Invacare Rea Bellis User guide

Gebruikershandleiding
Nederlands
TM
Bellis
®Invacare Rea AB
2
Bellis
TM
Inhoudsopgave
Product omschrijving 4
NB! 5 Afleveringscontrole 6 Dagelijkse controle 6 Gebruik 6 De onderdelen van de rolstoel 7 Optillen van de rolstoel 7
Standaard uitvoering 8 Bekleding, framekleuren 8 Accessoires 8-9 Technische gegevens 9 Montage 10-11 Instellingen
Zitting 12 Beensteunen 13 Voetplaten/kuitsteunen 14 Centrale voetplaat 14-15
Rugleuning, 16-17 Armsteunen 17-18 Zitunit Handbediende rolstoel met gasveer 19 Elektrisch bediende rolstoel 20 Opladen van de batterij 20 Achterwielen 21 Verlenging van het frame 21 Tabel Zithoogte 22-23 Remmen 24 Begeleiders rem 24 Duwbeugel/duwhandvatten Anti-tip systeem 24 Accessoires Hoofdsteun / neksteun 27-28 Amputatiesteun 28 Abductie kussen 29 Pelotten 29-31
Transport 32-33 Transport van rolstoelen in een ander voertuig 34
Observatie 35 Fixatiemethoden 36
Veiligheidsinstructies / aandrijftechnieken 37-38 Garantie en onderhoud 38 Onderhoudsinstructies 38 Reconditioneren 40
23
Bellis
TM
3
Productomschrijving
Rea™ Bellis™
De Rea™ Bellis™ is een rolstoel met veel instelmogelijkheden en opties en accessoires. Om ervoor te zorgen dat u zoveel mogelijk profiteert van de Rea™ Bellis™ en om de stoel tot zijn recht te laten komen, dient de stoel door een deskundige ingesteld en uitgelegd te worden. Wij hopen dat u tevens instructies heeft gekregen over het alledaags gebruik van de Rea™
Bellis™.
Deze handleiding geeft u een overzicht van de onderdelen van de rolstoel, de instellingen en hoe de Rea™ handleiding dient aandachtig te worden gelezen voordat de rolstoel in gebruik wordt genomen.
Ook omvat deze handleiding een beschrijving van de montage van diverse accessoires en meer geavanceerde instellingen. De Rea™ Bellis™ is een comfortabele rolstoel die is uitgerust met de moge­lijkheid de hoek van de zitting en de rugleuning aan te passen.
Het onderste gedeelte van het frame, het zitframe, de rugleuningbevestiging en de duwbeugel/duwhandvatten zijn gemaakt van hoogwaardig staal. Onderdelen van het onderstel en het zitgedeelte, de voetplaat- en armsteunbevestigingen en de buizen aan de achterzijde zijn gemaakt van aluminium.
De voetplaten en zijsteunen zijn gemaakt van gewapend kunststof. De zitplaat is gemaakt van vacuümgevormd ABS kunststofen de rugplaat van hout en het bovenste deel van plastic. Alle metalen en kunststof onderdelen zijn geschikt voor hergebruik.
Het materiaal van de bekleding is leverbaar in dartex en velours. Deze mate­rialen zijn wasbaar. De zit- en rugkussens zijn gemaakt van polyether.De Rea™ Bellis™ is leverbaar in drie zitbreedtes. Iedere zitbreedte kan worden aangepast, d.w.z. twee centimeter smaller of twee centimeter breder worden gemaakt. De quick release (QR) aandrijfwielen zijn verkrijgbaar in 20”, 22” en 24” uitvoeringen. Tevens kan worden gekozen voor 16” transportwielen.
De aandrijfwielen kunnen op 16 plaatsen in de achterwielbevestingsplaat worden gemonteerd. De banden zijn pneumatisch of semi-pneumatisch. De zwenkwielen zijn verkrijgbaar in de maten 125 mm – 200 mm. De voorvork is vast of quick release. Het frame is in lengte verstelbaar.
De beensteunen zijn afneembaar en de voetplaten vast, in hoek en diepte instelbaar.Tevens bestaat de mogelijkheid de voetplaten te voorzien van ver­lengstukken. De armsteunen kunnen omhoog worden geklapt en zijn eenvoudig van de rolstoel te verwijderen.
De armsteunkussens zijn zacht en bekleed met dardex.
De rugleuning is opvouwbaar en de rolstoel kan eenvoudig worden vervoerd in de kofferbak van een middelgrote auto. Slechts accessoires die door Invacare zijn goedgekeurd en geleverd, mogen op dit product worden gemonteerd. De Rea™ Bellis™ dient regelmatig door een bevoegd rolstoel-technicus of door de onderhoudsdienst van uw leverancier te worden onder-houden.
Bellis™ te gebruiken en te vervoeren. De
TM
4
Bellis
DIT SYMBOOL BETEKENT GEVAAR
De hieronder aandachtspunten hebben betrekking op uw veiligheid. Lees ze daarom aandachtig!.
Invacare is alleen verantwoordelijk voor product-aanpassingen die door Invacare geautoriseerd personeel worden uitgevoerd. Wij behouden ons het recht voor productwijzigingen door te voeren zonder voorafgaande kennisgeving
Het niet opvolgen van de gegeven instructies kan leiden tot persoonlijk letsel en/of schade aan het product
• Controleer de volgende zaken voordat u de rolstoel gaat gebruiken: – zijn alle onderdelen goed aan het frame bevestigd – zijn alle wielen en knoppen correct bevestigd – werken alle remmen en anti-tip voorzieningen correct.
• Til de rolstoel nooit op aan de afneembare armleuningen, voetsteunen, bekkengordel of aan de afstelbare duwhandvatten.
• Zet de rem altijd vast voordat u in of uit de rolstoel gaat.
• Ga bij het in of uit stappen nooit op de voetsteunen staan, daar de rolstoel dan kan omkiepen.
• Het veranderen van de zittinghoek veroorzaakt altijd een verhoogd risico op omkiepen.
• De hoepels kunnen heet worden als gevolg van frictie, dit kan verwondingen aan uw handen veroorzaken.
• Gebruik veelvuldig de antikiep voorziening.
• Houd in gedachten dat de effectiviteit van de door de begeleider bediende remmen beperkt wordt op natte en gladde oppervlakken, evenals tijdens het rijden op een helling.
• Overtuig u er zichzelf altijd van dat de achterwielen goed zijn bevestigd
• Achterwielen mogen niet worden bevestigd als de gebruiker in de rolstoel zit.
• Hoe meer de klittenband riemen van de bekleding verslappen hoe groter het risico wordt dat rolstoel omkiept
• Delen van de rolstoel, zoals het frame en de bekleding, kunnen warmer worden dan 41° wanneer deze lange tijd worden blootgesteld aan direct zonlicht
• Wanneer de accessoires etc. worden gemonteerd, pas dan op dat uw vingers niet klem komen te zitten.
• Er is altijd een risico dat delen van uw lichaam klem komen te zitten wan­neer de stoel in de kantelpositie wordt gezet.
• De breedte van de zitting mag nooit zo worden aangepast dat de binnenkant van de armsteunen tegen het bekken komt.
Bellis
TM
5
Afleveringscontrole
Iedere transportschade dient direct bij de transporteur gemeld te worden. Bewaar de verpakking totdat de transporteur de goederen heeft gecontro­leerd en een overeenkomst is gesloten.
Dagelijkse controle
Controleer dagelijks of de volgende onderdelen nog stevig vastzitten op de stoel:
• wielen
• rugleuning
• anti-tip
• duwhandvatten
• voetsteunen
Toepassing
De Rea™ Bellis™ is een comfortabele rolstoel voor mensen voor wie een goed zitcomfort en een grote mate van steun van belang is. De hoek van de zitting en de rugleuning kunnen worden aangepast, waardoor de druk op het lichaam van de gebruiker vermindert. De Rea™ kelijk voort te bewegen. De eigenschappen die op het voortbewegen van de rolstoel betrekking hebben, kunnen eenvoudig worden gewijzigd in de achter­wielbevestigingsplaat. De voorgevormde duwbeugel maakt de Rea™ ook eenvoudig voort te bewegen voor een begeleider, indien van toepassing.
