For installation and connections, refer to the separate manual.
Für den Einbau und die Anschlüsse siehe das eigenständige Handbuch.
Pour l’installation et les raccordements, se référer au manuel séparé.
Bijzonderheden over de installatie en aansluiting van het apparaat vindt u in de desbetreffende
handleiding.
INSTRUCTIONS
BEDIENUNGSANLEITUNG
MANUEL D'INSTRUCTIONS
GEBRUIKSAANWIJZING
ATT
TP
NEWS
R D S
SEL
KS-FX830R
ATT
TP
NEWS
R D S
SEL
40w24
4V OUT
AUDIO
CRUISE
RDS
MODE
DIGITAL AUDIO
LO
12
40w24
RDS
DIGITAL AUDIO
LO
12
COMPACT
CD CHANGER CONTROL
7
8910
COMPACT
CD CHANGER CONTROL
7
8910
11 12
345
11 12
345
VOICE SUPPORT SYSTEM
6
-CH
6
-CH
KS-FX930R
SOUND
SSM
MO / RPT
B.SKIP
PTY/RND
DOLBY B-C NR
PROGBAND
TUNER
TAPE
DISP
KS-FX830R
SOUND
SSM
MO / RPT
B.SKIP
PTY/RND
DOLBY B NR
PROGBAND
TUNER
TAPE
DISP
FRANÇAIS
NEDERLANDSDEUTSCH
VNN3846-311S
[E]
Hartelijk dank voor de aanschaf van dit JVC-product! Wij verzoeken u de gebruiksaanwijzing goed
door te lezen voordat u het apparaat gaat gebruiken. Zo krijgt u een v olledig inzic ht in de functies van
het apparaat en kunt u de mogelijkheden optimaal benutten.
• Zet het volume onder het rijden niet te hard. Dit is ,
omdat u de geluiden buiten de auto niet meer hoort.
• Stop de auto voordat u ingewikkelde handelingen met
2
het apparaat gaat verrichten.
* Temperatuur binnen de auto...
Als de auto gedurende lange tijd in de kou of in de warmte
heeft gestaan, mag u het apparaat pas gebruiken nadat
de temperatuur in de auto weer normaal is.
BASISBEDIENING
ATT
1
2
.
3
1
3
-CH
Opmerking:
W anneer u het apparaat voor
de eerste keer gebruikt, moet
u de ingebouwde klok op de
12
345
6
juiste wijze instellen (zie
bladzijde 21).
2
Schakel de spanning in.
“One-Touch” bediening:
Bij het selecteren van tuner in stap 2 hier onder wordt het appar aat automatisch
ingeschakeld.
U hoeft niet op deze toets te drukken om het apparaat in te schakelen.
Start de weergave van de geluidsbron.
TUNER
PROGBAND
TAPE
Voor gebruik van de radio, zie bladzijde 4–13.
Voor gebruik van het cassettedeck, zie bladzijde 14–17.
Voor gebruik van de CD-wisselaar, zie bladzijde 32–
34.
Regel het volume.
NEDERLANDS
Het door u ingestelde
geluidsniveau verschijnt.
Volumeniveau-indicator
Stel het geluid in zoals u zelf wilt (zie bladzijde 18–20).
4
Volume in een oogwenk zachter zetten
Druk tijdens het luisteren naar een willekeurige geluidsbron kort op P/ATT. Op het afleesvenster
begint de tekst “ATT” te knipperen en het volume zal in een oogwenk dalen.
Om het eerdere volume te herstellen, drukt u nogmaals kort op dezelfde toets.
Spanning uitschakelen
Druk langer dan 1 seconde op P/ATT.
Opmerking:
Voor de veiligheid is een genummerde identificatiekaart bij het toestel geleverd. Het
identificatienummer is tevens op de behuizing van het toestel gedrukt. Bewaar de kaart op een
veilige plaats. Deze kaart is belangrijk voor identificatie indien het toestel is gestolen.
3
GEBRUIK VAN DE RADIO
Naar de radio luisteren
12
1
BAND
TUNER
F1F2
345
6
Selecteer de golfband (F1 (FM1),
F2 (FM2), F3 (FM3) of AM).
F3AM
2
1
De frequentie wordt aangegeven
2
SSM
Druk nogmaals op dezelfde toets wanneer u het zoeken wilt stoppen voordat op een zender
is afgestemd.
Stations met een
hogere frequentie
zoeken.
Stations met een
lagere frequentie
zoeken.
Zoek een station.
Wanneer een station wordt ontvangen, stopt
het zoeken.
Handmatig een frequentie opzoeken:
1 Kies de golfband (FM of AM)
Druk herhaaldelijk op TUNER/BAND.
2 Druk op ¢
afleesvenster begint te knipperen.
U kunt de frequentie handmatig wijzigen, terwijl de letter “MANU” knippert.
3 Druk meerdere malen op ¢
• Als u de toets ingedrukt houdt, blijft de frequentie veranderen (bij FM steeds met 50 kHz
en bij AM steeds met 9 kHz – MW/LW) totdat u de toets loslaat.
of 4 en houd deze toets ingedrukt totdat de letter “MANU” op het
of 4 totdat de gewenste frequentie is bereikt.
Uitsluitend afstemmen op zenders met sterke
NEWS
4
signalen:
Houd de NEWS/LO (Local) toets langer dan 1 seconde ingedrukt. “LOCAL”
verschijnt op het display.
LO
Opmerking:
Deze functie werkt alleen tijdens het zenderzoeken of gebruik van SSM.
Radiozenders in het geheugen vastleggen
U kunt één van de volgende twee methoden gebruiken om de radiozenders in het geheugen
vastteleggen.
• Automatisch vasteleggen van FM-zenders: SSM (Strong-station Sequential Memory)
• Handmatig vasteleggen van FM en AM-zenders
Automatisch vasteleggen van FM-zenders: SSM
U kunt 6 lokale FM-stations instellen voor elke FM-golfband (F1, F2 en F3).
2
345
12
6
1
1
BAND
TUNER
F1F2
F3
AM
Selecteer het nummer van de FMgolfband (F1 (FM1), F2 (FM2) of F3
(FM3)) waarop u FM-zenders wilt
vasteleggen.
2
Druk op beide toetsen en houd ze langer
dan 3 seconden ingedrukt.
SSM
De tekst “SSM” verschijnt op het afleesvenster en
verdwijnt wanneer het automatisch instellen van
radiozenders is beëindigd.
Lokale FM-zenders met de sterkste signalen worden opgezocht en automatisch voor de
gekozen golfband (F1 (FM1), F2 (FM2) of F3 (FM3)) onder de cijfertoetsen vastgelegd nummer 1 (laagste frequentie) t/m nummer 6 (hoogste frequentie).
De voorkeuzezender die onder cijfertoets 1 is vastgelegd wordt na het automatisch vastleggen
van de zenders opgeroepen.
NEDERLANDS
5
Handmatig vastleggen van zenders
U kunt handmatig maximaal 6 zenders voor iedere golfband (F1, F2, F3 en AM vastleggen).
