Hartelijk dank voor uw aankoop van de TASKalfa 250ci/300ci/400ci/500ci/552ci.
Deze gebruikershandleiding is bedoeld om u te helpen het apparaat correct te bedienen, het basisonderhoud uit
te voeren en zo nodig eenvoudige problemen op te lossen, zodat u uw apparaat steeds in optimale staat kunt
gebruiken.
Lees deze gebruikershandleiding aandachtig voor u het apparaat gaat gebruiken. Bewaar de handleiding in de
buurt van het apparaat zodat u deze snel kunt raadplegen.
Wij raden u aan vervangartikelen van ons eigen merk te gebruiken. Wij zijn niet aansprakelijk voor schade ten
gevolge van het gebruik van artikelen van andere fabrikanten in dit apparaat.
Een in de afbeelding weergegeven etiket garandeert dat de verbruiksartikelen van ons eigen merk zijn.
In deze bedieningshandleiding wordt er naar TASKalfa 250ci/300ci/400ci/500ci/552ci verwezen als
respectievelijk 25/25 ppm model, 30/30 ppm model, 40/40 ppm model, 50/40 ppm model, en 55/50 ppm model.
Meegeleverde handleidingen
Bij dit apparaat worden de volgende handleidingen geleverd. Raadpleeg ze wanneer nodig.
Gebruikershandleiding (deze handleiding)
Beschrijving over het plaatsen van papier, basishandelingen voor kopiëren, afdrukken en scannen en het
oplossen van problemen.
Page 3
Veiligheidsaanduidingen in deze handleiding
De delen van deze handleiding en onderdelen van het apparaat die zijn aangeduid met symbolen, bevatten
veiligheidswaarschuwingen ter bescherming van de gebruiker, andere personen en voorwerpen in de buurt. Ze
zijn ook bedoeld voor een correct en veilig gebruik van het apparaat. De symbolen met hun betekenis worden
hieronder beschreven.
WAARSCHUWING: Dit geeft aan dat wanneer u onvoldoende
aandacht besteedt aan of u zich niet op de juiste wijze houdt aan
de betreffende punten, dit kan leiden tot ernstig letsel of zelfs
levensgevaar.
VOORZICHTIG: Dit geeft aan dat wanneer u onvoldoende
aandacht besteedt aan of u zich niet op de juiste wijze houdt aan
de betreffende punten, dit kan leiden tot lichamelijk letsel of
mechanische beschadiging.
Symbolen
Het symbool U geeft aan dat het betreffende deel veiligheidswaarschuwingen bevat. Specifieke
aandachtspunten worden binnenin het symbool aangegeven.
.... [Algemene waarschuwing]
.... [Waarschuwing voor gevaar van elektrische schokken]
.... [Waarschuwing voor hoge temperatuur]
Het symbool geeft aan dat het betreffende deel informatie bevat over niet-toegestane handelingen.
Specifieke informatie over de niet-toegestane handeling wordt binnenin het symbool aangegeven.
.... [Waarschuwing voor niet-toegestane handeling]
.... [Demontage verboden]
Het symbool z geeft aan dat het betreffende deel informatie bevat over handelingen die moeten worden
uitgevoerd. Specifieke informatie over de vereiste handeling wordt binnenin het symbool aangegeven.
.... [Waarschuwing voor vereiste handeling]
.... [Haal de stekker uit het stopcontact]
.... [Sluit het apparaat altijd aan op een geaard stopcontact]
Neem contact op met uw servicevertegenwoordiger om een vervanging te bestellen als de
veiligheidswaarschuwingen in deze gebruikershandleiding onleesbaar zijn of als de handleiding zelf ontbreekt
(tegen betaling).
OPMERKING: Originele documenten die heel erg op een bankbiljet lijken kunnen mogelijkerwijs niet goed
gekopieerd worden omdat dit apparaat voorzien is van een functie die valsmunterij voorkomt.
Er zijn ten behoeve van de veiligheid op de volgende plaatsen waarschuwingsetiketten op het apparaat
aangebracht. Voorkom brand of elektrische schokken bij het verhelpen van een papierstoring of wanneer u de
toner vervangt.
Hoge temperaturen binnenin het
apparaat. Raak geen onderdelen in
dit gebied aan, want er bestaat
kans op brandwonden.
Raak de steun van de
documenttoevoer niet aan. Het
gevaar bestaat dat uw vingers of
andere voorwerpen erin bekneld
raken, met letsel tot gevolg.
Etiket binnenin het
apparaat (waarschuwing
voor laserstraling)
Hoge temperaturen
binnenin het apparaat.
Raak geen onderdelen in
dit gebied aan, want er
bestaat kans op
brandwonden.
Verbrand de toner en tonercontainer
niet. Dit kan gevaarlijke vonken doen
ontstaan die brandwonden kunnen
veroorzaken.
Hoge temperaturen binnenin het apparaat. Raak geen
onderdelen in dit gebied aan,
want er bestaat kans op brandwonden.
iv
OPMERKING: Verwijder deze etiketten niet.
Page 7
Voorzorgsmaatregelen bij de installatie
Omgeving
VOORZICHTIG
Plaats het apparaat niet op of in plaatsen die niet stabiel of vlak zijn. Op dergelijke plaatsen kan het
apparaat omvallen. Dergelijke situaties leveren gevaar voor lichamelijk letsel of beschadiging van de
apparatuur op.
Plaats het apparaat niet op vochtige, stoffige of vuile locaties. Wanneer er stof of vuil op de stekker is
terechtgekomen, moet u deze reinigen om gevaar voor brand of elektrische schokken te voorkomen.
Plaats het apparaat niet in de buurt van radiatoren, kachels of andere warmtebronnen of in de buurt
van ontvlambare voorwerpen om brandgevaar te voorkomen.
Laat ruimte vrij, zoals hieronder wordt aangegeven, om het apparaat koel te houden en het vervangen
van onderdelen en het onderhoud te vergemakkelijken. Laat met name rond de achterklep voldoende
ruimte vrij, zodat de lucht het apparaat gemakkelijk kan verlaten.
10 cm
30 cm
100 cm
30 cm
Overige voorzorgsmaatregelen
De geschikte bedrijfsomgeving voor het apparaat is:
•Temperatuur: 10 tot 32,5 °C, maar de vochtigheid moet 70% of minder zijn als de temperatuur 32,5°C is.
•Relatieve luchtvochtigheid: 15 tot 80%, maar de temperatuur moet 30°C of minder zijn als de vochtigheid
80% is.
Een ongeschikte bedrijfsomgeving kan de beeldkwaliteit beïnvloeden. Wij adviseren u om het apparaat te
gebruiken bij een temperatuur van circa 16 tot 27°C of minder en bij een vochtigheid van circa 36 tot 65%.
Bovendien, vermijd de volgende plaatsen als installatieplaats voor het apparaat.
Het apparaat detecteert automatisch of de temperatuur te hoog of te laag is en geeft het volgende bericht weer.
Bericht: "Waarschuwing voor hoge temperatuur. Pas de kamertemperatuur aan." of "Waarschuwing voor lage
temperatuur. Pas de kamertemperatuur aan."
v
Page 8
Om het apparaat onder optimale omstandigheden te gebruiken, moet u de temperatuur en de vochtigheid in de
kamer aanpassen als het bericht verschijnt.
•Vermijd plaatsen in de buurt van een raam of direct in het zonlicht.
•Vermijd plaatsen met trillingen.
•Vermijd plaatsen met sterke temperatuurschommelingen.
•Vermijd plaatsen met directe blootstelling aan warme of koude lucht.
•Vermijd slecht geventileerde plaatsen.
Als de vloer niet bestand is tegen zwenkwieltjes, is het mogelijk dat de vloer beschadigd raakt wanneer het
apparaat na de installatie wordt verplaatst.
Tijdens het kopiëren komen er kleine hoeveelheden ozon vrij, maar deze hoeveelheden vormen geen
gezondheidsrisico. Als het apparaat echter langere tijd in een slecht geventileerde ruimte wordt gebruikt of
wanneer er een zeer groot aantal kopieën wordt gemaakt, kan de geur onaangenaam worden. Een geschikte
omgeving voor kopieerwerk moet goed geventileerd zijn.
Voeding/aarding van het apparaat
WAARSCHUWING
Gebruik geen voedingsbron met een ander voltage dan aangegeven. Sluit niet meerdere apparaten
op één stopcontact aan. Dergelijke situaties leveren gevaar voor brand of elektrische schokken op.
Sluit het netsnoer stevig aan op het stopcontact en op de voedingsaansluiting van het apparaat. Als
er stof rond de pinnen van de stekker zit of als de pinnen in contact komen met metalen voorwerpen,
dan kan dit brand of elektrische schokken veroorzaken. Slecht elektrisch contact kan oververhitting en
brand veroorzaken.
Sluit het apparaat altijd aan op een geaard stopcontact, om het gevaar voor brand of elektrische
schokken bij kortsluiting te voorkomen. Neem contact op met uw servicevertegenwoordiger als een
geaarde aansluiting niet mogelijk is.
Overige voorzorgsmaatregelen
Sluit de stekker aan op het dichtstbijzijnde stopcontact.
Gebruik van plastic zakken
WAARSCHUWING
Houd de plastic zakken die bij het apparaat worden gebruikt uit de buurt van kinderen. Het plastic kan
aan neus en mond vast blijven zitten en verstikking veroorzaken.
vi
Page 9
Voorzorgsmaatregelen voor gebruik
Waarschuwingen bij het gebruik van het apparaat
WAARSCHUWING
Plaats geen metalen voorwerpen of voorwerpen die water bevatten (vazen, bloempotten, kopjes, enz.)
op of in de buurt van het apparaat. Dit vormt een risico voor brand of elektrische schokken mocht het
water in het apparaat terechtkomen.
Haal geen panelen van het apparaat, omdat er dan kans bestaat op elektrische schokken als gevolg
van de hoge spanning in het apparaat.
Zorg dat het netsnoer niet beschadigd raakt of breekt en probeer het niet te repareren. Plaats geen
zware voorwerpen op het snoer, trek er niet onnodig aan en veroorzaak geen andere schade.
Dergelijke situaties leveren gevaar voor brand of elektrische schokken op.
Probeer het apparaat of onderdelen ervan nooit te repareren of te demonteren, omdat er dan gevaar
voor brand, elektrische schokken of blootstelling aan laserstraling bestaat. Als de laserstraal buiten
het apparaat komt, kan deze blindheid veroorzaken.
Als het apparaat uitzonderlijk heet wordt, als er rook uit het apparaat komt, als er een vreemde geur
ontsnapt of als er zich een andere ongewone situatie voordoet, bestaat er gevaar voor brand of
elektrische schokken. Zet de hoofdschakelaar onmiddellijk uit, haal de stekker uit het stopcontact en
neem contact op met uw servicevertegenwoordiger.
Als er schadelijke voorwerpen (paperclips, water, andere vloeistoffen, enz.) in het apparaat
terechtkomen, moet u onmiddellijk de hoofdschakelaar uitzetten. Vervolgens moet u direct de stekker
uit het stopcontact halen, om gevaar voor brand of elektrische schokken te voorkomen. Neem hierna
contact op met uw servicevertegenwoordiger.
Zorg ervoor dat u de stekker niet met natte handen in het stopcontact steekt of eruit haalt, omdat er
dan gevaar voor elektrische schokken bestaat.
Neem altijd contact op met uw servicevertegenwoordiger voor onderhoud of reparatie van interne
onderdelen.
vii
Page 10
VOORZICHTIG
Trek niet aan het netsnoer wanneer u het uit het stopcontact haalt. Als u aan het netsnoer trekt,
kunnen de draden breken en bestaat er gevaar voor brand of elektrische schokken. (Pak altijd de
stekker vast wanneer u het netsnoer uit het stopcontact wilt trekken.)
Haal altijd de stekker uit het stopcontact wanneer u het apparaat verplaatst. Als het netsnoer
beschadigd raakt, bestaat er gevaar voor brand of elektrische schokken.
Houd het apparaat altijd alleen vast bij de daarvoor bestemde plaatsen wanneer u het optilt of
verplaatst.
Als u dit apparaat gedurende langere tijd niet gebruikt (bijvoorbeeld 's nachts), zet het dan uit met de
hoofdschakelaar. Als u het apparaat nog langer niet gebruikt (bijvoorbeeld tijdens de vakantie), haal
dan om veiligheidsredenen de stekker uit het stopcontact. Als de optionele faxkit geïnstalleerd is en u
zet het apparaat uit met de hoofdsachakelaar, dan is het versturen en ontvangen van faxen uitgeschakeld.
Haal om veiligheidsredenen altijd de stekker uit het stopcontact wanneer u het apparaat reinigt.
Als zich in het apparaat stof ophoopt, bestaat er gevaar voor brand of andere problemen. Het wordt
daarom aanbevolen uw servicevertegenwoordiger te raadplegen voor het reinigen van interne
onderdelen. Dit is met name effectief als u dit laat doen voorafgaand aan een periode van hoge
luchtvochtigheid. Raadpleeg uw servicevertegenwoordiger met betrekking tot de kosten voor het
reinigen van de interne onderdelen van het apparaat.
Overige voorzorgsmaatregelen
Plaats geen zware voorwerpen op het apparaat en veroorzaak geen andere schade aan het apparaat.
Tijdens het kopiëren mag u de voorklep niet openen, de hoofdschakelaar uitzetten of de stekker uittrekken.
Neem contact op met uw servicevertegenwoordiger wanneer het apparaat moet worden opgetild of verplaatst.
Wanneer u het apparaat verplaatst, draai dan de vier hoogteregelaars van de papierinvoer tot ze de grond raken
zodat het apparaat stabiel staat.
Raak geen elektrische onderdelen zoals connectoren of printplaten aan. Deze kunnen beschadigd raken door
statische elektriciteit.
Probeer geen handelingen te verrichten die niet in deze handleiding zijn beschreven.
Voorzichtig: Het gebruik van bedieningselementen of regelaars of de uitvoering van procedures anders dan in
deze handleiding beschreven, kan leiden tot blootstelling aan gevaarlijke straling.
Kijk niet rechtstreeks in het licht van de scanlamp. Dit kan vermoeidheid of pijn aan uw ogen veroorzaken.
Dit apparaat is uitgerust met een harde schijf. Probeer het apparaat niet te verplaatsen wanneer de stroom nog
is ingeschakeld. Aangezien schokken of trillingen als gevolg hiervan schade aan de harde schijf kunnen
veroorzaken, moet u ervoor zorgen dat u de stroom uitschakelt voordat u het apparaat probeert te verplaatsen.
Als zich een probleem voordoet met de harde schijf van het apparaat, kunnen opgeslagen gegevens verloren
gaan. Het wordt aanbevolen een reservekopie van belangrijke gegevens te maken op een pc of andere media.
Zorg er ook voor originelen van belangrijke documenten afzonderlijk te bewaren.
viii
Page 11
Waarschuwingen bij het gebruik van verbruiksartikelen
VOORZICHTIG
De tonercontainer en de tonerafvalbak mogen niet worden verbrand. De vonken kunnen
brandwonden veroorzaken.
Houd de tonercontainer en de tonerafvalbak buiten het bereik van kinderen.
Als er onverhoopt toner uit de tonercontainer of de tonerafvalbak wordt gemorst, moet u inademing of
inname van toner voorkomen, evenals contact met de ogen en de huid.
•Als u toch toner inademt, gaat u naar een plaats met frisse lucht en gorgelt u met veel water. Neem bij
opkomende hoest contact op met een arts.
•Als u toner binnenkrijgt, spoelt u uw mond met water en drinkt u 1 of 2 glazen water om de inhoud van uw
maag te verdunnen. Neem indien nodig contact op met een arts.
•Als u toner in uw ogen krijgt, spoelt u ze grondig met water. Als uw ogen gevoelig blijven, neemt u contact
op met een arts.
•Als u toner op de huid krijgt, wast u uw huid met water en zeep.
De tonercontainer en de tonerafvalbak mogen niet worden opengemaakt of vernietigd.
Als de optionele faxkit is geïnstalleerd en de hoofdschakelaar is uitgeschakeld, kunnen er geen faxen worden
verstuurd of ontvangen. Zet de hoofdschakelaar niet uit, maar druk op de Power-toets van het
bedieningspaneel om het apparaat in de slaapstand te zetten.
Overige voorzorgsmaatregelen
Lever de lege tonercontainer en de tonerafvalbak in bij uw dealer of servicevertegenwoordiger. De ingezamelde
tonercontainer en tonerafvalbak worden gerecycled of verwijderd volgens de betreffende voorschriften.
Bewaar het apparaat op een plaats die niet is blootgesteld aan direct zonlicht.
Bewaar het apparaat op een plaats waar de temperatuur niet hoger wordt dan 40ºC en waar zich geen sterke
schommelingen in temperatuur of vochtigheid voordoen.
Als het apparaat langere tijd niet wordt gebruikt, verwijder dan het papier uit de cassette en de multifunctionele
(MF) lade, leg het terug in de oorspronkelijke verpakking en maak deze weer dicht.
ix
Page 12
Laserveiligheid
Laserstralen kunnen gevaarlijk zijn voor het menselijk lichaam. Om deze reden is de laserstraal in het apparaat
hermetisch afgesloten binnen een beschermende behuizing en achter een externe afdekking. Bij normale
bediening van het product door de gebruiker kan er geen straling uit het apparaat ontsnappen.
Dit apparaat wordt geclassificeerd als een laserproduct van klasse 1 volgens IEC 60825.
Voorzichtig: Het uitvoeren van andere procedures dan in deze handleiding beschreven, kan leiden tot
blootstelling aan gevaarlijke straling.
Deze etiketten zijn aangebracht op de laserscaneenheid in het apparaat en bevinden zich niet op een plaats die
toegankelijk is voor de gebruiker.
Het onderstaande etiket bevindt zich aan de rechterkant van het apparaat.
x
Page 13
Veiligheidsvoorschriften voor het uitschakelen van de voeding
Voorzichtig: De stekker is het belangrijkste onderdeel voor het afsluiten van de voeding! Andere schakelaars
op de apparatuur zijn slechts functieschakelaars en zijn niet geschikt om de apparatuur van de voeding los te
koppelen.
VORSICHT: Der Netzstecker ist die Hauptisoliervorrichtung! Die anderen Schalter auf dem Gerät sind nur
Funktionsschalter und können nicht verwendet werden, um den Stromfluß im Gerät zu unterbrechen.
VERKLARING VAN CONFORMITEIT
MET
2004/108/EG, 2006/95/EEG, 93/68/EEG, 1999/5/EG en 2005/32/EG
Wij verklaren op basis van onze eigen verantwoordelijkheid dat het
product waarop deze verklaring betrekking heeft in overeenstemming is
met de volgende specificaties.
EN55024
EN55022 Klasse B
EN61000-3-2
EN61000-3-3
EN60950-1
EN60825-1
EN300 330-1
EN300 330-2
EN62301
Radiofrequentiezender
Dit apparaat bevat een verzendmodule. Wij, de fabrikant, verklaren hierbij dat deze apparatuur in
overeenstemming is met de essentiële vereisten en andere relevante bepalingen van Richtlijn 1999/5/EG.
Radio-identificatietechnologie
In sommige landen is de radio-identificatietechnologie die bij deze apparatuur wordt gebruikt om de
tonercontainer te identificeren onderhevig aan autorisatie. Het gebruik van deze apparatuur kan als gevolg
hiervan beperkt zijn.
OPMERKING: Producten met het symbool van een doorgestreepte vuilnisbak op wieltjes bevatten batterijen
die vallen onder Richtlijn 2006/66/EG (de "batterijrichtlijn") van het Europees Parlement en de Raad binnen de
Europese Unie.
Haal de batterijen die in dit apparaat zitten niet uit en gooi ze niet weg.
