Lexmark 4600 MFP OPTION Guide to menus and messages [nl]

4600
MFP
Handleiding voor menu's en berichten
Augustus 2006
Lexmark en Lexmark met het diamantlogo zijn als handelsmerken van Lexmark International, Inc. gedeponeerd in de Verenigde Staten en/of in andere landen. © 2006 Lexmark International, Inc. Alle rechten voorbehouden. 740 West New Circle Road Lexington, Kentucky 40550
www.lexmark.com
Editie: augustus 2006
De volgende alinea is niet van toepassing op landen waar de volgende voorwaarden strijdig zijn met de plaatselijke wetgeving:
LEXMARK INTERNATIONAL, INC. LEVERT DEZE PUBLICATIE IN DE STAAT WAARIN DEZE VERKEERT, ZONDER ENIGE VORM VAN GARANTIE, NOCH IMPLICIET, NOCH EXPLICIET, INCLUSIEF MAAR NIET BEPERKT TOT IMPLICIETE GARANTIES VAN VERHANDELBAARHEID OF GESCHIKTHEID VOOR EEN BEPAALD DOEL. In bepaalde rechtsgebieden is afwijzing van expliciete of impliciete garanties in bepaalde transacties niet toegestaan; het is daarom mogelijk dat deze verklaring niet op u van toepassing is. Deze publicatie kan technische onjuistheden of typografische fouten bevatten. De informatie in deze publicatie wordt regelmatig herzien; wijzigingen zullen in latere uitgaven worden opgenomen. De producten of programma’s die worden beschreven, kunnen te allen tijde worden verbeterd of gewijzigd. Opmerkingen kunnen worden gestuurd naar Lexmark International, Inc, Department F95/032-2, 740 West New Circle Road, Lexington, Kentucky 40550, Verenigde Staten. Als u in het Verenigd Koninkrijk of Ierland woont, kunt u eventuele opmerkingen sturen naar Lexmark International Ltd., Marketing and Services Department, Westhorpe House, Westhorpe, Marlow Bucks SL7 3RQ. Lexmark behoudt zich het recht voor de door u verstrekte informatie naar eigen goeddunken te gebruiken en te verspreiden, zonder hiermee enige verplichting op zich te nemen tegenover u. Ga voor meer publicaties met betrekking tot dit product naar de website van Lexmark op www.lexmark.com. Als in deze publicatie wordt verwezen naar producten, programma's of diensten, impliceert dit niet dat de producent het voornemen heeft deze beschikbaar te stellen in alle landen waarin de producent actief is. Geen enkele verwijzing naar een product, programma of dienst moet worden opgevat als een verklaring of suggestie dat alleen dat product, dat programma of die dienst mag worden gebruikt. Het staat u vrij functioneel gelijkwaardige producten, programma's of diensten te gebruiken, mits die geen inbreuk maken op enig bestaand intellectueel eigendomsrecht. Het beoordelen en controleren van de werking in combinatie met andere producten, programma’s of diensten, met uitzondering van die producten, programma’s of diensten die uitdrukkelijk door de producent worden genoemd, behoort tot de verantwoordelijkheden van de gebruiker. Lexmark, Lexmark met het diamantlogo, MarkNet, MarkTrack en MarkVision zijn als handelsmerken van Lexmark International, Inc. gedeponeerd in de Verenigde Staten en/of in andere landen.
®
PCL
is een gedeponeerd handelsmerk van Hewlett-Packard Company.
De onderstaande termen zijn handelsmerken of gedeponeerde handelsmerken van de volgende ondernemingen:
Albertus The Monotype Corporation plc ITC Lubalin Graph International Typeface Corporation
Antique Olive Monsieur Marcel OLIVE ITC Mona Lisa International Typeface Corporation
Apple-Chancery Apple Computer, Inc. ITC Zapf Chancery International Typeface Corporation
Arial The Monotype Corporation plc Joanna The Monotype Corporation plc
CG Times
Chicago Apple Computer, Inc. Monaco Apple Computer, Inc.
Clarendon Linotype-Hell AG en/of dochterondernemingen New York Apple Computer, Inc.
Eurostile Nebiolo Oxford Arthur Baker
Geneva Apple Computer, Inc. Palatino
GillSans The Monotype Corporation plc Stempel Garamond
Helvetica Linotype-Hell AG en/of dochterondernemingen Taffy Agfa Corporation
Hoefler Jonathan Hoefler Type Foundry Times New Roman The Monotype Corporation plc
ITC Avant Garde Gothic International Typeface Corporation Univers
ITC Bookman International Typeface Corporation
Gebaseerd op Times New Roman onder licentie van The Monotype Corporation plc, een product van Agfa Corporation Marigold Arthur Baker
Linotype-Hell AG en/of dochterondernemingen
Linotype-Hell AG en/of dochterondernemingen
Linotype-Hell AG en/of dochterondernemingen
Alle andere handelsmerken zijn het eigendom van hun respectieve eigenaren.
© 2006 Lexmark International, Inc. Alle rechten voorbehouden.
RECHTEN M.B.T. DE OVERHEID VAN DE VERENIGDE STATEN
Deze software en de eventuele bijbehorende documentatie die wordt verstrekt in het kader van deze overeenkomst, zijn commerciële computersoftware en -documentatie die uitsluitend voor eigen kosten zijn ontwikkeld.
2

Inhoudsopgave

Hoofdstuk 1: Gebruik van de MFP-menu's ....................................................................... 5
Uitleg van het bedieningspaneel van de multifunctionele printer (MFP) ..........................................................5
Beginscherm .............................................................................................................................................8
Knoppen op het aanraakscherm van het LCD-display gebruiken .................................................................. 11
Voorbeeldscherm 1 ................................................................................................................................ 11
Informatie over de knoppen op het aanraakscherm van het LCD-display ..............................................13
Voorbeeldscherm 2 ................................................................................................................................ 15
Informatie over de knoppen op het aanraakscherm van het LCD-display ..............................................15
Andere knoppen op het aanraakscherm van het LCD-display ...............................................................17
Functies .................................................................................................................................................. 18
Menu's ...........................................................................................................................................................19
Menu-overzicht ....................................................................................................................................... 19
Menu Papier ..................................................................................................................................................20
Standaardbron ........................................................................................................................................ 20
Papierformaat/-soort ............................................................................................................................... 20
Configuratie U-lader ...............................................................................................................................23
Ander formaat .........................................................................................................................................23
Papiergewicht ......................................................................................................................................... 25
Papier plaatsen .......................................................................................................................................25
Aangepaste soorten ...............................................................................................................................26
Aangepaste namen ................................................................................................................................26
Aangepaste ladenamen ..........................................................................................................................27
Universal-instelling .................................................................................................................................28
Lade-instelling ........................................................................................................................................ 28
Rapporten ...................................................................................................................................................... 30
Netwerk/poorten ............................................................................................................................................ 32
TCP/IP .................................................................................................................................................... 32
IPv6 ........................................................................................................................................................ 34
Instellingen e-mailserver .........................................................................................................................35
Draadloos ............................................................................................................................................... 37
Standaardnetwerk of Netwerk <x> .........................................................................................................37
Standaard USB of USB <x> ................................................................................................................... 38
Standaard parallel of Parallel <x> .......................................................................................................... 40
Serieel <x> ............................................................................................................................................. 43
NetWare ................................................................................................................................................. 46
AppleTalk ................................................................................................................................................ 46
LexLink ...................................................................................................................................................47
Instellingen ..................................................................................................................................................... 47
Algemene instellingen ............................................................................................................................47
Kopieerinstellingen ................................................................................................................................. 56
Faxinstellingen ........................................................................................................................................62
E-mailinstellingen ..................................................................................................................................73
FTP-instellingen ......................................................................................................................................77
Scannen naar USB-instellingen ..............................................................................................................81
Afdrukinstellingen ................................................................................................................................... 84
Beveiliging ............................................................................................................................................ 100
Datum en tijd instellen .......................................................................................................................... 107
3
Inhoudsopgave
Help-pagina's ...............................................................................................................................................108
Snelkoppelingen beheren ............................................................................................................................ 110
Hoofdstuk 2: Informatie over berichten op de MFP ..................................................... 112
Statusberichten ............................................................................................................................................112
Faxstatusberichten ......................................................................................................................................115
Taakannuleringsberichten ...........................................................................................................................115
Wachtwoord- en PIN-berichten ....................................................................................................................116
Kopieer-, e-mail-, fax-, FTP- en scanberichten ............................................................................................116
Interventieberichten ..................................................................................................................................... 116
Berichten over tijdelijk uitgeschakelde functies ............................................................................................136
Index .................................................................................................................................. 137
4
1
Gebruik van de MFP-menu's

