De informatie in dit document kan zonder
voorafgaande kennisgeving worden
gewijzigd. Alle garanties voor HP-producten
en -services staan in de uitdrukkelijke
garantiebeschrijvingen bij de desbetreffende
producten. Geen enkel onderdeel van dit
document mag als extra garantie worden
gezien. HP aanvaardt geen
aansprakelijkheid voor technische fouten,
drukfouten of weglatingen in deze publicatie.
Onderdeelnummer 457041-331
November 2007 (eerste editie)
Microsoft, Windows en Windows NT zijn
gedeponeerde handelsmerken van Microsoft
Corporation in de Verenigde Staten.
Windows Server 2003 is een handelsmerk
van Microsoft Corporation.
Aanname betreffende de lezer
Dit document is bedoeld voor de persoon die
verantwoordelijk is voor het installeren,
beheren en oplossen van problemen met
servers en opslagsystemen. HP neemt aan dat
u bent gekwalificeerd voor het onderhoud
van computerapparatuur en dat u bent
getraind in het herkennen van gevaren met
betrekking tot producten met gevaarlijke
energieniveaus.
Inhoudsopgave
1 Identificatie van de onderdelen
Onderdelen aan de voorzijde ................................................................................................... 1
Lampjes en knoppen aan de voorzijde ....................................................................................... 2
Lampjes Systems Insight Display ................................................................................................. 4
Onderdelen aan de achterzijde ................................................................................................. 5
Oranje = Redundantiestoring. Raadpleeg
de Systems Insight Display-lampjes
(
Lampjes Systems Insight Display
op pagina 4) om een component met
prestatieverlies te identificeren.
Rood = Kritieke voedingsstoring.
Raadpleeg de Systems Insight Displaylampjes (Lampjes Systems Insight Display
op pagina 4) om een component in
kritieke staat te identificeren.
4Lampje NIC 1 link/activiteitGroen = Netwerkverbinding
Knipperen = Netwerkverbinding
en -activiteit
Uit = Geen verbinding met netwerk.
Indien de stroom is afgesloten, kijk dan
naar de RJ45-lampjes op het
achterpaneel voor de status.
5Lampje NIC 2 link/activiteitGroen = Netwerkverbinding
Knipperen = Netwerkverbinding
en -activiteit
Uit = Geen verbinding met netwerk.
Indien de stroom is afgesloten, kijk dan
naar de RJ45-lampjes op het
achterpaneel voor de status.
6Aan/standby-knop en aan/uit-lampjeGroen = Systeem ingeschakeld
Oranje = Systeem uitgeschakeld, maar
nog steeds voeding aanwezig
Uit = Netsnoer niet aangesloten of
voedingsstoring.
NLWWLampjes en knoppen aan de voorzijde3
Lampjes Systems Insight Display
Status
Oranje = Storing
Uit = Normaal
OPMERKING: Indien meer dan één lampje van een DIMM-slot brandt, moeten er meer problemen
worden opgelost. Test elke bank met DIMM’s door alle andere DIMM’s te verwijderen. Isoleer de
uitgevallen DIMM door elke DIMM in een bank te vervangen door een DIMM waarvan u weet dat deze
in orde is.
Aan = Systeemconfiguratie is vergrendeld
en kan niet worden aangepast.
S3UitGereserveerd
S4UitGereserveerd
S5UitUit = Opstartwachtwoord is
S6UitUit = Normaal
S7UitGereserveerd
S8UitGereserveerd
ingeschakeld.
Aan = Opstartwachtwoord is
uitgeschakeld.
Aan = ROM behandelt
systeemconfiguratie als ongeldig.
Wanneer de systeemonderhoudsschakelaarpositie 6 op Aan wordt gezet, is het systeem klaar om alle
systeemconfiguratie-instellingen van zowel CMOS als NVRAM te wissen.
VOORZICHTIG: Wissen van CMOS en/of NVRAM verwijdert configuratie-informatie. Zorg dat de
server op de juiste wijze is geconfigureerd of er kunnen gegevens verloren raken.
NMI-functionaliteit
Een NMI-crashdump stelt beheerders in staat crashdump-bestanden aan te maken wanneer een systeem
hangt en niet op traditionele debugmechanismen reageert.
NLWWSysteemkaart9
Crashdump-logbestandanalyse is een essentieel onderdeel bij het diagnosticeren van
betrouwbaarheidsproblemen, zoals hangende besturingssystemen, stuurprogramma’s en applicaties.