•Het kan verboden zijn auteursrechtelijk beschermd materiaal te kopiëren/scannen zonder de toestemming
van de houder van het auteursrecht.
•Het kopiëren/scannen van de volgende voorwerpen is verboden en kan beboet worden.
Dit sluit andere voorwerpen niet uit. Maak niet bewust een kopie/scan van voorwerpen die niet gekopieerd/
gescand mogen worden.
•Plaatselijke wetten en bepalingen kunnen mogelijk het kopiëren/scannen van ander materiaal dan
hierboven is vermeld verbieden of beperken.
xii
Page 15
Wettelijke kennisgevingen en
veiligheidsinformatie
Lees deze informatie voor u het apparaat in gebruik neemt. Dit hoofdstuk bevat informatie
over de volgende onderwerpen.
•Wettelijke kennisgevingen .................................................................. xiv
•Wat betreft handelsnamen................................................................... xv
•Energiebesparingsfunctie ................................................................... xix
•Automatische dubbelzijdige kopieerfunctie......................................... xix
•Gerecycled papier............................................................................... xix
•Energy Star-programma (ENERGY STAR®)....................................... xix
•Over deze gebruikershandleiding ........................................................ xx
xiii
Page 16
Wettelijke kennisgevingen
Het kopiëren of op een andere manier reproduceren van de gehele handleiding of een deel daarvan zonder de
voorafgaande schriftelijke toestemming van Kyocera Mita Corporation is verboden.
xiv
Page 17
Wat betreft handelsnamen
•PRESCRIBE en KPDL zijn handelsmerken van Kyocera Corporation.
•KPDL is een handelsmerk van Kyocera Corporation.
•Microsoft, MS-DOS, Windows, Windows NT en Internet Explorer zijn gedeponeerde handelsmerken van
Microsoft Corporation in de Verenigde Staten en/of in andere landen.
•Windows Me, Windows XP en Windows Vista zijn handelsmerken van Microsoft Corporation.
•PCL is een handelsmerk van Hewlett-Packard Company.
•Adobe Acrobat, Adobe Reader en PostScript zijn handelsmerken van Adobe Systems, Incorporated.
•Ethernet is een gedeponeerd handelsmerk van Xerox Corporation.
•Novell en NetWare zijn gedeponeerde handelsmerken van Novell, Inc.
•IBM en IBM PC/AT zijn handelsmerken van International Business Machines Corporation.
•Power PC is een handelsmerk van IBM in de Verenigde Staten en/of in andere landen.
•AppleTalk is een gedeponeerd handelsmerk van Apple Computer, Inc.
•Dit apparaat is ontwikkeld met behulp van het ingebouwde real-time besturingssysteem Tornado™ van
Wind River Systems, Inc.
•TrueType is een gedeponeerd handelsmerk van Apple Computer, Inc.
•TypeBankG-B, TypeBankM-M en Typebank-OCR zijn handelsmerken van TypeBank
•Alle Europese lettertypen die in dit apparaat zijn geïnstalleerd, worden gebruikt onder licentieovereenkomst
met Monotype Imaging Inc.
•Helvetica, Palatino en Times zijn gedeponeerde handelsmerken van Linotype-Hell AG.
•ITC Avant Garde Gothic, ITC Bookman, ITC ZapfChancery en ITC ZapfDingbats zijn gedeponeerde
handelsmerken van International Type-face Corporation.
•UFST™ MicroType
•Dit apparaat bevat de NF-module ontwikkeld door ACCESS Co., Ltd.
•Dit apparaat bevat software met modules die zijn ontwikkeld door de Independent JPEG Group.
•Dit product is voorzien van de NetFront-browser van ACCESS CO., LTD.
•ACCESS, het ACCESS-logo en NetFront zijn handelsmerken of gedeponeerde handelsmerken van
ACCESS CO., LTD. in de Verenigde Staten, Japan en andere landen.
•Deze software is gedeeltelijk gebaseerd op het werk van de Independent JPEG Group.
®
lettertypen van Monotype Imaging Inc. zijn geïnstalleerd in dit apparaat.
®
.
Alle overige merk- en productnamen zijn gedeponeerde handelsmerken of handelsmerken van de respectieve
bedrijven. De symbolen ™ en ® worden niet gebruikt in deze gebruikershandleiding.
xv
Page 18
GPL
Bepaalde firmware van dit apparaat maakt ten dele gebruik van de GPL-toepassingscodes (www.fsf.org/
copyleft/gpl.html). Ga naar
“http://www.kyoceramita.com/gpl” voor meer informatie over het beschikbaar maken van de GPLtoepassingscodes.
Open SSLeay-licentie
Copyright (c) 1998-2006 The OpenSSL Project. All rights reserved.
Redistribution and use in source and binary forms, with or without modification, are permitted provided that the
following conditions are met:
1Redistributions of source code must retain the above copyright notice, this list of conditions and the
following disclaimer.
2Redistributions in binary form must reproduce the above copyright notice, this list of conditions and the
following disclaimer in the documentation and/or other materials provided with the distribution.
3All advertising materials mentioning features or use of this software must display the following
acknowledgment:
“This product includes software developed by the OpenSSL Project for use in the OpenSSL Toolkit. (http:/
/www.openssl.org/)”
4The names “OpenSSL Toolkit” and “OpenSSL Project” must not be used to endorse or promote products
derived from this software without prior written permission.
For written permission, please contact openssl-core@openssl.org.
5Products derived from this software may not be called “OpenSSL” nor may “OpenSSL” appear in their
names without prior written permission of the OpenSSL Project.
6Redistributions of any form whatsoever must retain the following acknowledgment: “This product includes
software developed by the OpenSSL Project for use in the OpenSSL Toolkit (http://www.openssl.org/)”
THIS SOFTWARE IS PROVIDED BY THE OpenSSL PROJECT “AS IS” AND ANY EXPRESSED OR IMPLIED
WARRANTIES, INCLUDING, BUT NOT LIMITED TO, THE
IMPLIED WARRANTIES OF MERCHANTABILITY AND FITNESS FOR A PARTICULAR PURPOSE ARE
DISCLAIMED. IN NO EVENT SHALL THE OpenSSL PROJECT OR ITS CONTRIBUTORS BE LIABLE FOR
ANY DIRECT, INDIRECT, INCIDENTAL, SPECIAL, EXEMPLARY, OR CONSEQUENTIAL DAMAGES
(INCLUDING, BUT NOT LIMITED TO, PROCUREMENT OF SUBSTITUTE GOODS OR SERVICES; LOSS OF
USE, DATA, OR PROFITS; OR BUSINESS INTERRUPTION) HOWEVER CAUSED AND ON ANY THEORY
OF LIABILITY, WHETHER IN CONTRACT, STRICT LIABILITY, OR TORT (INCLUDING NEGLIGENCE OR
OTHERWISE) ARISING IN ANY WAY OUT OF THE USE OF THIS SOFTWARE, EVEN IF ADVISED OF THE
POSSIBILITY OF SUCH DAMAGE.
xvi
Page 19
Original SSLeay License
Copyright (C) 1995-1998 Eric Young (eay@cryptsoft.com) All rights reserved.
This package is an SSL implementation written by Eric Young (eay@cryptsoft.com). The implementation was
written so as to conform with Netscapes SSL.
This library is free for commercial and non-commercial use as long as the following conditions are aheared to.
The following conditions apply to all code found in this distribution, be it the RC4, RSA, lhash, DES, etc., code;
not just the SSL code. The SSL documentation included with this distribution is covered by the same copyright
terms except that the holder is Tim Hudson (tjh@cryptsoft.com).
Copyright remains Eric Young’s, and as such any Copyright notices in the code are not to be removed.
If this package is used in a product, Eric Young should be given attribution as the author of the parts of the library
used.
This can be in the form of a textual message at program startup or in documentation (online or textual) provided
with the package.
Redistribution and use in source and binary forms, with or without modification, are permitted provided that the
following conditions are met:
1Redistributions of source code must retain the copyright notice, this list of conditions and the following
disclaimer.
2Redistributions in binary form must reproduce the above copyright notice, this list of conditions and the
following disclaimer in the documentation and/or other materials provided with the distribution.
3All advertising materials mentioning features or use of this software must display the following
acknowledgement:
“This product includes cryptographic software written by Eric Young (eay@cryptsoft.com)”
The word ‘cryptographic’ can be left out if the rouines from the library being used are not cryptographic
related :-).
4If you include any Windows specific code (or a derivative thereof) from the apps directory (application
code) you must include an acknowledgement:
“This product includes software written by Tim Hudson (tjh@cryptsoft.com)”
THIS SOFTWARE IS PROVIDED BY ERIC YOUNG “AS IS” AND ANY EXPRESS OR IMPLIED
WARRANTIES, INCLUDING, BUT NOT LIMITED TO, THE IMPLIED WARRANTIES OF MERCHANTABILITY
AND FITNESS FOR A PARTICULAR PURPOSE ARE DISCLAIMED. IN NO EVENT SHALL THE AUTHOR OR
CONTRIBUTORS BE LIABLE FOR ANY DIRECT, INDIRECT, INCIDENTAL, SPECIAL, EXEMPLARY, OR
CONSEQUENTIAL DAMAGES (INCLUDING, BUT NOT LIMITED TO, PROCUREMENT OF SUBSTITUTE
GOODS OR SERVICES; LOSS OF USE, DATA, OR PROFITS; OR BUSINESS INTERRUPTION) HOWEVER
CAUSED AND ON ANY THEORY OF LIABILITY, WHETHER IN CONTRACT, STRICT LIABILITY, OR TORT
(INCLUDING NEGLIGENCE OR OTHERWISE) ARISING IN ANY WAY OUT OF THE USE OF THIS
SOFTWARE, EVEN IF ADVISED OF THE POSSIBILITY OF SUCH DAMAGE.
The licence and distribution terms for any publically available version or derivative of this code cannot be
changed. i.e. this code cannot simply be copied and put under another distribution licence [including the GNU
Public Licence.]
xvii
Page 20
Monotype Imaging License Agreement
1Software shall mean the digitally encoded, machine readable, scalable outline data as encoded in a
special format as well as the UFST Software.
2You agree to accept a non-exclusive license to use the Software to reproduce and display weights, styles
and versions of letters, numerals, characters and symbols (Typefaces) solely for your own customary
business or personal purposes at the address stated on the registration card you return to Monotype
Imaging. Under the terms of this License Agreement, you have the right to use the Fonts on up to three
printers. If you need to have access to the fonts on more than three printers, you need to acquire a multiuser license agreement which can be obtained from Monotype Imaging. Monotype Imaging retains all
rights, title and interest to the Software and Typefaces and no rights are granted to you other than a
License to use the Software on the terms expressly set forth in this Agreement.
3To protect proprietary rights of Monotype Imaging, you agree to maintain the Software and other
proprietary information concerning the Typefaces in strict confidence and to establish reasonable
procedures regulating access to and use of the Software and Typefaces.
4You agree not to duplicate or copy the Software or Typefaces, except that you may make one backup
copy. You agree that any such copy shall contain the same proprietary notices as those appearing on the
original.
5This License shall continue until the last use of the Software and Typefaces, unless sooner terminated.
This License may be terminated by Monotype Imaging if you fail to comply with the terms of this License
and such failure is not remedied within thirty (30) days after notice from Monotype Imaging. When this
License expires or is terminated, you shall either return to Monotype Imaging or destroy all copies of the
Software and Typefaces and documentation as requested.
6You agree that you will not modify, alter, disassemble, decrypt, reverse engineer or decompile the
Software.
7Monotype Imaging warrants that for ninety (90) days after delivery, the Software will perform in
accordance with Monotype Imaging-published specifications, and the diskette will be free from defects in
material and workmanship. Monotype Imaging does not warrant that the Software is free from all bugs,
errors and omissions.
The parties agree that all other warranties, expressed or implied, including warranties of fitness for a
particular purpose and merchantability, are excluded.
8Your exclusive remedy and the sole liability of Monotype Imaging in connection with the Software and
Typefaces is repair or replacement of defective parts, upon their return to Monotype Imaging.
In no event will Monotype Imaging be liable for lost profits, lost data, or any other incidental or
consequential damages, or any damages caused by abuse or misapplication of the Software and
Typefaces.
9Massachusetts U.S.A. law governs this Agreement.
10 You shall not sublicense, sell, lease, or otherwise transfer the Software and/or Typefaces without the prior
written consent of Monotype Imaging.
11Use, duplication or disclosure by the Government is subject to restrictions as set forth in the Rights in
Technical Data and Computer Software clause at FAR 252-227-7013, subdivision (b)(3)(ii) or
subparagraph (c)(1)(ii), as appropriate. Further use, duplication or disclosure is subject to restrictions
applicable to restricted rights software as set forth in FAR 52.227-19 (c)(2).
12 You acknowledge that you have read this Agreement, understand it, and agree to be bound by its terms
and conditions. Neither party shall be bound by any statement or representation not contained in this
Agreement. No change in this Agreement is effective unless written and signed by properly authorized
representatives of each party. By opening this diskette package, you agree to accept the terms and
conditions of this Agreement.
xviii
Page 21
Energiebesparingsfunctie
Het apparaat is uitgerust met een energiebesparende stand, waarbij het energieverbruik wordt beperkt na het
verstrijken van een bepaalde tijdsperiode nadat het apparaat het laatst werd gebruikt, en met een slaapstand,
waarbij de printer- en faxfuncties in een wachtstand komen te staan, maar het energieverbruik tot een minimum
wordt beperkt wanneer er gedurende een bepaalde tijdsperiode geen activiteiten hebben plaatsgevonden op
het apparaat.
Energiebesparende stand
Het apparaat gaat automatisch in de energiebesparende stand indien 3 minuten voor de modellen 25/25 ppm,
30/30 ppm, 40/40 ppm en 50/40 ppm, of 5 minuten voor het model 55/50 ppm zijn verstreken sinds de laatste
keer dat het apparaat werd gebruikt. De tijdsperiode waarin er geen activiteiten plaatsvinden voordat de
energiebesparende stand wordt geactiveerd, kan worden verlengd. Raadpleeg Energiebesparende stand en automatische energiebesparende stand op pagina 2-8 voor meer informatie.
Slaapstand
Dit apparaat gaat automatisch in Slaapstand als er 30 minuten voor de modellen 25/25 ppm en 30/30 ppm, 45
minuten voor het model 40/40 ppm, of 60 minuten voor de modellen 50/40 ppm en 55/50 ppm zijn verstreken
sinds de laatste keer dat het apparaat werd gebruikt. De tijdsperiode waarin er geen activiteiten plaatsvinden
voordat de slaapstand wordt geactiveerd, kan worden verlengd. Raadpleeg Slaapstand en automatische slaapstand op pagina 2-9 voor meer informatie.
Automatische dubbelzijdige kopieerfunctie
Dit apparaat beschikt over dubbelzijdig kopiëren als standaardfunctie. Als u bijvoorbeeld twee enkelzijdige
originelen als dubbelzijdige kopie op één vel papier kopieert, kunt u de gebruikte hoeveelheid papier beperken.
Raadpleeg Dubbelzijdig kopiëren op pagina 33-6 voor meer informatie.
Gerecycled papier
Dit apparaat ondersteunt het gebruik van gerecycled papier om de belasting voor het milieu te verminderen. Uw
verkoop- of servicevertegenwoordiger kan informatie geven over aanbevolen papiersoorten.
Energy Star-programma (ENERGY STAR®)
Wij hebben als bedrijf dat deelneemt aan het internationale Energy Star-programma
vastgesteld dat dit apparaat voldoet aan de standaarden zoals bepaald in het internationale
Energy Star-programma.
xix
Page 22
Over deze gebruikershandleiding
Deze gebruikershandleiding bestaat uit de volgende hoofdstukken.
Hoofdstuk 1 - Onderdeelnamen
Beschrijft de onderdelen van het apparaat en de toetsen op het bedieningspaneel.
Hoofdstuk 2 - Voorbereiding voor het gebruik
Geeft uitleg over het toevoegen van papier, het plaatsen van originelen, het aansluiten van het apparaat en de
benodigde configuraties voor het eerste gebruik.
Hoofdstuk 3 - Basisbediening
Beschrijft de basisprocedures voor kopiëren, afdrukken en scannen.
Hoofdstuk 4 - Onderhoud
Beschrijft het reinigen van het apparaat en het vervangen van de toner.
Hoofdstuk 5 - Problemen oplossen
Geeft uitleg over het oplossen van foutmeldingen, papierstoringen en andere problemen.
Appendix
Geeft uitleg over het invoeren van karakters en een overzicht van de apparaatspecificaties.
xx
Page 23
Vormgevingselementen in deze handleiding
De volgende vormgevingselementen worden gebruikt, afhankelijk van het soort beschrijving.
VormgevingselementBeschrijvingVoorbeeld
VetGeeft de toetsen op het
bedieningspaneel of een
computerscherm aan.
[Normaal]Geeft de toetsen op het
aanraakscherm aan.
CursiefGeeft een bericht op het
aanraakscherm weer.
Wordt gebruikt om belangrijke
woorden en zinnen of
verwijzingen naar extra
informatie te benadrukken.
OpmerkingGeeft extra informatie of
handelingen ter referentie aan.
BelangrijkGeeft verplichte of verboden
items aan om problemen te
voorkomen.
VoorzichtigGeeft aan wat u moet doen om
lichamelijk letsel of
apparaatbeschadiging te
voorkomen en hoe u hiermee
moet omgaan.
Druk op de Start-toets.
Druk op [OK].
Gereed voor kopiëren wordt
weergegeven.
Raadpleeg voor meer informatie
Slaapstand en Automatische slaapstand
op pagina 3-5.
OPMERKING:
BELANGRIJK:
VOORZICHTIG:
Beschrijving van de bedieningsprocedures
In deze gebruikershandleiding worden opeenvolgende bedieningsstappen als volgt aangegeven:
Bedieningsprocedure
Druk op [Kopiëren].
T
Druk op [Volgende] bij Snelle
instellingen.
T
Druk tweemaal op [].
T
Druk op [Wijzigen] bij Origineel
beeld.
xxi
Beschrijving in deze
gebruikershandleiding
Druk op [Kopiëren], [Volgende] bij
Snelle instellingen, tweemaal op
[] en vervolgens op [Wijzigen]
bijOrigineel beeld.
Page 24
Originelen en papierformaten
In dit gedeelte wordt de in deze handleiding gebruikte notatie uitgelegd, wanneer naar origineelformaten of
papierformaten wordt verwezen.
Bij A4, B5 en Letter, die zowel horizontaal (staand) als verticaal (liggend) kunnen worden gebruikt, wordt de
horizontale richting met een extra letter R aangegeven om de richting van het origineel/papier aan te geven.
Plaatsingsrichting
Verticale richtingA4, B5, A5, B6,
BB
AA
OrigineelPapier
Bij het origineel/papier is afmeting A langer dan
B.
Horizontale richtingA4-R, B5-R, A5-R,
BB
A
OrigineelPapier
A
Aangegeven
formaat *
A6, 16K, Letter,
Statement
B6-R, A6-R,
16K-R, Letter-R,
Statement-R
Bij het origineel/papier is afmeting A korter dan B.
*Het formaat van het origineel/papier dat kan worden gebruikt, is
afhankelijk van de functie en de invoerlade. Raadpleeg de pagina
over die functie of de invoerlade voor meer informatie.
Pictogrammen op het aanraakscherm
De plaatsingsrichting van de originelen en het papier wordt op het aanraakscherm aangegeven met de volgende
pictogrammen.
PlaatsingsrichtingOriginelenPapier
Verticale richting
Horizontale richting
xxii
Page 25
1Onderdeelnamen
In dit hoofdstuk worden de onderdelen van het apparaat en de toetsen op het
bedieningspaneel beschreven.
Geeft het aantal afgedrukte pagina's en het aantal gescande pagina's weer.
