JVC KS-FX942R User Manual [nl]

CASSETTE RECEIVER
CASSETTEN-RECEIVER RADIOCASSETTE RADIO/CASSETTESPELER
KS-FX942R
ENGLISH
DEUTSCH
SOUND
ATT
U
SOURCE
F
R
D
VOL
VOL
For installation and connections, refer to the separate manual. Für den Einbau und die Anschlüsse siehe das eigenständige Handbuch. Pour l’installation et les raccordements, se référer au manuel séparé. Bijzonderheden over de installatie en aansluiting van het apparaat vindt u in de desbetreffende handleiding.
INSTRUCTIONS
BEDIENUNGSANLEITUNG

GEBRUIKSAANWIJZING

FRANÇAIS
KS-FX942R
NEDERLANDS
GET0121-001A
[E/EX]
Het apparaat terugstellen
Verwijder het bedieningspaneel en druk vervolgens met een pen of dergelijk voorwerp op de terugsteltoets op de paneelhouder. De ingebouwde microcomputer wordt hierdoor teruggesteld.
Opmerking:
De geheugeninstellingen—zoals de voorkeurzenders en de geluidsinstellingen—zullen eveneens gewist worden.
NEDERLANDS
Hoe u de toets MODE gebruikt
Door een druk op MODE, schakelt het toestel in de functiemodus (“MODE” knippert boven op het display). Tijdens de functiemodus hebben de cijfertoetsen een andere functie.
• Met een JVC MP3-compatibele CD-wisselaar aangesloten: De 5/ toetsen werken tevens als
+10/–10 toetsen nadat u op MODE heeft gedrukt.
Bijv.: Indien de 2 cijfertoets als de MO (mono) toets werkt.
De MO (mono) indicator licht op.
Voor het weer gebruiken van de oorspronkelijke functies van deze toetsen na een druk op MODE, wacht u 5 seconden zonder op een van deze toetsen te drukken totdat de functiemodus is
gewist. (“MODE” verdwijnt van het display).
• Ook als u nogmaals op de toets MODE drukt, wordt de functiemodus geannuleerd.
Indicator die tijd aftelt
2
Hartelijk dank voor d e aanschaf van dit JVC-product! Wij verzoeken u de gebruiksaanwijzing goed
door te lezen voordat u het apparaat gaat gebruiken. Zo krijgt u een volledig inzicht in de functies van
het apparaat en kunt u de mogelijkheden optimaal benutten.

INHOUDSOPGAVE

Het apparaat terugstellen .......................... 2
Hoe u de toets MODE gebruikt ................. 2
PLAATSING VAN DE TOETSEN ........... 4
Bedieningspaneel ..................................... 4
Afstandsbediening .................................... 5
De afstandsbediening voorbereiden ......... 6
BASISBEDIENING .......................... 7
De stroomtoevoer inschakelen ................. 7
Klok instellen ............................................. 8
GEBRUIK VAN DE RADIO ................. 9
Naar de radio luisteren .............................. 9
Radiozenders in het geheugen
vastleggen .............................................. 10
Afstemmen op een voorkeuzezender ....... 11
HET GEBRUIK VAN RDS................... 12
Wat u kunt doen met RDS ........................ 12
Andere nuttige RDS-functies en het
maken van aanpassingen....................... 16
GEBRUIK VAN DE CASSETTESPELER ... 19
Beluisteren van een cassette .................... 19
Het begin van een muziekstuk vinden ...... 20
Andere handige functies voor de
cassettespeler ........................................ 21
Voorkomen dat de cassette uit de
cassettehouder springt ........................... 22
GELUID REGELEN .......................... 23
Selecteren van vastgelegde geluidsfuncties
(C-EQ: gebruiker-equalizer) ......................
Geluid aanpassen ..................................... 24
ANDERE HOOFDFUNCTIES ............... 25
De algemene instellingen wijzigen
(PSM) ..................................................... 25
Bedieningspaneel verwijderen .................. 29
GEBRUIK VAN DE CD-WISSELAAR ...... 30
Meer over MP3-discs ................................ 30
CD’s afspelen ............................................ 30
Kiezen van de weergavefuncties .............. 34
BEDIENING VAN HET EXTERNE
APPARAATEN ............................. 35
Externe apparatuur afspelen ..................... 35
BEDIENING VAN DE DAB-TUNER ........ 36
Afstemmen op een ensemble en op een
van de services ...................................... 36
DAB-frequenties in het geheugen
opslaan ................................................... 37
Afstemmen op een opgeslagen
DAB-service ........................................... 38
Wat u nog meer met DAB kunt doen ........ 39
PROBLEMEN OPLOSSEN ................. 40
ONDERHOUD ............................... 42
SPECIFICATIES ............................. 43
23
NEDERLANDS
Opmerking:
Voor de veiligheid is een genummerde identificatiekaart bij het apparaat geleverd. Het identificatienummer is tevens op de behuizing van het apparaat gedrukt. Bewaar de kaart op een veilige plaats. Deze kaart is belangrijk voor identificaatie indien het apparaat is gestolen.
ALVORENS HET APPARAAT TE GEBRUIKEN
*
Denk aan de veiligheid....
• Zet het volume onder het rijden niet te hard. Dit is gevaarlijk, omdat u de geluiden buiten de auto niet meer hoort.
• Zet de auto stil voordat u ingewikkelde handelingen met het apparaat gaat verrichten.
*
Temperatuur binnen de auto....
Als de auto gedurende lange tijd in de kou of in de warmte heeft gestaan, mag u het apparaat pas gebruiken nadat de temperatuur in de auto weer normaal waarden heet bereikt.
3

PLAATSING VAN DE TOETSEN

Bedieningspaneel
Het display-venster
s d
f g h
j
k l
1 243
NEDERLANDS
1 De toets (standby/aan/attenuator) 2 De toets 5 (hoger)
De toets 23 (bandrichting)
3 De toetsen 4 4 Afstandssensor 5 Het display-venster 6 De toets 0 (uitwerpen) 7 De toets FM AM (DAB) 8 De toets TAPE CD-CH (CD-wisselaar) 9 De toets (het bedieningspaneel
vrijgeven)
p De toets (lager) q De toets SEL (selecteren) w De bedieningsschijf e De toets EQ (equalizer) r De toets MO (mono) t De toets (Dolby B) y De cijfertoetsen u De toets RPT (herhalen) i De toets RND (willekeurig)
Functioneert uitsluitend indien een CD-wisselaar is aangesloten.
o De toets MODE
Deze toets kan ook als SSM-toetsen worden gebruikt in combinatie met de toets DISP (display).
; De toets DISP (display)
Deze toets kan ook als SSM-toetsen worden gebruikt in combinatie met de toets MODE.
a De toets TP PTY (traffic programme/
programme type)
w9 q r a;u i op
4
z
5
e
y
t
v
b
KS-FX942R
6 7
ncx/
8
Het display-venster
s Discinformatie-indicators
TAG (ID3 Tag), (map), (fragment/bestand)
Licht uitsluitend op bij weergave van een MP3­disc of een CD Tekst met een JVC MP3­compatibele CD-wisselaar.
d Cassette-geplaatst indicator f Hoofdvenster g Indicators voor weergave
(disc): Licht uitsluitend op indien een CD-wisselaar is aangesloten.
(map): Licht uitsluitend op bij weergave van een MP3 disc met een voor MP3 geschikte JVC CD-wisselaar.
h Bron/klok-display j De indicator RND (willekeurig)
Licht uitsluitend op indien een CD-wisselaar is aangesloten.
k De indicator EQ (equalizer) l Geluidsfunctie-indicators (C-EQ: gebruiker-
equalizer)ROCK, CLASSIC, POPS, HIP HOP, JAZZ, USER
/ (Dolby B) indicator z Indicators voor de ontvangst van de tuner
MO (mono), ST (stereo)
x De indicator LOUD (loudness) c De indicators RDSAF, REG, TP, PTY v De indicator MP3
Licht uitsluitend op bij weergave van een MP3 disc met een voor MP3 geschikte JVC CD-wisselaar.
b De indicator voor het volumeniveau
(of audioniveau) Equalizerpatroon-indicator
n De indicator RPT (herhalen)
Afstandsbediening
ATT
U
SOURCE
R
D
SOUND
F
3 • Voor het selecteren van de voorkeurzender
bij het luisteren naar de radio (of de DAB­tuner). Elke keer wanneer u op deze toets drukt, wordt er een voorkeurzender (of service) met een hoger nummer geselecteerd en wordt op het geselecteerde station (of service) afgestemd.
Bij weergave van een MP3 disc met een voor MP3 geschikte CD-wisselaar; – Druk kort op de toets om naar de
voorgaande disc te verspringen.
– Houd even ingedrukt om naar de
voorgaande map te verspringen.
Opmerking:
Tijdens weergave van een CD met
de CD-wisselaar wordt met deze toets altijd naar de voorgaande disc gesprongen.
VOL
VOL
1 • Hiermee wordt de eenheid ingeschakeld als
deze is uitgeschakeld.
Schakelt de eenheid uit indien u de toets ingedrukt houdt tot de vermelding
SEE YOU op de display verschijnt.
Hiermee wordt het volume in korte tijd
verminderd als u de toets heel even indrukt. Als u nogmaals op de toets drukt, keert het oude volumeniveau weer terug.
2 • Voor het selecteren van de golfband bij het
luisteren naar de radio (of de DAB-tuner). De golfband verandert door iedere druk op deze toets.
Voor het veranderen van de bandrichting tijdens weergave van een cassette. Door iedere druk op de toets wordt afwisselend de andere bandrichting geactiveerd.
Bij weergave van een MP3 disc met een voor MP3 geschikte CD-wisselaar; – Druk kort op de toets om naar de
volgende disc te verspringen.
– Houd even ingedrukt om naar de
volgende map te verspringen.
Opmerking:
Tijdens weergave van een CD met
de CD-wisselaar wordt met deze toets altijd naar de volgende disc gesprongen.
4 Deze toets heeft dezelfde functie als de
bedieningsknop op de hoofdeenheid.
Opmerking:
Deze toetsen werkt niet voor het aanpassen van algemene instellingen wijzigen.
5 Voor het selecteren van de geluidsmodus
(C-EQ: gebruiker-equalizer). Elke keer wanneer u op de toets drukt, wordt er een andere geluidsmodus (C-EQ) geselecteerd.
6 Voor het kiezen van de bron.
De bron verandert door iedere druk op de toets.
7 • Voor het opzoeken van een zender tijdens
het luisteren naar de radio.
Selecteert services terwijl u naar de DAB-tuner luistert, indien kort ingedrukt.
Selecteert ensembles terwijl u naar de DAB-tuner luistert, indien langer dan 1 seconde ingedrukt.
Functioneren als to
etsen voor het snel door­en terugspoelen indien u de toetsen ingedrukt houdt tijdens weergave van een cassette. Druk op toets 2
om deze bediening te
stoppen en de weergave voort te zetten.
Functioneren als Multi Music Scan toetsen indien u de toetsen ingedrukt houdt tijdens weergave van een cassette. Druk op toets 2 om deze bediening te stoppen en de weergave voort te zetten.
Hiermee kunt u de fragment/bestand snel vooruit en achteruit spoelen als u de toets tijdens het beluisteren van een
CD-wisselaar
indrukt en ingedrukt houdt.
Hiermee gaat u naar het begin van de volgende fragment of het volgende fragment/bestand of terug naar het begin van de huidige (of vorige) fragmenten/bestanden als u de toets tijdens het beluisteren van een CD-wisselaar
indrukt en ingedrukt houdt.
NEDERLANDS
5
De afstandsbediening voorbereiden
Alvorens gebruik van de afstandbediening:
• Richt de afstandsbediening recht naar de afstandssensor op het hoofdtoestel. Controleer dat er geen obstakels in het pad liggen.
Afstandssensor
3. Plaats de batterijhouder terug in positie.
Druk de batterijhouder terug tot u een ‘klik’ hoort.
(achterkant)
Gebruikke batterijen:
• Zorg dat er geen direct fel licht (zonlicht of van een schelle lamp) op de sensor valt.
De batterij plaatsen
Wanneer u merkt dat het bereik van de afstandsbediening afneemt, moet u de batterij
NEDERLANDS
vervangen.
1. Verwijder de batterijhouder.
1) Druk de batterijhouder met behulp van een balpen of een soortgelijk voorwerp in de richting van de pijl die in de afbeelding staat aangegeven.
2) Verwijder de batterijhouder.
(achterkant)
2. Plaats de batterij in de houder.
Laat de batterij met de pluszijde (+) naar boven in de houder zakken zodat deze vast komt te liggen.
Lithium knoopcelbatterij (Productnummer: CR2025)
6
WAARSCHUWING:
• Bewaar batterij op een plek waar kinderen geen toegang toe hebben. Mocht een kind een knoopcelbatterij inslikken, waarschuw dan onmiddellijk een arts.
• Laad de batterij niet opnieuw op, vermijd kortsluiting, haal ze niet uit elkaar, verhit ze niet en gooi geen batterij in het vuur. Elk van deze handelingen kan leiden tot oververhitting, een explosie of een steekvlam.
• Zorg ervoor dat de batterij niet in contact komt met andere metalen. Dit kan leiden tot oververhitting, een explosie of een steekvlam.
• Bescherm gebruikte batterij door deze met plakband af te plakken. Als u dit niet doet, kan de batterij hitte vrijgeven, gaan lekken of brand veroorzaken.
• Probeer de batterij nooit met bijvoorbeeld een naald of mes open te maken. Als u dit doet, kan de batterij hitte vrijgeven, gaan lekken of brand veroorzaken.
LET OP:
Leg de afstandsbediening NIET op plaatsen waar het directe zonlicht langdurig op valt (zoals bijvoorbeeld op het dashboard). De afstandsbediening wordt anders beschadigd.
De KS-FX942R hebben zijn geschikt voor stuur-afstandsbediening. Indien uw auto een stuur-afstandsbediening heeft, kunt u deze toestellen met de afstandsbediening bedienen.
• Zie de Handleiding voor installatie/ aansluiting (afzonderlijk boekje) voor de vereiste verbinding voor het gebruik van deze functie.

BASISBEDIENING

31
De stroomtoevoer inschakelen
1
Schakel de spanning in.
Opmerking over de “One-Touch”-bediening:
Bij het selecteren van de geluidsbron in stap hieronder wordt het apparaat automatisch ingeschakeld. U hoeft niet op deze toets te drukken om het apparaat in te schakelen.
2
Start de weergave van de geluidsbron.
Voor gebruik van de radio (FM of AM),
zie bladzijden 9 – 18.
Voor het afspelen van cassette,
zie bladzijden 19 – 22.
Voor gebruik van de CD-wisselaar,
zie bladzijden 30 – 34.
Voor gebruik van het externe apparaat
(LINE IN), zie bladzijde 35.
Voor gebruik van de DAB-tuner,
zie bladzijden 36 – 39.
2
2
3
Regel het volume.
Het volume verhogen
Het volume verlagen
Het door u ingestelde volumeniveau verschijnt.
De indicator voor het volumeniveau
(of audioniveau) (zie bladzijde 27)
4
Stel het geluid in zoals u zelf wilt. (Zie bladzijden 23 en 24).
Volume in een oogwenk zachter zetten
Druk tijdens het luisteren naar een willekeurige geluidsbron kort op . Op het afleesvenster begint de tekst “ATT ” te knipperen en het volume zal in een oogwenk dalen. Om het eerdere volume te herstellen, drukt u nogmaals kort op dezelfde toets.
U kunt het volume ook op het oude niveau terugbrengen door de bedieningsschijf linksom te draaien.
NEDERLANDS
Spanning uitschakelen
Druk op en houd de cijfertoets langer dan 1 seconde ingedrukt. SEE YOU wordt getoond en vervolgens wordt het toestel uitgeschakeld.
7
Klok instellen
Het is ook mogelijk de klok in te stellen op een 24-uurs of een 12-uurs aanduiding.
1
Druk op SEL (selecteren) in en houd deze ten minste 2 seconden ingedrukt, zodat een van de PSM­vermeldingen op de display wordt weergegeven. (PSM: Zie bladzijde 26).
NEDERLANDS
2
Stel het uur in.
1 Selecteer de vermelding “CLOCK H
(uur) als deze al niet meteen op de display wordt weergegeven.
2 Pas het uur aan.
12
3
Stel de minuten in.
1 Selecteer de vermelding “CLOCK M
(minuten).
2 Pas de minuten aan.
12
4
Stel de uuraanduiding in.
1 Selecteer de vermelding “24H/12H”. 2 Selecteer de vermelding “24H” of “12H”.
12
5
Voltooi de instelling.
Opmerking:
Zie bladzijde 27 voor het tonen van de tijd van de klok op het display.
Voor het controleren van andere informatie tijdens weergave, drukt u op DISP (display).
Door iedere druk op de toets wordt andere informatie op het bovenste gedeelte van het display getoond. (Zie bladzijde 27 voor details).
De tijd van de klok wordt ongeveer 5 seconden getoond indien u met het toestel uitgeschakeld op DISP (display) drukt.
8

