET, INCLUSIEF MAAR NIET BEPERKT TOT IMPLICIETE GARANTIES VAN
VERHANDELBAARHEID OF GESCHIKTHEID VOOR EEN BEPAALD DOEL. In bepaalde rechtsgebieden
is afwijzing van expliciete of impliciete garanties in bepaalde transacties niet toegestaan; het is daarom
mogelijk dat deze verklaring niet op u van toepassing is.
Deze publicatie kan technische onjuistheden of typografische fouten bevatten. De informatie in deze
publicatie wordt regelmatig herzien; wijzigingen zullen in latere uitgaven worden opgenomen. De
producten of programma’s die worden beschreven, kunnen te allen tijde worden verbeterd of gewijzigd.
Opmerkingen kunnen worden gestuurd aan Lexmark International, Inc, Department F95/032-2, 740 West
New Circle Road, Lexington, Kentucky 40550, Verenigde Staten. Van uit het Verenigd Koninkrijk en Ierland
stuurt u eventuele opmerkingen naar Lexmark International Ltd., Marketing and Services Department,
Westhorpe House, Westhorpe, Marlow Bucks SL7 3RQ. Lexmark behoudt zich het recht voor de door u
verstrekte informatie naar eigen goeddunken te gebruiken en te verspreiden, zonder hiermee enige
verplichting op zich te nemen tegenover u. Extra exemplaren van aan dit product gerelateerde publicaties
kunnen worden verkregen door vanuit de Verenigde Staten of Canada te bellen naar 1-800-553-9727.
Vanuit het Verenigd Koninkrijk en Ierland belt u +44 (0)8704 440 044. Neem in andere landen contact op
met de leverancier.
Als in deze publicatie wordt verwezen naar producten, programma's of diensten, impliceert dit niet dat de
producent het voornemen heeft deze beschikbaar te stellen in alle landen waarin de producent actief is.
Geen enkele verwijzing naar een product, programma of dienst moet worden opgevat als een verklaring of
suggestie dat alleen dat product, dat programma of die dienst mag worden gebruikt. Het staat u vrij
functioneel gelijkwaardige producten, programma's of diensten te gebruiken, mits die geen inbreuk maken
op enig bestaand intellectueel eigendomsrecht. Het beoordelen en controleren van de werking in
combinatie met andere producten, programma’s of diensten, met uitzondering van die producten,
programma’s of diensten die uitdrukkelijk door de producent worden genoemd, behoort tot de
verantwoordelijkheden van de gebruiker.
RECHTEN M.B.T. DE OVERHEID VAN DE VERENIGDE STATEN
Deze software en alle bijbehorende documentatie die onder deze overeenkomst worden geleverd, zijn
commerciële computersoftware en documentatie die op eigen kosten zijn ontwikkeld.
5
Handelsmerken
Lexmark en Lexmark met het diamantlogo, MarkNet en MarkVision zijn als handelsmerken van Lexmark
International, Inc. gedeponeerd in de Verenigde Staten en/of andere landen.
OptraImage is een handelsmerk van Lexmark International, Inc.
®
is een gedeponeerd handelsmerk van Hewlett-Packard Company. PCL is een aanduiding van
PCL
Hewlett-Packard Company voor een verzameling printeropdrachten (printertaal) en -functies in haar
producten. Deze printer is ontworpen om ondersteuning te bieden voor de PCL-taal. De printer herkent
PCL-opdrachten die in diverse toepassingen worden gebruikt en emuleert de functies die met deze
opdrachten overeenkomen.
PostScript
aanduiding van Adobe Systems voor een verzameling printeropdrachten (printertaal) en -functies in
softwareproducten van Adobe Systems. Deze printer is compatibel met de PostScript 3-taal. De printer
herkent PostScript 3-opdrachten die in diverse toepassingen worden gebruikt en emuleert de functies die
met deze opdrachten overeenkomen.
Raadpleeg de Technical Reference voor meer informatie over compatibiliteit.
De volgende termen zijn handelsmerken of gedeponeerde handelsmerken van deze bedrijven:
is een gedeponeerd handelsmerk van Adobe Systems Incorporated. PostScript 3 is een
Apple-ChanceryApple Computer, Inc.
ArialThe Monotype Corporation plc
CandidAgfa Corporation
CG OmegaProduct van Agfa Corporation
CG TimesGebaseerd op Times New Roman onder licentie van The
Monotype Corporation plc, product van Agfa Corporation
ChicagoApple Compute r, Inc.
ClarendonLinotype-Hell AG en/of dochterondernemingen
EurostileNebiolo
GenevaApple Computer, Inc.
GillSansThe Monotype Corporation plc
HelveticaLinotype-Hell AG en/of dochterondernemingen
HoeflerJonathan Hoefler Ty pe Foundry
ITC Avant Garde GothicInternational Typeface Corporation
ITC BookmanInternational Typeface Corporation
ITC Lubalin GraphInternational Typeface Corporation
ITC Mona LisaInternational Typeface Corporation
ITC Zapf ChanceryInternational Typeface Corporation
JoannaThe Monotype Corporation plc
MarigoldArthur Baker
6
MonacoApple Co mp ute r, Inc.
New YorkApple Computer, Inc.
OxfordArthur Baker
PalatinoLinotype-Hell AG en/of dochterondernemingen
Stempel GaramondLinotype-Hell AG en/of dochterondernemingen
TaffyAgfa Corporation
Times New RomanThe Monotype Corporation plc
TrueTypeApple Computer, Inc.
UniversLinotype-Hell AG en/of dochterondernemingen
WingdingsMicrosoft Corporation
Overige handelsmerken zijn eigendom van hun respectieve houders.
Kennisgeving over licentie
De in de printer geïnstalleerde software bevat:
•software die is ontwikkeld door Lexmark en waarvan het copyright bij Lexmark berust;
•door Lexmark aangepaste software welke in licentie is verkregen onder de voorwaarden in de
GNU General Public License version 2 en de GNU Lesser General Public License version 2.1;
•software die in licentie is verkregen onder de licentie- en garantievoorwaarden van BSD.
Klik op de titel van het document dat u wilt bekijken:
BSD License and Warranty statements
GNU General Public License
De software die Lexmark van GNU in licentie heeft gekregen en heeft aangepast, is gratis software. U mag
deze software zelf distribueren en/of aanpassen onder de voorwaarden van de hierboven genoemde
licenties. Deze licenties verschaffen u geen rechten betreffende de software in deze printer waarop
Lexmark het auteursrecht heeft.