Veel crashes bevriezen een systeem, en de enige beschikbare actie voor beheerders is het opnieuw
inschakelen van de voeding van het systeem. Het resetten van het systeem wist elke informatie die zou
kunnen helpen bij probleemanalyse, maar de NMI-voorziening bewaart die informatie door een
geheugendump uit te voeren voordat een harde reset plaatsvindt.
Om het besturingssysteem te dwingen de NMI-handler aan te roepen en een crashdump-logbestand te
genereren, kan de beheerder één van de volgende dingen doen:
De NMI-jumperpennen kortsluiten
●
De NMI-schakelaar indrukken
●
De iLO Virtual NMI-voorziening gebruiken
●
Zie voor extra informatie de whitepaper op de HP-website (
http://h20000.www2.hp.com/bc/docs/
support/SupportManual/c00797875/c00797875.pdf).
Combinaties van lampjes van de Systems Insight
Display en interne systeemcondities
Wanneer het lampje voor de interne systeemconditie rood of oranje brandt op het voorpaneel, dan is er
iets aan de hand met de conditie van de server. Combinaties van brandende systeemlampjes en lampjes
voor de interne systeemconditie duiden op problemen met de systeemstatus.
Lampje van de Systems Insight
Display en kleur
Processorstoring, voetje X (oranje)RoodEr is mogelijk sprake van een of meer van
Kleur lampje interne
systeemconditie
Status
de volgende condities:
●Processor op voetje X is uitgevallen.
Processor X is niet op het voetje
●
geïnstalleerd.
Processor X wordt niet ondersteund.
●
ROM detecteert een uitgevallen
●
processor tijdens POST.
OranjeProcessor op voetje X dreigt uit te vallen.
PPM-storing (oranje)RoodEr is mogelijk sprake van een of meer van
I-PPM-storing (oranje)RoodIngesloten I-PPM voor processor 1 is
de volgende condities:
●PPM voor processor 2 is uitgevallen.
PPM is niet geïnstalleerd, maar
●
processor 2 is geïnstalleerd.
uitgevallen.
10Hoofdstuk 1 Identificatie van de onderdelenNLWW
Lampje van de Systems Insight
Display en kleur
DIMM-storing, slot X (oranje)RoodEr is mogelijk sprake van een of meer van
Kleur lampje interne
systeemconditie
Status
de volgende condities:
DIMM op voetje X is uitgevallen.
●
Geheugengroep is uitgerust met
●
verschillende typen DIMM’s (alle
DIMM’s komen niet met elkaar
overeen).
OranjeEr is mogelijk sprake van een of meer van
DIMM-storing, alle slots in één
bank (oranje)
DIMM-storing, alle slots in alle
banken (oranje)
Overtemperatuur (oranje)RoodDe server heeft een temperatuurniveau
Ventilator (oranje)OranjeEen ventilator is in redundante modus
RoodEén of meer DIMM’s zijn uitgevallen. Test
RoodEén of meer DIMM’s zijn uitgevallen. Test
de volgende condities:
DIMM in slot X dreigt uit te vallen.
●
●Geheugengroep is uitgerust met
verschillende typen DIMM’s (ten
minste één DIMM is in orde).
elke bank met DIMM’s door alle andere
DIMM’s te verwijderen. Isoleer de
uitgevallen DIMM door elke DIMM in een
bank te vervangen door een DIMM
waarvan u weet dat deze in orde is.
elke bank met DIMM’s door alle andere
DIMM’s te verwijderen. Isoleer de
uitgevallen DIMM door elke DIMM in een
bank te vervangen door een DIMM
waarvan u weet dat deze in orde is.
gedetecteerd dat kritisch is voor de
hardware.
uitgevallen.
RoodEr is mogelijk sprake van een of meer van
Voeding X (oranje)RoodVoeding X is uitgevallen.
PCI riser cage-vergrendeling (oranje)—PCI riser cage zit niet op zijn plaats.
de volgende condities:
Een ventilator is in niet-redundante
●
modus uitgevallen.
De ventilator voldoet niet aan de
●
minimumvereisten. Twee of meer
ventilatoren werken niet of zijn
verwijderd.
