Niets in deze uitgave mag worden
verveelvoudigd, gewijzigd of vertaald
zonder voorafgaande schriftelijke
toestemming, behalve voor zover toegestaan
onder het copyright.
De informatie in dit document kan zonder
voorafgaande kennisgeving worden
gewijzigd.
De garantie voor HP producten en services
is vastgelegd in de garantieverklaringen bij
de betreffende producten. Niets in dit
document mag worden opgevat als
aanvullende garantiebepaling. HP kan niet
aansprakelijk worden gehouden voor
technische of redactionele fouten of omissies
in de verklaringen.
Energy Star is een in de V.S. gedeponeerd
servicemerk van de Environmental Protection
Agency van de Verenigde Staten.
Microsoft en Windows zijn gedeponeerde
handelsmerken van Microsoft Corporation.
Editie 1, 4/2013
Inhoudsopgave
1 Basiskenmerken van het product ...................................................................................... 1
Meer informatie ...................................................................................................... 99
Verklaring van beperkte garantie van Hewlett-Packard ............................................................... 99
Index ............................................................................................................................... 101
NLWWvii
viiiNLWW
1Basiskenmerken van het product
In deze gebruikershandleiding leest u hoe u het apparaat gebruikt.
Apparaatfuncties
●
Vooraanzicht
●
Achteraanzicht
●
Sluimermodus
●
Automatisch afsluiten
●
Apparaatfuncties
Tabel 1-1 Kenmerken
Resolutie600 pixels per inch (ppi)
Geheugen
Gebruikersinterface
Papierverwerking
1792 MB RAM-geheugen (Random Access Memory).
●
512 MB op formatter
1024 MB op scanner
256 op Jetdirect Inside (JDI)-networken
MEt (Memory Enhancement technology) voor automatische compressie van gegevens en
●
efficiënter gebruik van het RAM-geheugen.
HP Easy Select-kleurenbedieningspaneel
●
Geïntegreerde webserver (EWS) voor apparaatconfiguratie en toegang tot ondersteuning
●
Documentinvoer: Voor maximaal 100 vel papier.
●
Dubbelzijdig scannen: de documentinvoer is voorzien van een automatische
●
duplexeenheid voor het scannen van dubbelzijdige documenten.
Lege pagina's overslaan: lege pagina's overslaan bij scannen (werkt het beste bij
●
witte of lichtgekleurde pagina's).
Standaarduitvoerlade: de uitvoerlade bevindt zich in het onderste gedeelte van het
●
apparaat.
HP Precision Feed-technologie met meerfasig oppakproces, geavanceerde scheiding,
●
intelligente oppaktechnologieën, verwerking van gemengde stapels en ultrasonische
detectie van dubbele invoer.
NLWW
Apparaatfuncties
1
Tabel 1-1 Kenmerken (vervolg)
Verbinding
Milieuvoorzieningen
Beveiligingsfuncties
Local area network (LAN)-connector (RJ-45) voor Jetdirect Inside (JDI)
●
Eén EIO-sleuf (Enhanced Input/Output)
●
USB2.0-verbinding voor draagbaar opslagapparaat met FAT-formattering.
●
De beheerder moet deze USB-poort inschakelenv voordat hij kan worden gebruikt.
OPMERKING: USB-connected externe harde schijven worden niet ondersteund.
Optionele HP Digital Sending Software (DSS).
●
Hardware-integratiepocket
●
Sluimertijdinstelling bespaart energie doordat de scanner naar 15 minuten zonder
●
activiteit naar de sluimermodus gaat.
Veel onderdelen en materialen zijn recyclebaar
●
●
Gekwalificeerd voor ENERGY STAR
Schijf beveiligd wissen
●
Opslag veilig wissen
●
Bestanden veilig wissen
●
Verificatie
●
Verificatie van toegangscode gebruiker
Windows (Kerberos en NTLM)
®
LDAP
Jetdirect Inside (JDI)
●
IPsec
Wachtwoordbeveiliging
SSL
TLS
SNMPv3
2Hoofdstuk 1 Basiskenmerken van het productNLWW
Tabel 1-1 Kenmerken (vervolg)
Beveiligde communicatie tussen het apparaat en netwerkservers
●
IPsec-beveiliging (hardware)
●
HP High-Performance veilige vaste schijf
●
802.1x-verificatie
IPP via TLS
Scannen en verzenden
Vooraanzicht
VOORZICHTIG: Als u het apparaat wilt verplaatsen, dient u dit altijd uit de basis te tillen. Houd het
apparaat hierbij niet aan het toetsenbord vast.