Aangezien de software die door GNU in licentie is verstrekt en door Lexmark is aangepast, uitdrukkelijk
zonder enige vorm van garantie wordt geleverd, is op het gebruik van de door Lexmark aangepaste versie
ook geen garantie van toepassing. Zie voor meer informatie de warranty disclaimers in de hierboven
genoemde licentie-overeenkomsten.
Start de cd met stuurprogramma's die bij de printer is geleverd en klik op Contact Lexmark als u in het
bezit wilt komen van de broncodes van de door GNU in licentie gegeven software welke door Lexmark is
aangepast.
7
Veiligheidsinformatie
•Als uw product niet met dit symbool is gemarkeerd, moet het op een stopcontact worden
aangesloten dat op de juiste wijze is geaard.
VOORZICHTIG: Gebruik de faxfunctie niet tijdens onweer. Installeer dit apparaat niet en sluit nooit
netsnoeren, telefoonsnoeren en dergelijke aan tijdens een onweersbui.
•Het netsnoer dient te worden aangesloten op een stopcontact dat zich dicht in de buurt van het
product bevindt en dat makkelijk kan worden bereikt.
•Onderhoudswerkzaamheden en reparaties die niet in de bedieningsinstructies worden
beschreven, dienen uitsluitend door een professionele onderhoudsmonteur te worden uitgevoerd.
•Dit product is samen met specifieke Lexmark onderdelen ontwikkeld, getest en goedgekeurd op
basis van strikte, wereldwijd geldende veiligheidsnormen. De veiligheidsvoorzieningen van
bepaalde onderdelen zijn niet altijd duidelijk zichtbaar. Lexmark is niet verantwoordelijk voor het
gebruik van andere, vervangende onderdelen.
•Dit product maakt gebruik van een laser.
VOORZICHTIG: Het toepassen van andere bedieningswijzen, aanpassingsmethoden of procedures
dan die in dit document worden vermeld, kan blootstelling aan gevaarlijke straling tot
gevolg hebben.
•Dit product gebruikt een afdrukproces waarbij het afdrukmateriaal verhit wordt. Hierdoor kan het
afdrukmateriaal bepaalde stoffen afgeven. U moet het gedeelte in de bedieningsinstructies lezen
waarin de richtlijnen voor het selecteren van afdrukmaterialen worden besproken; zo voorkomt u
de mogelijkheid op schadeli jke afschei din gen .
Waarschuwingen en veiligheidsadviezen
VOORZICHTIG: Deze tekst is een veiligheidsadvies en geeft aan dat u letsel kunt oplopen.
WAARSCHUWING: Een waarschuwing geeft aan dat de printerhardware of de software beschadigd kan
raken.
Informatie over elektronische emissie
Als u een netwerkkabel of hoge-capaciteitsuitvoerfinisher hebt geïnstalleerd
Verklaring van de Federal Communications Commission (FCC)
Uit tests is gebleken dat de Lexmark C760, C762, type 5060-401, 5060-402, 5060-421 en 5060-422,
voldoet aan de normen voor digitale apparaten van klasse A, conform deel 15 van de FCC-voorschriften.
Het apparaat moet aan de volgende twee voorwaarden voldoen: (1) dit apparaat mag geen schadelijke
storing veroorzaken en (2) dit apparaat moet bestand zijn tegen eventuele storing die wordt veroorzaakt
door andere apparatuur, inclusief storing die kan leiden tot ongewenst functioneren.
8
De FCC-normen voor apparaten van klasse A zijn ontworpen om een redelijke bescherming te bieden
tegen schadelijke storing wanneer de apparatuur in een commerciële omgeving wordt gebruikt. Dit
apparaat genereert en gebruikt radiogolven en kan radiogolven uitzenden die, bij installatie en gebruik
anders dan in de instructiehandleiding is aangegeven, communicatie via radiogolven kunnen verstoren.
Als dit apparaat in een woonwijk wordt gebruikt, is de kans groot dat het schadelijke storing veroorzaakt. In
dat geval moet de gebruiker op eigen kosten maatregelen nemen om deze storing op te heffen.
De fabrikant is niet verantwoordelijk voor interferentie in de ontvangst van radio of televisie die wordt
veroorzaakt door het gebruik van een andere dan de aanbevolen kabel of door ongeoorloofde wijzigingen
of modificaties aan het apparaat. Ongeoorloofde wijzigingen of modificaties aan het apparaat kunnen
ertoe leiden dat de gebruiker niet meer gerechtigd is het apparaat te gebruiken.
Opmerking: V oor een digitaal apparaat van klasse A is het gebruik van een goed afgeschermde en
geaarde kabel, zoals de kabel van Lexmark met artikelnummer 1329605 voor parallelle
verbindingen of 12A2405 voor USB-verbindingen, noodzakelijk om te voldoen aan de
FCC-voorschriften met betrekking tot elektromagnetische storing. Het gebruik van een
vervangende kabel die niet op de juiste wijze is afgeschermd en geaard, kan leiden tot
een overtreding van de FCC-voorschriften.
Industry Canada Compliance Statement
This Class A digital apparatus meets all requirements of the Canadian Interference-Causing Equipment
Regulations.
Avis de conformité aux normes de l’industrie du Canada
Cet appareil numérique de la classe A respecte toutes les exigences du Règlement sur le matériel
brouilleur du Canada.
Voorschriften van de Europese Gemeenschap (EG)
Dit product voldoet aan de veiligheidsvoorschriften van richtlijnen 89/336/EEC en 72/23/EEC van de Raad
van de Europese Gemeenschap aangaande de onderlinge aanpassing van de wetten in de lidstaten met
betrekking tot de elektromagnetische compatibiliteit en de veiligheid van elektrische apparaten die zijn
ontworpen voor gebruik binnen een bepaald spanningsbereik.
De Director of Manufacturing and Technical Support, Lexmark International, S.A. in Boigny, Frankrijk, heeft
een verklaring ondertekend waarin staat dat het product voldoet aan de veiligheidseisen van de EGrichtlijnen.
Dit product voldoet aan de eisen van EN55022 met betrekking tot klasse A-producten en de
veiligheidsvoorschriften van EN 60950.