GEBRUIK VAN DE RADIO

Naar de radio luisteren
Om op een bepaalde zender af te stemmen kunt u kiezen tussen automatisch zoeken en handmatig zoeken.
Automatisch naar een station zoeken: Auto search
1
Selecteer de omroepband (FM1 – 3, AM).
Elke keer wanneer u op de toets drukt, verandert u de band als volgt:
FM 1
(F1)
Licht op bij ontvangst van een stereo FM-uitzending met een redelijk sterk signaal.
* Met CLOCK op ON gesteld (zie
bladzijde 27), zal in plaats van de huidige aanduiding de tijd van de klok verschijnen.
Opmerking:
Deze ontvanger heeft drie FM-banden (FM1, FM2, FM3). U kunt elk van deze banden kiezen om naar FM-stations te luisteren.
2
Zoek een station.
FM 2
(F2)
De geselecteerde omroepband wordt weergegeven*.
FM 3
(F3)
Afstemmen op een station met een hogere frequentie
A M
Wanneer een station wordt ontvangen, stopt het zoeken.
Druk nogmaals op dezelfde toets wanneer u het zoeken wilt stoppen voordat op een zender is
afgestemd.
Handmatig naar een station zoeken: Manual search
1
Selecteer de omroepband (FM1 – 3, AM).
Elke keer wanneer u op de toets drukt, verandert u de band als volgt:
FM 1
(F1)
Opmerking:
Deze ontvanger heeft drie FM-banden (FM1, FM2, FM3). U kunt elk van deze banden kiezen om naar FM-stations te luisteren.
2
Druk op ¢ of op 4 n houd deze ingedrukt tot de vermelding “MANU” (voor “manual”: handmatig zoeken) op de display begint te knipperen.
FM 2
(F2)
FM 3
(F3)
A M
NEDERLANDS
Afstemmen op een station met een lagere frequentie
VERVOLG, ZIE OMMEZIJDE
9
3
Stem af op het station van uw keuze. U kunt dit doen zolang de vermelding “MANU” (voor “manual”: handmatig zoeken) op de display knippert.
Als u wilt afstemmen op een station dat op een hogere frequentie uitzendt
Als u wilt afstemmen op een station dat op een lagere frequentie uitzendt
Als u de toets loslaat, wordt de handmatige modus na 5 seconden automatisch uitgeschakeld.
Als u de toets ingedrukt houdt, blijft de frequentie veranderen (bij FM steeds met 50 kHz en bij AMMG/LG steeds met 9 kHz) totdat u de toets loslaat.
Als een FM-stereo-uitzending slecht te
NEDERLANDS
ontvangen is:
1 Druk op de toets MODE om
de functiemodus te activeren terwijl u in stereo naar een FM-stereo-uitzending luistert. MODE knippert boven op het display.
Radiozenders in het geheugen vastleggen
U kunt één van de volgende twee methoden gebruiken om de radiozenders in het geheugen vastteleggen.
Automatisch vasteleggen van FM-zenders: SSM (Strong-station Sequential Memory)
Handmatig vasteleggen van FM en AM­zenders
Automatisch vasteleggen van FM-zenders: SSM
U kunt 6 lokale FM-stations instellen voor elke FM-golfband (FM1, FM2 en FM3).
1
Selecteer het nummer van de FM-golfband (FM1 – 3) waarop u FM-zenders wilt vasteleggen.
Elke keer wanneer u op de toets drukt, verandert u de band als volgt:
FM 1
(F1)
2
Druk op beide toetsen en houd ze langer dan 2 seconden ingedrukt.
FM 2
(F2)
FM 3
(F3)
A M
2 Druk op MO (mono) terwijl
MODE nog op het display wordt getoond zodat de MO indicator op het display oplicht.
Elke keer wanneer u op de toets drukt, gaat de indicator MO aan of uit.
De indicator MO (mono)
Als de indicator MO op de display aan is, wordt het geluid in mono weergegeven en verbetert de ontvangstkwaliteit.
10
De tekst - -SSM- -” verschijnt op het afleesvenster en verdwijnt wanneer het automatisch instellen van radiozenders is beëindigd.
Lokale FM-zenders met de sterkste signalen worden opgezocht en automatisch voor de gekozen golfband (FM1, FM2 of FM3) onder de cijfertoetsen vastgelegdnummer 1 (laagste frequentie) t/m nummer 6 (hoogste frequentie). De voorkeuzezender die onder cijfertoets 1 is vastgelegd wordt na het automatisch vastleggen van de zenders opgeroepen.
Handmatig vasteleggen van zenders
U kunt handmatig maximaal 6 zenders voor iedere golfband (FM1, FM2, FM3 en AM) vastleggen.
4
Herhaal bovenstaande procedure om andere zenders onder andere nummers op te slaan.
Bijv.:Een FM-zender op 92,5 MHz vastleggen
onder nummer 1 van FM1-golfband.
1
Selecteer het nummer van de golfband (FM1 – 3, AM) waarop u zenders wilt vasteleggen (in dit voorbeeld cijfertoets FM1).
Elke keer wanneer u op de toets drukt, verandert u de band als volgt:
FM 1
(F1)
2
Stem af op een zender (in dit voorbeeld op 92,5 MHz).
3
Druk op de cijfertoets (in dit voorbeeld cijfertoets 1) en houd deze langer dan 2 seconden ingedrukt.
FM 2
(F2)
FM 3
(F3)
Als u wilt afstemmen op een station dat op een hogere frequentie uitzendt
Als u wilt afstemmen op een station dat op een lagere frequentie uitzendt
A M
Opmerkingen:
Een eerder vastgelegde zender wordt gewist wanneer een hieuwe zender wordt opgeslagen onder hetzelfde nummer.
Ingestelde zenders worden gewist wanneer de spannings toevoer naar het geheugen wordt onderbroken (bijvoorbeeld bij het vervangen van de accu). Als dit gebeurt, moeten de zenders opnieuw worden ingesteld.
Afstemmen op een voorkeuzezender
U kunt in een handomdraai afstemmen op een vastgelegde voorkeuzezender. Denk eraan dat u de zenders eerst moet vastleggen! Zie ook de paragraaf Radiozenders in het geheugen vastleggen op bladzijden 10 en 11, als u dat nog niet hebt gedaan.
1
Selecteer de omroepband (FM1 – 3, AM).
Elke keer wanneer u op de toets drukt, verandert u de band als volgt:
FM 1
(F1)
2
Selecteer het nummer (1 – 6) van de gewenste zender.
FM 2
(F2)
FM 3
(F3)
A M
NEDERLANDS
De gekozen golfband/ voorkeurnummer en “MEMO” (geheugen) worden afwisselend even getoond.
11

HET GEBRUIK VAN RDS

Wat u kunt doen met RDS
RDS (Radio Data System) is een voorziening waarmee FM-zenders een extra signaal aan hun regulier programmasignaal toevoegen. Zo kan een FM-zender bijvoorbeeld de naam van het station met het programma en informatie over de aard of het genre van het programma meezenden, bijvoorbeeld of het uitgezonden programma over sport gaat of een muziekprogramma is. Een andere functie van de voorziening RDS is Enhanced Other Networks. Met behulp van de Enhanced Other Networks-gegevens die door het zender worden verstuurd, kunt u op een andere zender van een ander netwerk afstemmen dat uw favoriete programma of verkeersinformatie uitzendt, terwijl u ondertussen naar een ander programma of een andere afspeelbron, zoals het cassette, luistert.
Met de ontvangst van RDS-gegevens kan deze eenheid:
Eén en hetzelfde programma blijven volgen (De Netwerkfunctie)
Standby staan voor de ontvangst van verkeersinformatie (TA—“Traffic
NEDERLANDS
Announcement) of uw favoriete programma
Zoeken naar een bepaald programmagenre (PTY—“Programme Type”)
Programma zoeken
En er zijn nog enkele andere functies waarover
u bij de ontvangst van RDS-signalen kunt beschikken.
Eén en hetzelfde programma blijven volgen (De netwerkfunctie)
Als u in een gebied rijdt waarin de ontvangst van FM-signalen te wensen overlaat, zal de tuner die in deze eenheid is ingebouwd automatisch overschakelen naar een andere RDS-zender van hetzelfde station dat hetzelfde programma uitzendt, maar dan met een sterker uitzendsignaal. Op die manier kunt u dus naar uw favoriete programma blijven luisteren en bent u verzekerd van de best mogelijke ontvangst, ongeacht waar in het ontvangstgebied u rijdt. (Zie de afbeelding op bladzijde 18). Er zijn twee soorten RDS-gegevens die ervoor zorgen dat u uw favoriete programma tijdens uw rit kunt blijven volgen: de PI (Programme Identification) gegevens, en de AF (Alternatieve Frequentie) gegevens. Alleen als de ontvangst van allebei deze signalen van een RDS-station goed zijn, kunt u uw favoriete programma blijven volgen. Als een of beide signalen niet goed worden ontvangen, werkt deze voorziening niet.
12
Om de netwerkfunctie in te schakelen
U kunt de verschillende functies van netwerk­opsporing gebruiken om hetzelfde programma met de beste ontvangst te blijven beluisteren. Bij het verlaten van de fabriek is “AF” gekozen.
AF: De netwerkfunctie is ingeschakeld en Regionalisatie is uitgeschakeld off. Met deze instelling schakelt het toestel naar een andere zender van hetzelfde netwerk wanneer de ontvangst van de signalen van de ingestelde zender verslechtert. (In deze modus kan het voorkomen dat het nieuw te ontvangen programma anders is dan het programma dat u daarvoor ontving). De indicator AF licht op, maar de indicator REG licht niet op.
AF REG: De netwerkfunctie is ingeschakeld en ook Regionalisatie is ingeschakeld on. Met deze instelling schakelt het toestel naar een andere zender van hetzelfde netwerk die hetzelfde programma uitzendt, wanneer de ontvangst van de signalen van de ingestelde zender verslechtert. Zowel de indicator AF als de indicator REG lichten op.
OFF: De netwerkfunctie is uitgeschakeld. De indicator AF en de indicator REG lichten allebei niet op.
Indicator AF Indicator REG
Opmerking:
Als er een DAB-tuner is aangesloten en alternatieve ontvangst (voor DAB-services) is ingeschakeld, is automatisch ook de netwerkfunctie ingeschakeld (AF). De netwerkfunctie kan echter niet worden uitgeschakeld zonder de alternatieve ontvangst uit te schakelen. (Zie bladzijde 39).
1
Druk op SEL (selecteren) in en houd deze ten minste 2 seconden ingedrukt, zodat een van de PSM­vermeldingen op de display wordt weergegeven. (PSM: Zie bladzijde
26).
2
Selecteer de vermelding “AF-REG” (alternatieve frequentie/regionale ontvangst) als deze niet al meteen op de display wordt weergegeven.
3
Selecteer de gewenste modus —“AF, AF REG of OFF.
4
Voltooi de instelling.
Het gebruik van TA standby ontvangst
Met TA standby-ontvangst kunt u tijdelijk overschakelen naar verkeersinformatie (TA) uitzendt, terwijl u naar de door u geselecteerde afspeelbron luistert (zoals een FM-zender, cassette of een andere aangesloten afspeelbron).
TA standby ontvangst is niet mogelijk wanneer u naar een AM-zender luistert.
Druk op TP PTY om TA standby ontvangst te activeren.
7 Met FM als huidige bron ingesteld, zal de TP
indicator oplichten of knipperen.
TA standby ontvangst is geactiveerd indien
de TP indicator is opgelicht. TRAFFIC verschijnt op het display zodra een zender verkeersinformatie start uit te zenden. Het toestel stemt nu automatisch op deze zender af. Het volume wordt op het reeds vastgelegde TA volumeniveau (zie bladzijde 17) gesteld en u hoort de verkeersinformatie.
TA standby ontvangst is nog niet geactiveerd
indien de TP indicator knippert. De zender die wordt ontvangen levert namelijk geen signalen die voor TA standby ontvangst zijn vereist. Om TA standby ontvangst nu te activeren moet u op een andere zender afstemmen die wel deze signalen uitstuurt. Druk op ¢ of 4 om een dergelijke zender op te zoeken. De TP indicator stopt te knipperen en licht continu op zodra een zender met deze signalen is gevonden. TA standby ontvangst is nu geactiveerd.
7 Met een andere bron dan FM ingesteld, zal
de TP indicator oplichten. TRAFFIC verschijnt op het display zodra een zender verkeersinformatie start uit te zenden. Het toestel verandert nu automatisch van bron en stemt op deze zender af.
NEDERLANDS
Voor het uitschakelen van TA standby ontvangst, drukt u nogmaals op TP PTY. De TP
indicator dooft.
13
Het gebruik van PTY standby ontvangst
Met PTY standby ontvangst kunt u tijdelijk overschakelen naar uw favoriete programmagenre (PTY: Programmagenre) uitzendt, terwijl u naar de door u geselecteerde afspeelbron luistert (zoals een FM-zender, cassette of een andere aangesloten afspeelbron).
PTY standby ontvangst is niet mogelijk wanneer u naar een AM-zender luistert.
U kunt uw favoriete programma voor PTY standby ontvangst kiezen. Bij het verlaten van de fabriek, is PTY standby ontvangst uitgeschakeld. (“OFF” is voor PTY standby ontvangst gekozen).
1
Druk op SEL (selecteren) in en houd deze ten minste 2 seconden ingedrukt, zodat een van de PSM-
NEDERLANDS
vermeldingen op de display wordt weergegeven. (PSM: Zie bladzijde
26).
2
Selecteer de vermelding “PTY STBY (standby) als deze niet al meteen op de display wordt weergegeven.
4
Voltooi de instelling.
7 Met FM als huidige bron ingesteld, zal de
PTY indicator oplichten of knipperen.
PTY standby ontvangst is geactiveerd indien de PTY indicator is opgelicht. Zodra een zender een programma van het gekozen programmatype start uit te zenden, stemt het toestel op deze zender.
PTY standby ontvangst is nog niet geactiveerd indien de PTY indicator knippert. De zender die wordt ontvangen levert namelijk geen signalen die voor PTY standby ontvangst zijn vereist. Om PTY standby ontvangst nu te activeren moet u op een andere zender afstemmen die wel deze signalen uitstuurt. Druk op ¢ of 4 om een dergelijke zender op te zoeken. De PTY indicator stopt te knipperen en licht continu op zodra een zender met deze signalen is gevonden. PTY standby ontvangst is nu geactiveerd.
7 Met een andere bron dan FM ingesteld, zal
de PTY indicator oplichten. Zodra een zender een programma van het gekozen programmatype start uit te zenden, verandert het toestel automatisch van bron en wordt op deze zender afgestemd.
Voor het uitschakelen van PTY standby ontvangst, kiest u OFF in de hier links
beschreven procedure stap 3. De PTY indicator dooft.
14
3
Selecteer een van de negenentwintig PTY-codes die beschikbaar zijn. (Zie bladzijde 18).
De naam van de PTY­code die u selecteert, wordt op de display weergegeven en in het geheugen opgeslagen.
Uw favoriete programmagenre opzoeken
U kunt een gewenste PTY-code opzoeken. Daarbij kunt u uw 6 favoriete programmatypen voor het later gemakkelijk opzoeken onder de cijfertoetsen vastleggen. Bij het verlaten van de fabriek, standaard liggen de volgende zes programmagenres achter de cijfertoetsen (1 t/m 6) opgeslagen.
2
Selecteer een van de negenentwintig PTY-codes die beschikbaar zijn. (Zie bladzijde 18).
De naam van de PTY­code die u selecteert, wordt op de display weergegeven.
Zie de informatie hieronder voor een uitleg over
het opslaan van uw favoriete programmagenres. Zie bladzijde 16 voor een uitleg over het zoeken van uw favoriete programma.
1
POP M
45
CLASSICS
2
ROCK M EASY M
AFFAIRS
3
6
VARIED
Uw favoriete programmagenres in het geheugen opslaan
1
Druk op TP PTY in en houd deze ten minste 2 seconden ingedrukt terwijl u naar een FM-zenders luistert.
De PTY-code die als laatste werd geselecteerd, verschijnt op de display.
3
Druk de gewenste cijfertoets in en houd deze minste 2 seconden vast om de geselecteerde PTY-code op te slaan onder de cijfertoets van uw keuze.
Gekozen voorkeurnummer en “MEMO” (geheugen) worden afwisselend getoond.
4
Houd TP PTY langer dan 2 seconden ingedrukt om deze functie te verlaten.
NEDERLANDS
15
Een favoriet programmatype opzoeken
1
Druk op TP PTY in en houd deze ten minste 2 seconden ingedrukt terwijl u naar een FM-zenders luistert.
Als er een station is dat een programma uitzendt en daarbij een PTY-signaal meezendt dat overeenkomt met de PTY-code die u hebt geselecteerd, stemt de eenheid automatisch op dat station af.
Als er geen station is dat een programma uitzendt en daarbij een PTY-signaal meezendt dat overeenkomt met de PTY-code die u hebt geselecteerd, blijft de eenheid afgestemd op het station dat al was geselecteerd.
Opmerking:
In sommige gebieden werkt het zoeken met PTY-codes niet goed.
De PTY-code die als laatste werd geselecteerd, verschijnt op de display.
2
Kiezen van een favoriet programmatype
of
NEDERLANDS
Kiezen van een van de negenentwintig PTY-codes
Het voorkeurnummer verschijnt uitsluitend indien u een PTY-code met de cijfertoetsen kiest.
3
Druk op ¢ of 4 om het PTY-zoeken naar uw gewenste programma te starten.
16
Bijv: Met “ROCK M gekozen
Andere nuttige RDS-functies en het maken van aanpassingen
Automatische selectie van een station bij gebruik van de cijfertoetsen
Normaliter zal de eenheid wanneer u op een van de cijfertoetsen drukt automatisch afstemmen op de vooraf ingestelde voorkeurzender. Als deze zender een RDS-zender is, gebeurt er echter iets anders. Als het ontvangen signaal niet sterk genoeg is, gaat de eenheid op basis van de AF-gegevens namelijk automatisch op zoek naar een andere, sterkere zender die hetzelfde programma uitzendt als de voorkeurzender die u hebt gekozen (dit wordt Programma zoeken genoemd).
Omdat het uitvoeren van de zoekopdracht enige tijd in beslag neemt, duurt het even tot er op een ander station wordt afgestemd.
Als u het zoeken naar een programma wilt activeert, wordt hieronder uitgelegd.
Zie ook de paragraaf De algemene instellingen wijzigen (PSM) op bladzijde 25.
1 Druk op SEL (selecteren) in en houd deze ten
minste 2 seconden ingedrukt, zodat een van de PSM-vermeldingen op de display wordt weergegeven.
2 Druk op ¢ of 4 om de vermelding
P(Programma)-SEARCH te selecteren.
3 Draai de bedieningsschijf met de wijzers van
de klok mee en selecteer “ON”. De voorziening Programma zoeken is nu ingeschakeld.
4 Druk op SEL (selecteren) om het instellen te
voltooien.
Als u het zoeken naar een programma wilt beëindigen, herhaalt u de bovenstaande
procedure, maar selecteert u in stap 3 de vermelding OFF door de draaiknop tegen de wijzers van de klok in te draaien.
De weergave op de display wijzigen terwijl u naar een FM-station luistert
Wat er als eerste op de display wordt weergegeven wanneer u naar een FM-station luistert dat gebruik maakt van het RDS-systeem, kunt u zelf bepalen. U kunt de oorspronkelijke weergave desgewenst wijzigen in de stationsnaam (PS NAME) of de frequentie van het ontvangen station (FREQ).
Zie ook de paragraaf De algemene instellingen wijzigen (PSM) op bladzijde 25.
1 Druk op SEL (selecteren) in en houd deze ten
minste 2 seconden ingedrukt, zodat een van de PSM-vermeldingen op de display wordt weergegeven.
2 Druk op ¢ of 4 om de vermelding
TU DISP (tunerdisplay) te selecteren.
3 Draai aan de bedieningsschijf om de gewenste
instelling te kiezen (PS NAME of “FREQ”).
4 Druk op SEL (selecteren) om het instellen te
voltooien.
Opmerking:
Door op DISP (display) te drukken kunt u de weergave op de display ook wijzigen wanneer u naar een FM-station luistert dat RDS-signalen uitzendt. Elke keer wanneer u op de toets drukt, verschijnt de volgende informatie op de display:
Stationsnaam
(PS NAME)
Frequentie station
(FREQ)
Programmagenre
(PTY)
Na enkele seconden keert de display terug naar de oorspronkelijke weergave.
Zie Weergave van de klok selecteren—CLOCK op bladzijde 27 voor details.
Het volumeniveau voor verkeersinformatie instellen
Het is mogelijk om voor de TA standby ontvangst van verkeersinformatie op te geven met welk geluidsvolume u deze informatie wilt horen. In dat geval zal het geluid zodra er verkeersinformatie wordt ontvangen, worden aangepast aan het volume dat u hebt ingesteld.
Zie ook de paragraaf De algemene instellingen wijzigen (PSM) op bladzijde 25.
1 Druk op SEL (selecteren) in en houd deze ten
minste 2 seconden ingedrukt, zodat een van de PSM-vermeldingen op de display wordt weergegeven.
2 Druk op ¢ of 4 om de vermelding
TA VO L (TA volume) te selecteren.
3 Draai aan de bedieningsschijf om het
gewenste volume te selecteren. U kunt het volume instellen op een waarde van VOL 00 tot “VOL 50.
4 Druk op SEL (selecteren) om het instellen te
voltooien.
Automatisch aanpassen van de klok
De tijd die de klok weergeeft die in deze eenheid is ingebouwd wordt automatisch aangepast aan de tijdgegevens (CTClock Time) die met het RDS-signaal van een zender worden meegezonden. Als u wilt dat de klok niet automatisch wordt aangepast, moet u de onderstaande procedure volgen.
Zie ook de paragraaf De algemene instellingen wijzigen (PSM) op bladzijde 25.
1 Druk op SEL (selecteren) in en houd deze ten
minste 2 seconden ingedrukt, zodat een van de PSM-vermeldingen op de display wordt weergegeven.
2 Druk op ¢ of 4 om de vermelding
AUTO ADJ (aanpassen) te selecteren.
3 Draai de bedieningsschijf tegen de wijzers van
de klok in om “OFF” te selecteren. U hebt het automatisch aanpassen van de klok nu uitgeschakeld.
4 Druk op SEL (selecteren) om het instellen te
voltooien.
Als u het aanpassen van de klok opnieuw wilt activeren, moet u de procedure herhalen en in
stap 3 ON selecteren door de bedieningsschijf met de wijzers van de klok mee te draaien.
Opmerking:
Nadat u voor AUTO ADJ de instelling “ON” hebt gekozen, dient u de eenheid tenminste 2 minuten op hetzelfde station afgestemd te houden, anders wordt de klok niet aangepast. (Dit is nodig omdat de eenheid maximaal 2 minuten nodig heeft om de tijdgegevens in het RDS-signaal te ontvangen en verwerken).
NEDERLANDS
17
PTY-codes
NEWS: Nieuws AFFAIRS: Actualiteiten en achtergrond
INFO: Informatieve programma’s over
SPORT: Sportverslagen EDUCATE: Educatieve programma’s DRAMA: Radio-hoorspelen CULTURE: Programma’s aangaande
SCIENCE: Wetenschappelijke en
VARIED: Overige programma’s,
POP M: Popmuziek ROCK M: Rockmuziek EASY M: Easy-listening muziek LIGHT M: Lichte muziek CLASSICS: Klassieke muziek OTHER M: Overige muziek WEATHER: Weerberichten
NEDERLANDS
FINANCE: Programma’s aangaande handel
CHILDREN: Amusement voor kinderen
informatie aangaande het nieuws
diverse verscillende onderwerpen
nationale of regionale cultuur
technische programma’s
bijvoorbeeld ceremonies en comedies
en de beurs en beursberichten, enz.
SOCIAL: Programma’s over sociale
activiteiten
RELIGION: Programma’s over aspecten
van geloof en religie, aangaande het bestaan en ethiek
PHONE IN: Programma’s waarin mensen
via de telefoon of een publiek forum hun meningen kunnen uiten
TRAVEL: Programma’s over reizen en
bestemmingen, georganiseerde reizen en ideeën en mogelijkheden voor vacanties
LEISURE: Programma’s over recreatieve
bezigheden, bijvoorbeeld
tuinieren, koken, vissen, enz. JAZZ: Jazz-muziek COUNTRY: Country-muziek NATION M: Huidige populaire muziek van
een bepaald land of gebied in
de taal van het land of gebied OLDIES: Gouwe-Ouwe FOLK M: Folk-muziek DOCUMENT: Programma’s over feitelijke
gebeurtenissen, vaak
gepresenteerd in een
onderzoekende stijl
In deze afbeelding ziet u hoe hetzelfde programma via verschillende frequenties kan worden ontvangen.
Programma 1 op frequentie A
Programma 1 op frequentie B
Programma 1 op frequentie C
Programma 1 op frequentie E
Programma 1 op frequentie D
18