• De Rea™ droog, tamelijk vlak terrein. De rolstoel dient niet te worden gebruikt bij zware regen, op besneeuwd of glibberig terrein, op nat gras of op hellin­gen.
• De gebruiksduur van de Rea™ met de rolstoel wordt omgegaan en de mate van slijtage waaraan de rol­stoel wordt blootgesteld
• Maximum gebruikersgewicht 150 kg in zitbreedtes 49,51 en 53 cm. Voor de overige zitbreedtes geldt 125 kg.
Bellis™ kan binnenshuis worden gebruikt, en buitenshuis op
Bellis™ is afhankelijk van de wijze waarop
Bellis™ is bijzonder gemak-
Bellis™
TM
6
Bellis
Onderdelen van de rolstoel
10
4
8
6
5
7
2
1
3
9
11
1. Rugleuning
2. Duwbeugel
3. Armsteun
4. Aandrijfwiel
5. Achterwielbevestigingsplaat
6. Anti-tip
7. Rem
8. Zwenkwiel
9. Zitting
10. Beensteun
11. Voetplaat
REA
®
BELLIS
Optillen van de Rolstoel
Til de rolstoel altijd op aan het frame en pak hem beet aan de punten zoals in de afbeelding aangegeven. Til de stoel nooit op aan de afneembare armleggers of de beensteunen. Zorg ervoor dat de rug en de duwhandvat­ten veilig op hun plaats zitten. Lees ook het hoofdstuk Veiligheidsvoorschriften en voortbewegingstechnieken.
7
Standaard versie
Zitbreedte 39*–41– 43*cm
44*–46–48*cm 49*–51–53*cm
Zitdiepte 42– 54
Rug hoogte 62,5 + 20 cm zonder zitkussen
* met opklapbare armsteunen (Nice)
cm
** Niet voor Rea™ Bellis™ 150
** **
Bekleding en framekleuren
Bekleding Grijs plushe, TR32
Grijs dardex, TR23
Framekleur Zilvergrijs
Accessoires
De Rea™ Bellis™ heeft een brede range van opties en accessoires. Sommige accessoires kunnen mogelijk niet leverbaar zijn in uw land.
Rugleuning Rugplaat Naspanbare rugleuning
**
Rugkussen Laguna ( laterale ondersteuning ) Mistral 2 ( zijwaartse ondersteuning) Passad 2 ( schouder ondersteuning) Shoulder High 05 Vicair Mulitfunctional
Rugbekleding Bekleding dun, 04 Bekleding, lateraal gepolsterd 05
Zitting Standard
Zitkussen Flo-Shape
Vicair Multifunctional
Zithoek- en Bedienbaar door begeleider Rughoek- Bedienbaar door begeleider, elektrisch verstelling
Beensteunen Hoekverstelbaar
Vast, 80 graden + 90 graden Amputatie beensteun Centrale beensteun**
Voetsteunen Vaste voetplaten In hoek en diepte verstelbare voetplaten Voetplaat verlenger Hielbanden Armleuning Opklapbare armsteun In hoogte verstelbare armleuning Armleuning voor hemiplegie Automatische vergrendeling voor armleuning
Zwenkwielen 125–200 mm, (125**and 150 massieve banden
8
**
**
**
**)
met luchtbanden of
Bellis
TM
Achterwielen 16"
**
, 20", 22", 24", met luchtbanden of massieve banden
Remmen Bediend door gebruiker
Eenhandsbediening
Bediend door begeleider
Overige gegevens Diverse hoepeluitvoeringen Reflectoren Werkblad Pomp Stokhouder Hoofdsteun Hoofdsteun
met kinondersteuning
Neksteun Duwbeugel Duwhandvatten Veiligheidsgordel
** Niet voor Rea™ Bellis™ Abductieklos Incontinentiehoes Pelotten
Technische gegevens – Rea™ Bellis™
41, 46, 51 cm
29–51 cm -1°–+15° SW + 24,5 cm 110 cm 92–104 cm
31,5 kg
40–52 cm 36– 48,5 cm 62,5+20 cm
( zonder zitkussen)
max 150* kg
transportgewicht 20 kg
0°– 30°
23–33 cm
Bevestigingspunt*** Crashtested
* Rea™ Bellis™ in zitbreedte 49, 51,53 cm overige 125 kg. ***Onze rolstoelen voldoen aan de ISO norm 7176-19 en zijn getest in een basisuitvoering. Gebruik in een andere uitvoering is niet getest.
Kijk voor de uitvoering in het testrapport in het hoofstuk ”Transport van rolstoelen in een ander voertuig”. Rolstoelgebruikers moeten echter, indien mogelijk, altijd plaatsnemen op de autostoel en gebruik maken van de autogordel
Bellis
TM
9
Montage
1.
2.
Wanneer de stoel wordt afgeleverd, dienen eerst de rugleuning, alsmede de arm- en beensteunen te worden gemonteerd. Deze montage neemt weinig tijd in beslag en er is geen gereedschap voor nodig.
1. Rugleuning
De rugleuning wordt bevestigd op de stoel door de
opening (A) over de buizen van de rugopname te schuiven. Let op dat de openingen zo ver mogelijk
A
B
C
naar beneden worden geduwd. Zet hem vast door de knoppen (C) aan te draaien.
Controleer nu of de rugleuning stevig op zijn plaats is bevestigd.
Wanneer de rug op oudere modellen van de Bellis™ wordt gemonteerd is een adapterset noodzakelijk.
2. Armsteunen
Monteer de armsteunen door de twee buizen in de
gaten in de armsteunhouder te duwen. Vervolgens wordt de armsteun omlaag gedrukt in het hulpstuk (A).
3a.
A
3. Hoekverstelbare beensteunen/Vaste beensteunen
De rolstoel kan uitgevoerd worden met hoek-
verstelbare beensteunen of vaste beensteunen.
3a. Hoekverstelbare beensteunen
Vaste beensteunen Bevestig de beesteunen door
de insteekpijp(aan de bovenzijde van de beens­teun) in de buizen op de rolstoel te hangen. De beensteunen dienen bij de bevestiging schuin naar buiten worden gedraaid.
Vervolgens worden de beensteunen vergrendeld
door ze naar binnen te draaien. Dit voorkomt dat de beensteunen losraken van de rolstoel.
Om te voorkomen dat de remhendel met de
beensteunen in aanraking komen, vergrendel hem daarom altijd eerst de rem voordat u de beensteun verwijdert of monteert.
10
REA® BELLIS
3b.
3b. Vaste beensteunen
Bevestig de beesteunen door de insteekpijp(aan de
bovenzijde van de beensteun) in de buizen op de rolstoel te hangen. De beensteunen dienen bij de bevestiging schuin naar buiten worden gedraaid.
Vervolgens worden de beensteunen vergrendeld
door ze naar binnen te draaien. Dit voorkomt dat de beensteunen losraken van de rolstoel.
4.
4. Aandrijfwiel
D
B
C
Het aandrijfwiel wordt gemonteerd door op de knop (B) in het midden van de naaf te drukken en deze ingedrukt te houden terwijl de as in de aandrijfwielbevestiging (C) wordt gezet. Het is belangrijk dat het wiel exact op de juiste plaats wordt vastgezet zodat het door de vergrendeling (D) veilig wordt geborgd. Controleer dit door het wiel vast te pakken en naar buiten te trekken. Dit moet niet mogelijk zijn.
Het is extreem belangrijk dat u controleert of
de as het wiel heeft vergrendeld. Pak de wielen stevig vast en probeer ze los te trekken van de as. Dit mag NOOIT mogelijk mogen zijn.
REA® BELLIS
11
Afstellingen
ZITPLAAT
1.
2.
1. Zitplaat
De Rea™ Bellis™ heeft een anatomisch gevormde
zitplaat die voor de juiste stabiliteit en een bijzon­der hoog zitcomfort zorgt.
2. Zitkussen
Het zitkussen is bevestigd op de zitplaat d.m.v.
velcro strips.
3.
4.
Gereedschap: 5 mm inbus
A
3. Zitdiepte
Maak de vergrendelingen van de beensteunen los
en draai ze opzij. Draai daarna de twee inbus­boutjes (A) los. N.B. Draai de boutjes slechts een
A
paar slagen los, draai ze niet helemaal los. Pak het zitframe aan de voorkant beet en trek het frame compleet met kussen tot aan de gewenste stand. Zet de inbusboutjes (A) weer vast.
