JVC CA-MXS5RMD Instruction Manual [nl]

NOTICE/BEMERKUNG/AVIS/
OPMERKING/AVISO/AVVISO
English Nederlands
Display Demonstration
Each time you plug the power cord to the AC outlet. Display demonstration starts automatically in the main display.
To stop and cancel the display demonstration,
• For more detailed information about demonstration, see “Changing the Main Display Screen” on pages 12 and 13.
Deutsch
Displaydemonstration
Wenn Sie das Netzkabel an das Netz anschließen, wird die Displaydemonstration im Hauptdisplay automatisch gestartet.
Wenn Sie die Displaydemonstration anhalten und deaktivieren möchten, müssen Sie die Taste EN-
TER/DEMO am Gerät drücken, so daß “MODE OFF!” im Hauptdisplay angezeigt wird.
• Ausführlichere Informationen über die Displaydemonstration finden Sie unter “Ändern der Anzeige des Hauptdisplays” auf Seite 12 und 13.
Demonstratie
Telkens wanneer u de netspanningskabel aansluit op een wandcontactdoos, wordt automatisch de demonstratie op de display gestart.
Als u de demonstratie op de display wilt beëindigen en annuleren, drukt u op de toets EN-
TER/DEMO tijdens de demonstratie op de display. De tekst “MODE OFF!” verschijnt in de hoofddisplay.
• Zie “Het hoofdvenster van de display wijzigen” op pagina 12 en 13 voor meer informatie over de demonstratie.
Español
Demostración en pantalla
Cada vez que usted enchufa el cable de alimentación de CA en un tomacorriente de CA, se iniciará automáticamente la demostración en la pantalla prin­cipal.
Para detener y cancelar la demostración en pantalla, pulse ENTER/DEMO en la unidad para que
se visualice “MODE OFF!” en la pantalla principal.
• Para una información más detallada sobre la demostración, consulte “Cambio de la pantalla de visualización principal” en las páginas 12 y 13.
Français
Démonstration des affichages
Chaque fois que vous branchez le cordon d’alimentation dans une prise secteur, la démonstration des affichages démarrer automatiquement sur l’affichage principal.
Pour arrêter et annuler la démonstration des affichages, appuyez sur ENTER/DEMO sur
l’appareil de façon que “MODE OFF!” apparaisse sur l’affichage principal.
• Pour plus d’informations à propos de la démonstration, référez-vous à “Changement de l’affichage principal” aux pages 12 et 13.
Italiano
Demo del display
Ogniqualvolta si collega il cavo di alimentazione alla presa CA, sul display principale inizia automaticamente la demo del display.
Per arrestare ed annullare la demo, Premere EN­TER/DEMO sull’impianto: sul display principale appare “MODE OFF!”.
• Per maggiori informazioni sulla demo, cfr. “Modifica della videata del display principale” alle pagine 12 e 13.
LV41480-001A
[ E, B ]
Inleiding
We danken u voor de aanschaf van een van onze JVC-producten. Lees deze
gebruiksaanwijzing aandachtig en in zijn geheel door alvorens u deze eenheid
gaat gebruiken. Alleen zo kunt u het beste uit uw apparatuur halen. Bewaar deze
gebruiksaanwijzing zodat u deze in de toekomst kunt raadplegen.
Over deze gebruiksaanwijzing
Deze gebruiksaanwijzing is als volgt opgebouwd:
In deze gebruiksaanwijzing wordt met name
gesproken over de bediening van de eenheid met behulp van de toetsen en knoppen aan de voorzijde van de eenheid zelf. Het is echter in veel gevallen ook mogelijk de eenheid te bedienen met de toetsen van de afstandsbediening. Deze toetsen hebben in dat geval dezelfde namen of zijn met dezelfde tekens gemarkeerd als die op de eenheid. Wanneer de bediening met de afstandsbediening afwijkt van de bediening op het paneel aan de voorzijde van de eenheid, wordt dit expliciet vermeld.
• De basisbediening en de bediening die voor veel functies hetzelfde is, worden op één plek in deze handleiding besproken en niet steeds opnieuw herhaald. We zullen u dus niet steeds vertellen hoe u de eenheid moet in- en uitschakelen, hoe u het volume regelt en hoe u bijvoorbeeld geluidseffecten kunt veranderen. Dit wordt
Nederlands
allemaal uitgelegd in het hoofdstuk “Basisbediening en veelgebruikte toetsen en functies” op pagina 14 – 16.
• In deze gebruiksaanwijzing komt u de volgende symbolen tegen:
Dit symbool staat voor een waarschuwing, bijvoorbeeld om een elektrische schok, brand of schade aan de eenheid te voorkomen. U ziet dit symbool ook staan bij alinea's waar u informatie kunt lezen over hoe u de best mogelijke prestaties met deze eenheid kunt bereiken.
Dit symbool staat voor tips en algemene informatie die de moeite waard is om te weten.
Voorzorgsmaatregelen
Installatie
• Plaats de ontvanger op een horizontaal oppervlak dat niet vochtig mag zijn of nat kan worden. De omgevingstemperatuur mag niet lager zijn dan — 5°C en niet hoger worden dan 35° C.
• Plaats de eenheid op een locatie waar voldoende ventilatie kan plaatsvinden zodat zich geen hitte in de eenheid kan opbouwen.
• Zorg voor voldoende ruimte tussen de eenheid en een eventuele TV .
• Plaats de luidsprekers uit de buurt van de TV om te voorkomen dat deze de ontvangst van televisiesignalen negatief beïnvloeden.
Plaats de eenheid NIET in de buurt van een warmtebron of op een plaats waar deze wordt blootgesteld aan direct zonlicht, veel stof of trillingen.
Netspanningskabel
• Trek de netspanningskabel bij de stekker uit het stopcontact. Trek nooit aan het snoer zelf.
Raak de netspanningskabel NIET met natte handen aan!
Condensatie van vocht
Onder de volgende omstandigheden kan er in de eenheid vocht op de lens neerslaan:
• Nadat de verwarming in de kamer is ingeschakeld.
• In een vochtige kamer.
