Instellingen OK Te l ef o ni e OK Autom. aanname Wijzigen
(=ingeschakeld)
Weergave Betekenis
Elke pijl start een actie.
Hoofdmenu openen: In de ruststand op het midden van de naviga-
tietoets drukken.
Instellingen
OK
Tel e fo ni e
OK
Met de navigatietoets naar het submenu Instellingen navigeren.
Met de displaytoets OK of met de navigatietoets bevestigen.
Het submenu Instellingen wordt geopend.
Met de navigatietoets de vermelding Te le fo n ie kiezen.
Met OK bevestigen. Het submenu Te le fo ni e wordt geopend.
Autom. aannameMet de navigatietoets de vermelding Autom. aanname kiezen.
WijzigenMet Wijzigen inschakelen of uitschakelen.
Functie is ingeschakeld /uitgeschakeld .
Procedures webinterface
Voorbeeld: 24-uurs tijdsweergave inschakelen
Instellingen Systeem Datum & Tijd 24-uurs tijdformaat
(= geactiveerd) Opslaan
StapDit moet u doen
Webinterface openen.
InstellingenOnder in het navigatiescherm op Instellingen klikken.
Het instellingenmenu wordt geopend in het navigatiescherm.
SysteemIn het instellingenmenu op Systeem klikken.
Het submenu Systeem wordt geopend.
Datum & TijdIn het submenu Systeem op Datum & Tijd klikken.
De tijdsinstellingen worden weergegeven.
24-uurs tijdfor-
maat
Naast 24-uurs tijdformaat op de schakelaar klikken.
De functie wordt ingeschakeld (= ingeschakeld)
OpslaanOp de knop Opslaan klikken.
7
Veiligheidsinstructies
Lees voor het gebruik de veiligheidsinstructies en de gebruiksaanwijzing.
Tijdens een stroomstoring kunt u het toestel niet gebruiken. Ook noodoproepen zijn
niet mogelijk.
Bij het uitvallen van de LAN- of internetverbinding zijn functies die een internetverbinding nodig hebben niet beschikbaar, bijv. internettelefonie (VoIP), online-telefoonboeken of het Info Center.
Als de toets-/displayblokkering is ingeschakeld, kunt u ook geen alarmnummers
bellen.
Gebruik in het toestel uitsluitend oplaadbare batterijen die voldoen aan de specificaties (zie lijst met goedgekeurde oplaadbare batterijen
www.gigaset.com/service
lijk letsel of schade aan het product tot gevolg kunnen hebben. Beschadigde batterijen dienen te worden vervangen.
De handset mag alleen met gesloten batterijvakje worden gebruikt.
Zorg ervoor dat de batterijen niet kunnen worden kortgesloten door voorwerpen in
het batterijvakje.
Gebruik de toestellen niet in een omgeving waar explosiegevaar bestaat,
bijvoorbeeld een schilderwerkplaats.
De apparaten zijn niet beveiligd te gen spatwater. Plaats de toestellen niet in vochtige
ruimtes, zoals badkamers of doucheruimtes.
Gebruik uitsluitend de voedingsadapter die op de apparatuur is aangegeven.
Het stopcontact moet tijdens het gebruik toegankelijk zijn.
Defecte toestellen niet meer gebruiken of door de Servicedienst laten repareren,
aangezien deze andere draadloze diensten kunnen storen.
Gebruik het toestel niet als het display gescheurd of gebroken is. Gebroken glas of
kunststof kan verwondingen aan handen en gezicht veroorzaken. Laat het toestel
door de Servicedienst repareren.
Houd de handset niet aan het oor als deze overgaat of als u de handsfree-functie
heeft ingeschakeld. Dit kan tot ernstige, blijvende gehoorschade leiden.
De handset kan bij analoge hoortoestellen onaangename storende geluiden (bromof pieptoon) veroorzaken of deze overbelasten. Neem bij problemen contact op met
de audicien.
Veiligheidsinstructies
). Gebruik geen andere batterijen omdat deze persoon-
8
Veiligheidsinstructies
Knoopcellen en batterijen die kunnen worden ingeslikt buiten bereik van kinderen
bewaren.
Het inslikken kan verbrandingen, perforatie van weke delen en dodelijk letsel tot
gevolg hebben. Binnen 2 uur na het inslikken kunnen zware verbrandingen
optreden.
Bij het inslikken van een knoopcel of batterij onmiddellijk medische hulp inschakelen.
Gebruik het toestel niet gedurende lange tijdperiodes met hoog volume om schade
aan uw gehoor te voorkomen.
De werking van medische apparatuur kan worden beïnvloed. Houd rekening met de
technische omstandigheden van de betreffende omgeving, bijvoorbeeld een dokterspraktijk.
Indien u gebruik maakt van medische apparatuur (bijvoorbeeld een pacemaker),
neem dan contact op met de fabrikant van het apparaat. Hij kan u informeren of het
betreffende apparaat in voldoende mate beschermd is tegen externe hoogfrequente
energie (voor meer informatie over uw Gigaset-product zie “Technische gegevens”).
Gebruik uitsluitend afgeschermde kabels om het toestel aan te sluiten op het lokale
netwerk.
Privacyverklaring
Zodra het toestel aangesloten wordt op de router, neemt het automatisch contact op met de
Support Server van Gigaset. Eenmaal per dag wordt de volgende toestelspecifieke informatie
verzonden:
• Serienummer/productnummer
• MAC-adres
• Privé IP-adres van de Gigaset in het LAN/de bijbehorende poortnummers
• To es tel na am
• Softwareversie
Op de Support Server worden de gegevens gekoppeld aan de reeds aanwezige toestelspecifieke informatie:
• Systeem-/toestelspecifieke wachtwoorden
9
Ingebruikname
1
2
LAN
1
2
Inhoud van de verpakking
• Een basisstation, een netadapter voor het basisstation, een LAN-kabel
• Een handset, een batterijklepje, twee oplaadbare batterijen, een lader met netadapter, een
draagclip
• een installatiehandleiding
Het toestel is bedoeld voor gebruik in gesloten, droge ruimten met een temperatuur
tussen +5 °C en +45 °C.
Plaats het basisstation op een centrale plek in uw woning en zorg voor een stabiele,
niet te gladde ondergrond. In het algemeen laten de voetjes van het toestel geen
sporen achter. Gezien de grote hoeveelheid op meubels gebruikte lakken en polijstmiddelen kan echter niet worden uitgesloten dat de voetjes van het toestel ongewenste sporen achterlaten.
Zorg ervoor dat het toestel niet wordt blootgesteld aan een warmtebron of direct
zonlicht en plaats het niet in de onmiddellijke omgeving van andere elektrische
apparaten.
Stel het toestel niet bloot aan vocht, stof, agressieve vloeistoffen en dampen.
Wandmontage mag niet hoger zijn dan 2 m.
Telefoon aansluiten
De LAN-aansluiting van het toestel aansluiten op het lokale netwerk, bijv. via een router
of switch.
Het toestel aansluiten op het elektriciteitsnet .
10
Privacyverklaring
Zodra het toestel aangesloten wordt op de router, neemt het automatisch contact op met de
Support Server van Gigaset. Eenmaal per dag wordt de volgende toestelspecifieke informatie
verzonden:
• Serienummer/productnummer
• MAC-adres
• Privé IP-adres van de Gigaset in het LAN/de bijbehorende poortnummers
• To es tel na am
• Softwareversie
Op de Support Server worden de gegevens gekoppeld aan de reeds aanwezige toestelspecifieke informatie:
• Systeem-/toestelspecifieke wachtwoorden
11
Handset in gebruik nemen
1
2
3
4
123
4
Het display wordt beschermd door een folie. Ver wijd er he t fol ie!
Lader aansluiten
Platte stekker van de netadapter
aansluiten.
De netadapter in het stopcontact steken.
De stekker weer uit de lader verwijderen:
De netadapter uit het stopcontact halen.
Ontgrendelingsknop indrukken.
Platte stekker verwijderen.
Batterijen plaatsen
Gebruik in het toestel uitsluitend oplaadbare batterijen van het type zoals aangegeven in deze gebruiksaanwijzing. Gebruik geen andere batterijen omdat deze
persoonlijk letsel of schade aan het product tot gevolg kunnen hebben. De mantel
van de batterijen zou bijvoorbeeld beschadigd kunnen raken of de batterijen zouden
kunnen exploderen. Bovendien kunnen er functiestoringen optreden of kan het
toestel beschadigd raken.
Batterijen plaatsen (positie
+/- zie afbeelding).
12
Eerst de bovenkant van het
klepje plaatsen.
Vervolgens het klepje
dichtdrukken tot het vastklikt.
Klepje weer openen:
Haak met een nagel achter
de gleuf die bovenin het
klepje zit en schuif het
deksel omlaag.
Draagclip bevestigen
8 h
Op de handset bevinden zich aan de zijkant uitsparingen
voor het monteren van een draagclip.
• Draagclip bevestigen: De draagclip op de achterkant
van de handset drukken zodat de nokjes van de draagclip in de uitsparingen vastklikken.
• Dr aag clip ver wijd ere n: M et de dui men k rac hti g op h et
midden van de draagclip drukken. De nagel van de
duim van de andere hand aan de zijkant of bovenkant
tussen clip en behuizing schuiven. De clip naar boven
toe verwijderen.
Batterijen opladen
De batterijen vóór het eerste gebruik volledig
opladen in de lader.
De batterijen zijn volledig geladen als het bliksemschichtsymbool niet meer op het display wordt
weergegeven.
De batterijen kunnen tijdens het laden warm worden. Dit is ongevaarlijk.
De laadcapaciteit van de batterijen neemt als gevolg van technische oorzaken na
verloop van tijd af.
Schakel de handset uit als u het toestel meerdere dagen niet gaat gebruiken.
Schakel de handset uit en verwijder de batterijen als u de handset meerdere weken
niet gaat gebruiken.
Display-taal en land instellen
De navigatietoets tot op het display de gewenste taal gemarkeerd is, bijv. Francais OK
De navigatietoets indrukken tot op het display het gewenste land gemarkeerd is OK
Handset aanmelden
Op het display verschijnt Handset aanmelden. Daarvoor moet u eerst het toestel in gebruik
nemen. Zodra dit wordt gevraagd in de Configuratie-wizard van het toestel, start u de aanmeldprocedure bij de handset met de rechter displaytoets.
13
Toeste l i n gebru ik nemen
Scan de linker QR-code op de achterkant van het toestel met een QR-codelezer op een
smartphone of tablet
of
Browser op een mobiel apparaat of pc openen In de adresregel gigaset-config.com
invoeren
Als meerdere Gigaset-toestellen worden weergegeven: Gigaset IP BASE selecteren
De webinterface van het toestel begint met de configuratie-wizard, die u stap voor stap door de
noodzakelijke configuratiestappen leidt. Volg de instructies op het beeldscherm.
U kunt de configuratie na elke stap beëindigen met de knop Volt ooie n . Vervolgens
wordt de overzichtspagina van de webinterface weergegeven.
1e stap:Taal en land selecteren
2e stap:Wachtwoord instellen en herhalen
3e stap: Telefoonlijn configureren. Hiervoor heeft u de verbindingsgegevens van uw
provider nodig.
Op SIP-lijn configuratie klikken
4e stap:DECT-handset of DECT-repeater op uw toestel aanmelden.
Toe s te l co n fi g ur at i e Gewenst toestel selecteren
Na het afsluiten van de configuratie wordt de overzichtspagina van de webinterface weergegeven.
Uw toestel is nu klaar voor gebruik.
Met de configuratie-wizard kunt u slechts één toestel aanmelden. Gebruik een van de
toestel-wizards als u overige toestellen wilt aanmelden.
Beneden in de navigatiebalk op klikken . . . Het overzicht van wizards wordt
geopend Wizard DECT-apparaat of DECT-repeater starten
14
Toestel leren kennen
Toestel bedienen
Toestel leren kennen
Handset in-/uitschakelen
Inschakelen:
Uitschakelen:
Als u een uitgeschakelde handset op het basisstation resp. de lader plaatst, wordt deze automatisch ingeschakeld.
Toetsblokkering in-/uitschakelen
De toetsblokkering voorkomt dat de toetsen van het toestel onbedoeld worden ingedrukt.
Toetsblokkering in- of uitschakelen: lang indrukken
Toetsblokkering ingeschakeld: Op het display verschijnt het symbool
Op uitgeschakelde handset verbreektoets lang indrukken
In de ruststand van de handset verbreektoets lang indrukken
Als er een oproep op de handset wordt gesignaleerd, wordt de toetsblokkering automatisch uitgeschakeld. U kunt de oproep beantwoorden. Na afloop van het gesprek
wordt de blokkering weer ingeschakeld.
Als de toetsblokkering is ingeschakeld, kunt u ook geen alarmnummers bellen.
Navigatietoets
Met de navigatietoets bladert u door menu's en invoervelden en kunt u in
bepaalde situaties functies oproepen.
In deze gebruiksaanwijzing is de kant van de navigatietoets (boven, onder, rechts, links) die u
voor de desbetreffende functie moet indrukken, met een pijl gemarkeerd. Zo betekent
bijvoorbeeld “rechts op de navigatietoets drukken”. staat voor “in het midden van de navigatietoets drukken”.
In de ruststand
Hoofdmenu openen:
In de ruststand of tijdens een gesprek
Lokaal telefoonboek van de handset openen:
Centraal telefoonboek van de telefoon openen:
Lijst van de handset openen, intern bellen/ruggespraak:
Gespreksvolume voor handset of handsfree-functie wijzigen:
De functies van de displaytoetsen zijn afhankelijk van de situatie.
Displaytoets indrukken . . . de functie die op het display erboven wordt weergegeven, wordt
geopend.
Menunavigatie
De functies van uw telefoontoestel worden aangeboden in een menu dat bestaat uit meerdere
niveaus.
Hoofdmenu openen:
Submenu openen:
Een menuniveau terug:
Contact/functie selecteren:
Functie in-/uitschakelen:
Optie inschakelen/uitschakelen:
Naar de ruststand wisselen:
Na enige tijd zonder activiteit schakelt het display automatisch over naar de ruststand.
In de ruststand de navigatietoets of rechts
indrukken
Met submenu selecteren met OK bevestigen
Displaytoets Ter u g indrukken
of: Verbreektoets kort indrukken
Displaytoets OK indrukken
of: Navigatietoets indrukken
Displaytoets Wijzigen indrukken
(= ingeschakeld/= uitgeschakeld)
Displaytoets Selecteer indrukken
(= geselecteerd/= niet geselecteerd)
Verbreektoets lang indrukken
16
Toestel leren kennen
1
1
Tekst invoeren
Voor het invoeren van tekst in een tekstveld zijn aan elke toets tussen en en de toets
meerdere letters en cijfers toegewezen. Zodra een toets wordt ingedrukt, worden de
mogelijke tekens onder in het display weergegeven. Het geselecteerde teken is gemarkeerd.
Letters/cijfers selecteren:
Wisselen tussen kleine letters,
hoofdletters en cijfers:
Speciale tekens invoeren:
Invoerveld selecteren:
Invoerpositie wijzigen:
Teken voor de cursor wissen:
Woord voor de cursor wissen:
De beschikbaarheid van speciale tekens is afhankelijk van de ingestelde taal.
Toe ts me erde re ke ren kort achter elkaar indrukken
Hekjetoets indrukken
Bij het bewerken van contactpersonen wordt de eerste
letter en elke letter die volgt op een spatie automatisch als
hoofdletter geschreven.
Stertoets indrukken Naar het gewenste
teken navigeren Invoegen
Met veld selecteren
Een veld is geactiveerd als daarin een knipperende cursor
wordt weergegeven.
Met positie van de cursor verplaatsen
kort indrukken
lang indrukken
Headset aansluiten
De headset met een 3,5 mm-aansluiting aansluiten op de linker-
zijde van de handset.
De instelling van het headset-volume komt overeen met de instelling
voor de handset.
17
Toestel leren kennen
Snelle toegang tot nummers en functies
Cijfertoetsen met nummers programmeren (snelkiezen)
De toetsen tot kunnen elk met een nummer uit het telefoonboek worden geprogrammeerd.
Er is nog geen nummer in de cijfertoets geprogrammeerd.
Cijfertoets lang indrukken
of
Cijfertoets kort indrukken Displaytoets Snelkiezn indrukken
Het telefoonboek wordt geopend.
Vermelding selecteren OK Evt. met nummer selecteren OK ... De vermel-
ding wordt op de cijfertoets opgeslagen
Als de vermelding uit het telefoonboek wordt verwijderd, heeft dit geen invloed op de
programmering van de cijfertoets.
Nummer kiezen
Cijfertoets lang indrukken . . . Het nummer wordt direct gekozen
of
Cijfertoets kort indrukken . . . Op de linker displaytoets wordt het nummer/de naam (evt.
afgekort) weergegeven Displaytoets indrukken . . . Het nummer wordt gekozen
Programmering van een cijfertoets wijzigen
Cijfertoets kort indrukken Wijzigen ... Het telefoonboek wordt geopend ... Mogelijke
opties:
Programmering wijzigen:
Programmering verwijderen:
Vermelding selecteren OK Evt. nummer
selecteren OK
Wissen
Displaytoets programmeren/programmering wijzigen
Bij levering is onder de linker en rechter displaytoets in de ruststand een functie geprogrammeerd. U kunt de programmering wijzigen.
In de ruststand de displaytoets lang indrukken . . . De lijst met mogelijke toetsprogramme-
ringen wordt geopend Functie selecteren OK ... De programmering van de
displaytoets wordt gewijzigd
Functie starten
In de ruststand van de telefoon de displaytoets kort indrukken . . . De toegewezen functie
wordt uitgevoerd
18
Toestel leren kennen
Webinterface gebruiken
De webinterface geeft toegang tot oproepenlijsten, telefoonboeken, berichten en instellingen
van de telefoon via een internetbrowser op uw pc, tablet of smartphone.
Het toestel is verbonden met het lokale netwerk.