GEBRUIK VAN DE CASSETTESPELER

Beluisteren van een cassette
U kunt type I (normaal) cassettes afspelen.
1
Open het bedieningspaneel.
Opmerking over de “One-Touch-bediening:
Met reeds een cassette in de cassettehouder geplaatst, wordt het toestel door een druk op TAPE CD-CH ingeschakeld en start de weergave automatisch.
2
Plaats een cassette in de cassettehouder.
3
Sluit het bedieningspaneel handmatig.
Het toestel wordt ingeschakeld en de cassetteweergave start automatisch.
Stoppen met afspelen en de cassette terug laten springen
Druk op 0. De cassetteweergave stopt en het bedieningspaneel schuift omlaag. De cassette wordt automatisch van de cassettehouder uitgeworpen. De vorige afspeelbron wordt geselecteerd. De cassetteweergave wordt tevens gestopt wanneer u naar schakelt. (De cassette wordt echter in dat geval niet uitgeworpen).
U kunt de cassette ook uitwerpen terwijl het
apparaat is uitgeschakeld. Druk hiertoe op 0.
Versneld doorspoelen en terugspoelen van een band
Druk langer dan 1 seconde op ¢ om de band versneld door te spoelen. Aan het einde wordt de band omgedraaid en wordt de andere kant vanaf het begin afgespeeld.
Druk langer dan 1 seconde op 4 om de band terug te spoelen tot aan het begin. Dezelfde kant wordt nogmaals afgespeeld.
NEDERLANDS
4
Kies de bandrichting.
Door iedere druk op 23, wordt afwisselend de voorwaartse ( ) en achterwaartse ( ) bandrichting gekozen.
Wanneer u op 23 drukt, kunt u het versneld
doorspoelen en terugspoelen op een willekeurige plaats laten stoppen.
Het afspelen begint daarna vanaf die plaats op de band.
Opmerkingen:
Wanneer de ene kant van de band is afgespeeld, wordt automatisch begonnen met het afspelen van de andere kant (Auto Reverse).
De bandtransportrichting wordt automatisch veranderd wanneer bij het snel doorspoelen het eind van de cassettekant wordt bereikt.
19
Weergave van cassettes die met Dolby B NR* ruisonderdrukking zijn opgenomen
1 Druk tijdens de cassetteweergave op
MODE om de functiemodus te activeren. MODE knippert boven op het display.
2 Druk op (Dolby B) terwijl “MODE nog
op het display wordt getoond zodat de (Dolby B) indicator oplicht. DOLBY B verschijnt tevens enkele seconden op het display.
Voor het annuleren van Dolby B NR,
herhaalt u de hierboven beschreven stappen 1 en 2 zodat de (Dolby B) indicator dooft.
* Vervaardigd in licentie van Dolby
Laboratories. Dolby en het dubbele D-symbool zijn handelsmerken van Dolby Laboratories.
NEDERLANDS
Het begin van een muziekstuk vinden
Met Multi Music Scan (MMS) kunt u het afspelen automatisch laten beginnen bij het begin van een bepaald muziekstuk. U kunt muziekstukken opgeven die zich maximaal 9 muziekstukken na of voor het huidige muziekstuk bevinden.
Gedurende het afspelen
Kies het fragment of liedje dat u wilt opzoeken (hoeveel fragmenten voor of na het huidige fragment).
Druk op ¢ een muziekstuk na het huidige muziekstuk zoeken op de cassette.
Druk op 4 een muziekstuk voor het huidige muziekstuk zoeken op de cassette.
Bijv.: Indien u het derde fragment na het
huidige fragment wilt beluisteren
Elke keer dat u een muziekstuk opgeeft, verandert het nummer tot maximaal ±9. Wanneer het begin van het opgegeven muziekstuk is gevonden, wordt automatisch met het afspelen van het betreffende muziekstuk begonnen.
Opmerkingen:
Gedurende het zoeken naar een opgegeven muziekstuk gebeurt het volgende:
– Als de band wordt teruggespoeld tot het begin,
start het afspelen aan het begin van die kant.
– Als de band versneld wordt doorgespoeld tot aan
het einde, wordt hij omgedraaid en afgespeeld vanaf het begin van de andere kant.
Soms functioneert Multi Music Scan niet op de juiste manier. Dit kan gebeuren bij:
– Banden met muziekstukken met lange stukken
zeer zachte muziek (zeer rustige gedeelten) of lange stukken tussen twee muziekstukken waarop niets is opgenomen.
– Banden met korte stukken waarop niets is
opgenomen.
– Banden met veel geluid of geroezemoes tussen de
verschillende muziekstukken.
– Banden met geluiden die bij een laag
opnameniveau zijn opgenomen.
– De Dolby NR instelling is niet juist. U heeft
bijvoorbeeld Dolby B NR geactiveerd maar de cassette is niet met Dolby NR opgenomen.
20
Andere handige functies voor de cassettespeler
Overslaan van blanco gedeelten op de cassette
U kunt tijdens weergave blanco gedeelten tussen fragmenten overslaan (Blank Skip). Met de functie geactiveerd worden blanco gedeelten van 15 seconden of langer overgeslagen en wordt snel naar het volgende fragment gespoeld en de weergave vanaf daar voortgezet.
Zie ook de paragraaf De algemene instellingen wijzigen (PSM) op bladzijde 25.
3
Draai de bedieningsschijf naar rechts om “ON” te kiezen.
De voorziening Blank Skip is nu ingeschakeld.
4
Voltooi de instelling.
1
Druk op SEL (selecteren) in en houd deze ten minste 2 seconden ingedrukt, zodat een van de PSM­vermeldingen op de display wordt weergegeven. (PSM: zie bladzijde
26).
2
Druk op ¢ of op 4 om de vermelding B.SKIP (Blank Skip) te selecteren.
Voor het annuleren van overslaan van blancos, herhaalt u dezelfde procedure en kiest
u in stap 3 OFF door de bedieningsschijf naar links te draaien.
NEDERLANDS
21
Herhalen van het spelende fragment
U kunt het spelende fragment herhalen (Herhaalde weergave).
1 Druk op MODE om de
functiemodus te activeren tijdens weergave van een fragment of liedje op een cassette dat u herhaald wilt afspelen. MODE knippert boven op het display.
2 Druk op RPT (herhalen) terwijl
MODE nog op het display wordt getoond zodat “REPEAT op het display verschijnt.
De indicator licht op wanneer de functie
NEDERLANDS
voor het herhalen van een fragment is geactiveerd.
Als de melodie is afgespeeld, wordt de cassette automatisch naar het begin van de melodie teruggespoeld en wordt dezelfde melodie nogmaals afgespeeld.
Voor het annuleren van herhaalde weergave,
herhaalt u stappen 1 en 2 zodat de RPT indicator dooft.
Voorkomen dat de cassette uit de cassettehouder springt
U kunt voorkomen dat de cassette per ongeluk wordt uitgeworpen door de cassette in de cassettehouder te vergrendelen.
Druk op TAPE CD-CH, en houd tegelijkertijd seconden ingedrukt.
NO EJECT knippert ongeveer 5 seconden op het display. De cassette is nu vergrendeld en kan niet zondermeer worden uitgeworpen.
Voor het annuleren en ontgrendelen van de cassette
Druk op TAPE CD-CH, en houd tegelijkertijd
nogmaal langer dan 2 seconden ingedrukt. EJECT OK knippert ongeveer 5 seconden op het display en de cassette kan nu worden verwijderd.
langer dan 2
Opmerking:
De functies voor het overslaan van blanco’s en het herhalen van een fragment werken mogelijk niet in de volgende gevallen: – Banden met muziekstukken met lange stukken zeer
zachte muziek (zeer rustige gedeelten) of lange stukken tussen twee muziekstukken waarop niets is opgenomen.
– Banden met korte stukken waarop niets is
opgenomen.
– Banden met veel geluid of geroezemoes tussen de
verschillende muziekstukken.
– Banden met geluiden die bij een laag
opnameniveau zijn opgenomen.
– De Dolby NR instelling is niet juist. U heeft
bijvoorbeeld Dolby B NR geactiveerd maar de cassette is niet met Dolby NR opgenomen.
22
Opmerking:
Indien u op 0 drukt terwijl een cassette is vergrendeld en niet zondermeer kan worden uitgeworpen, schuift het bedieningspaneel omlaag maar gaat de cassetteweergave gewoon door en kan de cassette niet worden uitgeworpen.

GELUID REGELEN

Selecteren van vastgelegde geluidsfuncties (C-EQ: gebruiker-equalizer)
U kunt een van de reeds vastgelegde geluidsfuncties (C-EQ: gebruiker-equalizer) kiezen die bij de af te spelen muziek past.
Voor het uitvoeren van de onderstaande stappen geldt een tijdslimiet. Als de procedure wordt afgebroken voordat u deze hebt voltooid, moet u opnieuw bij stap 1 beginnen.
1
Druk tijdens weergave op MODE om de functiemodus.
MODE knippert boven op het display.
2
Druk terwijl “MODE” nog op het display knippert op EQ (equalizer).
De laatst gekozen geluidsfunctie wordt opgeroepen en voor de huidige bron gebruikt.
Indicatie Voor:
USER (Neutraal 00 00 OFF
geluid)
ROCK Rock of +03 +01 ON
disco muziek
CLASSIC Klassieke +01 –02 OFF
POPS Populaire +04 +01 OFF
HIP HOP Funk of +02 00 ON
JAZZ Jazz muziek +02 +03 OFF
Opmerking:
U kunt iedere geluidsfunctie naar wens instellen. Nadat u een instelling heeft gemaakt, wordt deze automatisch voor de huidige gekozen geluidsfunctie vastgelegd. Zie “Geluid aanpassen” op bladzijde 24.
muziek
muziek
Rap muziek
Vastgestelde waarden
BAS TRE LOUD
NEDERLANDS
De geluidsfunctie-indicator knippert.
Bijv.: Indien u hiervoor “USER” had gekozen
3
Selecteer de gewenste geluidsmodus.
Elke keer wanneer u op de toets drukt, verandert de geluidsmodus en wel als volgt:
USER
De geluidsfunctie-indicator knippert.
Bijv.: Als u “ROCK” kiest
ROCK
CLASSIC
POPSHIP HOPJAZZ
23
Geluid aanpassen
2
Stel in.
U kunt de geluidskarakteristieken naar wens instellen.
1
Selecteer de functie die u wilt aanpassen.
Elke keer wanneer u op de toets drukt, wordt de aanpasbare tijd als volgt gewijzigd:
BAS
(bas)
VOL
(volume)
Indicatie Doel: Bereik
1
BAS*
TRE*
NEDERLANDS
FAD*
BAL Evenwicht tussen L06 (Allen
LOUD*1De lage en hoge
VOL*
Bastonen –06 (min.) aanpassen. |
1
Treble –06 (min.) aanpassen. |
2
Evenwicht tussen R06 (Allen voor- en | achterin) achterspeakers F06 (Allen aanpassen. voorin)
linker- en | links) rechterspeaker R06 (Allen aanpassen. rechts)
tonen worden versterkt voor een LOUD ON goed gebalanceerd | geluid bij LOUD OFF weergave met een laag volume.
3
Het volume 00 (min.) aanpassen. |
TRE
(treble)
LOUD
(loudness)
+06 (max.)
+06 (max.)
50 (max.)
FAD
(faden)
BAL
(balans)
Verhogen van het niveau of activeren van de toonversterking
Verlagen van het niveau of uitschakelen van de toonversterking
Het patroon op de indicator voor de equalizer verandert wanneer u de weergave van lage of hoge tonen aanpast.
Bijv. 1: Als u “TRE” (treble) aanpast
Bijv. 2: Wanneer u de toonversterking
activeert
3
Herhaal stappen 1 en 2 voor het instellen van andere onderdelen.
Voor het terugstellen van iedere geluidsfunctie naar de fabrieksinstelling,
herhaalt u dezelfde procedure maar voert u daarbij de in de tabel op bladzijde 23 gegeven vooringestelde waarden in.
*1Indien u de lage tonen, hoge tonen of
toonversterking instelt, zal die instelling worden vastgelegd voor de huidige gekozen geluidsfunctie (C-EQ) met inbegrip van “USER”.
*2Als u een systeem met twee speakers gebruikt moet
u FAD op “00” zetten.
*3Normaliter werkt de regelschijf als volumeregelaar.
U hoeft voor het instellen van het volume dus niet VOL te kiezen.
24