• W anneer de eenheid wordt verplaatst van een koude naar een warme omgeving.
In de bovenstaande omstandigheden kan het voorkomen dat de eenheid niet wil functioneren. Laat de eenheid in dergelijke gevallen enkele uren aanstaan. Als het vocht is verdampt, moet u de stekker uit het stopcontact verwijderen en deze er daarna weer insteken.
Overige opmerkingen
• Mocht er een metalen voorwerp in de eenheid zijn gevallen of gestoken, haal dan onmiddellijk de stekker uit het stopcontact en waarschuw de dealer voordat u andere stappen onderneemt.
• Als u de eenheid voor een langere periode niet gaat gebruiken, is het raadzaam de stekker uit het stopcontact te verwijderen.
Schroef de eenheid NOOIT openen. In de eenheid bevinden zich geen onderdelen die door de gebruiker hoeven te worden onderhouden.
Mocht er iets misgaan, haal dan de stekker uit het stopcontact en neem contact op met uw dealer.
– 1 –
Inhoud
Plaatsing van de toetsen en
bedieningselementen ................................. 3
Voorzijde ................................................................ 4
Afstandsbediening ................................................. 5
Aan de slag ...................................................... 6
Uitpakken ............................................................... 6
Antennes aansluiten ............................................... 6
Luidsprekers aansluiten ......................................... 7
Andere apparatuur aansluiten ................................ 8
Batterijen in de afstandsbediening plaatsen........... 9
Basisinstellingen............................................ 10
De stroomtoevoer inschakelen ............................. 11
De klok instellen .................................................. 11
Het hoofdvenster van de display wijzigen ........... 12
Helderheid en contrast van de display wijzigen .. 13
Basisbediening en veelgebruikte toetsen en
functies...................................................... 14
Afspeelbronnen selecteren en afspelen ................ 15
Het volume aanpassen..........................................15
Het basgeluid versterken...................................... 15
Geluidsmodus selecteren ..................................... 16
Uw eigen geluidsmodus maken ........................... 16
Luisteren naar FM- en AM-uitzendingen
(MG/LG)................................................... 17
Afstemmen op een station....................................18
Voorkeurzenders instellen .................................... 18
Afstemmen op een voorkeurzender .....................19
FM-stations met RDS ontvangen......................... 19
De RDS-informatie wijzigen ...............................20
Zoeken naar programma’s met behulp van
PTY-codes (de functie PTY Search)..............20
Tijdelijk overschakelen naar een
programmagenre van uw keuze ..................... 21
CD’s afspelen................................................. 24
CD’s in de CD-speler plaatsen.............................25
CD’s helemaal afspelen — Continuous Play....... 25
Basisbediening van de CD-speler ........................ 25
Zelf de afspeelvolgorde van de tracks bepalen
— Program Play ............................................26
Tracks in willekeurige volgorde afspelen
— Random Play ............................................ 27
Tracks of CD’s herhaald afspelen
— Repeat Play ............................................... 27
MD’s afspelen................................................ 28
Een hele MD afspelen — Normal Play ............... 29
Basisbediening van de MD-decks........................ 29
Zelf de afspeelvolgorde van de tracks bepalen
— Program Play ............................................30
Tracks in willekeurige volgorde afspelen
— Random Play ............................................ 31
Tracks of MD’s herhaald afspelen
— Repeat Play ............................................... 31
De lades vergrendelen — de functie Disc Lock ..31
Opnames maken op MD’s............................ 32
Wat u dient te weten voordat u opnames gaat
maken.............................................................33
Opnamen maken van een willekeurige
afspeelbron — Standard Recording............... 34
CD’s opnemen......................................................35
FM-/AM-uitzendingen (MG/LG) opnemen
— mono- en stereo-opnames ......................... 36
Opname van externe apparatuur —
Synchronized Recording en stereo-opname .. 36
MD’s bewerken ............................................. 38
Inleiding in de edit-functies voor MD’s...............39
De functie DIVIDE ..............................................40
De functie JOIN ................................................... 41
De functie MOVE ................................................ 41
De functie ERASE ............................................... 42
De functie ALL ERASE....................................... 43
Zelf titels en vensters maken ....................... 44
Titels aan een MD toekennen...............................45
Eigen begroetings- en afscheidsvensters maken .. 49
Werken met de timers .................................. 50
De Recording Timer instellen .............................. 51
De Daily Timer instellen......................................52
De Sleep Timer instellen......................................54
Prioriteiten van de timers ..................................... 54
Onderhoud .................................................... 55
Aanvullende informatie................................ 56
Enkele woorden over MD’s ................................. 56
ATRAC (Adaptive TRansform Acoustic Coding)..56
UTOC (User Table Of Contents) ......................... 56
SCMS (Serial Copy Management System)..........56
Sound Skip Guard Memory ................................. 57
Foutmeldingen van de MD-recorder .......... 58
Problemen oplossen ...................................... 59
Specificaties ................................................... 60
Nederlands
– 2 –
Plaatsing van de toetsen en bedieningselementen
Bekijk eerst met welke toetsen en bedieningselementen deze eenheid is uitgerust.
Voorzijde
Display
/
Nederlands
1
2
3
4
5
6 7
l
z
x c
t
y
u
i
o ; a
8 9 p q w
e
r
s
d
f g
h j
k
– 3 –
vervolg
Meer informatie treft u aan op de pagina’s die tussen haakjes staan vermeld.