Webinterface starten
Internetbrowser openen
www.gigaset-config.com in het adresveld van de browser invoeren . . . De aanmeldpagina
wordt geopend
Als er in uw netwerk meerdere beschikbare Gigaset IP-telefoontoestellen aanwezig zijn,
worden deze allemaal weergegeven Toestel selecteren . . . De aanmeldpagina wordt
geopend
of
IP-adres van de telefoon (zonder de nullen vooraan) in het adresveld van de browser
invoeren . . . De aanmeldpagina wordt geopend
IP-adres van het toestel opvragen
Paging-toets op het basisstation kort indrukken . . . Het IP-adres wordt weergegeven op aan-
gemelde handsets
Het IP-adres kunt u ook vinden in de netwerkconfiguratie van uw router.
Taal wijzigen
De actueel ingestelde taal wordt op de aanmeldpagina en alle andere pagina's van de webinterface rechtsboven in de kopregel naast het symbool weergegeven.
Op het symbool klikken Taal selecteren . . . De geselecteerde taal wordt geladen
19
Toestel leren kennen
Aanmelden
Wachtwoord invoeren Login . . . De webinterface wordt gestart, de pagina Overzicht
wordt geopend
Afmelden
Rechtsboven in de kopregel op het symbool klikken Afmelden . . . De aa nmel dpagina
wordt weer weergegeven
Profiel aanpassen
Wachtwoord voor webinterface wijzigen
Rechtsboven in de kopregel op het symbool klikken Profiel Wijzig wachtwoord
Na het opstarten van de webinterface wordt de overzichtspagina weergegeven. Deze bevat
verschillende grafische elementen (widgets) met informatie over de bedrijfsstatus van componenten van de telefoon en biedt snelle toegang tot belangrijke functies en instellingen.
Overzichtspagina uit willekeurige bedieningssituatie van de webinterface openen:
In de kopregel op het Gigaset-logo klikken
of: Thuis Dashboard
Informatie over het systeem
Statuslijst
Nieuwe gemiste oproepenAantal nieuw gemiste oproepen
Link naar pagina Systeem status
Link naar de oproepenlijst Gemist
Nieuwe voicemailsAantal nieuwe voicemailberichten
Link naar pagina Voic email
ToestellenAantal op de telefoon geregistreerde toestellen
Link naar pagina Toestellen
VoIP verbindingenAantal geregistreerde lijnen
Link naar pagina Verb indi ngen
Firmware VersieVersie van de momenteel geïnstalleerde firmware
Link naar pagina Updaten & Herstellen
BedrijfstijdTijd sinds de laatste systeemstart (dagen, uren, minuten)
Link naar pagina Systeem status
Bellen
Oproep via de toetsen starten.
Gesprekslijst
Lijst van de laatst ingekomen, uitgaande en gemiste oproepen met naam (indien bekend) of
telefoonnummer, datum en tijd en symbool voor de soort oproep.
Op Gesprekslijst klikken
Naast de vermelding opklikken Contact toevoegen ...
Er wordt een formulier geopend voor het aanmaken van een
nieuwe telefoonboekvermelding
Naast de vermelding opklikken Blokkeren ... Het tele-
foonnummer wordt in de blokkeerlijst opgenomen. Oproepen
met dit telefoonnummer worden niet meer doorgegeven
Naast de vermelding opklikken Ver wijderen
Naast een vermelding opklikken Lijst verwijderen
21
Toestel leren kennen
Regels voor het doorschakelen van oproepen
Geeft de momenteel geconfigureerde omroepomleiding-regels weer.
Oproepomleiding inschakelen/
uitschakelen:
Oproepomleiding configureren:
Op de schakelaar naast de vermelding klikken
(=ingeschakeld)
Op Regels voor het doorschakelen van oproepen in de
kopregel klikken . . . De pagina Instellingen – Omlei-
dingen wordt geopend
Wizards
Wizards leiden u stap voor stap door de configuratie van belangrijke onderdelen van de telefoon. De volgende wizards staan ter beschikking:
DECT-apparaatDECT-handset bij de telefoon registreren
DECT-repeaterDECT-repeater voor het vergroten van het bereik instellen
SIP verbindingTelefoonlijn instellen
Oproep doorschakel
regel
Regels voor oproepomleiding definiëren
Webinterface openen Onder in de navigatiebalk op klikken Wizards Wizard
selecteren
De wizard leidt u door de benodigde stappen.
Volg endeNaar de volgende stap
Te ru gEén stap terug zonder de instellingen over te nemen
AnnulerenWizard annuleren
VoltooienWizard afsluiten, instellingen overnemen
Bij de betreffende configuratiehandelingen worden wizards automatisch geopend.
Hardware-reset
Apparaat naar de fabrieksinstellingen resetten als de webinterface niet meer toegankelijk is
(bijv. als het wachtwoord niet meer bekend is):
Netadapter verwijderen Paging-toets indrukken en ingedrukt houden Netadapter weer
insteken . . . Na ca. 10 sec. begint de LED rood te knipperen Paging-toets loslaten . . . Het
toestel wordt opnieuw opgestart, alle instellingen worden naar de fabrieksinstellingen
gereset
22
Tel e fo ne re n
Te le fo ne re n
Het toestel is verbonden met het lokale netwerk.
Er is minstens een VoIP-lijn ingesteld en aan het toestel toegewezen.
Er is minstens een handset aangemeld.
Bellen
Het nummer invoeren via de toetsen op de handset De verbindingstoets
indrukken
De verbinding wordt gekozen via de verbinding die voor de handset is ingesteld voor uitgaande
gesprekken.
Kiezen uit het telefoonboek
Uit het lokale telefoonboek van de handset:
Navigatietoets kort indrukken Vermelding selecteren Verbindingstoets
indrukken Evt. het telefoonnummer selecteren OK
Uit het centraal telefoonboek:
Navigatietoets lang indrukken Vermelding selecteren Verbindingstoets
indrukken Evt. het telefoonnummer selecteren OK
Kiezen uit de nummerherhalingslijst
In de nummerherhalingslijst staan de nummers die u het laatst op deze handset heeft gekozen.
De verbindingstoets indrukkenHet nummer kiezen De verbindingstoets
indrukken
Kiezen uit een oproepenlijst
Er zijn oproepenlijsten voor uitgaande, aangenomen of gemiste oproepen.
Oproeplijsten OK Oproepenlijst selecteren OK Vermelding
selecteren Verbindingstoets indrukken
De oproeplijsten kunnen rechtstreeks v ia displaytoets Oproepen worden geopend als
de displaytoets met deze functie is geprogrammeerd.
De lijst met gemiste oproepen kan ook met de berichtentoets worden geopend.
23
Te le fo n er e n
Met snelkiestoets kiezen
Een van de toetsen tot is toegewezen aan de contactpersoon met het
gewenste telefoonnummer.
De snelkiestoets waaraan het gewenste telefoonnummer is toegewezen lang indrukken
Snelkiezen
Door een willekeurige toets in te drukken, wordt een opgeslagen nummer gekozen. Met deze
functie kunnen bijvoorbeeld kinderen die nog niet in staat zijn zelfstandig een nummer te
kiezen, een bepaald nummer kiezen.
Snelkiezen inschakelen:
Extra functies OK Snelkiezen OK Activering inschakelen
Oproep naar Telefoonnummer invoeren of met uit telefoonboek
overnemen Opslaan . . . In de ruststand wordt aangegeven dat snelkiezen is ingeschakeld
Snelkiezen uitvoeren:
Kiezen annuleren:
Snelkiezen beëindigen:
Willekeurige toets indrukken . . . Het opgeslagen nummer wordt
gekozen
Verbreektoets indrukken.
Toe t s lang indrukken
Bij het kiezen een kiespauze invoegen
Hekjetoets lang indrukken . . . in het display verschijnt een P
Via de webinterface kiezen
Webinterface openen Thuis Op de pagina Overzicht
het telefoonnummer invoeren via de toetsen Op kl ikken
. . . De oproep wordt op het standaard telefoontoestel gestart,
de handset gaat over
Cijfer in het invoerveld wissen:
Gesprek voeren: Verbindingstoets op de handset
indrukken
Gesprek beëindigen: Op klikken
Er kan slechts een gesprek per keer worden beheerd.
Gesprekken met meerdere deelnemers (ruggespraak,
wisselgesprek, conferentie, . . . ) beheert u via het display
van het toestel.
24
Tel e fo ne re n
Oproep beantwoorden
Een inkomende oproep wordt gesignaleerd met de ringtone, een weergave op het display en
het knipperen van de handsfree-toets.
Op het display verschijnt
• de naam van de beller als deze in het telefoonboek is opgeslagen,
• het nummer van de beller als dit wordt meegestuurd.
Oproep beantwoorden:
Verbindingstoets indrukken
Als automatisch beantwoorden is ingeschakeld:
Handset uit de lader nemen
Ringtone uitschakelen:
Oproep weigeren:
Bij een inkomende oproep wordt eerst in het lokale telefoonboek gezocht naar een
bijpassende vermelding. Als het nummer niet wordt gevonden, dan worden het
centrale telefoonboek doorzocht.
Stil . . . De oproep kan worden beantwoord zolang hij in het
display wordt weergegeven
Afwijzen
of: Verbreektoets indrukken
Beveiliging tegen ongewenste oproepen
Ringtone uit-/inschakelen
Een inkomende oproep wordt niet meer door een ringtoon aangegeven, maar wel op het
display weergegeven.
Ringtone in-/uitschakelen: Stertoets lang indrukken
Ringtone uitgeschakeld: op het display verschijnt het symbool
In plaats van de ringtone een attentietoon (piep) inschakelen:
Stertoets lang indrukken Piep
Ringtone uit- en attentietoon ingeschakeld: op het display verschijnt het symbool
25
Te le fo n er e n
Tijdsturing voor externe oproepen
Datum en tijd zijn ingesteld.
Periode invoeren waarbinnen de handset niet moet overgaan bij externe oproepen, bijvoorbeeld 's nachts.
Instellingen OK Geluidsinstellingen OK Ringtones Handset OK
Tijdschakeling Wijzigen Met in-/uitschakelen
Indien ingeschakeld,
tijd invoeren:
Opslaan:
De tijdsturing geldt alleen op de handset waarop de instelling is uitgevoerd.
Bij een oproep waaraan een VIP-groep is toegewezen in het telefoonboek van de
handset, gaat de telefoon altijd over.
Tusse n Niet bellen vanaf en Niet bellen tot wisselen
Begin en einde van de periode invoeren
Opslaan
Wisselgesprek toestaan/weigeren
Als deze functie ingeschakeld is, wordt tijdens een gesprek door middel van een wisselgespreksignaal aangegeven, dat er een andere oproep binnenkomt.
In de webinterface
Instellingen Tel e fo ni e Geavanceerde instellingen Aankloppen ... In het
gedeelte Aankloppen staat een lijst met de geregistreerde telefoontoestellen Wisselgesprek met het controlevakje inschakelen/uitschakelen (= geactiveerd) Opslaan
Niet storen door anonieme oproepen
In de webinterface
Als de functie in de webinterface wordt ingeschakeld, dan worden oproepen zonder nummerweergave op alle handsets geblokkeerd.
Thui s Contacten Blokkeerlijst Anonieme beller blokkeren Functie met de
Als de functie op de handset is ingeschakeld, gaat de handset bij oproepen zonder nummerweergave niet over.
.
Instellingen Geluidsinstellingen OK Ringtones Handset OK Anonieme
opr uit Wijzigen (= ingeschakeld) . . . De oproep wordt alleen op het display weerge-
geven
26
Tel e fo ne re n
Tijdens een gesprek
Volume wijzigen
Geldt voor de actueel gebruikte modus (handsfree, handset of headset, indien aanwezig):
indrukken Volume instellen Opslaan
De instelling wordt na circa 3 seconden opgeslagen, ook als u niet op Opslaan drukt.
Microfoon dempen (mute)
Microfoon van de handset, de handsfree-functie en de headset uitschakelen. De gesprekspartner hoort niet meer wat er wordt gezegd.
Microfoon tijdens een gesprek in-/uitschakelen: indrukken
Handsfree in-/uitschakelen (indien aanwezig)
Telefoneren via luidspreker en microfoon van de handsfree-functie.
Handsfree-functie tijdens een gesprek in-/uitschakelen:
De handsfree toets indrukken
Handsfree-functie ingeschakeld: de toets brandt
Gesprek beëindigen
Verbreektoets indrukken
27
Te le fo n er e n
Telefoneren met meerdere deelnemers
Wisselgesprek beantwoorden/weigeren
De telefooncentrale of de provider ondersteunt deze functie en de functie is ingeschakeld op de telefoon.
Tijdens een gesprek komt een tweede oproep binnen. De oproep wordt weergegeven op het
display en gesignaleerd door een geluidssignaal.
Oproep beantwoorden:
Opnemen . . . De verbinding met de nieuwe gesprekspartner wordt ingeschakeld. De eerste
deelnemer wordt in de wachtstand geplaatst en hoort wachtmuziek.
Oproep weigeren: Afwijzen
Gesprek beëindigen, het gesprek in de wachtstand weer aannemen: Verbreektoets
indrukken.
Wisselgesprek toestaan/weigeren
Als deze functie ingeschakeld is, wordt tijdens een gesprek door middel van een wisselgespreksignaal aangegeven, dat er een andere oproep binnenkomt.
In de webinterface
Instellingen Tel e fo ni e Geavanceerde instellingen Aankloppen ... In het
gedeelte Aankloppen staat een lijst met de geregistreerde telefoontoestellen Wisselgesprek met het controlevakje inschakelen/uitschakelen (= geactiveerd) Opslaan
Ruggespraak
U bevindt zich in een gesprek en wilt een andere deelnemer bellen.
Rug.spr. . . . Het actuele gesprek wordt in de wachtstand geplaatst, de deelnemer hoort
wachtmuziek
Ruggespraak starten via de toetsen, uit het telefoonboek of de oproeplijst . . . De tweede
deelnemer wordt gebeld Gesprek voeren en beëindigen . . . De verbinding met de eerste
deelnemer wordt weer ingeschakeld
28
Tel e fo ne re n
Wisselgesprek
Heen en weer schakelen tussen twee gespreksdeelnemers. Het andere gesprek wordt telkens in
de wachtstand geplaatst.
Tijdens een extern gesprek een tweede deelnemer bellen (ruggespraak) of een wisselgespre-
koproep beantwoorden . . . De eerste oproep wordt in de wacht gezet
Tussen de deelnemers wisselen: Navigatietoets indrukken
Wisselgesprek beëindigen:
Opties Einde gesprek . . . De actieve oproep wordt beëindigd, de opriep in de wachtstand
wordt geactiveerd
Verbreektoets indrukken . . . Beide gesprekken worden beëindigd
of:
of:De actieve deelnemer beëindigt het gesprek.
Uit wacht . . . De verbinding met de andere gesprekspartner wordt weer ingescha-
keld
of:De deelnemer in de wacht beëindigt het gesprek . . . De verbinding met de actieve
deelnemer blijft ingeschakeld
Conferentie
Met meerdere gesprekspartners tegelijk spreken. U bevindt zich in een gesprek, een volgende
gesprekspartner wordt in de wacht gezet.
Confer. . . . alle gesprekspartners worden met elkaar verbonden
Conferentie beëindigen:
Einde
of: Verbreektoets indrukken
29
Te le fo n er e n
Intern telefoneren
Op het basisstation zijn meerdere handsets aangemeld.
kort indrukken . . . De lijst met handsets wordt geopend, de eigen handset is met <
gemarkeerd Handset of Allen (groepsoproep) selecteren Verbindingstoets
indrukken
Snelkiezen voor groepsoproep: lang indrukken
Interne ruggespraak
Met een externe deelnemer bellen en met een interne deelnemer ruggespraak houden.
indrukken . . . De lijst met handsets wordt geopend Handset of Allen selecteren
OK . . . De interne deelnemer(s) worden gebeld
Terugkeren naar het externe gesprek:
Opties Einde gesprek OK
30
Oproepomleidingen
Oproepomleidingen
Inkomende oproepen worden naar een andere aansluiting doorgeschakeld. U kunt oproepomleidingen instellen voor toestellen en lijnen.
Daarnaast kunt u overkoepelende regels voor oproepomleiding instellen die gelden voor meerdere toestellen en lijnen en op bepaalde tijden zodat bijv. alle voor een lijn inkomende
oproepen vanaf 18.00 uur naar een andere lijn worden doorgeschakeld.
Een oproepomleiding voor een lijn geldt voor alle toestellen waaraan deze lijn is toegewezen als
inkomende lijn.
De volgende oproepomleidingen zijn mogelijk:
AltijdOproepen worden direct omgeleid.
Bij in gesprekOproepen worden omgeleid als het toestel bezet is.
Bij afwezigheidOproepen worden omgeleid als na een bepaalde periode niet wordt opge-
Als u een individueel meldingstekst nodig heeft voor de oproepomleiding, moet u
deze vooraf opnemen. Anders wordt een standaard meldingstekst gebruikt.
Oproepomleidingen in de webinterface bewerken
Oproepomleidingen instellen
Ins tellingen Tel ef on ie Omleidingen Naast een toestel of lijn op kli kken
Gewenste doorschakeling (Altijd/Bij bezet/Bij geen antwoord) met schakelaar inschakelen
(=ingeschakeld) ... In de lijst Doel worden geschikte omleidingsbestemmingen
aangeboden Bestemming selecteren (Telefoon nummer/DECT-handset) Nummer
afhankelijk van de geselecteerde bestemming invoeren of uit de lijst selecteren
Bij geen antwoord: De oproep wordt omgeleid naar het opgegeven telefoonnummer als deze
niet binnen de in Ver tragi ng ingevoerde periode wordt opgenomen.
Periode in de selectielijst Ver traging selecteren
Instellingen opslaan:
Opslaan . . . De oproepomleiding wordt onder Instellingen – Tel ef on ie – Oproep omleiden
weergegeven
Oproepomleidingen voor lijnen worden in het display van de betreffende handsets
weergegeven als de handset deze functie ondersteunt.
nomen.