Geeft de hulpfunctie weer.
Onderdeelnamen
Knippert tijdens het afdrukken.
Knippert tijdens het verzenden van
gegevens.
Geeft het scherm Kopiëren weer.
Geeft het scherm voor verzenden weer.
U kunt dit ook wijzigen in het adresboekscherm.
Verandert het aanraakscherm in een groter scherm voor
Kopiëren of Verzenden.
Geeft het scherm Documentbox weer.
Geeft het scherm Toepassing weer.
Geeft het scherm Programma weer.
Kiest de kleur automatisch.
Kiest kleur.
Kiest zwart-wit
1-2
Page 27
Onderdeelnamen
Knippert tijdens het ontvangen van gegevens.
Knippert als het apparaat de harde schijf, het faxgeheugen of het USB-geheugen
(algemeen gebruik) gebruikt.
Brandt of knippert wanneer een fout optreedt en een taak wordt afgebroken.
Geeft het scherm Kopiëren tijdens onderbreking weer.
Beëindigt (meldt af) op het scherm Beheer.
1
Zet het apparaat in de energiebesparende
stand.
Zet het apparaat in de slaapstand.
Schakelt de slaapstand uit.
Brandt als het
apparaat
ingeschakeld is.
Cijfertoetsen.
Om cijfers en symbolen in te voeren.
Wist ingevoerde nummers en karakters.
Kiest reeds geregistreerde bestemmingen
en programma's voor verzending.
Bevestigt de cijfers ingevoerd met de cijfertoetsen en
bevestigt het scherm tijdens het instellen van functies.
Werkt net als de [OK]-toets op het scherm.
1-3
Keert terug naar de
standaardinstellingen.
Annuleert of onderbreekt de
lopende afdruktaken.
Start het kopiëren en scannen en het
verwerken bij het maken van
instellingen.
Page 28
Apparaat
Onderdeelnamen
1
12
2
4
10
3
13
14
15
5
6
7
8
9
16
17
18
11
1Originelenklep (optioneel)
2Glasplaat
3Aanduidingen origineelformaat
4Sleufglas
5Linkerklep 1
6Lampje linkerklep 1
7Hendel linkerklep 1
8Lampje linkerklep 2
9Linkerklep 2
10 Linkerklep 3
11Hendels
12 Houder voor paperclips
13 Bedieningspaneel
14 Foutmeldingslampje ... Brandt of knippert wanneer een fout optreedt en een taak wordt afgebroken
15 Ontvangstlampje ... Knippert tijdens het ontvangen van gegevens
16 Voorklep
17 Cassette 1
18 Cassette 2
1-4
Page 29
Onderdeelnamen
19
20
21
22
23
24
25
26
27
28
1
19 Tonercontainerontgrendeling (Magenta)
20 Tonercontainer (Magenta)
21 Tonercontainerontgrendeling (Cyan)
22 Tonercontainer (Cyan)
23 Tonercontainerontgrendeling (Yellow)
24 Tonercontainer (Yellow)
25 Tonercontainerontgrendeling (Black)
26 Tonercontainer (Black)
27 Reinigingsborstel
28 Tonerafvalbak
29 Tonerafvallade
30 Ontgrendelingsknop
2930
1-5
Page 30
3433
Onderdeelnamen
3231
41
42
43
44
45
35
36
31 Bovenste opvangbak
32 USB-geheugenaansluiting (A1)
33 Klep papierinvoer
34 Papierinvoer
35 Groene knop
36 Instelmechanisme voor papierbreedte
37 Papierlengtegeleider
38 Hendels
37
38
40
46
39
39 Multifunctionele lade
40 Papierbreedtegeleiders
41 Optionele interface-aansluiting (OPT2)
42 USB-poort (A2)
43 Netwerkinterface-aansluiting
44 USB-interface-aansluiting (B1)
45 Optionele interface-aansluiting (OPT1)
46 Hoofdschakelaar
1-6
Page 31
2Voorbereiding voor het gebruik
Dit hoofdstuk bevat uitleg over de voorbereidingen die u moet treffen voor u het apparaat voor
de eerste maal gebruikt. Daarnaast beschrijft het de procedures voor het plaatsen van papier
en originelen.
•Verbindingsmethode bepalen en kabels voorbereiden.............................2-2
Controleer de methode om het apparaat met een pc of een netwerk te verbinden en zorg dat u de noodzakelijke
kabels bij de hand hebt.
Aansluitvoorbeeld
Bepaal de methode om het apparaat met een pc of een netwerk te verbinden aan de hand van onderstaande
afbeelding.
Verbinden van een scanner via een netwerkkabel (100BaseTX of 10Base-T) met uw pc-netwerk.
Pc van de
beheerder
Afdrukken
Netwerkfaxen
(optioneel)
KYOCERA COMMAND
CENTER
Netwerkinstellingen,
Standaardinstellingen
scanner, Registratie
gebruiker en bestemming
USB
Netwerk
Netwerk
MFP
Netwerk
Netwerk
Netwerk
E-mailverzending
Verzendt de
afbeeldingsgegevens
van gescande
originelen naar de
gewenste ontvanger
als een
bestandsbijlage bij
een e-mailbericht.
SMB-verzending
Slaat de gescande
afbeelding als een
gegevensbestand op
uw pc op.
FTP-verzending
Verzendt de gescande
afbeelding als een
gegevensbestand op
de FTP-server.
Fax (optioneel)
Faxen
2-2
Netwerk
Netwerk
TWAIN-scannen
WIA-scannen
TWAIN en WIA zijn
gestandaardiseerde
interfaces voor
communicatie tussen
softwaretoepassingen
en beeldopnameapparatuur.
Page 33
Voorbereiding voor het gebruik
De benodigde kabels voorbereiden
De volgende interfaces zijn beschikbaar om het apparaat met een pc te verbinden. Leg de benodigde kabels
klaar afhankelijk van de gebruikte interface.
Beschikbare standaardinterfaces
FunctieInterfaceBenodigde kabel
Printer/scanner
/netwerkfax*
PrinterUSB-interfaceMet USB 2.0 compatibele
*Functie beschikbaar bij gebruik van optionele faxkit. Raadpleeg de
Gebruikershandleiding van de faxkit voor meer informatie over de
netwerkfaxfunctie.
2
NetwerkinterfaceLAN (10Base-T of
100Base-TX, beschermd)
kabel (ondersteuning van
Hi-Speed USB, max. 5,0 m,
beschermd)
2-3
Page 34
Voorbereiding voor het gebruik
Kabels aansluiten
LAN-kabel aansluiten (optioneel)
Volg de onderstaande stappen om een LAN-kabel op het apparaat aan te sluiten.
1Als het apparaat ingeschakeld is, drukt u eerst op
het bedieningspaneel op de Power-toets.
Controleer of het Power-lampje en het
geheugenlampje uit zijn. Zet vervolgens de
hoofdschakelaar uit.
Controleer of
de lampjes uit
zijn.
2Sluit de LAN-kabel aan op de netwerkaansluiting,
die zich op de rechterzijde van het apparaat
bevindt.
3Sluit het andere eind van de kabel aan op de hub.
4Configureer het netwerk. Raadpleeg Netwerk
installeren (LAN-aansluiting) op pagina 2-12 voor
meer informatie.
2-4
Page 35
Voorbereiding voor het gebruik
USB-kabel aansluiten
Volg de onderstaande stappen om een USB-kabel op het apparaat aan te sluiten.
Controleer of
de lampjes uit
zijn.
1Als het apparaat ingeschakeld is, drukt u eerst op
het bedieningspaneel op de Power-toets.
Controleer of het Power-lampje en het
geheugenlampje uit zijn. Zet vervolgens de
hoofdschakelaar uit.
2
2Sluit de USB-kabel aan op de daarvoor bestemde
aansluiting, die zich op de rechterzijde van het
apparaat bevindt.
3Sluit het andere eind van de kabel aan op de pc.
Netvoedingskabel aansluiten
Sluit het ene eind van de bijgeleverde netvoedingskabel aan op het apparaat en steek het andere eind in een
stopcontact.
BELANGRIJK: Gebruik uitsluitend de netvoedingskabel die bij het apparaat wordt geleverd.
2-5
Page 36
Aan- en uitzetten
Aanzetten
Als het aan/uit-lampje brandt...
Als het aan/uit-lampje niet brandt...
Voorbereiding voor het gebruik
Druk op de Power-toets.
Open het klepje van de hoofdschakelaar en zet de
hoofdschakelaar aan.
OPMERKING: Als de optionele databeveiligingskit is geïnstalleerd, kan een bericht verschijnen dat aangeeft
dat de beveiligingsfunctie wordt ingeschakeld en kan het opstarten even duren na het aanzetten van het
apparaat.
BELANGRIJK: Wanneer u de hoofdschakelaar uitschakelt, mag u deze niet meteen weer inschakelen. Wacht
minstens 5 seconden voordat u de hoofdschakelaar weer inschakelt.
2-6
Page 37
Voorbereiding voor het gebruik
Uitzetten
Voor u de hoofdschakelaar uitschakelt, zet u eerst de Power-toets op het bedieningspaneel op uit. Zorg dat de
Power-toets en het geheugenlampje uit zijn, voor u de hoofdschakelaar uitschakelt.
VOORZICHTIG: De harde schijf kan in werking zijn wanneer het lampje van de Power-toets of het
geheugenlampje brandt of knippert. Het uitschakelen van de hoofdschakelaar terwijl de harde schijf in werking
is, kan schade veroorzaken.
Controleer
of de
lampjes uit
zijn.
2
Wanneer het apparaat langere tijd niet gebruikt zal worden
VOORZICHTIG: Als u dit apparaat gedurende langere tijd niet gebruikt (bijvoorbeeld 's nachts), zet
het dan uit met de hoofdschakelaar. Als u het apparaat nog langer niet gebruikt (bijvoorbeeld tijdens de
vakantie), haal dan om veiligheidsredenen de stekker uit het stopcontact. Als de optionele faxkit
geïnstalleerd is en u zet het apparaat uit met de hoofdsachakelaar, dan is het versturen en ontvangen
van faxen uitgeschakeld.
VOORZICHTIG: Verwijder het papier uit de cassettes en berg het op in de afgesloten bewaarzak voor papier
om het tegen vocht te beschermen.
2-7
Page 38
Voorbereiding voor het gebruik
Energiebesparende stand en automatische energiebesparende stand
Energiebesparende stand
Om de energiebesparende stand in te schakelen, drukt u op de Spaarstand-toets. Het aanraakscherm en alle
lampjes op het bedieningspaneel gaan uit om het energieverbruik te verminderen. Enkel het Spaarstand-
lampje, het Power-lampje en het aan/uit-lampje blijven branden. Deze stand heet de energiebesparende stand.
Als er afdrukgegevens ontvangen worden tijdens de energiebesparende stand, dan wordt het apparaat
automatisch geactiveerd en begint het af te drukken.
Ook als er een fax binnenkomt tijdens de energiebesparende stand en de optionele fax in gebruik is, dan wordt
het apparaat geactiveerd en begint het af te drukken.
Voer een van de volgende handelingen uit om het apparaat weer te bedienen. Het apparaat is binnen 30
seconden gebruiksklaar.
•Druk op een willekeurige toets van het
bedieningspaneel.
•Open de originelenklep of de optionele
documenttoevoer.
•Plaats de originelen in de optionele
documenttoevoer.
Wij wijzen u erop dat door omgevingsfactoren, zoals
ventilatie, het apparaat langzamer kan reageren.
Automatische energiebesparende stand
De automatische energiebesparende stand schakelt het apparaat automatisch in de energiebesparende stand
als deze gedurende een vooraf ingestelde tijd stil staat. De standaard vooraf ingestelde tijd is 3 minuten voor
de modellen 25/25 ppm, 30/30 ppm, 40/40 ppm, en 50/40 ppm of 5 minuten voor model 55/50 ppm.
2-8
Page 39
Slaapstand en automatische slaapstand
Slaapstand
Wanneer u de slaapstand wilt activeren, drukt u op de
Power-toets. Het aanraakscherm en alle lampjes op het
bedieningspaneel gaan uit om het energieverbruik tot
een minimum te beperken. Enkel het aan/uit-lampje
blijft branden. Deze stand heet de slaapstand.
Als er tijdens de slaapstand afdrukgegevens worden
ontvangen, dan wordt de afdruktaak uitgevoerd terwijl
het aanraakscherm onverlicht blijft.
Wanneer u de optionele faxkit gebruikt, worden
ontvangen faxgegevens afgedrukt terwijl het
bedieningspaneel onverlicht blijft.
Om verder te gaan met bedienen, drukt u op de Power-
toets. Het 25/25 ppm- of het 30/30 ppm-model zijn
binnen 30 seconden gebruiksklaar en het 40/40 ppm- of
50/40 ppm-model zijn binnen 45 seconden
gebruiksklaar- of 55/50 ppm-model zijn binnen 57.5
seconden gebruiksklaar.
Voorbereiding voor het gebruik
2
Wij wijzen u erop dat door omgevingsfactoren, zoals
ventilatie, het apparaat langzamer kan reageren.
Automatische slaapstand
De automatische slaapstand schakelt het apparaat automatisch in de slaapstand als het gedurende een vooraf
ingestelde tijd in de energiebesparende stand heeft gestaan. Deze tijd is standaard ingesteld op 30 minuten (25/
25 ppm-model en 30/30 ppm-model); 45 minuten (40/40 ppm-model); 60 minuten (50/40 ppm-model en 55/50
ppm-model).
2-9
Page 40
De hoek van het bedieningspaneel aanpassen
Pas de hoek van het bedieningspaneel aan in twee
stappen door de vergrendeling van het
bedieningspaneel los te maken zoals hieronder wordt
getoond.
De taal in het scherm wijzigen [Taal]
Kies de taal die weergegeven wordt op het aanraakscherm.
Volg de onderstaande stappen om de taal te kiezen.
1Druk op de Systeemmenu-toets.
Voorbereiding voor het gebruik
Algemene instellingen - Taal
De taal kiezen voor het display van het aanraakscherm.
EnglishFrançaisDeutschItaliano
Status
Nederlands
ǸțșșȒȐȑ
Português
Español
AnnulerenOK
2Druk op [Algemene instellingen] en vervolgens op
[Wijzigen] van Taa l.
3Druk op de toets voor de taal die u wilt gebruiken.
10/10/2008 10:10
4Druk op [OK].
De taal van het aanraakscherm is gewijzigd.
2-10
Page 41
Voorbereiding voor het gebruik
Datum en tijd instellen
Volg de onderstaande stappen om de lokale datum en tijd op de plaats van installatie in te stellen.
Wanneer u een e-mail verzendt met de verzendfunctie, zullen de hier ingestelde datum en tijd in de kop van het
e-mailbericht worden toegevoegd. Stel de datum, de tijd en het tijdsverschil met GMT in van de regio waar het
apparaat wordt gebruikt.
OPMERKING: Als het gebruikersaanmeldingsbeheer ingeschakeld is, dan kunt u de instellingen enkel
wijzigen door aan te melden met de toegangsrechten van de beheerder. Als het gebruikersaanmeldingsbeheer
uitgeschakeld is, dan verschijnt het gebruikersverificatiescherm. Voer een aanmeldingsgebruikersnaam en
wachtwoord in en druk op [Aanmelden].
Stel het tijdsverschil in voor u de datum en de tijd instelt. Raadpleeg Aanmelden/afmelden op pagina 3-2 voor
de standaardaanmeldingsgebruikersnaam en wachtwoord.
Als u de datum/tijd wijzigt, zijn de testfuncties niet langer beschikbaar.
1Druk op de Systeemmenu-toets.
2Druk op [], [Datum/Timer] en vervolgens op
[Wijzigen] bij Tijdzone.
2
Datum/timer - Tijdzone
De tijdzone instellen.
Selecteer de juiste tijdzone voor uw omgeving.
-12:00 Internationale datumgrens West
-11:00 Midway, Samoa
-10:00 Hawaii
-09:00 Alaska
-08:00 Pacific Time (US & Canada)
-07:00 Arizona
Status08/08/2009 10:10
Datum/timer - Datum/tijd
De datum en tijd instellen.
2008
De tijdzone instellen.
Annuleren
1010
101031
Zomertijd
1/13
Uit
Aan
OK
DagMaandJaar
Off
SecondeMinuutUur
3Kies de regio.
OPMERKING: Druk op [] of [] om de volgende
regio weer te geven.
4Druk op [Uit] of [Aan] bij Zomertijd en druk op [OK].
OPMERKING: Als u een regio kiest zonder zomertijd,
dan verschijnt het scherm voor het instellen van de
zomertijd niet.
5Druk op [Wijzigen] bij Datum/tijd.
6Stel de datum en de tijd in. Druk op [+] of [–] bij elke
instelling.
7Druk op [OK].
Status
Annuleren
OK
08/08/2009 10:10
2-11
Page 42
Voorbereiding voor het gebruik
Netwerk installeren (LAN-aansluiting)
Het apparaat is voorzien van een netwerkinterface-aansluiting, die compatibel is met netwerkprotocollen zoals
TCP/IP (IPv4), TCP/IP (IPv6), IPX/SPX, NetBEUI, IPSec en AppleTalk. Dit maakt netwerkafdrukken mogelijk bij
Windows, Macintosh, UNIX, NetWare en andere platforms.
OPMERKING: Als het gebruikersaanmeldingsbeheer ingeschakeld is, dan kunt u de instellingen enkel
wijzigen door aan te melden met de toegangsrechten van de beheerder. Als het gebruikersaanmeldingsbeheer
uitgeschakeld is, dan verschijnt het gebruikersverificatiescherm. Voer een aanmeldingsgebruikersnaam en
wachtwoord in en druk op [Aanmelden].
TCP/IP (IPv4) instellen (door het invoeren van IP-adressen)
Stel TCP/IP in om verbinding te maken met het Windows-netwerk. Stel de IP-adressen, subnetmaskers en
gateway-addressen in. De standaardinstellingen zijn "TCP/IP-protocol: Aan, DHCP: Aan, Bonjour: Uit, Auto-IP:
Aan".
OPMERKING: Vraag, voor u het IP-adres invoert, toestemming aan de netwerkbeheerder.
Auto-IP is beschikbaar op het 55/50 ppm-model.
Gebruik hiervoor de onderstaande procedure.
Systeem - IPv4
TCP/IP (IPv4) instellen.
* De instelling zal worden toegepast nadat het systeem opnieuw is opgestart
IP-adres
Subnetmasker
On
Standaardgateway
Aan
Status08/08/2009 10:10
0.0.0.0
0.0.0.0
0.0.0.0
Annuleren
Aan
Auto-IP
OK
Uit
BonjourDHCP
1Druk op de Systeemmenu-toets.
2Druk op [Systeem], [Volgende] bij Netwerk en
vervolgens op [Volgende] bij TCP/IP-instelling.
3Druk op [Wijzigen] bij TCP/IP.
4Druk op [Aan] en vervolgens op [OK].
5Druk op [Wijzigen] bij IPv4.
6Druk op [DHCP].
7Druk op [Uit] bij DHCP en druk vervolgens op [OK].
8Druk op [Bonjour].
9Druk op [Uit] bij Bonjour en druk vervolgens op
[OK].
10 Druk op [IP-adres] en voer het adres in met de
cijfertoetsen.
2-12
Page 43
Voorbereiding voor het gebruik
11 Druk op [Subnetmasker] en voer het adres in met
de cijfertoetsen.
12 Druk op [Standaard-gateway] en voer het adres in
met de cijfertoetsen.
13 Controleer of alle adressen correct ingevoerd zijn
en druk op [OK].
14 Start, na het wijzigen van de instelling, het systeem
opnieuw op of zet het apparaat UIT en vervolgens
weer AAN.