VOORBEELD: Een FM-zender op 88.3 MHz vastleggen onder nummer 1 van FM1.
2
345
12
6
1
2
3
BAND
TUNER
SSM
1
3
Selecteer F1 (FM1).
Stem af op een zender op 88.3 MHz.
Zie bladzijde 4 voor het afstemmen op een zender.
Druk op de toets en houd langer dan 1
seconde ingedrukt.
CH
“F1 CH” en “MEMO” knipperen afwisselend.
1
4
Herhaal bovenstaande procedure om andere zenders onder
andere nummers op te slaan.
Opmerkingen:
• Een eerder vastgelegde zender w ordt gewist w anneer een hieuwe zender wordt opgeslagen onder
hetzelfde nummer.
• Ingestelde zenders worden gewist w anneer de spannings toevoer naar het geheugen wordt onderbr oken
(bijvoorbeeld bij het vervangen van de accu). Als dit gebeurt, moeten de zenders opnieuw worden
ingesteld.
6
Afstemmen op een voorkeuzezender
U kunt in een handomdraai afstemmen op een vastgelegde voorkeuzezender.
Denk eraan dat u de zenders eerst moet vastleggen! Zie bladzijde 5 en 6, als u dat nog niet
hebt gedaan.
345
12
6
12
1
BAND
TUNER
F1F2
F3AM
Selecteer de gewenste golfband
(F1 (FM1), F2 (FM2), F3 (FM3) of
AM).
NEDERLANDS
2
7
8910
12
1112
345
Selecteer het nummer (1 – 6) van
de gewenste zender.
6
7
Gebruik van RDS-functies met de FM-golfband
RDS (Radio Data Systeem)
RDS toets
Druk langer dan 1 seconde op de RDS toets om de netwerk-
De netwerkfunctie is geactiveerd.
Schakelt tussen zenders die tot het ontvangen netwerk behoren.
Opmerking:
• Met functie 1, is het mogelijk dat er zelfs binnen hetzelfde netwerk op
bepaalde momenten naar andere programma's wordt geschakeld.
• Functie 2 (AF: aan/REG: aan):
De netwerkfunctie is geactiveerd en de regionale functie ingeschakeld
(er wordt automatisch overgeschakeld naar andere zenders die
hetzelfde programma uitzenden).
• Functie 3 (AF: uit/REG: uit):
Netwerkfunctie is uitgeschakeld.
Tijdens het autorijden verandert de signaalsterkte afhankelijk van de
plaats. De tuner maakt in dit geval gebruik van de PI (Programma
Identificatie) en AF codes en stemt automatisch op een andere sterkere
RDS zender af die hetzelfde programma uitzendt. U kunt zo een bepaald
programma blijven beluisteren met een optimale kwaliteit. (Zie tevens
de afbeelding.)
• Indien de RDS zender waarop is afgestemd geen AF codes uitzendt of
het toestel om een andere reden geen AF codes kan ontvangen, werkt
de netwerk-afstemfunctie NIET wanneer het signaal zwakker wordt.
Hetzelfde programma kan met verschillende frequenties worden ontvangen.
Programma 1 op frequentie E
Programma 1 op frequentie A
Programma 1 op frequentie B
Programma 1 op frequentie C
8
Programma 1 op
frequentie D
Nieuws-toets (NEWS)
Instellen en gebruik van de NEWS-standbyfunctie
• Wanneer u met de FM-golfband ingesteld kort op de NEWS toets drukt,
zal de “NEWS” indicator tijdens ontvangst van een PTY-zender oplichten
NEWS
LO
TP toets (verkeersinformatieprogramma)
Activeren en gebruik van de TA (verkeersinformatie) standbyfunctie
en de NEWS- standbyfunctie worden geactiveerd.
Opmerking:
De “NEWS” indicator knippert indien de zender die u ontvangt geen NEWS-zender
is. Druk op de ¢
“SEARCH” wordt op het display getoond en het zoeken naar een PTY-zender start.
“NEWS” licht op zodra een PTY-zender is gevonden.
• Wanneer u tijdens weergave van een cassette (of CD) een NEWS PTYuitzending wilt beluisteren, moet u op de NEWS toets drukken zodat de
NEWS-standbyfunctie wordt geactiveerd. (De “NEWS” indicator licht op.)
Indien er een nieuwsuitzending begint wanneer de NEWS standbyfunktie is
geaktiveerd, zal “NEWS” op het display worden getoond en de FM funktie
worden ingeschakeld. Het volume zal vervolgens tot het vooringestelde
volume worden verhoogd en u kunt het nieuws beluisteren.
Opmerking:
Druk nogmaals op de NEWS toets om de NEWS-standbyfunctie uit te schakelen.
of 4 toets om de PTY-standbyfunctie te acti veren.
NEDERLANDS
TP
• Druk met de FM-golfband ingesteld kort op de TP toets. De “TP” indicator
licht op tijdens ontvangst van een TP-zender en de TA-standbyfunctie is
geactiveerd.
Opmerking:
RDS
De “TP” indicator knippert wanneer de zender die u ontvangt geen TP-zender is.
Druk op de ¢
wordt op het display getoond en het zoeken naar een TP-zender start. “TP” lic ht op
zodra een TP-zender is gevonden.
• Wanneer u tijdens weergave van een cassette (of CD) een TA-uitzending
wilt beluisteren moet u op de TP toets drukken zodat de T A-standbyfunctie
wordt geactiveerd. (De “TP” indicator licht op.)
“T-INFO” wordt getoond wanneer met de TA-standbyfunctie en de FMgolfband ingesteld een zender verkeersinformatie start uit te zenden. Het
volume wordt nu naar het vooraf ingestelde “TA VOL” niveau gesteld en u
kunt de verkeersinformatie beluisteren (zie blz. 11).
Opmerking:
Druk nogmaals op de TP-toets om de TA-standbyfunctie uit te schakelen.
of 4 toets om de T A-standbyfunctie te activeren."SEARCH"
9
Programmatypetoets (PTY)
Instellen en gebruik van de PTY-zoekfunctie
Voorbeeld:Voor het kiezen van “CLASSICS” als het programmatype.
345
12
6
2
1
1
PTY/RND/
Kies één van de volgende groepen.
SPEECH 1
SPEECH 2
MUSIC
off
2
5
Kies een programmatype met een cijfertoets (zie de tabel
op blz. 1 1.)
• Het zoeken naar een overeenkomende PTY-zender
start na 5 seconden.
Er wordt naar een zender gezocht die een programma van het gekozen type uitzendt, en
er wordt voor weergave op deze PTY-zender afgestemd.
• De laatst beluisterde zender zal weer worden ingesteld indien er geen overeenkomende
PTY-zender kan worden gevonden.
• Het laatst gekozen programmatype wordt na het zoeken vastgelegd en, later als eerste
getoond wanneer u weer een programmatype kiest.
Opmerking:
De PTY -functies (NEWS-standbyfunctie en het zoeken naar een pr o grammatype) werken mo gelijk niet
in bepaalde gebieden.