31
Oproepomleidingen
Oproepomleiding inschakelen/uitschakelen en bewerken
Ins tellingen Tel ef on ie Omleidingen Naast een toestel of lijn op kli kken
Gewenste oproepdoorschakeling (Altijd/Bij bezet/Bij geen antwoord) met schakelaar
inschakelen/uitschakelen (= ingeschakeld) Evt. Doel en/of bijbehorend nummer
wijzigen Opslaan
Oproepomleiding-regels instellen
U kunt oproepomleiding-regels instellen voor meerdere toestellen en lijnen. Als een oproepomleiding-regel ingeschakeld is, wordt een inkomende oproep direct volgens de regel behandeld
en niet meer naar het betreffende toestel doorgestuurd.
Instellingen Te le fo n ie Omleidingen ... Onder Regels voor het doorschakelen
van oproepen worden de ingestelde regels weergegeven
Nieuwe regel instellen: Regel toevoegen
Of: Wizards Omleidingsregel
. . . De wizard voor het instellen van oproepomleiding-regels wordt gestart Volg de instructies
in de wizard
Naam en modus voor de regel instellen
NaamNaam voor de regel waarmee deze in de lijst moet worden weergegeven,
ModusHoe moet de regel worden ingeschakeld?
GeplandDe oproepomleiding wordt automatisch op ingestelde tijden in-
HandmatigDe oproepomleiding wordt indien nodig handmatig in- en uitge-
Bij de modus Gepland: Tijdschema instellen
en uitgeschakeld.
schakeld.
Tijdens waarop de regel moet gelden via de tijdlijnen instellen
of: Op +Tijd klikken en de tijden voor elke dag selecteren
Toestellen en lijnen (telefoonnummers) waarvoor deze regel moet gelden uit de lijst
Beschikbare apparaten en verbindingen naar boven in de lijst Actieve apparaten en
verbindingen slepen
Modus en bestemming voor de oproepomleiding instellen
Aankondiging & Doel De beller hoort een meldingstekst en wordt dan doorgestuurd naar
een telefoonnummer.
Gewenste meldingstekst uit de lijst selecteren
Naam/intern telefoonnummer van een telefoontoestel, een
oproepgroep of een antwoordapparaat selecteren of Extern
telefoonnummer invoeren
AankondigingDe beller hoort een meldingstekst en daarna wordt de verbinding
verbroken.
Gewenste meldingstekst uit de lijst selecteren
32
Oproepomleidingen
DoelDe oproep wordt doorgestuurd naar een ander intern of extern tele-
foonnummer.
Naam/intern telefoonnummer van een telefoontoestel, een
oproepgroep of een antwoordapparaat selecteren of Extern
telefoonnummer invoeren
Voor de modi Aankondiging en Aankondiging & Doel moeten meldingsteksten
beschikbaar zijn.
Instellingen Te le fo ni e Audio Aankondigingen
Oproepomleiding-regels inschakelen/uitschakelen
Instellingen Tel e fo ni e Omleidingen Regels voor het doorschakelen van
oproepen . . . De ingestelde regels worden weergegeven Oproepomleiding-regel met
Thuis Dashboard ... Onder Regels voor het doorschakelen van oproepen
worden de ingestelde regels weergegeven Oproepomleiding-regel met schakelaar
inschakelen/uitschakelen (= ingeschakeld)
Oproepomleiding op de handset bewerken
Op de handset kunt u oproepomleidingen voor verbindingen instellen en inschakelen of
uitschakelen. De instellingen van de handset worden in de webinterface overgenomen en
gelden voor alle handsets waaraan dezelfde lijn als inkomend nummer is toegewezen.
Netdiensten OK Evt. lijn selecteren Opties Omleiding OK Soort
omleiding selecteren: Alle oproepen/Bij bezet/Geen antwoord OK
Inschakelen:
Doorsch. naar:
Vertragingstijd bij selectie
Geen antwoord:
Instellingen opslaan:
Met in-/uitschakelen
Telefoonnummer invoeren
of: Telefoonnummer uit een telefoonboek overnemen
Ver tragi ng Periode selecteren
De oproep wordt omgeleid naar het opgegeven telefoonnummer als deze niet binnen de ingevoerde periode wordt
opgenomen.
Opslaan
33
Oproepenlijsten
Oproepen- en berichtenlijsten
Oproepenlijsten
Het toestel slaat verschillende soorten oproepen op in lijsten. De volgende oproepenlijsten
staan ter beschikking:
Alle oproepenAlle uitgaande, beantwoorde en geweigerde oproepen
Uitgaande oproepenLaatst gekozen nummers (nummerherhalingslijst)
Beantwoorde oproepen Oproepen die zijn beantwoord
Gemiste oproepen Oproepen die niet zijn beantwoord
Als er gemiste oproepen zijn die nog niet zijn opgeslagen, knippert de berichtentoets. In het display wordt het
symbool en het aantal weergegeven.
Als de oproepenlijst vol is, wordt de oudste vermelding overschreven door een nieuwe
vermelding.
Op de handsets zijn individuele oproepenlijsten beschikbaar. In de webinterface kunt u alle
oproepenlijsten weergeven.
Oproepenlijst in de webinterface bewerken
Thuis Dashboard Uit het selectiemenu onder Gesprekslijst het toestel selec-
teren waarvan de oproepenlijst moet worden weergegeven . . . De oproepen van het gese-
lecteerde toestel worden met naam of telefoonnummer en tijd van de oproep weergegeven
Detailweergave van alle oproepenlijsten openen: Op Gesprekslijst klikken
Thuis Recente Oproepen
of:
of:
Thuis Dashboard Onder Statuslijst op Nieuwe gemiste oproepen
klikken . . . ALs er niet opgeslagen, gemiste oproepen zijn, wordt de lijst Gemist
weergegeven, anders Alle
Gewenste lijst in de kop selecteren (Alle, Inkomend, Gemist, Uitgaand)
• De naam van de beller als het telefoonnummer in het telefoonboek is opgeslagen
• Telefoonnummer van de beller of de gebelde deelnemer
• Lijn waarmee het gesprek werd gevoerd
• Tijd en datum van de oproep
34
Oproepenlijsten
Beller terugbellen/oproep herhalen
Oproepenlijst openen Evt. gewenste lijst selecteren Gewenste handset voor de oproep
selecteren Op het telefoonnummer in de vermelding klikken
of: Naast de vermelding optikken Directe oproep
. . . De handset gaat over Verbindingstoets indrukken . . . Het telefoonnummer wordt
gekozen
Telefoonnummer opslaan in telefoonboek
Telefoonnummer als nieuw contact in het centrale telefoonboek opslaan.
Oproepenlijst openen Evt. gewenste lijst selecteren Naast de vermelding op
tikken Contact toevoegen Centrale map selecteren Vermelding aanmaken
Opslaan
Telefoonnummer blokkeren
Telefoonnummers van ongewenste oproepen blokkeren. Geblokkeerde telefoonnummers
worden in de blokkeerlijst opgenomen en in de toekomst niet meer gesignaleerd.
Oproepenlijst openen Evt. gewenste lijst selecteren Naast de vermelding op
tikken Blokkeren Met Ok bevestigen . . . Het telefoonnummer wordt overgenomen in
de blokkeerlijst
Vermeldingen wissen
Oproepenlijst openen Evt. gewenste lijst selecteren Naast de vermelding op klikken
Een vermelding wissen:
Alle vermeldingen wissen:
Ver wijdere n Met Ok bevestigen
Lijst verwijderen Met Ok bevestigen
35
Oproepenlijsten
Oproepenlijst op de handset bewerken
Oproepenlijst openen
Oproeplijsten OK Lijst selecteren OK
Gemiste oproepen:
Uitgaande oproepen:
Als de functie Oproeplijsten is toegewezen aan een displaytoets::
Berichtentoets indrukken Oproepen OK
Verbindingstoets indrukken
Displaytoets Oproepen indrukken Lijst selecteren OK
• De naam van de beller als het telefoonnummer in het telefoonboek is opgeslagen
• Het telefoonnummer van de beller of de gebelde deelnemer, als er geen naam beschikbaar is
• Bij een interne oproep: Naam van de handset
• Lijn waarmee het gesprek werd gevoerd
• Tijd en datum van de oproep
Meer informatie over een vermelding weergeven:
Oproepenlijst openen Lijst selecteren OK Vermelding selecteren
Weergvn
Oproepenlijst bewerken
Oproepenlijst openen Lijst selecteren OK Vermelding selecteren Opties
...
Telefoonnummer overnemen in een telefoonboek
U kunt het telefoonnummer als nieuw contact opnemen in het lokale telefoonboek van de
handset of in het centrale telefoonboek van het basisstation.
Naar Contacten OK Contacten handset /Centrale Contacten OK
Telefoonnummers van ongewenste oproepen blokkeren
Geblokkeerde telefoonnummers worden in de blokkeerlijst opgenomen en in de toekomst niet
meer gesignaleerd.
Nummer blokkeren OK
Vermeldingen wissen
Een vermelding wissen:
Alle vermeldingen wissen:
36
Wis contactp. OK
Alles wissen OK Actie met Ja bevestigen
Berichtencentrum (MWI)
Berichtencentrum (MWI)
De telefoon geeft met een eenvoudige druk op een toets snelle toegang tot gemiste oproepen,
nieuwe voicemailberichten en gemiste afspraken (MWI = Message Waiting Indicator).
Als er nieuwe berichten zijn, knippert de berichtentoets op de handsets. Als nieuw bericht
geldt een gemiste oproep, alsdeze na het laatste openen van de berichtenlijst Gemist is binnengekomen, en een voicemailbericht zolang dit niet is beluisterd.
Symbolen in het display geven aan dat er nieuwe berichten zijn binnengekomen.
Nieuwe gemiste oproepen:+ aantal
Nieuwe voicemailberichten:+ aantal
Nieuwe gemiste afspraken:+ aantal
De berichtentoets kan slechts aan één antwoordapparaat zijn toegewezen. De toewijzing vindt plaats in de webinterface bij de toestelinstellingen.
Berichten weergeven
Op de handset
De berichtentoets knippert.
Berichtentoets indrukken . . . Berichtenlijsten die berichten bevatten, worden
weergegeven Gewenste lijst selecteren OK . . . De oproepen of berichten worden
weergegeven
In de webinterface
Op de overzichtspagina wordt onder Statuslijst het aantal nieuwe gemiste oproepen en nieuwe
voicemailberichten oranje gekleurd.
Thuis Dashboard
Gemiste oproepen:
Nieuwe voicemailberichten:
Onder Statuslijst op Nieuwe gemiste oproepen klikken
... De lijst Gemist wordt weergegeven
Onder Statuslijst op Nieuwe voicemails klikken ... De lijst
Voic email wordt weergegeven
Berichtenlijsten openen via het menu
Thuis Recente Oproepen/Voic email
Gemiste afspraken zijn handset-specifiek en worden alleen op de handset weergegeven.
37
Contacten op de handset
Telefoonboeken
Het toestel beschikt over verschillende telefoonboeken. De telefoonboeken zijn toegankelijk via
het display van de aangemelde handsets en via de webinterface.
Lokaal telefoonboekTelefoonboek van de aangemelde handsets.
Centraal telefoonboek
(basistelefoonboek)
Overige telefoonboeken Telefoonboeken die beschikbaar worden gesteld via andere aanbie-
Contacten op de handset
Telefoonboek openen
Lokaal telefoonboek:
Centraal telefoonboek:
De vermeldingen worden standaard alfabetisch op achternaam gesorteerd. U kunt
de sorteervolgorde wijzigen.
Gemeenschappelijk telefoonboek van het basisstation dat beschikba ar i s op all e H X-ha nds et s. He t kan worden bewerkt op de handsets
en in de webinterface.
ders, bijv. Google-contacten of Microsoft Office. De toegang tot deze
telefoonboeken moet in de webinterface worden ingesteld en vrijgegeven.
Navigatietoets onder kort indrukken
Navigatietoets onder lang indrukken
Volgorde van de telefoonboekvermeldingen instellen
Telefoonboekvermeldingen kunnen worden gesorteerd op voor- of achternaam.
Telefoonboek openen Opties Op achternaam/Op voornaam
Als een vermelding geen naam bevat, wordt het standaard telefoonnummer in het achternaamveld overgenomen. Deze vermeldingen worden aan het begin van de lijst geplaatst, onafhankelijk van het soort sortering.
De sorteervolgorde is als volgt:
Spaties | Cijfers (0-9) | Letters (alfabetisch) | Overige tekens.
Contacten zoeken en weergeven
Naar het gewenste contact bladeren
of:
Beginletters van de voor- of achternaam invoeren . . . Zodra er vermeldingen
worden gevonden die passen bij de invoer, worden deze weergegeven
Gewenste contact selecteren
Inhoud van de vermelding weergeven: Weergvn
38
Contacten op de handset
Nieuw contact aanmaken
Een vermelding bevat de voornaam en/of achternaam en maximaal drie telefoonnummers.
Extra in het lokale telefoonboek: Verjaardag, VIP-ringtone
Telefoonboek openen <Nieuwe invoer> OK Met tussen de invoervelden
wisselen
Naam:
Telefoonnummers:
Verjaardag:Op de ingevoerde tijd wordt een herinnering aan de verjaardag op het
Voornaam invoeren Achternaam invoeren
Nummertype selecteren (Thuis, Werk of Mobiel)
U moet minstens een telefoonnummer invoeren.
Als een vermelding geen naam bevat, wordt in plaats daarvan het eerst ingevoerde
telefoonnummer als naam opgeslagen en weergegeven.
Contactgegevens bewerken
Thuis Contacten Centrale Contacten Naast de vermelding optikken
Bewerken Gewenste wijzigingen uitvoeren Opslaan
41
Contacten in de webinterface
Contact downloaden
Contacten in JSON-formaat downloaden en op een computer opslaan:
Thuis Contacten Centrale Contacten Naast de vermelding op tikken
Downloaden In het systeemdialoogveld voor bestandsselectie de opslaglocatie selec-
teren waarin het telefoonboek moet worden opgeslagen. Indien nodig de bestandsnaam
wijzigen
Als JSON-bestand opgeslagen contacten kunnen in het menu Instellingen in de tele-
foonboeken worden geïmporteerd.
Contact wissen
Thuis Contacten Centrale Contacten Naast de vermelding op tikken
Ver wijde ren Verw ijderen met Ok bevestigen
Meervoudige selectie bij het downloaden, wissen
Meerdere of alle contacten tegelijkertijd downloaden of wissen:
Meerdere:
Alles:
Alles op de pagina:
Vakjes links naast de contacten markeren (= geselecteerd)
Met de pijl in de tabelkop Alles selecteren
Met de pijl in de tabelkop Selecteer hele pagina
Func tie Downloaden of Ver wijd eren in de kopregel aanklikken
42
Instellingen voor telefoonboeken
Instellingen voor telefoonboeken
Sorteervolgorde wijzigen
Contactpersonen kunnen worden gesorteerd op voor- of achternaam.
In de webinterface
Instellingen Contacten Contacten Contact sorteren Voornaam of Achter-
naam selecteren (= geselecteerd) Opslaan
Telefoonboek opslaan/importeren
Contacten als JSON-bestand opslaan of daaruit importeren.
In de webinterface
Instellingen Contacten Contacten in het onderdeel Centrale map
Opslaan:
Importeren:
Bij het importeren worden
• Contacten met identieke voor- en achternamen overschreven. Als er slechts één naam iden-
tiek is, wordt er een nieuw contact aangemaakt.
• Telefoonnummers aangevuld.
Bewaar contacten In het systeemdialoogveld voor bestandsselectie de
opslaglocatie selecteren waarop het telefoonboek moet worden opgeslagen, indien nodig de bestandsnaam wijzigen
Bladeren In de directory van de computer het eerder opgeslagen tele-
foonboek selecteren
43
Overige telefoonboeken configureren
Overige telefoonboeken configureren
Buiten het lokale en centrale telefoonboek kunnen op Gigaset COMFORT 5xx IP BASE nog meer
telefoonboeken worden aangeboden.
Google Contacten/contacten uit Microsoft 365
Stel de contacten van een Google- of Microsoft-account beschikbaar in de webinterface. Daarvoor genereert u een activeringscode die op de toestelpagina van de aanbieder wordt gekoppeld aan het gebruikersaccount.
Instellingen Contacten Google Contacten / Microsoft 365 Op de knop
Activeringscode genereren klikken . . . De activeringscode wordt gegenereerd en weerge-
geven, de code is 30 minuten geldig
Op de link naar de Google- of Microsoft-toestelpagina klikken Activeringscode
invoeren Volg ende Aanmelden bij uw Google- of Microsoft-account of een nieuw
account aanmaken . . . De authenticatie wordt gecontroleerd. Als dit gelukt is wordt de
koppeling gegenereerd
U heeft alleen-lezen toegang tot bestaande contacten. Het is niet mogelijk om
contacten te bewerken of wissen. Nieuwe contacten kunnen worden aangemaakt en
verder worden bewerkt in het Google- of Microsoft-account.
Contacten kunnen worden gekopieerd naar het centrale telefoonboek.
Elke 15 minuten wordt er gesynchroniseerd met het platform.
44
Antwoordapparaat
Antwoordapparaat en meldingsteksten
Antwoordapparaat
Het toestel beschikt over drie lokale antwoordapparaten. Bovendien kunt u voor geconfigureerde verbindingen voicemails inschakelen als deze door de provider worden geleverd.
Voicemailberichten kunnen worden beluisterd op de handsets en via de webinterface.
Lokaal antwoordapparaat
Lokale antwoordapparaten worden in de webinterface geconfigureerd en aan de handsets
toegewezen. Ze kunnen hier worden ingeschakeld en uitgeschakeld.
In de webinterface
Instellingen Tel e fo ni e Voicem ails Lokale voicemailboxen ... De antwoord-
apparaten worden met de volgende informatie weergegeven:
NaamNaam van het antwoordapparaat; deze kan vrij worden gekozen.
Intern Nr.Intern telefoonnummer van het antwoordapparaat.
ModusOpnameDe beller hoort een meldingstekst en kan dan een
AdviesDe beller hoort een meldingstekst.