Modi voor tekstbestanden, grafische bestanden en combinaties van tekst en afbeeldingen
●
Geïntegreerde OCR
●
Functie voor het onderbreken van taken
●
Animaties op bedieningspaneel (bijvoorbeeld voor het verhelpen van storingen)
●
Scannen en verzenden naar e-mail, fax, netwerkmap, USB-apparaat en SharePoint
●
Adresboek voor e-mail en fax
Verzenden naar digitale fax (faxen via internet en LAN)
Contactpersonen ophalen uit een netwerkdirectory (LDAP)
●
Automatisch dubbelzijdig (duplex) scannen
●
NLWW
1Aan-uitknop
2Toetsenbord
3USB-poort voor draagbaar opslagapparaat met FAT-formattering
4Bedekte hardware-integratiepocket
5Bedieningspaneel
Vooraanzicht
3
6Papierstopper
7Automatische documentinvoer (ADI)
8ADI-uitvoerlade
9ADI-invoerlade
10Indicatorlampje document laden/zoeken
11Papiergeleiders
Achteraanzicht
1Netvoedingsconnector
2Achterpaneellade
3EIO-kaartsleuf
4Statuslampjes formatter (beide groen; linkerlampje brandt onder normale omstandigheden constant,
rechterlampje knippert)
5Ethernetpoort
6USB-hostpoort (onder verwijderbaar label)
7Sleuf voor kabelslot
Sluimermodus
De scanner schakelt na 15 minuten inactiviteit over naar de Sluimermodus. U schakelt de Sluimermodus
uit door een van de volgende handelingen te verrichten:
op een willekeurige knop drukken;
●
het aanraakscherm aanraken;
●
de klep van de flatbedscanner openen;
●
een USB-apparaat aansluiten.
●
4Hoofdstuk 1 Basiskenmerken van het productNLWW
Automatisch afsluiten
Dit apparaat is voorzien van een veiligheidsfunctie die beschermt tegen oververhitting als gevolg van
een geblokkeerde luchtopening of een ventilatorstoring.
In sommige omstandigheden geeft het aanraakscherm gedurende 12 minuten het bericht "pause"
●
(pauzeren) weer voordat het apparaat wordt afgesloten.
Wanneer de ventilator niet meer werkt (en de schijf te heet wordt), wordt het apparaat
●
automatisch afgesloten. Als dit gebeurt zal het apparaat een e-mail verzenden om de huidige
gebruiker (indien de gebruiker is aangemeld) en de beheerder op de hoogte te stellen vande
afsluiting.
NLWW
Automatisch afsluiten
5
6Hoofdstuk 1 Basiskenmerken van het productNLWW
2Bedieningspaneel
Indeling bedieningspaneel
●
Informatie over de statuslampjes op het bedieningspaneel
●
Berichten op het bedieningspaneel
●
Beginscherm
●
Knoppen op het aanraakscherm
●
Help-systeem op het bedieningspaneel
●
Indeling bedieningspaneel
Het bedieningspaneel bestaat uit een grafisch aanraakscherm, taakbedieningsknoppen, een
toetsenbord en drie statuslampjes.
NLWW
1AanraakschermGebruik het aanraakscherm voor toegang tot apparaatfuncties.
2
3
4
5
6
Knop voor helderheid van
aanraakscherm
Knop ResetHiermee worden de taakinstellingen teruggezet naar de fabriekswaarden
GereedlampjeHet gereedlampje geeft aan dat het apparaat gereed is om een taak uit te
GegevenslampjeMet het gegevenslampje wordt aangegeven dat er gegevens binnenkomen
WaarschuwingslampjeMet het waarschuwingslampje wordt aangegeven dat er een probleem is
Gebruik deze knop om de helderheid van het aanraakscherm te verhogen
of te verlagen.
of door de gebruiker gedefinieerde waarden.
voeren.
op het apparaat.
met het apparaat dat u moet oplossen.
Indeling bedieningspaneel
7
7Knop StartenHiermee wordt een taak verzonden (bijvoorbeeld een e-mail of fax) of
wordt een onderbroken taak voortgezet.
8
9
Knop StopHiermee wordt de actieve taak gestopt en wordt het scherm Taakstatus
geopend.
Knop SluimerIndien het apparaat gedurende lange tijd inactief is, schakelt het
automatisch over naar de sluimermodus. Als u het apparaat in de
sluimermodus wilt zetten of wilt activeren, drukt u op de sluimerknop.
8Hoofdstuk 2 BedieningspaneelNLWW
Informatie over de statuslampjes op het
bedieningspaneel
Op het bedieningspaneel van het apparaat bevinden zich zes lampjes die de status van het apparaat
aangeven. In de tabel hieronder vindt u meer informatie over de lampjes.
Werking van de lampjesBeschrijving
Alle lampjes zijn uit.Het apparaat is uitgeschakeld.
Het sluimerlampje
Het sluimerlampje
Het sluimerlampje
Het voedingslampje
Het voedingslampje
Het voedingslampje
Het gereedlampje
Het gereedlampje
Het gereedlampje
Het gegevenslampje
Het gegevenslampje
Het gegevenslampje
brandt.De scannerbevindt zich in de sluimermodus (energiebesparingsmodus).
knippert.De sluimermodus wordt geactiveerd of uitgeschakeld.
is uit.De scanner bevindt zich niet in de sluimermodus en de sluimermodus wordt niet
geactiveerd of uitgeschakeld.
brandt.Het apparaat is ingeschakeld.
knippert.De wisselstroomadapter is aangesloten op het product, en het product is uitgeschakeld.
is uit.Het apparaat ontvangt geen stroom van de voedingsadapter.
brandt.Het apparaat is online en gereed om gegevens te ontvangen.
knippert.Het apparaat heeft een opdracht onderbroken of ontvangt geen gegevens meer.
is uit.Het apparaat staat in de pauzestand en kan geen gegevens ontvangen. Mogelijk is het
apparaat door een gebruiker in de pauzestand gezet, maar er kan zich ook een fout
hebben voorgedaan.
brandt.Het apparaat heeft verwerkte gegevens gebufferd en wacht op nieuwe gegevens, of het
apparaat staat in de pauzestand. Wanneer het waarschuwingslampje ook knippert,
heeft zich een fout voorgedaan en wachten gegevens op verwerking.
knippert.Het apparaat ontvangt of verwerkt gegevens.
is uit.Er zijn geen gegevens die door het apparaat moeten worden verwerkt.