EON (Enhanced Other Networks – sterkere
overige netwerken)
• Wanneer op een zender die gebruik van
EON maakt is afgestemd, zal de EON
indicator oplichten en de volgende
handelingen worden uitgevoerd.
EON legt automatisch de frequenties van
andere netwerken vast die dezelfde
informatiecodes (TP/TA/AF/PTY/PS
(Programma Service), etc.) uitzenden, zodat
deze codes onderling kunnen worden
gebruikt. Dit heeft de volgende voordelen:
Bij het beluisteren van een zender die GEEN
verkeersinformatie of het gekozen NEWS,
stemt EON automatisch op een zender van
een lokaal netwerk af wanneer hier deze
informatie op wordt uitgezonden. Na deze
informatie wordt automatisch weer naar het
originele programma teruggeschakeld.
De informatie die wordt uitgezonden (met AF
en andere codes) blijft constant en
automatisch actueel zodat de informatie van
een ingesteld programma direct kan worden
beluisterd, zelfs wanneer u in een ander
gebied bent.
Volume-instelling voor verkeersinformatie
Met deze functie kunt u het volume voor
verkeersinformatie instellen.
1. Druk langer dan 2 seconden op de SEL
toets om de functie voor het vastleggen
van instellingen te activeren.
2. Kies “TA VOL” met de SEL toets.
3. Stel het gewenste volume in met de + of –
toets. (Zie blz. 23.)
NEDERLANDS
11
Cijfertoetsen
Indien u op een cijfertoets drukt, wordt op de
frequentie afgestemd indien het signaal van
de zender die op deze toets is vastgelegd
sterk genoeg is.
Indien het signaal niet sterk genoeg is voor een
redelijke ontvangst, zoekt de receiver aan de
hand van de AF lijst naar een andere zender
die hetzelfde programma met sterkere signalen
uitzendt. Indien er geen zender in de AF lijst
aanwezig is, wordt het PI-zoek-afstemmen
geactiveerd, en zoekt de receiver naar een
zender die dezelfde PI code uitzendt. Indien er
in één reeks geen zender met dezelfde PI code
wordt gevonden, wordt het PI-zoek-afstemmen
geannuleerd en op de frequentie van de
voorkeuzezender afgestemd.
CT (Clock Time–kloktijd)
Indien het RDS signaal over CT data beschikt,
wordt de klok automatisch juist ingesteld.
• RDS korrigeert de lokale tijd aan de hand
van Greenwich tijd.
• Voer de volgende stappen uit indien de tijd
op de klok juist is en NIET automatisch gelijk
hoeft te worden gesteld.
1. Druk langer dan 2 seconden op de SEL
toets om de functie voor het vastleggen
van instellingen te activeren.
2. Kies “AUTO ADJ” met de SEL toets.
3. Druk op de – toets om “ADJ OFF” in te
stellen. (Zie blz. 23.)
Nadat u deze stappen heeft uitgevoerd, zal
de tijd op de klok niet worden veranderd
wanneer CT (Clock T ime) data tezamen met
het RDS signaal worden ontvangen. Wanneer
u toch de funktie weer wilt instellen, moet u
de stappen herhalen, maar in stap 3 op de +
toets drukken om “ADJ ON” in te stellen. De
klok zal nu automatisch gelijk worden gesteld
wanneer CT data worden ontvangen.
Opmerking:
Het duurt tenminste 2 minuten eer de tijd wordt
getoond nadat CT data zijn ontvangen. Zelfs indien
het RDS signaal over CT data beschikt, dient de
zender tenminste gedurende 2 minuten te zijn
ontvangen daar anders de kloktijd NIET wordt
gecorrigeerd.
Displayfunctie
Instellen van de hoofddisplayfunktie
1. Druk langer dan 2 seconden op de SEL
toets om de functie voor het vastleggen
van instellingen te activeren.
2. Kies “DISP MODE” met de SEL toets.
3. Kies de gewenste functie met de + of –
toets.
Zendernaam (PS NAME) Ô Frequentie
van de zender die wordt ontvangen
(FREQ) Ô Tijd op de klok (CLOCK) Ô
(Zie blz. 23.)
Opmerking:
W anneer de “CLOCK” functie is ingesteld, zal de
klok ook tijdens cassetteweergave (of CDweergave)-als hoofddisplay worden getoond.
Displaytoets
Met de DISP toets worden de
bedieningsfunctie (Tuner , cassette of CD ) en
de klokfuncties gekozen. Door iedere druk op
deze toets verandert het display als volgt:
Bedieningsfunctie (Zendernaam* =
Ontvangstfrequentie = (PTY*; of TAPE; of
CD) = Tijd op de klok.
Hierna verschijnen weer de originele
aanduidingen van de ingestelde functie.
* De zendernaam of PTY wordt NIET getoond
indien het RDS of PTY signaal zwak is of
wanneer er niet op een RDS of PTY zender
is afgestemd.
12
Andere handige radiofuncties
MO/RPT/B. SKIP
345
12
Geluid selecteren bij ontvangst van FM-zender
Wanneer een stereo-uitzending op FM slecht te ontvangen is, doet u het volgende:
Druk tijdens ontvangst van een FM stereo-uitzending op de MO/RPT/B.SKIP toets (mono/
herhaalde weergave/overslaan van blanco’s).
De uitzending wordt vervolgens mono weergegeven maar met aanzienlijk minder ruis.
6
ST
MO
Er brandt een lampje wanneer een FMuitzending in stereo wordt ontvangen.
Om het stereo-effect te herstellen, drukt u op opnieuw op dezelfde toets.
NEDERLANDS
13
GEBRUIK VAN DE CASSETTESPELER
Beluisteren van een cassette
345
12
1
Open het bedieningspaneel.
6
1
PTY/RND/
3
2
3
Opmerking bij het bedienen van het cassettedeck d.m.v. één toets:
Wanneer er al een cassette in de cassettehouder zit, kunt u op de toets T APE/PR OG drukken
om het apparaat aan te zetten en het afspelen automatisch te laten beginnen.
PROG
TAPE
Plaats een cassette en sluit het bedieningspaneel.
Het apparaat gaat aan en het afspelen van de band begint
automatisch.
Wanneer de ene kant van de band is afgespeeld, wordt
automatisch begonnen met het afspelen van de andere kant
(Auto Reverse).
Selecteer de richting van de band.
Elke keer dat u op de toets drukt, verandert de richting van de
band – vooruit (
) en achteruit ().
TOETS VOOR DOLBY RUISONDERDRUKKING
Druk op de PTY/RND/ toets om in stap 3 hierboven het Dolby B (of C, met uitsluitend
de KS-FX930R) ruisonderdrukkingssysteem te activeren.
• Dolby ruisonderdrukking gefabriceerd onder licentie van Dolby Laboratories Licensing
Corporation. “DOLBY” en het dubbele D symbool
Laboratories Licensing Corporation.
zijn handelsmerken van Dolby
Afspelen beëindigen en de cassette naar buiten laten springen
Druk op 0.