SchemaHet antwoordapparaat wisselt tijdsgestuurd tussen
Nummertoewijzing Telefoonnummers die aan het antwoordapparaat zijn toegewezen.
Selecteren in welke modus het antwoordapparaat moet worden gebruikt: Opname/Advies/
Schema
45
Antwoordapparaat
Meldingsteksten selecteren
Voor alle modi kunt u meldingsteksten selecteren. Alle in het systeem opgeslagen meldingsteksten en een standaard meldingstekst worden aangeboden.
Als u nog geen meldingsteksten heeft opgenomen:
Naast Audioberichten kunnen worden opgenomen en geüpload vanaf op hier klikken
of
Instellingen Tel e fo ni e Audio Aankondigingen
Als u de gewenste meldingsteksten heeft opgenomen, keert u terug naar de pagina Voice mails.
Meldingstekst selecteren:
Uit de lijst Opnamebericht of Adviesbericht een opgeslagen meldingstekst of Standaard
selecteren
Meldingstekst afspelen:
Naast de geselecteerde meldingstekst op klikken . . . De meldingstekst wordt via de
luidspreker/hoofdtelefoon van de computer afgespeeld
Overige instellingen
Voor de modus Opname: uit de lijst Berichtlengte de maximale berichtlengte selecteren (30
sec. - 5 min.)
Uit de lijst Vertraagd belsignaal de tijdsduur selecteren waarna het antwoordapparaat een
inkomende oproep moet aannemen (0 - 30 sec.)
Tijdschema voor de modus Schema aanmaken
Naast de instellingen voor de meldingsteksten, de registratietijd en de vertraging stelt u voor
deze modus in wanneer het antwoordapparaat in de modus Opname en wanneer het in de
modus Advies moet worden gebruikt.
Modus Opname of Advies selecteren
Telkens de tijden waarop deze modus ingeschakeld moet zijn, via de tijdlijnen instellen
of: Op +Tijd klikken en de tijden voor elke dag selecteren
Tijden waarin de modus Opname ingeschakeld is, worden met een rode balk weergegeven,
tijden in de modus Advies met een gele balk.
Telefoonnummers aan de antwoordapparaten toewijzen
Onder Nummertoewijzing worden alle voor het toestel geconfigureerde lijnen weergegeven.
Telefoonnummers markeren waarvoor het antwoordapparaat oproepen moet beant-
woorden
Een handset kan slechts door één antwoordapparaat worden geïnformeerd over
nieuwe voicemailberichten.
46
Antwoordapparaat
Voicemail
Voicemail is een dienst van uw telefoonprovider. Als de dienst is geactiveerd, worden bij
oproepen die via een lijn binnenkomen en niet worden beantwoord, voicemailberichten door
de provider geregistreerd. De berichten kunnen worden opgevraagd op toestellen waaraan de
lijn is toegewezen.
Voicemails moeten eventueel bij de provider worden aangevraagd.
In de webinterface
Instellingen Tel e fo ni e Voicem ails Netwerk Voicemailbox ... Voor elke
geconfigureerde lijn is een voicemail ingevoerd Naast de vermelding op tikken
Telefoonnummer van de voicemail invoeren Opslaan
Antwoordapparaat voor MWI-indicatie toewijzen
Gigaset COMFORT 5xx IP BASE kan meerdere antwoordapparaten gebruiken en MWI-berichten
daarvoor ontvangen. Inkomende MWI-berichten worden aangegeven op telefoons met de
berichtentoets.
Handsets ontvangen altijd alleen berichten voor een antwoordapparaat. Als aan deze toestellen
meerdere antwoordapparaten worden toegewezen, wordt het laatst ingestelde antwoordapparaat op het toestel aangegeven.
Toewijzing controleren/wijzigen:
Instellingen Te le f on i e Toestellen Naast de vermelding voor het telefoontoe-
stel op klikken . . . Onder Berichtconfiguratie (MWI) worden de ingestelde lokale
antwoordapparaten en voicemails weergegeven
Het geactiveerde antwoordapparaat is met gemarkeerd
Evt. een ander antwoordapparaat selecteren of -Niets geselecteerd
Antwoordapparaat inschakelen/uitschakelen
In de webinterface
Instellingen Tel e fo ni e Voicem ails . . . De beschikbare antwoordapparaten en
voicemails worden weergegeven Antwoordapparaat met de schakelaar inschakelen/
uitschakelen (= ingeschakeld)
47
Antwoordapparaat
Voicemailberichten via de webinterface beluisteren
Er is minimaal een antwoordapparaat geconfigureerd en ingeschakeld.
Thuis Recente Voicemail . . . De voicemailberichten van alle antwoordapparaten
worden weergegeven Op het symbool links naast de vermelding klikken . . . Het
bericht wordt afgespeeld via de luidspreker van de computer
Nieuwe berichten
Onder Statuslijst – Nieuwe voicemails wordt het aantal nieuwe voicemailberichten weergegeven. Als er nieuwe voicemailberichten beschikbaar zijn, wordt de vermelding oranje weergegeven.
Op Nieuwe voicemails tikken . . . De berichtenlijst van de webinterface wordt geopend
Acties voor voicemailberichten
In de webinterface
Thuis Recente Voi cemai l . . . De lijst met voicemailberichten van alle antwoord-
apparaten wordt geopend
Beluisteren:
Telefoonnummer opslaan in
telefoonboek:
Telefoonnummer overnemen in blokkeerlijst:
Vermelding wissen:
Op het symbool naast het voicemailbericht klikken
Beluisteren annuleren:
Op klikken Contact toevoegen Centrale contactper-
sonen selecteren Vermelding aanmaken
Op klikken Blokkeren Met Ok bevestigen . . .
Oproepen van dit telefoonnummer worden niet meer doorgegeven
Op klikken Ve rwij deren Met Ok bevestigen
48
Antwoordapparaat
Voicemailberichten op de handset beluisteren
Er is minimaal een antwoordapparaat geconfigureerd, ingeschakeld en aan de
handset toegewezen.
Een nieuw voicemailbericht wordt als volgt weergegeven:
• De berichtentoets knippert.
• In het display wordt het symbool en het aantal nieuwe voicemailberichten weerge-
geven.
Voicemailbericht beluisteren
Berichtentoets:
Via het menu:
Bericht van de voicemail beluisteren
Berichtentoets:
Via het menu:
. . . Er wordt een interactief voicemailmenu gestart Volg de aanwijzingen uit het voicemailmenu
De berichtentoets knippert als het antwoordapparaat voor berichtenweergave (MWI)
is toegewezen aan de handset. Er kan slechts een antwoordapparaat voor MWI per
handset worden geconfigureerd.
De toewijzing vindt plaats in de webinterface.
Berichtentoets indrukken Voicemail OK
Voicemail OK Berichten afspelen OK
Berichtentoets indrukken Voicemail OK
Voicemail OK Voicemail OK
Acties tijdens het afspelen
Beginnen met ruggespraak:
Volume wijzigen:
Handsfree-profiel wisselen:
Afspelen onderbreken/
hervatten:
Rug.spr. . . . Het afspelen wordt gepauzeerd
U kunt een oproep naar een extern telefoonnummer starten, de
verbinding met het antwoordapparaat wordt gepauzeerd.
Zodra u het externe gesprek beëindigt, wordt de verbinding
met het antwoordapparaat weer ingeschakeld.
Opties Volu me OK Volume instellen Opslaan
Opties Handsfree-profielen OK Profiel
Opties Oproep in de wacht OK . . . Het afspelen wordt
Afspelen hervatten: Te ru g
selecteren Opslaan
gepauzeerd
49
Meldingsteksten
Meldingsteksten
Meldingsteksten voor de antwoordapparaten en oproepomleidingen uploaden of zelf
opnemen.
In de webinterface
Instellingen Tel e fo ni e Audio Aankondigingen . . . De meldingsteksten
worden weergegeven met naam, duur en bestandsgrootte
Meldingstekst beluisteren:
Naam van de meldingstekst
wijzigen:
Meldingstekst wissen:
Spraakbestand laden:
Het spraakbestand is beschikbaar in een van de volgende formaten: MP3, OGG,
ULAW, WAV
Spraakbestand uit de directory van uw computer in het gebied naast Bestand uploaden
slepen Bestand toevoegen
Bladeren Bestand uit de directory selecteren Bestand toevoegen
of:
Als u eigen spraakbestanden heeft geüpload, wordt naast Geheugen gebruik de gebruikte
opslagruimte weergegeven.
Meldingstekst opnemen:
Handset waarmee u de meldingstekst wilt opnemen, selecteren in de lijst Op Start
opname klikken OK . . . De handset gaat over Verbindingstoets indrukken
Meldingstekst opnemen Opname met de toets beëindigen . . . De meldingstekst
wordt opgenomen in de lijst met meldingsteksten, als naam wordt de datum en tijd van de
opname gebruikt
Op naast de vermelding klik ken . . . De meldingstekst wordt
afgespeeld via de luidspreker van het toestel met
afspelen pauzeren
Naast de vermelding op klikken Nieuwe naam
invoeren Opslaan
Naast de vermelding op klikken Met Ok bevestigen
50
Kalender
Overige functies
Kalender
De kalender geeft de dagen van een maand aan op het display. U kunt herinneringen instellen
voor maximaal 30 afspraken. De kalender stelt u voor elke handset apart in.
U kunt de functie Kalender toewijzen aan een displaytoets.
On de kalender is de actuele dag wit omrand, op dagen met afspraken zijn de cijfers gekleurd
weergegeven. Als u een dag selecteert, wordt deze gekleurd omrand.
Afspraak in de kalender opslaan
Datum en tijd zijn ingesteld.
Extra functies OK Kalender OK Gewenste dag selecteren OK
Met wisselen tussen de invoervelden
In-/uitschakelen:
Datum invoeren:
Tijd invoeren:
Titel instellen:
Signalering instellen:
Afspraak opslaan:
Als er al een afspraak is ingevoerd voor een dag: <Nieuwe invoer> OK
Gegevens voor de afspraak invoeren.
Activering: Aan of Uit selecteren
Datum . . . De geselecteerde dag is standaard ingesteld
Nieuwe datum invoeren
Tijd Uren en minuten van de afspraak invoeren
Tek s t Een benaming voor de afspraak invoeren (bijv. diner,
vergadering)
Ringtone Melodie van de herinneringsoproep selecteren
of akoestische signalering uitschakelen
Opslaan
Signalering van afspraken/verjaardagen
Verjaardagen worden uit het telefoonboek overgenomen en als afspraak weergegeven. Een
afspraak/verjaardag wordt in de ruststand met een symbool weergegeven en 60 sec. lang
met de geselecteerde ringtone gesignaleerd.
Herinneringsoproep bevestigen en beëindigen: Displaytoets Uit indrukken
Tijdens een gesprek wordt een herinneringsoproep een keer met een attentiesignaal
op de handset gesignaleerd.
De volgende afspraken en verjaardagen worden in de lijst Gemiste alarmen opgeslagen:
• De afspraak-/verjaardagoproep is niet bevestigd.
• De afspraak/verjaardag is tijdens een oproep gesignaleerd.
• De handset was op het tijdstip van een afspraak/verjaardag uitgeschakeld.
De laatste 10 vermeldingen worden opgeslagen. In het display wordt het symbool en het
aantal nieuwe vermeldingen weergegeven. De nieuwe vermelding staat aan het begin van de
lijst.
Lijst openen
Berichtentoets indrukken Herinneringen OK Evt. door de lijst bladeren
of
Extra functies OK Gemiste alarmen OK
Elke vermelding wordt weergegeven met nummer of naam, datum en tijd. De nieuwe vermelding staat aan het begin van de lijst.
Afspraak/verjaardag wissen: Wissen
Opgeslagen afspraken weergeven/wijzigen/wissen
Extra functies OK Kalender OK Dag selecteren OK ... De afspra-
kenlijst wordt weergegeven Afspraak selecteren . . . Mogelijke opties:
Afspraakdetails weergeven:
Afspraak wijzigen:
Afspraak inschakelen/uitschakelen:
Afspraak wissen:
Alle afspraken van de dag wissen:
Weergvn . . . De instellingen van de afspraak worden
weergegeven
Weergvn Wijzige n
of Opties Contactp. bewerken OK
Opties Inschakelen/Uitschakelen OK
Opties Wis contactp. OK
Opties Alle afspraken wis. OK Ja
52
Timer
Timer
De timer activeert een alarm aan het eind van een ingestelde tijd. De timer kunt u voor elke
handset apart instellen.
U kunt de functie Timer toewijzen aan een displaytoets.
Timer instellen (countdown)
Extra functies OK Timer OK
In-/uitschakelen:
Duur instellen:
Timer opslaan:
De timer begint met aftellen. In het rustdisplay wordt het symbool en de resterende uren en
minuten weergegeven, totdat de tijd korter is dan een minuut. Vanaf dan worden de resterende
seconden afgeteld. Aan het eind van het aftellen wordt het alarm geactiveerd.
Alarm uitschakelen/herhalen
Alarm uitschakelen:
Alarm herhalen:
Activering: Aan of Uit selecteren
Duur Uren en minuten voor de timer invoeren
Uit
Opn strtn . . . Het timerdisplay wordt weer weergegeven Evt.
een andere duur instellen Opslaan . . . Het aftellen wordt
opnieuw gestart
53
Wek ker
Wekker
Datum en tijd zijn ingesteld.
Wekker in-/uitschakelen en instellen
Wekker OK Met tussen de invoervelden wisselen
In-/uitschakelen:
Wektijd instellen:
Dagen instellen:
Volume instellen:
Wekoproep instellen:
Instelling opslaan:
Als de wekker is ingeschakeld wordt in de ruststand het symbool en de wektijd weergegeven.
Wekoproe p
Er wordt een wekoproep op het display weergegeven en aangegeven met de geselecteerde
ringtone. De wekoproep is gedurende 60 seconden te horen. Als er geen toets wordt ingedrukt,
wordt de wekoproep na 5 minuten herhaald. Na de tweede herhaling wordt de wekoproep 24
uur uitgeschakeld.
Tijdens een gesprek wordt een wekoproep alleen door middel van een korte toon
aangegeven.
Activering: Aan of Uit selecteren
Tijd Uren en minuten invoeren
Frequentie tussen Werkd age n en Dagelijks kiezen
Volu me Volume in 5 niveaus of Crescendo (oplopend
volume) instellen
Melodie Ringtone voor de wekoproep selecteren
Opslaan
Wekoproep uitschakelen: Uit
Wekoproep herhalen (sluimerstand): Snooze of willekeurige toets indrukken . . . De
wekoproep wordt uitgeschakeld en na 5 minuten herhaald.
54
Babyfoon (ruimtebewaking)
Babyfoon (ruimtebewaking)
Als de functie babyfoon ingeschakeld is, dan worden de opgeslagen (interne of externe)
bestemmingsnummers gebeld zodra in de omgeving van de handset een bepaald geluidsniveau wordt overschreden. De alarmoproep naar een extern nummer wordt na ca. 90 sec. afgebroken.
Met de functie Intercom kunt u het alarm beantwoorden. Via deze functie wordt de luidspreker
van de handset die zich bij de baby bevindt, in- of uitgeschakeld.
Op de handset in de babyfoon-modus worden inkomende oproepen alleen op het display
(zonder ringtone) gesignaleerd. De displayverlichting wordt naar 50% verlaagd. De attentiesignalen zijn uitgeschakeld. Alle toetsen met uitzondering van de displaytoetsen en de navigatietoets (midden) zijn geblokkeerd.
Als een inkomende oproep wordt beantwoord, wordt de babyfoon-modus voor de duur van het
gesprek onderbroken, de functie blijft ingeschakeld. De babyfoon-modus wordt niet uitgeschakeld door het uit- en weer inschakelen van de handset.
De afstand tussen de handset en de baby moet 1 tot 2 meter zijn. De microfoon moet
in de richting van de baby wijzen.
De ingeschakelde functie verkort de gebruiksduur van uw handset. De handset
daarom in de lader plaatsen indien nodig.
De babyfoon wordt pas 20 seconden na het inschakelen geactiveerd.
Op het bestemmingsnummer moet het antwoordapparaat uitgeschakeld zijn.
Na het inschakelen:
Gevoeligheid controleren.
Verbinding testen als het alarm naar een extern nummer wordt doorgestuurd.
Babyfoon inschakelen en instellen
Extra functies OK Ruimtebewaking OK Met tussen de invoervelden
wisselen
In-/uitschakelen:
Doel invoeren:
Intercomfunctie inschakelen/uitschakelen:
Activering: Aan of Uit selecteren
Oproep naar Extern of Intern selecteren
Extern: Telefoonnummer Nummer invoeren
of nummer in het telefoonboek kiezen:
Intern: Handset Wijzigen Handset selecteren OK
Intercom Aan of Uit selecteren
Gevoeligheid van de microfoon instellen:
Gevoeligheid Hoog of Laag selecteren
Instelling opslaan:
Als de babyfoon is ingeschakeld wordt in de ruststand het symbool en het bestemmings-
nummer weergegeven.
Opslaan
55
Babyfoon (ruimtebewaking)
Babyfoon uitschakelen/alarm annuleren
Babyfoon uitschakelen:
Alarm annuleren:
In de ruststand de displaytoets Uit indrukken
Tijdens een alarm de verbreektoets indrukken
Babyfoon van buitenaf uitschakelen
Het alarm wordt doorgestuurd naar een extern bestemmingsnummer.
De ontvangende telefoon ondersteunt toonkiezen.
Alarmoproep beantwoorden Toetsen indrukken
De babyfoon is uitgeschakeld en de handset bevindt zich in de ruststand. De instellingen op
de handset in d babyfoon-modus (bijv. geen ringtone) blijven behouden tot u de display-
toets Uit indrukt.
De babyfoon kan van buitenaf niet weer worden ingeschakeld.
56
Blokkeerlijsten
Blokkeerlijsten
Blokkeerlijsten kunnen worden ingesteld met de webinterface van het basisstation voor alle
aangemelde handsets en/of op elke handset individueel.