Kennisgeving van radiostoring
AARSCHUWING: Als u een netwerkkabel of een hoge-capaciteitsuitvoerfinisher hebt aangesloten, is dit
W
een klasse A-product. In een thuisomgeving kan dit product radiostoring veroorzaken,
in welk geval de gebruiker mogelijk passende maatregelen zal moeten nemen.
9
Japanese VCCI Notice
Korean MIC statement
Als dit symbool op uw product staat, geldt de betreffende verklaring.
Deze apparatuur is volgens de EMC geregistreerd als een zakelijk product. Het mag niet worden gebruikt
in een woonwijk.
The United Kingdom Telecommunications Act 1984
This apparatus is approved under the approval number NS/G/1234/J/100003 for the indirect connections to
the public telecommunications systems in the United Kingdom.
Als u geen netwerkkabel gebruikt en geen finisher met hoge capaciteit hebt
geïnstalleerd
Verklaring van de Federal Communicati ons Commission (FCC)
Uit tests is gebleken dat de Lexmark C760, C762, type 5060-401, 5060-402, 5060-421 en 5060-422
voldoet aan de normen voor digitale apparaten van klasse B conform deel 15 van de FCC-voorschriften.
Het apparaat moet aan de volgende twee voorwaarden voldoen: (1) dit apparaat mag geen schadelijke
storing veroorzaken en (2) dit apparaat moet bestand zijn tegen eventuele storing die wordt veroorzaakt
door andere apparatuur, inclusief storing die kan leiden tot ongewenst functioneren.
De FCC-normen voor apparaten van klasse B zijn opgesteld om een redelijke bescherming te bieden
tegen schadelijke interferentie wanneer de apparatuur in een thuisomgeving wordt gebruikt. Dit apparaat
genereert en gebruikt radiogolven en kan radiogolven uitzenden die, bij installatie en gebruik anders dan in
de instructies is aangegeven, communicatie via radiogolven kunnen verstoren. Er is echter geen garantie
dat er in een bepaalde omgeving geen interferentie zal optreden. Als dit apparaat interferentie veroorzaakt
in de ontvangst van radio of televisie, hetgeen kan worden vastgesteld door het apparaat uit en in te
schakelen, wordt de gebruiker verzocht een of meer van de volgende maatregelen te nemen om deze
interferentie op te heffen:
•Richt de antenne anders of geef deze een andere plaats.
•Vergroot de afstand tussen het apparaat en de ontvanger.
•Sluit het apparaat aan op een stopcontact in een ander circuit dan dat waarop de ontvanger is
aangesloten.
•Neem contact op met de leverancier van het apparaat of met een servicevertegenwoordiger voor
meer suggesties.
De fabrikant is niet verantwoordelijk voor interferentie in de ontvangst van radio of televisie die wordt
veroorzaakt door het gebruik van een andere dan de aanbevolen kabel of door ongeoorloofde wijzigingen
of modificaties aan het apparaat. Ongeoorloofde wijzigingen of modificaties aan het apparaat kunnen
ertoe leiden dat de gebruiker niet meer gerechtigd is het apparaat te gebruiken.
10
Opmerking: V oor een digitaal apparaat van klasse B is het gebruik van een goed afgeschermde en
geaarde kabel, zoals de kabel van Lexmark met artikelnummer 1329605 voor parallelle
verbindingen of 12A2405 voor USB-verbindingen, noodzakelijk om te voldoen aan de
FCC-voorschriften met betrekking tot elektromagnetische storing. Het gebruik van een
vervangende kabel die niet op de juiste wijze is afgeschermd en geaard, kan leiden tot
een overtreding van de FCC-voorschriften.
Eventuele vragen over deze verklaring kunt u richten aan:
Director of Lexmark Technology & Services
Lexmark International , Inc.
740 West New Circle Road
Lexington, KY 40550
(859) 232-3000
Industry Canada Compliance Statement
This Class B digital apparatus meets all requirements of the Canadian Interference-Causing Equipment
Regulations.
Avis de conformité aux normes de l’industrie du Canada
Cet appareil numérique de la classe B respecte toutes les exigences du Règlement sur le matériel
brouilleur du Canada.
Voorschriften van de Europese Gemeenschap (EG)
Dit product voldoet aan de veiligheidsvoorschriften van richtlijnen 89/336/EEC en 72/23/EEC van de Raad
van de Europese Gemeenschap aangaande de onderlinge aanpassing van de wetten in de lidstaten met
betrekking tot de elektromagnetische compatibiliteit en de veiligheid van elektrische apparaten die zijn
ontworpen voor gebruik binnen een bepaald spanningsbereik.
De Director of Manufacturing and Technical Support, Lexmark International, S.A. in Boigny, Frankrijk, heeft
een verklaring ondertekend waarin staat dat het product voldoet aan de veiligheidseisen van de EGrichtlijnen.
Dit product voldoet aan de eisen van EN55022 met betrekking tot klasse B-producten en de
veiligheidsvoorschrift en van EN60950.
Japanese VCCI Notice
Als dit symbool op uw product staat, geldt de betreffende verklaring.
Korean MIC statement
Als dit symbool op uw product staat, geldt de betreffende verklaring.
11
Deze apparatuur is volgens de EMC geregistreerd als een huishoudelijk product. Het kan in alle gebieden
worden gebruikt, waaronder woonwijken.
The United Kingdom Telecommunications Act 1984
This apparatus is approved under the approval number NS/G/1234/J/100003 for the indirect connections to
the public telecommunications systems in the United Kingdom.
Geluidsniveaus
De volgende maatregelen zijn genomen in overeenstemming met ISO 7779 en zijn gerapporteerd conform
ISO 9296.
gemiddelde geluidsdruk op 1 meter, dBA
Afdrukmodus52 dBA
Niet actief34 dBA
* Deze waarden kunnen gewijzigd worden. Actuele informatie
vindt u in het gedeelte Lexmark C760, C762 Tech Spec van de
Lexmark website.
*
ENERGY STAR
Het programma voor kantoorapparatuur EPA ENERGY STAR is een samenwerkingsverband van
fabrikanten van kantoorapparatuur met als doelstelling het bevorderen van het gebruik van
energiebesparende producten en het beperken van luchtvervuiling die wordt veroorzaakt door het
opwekken van energie.
Bedrijven die deelnemen aan dit programma, brengen producten op de markt die automatisch worden
uitgeschakeld wanneer zij niet worden gebruikt. Hierdoor wordt het energieverbruik van de apparatuur met
maximaal 50 procent teruggebracht. Lexmark is een enthousiast deelnemer aan dit programma.