ANDERE HOOFDFUNCTIES

De algemene instellingen wijzigen (PSM)
Het is mogelijk om de instellingen voor de items die op de volgende bladzijde staan vermeld te wijzigen.
Basisprocedure
1
Druk op SEL (selecteren) in en houd deze ten minste 2 seconden ingedrukt, zodat een van de PSM­vermeldingen op de display wordt weergegeven. (Zie bladzijde 26).
2
Selecteer het PSM-item waarvan u de instelling wilt wijzigen.
3
Wijzig het PSM-item dat u hebt geselecteerd.
Bijv.: Als u AUDIO 2 kiest
4
Herhaal stap 2 en 3 als u de andere PSM-items wilt aanpassen.
5
Voltooi de instelling.
NEDERLANDS
Bijv.: Als u “LEVEL” kiest
25
Modus met voorkeursinstellingen (PSM)-onderdelen
Zie de in de tabel aangegeven bladzijden voor details aangaande de betreffende PSM-onderdelen.
Indicaties Kiesbare waarden/onderdelen
CLOCK H Instellen van het uur
CLOCK M Instellen van de minuten
24H/12H 24/12-uur aanduiding
voor de klok
AUTO ADJ Automatische instellen
van de klok
CLOCK Klokdisplay
TU DISP Tunerdisplayfunctie
AF-REG Alternatieve frequentie/
Regionale ontvangst
PTY STBY PTY-standby
TA VOL Volume voor
NEDERLANDS
verkeersinformatie
P-SEARCH Programma zoeken
DAB AF*2Zoeken naar alternatieve
frequenties
DAB VOL*2DAB volume-instelling
LEVEL Niveaudisplay
DIMMER Dimmermodus
TEL Audiodemping voor
cellulaire telefoonsystemen
BEEP Pieptoon bij toetsdruk
SCROLL Modus voor
lopende tekst
B.SKIP Blank skip
3
EXT IN*
Extern apparaat
TAG DISP Weergave van tags
Fabrieksin- Zie
stellingen blz.
0 (0:00) 80 – 23 (1– 12)
00 – 59
12H 24H
OFF ON
00 (0:00) 8
24H
ON
ONONOFF
PS NAME
AF AF REG
OFF*
OFF
29 programmatypen
(zie bladzijde 18)
FREQ
1
PS NAME
AF
OFF
VOL 00 – VOL 50 VOL 20
OFF ON
AF OFF AF ON
VOL –12 VOL 12
AUDIO 1 AUDIO 2
OFF
AUTO OFF
ON
OFF MUTING 1
MUTING 2
OFF
AF ON
VOL 00
AUDIO 2
AUTO 27
OFF
OFF ON ON 28
ONCE AUTO
OFF
ONCE 28
OFF ON OFF 21
CHANGER LINE IN CHANGER 28
TAG OFF TAG ON TAG ON 28
8
17
27
17
12, 13
14
17
16
39
39
27
27
*1Wordt uitsluitend getoond wanneer DAB AF op AF OFF is gesteld. *2Wordt alleen weergegeven indien de DAB-tuner is aangesloten. *3Wordt alleen weergegeven indien een van de volgende afspeelbronnen is geselecteerd: FM, AM en TAPE.
26
Weergave van de klok selecteren—CLOCK
Het is mogelijk om de klok in het onderste deel van de display weer te geven of juist niet weer te geven wanneer de eenheid is ingeschakeld. Bij het verlaten van de fabriek is de klok standaard ingesteld om op de display te worden weergegeven.
ON: Weergave van de klok op de
OFF: Klokdisplay is uitgeschakeld. Met
Met CLOCK op OFF gesteld:
Bron
Tuner Golfband (FM/AM/ DAB)
TAPE “TAPE of of discnummer CD-CH
Met CLOCK op ON gesteld:
Bron
Tuner Klok De golfband wordt (FM/AM/ ongeveer 5 seconden DAB) getoond.
TAPE Klok “TAPE verschijnt
CD-CH Klok Door iedere druk op de
display is ingeschakeld.
OFF gekozen, wordt de andere informatie (zie de tabel hieronder) in plaats van de klok getoond (uitgezonderd indien LINE IN als bron is gekozen).
Basisaanduiding
Basisaanduiding
Druk op DISP (display)
De klok wordt ongeveer 5 seconden getoond.
Druk op DISP (display)
ongeveer 5 seconden.
toets wordt afwisselend het discnummer en fragment-/ bestandnummer getoond.
Kiezen van de niveaumeter—LEVEL
U kunt zelf bepalen welk niveau u in de display weergegeven wilt hebben. De standaardinstellingen van de eenheid bij het verlaten van de fabriek is AUDIO 2”.
AUDIO 1: Toont de audioniveau-indicator.
AUDIO 2: Geeft de instelling van AUDIO 1
en het verlichte display weer.
OFF: Wist de audioniveau-indicator.
De instelling voor de dimmerfunctie selecterenDIMMER
Bij het inschakelen van de koplampen van de auto wordt de verlichting van de display automatisch gedimd (de functie Auto Dimmer). Bij het verlaten van de fabriek is de functie Auto Dimmer van de eenheid standaard ingeschakeld.
AUTO: De functie Auto Dimmer is ingeschakeld.
OFF: De functie Auto Dimmer is uitgeschakeld.
ON: De display wordt gedimd.
Opmerking:
Het kan zijn dat de dimmerfunctie van deze toestel bij bepaalde voertuigen niet goed werkt, vooral niet bij voertuigen met een bedieningsfunctie voor de dimmer. In dergelijke gevallen moet u de dimmerfunctie op ON of OFF instellen.
Audiodemping voor cellulaire telefoongesprekken selecteren—TEL
Deze modus wordt gebruikt wanneer er een cellulair telefoonsysteem is aangesloten. Selecteer afhankelijk van het telefoonsysteem dat u gebruikt MUTING 1 of MUTING 2”. Bij het verlaten van de fabriek is deze modus standaard uitgeschakeld.
MUTING 1: Kies als u met deze instelling het geluid kan dempen bij gebruik van een mobiel telefoonsysteem.
MUTING 2: Kies als u met deze instelling het geluid kan dempen bij gebruik van een mobiel telefoonsysteem.
OFF: Hiermee wordt de audiodemping voor cellulaire telefoonsystemen uitgeschakeld.
NEDERLANDS
27
Geluid bij het aanraken van de toetsen in- en uitschakelen—BEEP
Het is mogelijk om het geluid dat u hoort bij het aanraken van de toetsen uit te schakelen als u deze geluiden storend vindt. Bij het verlaten van de fabriek is de functie voor het weergeven van geluid bij het aanraken van de toetsen echter ingeschakeld.
ON: Hiermee schakelt u het geluid bij
OFF: Hiermee schakelt u het geluid bij
het aanraken van de toetsen in.
het aanraken van de toetsen uit.
De modus voor lopende tekst selecteren SCROLL
U kunt de functie voor het laten rollen van tekens op het display voor de discinformatie kiezen (wanneer alle tekens niet in één keer kunnen worden getoond). Bij het verlaten van de fabriek staat deze functie standaard ingesteld op “ONCE”, waardoor informatie éénmaal als modus voor lopende tekst op de display wordt weergegeven.
ONCE: De lopende tekst wordt slechts
NEDERLANDS
AUTO: De lopende tekst wordt nóg een
OFF: De functie Scroll Mode staat uit.
Opmerking:
Ook wanneer de modus voor lopende tekst is uitgeschakeld “OFF” is het mogelijk tekst lopend op de display weer te geven door DISP (display) gedurende ten minste 1 seconde in te drukken.
één keer weergegeven.
keer weergegeven (met tussenpozen van 5 seconden).
Het externe apparaat selecterenEXT IN
Het externe apparaat kan met behulp van de KS-U57 Line Input Adapter (niet meegeleverd) op de ingang van de CD-wisselaar worden aangesloten. Als u het externe apparaat via deze eenheid als afspeelbron wilt gebruiken, moet u bepalen welk onderdeelde CD-wisselaar of het externe apparaatu wilt gebruiken. Bij het verlaten van de fabriek is de CD-wisselaar standaard als extern apparaat geselecteerd.
CHANGER: De CD-wisselaar gebruiken.
LINE IN: Voor een ander apparaat dan de
Opmerking:
Aanwijzingen omtrent het aansluiten van de KS-U57 Line Input Adapter op het externe apparaat treft u aan in de Handleiding voor installatie/aansluiting (aparte publicatie).
28
CD-wisselaar.
Het weergeven van tags in- en uitschakelenTAG DISP
Deze functie werkt uitsluitend indien een JVC MP3-compatibele CD-wisselaar is aangesloten.
In een MP3-bestand kan bestandsinformatie liggen opgeslagen in een zogeheten ID3 Tag. In dit label kan informatie liggen opgeslagen zoals de naam van het album, de artiest, de titel van de track, enz. Er zijn twee versies: ID3v1 (ID3-tag, versie 1) en ID3v2 (ID3-tag, versie 2). Deze toestel kan alleen informatie van het type ID3v1 verwerken. Bij het verlaten van de fabriek is deze standaard ingesteld op TAG ON.
TAG ON: Weergave van informatie in ID3- tags is ingeschakeld tijdens het afspelen van MP3-bestanden.
Als een MP3-bestand geen
ID3-tag heeft, worden de mapnaam en bestandsnaam weergegeven.
Opmerking:
Als u tijdens het afspelen van een MP3-bestand de instelling wijzigt van TAG OFF naar TAG ON, wordt het weergeven van informatie die in tags ligt opgeslagen vanaf het volgende bestand geactiveerd.
TAG OFF: Weergave van informatie in ID3­tags is uitgeschakeld tijdens het afspelen van MP3-bestanden. (Alleen de mapnaam en de bestandsnaam worden weergegeven).
Bedieningspaneel verwijderen
U kunt het bedieningspaneel verwijderen, wanneer u uit de auto stapt. U moet het bedieningspaneel voorzichtig verwijderen en weer op zijn plaats bevestigen, zodat de connectors op de achterkant van het bedieningspaneel en de houder van het bedieningspaneel niet worden beschadigd.
Hoe moet u het bedieningspaneel verwijderen?
Voordat u het bedieningspaneel verwijder t, moet u er zeker van zijn dat de spanning is uitgeschakeld.
1
Ontgrendel het bedieningspaneel.
2
Druk het bedieningspaneel miets omhoog en trek tegelijkertijd naar u toe van het apparaat.
Hoe moet u het bedieningspaneel weer op zijn plaats bevestigen?
1
Steek de rechterkant van het bedieningspaneel in de groef van de paneelhouder.
2
Druk op de linkerkant van het bedieningspaneel om het paneel in de paneelhouder te vergrendelen.
Opmerking over het reinigen van de connectors:
Als u het bedieningspaneel vaak verwijdert, zullen de connectors op een gegeven moment minder goed gaan functioneren. Om deze mogelijkheid tot het minimum te beperken, moet u de connectors van tijd tot tijd met een met alcohol bevochtigde katoenen doek schoonmaken. Zorg ervoor dat u de connectors daarbij niet beschadigt.
NEDERLANDS
3
Stop het losgemaakte bedieningspaneel in het daarvoor bestemde doosje.
Connectors
29

GEBRUIK VAN DE CD-WISSELAAR

Gebruik bij voorkeur de JVC, MP3 compatibele CD-wisselaar met dit toestel.
Met gebruik van deze CD-wisselaar kunt u uw originele CD-Rs (Opneembaar) en CD-RW’s (Herschrijfbaar) afspelen die met het audio CD­formaat of het MP3-formaat zijn opgenomen.
U kunt tevens bepaalde andere CD-wisselaars uit de CH-X serie aansluiten (uitgezonderd de CH-X99 en CH-X100). Deze andere wisselaars zijn echter niet voor MP3 geschikt en u kunt dan dus geen MP3 discs afspelen.
U kunt CD-wisselaars uit de KD-MK serie niet met dit toestel gebruiken.
NEDERLANDS
Alvorens uw CD-wisselaar te gebruiken:
Lees de instructies door die bij uw CD-wisselaar zijn geleverd.
Als er geen CDs in de houder van de CD-wisselaar aanwezig zijn of wanneer de CDs ondersteboven in de houder zitten, verschijnt op het afleesvenster de tekst NO DISC. Als dit gebeurt, moet u de houder verwijderen en de CDs op de juiste wijze in de houder plaatsen.
•“NO MAG verschijnt op het display indien er geen magazijn in de CD-wisselaar is geplaatst. U moet in dat geval een magazijn in de CD-wisselaar plaatsen.
Als op het afleesvenster de tekst RESET 1” – “RESET 8 verschijnt, is er iets fout met
de verbinding tussen dit apparaat en de CD-wisselaar. Als dit gebeur t, moet u de verbinding controleren, de verbindings­kabel(s) stevig vastmaken. En dan op de resetknop van de CD-wisselaar drukken.
Meer over MP3-discs
MP3-bestanden (fragmenten) worden tijdens het opnemen mappengeplaatst, zoals deze in computertermen worden genoemd. Tijdens de opnameprocedure kunnen bestanden en mappen op dezelfde manier worden geordend als dat bij bestanden en mappen met computergegevens kan. De hoofdmap” is de bovenste map in de hiërarchie met mappen en bestanden. Elk bestand en elke map vallen onder de hoofdmap en kunnen vanuit de hoofdmap worden benaderd.
Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 Niveau 4 Niveau 5
HOOFD­MAP
01
: Mappen en hun weergavevolgorde
1
:
MP3-bestanden en hun weergavevolgorde
Hiërarchieën
01
05
1
2
02 03
3
10
11
04
12
6
4
5
7
8
9
CD’s afspelen
Selecteer de CD-wisselaar (CD).
30
1
TAPE
*1U kunt de CD-wisselaar niet kiezen indien u “EXT
IN op LINE IN heeft gesteld (zie bladzijde 28).
CD*
Indien u een MP3 disc heeft geplaatst:
De weergave start vanaf de eerste map van de huidige disc nadat de bestanden zijn gecontroleerd.
Map- of albumnaam*
Gekozen discnummer*
3
De indicator MP3De indicator (map)
*2Met CLOCK op ON gesteld (zie bladzijde
27) wordt in plaats van de huidige aanduiding
de tijd van de klok getoond.
*3Indien bepaalde MP3-bestanden zijn opgenomen
zonder in een map te zijn geplaatst, zullen deze eerst wordt afgespeeld en verschijnt “ROOT” als mapnaam.
Indien u een normale CD heeft geplaatst:
De weergave start vanaf het eerste fragment van de huidige disc.
Gekozen discnummer*
Opmerkingen:
Wanneer u op TAPE CD-CH drukt, wordt automatisch de spanning ingeschakeld. U hoeft niet
2
op te drukken om de spanning in te schakelen.
De CD-wisselaar weergave stopt wanneer u van bron verandert. Wanneer u later weer de CD­wisselaar als bron kiest, wordt de weergave voortgezet vanaf het hiervoor gestopte punt.
De discinformatie verschijnt automatisch op het display zodra de weergave van een CD Text of MP3 disc wordt gestart. (Zie de volgende uitleg).
Veranderen van de display-informatie
Bij weergave van een MP3-disc of CD Tekst, kunt u andere discinformatie op het display tonen.
Door iedere druk op DISP (display) verandert de informatie op het display en toont het volgende:
Voor MP3-discs
Met TAG DISP op TAG ON gesteld (basisinstelling: zie bladzijde 28)
Albumnaam / Artiest
(mapnaam* )
(TAG licht op het display op)
Titel van het muziekstuk
(bestandnaam* )
4
(TAG licht op het display op)
Verstreken weergavetijd en
huidige bestandnummer
5
NEDERLANDS
5
Verstreken afspeeltijd
fragmentnummer
*4Met CLOCK op ON gesteld (zie bladzijde
27) wordt in plaats van de huidige aanduiding de tijd van de klok getoond.
Huidige
*5Indien een MP3 bestand geen ID3 tags heeft, zal de
mapnaam en bestandnaam verschijnen. In dat geval licht TAG indicator niet op het display op.
VERVOLG, ZIE OMMEZIJDE
31
Met TAG DISP op TAG OFF gesteld
Mapnaam
( licht op het display op)
Bestandnaam
( licht op het display op)
Verstreken weergavetijd en
huidige bestandnummer
Voor CD Tekst
Elke keer wanneer u op deze toets drukt, verandert de weergave op de display en wel als volgt:
Titel van de CD / Artiest
Titel van het muziekstuk
NEDERLANDS
( licht op het display op)
Verstreken weergavetijd en
huidige muziekstuk
Opmerkingen:
Het display toont tegelijkertijd maximaal 8 tekens en de tekens worden rollend getoond indien er meer dan 8 tekens zijn. Zie tevens “De modus voor lopende tekst selecterenSCROLL op bladzijde 28. Bepaalde tekens of symbolen worden niet getoond op het display (en er verschijnt een blanco voor in de plaats). (Bijv.: ABCå!d# ]ABCA D )
Wanneer u op de toets DISP (display) drukt terwijl u naar een gewone CD luistert, verschijnt de vermelding “NO NAME” op de display voor de titel/artiest van de CD en de titel van het muziekstuk.
32
Direct naar een bepaalde CD gaan
Druk op de nummertoets die correspondeert met het nummer van de CD om het afspelen te laten beginnen (tijdens weergave van de CD­wisselaar).
• Nummer 1 – 6 selecteren: Druk kort op 1 (7) – 6 (12).
• Nummer 7 – 12 selecteren: Druk kort op 1 (7) – 6 (12) en houd deze toets langer dan 1 seconde ingedrukt.
Het fragment/bestand versneld vooruit of achteruit afspelen
Houd tijdens weergave ¢ , ingedrukt om het fragment/bestand versneld in voorwaartse richting af te spelen.
Houd tijdens weergave 4 ingedrukt om het fragment/bestand versneld in achterwaartse richting af te spelen.
Opmerking:
Tijdens deze bediening voor een MP3-disc, hoort u het geluid met onderbrekingen. (De verstreken weergavetijd verandert tevens met onderbrekingen op het display).
Naar het volgende of vorige fragmenten/ bestanden en gaan
Druk tijdens weergave kort op ¢ om naar het begin van het volgende fragment/bestand te verspringen. Telkens wanneer u meerdere malen op de toets drukt, wordt het begin van volgende fragmenten/ bestanden opgezocht en de weergave vanaf daar gestart.
Druk tijdens weergave kort op 4 om naar het begin van het huidige fragment/bestand te verspringen. Telkens wanneer u meerdere malen op de toets drukt, wordt het begin van daarvoor liggende fragmenten/bestanden opgezocht en de weergave vanaf daar gestart.
Deze bediening is uitsluitend mogelijk met gebruik van een JVC MP3-compatibele CD-wisselaar (CH-X1500).
Snel naar een fragment/bestand verspringen
1 Druk op MODE om de functiemodus te
activeren tijdens weergave van een disc.
MODE knippert boven op het display.
2 Druk tijdens de functiemodus op 5 (hoger) of
(lager).
Vooruit verspringen van 10 fragmenten/bestanden* tot naar maximaal het laatste fragment/bestand
Terug verspringen van 10 fragmenten/bestanden* tot naar maximaal het eerste fragment/bestand
* Bij de eerste druk op de 5 (hoger) of
(lager) wordt naar het dichtstbijzijnde hogere of lagere fragment/bestand dat een tiental heeft (bijvoorbeeld het 10de, 20
ste
30
fragment/bestand) versprongen. Door een volgende druk op de toets kunt u tegelijkertijd 10 fragmenten/bestanden verspringen (Zie Snel naar een gewenst bestand/fragment gaan hier rechts).
Na het laatste fragment/bestand wordt weer
het eerste fragment/bestand gekozen en viceversa.
Opmerking:
Indien de huidige disc die wordt afgespeeld een MP3 disc is, wordt naar andere bestanden in dezelfde map versprongen.
ste
of
Snel naar een gewenst bestand/fragment gaan
Bijv. 1:Kiezen van fragment-/ bestandnummer 32 tijdens weergave van fragment-/bestandnummer 6
(Drie keer) (Twee keer)
Fragment/ bestand
Bijv. 2:Kiezen van fragment-/
Fragment/ bestand
6 \ 10 \ 20 \ 30 \ 31 \ 32
bestandnummer 8 tijdens weergave van fragment-/bestandnummer 36
(Drie keer)
36 \ 30 \ 20 \ 10 \ 9 \ 8
(Twee keer)
Verspringen naar de volgende of voorgaande map (alleen voor MP3 discs)
Druk tijdens weergave van een MP3 disc op 5 (hoger) om naar de volgende map te gaan. Telkens wanneer u meerdere malen op de toets drukt, wordt de volgende map opgezocht en start de weergave van het eerste bestand in die map.
Druk tijdens weergave van een MP3 disc op (lager) om naar de voorgaande map te gaan. Telkens wanneer u meerdere malen op de toets drukt, wordt de daarvoor liggende map opgezocht en start de weergave van het eerste bestand in die map.
NEDERLANDS
33
Kiezen van de weergavefuncties
Fragmenten/bestanden in een willekeurige volgorde afspelen (Willekeurige weergave
van een map/disc/magazijn)
1 Druk tijdens weergave op MODE
om de functiemodus te activeren. MODE knippert boven op het display.
2 Druk terwijl “MODE nog op het
display wordt getoond op RND (willekeurig). Elke keer wanneer u op deze toets drukt, verandert de willekeurige weergavefunctie als volgt:
Voor MP3 discs:
DISC RNDFLDR RND
Voor CD’s:
Geannuleerd
NEDERLANDS
Geannuleerd
MAG RND
MAG RNDDISC RND
Bestanden/fragmenten herhaald afspelen (Herhaalde weergave van fragment/map/ disc)
1 Druk tijdens weergave op MODE
om de functiemodus te activeren. MODE knippert boven op het display.
2 Druk terwijl “MODE nog op het
display wordt getoond op RPT (herhalen). Elke keer wanneer u op deze toets drukt, verandert de herhaalde weergavefunctie als volgt:
Voor MP3 discs:
TRK RPT
Geannuleerd
Voor CD’s:
Geannuleerd
FLDR RPT
DISC RPT
DISC RPTTRK RPT
De indicator RND
Bijv.: Met MAG RND gekozen
Opmerking:
De MP3 indicator licht tevens op indien de huidige spelende disc een MP3 disc is.
Functie
FLDR RND* en RND Alle bestanden van
DISC RND en RND Alle fragmenten/
MAG RND RND indicator Alle fragmenten/
* FLDR RND kan uitsluitend voor MP3 discs
worden gekozen.
34
Actieve Willekeurige
indicator weergave van
indicators de huidige map, en lichten op. vervolgens de
bestanden van de volgende map,
enz.
indicators bestanden van de lichten op. huidige (of
gespecificeerde) disc.
licht op. bestanden van de
geplaatste discs.
De indicators (disc) en RPT
Bijv.: Met DISC RPT gekozen
Opmerking:
De MP3 indicator licht tevens op indien de huidige spelende disc een MP3 disc is.
Functie
TRK RPT RPT indicator Het huidige (of
FLDR RPT* en RPT Alle bestanden
DISC RPT en RPT Alle fragmenten/
* FLDR RPT kan uitsluitend voor MP3 discs
worden gekozen.
Actieve Herhaalde
indicator weergave van
licht op. gespecificeerde)
fragment/bestand.
indicators van de huidige (of lichten op. gespecificeerde)
map of de huidige disc.
indicators bestanden van de lichten op. huidige (of
gespecificeerde) disc.