NLWWCombinaties van lampjes van de Systems Insight Display en interne systeemcondities11
waarschuwing voor een schijffout
ontvangen voor deze schijfeenheid; deze
is ook geselecteerd door een
beheerapplicatie.
geselecteerd door een beheerapplicatie.
schijffout ontvangen voor deze schijf.
Vervang de schijfeenheid zo snel
mogelijk.
ogenblik niet actief.
Verwijder de schijfeenheid niet.
Als u een schijfeenheid verwijdert,
kan de huidige bewerking
worden afgebroken en kunnen
gegevens verloren gaan.
De schijfeenheid maakt deel uit van een
array die capaciteitsuitbreiding of stripemigratie ondergaat, maar er is een
waarschuwing voor een schijffout voor
deze schijfeenheid ontvangen. Om het
risico van gegevensverlies tot een
minimum te beperken, moet de
schijfeenheid niet vervangen worden
totdat de uitbreiding of migratie voltooid
is.
Regelmatig knipperend (1 Hz)Uit
Onregelmatig knipperenOranje, regelmatig knipperend (1 Hz)De schijfeenheid is actief, maar er is voor
Onregelmatig knipperenUitDe schijfeenheid is actief en werkt
UitOnonderbroken oranjeEen kritieke foutconditie is voor deze
UitOranje, regelmatig knipperend (1 Hz)Er is een waarschuwing voor een
Verwijder de schijfeenheid niet.
Als u een schijfeenheid verwijdert,
kan de huidige bewerking
worden afgebroken en kunnen
gegevens verloren gaan.
De schijfeenheid wordt opnieuw
opgebouwd of is onderdeel van een
array die een capaciteitsuitbreiding of
een stripe-migratie ondergaat.
deze schijfeenheid een waarschuwing
voor een schijffout ontvangen. Vervang
de schijfeenheid zo snel mogelijk.
normaal.
schijfeenheid geïdentificeerd en de
controller is offline geplaatst. Vervang de
schijfeenheid zo snel mogelijk.
schijffout ontvangen voor deze schijf.
NLWWCombinaties van lampjes van SAS- en SATA-schijven13
VOORZICHTIG: Schakel de server uit en verwijder alle netsnoeren voordat u de PCI riser cage
verwijdert of installeert. Zo voorkomt u schade aan de server of de uitbreidingskaarten.
reserveschijf of is een nog niet
geconfigureerd onderdeel van een array.
Status
Aan = wisselstroomvoeding aangesloten
Uit = wisselstroom losgekoppeld
14Hoofdstuk 1 Identificatie van de onderdelenNLWW
Lampjes van accu
Item nr.KleurOmschrijving
1GroenLampje van stroomtoevoer. Dit lampje
2GroenLampje van hulpstroomtoevoer. Dit
3OranjeStatuslampje van batterij. Zie de
4GroenStatuslampje van BBWC Zie de volgende
Patroon lampje 3Patroon lampje 4Betekenis
brandt voortdurend als het systeem is
ingeschakeld en een stroomtoevoer van
12 volt naar het systeem beschikbaar is.
Deze voedingseenheid wordt gebruikt om
de batterij opgeladen te houden en om de
microcontroller van de cache van extra
stroomtoevoer te voorzien.
lampje brandt voortdurend als de
hulpstroom van 3,3 volt is aangetroffen.
De hulpstroom wordt gebruikt voor het
behoud van BBWC-gegevens en is
beschikbaar wanneer de netsnoeren van
het systeem op een voedingseenheid zijn
aangesloten.
volgende tabel voor een beschrijving van
de verlichtingspatronen van dit lampje.
tabel voor een beschrijving van de
verlichtingspatronen van dit lampje.
—Knippert een maal per twee secondenHet systeem is uitgeschakeld en de cache
bevat gegevens die nog niet op de
schijfeenheden zijn geplaatst. Schakel de
stroomtoevoer naar het systeem zo snel
mogelijk weer in om gegevensverlies te
voorkomen.
NLWWLampjes van accu15
Patroon lampje 3Patroon lampje 4Betekenis
Gegevens blijven langer behouden als de
hulpstroomtoevoer van 3,3 volt
beschikbaar is, zoals aangegeven met
lampje 2. Als geen hulpstroom
beschikbaar is, blijven de gegevens
alleen behouden door de accustroom.
Met een volledig opgeladen accu kunnen
gegevens normaal gesproken ten minste
twee dagen behouden blijven.