Voor een exacte instelling van de zitdiepte, is de
voorste zitplaat van een schaalverdeling in cm voorzien. Er wordt tevens gewaarschuwd voor het risico dat de stoel naar voren kantelt, al naar gelang de zitdiepte toeneemt.
4. Zitbreedte (alleen met opklapbare
armsteunen “Nice”)
De breedte van de zitting wordt afgesteld door
de zijsteunen te verplaatsen. Duw de bekleding voorzichtig naar één kant. Draai de twee schroe­ven (A) los met een 4 mm inbussleutel en verplaats de zijsteunen naar de gewenste positie. Er zijn drie mogelijkheden: positie 1 zorgt ervoor dat de rol­stoel smaller wordt, en positie drie zorgt ervoor dat de rolstoel breder wordt.
12
Gereedschap: 4 mm inbus
REA® BELLIS
1.
2. B
A
HOEKVERSTELBARE BEENSTEUNEN
Hoekverstelbare beensteunen ondersteunen de benen en verminderen druk op de benen.De hoekver­stelbare beensteunen zijn wel geschikt voor benen die verbonden zijn maar niet voor beensteunen in het gips. De beensteunen moeten altijd uitgevoerd zijn met kuitsteunen, voetplaten en hielbanden.
Voor een goede zitpositie is het belangijk om de hoek en de hoogte van de beensteunen af te stellen.
1. Hoogte verstelling
Stel de hoogte van de beensteun in door de schroef
(A) los te draaien met een inbus sleutel. Trek de beensteun iets omhoog, totdat u de juiste hoogte heeft bereikt en de schroef zich vergrendeld in de beensteunophanging. Draai de schroef nu weer vast.
Gereedschap: 5 mm inbus
2. Hoekverstelling
Trek met 1 hand aan de beensteunhendel en
ondersteun met de andere hand de beensteun. Wanneer de juiste hoek is bereikt laat u de hendel los en de beensteun klikt vast op een van de 7 vooringestelde posities (C).
C
A
VASTE BEENSTEUNEN
90˚ 80˚
C
A
Gereedschap: 5 mm inbus
Plaats geen zware spullen op de beensteunen en laat kinderen er niet op zitten. Dit kan schade veroorzaken aan het beensteunmecha­nisme.
De afstand tussen het laagste gedeelte van de beensteun en de vloer moet minimaal 40mm bedragen.
Hoogteverstelling
Stel de hoogte van de beensteun in door de schroef (A) los te draaien met een inbus sleutel. Trek de beensteun iets omhoog, totdat u de juiste hoogte heeft bereikt en de schroef zich vergrendeld in de beensteunophanging.Draai de schroef nu weer vast.
NB Kom niet aan de bovenste schroef (C).
De afstand tussen het laagste gedeelte van de beensteun en de vloer moet minimaal 40mm bedragen.
REA® BELLIS
13
1.
Gereedschap: 5 mm inbus
2.
VOETPLATEN/KUITSTEUNEN
1. Hoekverstelbare voetplaten Stel de hoek en diepte van de voetplaat in door
schroef(A) aan de voetplaatbevestiging los te draaien met een 5 mm inbussleutel. Plaats de voetplaat in de gewenste positie en draai de schroef weer stevig aan.
Plaats niets op de voetplaat als de schroef niet
A
C
B
D
is aangedraaid!
Andere posities kunnen worden overwogen
wanneer de gebruiker zichzelf zou kunnen bezeren. Zet de voetplaat in de gewenste positie.
2. Kuitsteunen
De kuitsteunkussens kunnen op vier verschil-
lende dieptes ingesteld worden. Klap de kuitsten voorwaarts en draai de schroef (B) los met een inbussleutel.Verwijder de grote moer (C) aan de achterzijde en plaats deze in een andere positie. Plaats de kuitsteun op de nieuwe positie en draai de schroef weer vast.
De hoogte van de kuitsteun is eenvudig in te stel-
len met het handwiel.(D).
Gereedschap: 5 mm inbus
1.
A
2/1.
CENTRALE VOETPLAAT
NIET VOOR REA™ BELLIS™ 150
1. Stel de gewenste hoek in met gebruik van knop (A)
Als u de hoek van de centrale beensteun instelt,
draai dan met een hand de knop los, terwijl u de voetplaat vasthoudt met de andere hand, dit om beknelling van vingers e.d. te voorkomen.
Als de rolstoel voorover gekanteld staat en er sprake is van een lange beensteunlengte en een lage zithoogte bestaat het risico dat de voetplaat de vloer raakt, wat schade aan kan richten.
2. U kunt de hoogte van de voetplaten op twee manieren instellen:
14
I:
Draai inbusbout (B) aan de voorzijde van de
B
telescopische buis los, plaats de voetplaten in de gewenste positie en draai de inbusbout vast
REA® BELLIS
2/2.
2:
Draai inbusbout (C) op de voetplaatbevestiging los
als aangegeven in de tekening. Stel de gewenste hoogte in en draai de bout weer vast
C
3.
4.
3. Draai de achterste bout (D) aan de kant van de
buis los en plaats de voetplaat in de gewenste hoek. Draai de bout weer vast. Herhaal deze procedure voor de hoekinstelling aan de andere zijde.
D
4. Draai de voorste bout (E) aan de zijkant van de
buis los om de diepte van de voetplaat in te stel­len. Draai de bout weer vast wanneer u de juiste positie heeft gevonden. Herhaal deze procedure voor de andere zijde.
E
5.
REA® BELLIS
5. De hoek van de voetplaat kan opwaarts ingesteld worden wanneer dit gewenst is.
15
RUGLEUNING
1.
2.
Rugplaat
1. De rugplaat kan eenvoudig met + 10 cm worden
verlengd door de schroeven (A) los te draaien met een x mm inbussleutel. Stel de juiste hoogte in en draai de schroeven weer aan.
A
2. Het bovenste deel heeft twee hoogte instellingen
en is te verwijderen.(voor lage rugkussens). Draai de schroeven (B) los met een x mm inbussleutel en trek hem omhoog in de hoogste positie. Om hem te verwijderen, verwijder dan de schroeven, neem de kunststof plaat weg, en bevestig de hoofd­steunopname met dezelfde schroeven weer op de plaat. Plaats daarna de neksteunhouder terug op de rugplaat en draai de schroeven (B) aan.
16
3.
B
Naspanbare rugleuning
150)
3. Om de hoogte met +12,5cm cm aan te passen,
maak schroef (A) los en duw het frame in de gewenste positie.
A
(Niet for Rea™ Bellis™
REA® BELLIS
4.
4. Om de rug in vorm te brengen kunt de velcro
strips los trekken en ze aan te passen aan de vorm van de rug van de gebruiker. Controleer of het kussen of de bekledinghoes de velcro strips niet belemmeren.
Wanneer u de spanbanden van de rug te los
A
spant, dan raakt uw rug de neksteun (A) en bestaat de kans op verwondingen.
Rugkussens
Alle rugkussens passen op zowel de harde rugplaat als de naspanbare rugleuning.
Ze dienen echter , net als de rugbekleding cover, wel het bovenste deel van het frame af te dekken
.
1.
2.
ARMSTEUNEN
Opklapbare "Nice" armsteun
1. Hoogte-afstelling van de armsteun
A
B
De hoogte van de armsteun kan worden afgesteld
door de legger van de armsteun voorzichtig naar één kant te trekken en vervolgens de schroef (A) met een 5 mm inbussleutel los te draaien. Stel de armsteun af op de gewenste hoogte en draai de schroef weer aan.
2. Diepte-instelling van de armsteun
De diepte van de armsteun kan worden ingesteld
door het handwiel (C) los te draaien, de armsteun in de gewenste positie te brengen en het handwiel weer vast te draaien.
REA® BELLIS
17
3.
3. Armsteunen opklapbaar “Nice”
Voor het demonteren van de armsteunen dient
u de steunen eerst omhoog te bewegen door de hendel (C) naar boven te duwen. Het is vervolgens eenvoudig om de armsteunen van de rolstoel te verwijderen.