BEDIENING VAN HET EXTERNE APPARAATEN

Externe apparatuur afspelen
U kunt het extern apparaat met de CD­wisselaaraansluiting op het achterpaneel verbinden middels de KS-U57 Line Input Adapter (niet meegeleverd).
Voorbereiding:
• Aanwijzingen omtrent het aansluiten van de KS-U57 Line Input Adapter op het externe apparaat treft u aan in de Handleiding voor installatie/ aansluiting (afzonderlijk boekje).
• Alvorens u het externe apparaat volgens de onderstaande instructies gaat bedienen, moet u ervoor zorgen dat u de juiste externe ingang hebt geselecteerd. Zie de paragraaf “Het externe apparaat selecteren—EXT IN” op bladzijde 28.
1
Selecteer het externe apparaat (LINE IN).
TAPE LINE IN*
2
Schakel het aangesloten apparaat aan en start het afspelen van de afspeelbron.
3
Stel het volume.
4
Stel het geluid in zoals u zelf wilt.
(Zie bladzijden 23 en 24).
NEDERLANDS
• Als de vermelding “LINE IN”* niet op de display verschijnt, verwijzen we u naar bladzijde 28. Selecteer in zo’n geval de externe ingang (“LINE IN”).
* Wordt alleen weergegeven indien een van de
volgende afspeelbronnen is geselecteerd—FM, AM en TAPE.
Opmerking over de “One -Touch”-bediening:
Wanneer u op TAPE CD-CH drukt, wordt automatisch de spanning ingeschakeld. U hoeft niet op te drukken om de spanning in te schakelen.
35

BEDIENING VAN DE DAB-TUNER

FM/AMDAB
We raden u aan om in combinatie met deze eenheid DAB-tuner KT-DB1500 of KT-DB1000 te gebruiken. Neem contact op met de JVC-dealer in auto­accessoires als u een andere DAB-tuner hebt.
Zie ook de instructies die bij de DAB-tuner werden geleverd.
Wat is het DAB-system?
DAB is een van de digitale radiozendsystemen die momenteel in gebruik
NEDERLANDS
zijn. Met deze technologie is het mogelijk CDs af te spelen met hoge geluidskwaliteit zonder storingen en signaalvervorming. U kunt er zelfs tekst, afbeeldingen en gegevens mee versturen. In tegenstelling tot FM-uitzendingen, waarbij elk programma op een aparte frequentie wordt uitgezonden, worden bij DAB verschillende programma’s (die “services” worden genoemd) met elkaar gecombineerd tot een “ensemble”. Iedere service”—“primaire service”—kan daarbij tevens in componenten worden verdeeld (secundaire service genoemd).
Alleen wanneer u een DAB-tuner op deze eenheid aansluit, kunt u van deze DAB­services gebruik maken.
Opmerking:
Bij het overschakelen van DAB naar FM en andersom kan het weergaveniveau van het volume onaangenaam toenemen of afnemen. Dat het geluidsniveau toeneemt of afneemt, heeft niets met uw ontvanger te maken, maar met de aansturing bij de zender. Er is dus niets mis met uw ontvanger. Om dit euvel te voorkomen kunt u het DAB ingangsniveau instellen. (Zie Instellen van het DAB volumeniveau op bladzijde 39).
36
Afstemmen op een ensemble en op een van de services
Een ensemble bestaat doorgaans uit 6 of meer programmas (services) die tegelijkertijd worden uitgezonden. Nadat u op een ensemble hebt afgestemd, kunt u kiezen naar welke service u wilt luisteren.
Alvorens u begint....
Druk korte tijd op FM AM (DAB) als het cassettedeck, de CD-wisselaar of een extern apparaat de huidige afspeelbron is.
1
Selecteer de DAB-tuner.
Elke keer wanneer u op de toets drukt en houdt, wordt de DAB-tuner of de FM/AM­tuner geselecteerd.
2
Selecteer de DAB-band (DAB1, DAB2 of DAB3).
Elke keer wanneer u op de toets drukt, verandert u de DAB-band als volgt:
DAB1
(D1)
Opmerking:
Deze ontvanger is uitgerust met drie DAB­banden (DAB1, DAB2, DAB3). U kunt met elke DAB-band op een ensemble afstemmen.
DAB2
(D2)
DAB3
(D3)
3
FM/AMDAB
Zoek een ensemble op.
Zoeken naar ensembles met hogere frequenties
Zoeken naar ensembles met lagere frequenties
Wanneer een ensemble wordt ontvangen, stopt het zoeken.
Druk nogmaals op dezelfde toets wanneer u het zoeken wilt stoppen voordat op een
ensemble is afgestemd.
4
Kies een service (ofwel primaire of secundaire) die u wilt beluisteren.
Kiezen van de volgende service. (Indien een primaire service ook secundaire services heeft, worden deze gekozen voordat de volgende primaire service wordt gekozen).
Kiezen van de voorgaande service (ofwel een primaire of secundaire).
De informatie op de display wijzigen wanneer u op een ensemble afstemt
Normaliter wordt de naam van de service op de display weergegeven. Druk op DISP (display) als u wilt weten wat de naam van het ensemble of de frequentie ervan is.
Elke keer wanneer u op de toets drukt, verschijnt de volgende informatie gedurende een korte tijd in het bovenste gedeelte van de display.
Naam van de service
Naam van het ensemble
Kanaalnummer
Frequentie
Zonder zoeken afstemmen op een bepaald ensemble
Alvorens u begint....
Druk korte tijd op FM AM (DAB) als het CD, de CD-wisselaar of een extern apparaat de huidige afspeelbron is.
1 Druk op FM AM (DAB) en houd om de
DAB-tuner als afspeelbron te selecteren.
2 Druk herhaaldelijk op FM AM (DAB) om de
gewenste DAB-band te selecteren (DAB1, DAB2 of DAB3).
3
Druk op ¢ of 4 en houd deze gedurende minimaal 1 seconde ingedrukt. Op het afleesvenster verschijnt de tekst “MANU” (manual).
4 Druk herhaaldelijk op ¢ of 4 tot u
het ensemble van uw keuze bereikt.
Als u de toets ingedrukt houdt, blijft de frequentie veranderen tot u de toets weer loslaat.
5 Druk op 5 (hoger) of (lager) om een
service (ofwel primaire of secundaire) te kiezen die u wilt beluisteren.
Terugkeren naar de FM/AM-tuner
Druk nogmaals op FM AM (DAB) en houd deze.
DAB-frequenties in het geheugen opslaan
Er kunnen maximaal 6 DAB-services voor elke DAB-band (DAB1, DAB2 en DAB3) handmatig in het geheugen worden opgeslagen.
Alvorens u begint....
Druk korte tijd op FM AM (DAB) als het cassettedeck, de CD-wisselaar of een extern apparaat de huidige afspeelbron is.
1
Selecteer de DAB-tuner.
Elke keer wanneer u op de toets drukt en houdt, wordt de DAB-tuner of de FM/AM­tuner geselecteerd.
2
Selecteer de DAB-band (DAB1, DAB2 of DAB3) van uw keuze.
Elke keer wanneer u op de toets drukt, verandert u de DAB-band als volgt:
DAB1
(D1)
DAB2
(D2)
DAB3
(D3)
NEDERLANDS
VERVOLG, ZIE OMMEZIJDE
37
3
FM/AMDAB
Stem af op het ensemble van uw keuze.
4
Selecteer de service van het ensemble.
Kiezen van de volgende service
Afstemmen op een opgeslagen DAB-service
U kunt eenvoudig op een vooraf ingestelde DAB­service afstemmen. Zoals al eerder uitgelegd, dient u eerst services in het geheugen vast te leggen. Zie op bladzijden 37 en 38 “DAB- frequenties in het geheugen opslaan als u nog geen services hebt opgeslagen.
Alvorens u begint....
Druk korte tijd op FM AM (DAB) als het cassettedeck, de CD-wisselaar of een extern apparaat de huidige afspeelbron is.
Kiezen van de voorgaande service
5
Druk op de cijfertoets (in dit voorbeeld cijfertoets 1) waaronder u de geselecteerde service wilt opslaan
NEDERLANDS
38
en houd deze toets gedurende minimaal 2 seconden ingedrukt.
De gekozen golfband/voorkeurnummer en MEMO (geheugen) worden afwisselend even getoond.
6
Herhaal de bovenstaande procedure als u nog andere DAB-services achter voorkeuzetoetsen wilt opslaan.
Opmerkingen:
U kunt uitsluitend primaire DAB-services vastleggen. Indien u een secundaire service vastlegt, wordt hiervoor in de plaats zijn primaire service vastgelegd.
Een reeds opgeslagen DAB-service verdwijnt uit het geheugen wanneer u aan de desbetreffende voorkeuzetoets een nieuwe DAB-service toekent.
Opgeslagen DAB-services verdwijnen uit het geheugen wanneer de stroomtoevoer naar het geheugen wordt onderbroken (bijvoorbeeld wanneer u de batterijen vervangt). Als dit gebeurt, zult u de DAB-services opnieuw moeten instellen.
1
Selecteer de DAB-tuner.
Elke keer wanneer u op de toets drukt en houdt, wordt de DAB-tuner of de FM/AM­tuner geselecteerd.
2
Selecteer de DAB-band (DAB1, DAB2 of DAB3) van uw keuze.
Elke keer wanneer u op de toets drukt, verandert u de DAB-band als volgt:
DAB1
(D1)
3
Selecteer de voorkeuzetoets (1 – 6) voor de DAB-service (primaire) die u wilt beluisteren.
Opmerking:
Indien de gekozen primaire service een of meerdere secundaire services heeft, zal door het herhaaldelijk drukken op dezelfde cijfertoets op de secundaire services worden afgestemd.
DAB2
(D2)
DAB3
(D3)
Wat u nog meer met DAB kunt doen
Hetzelfde programma automatisch volgen (alternatieve ontvangst)
Het is mogelijk om naar een programma te blijven luisteren.
Terwijl u een DAB-service ontvangt:
Als u in een streek rijdt waar u een service niet kunt ontvangen, zal deze eenheid automatisch afstemmen op een ander ensemble of een FM RDS-zender die hetzelfde programma uitzendt.
Terwijl u een FM RDS-zender ontvangt:
Als u in een gebied rijdt waar een DAB-service hetzelfde programma uitzendt als een FM RDS-zender, stemt deze eenheid automatisch op de DAB-service af.
Opmerking:
Bij het overschakelen van DAB naar FM en andersom kan het weergaveniveau van het volume onaangenaam toenemen of afnemen. Dat het geluidsniveau toeneemt of afneemt, heeft niets met uw ontvanger te maken, maar met de aansturing bij de zender. Er is dus niets mis met uw ontvanger. Om dit te voorkomen, kunt u het DAB volumeniveau instellen (zie hier rechts).
Werken met alternatieve ontvangst
Bij het verlaten van de fabriek zijn standaard alle alternatieve-ontvangstmogelijkheden ingeschakeld.
Zie ook de paragraaf De algemene instellingen wijzigen (PSM), op bladzijde 25.
1 Druk op SEL (selecteren) in en houd deze ten
minste 2 seconden ingedrukt, zodat een van de PSM-vermeldingen op de display wordt weergegeven.
2 Druk op ¢ of 4 om de
vermelding DAB AF” (alternatieve frequentie) te selecteren.
3 Draai de bedieningsschijf de gewenste modus
te selecteren.
AF ON: Het programma wordt gevolgd tussen het aanbod van DAB­services en FM RDS-zenders alternatieve ontvangst. De indicator AF op de display licht op (zie bladzijde 12).
AF OFF: Alternatieve ontvangst is uitgeschakeld.
4 Druk op SEL (selecteren) om het instellen te
voltooien.
Opmerking:
Als alternatieve ontvangst (voor DAB-services) is ingeschakeld, is automatisch ook de netwerkfunctie ingeschakeld (zie bladzijde 12 voor RDS-zenders). De netwerkfunctie kan echter niet worden uitgeschakeld zonder de alternatieve ontvangst uit te schakelen.
Instellen van het DAB volumeniveau
U kunt het ingangsniveau van de DAB tuner instellen en in het geheugen vastleggen. Wanneer het ingangsniveau eenmaal juist in overeenstemming met het FM geluidsniveau ingesteld is, hoeft u het volumeniveau niet iedere keer bij het veranderen van bron opnieuw in te stellen. Bij het verlaten van de fabriek is het DAB volumeniveau op “00” gesteld.
Zie ook de paragraaf De algemene instellingen wijzigen (PSM), op bladzijde 25.
1 Druk op SEL (selecteren) in en houd deze ten
minste 2 seconden ingedrukt, zodat een van de PSM-vermeldingen op de display wordt weergegeven.
2 Druk op ¢ of 4 om de vermelding
DAB VOL” (DAB volume) te selecteren.
3 Draai aan de bedieningsschijf om het
gewenste volume te selecteren. U kunt het volume instellen op een waarde van VOL –12 tot VOL 12.
4 Druk op SEL (selecteren) om het instellen te
voltooien.
NEDERLANDS
39

PROBLEMEN OPLOSSEN

Een probleem hoeft niet altijd ernstig te zijn. Voordat u hulp inroept van een dienstverlenende instantie, moet u eerst de volgende punten controleren.
Symptomen
Er komt geen geluid uit de speakers.
Het apparaat werkt helemaal niet.
Algemeen
Automatisch instellen van zendersSSM (Strong­station Sequential Memory) functioneert niet.
FM/AM
NEDERLANDS
U hoort ruis terwijl u naar de radio luister.
Cassette kan niet worden uitgeworpen.
Er kan geen band in het apparaat worden gestopt.
Oorzaken
Het volume is ingesteld op het minimale niveau.
Verkeerde verbindingen.
De ingebouwde microprocessor functioneert mogelijk niet juist vanwege interferentie, enz.
De signalen zijn te zwak.
De antenne zit niet goed vast.
De cassette is vergrendeld.
U probeert de cassette op de verkeerde manier in de cassettehouder te stoppen.
Oplossingen
Pas het geluid aan totdat het optimale niveau is bereikt.
Controleer de bedrading en de verbindingen.
Verwijder het bedieningspaneel en druk vervolgens op de terugsteltoets op de paneelhouder. (De instelling voor de klok en de voorkeurzenders worden uit het geheugen gewist). (Zie bladzijde 2).
Leg de zenders handmatig vast.
Zorg dat de antenne stevig vast zit.
Ontgrendel de cassette. (Zie bladzijde 22).
Stop de cassette in het apparaat en zorg dat de onderkant, waar de band zichtbaar is, rechts zit.
De banden worden heet.
Het geluidsniveau van de
Cassetteweergave
40
band is erg laag en de geluidskwaliteit is aangetast.
Dit is geen storing.
De kop van de band is vuil.
Reinig de kop met een speciale reinigingsband.
Symptomen
Oorzaken
Oplossingen
• Op het afleesvenster verschijnt de tekst “NO DISC”.
• Op het afleesvenster verschijnt de tekst “NO MAG”.
• “NO FILES” knippert op het display.
• De MP3 disc wordt overgeslagen of kan niet worden afgespeeld.
• Ruis bij weergave van een MP3 disc.
• Afleestijd voor MP3 disc is langer. (“CHECK” blijft op het display knipperen).
Er bevindt zich geen CD in de CD-ladden.
Discs zijn omgekeerd geplaatst.
Discs zijn niet voor weergave geschikt.
Er is geen CD-houder in de CD-wisselaar geladen.
Er zijn geen MP3 bestanden op deze disc.
De MP3-bestanden hebben niet de mp3 extensie in de bestandsnaam.
De MP3-bestanden zijn niet opgenomen in een indeling die voldoet aan de ISO 9660 Niveau 1-, Niveau 2- of Joliet-norm.
Het bestand dat wordt afgespeeld is geen MP3­bestand (ook al heeft het bestand de extensie mp3).
De duur van de leestijd hangt af van de complexiteit van de hiërarchie van de mappen en bestanden.
Plaats discs in het magazijn.
Plaats de discs juist.
Plaats voor weergave geschikte discs.
Plaats het CD-houder.
Plaats een disc waarop MP3 bestanden zijn.
Voeg de extensie mp3 aan de bestandsnamen toe.
Plaats een andere CD. (Neem de MP3-bestanden op met een toepassing die aan deze normen voldoet).
Sla het bestand over of plaats een andere CD. (Voeg nooit de extensie mp3 toe aan bestanden die geen MP3-bestanden zijn).
Maak de hiërarchie niet te ingewikkeld en gebruik niet teveel mappen. Plaats ook geen bestanden op de MP3-CD die geen MP3-bestanden zijn.
NEDERLANDS
CD wisselaar
• MP3 bestanden kunnen niet op de door u gewenste wijze worden afgespeeld.
• De verstreken weergavetijd wordt niet juist voor een MP3 disc getoond.
• Op het afleesvenster verschijnt de tekst “RESET 8”.
• Op het afleesvenster verschijnt de tekst “RESET 1” – “RESET 7”.
• De CD-wisselaar werkt niet.
De afspeelvolgorde wordt bepaald bij het maken van de opname.
Dit kan gebeuren en is afhankelijk van het aantal bestanden dat op de CD staat.
Het apparaat is niet op de juiste manier met de CD-wisselaar verbonden.
De ingebouwde microprocessor functioneert mogelijk niet juist vanwege interferentie, enz.
Verbind het apparaat en de CD­wisselaar op de juiste manier met elkaar en druk op de resetknop van de CD-wisselaar.
Druk op de resetknop van de CD-wisselaar.
Verwijder het bedieningspaneel en druk vervolgens op de terugsteltoets op de paneelhouder. (De instelling voor de klok en de voorkeurzenders worden uit het geheugen gewist). (Zie bladzijde 2).
41

ONDERHOUD

Dit apparaat vergt weinig zorg, maar u zult de levensduur van het apparaat kunnen verlengen als u onderstaande instructies opvolgt.
Koppen reinigen
Reinig de koppen na elke 10 bedrijfsuren met een reinigingsband. Gebruik een type band met vloeistof (verkrijgbaar bij uw detailhandelaar). Wanneer de kop vuil wordt, zijn de volgende
NEDERLANDS
symptomen merkbaar:
De geluidskwaliteit wordt minder.Het geluidsniveau neemt af.Het geluid valt weg.
Gebruik geen vuile of stoffige banden.
Zorg dat het glanzende gedeelte van de kop
niet in aanraking komt met metalen of magnetisch gereedschap.
LET OP:
Gebruik geen cassettes met loszittende stickers. Wanneer de band wordt afgespeeld, kan het apparaat hierdoor worden beschadigd.
Zorg dat de band strak zit en geen lussen vertoont. Deze kunnen in het mechanisme verstrikt raken.
Laat na gebruik geen cassettes in de cassettehouder achter. De band kan hierdoor rekken.
U kunt de levensduur van dit apparaat eveneens verlengen door de hieronder omschreven functie toe te passen.
Contactsleutel (motor) uit – band wordt losgelaten/contactsleutel (motor) aan – band wordt afgespeeld
Als u het contact met de contactsleutel uitschakelt terwijl er zich een cassette in het cassette-compartiment bevindt, zal de cassette automatisch worden vrijgegeven.
Als u het contact met de contactsleutel inschakelt terwijl er zich een cassette in het cassette-compartiment bevindt en u het contact eerder met de contactsleutel hebt uitgeschakeld terwijl er een cassette werd afgespeeld, zal die cassette automatisch opnieuw beginnen te spelen.
De band schoonhouden
Bewaar de cassettes na gebruik altijd in het opbergdoosje.
Zorg dat u de cassettes niet neerlegt op:
Plaatsen waar zij blootstaan aan direct
zonlicht.
Zeer vochtige plaatsen.Plaatsen met uitzonderlijk hoge
42
temperaturen.