Voorzijde
1 MD-lade 2 De toets
STANDBY/ON (11)
3 De toets CLOCK/TIMER (11, 51) 4 De sensor voor de afstandsbediening 5 Het opnamelampje (34) 6 De toets en het lampje ACTIVE BASS EX. (extension)
(15)
7 De toets en het lampje SOUND (16) 8 De toets REC PAUSE (34) 9 De toets CD 3 MD (35) p De toets 1ST TRACK REC (35) q De toets TAPE/AUX (15, 34)
• Als u op deze toets drukt, schakelt u tevens de eenheid in.
w De toets en het lampje FM/AM (15, 18)
• Als u op deze toets drukt, schakelt u tevens de eenheid in.
e De toets en het lampje MD # / 8 (afspelen/pauze) (15,
29)
• Als u op deze toets drukt, schakelt u tevens de eenheid in.
r De toets en het lampje CD # / 8 (afspelen/pauze) (15,
25)
• Als u op deze toets drukt, schakelt u tevens de eenheid in.
t De toets MD 0 (lade openen) (29)
• Als u op deze toets drukt, schakelt u tevens de eenheid in.
y De toets VOLUME (15) u De toets TITLE (45, 49) i De bedieningsknop
1
Als u op SET drukt, wordt de eenheid tevens ingeschakeld.
o De toets EDIT (40) ; De toets CANCEL (11, 27, 30, 40, 46) a De toets ENTER/DEMO (12, 40, 46) s De CD-nummertoetsen en CD-nummerlampjes (25)
• CD 1, CD 2 en CD 3
Als u op een van deze toetsen drukt, schakelt u tevens de eenheid in.
(Stand-by/Aan) en het lampje
/ ¡ / 4 / ¢ , en SET
d De toetsen CD 0 (lade openen/sluiten) (25)
• Als u op een van deze toetsen drukt, schakelt u tevens de eenheid in.
f De toets DIMMER/CONTRAST (13)
de toets CHARACTER (45)
g De hoofdtelefoonaansluiting PHONES (15) h De toets PLAY/REC MODE (26, 30, 36, 37) j De toets 7 (stoppen) (25, 29, 34) k CD-laden (25)
De display
l Het hoofdvenster van de display
• Hier worden de geselecteerde afspeelbron, het tracknummer en andere gegevens weergegeven.
/ De indicators voor de modus van de klok
, DAILY (Daily Timer) en REC (Recording
• Timer)
z De indicators voor afspeelmodus van de MD/CD
• MD, CD, PRGM (Program), RANDOM en REPEAT (1/CD/ALL)
x De indicators voor de tunermodus
• STEREO en TUNED (afgestemd)
c De indicators voor de RDS-functie
• RDS, EON en TA/NEWS/INFO
Wanneer u de afstandsbediening gebruikt, moet u deze richten op de sensor voor de afstandsbediening die aan de voorzijde van de eenheid is aangebracht.
Nederlands
Over de indicaties in het hoofdvenster van de display
Als u bepaalde functies gebruikt met de afstandsbediening, worden in eerste instantie andere indicaties weergegeven in het hoofdvenster van de display dan bij het gebruik van dezelfde functies met de toetsen op de eenheid.
Voorbeeld. Er wordt een CD-track met de
afstandsbediening gekozen.
Deze indicatie verschijnt niet als u de toetsen op de eenheid gebruikt, behalve de toetsen TAPE/AUX, FM/AM, MD # / 8, CD # / 8, TITLE en EDIT.
– 4 –
Afstandsbediening
1 2
3 4 5 6
7 8
9
p
q
w e
r
Nederlands
* Het gebruik van de afstandsbediening:
Bij de bediening van de RDS: Druk eerst op de
afstandsbediening op de toets RDS CONTROL alvorens op toets 5, 7, 8, 9, p, i te drukken. Bij het invoeren van MD-titels: Druk eerst op de afstandsbediening op de toets MD TITLE alvorens op toets 7, 8, 9, p, o te drukken.
• Druk op CD 3 / 8 (q), FM/AM (e), MD 3 / 8 (s), of TAPE/AUX (f) nadat u titels hebt ingevoerd, om de bedieningsmodus van de afstandsbediening te veranderen in de modus die u wilt gebruiken.
t y
u i
o
; a s
d f
Afstandsbediening
1 De toetsen voor CD-nummers (25)
• CD 1, CD 2 en CD 3
Als u op een van deze toetsen drukt, schakelt u tevens de eenheid in.
2 De toets SOUND (16) 3 De toets ACTIVE BASS EX. (extension) (15) 4 De toets RDS CONTROL (20) 5*De toets PLAY MODE (26, 30)
De toets EON (21)
6 De toets MD TITLE (47) 7*De toets CHARACTER (48)
De toets PTY SEARCH (20)
8*De toets CANCEL (27, 30, 48)
De toets PTY SELECT + (20)
9*De toets SET (48)
De toets PTY SELECT – (20)
p*De toets ENTER (48)
De toets DISPLAY (20)
q De toets CD 3 / 8 (afspelen/pauze) (15, 25)
• Als u op deze toets drukt, schakelt u tevens de eenheid in.
w De toets FADE MUTING (15) e De toets FM/AM (15, 18)
• Als u op deze toets drukt, schakelt u tevens de eenheid in.
r De toets VOLUME + / – (15) t De toets y De toets SLEEP (54) u De toets FM MODE (18) i*De toets REPEAT (27, 31)
De toets TA/NEWS/INFO (21)
o*De cijfertoetsen
• De toetsen 1 – 10, +10 (19, 26, 29)
• De toetsen voor invoer van tekens (A – Z, 0 – 9) (48)
• De toetsenø / Ø (48)
• De toets AUTO PRESET (18)
; De toets 7 (stoppen) (25, 29, 34) a De toets 4 / ¢ (achterwaarts zoeken/voorwaarts
zoeken) (18, 26, 27, 29)
s De toets MD 3 / 8 (afspelen/pauze) (15, 29)
• Als u op deze toets drukt, schakelt u tevens de eenheid in.
d De toets MD REC PAUSE (34) f De toets TAPE/AUX (15, 34)
• Als u op deze toets drukt, schakelt u tevens de eenheid in.
(Stand-by/Aan) (11)
– 5 –
Aan de slag
vervolg
Uitpakken
Controleer nadat u uw aankoop hebt uitgepakt eerst of alle benodigde accessoires aanwezig zijn. Het getal tussen haakjes geeft aan om hoeveel toebehoren het moet gaan:
• AM-raamantenne (1)
• FM-antenne (1)
• Afstandsbediening (1)
• Batterijen (2) Mochten er onderdelen ontbreken, neemt u dan contact op
met uw leverancier.