Het afspelen van de band wordt beëindigd en de cassette springt automatisch uit de
cassettehouder.
De cassetteweergave wordt tevens gestopt wanneer u naar de AM/FM bron (of CD) schakelt.
(De cassette wordt echter in dat geval niet uitgeworpen.)
• U kunt de cassette ook uit het apparaat laten springen terwijl het apparaat uit staat.
14
Voorkomen dat de cassette uit de cassettehouder springt
U kunt voorkomen dat de cassette uit de cassettehouder springt door een band in de
cassettehouder te “vergrendelen”.
Druk op TAPE en P/ATT en houd deze toets langer dan 2 seconden ingedrukt. Op het
afleesvenster knippert gedurende ongeveer 5 seconden de tekst “EJECT”.De band is dan
vergrendeld.
Om de vergrendeling ongedaan te maken en de band te “ontgrendelen”
langer dan 2 seconden op TAPE en P/A TT. Op het afleesvenster knippert opnieuw gedurende
ongeveer 5 seconden de tekst “EJECT”. De band is dan ontgrendeld.
Versneld doorspoelen en terugspoelen
van een band
• Druk langer dan 1 seconde op ¢ om de band
versneld door te spoelen.
Aan het einde wordt de band omgedraaid en wordt de
andere kant vanaf het begin afgespeeld.
• Druk langer dan 1 seconde op 4
te spoelen tot aan het begin.
Dezelfde kant wordt nogmaals afgespeeld.
Wanneer u op TAPE/PROG drukt, kunt u het versneld
doorspoelen en terugspoelen op een willekeurige plaats laten stoppen.
Het afspelen begint daarna vanaf die plaats op de band.
Opmerking:
Tijdens het snel door- of terugspoelen wordt automatisch naar de tuner overgeschakeld zodat u de
uitzending van de laatst ingestelde zender kunt beluisteren. (Tijdelijke weergave van de radio)
U kunt de functie voor het tijdelijk overschakelen naar de tuner annuleren indien u er g een gebruik van
wilt maken. Zie blz. 24 voor details.
om de band terug
Richting van de band
,
drukt u opnieuw
NEDERLANDS
Meer over het automatisch bepalen van het cassettetype
Dankzij het automatische systeem voor het bepalen van het cassettetype kunt u Type I, II
en IV cassettes gebruiken zonder zelf diverse instellingen hiervoor te maken.
15
Het begin van een muziekstuk vinden
Met Multi Music Scan kunt u het afspelen automatisch laten beginnen bij het begin van een
bepaald muziekstuk. U kunt muziekstukken opgeven die zich maximaal 9 muziekstukken na
of voor het huidige muziekstuk bevinden.
1
345
12
6
Gedurende het afspelen
1
Geef de plaats van het gewenste
muziekstuk aan (d.w.z. hoeveel
Een muziekstuk na
het huidige
muziekstuk zoeken
op de band
SSM
Wanneer het begin van het opgegeven muziekstuk is gevonden, wordt automatisch met
het afspelen van het betreffende muziekstuk begonnen.
Opmerkingen:
• Gedurende het zoeken naar een opgegeven muziekstuk gebeurt het volgende:
– Als de band wordt teruggespoeld tot het begin, start het afspelen aan het begin van die kant.
– Als de band versneld wordt doorgespoeld tot aan het einde, wordt hij omgedraaid en afgespeeld
vanaf het begin van de andere kant.
• Soms functioneert Multi Music Scan niet op de juiste manier. Dit kan gebeuren bij:
– Banden met muziekstukken met lange stukken zeer zachte muziek (zeer rustige gedeelten) of lange
stukken tussen twee muziekstukken waarop niets is opgenomen.
– Banden met korte stukken waarop niets is opgenomen.
– Banden met veel geluid of geroezemoes tussen de verschillende muziekstukken.
– W anneer het met de Dolby NR toets gek ozen ruisonderdrukkingssysteem niet overeenk omt. Wanneer
bijvoorbeeld Dolby B of C ruisonderdrukking is gectiveerd maar de cassette zonder Dolb y was
opgenomen.
Een muziekstuk
voor het huidige
muziekstuk zoeken
op de band
muziekstukken na of voor het huidige
muziekstuk).
Elke keer dat u een muziekstuk opgeeft, verandert
het nummer tot maximaal ±9.
16
Andere handige functies voor de cassettespeler
MO/RPT/B.SKIP
345
12
Overslaan van blanco gedeelten op de cassette
U kunt tijdens weergave blanco gedeelten tussen fragmenten overslaan. (Blank Skip).
Druk langer dan één seconde op de MO/RPT/B.SKIP toets (mono/herhaalde weergave/
overslaan van blanco’s) om de functie voor het overslaan van blanco’s te activeren of uit te
schakelen.
Met de functie geactiveerd worden blanco gedeelten van 15 seconden of langer overgeslagen
en wordt snel naar het volgende fragment gespoeld en de weergave vanaf daar voortgezet.
MO / RPT
B.SKIP
• De bandtransportrichting wordt automatisch veranderd wanneer bij het snel
doorspoelen het eind van de cassettekant wordt bereikt.
6
De indicator licht op wanneer de
functie voor het overslaan van
B.SKIP
blanco’s is geactiveerd.
NEDERLANDS
Herhalen van het spelende fragment
U kunt het spelende fragment herhalen. (Herhaalde weergave)
Door iedere korte druk op de MO/RPT/B.SKIP toets (mono/herhaalde weergave/overslaan
van blanco’s) tijdens weergave van een cassette wordt de functie voor het herhalen van een
fragment afwisselend geactiveerd en uitgeschakeld.
MO / RPT
B.SKIP
REPEAT
Opmerkingen:
• De functies voor het overslaan van blanco’s en het herhalen van een fragment werken mo gelijk niet
in de volgende gevallen:
– Banden met muziekstukken met lange stukken zeer zachte muziek (zeer rustige gedeelten) of lange
stukken tussen twee muziekstukken waarop niets is opgenomen.
– Banden met korte stukken waarop niets is opgenomen.
– Banden met veel geluid of geroezemoes tussen de verschillende muziekstukken.
– W anneer het met de Dolby NR toets g ekozen ruisonderdrukkingssysteem niet over eenkomt. W anneer
bijvoorbeeld Dolby B of C ruisonderdrukking is gectiveerd maar de cassette zonder Dolb y was
opgenomen.
De indicator licht op wanneer de
functie voor het herhalen van een
fragment is geactiveerd.
17
GELUID REGELEN
Vooraf ingestelde geluidsweergave selecteren
U kunt de geluidskarakteristieken naar wens instellen.
345
12
Elke keer dat u op SOUND drukt, verandert de geluidsweergave als volgt.
SOUND
IndicatieVoor:Vooraf ingestelde waarden
SCM OFF(Vlak geluid)0000Aan
BEATRock- of discoritme+0200Aan
SOFTRustige achtergrondmuziek+01–03Uit
POPLichte muziek+04+01Uit
6
BasTrebleLoud
SOUND
Opmerkingen:
• U kunt de vooraf ingestelde geluidsweergave wijzigen en in het geheugen opslaan.
