GARMIN VIVOACTIVE 3 User Manual [nl]

Page 1
VÍVOACTIVE® 3 MUSIC
Gebruikershandleiding
Page 2
© 2018 Garmin Ltd. of haar dochtermaatschappijen
Alle rechten voorbehouden. Volgens copyrightwetgeving mag deze handleiding niet in zijn geheel of gedeeltelijk worden gekopieerd zonder schriftelijke toestemming van Garmin. Garmin behoudt zich het recht voor om haar producten te wijzigen of verbeteren en om wijzigingen aan te brengen in de inhoud van deze handleiding zonder de verplichting te dragen personen of organisaties over dergelijke wijzigingen of verbeteringen te informeren. Ga naar www.garmin.com voor de nieuwste updates en aanvullende informatie over het gebruik van dit product.
Garmin®, het Garmin logo, ANT+®, Auto Lap®, Auto Pause®, Edge®, VIRB® en vívoactive® zijn handelsmerken van Garmin Ltd. of haar dochtermaatschappijen, geregistreerd in de Verenigde Staten en andere landen. Connect IQ™, Garmin Connect™, Garmin Express™, Garmin Move IQ™, Garmin Pay™, tempe™ en Varia™ zijn handelsmerken van Garmin Ltd. of haar dochtermaatschappijen. Deze handelsmerken mogen niet worden gebruikt zonder uitdrukkelijke toestemming van Garmin.
American Heart Association® is een geregistreerd handelsmerk van American Heart Association, Inc. Android™ is een handelsmerk van Google Inc. Apple® en iTunes® zijn handelsmerken van Apple Inc., geregistreerd in de Verenigde Staten en andere landen. Het woordmerk en de logo's van Bluetooth® zijn eigendom van Bluetooth SIG, Inc. en voor het gebruik van deze merknaam door Garmin is een licentie verkregen. Geavanceerde hartslaganalyse door Firstbeat. WiFi® is een geregistreerd handelsmerk van Wi-Fi Alliance Corporation. Windows® is een geregistreerd handelsmerk van Microsoft Corporation in de Verenigde Staten en andere landen. The Cooper Institute®, en alle gerelateerde handelsmerken, zijn het eigendom van The Cooper Institute. Overige handelsmerken en merknamen zijn het eigendom van hun respectieve eigenaars.
Dit product is ANT+® gecertificeerd. Ga naar www.thisisant.com/directory voor een lijst met compatibele producten en apps.
M/N: A03405
Page 3

Inhoudsopgave

Inleiding........................................................................... 1
Overzicht van het toestel............................................................ 1
Tips voor het aanraakscherm................................................ 1
Het aanraakscherm vergrendelen en ontgrendelen.......... 1
Het bedieningsmenu gebruiken............................................. 1
Pictogrammen.............................................................................1
Slimme functies.............................................................. 1
Uw smartphone koppelen........................................................... 1
Connected functies..................................................................... 2
Telefoonmeldingen................................................................ 2
Bluetooth meldingen inschakelen..................................... 2
Meldingen weergeven....................................................... 2
Een sms-bericht beantwoorden........................................ 2
Een inkomende oproep ontvangen................................... 2
Meldingen beheren........................................................... 2
Bluetooth technologie uitschakelen.................................. 2
De modus Niet storen gebruiken........................................... 3
Uw telefoon vinden................................................................ 3
Connect IQ functies.................................................................... 3
Connect IQ functies downloaden........................................... 3
Connect IQ functies downloaden via uw computer................ 3
WiFi® connected functies.......................................................... 3
Een draadloze WiFi verbinding instellen.............................. 3
Verbinding maken met een WiFi netwerk............................. 3
Garmin Pay™.................................................................. 3
Uw Garmin Pay portemonnee instellen...................................... 3
Een aankoop betalen via uw horloge......................................... 3
Een kaart toevoegen aan uw Garmin Pay portemonnee............ 4
Uw Garmin Pay portemonnee beheren................................. 4
Uw Garmin Pay pincode wijzigen............................................... 4
Muziek............................................................................. 4
Verbinding maken met een externe provider.............................. 4
Audiocontent van een externe provider downloaden............. 4
Loskoppelen van een externe provider.................................. 5
Persoonlijke audiocontent downloaden...................................... 5
Hoofdtelefoon aansluiten met Bluetooth technologie................. 5
Luisteren naar muziek................................................................ 5
Bediening voor afspelen van muziek.......................................... 5
Hartslagmeetfuncties..................................................... 5
Hartslagmeter aan de pols..........................................................5
Het toestel dragen..................................................................5
Tips voor onregelmatige hartslaggegevens........................... 6
De hartslagwidget gebruiken................................................. 6
Hartslag verzenden naar Garmin toestellen.......................... 6
De polshartslagmeter uitschakelen........................................ 6
Hartslagzones............................................................................. 6
Uw hartslagzones instellen.................................................... 6
Berekeningen van hartslagzones.......................................... 6
Over VO2 max. indicaties........................................................... 7
Geschat VO2 max. weergeven.............................................. 7
Activiteiten volgen......................................................... 7
Automatisch doel........................................................................ 7
De bewegingswaarschuwing gebruiken..................................... 7
Slaap bijhouden.......................................................................... 7
Minuten intensieve training......................................................... 7
Minuten intensieve training opbouwen.................................. 7
Garmin Move IQ™...................................................................... 8
Instellingen voor activiteiten volgen............................................ 8
Activiteiten volgen uitschakelen............................................. 8
Widgets........................................................................... 8
Widgets weergeven.................................................................... 8
De widgetlijst aanpassen....................................................... 8
Over Mijn dag
De weerwidget bekijken......................................................... 8
Hartslagvariaties en stressniveau............................................... 9
De stressniveauwidget gebruiken.......................................... 9
VIRB afstandsbediening............................................................. 9
Een VIRB actiecamera bedienen........................................... 9
.........................................................................8
Apps en activiteiten....................................................... 9
Een activiteit starten................................................................... 9
Tips voor het vastleggen van activiteiten............................... 9
Een activiteit stoppen..................................................................9
Een aangepaste activiteit toevoegen.......................................... 9
Een favoriete activiteit toevoegen of verwijderen..................... 10
Binnenactiviteiten......................................................................10
Een krachttraining vastleggen............................................. 10
De loopbandafstand kalibreren............................................ 10
Buitenactiviteiten.......................................................................10
Hardlopen............................................................................ 10
Een rit maken....................................................................... 10
Uw afdalingen weergeven................................................... 11
Zwemmen in het zwembad....................................................... 11
Grootte van bad instellen..................................................... 11
Zwemtermen........................................................................ 11
Golfen....................................................................................... 11
Golfbanen downloaden........................................................ 11
Golfen.................................................................................. 11
Hole-informatie.....................................................................11
De pinlocatie wijzigen......................................................11
De richting naar de pinlocatie bekijken........................... 12
Layup- en dogleg-afstanden weergeven............................. 12
Hindernissen weergeven..................................................... 12
Een shot meten met de AutoShot functie............................ 12
Score bijhouden................................................................... 12
De scoringsmethode instellen......................................... 12
Golfstatistieken bijhouden............................................... 12
Golfstatistieken vastleggen............................................. 12
Uw shotgeschiedenis weergeven........................................ 13
Uw rondeoverzicht bekijken................................................. 13
Een ronde beëindigen.......................................................... 13
Golfinstellingen.................................................................... 13
Score-instellingen............................................................13
Garmin Golf app...................................................................13
Training......................................................................... 13
Uw gebruikersprofiel instellen................................................... 13
Fitnessdoelstellingen........................................................... 13
Workouts...................................................................................13
Een workout volgen............................................................. 13
Garmin Connect trainingsplannen gebruiken...................... 14
Workout van vandaag starten......................................... 14
Geplande workouts weergeven...................................... 14
Aangepaste trainingsplannen.............................................. 14
Persoonlijke records................................................................. 14
Uw persoonlijke records weergeven.................................... 14
Een persoonlijk record herstellen........................................ 14
Een persoonlijk record verwijderen...................................... 14
Alle persoonlijke records verwijderen.................................. 14
Navigatie....................................................................... 14
Uw locatie bewaren.................................................................. 14
Een locatie verwijderen........................................................ 15
Naar een opgeslagen locatie navigeren................................... 15
Terug naar startlocatie navigeren............................................. 15
Stoppen met navigeren............................................................ 15
Kompas.....................................................................................15
Het kompas handmatig kalibreren....................................... 15
Geschiedenis................................................................ 15
Werken met de geschiedenis................................................... 15
Inhoudsopgave i
Page 4
Tijd in elke hartslagzone weergeven................................... 15
Garmin Connect........................................................................15
Gebruik van Garmin Connect Mobile................................... 16
Garmin Connect op uw computer gebruiken....................... 16
Uw toestel aanpassen.................................................. 16
De watch face wijzigen............................................................. 16
Een aangepaste watch face maken..................................... 16
Het bedieningsmenu aanpassen.............................................. 16
Instellingen van activiteiten en apps......................................... 17
Gegevensschermen aanpassen.......................................... 17
Waarschuwingen................................................................. 17
Een waarschuwing instellen............................................ 17
Auto Lap...............................................................................18
Ronden markeren met behulp van de functie Auto Lap.. 18
De handmatige rondefunctie inschakelen............................ 18
Auto Pause® gebruiken....................................................... 18
Auto Scroll gebruiken........................................................... 18
Telefoon- en Bluetooth instellingen.......................................... 18
Systeeminstellingen.................................................................. 18
Tijdinstellingen..................................................................... 19
Tijdzones......................................................................... 19
De tijd handmatig instellen.............................................. 19
Het alarm instellen.......................................................... 19
Een alarm verwijderen.................................................... 19
De afteltimer instellen......................................................19
De stopwatch gebruiken..................................................19
Schermverlichtingsinstellingen.............................................19
De maateenheden wijzigen................................................. 19
Garmin Connect instellingen.....................................................19
Toestelinstellingen via uw Garmin Connect account........... 19
Gebruikersinstellingen via uw Garmin Connect account..... 20
Draadloze sensoren..................................................... 20
De draadloze sensors koppelen............................................... 20
Voetsensor................................................................................20
Uw voetsensor kalibreren.................................................... 20
Kalibratie van de voetsensor verbeteren............................. 20
Een optionele fietssnelheids- of fietscadanssensor
gebruiken.................................................................................. 20
Een snelheidssensor kalibreren........................................... 20
Omgevingsbewustzijn............................................................... 21
tempe........................................................................................ 21
Toestelinformatie......................................................... 21
Het toestel opladen................................................................... 21
Productupdates.........................................................................21
De software bijwerken via Garmin Connect Mobile............. 21
De software bijwerken via Garmin Express......................... 21
Toestelgegevens weergeven.................................................... 21
Informatie over regelgeving en compliance op e-labels
weergeven........................................................................... 21
Specificaties..............................................................................21
Toestelonderhoud..................................................................... 22
Het toestel schoonmaken.................................................... 22
De banden vervangen.............................................................. 22
Problemen oplossen.................................................... 22
Is mijn smartphone compatibel met mijn toestel?..................... 22
Ik kan mijn telefoon niet koppelen met het toestel.................... 22
Ik kan mijn hoofdtelefoon niet koppelen met het toestel........... 22
Mijn muziek valt weg of mijn hoofdtelefoons blijven niet
verbonden................................................................................. 22
Op mijn toestel wordt niet de juiste taal gebruikt...................... 22
Mijn toestel geeft de juiste tijd niet weer................................... 23
Levensduur van de batterijen maximaliseren........................... 23
Het toestel opnieuw opstarten.................................................. 23
Alle standaardinstellingen herstellen........................................ 23
Satellietsignalen ontvangen...................................................... 23
De ontvangst van GPS-signalen verbeteren
Activiteiten volgen..................................................................... 23
Mijn dagelijkse stappentelling wordt niet weergegeven....... 23
Mijn stappentelling lijkt niet nauwkeurig te zijn.................... 23
Het aantal opgelopen trappen lijkt niet te kloppen............... 23
De nauwkeurigheid van minuten intensieve training en
verbrande calorieën verbeteren........................................... 24
De temperatuurmeting is niet nauwkeurig................................ 24
Meer informatie......................................................................... 24
....................... 23
Appendix....................................................................... 24
Gegevensvelden....................................................................... 24
Standaardwaarden VO2 Max................................................... 25
Wielmaat en omvang................................................................ 25
Symbooldefinities......................................................................26
Index.............................................................................. 27
ii Inhoudsopgave
Page 5

Inleiding

WAARSCHUWING
Lees de gids Belangrijke veiligheids- en productinformatie in de verpakking voor productwaarschuwingen en andere belangrijke informatie.
Raadpleeg altijd een arts voordat u een trainingsprogramma begint of wijzigt.