Blokkeerlijsten in de webinterface bewerken
Telefoonnummers voor inkomende of uitgaande oproepen blokkeren.
Inkomende gesprekkenGeblokkeerde telefoonnummers worden niet meer op de
Uitgaande gesprekkenGeblokkeerde telefoonnummers kunnen niet worden gebeld.
Blokkeerlijst beheren
In de webinterface
Thuis Contacten Blokkeerlijst . . . Geblokkeerde telefoonnummers worden
numeriek gesorteerd met opmerking weergegeven
Gewenste blokkeerlijst selecteren:
Op Inkomende gesprekken of Uitgaande gesprekken klikken
Lijst filteren:
Filtercriteria in het tekstveld Filter op nummer of opmerking invoeren
Op telefoonnummer: Begincijfers van telefoonnummer invoeren
Op opmerking:Letters invoeren die in een opmerking voorkomen
Op klikken . . . Alleen de bijpassende vermeldingen worden weergegeven
Opmerking van de vermeldingen wijzigen:
Naast de vermelding op klikken Opmerking wijzigen Opslaan
Telefoonnummer uit blokkeerlijst verwijderen:
Naast de vermelding op klikken Met Ok bevestigen
toestellen gesignaleerd.
57
Blokkeerlijsten
Telefoonnummer in de blokkeerlijst invoeren
In de webinterface
Thuis Contacten Blokkeerlijst Nieuwe toevoegen selecteren of de blokke-
ring voor Inkomende gesprekken of voor Uitgaande gesprekken moet gelden Telefoon-
nummer invoeren Opmerking voor de blokkering invoeren Opslaan ... De blokkering
wordt in de blokkeerlijst ingevoerd
Telefoonnummers uit oproepen- en berichtenlijsten overnemen
Telefoonnummer uit een oproepenlijst of de lijst met voicemails in de blokkeerlijst overnemen.
Blokkeren Met Ok bevestigen . . . Het telefoonnummer wordt overgenomen in de blok-
keerlijst
58
Blokkeerlijsten
Blokkeerlijst voor de handset instellen
Als de blokkeerlijst is ingeschakeld, worden oproepen van nummers die in de blokkeerlijst staan
niet of alleen op het display gesignaleerd.
De blokkeerlijst is ingeschakeld (in het menu met gemarkeerd), als Ringtone uit of Blokke-ring is geselecteerd als beveiligingstype. Deze wordt automatisch ingeschakeld met de eerste
invoer.
Blokkeerlijst inschakelen/uitschakelen
Instellingen OK Te le fo n ie OK Blokkeerlijst OK Beveiligingsmode
OK gewenste beveiliging selecteren:
GeenAlle oproepen worden gesignaleerd, ook van bellers waarvan de
Ringtone uitDe telefoon gaat niet over, de inkomende oproep wordt alleen op het
BlokkeringDe telefoon gaat niet over en de oproep wordt niet weergegeven.
Instellingen opslaan: Opslaan
nummers in de blokkeerlijst staan.
display weergegeven.
Blokkeerlijst weergeven/bewerken
Instellingen OK Te le f on i e OK Blokkeerlijst OK Geblokkeerde nrs.
OK . . . De lijst met geblokkeerde nummers wordt weergegeven
Mogelijke opties:
Eerste invoer:
Overige invoeren:
Nieuw Nummer invoeren Opslaan
Opties Nieuwe invoer OK Nummer invoeren
Opslaan
Nummerbereik blokkeren:
Alleen de begincijfers van het nummer invoeren Opslaan
Vraag Dit nummer toevoegen als patroon? met Ja bevestigen
. . . Alle telefoonnummers die met de ingevoerde cijfers
beginnen, worden genegeerd.
Bij dynamische blokkeerlijst nummers beveiligen tegen verwijdering:
De vraag Dit nummer blokkeren? met Ja bevestigen
Vermelding wijzigen:
Nummer beveiligen:
Nummer zoeken:
Vermelding wissen:
Lijst wissen:
Vermelding selecteren Opties Contactp. bewerken
OK
Vermelding selecteren Opties Nr. vergrendelen
Wijzigen (=ingeschakeld) . . . Het telefoonnummer wordt in
de lijst voorzien van het symbool. Het wordt ook als de dynamische blokkeerlijst is ingeschakeld, niet verwijderd
Opties Zoeken OK Nummer invoeren Zoeken
Vermelding selecteren Opties OK Wis contactp.
Opties Alles wissen OK Met Ja bevestigen
59
Blokkeerlijsten
Nummer van een beller overnemen in de blokkeerlijst
Telefoonnummers die in de blokkeerlijst worden overgenomen, zijn alleen geblokkeerd als de blokkeerlijst is ingeschakeld.
Bij inkomende oproep (alleen mogelijk bij ingeschakelde blokkeerlijst)
Displaytoets Blokk. indrukken Ja . . . Het telefoonnummer wordt opgeslagen in de blok-
keerlijst
Tijdens een gesprek
Opties Nummer blokkeren Ja . . . Het gesprek wordt afgebroken, het telefoonnummer
wordt opgeslagen in de blokkeerlijst
Nummer uit oproepenlijst overnemen in de blokkeerlijst
Oproeplijsten OK Beantwoorde opr. / Gemiste oproepen selecteren
OK Vermelding selecteren Opties Nr. in blokkeerlijst OK
Oproepen van geblokkeerde nummers worden in de oproepenlijst weergegeven met het
symbool .
Dynamische blokkeerlijst
Een telefoonnummer dat voor spam wordt gebruikt, is vaak slechts korte tijd actief. Er worden
continu nieuwe nummers voor dezelfde reclame-oproepen gegenereerd. Het aantal nummers
op de blokkeerlijst is echter beperkt door de opslagruimte.
De blokkeerlijst wordt als dynamische lijst beheerd. Het oudste nummer wordt uit de lijst verwijderd zodra deze vol is en u een nieuw nummer aan de lijst toevoegt.
Dynamisering inschakelen/uitschakelen:
Instellingen OK Te l ef o ni e OK Blokkeerlijst OK Dynamische lijst
Wijzigen (=ingeschakeld)
Nummers die beschermd zijn tegen wissen, worden niet verwijderd.
60
DECT-netwerk uitbreiden
DECT-netwerk uitbreiden
Voor bewegingsvrijheid bij het telefoneren kunt u maximaal zes DECT-handsets draadloos
aanmelden bij Gigaset COMFORT 5xx IP BASE.
Door maximaal twee Gigaset Repeater HX te gebruiken, vergroot u het bereik van het DECTnetwerk.
DECT-handset aanmelden/afmelden
In de webinterface
Instellingen Tel e fo ni e Toestellen Nieuw toevoegen DECT ... De wizard
voor DECT-registratie wordt geopend Volg ende
Het toestel schakelt in de registratiemodus. De resterende registratietijd en de registratie-PIN
worden weergegeven.
Registratieproces op de DECT-handset starten . . . De handset zoekt naar een basisstation in
de registratiemodus Registratie-PIN invoeren . . . De handset wordt aangemeld en opge-
nomen in de lijst met handsets
DECT-handset afmelden
Ins tellingen Tel ef on ie Toestellen DECT-handsets Naast de handset op
klikken Met Ok bevestigen . . . De handset wordt afgemeld
DECT-handset vervangen
Een handset door een ander vervangen als een handset moet worden vervangen. Daarbij
blijven alle instellingen die aan de eerste handset zijn gekoppeld, behouden. Alleen de DECTaanmelding wordt gewijzigd.
Deze functie is ook handig als u een back-upbestand heeft geïnstalleerd, aangezien een aantal
instellingen bij het maken van een systeemback-up niet mee kunnen worden gekopieerd
(DECT-aanmelding, Google-/Microsoft-accounts).
In de webinterface
Ins tellingen Tel ef on ie Toestellen DECT-handsets Naast de handset op
klikken Vervang toestel ... De wizard DECT vervangen wordt geopend, een
aanmeldprocedure wordt gestart
Nieuwe DECT-handset aanmelden Voltooien
De volgende instellingen worden overgenomen: Naam, intern telefoonnummer, telefoonnummers voor uitgaande en inkomende gesprekken, MWI-toewijzing van een antwoordapparaat.
61
DECT-netwerk uitbreiden
Registratie-PIN instellen
De registratie-PIN moet tijdens het registreren worden ingevoerd op de handset (voorinstelling:
0000). U kunt de registratie-PIN wijzigen.
In de webinterface
Instellingen Tel e fo ni e Geavanceerde instellingen DECT-instellingen
Registratie-PIN van vier cijfers in het tekstveld invoeren
Instellingen opslaan: Opslaan
Aanmeldprocedure op de handset
Een De handset kan bij maximaal vier basisstations worden aangemeld.
De aanmelding moet zowel op het basisstation als op de handset worden gestart.
Dit moet beide binnen 180 sec. gebeuren.
Handset nog bij geen enkel basisstation aangemeld: Displaytoets Aanmeld. indrukken
Handset reeds bij een basisstation aangemeld:
Instellingen OK Aanmelden OK Handset aanmelden OK ... Er wordt
gezocht naar een basisstation dat gereed is voor aanmelden Evt. systeem-PIN
invoeren OK
Als de handset al bij vier basisstations is aangemeld, selecteert u het basisstation dat
moet worden vervangen door het nieuwe basisstation.
Nadat de aanmelding is gelukt, schakelt de handset over naar de ruststand. Op het display wordt
het interne nummer of de naam van de handset weergegeven. Herhaal de procedure als dit niet
het geval is.
De selectie Basis registreren heeft u alleen nodig als u de handset wilt aanmelden bij
een basisstation dat niet volledig compatibel is met de handset (bijv. een ouder
Gigaset-basisstation of het basisstation/een router van een andere fabrikant. Deze
selectie zorgt voor een correcte weergave op de handset, maar kan beperkingen bij
sommige functies veroorzaken.
62
DECT-netwerk uitbreiden
Handset afmelden/basisstation wisselen
Handset afmelden
Instellingen OK Aanmelden OK Afmelden OK ... De gebruikte
handset is geselecteerd Evt. andere handset selecteren OK Evt, systeem-PIN
invoeren OK Afmelding met Ja bevestigen
Als de handset nog bij andere basisstations is aangemeld, wisselt hij naar het basisstation met
de beste ontvangst (Beste basis).
Basisstation wisselen
De handset is bij meerdere basisstations aangemeld en u wilt het basisstation wisselen.
Instellingen OK Aanmelden OKBasis kiezen OK
Basisstation selecteren of Beste basis Selecteer (= geselecteerd)
Beste basis: De handset selecteert het basisstation met de beste ontvangst zodra de verbin-
ding met het actuele basisstation verloren gaat.
Naam van het basisstation wijzigen
De basisstations worden in de lijst met de namen Basis 1 – Basis 4 weergegeven. Voor een beter
overzicht kunt u de namen wijzigen.
Instellingen OK Aanmelden OKBasis kiezen OK
Basisstation selecteren Naam Huidige naam wissen Nieuwe naam
invoeren Opslaan
Handsetnaam wijzigen
. . . De lijst met handsets wordt geopend, de eigen handset is met < gemarkeerd
Handset selecteren Opties Naam wijzigen OK Actuele naam
wissen Nieuwe naam invoeren OK
Handset zoeken (paging)
Aanmeld-/paging-toets op het basisstation kort indrukken.
Alle aangemelde handsets gaan tegelijkertijd over (paging), ook als de ringtones zijn uitgeschakeld. Uitzondering: Handset waarop de babyfoon is ingeschakeld.
Zoeken beëindigen
Aanmeld-/paging-toets op het basisstation kort indrukken
of verbindingstoets op de handset indrukken
of displaytoets Stil
of geen actie. Na enige tijd wordt de paging-oproep automatisch beëindigd.
op de handset indrukken
63
DECT-netwerk uitbreiden
DECT-repeater aansluiten
Een repeater vergroot het bereik van de Gigaset-handsets naar het basisstation. U kunt maximaal twee Gigaset Repeater aanmelden.
Meer informatie over de Gigaset Repeater vindt u in de gebruiksaanwijzing van de repeater en
op het internet opwww.gigaset.com
In de webinterface
.
Instellingen Tel e fo ni e Toestellen Nieuw toevoegenDECT-repeater HX
... De Wizard DECT-repeater wordt gestart Volg de aanwijzingen in de wizard
Indien u dit wenst, kunt u de naam van de ingestelde repeater wijzigen.
Gedetailleerde informatie over het aanmelden bij de repeater:
Gebruiksaanwijzing van uw repeater
ECO DECT
ECO DECT bevat instellingen voor het bereik en de straling in het DECT-netwerk. Standaard is
het toestel zo ingesteld dat een optimale verbinding tussen handset en basis bij een zo laag
mogelijke straling is gegarandeerd. In de ruststand zendt de handset geen signalen uit; het
DECT-signaal is uit. Alleen het basisstation houdt met een laag signaal contact met de handset.
Tijdens het gesprek wordt het zendvermogen automatisch aangepast aan de afstand tussen het
basisstation en de handset. Hoe kleiner de afstand tot het basisstation, des te lager is het zendvermogen.
ECO DECT-instellingen kunnen op het basisstation of op de handset worden aangepast en
gelden voor alle DECT-toestellen.
Maximaal bereik
Bij de levering is het maximale bereik voor de DECT-verbinding uitgeschakeld. Dit betekent dat
het DECT-signaal tot 80% gereduceerd is. Het bereik is daarbij ca. 50% kleiner.
Als er een repeater moet wordt gebruikt voor het vergroten van het bereik, moet
maximaal bereik zijn ingeschakeld. Dit gebeurt automatisch wanneer deze functie is
geactiveerd.
Maximaal bereik op het basisstation in-/uitschakelen
In de webinterface
Instellingen Tel e fo ni e Geavanceerde instellingen DECT-instellingen
Maximaal bereik met de schakelaar inschakelen/uitschakelen (= bereik en DECT-
signaal gereduceerd)
Maximaal bereik op de handset in-/uitschakelen
Instellingen OK ECO DECT OK Maximum bereikWijzigen (=bereik
en DECT-signaal gereduceerd)
64
DECT-netwerk uitbreiden
DECT-signaal in de ruststand volledig uitschakelen
Met de functie Geen DECT-signaal kunt u het DECT-signaal verder reduceren. Het DECT-signaal
wordt volledig uitgeschakeld als het basisstation en de handsets zich in de ruststand bevinden.
De DECT-verbinding wordt alleen automatisch tot stand gebracht bij inkomende of uitgaande
oproepen. Het tot stand brengen van de verbinding wordt daardoor ca. 2 seconden vertraagd.
Om ervoor te zorgen dat een handset bij een inkomende oproep snel de DECT-verbinding met
het basisstation tot stand kan brengen, moet hij op de basis vaker “luisteren”, d.w.z. de omgeving
scannen. Dit verhoogt het stroomverbruik en zorgt daardoor voor kortere stand-by- en gesprekstijd van de handset.
Geen DECT-signaal ingeschakeld:
• Er vindt geen bereikindicatie/geen bereikalarm op de handset plaats. U kunt de bereikbaar-
heid controleren door een verbinding tot stand te brengen.
• Op het display van de handsets verschijnt het symbool .
Deze functie Geen DECT-signaal is standaard uitgeschakeld.
Om de functie Geen DECT-signaal te kunnen gebruiken, moeten alle aangemelde
handsets de functie ondersteunen. De functie wordt altijd voor alle handsets ingeschakeld, onafhankelijk van het apparaat waarop zij wordt geactiveerd.
Als een handset wordt aangemeld die deze functie niet ondersteunt, wordt Geen DECT-signaal automatisch uitgeschakeld. Zodra deze handset wordt afgemeld, wordt
de functie weer ingeschakeld.
DECT-signaal op het basisstation in-/uitschakelen
In de webinterface
Instellingen Tel e fo ni e Geavanceerde instellingen DECT-instellingen
DECT uit met de schakelaar inschakelen/uitschakelen (= DECT-signaal uitgeschakeld)
DECT-signaal op de handset in-/uitschakelen
Instellingen OK ECO DECT OK DECT uit Wijzige n (= DECT-signaal
uitgeschakeld)
65
Datum en tijd handmatig instellen
Instellingen op de handset
Het toestel is vooraf ingesteld. Instellingen voor de handset (bijv. ringtone, displayinstellingen
e.d.) gelden alleen voor deze handset. Systeeminstellingen (bijv. datum en tijd, regionummers
e.d.) kunnen op de handset of via de webinterface worden gewijzigd. Ze gelden voor alle aangemelde handsets.
Datum en tijd handmatig instellen
Datum en tijd moeten worden ingesteld zodat inkomende oproepen met de juiste datum en tijd
worden geregistreerd en u de wekker of kalender kunt gebruiken. Datum en tijd worden tussen
basisstation en handset gesynchroniseerd.
In de telefoon is het adres van een tijdserver op het internet opgeslagen. De datum en
tijd van deze tijdserver worden overgenomen als de telefoon verbonden is met het
internet en de synchronisatie met de tijdserver is ingeschakeld. Handmatig instellingen worden dan overschreven.
Instellingen OK Datum en tijd OK
Bron:
Datum:
Tijd:
Instelling opslaan:
Handm. selecteren
Dag, maand en jaar met 8 tekens invoeren
Uren en minuten met 4 tekens invoeren
Opslaan
Displaytaal
Instellingen OK Ta al OK Taal selecteren
Selectie (= geselecteerd)
Als er een taal is ingesteld die u niet begrijpt:
Toe ts en langzaam na elkaar indrukken Juiste taal selecteren
Rechter displaytoets indrukken
66
Tonen en signalen
Tonen en signalen
Handset-/handsfree volume
Volume voor de handset en luidspreker in 5 niveaus onafhankelijk van elkaar instellen.
Tijdens een gesprek
Gespreksvolume Volume selecteren Opslaan ... De instelling wordt opge-
slagen
Zonder opslaan wordt de instelling na ca. 3 seconden automatisch opgeslagen.