Meer bijzonderheden over het aanpassen en opslaan van uw eigen geluidsinstelling vindt u in het
gedeelte “Uw eigen geluidsinstelling opslaan” op bladzijde 20.
• Meer bijzonderheden over het aanpassen van het niveau van bas en treble vindt u in het gedeelte
“Geluid aanpassen” op bladzijde 19.
18
Geluid aanpassen
U kunt de geluidskarakteristieken naar wens instellen.
2
345
1
12
6
1
SEL
IndicatieDoel:Bereik
BASBastonen aanpassen–06 (min.) tot +06 (max.)
(bas)
TRETreble aanpassen–06 (min.) tot +06 (max.)
(treble)
FADEvenwicht tussen voor- enR06 (alleen achterin) tot
(faden)*achterspeakers aanpassenF06 (alleen voorin)
BALEvenwicht tussen linker- enL06 (alleen links) tot
(balans)rechterspeaker aanpassenR06 (alleen rechts)
LOUD
(Loudness)
VOLHet volume aanpassen00 (min.) tot 50 (max.)
(volume)
Opmerking:
* Als u een systeem met twee speakers gebruikt moet u FAD op “00” zetten (midden).
De lage en hoge tonen worden
versterkt voor een goed
gebalanceerd geluid bij weergave
met een laag volume.
Selecteer de functie die u wilt aanpassen.
ON (geactiveerd) —
OFF (uitgeschakeld)
2
Pas het niveau aan.
NEDERLANDS
Druk op de + toets om de loudness-functie te activeren en
druk op - om deze functie uit te schakelen.
Opmerking:
Normaal gesproken werken de toetsen + en – als volumeregelaars. U
hoeft “VOL” dus niet te selecteren als u het geluidsni veau wilt aanpassen.
19
Uw eigen geluidsinstelling opslaan
4
De geluidsweergave (BEAT, SOFT, POP, zie bladzijde 18) kan worden aangepast en in het
geheugen worden opgeslagen.
1
2
3
SOUND
Binnen
5 seconden
SEL
Binnen
5 seconden
3
2
1,
345
12
6
Roep de geluidsweergave op die u wilt aanpassen.
Meer bijzonderheden over de geluidsweergave vindt u op bladzijde 18.
Kies "BAS", "TRE" of "LOUD".
Stel het niveau voor de lage (bas) of hoge
(treble) tonen in of activeer de loudnessfunctie of schakel deze functie uit.
Meer bijzonderheden over bas en treble vindt u op bladzijde 19.
Binnen
5 seconden
4
SOUND
Houd SOUND ingedrukt totdat "MEMO" op
het display begint te knipperen.
Uw instelling wordt in het geheugen opgeslagen.
5
Herhaal deze procedure om de andere instellingen op te slaan.
Opnieuw instellen van de fabrieksinstellingen
Herhaal bovenstaande procedure en stel de waarden in die zijn weergegeven in de tabel op bladzijde 18.
20
ANDERE HOOFDFUNCTIES
Klok instellen
Kiezen van de 24-uur of 12-uur aanduiding voor de klok
(Bij het verlaten van de fabriek is de 24-uur aanduiding ingesteld.)
1. Druk langer dan 2 seconden op de SEL toets om de functie voor het
vastleggen van instellingen te kizen. (Zie blz. 23.)
2. Kies de "24H/12H" functie met de SEL toets.
3. Kies vervolgens 24H of 12H met de niveauregeltoetsen (+,–).
Kiezen voor het voornamelijk tonen van de klok op het display
1. Druk langer dan 2 seconden op de SEL toets om de functie voor het
vastleggen van instellingen te kizen. (Zie blz. 23.)
2. Kies de "DISPMODE" functie met de SEL toets.
3. Kies vervolgens "CLOCK" met de niveauregeltoetsen (+,–).
Met de functie voor het voornamelijk tonen van de klok op het display, zal bij een druk op een
van de toetsen even de overeenkomende aanduiding op het display verschijnen. Na een
paar seconden wordt de klok weer getoond.
NEDERLANDS
1
2
1, 2
SEL
SEL
12
345
6
Druk langer dan 2 seconden op de
SEL toets om de functie voor het
vastleggen van instellingen te kiezen.
(Zie blz. 23.)
Kies "CLK ADJ" indien de
aanduiding voor het uur niet wordt
getoond.
21
3
4
Klok
Verstreken
speeltijd
3
12
• Minuut
• Uur
345
6
Stel het uur en de minuten in.
4
DISP
Start de klok.
Huidige tijd van de klok controleren (andere modus op
afleesvenster tonen)
Druk meerdere malen op DISP . Elke keer dat u op de toets drukt, verandert het afleesvenster
als volgt.
Bij gebruik van de radio:
Frequentie
(Zie blz. 12 indien RDS is
geactiveerd (ON).)
Klok
Bij gebruik van het
cassettedeck:
Afspeelmodus
Klok
• Als het apparaat niet in gebruik is wanneer u op DISP drukt, wordt de stroom ingeschakeld.
Daarna is de tijd op de klok gedurende 5 seconden te zien en wordt de stroom uitgeschakeld.
Bij gebruik van de CD-speler:
22
Vastleggen van de door u gemaakte instellingen
4
Voorkeuze-instellingen (PSM)
Deze functie is bij het verlaten van de fabriek reeds ingesteld, maar kan naar wens worden veranderd.
3
1,2
2
1, 2
3
12
SEL
Kies de gewenste
functie.
SEL
Instellen van de klok
Instelfunktie voor 24/
12-uur klokdisplay
Automatisch
instellen van de klok
Displayfunktie
Verkeersinformatie
Niveau display
Steemcomfirmatie/
Pieptoonconfirmatie (uitsluitend
met de KS-FX930R)
Pieptoon confirmatie
(uitsluitend met de KS-FX830R)
Dimmer
Kleur
Audio cruise (uitsluitend
met de KS-FX930R)
Audiodemping voor cellulaire
telefoonsystemen
Overschakelen naar
de tuner
1
SEL
Druk langer dan 2 seconden op
de SEL toets om de functie voor
het vastleggen van instellingen te
kiezen.
3
3
Stel in.Maak uw keuze.
Uur
12H
(uitgeschakeld)
VOL (00-50)
AUDIO
OFF
(uitgeschakeld)
VOICE 2VOICE 1
BEEP 2BEEP 1
OFF
(uitgeschakeld)
AUTO (automatisch)
AMBER (oranjegeel)
OFF (uitgeschakeld)
OFF (uitgeschakeld)MUTING 1
OFF
(uitgeschakeld)ON(automatisch)
ON
(automatisch)
CRUISE 2
Minuut
ADJ ON
(geaktiveerd)
CLOCK
VOL (00-50)
ANTENNA (voor
gevoeligheid van
de tuner)
ON
(automatisch)
OFF (uitgeschakeld)
GREEN (groen)
MUTING 2
24H
FREQPS NAME
OFF
(uitgeschakeld)
CRUISE 1
Stel de gewenste
functie in.