Overzicht van het toestel

Aanraakscherm: Veeg omhoog of omlaag om door widgets,
À
functies en menu's te bladeren. Tik om te selecteren. Veeg naar rechts om terug te gaan naar het vorige scherm. Veeg tijdens een activiteit naar rechts om de watch face en
widgets weer te geven. Dubbeltik hierop tijdens een activiteit om een nieuwe ronde te
markeren, een nieuwe set herhalingen te starten of door te gaan naar de volgende fase van een workout.
Houd ingedrukt om een menu met toestelinstellingen en opties voor het huidige scherm weer te geven.
Knop: Druk op deze knop om het toestel in te schakelen.
Á
Houd ingedrukt om het bedieningsmenu met onder andere het toestelvermogen weer te geven.
Druk hierop om vanuit een willekeurig scherm terug te keren naar de watch face, behalve tijdens een activiteit.
Druk tijdens een activiteit hierop om de activiteit te onderbreken.

Tips voor het aanraakscherm

• Houd uw vinger op het aanraakscherm om een optiemenu te bekijken.
• Sleep omhoog of omlaag om door de lijsten en menu's te bladeren.
• Veeg omhoog of omlaag om snel te bladeren.
• Tik om een knop, een lijstitem of een menu-item te selecteren.
• Veeg op de watch face omhoog of omlaag om door de widgets op het toestel te bladeren.
• Tik in een widget om, indien beschikbaar, extra widgetschermen te bekijken.
• Tijdens een activiteit veegt u omhoog of omlaag om naar het volgende gegevensscherm te gaan.
• Veeg tijdens een activiteit naar rechts om de watch face en widgets te bekijken en veeg naar links om terug te gaan naar de gegevensvelden van de activiteit.
• Voer elke menuselectie als een aparte handeling uit.
Het aanraakscherm vergrendelen en ontgrendelen
U kunt het aanraakscherm vergrendelen om te voorkomen dat u per ongeluk op het scherm tikt en functies activeert.
Houd de knop ingedrukt.
1
Selecteer .
2
Het aanraakscherm wordt vergrendeld en reageert niet op aanrakingen totdat u het ontgrendelt.
Houd de knop ingedrukt om het aanraakscherm te
3
ontgrendelen.

Het bedieningsmenu gebruiken

Het bedieningsmenu bevat aanpasbare snelkoppelingen waarmee u bijvoorbeeld de modus Niet storen inschakelt, het aanraakscherm vergrendelt of het toestel uitschakelt.
OPMERKING: U kunt zelf snelkoppelingen toevoegen, rangschikken en verwijderen in het bedieningsmenu (Het
bedieningsmenu aanpassen, pagina 16).
Houd in een willekeurig scherm de knop ingedrukt.
1
Selecteer een optie.
2

Pictogrammen

Een knipperend pictogram geeft aan dat het toestel een signaal zoekt. Een niet-knipperend pictogram geeft aan dat het signaal is gevonden of de sensor is verbonden.
GPS-status
Smartphone-verbindingsstatus
Status hartslagmeter
Status voetsensor
LiveTrack status
Status snelheid- en cadanssensor
Status Varia™ fietsverlichting
Status Varia fietsradar
tempe™ sensorstatus
VIRB VIRB® camerastatus
vívoactive alarmstatus

Slimme functies

Uw smartphone koppelen

Om gebruik te maken van de connected functies van het vívoactive toestel moet het direct via de Garmin Connect Mobile app worden gekoppeld, in plaats van via de Bluetooth instellingen op uw smartphone.
U kunt de Garmin Connect Mobile app via de app store op
1
uw telefoon installeren en openen. Selecteer een optie om de koppelmodus op uw toestel in te
2
schakelen:
• Als u uw toestel voor de eerste keer configureert, houdt u de knop ingedrukt om het toestel in te schakelen.
• Als u het koppelproces eerder hebt overgeslagen of uw toestel hebt gekoppeld aan een andere smartphone, houdt u uw vinger op het aanraakscherm en selecteert u
®
Inleiding 1
Page 6
Instellingen > Telefoon > Koppel telefoon om de koppelmodus handmatig te openen.
Selecteer een optie om uw toestel toe te voegen aan uw
3
Garmin Connect account:
• Als dit het eerste toestel is dat u koppelt met de Garmin Connect Mobile app, volgt u de instructies op het scherm.
• Als u reeds een toestel hebt gekoppeld met de Garmin Connect Mobile app, selecteert u Garmin toestellen > Voeg toestel toe in het instellingenmenu en volgt u de instructies op het scherm.

Connected functies

Connected functies zijn beschikbaar voor uw vívoactive toestel als u het toestel verbindt met een compatibele smartphone via Bluetooth draadloze technologie. Voor sommige functies moet u de Garmin Connect Mobile app op de verbonden smartphone installeren. Ga naar www.garmin.com/apps voor meer informatie. Sommige functies zijn ook beschikbaar als u uw toestel verbindt met een draadloos netwerk.
Telefoonmeldingen: Geeft telefoonmeldingen en berichten
weer op uw vívoactive toestel.
LiveTrack: Geef uw vrienden en familie de gelegenheid om uw
races en trainingsactiviteiten in real-time te volgen. U kunt volgers uitnodigen via e-mail of social media, waardoor zij uw live-gegevens op een Garmin Connect volgpagina kunnen zien.
Activiteiten uploaden naar Garmin Connect: Uw activiteit
wordt automatisch naar uw Garmin Connect account verstuurd zodra u klaar bent met het vastleggen van de activiteit.
Connect IQ™: Hiermee kunt u de toestelfuncties uitbreiden met
nieuwe watch faces, widgets, apps en gegevensvelden.
Software-updates: Hiermee kunt u de toestelsoftware
bijwerken.
Weer: Hiermee kunt u actuele weersomstandigheden en
weersverwachtingen weergeven.
Bluetooth sensoren: Hiermee kunt u Bluetooth compatibele
sensoren koppelen, bijvoorbeeld een hartslagmeter.
Vind mijn telefoon: Hiermee kunt u een kwijtgeraakte
smartphone terugvinden die is gekoppeld met uw vívoactive toestel en momenteel binnen bereik is.
Zoek mijn toestel: Hiermee kunt u uw kwijtgeraakte vívoactive
toestel terugvinden dat is gekoppeld met uw smartphone en momenteel binnen bereik is.

Telefoonmeldingen

Voor telefoonmeldingen is een compatibele smartphone vereist die binnen bereik is en gekoppeld is met het toestel. Wanneer uw telefoon berichten ontvangt, worden meldingen naar uw toestel verzonden.
Bluetooth meldingen inschakelen
Voordat u meldingen kunt inschakelen, moet u het vívoactive toestel koppelen met een compatibele smartphone (Uw
smartphone koppelen, pagina 1).
Houd het aanraakscherm ingedrukt.
1
Selecteer Instellingen > Telefoon > Meldingen.
2
Selecteer Tijdens activiteit om voorkeuren in te stellen voor
3
meldingen die worden weergegeven tijdens het vastleggen van een activiteit.
Selecteer een meldingsvoorkeur.
4
Selecteer Niet tijdens activiteit om voorkeuren in te stellen
5
voor meldingen die worden weergegeven in de horlogemodus.
Selecteer een meldingsvoorkeur.
6
Selecteer Time-out.
7
Selecteer een duur voor de time-out.
8
Meldingen weergeven
Veeg over de watch face om de meldingenwidget weer te
1
geven. Selecteer een melding.
2
Blader omlaag om de hele melding te lezen.
3
Selecteer een optie:
4
• Selecteer een actie, zoals Annuleer of Antwoord, om iets
te doen met de melding. De beschikbare acties zijn afhankelijk van het type
melding en het besturingssysteem van uw telefoon.
• Veeg naar rechts om terug te gaan naar de lijst met meldingen.
Een sms-bericht beantwoorden
OPMERKING: Deze functie is alleen beschikbaar voor smartphones met Android™.
Wanneer u op uw vívoactive toestel een melding voor een sms­bericht ontvangt, kunt u een snel antwoord verzenden door dit uit een lijst met berichten te selecteren. U kunt uw berichten aanpassen in de Garmin Connect Mobile app.
OPMERKING: Met deze functie verzendt u sms-berichten via uw telefoon. De reguliere limieten en kosten voor sms-berichten kunnen van toepassing zijn. Neem contact op met uw mobiele provider voor meer informatie.
Veeg om de meldingenwidget weer te geven.
1
Selecteer een sms-melding.
2
Selecteer Antwoord.
3
Selecteer een bericht in de lijst.
4
Uw telefoon verzendt het geselecteerde bericht als een sms­bericht.
Een inkomende oproep ontvangen
Wanneer u een telefoonoproep ontvangt op uw verbonden smartphone, wordt op het vívoactive toestel de naam of het telefoonnummer van de beller weergegeven. U kunt de oproep accepteren of weigeren. Als uw toestel is verbonden met een smartphone met Android, kunt u ook weigeren met een tekstbericht, dat u kunt selecteren uit een lijst met berichten op uw vívoactive toestel.
• Als u de oproep wilt accepteren, selecteert u .
• Als u de oproep wilt weigeren, selecteert u .
• Als u de oproep wilt weigeren en onmiddellijk daarna wilt antwoorden via een tekstbericht, selecteert u en selecteert u vervolgens een bericht uit de lijst.
Meldingen beheren
U kunt meldingen die op uw vívoactive toestel worden weergegeven, beheren vanaf uw compatibele smartphone.
Selecteer een optie:
• Als u een Apple® smartphone gebruikt, kunt u via de
meldinginstellingen van uw smartphone de items selecteren die u op het toestel wilt weergeven.
• Als u een smartphone met Android gebruikt, selecteert u
in de Garmin Connect Mobile app de optie Instellingen > Smartphone meldingen.
Bluetooth technologie uitschakelen
Houd het aanraakscherm ingedrukt.
1
Selecteer Instellingen > Telefoon > Status > Uit om
2
Bluetooth draadloze technologie op uw vívoactive toestel uit te schakelen.
Raadpleeg de gebruikershandleiding voor uw mobiele toestel om draadloze Bluetooth technologie uit te schakelen op uw mobiele toestel.
2 Slimme functies
Page 7

De modus Niet storen gebruiken

U kunt de modus Niet storen gebruiken om trilsignalen en de schermverlichting voor waarschuwingen en meldingen uit te schakelen. U kunt deze modus bijvoorbeeld gebruiken als u slaapt of naar een film kijkt.
• Als u de modus Niet storen handmatig wilt in- of uitschakelen, houdt u de knop ingedrukt en selecteert u .
• Als u de modus Niet storen automatisch wilt inschakelen tijdens uw slaapuren, gaat u naar de toestelinstellingen in de Garmin Connect Mobile app en selecteert u Geluiden en
waarschuwingen > Niet storen tijdens het slapen.