2
2-13
Page 44
Voorbereiding voor het gebruik
COMMAND CENTER (instellingen voor e-mail)
Het COMMAND CENTER is een hulpmiddel dat wordt gebruikt voor taken als het controleren van de
bedrijfsstatus van het apparaat en het wijzigen van de instellingen voor beveiliging, netwerkafdrukken,
e-mailverzending en geavanceerde netwerkfuncties.
OPMERKING: Hieronder is de informatie over de faxinstellingen weggelaten. Raadpleeg de
Gebruikershandleiding van de faxkit voor meer informatie over de faxfunctie.
Volg de onderstaande procedure om het COMMAND CENTER te openen.
1Start uw internetbrowser.
2Voer het IP-adres van het apparaat in in de adres- of locatiebalk.
Bijvoorbeeld http://192.168.48.21/
De internetpagina geeft basisinformatie over het apparaat en het COMMAND CENTER weer, evenals hun
huidige status.
3Selecteer een categorie in de navigatiebalk links op het scherm. De waarden moeten voor elke categorie
afzonderlijk worden ingesteld.
Als beperkingen zijn ingesteld voor het COMMAND CENTER, moet u de juiste gebruikersnaam en het
juiste wachtwoord invoeren om andere pagina's dan de startpagina te openen.
Raadpleeg de KYOCERA COMMAND CENTER Operation Guide voor meer informatie.
2-14
Page 45
Voorbereiding voor het gebruik
E-mail verzenden
Het opgeven van de SMTP-instellingen maakt het mogelijk afbeeldingen die op dit apparaat zijn opgeslagen te
verzenden als e-mailbijlagen.
Deze functie kan alleen worden gebruikt als het apparaat is verbonden met een mailserver die het SMTPprotocol gebruikt.
Controleer het volgende voordat u afbeeldingen op dit apparaat verzendt als e-mailbijlagen:
•De netwerkomgeving die wordt gebruikt om met dit apparaat verbinding te maken met de mailserver
Een permanente verbinding via een LAN wordt aanbevolen.
•SMTP-instellingen
Gebruik het COMMAND CENTER om het IP-adres of de hostnaam van de SMTP-server te registreren.
•Als er beperkingen zijn ingesteld voor de grootte van e-mailberichten, is het verzenden van grote
e-mailberichten misschien niet mogelijk.
Volg de onderstaande stappen om de SMTP-instellingen op te geven.
1Klik op Geavanceerd -> SMTP -> Algemeen.
2
2-15
Page 46
Voorbereiding voor het gebruik
2Voer in elk veld de juiste instellingen in.
Hieronder worden de instellingen beschreven die moeten worden opgegeven in het scherm met SMTPinstellingen.
InstellingBeschrijving
SMTP-protocolHiermee wordt het SMTP-protocol in- of uitgeschakeld. Het protocol moet
worden ingeschakeld om de e-mailfunctie te gebruiken.
SMTP-poortnummerStel het SMTP-poortnummer in of gebruik de standaard SMTP-poort 25.
SMTP-servernaamVoer het IP-adres of de naam van de SMTP-server in. De naam en het IP-adres
van de SMTP-server mogen maximaal 64 karakters lang zijn. Als u de naam
invoert, moet ook een DNS-serveradres worden geconfigureerd. Het DNSserveradres kan worden ingevoerd onder TCP/IP Algemeen.
Time-out SMTP-serverVoer de standaard-time-outtijd voor de server in in seconden.
VerificatieprotocolHiermee wordt het SMTP-verificatieprotocol in- of uitgeschakeld of wordt POP
voor SMTP ingesteld als protocol. De SMTP-verificatie ondersteunt Microsoft
Exchange 2000.
Verifiëren alsVoor de verificatie heeft u de keuze uit drie POP3-accounts of u kunt een andere
account kiezen.
Aanmeldingsgebruike
rsnaam
Wachtwoord
aanmelding
POP voor SMTP-
timeout
TestenHiermee test u of de SMTP-verbinding met succes tot stand kan worden
Groottebeperking
e-mail
Adres afzenderVoer het e-mailadres in van de persoon die verantwoordelijk is voor het apparaat,
HandtekeningVoer de handtekening in. De handtekening is vrije tekst die wordt weergegeven
Wanneer Overige wordt geselecteerd bij Verifiëren als, wordt de
aanmeldingsgebruikersnaam die u hier instelt gebruikt voor de SMTP-verificatie.
De aanmeldingsgebruikersnaam mag maximaal 64 karakters lang zijn.
Wanneer Overige wordt geselecteerd bij Verifiëren als, wordt het wachtwoord dat
u hier instelt gebruikt voor de verificatie. Het wachtwoord voor aanmelding mag
maximaal 64 karakters lang zijn.
Voer hier de time-out (in seconden) in als u POP voor SMTP kiest als
verificatieprotocol.
gebracht.
Voer de maximumgrootte van te verzenden e-mailberichten in in kilobytes.
Wanneer de waarde 0 is, wordt de groottebeperking voor e-mail uitgeschakeld.
bijvoorbeeld de apparaatbeheerder. Dit zorgt ervoor dat een antwoord of een
afleveringsfoutrapport naar een persoon wordt gestuurd in plaats van naar het
apparaat. Het adres van de afzender moet correct worden ingevoerd voor SMTPverificatie. Het adres van de afzender mag maximaal 128 karakters lang zijn.
aan het einde van het e-mailbericht. Deze wordt vaak gebruikt om het apparaat
verder te identificeren. De handtekening mag maximaal 512 karakters lang zijn.
DomeinbeperkingVoer de domeinnamen in die kunnen worden toegestaan of geweigerd. De
domeinnaam mag maximaal 32 karakters lang zijn. U kunt ook e-mailadressen
opgeven.
3Klik op Verzenden.
2-16
Page 47
Voorbereiding voor het gebruik
Papier plaatsen
In de standaardopstelling kan er in de twee cassettes en de multifunctionele lade papier worden geplaatst.
Voordat u het papier plaatst
2
Wanneer u een nieuw pak papier opent, waaiert u het
papier eerst los om de vellen uit elkaar te halen. Volg
daarbij de onderstaande stappen.
1Buig de stapel papier zodanig dat het midden van
het papier omhoog wijst.
2Houd beide uiteinden van de stapel vast en trek
eraan terwijl u de hele stapel doet omhoog
waaieren.
3Beweeg uw rechter- en linkerhand beurtelings
omhoog om een opening te creëren en lucht tussen
het papier te brengen.
4Lijn ten slotte het papier uit op een vlakke tafel.
Als het papier gekruld of gevouwen is, maakt u dit
recht voordat u het papier plaatst. Gekruld of
gevouwen papier kan papierstoringen
veroorzaken.
VOORZICHTIG: Als u op gebruikt papier (papier dat
al voor kopiëren is gebruikt) kopieert, gebruikt u geen
papier dat met nietjes of een paperclip aan elkaar is
bevestigd. Dit kan het apparaat beschadigen of een
slechte beeldkwaliteit veroorzaken.
OPMERKING: Als afdrukken omkrullen of niet netjes
zijn gestapeld, draait u de stapel papier in de cassette
om.
Stel geopend papier niet bloot aan hoge
temperaturen en hoge luchtvochtigheid, aangezien
vocht kopieerproblemen kan veroorzaken. Sluit na
het plaatsen van het papier in de multifunctionele
lade of in een cassette eventueel resterend papier
goed in de bewaarzak voor papier af.
Als het apparaat langere tijd niet gebruikt gaat
worden, bescherm dan al het papier tegen vocht
door het uit de cassettes te verwijderen en in de
bewaarzak voor papier op te bergen.
OPMERKING: Raadpleeg de Basispecificaties papier
op Appendix-3 als u speciaal papier gebruikt zoals
briefhoofden, papier met perforaties of voorgedrukt
papier met bijvoorbeeld een logo of bedrijfsnaam.
2-17
Page 48
Voorbereiding voor het gebruik
Papier in de cassettes plaatsen
De 2 standaardcassettes zijn allebei geschikt voor normaal papier, gerecycled papier en gekleurd papier.
2
In cassette 1 passen 500 normale A4-vellen of kleiner (80 g/m
In cassette 2 passen 500 normale vellen papier (80 g/m
2
De volgende papierformaten worden ondersteund: Ledger, Legal, Oficio II, 8.5×13.5", Letter, Letter-R,
Statement, A3, B4, A4, A4-R, B5, B5-R, A5, Folio, 8K, 16K en 16K-R.
BELANGRIJK:
•Gebruik voor duidelijkere en helderdere kopiën gekleurd papier.
Gebuik geen inkjetprinterpapier of ander papier met een speciale bovenlaag. (Dergelijk papier kan
papierstoringen of andere defecten veroorzaken.)
•Wanneer u andere mediatypes gebruikt dan normaal papier (zoals gerecycled of gekleurd papier), moet u
altijd de instelling van het mediatype opgeven. (Raadpleeg Papierformaat en mediatype voor de cassettes opgeven op pagina 2-25)
De cassettes zijn geschikt voor papier met een gewicht tot 163 g/m
tussen de 106 en 163 g/m
•Plaats geen dik papier dat zwaarder is dan 163 g/m
2
, stel het mediatype dan in op Dik.
2
in de cassettes. Gebruik voor papier dat zwaarder is
dan 163 g/m2 de multifunctionele lade.
) of 250 normale B4-vellen of groter (80 g/m2).
) of 550 vellen normaal papier (64 g/m2).
2
. Als u papier gebruikt met een gewicht
1Trek de cassette naar u toe, totdat deze stopt.
OPMERKING: Trek niet meer dan één cassette
tegelijkertijd uit.
2Gebruik de papierlengtegeleider om de plaat aan
het papierformaat aan te passen.
Wanneer u A4-papier of kleiner in cassette 1
plaatst, schuif dan de papierlengtegeleider naar
boven. Schuif voor B4-papier of groter de
papierlengtegeleider naar beneden.
OPMERKING: De papierformaten staan op de
cassette vermeld.
2-18
Page 49
Voorbereiding voor het gebruik
3Houd het instelmechanisme voor de papierbreedte
vast, terwijl u de papierbreedtegeleiders aan het
papierformaat aanpast.
2
OPMERKING: De papierformaten staan op de
A
B
cassettes vermeld.
Volg de onderstaande stappen voor het instellen van
de formaatschakelaar om te wisselen tussen het
inchformaat en het metrisch formaat (A-, B-formaten).
1. Houd het instelmechanisme voor de papierbreedte
vast, terwijl u de papierbreedtegeleider op een
andere stand zet dan die van het papier.
2. Draai de formaatschakelaar A 90°.
>
3. Zet de formaathendel B omhoog (C) of omlaag (I).
4. Draai de formaatschakelaar 90° om hem te
vergrendelen.
>
4Leg het papier strak tegen de linkerkant van de
cassette aan.
2-19
Page 50
Voorbereiding voor het gebruik
BELANGRIJK:
•Controleer voor het plaatsen van het papier of het
niet gekruld of gevouwen is. Gekruld of gevouwen
papier kan papierstoringen veroorzaken.
•Zorg dat het papier niet boven de niveau-
aanduiding uitkomt (zie onderstaande afbeelding).
•Wanneer u het papier plaatst, houdt u de kant van
de sluiting opwaarts gericht.
•De lengte- en breedtegeleiders van het papier
moeten aan het papierformaat worden aangepast.
Wanneer u het papier plaatst zonder deze geleiders
aan te passen, kan het papier schuin worden
ingevoerd met papierstoringen tot gevolg.
•Zorg ervoor dat de lengte- en breedtegeleiders
stevig tegen het papier geklemd zitten. Als er nog
ruimte is, past u de geleiders opnieuw aan het
papier aan.
5Plaats het bijbehorende papierformaatkaartje in de
sleuf om het formaat van het geplaatste papier aan
te geven.
6Duw de cassette voorzichtig terug.
OPMERKING: Als het apparaat langere tijd niet
gebruikt gaat worden, bescherm dan al het papier
tegen vocht door het uit de cassettes te verwijderen en
in de bewaarzak voor papier op te bergen.
7Selecteer het mediatype (normaal, gerecycled,
enz.) dat in de cassette is geplaatst. (Raadpleeg
Papierformaat en mediatype voor de cassettes
opgeven op pagina 2-25.)
2-20
Page 51
Voorbereiding voor het gebruik
Papier in de multifunctionele lade plaatsen
In de multifunctionele lade passen 100 vellen normaal A4-papier of kleiner (80 g/m2) of 50 vellen normaal papier
groter dan A4 (80 g/m
De multifunctionele lade is geschikt voor papierformaten van A3 tot A6-R en Hagaki en van Ledger tot
Statement-R, 8K, 16K en 16K-R. Gebruik voor speciaal papier steeds de multifunctionele lade.
BELANGRIJK: Wanneer u andere mediatypes gebruikt dan normaal papier (zoals gerecycled of gekleurd
papier), dan moet u altijd de instelling van het mediatype opgeven. (Raadpleeg Papierformaat en mediatype
voor de multifunctionele lade opgeven op pagina 2-27.) Als u papier gebruikt met een gewicht van 106 g/m
stel het mediatype dan in op Dik.
De capaciteit van de multifunctionele lade is als volgt.
), gerecycled papier, gekleurd papier in formaat A4 of kleiner: 100 vellen
2
), gerecycled papier, gekleurd papier in formaat B4 of groter: 50 vellen
OPMERKING: Wanneer u papier met een aangepast formaat plaatst, geeft u het papierformaat op zoals
beschreven in Papierformaat en mediatype voor de multifunctionele lade opgeven op pagina 2-27.
Wanneer u speciaal papier gebruikt zoals transparanten of dik papier, selecteert u het papiertype zoals
beschreven in Papierformaat en mediatype voor de multifunctionele lade opgeven op pagina 2-27.
1Open de multifunctionele lade.
2Wanneer u papierformaten van A3 tot B4 en
Ledger tot Legal plaatst, trek dan de steun van de
multifunctionele lade uit.
2-21
Page 52
Voorbereiding voor het gebruik
3Pas de papierbreedtegeleiders aan de breedte van
het papier aan.
4Plaats het papier langs de papierbreedtegeleiders
in de lade, totdat het niet verder kan.
BELANGRIJK: Houd de kant van de sluiting omhoog
gericht.
Gekruld papier moet u recht maken voor gebruik.
Strijk de bovenzijde glad als die opgekruld is.
Wanneer u papier in de multifunctionele lade plaatst,
controleer dan eerst of er geen papier achtergebleven
is van een vorig gebruik voor u het papier plaatst. Als er
slechts een kleine hoeveelheid papier overblijft in de
multifunctionele lade en u wil het aanvullen, verwijder
dan eerst het overgebleven papier uit de lade en voeg
het bij het nieuwe papier voor u het papier terug in de
lade plaatst.
2-22
Page 53
Enveloppen plaatsen
Er kunnen tot 10 enveloppen in de multifunctionele lade worden geplaatst.
Voorbereiding voor het gebruik
De volgende envelopformaten kunnen worden gebruikt.
Geschikte envelopFormaat
Monarch3 7/8"×7 1/2"
Envelop #10 (Commercial #10)4 1/8"×9 1/2"
Envelop DL110×220 (mm)
Envelop C5162×229 (mm)
Youkei 2162×114 (mm)
Youkei 4235×105 (mm)
2
1Open de multifunctionele lade.
2Pas de papierbreedtegeleiders aan de breedte van
de envelop aan.
3Sluit de flap bij enveloppen met een liggend
formaat. Schuif de envelop zo ver mogelijk langs
de geleiders en houd daarbij de te bedrukken zijde
naar boven en de kant met de flap naar u toe
gericht.
Sluit de flap bij enveloppen met een staand
formaat. Schuif de envelop zo ver mogelijk langs
de geleiders en houd daarbij de te bedrukken zijde
naar boven en de kant met de flap naar de
invoeropening gericht.
2-23
Page 54
Voorbereiding voor het gebruik
Wanneer u enveloppen of kaarten in de multifunctionele lade
plaatst
Plaats de envelop met de te bedrukken zijde naar boven.
Enveloppen
liggend
Sluit de flap.
Enveloppen staand
Karton (Hagaki)
Antwoordkaarten (Oufuku Hagaki)
OPMERKING: Gebruik ongevouwen antwoordkaarten (Oufuku Hagaki).
Sluit de overslag van de enveloppen.
Sluit de flap.
BELANGRIJK: Hoe u de enveloppen precies moet
plaatsen (richting en kant) hangt af van het soort
envelop. Zorg dat u ze op de juiste manier plaatst.
Anders kunnen ze in de verkeerde richting of op de
verkeerde kant worden bedrukt.
OPMERKING: Wanneer u enveloppen in de
multifunctionele lade plaatst, kies dan de envelopsoort
zoals beschreven in Papierformaat en mediatype voor
de multifunctionele lade opgeven op pagina 2-27.
2-24
Page 55
Voorbereiding voor het gebruik
Papierformaat en mediatype opgeven
De standaardinstelling van het papierformaat voor cassettes 1 en 2, de multifunctionele lade en de optionele
papierinvoer (cassettes 3 en 4) is [Auto], en de standaardinstelling van het mediatype is [Normaal].
Om het papiertype dat wordt gebruikt in de cassettes vast in te stellen, moet u de instellingen van het
papierformaat en het mediatype opgeven. (Raadpleeg Papierformaat en mediatype voor de cassettes opgeven op pagina 2-25.)
Om het papiertype dat wordt gebruikt in de multifunctionele lade vast in te stellen, moet u de instelling van het
papierformaat opgeven. (Raadpleeg Papierformaat en mediatype voor de multifunctionele lade opgeven op pagina 2-27.)
Papierformaat en mediatype voor de cassettes opgeven
Om het papiertype dat wordt gebruikt in cassette 1 of 2 of de optionele papierinvoer (cassettes 3 en 4) vast in
te stellen, moet u het papierformaat opgeven. Als u een ander mediatype dan normaal papier gebruikt, moet u
ook de instelling van het mediatype opgeven.
InstellingBeschikbaar formaat/soort
Papierformaat
AutoHet papierformaat wordt automatisch
gedetecteerd en geselecteerd. Selecteer of het
papier een metrisch formaat of een formaat in
inches heeft.
Standaardformaten 1
Selecteer uit de standaardformaten. De volgende
papierformaten kunnen worden geselecteerd.
Inchformaat: Ledger, Letter-R, Letter, Legal,
Statement-R, 8.5×13.5" en Oficio II
Metrisch formaat: A3, B4, A4, A4-R, B5, B5-R,
A5-R en Folio
2
Standaardformaten 2
MediatypeNormaal (105 g/m
Selecteer uit de standaardformaten die niet bij
“Standaardformaten 1” staan. De volgende
papierformaten kunnen worden geselecteerd.
Inchformaat: A3, B4, A4, A4-R, B5, B5-R, A5-R,
Folio, 8K, 16K-R en 16K
Metrisch formaat: Ledger, Letter-R, Letter, Legal,
Statement-R, 8.5×13.5", Oficio II, 8K, 16K-R en
16K
2
2
m
of minder), Recycle, Afgedrukt, Dik papier,
Kleur, Geperf., Briefpap., Dik (106 g/m
Hoge kwalit. en Custom 1 tot 8
of minder), Ruw, Velijn (64 g/
2
en meer),
OPMERKING: Als de optionele faxkit geïnstalleerd is, dan zijn de volgende mediatypes beschikbaar voor het
afdrukken van inkomende faxen.
Normaal, Recycle, Dik papier, Kleur, Hoge kwaliteit, Ruw en Custom 1 tot 8
2-25
Page 56
Voorbereiding voor het gebruik
1Druk op de Systeemmenu-toets.
2Druk op [Algemene instellingen], [Volgende] bij
Inst. origineel/papier, [Volgende] bij
Papiercassette-instelling.