Lexmark International, Inc. heeft in haar hoedanigheid van ENERGY STAR Partner vastgesteld dat dit
product voldoet aan de ENERGY STAR-richtlijnen voor efficiënt energiegebruik.
Laserinformatie
Deze printer is in de Verenigde Staten gecertificeerd als een product dat voldoet aan de vereisten van
DHHS 21 CFR paragraaf J voor laserproducten van klasse I (1). Elders is de printer gecertificeerd als een
laserproduct van klasse I dat voldoet aan de vereisten van IEC 60825-1.
Laserproducten van klasse I worden geacht geen gevaar op te leveren. De printer bevat intern een laser
van klasse IIIb (3b), een galliumarsenide laser met een nominaal vermogen van 5 milliwatt en een
golflengtebereik van 770-795 nanometer. Het lasersysteem en de printer zijn zodanig ontworpen dat
gebruikers nooit blootstaan aan laserstraling die hoger is dan het toegestane niveau voor klasse Iapparaten, tijdens normaal gebruik, onderhoudswerkzaamheden door de gebruiker of voorgeschreven
servicewerkzaamheden.
12
2
Installeren van stuurpr ogramma's
Stuurprogramma's voor lokaal afdrukken installeren
Een printerstuurprogramma is een stukje software dat zorgt voor de communicatie tussen de computer en
de printer.
De installatieprocedure voor stuurprogramma's is afhankelijk van het besturingssysteem dat u gebruikt. In
de volgende tabel vindt u aanwijzingen voor de installatie van het stuurprogramma op uw specifieke
besturingssysteem. Voor meer ondersteuning kunt u de documentatie raadplegen die bij de computer en
uw software geleverd.
BesturingssysteemGa naar pagina...
Windows
Windows 95, Windows 98 (eerste editie )
Macintosh14
Serieel af drukken15
13
Windows
Bepaalde Windows-besturingssystemen beschikken mogelijk al over een stuurprogramma dat compatibel
is met uw printer. Dit betekent dat de installatie in nieuwere Windows-versies automatisch lijkt te gaan.
Systeemstuurprogramma's zijn geschikt voor eenvoudige afdruktaken, maar bieden minder functionaliteit
dan onze speciale stuurprogramma's.
Bij de installatie van een aangepast stuurprogramma wordt het systeemstuurprogramma niet vervangen.
In plaats daarvan wordt een apart printerobject gemaakt dat wordt weergegeven in de map Printers.
Installeer het speciale printerstuurprogramma vanaf de cd met stuurprogramma's die is meegeleverd met
de printer. Hierdoor krijgt u toegang tot alle uitgebreide printeropties en -functies.
Stuurprogramma's zijn ook als downloadbare bestanden te vinden op de website van Lexmark:
www.lexmark.com.
Windows 95 en Windows 98 (eerste editie)
1Start de computer op.
2Klik op Start Instellingen Printers en dubbelklik op Printer toevoegen.
Opmerking: USB-ondersteuning is niet beschikbaar voor Windows 95.
3Selecteer Lokale printer wanneer u wordt gevraagd welk type printer u wilt toevoegen.
13
4
Selecteer de fabrikant en het printermodel en klik vervolgens op Diskette.
Opmerking: Bij sommige Windows-besturingssystemen hebt u toegang als beheerder nodig om de
printerstuurprogramma's op de computer te kunnen installeren.
5Plaats de cd met stuurprogramma's. Als de cd automatisch wordt gestart, klikt u op Afsluiten om
terug te keren naar de wizard Printer toevoegen.
6Zoek het speciale stuurprogramma op de cd.
Het pad zou ongeveer als volgt moeten zijn:
X:\Drivers\Prin t\Win_9xM e\<taal>
X=de letter van het cd-romstation. Bijvoorbeeld D:\Drivers\Print\Win_9xMe\English.
7Klik op OK.
Het laden van de stuurprogramma's kan enige tijd duren.
8Sluit de cd met stuurprogramma's.
Macintosh
Voor afdrukken via USB is Mac OS 8.6 of een latere versie vereist. Als u lokaal wilt afdrukken op een
printer die is aangesloten op een USB-poort, dient u een printerpictogram op het bureaublad te maken
(Mac 8.6-9.x) of een wachtrij te maken in Afdrukbeheer of het hulpprogramma voor het installeren van
printers (Mac OS X).
Een printerpictogram op het bureaublad maken (Mac 8.6 - 9.x)
1Installeer een PostScript-printerbeschrijvingsbestand (PPD) op de computer.
aPlaats de cd met stuurprogramma's.
bDubbelklik op Classic en vervolgens op het printerinstallati ep ak ket.
Opmerking: Een PPD-bestand geeft Macintosh-computers gedetailleerde informatie over de
mogelijkheden van de printer.
cKies de taal die u wilt gebruiken en klik op OK.
dKlik nadat u de licentieovereenkomst hebt doorgelezen op Accept (Akkoord).
eKlik nadat u het Leesmij-bestand hebt doorgelezen op Continue (Ga door).
fKies een standaardpapierformaat.
gKlik in het scherm Easy Install (Standaard) op Install (Installeer). Alle bestanden die u nodig
hebt, worden op de computer geïnstalleerd.
hKlik op Quit (Stop) wanneer de installatie is voltooid.
Opmerking: U kunt het PPD-bestand voor de printer ook als onderdeel van een softwarepakket
downloaden vanaf de website van Lexmark: www.lexmark.com.
14
2
Voer de volgende stappen uit:
Mac 8.6-9.0: Open Apple LaserWriter.
Mac 9.1-9.x: Open Programma's en klik vervolgens op Hulpprogramma's.
3Dubbelklik op Desktop Printer Utility.
4Selecteer Printer (USB) en klik vervolgens op OK.
5Klik bij Selectie USB-printer op Wijzig.
Als de printer niet in de lijst Selectie USB-printer wordt weergegeven, controleert u of de USBkabel goed is aangesloten en of de printer is ingeschakeld.
6Selecteer de naam van de printer en klik op OK. De printer wordt nu weergegeven in het originele
venster Printer (USB).
7Klik in het gedeelte PostScript-printerbeschrijvingsbestand (PPD) op Autoconfig. Controleer of de
PPD nu overeenkomt met de printer.