Uw telefoon vinden

Met deze functie kunt u een kwijtgeraakte smartphone terugvinden die is gekoppeld via Bluetooth draadloze technologie en momenteel binnen bereik is.
Houd de knop ingedrukt.
1
Selecteer .
2
Op het scherm van de vívoactive worden signaalsterktebalken weergegeven en op uw smartphone klinkt een geluidswaarschuwing. De balken worden langer naarmate u dichter bij uw smartphone komt.
Druk op de knop om het zoeken te stoppen.
3

Connect IQ functies

U kunt aan uw horloge Connect IQ functies toevoegen van Garmin® en andere leveranciers via de Connect IQ Mobile app. U kunt uw toestel aanpassen met watch faces, gegevensvelden, widgets en apps.
Watch Faces: Hiermee kunt u de stijl van de klok aanpassen. Gegevensvelden: Hiermee kunt u nieuwe gegevensvelden
downloaden die sensors, activiteiten en historische gegevens op andere manieren presenteren. U kunt Connect IQ gegevensvelden toevoegen aan ingebouwde functies en pagina's.
Widgets: Hiermee kunt u direct informatie bekijken, zoals
sensorgegevens en meldingen.
Apps: Voeg interactieve functies toe aan uw horloge, zoals
nieuwe soorten buiten- en fitnessactiviteiten.

Connect IQ functies downloaden

Voordat u functies kunt downloaden van de Connect IQ Mobile app, moet u uw vívoactive toestel met uw smartphone koppelen (Uw smartphone koppelen, pagina 1).
U kunt de Connect IQ Mobile app via de app store op uw
1
telefoon installeren en openen. Selecteer zo nodig uw toestel.
2
Selecteer een Connect IQ functie.
3
Volg de instructies op het scherm.
4

Connect IQ functies downloaden via uw computer

Sluit het toestel met een USB-kabel aan op uw computer.
1
Ga naar apps.garmin.com en meld u aan.
2
Selecteer een Connect IQ functie en download deze.
3
Volg de instructies op het scherm.
4
WiFi® connected functies
Het vívoactive toestel beschikt over WiFi connected functies. Activiteiten uploaden naar uw Garmin Connect account: Uw
activiteit wordt automatisch naar uw Garmin Connect account verstuurd zodra u klaar bent met het vastleggen van de activiteit.
Workouts en trainingsplannen: Hiermee kunt u workouts en
trainingsplannen zoeken en selecteren op de Garmin Connect site. De volgende keer dat uw toestel een WiFi
verbinding heeft, worden de bestanden draadloos naar uw toestel verzonden.
Software-updates: Uw toestel downloadt en installeert de
nieuwste software-update automatisch als er een WiFi verbinding beschikbaar is.

Een draadloze WiFi verbinding instellen

Selecteer een optie:
1
• Download de Garmin Connect Mobile app en koppel uw smartphone (Uw smartphone koppelen, pagina 1).
• Ga naar www.garmin.com/express en download de Garmin Express™ toepassing.
Volg de instructies op het scherm om WiFi connectiviteit in te
2
stellen.

Verbinding maken met een WiFi netwerk

U moet met uw toestel verbinding maken met de Garmin Connect Mobile app op uw smartphone of met de Garmin Express app op uw computer voordat u verbinding kunt maken met een WiFi netwerk (Een draadloze Wi‑Fi verbinding
instellen, pagina 3).
U kunt het toestel verbinden met een WiFi netwerk om de overdrachtsnelheid van grotere bestanden te versnellen.
Verplaats binnen bereik van een WiFi netwerk.
1
Selecteer op de Garmin Connect Mobile app of .
2
Selecteer Garmin toestellen en selecteer vervolgens uw
3
toestel. Selecteer Algemeen > Wi-Fi-netwerken > Voeg een
4
netwerk toe.
Selecteer een beschikbaar WiFi netwerk en voer de
5
aanmeldgegevens in.
Garmin Pay
Met de functie Garmin Pay kunt u met uw horloge aankopen betalen bij deelnemende winkels door een creditcard of bankpas te gebruiken die is uitgegeven door een deelnemende financiële instelling.

Uw Garmin Pay portemonnee instellen

U kunt een of meer deelnemende creditcards of bankpassen aan uw Garmin Pay portemonnee toevoegen. Ga naar
garmin.com/garminpay/banks en ontdek welke financiële
instellingen meedoen.
Selecteer op de Garmin Connect Mobile app of .
1
Selecteer Garmin toestellen en selecteer vervolgens uw
2
toestel. Selecteer Garmin Pay > Maak uw portemonnee.
3
Volg de instructies op het scherm.
4

Een aankoop betalen via uw horloge

Voordat u met uw horloge aankopen kunt betalen, moet u minimaal één betaalkaart instellen.
U kunt met uw horloge aankopen betalen in een deelnemende winkel.
Houd de knop ingedrukt.
1
Selecteer .
2
Voer uw pincode van vier cijfers in.
3
OPMERKING: Als u uw pincode drie keer onjuist invoert,
wordt uw portemonnee vergrendeld en moet u uw pincode opnieuw instellen in de Garmin Connect Mobile app.
Uw laatst gebruikte betaalkaart wordt weergegeven.
Garmin Pay
3
Page 8
Als u meerdere kaarten hebt toegevoegd aan uw Garmin Pay
4
portemonnee, veegt u om een andere kaart te gebruiken (optioneel).
Houd uw horloge binnen 60 seconden bij de lezer, met het
5
scherm in de richting van de lezer. Het horloge trilt en u ziet een vinkje op het scherm wanneer
de communicatie met de lezer is voltooid. Volg de instructies op de kaartlezer, indien nodig, om de
6
transactie te voltooien.
TIP: Nadat u de juiste pincode hebt ingevoerd, kunt u gedurende 24 uur betalingen doen zonder pincode zolang u het horloge draagt. Als u het horloge afdoet of als u de hartslagmeting uitschakelt, moet u de pincode opnieuw invoeren om een betaling te doen.

Een kaart toevoegen aan uw Garmin Pay portemonnee

U kunt maximaal tien creditcards of bankpassen toevoegen aan uw Garmin Pay portemonnee.
Selecteer op de pagina van het vívoactive toestel in de
1
Garmin Connect Mobile app de optie Garmin Pay > . Volg de instructies op het scherm om de kaartinformatie in te
2
voeren en de kaart toe te voegen aan uw portemonnee.
Nadat de kaart is toegevoegd, kunt u de kaart selecteren op uw horloge wanneer u een betaling doet.

Uw Garmin Pay portemonnee beheren

U kunt gedetailleerde informatie over elk van uw betaalkaarten weergeven en u kunt een kaart blokkeren, activeren of verwijderen. U kunt ook uw hele Garmin Pay portemonnee blokkeren of verwijderen.
OPMERKING: In sommige landen zijn de portemonneefuncties mogelijk beperkt door de deelnemende financiële instellingen.
Selecteer op de pagina van het vívoactive toestel in de
1
Garmin Connect Mobile app de optie Garmin Pay > Uw portemonnee beheren.
Selecteer een optie:
2
• Om een specifieke kaart te blokkeren, selecteert u de
kaart en selecteert u Onderbreek. De kaart moet actief zijn om aankopen te kunnen doen
met uw vívoactive toestel.
• Als u alle kaarten in uw portemonnee tijdelijk wilt
blokkeren, selecteert u Portemonnee buiten werking stellen.
U kunt niet betalen met uw vívoactive toestel totdat u minimaal één kaart hebt gedeblokkeerd met de app.
• Om de blokkering van uw portemonnee op te heffen,
selecteert u Tijdelijke buitengebruikstelling portemonnee opheffen.
• Als u een specifieke kaart wilt verwijderen, selecteert u de
kaart en selecteert u Wis. De kaart wordt volledig uit uw portemonnee verwijderd.
Als u deze kaart in de toekomst wilt toevoegen aan uw portemonnee, moet u de kaartinformatie opnieuw invoeren.
• Als u alle kaarten in uw portemonnee wilt verwijderen, selecteert u Portemonnee verwijderen.
Uw Garmin Pay portemonnee en alle bijbehorende kaartinformatie worden verwijderd. U kunt niet betalen met uw vívoactive toestel totdat u een nieuwe portemonnee hebt gemaakt en een kaart hebt toegevoegd.

Uw Garmin Pay pincode wijzigen

U dient uw huidige pincode te weten om deze te kunnen wijzigen. U kunt de pincode niet opvragen. Als u uw pincode vergeet, moet u uw portemonnee verwijderen, een nieuwe maken en uw kaartinformatie opnieuw invoeren.
U kunt de pincode wijzigen die vereist is voor toegang tot uw Garmin Pay portemonnee op uw vívoactive toestel.
Selecteer op de pagina van het vívoactive toestel in de
1
Garmin Connect Mobile app de optie Garmin Pay > Pincode opnieuw instellen.
Volg de instructies op het scherm.
2
De volgende keer dat u betaalt met uw vívoactive toestel, moet u de nieuwe pincode invoeren.

Muziek

OPMERKING: Dit hoofdstuk gaat over drie verschillende
muziekafspeelopties.
• Muziek van derden
• Persoonlijke audiocontent
• Muziek die op uw telefoon is opgeslagen U kunt op een vívoactive 3 Music toestel audiocontent
downloaden naar uw toestel vanaf uw computer of een externe provider, zodat u muziek kunt luisteren als u uw smartphone niet binnen handbereik hebt. Om audiocontent te beluisteren dat op uw toestel is opgeslagen, moet u een hoofdtelefoon met Bluetooth technologie aansluiten.
U kunt muziek ook bedienen via uw gekoppelde smartphone met uw toestel.

Verbinding maken met een externe provider

Voordat u muziek of andere audiobestanden van een ondersteunde externe provider kunt downloaden naar een compatibel horloge, moet u verbinding maken met de provider met de Garmin Connect Mobile app.
Selecteer op de Garmin Connect Mobile app of .
1
Selecteer Garmin toestellen en selecteer vervolgens uw
2
toestel. Selecteer Muziek.
3
Selecteer een optie:
4
• Selecteer een externe provider en volg de instructies op het scherm.
• Selecteer Muziekapps downloaden, zoek een provider en volg de instructies op het scherm.

Audiocontent van een externe provider downloaden

Voordat u audiocontent van een externe provider kunt downloaden, moet u verbonden zijn met een WiFi-netwerk (Verbinding maken met een Wi‑Fi netwerk, pagina 3).
Open de muziekbedieningswidget.
1
Selecteer > Beheer > Muziekproviders.
2
Selecteer een verbonden provider.
3
Selecteer een afspeellijst of ander item om naar het toestel te
4
downloaden. Veeg naar rechts en selecteer .
5
Wanneer u wordt gevraagd om met de service te
6
synchroniseren, selecteert u .
4 Muziek
Page 9
Sluit uw toestel aan op een externe voedingsbron.
7
Door het downloaden van audio-inhoud kan de batterij snel leegraken.
De geselecteerde afspeellijsten en andere items worden naar het toestel gedownload.