SPECIFICATIES

GELUIDSVERSTERKER
Maximum uitgangsvermogen:
Voorin: 50 W per kanaal Achterin: 50 W per kanaal
Ononderbroken uitgangsvermogen (RMS):
Voorin: 19 W per kanaal in 4 Ω, 40 Hz tot
20 000 Hz met niet meer dan 0,8% totale harmonische vervorming van het geluid.
Achterin: 19 W per kanaal in 4 Ω, 40 Hz tot
20 000 Hz met niet meer dan 0,8% totale harmonische
vervorming van het geluid. Belastingsimpedantie: 4 (speling 4 tot 8 Ω) Regelbereik tonen:
Bas: ±10 dB bij 100 Hz
Treble: ±10 dB bij 10 kHz Weergavekarakteristiek: 40 Hz tot 20 000 Hz Signaal/ruisverhouding: 70 dB Uitgangsvermogen/Impedantie:
2,0 V/20 k belasting (250 nWb/m) Uitgangsimpedantie: 1 k
RADIO
Frequentiebereik:
FM: 87,5 MHz tot 108,0 MHz AM: (MG) 522 kHz tot 1 620 kHz
(LG) 144 kHz tot 279 kHz
CASSETTEDECK
Wow & Flutter: 0,11% (WRMS) Versneld doorspoelen: 100 sec. (C-60) Weergavekarakteristiek (Dolby B NR OFF):
30 Hz t/m 16 000 Hz (Normaalcassette)
Signaal/ruisverhouding: 56 dB (Normaalcassette)
(Dolby B NR ON): 65 dB (Dolby B NR OFF): 56 dB
Stereoseparatie: 40 dB
ALGEMEEN
Voeding:
Werkspanning: Gelijkstroom 14,4 V
(speling 11 V tot 16 V) Aardingssysteem: Negatieve aarding Bedrijfstemperatuur: 0°C tot +40°C Afmetingen (breedte × hoogte × diepte):
Afmetingen apparaat
(ten behoeve van installatie) (bij benadering): 182 mm × 52 mm × 150 mm
Afmetingen paneel (bij benadering):
188 mm × 58 mm × 12 mm
Gewicht (bij benadering):
1,5 kg (excl. accessoires)
NEDERLANDS
[FM-zenders]
Gevoeligheid bij normaal bedrijf: 11,3 dBf (1,0 µV/75 Ω) Gevoeligheid bij 50 dB geluidsdemping:
16,3 dBf (1,8 µV/75 Ω)
Selectiviteit alternatief kanaal (400 kHz):
65 dB Weergavekarakteristiek: 40 Hz tot 15 000 Hz Stereo-scheiding: 30 dB Vangbereik: 1,5 dB
[MG-zenders]
Gevoeligheid: 20 µV Selectiviteit: 35 dB
[LG-zenders]
Gevoeligheid: 50 µV
Ontwerp en specificaties kunnen zonder kennisgeving worden gewijzigd.
43
Having TROUBLE with operation?
Please reset your unit
Refer to page of How to reset your unit
Haben Sie PROBLEME mit dem Betrieb?
Bitte setzen Sie Ihr Gerät zurück
Siehe Seite Zurücksetzen des Geräts
Vous avez des PROBLÈMES de fonctionnement?
Réinitialisez votre appareil
Référez-vous à la page intitulée Comment réinitialiser votre appareil
Hebt u PROBLEMEN met de bediening?
Stel het apparaat terug
Zie de pagina met de paragraaf Het apparaat terugstellen
EN, GE, FR, NL
© 2003 VICTOR COMPANY OF JAPAN, LIMITED
JVC
0403KKSMDTJEIN
KS-FX942R
Installation/Connection Manual Einbau/Anschlußanleitung Manuel d’installation/raccordement Handleiding voor installatie/aansluiting
GET0121-003A
[E/EX]
0403KKSMDTJEIN
JVC
EN, GE, FR, NL
ENGLISH
• This unit is designed to operate on 12 V DC, NEGATIVE ground electrical systems.
INSTALLATION (IN-DASH MOUNTING)
• The following illustration shows a typical installation. However, you should make adjustments corresponding to your specific car. If you have any questions or require information regarding installation kits, consult your JVC IN-CAR ENTERTAINMENT dealer or a company supplying kits.
1
Before mounting: Press (control panel release button) to detach the control panel if already attached.
* When shipped from the factory, the control
panel is packed in the hard case.
2
Remove the trim plate.
3
Remove the sleeve after disengaging the sleeve locks.
1 Stand the unit.
Note: When you stand the unit, be careful not to damage the fuse on the rear.
2 Insert the 2 handles between the unit and
the sleeve, as illustrated, to disengage the sleeve locks.
3 Remove the sleeve.
Note: Be sure to keep the handles for future use after installing the unit.
4
Install the sleeve into the dashboard. * After the sleeve is correctly installed into the
dashboard, bend the appropriate tabs to hold the sleeve firmly in place, as illustrated.
5
Fix the mounting bolt to the rear of the unit’s body and place the rubber cushion over the end of the bolt.
6
Do the required electrical connections.
7
Slide the unit into the sleeve until it is locked.
8
Attach the trim plate. Note: Ensure the recessed part is at the bottom.
If not, the control panel will not open completely.
9
Attach the control panel.
DEUTSCH
• Dieses Gerät ist für einen Betrieb in elektrischen Anlagen mit 12 V Gleichstrom und (–) Erdung ausgelegt.
EINBAU (IM ARMATURENBRETT)
• Die folgende Abbildung zeigt einen typischen Einbau. Dennoch müssen Sie entsprechend Ihrem jeweiligen Auto Anpassungen vornehmen. Bei irgendwelchen Fragen oder wenn Sie Informationen hinsichtlich des Einbausatzes brauchen, wenden Sie sich an ihren JVC Autoradiohändler oder ein Unternehmen das diese Einbausätze vertreibt.
1
Vor dem Einbau: Drücken Sie (Freigabe der Schalttafel), um die Arretierung der Schalttafel zu lösen, sofern diese bereits angebracht ist.
* Bei der Auslieferung ab Werk ist die Schalttafel
im Etui verpackt.
2
Den Frontrahmen herausnehmen.
3
Die Halterung nach dem Entriegeln der Halterungensperren abnehmen.
1 Das Gerät aufstellen.
Hinweis: Beim Aufstellen des Geräts darauf achten, daß die Sicherung auf der Rückseite nicht beschädigt wird.
2 Die 2 Griffe zwischen dem Gerät und der
Halterung wie abgebildet einstecken und die Halterungensperren entriegeln.
3 Die Halterung entfernen.
Hinweis: Sicherstellen, daß die Griffe für künftigen Gebrauch nach dem Einbau des Geräts aufbewahrt werden.
4
Die Halterung im Armaturenbrett einbauen. * Nach dem korrekten Einbau der Halterung im
Armaturenbrett, die entsprechenden Riegel umknicken, um die Halterung an ihrem Platz zu sichern, siehe Abbildung.
5
Die Befestigungsschraube an der Rückseite des Gerätekörpers befestigen und das Ende der Schraube mit einem Gummipuffer abdecken.
6
Nehmen Sie die erforderlichen elektrischen Anschlüsse vor.
7
Das Gerät in die Halterung schieben, bis es einrastet.
8
Befestigen Sie den Frontrahmen. Hinweis: Vergewissern Sie sich, dass sich die
Aussparung an der Unterseite befindet. Ist dies nicht der Fall, lässt sich die Bedienungsblende nicht vollständig öffnen.
9
Die Schalttafel anbringen.
FRANÇAIS
Cet appareil est conçu pour fonctionner sur des sources de courant continu de 12 V à masse NEGATIVE.
INSTALLATION (MONTAGE DANS LE TABLEAU DE BORD)
L’illustration suivante est un exemple dinstallation typique. Cependant, vous devez faire les ajustements correspondant à votre voiture particulière. Si vous avez des questions ou avez besoin dinformation sur des kits dinstallation, consulter votre revendeur dautoradios JVC ou une compagnie d’approvisionnement.
1
Avant le montage:
du panneau de commande) pour éventeullement détacher le panneau de commande.
* Lorsque ce panneau de commande sort d’usine,
il est rangé dans un étui de transport.
2
Retirer la plaque d’assemblage.
3
Libérer les verrous du manchon et retirer le manchon.
1
Poser l’appareil à la verticale.
Remarque:
verticale, faire attention de ne pas endommager le fusible situé sur l’arrière.
2
Insérer les 2 poignées entre lappareil et le manchon comme indiqué pour désengagé les verrous de manchon.
3
Retirer le manchon.
Remarque:
pour une utilisation ultérieur, après l’installation de l’appareil.
4
Installer le manchon dans le tableau de bord. * Après installation correcte du manchon dans le
tableau de bord, plier les bonnes pattes pour maintenir fermement le manchon en place, comme montré.
5
Monter le boulon de montage sur l’arrière du corps de lappareil puis passer lamortisseur en caoutchouc sur l’extrémité du boulon.
6
Réalisez les connexions électriques.
7
Faire glisser lappareil dans le manchon jusqu’à ce quil soit verrouillé.
8
Attachez la plaque d’assemblage.
Remarque:
est en bas. Sinon, le panneau de commande ne pourra pas être ouvert complètement.
9
Remonter le panneau de commande.
Appuyer sur (déblocage
Lorsque vous mettez l’appareil à la
S’assurer de garder les poignées
Assurez-vous que la partie encastrée
NEDERLANDS
• Dit apparaat mag worden gebruikt bij elektrische systemen die werken op 12 V gelijkstroom met negatieve aarding.
INSTALLATIE (INBOUW IN HET DASHBOARD)
• Op de volgende afbeelding kunt u zien hoe de installatie, normaal gesproken, in zijn werk gaat. U moet echter bij de installatie rekening houden met de bijzonderheden van uw eigen auto. Neem bij vragen of voor meer bijzonderheden over inbouwpakketten contact op met uw JVC car audio dealer of een dealer of een bedrijf dat inbouwpakketten levert.
1
Voordat u aan de montage van het apparaat begint: Druk op
vrijgeven) als u het bedieningspaneel wilt loskoppelen indien dit aan de eenheid is vastgekoppeld.
* Standaard wordt het bedieningspaneel bij het
verlaten van de fabriek los verpackt meegeleverd.
2
Verwijder de sierplaat.
3
Verwijder het huis nadat u de klemmen hebt losgemaakt.
1 Zet het apparaat rechtop.
Opmerking: Wanneer u het apparaat rechtop zet, moet u erop letten dat u de zekering aan de achterkant niet beschadigt.
2 Plaats de 2 hendels, zoals afgebeeld, tussen het
apparaat en het huis, om de klemmen los te maken.
3 Verwijder het huis.
Opmerking: Bewaar de hendels nadat u het apparaat hebt geïnstalleerd, zodat u ze ook in de toekomst kunt gebruiken.
4
Installeer het huis in het dashboard. * Nadat het huis op de juiste wijze in het dashboard
is geplaatst, moet u de palletjes, zoals afgebeeld, stevig op hun plaats duwen.
5
Maak de bevestigingsbout aan de achterkant van het apparaat vast en plaats de rubberdop over het uiteinde van de bout.
6
Breng de vereiste elektrische verbindingen tot stand.
7
Schuif het apparaat in het huis totdat het vergrendeld is.
8
Bevestig een sierplaat. Opmerking: Zorg dat het ingedeukte gedeelte onder
is. Het bedieningspaneel kan anders namelijk niet geheel worden geopend.
9
Bevestig het bedieningspaneel.
(het bedieningspaneel
Control panel
1
Schalttafel
Panneau de commande
Bedieningspaneel
Handle
3
Griff
Poignée
Hendel
Slot
Schlitz
Fente
Sleuf
Fuse
Sicherung
Fusible
Zekering
Lock Plate
Arretierplättchen
Plaque de verrouillage
Vergrendelingsplaat
Sleeve
Halterung
Manchon
Huis
Trim plate
2
Frontrahmen
Plaque d’assemblage
Sierplaat
9
Control panel
Schalttafel
Panneau de commande
Bedieningspaneel
8
Rubber cushion
Gummipuffer
Amortisseur en caoutchouc
Rubberdop
Sleeve
Halterung
Manchon
Huis
7
Trim plate
Frontrahmen
Plaque d’assemblage
Sierplaat
4
4
Dashboard
Armaturenbrett
Tableau de bord
Dashboard
184 mm
53 mm
5
Mounting bolt
Befestigungsschraube
Boulon de montage
Bevestigingsbout
*
6
See ELECTRICAL CONNECTIONS.
Siehe „ELEKTRISCHE ANSCHLÜSSE“.
Référez-vous RACCORDEMENTS ELECTRIQUES .
Zie “ELEKTRISCHE VERBINDINGEN”.
TROUBLESHOOTING
The fuse blows.
* Are the red and black leads connected correctly?
Power cannot be turned on.
* Is the yellow lead connected?
No sound from the speakers.
* Is the speaker output lead short-circuited?
Sound is distorted.
* Is the speaker output lead grounded? * Are the “–” terminals of L and R speakers grounded
in common?
Unit becomes hot.
* Is the speaker output lead grounded? * Are the “–” terminals of L and R speakers grounded
in common?
FEHLERSUCHE
• Die Sicherung brennt durch.
* Sind die roten und schwarzen Leitungen richtig
angeschlossen?
• Stromversorgung kann nicht eingeschaltet werden.
* Ist die gelbe Leitung angeschlossen?
• Kein Ton aus den Lautsprechern.
*
Ist die Lautsprecherausgangsleitung kurzgeschlossen?
• Ton verzerrt.
* Ist die Lautsprecherausgangsleitung geerdet? * Sind die (–) Anschlußklemmen der linken und
rechten Lautsprecher zusammen geerdet?
• Gerät wird heiß.
* Ist die Lautsprecherausgangsleitung geerdet? * Sind die (–) Anschlußklemmen der linken und
rechten Lautsprecher zusammen geerdet?
EN CAS DE DIFFICULTES
• Le fusible saute.
* Les fils rouge et noir sont-ils racordés
correctement?
• L’appareil ne peut pas être mise sous tension.
*
Le fil jaune est-elle raccordée?
• Pas de son des enceintes.
* Le fil de sortie denceinte est-il court-circuité?
• Le son est déformé.
* Le fil de sortie denceinte est-il à la masse? * Les bornes “–” des enceintes gauche et droit sont-
elles mises ensemble à la masse?
• L’appareil devient chaud.
* Le fil de sortie denceinte est-il à la masse? * Les bornes “–” des enceintes gauche et droit sont-
elles mises ensemble à la masse?
1