Antennes aansluiten
FM-antenne
ANTENNA
AM
LOOP
FM
(75 )
COAXIAL
EXT
AM
FM-antenne (meegeleverd)
Een FM-buitenantenne aansluiten
Koppel alvorens de FM-buitenantenne aan te sluiten eerst de draadantenne af.
FM-buitenantenne (niet meegeleverd)
ANTENNA
AM
EXT
AM
LOOP
FM
(75 )
COAXIAL
Gebruik een antenne met een impedantie van 75 en een coax-stekker (DIN 45325).
Nederlands
1 Sluit de antenne aan op de uitgang met de
markering FM (75 ) COAXIAL.
2 Strek de draadantenne uit. 3 Hang de antenne op in een positie die de beste
ontvangst geeft.
Over de meegeleverde FM-antenne
De FM-antenne die bij deze eenheid wordt meegeleverd, kan als tijdelijke antenne dienst doen. Als de ontvangst te wensen overlaat, raden we u het gebruik van een FM-buitenantenne aan.
– 6 –
AM-antenne
1
Luidsprekers aansluiten
De luidsprekers kunnen worden aangesloten met speciale luidsprekerkabels.
2
3
Nederlands
AM-raamantenne
(meegeleverd)
geleidende draad met beschermlaag van vinyl (niet meegeleverd)
rood
1
2
zwart
luidsprekerkabel
3, 4
rood
1 Sluit de AM-raamantenne volgens de afbeelding aan
op de uitgangen met de markering AM LOOP.
2 Draai de AM-raamantenne tot de best mogelijke
ontvangst is verkregen.
Een AM-buitenantenne aansluiten
Indien de ontvangst te wensen overlaat, is het raadzaam om een enkele draad met een beschermlaag van vinyl op de uitgang AM EXT aan te sluiten en deze horizontaal op te hangen. (De AM-raamantenne moet aangesloten blijven.)
Voor een betere ontvangst van FM- en AM (MG/ LG)
• Controleer of de antennedraden niet per ongeluk in contact staan met andere aansluitpunten, draden of uitgangen.
• Houd de antennekabel uit de buurt van metalen voorwerpen, netspanningskabels en elektrische apparatuur.
rechterluidspreker
linkerluidspreker
1 Draai de kern van de luidsprekerdraad aan het
uiteinde van de kabel rond en verwijder de beschermende isolatielaag.
2 Open de klemsluiting voor de luidsprekerkabel aan
de achterzijde van de eenheid.
3 Plaats het uiteinde van de luidsprekerkabel in de
uitgang.
Let op de polariteit van de uitgangen: rood (+) op rood (+) en zwart (–) op zwart (–).
4 Sluit de klemsluiting.
Gebruik alleen luidsprekers met dezelfde impedantie als de impedantie die op de achterkant van de eenheid bij de klemsluitingen voor de luidsprekers staat aangegeven.
– 7 –
vervolg
Andere apparatuur aansluiten
Op deze eenheid is de volgende apparatuur aan te sluiten:
• Cassettedeck — Kan worden gebruikt als een opname­en afspeelbron. Met het cassettedeck kunt u opnames maken van elke afspeelbron die op deze eenheid is aangesloten.
• Geluidsapparatuur met een optische digitale uitgang — alleen voor het afspelen van digitale opnames.
Als u een of meerdere van de genoemde apparaten in combinatie met deze eenheid gebruikt, is het raadzaam ook de handleidingen van de desbetreffende apparaten te raadplegen.
Zorg ervoor dat de geluidskabels en stekkers aan de achterkant van de eenheid zijn voorzien van een kleurcode: witte stekkers en uitgangen zijn voor geluidssignalen links, rode stekkers en uitgangen zijn voor geluidssignalen rechts.
• Sluit GEEN apparatuur aan zolang de stroom van de eenheid niet is uitgeschakeld.
• Schakel GEEN apparatuur in zolang nog niet alle verbindingen tot stand zijn gebracht.
Een cassettedeck aansluiten
Geluidsapparatuur met een optische digitale uitgang aansluiten
Beschermdop
Voordat u andere apparatuur aansluit, moet u de beschermdop van de aansluiting verwijderen.
geluidsapparatuur met een optische digitale
naar optische digitale uitgang
uitgang
Nederlands
naar ingang (REC)
cassettedeck
naar uitgang (PLAY)
Met behulp van geluidskabels (niet meegeleverd) kunnen de volgende aansluitingen worden gerealiseerd:
• Tussen de geluidsingang op het cassettedeck en de ingang met de markering TAPE OUT (REC): voor het maken van opnames op het cassettedeck.
• Tussen de geluidsuitgang op het cassettedeck en de ingang met de markering TAPE IN (PLA Y): voor het afspelen van cassettes.
Verbind de aansluiting voor optische digitale uitvoer van het externe apparaat met de AUX-aansluiting.
– 8 –
Als u alle aansluitingen tot stand hebt gebracht, kunt u eindelijk de stekker van de netspanningskabel van de eenheid in het stopcontact steken!
naar een stopcontact
Batterijen in de afstandsbediening plaatsen
Zorg er bij het plaatsen van de batterijen — R6P(SUM-3)/ AA(15F) — in de afstandsbediening voor dat de polen van de batterijen (+ en –) overeenkomen met de markeringen voor de polen op het batterijenvakje. Als u de eenheid niet meer met behulp van de afstandsbediening kunt bedienen, moet u beide batterijen tegelijkertijd vervangen door nieuwe.
1
Als u de netspanningskabel aansluit op een wandcontactdoos, wordt automatisch de demonstratie op de display gestart.
• Als u op de eenheid op TITLE drukt terwijl de eenheid is ingeschakeld, verschijnt het titelinvoervenster (als er zich geen MD in de MD-lade bevindt). U ziet hoe u een teken kunt selecteren in dit venster.