Het waarschuwingslampje
brandt.
Het waarschuwingslampje
knippert snel.
Het waarschuwingslampje
is uit.Er heeft zich geen fout voorgedaan.
Er heeft zich een kritieke fout voorgedaan in het apparaat. Op het display ziet u om
wat voor fout het gaat.
Er is een fout opgetreden in het apparaat waarvoor actie van de gebruiker is vereist,
zoals vastgelopen documenten in de automatische documenttoevoer.
OPMERKING: op het display wordt informatie over de status en over fouten weergegeven.
Berichten op het bedieningspaneel
Op het bedieningspaneel van het apparaat worden gedetailleerde berichten weergegeven. Wanneer
er een bericht op het bedieningspaneel wordt weergegeven, lost u het probleem op aan de hand van
de instructies op het scherm. Als er op het apparaat een fout- of waarschuwingsbericht wordt
weergegeven en er geen stappen worden weergegeven om het probleem op te lossen, schakelt u het
NLWW
Informatie over de statuslampjes op het bedieningspaneel
9
apparaat uit en vervolgens weer in. Neem contact op met de ondersteuning van HP als er problemen
blijven optreden met het apparaat.
Raak de waarschuwingsknop aan voor meer informatie over waarschuwingen die in de statusregel
worden weergegeven.
Raak de knop Help in de rechterbovenhoek van het beginscherm aan voor meer informatie over
verschillende onderwerpen.
Beginscherm
Het beginscherm biedt toegang tot apparaatfuncties en geeft de huidige apparaatstatus weer.
1FunctiesAfhankelijk van de configuratie van het apparaat, kunnen de volgende functies hier worden
weergegeven:
Fax
●
E-mail
●
Taakstatus
●
Opslaan in netwerkmap
●
Opslaan op USB
●
Quick Sets
●
Workflow
●
Beheer
●
Service
●
2ApparaatstatusregelDeze statusregel biedt informatie over de algehele apparaatstatus. Afhankelijk van de huidige
status worden hier verschillende knoppen weergegeven.
3Knop HelpRaak de knop Help aan om het geïntegreerde helpsysteem te openen.
4SchuifbalkRaak de pijlen omhoog of omlaag op de schuifbalk aan om een volledige lijst van
beschikbare functies te zien.
10Hoofdstuk 2 BedieningspaneelNLWW
5Aanmelden/AfmeldenGebruik deze knop om u aan of af te melden bij het apparaat. Als u zich hebt afgemeld,
worden de standaardinstellingen voor alle opties hersteld.
6Knop NetwerkadresRaak de knop Netwerkadres aan voor informatie over de netwerkverbinding.
7Knop TaalRaak de Taal-knop aan om het Taal-scherm te openen en wijzig de taal die op het
aanraakscherm wordt getoond.
8Datum en tijdHier worden de huidige datum en tijd weergegeven. U kunt de datum- en tijdsnotatie
selecteren, bijvoorbeeld 12-uurs of 24-uurs.
Knoppen op het aanraakscherm
Op het aanraakscherm wordt informatie over de apparaatstatus weergegeven. Hier kunnen
verschillende knoppen worden weergegeven.
Knop Beginscherm. Raak deze knop aan om vanaf een willekeurig scherm naar het beginscherm
terug te keren.
Knop Starten. Raak deze knop aan om de handeling die bij de door u gebruikte functie hoort te
activeren.
OPMERKING: De naam van deze knop wijzigt per functie. Voorbeeld: bij de digitale faxfunctie heet
de knop Faxberichten verzenden.
Knop Fout. Deze knop wordt weergegeven wanneer er een fout is opgetreden die moet worden
hersteld voordat er kan worden verdergegaan. Raak de knop Fout aan om een bericht weer te geven met
een beschrijving van de fout. Het bericht geeft ook instructies voor het oplossen van het probleem.
Knop Waarschuwing. Deze knop wordt weergegeven wanneer er een probleem is opgetreden, maar
het apparaat wel kan verdergaan. Raak de knop Waarschuwing aan om een bericht weer te geven met
een beschrijving van het probleem. Het bericht geeft ook instructies voor het oplossen van het probleem.
Knop Help. Raak deze knop aan om het ingebouwde online-Help-systeem te openen.
Taal-knop. Raak deze knop aan om het Taal-scherm te openen en wijzig de taal die op het
aanraakscherm wordt getoond.