Neem het risico van beknelling van vingers e.d.
C
C
tussen armsteunen en rugleuning in acht.
IN HOOGTE VERSTELBARE EN AFNEEMBARE ARMSTEUNEN
1.
2.
1. Armsteun hoogte
Pas de hoogte van de armsteun aan door knop (A)
los te draainen, de juiste hoogte in te stellen, en de knop weer vast te draaien.
A
2. Armsteun diepte
De diepte van de armsteun is in te stellen door
knop ( B) los te draaien, de gewenste armsteun positie in te stellen, en deze weer aan te draaien.
18
B
REA® BELLIS
Zitunit
AANPASSEN VAN HOEK DOOR VERZORGER
De rolstoel is voorzien van bedieningsmogelijkheden voor de verzorger. U kunt de rughoek naar voren of naar achteren aanpassen en de hele zittingseenheid inclusief de rugleuning kantelen. Deze twee functies kunnen handmatig of elektrisch worden bediend
Wees voorzichtig bij het aanpassen van de rughoek. Let erop dat de vingers van de assistent of gebruiker niet tussen de rugleuning en de armsteunen terechtkomen
1.
2.
1. Aanpassen rughoek
Pas de rughoek aan door de gele hendel aan de
linkerzijde (A) naar boven te trekken en deze vast te houden terwijl u de rugleuning van u af duwt of naar u toe trekt tot de leuning in de gewenste positie staat. Laat de hendel (A) los
A
2. Aanpassen kantelhoek
Kantel de zittingseenheid (zitting en rugleuning) door de groene hendel aan de rechterzijde (B) naar boven te trekken en deze vast te houden terwijl u de zittingseenheid naar de gewenste positie kantelt. Laat de hendel (B) los
3.
REA® BELLIS
B
3 .Kantelvergrendeling
Met de kantelvergrendeling (C) kunt u de kantel-
hoek van de zittingseenheid en/of de hoek van de rugleuning in een vaste positie instellen. Kantel de zitting en/of zet de rugleuning naar de gewenste
C
D
hoek en plaats de kantelvergrendeling. De positie staat nu vast en kan niet worden gewijzigd.
De kantelvergrendeling kan worden verwijderd
door de plastic pen (D) met een klein object in te duwen terwijl u de kantelvergrendeling uittrekt.
19
ELEKTRISCH BEDIENDE ROLSTOEL
1.
2.
BC
BC
1. Kantelverstelling, elektrisch
Verander de hoek van het zitgedeelte (zitting
en rugleuning) door het onderste deel van het bedieningspaneel te gebruiken. Druk op de lin­kertoets (B) om het zitgedeelte naar achteren te laten bewegen of op de rechtertoets (C) om de rugleuning naar voren te laten bewegen.
2. Rughoek, elektrisch verstelbaar
Verander de hoek van de rugleuning door het
bovenste deel van het bedieningspaneel te gebrui­ken. Druk op de linkertoets (B) om de rugleuning naar voren te laten bewegen of op de rechter­toets (C) om de rugleuning naar achteren te laten bewegen.
De handbediening dient alleen door bevoegd personeel te worden gehanteerd.
Het risico op het beknellen van vingers, etc. is bij gebruik van een elektrische verstelling groter dan bij een mechanische verstelling bediend door gebruiker of begeleider. Houd de handbediening buiten bereik van kinderen, opdat zij zichzelf of de gebruiker niet kunnen beknellen.
Het risico op het beknellen van vingers, etc. is bij gebruik van een elektrische verstelling groter dan bij een mechanische verstelling bediend door gebruiker of begeleider. Houd de handbediening buiten bereik van kinderen, opdat zij zichzelf of de gebruiker niet kunnen beknellen.
20
3.
De handbediening dient alleen door bevoegd personeel te worden gehanteerd.
3. Opladen van de batterij
Indien uw rolstoel met een elektrisch verstelbare rughoek/ kantelverstelling is uitgerust, dient de batterij nu en dan te worden opgeladen. Indien deze functie overdag in gebruik is geweest, ver­dient het de aanbeveling om de batterij 's nachts op de lader te zetten.
De batterij wordt geladen door de bij de stoel inbegrepen lader in het stopcontact te steken en de lader daarna op de aansluiting aan de zij­kant van het bedieningspaneel aan te sluiten. Een batterij die tot 50% is ontladen, moet ca. 12 uur worden opgeladen.
De handbediening dient alleen door bevoegd personeel te worden gehanteerd.
REA® BELLIS
AANDRIJFWIELEN
1.
2.
A
Gereedschap: 24mm steeksleutel
C
Gereedschap: 13mm steeksleutel
1. Aandrijfwielen
De zithoogte kan worden gewijzigd door de
aandrijfwielbevestiging naar de gewenste hoogte te verplaatsen. Indien u de hoogte van de aandri­jfwielen verandert, dient de hoogte van de zwenk­wielen ook te worden aangepast. De framezijde dient horizontaal te zijn. Draai de asbehuizing (A) los met 24mm steeksleutel. Controleer of u de asbehuizing correct heeft vastgezet nadat u de gewenste positie heeft gekozen.
De asbehuizing moet vastgemaakt worden met een torx schroe­vendraaier tot 40 Nm.
Het diagram op de volgende pagina toont de ver-
schillende achterwiel posities. Dit is afhankelijk van de diameter van het wiel.
2. Zwenkwielen
De zwenkwielen worden verplaatst door de moer
(B) los te draaien, de schroef (C) naar de gewenste positie te verplaatsen en de schroef weer vast te
B
draaien.
De rijeigenschap van de rolstoel kan worden aan-
gepast door de achterwielen te verplaatsen in de achterwielbevestigingsplaten. Dezelfde methode wordt gebruikt bij het bevestigen van een andere maat voorwielen.
1.
REA® BELLIS
B
Gereedschap: 5 mm inbus
VERLENGING VAN HET FRAME
1. Teneinde de stabiliteit en de eigenschappen m.b.t.
de aandrijving van de rolstoel te verbeteren wan­neer er veel gewicht op de zwenkwielen rust, is de Rea™ Bellis™ uitgerust met een ingebouwde frameverlenging. Het frame kan met 10 cm worden verlengd door de drie schroeven (A) los
A
te draaien.
Schroef (B) niet helemaal losdraaien. Iets los­draaien en dan de rem stellen.
21
TABEL ZITHOOGTE
Als u de achterwielen in voorwaartse richting verplaatst zal de rolstoel lichter rijden, maar ook eerder kantelen.
110
4 3 2
150
4 3 2 1
36 20" 4 3 125 38,5 20" 3 1 125 38,5 20" 3 3 150/140
41 20" 2 1 150/140 3 125
41 20" 2 2 180 4 150/140 43,5 20" 1 1 200 1 125 43,5 20" 1 2 150/140 43,5 20" 1 3 180 43,5 20" 1 4 200
41 22" 3 1 150/140 3 125
41 22" 3 2 180 4 150/140 43,5 22" 2 1 200 1 125 43,5 22" 2 2 150/140 43,5 22" 2 3 180 43,5 22" 2 4 200
46 22" 1 1 180
46 22" 1 2 200
45 24" 2 1 150
46 24" 2 1 180
46 24" 2 2 200 48,5 24" 1 1 200
22
REA® BELLIS
Bellis Transport
110
4 3 2
150
4 3 2 1
44,5 16" 2 1 200 1 125 44,5 16" 2 2 150/140 44,5 16" 2 3 180 44,5 16" 2 4 200
47 16" 1 1 180 47 16" 1 2 200
Bellis 150
110
4 3 2
150
4 3 2 1
38,5 20" 3 3 140 * *
41 20" 2 1 140 3 *
41 20" 2 2 180 4 140 43,5 20" 1 1 200 1 * 43,5 20" 1 * * 2 140 43,5 20" 1 * * 3 180 43,5 20" 1 * * 4 200
41 22" 3 1 140 3 *
41 22" 3 2 180 4 140 43,5 22" 2 1 200 1 * 43,5 22" 2 * * 2 140 43,5 22" 2 * * 3 180 43,5 22" 2 * * 4 200
46 22" 1 * * 1 180
46 22" 1 * * 2 200
46 24" 2 * * 1 180
46 24" 2 * * 2 200 48,5 24" 1 * * 1 200
* = Niet combineerbaar met 90° beensteun
Bellis
TM
23
REMMEN
1.