Als u de demonstratie op de display wilt onderbreken en annuleren, drukt u tijdens de demonstratie op de display op
Nederlands
de toets ENTER/DEMO. De tekst “MODE OFF!” verschijnt op de hoofddisplay en de eenheid wordt uitgeschakeld. Vervolgens wordt de display donker en verschijnt de tekst “POWER SAVING” op de gedimde hoofddisplay. Na het annuleren van de demonstratie op de display start deze alleen als de netspanningskabel opnieuw wordt aangesloten of als de stroomvoorziening na een storing wordt hersteld.
• Als u op een willekeurige toets op de eenheid of op de afstandsbediening drukt, wordt de demonstratie tijdelijk onderbroken.
De demonstratie op de display handmatig starten
Zie “Het hoofdvenster van de display wijzigen” op pagina
12.
Als u de automatische demonstratie op de display niet uitschakelt, wordt deze automatisch gestart in de volgende situaties
• 2 minuten nadat de eenheid is uitgeschakeld.
• Als gedurende meer dan 2 minuten na het inschakelen, de eenheid niet wordt bediend.
Als u niet wilt dat de demonstratie op de display start wanneer u de netspanningskabel opnieuw aansluit of wanneer de stroomvoorziening na een
Zie “Het geselecteerde hoofdvenster van de display opslaan in het geheugen” op pagina 13.
storing wordt hersteld
2
R6P(SUM-3)/AA(15F)
3
• Gebruik GEEN oude batterij in combinatie met een nieuwe.
• Gebruik GEEN verschillende soorten batterijen door elkaar.
• Stel batterijen NIET bloot aan hitte of open vuur.
• Laat GEEN batterijen in het batterijenvakje achter als u van plan bent de afstandsbediening een lange tijd niet te gebruiken. U loopt anders het risico dat de batterijen gaan lekken en dat het batterijenvakje beschadigd wordt.
– 9 –
Basisinstellingen
In deze paragraaf (pagina 11 – 13) worden de toetsen en bedieningselementen besproken die in de onderstaande figuur vergroot staan afgebeeld.
Voorzijde
vervolg
Afstandsbediening
Nederlands
– 10 –
Voordat u verder gaat met het bedienen van de eenheid, is het verstandig om de ingebouwde klok in te stellen en enige andere basisinstellingen op te geven.
De stroomtoevoer inschakelen
Als u op de afspeeltoets (#/8) drukt voor een bepaalde afspeelbron of op de toetsen voor het selecteren van een bron, zoals de FM/AM-toets of de TAPE/AUX-toets, wordt de eenheid automatisch ingeschakeld (en begint de afspeelbron met spelen als deze gereed is).
• Ook als u op SET drukt op de eenheid, wordt deze ingeschakeld.
Als u de eenheid wilt inschakelen zonder iets af te spelen, drukt u op de toets
ST ANDBY/ON uitgaat.
zodat het lampje
De klok instellen
De klok kan worden ingesteld wanneer de eenheid is ingeschakeld en wanneer deze in de standby-stand staat.
ALLEEN op de eenheid:
1
Druk op CLOCK/TIMER.
De urenaanduiding in het hoofdvenster begint te knipperen.
2
Druk op de linker- (4 ) of rechterzijde (¢ ) van de bedieningsknop om het uur te wijzigen. Druk vervolgens op SET.
Als u de eenheid wilt uitschakelen en in de standby­stand wilt zetten, drukt u nogmaals op de toets
het lampje STANDBY/ON rood wordt.
Nederlands
Er vindt altijd een licht stroomverbruik plaats, ook als de eenheid in de standby-stand staat.
Als u de stroomtoevoer naar de eenheid helemaal wilt uitschakelen, verwijdert u de netspanningskabel uit het
stopcontact.
U kunt de begroetings- en afscheidsvensters die hierboven zijn afgebeeld, wijzigen
In plaats van de hierboven afgebeelde begroetings- en afscheidsvensters, kunt u ook uw eigen vensters maken. Zie “Eigen begroetings- en afscheidsvensters maken” op pagina 49 voor het maken en opslaan van uw eigen vensters.
Als u de netspanningskabel uit het stopcontact haalt of er zich een stroomstoring voordoet
De klok verliest in dat geval zijn instellingen. Op de display wordt dan de tijdaanduiding “0:00” weergegeven. Denk eraan dat de voorkeurzenders die in het geheugen van de tuner zijn opgeslagen en andere persoonlijke instellingen na enkele dagen zonder stroom verloren gaan.
zodat
• Als u het uur wilt wijzigen nadat u op SET hebt gedrukt, drukt u op CANCEL. De urenaanduiding begint weer te knipperen.
3
Druk op de linker- (4 ) of rechterzijde (¢ ) van de bedieningsknop om de minuten te wijzigen. Druk vervolgens op SET.
De tekst “ADJUST OK!” verschijnt in het hoofdvenster en de ingebouwde klok start.
De tijd opnieuw aanpassen
Als u de tijd hebt aangepast, moet u op CLOCK/TIMER drukken totdat het scherm CLOCK SET verschijnt in het hoofdvenster (de urenaanduiding begint te knipperen).
De klok verliest dan zijn instellingen. Op de display wordt in dat geval de tijdaanduiding “0:00” weergegeven. De klok zal nu opnieuw moeten worden ingesteld.
Als de stroom uitvalt
– 11 –
vervolg
Het hoofdvenster van de display wijzigen
U kunt het schermpatroon wijzigen dat in het hoofdvenster verschijnt.
ALLEEN op de eenheid:
U kunt de volgende procedure uitvoeren als de eenheid is ingeschakeld of stand-by staat.
1
Druk op ENTER/DEMO.
Het venster DISPLAY MODE verschijnt.
• Als “MODE OFF” verschijnt, drukt u opnieuw op ENTER/DEMO.
2
Druk op de bovenzijde (¡ ) of onderzijde
) van de bedieningsknop om het gewenste
(1 schermpatroon te selecteren.
DEMO: Hiermee geeft u de demonstratie weer in
het hoofdvenster. Als u de netspanningskabel losmaakt, wordt deze instelling automatisch hersteld, tenzij u een andere instelling hebt opgeslagen in het geheugen. Zie “Het geselecteerde hoofdvenster van de display opslaan in het geheugen” op pagina 13.