Help-systeem op het bedieningspaneel
Het apparaat heeft een ingebouwd Help-systeem dat uitleg geeft over het gebruik van elk scherm. U
opent het Help-systeem door de knop Help in de rechterbovenhoek van het scherm aan te raken.
Voor sommige schermen opent Help een algemeen menu waarin kan worden gezocht naar specifieke
onderwerpen. U kunt door de menustructuur bladeren door het aanraken van de menuknoppen.
Voor schermen met instellingen voor afzonderlijke taken opent Help een onderwerp dat de opties voor
dat scherm uitlegt.
NLWW
Als er een fout of waarschuwing op het apparaat wordt gegeven, raakt u de foutknop of
waarschuwingsknop aan om het bericht weer te geven waarin het probleem wordt beschreven. In dat
bericht staan ook instructies voor het oplossen van het probleem.
Knoppen op het aanraakscherm
11
12Hoofdstuk 2 BedieningspaneelNLWW
3Beheer - Het product configureren
Een netwerkbeheerder moet het apparaat configureren voor gebruik in het netwerk, zodat u uw scans
kunt verzenden naar e-mail en andere bestemmingen. De configuratie-instellingen zijn toegankelijk
vanaf de geïntegreerde webserver, HP Web Jetadmin-software of het bedieningspaneel.
Ondersteunde hulpprogramma's voor Windows
●
Ondersteunde netwerkprotocollen
●
Ondersteunde e-mailprotocollen
●
Basisconfiguratie met het Beheer-menu
●
Basisconfiguratie met de Embedded Web Server
●
Aanvullende configuratie met de Embedded Web Server
●
Ondersteunde hulpprogramma's voor Windows
HP Web Jetadmin
●
Geïntegreerde webserver
●
HP Digital Sending Software (HP DSS)
●
HP Web Jetadmin
HP Web Jetadmin is een eenvoudig softwarehulpmiddel voor het beheer van afdruk- en
beeldbewerkingsapparatuur. Het helpt u het gebruik van het apparaat te optimaliseren, de kosten van
kleurenafdrukken te beheersen, apparaten te beveiligen en het beheer van benodigdheden te
stroomlijnen met configuratie op afstand, proactieve controle, oplossen van beveiligingsproblemen en
rapporten van afdruk- en beeldbewerkingsapparaten.
Ga voor het downloaden van de laatste versie van HP Web Jetadmin en voor de nieuwste lijst met
ondersteunde hostsystemen naar
Als het programma op een hostserver is geïnstalleerd, kan een Windows-client met een ondersteunde
webbrowser (zoals Microsoft® Internet Explorer) toegang tot HP Web Jetadmin krijgen door naar de
HP Web Jetadmin-host te navigeren.
Geïntegreerde webserver
Het apparaat beschikt over een geïntegreerde webserver, die toegang geeft tot informatie over
apparaat- en netwerkactiviteiten. Deze informatie wordt weergegeven in een webbrowser, zoals
Microsoft Internet Explorer of Mozilla Firefox.
De geïntegreerde webserver bevindt zich in het apparaat. Hij is niet geladen op een netwerkserver.
www.hp.com/go/webjetadmin.
NLWW
De geïntegreerde webserver biedt een interface voor het apparaat die toegankelijk is voor iedereen
met een standaardwebbrowser en een op het netwerk aangesloten computer. Er is geen speciale
Ondersteunde hulpprogramma's voor Windows
13
software die moet worden geïnstalleerd en geconfigureerd, maar u moet wel een ondersteunde
webbrowser op de computer hebben. Als u naar de geïntegreerde webserver wilt gaan, typt u het IPadres van het apparaat in de adresregel van de browser. (Voor het IP-adres raakt u de knop
Netwerkadres in het beginscherm aan.)
HP Digital Sending Software (HP DSS)
U kunt de optionele HP Digital Sending Software installeren. Deze software wordt uitgevoerd als een
netwerkservice met behulp waarvan meerdere apparaten taakopdrachten via de server kunnen
verzenden. U hoeft geen software of drivers te installeren op de computers van de afzonderlijke
gebruikers. Ga naar
www.hp.com/go/dss voor meer informatie over compatibele versies van HP DSS
en om de software aan te schaffen.
Ondersteunde netwerkprotocollen
Het product ondersteunt het TCP/IP-netwerkprotocol. Dit is het meest gebruikte en geaccepteerde
netwerkprotocol. Dit protocol wordt gebruikt door een groot aantal netwerkservices. De volgende
tabellen geven een overzicht van de ondersteunde netwerkservices en -protocollen.
Tabel 3-1 Netwerkapparaten opsporen
ServicenaamBeschrijving
SLP (Service Location Protocol)Protocol voor het opsporen van apparaten, dat wordt gebruikt
om netwerkapparaten te zoeken en configureren. Dit protocol
wordt voornamelijk gebruikt door programma's voor
Microsoft.
Tabel 3-2 Berichten en beheer
ServicenaamBeschrijving
HTTP (Hyper Text Transfer Protocol)Hiermee kunnen webbrowsers met de geïntegreerde
webserver communiceren.
EWS (geïntegreerde webserver)Hiermee kunt u het apparaat beheren via een webbrowser.