In de ruststand
Gespreksvolume
of
Instellingen OK Geluidsinstellingen OK Gespreksvolume OK
Handset / Handsfree Volume selecteren Opslaan
Handset- en handsfree-profiel
Profiel voor handset en handsfree selecteren om het toestel optimaal aan te passen aan de
omgevingsomstandigheden. Controleer zelf welk profiel het prettigste is voor u en uw
gesprekspartner.
Instellingen OK Geluidsinstellingen OK Akoest. profielen
Handset-profielen/Handsfree-profielen OK Profiel selecteren
Selecteer (= geselecteerd)
Handset-profielen:Hoog of Laag (fabrieksinstelling)
Handsfree-profielen: Profiel 1 (fabrieksinstelling) of Profiel 2
67
Tonen en signalen
Ringtones
Ringtone-volume
Volume in 5 niveaus of Crescendo (oplopend volume) instellen.
Instellingen OK Geluidsinstellingen OK Ringtones Handset OK
Volu me OK Voor int. oproepen en herinneringen / Externe oproepen
selecteren Volume instellen Opslaan
Ringtone
Verschillende ringtones instellen voor interne en externe oproepen.
Instellingen OK Geluidsinstellingen OK Ringtones Handset OK
Ringtones OK Evt. lijn selecteren Voor elk ringtone selecteren Opslaan
Attentiesignalen
De handset attendeert u door middel van een akoestisch signaal op verschillende activiteiten en
situaties. U kunt de attentiesignalen onafhankelijk van elkaar in- of uitschakelen.
Instellingen OK Geluidsinstellingen OK Attentietonen OK
Attentiesignaal selecteren Attentiesignaal met in-/uitschakelen Opslaan
Toetssignaal:Signaal bij druk op een toets
Bevestiging:Bevestigings-/foutsignaal na invoeren, attentiesignaal bij het binnen-
Batterijsignaal:Waarschuwingssignaal bij resterende gesprekstijd minder dan
Buiten bereik:Waarschuwingssignaal als de handset zich buiten het bereik van het
komen van een nieuw bericht
10 minuten (elke 60 seconden)
basisstation begeeft
Als de babyfoon is ingeschakeld wordt er geen batterijwaarschuwing afgegeven.
68
Display
Display
Screensaver
Voor de weergave in ruststand kunt u kiezen uit een digitale of analoge klok als screensaver.
Instellingen OK Display OK Screensaver (= ingeschakeld) Wij zigen
Activering:
Keuze:
Screensaver weergeven:
Selectie opslaan:
De screensaver wordt geactiveerd ca. 10 seconden nadat het display in de ruststand is
gewisseld.
Screensaver beëindigen
Verbreektoets kort indrukken . . . Het display gaat in de ruststand
Groot lettertype
Letters en symbolen in oproeplijsten en in het adresboek groter laten weergeven om de leesbaarheid te verbeteren. Er wordt nog maar één vermelding op het display weergegeven en
namen worden evt. afgekort. Bij het kiezen wordt het telefoonnummer met grote cijfers weergegeven.
Instellingen OK Display OK Grote letters Wij zigen (=ingeschakeld)
Het display kan worden weergegeven in verschillende kleurencombinaties.
Instellingen OK Display OK Kleuren OK Gewenst kleurenschema
selecteren Keuze (= geselecteerd)
Displayverlichting
De displayverlichting wordt uitgeschakeld als de handset gedurende een langere periode niet
wordt gebruikt. U kunt deze functie voor de situaties handset in lader en handset buiten de lader onafhankelijk van elkaar instellen.
Normaal gesproken blijft het display tijdens een gesprek ingeschakeld. U kunt deze functie
uitschakelen.
Instellingen OK Display OK Verlichting OK Situatie in ruststand
selecteren (In lader, Uit lader, Gespreksstatus) Verlichting met in-/uitschakelen
Opslaan
Als de displayverlichting ingeschakeld blijft, kan de stand-by-tijd van de handset
aanzienlijk korter zijn.
69
Te le fo n ie
Te le fo ni e
Automatisch beantwoorden
Bij het automatisch beantwoorden van oproepen neemt de handset een inkomende oproep
aan zodra u hem uit de lader neemt.
Instellingen OK Te le f on ieOKAutom. aanname Wijzigen
(=ingeschakeld)
Onafhankelijk van de instelling Autom. aannamewordt de verbinding verbroken zodra u de
handset in de lader zet.
Netnummers
Voor het overdragen van telefoonnummers moet het netnummer (land- en regionummer) in de
telefoon zijn opgeslagen.
De netnummers zijn vooraf ingesteld en kunnen ook worden ingesteld op het basisstation.
Instellingen OK Te le f on ie OK Regionummers OK (Vooraf) ingesteld
Instellingen OK Te l ef o ni e OK Ve rbin dinge n OK ... Alle beschikbare
lijnen (verbindingen) worden weergegeven Lijn selecteren OK Naam
verbinding OK Actuele naam verwijderen Nieuwe naam invoeren
Opslaan
Handsets aan een lijn (verbinding) toewijzen
Aan een lijn kunnen meerdere handsets worden toegewezen. Inkomende oproepen voor het
telefoonnummer van een lijn worden doorgeschakeld naar alle handsets die aan deze lijn zijn
toegewezen.
Instellingen OK Tel e fo ni e OK Verbin ding en OK Lijn selecteren
OK Toegew. handsets . . . Alle aangemelde handsets worden weergegeven
Handset selecteren Wijzigen (= handset is toegewezen)
70
Tel e fo ni e
Status van de telefoonverbinding weergeven
Systeemstatus weergeven
Instellingen OK Te l ef o ni e OK Diagnose OK Systeem OK ... De
systeemstatus wordt weergegeven (OK of Fout)
Bij een systeemfout informatie over de oorzaak van de fout laten weergeven: Details
Lijnstatus weergeven
Instellingen OK Tel ef on ie OK Diagnose OK Lijn OK ... De volgende
statusinformatie wordt weergegeven: Lijnstatus, Lijnstatus, Omleiden
Meer informatie weergeven (afhankelijk van de status): Details
Voorbeeld: Lijnstatus = Fout, onder Details krijgt u meer informatie over de soort fout
De statusgegevens worden alleen bij het openen van het betreffende menu bijgewerkt. Als de status wijzigt tijdens de weergave, worden de gegevens niet bijgewerkt.
Statusmeldingen weergeven op het rustdisplay
Instellingen OK Te l ef o ni e OK Diagnose OK Meldingen OK
Systeem / Lijn Aan of Uit selecteren Opslaan
Als een statusweergave is ingeschakeld, worden de betreffende meldingen weergegeven in het
rustdisplay. Als er meerdere actuele meldingen zijn, wordt de melding met de hoogste prioriteit
weergegeven, bijv. Systeemfout of Lijnfout voor Oproep omleiden geactiveerd.
71
Systeem
Systeem
Handset resetten
Individuele instellingen en wijzigingen resetten.
Instellingen OK Systeem OK Herstel handset OK met Ja bevestigen
. . . De instellingen van de handset worden gereset
De volgende instellingen worden niet getroffen door het resetten:
• De aanmelding van de handset bij het basisstation
• Datum en tijd
• Contacten en de oproepenlijst
Handset-update
De handset ondersteunt het actualiseren van de firmware via de DECT-verbinding met het basisstation/de router (SUOTA = Software Update Over The Air).
Het basisstation ondersteunt deze functie en is met het internet verbonden.
Het toestel controleert of er nieuwe firmware voor de handset beschikbaar is. Als dit het geval
is, dan wordt een melding weergegeven.
Firmware-update starten met Ja.
Firmware-update handmatig starten
Instellingen OK Systeem OK Handsetupdate OK Updaten OK ...
Als er nieuwe firmware is, wordt de update gestart
De update-procedure kan tot 30 minuten in beslag nemen. Gedurende deze tijd is uw
handset slechts beperkt inzetbaar.
Firmware-versie controleren
Instellingen OK Systeem OK Handsetupdate OK Huidige versie
OK . . . De firmware-versie van de handset wordt weergegeven
72
Systeem
PIN van het basisstation wijzigen
Systeeminstellingen van het toestel beveiligen met een PIN. De PIN van het basisstation moet
onder andere worden ingevoerd bij het aanmelden of afmelden van een handset of bij het
resetten naar de fabrieksinstellingen.
4-cijferige PIN van het basisstation van de telefoon wijzigen (fabrieksinstelling: 0000):
Instellingen OK Systeem OK Basis-PIN OK De actuele systeem-
PIN invoeren OK Nieuwe systeem-PIN invoeren Opslaan
Versie van het basisstation weergeven
Informatie over de hard- en software van het basisstation weergeven (Firmware, EEPROM,
Hardware).
Instellingen OK Systeem OK Versie basis OK
Basisstation resetten naar standaardinstellingen
Instellingen OK Systeem OK Basis herstellen OK met Ja bevestigen
73
Datum en tijd
Instellingen in de webinterface
Datum en tijd
Datum en tijd moeten worden ingesteld zodat inkomende oproepen met de juiste datum en tijd
worden gere gistreerd en u de wek ker kunt gebruiken. Datum en tijd worden tussen basisstation
en handset gesynchroniseerd.
In de telefoon is het adres van een tijdserver op het internet opgeslagen. De datum en
tijd van deze tijdserver worden overgenomen als de telefoon verbonden is met het
internet en de synchronisatie met de tijdserver is ingeschakeld. Handmatig instellingen worden dan overschreven.
Tijdzone selecteren waarin u het toestel gebruikt
In de telefoon is het adres van een tijdserver op het internet of in het
lokale netwerk opgeslagen. Standaard worden de datum en tijd van
deze tijdserver worden overgenomen als de telefoon verbonden is
met het internet en de synchronisatie met de tijdserver is ingeschakeld (= ingeschakeld).
In de webinterface wordt het tijdstip van de laatste synchronisatie, de
actuele datum en de tijd weergegeven.
Tijd handmatig instellen:
Functie met de schakelaar uitschakelen (= uitgeschakeld)
Datum en tijd handmatig vastleggen
Opslaan
74
Tel e fo ni e
Te le fo ni e
Telefoontoestellen beheren
Telefoontoestellen zijn DECT-handsets of DECT-repeaters.
Instellingen Tel e fo ni e Toestellen . . . In de gebieden DECT-handsets en DECT-
repeater worden de geregistreerde telefoontoestellen met de volgende informatie weerge-
geven:
Naam Intern naam van het toestel. De naam van het eigen toestel wordt bij de
Intern Nr. Intern telefoonnummer van het toestel
Uitgaand Nr. Telefoonnummer voor uitgaande gesprekken
Inkomend Nr. Telefoonnummer(s) voor inkomende gesprekken
Firmware Versie van de momenteel op het toestel geïnstalleerde firmware, indien
Toestel toevoegen:
Nieuw toevoegen ... De wizard Toestellen wordt gestart Toesteltype selecteren
(DECT) Volg ende
De verdere configuratie is afhankelijk van het geselecteerde toesteltype. De toestel-wizard leidt
u door alle verdere stappen. Volg de instructies op het beeldscherm.
Toestel bewerken:
Toestel wissen:
ingebruikname geconfigureerd en in de kopregel van het rust-display
weergegeven
bekend
Naast de vermelding opklikken
Naast de vermelding op klikken De vraag met Ja bevestigen
Berichtconfiguratie (MWI) instellen
(MWI = Message Waiting Indicator)
Als de functie is ingeschakeld, knippert de berichtentoets als er een nieuw voicemailbe-
richt binnenkomt. Stel in voor welk antwoordapparaat nieuw binnenkomende voicemailberichten worden aangegeven via de berichtentoets. De instellingen voert u uit voor DECT-handsets. Er kan steeds slechts een antwoordapparaat voor MWI worden geconfigureerd.
Instellingen Tel e fo ni e Toestellen Naast de vermelding voor een DECT-
handset op klikken . . . Onder Berichtconfiguratie (MWI) worden de ingestelde lokale
antwoordapparaten en voicemaildiensten weergegeven
Evt. een ander antwoordapparaat selecteren of Niets geselecteerd (= geselecteerd)
Standaard telefoontoestel instellen
Het standaard telefoontoestel wordt gebruikt als u een oproep vanuit de webinterface plaatst,
bijv. op de overzichtspagina, uit de contacten of uit de oproepenlijst.
Instellingen Tel e fo ni e Geavanceerde instellingen Standaard
Om te kunnen telefoneren, heeft u minstens een VoIP-account (lijn) nodig bij een aanbieder van
internettelefonie. Deze kan beschikbaar worden gesteld via een provider of een telefooncentrale. Voor het aanmelden ontvangt u toegangsgegevens (gebruikersnaam, aanmeldnaam,
wachtwoord etc.).
Aan elk telefoontoestel moet minstens een lijn worden toegewezen. Apparaten kunnen
verschillende lijnen voor binnenkomende en uitgaande oproepen hebben.
Lijnen weergeven
Instellingen Tel e fo ni e Ver bindi ngen . . . De reeds ingestelde lijnen worden
weergegeven met de volgende informatie:
Naam Naam van de lijn, de naam van de lijn wordt bij het instellen van de lijn
Provider Telefoonaanbieder die de lijn ter beschikking stelt
Telefoonnummers Telefoonnummers die voor de lijn ter beschikking staan
Status Status van de lijn (Geregistreerd/Niet geregistreerd)
Activeren /= de lijn is uitgeschakeld/ingeschakeld
De status van de aanmelding wordt dynamisch bijgewerkt.
Als alle gegevens correct zijn ingevoerd, duurt het ongeveer drie tot tien seconden
tot een lijn als Geregistreerd wordt weergegeven.
vastgelegd en kan worden gewijzigd.
Als u een lijn tijdelijk niet nodig heeft, kunt u deze uitschakelen.
Nieuwe lijn toevoegen
Gigaset stelt voor het instellen van VoIP-lijnen provider-profielen ter beschikking waarin de
basisparameters correct voor een provider zijn ingesteld. U hoeft alleen nog de toegangsgegevens in te voeren. Als er voor uw provider geen profiel is, voert u de configuratie handmatig uit.
Voor het instellen van lijnen gebruikt u de wizards SIP verbinding.
U heeft toegangsgegevens van een provider van IP-telefonie nodig (gebruikersnaam,
aanmeldnaam, wachtwoord etc.).
Wizards SIP verbinding
of:
Instellingen Te le f on i e Verb indi ngen To ev o eg en
De wizard leidt u stap voor stap door alle benodigde configuratiestappen.
Lijn bewerken/wissen
Instellingen Tel e fo ni e Ver bindi ngen . . . De ingestelde lijnen worden weerge-
geven
Lijn bewerken:
Lijn wissen:
76
Naast de vermelding op klikken Wijzigingen uitvoeren
Opslaan
Naast de vermelding op klikken Met Ok bevestigen
Systeem
Systeem
Land
Het land wordt ingesteld aan de hand van uw systeeminstellingen. De selectie wordt gebruikt
voor landspecifieke instellingen. Als u het toestel in een ander land gebruikt, wijzigt u de instelling.
Instellingen Systeem Land Gewenste land selecteren Opslaan
Firmware bijwerken
Zodra er nieuwe firmware voor het toestel beschikbaar is, ontvangt u een melding.
In de webinterface: in de widget Systeem status op de overzichtspagina
Als de optie Automatische firmware-update is geactiveerd, wordt er automatisch een firmware-update uitgevoerd als er nieuwe firmware beschikbaar is.
Automatische firmware-update Met schakelaar inschakelen/uitschakelen
(=ingeschakeld)
Firmware-update handmatig uitvoeren
De actueel geïnstalleerde firmware-versie wordt weergegeven.
Op Controleer klikken . . . Er wordt gecontroleerd of er nieuwere firmware beschikbaar is
Als er nieuwe firmware beschikbaar is: Firmware-update downloaden en installeren
Firmware met bestand bijwerken
U heeft een firmware-bestand nodig.
Bestand uit de directory in het gedeelte Bestand uploaden slepen
of:
Op Bladeren klikken Firmware-bestand in de director y selecteren Installeer ...
Het bestand wordt op de telefoon geladen Update ... Het bijwerken wordt
gestart
De firmware-update kan een aantal minuten in beslag nemen. Tijdens de update kan
de telefoon niet worden gebruikt. Als de update is voltooid, gaat het toestel over in
de ruststand.
77
Systeem
Instellingen opslaan en herstellen
Gegevens van de telefoon op de pc opslaan en indien nodig weer op de telefoon instellen.
Op Download klikken Opslaglocatie in de directory selecteren Opslaan
. . . De informatie wordt als zip-bestand opgeslagen
Standaard instelling voor bestandsnaam: settings.zip
Opgeslagen zip-bestand uit de directory in het gedeelte naast Instellingen
herstellen slepen
Bladeren Zip-bestand in de directory selecteren Openen
of:
Het systeem opnieuw starten
Instellingen Systeem Herstarten & resetten op Opnieuw opstarten
klikken Vraag met Opnieuw opstarten bevestigen . . . Het toestel wordt opnieuw gestart,
het is tijdelijk niet klaar voor gebruik
Als de procedure is voltooid, wordt de aanmeldpagina weer weergegeven, het toestel bevindt
zich in de ruststand.
Toestel resetten naar standaardinstellingen
Instellingen Systeem Herstarten & resetten Op Reset klikken Vraag met
Reset bevestigen . . . Alle instellingen worden gereset
78
Tel e fo ni e
Geavanceerde instellingen
Te le fo ni e
Regionummers en landcodes
Bij oproepen in het vaste netwerk moet u evt. (afhankelijk van de provider) ook voor lokale
oproepen het regionummer invoeren. Stel in dat het regionummer bij alle VoIP-oproepen naar
hetzelfde lokale net en ook bij nationale interlokale oproepen het regionummer automatisch
wordt gekozen. Dit houdt in dat het regionummer voor alle telefoonnummers wordt geplaatst
die niet met een 0 beginnen – ook bij nummers uit het telefoonboek en andere lijsten.
In de webinterface
Instellingen Tel e fo ni e Nummerbehandeling Gebied codes
In het selectiemenu het land selecteren waarin de telefoon wordt gebruikt . . . De internati-
onale en nationale landcode wordt dan in de velden Voorvo egse l en Netnummer ingevoerd
bij nationale interlokale gesprekken voor het regionummer geplaatst.