Ajustes de
fábrica
0:00
24H
ADJ ONADJ OFF
(geaktiveerd)
PS NAME
VOL (20)
VOICE 1
ON
(automatisch)
AUTO
(Automatisch)
GREEN (groen)
OFF
(uitgeschakeld)
OFF
(uitgeschakeld)
ON
(automatisch)
Zie
blz
21-22
21
12
12
11
25AUDIO
25-26
26
24
26
27-29
26
NEDERLANDS
24
23
Kiezen van de dimmerfunctie
Bij het inschakelen van de koplampen van de auto wordt de verlichting van het display en de
bedieningstoetsen automatisch gedimd (Auto Dimmer).
Bij het verlaten van de fabriek is de functie voor het automatisch dimmen geactiveerd.
Voer de volgende handelingen uit en kies "OFF" wanneer u het display niet automatisch wilt
dimmen.
• AUTO: automatische dimmer geactiveerd
• OFF: automatische dimmer uitgeschakeld
• ON: dimmer geactiveerd
1. Druk langer dan 2 seconden op SEL om de functie voor het vastleggen van voorkeuze-
instellingen te activeren (zie blz. 23).
2. Kies “DIMMER” met de SEL toets.
3. Druk op +/- om de gewenste dimmerfunctie te kiezen.
Door iedere druk op de toets verandert de functie als volgt:
De huidige instelling wordt getoond.
OFFAUTO
ON
Activeren/uitschakelen van tijdelijke weergave van de
radio
De tuner wordt even ingeschakeld wanneer u het snel door- of terugspoelen van een cassette start, en u hoort de uitzending van de ingestelde radiozender. De cassetteweergave
wordt automatisch weer voortgezet zodra het snel door- of terugspoelen stopt.
Bij het verlaten van de fabriek is de functie voor het tijdelijk overschakelen naar de radio
geactiveerd.
• ON: tijdelijke weergave van de radio geactiveerd
• OFF: tijdelijke weergave van de radio uitgeschakeld
1. Druk langer dan 2 seconden op SEL om de functie voor het vastleggen van voorkeuze-
instellingen te activeren (zie blz. 23).
2. Kies “TU CALL” met de SEL toets.
3. Druk op-om “OFF” te kiezen (of druk op + om weer “ON” te kiezen).
24
De huidige instelling wordt getoond.
Kiezen van de niveau-aanduidingfunctie
Bij het verlaten van de fabriek is de functie voor het tonen van het audioniveau
geactiveerd.
Voer de volgende handelingen uit indien u de aanduiding wilt veranderen.
• AUDIO: aanduiding van audioniveau
• ANTENNA: aanduiding voor gevoeligheid van de tuner
• OFF:aanduiding voor volume
1. Druk langer dan 2 seconden op SEL om de functie
voor het vastleggen van voorkeuze-instellingen te
activeren (zie blz. 23).
2. Kies “LEVEL” met de SEL toets.
De huidige instelling wordt getoond.
3. Druk op +/– om de gewenste functie (aanduiding) te kiezen.
Door iedere druk op de toets verandert de functie als volgt:
Niveau-aanduiding
“ANT” licht op wanneer de
aanduiding voor de gevoeligheid
van de tuner is geactiveerd.
AUDIO
ANTENNA
OFF
Kiezen van stemconfirmatie of pieptoon bij
toetsbediening (uitsluitend KS-FX930R)
Met de stemconfirmatie wordt na een toetsbediening een mededeling of bevestiging in het
Engels gegeven.
Bij het verlaten van de fabriek is de functie voor stemconfirmatie, niveau 1 (VOICE 1)
geactiveerd.
Voer de volgende handelingen uit indien u deze functie wilt uitschakelen of een pieptoon
ter bevestiging van een toetsbediening wilt horen.
• BEEP 1: Pieptoonconfirmatie, niveau 1 (laag volume)
• BEEP 2: Pieptoonconfirmatie, niveau 1 (hoog volume)
• VOICE 1: Stemconfirmatie, niveau 1 (laag volume)
• VOICE 2: Stemconfirmatie, niveau 2 (hoog volume)
• OFF:Geen pieptoon en geen mededeling na toetsbediening
1. Druk langer dan 2 seconden op SEL om de functie voor het vastleggen van voorkeuzeinstellingen te activeren (zie blz. 23).
2. Kies “VOICE” met de SEL toets.
De huidige instelling wordt getoond.
NEDERLANDS
25
3. Druk op +/– om de gewenste functie te kiezen.
Door iedere druk op de toets verandert de functie als volgt:
OFFVOICE 1VOICE 2
BEEP 1BEEP 2
Opmerkingen:
• De mededeling of pieptoon na toetsbediening wordt uitsluitend via de voorluidsprek ers weerg eg even.
U zult geen mededeling of pieptoon horen indien u uitsluitend ac hterluidsprekers heeft aangesloten.
• Met een extra versterker aangesloten zal de pieptoon of mededeling na toetsbediening aanzienlijk
harder klinken. U moet in dat geval het volume met de aangesloten versterker verlagen.
Overige instellingen
• BEEP (uitsluitend KS-FX830R)
Met de functie voor een pieptoon geactiveerd, zal door een druk op andere bedieningstoetsen
dan + of – een elektronische “pieptoon” worden weergegeven.
• COLOR
U kunt voor de verlichting van het display twee kleuren kiezen - groen en geelgroen (amber).
• TEL
Wanneer een cellulaire telefoon is aangesloten. Afhankelijk van het telefoonsysteem moet
u “MUTING 1” of “MUTING 2” kiezen met de functie voor het vastleggen van voorkeuzeinstellingen.
26
Automatisch reg elen van het volume (uitsluitend voor de KS-FX930R)
Audio Cruise
Het volume van het toestel wordt automatisch geregeld (3 mogelijke niveau’s) op basis van
de snelheid van de auto door de opgewekte frequentie van de dynamo van de auto te
meten.
Voer de volgende handelingen uit wanneer u gebruik van deze functie wilt maken. (Bij het
verlaten van de fabriek is deze functie uitgeschakeld “OFF”.)
2
345
1
12
6
1
Druk langer dan 2 seconden op SEL om de functie
voor het vastleggen van voorkeuze-instellingen te
activeren (zie blz. 23).
Kies “CRUISE” met de SEL toets.
SEL
2
• CRUISE 1: Kies deze instelling indien de motor van uw auto relatief “stil” is.
• CRUISE 2: Kies deze instelling indien uw auto relatief veel lawaai maakt.
Het volume wordt in verhouding tot CRUISE 1 tweemaal sterker verhoogd.
• OFF:Audio Cruise is uitgeschakeld.
Met deze functie geactiveerd (de
één van de 3 volumeniveau’s gekozen in overeenstemming met de snelheid van de auto. Het
gekozen niveau wordt op het display getoond.
Maak uw keuze.