2.
A
C
B
Gereedschap: 5 mm inbus
Controleer of de banden de juiste spanning hebben voor u de remmen opnieuw afstelt. De juiste span­ning staat vermeld op de zijkant van de banden.
1. Gebruikersrem
Zet de remmen vast door de remhendels naar u
toe te trekken. De gebruikersrem dient te wor­den gebruikt wanneer de rolstoel niet rijdt en is niet bedoeld om snelheid te minderen tijdens het rijden.
Om de rem te activeren beweegt u hendel (A)
voorwaarts.
Om de rem vrij te zetten beweegt u de hendel
achterwaarts (naar u toe).
Let erop dat u uw vingers niet bekneld tussen het
remblok en de band.
Onjuiste plaatsing of onjuist gebruik van de rem verminderd de werking van de rem.
2. Om een juiste remwerking te garanderen moet
het remblok de band “grijpen” wanneer de rem geactiveerd wordt. Het kan nodig zijn om voor een goede remwerking de rem opnieuw af te stellen. Draai inbusbout (A) los en breng de rem­bevestiging in de juiste positie. De juiste positie is een afstand van 15 mm tussen het remblok (B) en de band (C) wanneer de rem vrij staat. Draai de inbusbout weer vast.
Let op dat uw vingers niet bekneld raken tussn de
remstaaf en de band
A
NB! Geen remhendel verlengers op de Rea™
Bellis™ plaatsen.
24
1.
2.
3.
Verkeerd gebruik of afstellen van de rem ver-
mindert de remwerking.
BEGELEIDERSREMMEN
1. Remmen tijdens het rijden: knijp de hendels bei-
derzijds rustig in. De rolstoel zal vaart minderen.
2. Remmen activeren als parkeerrem: knijp de beide
hendels volledig in en beweeg de vergrendelings­clip (A) omhoog. Laat de remhendels nu los. De rolstoel staat nu op de rem.
A
3. Remmen vrij zetten: knijp de hendels in en de
vergrendelingsclip zal automatisch ontgrendelen.
Verkeerd gebruik of afstellen van de rem ver-
minderd de remwerking.
REA® BELLIS
DUWBEUGEL/DUWHANDVATTEN
A
1
.
19 cm
1. Duwbeugel/duwhandvatten Draai de twee knoppen (A) los. De hoogte van de handvatten kan nu worden aangepast door ze omhoog te trekken of omlaag te duwen. Zet de beugel in de gewenste stand en zet hem daarna vast door de knoppen aan te draaien
Denk eraan dat u de bovenste en onderste knoppen niet met elkaar verwisselt. Met de onderste knoppen is de rugleuning aan de stoel vastgezet. Als deze knoppen per onge­luk worden losgedraaid kan dit de veiligheid van de stoel in gevaar brengen!
Deze knoppen niet losdraaien!
De duwhandvatten mogen nooit meer dan 19 cm boven de houders uitsteken. Steek nooit uw vingers tussen de duwbeugel en de neksteunhouder (bij een naspanbare rug).
REA® BELLIS
25
ANTI-TIP
1–2.
Gereedschap: 5 mm inbus 10 mm steeksleutel
A
B
De anti-tip voorziening dient tevens als trapdop. De anti-tip voorziening is eenvoudig in hoogte verstel­baar.
1.
Verwijder de plastic doppen voor de bijgesloten
doppen. Druk de anti-tip in de buis en zet hem vast met schroef (A) en bout (B).
2. Licht de verende knop en selecteer de gewenste
hoogte. Overtuig u er van dat de anti-tip voorzie­ning vergrendelt op de nieuwe positie.
Vergeet nooit de anti-tip voorziening neer te klappen.
26
REA® BELLIS
Accessoires
HOOFDSTEUN
1.
2.
1. De hoogte-instelling en de afneembaarheid wordt
bepaald door de draaiknop (A). De buis is uitgerust met een geheugen. Draai schroef (B) los, pas de hoogte aan, en draai hem weer vast.
B
A
C
D
2. De hoek en diepte-instelling wordt gedaan met de
schroef (C) en hendel (D).
3.
4.
3. De zijdelingse aanpassingen worden gedaan door
schroef (E) los te draaien.
E
4. De hoek instelling van de “vleugels” wordt gedaan
door de schroeven (D) los te draaien. Pas de instel­ling aan en draai de schroeven weer vast.
D
REA® BELLIS
27
NEKSTEUN
1.
2.
1. Het instellen van de hoogte en het verwijderen van
de neksteun geschiedt met knop (A). De steun is uitgerust met een metalen “geheugen” plaat. Draai schroef (B) los en stel de gewenste hoogte in. Draai schroef daarna weer vast.
B
A
2. De diepte- en hoekinstelling kunnen worden
C
D
ingesteld met schroef (C) en hendel (D).
1-2.
AMPUTATIESTEUN
1. Bevestig de beensteunen door de insteekpijp (aan de bovenkant van de beensteunen) in de buizen van de rolstoel te hangen. U vergrendelt de been­steunen door ze naar binnen te draaien.
2. Draai hefboom (A) van de kussenhouder los
B
A
om de hoek en de hoogte van het kussen af te stellen. Draai de schroeven (B) aan de onderzijde van het kussen los om de diepte van het kussen af te stellen.
28
REA® BELLIS
ABDUCTIEKUSSEN
De diepte instelling en het verwijderen geschiedt door draaiknop (A) los te draaien.
A
PELOTTEN
1.
2a.
2b.
PELOTTEN Multi adjustable
1. . De hoogte instelling en het verwijderen geschiedt
door draaiknop (A) los te draaien.
B
A
2a. De pelotten zijn op veel manieren in te stellen.
Verwijder de bekleding en bekijk de illustraties voor de mogelijkheden van aanpassen van:
• De hoogte en diepte instelling
2b.
• Hoekinstelling
REA® BELLIS
29
2c.
2
G
1
2
I
Gereedschap: 5 mm inbus
en schroevendraaier
1
H
2c.
• Beperkte zijwaartse steun / Brede romp onder­steuning Alt.1
• Brede zijwaartse steun / Beperkte romp onder­steuning Alt.2
PELOTTEN
De pelotten kunnen in hoogte, diepte en zijwaarts ingesteld worden.
3
1. De hoogte wordt ingesteld door de inbusbouten (G) los te draaien en de opname (H) naar boven of beneden te bewegen tot de gewenste positie is
3
bereikt. Zet de inbusbouten (G) weer vast.
2. De zijwaartse instelling wordt gedaan door knop (I) los te draaien en de pelot naar binnen of naar buiten te verplaatsen tot de gewenste positie is bereikt. Draai knop (I) weer vast.
3. Om de diepte van de pelot in te stellen dient u de hoes van de pelot open te ritsen om de schroeven te bereiken. Draai de bouten los met een schroevendraaier en beweeg de pelot voor­waarts of achterwaarts tot de gewenste positie is bereikt. Draai de bouten weer vast.
4. Neem de pelot af door knop (I) los te draaien en de pelot zijwaarts en buitenwaarts te bewegen.
30
Let op dat uw arm niet bekneld raakt tussen de pelotten en de armlegger wanneer u de rughoek aanpast.
REA® BELLIS
1.
Gereedschap: 5 mm inbus
2.
Pelotten (wegzwenkbaar)
Het is mogelijk de pelotten in hoogte, diepte en zijwaartse positie in te stellen.
1. Pas de hoogte aan door de inbusschroeven los
B
A
te draaien (A) en de arm met het pelot op de juiste positie te schuiven. Draai daarna de inbus ­ schroeven (A) weer aan.
2. De zijwaartse positie van het pelot is aan te passen
door de drie schroeven (C) los te draaien. Ver­volgens de pelot te verschuiven tot de gewenste positie en de schroeven opnieuw aan te draaien.
C
3.
eerst de rits in de hoes open open te maken om toegang te krijgen tot de schroeven (D). Gebruik een schroevendraaier om ze los te draaien en schuif vervolgende het pelot voorwaarts en achter­waarts tot de gewenste positie. Draai de schroeven weer aan.