SNMP (Simple Network Management Protocol)Wordt door netwerktoepassingen gebruikt voor beheer van
het apparaat. SNMP V1-, SNMP V3- en standaard MIB-IIobjecten (Management Information Base) worden
ondersteund.
LLMNR (Link Local Multicast Name Resolution)Hiermee stelt u in of het apparaat reageert op LLMNR-
verzoeken via IPv4 en IPv6.
TFTP-configuratieGebruik TFTP om een configuratiebestand met aanvullende
configuratieparameters zoals SNMP of nietstandaardinstellingen te downloaden voor Jetdirect Inside
(JDI).
14Hoofdstuk 3 Beheer - Het product configurerenNLWW
Tabel 3-3 IP-adressen
ServicenaamBeschrijving
DHCP (Dynamic Host Configuration Protocol)Voor automatische IPv4- en IPv6-adrestoewijzing. Het
apparaat wordt door de DHCP-server van een IP-adres
voorzien. Meestal krijgt het apparaat een IP-adres
toegewezen door de DHCP-server zonder dat daarvoor actie
van de gebruiker vereist is.
BOOTP (Bootstrap-protocol)Voor de automatische toewijzing van IP-adressen. De BOOTP-
server voorziet het apparaat van een IP-adres. Hiervoor moet
de beheerder het MAC-hardware-adres van het apparaat
invoeren in de BOOTP-server, zodat het apparaat een IPadres kan krijgen van de server.
Auto IPVoor de automatische toewijzing van IP-adressen. Als er noch
een DHCP-server noch een BOOTP-server aanwezig is,
gebruikt het product deze service om een uniek IP-adres te
genereren.
HandmatigVoor de handmatige toewijzing van IP-adressen. Vereist het
handmatig toewijzen van een statisch IP-adres door de
beheerder.
Tabel 3-4 Beveiligingsfuncties
ServicenaamBeschrijving
IPsec/firewallVerzorgt netwerklaagbeveiliging op IPv4- en IPv6-netwerken.
Met de firewall kan het IP-verkeer eenvoudig worden
gecontroleerd. IPsec biedt aanvullende beveiliging met
verificatie- en coderingsprotocollen.
SNMP v3Werkt met een op gebruikers gebaseerd beveiligingsmodel
voor SNMP v3, dat gebruikersverificatie en de
vertrouwelijkheid van gegevens verzorgt middels codering.
Toegangsbeheerlijst (ACL)De lijst van afzonderlijke hostsystemen of netwerken van
hostsystemen die toegang hebben tot de server en het
aangesloten netwerkapparaat.
SSL/TLSHiermee kunt u vertrouwelijke documenten via internet
verzenden en de vertrouwelijkheid en de gegevensintegriteit
garanderen tussen de client- en de servertoepassingen.
IPsec-batchconfiguratieVerzorgt netwerklaagbeveiliging met een eenvoudige controle
van het IP-verkeer van en naar het apparaat. Dit protocol
combineert de voordelen van codering en verificatie en is
geschikt voor meervoudige configuraties.
Ondersteunde e-mailprotocollen
NLWW
Het product ondersteunt Simple Mail Transfer Protocol (SMTP) en Lightweight Directory Access Protocol
(LDAP).
Ondersteunde e-mailprotocollen
15
SMTP
LDAP
SMTP is een verzameling regels waarmee de interactie wordt gedefinieerd tussen programma's
●
die e-mailberichten verzenden en ontvangen. Het product moet zijn aangesloten op een LAN dat
toegang heeft tot een e-mailserver die SMTP ondersteunt om documenten naar e-mailadressen te
kunnen verzenden. De SMTP-server moet tevens toegang tot internet hebben.
Als u een LAN-aansluiting gebruikt, neemt u contact met de systeembeheerder op voor het IP-adres
●
of de hostnaam van uw SMTP-server. Als u aansluiting hebt via een DSL- of kabelverbinding,
neemt u contact op met de internet serviceprovider voor het IP-adres van de SMTP-server.
LDAP wordt gebruikt om toegang te verkrijgen tot een gegevensdatabase. Wanneer product LDAP
●
gebruikt, wordt een algemene lijst met e-mailadressen doorzocht. Wanneer u het e-mailadres
begint te typen, gebruikt LDAP een functie voor automatisch aanvullen die een lijst met emailadressen oplevert die overeenkomen met de tekens die u typt. Wanneer u aanvullende tekens
typt, wordt de lijst met overeenkomende e-mailadressen kleiner.
Het product ondersteunt LDAP, maar het product heeft geen aansluiting op een LDAP-server nodig
●
om naar een e-mailadres te kunnen verzenden.
OPMERKING: Als u de LDAP-instellingen wilt wijzigen, moet u dit via de geïntegreerde
webserver doen.
Basisconfiguratie met het Beheer-menu
U kunt de Begininstellingen-toepassing gebruiken om deze subset van configuratietaken te voltooien als
u Begininstellingen niet hebt uitgeschakeld op het startscherm: taal instellen, datum- en tijdnotatie
configureren, datum en tijd instellen en toegang tot de E-mail-setupwizard.