CRUISE
Bij het verhogen van de snelheid
indicator licht op het display op) wordt automatisch
NEDERLANDS
1
CRUISE
12
CRUISE
Bij het verlagen van de snelheid
12
CRUISE
3
27
Instellen van de waarde voor het veranderen van het volume
U kunt de waarde of het niveau voor het verhogen en verlagen van het volume met Audio
Cruise veranderen indien het volume te sterk of te weinig wordt verhoogd/verlaagd bij het
veranderen van de snelheid.
Voer de volgende handelingen uit om de waarde te veranderen.
Voorbeeld: Wanneer het volume te weinig wordt verhoogd.
2, 4
345
1, 3
12
6
1
2
3
4
SEL
SEL
Druk langer dan
2 seconden op SEL om
de functie voor het
vastleggen van
voorkeuze-instellingen
te activeren (zie blz. 23).
Kies “CRUISE”.
Kies “CRUISE 1” of
CRUISE
Stel het maximale boost niveau in.
“CRUISE 2”.
Druk tweemaal op de
SEL toets.
CRUISE
Stel het gewenste niveau in (vanaf 1 t/m 15)
wanneer het maximale versterkingsniveau op het
display verschijnt.
28
CRUISE
Indien Audio Cruise niet juist werkt
6
Het stationair toerental van de auto moet mogelijk in het geheugen worden vastgelegd voor
een juiste werking van Audio Cruise.
Opmerking:
Audio Cruise werkt mogelijk niet juist door een aantal factoren, bijvoorbeeld door de
stuurbekrachtiging, ruitenwissers, automatische raambediening, airconditioner, etc. Verbind in dat
geval het geheugenondersteuningsdraad (geel gekleurd) direct met de auto-accu zodat ruis van de
diverse auto-onderdelen geen invloed op Audio Cruise meer hebben.
3, 5
2, 4
2
3
4
SEL
SEL
1
345
12
CRUISE
Druk op de SEL toets.
Start de motor.
Laat de motor warm
draaien.
Druk langer dan
2 seconden op SEL om de
functie voor het vastleggen
van voorkeuze-instellingen
te activeren (zie blz. 23).
Kies “CRUISE”.
NEDERLANDS
Kies “CRUISE 1” of
“CRUISE 2”.
CRUISE
5
De instelling is nu vastgelegd.
Druk op de + of – toets om het stationair toerental
in het geheugen vast te leggen.
Nadat de instelling is gemaakt controleert het toestel automatisch of Audio Cruise nu
juist met het nieuwe ingestelde stationair toerental werkt. Audio Cruise wordt automatisch
uitgeschakeld indien de werking niet juist is en het ingestelde stationair toerental wordt
geannuleerd.
• Zie in dit geval de opmerking boven op deze bladzijde.
29
Bedieningspaneel verwijderen
U kunt het bedieningspaneel verwijderen, wanneer u uit de auto stapt.
U moet het bedieningspaneel voorzichtig verwijderen en weer op zijn plaats bevestigen,
zodat de connectors op de achterkant van het bedieningspaneel en de houder van het
bedieningspaneel niet worden beschadigd.
Hoe moet u het bedieningspaneel
verwijderen?
Voordat u het bedieningspaneel verwijdert,
moet u er zeker van zijn dat de spanning is
uitgeschakeld.
1
Ontgrendel het bedieningspaneel.
2
Druk het bedieningspaneel
iets omhoog en trek naar u
toe van het apparaat.
Hoe moet u het bedieningspaneel
weer op zijn plaats bevestigen?
Steek de rechterkant van het
1
bedieningspaneel in de
uitsparing op de houder.
Druk op de linkerkant van het
2
bedieningspaneel totdat het
aan de houder vastzit.
30
3
Stop het losgemaakte
bedieningspaneel in het
daarvoor bestemde doosje.
Opmerking over het reinigen van de
connectors:
Als u het bedieningspaneel vaak verwijdert,
zullen de connectors op een gegeven moment
minder goed gaan functioneren.
Om deze mogelijkheid tot het minimum te
beperken, moet u de connectors van tijd tot
tijd met een met alcohol bevochtigde katoenen
doek schoonmaken. Zorg ervoor dat u de
connectors daarbij niet beschadigt.
Connectors
AFSTANDSBEDIENING
Alvorens gebruik van de afstandbediening:
• Richt de afstandsbediening recht naar de afstandssensor
op het hoofdtoestel. Controleer dat er geen obstakels in
het pad liggen.
• Zorg dat er geen direct fel licht (zonlicht of van een schelle
lamp) op de sensor valt.
Plaatsen van batterijen
Afstandssensor
345
12
Gebruikke batterijen:
Niet weggooien,
NL
maar inleveren
als
KCA.
R03 (UM-4)/AAA (24F)
Steek eerst de · pool
in het vak.
Gebruik van de afstandbediening
1 Functioneert hetzelfde als de P/ATT toets van het
hoofdtoestel.
2 Voor het kiezen van de bron.
De bron verandert door iedere druk op de FUNC (functie)
ATT
BAND
14
2
3
FUNC
PROG
DISC
DISC
PRESET
5
6
toets.
3 Functioneren hetzelfde als de +/– toetsen op het hoofdtoestel.
• Functioneren niet voor het vastleggen van uw eigen
geluidsinstellingen.
4 • Functioneert hetzelfde als de BAND toets tijdens het
luisteren naar de radio.
De golfband verandert door iedere druk op deze toets.
• Tijdens het luisteren naar de CD-wisselaar wordt door
iedere druk op deze toets een hoger CD-nummer ingesteld
en start de weergave van de gekozen CD.
• Functioneert hetzelfde als de PROG toets tijdens het
luisteren naar een cassette.
5 • Tijdens het luisteren naar de radio wordt door iedere druk
op deze toets een hogere voorkeuzezender ingesteld en
wordt de overeenkomende uitzending weergegeven.
• Tijdens het luisteren naar de CD-wisselaar wordt door i
edere druk op deze toets een lager CD-nummer ingesteld
en start de weergave van de gekozen CD.
6 • Functioneert hetzelfde als de zenderzoektoetsen tijdens
het luisteren naar de radio.
• Functioneren hetzelfde als de snel door- en
terugspoeltoetsen of fragmentaftasttoetsen tijdens het
luisteren naar een cassette.
• Functioneren hetzelfde als de toetsen voor snel voor- en
achterwaarts of fragmentkeuzetoetsen tijdens het luisteren
naar de CD-wisselaar.
Vervang de batterijen - R03
(UM-4)/AAA (24F) - indien
het bereik van de
afstandsbediening
aanzienlijk kleiner wordt of
de afstandsbediening geheel
niet meer functioneert.
NEDERLANDS
31
GEBRUIK VAN DE CD-WISSELAAR
Wij adviseren u om bij uw KS-FX930R/FX830R een CD-wisselaar uit de CH-X serie te
gebruiken.
Als u een andere automatische CD-wisselaar hebt, kunt u voor de aansluitingen het beste
even contact opnemen met uw JVC IN-CAR ENTERTAINMENT dealer.