Waarde: max. 8 tekens, 0-9
79
Te le fo n ie
Netlijncode
Als de telefoon aangesloten is op een telefooncentrale, moet u eventueel bij externe oproepen
een netlijncode gebruiken (bijv.: “0”). Als u de netlijncode in de configuratie opslaat, wordt deze
automatisch gebruikt bij elke externe oproep. De instelling geldt voor alle aangemelde telefoontoestellen.
In de webinterface
Instellingen Te le fo ni e Kiesplannen Nummerbehandeling Toe g an gs co de
Netlijncode invoeren die is ingesteld op de telefooncentrale
Functie met de schakelaar inschakelen (= ingeschakeld)
Aantal cijfers dat voor interne telefoonnummers wordt gebruikt, in
het menu lengte van interne nummers selecteren
De netlijncode wordt alleen gebruikt als het ingevoerde telefoonnummer meer cijfers heeft.
Opslaan
Kiesregels
Met kiesregels legt u voor bepaalde telefoonnummers vast via welke lijn deze altijd moeten
worden gekozen.
Kiesregels beheren
In de webinterface
Instellingen Tel e fo ni e Kiesplannen . . . De reeds bestaande kiesregels worden
direct na de telefoonnummers gesorteerd weergegeven
Lijst filteren:
Filtercriteria in het tekstveld Filter op nummer of opmerking invoeren
Op telefoonnummer: Begincijfers van telefoonnummer invoeren
Op opmerking:Letters invoeren die in een opmerking voorkomen
Op klikken . . . Alleen de bijpassende vermeldingen worden weergegeven
Kiesregel bewerken:
Naast de vermelding op klikken Instellingen wijzigen Opslaan
Kiesregel wissen:
Naast de vermelding op klikken Met Ok bevestigen
80
Tel e fo ni e
Nieuwe kiesregel maken
In de webinterface
Instellingen Te l ef on ie Kiesplannen Nieuwe toevoegen Telefoonnummer
invoeren Instellen of het voorkiesnummer voor het telefoonnummer moet worden
gevoegd (= ingeschakeld) Lijn selecteren waarover het telefoonnummer moet
worden gebeld Kiesregel met schakelaar inschakelen (= ingeschakeld) Beschrij-
ving voor de kiesregel invoeren Opslaan . . . De kiesregel wordt in de lijst opgenomen
Kiesregel inschakelen/uitschakelen
In de webinterface
Instellingen Tel e fo ni e Kiesplannen Naast de vermelding op klikken
Kiesregel met schakelaar inschakelen/uitschakelen (= ingeschakeld) Opslaan
81
Te le fo n ie
STUN-server instellen
Als u het provider-profiel van uw VoIP-provider heeft gedownload van de Gigaset-configuratieserver, zijn de instellingen voor STUN reeds geprogrammeerd (STUN = Session Traversal Utilities
voor NAT). Via STUN kan het toestel zijn openbare adres overdragen. Het toestel heeft dit adres
nodig om de spraakgegevens van de gesprekspartner te kunnen ontvangen.
Als uw telefoon op een router met NAT (Network Address Translation) of een firewall is aangesloten, is het mogelijk dat u deze instellingen moet wijzigen om ervoor te zorgen dat uw toestel
vanuit het internet bereikbaar (d.w.z. adresseerbaar) is. Door NAT worden de IP-adressen van
deelnemers in het LAN achter het gemeenschappelijke, openbare IP-adres van de router
verborgen.
In de webinterface
Instellingen Tel e fo ni e Geavanceerde instellingen STUN-server
STUN activeren
STUN-serveradres
Instellingen opslaan:
De STUN-server wordt voor het hele systeem ingesteld. Om het gebruik voor een
externe VoIP-lijn mogelijk te maken, moet de functie ICE Support worden ingeschakeld voor de lijn. Voor lijnen die met een provider-profiel worden ingesteld, gebeurt
dit automatisch. Neem evt. contact op met uw SIP-provider voor meer informatie
over het instellen van een STUN-server.
Functie met schakelaar inschakelen/uitschakelen
(=ingeschakeld)
De (volledig gekwalificeerde) DNS-naam of het IP-adres van de
STUN-server in het internet gevolgd door het poortnummer
invoeren (bijv. publicstun:3478)
Opslaan
82
Audio
Audio
Spraakkwaliteit
De spraakkwaliteit van VoIP-oproepen hangt hoofdzakelijk af van de codec die voor de overdracht wordt gebruikt en de beschikbare bandbreedte van de netwerkverbinding. Bij gebruik
van een "betere" codec (betere spraakkwaliteit) moeten er meer gegevens worden verstuurd.
Dit houdt in, dat u een netwerkverbinding met een grotere bandbreedte nodig heeft.
U kunt de geluidskwaliteit verbeteren door de spraakcodecs te selecteren die uw toestel dient
te gebruiken. Bovendien kunt u de volgorde definiëren waarin de codecs bij het tot stand
brengen van een VoIP-verbinding moeten worden aangeboden. De daadwerkelijk gebruikte
codec wordt bepaald bij het tot stand brengen van de verbinding tussen verzender en
ontvanger.
Er worden twee kwaliteitsniveaus met standaardinstellingen aangebroden: één die geoptimaliseerd is voor lagere bandbreedten en een instelling voor hogere bandbreedten. U kunt de
toegewezen codecs wijzigen of een eigen codec-voorkeur samenstellen.
In de webinterface
Instellingen Tel e fo ni e Audio Spraak kwaliteit . . . De ingestelde lijnen
worden met kwaliteitsniveau en gebruikte codec weergegeven Naast de vermelding op
klikken
Kwaliteitsniveau met de knoppen selecteren (Hoge bandbreedte/Lage bandbreedte/
Aangepast) . . . De knop van het geselecteerde kwaliteitsniveau is oranje, de gebruikte
codecs worden weergegeven volgens de selectie in de lijsten Actieve codecs en Beschik-
bare codecs
Actieve codecsbevat de codecs die aan het kwaliteitsniveau zijn toegewezen
Beschikbare codecsbevat de codecs die beschikbaar zijn op het toestel, maar niet zijn
toegewezen aan het kwaliteitsniveau
Codec verwijderen:
Codec toevoegen:
Volgorde van de codecs
wijzigen:
Instellingen opslaan:
Naast de vermelding op klikken . . . De codec wordt uit de lijst
Actieve codecs naar de lijst Beschikbare codecs verplaatst
Naast de vermelding op klikken . . . De codec wordt uit de lijst
Beschikbare codecs naar de lijst Actieve codecs verplaatst
Een vermelding in de lijst Actieve codecs naar boven of beneden
slepen
Opslaan
83
Audio
Selectie geluidssignalen
Geluidsignalen (bijv. kiestoon, oproepsignaal, bezetsignaal of wisselgespreksignaal) zijn per
land of regio verschillend. Standaard is de selectie afhankelijk van het ingestelde land. U kunt
deze instelling wijzigen.
Het land wordt met de Configuratie-wizard voor het systeem ingesteld en kan in het
menu Instellingen – Systeem – Land worden gewijzigd.
De instelling voor Too n s el ec t ie heeft geen invloed op het land dat voor het systeem
is ingesteld.
In de webinterface
Instellingen Tel ef on ie Audio Too n s el ec ti e In het selectiemenu To o nr e ge -
ling het land selecteren, waarvan u het schema geluidssignalen wilt gebruiken
Tijdens het invoeren van een telefoonnummer voor het voorbereiden van een oproep wordt
standaard een kiestoon uitgezonden.
84
Provisioning
Provisioning
De Gigaset Provisioning-server stelt software-updates, taal-bestanden en apparaatinstellingen
ter beschikking door middel van provider-profielen.
Standaard serveradres: http://profile.gigaset.net/device/%DVID/
Het systeem kan door het installeren van een individueel provisioning-profiel worden aangepast aan bedrijfsspecifieke vereisten. Functies kunnen worden toegevoegd of verwijderd.
Daarvoor moet een eigen provisioning-server met een individueel provisioning-profiel worden
opgezet. Informatie hierover wiki.gigaset.com
In de webinterface
Instellingen Systeem Provisioning In het veld Data-server (URL) de volledige
URL van de provisioning-server invoeren
Provisioning starten: Op Start klikken
Het installeren van een verkeerd provisioning-profiel kan de telefoon onbruikbaar
maken.
Standaard wordt het provisioning-profiel van de Gigaset provisioning-server gebruikt.
Als u de telefoon reset naar de fabrieksinstellingen, wordt dit profiel weer geïnstalleerd.
VoIP-profiel
Bij het instellen van verbindingen kunt u kiezen uit verschillende provider-profielen waarin de
providerspecifieke instellingen al zijn ingesteld.
Geef aan dat de profielen automatisch worden bijgewerkt als er iets verandert in de instellingen.
In de webinterface
Instellingen Systeem VoIP -prof iel Functie met schakelaar inschakelen/
uitschakelen (= ingeschakeld)
85
Netwerk
Netwerk
Lokaal netwerk (LAN)
Standaard wordt de telefoon automatisch in het lokale netwerk geïntegreerd. U verbindt de
telefoon met het netwerk (bijv. via een router), het IP-adres wordt automatisch toegekend en de
verdere netwerkinstellingen worden overgenomen.
Als u voor uw netwerk een andere configuratie nodig heeft, voert u deze handmatig uit.
In de webinterface
Instellingen Netwerk LAN LAN-interface
Netwerkconfiguratie handmatig uitvoeren
IP adres type Statisch selecteren
IP-adres
Subnetmasker
Standaardgateway
Voorkeur-DNS
Alternatieve DNSOptioneel (alleen in de webinterface):
Gewenst IP-adres invoeren
Deze moet binnen het geldige adresbereik van de standaard
gateway en het gebruikte subnetmasker liggen.
In het netwerk gebruikt subnetmasker invoeren
Het subnetmasker legt vast hoeveel delen van het IP-adres worden
gebruikt voor het adresseren van de telefoon en hoeveel voor het
netwerk.
IP-adres van de standaard gateway invoeren
Dit is normaal een router of switch in het netwerk.
IP-adres van de in het netwerk gebruikte DNS-server invoeren
De DNS-server wijst toestelnamen aan IP-adressen toe.
IP-adres van een tweede in het netwerk gebruikte DNS-server
invoeren
86
Netwerk
VLAN
VLAN (Virtual Local Area Network) verdelen in een fysiek netwerk en meerdere virtuele
netwerken. Activeer VLAN als uw telefoon zich in een lokaal netwerk bevindt dat is verdeeld in
virtuele deelnetwerken. In een “tagged” VLAN worden gegevenspakketten aan de afzonderlijke
deelnetwerken toegewezen via tags (markeringen) die onder andere bestaan uit een VLANcode en de VLAN-prioriteit. De VLAN-code identificeert het deelnetwerk. Met de VLAN-prioriteit
kan de prioriteit van verschillende gegevens worden ignesteld, bijv. het voorkeurstransport van
spraakgegevens.
Sla de VLAN-code en de VLAN-prioriteit van uw netwerk op in de configuratie van de telefoon.
Deze gegevens ontvangt u van uw VLAN-provider.
In de webinterface
Instellin gen Netwerk LAN VLAN VLAN-tagging inschakelen/uitschakelen
(LAN = ingeschakeld; Nee =uitgeschakeld)
Overige instellingen
VLAN-identifier (LAN)Code van het virtuele netwek van de LAN-interface;
VLAN-prioriteit (LAN)VLAN-prioriteit van het virtuele netwek van de LAN-interface;
Instellingen opslaan: Opslaan
Als u bij de VLAN-configuratie waarden invoert die niet bij het lokale netwerk
passen, zijn het toestel en de webinterface niet meer te bereiken. Reset in dit geval
het toestel naar de fabrieksinstellingen.
toegestane waarden: 0 – 4094
toegestane waarden: 0 – 7
Link Layer Discovery Protocol inschakelen/uitschakelen
Met het Link Layer Discovery Protocol (LLDP) kunnen toestellen van verschillende aanbieder
informatie uitwisselen met direct verbonden naastgelegen toestellen, bijv. voor het opsporen
van fouten of netwerkbeheer. Activeer LLDP als u toestellen van verschillende aanbieders in uw
netwerk heeft.
In de webinterface
Instellingen Netwerk LAN Link Layer Discovery Protocol (LLDP) met schake-
laar inschakelen/uitschakelen (= ingeschakeld) Waarde voor Pakketintervallen
invoeren (interval waarin LLDP-paketten worden overgedragen) (standaard instelling:
60 sec.)
87
Netwerk
Quality of Service (QoS)
De geluidskwaliteit is afhankelijk van de prioriteit van de spraakdata in het netwerk. De priorisering van de VoIP-gegevenspakketten vindt plaats met het QoS-protocol DiffServ (Differentiated
Services). DiffServ definieert een aantal klassen voor de kwaliteit van de service, en binnen deze
klassen diverse prioriteitsniveaus, waarvoor de specifieke prioriseringsprocedures zijn gedefinieerd.
U kunt verschillende QoS-waarden voor SIP- en RTP-pakketten invoeren. SIP-pakketten bevatten
de signaleringsgegevens, terwijl het RTP (Real-time Transport Protocol) voor de overdracht van
spraakgegevens wordt gebruikt.
In de webinterface
Instellingen Netwerk LAN Quality of Service (QoS) In de velden SIP TOS/
DIFFSERV en RTP TOS/DIFFSERV de gewenste QoS-waarden invieren
(waardebereik: 0 tot 63)
Gebruikelijke waarden voor VoIP (standaardinstelling):
SIP34Hoge serviceklasse voor een hoge prioriteit van de dataflow (versneld proces)
RTP 46Hoogste serviceklasse voor de hoogste prioriteit van de gegevenspakketten
(versneld doorsturen)
Wijzig deze waarden alleen in overleg met uw netwerkbeheerder. Een hogere
waarde betekent niet altijd een hogere prioriteit. De waarde bepaalt de serviceklasse, niet de prioriteit. De telkens toegepaste prioriteitsprocedure voldoet aan de
eisen van deze klassen en is niet vanzelfsprekend geschikt voor de overdracht van
spraakdata.
88
Netwerk
Netwerkveiligheid
HTTP-authenticatie instellen
HTTP-authenticatie geeft een gebruiker toestemming voor toegang tot de webinterface van de
telefoon door invoer van een gebruikersnaam en een wachtwoord.
Het telefoontoestel ondersteunt het tot stand brengen van beveiligde (versleutelde) gegevensverbindingen met internet volgens het veiligheidsprotocol TLS (Transport Layer Security). Bij
TLS identificeert de client (het telefoontoestel) de server aan de hand van certificaten. Met
behulp van de certificaten wordt de elektronische identiteit van communicatiepartners gecertificeerd. Deze certificaten moeten in de telefoon zijn opgeslagen.
Er zijn server- en client-certificaten. Met servercertificaten wordt de exploitant van een website
door de client geauthentiseerd. Met een client-certificaat identificeert de client zich als gerechtigd tot toegang tot de website van een server.
Server-certificaten
In de webinterface
Instellingen Netwerk Beveiliging Certificaten . . . De huidige geïnstalleerde
certificaten worden weergegeven
Type: CAHet certificaat is bevestigd door een betrouwbare instantie (Certificate
Type: OngeldigHet certificaat is niet bevestigd door een betrouwbare instantie.
Gedetailleerde informatie over het certificaat weergeven:
Authority of Certification Authority).
Naast de naam van het certificaat op klikken Details
Certificaat wissen:
Naast de naam van het certificaat op klikken Ver wijd er
Nieuw certificaat laden
Certificaatbestand uit de directory van uw computer in het gebied naast Bestand uploaden
slepen
Bladeren Certificaatbestand uit de directory selecteren Bestand uploaden
of:
Als u extra certificaten heeft geüpload, wordt naast Geheugengebruik de gebruikte opslagruimte weergegeven.
89
Netwerk
Client-certificaten
Voor een client-certificaat heeft u naast het certificaatbestand een persoonlijk sleutelbestand
nodig.
In de webinterface
Instellingen Netwerk Beveiliging Cliëntcertificaat . . . De huidige geïnstal-
leerde certificaten worden weergegeven Client-certificaat uploaden zoals hierboven
beschreven
Persoonlijke sleutel uploaden:
Persoonlijk sleutelbestand uit de directory van uw computer in het gebied naast Bestand
uploaden slepen
Bladeren Persoonlijk sleutelbestand uit de directory selecteren Bestand
of:
uploaden
Als het persoonlijke sleutelbestand is beveiligd door een wachtwoord, wordt dit weergegeven
en kan worden gewijzigd indien nodig.
90
Netwerk
HTTP-server
Toegang tot de webinterface van de telefoon configureren.
ProxyserveradresIP-adres van de HTTP-proxy-server
ProxyserverpoortPoort waarmee verbinding wordt gemaakt met de HTTP-proxy
Instellingen opslaan:
Opslaan
91
Systeeminformatie
Statusinformatie en diagnose
Systeeminformatie
Informatie over de configuratie en toestand van het systeem weergeven.
In de webinterface
Instellingen Service Systeem Status IP-configuratie
Naam van het apparaat in
het netwerk
LAN MAC-adresHardware-adres van de LAN-interface van het toestel,
LAN IP-adresIP-adres van het toestel in het lokale netwerk
RFPI Radio Fixed Part Identity van het basisstation. De RFPI is de
MAC-identificatieBestaat uit het MAC-adres van 12 posities en een 4-cijferige
LAN-poortTechnische specificatie van de LAN-aansluiting,
Instellingen Service Systeem Status Software
Firmwa re VersieFirmware die momenteel op het toestel is geïnstalleerd
Firmwa re VariantFirmware-variant, normaal: Gigaset IP BASE
OpstartenAantal startprocedures met betrekking tot de totale
RebootsAantal startprocedures die met de functie Opnieuw
Wer ktij dTotale bedrijfstijd van het toestel sinds de ingebruikname
UptimeBedrijfstijd sinds de laatste systeemstart
Apparaatnaam van het toestel in het lokale netwerk. Deze
kan afwijken van de interne naam van het toestel die op het
display wordt weergegeven.