8Klik op Maak aan en vervolgens op Bewaar.
9Geef een printernaam op en klik op Bewaar. De printer is nu opgeslagen als bureaubladprinter.
Serieel afdrukken
Bij serieel afdrukken worden gegevens met één bit tegelijk overgedragen. Hoewel serieel afdrukken over
het algemeen trager is dan parallel afdrukken, verdient het de voorkeur wanneer er een grote afstand is
tussen de printer en de computer of wanneer er geen parallelle interface beschikbaar is.
Voordat u kunt beginnen met afdrukken, moet u de communicatie tussen de printer en de computer tot
stand brengen. U gaat hiertoe als volgt te werk: 1) u stelt seriële parameters in op de printer, 2) u
installeert een printerstuurprogramma op de aangesloten computer en 3) u stelt seriële parameters in voor
de COM-poort.
Parameters instellen op de printer
1Druk op het bedieningspaneel van de printer op Menu totdat Menu's afdrukken verschijnt op het
display en druk vervolgens op Selecteren (Select).
Opmerking: Op de cd met documentatie die bij de printer is geleverd, vindt u meer informatie over
menu's en berichten.
2Druk enkele malen op Menu totdat Standaard serieel (of Serieel optie X als u een
seriële interfacekaart hebt geïnstalleerd) verschijnt en druk vervolgens op Selecteren (Select).
3Druk enkele malen op Menu totdat u de parameter ziet die u wilt wijzigen en druk vervolgens op
Selecteren (Select).
15
4
Druk enkele malen op Menu totdat u de juiste instelling ziet en druk vervolgens op Selecteren
(Select).
Houd rekening met de volgende beperkingen:
–De maximale ondersteunde baudsnelheid is 115.200.
–Databits moet op 7 of 8 worden ingesteld.
–Pariteit moet worden ingesteld op Even, Oneven of Geen.
–Stopbits moet op 2 worden ingesteld.
–De aanbevolen instelling voor het protocol is Xon/Xoff.
5Druk op Terug (Return) om de menu's te sluiten wanneer u klaar bent.
6Druk een pagina met menu-instellingen af om te controleren of de seriële parameters goed zijn
ingesteld. Bewaar deze pagina, zodat u deze later kunt gebruiken.
aDruk op Menu totdat u Menu Extra ziet en druk vervolgens op Selecteren (Select).
bDruk op Menu totdat u Menu's afdrukken ziet en druk vervolgens op Selecteren (Select).
cDe seriële parameters zijn te vinden onder Standaard serieel (of Serieel optie X als u een
kaart voor een seriële interface hebt geïnstalleerd).
Een printerstuurprogramma installeren
Op de computer die is aangesloten op de printer, moet u een printerstuurprogramma installeren.
1Plaats de cd met stuurprogramma's in het cd-romstation. De cd wordt automatisch gestart. Als de
cd niet automatisch start, klikt u op Start Uitvoeren en typt u het volgende in het dialoogvenster
Uitvoeren:
D:/Setup.exe .
2Klik op Install Printer Software (Printersoftware installeren).
3Klik op Accept (Accepteren) nadat u de licentieovereenkomst voor de software hebt gelezen.
4Selecteer Local printer install (Lokale printer installeren) en klik op Volgende.
5Klik op het vakje naast de printer die u wilt installeren en selecteer de communicatiepoort (COM1
of COM2) die u wilt gebruiken.
6Klik op Voltooien om de installatie van de printersoftware af te ronden.
Parameter s instel len voor de communicatiepoort (COM)
Wanneer het printerstuurprogramma is geïnstalleerd, moet u de seriële parameters instellen voor de
communicatiepoort die is toegewezen aan het printerstuurprogramma.
De seriële parameters van de communicatiepoort moeten exact overeenkomen met de seriële parameters
die u hebt ingesteld op de printer.
1Klik op Start Instellingen Configuratiescherm en dubbelklik op Systeem.
2Klik in het tabblad Apparaatbeheer op + om de lijst van beschikbare poorten uit te vouwen.
3Selecteer de communicatiepoort die u wilt toewijzen aan de printer (COM1 of COM2).
4Klik op Eigenschappen.
16
5
Stel in het tabblad Poortinstellingen de seriële parameters in op de waarden die u ook hebt
ingesteld op de printer.
De seriële parameters zijn te vinden onder het kopje Standaard serieel (of Serieel optie X) op de
pagina Menu-instellingen die u eerder hebt afgedrukt.
6Klik op OK en sluit alle vensters.
7Druk een testpagina af om te controleren of de printer goed is geïnstalleerd.
aKlik op Start Instellingen Printers.
bSelecteer de printer die u zojuist hebt gemaakt.
cKlik op Bestand Eigenschappen.
dKlik op Testpagina afdrukken. Wanneer de testpagina goed wordt afgedrukt, is de
printerconfiguratie voltooid.
Stuurprogramma's installeren voor afdrukken via het netwerk
Ga naar
Besturingssysteem
pagina...
Windows
Windows 95, Windows 98 (eerste editie )
Macintosh19
18
Een pagina met netwerkinstellingen afdrukken
Als de printer is aangesloten op een netwerk, kunt u de netwerkaansluiting controleren door een pagina
met netwerkinstellingen af te drukken. Deze pagina bevat ook informatie die van belang is bij het
configureren van het afdrukken in een netwerk.
Opmerking: Als een optionele MarkNet™ printerserver is geïnstalleerd, ziet u Ntwrk 1 afdrukken
op het display.
Menu Extra
1
Menu 2Selecteren 3Terug
5
Start
Stop
4
6
1Controleer of de printer is ingeschakeld.
17
2
Druk op Menu totdat u Menu Extra ziet en druk vervolgens op Selecteren (Select).
3Druk enkele malen op Menu totdat u Ntwrk afdrukken ziet en druk vervolgens op Selecteren
(Select). De pagina met netwerkinstellingen wordt afgedrukt en de printer keert terug naar de
status Gereed.
4Controleer het eerste gedeelte van de pagina met netwerkinstellingen om te zien of bij Status
wordt aangegeven dat de printer is aangesloten.
Als bij Status wordt aangegeven dat de printer niet is aangesloten, is het mogelijk dat het LAN-
aansluitpunt niet actief is of dat de netwerkkabel niet goed functioneert. Neem contact op met de
netwerkbeheerder voor een oplossing en druk daarna de pagina met netwerkinstellingen opnieuw
af om te zien of de status is gewijzigd.