Loskoppelen van een externe provider

Selecteer op de Garmin Connect Mobile app of .
1
Selecteer Garmin toestellen en selecteer vervolgens uw
2
toestel. Selecteer Muziek.
3
Selecteer een geïnstalleerde externe provider en volg de
4
instructies op het scherm om de externe provider los te koppelen van uw toestel.

Persoonlijke audiocontent downloaden

Voordat u persoonlijke muziek naar uw toestel kunt verzenden, moet u de Garmin Express app op uw computer installeren (www.garmin.com/express).
U kunt uw persoonlijke audiobestanden, zoals .mp3- en .aac­bestanden, naar een vívoactive 3 Music toestel laden vanaf uw computer.
Sluit het toestel met de meegeleverde USB-kabel aan op uw
1
computer. Open de app Garmin Express op uw computer, selecteer uw
2
toestel en selecteer Muziek. TIP: Bij Windows® computers, kunt u selecteren en naar
de map met uw audiobestanden bladeren. Bij Apple computers, maakt de Garmin Express app gebruik van uw iTunes® bibliotheek.
Selecteer in de lijst Mijn muziek of iTunes Library, een
3
audiobestandscategorie, zoals nummers of afspeellijsten. Schakel de selectievakjes in voor de audiobestanden, en
4
selecteer Verzend naar toestel. Selecteer indien nodig in de lijst vívoactive 3 Music een
5
categorie, schakel de selectievakjes in en selecteer
Verwijder van toestel om audiobestanden te verwijderen.

Hoofdtelefoon aansluiten met Bluetooth technologie

Om muziek te luisteren die op uw vívoactive 3 Music toestel is geladen, moet u een hoofdtelefoon met Bluetooth technologie aansluiten.
Houd uw hoofdtelefoon binnen 2 m (6,6 ft.) van uw toestel.
1
Schakel de koppelingstatus in op de hoofdtelefoon.
2
Houd het aanraakscherm ingedrukt.
3
Selecteer Instellingen > Sensors en accessoires > Voeg
4
nieuw toe > Hoofdtelefoon.
Selecteer uw hoofdtelefoon om het koppelen te voltooien.
5

Luisteren naar muziek

Open de muziekbedieningswidget.
1
Sluit uw hoofdtelefoon met Bluetooth technologie aan
2
(Hoofdtelefoon aansluiten met Bluetooth technologie,
pagina 5).
Selecteer > .
3
OPMERKING: Het pictogram boven aan het scherm
verandert wanneer u een andere muziekbron selecteert. Selecteer een optie:
4
• Selecteer de naam van de provider om naar muziek van derden te luisteren.
• Als u vanaf uw computer naar naar het horloge gedownloade muziek wilt luisteren, selecteert u Mijn
muziek (Persoonlijke audiocontent downloaden,
pagina 5).
• Selecteer Beheer muziek op telefoon om vanaf uw
smartphone naar muziek te luisteren.
Selecteer de muziek die u wilt afspelen.
5
TIP: Selecteer Alle nummers afspelen om alle gedownloade
nummers af te spelen in de shuffle-modus.

Bediening voor afspelen van muziek

Beheer Selecteer om content van externe providers te beheren.
Selecteer om de muziek over te schakelen naar Bron.
Selecteer om naar de audiobestanden en afspeellijsten te bladeren voor de geselecteerde bron.
Selecteer om het volume aan te passen.
Selecteer om het huidige audiobestand af te spelen en te pauzeren.
Selecteer om naar het volgende audiobestand in de afspeel­lijst te gaan.
Houd ingedrukt om het huidige audiobestand vooruit te spoelen.
Selecteer om het huidige audiobestand opnieuw te starten. Selecteer twee keer om naar het vorige audiobestand in de
afspeellijst te gaan. Houd ingedrukt om het huidige audiobestand terug te spoelen.
Selecteer om de herhaalmodus te wijzigen.
Selecteer om de shuffle-modus te wijzigen.

Hartslagmeetfuncties

Dit vívoactive toestel heeft een polshartslagmeter en is ook compatibel met borsthartslagmeters (apart verkrijgbaar). In de hartslagwidget kunt u hartslaggegevens bekijken. Als de gegevens van zowel de polshartslag als de borsthartslag beschikbaar zijn, gebruikt uw toestel de borsthartslaggegevens.

Hartslagmeter aan de pols

Het toestel dragen

• Draag het toestel om uw pols, boven uw polsgewricht.
OPMERKING: Het toestel dient stevig vast te zitten, maar niet te strak. Voor een nauwkeurigere hartslagmeting op het vívoactive toestel, mag het tijdens het hardlopen of de training niet bewegen.
OPMERKING: De optische sensor bevindt zich aan de achterkant van het toestel.
Hartslagmeetfuncties 5
Page 10
• Raadpleeg Tips voor onregelmatige hartslaggegevens,
pagina 6 voor meer informatie over de hartslag aan de
pols.
• Ga naar garmin.com/ataccuracy voor meer informatie over nauwkeurigheid.

Tips voor onregelmatige hartslaggegevens

Als hartslaggegevens onregelmatig zijn of niet worden weergegeven, kunt u deze tips proberen.
• Zorg dat uw onderarm schoon en droog is voordat u het toestel omdoet.
• Zorg dat de huid onder het toestel niet is ingesmeerd met zonnebrandcrème, lotion of insectenwerende middelen.
• Zorg dat de hartslagsensor aan de achterkant van het toestel niet wordt bekrast.
• Draag het toestel om uw pols, boven uw polsgewricht. Het toestel dient stevig vast te zitten, maar niet te strak.
• Wacht tot het pictogram constant brandt voordat u aan uw activiteit begint.
• Voer gedurende 5 tot 10 minuten een warming-up uit en meet uw hartslag voordat u aan uw workout begint.
OPMERKING: Voer bij koud weer de warming-up binnen uit.
• Spoel het toestel na elke training af met schoon water.

De hartslagwidget gebruiken

De hartslagwidget geeft uw huidige hartslag in slagen per minuut (bpm) en een grafiek van uw hartslag weer. In de grafiek ziet u recente gegevens over uw hartslag, de hoogste en laagste gemeten hartslag, evenals gekleurde balken waarmee wordt aangegeven hoeveel tijd in elke hartslagzone is doorgebracht (Hartslagzones, pagina 6).
Veeg over de watch face om de hartslagwidget weer te
1
geven.
Tik op het aanraakscherm om de gemiddelde waarden van
2
uw hartslag in rust (HSR) van de afgelopen 7 dagen weer te geven.

Hartslag verzenden naar Garmin toestellen

U kunt uw hartslaggegevens verzenden vanaf uw vívoactive toestel en bekijken op gekoppelde Garmin toestellen. U kunt bijvoorbeeld uw hartslaggegevens verzenden naar een Edge toestel tijdens het fietsen of naar een VIRB actiecamera tijdens een activiteit.
OPMERKING: Het verzenden van hartslaggegevens verkort de levensduur van batterij.
Houd het aanraakscherm ingedrukt.
1
Selecteer Instellingen > Sensors en accessoires >
2
Hartslag.
Selecteer een optie:
3
• Selecteer Zend uit bij activiteit om hartslaggegevens te
verzenden tijdens activiteiten met tijdmeting (Een activiteit
starten, pagina 9).
• Selecteer Zend uit om nu te beginnen met het verzenden
van hartslaggegevens.
Koppel uw vívoactive toestel met uw Garmin ANT+
4
compatibele toestel.
®
®
OPMERKING: De aanwijzingen voor het koppelen verschillen voor ieder Garmin compatibel toestel. Raadpleeg uw gebruikershandleiding.

De polshartslagmeter uitschakelen

Voor het vívoactive toestel is de standaardwaarde voor de instelling Hartslag, Automatisch. Het toestel gebruikt automatisch de polshartslagmeter, tenzij u een borsthartslagmeter koppelt met het toestel.
OPMERKING: Door de polshartslagmeter uit te schakelen, schakelt u ook de functie voor de polsdetectie Garmin Pay van betalingen uit. U moet elke keer voordat u een betaling uitvoert, een wachtwoord invoeren (Garmin Pay™, pagina 3).
Houd het aanraakscherm ingedrukt.
1
Selecteer Instellingen > Sensors en accessoires >
2
Hartslag > Uit.

Hartslagzones

Vele atleten gebruiken hartslagzones om hun cardiovasculaire kracht te meten en te verbeteren en om hun fitheid te verbeteren. Een hartslagzone is een bepaald bereik aan hartslagen per minuut. De vijf algemeen geaccepteerde hartslagzones zijn genummerd van 1 tot 5 op basis van oplopende intensiteit. Over het algemeen worden hartslagzones berekend op basis van de percentages van uw maximale hartslag.

Uw hartslagzones instellen

Het toestel gebruikt uw gebruikersprofiel uit de basisinstellingen om uw standaard hartslagzones te bepalen. Het toestel heeft afzonderlijke hartslagzones voor hardlopen en fietsen. Stel uw maximale hartslag in voor de meest nauwkeurige caloriegegevens tijdens uw activiteit. U kunt ook elke hartslagzone instellen. U kunt uw zones handmatig aanpassen op het toestel of via uw Garmin Connect account.
Houd het aanraakscherm ingedrukt.
1
Selecteer Instellingen > Gebruikersprofiel >
2
Hartslagzones. Selecteer Standaard om de standaardwaarden weer te
3
geven (optioneel). De standaardwaarden kunnen worden toegepast op
hardlopen en fietsen. Selecteer Hardlopen of Fietsen.
4
Selecteer Voorkeur > Aangepast instellen.
5
Selecteer Max. HS en voer uw maximale hartslag in.
6
Selecteer een zone en voer een waarde in voor elke zone.
7

Berekeningen van hartslagzones

Zone % van
maximale hartslag
1 50–60% Ontspannen,
2 60–70% Comfortabel tempo, iets
3 70–80% Gematigd tempo,
Waargenomen inspanning
comfortabel tempo, regelmatige ademhaling
diepere ademhaling, gesprek voeren is mogelijk
gesprek voeren iets lastiger
Voordelen
Aerobische training voor beginners, verlaagt het stressni­veau
Standaardcardiovas­culaire training; korte herstelperiode
Verbeterde aerobische capaciteit, optimale cardiovasculaire training
6 Hartslagmeetfuncties
Page 11
Zone % van
maximale hartslag
4 80–90% Hoog tempo en
5 90–100% Sprinttempo, kan niet
Waargenomen inspanning
enigszins oncomfortabel; zware ademhaling
lang worden volgehouden; ademhaling zwaar
Voordelen
Verbeterde anaerobi­sche capaciteit en drempel, hogere snelheid
Anaerobisch en musculair uithoudings­vermogen; meer kracht
Over VO2 max. indicaties
VO2 max. is het maximale zuurstofvolume (in milliliter) dat u kunt verbruiken per minuut, per kilo lichaamsgewicht tijdens maximale inspanning. In eenvoudige bewoordingen: VO2 max. is een indicatie van atletische prestaties, die meegroeit met uw fitnessniveau.
Op het toestel wordt uw geschatte VO2 max. weergegeven met een getal en een beschrijving. Op uw Garmin Connect account kunt u meer gegevens over uw geschatte VO2 max. bekijken, zoals uw fitnessleeftijd. Uw fitnessleeftijd geeft een indicatie van uw fitnessniveau vergeleken met een persoon van hetzelfde geslacht en een andere leeftijd. Door te oefenen kan uw fitnessleeftijd na verloop van tijd afnemen.
Gegevens over uw VO2 max. worden geleverd door FirstBeat. De analyse van VO2 max. wordt geleverd met toestemming van The Cooper Institute®. Raadpleeg de appendix (Standaardwaarden VO2 Max., pagina 25), en ga naar
www.CooperInstitute.org voor meer informatie.
Geschat VO2 max. weergeven
Het toestel heeft gegevens nodig van uw hartslagmeter en u moet (max. 15 minuten) stevig wandelen of hardlopen met tijdmeting voordat uw toestel uw geschatte VO2 max. kan weergeven.
Houd het aanraakscherm ingedrukt.
1
Selecteer Mijn statistieken > VO2 max.
2
Als u al een stevige wandeling of hardloopsessie hebt vastgelegd, wordt mogelijk uw geschatte VO2 max. weergegeven. Het toestel geeft de datum weer waarop uw geschatte VO2 max. de laatste keer werd bijgewerkt. Het toestel werkt uw geschatte VO2 max. telkens bij wanneer u buiten een wandeling of hardloopsessie van 15 minuten of langer hebt voltooid. U kunt handmatig een VO2 max. test starten om een actuele schatting te krijgen.
Als u een VO2 max. test wilt starten, veegt u omhoog en
3
selecteert u Test nu. Volg de instructies op het scherm om uw geschatte VO2
4
max. op te halen. Als de test is voltooid, wordt een bericht weergegeven.