Uitleg van het bedieningspaneel van de multifunctionele printer (MFP)

De meeste afdrukinstellingen kunt u wijzigen via de gebruikte toepassing of in het printerstuurprogramma. Als u de instellingen wijzigt via de toepassing die u op dat moment gebruikt of via het printerstuurprogramma, zijn de wijzigingen alleen van toepassing op de taak die naar de MFP wordt verzonden.
Wijzigingen die u via een toepassing in de printerinstellingen aanbrengt, hebben voorrang boven de wijzigingen die u vanaf het bedieningspaneel toepast.
Als u een instelling niet via de toepassing kunt wijzigen, kunt u het bedieningspaneel van de MFP, MarkVision™ Professional of de pagina's van de Embedded Web Server (EWS) gebruiken. Een instelling die u op een van deze manieren wijzigt, wordt de nieuwe standaardinstelling.
Wanneer een MFP met een aanraakscherm op een printer wordt aangesloten, worden het bedieningspaneel van de printer en eventuele knoppen op het bedieningspaneel van de printer uitgeschakeld. Alleen het paneel en de knoppen op het bedieningspaneel van de MFP kunnen dan worden gebruikt.
Het bedieningspaneel van de MFP bestaat uit:
1
2
10
ABC
DEF
GHI
JKL
MNO
PQRS
TUV
WXYZ
3
4
9
5
6
7
8
Gebruik van de MFP-menu's
5
Gebruik van de MFP-menu's
Nummer Onderdeel Functie
1 LCD Het LCD-display (Liquid Crystal Display) waarop
beginschermknoppen, menu's, menu-items en waarden worden weergegeven. U kunt hier selecties opgeven binnen de functies Kopiëren, Faxen, enz.
2 Indicatielampje Geeft met behulp van de kleuren rood en groen de status
3 0–9
Opmerking: wordt ook wel het
numerieke toetsenblok genoemd.
4 # (Hekje) Druk op deze knop:
5 Kiespauze Druk op deze knop om bij het kiezen van een faxnummer
van de MFP weer:
Status Betekenis
Uit De MFP is uitgeschakeld.
Knippert groen De MFP is bezig met opwarmen,
het verwerken van gegevens of het afdrukken van gegevens.
Brandt groen De MFP staat aan, maar is niet actief.
Brandt rood Ingrijpen van operator is vereist.
Gebruik dit om cijfers in te voeren als op het LCD-display een veld wordt weergegeven waarin u cijfers moet opgeven. Gebruik deze knoppen ook om telefoon- en faxnummers te kiezen.
Opmerking: als u in het beginscherm op een van deze knoppen drukt zonder eerst op de knop # te drukken, wordt het menu Kopiëren geopend en het aantal te kopiëren exemplaren gewijzigd.
• voor informatie over een snelkoppeling
• in telefoonnummers voor faxnummers met een #; voer dit teken tweemaal in, dus ##.
• om toegang te krijgen tot snelkoppelingen vanuit het beginscherm, een menu-item in de lijst Faxbestemming, de lijst E-mailbestemming of de Profielenlijst.
een kiespauze van twee of drie seconden in te lassen. De knop werkt alleen in het menu Fax of in combinatie met faxfuncties.
Met deze knop kunt u een faxnummer opnieuw kiezen vanuit het beginscherm.
U hoort een fouttoon als u op deze knop drukt buiten het faxmenu, een faxfunctie of het beginscherm.
Bij het verzenden van een fax wordt een druk op de knop Kiespauze in het veld Faxen naar: weergegeven door middel van een komma (,).
6 Alles wissen Als u op deze knop drukt binnen de functionele menu's
Kopiëren, Faxen, E-mail en FTP, worden alle instellingen volgens de standaardwaarden hersteld en keert u terug naar het beginscherm van de MFP.
Als u op deze knop drukt binnen een ander menu terwijl de MFP in de stand Gereed staat, worden alle niet- opgeslagen wijzigingen geannuleerd en keert u terug naar het beginscherm van de MFP.
Uitleg van het bedieningspaneel van de multifunctionele printer (MFP)
6
Gebruik van de MFP-menu's
Nummer Onderdeel Functie
7 Start Druk op deze knop om de huidige taak op het
8 Stop Druk op deze knop om te stoppen met afdrukken of
9 Backspace Druk in het menu Kopiëren (toegankelijk via de knop
bedieningspaneel te starten. Druk in het beginscherm op deze knop om een
kopieertaak met de standaardinstellingen te starten. Deze knop werkt niet als hierop wordt gedrukt terwijl het
apparaat bezig is met het scannen van een taak.
scannen. Bij een scantaak voltooit de scanner de pagina die op dat
moment wordt gescand en stopt daarna. Dit houdt in dat er papier kan achterblijven in de automatische documentinvoer (ADF).
Bij een afdruktaak wordt eerst het afdrukmateriaal uit de papierbaan verwijderd voordat het afdrukken stopt.
Tijdens dit proces wordt het bericht Bezig met stoppen weergegeven op het bedieningspaneel.
Kopiëren) op Backspace om het meest rechtse cijfer van het aantal te kopiëren exemplaren te verwijderen. De standaardwaarde 1 wordt weergegeven als het hele getal wordt verwijderd door meerdere keren op Backspace te drukken.
Druk in de lijst Faxbestemming op Backspace om het meest rechtse cijfer van een getal te verwijderen. Hiermee verwijdert u tevens de volledige snelkoppeling. Als een hele regel eenmaal is verwijderd, drukt u nogmaals op Backspace om naar de regel daarboven te gaan.
Druk in de lijst E-mailbestemming op Backspace om het teken links van de cursor te verwijderen. Als dit een snelkoppeling is, wordt deze in zijn geheel verwijderd.
10 Asterisk (*) * wordt gebruikt als onderdeel van een faxnummer of als
een alfanumeriek teken.
Uitleg van het bedieningspaneel van de multifunctionele printer (MFP)
7
Gebruik van de MFP-menu's