Nadat u de TCP/IP-instellingen hebt toegewezen en gecontroleerd, kunt u beginnen met het installeren
van de printer op iedere netwerkcomputer.
Windows 95, Windows 98 (e erste editie)
In een Windows-omgeving kunt u netwerkprinters configureren voor rechtstreeks afdrukken of voor
gedeeld gebruik. Voor beide manieren van afdrukken via een netwerk is het vereist dat u een
printerstuurprogramma installeert en een printerpoort maakt in het netwerk.
Ondersteunde printerstuurprogramma's
•systeemstuurprogramma van Windows
•speciaal printerstuurprogramma van Lexmark
Systeemstuurprogramma's zijn ingebouwd in de Windows-besturingssystemen. De speciale
stuurprogramma's staan op de cd met stuurprogramma's.
De nieuwste versies van de systeemstuurprogramma's en de speciale stuurprogramma's zijn te vinden op
de website van Lexmark: www.lexmark.com.
Ondersteunde printerpoorten
•Lexmark netwerkpoort
Voor de elementaire printerfuncties kunt u een systeemstuurprogramma installeren en een systeempoort
gebruiken, zoals een LPR-poort of een standaard TCP/IP-poort. Met het systeemstuurprogramma hebt u
de beschikking over een consistente gebruikersinterface die kan worden gebruikt voor alle printers in het
netwerk. Wanneer u een speciaal printerstuurprogramma gebruikt in combinatie met een speciale
netwerkpoort, beschikt u over extra functionaliteit, zoals statusmeldingen van de printer.
18
Rechtstreeks afdrukken met Windows 95/98
Printer
Clients
Met rechtstreeks afdrukken:
•is de printer rechtstreeks op het netwerk aangesloten via een netwerkkabel (bijv. Ethernet);
•worden de printerstuurprogramma's op elke netwerkcomputer geïnstalleerd.
U installeert als volgt een aangepast printerstuurprogramma en een speciale netwerkpoort:
1Start de computer op.
2Klik op StartÆ InstellingenÆ Printers en dubbelklik op Printer toevoegen.
3Klik op Netwerkprinter wanneer u wordt gevraagd een printer te selecteren.
4Voer het netwerkpad of de netwerknaam voor de printer in.
5Selecteer de fabrikant en het printermodel en klik vervolgens op Diskette.
6Plaats de cd met stuurprogramma's. Als de cd automatisch wordt gestart, klikt u op Afsluiten om
terug te keren naar de wizard Printer toevoegen.
7Zoek het speciale stuurprogramma op de cd.
Het pad zou ongeveer als volgt moeten zijn:
X:\Drivers\Prin t\Win_9xM e\<taal>
X=de letter van het cd-romstation.
Bijvoorbeeld: D:\Drivers\Print\Win_9 xMe\Engli sh.
8Klik op Volgende.
9Volg de aanwijzingen op het scherm om de installatie van de stuurprogramma's te voltooien.
Macintosh
Opmerking: Een PostScript-printerbeschrijvingsbestand (PPD) geeft Macintosh-computers
gedetailleerde informatie over de mogelijkheden van de printer.
Om af te drukken op een netwerkprinter, moeten Macintosh-gebruikers een speciaal PPD-bestand
(PostScript Printer Description) installeren en een bureaubladprinter maken op de computer (Mac OS 8.6
tot 9.x), of een afdrukwachtrij maken in Afdrukbeheer (Mac OS X).
Mac 8.6-9.x
Stap 1: Een aangepast PPD-bestand installeren
1Plaats de cd met stuurprogramma's.
19
2
Dubbelklik op Classic en vervolgens op het printerinstallati ep ak ket.
Opmerking: Een PPD-bestand geeft Macintosh-computers gedetailleerde informatie over de
mogelijkheden van de printer.
3Kies de taal die u wilt gebruiken en klik op OK.
4Klik nadat u de licentieovereenkomst hebt doorgelezen op Accept (Accepteren).
5Klik nadat u het Leesmij-bestand hebt doorgelezen op Continue (Ga door).
6Kies een standaardpapierformaat.
7Klik in het scherm Easy Install (Standaard) op Install (Installeer). Alle bestanden die u nodig hebt,
worden op de computer geïnstalleerd.
8Klik op Quit (Stop) wanneer de installatie is voltooid.
U kunt het PPD-bestand voor de printer ook als onderdeel van een softwarepakket downloaden vanaf de
website van Lexmark: www.lexmark.com.
Stap 2: Een bureaubladprinter maken
1Selecteer in de Kiezer het stuurprogramma voor de LaserWriter 8.
2Als u een netwerk met routers, dient u de standaardzone in de lijst te selecteren. Als u niet weet
welke zone u moet selecteren, zoekt u in de pagina met netwerkinstellingen onder AppleT alk naar
Zone.
3Selecteer de nieuwe printer.
4Als u niet weet welke printer u moet selecteren, zoekt u op de pagina met netwerkinstellingen
onder het kopje AppleTalk naar de standaardnaam van de printer.
5Klik op Maak aan.
6Controleer of er in de Kiezer naast de printernaam een pictogram verschijnt.
7Sluit het venster Kiezer.
8Controleer de printerinstallatie.
aKlik op het pictogram van de bureaubladprinter dat u zojuist hebt gemaakt.
bKies Print Wijzig configuratie.
–Als in het gedeelte van het menu over het PPD-bestand (PostScript Printer Description) het
juiste bestand voor uw printer wordt weergegeven, is de printerinstallatie voltooid.
–Als het PPD-bestand dat wordt weergegeven in het gedeelte PostScript-
printerbeschrijvingsbestand (PPD) van het menu niet overeenkomt met uw printer, herhaalt u
“Stap 1: Een aangepast PPD-bestand installeren” op pagina 19.
20
3
Afdrukmodus
Bedieningspaneel
Het bedieningspaneel heeft vijf knoppen, een display en een lampje dat gaat knipperen als de printer bezig
is met het verwerken van een afdruktaak. Als de printer bezig is, wordt ook het bericht Bezig
weergegeven.