Activiteiten volgen

De functie voor het volgen van activiteiten houdt uw dagelijkse stappentelling, afgelegde afstand, minuten intensieve training, opgelopen trappen, verbrande calorieën en slaapstatistieken bij voor elke vastgelegde dag. Uw verbrande calorieën omvatten uw gewone stofwisseling plus door activiteiten verbrande calorieën.
Het aantal stappen dat u gedurende de dag hebt gezet, wordt weergegeven in de stappenwidget. Het aantal stappen wordt regelmatig bijgewerkt.
Ga naar garmin.com/ataccuracy voor meer informatie over activiteiten-tracking en de nauwkeurigheid van fitnessgegevens.

Automatisch doel

Uw toestel maakt automatisch een dagelijks stapdoel dat is gebaseerd op uw voorgaande activiteitenniveaus. Wanneer u tijdens de dag beweegt, toont het toestel hoe u het aantal stappen van uw stapdoel nadert À.
Als u de functie Automatisch doel niet wilt gebruiken, kunt u een persoonlijk stapdoel instellen via uw Garmin Connect account.

De bewegingswaarschuwing gebruiken

Langdurig zitten kan leiden tot ongewenste veranderingen in uw metabolisme. De bewegingswaarschuwingen sporen u aan om te blijven bewegen. Na een uur inactiviteit worden Beweeg! en de rode balk weergegeven. Vervolgens verschijnen extra segmenten in de balk na elke volgende 15 minuten inactiviteit. Het toestel trilt ook als het trilsignaal is ingeschakeld (Systeeminstellingen, pagina 18).
Maak een korte wandeling (minimaal enkele minuten) om de waarschuwing te verwijderen.

Slaap bijhouden

Het toestel detecteert automatisch uw slaap wanneer u slaapt en het houdt uw bewegingen bij gedurende uw normale slaaptijden. U kunt uw normale slaaptijden instellen in de gebruikersinstellingen van uw Garmin Connect account. Slaapstatistieken omvatten het totale aantal uren slaap, slaapniveaus en perioden van beweging tijdens de slaap. U kunt uw slaapstatistieken inzien via uw Garmin Connect account.
OPMERKING: Dutjes worden niet aan uw slaapstatistieken toegevoegd. U kunt de modus Niet storen gebruiken om de meldingen en waarschuwingen uit te schakelen; alarmen worden hierdoor niet uitgeschakeld (De modus Niet storen
gebruiken, pagina 3).

Minuten intensieve training

Om uw gezondheid te verbeteren, adviseren organisaties als de U.S. Centers for Disease Control and Prevention, de American Heart Association® en de World Health Organization, ten minste 150 minuten activiteit per week met gemiddelde inspanning, zoals wandelen met verende tred, of 75 minuten activiteit per week met intensieve inspanning, zoals hardlopen.
Het toestel registreert de intensiviteit van uw activiteit en de tijd die u besteedt aan activiteiten van gemiddelde tot hoge intensiviteit (hartslaggegevens zijn vereist om hoge intensiviteit te kwantificeren). Om het aantal minuten dat u per week wilt besteden aan een intensieve activiteit te behalen, moet u deelnemen aan ten minste 10 opeenvolgende activiteiten van gemiddelde tot hoge intensiviteit. Het toestel telt het aantal minuten gemiddelde intensiviteit op bij het aantal minuten hoge intensiviteit. Na optelling is het totale aantal minuten hoge intensiviteit verdubbeld.

Minuten intensieve training opbouwen

Uw vívoactive toestel berekent het aantal minuten intensieve training door uw hartslaggegevens te vergelijken met uw gemiddelde hartslag in rust. Als de hartslag is uitgeschakeld, berekent het toestel het aantal minuten gemiddelde inspanning door het aantal stappen per minuut te analyseren.
Activiteiten volgen 7
Page 12
• Begin een activiteit met tijdmeting voor de meest nauwkeurige berekening van het aantal minuten intensieve training.
• Sport minimaal 10 minuten bij een gemiddeld of inspannend intensiteitsniveau.
• Draag uw toestel dag en nacht om uw hartslag in rust zo nauwkeurig mogelijk te meten.
Garmin Move IQ
Als u in een regelmatig patroon beweegt, detecteert de functie Move IQ de activiteit automatisch en wordt deze in uw tijdlijn weergegeven. De Move IQ activiteiten geven het type activiteit en de duur weer, maar deze worden niet weergegeven in uw activiteitenlijst of nieuwsfeed.
De Move IQ functie kan een wandel- of hardloopactiviteit met tijdmeting automatisch starten met behulp van tijdsgrenzen die u instelt in de Garmin Connect Mobile app. Deze activiteiten worden toegevoegd aan uw activiteitenlijst.

Instellingen voor activiteiten volgen

Houd uw vinger op het aanraakscherm en selecteer Instellingen > Activiteiten tracken.
Status: Hiermee worden de functies voor het volgen van
activiteiten uitgeschakeld.
Bewegings- melding: Geeft een bericht en de bewegingsbalk
weer op de digitale watch face en het stappenscherm. Het toestel trilt ook om u te waarschuwen.
Doelwaarschuwingen: Hiermee kunt u doelwaarschuwingen
aan- en uitzetten of ze alleen uitzetten tijdens activiteiten. Doelwaarschuwingen worden weergegeven voor uw dagelijkse stappendoel, het doel voor het dagelijkse aantal opgelopen trappen en het doel voor het wekelijkse aantal minuten intensieve training.
Min. intens. training: Hiermee kunt u een hartslagzone
instellen voor gemiddelde minuten intensieve training en een hogere hartslagzone voor stevige minuten intensieve training. U kunt ook het standaardalgoritme gebruiken.
Move IQ: Hiermee kunt u Move IQ gebeurtenissen in- en
uitschakelen.

Activiteiten volgen uitschakelen

Als u het volgen van activiteiten uitschakelt, worden het aantal stappen, het aantal opgelopen trappen, het aantal minuten intensieve training, uw slaaptijd en Move IQ gebeurtenissen niet vastgelegd.
Houd het aanraakscherm ingedrukt.
1
Selecteer Instellingen > Activiteiten tracken > Status >
2
Uit.

Widgets

Uw toestel wordt geleverd met vooraf geïnstalleerde widgets die u direct informatie geven. Voor sommige widgets is een Bluetooth verbinding met een compatibele smartphone vereist.
Sommige widgets zijn standaard niet zichtbaar. U kunt deze handmatig toevoegen aan de widgetlijst.
Agenda: Geeft de in uw smartphone agenda geplande
afspraken weer.
Calorieën: Geeft uw caloriegegevens weer voor de huidige dag. Verdiepingen omhoog: Volgt het aantal verdiepingen dat u
hebt geklommen en uw vorderingen bij het bereiken van uw doel.
Golf: Geeft uw golfgegevens weer voor uw laatste ronde. Hartslag: Toont uw huidige hartslag in slagen per minuut (bpm)
en een grafiek van uw hartslag.
Minuten intensieve training: Houdt de tijd bij die u besteedt
aan activiteiten bij gemiddelde tot intensieve inspanning, het aantal minuten dat u wekelijks wilt besteden aan intensieve activiteiten en uw vorderingen om dat doel te halen.
Laatste sport: Toont een kort overzicht van uw laatst
vastgelegde sport.
Muziekbediening: Hiermee kunt u de muziekspeler op uw
smartphone of toestel bedienen.
Mijn dag: Geeft een dynamisch overzicht van uw activiteiten
van vandaag. Hierin staan uw getimede activiteiten, minuten intensieve training, opgelopen trappen, stappentelling, verbrande calorieën en meer.
Meldingen: Waarschuwt u bij inkomende oproepen, sms-
berichten, updates van sociale netwerken en meer volgens de meldingsinstellingen op uw smartphone.
Stappen: Houdt uw dagelijkse aantal stappen, het stappendoel
en de gegevens van de afgelopen dagen bij.
Stress: Geeft uw huidige stressniveau en een grafiek van uw
stressniveau weer. U kunt een ademhalingsactiviteit doen om u te helpen ontspannen.
VIRB bedieningselementen: Hiermee kunt u de camera
bedienen als u een VIRB toestel hebt gekoppeld met uw vívoactive toestel.
Weer: Geeft de huidige temperatuur en weersverwachting weer.

Widgets weergeven

Veeg omlaag of omhoog op de watch face.

De widgetlijst aanpassen

Houd het aanraakscherm ingedrukt.
1
Selecteer Instellingen > Widgets.
2
Selecteer een optie:
3
• Selecteer een item om dit te tonen of te verbergen in de lijst met apps of om deze lijst opnieuw te rangschikken.
• Selecteer Voeg toe om een item toe te voegen aan de widgetlijst.

Over Mijn dag

De widget Mijn dag bevat een dagelijks snapshot van uw activiteiten. Deze dynamische samenvatting wordt gedurende de dag bijgewerkt. Zodra u een trap oploopt of een activiteit vastlegt, wordt dat weergegeven in de widget. De gegevens bevatten uw vastgelegde activiteiten, het aantal minuten intensieve training in de week, het aantal beklommen trappen, de stappentelling, het aantal verbrande calorieën en meer. U kunt in het aanraakscherm tikken op een optie om de nauwkeurigheid te verbeteren of meer gegevens weer te geven.

De weerwidget bekijken

Veeg over de watch face om de weerwidget weer te geven.
1
Tik op het aanraakscherm om weergegevens per uur en dag
2
te bekijken. Blader omlaag om weergegevens per dag te bekijken.
3
8 Widgets
Page 13

Hartslagvariaties en stressniveau

Het toestel analyseert uw hartslagvariaties terwijl u inactief bent om uw algehele stressniveau te bepalen. Training, fysieke activiteit, slaap, voeding en algemene stress beïnvloeden allemaal uw stressniveau. Het stressniveau wordt aangegeven op een schaal van 0 tot 100, waarbij 0 tot 25 een rusttoestand, 26 tot 50 een laag stressniveau, 51 tot 75 een gemiddeld stressniveau en 76 tot 100 een hoog stressniveau aangeeft. Als u uw stressniveau kent, kunt u stressvolle momenten op een dag beter identificeren. Voor optimale resultaten kunt u het toestel het beste ook 's nachts dragen.
U kunt uw toestel synchroniseren met uw Garmin Connect account om uw stressniveau gedurende de dag, langetermijntrends en meer details te bekijken.