Beginscherm

Nadat de MFP is ingeschakeld en een korte opwarmperiode heeft doorlopen, wordt op het LCD-display het onderstaande beginscherm weergegeven. Met de aanraakknoppen die in het beginscherm op het LCD-display worden weergegeven, kunt u menu's openen. Zodra u zich in een menu bevindt, kunt u met andere knoppen een lijst met menu-items of waarden doorbladeren, een waarde selecteren om de standaardinstelling te wijzigen, en op berichten reageren.
1
8
Faxen
Kopiëren
FTP
E-mail
2
7
Status/
Supplies
6
Gereed. Toner bijna op. Raak een willekeurige knop
aan om te beginnen.
5
4
Menu's
3
Nummer Knop of schermonderdeel Functie
1 Kopiëren Raak deze knop aan voor toegang tot het menu
2 E-mail Raak deze knop aan voor toegang tot het menu E-mail.
3 Menu's (Op de knop wordt een sleutel
weergegeven.)
Kopiëren. Als het beginscherm wordt weergegeven, kunt u ook op
een cijfertoets drukken om het menu Kopiëren weer te geven.
U kunt een document rechtstreeks naar een e-mailadres scannen.
Raak deze knop aan om de menu's weer te geven. Deze menu's zijn alleen beschikbaar als de MFP in de stand Gereed staat.
De knop Menu's bevindt zich op een grijze balk, ook wel navigatiebalk genoemd. De andere knoppen op deze balk komen hieronder aan de orde.
Uitleg van het bedieningspaneel van de multifunctionele printer (MFP)
8
Gebruik van de MFP-menu's
Nummer Knop of schermonderdeel Functie
4 Statusbalk Geeft de actuele status (zoals Gereed of Bezig) van de
5 Status/supplies Wordt op het LCD-display weergegeven wanneer de
6 ? (Tips) In alle menu's is de knop Tips aanwezig. Tips is de
7 FTP Raak deze knop aan voor toegang tot de menu's van de
8 Faxen Raak deze knop aan voor toegang tot de menu's van de
Op het beginscherm kunnen ook andere aanraakknoppen van het LCD-display worden weergegeven. Dit zijn:
Knop Naam van de knop Functie
MFP weer. Geeft de conditie (zoals Toner bijna op) van de MFP
weer. Geeft interventieberichten weer. Deze bevatten
instructies die de gebruiker dient uit te voeren, zodat de MFP verder kan gaan met de verwerking van een taak. Voorbeelden van interventieberichten zijn Sluit klep en Plaats tonercartridge.
MFP-status een interventiebericht aangeeft. Raak deze knop aan om het berichtenscherm te openen voor meer informatie over het bericht en de manier waarop u dit kunt wissen.
contextgevoelige Help-functie in de aanraakschermen op het LCD-display.
functie FTP (File Transfer Protocol). U kunt een document rechtstreeks naar een FTP-site scannen.
functie Faxen.
Faxen in wachtrij vrijgeven (of Faxen in wachtrij in de modus Handmatig)
Taken in wacht zoeken
Taken in wacht Hiermee kunt u een scherm met alle in de wacht geplaatste taken
Er bevinden zich faxen in de wachtrij waarvoor een geplande wachttijd is ingesteld. Raak deze knop aan om de lijst met faxen in de wachtrij weer te geven.
Hiermee kunt u taken zoeken en weergeven op basis van de volgende criteria:
• Gebruikersnamen voor in de wacht geplaatste of vertrouwelijke afdruktaken
• Namen voor taken in wacht, exclusief vertrouwelijke afdruktaken
• Profielnamen
• Bladwijzerhouders of taaknamen
• USB-houder of taaknamen, alleen voor ondersteunde extensies
openen.
Uitleg van het bedieningspaneel van de multifunctionele printer (MFP)
9
Gebruik van de MFP-menu's
Knop Naam van de knop Functie
Tak en annuleren
App. vergr. Deze knop wordt op het scherm weergegeven wanneer de MFP
ontgrendeld is en de PIN voor apparaatvergrendeling geen nulwaarde heeft of leeg is.
U kunt de MFP als volgt vergrendelen: 1 Raak App. vergr. aan om een scherm voor invoer van de PIN te
openen.
2 Voer de correcte PIN in om het bedieningspaneel te vergrendelen.
Hierdoor worden zowel de knoppen van het bedieningspaneel als de knoppen van het aanraakscherm vergrendeld.
Nadat het bedieningspaneel is vergrendeld, wordt het scherm voor invoer van de PIN leeggemaakt en wordt de knop App. vergr. vervangen door de knop App. ontgr.
Opmerking: als er een ongeldige PIN wordt ingevoerd, wordt Ongeldige PIN weergegeven. Er verschijnt een pop-upscherm met de knop Doorgaan. Raak Doorgaan aan. U keert terug naar het beginscherm waarin de knop App. vergr. opnieuw wordt weergegeven.
App. ontgr. Deze knop wordt op het scherm weergegeven wanneer de MFP is
vergrendeld. Als deze knop wordt weergegeven, kunnen de knoppen en snelkoppelingen van het bedieningspaneel niet worden gebruikt en kunnen er geen standaardkopieerbewerkingen worden gestart.
U kunt de MFP als volgt ontgrendelen: 1 Raak App. ontgr. aan om een scherm voor invoer van de PIN te
openen.
2 Voer de correcte PIN in om het numerieke toetsenblok (0–9) en de
knop Backspace op het bedieningspaneel te ontgrendelen.
Opmerking: als er een ongeldige PIN wordt ingevoerd, wordt Ongeldige PIN weergegeven. Er verschijnt een pop-upscherm met de knop Doorgaan. Raak Doorgaan aan. U keert terug naar het beginscherm waarin de knop App. ontgr. opnieuw wordt weergegeven.
Taken annuleren Met deze knop opent u het scherm Taken annuleren. Op het scherm
Taken annuleren kunnen onder de koppen Afdrukken, Faxen en Netwerk de volgende items worden weergegeven:
• afdruktaak
• kopieertaak
•faxtaak
•profiel
• FTP
• e-mailverzending
In de kolom onder elke kop wordt een lijst met taken weergegeven. In elke kolom kunnen slechts drie taken per scherm worden weergegeven. De taken worden in de vorm van een knop weergegeven. Als er meer dan drie taken in een kolom aanwezig zijn, wordt onder aan de kolom een pijl-omlaag weergegeven. Telkens wanneer u de pijl-omlaag aanraakt, bladert u één taak verder omlaag in de lijst. Als er meer dan drie taken zijn, wordt boven aan de kolom een pijl-omhoog weergegeven zodra u de vierde taak in de lijst hebt bereikt. Zie Informatie over de knoppen op het aanraakscherm van het LCD-display op pagina 15 voor afbeeldingen van de knoppen Pijl-omhoog en Pijl-omlaag.
Als u een taak wilt annuleren, volgt u de instructies in de
Gebruikershandleiding.
Uitleg van het bedieningspaneel van de multifunctionele printer (MFP)
10
Gebruik van de MFP-menu's
Knoppen op het aanraakscherm van het LCD-display gebruiken
Het volgende gedeelte biedt informatie over het navigeren door de verschillende schermen. Het gebruik van de knoppen op het aanraakscherm zal aan de hand van enkele knoppen worden gedemonstreerd.