D
4. De pelotten kunnen worden weggeklapt zodat de
3. Om de diepte van de pelot aan te passen dient u
4.
gebruiker een vrije transfer kan maken.
REA® BELLIS
31
Transport
Invacare streeft continu naar verdere verbetering van de veiligheid van al haar producten bij het dagelijks gebruik. In dit kader heeft Invacare al sinds het midden van de jaren negentig erkende onderzoeksinstituten botsproeven heeft laten doen met verschillende modellen handbewogen rolstoelen. We willen u dan ook informeren over het vervoer van rolstoelen inclusief hun gebruikers in voertuigen die speciaal voor dit vervoer zijn ingericht. Ten eerste willen we benadrukken dat de veiligste vervoerswijze altijd één van de normaal aanwezige autostoelen in combinatie met de autogordel voor die zitplaats is. Invacare zegt dus uitdrukkelijk NIET dat zittend vervoer in een rolstoel veiliger zou zijn. Maar we beseffen ook dat er vaak medische omstandigheden kunnen zijn die zittend vervoer in een rolstoel noodzakelijk maken. Volg in dat geval de hier genoemde veiligheidsvoorschriften op om de kans op letsel bij ongevallen te minimaliseren. Alle rolstoelen zijn getest volgens de ISO-norm 7176, deel 19: “Mobiliteitvoorzieningen op wielen voor gebruik als zitplaats in motorvoertuigen”. Hierbij is de standaardtest doorstaan die één mogelijke ongevalsituatie simu­leert – een volledig frontale aanrijding bij 48 km/u met een vertraging van 20 g en een testpop van 75 kg. Deze standaardtest, ISO 7176-19, is ontwikkeld door autoriteiten en deskundigen en definieert de minimumeisen die aan rolstoelen worden gesteld voor vervoer in voertuigen. Deze norm wordt regelmatig aangepast aan nieuwe ontwik­kelingen en inzichten.
In de realiteit vinden ongelukken natuurlijk niet plaats onder dergelijke laboratoriumomstandigheden. Bij “echte” ongevallen is er waarschijnlijk sprake van andere snelheden, botshoeken, rolstoelconfiguraties, gebruikersgewich­ten en vertragingen. Invacare wijst dan ook uitdrukkelijk elke aansprakelijkheid van de hand voor de gevolgen van ongelukken waarbij onze producten zijn betrokken. We hebben uitsluitend een algemene configuratie met gangbare aanpassingen getest. Configuraties en accessoires die niet geschikt zijn voor zittend vervoer in een voertuig worden later in dit hoofdstuk genoemd.
TRANSPORT VAN ROLSTOELEN IN EEN ANDER VOERTUIG
1. De bezette rolstoel moet vastgezet worden in een voorwaarts gerichte positie (reisrichting) met de handremmen aangedrukt. Alle toebehoren (werk­blad, zijsteunen, abductiekussens etc.) moeten worden verwijderd en veilig opgeborgen, zodat bij calamiteiten verwondingen worden voorkomen.
2. De rolstoel moet veilig vastgezet worden in de auto met een 4-punts vastzetsysteem. De ge­bruiker behoort in het voertuig gebruik te maken van een
3-punts veiligheidsgordel. Zowel het 4-punts
vastzetsysteem als de 3-punts veiligheidsgordel dienen ISO-10542-2 goedgekeurd te zijn
32
3. De bevestigingspunten aan de rolstoel waar het vastzetsysteem geplaatst moet worden, zijn aange­geven met dit symbool.
REA® BELLIS
4. Bij gebruik als stoel tijdens transport in een vo-
ertuig, moet de rolstoel uitgevoerd zijn met een heupgordel.
5. De gordel van de auto hoort zo stevig als mogelijk
om het lichaam te zitten, zonder dat dit oncom­fortabel voelt. De bovenkant van deze gordel hoort om de schouders te passen, zoals aangegeven op de tekening. De gordel mag niet gedraaid zijn.
7. De 3-punts veiligheidsgordel mag niet verwijderd
zijn van het lichaam door delen van de rolstoel zoals armsteunen of wielen etc.
8. Indien mogelijk moet er gebruik gemaakt worden
van een hoofdsteun tijdens transport om het risico op nekletsel te verminderen. De hoofdsteun moet worden ingesteld zoals de tekening laat zien. .
6. Het bekkengedeelte van de 3-punts veilighe-
idsgordel moet laag over het bekken bevestigd worden, zodat de gewenste hoek van de gordel wordt bereikt (A) van 30° tot 75° t.o.v. de hori­zontale lijn. Een grotere hoek heeft de voorkeur, maar mag nooit meer zijn dan 75°.
REA® BELLIS
33
FIXATIEMETHODEN
Rea™ Bellis™
A. Voorste fixatie
B
C
1. Breng de voorste banden aan rond het frame van de rolstoel. Indien de banden zijn uitgevoerd met haken, plaats deze dan in de taxi-ogen.
2. Zet de remmen los en span de voorste banden aan door de rolstoel achterwaarts te bewegen. Zet de remmen weer vast.
B. Achterste fixatie
1. Plaats de bevestigingshaken van de achterste banden aan de transportfixatie welke aan het achterframe zijn gemonteerd.
2. Span de banden aan.
C. Vastzetten van de bekkengordel en de
veiligheidsgordel
1. Controleer of de bekkengordel op de rolstoel correct is vastgezet.
2. Plaats de driepuntsgordel over de gebruiker.
Als de bekkengordel van de rolstoel niet aan-
wezig is moet de gebruiker op een autostoel plaatsnemen of geplaatst worden.
De veiligheidsgordel mag niet belemmerd
worden door rolstoel componenten bij het
A
B
vastzetten van de gebruiker.
Rea™ Bellis™ Transport
A. Voorste fixatie
1. Breng de voorste banden aan rond het frame van de rolstoel. Indien de banden zijn uitgevoerd met haken, plaats deze dan in de taxi-ogen.
2. Zet de remmen los en span de voorste banden aan door de rolstoel achterwaarts te bewegen.
C
Zet de remmen weer vast.
B. Achterste fixatie
1.
Bevestig de haken van de achterste banden aan
de achterwielbevestigingsplaten.
2. Span de banden aan.
C. Vastzetten van de bekkengordel en de
veiligheidsgordel
1. Controleer of de bekkengordel op de rolstoel correct is vastgezet.
2. Plaats de driepuntsgordel over de gebruiker.
Als de bekkengordel van de rolstoel niet aan-
wezig is moet de gebruiker op een autostoel plaatsnemen of geplaatst worden.
34
De veiligheidsgordel mag niet belemmerd
worden door rolstoel componenten bij het vastzetten van de gebruiker.
A
TM
Bellis
7.3WERKWIJZE OM UW ® ALS BAGGAGE TE VERVOEREN
1.
2.
De Rea™ Bellis™ is eenvoudig klaar te maken voor transport.
1. Rugleuning
Verwijder het rugkussen door deze los te trekken
(in voorwaartse richting) van de rugplaat. Draai de knoppen (A) los en trek de rugplaat omhoog. Leg de rugplaat op de zitting waar het kan blijven gedurende het transport. Indien noodzakelijk kunt u de duwhandvatten eveneens verwijderen. Let dan extra op de kabels die lopen van de onderzijde
A
naar de handvatten. Wanneer u de rugplaat weer bevestigd, zorg er dan voor dat de kabels niet afgekneld worden.
B
2. Handvatten met duwbeugel.
Draai de twee knoppen (B) los. De hoogte van de
handvatten kan simpelweg worden ingesteld door deze omhoog of omlaag te brengen.
3.
Het is belangrijk dat u de juiste verstelknoppen los draait. Wanneer u per ongeluk de onderste knoppen van de rug los draait kan de veiligheid van de stoel en daarmee de gebruiker in gevaar komen.
De duwbeugel met handvatten mag niet meer dan 19 cm boven de rugplaat uitsteken.
3. Hoek verstelbare beensteuen
De hoek verstelbare beensteunen kunnen worden
gedemonteerd door de hendel (C) in te drukken terwijl u de beensteun naar buiten draait. U kunt de beensteun nu uit de ophanging tillen.
C
Bellis
TM
35
4.
5a.