PROBLEMEN OPLOSSEN

De zekering slaat door. * Zijn de rode en de zwarte draden op de juiste manier
aangesloten?
De stroom kan niet worden ingeschakeld. * Is de gele draad aangesloten?
Er komt geen geluid uit de speakers. * Is de uitgaande speakerdraad kortgesloten?
Het geluid wordt vervormd.
* Is de uitgaande speakerdraad geaard? * Zijn de “–” polen van de linker- en de rechterspeakers
gemeenschappelijk geaard?
Het apparaat raakt verhit.
* Is de uitgaande speakerdraad geaard? * Zijn de “–” polen van de linker- en de rechterspeakers
gemeenschappelijk geaard?
• When using the optional stay
• Beim Verwenden der Anker-Option
• Lors de l’utilisation du hauban en option
• Wanneer u de steun gebruikt (facultatief)
Fire wall
Feuerwand
Washer
Unterlegscheibe
Rondelle
Sluitring
Dashboard
Armaturenbrett
Tableau de bord
Dashboard
Cloison
Brandscherm
Sleeve
Halterung
Manchon
Huis
Lock nut
Sicherungsmutter
Ecrou d’arrêt
Contra-moer
Screw (option)
Schraube (Option)
Vis (en option)
Schroef (facultatief)
Mounting bolt
Befestigungsschraube
Boulon de montage
Bevestigingsbout
Stay (option)
Anker (Option)
Hauban (en option)
Steun (facultatief)
• When installing the unit without using the sleeve
• Beim Einbau des Geräts ohne Halterung
• Lors de l’installation de l’appareil scans utiliser de manchon
• Wanneer u het apparaat zonder huis installeert
In a Toyota for example, first remove the car radio and install the unit in its place.
Zum Beispiel in einem Toyota zuerst das Autoradio ausbauen und dann das Gerät an seinem Platz einbauen.
Par exemple dans une Toyota, retirer dabord lautoradio et installer l’appareil à la place.
Voorbeeld: Bij een Toyota moet u eerst de autoradio verwijderen en daarna het apparaat installeren.
Flat type screws (M5 x 6 mm)*
Senkkopfschrauben (M5 x 6 mm)*
Vis à tête plate (M5 x 6 mm)*
Platkopschroeven (M5 x 6 mm)*
Pocket
Taschen
Poche
Zak
Bracket*
Konsole*
Support*
Console*
Bracket*
Konsole*
Support*
Console*
* Not included with this unit.
* Nicht Teil dieses Geräts.
*
Non fourni avec cet appareil.
* Niet meegeleverd.
Flat type screws (M5 x 6 mm)*
Senkkopfschrauben (M5 x 6 mm)*
Vis à tête plate (M5 x 6 mm)*
Platkopschroeven (M5 x 6 mm)*
Less than 30˚
Weniger als 30˚
Moins de 30˚
Kleiner dan 30˚
Removing the unit
Before removing the unit, release the rear section.
1
Remove the control panel.
2
Remove the trim plate.
3
Insert the 2 handles into the slots, as shown. Then, while gently pulling the handles away from each other, slide out the unit. (Be sure to keep
the handles after installing it.)
Control panel
Schalttafel
Panneau de commande
Bedieningspaneel
Install the unit at an angle of less than 30˚.
Stellen Sie das Gerät mit einem Winkel von weniger als 30˚ auf.
Installez lappareil avec un angle de moins de 30˚.
Installeer het toestel met een hoek kleiner dan 30˚.
Note : When installing the unit on the mounting bracket, make sure to use the 6 mm-long screws. If longer screws are used,
Hinweis : Beim Anbringen des Gerät an der Konsole sicherstellen, daß 6 mm lange Schrauben verwendet werden. Werden
Remarque :
Opmerking : Wanneer u het apparaat aan de bevestigingsklem vastmaakt, moet u de 6 mm lange schroeven gebruiken. Als u langere schroeven
Ausbau des Geräts
• Vor dem Ausbau des Geräts den hinteren Teil freigeben.
1
Den Schalttafel abnehmen.
2
Den Frontrahmen herausnehmen.
3
Die 2 Griffe in die Schlitze wie gezeigt stecken. Dann die Griffe behutsam auseinander ziehen und das Gerät herausziehen. (Die Griffe nach
dem Einbau auf jeden Fall aufbewahren.)
Trim plate
Frontrahmen
Plaque d’assemblage
Sierplaat
they could damage the unit.
längere Schrauben verwendet, können sie das Gerät beschädigen.
Lors de linstallation de lappareil sur le support de montage, sassurer dutiliser des vis dune longueur de 6 mm. Si des vis plus longues sont utilisées, elles peuvent endommager l’appareil.
gebruikt, kan het apparaat worden beschadigd.
Retrait de l’appareil
Avant de retirer lappareil, libérer la section arrière.
1
Retirer le panneau de commande.
2
Retirer la plaque d’assemblage.
3
Introduire les 2 poignées dans les fentes, comme montré. Puis, tout en tirant doucement les poignées écartées, faire glisser lappareil pour le sortir.
(S’assurer de conserver les poignées
après l’installation de l’appareil.)
Verwijderen van het apparaat
Voordat u het apparaat verwijdert, moet u het
achtergedeelte losmaken.
1
Verwijder het bedieningspaneel.
2
Verwijder de sierplaat.
3
Plaats de 2 hendels, zoals afgebeeld, in de sleuven. Daarna duwt u de hendels zachtjes uit elkaar en kunt u het apparaat naar buiten schuiven. (Bewaar de
hendels nadat u het apparaat hebt geïnstalleerd!)
321
Handle
Griff
Poignée
Hendel
Parts list for installation and connection
The following parts are provided with this unit. After checking them, please set them correctly.
Hard case/Control panel
Etui/Schalttafel
Etui de transport/Panneau de commande
Behuizing/Bedieningspaneel
Washer (ø5)
Unterlegscheibe (ø5)
Rondelle (ø5)
Sluitring (ø5)
Lock nut (M5)
Sicherungsmutter (M5)
Ecrou d’arrêt (M5)
Contra-moer (M5)
ELECTRICAL CONNECTIONS
To prevent short circuits, we recommend that you disconnect the batterys negative terminal and make all electrical connections before installing the unit. If you are not sure how to install this unit correctly, have it installed by a qualified technician.
Note: This unit is designed to operate on 12 V DC, NEGATIVE ground electrical systems. If your vehicle
does not have this system, a voltage inverter is required, which can be purchased at JVC IN-CAR ENTERTAINMENT dealers.
Replace the fuse with one of the specified rating. If the fuse blows frequently, consult your JVC IN-CAR ENTERTAINMENT dealer.
If noise is a problem... This unit incorporates a noise filter in the power circuit. However, with some vehicles, clicking or other unwanted noise may occur. If this happens, connect the unit’s rear ground terminal (see connection diagram) to the cars chassis using shorter and thicker cords, such as copper braiding or gauge wire. If noise still persists, consult your JVC IN-CAR ENTERTAINMENT dealer.
Maximum input of the speakers should be more than 50 W at the rear and 50 W at the front, with an impedance of 4 to 8 Ω.
Be sure to ground this unit to the car’s chassis.
The heat sink becomes very hot after use. Be careful
not to touch it when removing this unit.
Heat sink
Dissipateur de chaleur
Abstrahlblech
Warmte-opnemer
Teileliste für den Einbau und Anschluß
Die folgenden Teile werden zusammen mit diesem Gerät geliefert. Nach ihrer Überprüfung, die Teile richtig einsetzen.
Sleeve
Halterung
Manchon
Huis
Mounting bolt (M5 x 20 mm)
Befestigungsschraube (M5 x 20 mm)
Boulon de montage (M5 x 20 mm)
Bevestigingsbout (M5 x 20 mm)
Trim plate
Frontrahmen
Plaque d’assemblage
Sierplaat
ELEKTRISCHE ANSCHLÜSSE
Zur Vermeidung von Kurzschlüssen empfehlen wir, daß Sie den negativen Batterieanschluß abtrennen und alle elektrischen Anschlüsse herstellen, bevor das Gerät eingebaut wird. Sind Sie sich über den richtigen Einbau des Geräts nicht sicher, lassen Sie es von einem qualifizierten Techniker einbauen.
Hinweis: Dieses Gerät ist für einen Betrieb in elektrischen Anlagen mit 12 V Gleichstrom und (–) Erdung ausgelegt. Verfügt Ihr Fahrzeug nicht über diese
Anlage, ist ein Spannungsinverter erforderlich, der bei JVC Autoradiohändler erworben werden kann.
• Die Sicherung mit einer der entsprechenden Nennleistung ersetzen. Brennt die Sicherung häufig durch, wenden Sie sich an ihren JVC Autoradiohändler.
• Sind Störgeräusche ein Problem... Dieses Gerät enthält ein Störfilter im Stromkreis. Bei manchen Fahrzeugen kann jedoch ein Klicken oder andere unerwünschte Störgeräusche auftreten. Sollte das der Fall sein, die hintere Erdungscanschlußklemme (siehe Schaltplan) des Geräts am Fahrwerk des Fahrzeugs anschließen, dabei kürzere und dickere Kabel wie beispielsweise Kupfergeflechtdraht oder Stahldraht verwenden. Bleibt Störgeräusch bestehen, wenden Sie sich an Ihren JVC Autoradiohändler.
• Die maximale Eingangsleistung der Lautsprecher sollte mehr als 50 W hinten und 50 W vorn bei einer Impedanz von 4 bis 8 betragen.
Sicherstellen, daß das Gerät am Fahrwerk
geerdet wird.
• Das Abstrahlblech wird nach dem Gebrauch sehr heiß. Beim Ausbau des Geräts darauf achten, das Abstrahlblech nicht zu berühren.
Liste des pièces pour l’installation et raccordement
Les pièces suivantes sont fournies avec cet appareil. Après vérification, veuillez les placer correctement.
Power cord
Stromkable
Cordon d’alimentation
Stroomkabel
Rubber cushion
Gummipuffer
Amortisseur en caoutchouc
Rubberdop
RACCORDEMENTS ELECTRIQUES
Pour éviter tout court-circuit, nous vous recommandons de débrancher la borne négative de la batterie et deffectuer tous les raccordements électriques avant dinstaller lappareil. Si lon nest pas sûr de pouvoir installer correctement cet appareil, le faire installer par un technicien qualifié.
Remarque:
Cet appareil est conçu pour fonctionner sur des sources de courant continu de
NEGATIVE
dalimentation, il vous faut un convertisseur de tension, que vous pouvez acheter chez un revendeur dautoradios JVC.
Remplacer le fusible par un de la valeur précisée. Si le fusible saute souvent, consulter votre revendeur dautoradios JVC.
Si le bruit est un problème... Cet appareil incorpore un filtre de bruit dans le circuit dalimentation. Cependant, avec certains véhicules, quelques claquements ou autres bruits non désirés risquent de se produire. Si cela arrive, raccorder la au châssis de la voiture (voir le diagramme de raccordement) en utiliscant des cordons les plus gros et les plus courts possibles telle quune barre de cuivre ou une tresse. Si le bruit persiste, consulter votre revendeur dautoradios JVC.
La puisscance admissible des enceintes devrait supérieure à 50 W à larrière et à 50 W lavant, avec une impédance de
• S’assurer de raccorder la mise à la masse de cet appareil au châssis de la voiture.
Le dissipateur de chaleur devient très chaud après usage. Faire attention de ne pas le toucher en retirant cet appareil.
2
. Si votre véhicule noffre pas ce type
borne arrière de masse
4 à 8
12 V à masse
de l’appareil
.
Lijst van onderdelen die u bij installatie en aansluiting nodig hebt
De volgende onderdelen worden bij het apparaat geleverd. Installeer ze op de juiste wijze, nadat u ze hebt gecontroleerd.
Handles
Griffe
Poignées
Hendels
Battery
Batterie
Pile
Batterij
CR2025
Remote controller
Fernbedienung
Télécommande
Afstandsbediening