Voorbeeldscherm 1

Het aanraakscherm ziet er als volgt uit als de MPF met het aanraakscherm is aangesloten op een zwart-witprinter:
Kopiëren van
Letter (8,5 x 11 inch)
Kopiëren naar
Letter (8,5 x 11 inch) Normaal papier
Schalen
Auto
(100%)
Intensiteit
Scan via
ADF
Zijden (Duplex)
Staand 1-zijdig naar 1-zijdig
Inhoud
Tekst Tekst/foto
Foto Afgedrukte afb.
Scan via
flatbed
Terug
Knoppen op het aanraakscherm van het LCD-display gebruiken
11
Gebruik van de MFP-menu's
Het aanraakscherm ziet er als volgt uit als de MPF met het aanraakscherm is aangesloten op een kleurenprinter:
Kopiëren van
Letter (8,5 x 11 inch)
Kopiëren naar
Letter (8,5 x 11 inch) Norm. papier
Schalen
Auto
(100%)
Intensiteit
Kopiëren
Exemplaren:
Zijden (Duplex)
1-zijdig naar 1-zijdig 1-zijdig naar 2-zijdig
2-zijdig naar 1-zijdig 2-zijdig naar 2-zijdig
Sorteren
Aan
1
Uit
Terug Op ties
Knoppen op het aanraakscherm van het LCD-display gebruiken
12
Gebruik van de MFP-menu's

Informatie over de knoppen op het aanraakscherm van het LCD-display

Knop Naam van de knop Functie of beschrijving
Selecteren Raak de knop Selecteren aan om een volgend scherm met extra items
Aflopend naar links bladeren
Oplopend naar rechts bladeren
Pijl naar links Raak de knop Pijl naar links aan om naar links te bladeren en:
Pijl naar rechts Raak de knop Pijl naar rechts aan om naar rechts te bladeren en:
weer te geven. Op het eerste scherm wordt de standaardinstelling weergegeven. Nadat u de knop Selecteren hebt aangeraakt en het volgende scherm wordt weergegeven, kunt een ander item op het scherm aanraken om de standaardinstelling te wijzigen.
Raak de knop Aflopend naar links bladeren aan om naar een lagere waarde te bladeren.
Raak de knop Oplopend naar rechts bladeren aan om naar een hogere waarde te bladeren.
• naar een lagere afgebeelde waarde te gaan;
• de inhoud van een tekstveld aan de linkerkant te zien.
• naar een hogere afgebeelde waarde te gaan;
• de inhoud van een tekstveld aan de rechterkant te zien.
Scan via
ADF
Scan via flatbed
Scan via ADF Scan via flatbed
Verzenden Een groene knop geeft een keuze aan. Als er een andere waarde in
Deze beide opties op de grijze navigatiebalk geven aan dat er twee soorten scans mogelijk zijn. Er kan vanuit de ADF of via de glasplaat (flatbed) worden gescand.
een menu-item wordt aangeraakt, moet de waarde eerst worden opgeslagen voordat deze de standaardinstelling van de huidige gebruiker wordt. Raak Indienen aan om de waarde als de nieuwe standaardinstelling van de gebruiker op te slaan.
Verzenden
Zie pagina 19 voor informatie over de standaardinstellingen.
Knoppen op het aanraakscherm van het LCD-display gebruiken
13
Gebruik van de MFP-menu's
Knop Naam van de knop Functie of beschrijving
Ter ug
Ter ug
Terug Als de knop Terug deze vorm heeft, zijn er geen andere
navigatieopties op het scherm beschikbaar. U kunt alleen terug naar het vorige scherm gaan. Als er een andere keuze op de navigatiebalk wordt gemaakt, wordt het scherm gesloten.
In Voorbeeldscherm 1 bijvoorbeeld zijn alle keuzes voor het scannen gemaakt. In dat geval moet een van de voorgaande groene knoppen worden aangeraakt. De enige andere beschikbare knop is de knop Terug. Raak Terug aan om naar het vorige scherm te gaan. Alle instellingen die in Voorbeeldscherm 1 voor de scantaak zijn opgegeven, gaan verloren.
Terug Als de knop Terug deze vorm heeft, kunt u zowel naar vorige als naar
volgende schermen gaan, zodat er naast de optie Terug ook nog andere opties op het scherm beschikbaar zijn.
Knoppen op het aanraakscherm van het LCD-display gebruiken
14

Voorbeeldscherm 2

Onbekend papierformaat. Kopiëren vanuit:
Letter (8,5 x 11 inch)
Legal (8,5 x 14 inch)
Executive (7,25 x 10,5 inch)
Folio (8,5 x 13 inch)
Statement (5,5 x 8,5 inch)
A4 (210 x 297 mm)
Gebruik van de MFP-menu's
Taak annu­leren
Doorgaan

Informatie over de knoppen op het aanraakscherm van het LCD-display

Knop Naam van de knop Functie of beschrijving
Pijl-omlaag Raak de pijl-omlaag aan om omlaag te bladeren naar het
Pijl-omhoog Raak de pijl-omhoog aan om omhoog te bladeren naar het
Niet-geselecteerd keuzerondje
volgende item in een lijst, zoals in een lijst met menu-items of waarden. De pijl-omlaag wordt niet weergegeven op een scherm met een korte lijst. De pijl wordt alleen weergegeven als de lijst te lang is om volledig op het scherm te worden weergegeven. Op het laatste scherm van de lijst is de pijl-omlaag grijs om aan te geven dat deze niet actief is omdat het einde van de lijst is bereikt.
volgende item in een lijst, zoals in een lijst met menu-items of waarden. Op het eerste scherm van een lange lijst is de pijl-omhoog grijs om aan te geven dat deze niet actief is. Op het tweede scherm van de lijst is de pijl-omhoog blauw om aan te geven dat deze nu wel actief is.
Dit is een niet-geselecteerd keuzerondje.
Knoppen op het aanraakscherm van het LCD-display gebruiken
15
Gebruik van de MFP-menu's
Knop Naam van de knop Functie of beschrijving
Taak annuleren
Doorgaan
Geselecteerd keuzerondje Dit is een geselecteerd keuzerondje. Raak het keuzerondje
aan om dit te selecteren. Het keuzerondje verandert van kleur om aan te geven dat het geselecteerd is. In Voorbeeldscherm 2 is alleen het papierformaat Letter geselecteerd.
Taak annuleren Zie Taken annuleren op pagina 10.
Doorgaan Raak Doorgaan aan nadat u een menu-item of waarde op
een scherm hebt geselecteerd en u vanuit het oorspronkelijke scherm nog meer wijzigingen voor een taak wilt opgeven. Nadat u Doorgaan hebt aangeraakt, wordt het oorspronkelijke scherm weergegeven.
Als u bijvoorbeeld Kopiëren op het beginscherm aanraakt, wordt het scherm Kopiëren weergegeven. Zie Voorbeeldscherm 1 op pagina 11. In het volgende voorbeeld wordt aangegeven hoe de knop Doorgaan reageert.
1 Raak de knop Selecteren bij het vak Kopiëren naar aan.
Er wordt een ander scherm weergegeven.
2 Raak U-lader aan. Er wordt een ander scherm
weergegeven.
3 Raak Legal aan. Er wordt een ander scherm
weergegeven.
4 Raak Vol ge nd e aan. Er wordt een ander scherm
weergegeven.
5 Raak Normaal papier aan als de benodigde soort
afdrukmateriaal.
6 Raak Doorgaan aan. Het scherm Kopiëren wordt opnieuw
weergegeven. Hierin kunt u naast "Kopiëren naar" ook een aantal andere instellingen selecteren. Deze andere instellingen op het scherm Kopiëren zijn Duplex, Schalen, Intensiteit, Sorteren en Exemplaren.
Raak Doorgaan aan om naar het oorspronkelijke scherm terug te gaan en eventuele andere wijzigingen in de instellingen voor de kopieertaak aan te brengen voordat u de knop Kopiëren aanraakt om de taak te starten.
Knoppen op het aanraakscherm van het LCD-display gebruiken
16
Gebruik van de MFP-menu's
Andere knoppen op het aanraakscherm van het LCD-display
Knop Naam van de knop Functie of beschrijving
Annuleren
Gereed
Ter ug
Aangepast Biedt de mogelijkheid om een knop Aangepast te
maken op basis van de behoeften van de gebruiker.
Annuleren Met deze knop kunt u een actie of selectie annuleren,
of een scherm annuleren en naar het vorige scherm terugkeren.
Selecteren Raak deze knop aan om een menu te selecteren. Het
volgende scherm met menu-items wordt weergegeven. Raak deze knop aan om een menu-item te selecteren.
Het volgende scherm met waarden wordt weergegeven.
Gereed Met deze knop kunt u aangeven dat een taak voltooid
is. Wanneer u bijvoorbeeld een origineel document scant, kunt u hiermee aangeven dat de laatste pagina is gescand, waarna de afdruktaak begint.
Terug Raak deze knop aan als u wilt terugkeren naar het
vorige scherm zonder instellingen op het scherm op te slaan.
Opmerking: de knop Terug wordt op elk menuscherm weergegeven. Alleen op het beginscherm is de knop afwezig.
Actieve lade herstellen
Beginscherm Raak deze knop aan om naar het beginscherm terug te
keren. Opmerking: de knop Beginscherm wordt op elk
scherm weergegeven. Alleen op het beginscherm zelf is de knop afwezig.
Raadpleeg Beginscherm op pagina 8 voor meer informatie.
Actieve lade herstellen Hiermee geeft u de actieve lade op als startlade (de
eerste lade die afgedrukte uitvoer ontvangt) in een reeks gekoppelde laden.
Opmerking: deze knop wordt alleen weergegeven als de MFP gestopt is met het verwerken van een taak.
Knoppen op het aanraakscherm van het LCD-display gebruiken
17
Gebruik van de MFP-menu's
Knop Naam van de knop Functie of beschrijving
Grijs weergegeven knop Bij een dergelijke knop zijn het uiterlijk en opschrift van
Grijze knop Raak deze knop aan om de actie van het knopopschrift
de knop vaag gemaakt. Hiermee wordt aangegeven dat de knop op dit scherm niet actief of niet beschikbaar is. De knop was op het vorige scherm waarschijnlijk wel actief, maar is door de selecties die op het vorige scherm zijn gemaakt, op het huidige scherm niet meer beschikbaar.
Zie pagina 110 voor een voorbeeld.
te selecteren. Zie pagina 111 voor een voorbeeld.