4. Vaste beensteunen
De vaste beensteunen kunnen worden gedemon-
teerd door aan de klem (C) te trekken terwijl u de beensteun naar buiten draait. Vervolgens kunt u de beensteun eenvoudig uit de ophanging tillen.
C
5a. Wegklapbare armsteun.
Om de armsteunen te verwijderen moeten deze
eerst omhoog worden geklapt. Ontgrendel de armsteun door knop (A) in te drukken.
5b.
6.
A
5b. In hoogte verstelbare en afneembare
armsteun.
Trek ze recht omhoog om ze te verwijderen.
6. Aandrijfwielen
Verwijder de aandrijfwielen door op de knop (B)
te drukken en het wiel recht naar buiten te trek-
B
ken.
36
REA® BELLIS
Veiligheidsinstructies/Aandrijftechnieken
Wij doen de aanbeveling om de rolstoel te laten testen door een deskundige wanneer de gewenste instellingen en wijzigingen zijn aangebracht waarbij rekening gehouden dient te worden met uw lichaamsbouw en behoeften. Wij hopen dat u tevens hulp heeft gekregen in het omgaan met de rolstoel. Begin altijd met voorzichtig oefenen tot u de mogelijkheden en beperkingen van uw rolstoel kent.
Transfer naar en vanuit de rolstoel
Plaats de rolstoel zo dicht mogelijk bij de zitplaats waar u naartoe over
wilt schuiven. Zet de rolstoel op de rem. Neem de armsteun af en zwenk de beensteun weg. Ga nooit op de voetplaten staan; de rolstoel kan hierdoor voorover kantelen.
Reiken en leunen Breng de rolstoel zo dichtbij als mogelijk. Wanneer u reikt en strekt,
zorg dan altijd voor volledig contact tussen de rugleuning en uw rug om kantelen van de rolstoel te voorkomen. Achter de rug reiken wordt sterk afgeraden.
Heuvels oprijden
Veel ervaren rolstoelgebruikers kunnen zichzelf heuvelop rijden. Om
niet achterover te kantelen of de controle over de rolstoel te verliezen dient u bij het heuvel oprijden altijd voorover te leunen. Drijf de rolstoel aan met korte, snelle bewegingen om controle en snelheid te houden. In het algemeen is hulp nodig bij het nemen van steile hellingen. Wan­neer u stopt op een helling is het belangrijk dat u geen onverwachte of wilde bewegingen maakt indien u de rolstoel weer in beweging zet. Aangezien de rolstoel al achterover staat bij het heuvelopwaarts rijden kan de rolstoel hierdoor achterover kantelen. De maximaal neembare hellingshoek ligt tussen de 3° en de 13.5° en is sterk afhankelijk van gebruikersgewicht en de instellingen van de rolstoel.
Heuvels afrijden
Wij bevelen aan om gebruik te maken van een begeleider wanneer u
steile of natte heuvels afrijdt.
Controleer heuvels op eventueel aanwezige gevaren als gaten in de
weg, gladheid of oneffenheden. Gebruik de standaard remmen niet om af te remmen. Dit leidt bij het activeren tot het risico dat de wielen blokkeren en de rolstoel voorover kantelt. Controleer de snelheid altijd door gebruik te maken van de hoepels. Denk eraan dat de hoe­pels heet kunnen aanvoelen als gevolg van wrijving en u uw handen dus kunt verwonden. Rijd altijd in een zo recht mogelijke lijn wanneer u heuvelafwaarts rijdt.
Bellis
TM
37
Stoepen oprijden
Deze methode is bedoeld voor als de begeleider zich achter de rolstoel
bevindt en het geeft de gebruiker een veilig gevoel. Het volgende advies is voor de begeleider: Tekening 1) Stel de anti-tip hoger in. Zorg ervoor dat de voeten van de
gebruiker zich op de voetplaten bevinden en er niet vanaf kunnen glijden.
Vervolgens kantelt u de rolstoel en rijdt hem tegen de stoeprand aan. Tekening 2) Laat de voorzijde van de rolstoel op de stoeprand zakken en
ga zo dicht mogelijk achter de rolstoel staan voordat u de rolstoel optilt
an de achterzijde. Tekening 3) Leun voorover en lift / rol de rolstoel de stoep op. Tekening 4) Laat de rolstoel op de stoep zakken zodat het gewicht weer
wordt verdeeld over de vier wielen. Zorg ervoor dat de rolstoel niet ach-
teruit rolt.
Stoepen afrijden
Volg de bovenstaande procedure in omgekeerde volgorde. (Stap 4,3,2,1)
om de stoep af te rijden.
Stoepen – alternatieve methode
Deze methode wordt over het algemeen gebruikt door ervaren begelei-
ders met meer kracht. De methode kan eveneens gebruikt worden als het
obstakel slechts minimaal is.
De begeleider stapt achteruit de stoep op en trekt de rolstoel de stoep op.
Het is hierbij belangrijk dat de begeleider zijn / haar lichaam goed gebruikt
om verwonding aan het eigen lichaam te voorkomen. Kantel de rolstoel
achterover en rol de rolstoel over de stoeprand op de stoep. Let vooral
goed op wanneer de stoep nat of glad is.
Roltrappen
Gebruik nooit een roltrap met een rolstoel. Zoek in dit geval naar de
dichtstbijzijnde lift.
Trappen
Wij adviseren het gebruik van trappen zoveel mogelijk te vermijden wan-
neer u in de rolstoel zit. Kies een alternatieve route. Het verdient de aanbeveling om trappen altijd te nemen met behulp van
twee begeleiders. Een begeleider loopt voor de rolstoel en houdt de rol-
stoel aan het frame vast terwijl de andere begeleider achter de rolstoel
loopt en de rolstoel aan de duwhandvatten vasthoudt. Zorg ervoor dat de
duwhandvatten / duwbeugel goed vastzitten. Draai de anti-tip weg onder de
rolstoel. Kantel de rolstoel achterover op de achterwielen tot de rolstoel
in balans is. De rolstoel wordt vervolgens trede voor trede de trap afge-
rold. Begeleiders moeten de rolstoel nooit aangrijpen aan de armsteunen
of beensteunen. De rolstoel mag alleen aangegrepen worden aan de vaste
framedelen en de begeleiders moeten eraan denken hun benen te gebruiken
en hun rug recht te houden.
38
Bellis
TM
Garantie
Wij garanderen het product tot 2 jaar na de factuurdatum. Normale slijtage is uitgesloten van de garantie. Onderdelen zoals bekleding,banden, hoepels en voorwielen. Beschadigingen ontstaan door fysiek geweld, onachtzaamheid of abnormaal gebruik zijn eveneens uitgesloten, evenals schades ontstaan door een te hoog gebruikersgewicht.
Onderhoudsinstructies
Uw rolstoel is eenvoudig te reinigen.
• Controleer eens per week alle onderdelen van de rolstoel op scheurtjes of beschadiging. Neem bij geconstateerde gebreken direct contact op met Invacare. Zie voor contactge­gevens de achterzijde van de gebuikershandleiding.
• Controleer regelmatig of schroeven en moeren goed vastzitten (dit geldt voor alle losse onderdelen).
Schoonmaken
Reinig metalen delen en de bekleding regelmatig schoon met een vochtige doek. Een milde zeep kan gebruikt worden. Indien nodig kan de bekleding gewassen worden op 40°. Hierbij kan gebruikt gemaakt worden van een normaal wasmiddel.
Wassen en desinfecteren
1. Verwijder alle losse bekleding en was deze in een wasmachine volgens het wasvoorschrift dat
op de ingenaaide etiketten staat.
2. Spuit de rolstoel in met een reinigingsmiddel, bijvoorbeeld een autoshampoo met was, en laat
dit middel even inwerken.
3. Spuit de rolstoel schoon met een hogedrukspuit of met een gewone waterstraal, afhan
kelijk van hoe vuil de rolstoel is. Richt de straal nooit op de lagers en de afvoergaten. Als de rolstoel in een speciale machine wordt gewassen, mag het gebruikte water niet heter zijn dan 60 graden Celsius.
4. Spuit de rolstoel in met alcohol om hem te desinfecteren.
5. Droog de stoel in een droogkast. Maak de onderdelen los waar water in kan achterblijven,
zoals afsluitdoppen, handvatten, enz. Als de rolstoel in de speciale machine is gewassen, raden we u aan om hem met perslucht droog te blazen.