3Selecteer als Papiercassette-instelling een van de
cassettes [Cassette 1] tot en met [Cassette 4] en
druk op [Volgende].
Druk vervolgens op [Wijzigen] bij Papierformaat.
OPMERKING: [Cassette 3] en [Cassette 4] worden
weergegeven als de optionele papierinvoer
geïnstalleerd is.
Algemene instellingen - Papierformaat
Stel het papierformaat van de cassette in.
Auto
Standaard
Formaten 1
Standaard
Formaten 2
Status10/10/2008 10:10
Algemene instellingen - Mediatype
De papiersoort in cassette 1 kiezen.
A3A4
B4B5B5
RuwVelijnNormaal
AfgedruktRecycleDik papier
Briefpap.Geperf.
Custom 2Custom 1
Custom 7Custom 6
Custom 3Custom 4
Custom 8
A4A5
AnnulerenOK
Dik
Folio
Kleur
Hoge kwalit.
Custom 5
4Voor automatische detectie van het papierformaat
drukt u op [Auto] en selecteert u [Metrisch] of [Inch]
als eenheid.
Om het papierformaat te selecteren drukt u op
[Standaard Formaten 1] of [Standaard Formaten 2]
en selecteert u het papierformaat.
5Druk op [OK]. Het vorige scherm verschijnt
opnieuw.
6Druk op [Wijzigen] van Mediatype en selecteer het
mediatype. Druk vervolgens op [OK].
Status
AnnulerenOK
10/10/2008 10:10
2-26
Page 57
Voorbereiding voor het gebruik
Papierformaat en mediatype voor de multifunctionele lade opgeven
Om het papiertype dat wordt gebruikt in de multifunctionele lade vast in te stellen, moet u het papierformaat
opgeven. Wanneer u ander papier dan normaal papier gebruikt, moet u het mediatype opgeven.
InstellingBeschrijving
Papierformaat
AutoHet papierformaat wordt automatisch gedetecteerd en
geselecteerd. Selecteer of het papier een metrisch formaat
of een formaat in inches heeft.
Standaardformaten 1
Standaardformaten 2
OverigeSelecteer uit speciale standaardformaten en aangepaste
Selecteer uit de standaardformaten. De volgende
papierformaten kunnen worden geselecteerd.
Inchformaat: Ledger, Letter-R, Letter, Legal, Statement-R,
Executive, 8.5×13.5" en Oficio II
Metrisch formaat: A3, A4-R, A4, A5-R, A6-R, B4-R, B5-R,
B5, B6-R en Folio
Selecteer uit de standaardformaten die niet bij
“Standaardformaten 1” staan. De volgende papierformaten
kunnen worden geselecteerd.
Inchformaat: A3, A4-R, A4, A5-R, A6-R B4-R, B5-R, B5, B6R, Folio, 8K, 16K-R en 16K
Metrisch formaat: Ledger, Letter-R, Letter, Legal,
Statement-R, Executive, 8.5×13.5", Oficio II, 8K, 16K-R en
16K
formaten.
De volgende papierformaten kunnen worden geselecteerd.
ISO B5, Envelop #10 (Commercial #10), Envelop #9
(Commercial #9), Envelop #6 (Commercial #6 3/4), Envelop
Monarch, Envelop DL, Envelop C5, Envelop C4, Hagaki,
Oufuku Hagaki, Youkei 4, Youkei 2
2
Formaat
invoer
MediatypeDe volgende mediatypen kunnen worden geselecteerd:
Voer het formaat in dat niet tot de standaardformaten
behoort.
De volgende papierformaten kunnen worden geselecteerd.
Inchformaat
X (horizontaal): 5.83 tot 17" (in stappen van 0.01"),
Y (verticaal): 3.86 tot 11.69" (in stappen van 0.01")
Metrisch formaat
X (horizontaal): 148 tot 432 mm (in stappen van 1 mm),
Y (verticaal): 98 tot 297 mm (in stappen van 1 mm)
Het formaat van de multifunctionele cassette instellen.
Auto
Standaard
Formaten 1
Standaard
Formaten 2
Overige
Formaat
invoer
Status10/10/2008 10:10
Algemene instellingen - Papierformaat
Het formaat van de multifunctionele cassette instellen.
Auto
Standaard
Formaten 1
Standaard
Formaten 2
Overige
Formaat
invoer
Status08/08/2009 10:10
A3A4A4A5
A6B4B5B5
B6Folio
AnnulerenOK
X(148 - 432)
420
Nummers
Y(98 - 297)
297
mm
mm
Nummers
AnnulerenOK
3Voor automatische detectie van het papierformaat
drukt u op [Auto] en selecteert u [Metrisch] of [Inch]
als eenheid.
Om het papierformaat te selecteren drukt u op
[Standaard Formaten 1], [Standaard Formaten 2],
[Overige] of [Formaat invoer] en selecteert u het
papierformaat.
Als u [Formaat invoer] hebt gekozen, drukt u op [+]
of [–] om de afmetingen X- (horizontaal) en Y(verticaal) in te geven. U kunt het formaat
rechtstreeks invoeren met de cijfertoetsen door op
[Nummers] te drukken.
4Druk op [OK]. Het vorige scherm verschijnt
opnieuw.
Algemene instellingen - Mediatype
De papiersoort in de multifunctionele cassette selecteren.
TransparantEtiketten
AfgedruktRecycleDik papier
Briefpap.Geperf.
Hoge kwalit.
Status
RuwVelijnNormaal
Custom 2Custom 1
Custom 7Custom 6Custom 5Custom 8
Karton
DikEnvelop
Custom 3Custom 4
Kleur
Gecoat
AnnulerenOK
5Druk op [Wijzigen] van Mediatype en selecteer het
mediatype. Druk vervolgens op [OK].
10/10/2008 10:10
2-28
Page 59
Voorbereiding voor het gebruik
Originelen plaatsen
Volg de onderstaande stappen om de originelen voor kopiëren, verzenden of opslaan te plaatsen.
Originelen op de glasplaat plaatsen
Naast gewone vellen kunt u als origineel ook boeken of tijdschriften op de glasplaat plaatsen.
1Open de originelenklep.
OPMERKING: Indien de optionele documenttoevoer
is geïnstalleerd, opent u de documenttoevoer. Zorg
voor u de documenttoevoer opent, dat er geen
originelen in de origineleninvoer of de originelenuitvoer
zijn achtergebleven. Originelen die in de
origineleninvoer of de originelenuitvoer zijn
achtergebleven, kunnen op de grond vallen wanneer
de documenttoevoer wordt geopend.
Laat de documenttoevoer openstaan als het origineel
40 mm of dikker is.
2Plaats het origineel. Plaats de te scannen zijde met
het beeld omlaag en leg het strak tegen de
aanduidingen voor het origineelformaat aan met de
linkerachterhoek als referentiepunt.
2
2-29
Page 60
Voorbereiding voor het gebruik
Aanduidingen origineelformaat
(inch-modellen)
(metrische modellen)
3Sluit de originelenklep.
BELANGRIJK: Duw de originelenklep bij het sluiten
niet met kracht omlaag. Te veel druk kan ervoor zorgen
dat de glasplaat breekt.
OPMERKING: Er kunnen schaduwen ontstaan aan
de randen en in het midden van opengevouwen
originelen.
VOORZICHTIG: Laat de documenttoevoer niet
openstaan, want dan bestaat er gevaar voor lichamelijk
letsel.
2-30
Page 61
Voorbereiding voor het gebruik
Originelen in de documenttoevoer plaatsen
De optionele documenttoevoer scant automatisch elk vel van meerdere originelen. Beide zijden van
dubbelzijdige originelen worden gescand.
Onderdeelnamen van de documenttoevoer
(1)
(2)
(3)
(4)
(5)
(6)
(7)
(1) Lampje voor geplaatste originelen
(2) Bovenklep
(3) Breedtegeleiders voor originelen
(4) Origineleninvoer
(5) Originelenuitvoer
(6)Originelenstopper
(7) Handgreep voor openen
Originelen geschikt voor de documenttoevoer
De documenttoevoer is geschikt voor de volgende types originelen.
Gewicht45 tot 160 g/m2 (duplex : 50 tot 120 g/m2)
FormaatMaximaal A3 tot minimaal A5
Maximaal Ledger tot minimaal Statement-R
2
CapaciteitNormaal papier (80 g/m
), gekleurd papier, gerecycled
papier: 100 vellen (originelen van verschillende formaten:
30 vellen)
Dik papier (120 g/m
Dik papier (160 g/m
2
): 66 vellen
2
): 50 vellen
Kunstdrukpapier: 1 vel
Papier van hoge kwaliteit (110 g/m
2
): 72 vellen
2
Originelen niet geschikt voor de documenttoevoer
Gebruik de documenttoevoer niet voor de volgende soorten originelen.
•Zachte originelen zoals vinylvellen
•Transparanten zoals OHP-film
•Carbonpapier
•Originelen met erg gladde oppervlakken
•Originelen met plakband of lijm
•Natte originelen
•Originelen met niet goed opgedroogde correctievloeistof
•Originelen met een onregelmatige vorm (niet rechthoekig)
•Originelen met uitsparingen
•Gekreukt papier
•Originelen met vouwen (Strijk de vouwen glad voor plaatsing. Als u dit niet doet, kan een papierstoring
optreden.)
•Originelen met paperclips of nietjes (Verwijder paperclips of nietjes en strijk eventuele golvingen, plooien of
kreuken glad. Als u dit niet doet, kan een papierstoring optreden.)
2-31
Page 62
Voorbereiding voor het gebruik
Zo plaatst u originelen
BELANGRIJK: Zorg ervoor, voor u originelen plaatst, dat er geen originelen in de originelenuitvoer zijn
achtergebleven. Op de originelenuitvoer achtergebleven originelen kunnen de nieuwe originelen doen
vastlopen.
1Pas de breedtegeleiders voor originelen aan de
nieuwe originelen aan.
2Plaats de originelen. Plaats de te scannen zijde (of
de eerste zijde van dubbelzijdige originelen) naar
boven. Schuif de voorrand zo ver mogelijk in de
documenttoevoer. Het lampje voor geplaatste
originelen gaat aan.
Lampje voor geplaatste originelen
BELANGRIJK: Kijk of de breedtegeleiders voor
originelen perfect op de originelen aansluiten. Als er
nog ruimte is, past u de breedtegeleiders opnieuw aan.
Als u dit niet doet, kan dit leiden tot een papierstoring.
Zorg ervoor dat de geplaatste originelen niet boven
de niveau-aanduiding uitkomen. Als u dit niet doet,
kan dit leiden tot een papierstoring (zie afbeelding).
Originelen die voorgeboord of geperforeerd zijn,
plaatst u zo dat de gaten of perforaties als laatste
(en niet als eerste) worden gescand.
Het lampje voor geplaatste originelen brandt wel of niet,
afhankelijk van de manier waarop de originelen zijn
geplaatst.
De aanduidingen en hun status zijn de volgende:
•Groen lampje (linkerlampje) brandt: het origineel
is correct geplaatst.
•Groen lampje (linkerlampje) knippert: het origineel
is niet correct geplaatst. Verwijder het en plaats
het opnieuw.
•Rood lampje (rechterlampje) knippert: het
origineel is vastgelopen. Verwijder het
vastgelopen origineel en plaats het correct.
2-32
Page 63
3Basisbediening
In dit hoofdstuk worden de volgende bedieningshandelingen uitgelegd.
•Programmeren (kopiëren en verzenden) ..........................................3-30
•
Sneltoetsen registreren (kopieer-, verzend- en documentboxinstellingen)
•Gebruik van de webbrowser .............................................................3-34
.....3-32
3-1
Page 64
Basisbediening
Aanmelden/afmelden
Als het gebruikersaanmeldingsbeheer ingeschakeld is, dan moeten de aanmeldingsgebruikersnaam en het
wachtwoord worden ingevoerd om het apparaat te gebruiken.
OPMERKING: Aanmelden is niet mogelijk als u uw aanmeldingsgebruikersnaam en -wachtwoord vergeten
bent. Meld u zich in dit geval aan met de toegangsrechten van de beheerder en wijzig uw
aanmeldingsgebruikersnaam en -wachtwoord.
Aanmelden
1Als het afgebeelde scherm wordt weergegeven
Voer de gebruikersnaam en het wachtwoord in.
Aanmelden op: Lokaal
Status
Gebruikersnaam
aanmelding
Wachtwoord
aanmelding
Controleer teller
abcdef
********
Annuleren
Nummers
Nummers
IC kaart
Aanmelden
Aanmelding
08/08/2009 10:10
tijdens de bediening, drukt u op [Gebruikersnaam
aanmelding].
Druk op [Nummers] om de aanmeldingsgegevens
in te voeren met de cijfertoetsen.
2Voer de aanmeldingsgebruikersnaam in en druk op
[OK].
3Druk op [Wachtwoord aanmelding].
Druk op [Nummers] om de aanmeldingsgegevens
in te voeren met de cijfertoetsen.
4Voer het wachtwoord in en druk op [OK].
5Controleer of de aanmeldingsgebruikersnaam en
het wachtwoord juist zijn en druk op [Aanmelding].
OPMERKING: Als Netwerkverificatie geselecteerd is
als gebruikersverificatiemethode, dan kan zowel
Lokaal als Netwerk geselecteerd worden als
verificatiebestemming.
3-2
Page 65
Basisbediening
OPMERKING: Er is standaard reeds één standaardgebruiker met apparaatbeheerdersrechten en één
standaardgebruiker met beheerdersrechten opgeslagen. De eigenschappen van de verschillende gebruikers
zijn:
Apparaatbeheerder
Wij raden u aan de gebruikersnaam, de aanmeldingsnaam en het wachtwoord regelmatig te wijzigen voor uw
veiligheid.
3
Afmelden
U kunt zich afmelden bij het apparaat door op de
Afmelden-toets te drukken. Het invoerscherm voor de
gebruikersnaam en het wachtwoord verschijnt opnieuw.
3-3
Page 66
Basisbediening
De toetsen Enter en Snelkiesnummer zoeken
In dit gedeelte wordt het gebruik van de toetsen Enter en Snelkiesnummer zoeken op het bedieningspaneel
uitgelegd.
Gebruik van de Enter ()-toets
De Enter-toets werkt op dezelfde manier als de toetsen zoals [OK] en [Sluiten] op het aanraakscherm.
Het Enter-symbool ( ) wordt weergegeven naast de toets waarvan de functie uitgevoerd zal worden als de
Enter-toets ingedrukt wordt (bijvoorbeeld [ OK], [ Sluiten]).
Gereed voor kopiëren.
Papierselectie
kopieën
1Druk, in het papierselectiescherm, op de toets van
de cassette met het gewenste papierformaat.
Het Enter-symbool ( ) verschijnt op de toets [OK]
Plaats origineel.
Orig.
:
---
Zoomen
100%
:
---
Papier
:
Voorbeeld
Sneltoets toevoegen
Status10/10/2008 10:10
Auto
A4
Normaal
A3
Normaal
A4
Normaal
A4
Normaal
AnnulerenOK
A4
Normaal
MF-lade
Instelling
op het aanraakscherm en geeft hiermee aan dat de
Enter-toets dezelfde functie heeft als [OK].
2Om te kopiëren met het gekozen papier, drukt u op
de Enter-toets (of op [OK]).
Gebruik van de Snelkiesnummer zoeken ()-toets
Gebruik de Snelkiesnummer zoeken-toets om een handeling uit te voeren door een nummer rechtstreeks met
de cijfertoetsen in te voeren. U kunt bijvoorbeeld het snelkiesnummer voor een verzendbestemming opgeven
of het programmanummer van een opgeslagen programma oproepen.
De Snelkiesnummer zoeken-toets voert dezelfde functie uit als de toets [Nr.] op het aanraakscherm.
Het gebruik van de Snelkiesnummer zoeken-toets wordt hieronder uitgelegd, waarbij het invoeren en
gebruiken van een snelkiesnummer om een bestemming op te geven als voorbeeld gebruikt wordt. Raadpleeg
voor meer informatie over snelkiezen Gebruikersrechten op pagina 3-27.
1/10
1/100
Bestemming
Adresboek
E-mailadres
invoeren
Maplocatie
invoeren
Faxnummer
invoeren
i-FAX
Adr. invoer
WSD-scan
Geavanceerde
instellingen
Gereed voor verzenden.
Plaats het origineel.
BestemmingDetails
A OFFICE
B OFFICE
C OFFICE
DirectOp de haak
0001
AAABBB
00060007000800090010
FFFGGGHHHIIIJJJ
BestemmingKleur/beeld-
Status08/08/2009 10:10
00
instellingen
1234567890
Voer het snelkiesnummer in
met de cijfertoetsen.
(0001 - 1000)
AnnulerenOK
Snelle
orig./verzending
Bestandsformaat
0011
kwaliteit
1Druk op de Snelkiesnummer zoeken-toets (of op
[Nr.]) in het basisverzendscherm.
2Gebruik in het nummerinvoerscherm de
cijfertoetsen om het snelkiesnummer in te voeren.
3
Als u een snelkiesnummer ingevoerd heeft met 1 tot
3 cijfers, druk dan op de
De opgegeven bestemming verschijnt in de lijst
met bestemmingen.
OPMERKING: Als u een 4-cijferig snelkiesnummer
invoert, dan kan stap 3 overgeslagen worden. Het
basisverzendscherm verschijnt en de opgegeven
bestemming verschijnt in de lijst met bestemmingen.
3-4
Enter
-toets (of op [OK]).
Page 67
Kopiëren
Volg de onderstaande stappen voor de basishandelingen bij het kopiëren.
1Druk op de Kopiëren-toets wanneer de toets/het
lampje Kopiëren uit is.
Basisbediening
Gereed voor kopiëren.
Beeld kopiëren
Plaats origineel.
Orig.
:
---
Zoomen
100%
:
---
Papier
:
Voorbeeld
instellingen
Status
Snelle
Orig./papier/
voltooien
Auto
selectie
2-zijdig
>>2-zijdig
Duplex
100%
Zoomen
Combineren
Kleur/beeld-
kwaliteit
Normaal 0
DichtheidPapier-
Uit2 in 1
Nieten/
perforeren
Indelen/bewerken
kopieën
Sneltoets 1
Sneltoets 2
Sneltoets 3
Sneltoets 4
Sneltoets 5
Sneltoets 6
Geavanceerde
instellingen
10/10/2008 10:10
OPMERKING: Als het aanraakscherm uitgeschakeld
is, druk dan op de Power-toets en wacht tot het
apparaat opgewarmd is.
2Plaats de originelen op de glasplaat of in de
optionele documenttoevoer.
OPMERKING: Raadpleeg Originelen plaatsen op
pagina 2-29 voor informatie over het plaatsen.
3Zorg ervoor dat [Auto] is geselecteerd bij
Papierselectie op het aanraakscherm. Er wordt
automatisch papier geselecteerd dat overeenkomt
met het formaat van het origineel.
Als u het papierformaat wilt wijzigen, drukt u op
[Orig./papier/voltooien], [Papierselectie] en
selecteert u de gewenste papierbron.
OPMERKING: Selecteer zo nodig het papierformaat
handmatig, in plaats van de automatische
papierselectie te gebruiken.
3
4Gebruik de cijfertoetsen om de hoeveelheid
kopieën in te voeren. Geef het gewenste aantal tot
999 op.
5Druk op de Start-toets om het kopiëren te starten.
6Verwijder de voltooide kopieën uit de bovenste
opvanglade.
3-5
Page 68
Basisbediening
Dubbelzijdig kopiëren
Maak dubbelzijdige kopieën. De volgende opties voor dubbelzijdig kopiëren zijn beschikbaar.