Functies

Functie Naam van de functie Beschrijving
Menu's
Æ
Instellingen Æ Kopieerinstellingen
Æ Aantal
exemplaren
Menupad Boven in elk menuscherm wordt een pad weergegeven.
Dit toont de route naar het betreffende scherm en de exacte locatie binnen de menu's. U kunt elk onderstreept woord aanraken om naar het betreffende menu of menu-item terug te gaan. "Aantal exemplaren" is niet onderstreept, aangezien dit het actieve scherm is.
Als deze functie op het scherm Aantal exemplaren wordt gebruikt voordat het aantal exemplaren is ingesteld en opgeslagen, wordt de selectie niet opgeslagen en wordt dit niet de standaardinstelling van de gebruiker.
Waarschuwing interventiebericht Als er een interventiebericht wordt weergegeven
waardoor een functie als Kopiëren of Faxen wordt afgesloten, verschijnt er een knipperend rood uitroepteken op de functieknop op het beginscherm. Dit geeft aan dat er een interventiebericht wordt weergegeven.
Knoppen op het aanraakscherm van het LCD-display gebruiken
18
Gebruik van de MFP-menu's

Menu's

De eerste keer dat de MFP wordt ingeschakeld, zijn de Fabrieksinstellingen van kracht. Deze blijven van kracht totdat de instellingen worden gewijzigd. Als u de fabrieksinstellingen wilt herstellen, selecteert u de waarde Herstellen voor het menu-item Fabrieksinstellingen.
Als u een waarde of instelling selecteert en opslaat, wordt deze in het geheugen van de MFP opgeslagen. Nadat ze zijn opgeslagen, blijven deze instellingen actief totdat nieuwe instellingen worden opgeslagen of de fabrieksinstellingen worden hersteld. Deze instellingen worden standaardinstellingen van de gebruiker genoemd omdat deze per gebruiker kunnen worden geselecteerd en opgeslagen.
Opmerking: instellingen voor het faxen, scannen, e-mailen en kopiëren, evenals instellingen voor het afdrukken
vanuit een toepassing hebben voorrang boven de standaardinstellingen van de gebruiker.

Menu-overzicht

In het volgende menu-overzicht worden alle menu's en menu-items getoond die beschikbaar zijn op het bedieningspaneel. Selecteer een menu of menu-item voor meer informatie. De waarden of instellingen voor elk menu-item zijn opgenomen in de afzonderlijke beschrijvingen van de menu-items na het menu-overzicht. Er kan een extra niveau in de menuhiërarchie zijn zodat het gestructureerd is: menu, menu-item, menu-item (er kunnen nog een aantal menu-items onder een menu-item zitten), en waarden.
Klik op het gewenste menu of menu-item voor meer informatie:
Menu Papier
Standaardbron Papierformaat/­soort Configuratie U-lader Ander formaat Papierstructuur Papiergewicht Papier plaatsen Aangepaste soorten Aangepaste namen Aangepaste ladenamen Universal-instelling Lade-instelling Rapporten
Opmerking: in de volgende tabellen is de waarde waarbij een asterisk (*) wordt weergegeven de
Rapporten
Pagina Menu-instellingen Apparaatstatistieken Pagina Netwerkinstellingen Draadloze-config.pag. Snelkoppelingenlijst Faxtaaklog Kieslog faxnummers E-mailsnelkoppelingen Faxsnelkoppelingen FTP-snelkoppelingen Profielenlijst Pagina NetWare-instellingen Lettertypen afdrukken Directory afdrukken
Snelkoppelingen beheren
Faxsnelkoppelingen beheren E-mailsnelkoppelingen beheren FTP-snelkoppelingen beheren Profielsnelkoppelingen beheren
fabrieksinstelling.
Netwerk/poorten
TCP/IP IPv6 Instellingen e-mailserver Draadloos Standaardnetwerk Netwerk < x> Standaard-USB USB <x> Standaard parallel Parallel <x> Serieel <x> NetWare AppleTalk LexLink
Instellingen
Algemene instellingen Kopieerinstellingen Faxinstellingen E-mailinstellingen FTP-instellingen Afdrukinstellingen Beveiliging Datum en tijd instellen
Help-pagina's
Alles afdrukken Handleiding met informatie Kopiëren E-mail Faxe n FTP
Menu's
19
Gebruik van de MFP-menu's

Menu Papier

In het Menu Papier bepaalt u de instellingen voor het afdrukmateriaal.

Standaardbron

Met dit item stelt u de standaardinvoerlade voor het afdrukmateriaal in.
Menu-item Doel Waarden en beschrijvingen
Standaardbron Geeft de standaardinvoerlade voor
het afdrukmateriaal aan.
Lade <x> Als u afdrukmateriaal van hetzelfde
U-lader
Enveloppenlader
Handm. invoer pap.
Handm. invoer env.
formaat en dezelfde soort gebruikt in twee invoerladen (en voor papierformaat en papiersoort de juiste waarden zijn ingesteld), worden de invoerladen automatisch gekoppeld. Als één lade leeg is, wordt het afdrukmateriaal automatisch vanuit de andere lade ingevoerd.
Lade 1 is de standaardinstelling. x staat voor het ladenummer,
bijvoorbeeld Lade 1 voor de standaardlade en Lade 2 voor een optionele lade.
Opmerking: de waarde van de U-lader, oftewel de universeellader, wordt alleen weergegeven wanneer Configuratie U-lader is ingesteld op Cassette. zie Configuratie U-lader voor meer informatie.