DOLPHIN: Hiermee laat u dolfijnen in het
hoofdvenster zwemmen. U kunt ook de begintijd (niet de uitvoertijd) opgeven voor het starten van het dolfijnenscherm.
OFF: Hiermee annuleert u de demonstratie op
de display en het dolfijnenscherm.
Hoe werken deze instellingen
Als u “DEMO” selecteert:
De demonstratie van de display start.
Als u de demonstratie op de display niet annuleert door op de toets ENTER/DEMO te drukken, wordt deze automatisch gestart in de volgende situaties: – 2 minuten nadat de eenheid is uitgeschakeld. – Als gedurende meer dan 2 minuten na het inschakelen,
de eenheid niet wordt bediend.
Als u “DOLPHIN” selecteert:
– Als de eenheid is ingeschakeld: De dolfijnen beginnen
te zwemmen in het onderste gedeelte van het hoofdvenster.
Als u op een toets drukt terwijl de dolfijnen in het hoofdvenster zwemmen, wordt het normale venster opnieuw weergegeven (zie afbeelding). De dolfijnen gaan echter weer zwemmen als er gedurende de opgegeven starttijd (1, 3 of 5 minuten) geen functies worden uitgevoerd.
– Als de eenheid is uitgeschakeld (stand-by): het bericht
“DOLPHIN ON!” verschijnt in het hoofdvenster van de display en de eenheid wordt vervolgens weer uitgeschakeld.
Als u “OFF” selecteert:
• Zowel de demonstratie op de display als het dolfijnenvenster wordt uitgeschakeld en een van de volgende (normale) vensters verschijnt in het onderste gedeelte van het hoofdvenster.
Nederlands
3
Als u DOLPHIN selecteert in de hierboven vermelde stap: Druk meerdere malen op de rechterzijde (¢ linkerzijde (4 begintijd op te geven (niet de uitvoertijd).
• U kunt 1, 3 of 5 minuten als begintijd selecteren.
4
Druk op SET om de instellingen te voltooien.
) van de bedieningsknop om de
Tijdens het opnemen of bewerken van een MD
De demonstratie op de display en het dolfijnenscherm verschijnen niet.
) of
Normale
Het afspeelvenster: wordt weergegeven tijdens het gebruik van een afspeelbron of de ontvangst van een radiostation
Het stopvenster: wordt weergegeven tijdens pauzes of als er geen radiostation wordt ontvangen
• Als de afspeelbron “TAPE” of “AUX DIGIT.” is, verschijnt
alleen het afspeelvenster.
– 12 –
Het geselecteerde hoofdvenster van de display opslaan in het geheugen
U kunt het geselecteerde hoofdvenster van de display opslaan in het geheugen. Hierdoor blijven de instellingen in het geheugen opgeslagen als de netspanning wordt ontkoppeld of wanneer zich een stroomstoring voordoet en worden deze niet opnieuw ingesteld op de demonstratie op de display.
ALLEEN op de eenheid:
1
Haal de stekker van de netspanningskabel uit de wandcontactdoos.
2
Steek de stekker opnieuw in de wandcontactdoos terwijl u 7 en ENTER/DEMO tegelijk ingedrukt houdt.
3
Selecteer de instelling van het hoofdvenster (DEMO, DOLPHIN of OFF) door stap 1 t/m 4 op pagina 12 uit te voeren.
Nederlands
Het geheugen wissen
Herhaal stappen 1 en 2 van de bovenstaande procedure.
ALLEEN op de eenheid:
Druk op DIMMER/CONTRAST. Met elke druk op de toets wijzigt u de helderheid op de volgende wijze:
• Als de eenheid is uitgeschakeld (stand-by): Donker (spaarstand*) += Donkerder**
• Als de eenheid is ingeschakeld: Helder += Donkerder***
* In de spaarstand (POWER SAVING-modus) geldt het volgende:
• Er wordt veel minder stroom (1,6 watt) verbruikt. Als deze stand niet is geselecteerd, wordt 14 watt stroom verbruikt zelfs als de hele eenheid is uitgeschakeld (stand-by).
• Er wordt “POWER SAVING” weergegeven in het hoofdvenster.
• U kunt geen MD in de MD-lade plaatsen. Als u een MD in de lade wilt plaatsen, moet u eerst de eenheid inschakelen.
** U kunt de eenheid inschakelen door een MD in de MD-lade te
plaatsen.
*** Bij het gebruik van bepaalde functies, licht het displayvenster
tijdelijk op. Dit gebeurt bijvoorbeeld als u de afspeelbron selecteert met de toetsen op de eenheid of de afstandsbediening of als u een CD- of MD-track selecteert met de toetsen op de afstandsbediening, enz.
Tijdens de demonstratie op de display
De display licht altijd op ongeacht de ingestelde helderheid.
Contrast wijzigen
U kunt het contrast alleen wijzigen als de eenheid is ingeschakeld.
ALLEEN op de eenheid:
Het geheugen wordt gewist.
• Als u de netspanningskabel opnieuw aansluit of als de stroomvoorziening wordt hersteld na een storing, start de demonstratie op de display automatisch.
Helderheid en contrast van de display wijzigen
Helderheid wijzigen
U kunt de helderheid van de display wijzigen als de eenheid is ingeschakeld of stand-by staat. U kunt de helderheid van de display voor de gebruiksmodus en de stand-bymodus afzonderlijk instellen en in het geheugen opslaan.
1
2
3
– 13 –
Houd DIMMER/CONTRAST langer dan twee seconden ingedrukt.
Het venster CONTRAST ADJ. verschijnt.
Houd de bovenzijde (¡ ) of onderzijde (1 ) van de bedieningsknop ingedrukt om het contrast aan te passen.
• U kunt het contrast aanpassen binnen een waardebereik van 0 tot +64.
Druk op SET om de instellingen te voltooien.
Basisbediening en veelgebruikte toetsen en functies
In deze paragraaf (pagina 15 – 16) worden de toetsen en bedieningselementen besproken die in de onderstaande figuur vergroot staan afgebeeld.