U kunt ook enkelzijdige kopieën maken van een tweezijdig origineel of van een origineel met twee pagina's
naast elkaar zoals een boek. De volgende mogelijkheden zijn beschikbaar:
Enkelzijdig naar dubbelzijdig
5
4
3
2
1
4
1
2
OrigineelKopie
5
3
Hiermee kunnen dubbelzijdige kopieën van enkelzijdige
originelen worden gemaakt. Bij een oneven aantal
originelen zal de achterzijde van de laatst gekopieerde
pagina blanco zijn.
ghi
def
abc
AB
ghi
abc
def
OrigineelKopie
Dubbelzijdig naar enkelzijdig
1
2
OrigineelKopie
De volgende bindopties zijn beschikbaar.
ghi
abc
def
A Origineel links/rechts naar Binding links/rechts: Het
beeld op de achterzijde wordt niet gedraaid.
B Origineel links/rechts naar Binding boven: Het beeld
op de achterzijden wordt 180° gedraaid. De kopieën
kunnen aan de bovenzijde worden ingebonden en
staan dan in dezelfde richting bij het omslaan van de
pagina's.
1
2
Hiermee kan elke zijde van een tweezijdig origineel op
een afzonderlijk vel worden gekopieerd. Hiervoor is de
optionele documenttoevoer vereist.
De volgende bindopties zijn beschikbaar.
•Binding links/rechts: Het beeld op de achterzijde
wordt niet gedraaid.
•Binding boven: Het beeld op de achterzijden wordt
180° gedraaid.
3-6
Page 69
Dubbelzijdig naar dubbelzijdig
5
3
4
1
2
Basisbediening
5
3
4
1
2
Hiermee kunnen dubbelzijdige kopieën van
dubbelzijdige originelen worden gemaakt. Hiervoor is
de optionele documenttoevoer vereist.
OrigineelKopie
Boek naar enkelzijdig
OrigineelKopie
OPMERKING: De ondersteunde papierformaten bij
dubbelzijdig naar dubbelzijdig zijn Ledger, Legal,
Letter, Letter-R, Executive, Statement-R, Oficio II,
8.5×13.5", A3, B4, A4, A4-R, B5, B5-R, A5-R en Folio.
Hiermee kan een 1-zijdige kopie van een 2-zijdig
21
1
2
origineel of een opengeslagen boek worden gemaakt.
De volgende bindopties zijn beschikbaar.
•Binding links: Originelen met tegenover elkaar
liggende pagina's worden van links naar rechts
gekopieerd.
•Binding rechts: Originelen met tegenover elkaar
liggende pagina's worden van rechts naar links
gekopieerd.
3
OPMERKING: Bij dubbelzijdig naar enkelzijdig en bij
boek naar enkelzijdig worden de volgende formaten
van origineel en papier ondersteund. Origineel: Ledger,
Letter-R, A3, B4, A4-R, B5-R, A5-R en 8K. Papier:
Letter, A4, B5 en 16K. U kunt het papierformaat
wijzigen en de kopie verkleinen of vergroten tot dat
formaat.
Boek naar dubbelzijdig
Hiermee kunnen dubbelzijdige kopieën van boeken met
tegenover elkaar liggende pagina's worden gemaakt.
OPMERKING: Bij boek naar dubbelzijdig worden de
volgende formaten van origineel en papier
ondersteund. Origineel: Ledger, Letter-R, A3, B4, A4-
34
Tegenover
elkaar liggende
pagina's
-> Dubbelzijdig
3
4
1
2
Tegenover
elkaar liggende
pagina's
-> Tegenover
elkaar liggende
pagina's
1
2
0
3
R, B5-R, A5-R en 8K. Papier: Letter, A4 en B5.
212143
4
1
2
2
1
3
0
3
OrigineelKopie
Hieronder wordt de procedure voor het dubbelzijdig/duplexkopiëren beschreven.
1Druk op de Kopiëren-toets.
2Plaats het origineel op de glasplaat.
3-7
Page 70
Basisbediening
3Druk op [Indelen/bewerken] en vervolgens op
[Duplex].
Gereed voor kopiëren.
Duplex
Plaats origineel.
:
---
Orig.
:
Zoomen
100%
Papier
:
---
Voorbeeld
Sneltoets toevoegen
Status
Gereed voor kopiëren.
Duplex
Plaats origineel.
:
---
Orig.
:
Zoomen
100%
Papier
:
---
Voorbeeld
Sneltoets toevoegen
Status
1-zijdig
>>1-zijdig
1-zijdig
>>2-zijdig
2-zijdig
>>1-zijdig
2-zijdig
>>2-zijdig
Boek
>>1-zijdig
Boek
>>2-zijdig
1-zijdig
>>1-zijdig
1-zijdig
>>2-zijdig
2-zijdig
>>1-zijdig
2-zijdig
>>2-zijdig
Boek
>>1-zijdig
Boek
>>2-zijdig
voltooien
Binding
Links/rechts
Origineel
Binding
Links/rechts
kopieën
Bovenrand
Binding
Boven
AnnulerenOK
Binding
Boven
AnnulerenOK
boven
Afdr.richt.
origineel
08/08/2009 10:10
kopieën
Bovenrand
boven
Afdr.richt.
origineel
08/08/2009 10:10
4Selecteer de gewenste duplexoptie.
5Als u [1-zijdig>>2-zijdig] of
[2-zijdig>>2-zijdig] kiest, selecteer dan de bindzijde
van de voltooide kopieën bij Voltooien.
Als u [Boek>>2-zijdig] kiest, druk dan op [Boek>>2zijdig] of [Boek>> Boek] bij Voltooien om de
duplexinstelling te selecteren.
6Als u [2-zijdig>>1-zijdig],
[2-zijdig>>2-zijdig], [Boek>>1-zijdig] of
[Boek>>2-zijdig] kiest, selecteer dan de bindzijde
van de originelen bij Origineel.
7Druk op [Afdr. richt. origineel] om de afdrukrichting
van het origineel te selecteren, namelijk
[Bovenrand boven] of [Bovenrand links]. Druk
vervolgens op [OK].
8Druk op [OK].
9Druk op de Start-toets.
Als het origineel op de glasplaat gescand is,
vervangt u het door het volgende. Druk vervolgens
op de Start-toets.
Nadat u alle originelen hebt gescand, drukt u op
[Scan volt.] om het kopiëren te starten.
3-8
Page 71
Kopiëren met sorteren/verschuiven
Het apparaat kan sorteren en verschuiven terwijl het kopieert.
U kunt de kopieerfuncties sorteren/verschuiven gebruiken voor de hieronder beschreven taken.
Sorteren
Meerdere originelen worden gescand en volledige sets
met kopieën worden op paginanummer afgeleverd.
Als de optionele documentfinisher niet geïnstalleerd is
en u gebruikt de functie Verschuiven, dan worden de
kopieën afgedrukt nadat elke set (of pagina) 90º
gedraaid is.
OPMERKING: Laad papier van hetzelfde formaat in
de andere richting in een andere papierbron dan de
geselecteerde papierbron. De papierformaten die bij
Verschuiven worden ondersteund, zijn A4, B5, Letter
en 16K.
3
2
1
OrigineelKopie
Verschuiven
Zonder documentfinisher
3
2
1
OrigineelKopie (elke set)
3
2
1
3
2
1
3
2
1
3
2
1
3
2
1
3
2
1
Basisbediening
3
Met documentfinisher
3
2
1
OrigineelKopie (elke set)
3
2
3
1
2
3
1
2
1
Wanneer u gebruik maakt van verschuiven, dan worden
de afgedrukte kopieën opgesplitst na elke set met
kopieën (of na elke pagina).
OPMERKING: Hiervoor is de optionele
documentfinisher of de documentfinisher voor 3.000
vellen nodig.
Hieronder wordt de procedure beschreven voor het
kopiëren met sorteren/verschuiven.
1Druk op de Kopiëren-toets.
2Plaats het origineel op de glasplaat.
3-9
Page 72
Basisbediening
3Druk op [Orig./papier/voltooien] en vervolgens op
[Samenvoegen/verschuiven].
Gereed voor kopiëren.
Samenvoegen/verschuiven
Sorteren
Plaats origineel.
Orig.
:
---
Zoomen
100%
:
Papier
---
:
Voorbeeld
Sneltoets toevoegen
Status08/08/2009 10:10
Verschuiven
UitAan
UitPer set
AnnulerenOK
Gereed voor kopiëren.
Samenvoegen/verschuiven
Sorteren
Plaats origineel.
Orig.
:
---
Zoomen
100%
:
Papier
---
:
Voorbeeld
Status08/08/2009 10:10
Verschuiven
UitAan
UitElke pagina
AnnulerenOKSneltoets toevoegen
kopieën
kopieën
4Druk voor kopiëren met samenvoegen op [Aan] bij
Sorteren.
Druk voor kopiëren met verschuiven op [Per set] bij
Verschuiven.
Druk op [OK].
Als [Uit] is geselecteerd voor Sorteren, drukt u op
[Uit] of [Elke pagina] bij Verschuiven.
5Druk op [OK].
6Druk op de Start-toets. Het kopiëren begint.
3-10
Page 73
Basisbediening
Nieten
Gebruik deze functie om uw afgewerkte kopieën te nieten.
OPMERKING: Bij nieten is de optionele documentfinisher of de finisher voor 3.000 vellen vereist. Wij wijzen
er ook op dat u voor nieten in het midden (zadelsteek) de vouweenheid nodig heeft.
Gebruik de onderstaande procedure om geniete kopieën te maken.
1Druk op de Kopiëren-toets.
2Plaats het origineel op de glasplaat.
3Druk op [Orig./papier/voltooien] en vervolgens op
[Nieten/perforeren].
Gereed voor kopiëren.
Nieten/perforeren
Plaats origineel.
Orig.
Zoomen
Papier
Voorbeeld
Status
Nieten
Perforeren
:
--100%
:
:
---
kopieën
Boven
Links
Uit
Uit
Boven
Rechts
2 nietjes
Links
2 gaatjes
Links
2 gaatjes
Boven
2 gaatjes
Rechts
2 nietjes
Boven
2 nietjes
Rechts
Vouwen met
zadelsteek
4 gaten
Links
4 gaten
Boven
4 gaten
Rechts
AnnulerenOKSneltoets toevoegen
Bovenrand
boven
Afdr.richt.
origineel
08/08/2009 10:10
4Selecteer de plek voor het nieten.
OPMERKING: Druk voor de zadelsteek op [Vouwen
met zadelsteek]. Zorg er bij het plaatsen van de
originelen voor dat de coverpagina onderaan ligt.
5Druk op [Afdr. richt. origineel] om de richting van
het origineel te kiezen, namelijk [Bovenrand boven]
of [Bovenrand links]. Druk vervolgens op [OK].
3
6Druk op [OK].
7Druk op de Start-toets. Het kopiëren begint.
3-11
Page 74
Basisbediening
Perforeren
Perforeer gaten in een stapel afgewerkte kopieën om vervolgens in te binden.
OPMERKING: Hiervoor is de optionele documentfinisher of de finisher voor 3.000 vellen vereist.
Volg de onderstaande stappen voor het perforeren.
1Druk op de Kopiëren-toets.
2Plaats het origineel op de glasplaat.
3Druk op [Orig./papier/voltooien] en vervolgens op
[Nieten/perforeren].
Gereed voor kopiëren.
Nieten/perforeren
Plaats origineel.
Orig.
Zoomen
Papier
Voorbeeld
Status
Nieten
Perforeren
:
--100%
:
:
---
kopieën
Boven
Links
Uit
Uit
Boven
Rechts
2 nietjes
Links
2 gaatjes
Links
2 gaatjes
Boven
2 gaatjes
Rechts
2 nietjes
Boven
2 nietjes
Rechts
Vouwen met
zadelsteek
4 gaten
Links
4 gaten
Boven
4 gaten
Rechts
AnnulerenOKSneltoets toevoegen
Bovenrand
boven
Afdr.richt.
origineel
08/08/2009 10:10
4Selecteer de manier van perforeren.
5Druk op [Afdr. richt. origineel] om de richting van
het origineel te kiezen, namelijk [Bovenrand boven]
of [Bovenrand links]. Druk vervolgens op [OK].
6Druk op [OK].
7Druk op de Start-toets.
Als het origineel op de glasplaat geplaatst is. Plaats
het volgende origineel en druk op de Start-toets.
Het kopiëren begint.
Als alle originelen gescand zijn, druk dan op
[Scannen volt.]. Het kopiëren begint.
3-12
Page 75
Basisbediening
Afdrukken - Afdrukken vanuit een toepassing
Volg de onderstaande stappen om een document vanuit een toepassing af te drukken.
OPMERKING: Om documenten af te drukken vanuit een toepassing, moet u het printerstuurprogramma op
uw computer installeren vanaf de bijgeleverde cd-rom (Product Library).
1Maak een document in een toepassing.
2Klik op Bestand en selecteer Afdrukken in de
toepassing. Het dialoogvenster Afdrukken
verschijnt.
3Klik op de knop T naast het veld Naam en
selecteer dit apparaat uit de lijst.
4Vul het gewenste aantal afdrukken in het vak
Exemplaren in. U kunt tot 999 exemplaren
opgeven.
3
Waneer er meer dan één document is, selecteert u
Sorteren om de documenten een voor een in de
volgorde van de paginanummers af te drukken.
5Klik op de knop Eigenschappen. Het
dialoogvenster Eigenschappen verschijnt.
3-13
Page 76
Basisbediening
6Selecteer het tabblad Basis en klik op de knop
Afdrukformaat om het papierformaat te
selecteren.
Om op speciale papiersoorten zoals dik papier of
transparanten af te drukken, klikt u op het menu
Afdrukmateriaaltype en selecteert u het
mediatype.
7Klik op Bron en selecteer de papierbron.
OPMERKING: Als u Automatisch kiest, wordt het
papier automatisch aangevoerd uit de papierbron met
het papier van het optimale formaat en type. Om op
speciale papiersoorten zoals enveloppen of dik papier
af te drukken, plaatst u ze in de multifunctionele lade
en selecteert u MF Lade.
8Selecteer de papierrichting – Staand of Liggend –
om deze af te stemmen op de richting van het
document.
Als u Gedraaid selecteert, wordt het document
180° gedraaid afgedrukt.
9Klik op de OK-knop om naar het dialoogvenster
Afdrukken terug te keren.
10
Klik op de OK-knop om het afdrukken te starten.
3-14
Page 77
Basisbediening
Verzenden
Dit apparaat kan een gescande afbeelding verzenden als bijlage bij een e-mailbericht of naar een pc die is
verbonden met het netwerk. Hiervoor moet het adres van de afzender en van de bestemming (ontvanger)
worden geregistreerd in het netwerk.
Er is een netwerkomgeving vereist waarin het apparaat verbinding kan maken met een mailserver. Er wordt
aanbevolen een lokaal netwerk (LAN) te gebruiken om problemen met de verzendsnelheid en de beveiliging te
verhelpen.
Tegelijk met het verzenden van een gescande afbeelding kunt u de afbeelding ook afdrukken of verzenden naar
de documentbox.
Voer de volgende stappen uit om de scanfunctie te gebruiken:
•Programmeer de instellingen, waaronder ook de e-mailinstelling op het apparaat.
•Gebruik het COMMAND CENTER (de interne HTML-internetpagina) om het IP-adres en de hostnaam van
de SMTP-server en de ontvanger te registreren.
•Registreer de bestemming in het adresboek of onder een snelkiestoets.
•Wanneer de pc-map (SMB/FTP) wordt geselecteerd, moet de doelmap worden gedeeld. Neem contact op
met uw beheerder om de pc-map in te stellen.
•Een documentbox aanmaken/registreren (wanneer een documentbox is geselecteerd als bestemming)
•Gedetailleerde verzendingsinstellingen (om een documentbox te selecteren als bestemming of om de
afbeelding tegelijkertijd af te drukken en te verzenden)
3
Volg de onderstaande stappen voor de basishandelingen bij het verzenden. De volgende vier opties zijn
beschikbaar:
•Verzenden als e-mail: verzendt een gescand origineelbeeld als bijlage van een e-mailbericht...pagina 3-16
•Verzenden naar map (SMB): slaat een gescand origineelbeeld op in een gedeelde map van eender welke
pc...pagina 3-17
•Verzenden naar map (FTP): slaat een gescand origineelbeeld op in een map van een FTP-server...pagina
3-17
•Verzenden naar documentbox: verzendt een document opgeslagen in de documentbox op dit
apparaat...pagina 4-6
•Afbeeldingsgegevens scannen met TWAIN/WIA: laadt de documentgegevens opgeslagen in een custom
box naar een pc...Raadpleeg de Gebruikershandleiding van het TWAIN/WIA-stuurprogramma
OPMERKING: Verschillende verzendopties kunnen gecombineerd worden opgegeven. Raadpleeg
Verzenden naar verschillende soorten bestemmingen (multi-verzenden) op pagina 3-23.
3-15
Page 78
Basisbediening
Verzenden als e-mail
Verzendt een gescand origineelbeeld als bijlage van een e-mailbericht.
OPMERKING:
•U moet een netwerkomgeving hebben waarin dit apparaat verbinding kan maken met een mailserver. Er
wordt aanbevolen het apparaat te gebruiken in een omgeving waarin het permanent verbinding kan maken
met de mailserver via een LAN.
•Open het COMMAND CENTER van tevoren en voer de instellingen in voor het versturen van een e-mail.
Raadpleeg COMMAND CENTER (instellingen voor e-mail) op pagina 2-14 voor meer informatie.
1Druk op de Verzenden-toets.
Het scherm voor verzenden verschijnt.
OPMERKING: Afhankelijk van de instellingen kan het
zijn dat het scherm met het adresboek verschijnt. Druk
in dat geval op [Annuleren] om het scherm voor
verzenden weer te geven.
Gereed voor verzenden.
Plaats het origineel.
E-mailadres invoeren
E-mailadres
Voeg een nieuwe E-mailadres toe.
Druk op [E-mailadres] en voer het adres in
m.b.v. het toetsenbord op het scherm.
Status
Bestemming
2Druk op [E-mailadres invoeren] en vervolgens op
[E-mailadres].
OPMERKING: De bestemming kan worden
opgegeven via het adresboek of via de
snelkiestoetsen. Raadpleeg Gebruikersrechten op pagina 3-27.
AnnulerenOKVolgend adresToevoegen aan adresboek
08/08/2009 10:10
3Voer het e-mailadres van de bestemming in en
druk op [OK].
4Druk op [Volgend adres] en herhaal stap 3 om de
bestemming op te geven. U kunt tot 100 emailadressen opgeven.
OPMERKING: Wanneer [Toevoegen aan adresboek]
wordt weergegeven, zijn de bestemmingen in het
adresboek geregistreerd.
5Druk op [OK]. De bestemmingen worden in de lijst
met bestemmingen geregistreerd.
3-16
Page 79
Basisbediening
Gereed voor verzenden.
Plaats het origineel.
BestemmingDetails
ABCD
TUVW
Group1
DirectVerwijderen Opnw bellenOp de haakKeten
AAABBBCCCDDD
00060007000800090010
FFFGGGHHHIIIJJJ
BestemmingKleur/beeld-
Status
Snelle
instellingen
abcd@efg.com
10.200.188.120
Group1
Details/bew.
orig./verzending
Bestandsformaat
Aan:
Auto
00040003000500010002
EEE
kwaliteit
Nr.
1/100
1/1
Bestemming
Adresboek
E-mailadres
invoeren
Maplocatie
invoeren
Faxnummer
invoeren
i-FAX
Adr. invoer
WSD-scan
Geavanceerde
instellingen
08/08/2009 10:10
6Controleer de lijst met bestemmingen.
Selecteer een bestemming en druk op [Details/
bew.] om deze te controleren en te bewerken.
Selecteer een bestemming en druk op
[Verwijderen] om de bestemming uit de lijst te
verwijderen.