Navigeren in het menu Beheer
●
Taalinstellingen configureren
●
De tijdinstellingen configureren
●
IP-adres toewijzen
●
E-mailinstellingen configureren met de e-mailsetupwizard
●
IPv4 TCP/IP-parameters handmatig configureren via het bedieningspaneel
●
IPv6 TCP/IP-parameters handmatig configureren via het bedieningspaneel
●
Netwerkprotocollen uitschakelen (optioneel)
●
Instellingen voor koppelingssnelheid en duplex
●
Navigeren in het menu Beheer
Raak in het beginscherm de knop Beheer aan om de menustructuur te openen. Mogelijk moet u omlaag
bladeren in het beginscherm om deze functie te zien.
Het menu Beheer heeft verschillende submenu's die u kunt gebruiken bij bepaalde instellingstaken.
(Gebruik de geïntegreerde webserver om alle instellingen te configureren.) Raak een menunaam aan
16Hoofdstuk 3 Beheer - Het product configurerenNLWW
om de structuur uit te vouwen. Een plusteken (+) naast een menunaam betekent dat het menu submenu's
bevat. Ga door met het openen van de structuur totdat u bij de optie komt die u wilt configureren. Raak
de knop Terug
aan om terug te gaan naar het vorige niveau.
OPMERKING: De knop Terug is niet beschikbaar in alle schermen.
U sluit het menu Beheer door de knop Beginscherm in de linkerbovenhoek van het scherm aan te
raken.
Het product heeft een ingebouwde Help met een uitleg voor alle functies die in de menu's beschikbaar
zijn. Voor een groot aantal menu's aan de rechterkant van het aanraakscherm is Help beschikbaar.
In de tabel in dit gedeelte vindt u algemene informatie over elk menu. Raadpleeg de geïntegreerde
Help voor informatie over specifieke items binnen elk menu.
Tabel 3-5 Menu's in Beheer
Menu-itemOmschrijving
RapportenU kunt dit menu gebruiken om informatiepagina's en rapporten die intern op het apparaat zijn
opgeslagen weer te geven.
Algemene instellingenGebruik dit menu om de opties in te stellen voor het instellen van de tijd en de periode van
inactiviteit waarna de sluimermodus van het apparaat moet worden ingeschakeld.
Instellingen voor scannen/
digitaal verzenden
FaxinstellingenMet dit menu stelt u opties voor faxverzending in.
Weergave-instellingenMet dit menu geeft u basisinstellingen op voor de weergave en de werking van het apparaat
NetwerkinstellingenMet dit menu stelt u opties voor I/O-time-out in en hebt u toegang tot het Jetdirect-menu.
ProbleemoplossingGebruik dit menu om problemen op te lossen. Tot beschikbare opties horen toegang tot
Met dit menu stelt u opties in voor e-mail, opslaan in netwerkmappen, opslaan op USBapparaten en service voor digitale verzending.
(geluid van toetsindrukken, schermtaal, weergave van de knop Netwerkadres, time-out voor
inactiviteit, en meer).
gebeurtenislogs en diagnostische tests, de mogelijkheid diagnostische gegevens op te halen,
en de mogelijkheid om debuggegevens te genereren.
Jetdirect-menu's
Beheer > Netwerkinstellingen > Menu geïntegreerde Jetdirect
Tabel 3-6 Jetdirect-menu's
Menu-itemSubmenu-itemSubmenu-itemWaarden en beschrijving
InformatieBeveiligingsrapport
afdrukken
Ja: Het beveiligingsrapport afdrukken.
Nee (standaard): Het beveiligingsrapport niet
afdrukken.
TCP/IPInschakelenAan (standaard): Schakel het TCP/IP-protocol in.
Uit: Schakel het TCP/IP-protocol uit.
NLWW
Basisconfiguratie met het Beheer-menu
17
Tabel 3-6 Jetdirect-menu's (vervolg)
Menu-itemSubmenu-itemSubmenu-itemWaarden en beschrijving
HostnaamEen alfanumerieke tekenreeks van maximaal 32 tekens
die wordt gebruikt voor de identificatie van het
apparaat. De naam staat op de configuratiepagina
van HP Jetdirect. De standaardhostnaam is NPIxxxxxx,
waarbij xxxxxx de laatste zes cijfers zijn van het LANhardwareadres (MAC).
IPV4-instellingenConfiguratiemethodeSpecificeert de methode waarmee TCP/IPv4-
parameters worden geconfigureerd op de HP Jetdirectserver.
Bootp: BOOTP (Bootstrap Protocol) gebruiken voor
automatische configuratie van een BOOTP-server.
DHCP: Gebruik DHCP (Dynamic Host Configuration
Protocol) voor de automatische configuratie vanaf een
DHCPv4-server. Als hiervoor wordt gekozen en er
sprake is van een DHCP-lease, zijn de menu's DHCP-
versie en DHCP vernieuwen beschikbaar om de
DHCP-lease-opties in te stellen.
Automatische IP: Gebruik automatische link-local IPv6-
adressering. Er wordt automatisch een adres in de
vorm 169.254.x.x toegewezen.
Handmatig: Met het menu Handmatige instellingen
configureert u TCP/IPv4-parameters.