Voorzijde
vervolg
Afstandsbediening
Nederlands
– 14 –
Afspeelbronnen selecteren en afspelen
Het volume aanpassen
Als u de tuner wilt selecteren als afspeelbron, drukt u op FM/AM. De eenheid wordt automatisch ingeschakeld, het lampje van de FM/AM-toets licht op en het laatst ontvangen station wordt weergegeven.
• Zie pagina 17 tot 23 voor meer informatie.
Als u de CD-speler wilt selecteren als afspeelbron, drukt u op CD #/8. De eenheid wordt automatisch ingeschakeld en het lampje van de CD #/8 -toets licht op. (Er wordt met afspelen begonnen als er zich een CD in een van de CD­laden bevindt.) Druk op 7 om te stoppen.
• Zie pagina 24 tot 27 voor meer informatie.
Als u de MD-speler wilt selecteren als afspeelbron, drukt u op MD #/8. De eenheid wordt automatisch ingeschakeld en het lampje van de MD #/8 -toets licht op. (Er wordt met afspelen begonnen als er zich een minidisc in de MD­lade bevindt.) Druk op 7 om te stoppen.
• Zie pagina 28 tot 31 voor meer informatie.
Als u een extern apparaat wilt selecteren als afspeelbron, drukt u op TAPE/AUX. De eenheid wordt
automatisch ingeschakeld.
Nederlands
• Steeds als u op de toets drukt, wordt de afspeelbron gewijzigd van “TAPE” in “AUX DIGIT” of andersom. T APE: Voor gebruik van apparatuur die is
aangesloten op de TAPE-aansluitingen. Als u “TAPE” selecteert, wordt het geluidsinvoerniveau even weergegeven. (Zie pagina 34 voor het geluidsinvoerniveau.)
AUX DIGIT. (DIGITAL):Voor gebruik van apparatuur
die is aangesloten op de AUX-aansluiting.
• Zie de handleidingen van de externe apparatuur voor meer informatie over het gebruik van deze apparatuur.
Het volume (de geluidssterkte) kan alleen worden aangepast wanneer de eenheid in gebruik is.
Draai de knop VOLUME met de wijzers van de klok mee om het volume te vergroten, of tegen de wijzers van de klok in om het volume te verkleinen.
Bij de afstandsbediening moet u op de toets VOLUME + drukken om het volume te vergroten, en op de toets VOLUME – om het volume te verkleinen.
Persoonlijk luisterplezier
Sluit een hoofdtelefoon aan op de hoofdtelefooningang. Deze is aangeduid met de markering PHONES. Zodra u een hoofdtelefoon hebt aangesloten, wordt de geluidsweergave via de luidsprekers uitgeschakeld. Draai het volume uit voorzorg enigszins terug als u een hoofdtelefoon aansluit en op uw hoofd zet.
Schakel de eenheid NIET uit (of in de standby-stand) wanneer het volume erg hoog staat ingesteld, anders kan de plotselinge geluidsexplosie die zich bij het inschakelen van de eenheid of een geluidsbron voordoet uw gehoor, de luidsprekers en/of de hoofdtelefoon beschadigen. DENK ERAAN dat u het volume niet kunt aanpassen wanneer de eenheid in de standby-stand staat.
Het volume tijdelijk terugbrengen
Druk op de afstandsbediening op de toets FADE MUTING.
Als u het geluid weer wilt herstellen naar het oude niveau, moet u nogmaals op deze toets drukken.
Het basgeluid versterken
Met de functie Active Bass Extension kunt u het volle, rijke basgeluid bij elk volumeniveau behouden. Deze functie werkt onafhankelijk van het volume dat u hebt ingesteld.
Als u deze functie wilt inschakelen, drukt u op de toets ACTIVE BASS EX. (Extension) zodat op de eenheid het lampje ACTIVE BASS EX. gaat branden.
Als u digitale apparatuur (“AUX DIGITAL”) selecteert als afspeelbron
De sampling-frequentie van de aangesloten digitale apparatuur wordt weergegeven in het hoofdvenster. (Als er geen apparatuur is aangesloten op de AUX-aansluiting, wordt “UNLOCK” weergegeven.)
Voorbeeld. De sampling-frequentie is 44,1 kHz.
Als u de versterkte bas wilt uitschakelen, drukt u nogmaals op deze toets. Het lampje gaat uit en de vermelding.
– 15 –
Geluidsmodus selecteren
Uw eigen geluidsmodus maken
U hebt keuze uit zes vooraf ingestelde geluidsmodi (drie surround-modi en drie Sound Effect Amplifier-modi) en één handmatige modus. De geluidsmodi kunnen alleen worden gebruikt bij het afspelen van geluiden en niet bij de opname.
Als u een geluidsmodus wilt selecteren, drukt u op SOUND totdat de gewenste geluidsmodus op de display verschijnt. Het SOUND-lampje licht ook op.
• Elke keer als u op de toets drukt, verandert de geluidsmodus op de volgende wijze:
D.CLUB
FLAT
(geannuleerd)
(Canceled)
Surround-modi*:
D. (Dance) CLUB: Resonantie en bassen worden versterkt. HALL: Diepte en scherpte worden toegevoegd. STADIUM: Helderheid wordt toegevoegd en het
SEA-modi (Sound Effect Amplifier):
ROCK: Hoge en lage frequenties worden
POP: Goed voor vocale muziek. CLASSIC: Goed voor klassieke muziek.
Handmatige modus:
MANUAL: Uw eigen modus die u in het
FLA T: Hiermee schakelt u de geluidsmodus
HALL STADIUM ROCK
MANUAL
geluid wordt gespreid als in een open stadion.
versterkt. Goed voor akoestische muziek.
geheugen opslaat. Zie “Uw eigen geluidsmodus maken.”
uit.
CLASSIC
POP
U kunt uw eigen geluidsmodus maken en opslaan.
• Voor het uitvoeren van de onderstaande stappen geldt een tijdslimiet. Als de procedure wordt afgebroken voordat u deze hebt voltooid, moet u opnieuw bij stap 1 beginnen.
ALLEEN op de eenheid:
1
Druk herhaaldelijk op de toets SOUND tot de vermelding “MANUAL” op het hoofdvenster van de display verschijnt.