Papierformaat/-soort

Opmerking: bij dit menu-item worden alleen de geïnstalleerde invoerladen met afdrukmateriaal weergegeven.
Met deze menu-items stelt u het formaat en de soort in van het afdrukmateriaal dat in een lade, de U-lader of de sleuf voor handmatige invoer is geplaatst. Het instellen van het formaat en de soort van het afdrukmateriaal gebeurt in twee stappen. In het eerste menu-item wordt Formaat vetgedrukt weergegeven. Nadat u het formaat hebt geselecteerd, verandert het scherm en wordt Soort vetgedrukt weergegeven. U kunt vervolgens de soort afdrukmateriaal selecteren.
Menu-item Doel Waarden en beschrijvingen
Formaat lade <x> Hiermee wordt het standaardformaat
voor elke invoerlade vastgesteld. Er worden alleen geïnstalleerde
invoerladen weergegeven. Opmerking: bij laden met
automatische formaatdetectie wordt alleen de waarde weergegeven die door de hardware is gedetecteerd.
A4* (niet-VS) A5 B5 (JIS) Letter* (VS) Legal Executive Folio Statement Universal
Als u afdrukmateriaal van hetzelfde formaat en dezelfde soort in twee invoerladen gebruikt (en voor papierformaat en papiersoort de juiste waarden zijn ingesteld), worden de invoerladen automatisch gekoppeld. Als één lade leeg is, wordt het afdrukmateriaal automatisch vanuit de andere lade ingevoerd.
zie Soort lade <x> voor meer informatie.
Menu Papier
20
Gebruik van de MFP-menu's
Menu-item Doel Waarden en beschrijvingen
Soort lade <x> Hiermee wordt de soort
afdrukmateriaal in elke invoerlade vastgesteld.
Opmerking: als u zelf een naam hebt opgegeven, wordt deze weergegeven in plaats van Aangepast <x>. Als twee of meer aangepaste soorten dezelfde naam hebben, verschijnt deze naam slechts één keer in de lijst met papiersoorten.
Formaat U-lader Hiermee stelt u het formaat van het
afdrukmateriaal in de universeellader vast.
Soort U-lader Hiermee stelt u de soort van het
afdrukmateriaal in de universeellader vast.
Opmerking: als u zelf een naam hebt opgegeven, wordt deze weergegeven in plaats van Aangepast <x>. Als twee of meer aangepaste soorten dezelfde naam hebben, verschijnt deze naam slechts één keer in de lijst met papiersoorten.
Norm. papier Karton Transparanten Etiketten Vinyletiketten Bankpost Briefhoofd Voorbedrukt Gekleurd papier Aangepast <x>
(waarbij x voor 1-6 staat)
A4 (niet-VS)* A5 B5 (JIS) Letter (VS)* Legal Executive Folio Statement Universal 7 3/4-envelop 9-envelop 10-envelop DL-envelop B5-envelop C5-envelop Andere envelop
Normaal papier* Karton Transparanten Etiketten Vinyletiketten Bankpost Envelop Briefhoofd Voorbedrukt Gekleurd papier Aangepast <x>
(waarbij x voor 1–6 staat)
U gebruikt dit menu-item voor het volgende:
• optimalisatie van de afdrukkwaliteit voor het opgegeven afdrukmateriaal
• selectie van invoerladen vanuit de softwaretoepassing door de soort te selecteren
• automatische koppeling van invoerladen
Als u de juiste waarden hebt ingesteld voor papiersoort en papierformaat, worden invoerladen met afdrukmateriaal van dezelfde soort en hetzelfde formaat automatisch door de MFP gekoppeld.
De universeellader wordt alleen weergegeven op het bedieningspaneel als Configuratie U-lader is ingesteld op Cassette.
Opmerking: zie Configuratie U-lader voor meer informatie.
De universeellader wordt alleen weergegeven op het bedieningspaneel als Configuratie U-lader is ingesteld op Cassette.
Aangepast 6 is de fabrieksinstelling voor Aangepaste soorten.
Opmerking: zie Configuratie U-lader voor meer informatie.
Menu Papier
21
Gebruik van de MFP-menu's
Menu-item Doel Waarden en beschrijvingen
Env.lader formaat Hiermee stelt u het formaat van de
Env.lader soort Hiermee stelt u de soort enveloppen
Papierformaat handm. invoer
Papiersoort handm. invoer
enveloppen in de enveloppenlader vast.
Dit menu-item wordt alleen weergegeven als de optionele enveloppenlader is geïnstalleerd.
in de enveloppenlader vast. Dit menu-item wordt alleen
weergegeven als de optionele enveloppenlader is geïnstalleerd.
Hiermee wordt het formaat aangegeven van het afdrukmateriaal dat handmatig wordt geplaatst.
Hiermee wordt de soort aangegeven van het afdrukmateriaal dat handmatig wordt geplaatst.
7 3/4-envelop 9-envelop 10-envelop* (VS) DL-envelop* (niet-VS) C5-envelop B5-envelop Andere envelop
Envelop Aangepast <x>
(waarbij x voor 1–6 staat)
A4* (niet-VS) A5 B5 (JIS) Letter* (VS) Legal Executive Folio Statement Universal
Normaal papier* Karton Transparanten Etiketten Vinyletiketten Bankpost Briefhoofd Voorbedrukt Gekleurd papier Aangepast <x> (waarbij x voor 1–6 staat)
Opmerking: als u zelf een naam hebt opgegeven, wordt deze weergegeven in plaats van Aangepast <x>. Als twee of meer aangepaste soorten dezelfde naam hebben, staat deze naam slechts één keer in de lijst met soorten enveloppenladers.
Envelopformaat handm. invoer
Envelopsoort handm. invoer
Hiermee wordt het envelopformaat aangegeven dat handmatig wordt geplaatst.
Hiermee wordt de envelopsoort aangegeven die handmatig wordt geplaatst.
Menu Papier
7 3/4-envelop 9-envelop 10-envelop (VS)* DL-envelop (niet-VS)* B5-envelop C5-envelop Andere envelop
Envelop* Aangepast <x> (waarbij x voor 1–6 staat)
22
Gebruik van de MFP-menu's
Configuratie U-lader
Met dit menu-item configureert u de universeellader als een extra invoerlade of handmatige invoer. Als de universeellader is gekoppeld aan een andere lade, kan de MFP afdrukmateriaal vanuit de U-lader invoeren alvorens afdrukmateriaal vanuit een andere lade in te voeren.
Menu-item Doel Waarden en beschrijvingen
Configuratie U-lader
Hiermee bepaalt u wanneer de MFP afdrukmateriaal vanuit de universeellader dient in te voeren.
Cassette* De MFP behandelt de
universeellader op dezelfde wijze als elke andere lade. Als voor een afdruktaak afdrukmateriaal van een formaat of soort wordt gevraagd dat alleen in de universeellader aanwezig is, gebruikt de MFP afdrukmateriaal uit de universeellader voor de taak.
Handmatig De MFP behandelt de
universeellader op dezelfde wijze als een lade voor handmatige invoer. Er wordt Vul handm. invoer weergegeven als er een enkel vel afdrukmateriaal in de lader moet worden geplaatst.
Eerst MFP neemt afdrukmateriaal uit de
universeellader totdat deze leeg is, ongeacht welke invoerlade of welk formaat voor de taak werd aangevraagd.