• V oorbeeld: Als u een CD-wisselaar uit de KD-MK ser ie hebt, hebt u een kabel (KS-U15K) nodig om
deze met het apparaat te verbinden.
Alvorens uw automatische CD-wisselaar te gebruiken:
• Lees de instructies door die bij uw CD-wisselaar zijn geleverd.
• Als er geen CD’s in de houder van de CD-wisselaar aanwezig zijn of wanneer de CD’s
ondersteboven in de houder zitten, verschijnt op het afleesvenster de tekst “NO DISC”.
Als dit gebeurt, moet u de houder verwijderen en de CD’s op de juiste wijze in de
houder plaatsen.
• Als op het afleesvenster de tekst “RESET 1 - RESET 8” verschijnt, is er iets fout met
de verbinding tussen dit apparaat en de CD-wisselaar. Als dit gebeurt, moet u de
verbinding controleren, de verbindingskabel(s) indien nodig stevig vastmaken en dan
op de resetknop van de CD-wisselaar drukken.
CD’s afspelen
¢
4
345
12
6
1
1
Nummertoetsen
Selecteer de automatische CD-wisselaar.
Het afspelen begint bij het eerste muziekstuk van de eerste CD.
Alle muziekstukken van alle CD’s worden afgespeeld.
Nummer van het
-CH
muziekstuk
TRACK
Verstreken speeltijd
CHANGER
DISC
Nummer van
de CD
(De speeltijd wordt weergegeven wanneer u op
DISP heeft gedrukt om de speeltijd te zien. Zie
pagina 22.)
“One-Touch” bediening :
W anneer u op CD-CH drukt, wor dt automatisch de spanning ing eschak eld. U hoeft niet op P/ A TT
te drukken om de spanning in te schakelen.
32
Versneld vooruit afspelen en achteruit afspelen van het
muziekstuk
Druk tijdens het afspelen van een CD op ¢ en houd deze toets
ingedrukt om het muziekstuk versneld vooruit af te spelen.
SSM
Druk tijdens het afspelen van een CD op 4
en houd deze toets
ingedrukt om het muziekstuk achteruit af te spelen.
Naar het volgende of vorige muziekstuk springen
Druk tijdens het afspelen van een CD kort op ¢ om naar het
begin van het volgende muziekstuk te gaan. Telkens wanneer u
meerdere malen op deze toets drukt, wordt het begin van het
SSM
eerstvolgende muziekstuk gezocht en afgespeeld.
Druk tijdens het afspelen van een CD kort op 4
om naar het begin
van het huidige muziekstuk te gaan. Telkens wanneer u meerdere malen
op deze toets drukt, wordt het begin van het vorige muziekstuk gezocht
en afgespeeld.
Direct naar een bepaalde CD gaan
7
8910
12
345
Druk op de nummertoets die correspondeert met het nummer van de CD
om het afspelen te laten beginnen.
• Nummer 1 – 6 selecteren:
Druk kort op 1 (7) – 6 (12).
• Nummer 7 – 12 selecteren:
Druk kort op 1 (7) – 6 (12) en houd deze toets langer dan 1 seconde
ingedrukt.
Voorbeeld: Wanneer CD nummer 5 wordt geselecteerd
Nummer van het muziekstuk
TRACK
1112
6
CHANGER
DISC
Nummer van de CD
NEDERLANDS
33
Kiezen van de weergavefunctie
MO/RPT/B.SKIP
345
12
6
Muziekstukken in willekeurige volgorde afspelen (Random Play)
PTY/RND/
ModusRND-indicatorAfspelen in willekeurige volgorde
RND1Constant aanAlle muziekstukken van de huidige CD, daarna
RND2KnippertAlle muziekstukken van alle CD’s in de CD-houder.
Door iedere druk op PTY/RND/ tijdens CD-weergave verandert
de willekeurige weergavefunctie als volgt:
RND1RND2Uit, geen aanduiding
(Willekeurigevolgord1) (Willekeurigevolgord2)
de muziekstukken van de volgende CD
enzovoorts.
PTY/RND/
Herhaald afspelen van fragmenten (herhaalde weergave)
Door iedere druk op MO/RPT/B.SKIP tijdens CD-weergave, verandert
de herhaalde weergavefunctie als volgt:
RPT1RPT2
(herhaalfunctie1)(herhaalfunctie2)
Uit, geen aanduiding
CD.
34
MO / RPT
B.SKIP
FunctieRPT-indicatorHerhaling van...
RPT1Constant aanhet spelende (of ingestelde) fragment.
RPT2Knippertalle fragmenten van de spelende (of ingestelde)
ONDERHOUD
Levensduur van het apparaat verlengen
Dit apparaat vergt weinig zorg, maar u zult de levensduur van het apparaat kunnen verlengen
als u onderstaande instructies opvolgt.
Koppen reinigen
• Reinig de koppen na elke 10 bedrijfsuren met
een reinigingsband. Gebruik een type band
met vloeistof (verkrijgbaar bij uw
detailhandelaar).
Wanneer de kop vuil wordt, zijn de volgende
symptomen merkbaar:
– De geluidskwaliteit wordt minder.
– Het geluidsniveau neemt af.
– Het geluid valt weg.
• Gebruik geen vuile of stoffige banden.
• Zorg dat het glanzende gedeelte van de kop
niet in aanraking komt met metalen of
magnetisch gereedschap.
De band schoonhouden
• Bewaar de banden na gebruik altijd in het
opbergdoosje.
• Zorg dat u de banden niet neerlegt op:
– Plaatsen waar zij blootstaan aan direct
zonlicht.
– Zeer vochtige plaatsen.
–Plaatsen met uitzonderlijk hoge
temperaturen.
LET OP!
• Gebruik geen cassettes met loszittende stickers. W anneer de band w ordt afgespeeld, kan het apparaa t
hierdoor worden beschadigd.
• Zorg dat de band strak zit en geen lussen vertoont. Deze kunnen in het mechanisme verstrikt r aken.
• Laat na gebruik geen cassettes in de cassettehouder achter. De band kan hierdoor rekken.
U kunt de levensduur van dit apparaat eveneens verlengen door de hieronder omschreven
functie toe te passen.
Contactsleutel (motor) uit – band wordt losgelaten/
contactsleutel (motor) aan – band wordt afgespeeld
• Wanneer u de motor afzet terwijl er een band in de cassettehouder zit, zorgt het apparaat
dat de band automatisch van de kop af gaat.
• Wanneer u start terwijl er een band in de cassettehouder zit, wordt automatisch begonnen
met het afspelen van de band.
NEDERLANDS
35
PROBLEMEN OPLOSSEN
Een probleem hoeft niet altijd ernstig te zijn. Voordat u hulp inroept van een dienstverlenende
instantie, moet u eerst de volgende punten controleren.
Symptomen
• Er kan geen cassette in het
apparaat worden gestopt.
• De cassettes worden heet.
• Het geluidsniveau van de
cassette is erg laag en de
geluidskwaliteit is aangetast.