De stressniveauwidget gebruiken

De stressniveauwidget geeft uw huidige stressniveau weer en een grafiek van uw stressniveau gedurende de laatste paar uur. De widget kan u ook begeleiden bij een ademhalingsactiviteit om u te helpen ontspannen.
Veeg terwijl u zit of inactief bent om de stressniveauwidget te
1
bekijken. TIP: Als u te actief bent, kan het horloge uw stressniveau niet
bepalen en wordt er een bericht weergegeven in plaats van een nummer voor het stressniveau. Na enkele minuten inactiviteit kunt u uw stressniveau opnieuw controleren.
Tik op het aanraakscherm om een grafiek te bekijken van uw
2
stressniveau van de laatste paar uur. Met blauwe balken worden rustperioden weergegeven. Met
gele balken worden stressperioden weergegeven. Met grijze balken worden tijden weergegeven waarop u te actief was om uw stressniveau te bepalen.
U kunt een ademhalingsactiviteit starten door omhoog te
3
vegen, Ja te selecteren en de duur van de ademhalingsactiviteit in minuten in te voeren.

VIRB afstandsbediening

Met de VIRB afstandsbediening kunt u uw VIRB actiecamera op afstand bedienen met uw toestel. Ga naar www.garmin.com
/VIRB om een VIRB actiecamera te kopen.

Een VIRB actiecamera bedienen

Voordat u de VIRB afstandsbediening kunt gebruiken, moet u de instelling voor de afstandsbediening op uw VIRB camera inschakelen. Raadpleeg de VIRB serie gebruikershandleiding voor meer informatie. U moet ook instellen dat de VIRB widget wordt weergegeven in de widgetlijst (De widgetlijst aanpassen,
pagina 8).
Schakel uw VIRB camera in.
1
Veeg over uw vívoactive toestel om de VIRB widget weer te
2
geven. Wacht totdat het toestel verbinding maakt met uw VIRB
3
camera. Selecteer een optie:
4
• Tik op het aanraakscherm om video op te nemen. De opnametijd wordt weergegeven op het vívoactive
scherm.
• Tik op het aanraakscherm om te stoppen met het opnemen van video.
• Veeg naar rechts en tik op het aanraakscherm om een foto te nemen.

Apps en activiteiten

Uw toestel wordt geleverd met een aantal vooraf geïnstalleerde apps en activiteiten.
Apps: Apps bieden interactieve functies voor uw toestel, zoals
navigeren naar opgeslagen locaties.
Activiteiten: Uw toestel wordt geleverd met een aantal vooraf
geïnstalleerde apps voor binnen- en buitenactiviteiten, zoals hardlopen, fietsen, krachttraining, golfen en meer. Als u een activiteit start, worden sensorgegevens door uw toestel weergegeven en geregistreerd. Deze gegevens kunt u opslaan en delen met de Garmin Connect community.
Ga naar garmin.com/ataccuracy voor meer informatie over activiteiten-tracking en de nauwkeurigheid van fitnessgegevens.
Connect IQ apps: U kunt functies aan uw horloge toevoegen
door apps uit de Connect IQ Mobile app (Connect IQ
functies, pagina 3) te installeren.

Een activiteit starten

Als u een activiteit start, wordt GPS automatisch ingeschakeld (indien vereist).
Druk op de knop.
1
Selecteer het selectievakje naast elke activiteit om de
2
activiteit aan uw favorieten toe te voegen als dit de eerste keer is dat u een activiteit hebt gestart en selecteer OK.
Selecteer een optie:
3
• Selecteer een activiteit uit uw lijst met favorieten.
• Selecteer en selecteer een activiteit uit de lange activiteitenlijst.
Ga naar buiten naar een plek met vrij zicht op de lucht tijdens
4
activiteiten waarvoor u een GPS-signaal nodig hebt. TIP: Als verschijnt op een grijze achtergrond, zijn er voor
de activiteit geen GPS-signalen nodig. Wacht tot Klaar op het scherm wordt weergegeven.
5
Het toestel is klaar als het uw hartslag weergeeft, GPS­signalen ontvangt (indien nodig) en verbinding maakt met uw draadloze sensors (indien nodig).
Druk op de knop om de timer te starten.
6
Het toestel legt alleen activiteitgegevens vast als de activiteitentimer loopt.

Tips voor het vastleggen van activiteiten

• Laad het toestel op voordat u aan de activiteit begint (Het
toestel opladen, pagina 21).
• Veeg omhoog of omlaag om meer gegevensschermen te bekijken.

Een activiteit stoppen

Druk op de knop.
1
Selecteer OK.
2
Selecteer een optie:
3
• Selecteer om de activiteit op te slaan.
• Selecteer om de activiteit niet op te slaan.

Een aangepaste activiteit toevoegen

U kunt een aangepaste activiteit maken en deze toevoegen aan de activiteitenlijst.
Druk op de knop.
1
Selecteer > > Maken.
2
Selecteer een activiteittype.
3
Bewerk, indien nodig, de instellingen van de activiteiten-app
4
(Instellingen van activiteiten en apps, pagina 17). Selecteer OK als u klaar bent.
5
Selecteer een optie:
6
• Als u de activiteit wilt toevoegen aan uw lijst met
favorieten, selecteert u .
Apps en activiteiten 9
Page 14
• Als u de activiteit wilt toevoegen aan de uitgebreide lijst, selecteert u .

Een favoriete activiteit toevoegen of verwijderen

De lijst met uw favoriete activiteiten wordt weergegeven wanneer u op de watch face op de knop drukt. Hiermee kunt u snel naar de activiteiten gaan die u het meest gebruikt. Wanneer u voor het eerst op de knop drukt om een activiteit te starten, wordt u gevraagd om uw favoriete activiteiten te selecteren. U kunt op elk gewenst moment favoriete activiteiten toevoegen of verwijderen.
Houd het aanraakscherm ingedrukt.
1
Selecteer Instellingen > Activiteiten en apps.
2
Uw favoriete activiteiten staan boven in de lijst en hebben een witte achtergrond. Andere activiteiten verschijnen in de uitgebreide lijst met een zwarte achtergrond.
Selecteer een optie:
3
• Als u een favoriete activiteit wilt toevoegen, selecteert u de activiteit en selecteert u Voeg favoriet toe.
• Als u een favoriete activiteit wilt verwijderen, selecteert u de activiteit en selecteert u Wis favoriet.

Binnenactiviteiten

Het vívoactive toestel kan worden gebruikt voor training binnenshuis, zoals hardlopen op een binnenbaan of fietsen op een hometrainer. Bij binnenactiviteiten wordt GPS uitgeschakeld.
Als hardlopen of wandelen met GPS is uitgeschakeld, worden snelheid, afstand en cadans berekend met behulp van de versnellingsmeter in het toestel. De versnellingsmeter voert automatisch een kalibratie uit. De nauwkeurigheid van de snelheid-, afstand- en cadansgegevens verbetert na een aantal hardloopsessies of wandelingen in de buitenlucht met behulp van GPS.
TIP: Als u de handrails van de loopband vasthoudt, gaat de nauwkeurigheid omlaag. U kunt gebruikmaken van een optionele voetsensor om uw tempo, afstand en cadans vast te leggen.
Als u met uitgeschakelde GPS fietst, zijn er geen snelheids- en afstandsgegevens beschikbaar, tenzij u over een optionele sensor beschikt die deze gegevens naar het toestel verzendt (zoals een snelheids- of cadanssensor).

Een krachttraining vastleggen

U kunt tijdens een krachttraining sets vastleggen. Een set bestaat uit meerdere herhalingen van een enkele beweging.
Druk op de knop.
1
Selecteer Kracht.
2
Druk op de knop om de timer te starten.
3
Start uw eerste set.
4
Het toestel telt uw herhalingen. Het aantal herhalingen wordt weergegeven als u ten minste 6 herhalingen hebt voltooid.
TIP: Het toestel kan alleen herhalingen van een enkele beweging voor elke set tellen. Wanneer u andere bewegingen wilt doen, moet u eerst de set voltooien en vervolgens een nieuwe starten.
Dubbelklik op het aanraakscherm om de set te voltooien.
5
Op het horloge wordt het totale aantal herhalingen voor de set weergegeven. Na enkele seconden wordt de rusttimer weergegeven.
Houd zo nodig het aanraakscherm, selecteer Wijzig laatste
6
set, en bewerk het aantal herhalingen.
Wanneer u klaar bent met rusten, dubbeltikt u op het
7
aanraakscherm om uw volgende set te starten.
Herhaal dit voor elke krachttrainingsset totdat uw activiteit is
8
voltooid. Na de laatste set, drukt u op de de knop om de timer te
9
stoppen. Selecteer OK > om de activiteit te voltooien en op te slaan.
10

De loopbandafstand kalibreren

Als u nauwkeurigere afstanden voor het hardlopen op de loopband wilt vastleggen, kalibreert u de loopbandafstand nadat u minimaal 1,5 km (1 mijl) op de loopband hebt gelopen. Als u verschillende loopbanden gebruikt, kunt u de loopbandafstand handmatig kalibreren op elke loopband of na elke hardloopsessie.
Start een loopbandactiviteit (Een activiteit starten, pagina 9)
1
en ren minimaal 1,5 km (1 mijl) op de loopband. Druk op de knop nadat u uw hardloopsessie hebt voltooid en
2
selecteer OK. Selecteer een optie:
3
• Als u de loopbandafstand voor de eerste keer wilt kalibreren, selecteert u .
U wordt gevraagd de kalibratie van de loopband te voltooien.
• Als u de loopbandafstand na de eerste kalibratie handmatig wilt kalibreren, selecteert u > Kalibreer.
Bekijk de gelopen afstand op het scherm van de loopband en
4
voer de afstand in op uw toestel.

Buitenactiviteiten

De vívoactive wordt geleverd met een aantal vooraf geladen apps voor buitenactiviteiten, zoals hardlopen en fietsen. Bij buitenactiviteiten wordt GPS ingeschakeld. U kunt apps toevoegen voor standaardactiviteiten, zoals cardio of roeien.

Hardlopen

Voordat u een draadloze sensor kunt gebruiken voor uw hardloopsessie, moet u de sensor met uw toestel koppelen (De
draadloze sensors koppelen, pagina 20).
Bevestig uw draadloze sensors, zoals een voetsensor of
1
hartslagmeter (optioneel). Druk op de knop.
2
Selecteer Hardlopen.
3
Als u optionele draadloze sensors gebruikt, wacht u totdat
4
het toestel verbinding heeft gemaakt met de sensors. Ga naar buiten en wacht tot het toestel satellieten heeft
5
gevonden. Druk op de knop om de timer te starten.
6
Het toestel registreert alleen activiteitgegevens als de activiteitentimer actief is.
Start de activiteit.
7
Veeg omhoog of omlaag om door gegevensschermen te
8
bladeren. Druk na het afronden van uw activiteit op de knop en
9
selecteer om de activiteit op te slaan.

Een rit maken

Voordat u een draadloze sensor kunt gebruiken voor uw rit, moet u de sensor met uw toestel koppelen (De draadloze
sensors koppelen, pagina 20).
Koppel uw draadloze sensors, zoals een hartslagmeter,
1
snelheidsensor of cadanssensor (optioneel). Druk op de knop.
2
Selecteer Fietsen.
3
Als u optionele draadloze sensors gebruikt, wacht u totdat
4
het toestel verbinding heeft gemaakt met de sensors.
10 Apps en activiteiten
Page 15
Ga naar buiten en wacht tot het toestel satellieten heeft
5
gevonden. Druk op de knop om de timer te starten.
6
Het toestel registreert alleen activiteitgegevens als de activiteitentimer actief is.
Start de activiteit.
7
Veeg omhoog of omlaag om door gegevensschermen te
8
bladeren. Druk na het afronden van uw activiteit op de knop en
9
selecteer om de activiteit op te slaan.