Ander formaat

Met dit menu-item bepaalt u of de MFP afdrukmateriaal van een ander formaat kan gebruiken als het gevraagde formaat niet is geïnstalleerd in een van de invoerladen. Als Ander formaat bijvoorbeeld is ingesteld op Letter/A4 en alleen papier van Letter-formaat in de MFP is geplaatst, gebruikt de MFP Letter in plaats van A4 wanneer het verzoek binnenkomt om af te drukken op A4-papier. De MFP drukt de taak af in plaats van een verzoek weer te geven voor het plaatsen van A4-papier.
Menu-item Doel Waarden en beschrijvingen
Ander formaat De MFP vervangt het opgegeven
afdrukmateriaalformaat als het gevraagde formaat niet is geplaatst.
Uit De MFP vraagt de gebruiker om het
gevraagde papierformaat te plaatsen. Het papier mag niet door andere formaten worden vervangen.
Statement/A5 Drukt taken van A5-formaat af op
papier van Statement-formaat als er alleen papier van Statement-formaat is geplaatst, en drukt taken van Statement-formaat af op A5-papier als er alleen A5-papier is geplaatst.
Letter/A4 Drukt taken van A4-formaat af op
papier van Letter-formaat als er alleen papier van Letter-formaat is geplaatst, en drukt taken van Letter-formaat af op A4-papier als er alleen A4-papier is geplaatst.
Alles in lijst* Vervangt zowel Letter/A4 als
Statement/A5, zodat alle beschikbare vervangingen toegestaan zijn.
Menu Papier
23
Gebruik van de MFP-menu's
Papierstructuur
Met dit menu-item stelt u de structuur van het afdrukmateriaal in voor elk van de opgegeven soorten afdrukmateriaal. Hiermee kan de afdrukkwaliteit voor het opgegeven afdrukmateriaal worden geoptimaliseerd in de MFP.
Menu-item Doel Waarden en beschrijvingen
Normale structuur Hiermee wordt de structuur
Structuur transparant
Structuur glossy
Structuur etiketten
Structuur bankpost
Structuur envelop
Structuur briefhoofd
Structuur voorbedrukt
Structuur gekleurd
Structuur vinyletiketten
Structuur karton Hiermee wordt de structuur
Structuur aangepast <x>
aangegeven van het aangepaste afdrukmateriaal dat in een specifieke invoerlade is geplaatst.
Hiermee wordt de structuur aangegeven van de vinyletiketten die in een specifieke invoerlade zijn geplaatst.
aangegeven van het karton dat in een specifieke invoerlade is geplaatst.
Hiermee wordt de structuur aangegeven van het aangepaste afdrukmateriaal dat in een specifieke invoerlade is geplaatst. (x staat voor 1–6.)
Glad Normaal* Ruw
Glad Normaal* Ruw
Glad Normaal* Ruw
Glad Normaal* Ruw
Opmerking: de standaardinstelling voor Structuur bankpost is Ruw.
Wordt weergegeven als vinyletiketten worden ondersteund in de opgegeven invoerlade.
Wordt weergegeven als karton wordt ondersteund in de opgegeven invoerlade.
Wordt weergegeven als aangepast afdrukmateriaal wordt ondersteund in de opgegeven invoerlade.
Menu Papier
24
Gebruik van de MFP-menu's

Papiergewicht

Met deze menu-items stelt u het papiergewicht in voor elk van de opgegeven soorten afdrukmateriaal. Hiermee kan de afdrukkwaliteit voor het opgegeven gewicht van het afdrukmateriaal worden geoptimaliseerd in de MFP.
Menu-item Doel Waarden en beschrijvingen
Gewicht normaal Hiermee bepaalt u het relatieve
Gewicht karton
Gewicht transparanten
Gewicht etiketten
Gewicht bankpost
Gewicht envelop
Gewicht briefhoofd
Gewicht voorbedrukt
Gewicht gekleurd
Gewicht vinyletiketten
Gewicht aangepast <x>
gewicht van het afdrukmateriaal in een specifieke invoerlade om te zorgen dat de toner goed aan het papier hecht.
Hiermee wordt het relatieve gewicht aangegeven van de vinyletiketten die in een specifieke invoerlade zijn geplaatst.
Hiermee wordt het relatieve gewicht aangegeven van het aangepaste papier dat in een specifieke invoerbron is geplaatst. (x staat voor 1–6.)

Papier plaatsen

Licht Normaal* Zwaar
Licht Normaal* Zwaar
Licht Normaal* Zwaar
Opmerking: karton wordt alleen op het bedieningspaneel weergegeven als dit afdrukmateriaal in een gespecificeerde invoerlade wordt ondersteund.
Wordt weergegeven als vinyletiketten een ondersteunde soort zijn.
Wordt weergegeven als aangepast afdrukmateriaal wordt ondersteund in de opgegeven invoerlade.
Met deze menu-items stelt u de richting in van elk soort afdrukmateriaal dat u plaatst. U kunt voorbedrukt afdrukmateriaal plaatsen en vervolgens op de MFP aangeven dat het afdrukmateriaal is geplaatst voor dubbelzijdig afdrukken. Gebruik de toepassingssoftware om enkelzijdig afdrukken aan te geven. Als enkelzijdig afdrukken is geselecteerd, voegt de MFP automatisch blanco pagina's in om de enkelzijdige afdruktaak correct af te drukken.
Menu Papier
25
Gebruik van de MFP-menu's
Papier plaatsen wordt alleen op het bedieningspaneel weergegeven als er een duplexeenheid is geïnstalleerd.
Menu-item Doel Waarden en beschrijvingen
Karton laden Hiermee verwerkt u op correcte wijze
Etiketten laden
Bankpostpapier laden
Briefhoofdpap. laden
Voorbedrukt plaatsen
Gekleurd papier laden
Vinyletiketten plaatsen
specifiek voorbedrukt afdrukmateriaal, ongeacht of het een dubbelzijdige of enkelzijdige afdruktaak betreft.
Duplex Uit*
Duplex Uit*
Duplex is bestemd voor het dubbelzijdig afdrukken op afdrukmateriaal, terwijl Uit aangeeft dat het dubbelzijdig afdrukken is uitgeschakeld.
Wordt weergegeven als vinyletiketten worden ondersteund in de opgegeven invoerlade.
Aangepast <x> laden
Hiermee verwerkt u op correcte wijze voorbedrukt aangepast papier, ongeacht of het een dubbelzijdige of enkelzijdige afdruktaak betreft. (x staat voor 1–6.)
Duplex Uit*
Wordt weergegeven als aangepast afdrukmateriaal wordt ondersteund in de opgegeven invoerlade.

Aangepaste soorten

Met dit menu-item geeft u een naam op voor elke aangepaste papiersoort. U kunt namen toewijzen met behulp van een hulpprogramma zoals MarkVision of vanaf het bedieningspaneel.
Menu-item Doel Waarden en beschrijvingen
Aangepast <x> Hiermee geeft u de soort
afdrukmateriaal op voor elk van de beschikbare aangepaste soorten in het menu Papiersoort.
Papier* Karton Transparanten Etiketten Vinyletiketten Envelop
U kunt alleen een door de gebruiker gedefinieerde naam toewijzen als de aangepaste soort afdrukmateriaal wordt ondersteund in de aangegeven invoerlade.
Nadat de naam is toegewezen, wordt deze naam weergegeven in plaats van Aangepast <x>.