Gereed
Display
Knoppen op bedieningspaneel
KnopFunctie
Start (Go)
MenuAls u op Menu drukt, kunt u:
Als u op Start (Go) drukt, kunt u:
• terugkeren naar de stand Gereed als de printer offline is (het bericht Gereed wordt niet
weergegeven op het display);
• printermenu's verlaten en terugkeren naar de werkstand Gereed;
• berichten op het bedieningspaneel wissen;
• doorgaan met afdrukken nadat u papier hebt geladen of een papierstoring hebt verholpen;
• de Spaarstand afsluiten.
Als u printerinstellingen hebt gewijzigd met de menu's van het bedieningspaneel, drukt u op
(Go) voordat u een afdruktaak verzendt. Afdruktaken kunnen alleen worden uitgevoerd als op de
printer het bericht Gereed wordt weergege ven.
• de printer offline zetten (de w erkstand Gere ed
printer offline is, drukt u op Menu om door de menu’s en menu-items te bladeren;
• het menu Taak te openen (in de werkstand Bezig).
In het geval van menu-items met numerieke waarden, bi jvoorbeeld Exemplaren, moet u Menu
ingedrukt houden om door de waarden te bladeren. Laat de knop los zodra het gewenste getal
wordt weergegeven.
Als het bericht Menu's uitgeschakeld wordt wee r geg even, kun t u de standaardinstelli nge n n iet
wijzigen. U kunt dan nog wel berichten wissen en een keuze maken in het menu Taak wanneer u
gaat afdrukken. Als u een afdruktaak naar de printer stu urt, kunt u de printereigen schap pen in he t
printerstuurprogramma zo instellen dat de taak volgens de gewenste instellingen wordt afgedrukt.
1
Menu 2Selecteren 3Terug
5
Start
verlaten) en na ar het menus ysteem ga an. Als de
Stop
4
6
Start
21
KnopFunctie
Selecteren
(Select)
Terug (Return)
Stop
1, 2, 3, 4, 5, 6
Druk op Selecteren (Select) als u een van de volgende acties wilt uitvoeren:
• het menu openen dat wordt weergegeven op de tweede regel van het display;
• het weergegeven menu-item opslaan als de nieuwe standaardinstelling;
• bepaalde berichten op het display wissen;
• doorgaan met afdrukken nadat het bericht Vervang <x> is weergegeven. Meer informatie
vindt u in Vervang <x>.
Met de knop Terug (Return) keert u terug naar het vorige menuniveau of menu-item.
Als u op Stop drukt terwijl het bericht Gere ed, Bezig of Wachten wordt weergegeven, wordt de
printer tijdelijk offline gezet. In plaats van Gereed wordt nu het bericht Niet gereed
weergegeven. Er gaan geen gegevens verloren.
Druk op
Met behulp van de cijfers die naast de knopnamen staan, kunt u uw PIN-code invoeren als u een
beveiligde afdruktaak naar de printer hebt gestuurd.
Start (Go) om terug te keren naar de stand Gereed, Bezig of Wachten.
Raadpleeg het menuoverzicht v oor een samenvatting van alle printermenu's die via het bedieningspaneel
kunnen worden gebruikt.
Afdruktaak naar de printer sturen
Vanuit een normale Windows-toepassing drukt u als volgt een afdruktaak af:
1Open het bestand dat u wilt afdrukken.
2Selecteer in het menu Bestand de optie Afdrukken.
3Controleer of de juiste printer is geselecteerd in het dialoogvenster.
4Wijzig eventueel de printerinstellingen (het aantal af te drukken pagina's of het aantal
exemplaren).
Opmerking: Klik op Eigenschappen of Opties als u instellingen wilt wijzigen die in het eerste
venster niet beschikbaar zijn en klik vervolgens op OK.
5Klik op OK of Afdrukken om de afdruktaak naar de geselecteerde printer te sturen.
22
Afdruktaak annuleren
Vanaf het bedieningspaneel van de printer
Als de taak die u wilt annuleren, al wordt afgedrukt en op het display Bezig wordt weergegeven:
1Druk op Menu totdat u Menu Taak ziet en druk vervolgens op Selecteren (Select).
2Druk op Menu totdat u Taak annuleren ziet en druk vervolgens op Selecteren (Select).
Doe het volgende vanaf de taakbalk van Windows:
Voor elke afdruktaak die u naar de printer stuurt, wordt rechts in de taakbalk een klein pictogram in de
vorm van een printer weergegeven.
1Dubbelklik op dit pictogram. Er wordt nu een lijst van afdruktaken weergegeven.
2Selecteer de taak die u wilt annuleren.
3Druk op de toets Delete op het toetsenbord.
Doe het volgende op het bureaublad van Windows:
1Minimaliseer alle programma's, zodat u de inhoud van het bureaublad kunt zien.
2Dubbelklik op Deze computer.
3Dubbelklik op Printers. Er wordt nu een lijst van beschikbare printers weergegeven.
4Dubbelklik op de printer die u hebt gekozen toen u de afdruktaak verstuurde. Er wordt nu een lijst
van afdruktaken weergegeven.
5Selecteer de taak die u wilt annuleren.
6Druk op de toets Delete op het toetsenbord.
Vanaf een Macintosh-computer
Als u een afdruktaak naar de printer stuurt, wordt op het bureaublad een pictogram weergegeven dat de
geselecteerde printer aangeeft.
1Dubbelklik op dit pictogram op het bureaublad. Er wordt nu een lijst van afdruktaken weergegeven.
2Houd Control ingedrukt en klik op de afdruktaak die u wilt annuleren.
3Selecteer Stop wachtrij in het menu dat verschijnt.
23
Laden vullen
Tips:
•Gebruik nooit meerdere soorten afdrukmedia in één lade.
•Buig de afdrukmedia enkele malen om de vellen los te maken en waaier ze uit. Vouw of kreukel de
afdrukmedia niet. Maak op een platte ondergrond een rechte stapel.
WAARSCHUWING: T rek geen laden uit de printer tijdens het uitvoere n van een afdruktaak. Dit kan de
lade of de printer beschadigen.
Laden voor 500 vel vullen
Een lade voor 500 vel vullen:
1Verwijder de lade en plaats deze op een vlak, gelijk oppervlak.
2Druk de hendel van de papiergeleider aan de voorkant in en schuif de geleider naar de voorzijde
van de lade.
3Druk de hendel van de geleider aan de zijkant in en schuif de geleider naar de juiste positie voor
het papierformaat dat u wilt laden.
Pictogrammen achter in de lade geven de papierformaten aan.
24
4
Buig de vellen enkele malen en waaier ze uit.