2
Druk op de toets SET.
3
Pas het patroon van de equalizer aan uw eigen wensen aan.
1) Druk op de rechterzijde (¢ linkerzijde (4 het frequentiebereik dat u wilt aanpassen te selecteren (LOW, MID, HIGH).
2) Druk op de bovenzijde (¡
) van de bedieningsknop om het niveau
(1 van het geselecteerde frequentiebereik aan te passen (van –3 tot +3).
) van de bedieningsknop om
) of de
) of onderzijde
Nederlands
* Er worden surround-kenmerken aan het geluid toegevoegd om
de indruk te wekken dat u zelf bij het concert aanwezig bent.
Als u de huidige surround-modus wilt controleren, drukt u eenmaal op SOUND terwijl het SOUND-lampje op de eenheid brandt. De geselecteerde geluidsmodus wordt vervolgens in het hoofdvenster weergegeven.
Voorbeeld. “D. CLUB” is geselecteerd.
– 16 –
3) Herhaal stap 1) en 2) als u het niveau van de andere frequentiebereiken wilt aanpassen.
4
Druk nogmaals op de toets SET (of wacht tot de bovenstaande vermelding van het hoofdvenster van de display verdwijnt).
Het patroon voor de equalizer dat u hebt samengesteld, wordt opgeslagen in het geheugen.
Werken met uw eigen geluidsmodus
Selecteer de vermelding “MANUAL” als geluidsmodus. Zie de paragraaf “Geluidsmodus selecteren”.
Luisteren naar FM- en AM-uitzendingen (MG/LG)
In deze paragraaf (pagina 18 – 23) worden de toetsen en bedieningselementen besproken die in de onderstaande figuur vergroot staan afgebeeld.
Voorzijde
Afstandsbediening
Nederlands
U kunt de toetsen op het voorpaneel niet gebruiken voor de RDS-functies. Gebruik hiervoor alleen de toetsen op de afstandsbediening.
– 17 –
vervolg
Afstemmen op een station
Op de eenheid:
1
Druk op de toets FM/AM.
De eenheid wordt automatisch ingeschakeld en stemt af op het station waarop het eerder stond afgesteld (een FM-station of een AM-station (MG/LG)).
• Elke keer wanneer u op deze toets drukt, schakelt u over van de AM- naar de FM-band en andersom.
2
Afstemmen op een station. Op de eenheid: Houd de bovenzijde (¡ (1 ) van de bedieningsknop ingedrukt totdat de radiofrequenties in het hoofdvenster beginnen te wijzigen.
• Bovenzijde (¡
• Onderzijde (1
Op de afstandsbediening: Druk op ¢ of 4 totdat de stationfrequenties op het hoofdvenster veranderen.
¢: voor hogere frequenties.
4: voor lagere frequenties.
De eenheid gaat op zoek naar een station en stopt wanneer er een station wordt gevonden met een uitzendsignaal dat sterk genoeg is. Zodra zo’n signaal wordt gevonden, stopt de eenheid met zoeken en wordt op dat station afgestemd (de indicator TUNED gaat branden).
• Als het ontvangen programma in stereo wordt ontvangen, licht bovendien de indicator STEREO op de display op.
Als u tijdens het zoeken wilt stoppen, drukt u op SET (of 4/¢ op de afstandsbediening).
Als u meerdere malen op de bovenzijde of onderzijde van de bedieningsknop drukt (of
¢¢
¢ op de afstandsbediening)
wijzigt u de frequentie stapsgewijs.
¢¢
) of de onderzijde
): Voor hogere frequenties.
): Voor lagere frequenties.
44
4/
44
Voorkeurzenders instellen
U kunt 30 FM- en 15 AM-stations (MG/LG) als voorkeurzender instellen met de automatische of de handmatige instelmethode.
Het kan voorkomen dat er in het geheugen van uw tuner al een of enkele voorkeurzenders zijn ingesteld. Deze zijn tijdens een controle in de fabriek aangebracht. Dit is dus geen storing in de tuner. U kunt deze voorkeurzenders desgewenst wijzigen. Volg de onderstaande procedure om de stations van uw eigen keuze als voorkeurzender in het geheugen op te nemen.
• V oor de onderstaande bewerking is een tijdslimiet van kracht. Als u de instelling annuleert nog voordat u de bewerking hebt voltooid, moet u opnieuw bij stap 1 beginnen.
Voorkeurzenders automatisch instellen ALLEEN op de afstandsbediening:
De voorkeurzenders moeten apart worden ingesteld voor FM en AM.
1
Druk op FM/AM om het kanaal te selecteren.
2
Druk op de toets AUTO PRESET en houd deze ingedrukt totdat “A. PRESET” gedurende ca. twee seconden op het hoofdvenster verschijnt.
Lokale zenders met sterke signalen worden automatisch gezocht en in het geheugen opgeslagen. Als de automatische instelling is voltooid, wordt de voorkeurzender met nummer 1 ontvangen.
Nederlands
De FM-ontvangstmodus wijzigen
Als een stereo-uitzending van een FM-station moeilijk is te ontvangen of als er ruis is te horen, kunt u de ontvangst verbeteren door op de afstandsbediening op de toets FM MODE te drukken. De vermelding “MONO” verschijnt dan op de display en de ontvangstkwaliteit verbetert.
Als u het stereo-effect weer wilt inschakelen, drukt u nogmaals op de toets FM MODE zodat op de display de vermelding “AUTO” verschijnt. W anneer de ontvanger is ingesteld op de ontvangst van stereo-uitzendingen, zal de tuner FM-stations die in stereo uitzenden weer in stereo ontvangen.
– 18 –
3
Herhaal stap 1 en 2 om zenders van het andere kanaal op te slaan.
Als u de gewenste zenders niet automatisch kunt instellen
Zenders met zwakke signalen kunnen niet worden waargenomen met de automatische instelmethode. Als u deze stations wilt vastleggen, gebruikt u de handmatige instelmethode die wordt beschreven op pagina 19.
Loading...
+ 42 hidden pages