Standaard-IPGeef het IP-adres op dat standaard moet worden
gebruikt als de Jetdirect-server geen IP-adres van het
netwerk kan krijgen tijdens een geforceerde TCP/IPherconfiguratie (bijvoorbeeld bij een handmatige
configuratie om BOOTP of DHCP te gebruiken).
Automatische IP: Er wordt een link-local IP-adres
169.254.x.x ingesteld.
Verouderd: Het adres 192.0.0.192 wordt ingesteld,
dat consistent is met oudere HP Jetdirect-apparaten.
DHCP-versieDit menu wordt weergegeven als het item
Configuratiemethode is ingesteld op de waarde DHCP
en er sprake is van een DHCP-lease voor de server.
Ja: De huidige DHCP-lease en de geleasede IP-
adressen worden vrijgegeven.
Nee (standaard): De huidige DHCP-lease wordt
opgeslagen.
DHCP vernieuwenDit menu wordt weergegeven als het item
Configuratiemethode is ingesteld op de waarde DHCP
en er sprake is van een DHCP-lease voor de server.
Ja: De Jetdirect-server vraagt om het vernieuwen van
de actuele DHCP-lease.
Nee (standaard): De Jetdirect-server vraagt niet om het
vernieuwen van de DHCP-lease.
18Hoofdstuk 3 Beheer - Het product configurerenNLWW
Tabel 3-6 Jetdirect-menu's (vervolg)
Menu-itemSubmenu-itemSubmenu-itemWaarden en beschrijving
Handmatige instellingen(Alleen beschikbaar als het item Configuratiemethode
is ingesteld op de waarde Handmatig) Configureer de
parameters rechtstreeks vanaf het bedieningspaneel:
IP-adres: Het unieke IP-adres van het apparaat
(n.n.n.n), waarbij n staat voor een waarde van 0 t/m
255.
Subnetmasker: Het subnetmasker voor het apparaat
(m.m.m.m), waarbij m staat voor een waarde van 0
t/m 255.
Syslog-server: Het IP-adres van de syslog-server. Dit
wordt gebruikt voor de ontvangst en de opslag van
syslog-berichten.
Standaardgateway: het IP-adres van de gateway of
router voor communicatie met andere netwerken.
Time-out bij inactiviteit: De tijdsperiode in seconden
waarna een niet-actieve TCP-gegevensverbinding
wordt verbroken (standaard is 270 seconden, 0
schakelt de time-out uit).
Primaire DNSGeef het IP-adres (n.n.n.n) op van een primaire DNS-
server.
Secundaire DNSGeef het IP-adres (n.n.n.n) op van een secundaire
DNS-server.
IPv6-instellingenInschakelenMet dit item schakelt u de IPv6-werking op de server in
of uit.
Aan (standaard): IPv6 wordt ingeschakeld.
Uit: IPv6 wordt uitgeschakeld.
AdresVoer het serveradres in. Dit is een 32-cijferig
hexadecimaal IPv6-knooppuntadres dat de
dubbelepunts hexadecimale syntaxis gebruikt.
HandmatigGebruik dit item om IPv6-adressen handmatig in te
stellen op de server.
Inschakelen: Selecteer dit item en de instelling Aan om
handmatige configuratie in te schakelen of de
instelling Uit om handmatige configuratie uit te
schakelen.
Adres: Met dit item voert u een 32-cijferig
hexadecimaal IPv6-knooppuntadres in dat de
dubbelepunts hexadecimale syntaxis gebruikt.
NLWW
Basisconfiguratie met het Beheer-menu
19
Tabel 3-6 Jetdirect-menu's (vervolg)
Menu-itemSubmenu-itemSubmenu-itemWaarden en beschrijving
DHCPv6-beleidIngestelde router: De door de Jetdirect-server te
gebruiken stateful-autoconfiguratiemethode wordt
bepaald door een router. De router specificeert of de
Jetdirect-server het adres, de configuratiegegevens of
beide verkrijgt van een DHCPv6-server.
Router niet beschikbaar (standaard): Als er geen
router beschikbaar is, moet de Jetdirect-server
proberen de stateful-configuratie van een DHCPv6server te krijgen.
Altijd: Met of zonder beschikbare router moet de
Jetdirect-server steeds proberen de stateful-configuratie
van een DHCPv6-server te krijgen.
Primaire DNSMet dit item specificeert u een IPv6-adres voor de
primaire DNS-server die door de Jetdirect-server moet
worden gebruikt.
Secundaire DNSMet dit item specificeert u een IPv6-adres voor de
secundaire DNS-server die door de Jetdirect-server
moet worden gebruikt.
ProxyserverHiermee wordt de proxyserver gespecificeerd die
moet worden gebruikt door de in het apparaat
geïntegreerde toepassingen. Een proxyserver wordt
gewoonlijk gebruikt voor internettoegang door
netwerkclients. Deze slaat webpagina's op en biedt
bepaalde internetbeveiliging voor deze clients.
Als u een proxyserver wilt opgeven, voert u het IPv6adres of een volledige domeinnaam in. De naam mag
maximaal 255 octetten hebben.
Voor sommige netwerken moet u mogelijk contact
opnemen met uw ISP (Independent Service Provider)
voor het proxyserveradres.