12 posities.
unieke code van een DECT-systeem.
code. Wordt door de fabrikant geprogrammeerd en maakt
het toestel uniek identificeerbaar voor bepaalde diensten,
bijv. Redirect (URL-doorschakeling) of licentieverstrekking.
bijv. 100 MBit full duplex
bedrijfstijd
opstarten zijn gestart
92
Systeeminformatie
Instellingen Service Systeem Status Datum en tijd
TijdActuele tijd
DatumActuele datum
Tijd ServerURL van de gebruikte tijdserver
Laatste synchronisatieTijdstip van de laatste synchronisatie van datum en tijd met
de tijdserver
Instellingen Service Systeem Status Verbindingsstatus
Naam van de ingestelde
lijnen
Aanmeldstatus van de lijn bij de provider:
Geregistreerd /Niet geregistreerd
Instellingen Service Systeem Status Apparaat status
Naam van de ingestelde
telefoontoestellen
Aanmeldstatus van het toestel:
Geregistreerd /Niet geregistreerd
93
Diagnosetools
Diagnosetools
Systeemlogboeken
Systeemlogboeken van het toestel op de pc laden
Het toestel slaat tijdens het gebruik informatie op over geselecteerde processen van het toestel
(gebeurtenissen, configuratiewijzigingen, fouten) in systeemlogboeken (SysLog). U kunt deze
voor verder gebruik door servicemedewerkers downloaden op een pc.
In de webinterface
Instellingen Service Diagnostiek Logbestanden downloaden Op Naar PC
sturen klikken Opslaglocatie in de directory selecteren Opslaan . . . De informatie
wordt als zip-bestand opgeslagen
Standaard instelling voor bestandsnaam: diagnostics_data.zip
Systeemlogboekregistratie met Remote Syslog instellen
De in de systeemlogboeken verzamelde informatie kan naar een SysLog-server worden
verzonden. Als de functie is ingeschakeld, worden de systeemlogboeken continu naar de
SysLog-server gestuurd.
In de webinterface
Instellingen Service Diagnostiek Systeem Loggen Remote SysLog met
schakelaar inschakelen/uitschakelen (= ingeschakeld) Volledige URL van de SysLog-
server gevolgd door het poortnummer in het tekstveld invoeren (bijv.
www.mysyslogserver.net:514) Opslaan
94
Systeemlogboeken kunnen ook persoonlijke gegevens bevatten, bijv. het IP-adres.
Support
PCAP-registraties
PCAP (Packet Capture) is een programma waarmee u systeemactiviteiten gedurende een
bepaalde periode kunt registreren voor diagnosedoeleinden.
Bij onversleutelde SIP-lijnen kunnen ook de gespreksgegevens aanwezig zijn in de
PCAP-registraties.
Op Start klikken
Op Stop klikken
Downloaden Opslaglocatie in de directory selecteren
Opslaan . . . De informatie wordt als zip-bestand opgeslagen
Standaard instelling voor bestandsnaam:
pcap_normal_homeip_<date+time>_decrypted.zip
Automatisch opnieuw starten
Om de grootte van de systeemlogboeken te beperken, kunt u opdracht geven tot regelmatig,
automatisch nieuw starten. Systeemlogboeken worden dan weer nieuw ingesteld. Bij een
nieuwe start worden de oude logboeken tot een bepaalde grootte/aantal gearchiveerd.
In de webinterface
Instellingen Service Diagnostiek Opnieuw opstarten Automatisch nieuw
starten inschakelen/uitschakelen (= geactiveerd) Tag selecteren
(= geselecteerd) Met de knoppen en tijd instellen Opslaan
Support
De pagina Ondersteuning bevat belangrijke links, informatie over de gebruikte softwarelicen-
ties en over gegevensbescherming.
In de webinterface
Instellingen Service Ondersteuning
Links naar het Gigaset Service-Portal, naar de gebruiksaanwijzingen en naar de Wiki:
Klantenservice
In de software gebruikte open source-licenties weergeven:
Software licenties
Informatie over gegevensbescherming weergeven:
Gegevensbescherming en informatiebeveiliging
95
Klantenservice
Bijlage
Klantenservice
Stap voor stap naar de oplossing met de klantenservice van Gigaset
www.gigaset.com/service
Bezoek onze klantenservice
Hier vindt u o.a.:
• Vragen& antwoorden
• Mogelijkheid om voor support- of RMA aanvragen een ticket aan te maken via:
www.gigaset.com/service
• Gratis downloaden van software en gebruiksaanwijzingen
• Compatibiliteitstests
Neem contact op met onze servicemedewerkerss
U vindt geen oplossing onder “Vragen & antwoorden”?
Wij helpen u graag verder ...
... Online:
via het contactformulier op de pagina van de klantenservice
... per telefoon:
voor gedetailleerde vragen of persoonlijke ondersteuning kunt u telefonisch contact opnemen
met onze medewerkers.
Bij onverhoopte problemen - voor reparaties en garantie-aanspraken:
Klantenservice België 07815 6679
Het tarief is afhankelijk van de door u gebruikte lijn en het tijdstip van de oproep.
Klantenservice Nederland 0900-3333102
(1,00 € per gesprek)
Wij wijzen u erop, dat als het Gigaset-product niet door een geautoriseerde dealer is verkocht, het mogelijk
ook niet volledig compat ibel is met het l andelijke tele foonnetwerk. Naast de afgebeelde CE-m arkering op de
verpakking (kartonnen doos) van de telefoon is eenduidig aangegeven voor welk land of welke landen het
betreffende apparaat en de eventuele accessoires zijn ontwikkeld.
Indien het apparaat of de accessoires niet overeenkomstig deze aanwijzing, de instructies in de gebruiksaanwijz ing of op het a ppara at zelf worden gebrui kt, ka n dit g evolge n hebb en voor de gara ntie- aansp raken ( reparatie of vervanging van het product) die de koper kan laten gelden.
Om aanspraak op garantie te kunnen maken, wordt de koper van het product verzocht, het aankoopbewijs te
overleggen, waaruit de aankoopdatum en het gekochte product blijken.
Neem bij vragen over DSL-toegang of over VoIP-toegang contact op met de betreffende serviceprovider.
Houd uw aankoopbewijs a.u.b. bij de hand.
.
96
Klantenservice
Garantiecertificaat
Voor zover niet anders verme ld, verleent de garantieverstrekker (hierna "Gigaset Communications" genoemd)
de consument (klant), onverminderd zijn wettelijke rechten tegenover de verkoper ter zake van gebreken, een
duurzaamheidsgarantie volgens de hieronder vermelde voorwaarden (garantiebepalingen). De garantieaanspraken van de klant worden door deze garantie niet beperkt. Bij aanspraak op de garantie worden geen
kosten in rekening gebracht. Deze garantie is een verplichting van de garantieverstrekker naast de wettelijk
bestaande kosteloze garantierechten in het geval van claims door gebreken.
Garantiebepalingen:
• Gigaset Communications zal nieuwe apparaten (telefoons, smartphones) of onderdelen die binnen 24
maanden na aankoop gebreken vertonen als gevolg van productie- en/of materiaalfouten, gratis repa-
reren of vervangen door een technisch gelijkwaardig toestel, zulks ter beoordeling door Gigaset Commu-
nications. Voor onderdelen die aan slijtage onderhevig zijn (alle beweeglijke onderdelen die door de klant
zelf kunnen worden vervangen, bijvoorbeeld vervangende onderdelen, batterijen, keypads, behuizing),
geldt deze garantiebepaling voor een periode van 12 maanden na aankoopdatum.
• Deze garantie is niet van toepassing als het defect aan het toestel het gevolg is van onoordeelkundig
gebruik en/of het niet in acht nemen van de informatie zoals vermeld in de gebruiksaanwijzingen.
• Deze garantie geldt niet voor diensten die zijn uitgevoerd door geautoriseerde dealers of de klant zelf
(zoals installatie, configuratie, software-downloads). Gebruiksaanwijzingen en eventueel op aparte infor-
matiedragers meegeleverde software zijn eveneens van deze garantie uitgesloten.
• Als garantiebewijs geldt de aankoopbon met de aankoopdatum. Aanspraken die onder deze garantie
vallen, dienen binnen twee maanden nadat het defect is vastgesteld, geldend te worden gemaakt.
• Vervangen apparaten resp. bijbehorende componenten die in het kader van de vervanging aan Gigaset
Communications zijn geretourneerd, worden eigendom van Gigaset Communications.
• Deze garantie geldt voor nieuwe apparaten die zijn aangeschaft in de Europese Unie. Deze worden door
Gigaset Communications gratis gerepareerd of vervangen door een technisch gelijkwaardig toestel, zulks
ter beoordeling door Gigaset Communications. Garantieverstrekker is Gigaset Communications GmbH,
Frankenstraße 2, D-46395 Bocholt.
• Verdergaande of andere aanspraken dan vermeld in deze garantie zijn uitgesloten. Gigaset Communica-
tions kan niet aansprakelijk worden gesteld voor nadelige gevolgen voor de bedrijfsvoering, misgelopen
winst en verlies van gegevens, aanvullend door de klant toegevoegde software of andere informatie. De
klant is zelf verantwoordelijk voor de beveiliging hier van. Uitsluiting van de garantie geldt niet indien een
wettelijk geldende aansprakelijkhe id van kracht is, bijvoorbeeld volgens de wet op de productaansprake-
lijkheid, in geval van opzet of grove nalatigheid, indien er sprake is van lichamelijk letsel of een dodelijk
ongeval of bij schending van de verplichtingen die voortvloeien uit het contract. De schadevergoeding
voor schending va n de verplichtingen die voor tvloeien uit het contract, is echter beperkt tot contractspe-
cifieke, te verwachten schade, mits er geen sprake is van opzet of grove nalatigheid, van lichamelijk letsel
of een dodelijk ongeval, of volgens de wet op de productaansprakelijkheid sprake is van aansprakelijk-
heid.
• De duur van de garantie wordt niet verlengd door diensten die in het kader van de garantie tijdens de
duur van de garantie worden verleend.
• Indien er ten onrechte aanspraak is gemaakt op de garantie, behoudt Gigaset Communications zich het
recht voor de klant kosten in rekening te brengen voor de vervanging of reparatie. Gigaset Communica-
tions zal de klant hierover vooraf informeren.
• De bovenvermelde bepalingen beogen geen verandering in de bewijslast ten nadele van de klant.
• Op deze garantie is het recht van de Bondsrepubliek Duitsland van toepassing, met uitsluiting van het
Verdrag der Verenigde Naties inzake internationale koopovereenkomsten betreffende roerende zaken
(CISG). Deze rechtskeuze heeft niet tot gevolg dat de consument de bescherming verliest welke hij geniet
op grond van de bepalingen waarvan volgens het recht van het land waar hij zijn gewone verblijfplaats
heeft, niet bij overeenkomst mag worden afgeweken (gunstigheidsbeginsel).
Neem, om gebruik te maken van deze garantie, contact op met de klantenservice van de garantieverstrekker
Het telefoonnummer vindt u op ons service-portal onder www.gigaset.com/service
.
97
Opmerking van de fabrikant
Opmerking van de fabrikant
Goedkeuring
Voice over IP is mogelijk via de LAN-interface (IEEE 802.3).
Afhankelijk van de interface van uw telecommunicatienetwerk heeft u wellicht een extra router/switch nodig.
Neem voor meer informatie contact op met uw internetaanbieder.
Er is rekening gehouden met de landspecifieke eigenschappen.
Hiermee verklaart Gigaset Communications GmbH, dat de volgende typen radioappartuur voldoen aan de
De volledige tekst van de EU-conformiteitsverklaring is beschikbaar onder het volgende internetadres:
www.gigaset.com/docs
Als dit product ook in het VK wordt geïmporteerd:
Hierbij verklaart Gigaset Communications GmbH dat de volgende typen radioapparatuur voldoen aan de
richtlijn Radio Equipment Regulations 2017:
S30852-S 3061-XXXX / S 30852-S3038-XXXX / S30852-S3061-XXXX / S30852-S3040-XXXX / S30852-S3051-XXXX /
S30852-S 3037-XXXX / S 30852-S3051-XXXX / S30852-S3037-XXXX / S30852-S3122-XXXX / S30852-S3122-XXXX /
S30852-S 2870-XXXX / S 30852-S3123-XXXX / S30852-S2876-XXXX / S30852-S3124-XXXX / S30852-S2876-XXXX /
S30852-S3124-XXXX / S30852-S2876-XXXX / S30852-S3124-XXXX
De volledige tekst van de Britse conformiteitsverklaring is beschikbaar op het volgende internetadres:
www.gigaset.com/docs
Het postadres van de importeur is: Gigaset Communications UK Ltd., 2 White Friars Chester, CH1 NZ, United
Kingdom
.
.
Deze verklaring is mogelijk ook beschikbaar in de "Internationale verklaringen van overeenstemming" of
"Europese verklaringen van overeenstemming".
Raadpleeg daarom al deze bestanden.
98
Opmerking van de fabrikant
Materiaalkenmerken en storende factoren in een huiselijke of zakelijke
omgeving
Er bestaat een aantal storende factoren die met name het bereik en de kwaliteit van het
DECT-signaal beïnvloeden. Dit komt doordat een draadloos signaal zich door het obstakel heen moet werken.
Hi erd oo r ve rli est he t si gna al kra ch t (d emp in g). Het ve rli es o f d emp ing is afh ank el ijk van he t ty pe mat eri aa l va n
het object of obstakel.
De volgende storende factoren zijn bekend:
• storingen als gevolg van obstakels die de signaaluitbreiding dempen, waardoor zogeheten signaalscha-
duwen ontstaan.
• storingen als gevolg van reflectie die de gesprekskwaliteit beïnvloeden (bijvoorbeeld gekraak of ruisen).
Storing of reflecties als gevolg van obstakels
Mogelijke obstakels zijn:
• gebouwconstructies en installaties zoals plafonds en muren uit gewapend beton, lange gangen, stijglei-
dingen en kabelkanalen.
• ruimtes met metalen muren en vensterglas met metalen lagen (spiegelglas), koelkasten, elektrische
warmwatertanks (boilers), magnetron, etc.
• metalen meubilair, zoals metalen rekken, dossierkasten.
• elektronische apparatuur.
Vaak kunnen storingsbronnen niet nauwkeurig worden vastgesteld, met name als de ontvangstkwaliteit van
het DECT-signaal lokaal binnen een afstand van enkele centimeters sterk schommelt. In dergelijke situaties
kunnen storingen worden verminderd of verholpen door een kleine wijziging van de positie van het basisstation.
Bereikverlies als gevolg van bouwmaterialen in vergelijking tot het open
DECT-bereik
Om een idee te geven hoe bepaalde materialen het DECT-signaal kunnen beïnvloeden, hieronder een overzicht van diverse materialen en het effect (demping) op het DECT-signaal.
Voorbeeld: Het basisstation staat in een ruimte waarvan de muren zijn gemaakt met gasbeton blokken.
Het DECT-signaal dat door de muur heen moet zal aan de andere zijde ongeveer met 78% zijn verminderd.
Glas, hout, onbehandeld ca. 10 %
Hout, behandeld ca. 25 %
Gipsplaten ca. 27 – 41 %
Tegelwand, 10 tot 12 cm ca. 44 %
Tegelwand, 24 cm ca. 60 %
Gasbetonwand ca. 78 %
Wand met gewapend glas ca. 84 %
Plafond met gewapend beton ca. 75 – 87 %
Glas met metalen laag ca. 100 %
99
Opmerking van de fabrikant
Gegevensbescherming
Gigaset heeft de bescherming van haar klantgegevens hoog in het vaandel. Juist daarom zorgen wij ervoor
dat de gegevensbescherming reeds besloten ligt in de technische ontwikkeling van al onze producten
("Privacy by Design"). Alle gegevens die wij verzamelen, worden gebruikt om onze producten zo goed mogelijk te maken. Hierbij zorgen wij ervoor dat uw gegevens worden beschermd en alleen worden gebruikt om u
een dienst of product te leveren. Wij weten op welke wijze uw gegevens bij bedrijfsactiviteiten worden
gebruikt en zorgen ervoor dat deze veilig en beschermd zijn en overeenstemmen met de voorschriften voor
gegevensbescherming.
De volledige tekst van onze privacyrichtlijn is beschikbaar onder het volgende internetadres:
www.gigaset.com/privacy-policy
Milieu
Milieumanagementsysteem
Kijk voor meer informatie over onze milieuvriendelijke producten en processen op internet onder
www.gigaset.com
ISO 9001 (kwaliteit): gecertificeerd sinds 17-02-1994 door TÜV Süd Management Service GmbH
Inzameling van afval en oude apparaten
Oplaadbare batterijen zijn klein chemisch afval. Uitgebreide informatie over het verwijderen van oude batterijen kunt u opvragen bij uw gemeente of de vakhandel waar u het product hebt gekocht.
Elektrische en elektronische producten mogen niet bij het huisvuil worden aangeboden, maar dienen naar
speciale inzamelingscentra te worden gebracht die zijn bepaald door de overheid of plaatselijke autoriteiten.
apparatuur.
Uitgebreide informatie over het verwijderen van oude apparatuur kunt u verkrijgen bij uw gemeente, het regi-
onale reinigingsbedrijf, de vakhandel waar u het product heeft gekocht, of bij uw verkoper / vertegenwoordiger.
.
Gigaset Communications GmbH is gecertificeerd volgens de internationale normen
ISO 14001 en ISO 9001.
ISO 14001 (milieu): gecertificeerd sinds september 2007 door TÜV SÜD Management
Service GmbH.
Het symbool van de doorgekruiste vuilnisbak op het product betekent dat het product valt onder
Europese richtlijn 2012/19/EU.
De juiste manier van weggooien en afzonderlijke inzameling van uw oude apparaat helpt mogelijke negatieve consequenties voor het milieu en de menselijke gezondheid te voorkomen. Het is
een eerste vereiste voor hergebruik en recycling van tweedehands elektrische en elektronische
100
Loading...
+ hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.