ELEKTRISCHE VERBINDINGEN

Om kortsluiting te voorkomen adviseren wij u om de minpool van de accu los te maken en alle elektrische verbindingen tot stand te brengen voordat u het apparaat in de auto installeert. Als u niet zeker weet hoe u dit apparaat moet installeren, kunt u dit beter door een daartoe gekwalificeerde technicus laten doen.
Opmerking:
Dit apparaat mag worden gebruikt bij elektrische systemen die werken op 12 V gelijkstroom met negatieve aarding. Als uw auto niet is uitgerust met een dergelijk systeem, is een spanningsomzetter vereist. Dit instrument kan worden aangeschaft bij JVC car audio dealers.
• Vervang de zekering door een exemplaar met het aangegeven vermogen. Als de zekering vaak doorslaat, moet u uw JVC car audio dealer raadplegen.
• Als u geluidsproblemen hebt… De krachtschakeling van dit apparaat heeft een ingebouwd geluidsfilter. In sommige voertuigen zijn tikgeluiden of andere ongewenste geluiden te horen. Als dit gebeurt, moet u de massaklem aan de achterkant (zie aansluitingsschema) aan het chassis van de auto vastmaken met behulp van een kortere en dikkere kabel, zoals kopermanteldraad of tellerkabel. Als het geluid niet verdwijnt, moet u contact opnemen met uw JVC car audio dealer.
• Het maximum ingangsvermogen van de speakers moet achterin meer dan 50 W zijn en voorin 50 W, met een impedantie van 4 tot 8 Ω.
Zorg ervoor dat dit apparaat door middel van een
aardkabel is verbonden met het chassis van de auto.
• De warmte-opnemer kan na gebruik erg heet worden. Raak de warmte-opnemer niet aan wanneer u dit apparaat van zijn plaats haalt.
ENGLISH
DEUTSCH
FRANÇAIS
Typical Connections / Typische Anschlüsse / Raccordements typiques / Normale verbindingen
Before connecting: Check the wiring in the vehicle carefully. Incorrect connection may cause serious damage to this unit. The leads of the power cord and those of the connector from the car body may be different in color.
1
Connect the colored leads of the power cord to
Vor dem Anschließen: Die Verdrahtung im Fahrzeug sorgfältig überprüfen. Falsche Anschlüsse können ernsthafte Schäden am Gerät hervorrufen. Die Leiter des Stromkabels und die Leiter des Anschlusses im Fahrzeug können sich farblich unterscheiden.
1
the car battery, speakers and power aerial (if any) in the following sequence.
1 Black: ground 2 Yellow: to car battery (constant 12 V) 3 Red: to an accessory terminal 4 Blue with white stripe: to remote lead of other
equipment or power aerial if any (200 mA max.)
5 Orange with white stripe: to car light control
switch
6 Brown: to cellular phone system (For details,
refer to the instructions of the cellular phone.)
7 Others: to speakers
2
Connect the aerial cord.
3
Finally connect the wiring harness to the unit.
Note: If your vehicle does not have any accessory terminal, move the fuse from the fuse position 1 (initial position) to fuse position 2, and connect the red lead (A7) to the positive (+) battery terminal.
The yellow lead (A4) is not used in this case.
2 3
Hinweis: Verfügt Ihr Fahrzeug nicht über eine Zubehöranschlußklemme, die Sicherung von der 1. Sicherungsposition (Erstposition) in die 2. Sicherungsposition versetzen, die rote Leitung (A7) an der (+) Batterieanschlußklemme anschließen.
JVC CD changer/DAB tuner or another external component
CD-Wechsler von JVC/DAB­Tuner oder eine andere externe Komponente
To steering wheel remote controller (see diagram )
An Lenkradfernbedienung (siehe Schaltplan )
Pour la télécommande de
Changeur CD JVC/Tuner DAB ou autre appareil extérieur
JVC CD-wisselaar/DAB-tuner of een ander extern apparaat
volant(voir le diagramme )
Naar stuurwiel-afstandsbediening (zie schema )
Rear ground terminal
Hintere Erdungscanschlußklemme
Borne arrière de masse
Massaklem aan de achterkant
Aerial terminal
Line out (see diagram )
Schutz kappen
Antennenanschlußklemme
Borne de l’antenne
Aansluitpunt antenne
Signalausgang (siehe Schaltplan )
Sortie de ligne (voir le diagramme )
Uitgang (zie schema )
2
To aerial
Zur Antenne
3
A l’antenne
Naar de antenne
*1 : Before checking the operation of this unit prior to
installation, this lead must be connected, otherwise power cannot be turned on.
*1 : Vor der Überprüfung der Funktionsfähigkeit des Geräts
vor dem Einbau, muß diese Leitung angeschlossen werden, da sonst die Stromversorgung nicht eingeschaltet werden kann.
*1 : Pour vérifier le fonctionnement de cet appareil avant
installation, ce fil doit être raccordé, sinon lappareil ne peut pas être mis sous tension.
*1 : Voordat u controleert of het apparaat werkt (alvorens het te
installeren), moet deze draad aangesloten zijn. Als dit niet het geval is, kan de stroom niet worden ingeschakeld.
Die farbigen Leitungen des Spannunsgversorgungskabels an der Autobatterie, ontstekingsschakelaarden Lautsprechern und dem Motorantenne (sofern vorhanden) in folgender Reihenfolge anschließen.
1 Schwarz: Erdung 2 Gelb: an Autobatterie (konstant 12 V) 3 Rot: zur einer Zubehöranschlußklemme 4 Blau mit weißem Streifen: zum Zusatzkabel des
anderen Geräts oder der Motorantenne, sofern vorhanden (max. 200 mA)
5 Orange mit weißem Streifen: zum Autolichtschalter 6 Braun: an Mobiltelefon (Weitere informationen
entnehmen Sie bitte der Bedienungscanleitung des Mobiltelefons.)
7 Andere: zur Lautsprecher Das Antennenkabel anschließen. Die Kabelbäume am Gerät anschließen.
Die gelbe Leitung (A4) wird in diesem Fall nicht verwendet.
We recommend you to connect the JVC MP3-compatible CD changer. You can also connect other CH-X series CD changers (except CH-X99 and CH-X100).
You cannot use the KD-MK series CD changers with this unit.
Wir empfehlen Ihnen, den MP3­kompatiblen CD-Wechsler von JVC anzuschließen. Sie können auch andere CD-Wechsler der Serie CH-X anschließen (außer CH-X99 und CH-X100).
• CD-Wechsler der Serie KD-MK
You can also use an external component such as a portable MD player by connecting the Line Input Adapter KS-U57 (not supplied). (See diagram .)
Sie können auch eine externe Komponente, z.B. einen tragbaren MD-Spieler, verwenden, wenn Sie den (nicht zum Lieferumfang gehörenden) Line-Eingangsadapter KS-U57 anschließen (siehe Schaltplan ).
B1 B3 B5 B7
B2 B4 B6 B8
A2 A4
A5 A7
A6
15
A8
15 A fuse / 15 A Sicherung /
Fusible 15 A /
Black
Schwarz
Noir
Zwart
Zekering 15 A
A8
1
1
Yellow*
1
Gelb*
1
Jaune*
1
Geel *
Red
Rot
Rouge
Rood
Blue with white stripe
Blau mit weißem Streifen
Bleu avec bande blanche
Blauw met witte streep
Orange with white stripe
Orange mit weißem Streifen
Orange avec bande blanche
Oranje met witte streep
Brown / Braun /
A4
Marron
Avant de commencer la connexion:
attentivement le câblage du véhicule. Une connexion incorrecte peut endommager sérieusement l’appareil. Le fil du cordon dalimentation et ceux des connecteurs du châssis de la voiture peuvent être différents en couleur.
1
Connectez les fils de couleur du cordon dalimentation à la batterie de la voiture, aux enceintes et à lantenne automatique (sil y en a une) dans lordre suivant.
1
Noir: à la masse
2
Jaune: à la batterie de la voiture (12 V constant)
3
Rouge: à une borne accessoire
4
Bleu avec bande blanche: au fil de télécommande de lautre appareil ou à l’antenne automatique s’il y en a une (200 mA max.)
5
Orange avec bande blanche: à l’interrupteur d’éclairage de la voiture
6
Marron: à un système de téléphone cellulaire (Pour les détails, se référer aux instructions du téléphone cellulaire.)
7
Autres: aux enceintes
2
Connectez le cordon d’antenne.
3
Finalement, connectez le faisceau de fils à l’appareil.
Remarque:
Si votre véhicule ne possède pas de borne accessoire, déplacez le fusible de la position de fusible 1 (position originale) à la position de fusible 2 et connectez le fil rouge (A7) à la borne positive (+) de la batterie.
Le fil jaune (A4) nest pas utilisé dans ce cas.
können mit diesem Gerät nicht verwendet werden.
B1 B3 B5 B7
B2 B4 B6 B8
A5 A7
A8
A2 A4
A6
To metallic body or chassis of the car
Zur metallenen Karosserie oder zum Fahrwerk des Autos
Vers corps métallique ou châssis de la voiture
Naar metalen ondergrond of chassis van de auto
To a live terminal in the fuse block connecting to the car battery (bypassing the ignition switch)
Zur einer stromführenden Anschlußklemme im Sicherungsblock zum Anschließen an die Autobatterie (Umgehen des
2
Zündschalters)
A une borne sous tension du porte-fusible connectée à la batterie de la voiture (en dérivant linterrupteur d’allumage)
Naar een onder spanning staande aansluitklem in het zekeringblok die is aangesloten op de accu van de auto (u passeert de ontstekingsschakelaar)
A7
To an accessory terminal in the fuse block
Zur einer Zubehöranschlußklemme im Sicherungsblock
Vers borne accessoire du porte-fusible
3
Naar een aansluitklem in het zekeringblok
To remote lead of other equipment or power aerial if any
A5
Zum Zusatzkabel des anderen Geräts oder der Motorantenne, sofern vorhanden
Au fil de télécommande de lautre appareil ou à lantenne automatique sil y en a une
4
Naar afstandsbedieningsdraad van andere apparatuur of antenne met circuit indien aanwezig
(ILLUMINATION)
/ Bruin
7
Vérifiez
Alvorens te verbinden: Controleer de bedrading in de auto zorgvuldig. Het apparaat kan door verkeerde verbinding ernstige schade oplopen. De draden van het stroomsnoer verschillen mogelijk van kleur met de aansluitingen op het chassis van de auto.
1
2 3
Opmerking: Als uw voertuig niet beschikt over een aansluitklem, moet u de zekering verplaatsen van stand 1 (beginstand) naar stand 2 en moet u de rode draad (A7) met de pluspool (+) van de accu verbinden.
• In dit geval wordt de gele draad (A4) niet gebruikt.
Nous vous recommandons de connecter le changeur de CD compatible MP3 JVC. Vous pouvez aussi connecter dautres changeurs de CD de la série CH-X (sauf le CH-X99 et le CH-X100).
Vous ne pouvez pas utiliser les changeurs de CD de la série KD-MK avec cet appareil.
Vous pouvez aussi utiliser un appareil extérieur tel qu’un lecteur de MD en connectant ladaptateur d’entrée de ligne KS-U57 (non fourni). (Voir le diagramme ).
Fuse position 1 / 1. Sicherungsposition /
Position de fusible 1 /
*
1
A6
5
Zekering, stand 1
Not included with this unit.
Wird nicht mit Gerät mitgeliefert.
Non fourni avec cet appareil.
Niet bij het apparaat inbegrepen.
To car light control switch
Zum Autolichtschalter
A linterrupteur d’éclairage de la voiture
Naar de schakelaar voor de autoverlichting
NEDERLANDS
Sluit de gekleurde snoerdraden van de stroomkable in de hierna genoemde volgorde aan op de accu van de auto, de luidsprekers en de antenne (indien aanwezig).
1 Zwart: aarde 2 Geel: naar de accu van de auto (constant 12 V) 3 Rood: naar de aansluitklem van de accessoire 4 Blauw met witte streep: naar afstandsbedieningsdraad
van andere apparatuur of antenne met circuit indien aanwezig (200 mA max.)
5 Oranje met witte streep: naar de schakelaar voor de
autoverlichting
6 Bruin: naar het mobiele-telefoonsysteem (Lees
voor meer informatie de instructies die bij de mobiele telefoon worden geleverd.)
7 Andere: naar de speakers
Sluit de antenne aan. Verbind de draadbundel daarna met het apparaat.
Sluit bij voorkeur de JVC, MP3 compatibele CD-wisselaar aan. U kunt tevens bepaalde andere CD-wisselaars uit de CH-X serie aansluiten (uitgezonderd de CH-X99 en CH-X100).
• U kunt CD-wisselaars uit de KD-MK serie niet met dit toestel gebruiken.
Het is ook mogelijk een extern apparaat zoals een draagbare MD-speler aan te sluiten met behulp van de Line Input Adapter KS-U57 (niet meegeleverd). (Zie schema .)
Fuse position 2 / 2. Sicherungsposition /
Position de fusible 2
*
*
Fuse block
Sicherungsblock
Porte-fusible
Zekeringblok
A2
6
/ Zekering, stand 2
Ignition switch
Zündschalter
Interrupteur d’allumage
Ontstekingsschakelaar
To cellular phone system
Zur Moblitelephon
A un système de téléphone cellulaire
Naar het mobiele-telefoonsysteem
B5B6
White with black stripe
Weiß mit schwarzem Streifen
Blanc avec bande noire
White
Weiß
Blanc
Wit
Wit met zwarte streep
Left speaker (front)
Linker Lautsprecher (vorne)
Enceinte gauche (avant)
Linkerspeaker (voorin)
PRECAUTIONS on power supply and speaker connections:
DO NOT connect the speaker leads of the power
cord to the car battery; otherwise, the unit will be seriously damaged.
Connect the black lead (ground), yellow lead (to car battery, constant 12 V), and red lead (to an accessory terminal) correctly.
BEFORE connecting the speaker leads of the power cord to the speakers, check the speaker wiring in your car.
– If the speaker wiring in your car is as
illustrated in Fig. 1 and Fig. 2 below, DO NOT
connect the unit using that original speaker wiring. If you do, the unit will be seriously damaged. Redo the speaker wiring so that you can connect the unit to the speakers as illustrated in Fig. 3.
– If the speaker wiring in your car is as
illustrated in Fig. 3, you can connect the unit
using the original speaker wiring in your car.
– If you are not sure of the speaker wiring of your
car, consult your car dealer.
+
+
L
-
-
+
+
R
-
-
+
+
L
-
-
+
+
R
-
-
+
+
L
-
-
+
+
R
-
-
Fig. 2 Fig. 3Fig. 1
Gray with black stripe
Grau mit schwarzem Streifen
Gris avec bande noire
B4
Gray
Grau
Gris
Grijs
B3 B8 B7 B2 B1
Grijs met zwarte streep
Right speaker (front)
Rechter Lautsprecher (vorne)
Enceinte droit (avant)
Rechterspeaker (voorin)
VORSICHTSMASSREGELN beim Anschließen der Stromversorgung und Lautsprecher:
Die Lautsprecherleitungen des Netzkabels
NICHT an der Autobatterie anschließen, da sonst das Gerät schwer beschädigt wird.
• Die schwarze Leitung (Erdung), die gelbe Leitung (zur Autobatterie, konstant 12 V) und die rote Leitung (zur Zubehöranschlußklemme) richtig anschließen.
• VOR dem Anschließen der Lautsprecherleitungen des Spannunsgversorgungskabels an die Lautsprecher, die Lautsprecherverdrahtung in Ihrem Auto überprüfen. – Ist die Lautsprecherverdrahtung wie unten in
Fig. 1 und Fig. 2 abgebildet, das Gerät NICHT mit der Originalverdrahtung der Lautsprecher anschließen, da sonst das Gerät schwer beschädigt wird. Die Lautsprecherverdrahtung erneuern, so daß Sie das Gerät an den Lautsprechern wie in „Fig. 3“ abgebildet anschließen können.
Ist die Lautsprecherverdrahtung in Ihrem Auto
wie in Fig. 3 abgebildet, können Sie das Gerät mit der Originalverdrahtung der Lautsprecher in Ihrem Auto anschließen.
– Sind Sie sich über die Lautsprecherverdrahtung
in Ihrem Auto nicht sicher, wenden Sie sich an Ihren Autohändler.
Green with black stripe
Grün mit schwarzem Streifen
Vert avec bande noire
Groen met zwarte streep
PRECAUTIONS sur l’alimentation et la connexion des enceintes:
NE CONNECTEZ PAS les fils denceintes du
cordon d’alimentation à la batterie; sinon, lappareil serait sérieusement endommagé.
Connectez correctement le fil noir (a la masse), le fil jaune (a la batterie de la voiture,12 V constant) et le fil rouge (à la prise accessoire).
AVANT de connecter les fils denceintes du cordon dalimentation aux enceintes, vérifiez le câblage des enceintes de votre voiture.
Si le câblage des enceintes de votre voiture est comme montré sur la Fig. 1 ou Fig. 2 ci-dessous,
utiliscant ce câblage original des enceintes. Si vous le faites, lappareil sera sérieusement endommagé. Recommencez le câblage des enceintes de façon que vous puissiez connecter lappareil aux enceintes comme montré sur la Fig. 3.
Si le câblage des enceintes de votre voiture est comme montré sur la Fig. 3,
connecter lappareil en utiliscant ce câblage original denceintes pour votre voiture.
– Si vous n’êtes pas sûrs du câblage denceintes de
votre voiture, consulter le concessionnaire de votre voiture.
3
Green
Grün
Vert
Groen
Purple with black stripe
Lila mit schwarzem Streifen
Violet avec bande noire
Paars met zwarte streep
Left speaker (rear)
Linker Lautsprecher (hinten)
Enceinte gauche (arrière)
Linkerspeaker (achterin)
NE CONNECTEZ PAS lappareil en
vous pouvez
Purple
Lila
Violet
Paars
Right speaker (rear)
Rechter Lautsprecher (hinten)
Enceinte droit (arrière)
Rechterspeaker (achterin)
VOORZORGSMAATREGELEN bij het verbinden van de stroomkabeldraad met de speakers:
Verbind de speakerdraden van de stroomkabel NIET met de accu van de auto; als u dit wel doet, zal het apparaat ernstige schade oplopen.
• Sluit de zwarte draad (aarde), de gele draad (naar de accu van de auto, constant 12 V) en de rode draad (naar de aansluitklem van de accessoire) op de juiste wijze aan.
• VOORDAT u de speakerdraden van de stroomkabel met de speakers verbindt, moet u de bedrading van de speakers in uw auto controleren. – Als de bedrading van de speakers eruitziet
zoals hieronder staat afgebeeld in Fig. 1 en Fig. 2, mag het apparaat NIET worden aangesloten
met behulp van deze oorspronkelijke speakerbedrading. Als u dat wel doet, zal het apparaat ernstige schade oplopen. Pas de bedrading van de speakers aan, zodat u het apparaat met de speakers kunt verbinden, zoals staat afgebeeld in Fig. 3.
Als de bedrading van de speakers eruitziet
zoals staat afgebeeld in Fig. 3, kunt u het apparaat aansluiten met behulp van de oorspronkelijke speakerbedrading in uw auto.
– Als u twijfels hebt over de speakerbedrading in uw
auto, moet u contact opnemen met uw autodealer.
Connecting the leads / Anschließen der Leitungen / Raccordement des fils / Aansluiting van de gekleurde draden
Twist the core wires when connecting.
Die Kerndrähte beim Anschließen verdrehen.
Torsader les âmes des fils en les raccordant.
Draai de kerndraden om elkaar heen wanneer u ze wilt aansluiten.
Solder the core wires to connect them securely.
Die Kerndrähte anlöten, um sie fest anzuschließen.
Souder les âmes des fils pour les raccorder entre eux de façon sûre.
Soldeer de kerndraden zodat ze stevig vast zitten.
CAUTION / VORSICHT / PRECAUTION / LET OP!:
To prevent short-circuit, cover the terminals of the UNUSED leads with insulating tape.
• Zur Vermeidung eines Kurzschlusses die Anschlußklemmen der NICHT VERWENDETEN Leitungen mit Isolierklebeband umwickeln.
Pour éviter les court-circuits, couvrir les bornes des fils qui ne sont PAS UTILISÉS avec de la bande isolante.
• Om kortsluiting te voorkomen, moet u de aansluitklemmen van ONGEBRUIKTE gekleurde draden met isolatieband bedekken.
Connections Adding Other Equipment / Anschlüsse zum Hinzufügen von anderer Ausrüstung / Raccordement pour ajouter d’autres appareils / Aansluitingen voor het toevoegen van andere apparatuur
You can connect an amplifier and other equipment to upgrade your car stereo system.
• Connect the remote lead (blue with white stripe) to the remote lead of the other equipment so that it can be controlled through this unit.
• For amplifier only: – Connect this unit’s line-out terminals to the
amplifier’s line-in terminals.
Disconnect the speakers from this unit,
connect them to the amplifier. Leave the speaker leads of this unit unused. (Cover the terminals of these unused leads with insulating tape, as illustrated above.)
Sie können einen Verstärker oder ein anderes Gerät anschließen, um Ihre Autostereoanlage zu erweitern.
• Schließen Sie das Fernbedienungskabel (blau mit weißem Streifen) an das Fernbedienungskabel des anderen Geräts an, so daß es über dieses Gerät gesteuert werden kann.
• Nur für den Verstärker: – Die Anschlußklemmen am Ausgang dieses Gerät
an den Anschlußklemmen des Eingangs des Verstärkers anschließen.
Die Lautsprecher von diesem Gerät abtrennen
und am Verstärker anschließen. Die Lautsprecherleitungen dieses Geräts unbenutzt lassen. (Die Anschlußklemmen dieser nicht verwendeten Leitungen mit Isolierklebeband umwickeln, siehe Abbidung oben.)
Vous pouvez connecter un amplificateur ou autre appareil pour améliorer votre système autoradio.
Connectez le fil de commande à distance (bleu avec bande blanche) au fil de commande à distance de lautre appareil de façon quil puisse
être commandé via cet appareil.
Pour lamplificateur seulement:Raccorder les bornes de sortie ligne de cet appareil
aux bornes dentrée ligne de lamplificateur.
Déconnectez les enceintes de cet appareil et connectez-les à l’amplificateur. Laissez les fils d’enceintes de cet appareil inutilisés. (Recouvrir les extrémités de ces fils inutilisés avec de la bande isolante comme montré ci­dessus.)
Het is mogelijk om uw autostereosysteem uit te breiden met een versterker of andere apparatuur.
• Verbind de afstandsbedieningsdraad (blauw met witte streep) met de afstandsbedieningsdraad van andere apparatuur zodat deze op afstand via dit apparaat kan worden bediend.
• Alleen voor een versterker: – Verbind de uitgang van het apparaat met de ingang
van de versterker.
Koppel de speakers van dit apparaat los en
verbind ze aan de versterker. Gebruik de speakerdraden van dit apparaat niet. (Plak de aansluitklemmen van deze speakerdraden met isolatieband af zoals hierboven is afgebeeld.)
Amplifier / Verstärker / Amplificateur / Versterker
Rear speakers
Hintere Lautsprecher
Enceintes arrière
Achterspeakers
INPUT
L
JVC Amplificateur
R
Signal cord
L
R
(not supplied with this unit)
Einzelleitung (nicht mit diesem Gerät mitgeliefert)
Cordon de signal (non fourni avec cet appareil)
Signaalkabel (wordt niet bij dit apparaat geleverd)
LRL
R
Front speakers
Vordere Lautsprecher
Enceintes avant
Voorspeakers
JVC Amplifier
JVC Verstärker
JVC Versterker
OUT
LINE
L
L
R
R
FRONT
REAR
2
*
KS-FX942R
Remote lead
Fernbedienungsleitung
Fil d’alimentation à distance
Afstandsbedieningsdraad
Blue with white stripe
Blau mit weißem Streifen
Bleu avec bande blanche
Blauw met witte streep
INPUT
L
R
You can connect another power amplifier for front speakers.
Sie können einen anderen Leistungsverstärker für die vorderen Lautsprecher anschließen.
Vous pouvez connecter un autre amplificateur de puissance pour les enceintes avant.
U kunt nog een eindversterker voor de voorspeakers aansluiten.
Y-connector (not supplied with this unit)
Y-Anschluß (nicht mit diesem Gerät mitgeliefert)
Connecteur Y (non fourni avec cet appareil)
Y-connector (wordt niet bij dit apparaat geleverd)
To power aerial if any
Zur Motorantenne, sofern vorhanden
Vers lantenne automatique, sil y en a une
Naar de antenne (indien aanwezig)
L
R
JVC Amplifier
JVC Verstärker
JVC Amplificateur
JVC Versterker
2
*
Front speakers
Vordere Lautsprecher
Enceintes avant
Voorspeakers
CD changer and DAB tuner / CD-Wechsler und DAB-Tuner / Changeur CD et tuner DAB / CD-wisselaar en DAB-tuner
You can connect a JVC CD changer and/or a JVC DAB (Digital Audio Broadcasting) tuner.
For their connections, refer to the Instructions supplied with them.
Connecting cord supplied with your DAB tuner
Verbindungskabel, das zum Lieferumfang des DAB­Tuners gehört
Cordon de connexion fourni avec votre tuner DAB
Verbindingskabel die met de DAB-tuner wordt meegeleverd
JVC DAB tuner
DAB-Tuner von JVC
Tuner DAB JVC
KS-FX942R
JVC DAB-tuner
You can connect both components in series as illustrated above.
• Es ist möglich, beide Komponenten in einer Serienschaltung entsprechend der obigen Darstellung anzuschließen.
Vous pouvez connecter les deux appareils en série comme montré ci-dessus.
• Beide apparaten zijn volgens bovenstaande illustratie in serie aan te sluiten.
Sie können einen CD-Wechsler und/oder einen DAB-Tuner (Tuner für digitalen Rundfunk) von JVC anschließen.
Weitere Informationen über den Anschluß können
Sie der Bedienungsanleitong entnehmen, die dem jeweiligen Gerät beiliegt.
Connecting cord supplied with your CD changer
Verbindungskabel, das zum Lieferumfang des CD-Wechsler gehört
Cordon de connexion fourni avec votre changeur CD
Verbindingskabel die met de CD-wisselaar wordt meegeleverd
JVC CD changer
CD-Wechsler von JVC
Changeur CD JVC
JVC CD-wisselaar
Vous pouvez connecter un changeur CD JVC et/ou un tuner DAB (Digital Audio Broadcasting) JVC.
Pour leurs connexions, référez-vous aux “Manuel dinstructions qui les accompagnent.
Connecting cord supplied with your DAB tuner or CD changer
Verbindungskabel, das zum Lieferumfang des DAB-Tuners oder CD-Wechslers gehört
Cordon de connexion fourni avec votre tuner DAB ou changeur CD
Verbindingskabel die met de DAB-tuner of CD-wisselaar wordt meegeleverd
JVC DAB tuner
DAB-Tuner von JVC
Tuner DAB JVC
JVC DAB-tuner
KS-FX942R
CAUTION / VORSICHT / PRECAUTION / LET OP!:
Before connecting the CD changer and/or the DAB tuner, make sure that the unit is turned off.
• Bevor Sie den CD-Wechsler und/oder den DAB-Tuner anschließen, vergewissern Sie sich, daß das Gerät ausgeschaltet ist.
Avant de connecter le changeur CD et/ou le tuner DAB, s’assurer que l’unité est éteinte.
• Zorg ervoor dat de apparaat is uitgeschakeld alvorens u de en/of DAB-tuner CD-wisselaar aansluit.
*2 :
Firmly attach the ground wire to the metallic body or to the chassis of the carto the place not coated with paint (if coated with paint, remove the paint before attaching the wire). Failure to do so may cause damage to the unit.
*2 : Verbinden Sie den Erdungsleiter mit der
Karosserie oder dem Rahmen des Fahrzeugs. Die Kntaktstelle darf nicht lackiert sein (sollte die Kontaktstelle lackiert sein, entfernen Sie den Lack der Kontaktstelle, bevor Sie den Leiter befestigen). Wenn der Erdungsleiter nicht ordnungsgemäß angeschlossen wird, kann dieses Gerät beschädigt werden.
*2 : Attachez solidement le fil de mise à la masse
au châssis métallique de la voiture—à un endroit qui nest pas recouvert de peinture (sil est recouvert de peinture, enlevez dabord la peinture avant dattacher le fil). L’appareil peut être endommagé si cela n’est pas fait correctement.
*2 : Bevestig de aardedraad goed met een metalen
onderdeel of het chassis van de auto—bevestig op een niet-gelakt gedeelte (indien gelakt, schuur dan af alvorens de draad te bevestigen). Het toestel kan worden beschadigd indien de aardedraad niet goed is aangesloten.
Het is mogelijk een JVC CD-wisselaar en/of JVC DAB-tuner (Digital Audio Broadcasting) aan te sluiten.
Zie de Gebruiksaanwijzing van deze apparaten voor
meer informatie over het tot stand brengen van deze aansluiting.
or
oder
ou
of
JVC CD changer
CD-Wechsler von JVC
Changeur CD JVC
JVC CD-wisselaar
External Component / Externe Komponente / Appareil extérieur / Extern apparaat
Line Input Adapter KS-U57 (not supplied with this unit)
Line-Eingangsadapter KS-U57 (nicht mit diesem Gerät mitgeliefert)
Adaptateur d’entrée de ligne KS-U57 (non fourni avec cet appareil)
Line Input Adapter KS-U57 (wordt niet bij dit apparaat geleverd)
KS-FX942R
CD changer jack
Buchse für CD-Wechsler
Prise du changeur CD
Aansluiting voor CD-wisselaar
L
R
L
R
L
R
Signal cord (not supplied with this unit)
Einzelleitung (nicht mit diesem Gerät mitgeliefert)
Cordon de signal (non fourni avec cet appareil)
Signaalkabel (wordt niet bij dit apparaat geleverd)
External component
L
Externe Komponente
Appareil extérieur
R

Extern apparaat

Connecting to the steering wheel remote controller / Anschluß an die Lenkradfernbedienung / Connexion de la télécommande de volant / Verbinden met de stuurwiel-afstandsbediening
If your car is equipped with the steering wheel remote controller, you can operate this receiver using the controller. To do it, a JVC’s OE remote adapter (not supplied) which matches with your car is required. Consult your JVC IN-CAR ENTERTAINMENT dealer for details.
Wenn Ihr Fahrzeug mit einer Lenkradferndienung ausgestattet ist, können Sie damit diesen Receiver steuern. Hierfür ist ein für Ihr Fahrzeug passender Radio-Lenkrad-Fernbedienungsadaption von JVC (nicht im Lieferumfang enthalten) erforderlich. Für weitere Einzelheiten wenden Sie sich an Ihren JVC Autoradiohändler.
Si votre voiture est munie dune télécommande de volant, vous pouvez commander cet autoradio en utilisant la télécommande. Pour le faire, un adaptateur pour télécommande au volant (non fourni) correspondant à votre voiture est nécessaire. Consultez votre revendeur dautoradio JVC pour les détails.
Indien uw auto een stuurwiel-afstandsbediening heeft, kunt u deze receiver met die afstandsbediening bedienen. Hiervoor heeft u echter een JVC adapter voor stuurwiel-afstandsbediening (niet bijgeleverd) nodig die geschikt is voor uw auto. Raadpleeg uw JVC car audio dealer voor details.
Steering wheel remote input
Eingang für Lenkradfernbedienung
Entrée de la télécommande de volant
Ingang stuurwiel-afstandsbediening
KS-FX942R
4
See the INSTRUCTIONS (separate volume) for how to use the external component with this unit.
Informationen zur Verwendung der externen Komponente mit diesem Gerät finden Sie in den BEDIENUNGSANLEITUNG (separates Dokument).
Référez-vous aux MANUEL DINSTRUCTIONS (manuel séparé) pour savoir comment utiliser lappareil extérieur avec cet appareil.
Zie de GEBRUIKSAANWIJZING (apart boekje) voor details aangaande het gebruik van het externe component met dit toestel.
OE remote adapter (not supplied)
Radio-Lenkrad-Fernbedienungsadaption (nicht im Lieferumfang enthalten)
Adaptateur pour télécommande au volant (non fourni)
Adapter voor stuurwiel-afstandsbediening (niet bijgeleverd)
Steering wheel remote controller (equipped in the car)
Lenkradfernbedienung (im Fahrzeug installiert)
Télécommande de volant (installée dans la voiture)
Stuurwiel-afstandsbediening (in de auto)
Loading...