Uw afdalingen weergeven

Uw toestel legt de gegevens over elke afdaling tijdens het skiën of snowboarden vast met de functie Automatische afdaling. Deze functie wordt standaard ingeschakeld voor afdalingen tijdens het skiën en snowboarden. De nieuwe afdalingen worden automatisch geregistreerd op basis van uw bewegingen. De timer wordt gepauzeerd wanneer u niet meer afdaalt en wanneer u in de skilift staat. De timer blijft in de pauzestand staan zolang u in de skilift bent. U kunt de afdaling vervolgen om de timer weer te starten. U kunt de gegevens over de afdaling bekijken op het pauzescherm of terwijl de timer loopt.
Start een ski- of snowboardactiviteit.
1
Houd het aanraakscherm ingedrukt.
2
Selecteer Bekijk afdalingen.
3
Selecteer en om details over uw laatste afdaling, over uw
4
huidige afdaling of over al uw afdalingen te bekijken. Op de schermen worden de tijd, afgelegde afstand,
maximumsnelheid, gemiddelde snelheid en totale daling weergegeven.

Zwemmen in het zwembad

OPMERKING: Hartslagmeting is niet beschikbaar tijdens het
zwemmen.
Druk op de knop.
1
Selecteer Zwembad.
2
Selecteer de grootte van uw bad of voer een aangepaste
3
grootte in. Druk op de knop om de timer te starten.
4
Het toestel legt alleen activiteitgegevens vast als de activiteitentimer loopt.
Start de activiteit.
5
Het toestel legt automatisch de zwemintervallen en de banen vast.
Druk op de de knop als u rust.
6
Het scherm verandert van kleur en het rustscherm wordt weergegeven.
Druk op de knop om de intervaltimer opnieuw te starten.
7
Houd de knop ingedrukt om de activiteitentimer te stoppen
8
nadat u uw activiteit hebt voltooid en houd de knop weer ingedrukt om de activiteit op te slaan.

Grootte van bad instellen

Druk op de knop.
1
Selecteer Zwembad > Grootte van bad.
2
Selecteer de grootte van uw bad of voer een aangepaste
3
grootte in.

Zwemtermen

Baan: Eén keer de lengte van het zwembad. Interval: Een of meer opeenvolgende banen. Een nieuwe
interval begint na een rustperiode.
Slaglengte: Elke keer dat uw arm waaraan het toestel is
bevestigd een volledige cyclus voltooid, wordt er een slag geteld.
Swolf: Uw swolfscore is de som van de tijd voor één baanlengte
plus het aantal slagen voor die baan. Bijvoorbeeld 30 seconden plus 15 slagen levert een swolfscore van 45 op. Swolf is een meeteenheid voor zwemefficiency en, net als bij golf, een lage score is beter dan een hoge.

Golfen

Golfbanen downloaden

Voordat u een baan voor de eerste keer speelt, moet u deze downloaden via de Garmin Connect Mobile app.
Selecteer vanuit de Garmin Connect Mobile app de optie
1
Download golfbanen > .
Selecteer een golfbaan.
2
Selecteer Download.
3
Als de baan is gedownload, wordt deze weergegeven in de lijst met banen op uw vívoactive toestel.

Golfen

Voordat u een baan voor de eerste keer speelt, moet u deze downloaden via uw smartphone (Golfbanen downloaden,
pagina 11). Gedownloade banen worden automatisch
bijgewerkt. Voordat u gaat golfen, moet u ervoor zorgen dat het toestel is opgeladen (Het toestel opladen, pagina 21).
Druk op de knop.
1
Selecteer Golfen.
2
Wacht terwijl het toestel satellieten zoekt.
3
Selecteer een baan in de lijst met beschikbare golfbanen.
4
Veeg omhoog of omlaag om door de holes te bladeren.
5
Het toestel schakelt automatisch over naar de volgende hole wanneer u daar naartoe gaat.

Hole-informatie

Het toestel berekent de afstand tot de voor- en achterzijde van de green en tot de geselecteerde pinlocatie (De pinlocatie
wijzigen, pagina 11).
Nummer van huidige hole
À
Afstand tot het einde van de green
Á
Afstand tot de geselecteerde pinlocatie
Â
Afstand tot het begin van de green
Ã
Par voor de hole
Ä
Kaart van de green
Å
De pinlocatie wijzigen
Tijdens een game kunt u de green in meer detail bekijken en de pinlocatie verplaatsen.
Selecteer de kaart.
1
U ziet dan een grotere weergave van de green. Veeg omhoog of omlaag om door de pinlocaties te bladeren.
2
verwijst naar de geselecteerde pinlocatie.
Druk op de knop om de pinlocatie te accepteren.
3
Apps en activiteiten 11
Page 16
De afstanden op het hole-informatiescherm worden
bijgewerkt met de nieuwe pinlocatie. De pinlocatie wordt alleen opgeslagen voor de huidige ronde.
De richting naar de pinlocatie bekijken
De functie PinPointer is een kompas dat de richting aangeeft wanneer u de green niet kunt zien. Met deze functie kunt u de richting van een shot plannen, zelfs als u tussen bomen of struiken of in een diepe zandbunker staat.
OPMERKING: Gebruik de functie PinPointer niet terwijl u in een golfkar zit. Interferentie van de golfkar kan de nauwkeurigheid van het kompas beïnvloeden.
Druk op de knop.
1
Selecteer .
2
De pijl wijst naar de pinlocatie.

Layup- en dogleg-afstanden weergeven

U kunt een lijst met layup- en dogleg-afstanden weergeven voor par 4 en 5 holes.
Druk op de knop.
1
Selecteer .
2
OPMERKING: Afstanden en locaties worden uit de lijst
verwijderd wanneer u deze passeert.

Hindernissen weergeven

U kunt de afstanden tot hindernissen op de fairway weergeven voor par 4 en 5 holes. Hindernissen die slagselectie beïnvloeden worden los of in groepen weergeven zodat u de afstand voor layup of carry gemakkelijker kunt bepalen.
Druk in het hole-weergavescherm op de knop en selecteer
1
.
• De afstanden tot het begin À en het einde Á van de dichtstbijzijnde hindernis worden op het scherm weergegeven.
• Het type hindernis  wordt boven aan het scherm vermeld.
• De green wordt als een halve cirkel à boven aan het scherm weergegeven. De lijn onder de green geeft het midden van de fairway aan.
• De locaties van hindernissen Ä ten opzichte van de fairway worden weergegeven onder de green.
Veeg om andere hindernissen voor de huidige hole weer te
2
geven.

Een shot meten met de AutoShot functie

Uw vívoactive toestel beschikt over een functie voor het automatisch detecteren en vastleggen van slagen. Telkens wanneer u tegen de bal slaat op de fairway, legt het toestel uw slagafstand vast, zodat u deze later kunt bekijken (Uw
shotgeschiedenis weergeven, pagina 13).
TIP: Het automatisch detecteren van slagen werkt het best als u de bal goed raakt. Putts worden niet gedetecteerd.
Start een ronde.
1
Als het toestel een shot detecteert, verschijnt uw slagafstand in de banner À bovenaan in het scherm.
TIP: U kunt op de banner tikken om deze 10 seconden lang te verbergen.
Loop of rijd rechtstreeks naar de bal.
2
Sla de bal opnieuw.
3
Het toestel registreert de afstand van uw laatste shot.

Score bijhouden

Druk tijdens het golfen opde knop.
1
Selecteer .
2
Houd zo nodig uw vinger op het aanraakscherm om de
3
score-instellingen te configureren of de par voor de hole te wijzigen.
Veeg omhoog of omlaag om van hole te wisselen.
4
Tik in het midden van het scherm.
5
Selecteer of om de score in te stellen.
6
De scoringsmethode instellen
U kunt de methode wijzigen die het toestel gebruikt om de score bij te houden.
Houd vanuit de scorekaart uw vinger het aanraakscherm.
1
Selecteer Golfinstellingen > Score > Scoremethode.
2
Selecteer een scoringsmethode.
3
Stableford-scoring
Wanneer u de Stableford-scoringsmethode selecteert (De
scoringsmethode instellen, pagina 12), worden punten
toegekend op basis van het aantal slagen ten opzichte van par. Aan het einde van een ronde wint de hoogste score. Het toestel kent punten toe zoals gespecificeerd door de United States Golf Association.
De scorekaart voor een game met Stableford-score toont punten in plaats van slagen.
Punten Gespeelde slagen ten opzichte van par
0 2 of meer boven
1 1 boven
2 Par
3 1 onder
4 2 onder
5 3 onder
Golfstatistieken bijhouden
Als u Statistieken bijhouden op uw toestel inschakelt, kunt u de statistieken voor de huidige ronde bekijken (Uw rondeoverzicht
bekijken, pagina 13). U kunt rondes vergelijken en uw
verbeteringen bijhouden met de Garmin Golf™ app.
Houd vanuit de scorekaart uw vinger het aanraakscherm.
1
Selecteer Golfinstellingen > Score > Statistieken.
2
Golfstatistieken vastleggen
Voordat u statistieken kunt vastleggen, moet u het bijhouden van statistieken inschakelen (Golfstatistieken bijhouden,
pagina 12).
Tik in de scorekaart op het midden van het scherm.
1
Stel het aantal gespeelde slagen in en selecteer Volgende.
2
Stel het aantal gespeelde putts in en selecteer OK.
3
12 Apps en activiteiten
Page 17
Selecteer een optie:
4
• Als uw bal de fairway raakt, selecteert u .
• Als uw bal de fairway mist, selecteert u of .

Uw shotgeschiedenis weergeven

Druk na het spelen van een hole op de knop.
1
Selecteer om informatie over uw laatste shot weer te
2
geven. Selecteer om informatie over elk shot voor een hole weer
3
te geven.

Uw rondeoverzicht bekijken

Tijdens een ronde kunt u uw score, statistieken en aantal stappen bekijken.
Druk op de knop.
1
Selecteer .
2

Een ronde beëindigen

Druk op de knop.
1
Selecteer Einde.
2
Selecteer een optie:
3
• Tik op uw score om uw statistieken en ronde-informatie te bekijken.
• Selecteer Sla op om de ronde op te slaan en terug te keren naar de horlogemodus.
• Selecteer Wijzig score om uw scorekaart te bewerken.
• Selecteer Gooi weg om de ronde te verwijderen en terug te keren naar de horlogemodus.
• Selecteer Pauze om de ronde te pauzeren en later te hervatten.

Golfinstellingen

Houd uw vinger vanuit de watch face het aanraakscherm en selecteer Instellingen > Activiteiten en apps > Golfen >
Golfinstellingen. Score: Hiermee kunt u de scoreopties instellen (Score-
instellingen, pagina 13).
Driver-afstand: Hiermee stelt u de gemiddelde afstand in die de
bal aflegt tijdens uw drive.
Grote cijfers: Hiermee wijzigt u de grootte van de getallen in de
hole-weergave.
Score-instellingen
Houd uw vinger vanuit de watch face het aanraakscherm en selecteer Instellingen > Activiteiten en apps > Golfen >
Golfinstellingen > Score. Status: Hiermee wordt uw score wel of niet automatisch
bijgehouden als u een ronde start. De optie Vraag altijd vraagt u of de score moet worden bijgehouden als u een ronde start.
Statistieken: Hiermee kunt u tijdens het golfen statistieken
bijhouden, zoals aantal putts, greens in regulation en fairways hit.
2 spelers: Hiermee wordt de score van twee spelers
bijgehouden op de scorekaart. OPMERKING: Deze instelling is alleen beschikbaar tijdens
een ronde. U dient deze instelling bij elke ronde opnieuw in te schakelen.
Scoremethode: Hiermee wijzigt u de methode die het toestel
gebruikt om de score bij te houden.
Handicapscore: Hiermee stelt u de handicap van een speler in.