De levensduur van de accu is tevens
afhankelijk van de grootte van de
cachemodule. Raadpleeg de QuickSpecs
voor de controller op de website van HP
(
http://www.hp.com) voor meer
informatie.
—Knippert twee maal, vervolgens pauzeDe microcontroller van de cache wacht
—Knippert een maal per secondeHet oplaadniveau van de accu is lager
—Brandt ononderbrokenDe accu is volledig opgeladen en
—UitDe accu is volledig opgeladen en de
Knippert een maal per secondeKnippert een maal per secondeEen afwisselend groen en oranje
op communicatie van de hostcontroller.
dan het minimumniveau en de accu wordt
opgeladen. Functies waarvoor een accu
is vereist (zoals schrijven van de cache,
capaciteitsuitbreiding, migratie van
stripegrootte en migratie van RAID) zijn
tijdelijk niet beschikbaar totdat het
opladen is voltooid. Het oplaadproces
kan 15 minuten tot twee uur duren,
afhankelijk van de aanvankelijke
capaciteit van de accu.
verzonden schrijfgegevens zijn
opgeslagen in de cache.
cache bevat geen verzonden
schrijfgegevens.
knipperpatroon geeft aan dat de
microcontroller van de cache wordt
uitgevoerd vanuit de opstartlader en
nieuwe flashcode ontvangt van de
hostcontroller.
Brandt ononderbroken—Er is kortsluiting op de aansluitingen van
de batterij of in de batterij zelf. BBWCfuncties zijn uitgeschakeld tot de accu is
vervangen. De verwachte levensduur van
een accu is meestal meer dan drie jaar.
Knippert een maal per seconde—Er is een open circuit op de aansluitingen
van de accu of in de accu zelf. BBWCfuncties zijn uitgeschakeld tot de accu is
vervangen. De verwachte levensduur van
een accu is meestal meer dan drie jaar.
16Hoofdstuk 1 Identificatie van de onderdelenNLWW
Hot-pluggable ventilatoren
De ventilatorconfiguratie werkt alleen in redundante modus als alle zes de ventilatoren zijn geïnstalleerd.
Ventilatorkaartcomponenten
ItemOmschrijving
1Ventilatorconnectoren
2Connector Systems Insight Display
3Aan/standby-knop en aan/uit-lampje
4Knop UID-lampje
5USB-connectoren (2)
NLWWHot-pluggable ventilatoren17
ItemOmschrijving
6Videoconnector
7Connector ventilatorkaartsysteem
18Hoofdstuk 1 Identificatie van de onderdelenNLWW
2
Bediening
In dit gedeelte
Server inschakelen op pagina 19
Server uitschakelen op pagina 19
Server uit rack schuiven op pagina 20
Toegangspaneel verwijderen op pagina 21
Toegangspaneel installeren op pagina 22
Luchtgeleider verwijderen op pagina 22
Luchtgeleider installeren op pagina 23
PCI riser cage verwijderen op pagina 24
PCI riser cage installeren op pagina 25
Toegang verkrijgen tot het achterpaneel van het product op pagina 26
Bediening van de hot-pluggable ventilator op pagina 27
Server inschakelen
Druk op de aan/standby-knop om de server in te schakelen.
Server uitschakelen
WAARSCHUWING! Koppel het netsnoer los om de voeding naar de server uit te schakelen. Zo
beperkt u het risico van persoonlijk letsel, elektrische schokken en schade aan de apparatuur. Met de
aan/standby-knop op het voorpaneel wordt de voeding naar het systeem niet helemaal uitgeschakeld.
Gedeelten van de voedingseenheid en bepaalde interne schakelingen blijven ingeschakeld totdat het
netsnoer is losgekoppeld.
OPMERKING: Als u een hot-pluggable apparaat installeert, hoeft u de server niet uit te schakelen.
Maak een backup van de gegevens op de server.
1.
Sluit het besturingssysteem af volgens de instructies in de documentatie bij het besturingssysteem.
2.
OPMERKING: Indien het besturingssysteem de server automatisch in de standby-stand zet, sla
dan de volgende stap over.
NLWWServer inschakelen19
Druk op de aan/standby-knop. Zo zet u de server in de standby-stand. Wanneer de standby-stand
3.
wordt geactiveerd, wordt het aan/uit-lampje van het systeem oranje.