Verzenden naar map (SMB)/Verzenden naar map (FTP)
Het beeldbestand van het gescande origineel wordt in de opgegeven gedeelde map van eender welke pc
opgeslagen.
Slaat een gescande origineelafbeelding op in een map van een FTP-server.
OPMERKING:
•Raadpleeg de Help-functie van uw besturingssysteem voor meer informatie over het delen van mappen.
•Zorg ervoor dat SMB-protocol of FTP in het COMMAND CENTER op Aan ingesteld is. Raadpleeg voor
meer informatie de KYOCERA COMMAND CENTER Operation Guide.
3
1Druk op de Verzenden-toets.
Het scherm voor verzenden verschijnt.
OPMERKING: Afhankelijk van de instellingen kan het
zijn dat het scherm met het adresboek verschijnt. Druk
in dat geval op [Annuleren] om het scherm voor
verzenden weer te geven.
2Druk op [Maplocatie invoeren] en vervolgens op
[SMB] of [FTP].
OPMERKING: De bestemming kan worden
opgegeven via het adresboek of via de
snelkiestoetsen. Raadpleeg Gebruikersrechten op
pagina 3-27 voor meer informatie.
3-17
Page 80
Basisbediening
Gereed voor verzenden.
Plaats het origineel.
Locatie van de folderinvoeren.
SMB
FTP
Status
Gebruik het toetsenbord voor invoer.
!@#$%^&*( )_+˜
QWE R TY U I O P { }
ASDFGHJKL : "
ZXCVBNM<>?
H-letter
Status
Lower-case
K-letter
Hostnaam
Pad
Gebruikersnaam
aanmelding
Wachtwoord
aanmelding
Geef de locatie van de
bestemmingsmap aan.
Nr./symb.Spatie
Verbinding
testen
AnnulerenOKVolgend adresToevoegen aan adresboek
Limiet: tekens
invoeren: tekens
AnnulerenOK
Bestemming
08/08/2009 10:10
126
0
Backspace
|
08/08/2009 10:10
3Voer de hostnaam, het pad en de
aanmeldingsgebruikersnaam en het
aanmeldingswachtwoord in. Druk op de toets van
elke instelling om eerst het invoerscherm weer te
geven.
4Voer de bestemmingsgegevens in en druk op [OK].
De in te voeren gegevens zijn als volgt.
OPMERKING: Aanmelden is niet mogelijk als u uw aanmeldingsgebruikersnaam en -wachtwoord vergeten
bent. Neem contact op met uw beheerder en vraag uw aanmeldingsgebruikersnaam en -wachtwoord na.
Voor verzenden naar map (SMB)
InstellingIn te voeren gegevens
Hostnaam*Hostnaam of IP-adres van de
ontvangende pc.
PadPad naar de ontvangstmap zoals in
onderstaand voorbeeld.
Bijvoorbeeld \User\ScanData.
Gebruikersnaam
aanmelding
Wachtwoord
Gebruikersnaam voor toegang tot de pc
Bijvoorbeeld abcdnet\james.smith
Wachtwoord voor toegang tot de pcMax. 64 karakters
aanmelding
Max. aantal
karakters
Max. 70 karakters
Max. 128
karakters
Max. 64 karakters
*Gebruik voor het invoeren van een ander poortnummer dan het
standaardnummer (139) de notatie “hostnaam: poortnummer” (vb.
SMBhostnaam:140).
Zet bij het invoeren van het IPv6-adres het adres tussen haakjes [ ].
(bijvoorbeeld [3ae3:9a0:cd05:b1d2:28a:1fc0:a1:10ae]:140)
3-18
Page 81
Voor verzenden naar map (FTP)
Basisbediening
Hostnaam*Hostnaam of IP-adres van de FTP-
PadPad naar de ontvangstmap.
Gebruikersnaam
aanmelding
Wachtwoord
aanmelding
Gereed voor verzenden.
Plaats het origineel.
Locatie van de folderinvoeren.
SMB
FTP
Status
Hostnaam
Pad
Gebruikersnaam
aanmelding
Wachtwoord
aanmelding
Geef de locatie van de
bestemmingsmap aan.
InstellingIn te voeren gegevens
Max. 70 karakters
server
Max. 128
Bijvoorbeeld \User\ScanData.
karakters
Anders worden de gegevens in de
basismap opgeslagen.
Gebruikersnaam voor aanmelden bij
Max. 64 karakters
FTP-server
Wachtwoord voor aanmelden bij FTP-
Max. 64 karakters
server
*Gebruik voor het invoeren van een ander poortnummer dan het
standaardnummer (21) de notatie "hostnaam: poortnummer” (vb.
FTPhostnaam:140).
Zet bij het invoeren van het IPv6-adres het adres tussen haakjes [ ].
(bijvoorbeeld [3ae3:9a0:cd05:b1d2:28a:1fc0:a1:10ae]:140)
Bestemming
5Nadat u alles hebt ingevoerd, drukt u op
[Verbinding testen] om de verbinding te
controleren.
OPMERKING: Verbonden. verschijnt wanneer de
verbinding met de bestemming correct tot stand is
gebracht. Als Kan geen verbinding maken. verschijnt,
Verbinding
testen
AnnulerenOKVolgend adresToevoegen aan adresboek
08/08/2009 10:10
controleer dan de ingevoerde gegevens.
Als u een andere bestemming wilt opgeven, gaat u
naar stap 6. Als u slechts één bestemming wilt
opgeven, gaat u naar stap 7.
Max. aantal
karakters
3
6Druk op [Volgend adres] en herhaal de stappen 3
tot 5 om de bestemming op te geven. U kunt een
combinatie van in het totaal maximaal 10 FTP- en
SMB-doelmappen opgeven.
OPMERKING: Wanneer [Toevoegen aan adresboek]
wordt weergegeven, worden de ingevoerde gegevens
in het adresboek geregistreerd.
7
Druk op [OK] om de ingevoerde gegevens in de lijst
met bestemmingen te registreren.
3-19
Page 82
Basisbediening
Gereed voor verzenden.
Plaats het origineel.
BestemmingDetails
ABCD
TUVW
Group1
DirectVerwijderen Opnw bellenOp de haakKeten
AAABBBCCCDDD
00060007000800090010
FFFGGGHHHIIIJJJ
BestemmingKleur/beeld-
Status
Snelle
instellingen
abcd@efg.com
10.200.188.120
Group1
Details/bew.
orig./verzending
Bestandsformaat
Aan:
Auto
00040003000500010002
EEE
kwaliteit
Nr.
1/100
1/1
Bestemming
Adresboek
E-mailadres
invoeren
Maplocatie
invoeren
Faxnummer
invoeren
i-FAX
Adr. invoer
WSD-scan
Geavanceerde
instellingen
08/08/2009 10:10
8Controleer de lijst met bestemmingen.
Selecteer een bestemming en druk op [Details/
bew.] om deze te controleren en te bewerken.
Bewerk de gegevens indien nodig volgens de
stappen 3 tot 5.
Selecteer een bestemming en druk op
[Verwijderen] om de bestemming uit de lijst te
verwijderen.
Bevestigingsscherm voor bestemmingen
Wanneer u [Aan] selecteert voor het Controleren van de bestemming voor verzenden, dan verschijnt het
bevestigingsscherm voor bestemmingen nadat u op de Start-toets gedrukt heeft.
Volg de onderstaande stappen om de bestemmingen te bevestigen.
Gereed voor verzenden.
Plaats het origineel.
BestemmingDetails
ABCD
TUVW
Group1
DirectVerwijderen Opnw bellenOp de haakKeten
AAABBBCCCDDD
00060007000800090010
FFFGGGHHHIIIJJJ
BestemmingKleur/beeld-
Status
Snelle
instellingen
abcd@efg.com
10.200.188.120
Group1
Details/bew.
orig./verzending
Bestandsformaat
Aan:
Auto
00040003000500010002
EEE
kwaliteit
Nr.
1/100
1/1
Bestemming
Adresboek
E-mailadres
invoeren
Maplocatie
invoeren
Faxnummer
invoeren
i-FAX
Adr. invoer
WSD-scan
Geavanceerde
instellingen
08/08/2009 10:10
1Druk op [] of [] om elke bestemming te
bevestigen.
Druk op [Details] om gedetailleerde informatie over
de geselecteerde bestemming weer te geven.
Om de bestemming te verwijderen, selecteert u de
bestemming die u wilt verwijderen en drukt u op
[Verwijderen]. Druk op [Ja] in het
bevestigingsscherm. De bestemming wordt
verwijderd.
Om de bestemming toe te voegen, drukt u op
[Annuleren] en keert u vervolgens terug naar het
bestemmingsscherm.
2Druk op [Controleren].
OPMERKING: Zorg ervoor dat u elke bestemming
bevestigt door deze weer te geven op het
aanraakscherm. U kunt pas op [Controleren] drukken
als u elke bestemming bevestigd heeft.
3Druk op de Start-toets om het verzenden te
starten.
3-20
Page 83
Bestemming opgeven
Een bestemming opgeven kan via het adresboek of via de snelkiestoetsen.
Kiezen uit het adresboek
Selecteer een bestemming die in het adresboek is geregistreerd.
Gereed voor verzenden.
Plaats het origineel.
BestemmingDetails
ABCD
TUVW
Group1
DirectVerwijderen Opnw bellenOp de haakKeten
AAABBBCCCDDD
00060007000800090010
FFFGGGHHHIIIJJJ
BestemmingKleur/beeld-
Status
Snelle
instellingen
abcd@efg.com
10.200.188.120
Group1
Details/bew.
orig./verzending
Bestandsformaat
Aan:
Auto
00040003000500010002
EEE
kwaliteit
Nr.
1/100
1/1
Bestemming
Adresboek
E-mailadres
invoeren
Maplocatie
invoeren
Faxnummer
invoeren
i-FAX
Adr. invoer
WSD-scan
Geavanceerde
instellingen
08/08/2009 10:10
1Druk in het basisscherm voor verzenden op
[Adresboek].
Basisbediening
3
Adresboek
Adresboek
Best.
Nr. TypeNaamDetails
ABCD
0001
TUVW
0002
0003
Group1
0004
Group2
0005
Group3
ABC DEFJKL MNO PQRS TUV WXYZGHI0-9
E-mail
Status
Map
SorterenAdresboek
abcd@efg.com
tuvw@xyz.com
Naam
i-FAXFAX
AnnulerenOK
Groep
1/2
Zoeken(naam)
Zoeken (nr.)
registr./bew.
Adresboek
Details
08/08/2009 10:10
2Vink het vakje aan om de gewenste bestemming uit
de lijst te kiezen. U kunt meerdere bestemmingen
kiezen. De geselecteerde bestemmingen worden
aangegeven door een vinkje in het selectievakje.
Selecteer om een adresboek op de LDAP-server te
gebruiken [Extern adresboek] uit het pulldownmenu Adresboek.
U kunt de volgorde waarin de bestemmingen
weergegeven worden wijzigen door [Naam] of [Nr.]
te selecteren uit het pulldown-menu Sorteren.
OPMERKING: Om de selectie te annuleren drukt u
op het selectievakje en verwijdert u het vinkje. Voor
meer informatie over het externe adresboek, zie de
KYOCERA COMMAND CENTER Operation Guide.
3Druk op [OK] om de geselecteerde bestemming in
de lijst met bestemmingen te registreren.
OPMERKING: Om een bestemming uit de lijst te
verwijderen, selecteert u de bestemming en drukt u op
[Verwijderen].
3-21
Page 84
Bestemming opzoeken
Status
08/08/2009 10:10
Adresboek
AnnulerenOK
Groep
E-mail
Best.
Zoeken(naam)
Zoeken (nr.)
Nr. TypeNaamDetails
Map
Details
Adresboek
SorterenAdresboek
0001
0002
0005
0004
0003
ABCD
abcd@efg.com
TUVW
tuvw@xyz.com
Group1
Group2
Group3
Naam
registr./bew.
Adresboek
1/2
i-FAXFAX
ABC DEFJKL MNO PQRS TUV WXYZGHI0-9
Bestemmingen die in het adresboek zijn geregistreerd, kunnen worden opgezocht.
Ook een geavanceerde zoekopdracht op soort of beginletter is mogelijk.
(1)
(2)
(3)
(4)
Basisbediening
Gebruikte
toetsen
Soort
zoekopdracht
Opgezochte onderwerpen
1Zoeken op naamZoeken op geregistreerde naam.
2Zoeken op
Zoeken op geregistreerd adresnummer.
adresnummer
3Geavanceerd
zoeken op
Geavanceerd zoeken op beginletter van de
geregistreerde naam.
beginletter
4Geavanceerd
zoeken op type
bestemming
Geavanceerd zoeken op type geregistreerde
bestemming
(E-mail, Map (SMB/FTP), Fax, i-Fax of Groep). (Fax:
enkel wanneer de optionele faxkit is geïnstalleerd. iFax: enkel wanneer de optionele internetfaxkit is
geïnstalleerd).
Hieronder worden de procedures beschreven voor het gebruik van de verschillende zoekfuncties.
Zoeken op naam
Druk op [Zoeken(naam)] en voer de gewenste naam in.
Zoeken op adresnummer
Druk op [Zoeken (nr.)] en voer het gewenste adresnummer in.
Geavanceerd zoeken op beginletter
Druk op de toets voor de gewenste beginletter.
Geavanceerd zoeken op type bestemming
Druk op [E-mail], [Map], [FAX] , [i-FAX] of [Groep]. De bestemmingen die volgens dat type zijn geregistreerd,
worden weergegeven.
3-22
Page 85
Kiezen via snelkiestoets
Gereed voor verzenden.
Plaats het origineel.
BestemmingDetails
ABCD
TUVW
Group1
DirectVerwijderen Opnw bellenOp de haakKeten
AAABBBCCCDDD
00060007000800090010
FFFGGGHHHIIIJJJ
BestemmingKleur/beeld-
Status
Snelle
instellingen
abcd@efg.com
10.200.188.120
Group1
Details/bew.
orig./verzending
Bestandsformaat
00040003000500010002
EEE
Kiezen via snelkiezen
Gereed voor verzenden.
Plaats het origineel.
BestemmingDetails
ABCD
TUVW
Group1
DirectVerwijderen Opnw bellenOp de haakKeten
AAABBBCCCDDD
00060007000800090010
FFFGGGHHHIIIJJJ
BestemmingKleur/beeld-
Status
Snelle
instellingen
abcd@efg.com
10.200.188.120
Group1
Details/bew.
orig./verzending
Bestandsformaat
00040003000500010002
EEE
Aan:
Auto
kwaliteit
Aan:
Auto
kwaliteit
Nr.
1/100
Nr.
1/100
1/1
1/1
Bestemming
Adresboek
E-mailadres
invoeren
Maplocatie
invoeren
Faxnummer
invoeren
i-FAX
Adr. invoer
WSD-scan
Geavanceerde
instellingen
08/08/2009 10:10
Bestemming
Adresboek
E-mailadres
invoeren
Maplocatie
invoeren
Faxnummer
invoeren
i-FAX
Adr. invoer
WSD-scan
Geavanceerde
instellingen
08/08/2009 10:10
Basisbediening
Selecteer de bestemming via de snelkiestoetsen.
Druk in het basisscherm voor verzenden op de
snelkiestoets waaronder de bestemming is
geregistreerd.
OPMERKING: Als de snelkiestoets voor de gewenste
bestemming niet zichtbaar is op het aanraakscherm,
druk dan op [] of [] om te scrollen en de volgende
of vorige snelkiestoetsen weer te geven.
Bij deze procedure wordt ervan uitgegaan dat reeds
snelkiestoetsen zijn geregistreerd.
Roep de bestemming op door de 4 cijfers van een
snelkiestoets (0001 tot 1000) in te voeren (snelkiezen).
Druk in het basisscherm voor verzenden op de toets
Snelkiesnummer zoeken of [Nr.] en gebruik de
cijfertoetsen om het nummer van de Snelkies-toets in
te voeren in het scherm voor het invoeren van de
nummers.
OPMERKING: als u snelkiezen ingevoerd heeft met 1
tot 3 cijfers, druk dan op [OK].
3
Verzenden naar verschillende soorten bestemmingen (multi-verzenden)
U kunt verschillende soorten bestemmingen zoals e-mailadressen, mappen (SMB of FTP) en faxnummers
(optioneel) met elkaar combineren. Dit wordt Multi-verzenden genoemd. Dit is handig als u met één
bedieningshandeling naar verschillende soorten bestemmingen wilt verzenden (e-mailadressen, mappen
enzovoort).
U kunt ook, afhankelijk van de instellingen, tegelijkertijd verzenden en afdrukken.
De procedures zijn net dezelfde als die bij het opgeven van de bestemmingen voor de verschillende
verzendingstypes. Ga verder om het e-mailadres of het pad van de map op te geven zodat ze in de lijst met
bestemmingen verschijnen. Druk op de Start-toets om de verzending naar alle bestemmingen tegelijkertijd te
starten.
3-23
Page 86
Basisbediening
Gebruik van de documentbox
Wat is de documentbox?
De documentbox is een gebied op de harde schijf waar u documenten kunt bewaren om ze later op te vragen
of te delen met meerdere gebruikers.
In de documentbox bevinden zich vier deelboxen met de volgende functies.
Custom box
De custom box is een deelbox die u kunt aanmaken in de documentbox en waarin u gegevens kunt opslaan om
later op te vragen.
Taakbox
De taakbox dient voor het tijdelijk of permanent bewaren van afdrukgegevens voor het gebruik van taakopties
waaronder Privé-afdruk, Opgeslagen taak, Snelkopie, Proefafdruk, Herhalingskopie en Paginasjabloon zoals
verderop beschreven wordt.
Vier afzonderlijke taakboxen die overeenkomen met deze taakopties zijn reeds in de documentbox voorzien.
Deze taakboxen kunnen niet door een gebruiker worden aangemaakt of verwijderd.
De box Privé-afdruk/opgeslagen taak
Bij Privé-afdruk kunt u opgeven dat een taak niet afgedrukt wordt tot u de taak vrijgeeft op het bedieningpaneel.
Geef, wanneer u de taak vanuit de softwaretoepassing verzendt, een 4-cijferige toegangscode op in het
printerstuurprogramma.
De taak wordt vrijgegeven om afgedrukt te worden door de toegangscode in te voeren op het bedieningspaneel
zodat de afdruktaak vertrouwelijk blijft.
De gegevens worden verwijderd als de afdruktaak klaar is of als de hoofdschakelaar uitgezet wordt.
Bij Opgeslagen taak zijn de toegangscodes niet verplicht, maar kunnen ze wel ingevoerd worden in het
printerstuurprogramma als afdrukken met een pinbeveiliging nodig is. In dat geval moet u de toegangscode
invoeren om de opgeslagen taken af te drukken. De afdrukgegevens worden na het afdrukken bewaard op de
harde schijf. Zo kunt u dezelfde afdrukgegevens herhaaldelijk afdrukken.
De box Snelkopie/Proefafdruk
De functie Snelkopie maakt het mogelijk extra exemplaren af te drukken van een document dat reeds afgedrukt
is.
Als Snelkopie ingeschakeld is en u drukt een document af vanuit het printerstuurprogramma, dan worden de
afdrukgegevens opgeslagen in de taakbox Snelkopie.
Wanneer extra exemplaren nodig zijn, dan kunt u het gewenste aantal exemplaren opnieuw afdrukken via het
bedieningspaneel.
Er kunnen standaard 32 documenten opgeslagen worden.
Als het apparaat uitgeschakeld wordt, dan worden alle opgeslagen taken gewist.
OPMERKING: Als u meer documenten probeert op te slaan dan het beschikbare maximum, dan worden de
oudste documentgegevens overschreven door de nieuwste documentgegevens.
3-24
Page 87
Basisbediening
De functie Proefafdruk drukt slechts één proefexemplaar af van een taak met meerdere afdrukken en houdt het
afdrukken van de resterende exemplaren vast.