Proxy-poortVoer het poortnummer in dat door de proxyserver voor
clientondersteuning wordt gebruikt. Het poortnummer
identificeert de poort die is gereserveerd voor
proxyactiviteit op het netwerk en kan een waarde
hebben tussen 1 en 65535.
Time-out bij inactiviteitDe tijdsperiode, in seconden, waarna een niet-actieve
TCP-gegevensverbinding wordt gesloten, en kan een
waarde tussen 0 en 3600 zijn (de standaardwaarde
is 270 seconden, bij 0 wordt de time-out
uitgeschakeld).
20Hoofdstuk 3 Beheer - Het product configurerenNLWW
Tabel 3-6 Jetdirect-menu's (vervolg)
Menu-itemSubmenu-itemSubmenu-itemWaarden en beschrijving
Beveilig.Beveiligd webGeef voor het configuratiebeheer op of de
geïntegreerde webserver voor communicatie alleen
HTTPS (veilige HTTP) of zowel HTTP als HTTPS
accepteert.
HTTPS vereist: Voor veilige, gecodeerde communicatie
kan alleen toegang worden verkregen via HTTPS. De
Jetdirect-server wordt weergegeven als een beveiligde
site.
HTTPS Optioneel (standaard): Toegang via HTTP of
HTTPS is toegestaan.
IPSecGeef de IPsec-status op de Jetdirect-server op.
Behouden: De IPsec- of firewallstatus blijft zoals
momenteel geconfigureerd.
Uitschakelen (standaard): IPsec- of firewallwerking op
de afdrukserver wordt uitgeschakeld.
802.1XDe standaardwaarden voor de 802.1X-instellingen
herstellen.
Herstellen: De standaardwaarden voor de 802.1X-
instellingen herstellen.
Behouden (standaard): Huidige 802.1X-instellingen
behouden.
AankondigingsfunctieStel uw voorkeuren voor de aankondigingsfunctie in.
Inschakelen(standaard): Schakel de
aankondigingsfunctie in.
Uitschakelen: Schakel de aankondigingsfunctie uit.
Beveiliging opnieuw
instellen
DiagnostiekGeïntegreerde testsLAN HW-testJa: Een LAN-hardwaretest uitvoeren.
HTTP-testJa: Een HTTP-test uitvoeren.
Geef op of de huidige beveiligingsinstellingen van de
Jetdirect-server worden opgeslagen of worden hersteld
naar de fabrieksinstellingen.
Ja: Beveiligingsinstellingen worden teruggezet naar de
fabrieksinstellingen.
Nee (standaard): De actuele beveiliginginstellingen
blijven geldig.
Nee (standaardinstelling): Geen LAN-hardwaretest
uitvoeren.
Nee (standaardinstelling): Geen HTTP-test uitvoeren.
SNMP-testJa: Een SNMP-test uitvoeren.
Nee (standaardinstelling): Geen SNMP-test uitvoeren.
NLWW
Basisconfiguratie met het Beheer-menu
21
Tabel 3-6 Jetdirect-menu's (vervolg)
Menu-itemSubmenu-itemSubmenu-itemWaarden en beschrijving
GegevenspadtestJa: Een gegevenspadtest uitvoeren.
Nee (standaardinstelling): Geen gegevenspadtest
uitvoeren.
Alle tests selecterenJa: Alle tests selecteren.
Nee (standaardinstelling): Niet alle tests selecteren.
Uitvoeringstijd (U)De vertraging instellen voor testuitvoering, in uren.
Wanneer u klikt op Uitvoeren worden de
geselecteerde tests uitgevoerd nadat deze interval is
verstreken. Geldige waarden zijn 0-24, standaard is
1.
UitvoerenJa: De geselecteerde tests uitvoeren.
Nee (standaardinstelling): De geselecteerde tests niet
uitvoeren.
Ping-testBestemmingstypeHet bestemmingstype voor deze test selecteren.
IPV4 (standaard)
IPV6
Bestemming IPv4Het IP-adres voor de IPv4-bestemming invoeren.
Bestemming IPv6Het IP-adres voor de IPv6-bestemming invoeren.
PakketgrootteDe pakketgrootte voor deze test opgeven. Geldige
waarden zijn 64-2048, standaard is 64.
Time-outDe time-outwaarde voor deze test instellen. Geldige
waarden zijn 1-100, standaard is 1.
AantalDe telwaarde voor deze test instellen. Geldige
waarden zijn 0-100, standaard is 4.
AfdrukresultatenJa: Afdruktestresultaten.
Nee (standaardinstelling): De resultaten niet
afdrukken.
UitvoerenJa: De geselecteerde tests uitvoeren.
Nee (standaardinstelling): De geselecteerde tests niet
uitvoeren.
Ping-resultatenVerzonden pakkettenAantal verzonden pakketten. Geldige waarden zijn
0-065535.
Ontvangen pakkettenAantal ontvangen pakketten. Geldige waarden zijn
0-065535.
Percentage verlorenPercentage aan verlies. Geldige waarden zijn 0-100.
RTT minGeldige waarden zijn 0-4096.
RTT maxGeldige waarden zijn 0-4096.
22Hoofdstuk 3 Beheer - Het product configurerenNLWW
Loading...
+ 84 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.