OPMERKING: Door op de UID-knop te drukken gaan de UID-lampjes op de voor- en
achterpanelen branden. In een rackomgeving maakt deze voorziening het gemakkelijker om een
server te lokaliseren wanneer u tussen de voor- en achterzijde van het rack heen en weer beweegt.
Koppel de netsnoeren los.
4.
De voeding naar het systeem is nu uitgeschakeld.
Server uit rack schuiven
Trek de snelontgrendelingshendels aan beide zijden van de server naar beneden.
1.
Schuif de server naar buiten tot de vergrendelingen op het schuifrailmechanisme van de server
2.
bewegen.
WAARSCHUWING! Zorg dat het rack voldoende is gestabiliseerd voordat u een component uit
het rack schuift, om zodoende de kans op letsel of beschadiging van de apparatuur te voorkomen.
20Hoofdstuk 2 BedieningNLWW
Nadat u de installatie of onderhoudsprocedure hebt uitgevoerd, kunt u de server weer in het rack
3.
schuiven.
Druk op de vergrendelingen van het schuifrailmechanisme van de server en schuif de server
a.
volledig in het rack.
WAARSCHUWING! Wees voorzichtig wanneer u op de vergrendelingen van het
schuifrailmechanisme van de server drukt en de server in het rack schuift, om zodoende de kans
op letsel te verminderen. Uw vingers kunnen tussen de schuifrails bekneld raken.
Schuif de server volledig in het rack.
b.
Toegangspaneel verwijderen
WAARSCHUWING! Laat de schijfeenheden en interne systeemonderdelen afkoelen voordat u deze
aanraakt, om het risico van brandwonden te beperken.
VOORZICHTIG: Gebruik de server nooit lang achter elkaar als het toegangspaneel open staat of is
verwijderd. Dit gebruik van de server leidt tot een verkeerde luchtstroom en onvoldoende koeling,
waardoor de server beschadigd kan raken door oververhitting.
U verwijdert het onderdeel als volgt:
Schakel de server uit indien u een niet-hot-pluggable installatie- of onderhoudsprocedure uitvoert
1.
(
Server uitschakelen op pagina 19).
Schuif de server uit het rack (
2.
Gebruik de T-15 Torx-schroevendraaier die op de achterzijde van de server is bevestigd om de
3.
veiligheidsschroef op de vergrendeling los te draaien.
Til de hendel van de vergrendeling omhoog en verwijder het toegangspaneel.
4.
Server uit rack schuiven op pagina 20).
NLWWToegangspaneel verwijderen21
Toegangspaneel installeren
Plaats het toegangspaneel boven op de server met de vergrendeling open. Zorg dat het paneel aan
1.
de achterzijde van de server ongeveer 1,25 cm uitsteekt.
Druk de vergrendeling omlaag. Het toegangspaneel wordt vergrendeld.
2.
Gebruik de T-15 Torx-schroevendraaier die op de achterzijde van de server is bevestigd om de
3.
veiligheidsschroef op de vergrendeling vast te draaien.
Luchtgeleider verwijderen
OPMERKING: Om een goede luchtstroom te waarborgen en oververhitting te voorkomen moet u altijd
de luchtgeleider installeren.
Schakel de server uit (
1.
Schuif de server iets uit het rack of verwijder de server (
2.
Verwijder het toegangspaneel (
3.
VOORZICHTIG: Als u de kabel van de accu loskoppelt kunnen gegevens die nog niet in de
cachemodule zijn opgeslagen, verloren gaan.
Koppel de kabel los en verwijder vervolgens de BBWC-accu.
4.
Server uitschakelen op pagina 19).
Server uit rack schuiven op pagina 20).
Toegangspaneel verwijderen op pagina 21).
22Hoofdstuk 2 BedieningNLWW
Verwijder de luchtgeleider.
5.
Luchtgeleider installeren
OPMERKING: Om een goede luchtstroom te waarborgen en oververhitting te voorkomen moet u altijd
de luchtgeleider installeren.
De te gebruiken luchtgeleider is afhankelijk van de ventilatorconfiguratie. Gebruik de volgende procedure
voor elk van de configuraties.
Installeer de luchtgeleiders.
1.
Installeer de batterij.
2.
Plaats het toegangspaneel weer terug (
3.
NLWWLuchtgeleider installeren23
Toegangspaneel installeren op pagina 22).
Loading...
+ 92 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.