Bellis
Wielen en banden
• De wielassen moeten schoon gehouden worden met een doek en regelmatig voorzien worden van een druppel olie
• De luchtbanden hebben een autoventiel en kunnen opgepompt worden met een pomp voor autobanden of door gebruik te maken van een verloopnippel.
Aanbevolen bandenspanning voor de achterwielen: Standaard banden: 3.5 bar 50 psi
Laag profielbanden 7.0 bar 90 psi Aanbevolen bandenspanning voor zwenkwielen:
(200 mm) 8" 4,0 bar (150 mm) 6" 2,5 bar
Technische service
• Alleen originele welke overeenstemmen met Invacare’s
specificaties dienen te worden
gebruikt
• Alle technische handelingen dienen uitgevoerd te worden door een erkende leverancier of de technische dienst van Invacare. Het adres en telefoon nummer wordt vermeld op de achterzijde van de handleiding
TM
39
Levensduur
Wij schatten de levensduur van uw Rea™ Bellis™ in op 5 jaar. Het is moeilijk om een een exacte levensduur voor het product weer te geven. De verwachtte levensduur is gebaseerd op normaal alledaags gebruik. De levensduur kan langer zijn wanneer de rolstoel slechts gedu­rende dagdelen wordt gebruikt, goed wordt onderhouden en correct wordt behandeld. De levensduur kan korter zijn wanneer de rolstoel onderhevig is aan zeer intensief gebruik.
Ongelukken / bijna ongelukken
Aangezien alle Invacare producten CE zijn gekeurd dient u bij een ongeluk of bijna ongeluk, welke veroorzaakt werd door de rolstoel waarbij persoonlijk letsel of de mogelijkheid op per­soonlijk letsel aanwezig was, direct direct contact op te nemen met Invacare. De betreffende instanties moeten in een dergelijke situatie op de hoogte gesteld worden.
Testen
De Rea™ Bellis™ is getest door het het zweedse Handicap Instituut en voldoet aan de CE­richtlijn conform de MDD.
Reconditioneren
De Rea™ Bellis™ kan verdeeld worden in de volgende componenten:
• Frame
• Kunststof onderdelen
• Bekleding
• Wielen, banden en binnenbanden
• Verpakking
Frame
Het frame is gemaakt van staal en is volledig te recyclen. Het recyclen van het staal kost slechts 20-25% aan energie vergeleken met nieuw geproduceerd staal. Rea™ Bellis™ heeft twee gasveren en deze bevatten een smeermiddel (olie) en dienen derhalve als chemisch afval te worden aangeboden. De gasveer staat onder grote druk. Let daarom extra op wanneer u de gasveer demonteerd.
Kunststof onderdelen
De kunststof onderdelen van de rolstoel zijn gemaakt van materiaal die behoort tot dat ther­moplasten en zijn voorzien van het recyling symbool (waar mogelijk in verband met de maat van het component). Het hoofdbestanddeel is polyamide. Het materiaal kan gerecycled of verbrand worden in de daartoe goedgekeurde afvalverwerkingsbe-drijven.
Bekleding
De bekleding is gemaakt van polyester, PUR of PVC. De beste manier om de bekleding te ver­nietigen is ze verbranden in de daartoe goedgekeurde afvalverwerkingsbedrijven.
Wielen, banden en binnenbanden
• De hoepel, velg, spaken en naaf zijn van staal, roestvrijstaal of aluminium gemaakt en kunnen net als voornoemde componenten gerecycled worden.
• Buiten- en binnenbanden zijn gemaakt van rubber en kunnen worden gerecycled.
Verpakking
Alle verpakkingsmaterialen welke gebruikt worden door Invacare Rea™ AB zijn ontwikkeld om het product op een optimale manier te verpakken en te voorkomen dat er onnodig afval wordt gecreëerd. Alle dozen zijn recyclebaar. Neem contact op met uw lokale afvalverwerkingsbedrijf om de juiste informatie te ontvangen omtrent het afvoeren van de bovenstaande materialen.
Oppervlakte behandeling
Gelakte oppervlakten zijn polyester gelakt. Sommige stalen onderdelen zijn verzinkt. Niet gelakte aluminium onderdelen zijn geanodiseerd. Zichtbare houten onderdelen zijn gelakt.
40
Bellis
TM
Bellis
TM
41
42
Bellis
TM
Bellis
TM
43
Fabrikant:
Invacare Rea AB
Växjövägen 303 S-343 71 DIÖ SWEDEN
Verkoopkantoren:
Belgium & Luxemburg: Invacare nv, Autobaan 22, B-8210 Loppem Tel: (32) (0)50 83 10 10, Fax: (32) (0)50 83 10 11 belgium@invacare.com
Danmark: Invacare A/S, Sdr. Ringvej 37, DK-2605 Brøndby Tel: (45) (0)36 90 00 00, Fax: (45) (0)36 90 00 01 denmark@invacare.com
Deutschland: Invacare Aquatec GmbH, Alemannenstraße 10, D-88316 Isny Tel: (49) (0)75 62 7 00 0, Fax: (49) (0)75 62 7 00 66 info@invacare-aquatec.com
Ulrich Alber GmbH, Vor dem Weissen Stein 21, D-72461 Albstadt-Tailfingen Tel: (49) (0)7432 2006 0, Fax: (49) (0)7432 2006 299 info@ulrich-alber.de
Nederland: Invacare BV, Celsiusstraat 46, NL-6716 BZ Ede Tel: (31) (0)318 695 757, Fax: (31) (0)318 695 758 nederland@invacare.com csede@invacare.com
Norge: Invacare AS, Grensesvingen 9, Postboks 6230, Etterstad, N-0603 Oslo Tel: (47) (0)22 57 95 00, Fax: (47) (0)22 57 95 01 norway@invacare.com island@invacare.com
Österreich: Invacare Austria GmbH, Herzog Odilostrasse 101, A-5310 Mondsee Tel: (43) 6232 5535 0, Fax: (43) 6232 5535 4 info@invacare-austria.com
European Distributor Organisation: Invacare, Kleiststraße 49, D-32457 Porta Westfalica Tel: (49) (0)57 31 754 540, Fax: (49) (0)57 31 754 541 edo@invacare.com
España: Invacare SA, c/Areny s/n, Polígon Industrial de Celrà, E-17460 Celrà (Girona) Tel: (34) (0)972 49 32 00, Fax: (34) (0)972 49 32 20 contactsp@invacare.com
France: Invacare Poirier SAS, Route de St Roch, F-37230 Fondettes Tel: (33) (0)2 47 62 64 66, Fax: (33) (0)2 47 42 12 24 contactfr@invacare.com
Ireland: Invacare Ireland Ltd, Unit 5 Seatown Business Campus, Seatown Road, Swords, County Dublin - Ireland Tel: (353) 1 810 7084, Fax: (353) 1 810 7085 ireland@invacare.com
Italia: Invacare Mecc San s.r.l., Via dei Pini 62, I-36016 Thiene (VI) Tel: (39) 0445 38 00 59, Fax: (39) 0445 38 00 34 italia@invacare.com
Portugal: Invacare Lda, Rua Estrada Velha, 949, P-4465-784 Leça do Balio Tel: (351) (0)225 1059 46/47, Fax: (351) (0)225 1057 39 portugal@invacare.com
Sverige & Suomi: Invacare AB, Fagerstagatan 9, S-163 91 Spånga Tel: (46) (0)8 761 70 90, Fax: (46) (0)8 761 81 08 sweden@invacare.com finland@invacare.com
Switzerland: Invacare AG, Benkenstrasse 260, CH-4108 Witterswil Tel: (41) (0)61 487 70 80, Fax: (41) (0)61 487 70 81 switzerland@invacare.com
United Kingdom: Invacare Limited, Pencoed Technology Park, Pencoed, Bridgend CF35 5HZ Switchboard Tel: (44) (0)1656 776200, Fax: (44) (0)1656 776201 Customer services Tel: (44) (0)1656 776222, Fax: (44) (0)1656 776220 UK@invacare.com
Art.nr. 1449142-4 2010-11-01
Loading...