Als u met de functie Proefafdruk via het printerstuurpogramma een taak met meerdere exemplaren afdrukt, dan
wordt slechts één exemplaar afgedrukt terwijl de documengegevens in de taakbox vastgehouden worden.
Om verder te gaan met het afdrukken van de resterende exemplaren, gebruikt u het bedieningspaneel.
U kunt het aantal af te drukken exemplaren wijzigen.
De box Herhalingskopie
De functie Herhalingskopie slaat de gegevens van het gekopieerde originele document op in de taakbox zodat
u later extra exemplaren kunt afdrukken.
Er kunnen standaard 32 documenten opgeslagen worden.
Als het apparaat uitgeschakeld wordt, dan worden de gegevens van de originelen gewist.
OPMERKING: De functie Herhalingskopie is niet beschikbaar als de optionele databeveiligingskit
geïnstalleerd is.
De box Paginasjabloon
De functie Formuliersjabloon kopieert het originele document met een formulier of afbeelding eroverheen.
Deze taakbox wordt gebruikt om formulieren en afbeeldingen op te slaan.
Verwisselbaar geheugen
Een USB-geheugen dat aangesloten wordt op de USB-geheugenaansluiting (A1) van het apparaat wordt ook
herkend als een taakbox. Zo kunt u de PDF-gegevens in het USB-geheugen afdrukken.
3
U kunt PDF-gegevens rechtstreeks vanaf het USB-geheugen afdrukken zonder een pc.
Ook kunnen bestanden met afbeeldingen, die op dit apparaat gescand zijn, opgeslagen worden in het USBgeheugen in de formaten PDF, TIFF, JPEG, XPS of PDF met hoge compressie (Scan naar USB).
Faxbox
In de faxbox worden de ontvangen faxgegevens opgeslagen.
3-25
Page 88
Basisbediening
Basisbediening van de documentbox
In dit gedeelte wordt de basisbediening van de documentbox uitgelegd aan de hand van voorbeelden waarbij
taken uitgevoerd worden met custom boxen.
OPMERKING: In de hierna volgende uitleg, gaan we ervanuit dat het gebruikersaanmeldingsbeheer
ingeschakeld is. Raadpleeg Gebruikersrechten op pagina 3-27 voor meer informatie over de
gebruikersaanmeldingsrechten.
Hieronder worden de basishandelingen voor het gebruik van documentboxen beschreven.
1Druk op de Documentbox-toets.
Het standaarddocumentboxscherm verschijnt.
2
Custom box.
Naam
Nr.
0001SALES Anonymous- - - -
Eigenaar
Gebr.geb.
1/1
Zoeken(naam)
Zoeken (nr.)
Box registr./
bewerken
Druk op [Custom box], [Taakbox] of [Verwisselbaar
geheugen] om het type documentbox te selecteren
waarmee u wilt werken.
Druk in dit voorbeeld op [Custom box].
Het scherm met de lijst met boxen verschijnt.
Bestand
Custom boxTaakboxVerwisselbaar
Status
opslaan
DetailsOpenen
geheugen
Faxbox
08/08/2009 10:10
Custom box.
Nr. NaamEigenaarGebr.geb.
000110%
Box0001
Box000220%
0002
Box000330%
0003
Custom boxTaakboxVerwisselbaar
Status08/08/2009 10:10
Bestand
opslaan
Gebruiker
1
Gebruiker
2
Gebruiker
3
DetailsOpenen
geheugen
Faxbox
1/1
Zoeken(naam)
Zoeken (nr.)
Box registr./
bewerken
U kunt dit scherm gebruiken voor taken zoals het
registreren en bewerken van boxen.
OPMERKING: U kunt een box niet openen als u uw
wachtwoord vergeten bent. Gebruik in dat geval de
toegangsrechten van de beheerder en overschrijf het
wachtwoord van uw box.
3
Selecteer de box met het document waarmee u wilt
werken en druk op [Openen].
Het scherm met de lijst met documenten verschijnt.
U kunt dit scherm gebruiken voor taken zoals het
afdrukken en verzenden van documenten.
OPMERKING: Als een custom box beveiligd is met
een wachtwoord, voer dan het juiste wachtwoord in.
3-26
Page 89
Basisbediening
Gebruikersrechten
Als het gebruikersaanmeldingsbeheer ingeschakeld is, dan verschilt de toegang tot de onderdelen van de
documentbox afhankelijk van de toegekende gebruikersrechten.
De toegang verschilt als volgt afhankelijk van de gebruikersrechten:
Toegang
Bediening
Boxinformatie
Toegangsniveau
Een box aanmakenJaNee
De boxeigenaar wijzigenJaNee
Een box
verwijderen
Het boxnummer
wijzigen
Een box een
nieuwe naam geven
Het wachtwoord
voor een box
wijzigen
Het wachtwoord
voor een box
overschrijven
De boxcapaciteit
instellen
AnderenJaNee
EigenaarJaJa
OverigeJaNee
EigenaarJaNee
OverigeJaNee
EigenaarJaJa
OverigeNeeNee
EigenaarJaJa
OverigeJaNee
EigenaarJaNee
OverigeJaNee
EigenaarJaNee
BeheerderGebruiker
3
De eigenaar
wijzigen
De machtiging
wijzigen
De gebruiksduur
van een box
wijzigen
De toegang tot een box beperken
De toegang tot een custom box verschilt als volgt afhankelijk van het rechtenniveau:
Beheerder: Een beheerder heeft toegang tot alle boxen en kan ze allemaal bewerken.
Gebruiker: Een gebruiker heeft toegang tot zijn/haar eigen boxen en tot de gedeelde boxen en kan die
boxen bewerken.
OverigeJaNee
EigenaarJaNee
OverigeJaNee
EigenaarJaJa
OverigeJaNee
EigenaarJaJa
3-27
Page 90
Basisbediening
Verplicht invoeren van een wachtwoord
Als het gebruikersaanmeldingsbeheer ingeschakeld is, dan verschilt het verplicht invoeren van een wachtwoord
als volgt afhankelijk van het rechtenniveau:
Beheerder: De beheerder is niet verplicht een wachtwoord in te voeren om
toegang te krijgen tot elk van de boxen.
Gebruiker: De gebruiker is verplicht een wachtwoord in te voeren om toegang te
krijgen tot een box die beveiligd is met een wachtwoord. De
gebruiker is niet verplicht een wachtwoord in te voeren om toegang
te krijgen tot zijn/haar eigen boxen.
Nieuwe custom boxen aanmaken als het gebruikersaanmeldingsbeheer ingeschakeld is
Box:**
Boxnummer:
0001DCBA9876
Boxnaam:
SALES
Boxwachtwoord:Machtiging:
Toets 4Persoonlijk
Bestanden aut. wissen:
dag(en)30
Vrije ruimte:
GB30
Status08/08/2009 10:10
Wijzigen
Wijzigen
Wijzigen
Wijzigen
Eigenaar
Gebruiksbeperkingen:
21 GB
Instelling overschrijven:
Toestaan
Verwijderen na afdrukken:
Uit
Annuleren
Wijzigen
Wijzigen
Wijzigen
Wijzigen
Wijzigen
Registreren
Als u een nieuwe custom box aanmaakt wanneer het
gebruikersaanmeldingsbeheer ingeschakeld is, dan
verschijnt het betreffende scherm en kunt u de
eigenaars- en machtigingsinstellingen wijzigen. Enkel
beheerders en apparaatbeheerders kunnen nieuwe
custom boxen aanmaken.
De eigenaar wijzigen: Druk op [Wijzigen] bij
Eigenaar en selecteer de
nieuwe eigenaar voor de box
uit de weergegeven lijst. Druk
vervolgens op [OK].
De machtiging wijzigen: Druk op [Wijzigen] bij
Machtiging en selecteer
[Persoonlijk] of [Gedeeld].
Druk vervolgens op [OK].
Werken met gebruikersrechten als het gebruikersaanmeldingsbeheer ingeschakeld is
Box:**
Boxnummer:
0001
Boxnaam:
SALES
Boxwachtwoord:
********
Bestanden aut. wissen:
dag(en)
30
Vrije ruimte:
GB
30
Status
Wijzigen
Wijzigen
Wijzigen
Eigenaar
DCBA9876
Gebruiksbeperkingen:
MB
21
Machtiging:
Persoonlijk
Instelling overschrijven:
Toestaan
Verwijderen na afdrukken:
Uit
AnnulerenRegistreren
Wijzigen
Wijzigen
Wijzigen
08/08/2009 10:10
Als het gebruikersaanmeldingsbeheer ingeschakeld is,
dan kan de eigenaar van een box met toegekende
gebruikersrechten de volgende boxinformatie wijzigen:
de boxnaam, het boxwachtwoord, de machtiging, het
automatisch wissen van bestanden en de instelling voor
overschrijven.
3-28
Page 91
Taken an nuleren
Volg de onderstaande stappen om elke afdruk- of verzendtaak die bezig is te annuleren.
Taken annuleren
U kunt ook taken annuleren door op de Stop-toets te drukken.
Afdruktaken
1Druk op de Stop-toets.
Het scherm Taak wordt geannuleerd verschijnt.
De huidige afdruktaak wordt tijdelijk onderbroken.
2Selecteer de taak die u wilt annuleren en druk op
[Annuleren]. Druk vervolgens op [Ja] in het
bevestigingsscherm.
is, wordt niet tijdelijk onderbroken als u op de Stop-
toets drukt.
2Om het verzenden te annuleren, selecteert u
[Annuleren] en drukt u op [Ja] in het
bevestigingsscherm.
OPMERKING:
Als Volg. prioriteit behouden ingesteld is op [Uit]
Het kopieerscherm verschijnt op het aanraakscherm
tijdens het afdrukken.
1Druk op de Stop-toets of op [Annuleren].
De huidige afdruktaak wordt geannuleerd.
3-29
Page 92
Basisbediening
Programmeren (kopiëren en verzenden)
Als u veelgebruikte functies in één programma registreert, hoeft u slechts het programmanummer in te toetsen
om deze functies op te roepen. U kunt de programma's ook een naam geven om ze makkelijker te herkennen
bij het oproepen.
OPMERKING: Verzendfuncties kunnen eveneens geregistreerd worden in een programma. Er kunnen tot 50
gecombineerde kopieer- en verzendfuncties in het programma geregistreerd worden.
Als het gebruikersaanmeldingsbeheer ingeschakeld is, dan kunt u de functies enkel registreren door aan te
melden met de toegangsrechten van de beheerder.
Programma's registreren
Gebruik de onderstaande procedure om een programma te registreren.
De volgende procedure is een voorbeeld van het registreren van kopieerfuncties.
1Druk op de Programma-toets terwijl u in
kopieermodus bent.
2Druk op [Registreren] en druk op een cijfer (01 tot
50) voor het programmanummer.
Als u naar het programmascherm gaat vanuit het
kopieerscherm of verzendscherm, ga dan naar
stap 4.
OPMERKING: Als u een reeds geregistreerd
programmanummer selecteert, dan kunt u de huidige
geregistreerde functies vervangen door een nieuwe set
functies.
3Controleer of [Kopiëren] geselecteerd is en druk op
[Volgende].
4Voer de nieuwe programmanaam in en druk op
[Registreren] om het programma te registreren.
3-30
Page 93
Programma's oproepen
Gebruik de onderstaande procedure om een geregistreerd programma op te roepen.
1Druk op de Programma-toets.
Basisbediening
Bezig met opvragen van programma.
01
FAX 1
02
FAX 2
03
04
05
Opnieuw kiezenRegistrerenB ewerken
Status
06
07
08
09
10
Nr.
08/08/2009 10:10
2Druk op [Oproepen] en druk op de toets van het
programmanummer (01 tot 50) om het op te
roepen. Druk op de toets Snelkiesnummer zoeken of [Nr.] om het op te roepen
programmanummer rechtstreeks in te voeren.
OPMERKING: Als het programma niet opgeroepen
kan worden, dan kan het zijn dat de in het programma
opgegeven documentbox of paginasabloon gewist is.
Controleer de documentbox.
3Plaats de originelen en druk op de Start-toets. Het
kopiëren wordt uitgevoerd volgens het
geregistreerde programma.
Programma's bewerken en verwijderen
U kunt het nummer of de naam van een programma wijzigen of een programma verwijderen.
Gebruik de onderstaande procedure om een programma te bewerken of te verwijderen.
1Druk op de Programma-toets.
2Druk op [Bewerken] en druk op de toets van het
programmanummer (01 tot 50) om het te bewerken
of te verwijderen.
3
3Om een programma te bewerken, gebruikt u de
procedure voor het registreren en drukt u op
[Wijzigen]. Wijzig vervolgens het nummer of de
naam van het programma en druk op [Registreren].
Kies [Ja] in het bevestigingsscherm om het
programma te wijzigen.
Om het programma te verwijderen, drukt u op
[Programma verwijderen]. Kies [Ja] in het
bevestigingsscherm om het programma te
verwijderen.
3-31
Page 94
Basisbediening
Sneltoetsen registreren (kopieer-, verzend- en documentboxinstellingen)
Voeg sneltoetsen toe in het scherm Snelle instellingen om snel toegang te hebben tot veelgebruikte functies.
De functienaam die bij een geregistreerde sneltoets hoort, kan indien nodig gewijzigd worden. U kunt in het
totaal 6 sneltoetsen registreren voor kopieerfuncties, verzendfuncties en functies voor de documentbox.
Sneltoetsen toevoegen
Het registreren van sneltoetsen gebeurt in het instellingenscherm van elk van de functies. Sneltoetsen kunnen
voor alle functies geregistreerd worden waarbij [Sneltoets toevoegen] op het scherm verschijnt.
Gebruik de onderstaande procedure om een sneltoets te registreren.
Gereed voor kopiëren.
Memopagina
Plaats origineel.
Orig.
Zoomen
Papier
Voorbeeld
Sneltoets toevoegen
Status
:
:
:
--100%
---
Uit
Indeling A
Indeling B
Indeling
Boven
L naar R
Links
B naar O
Boven
R naar L
Rechts
B naar O
AnnulerenOK
kopieën
Geen
Kader
Bovenrand
boven
Afdr.richt.
origineel
08/08/2009 10:10
Sneltoetsen bewerken en verwijderen
1Druk, nadat u de gewenste instellingen uitgevoerd
1
heeft in het instellingenscherm van elke functie, op
[Sneltoets toevoegen].
2Druk op de toetsen die overeenkomen met het
sneltoetsnummer (01 tot 06) dat u wilt registreren.
OPMERKING: Als u een reeds geregistreerd
sneltoetsnummer selecteert, dan kunt u de huidige
geregistreerde sneltoets vervangen door een nieuwe.
3Voer de naam van de sneltoets in en druk op
[Registreren] om de sneltoets toe te voegen.
Volg de onderstaande stappen om het nummer/de naam van een sneltoets te wijzigen of een sneltoets te
verwijderen.
1Druk in het instellingenscherm van elke functie op
[Sneltoets toevoegen] onderaan het scherm.
2Druk op [Bewerken] en druk op de toets van het
sneltoetsnummer (01 tot 06) om het te bewerken of
te verwijderen.
3Om een sneltoets te bewerken, drukt u op
[Wijzigen] om het nummer en de naam van de
sneltoets te wijzigen en drukt u op [OK] en
vervolgens op [Registreren]. Kies [Ja] in het
bevestigingsscherm om de sneltoets te wijzigen.
3-32
Page 95
Basisbediening
Om de sneltoets te verwijderen, drukt u op
[Sneltoets verwijderen]. Kies [Ja] in het
bevestigingsscherm om de sneltoets te
verwijderen.
3
3-33
Page 96
Basisbediening
Gebruik van de webbrowser
In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u de webbrowser gebruikt.
OPMERKING: Om de webbrowser te gebruiken, moet de webbrowser op [Aan] ingesteld staan.
Opstarten en afsluiten van de browser
Gebruik de onderstaande procedure om de webbrowser op te starten en af te sluiten.
1Druk op de toets Toepassing.
Het scherm met de lijst met toepassingen
verschijnt.
Toepassing
Webbrowser
Status08/08/2009 10:10
2Druk op [Webbrowser].
De webbrowser wordt opgestart.
3Gebruik het browserscherm om webpagina's te
bezoeken.
Raadpleeg Gebruik van het browserscherm op pagina 3-35 voor meer informatie over het gebruik
van het browserscherm.
4Druk om de browser af te sluiten op [X] (Afsluiten)
en druk vervolgens op [Ja] in het
bevestigingsscherm voor het afsluiten.
Het scherm met de lijst met toepassingen
verschijnt.
3-34
Page 97
Gebruik van het browserscherm
De beschikbare bedieningsfuncties in het webbrowserscherm staan hieronder weergegeven.
Vak Zoeken
Als u op het tekstvak drukt, dan verschijnt
een toetsenbord. U kunt dan een
zoekopdracht starten door een trefwoord in
Titelbalk
Geeft de naam van de pagina weer.
Status
URL
opgeven
Status08/08/2009 10:10
ZoekenMenu
te voeren en op [Zoeken] te drukken.
Afsluiten
Sluit de webbrowser af en keert terug naar
het scherm met de lijst met toepassingen.
Schuifbalken
Hiermee kunt u de weergegeven
pagina naar boven, naar
beneden, naar links en naar
rechts verplaatsen door op [],
[], [] of [] te drukken of
door de schuifbalken met uw
vinger te verplaatsen.
Pictogram Vergrendelen
Wordt weergegeven als u een
beveiligde pagina bezoekt.
Lader/voortgangsbalk
Geeft de status weer van de
pagina die aan het laden is. Als
de browser een webpagina aan
het laden is, dan geeft de lader
Menu
Geeft het menu met browserinstellingen weer.
U kunt dit menu gebruiken om de zoomfactor
van het browserscherm op te geven, het
tekstcoderingsschema in te stellen en het
servercertificaat te controleren.
een animatie weer.
Basisbediening
3
URL opgeven
Gebruik deze functie om een
gewenste webpagina weer te
geven door de URL van die
pagina in te voeren.
Startpagina
Geeft de gekozen startpagina weer.
Vernieuwen
Vernieuwt de pagina.
Vorige/Volgende
Geeft de vorige of
volgende pagina weer.
Zoeken (Zoeken op internet/Opvragen in pagina)
Geeft een zoekmenu weer waarin u [Opvragen in pagina]
of een internetzoeksite kunt selecteren.
Zoeken op internet: Gebruik de gekozen zoeksite om
te zoeken met het ingevoerde
trefwoord.
Opvragen in pagina:Zoek het ingevoerde trefwoord in
de huidige pagina. U kunt verder
zoeken door op [Omhoog] of
[Omlaag] te drukken.
OPMERKING: Als u op de Reset-toets drukt terwijl de webbrowser geopend is, dan wordt de browser
afgesloten en keert u terug naar het scherm met de lijst met toepassingen zonder dat het afsluiten van de
browser wordt weergegeven
3-35
Page 98
Basisbediening
3-36
Page 99
4Onderhoud
Dit hoofdstuk beschrijft het reinigen van het apparaat en het vervangen van de toner.
•De tonercontainer en de tonerafvalbak vervangen .............................4-7
4-1
Page 100
Onderhoud
Reinigen
Reinig het apparaat regelmatig om een optimaal resultaat te garanderen.
VOORZICHTIG: Haal voor de veiligheid altijd de stekker uit het stopcontact voordat u het apparaat
gaat reinigen.
Originelenklep/glasplaat
Veeg de achterkant van de originelenklep, de binnenkant van de documenttoevoer en de glasplaat schoon met
een zachte doek bevochtigd met alcohol of een zacht schoonmaakmiddel.
BELANGRIJK: Gebruik geen verdunners of andere organische oplosmiddelen.
Originelenklep
Glasplaat
4-2
Loading...
+ hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.