Vouw of kreuk het papier niet. Maak op een platte ondergrond een rechte stapel.
5Plaats het papier in de lade op de aangegeven manier, met de te bedrukken zijde naar beneden.
Gebruik geen gevouwen of gekreukeld papier.
Indicator
maximumstapelhoogte
Opmerking: Zorg dat de stapel niet hoger is dan de maximumhoogte. Bij een te volle lade kunnen
papierstoringen optreden.
6Druk de hendel van de papiergeleider aan de voorkant in en schuif de geleider naar binnen totdat
tegen de zijkant van de stapel papier drukt.
7Plaats de papierlade terug.
Schuif de lade volledig in de printer.
25
8
Als u de lade vult met andere afdrukmedia , wijzigt u de instelling Papiersoort voor die lade op het
bedieningspaneel.
Meer informatie vindt u i n Papiersoort op pagina 67.
Lade voor 2000 vel vullen
Ga als volgt te werk om een lader voor 2000 vel te vullen. Vul de lader voor 2000 vel altijd alleen met
papier.
1Trek de lade naar buiten.
2Druk de hendel van de papiergeleider in, til de geleider op en plaats deze in de juiste sleuf voor het
papierformaat dat u wilt laden.
3Druk de beide hendels van de geleider aan de voorkant in en schuif de geleider in de positie voor
het papierformaat dat u wilt laden.
LT.LG
EX
A4
A5
B5
A5
LT.LG
EX
B5
A4
26
4
Schuif de papiersteun aan de onderkant naar voren totdat deze de papiergeleider raakt.
5Buig de vellen enkele malen en waaier ze uit.
Vouw of kreuk het papier niet. Maak op een platte ondergrond een rechte stapel.
6Plaats het papier tegen de linkerachterhoek van de lade, met de te bedrukken zijde naar beneden.
Laad geen gevouwen of gekreukelde afdrukmedia.
7Sluit de lade.
Schuif de lade volledig in de printer.
Opmerking: Zorg dat de stapel niet hoger is dan de maximumhoogte. Bij een te volle lade kan het
papier in de printer vastlopen.
27
Afdrukmedia in de universeellader laden
U kunt de universeellader op twee manieren gebruiken:
•Papierlade—Als u de lader gebruikt als papierlade, kunt u er papier of speciaal afdrukmateriaal in
plaatsen voor permanent gebruik.
•Eenheid voor handmatige invoer—Als u bij een afdruktaak de universeellader gebruikt voor het
handmatig invoeren van afdrukmedia, geeft u via de computer het type en formaat op van de te
gebruiken afdrukmedia. De printer vraagt u vervolgens om de juiste afdrukmedia te laden, voordat
het afdrukken begint.
U vult als volgt de universeellader:
1Open de universeellader.
2Druk de hendel van de papiergeleider in en schuif de geleider zo ver mogelijk naar de voorzijde
van de printer.
28
3
Buig de vellen enkele malen en waaier ze uit. Vouw of kreukel de afdrukmedia niet. Maak op een
platte ondergrond een rechte stapel.
4Plaats de stapel papier of afdrukmedia op de juiste manier voor het papierformaat en het
papiersoort dat u laadt en de afdrukmethode die u gebruikt.
5Plaats het papier of de afdrukmedia met de te bedrukken zijde naar boven langs de linkerkant van
de universeellader en druk de stapel zo ver mogelijk naar binnen.
Doe dit voorzichtig.
Opmerking: Zorg dat de stapel niet hoger is dan de maximumhoogte. Bij een te volle lader kunnen
vellen afdrukmedia vastlopen.
6Druk de hendel van de papiergeleider in en schuif de geleider tegen de stapel aan.
7Als u de lade vult met andere afdrukmedia , wijzigt u de instelling Papiersoort voor die lade op het
bedieningspaneel.
Meer informatie vindt u i n Papiersoort op pagina 67.
29
Afdrukken op speciaal afdrukmateriaal (transparanten,
etiketten, enz.)
Houd u aan de volgende instructies wanneer u wilt afdrukken op afdrukmedia zoals transparanten, karton,
glanzend papier, etiketten of enveloppen.
1Plaats de afdrukmedia volgens de specificaties van de lade die u gebruikt. Raadpleeg de volgende
onderwerpen voor hulp:
–Laden vullen
–Afdrukmedia in de universeellader laden
2Stel op het bedieningspaneel van de printer de papiersoort en het papierformaat in van de
afdrukmedia die u hebt geladen. Als u afdrukmedia van hetzelfde formaat laadt als voorheen,
hoeft u de instelling Papierformaat niet te wijzigen.
Opmerking: Als Formaatdetectie is ingeschakeld, kan het papierformaat kan niet worden
aangepast. Voor printerladen is Formaatdetectie standaard ingeschakeld, maar voor
de universeellader is deze functie niet beschikbaar.
U wijzigt als volgt de instelling Papiersoort of Papierformaat:
aDruk enkele malen op Menu totdat u het menu Papier ziet en druk vervolgens op Selecteren
(Select).
bDruk enkele malen op Menu totdat u Papiersoort (of Papierformaat ) ziet en druk
vervolgens op Selecteren (Select).
Op de tweede regel van het display wordt Soort inv.lade 1 (of Formaat la de 1)
weergegeven.
cDruk op Selecteren (Select) als u de instelling van Soort inv.lade 1 (of Formaat lade 1) wilt
wijzigen of op Menu als u naar een andere bron wilt bladeren.
dDruk op Menu om door een lijst met mogelijke papiersoorten (of -formaten) te bladeren.
eAls de gewenste papiersoort (of het gewenste formaat) wordt weergegeven, drukt u op
Selecteren (Select) om de soort op te slaan als standaardsoort.
fDruk op Start (Go) zodat de printer terugkeert in de werkstand Gereed.
3Stel in de softwaretoepassing op de computer de papiersoort, het papierformaat en de bron in
voor de afdrukmedia die u hebt geladen.
Windows
aSelecteer in de tekstverwerker, spreadsheet, browser of andere toepassing Bestand
Afdrukken.
bKlik op Eigenschappen (of Opties, Printer of Instellingen, afhankelijk van de toepassing)
om de instellingen van het printerstuurprogramma te bekijken.
cSelecteer de lade met het speciale afdrukmateriaal in de keuzelijst Form Source (Mediabr on) .
30
Loading...
+ 122 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.