Aangepaste namen

Met dit menu-item geeft u een aangepaste naam op voor elk aangepast afdrukmateriaal.
Menu-item Doel Waarden en beschrijvingen
<door gebruiker opgegeven aangepaste naam>
Hiermee geeft u de naam op voor het afdrukmateriaal dat aan elke Aangepaste naam <x> in het menu Papiersoort is gekoppeld en waarbij x voor 1–6 staat.
[door gebruiker opgegeven naam], zoals:
Stefans etiketten Anna’s karton
U kunt alleen een door de gebruiker gedefinieerde naam toewijzen als het aangepaste afdrukmateriaal dat in de aangegeven invoerlade is geplaatst, een ondersteunde soort afdrukmateriaal is.
Menu Papier
26
Gebruik van de MFP-menu's

Aangepaste ladenamen

Met dit menu-item geeft u een aangepaste naam op voor elke uitvoerlade op basis van een persoon of de soort afdrukmateriaal die is toegewezen aan een bepaalde uitvoerlade.
Menu-item Doel Waarden en beschrijvingen
<door gebruiker opgegeven aangepaste ladenaam>
Hiermee geeft u de aangepaste naam op voor uitvoerlade <x> waarbij x een cijfer is tussen de 1 en de 10, afhankelijk van het MFP-model of de optionele finisher (indien aangesloten).
[door gebruiker opgegeven naam], zoals:
Uitvoerlade van <naam bedrijf>
Uitvoerlade van <naam advocaat>
Anna's uitvoerlade Stefans uitvoerlade
U kunt alleen een door de gebruiker gedefinieerde naam toewijzen als het soort afdrukmateriaal wordt ondersteund in de toegewezen aangepaste uitvoerlade.
Menu Papier
27
Gebruik van de MFP-menu's

Universal-instelling

Met deze menu-items geeft u de hoogte en breedte op voor het universele papierformaat. Als u de hoogte en breedte voor het universele papierformaat opgeeft, gebruikt de MFP de Universal-instelling op dezelfde wijze als andere papierformaten, met inbegrip van ondersteuning voor dubbelzijdig afdrukken en n per vel. Zie N/vel afdrukken voor meer informatie over n per vel.
Menu-item Doel Waarden en beschrijvingen
Maateenheden Hiermee bepaalt u de maateenheid
die wordt gebruikt voor het invoeren van de universele hoogte en breedte.
Inch Millimeter
In de VS wordt standaard gebruikgemaakt van inches, terwijl millimeter de internationale standaardinstelling is.
Breedte Staand Hiermee stelt u de staande breedte
van het universele afdrukmateriaal in. Opmerking: als de ingestelde
waarde groter is dan de maximale breedte, gebruikt de MFP de maximale toegestane breedte in inches of millimeters.
Hoogte Staand Hiermee stelt u de staande hoogte
van het universele afdrukmateriaal in. Opmerking: als de ingestelde
waarde groter is dan de maximale hoogte, gebruikt de MFP de maximale toegestane hoogte in inches of millimeters.
Invoerrichting Hiermee geeft u de invoerrichting van
het universele papierformaat op.
76–360 mm in stappen van 1 mm
76–360 mm in stappen van 1 mm
Korte zijde* Lange zijde
Hiermee geeft u aan welke instelling voor de maateenheid moet worden gebruikt: inches of millimeters. In de VS wordt standaard 8,5 inch gebruikt, terwijl internationaal 216 mm als standaardwaarde wordt gehanteerd.
Hiermee geeft u aan welke instelling voor de maateenheid moet worden gebruikt: inches of millimeters. In de VS wordt standaard 14 inch gebruikt, terwijl internationaal 356 mm als standaardwaarde wordt gehanteerd.
Invoerrichting wordt alleen weergegeven als er een waarde voor Lange zijde beschikbaar is. Lange zijde is beschikbaar als de langste zijde korter is dan de maximale fysieke breedte die de lade ondersteunt.
Zie Bindzijde duplex op pagina 85 voor meer informatie over korte en lange zijden.

Lade-instelling

Met dit menu-item geeft u de uitvoerlade op voor het afgedrukte materiaal. Dit menu-item wordt alleen weergegeven als er ten minste één optionele uitvoerlade is geïnstalleerd. Alleen geïnstalleerde uitvoerladen worden weergegeven.
Menu-item Doel Waarden en beschrijvingen
Uitvoerlade Hiermee geeft u de
standaardlade voor afgedrukte materiaal op.
Het aantal laden in de lijst wordt bepaald door het aantal laden dat is geïnstalleerd.
Standaardlade* Lade 1 Lade 2 Lade 3 Lade 4 Lade 5 Lade 6 Lade 7 Lade 8 Lade 9 Lade 10
Menu Papier
28
Als u zelf een naam hebt opgegeven voor een uitvoerlade, dan wordt deze naam weergegeven.
Opmerking: als meerdere laden dezelfde naam hebben, verschijnt deze naam slechts één keer in de lijst Uitvoerlade.
Gebruik van de MFP-menu's
Menu-item Doel Waarden en beschrijvingen
Laden configureren
Soort/lade toewijzen
Overlooplade Hiermee stuurt u afdruktaken
Hiermee bepaalt u welke uitvoerlade(n) de MFP gebruikt voor een bepaalde afdruktaak.
Hiermee stuurt u afdruktaken naar een bepaalde uitvoerlade op basis van de gewenste papiersoort.
Opmerking: dit menu-item wordt alleen weergegeven als Laden configureren verschijnt en is ingesteld op Mailbox of Toewijzing soort.
Als u zelf een naam hebt opgegeven, wordt deze weergegeven in plaats van Lade aangepast <x>. Als twee of meer uitvoerladen dezelfde naam hebben, verschijnt deze naam slechts één keer in de lijst Soort/lade toewijzen.
naar een bepaalde uitvoerlade op basis van de gewenste papiersoort.
Mailbox* Afdruktaken worden naar de
Koppelen Twee of meer uitvoerladen worden
Koppeling optioneel
Uitvoer is vol Afdruktaken worden naar de
Toewijzing soort Alle optionele uitvoerladen worden
Lade normaal papier Uitgeschakeld*
Lade karton
Lade transparanten
Lade etiketten
Lade bankpost
Lade envelop
Lade briefhoofd
Lade voorbedrukt
Lade gekleurd
Lade aangepast <x> (waarbij <x> een getal is tussen 1 en 10)
Standaardlade* Lade 1 Lade 2 Lade 3 Lade 4 Lade 5 Lade 6 Lade 7 Lade 8 Lade 9 Lade 10
uitvoerlade gestuurd die aan de betreffende gebruiker is toegewezen.
gekoppeld, zodat ze als één grote lade functioneren. Als een gekoppelde uitvoerlade vol is, begint de MFP de volgende gekoppelde lade te vullen, en gaat vervolgens verder met het één voor één vullen van alle gekoppelde laden.
Opmerking: de waarde Koppeling optioneel wordt alleen weergegeven als er ten minste twee optionele uitvoerladen zijn geïnstalleerd.
uitvoerlade gestuurd die aan een bepaalde gebruiker is toegewezen. Vervolgens worden de afdruktaken naar de toegewezen overlooplade gestuurd.
gekoppeld tot één grote lade, maar de standaarduitvoerlade blijft afzonderlijk adresseerbaar.
Standaardlade Lade 1 Lade 2 Lade 3 Lade 4 Lade 5 Lade 6 Lade 7 Lade 8 Lade 9 Lade 10
Opmerking: alleen geïnstalleerde uitvoerladen worden weergegeven. Als Laden configureren is ingesteld op Toewijzing soort, dan wordt standaard de standaardlade gebruikt.
Opmerking: alleen geïnstalleerde uitvoerladen worden weergegeven. als meerdere laden dezelfde naam hebben, verschijnt deze naam slechts één keer in de lijst Uitvoerlade.
Menu Papier
29
Gebruik van de MFP-menu's

Rapporten

Opmerking: nadat een rapport is afgedrukt, wordt het beginscherm opnieuw weergegeven.
Elk rapport wordt afgedrukt met behulp van bepaalde standaardafdrukwaarden, zoals:
één exemplaar
afdrukstand Staand
afdrukresolutie van 600 dpi (dots per inch)
normaal afdrukgebied
geen scheidingsvellen
dubbelzijdig afdrukken uitgeschakeld
meerdere pagina's per vel uitgeschakeld
tonerintensiteit ingesteld op vier
afdrukmateriaal uit de standaardinvoerlade van de gebruiker
Rapporten
30
Loading...
+ 116 hidden pages