Garmin Golf app

Met de Garmin Golf app kunnen golfers elkaar uitdagen op verschillende banen. Iedereen kan elke week meedoen in de klassementen van meer dan 41.000 banen. U kunt een toernooi
maken en spelers uitnodigen om mee te doen. U kunt scorekaarten vanaf uw compatibele Garmin toestel uploaden om gedetailleerde statistische gegevens en slaganalysen weer te geven.
De Garmin Golf app synchroniseert uw gegevens met uw Garmin Connect account. U kunt de Garmin Golf app ook uit de App Store naar uw smartphone downloaden.

Training

Uw gebruikersprofiel instellen

U kunt uw instellingen bijwerken, zoals geslacht, geboortejaar, lengte, gewicht, pols en hartslagzones (Uw hartslagzones
instellen, pagina 6). Het toestel gebruikt deze informatie om
nauwkeurige trainingsgegevens te berekenen.
Houd het aanraakscherm ingedrukt.
1
Selecteer Instellingen > Gebruikersprofiel.
2
Selecteer een optie.
3

Fitnessdoelstellingen

Als u uw hartslagzones kent, kunt u uw conditie meten en verbeteren door de onderstaande principes te begrijpen en toe te passen.
• Uw hartslag is een goede maatstaf voor de intensiteit van uw training.
• Training in bepaalde hartslagzones kan u helpen uw cardiovasculaire capaciteit en kracht te verbeteren.
Als u uw maximale hartslag kent, kunt u de tabel (Berekeningen
van hartslagzones, pagina 6) gebruiken om de beste
hartslagzone te bepalen voor uw fitheidsdoeleinden. Als u uw maximale hartslag niet kent, gebruik dan een van de
rekenmachines die beschikbaar zijn op internet. Bij sommige sportscholen en gezondheidscentra kunt u een test doen om de maximale hartslag te meten. De standaard maximale hartslag is 220 min uw leeftijd.

Workouts

Uw toestel kan u door workouts met meerdere stappen leiden, waaronder doelen voor elke workout-stap, zoals afstand, tijd, herhalingen en andere metrische gegevens. Uw toestel bevat diverse vooraf geladen workouts voor meerdere activiteiten, waaronder krachttraining, cardio, hardlopen en fietsen. U kunt meer workouts en trainingsplannen maken en vinden met Garmin Connect, en u kunt deze overdragen naar uw toestel.
U kunt een trainingsplan maken met de agenda in Garmin Connect en de geplande workouts naar uw toestel verzenden.

Een workout volgen

Uw toestel kan u door de diverse stappen van een workout leiden.
Druk op de knop.
1
Selecteer een activiteit.
2
Selecteer Workouts.
3
OPMERKING: Deze optie wordt alleen weergegeven
wanneer u voor de geselecteerde activiteit workouts op uw toestel hebt geladen.
Selecteer een workout.
4
Selecteer Start workout.
5
Druk op de knop om de timer te starten.
6
Op het toestel worden kort de doelen voor de eerste stap van uw workout weergegeven.
Nadat u de workoutstap hebt voltooid, dubbeltikt u op het
7
aanraakscherm om de volgende stap te starten.
Training 13
Page 18
Er wordt een overzicht van de workout-stap weergegeven. Na enkele seconden worden de rusttimer en de doelen voor de volgende stap weergegeven.
Tijdens het rusten kunt u omlaag vegen om notities en
8
aanvullende informatie over de volgende workout-stap te bekijken (optioneel).
Dubbeltik op het aanraakscherm om de volgende stap te
9
starten. Herhaal stap 6 tot en met 9 tot u alle stappen van de workout
10
hebt voltooid. TIP: Als u de workout vroegtijdig wilt stoppen, kunt u op de
knop drukken om de activiteitentimer te stoppen. Selecteer indien nodig om de cooldownstap te
11
beëindigen. Druk na het afronden van uw activiteit op de knop en
12
selecteer om de activiteit op te slaan.

Garmin Connect trainingsplannen gebruiken

Voordat u een trainingsplan kunt downloaden en gebruiken vanaf Garmin Connect, moet u over een Garmin Connect account beschikken (Garmin Connect, pagina 15), en moet u het vívoactive toestel met een compatibele smartphone koppelen.
Selecteer vanuit de Garmin Connect Mobile app, Training >
1
Trainingsplannen > Zoek een plan.
Selecteer en plan een trainingsplan.
2
Selecteer en volg de instructies op het scherm.
3
Bekijk het trainingsplan in uw agenda.
4
Workout van vandaag starten
Nadat u een trainingsplan naar uw toestel hebt verzonden, wordt de GarminCoach widget bij uw widgets weergegeven.
Veeg vanaf de wijzerplaat om de Garmin Coach widget weer
1
te geven. Als een workout voor deze activiteit gepland is voor vandaag,
wordt op het toestel de naam van de workout weergegeven en wordt u gevraagd deze workout te starten.
Selecteer een workout.
2
Selecteer Bekijk om de stappen van de workout weer te
3
geven, en veeg naar rechts wanneer u klaar bent met het bekijken van de stappen (optioneel).
Selecteer Start workout.
4
Volg de instructies op het scherm.
5
Geplande workouts weergeven
U kunt workouts bekijken die zijn gepland in uw trainingsagenda en een workout starten.
Druk op de knop.
1
Selecteer een activiteit.
2
Selecteer Workouts > Trainingsagenda.
3
Uw geplande workouts worden weergegeven, gesorteerd op datum.
Selecteer een workout.
4
Selecteer een optie:
5
• Als u de stappen voor de workout wilt weergeven,
selecteert u Bekijk.
• Als u de workout wilt starten, selecteert u Start workout.

Aangepaste trainingsplannen

Uw Garmin Connect account bevat een aangepast trainingsplan en Garmin coach die bij uw trainingsdoelen passen. U kunt bijvoorbeeld een paar vragen beantwoorden en een plan vinden om u te helpen een 5 km race te voltooien. Het plan past zich aan uw huidige fitnessniveau, coachings- en planningsvoorkeuren en de racedatum aan. Wanneer u een plan
start, wordt de Garmin Coach widget aan de op uw vívoactive toestel weergegeven widgets toegevoegd.

Persoonlijke records

Bij het voltooien van een activiteit worden op het toestel eventuele nieuwe persoonlijke records weergegeven die u tijdens deze activiteit hebt gevestigd. Tot de persoonlijke records behoren uw snelste tijd over verschillende standaardloopafstanden, alsmede de langste hardloopsessie of rit.

Uw persoonlijke records weergeven

Houd het aanraakscherm ingedrukt.
1
Selecteer Mijn statistieken > Records.
2
Selecteer een sport.
3
Selecteer een record.
4
Selecteer Bekijk record.
5

Een persoonlijk record herstellen

U kunt elk persoonlijk record terugzetten op de vorige waarde.
Houd het aanraakscherm ingedrukt.
1
Selecteer Mijn statistieken > Records.
2
Selecteer een sport.
3
Selecteer een record om te herstellen.
4
Selecteer Vorige > Ja.
5
OPMERKING: Opgeslagen activiteiten worden op deze
manier niet gewist.

Een persoonlijk record verwijderen

Houd het aanraakscherm ingedrukt.
1
Selecteer Mijn statistieken > Records.
2
Selecteer een sport.
3
Selecteer een record om te verwijderen.
4
Selecteer Wis record > Ja.
5
OPMERKING: Opgeslagen activiteiten worden op deze
manier niet gewist.

Alle persoonlijke records verwijderen

Houd het aanraakscherm ingedrukt.
1
Selecteer Mijn statistieken > Records.
2
OPMERKING: Opgeslagen activiteiten worden op deze
manier niet gewist. Selecteer een sport.
3
Selecteer Wis alle records > Ja.
4
Alleen de records voor die sport worden verwijderd.

Navigatie

Gebruik de GPS-navigatiefuncties van uw toestel om locaties op te slaan, naar locaties te navigeren en uw weg naar huis te vinden.

Uw locatie bewaren

Voordat u naar een opgeslagen locatie kunt navigeren, dient uw toestel satellieten te zoeken.
Een locatie is een punt dat u vastlegt en in het toestel opslaat. Als u oriëntatiepunten wilt onthouden of wilt terugkeren naar een bepaald punt, markeer dan de locatie op de kaart.
Ga naar de plaats waar u een locatie wilt markeren.
1
Druk op de knop.
2
Selecteer Navigeer > Sla locatie op.
3
De locatiegegevens worden weergegeven als het toestel GPS-signalen ontvangt.
14 Navigatie
Page 19
Selecteer Sla op.
4
Selecteer een pictogram.
5

Een locatie verwijderen

Druk op de knop.
1
Selecteer Navigeer > Opgeslagen locaties.
2
Selecteer een locatie.
3
Selecteer Wis > Ja.
4

Naar een opgeslagen locatie navigeren

Voordat u naar een opgeslagen locatie kunt navigeren, dient uw toestel satellieten te zoeken.
Druk op de knop.
1
Selecteer Navigeer > Opgeslagen locaties.
2
Selecteer een locatie en selecteer Ga naar.
3
Selecteer een activiteit.
4
Het kompas wordt weergegeven. Beweeg naar voren.
5
De kompaspijl wijst naar de opgeslagen locatie. TIP: Voor nauwkeurigere navigatie richt u de bovenzijde van
het scherm in de richting waarin u zich voortbeweegt. Druk op de knop om de timer te starten.
6

Terug naar startlocatie navigeren

Voordat u terug kunt navigeren naar uw startlocatie, moet u satellieten zoeken, de timer starten en uw activiteit starten.
U kunt tijdens uw activiteit op elk gewenst moment terugkeren naar uw startlocatie. Als u bijvoorbeeld hardloopt in een nieuwe stad en de weg terug naar het vertrekpunt of het hotel niet meer weet, kunt u terug navigeren naar uw startlocatie. Deze functie is niet beschikbaar voor alle activiteiten.
Houd het aanraakscherm ingedrukt.
1
Selecteer Navigatie stoppen.
2
Houd het aanraakscherm ingedrukt.
3
Selecteer Navigatie > Ga naar start.
4
Het kompas wordt weergegeven. Beweeg naar voren.
5
De pijl van het kompas wijst naar uw startpunt. TIP: Voor nauwkeurigere navigatie kunt u uw toestel in de
richting draaien waarin u navigeert.

Stoppen met navigeren

• Houd uw vinger op het aanraakscherm en selecteer
Navigatie stoppen om te stoppen met navigeren en door te gaan met uw activiteit.
• Druk op de knop en selecteer OK om te stoppen met
navigeren en uw activiteit te beëindigen.

Kompas

Het toestel is voorzien van een kompas met drie assen en automatische kalibratie. De kompasfuncties en -weergave veranderen op basis van uw activiteit, of GPS is ingeschakeld en of u naar een bestemming navigeert.

Het kompas handmatig kalibreren

LET OP
Kalibreer het elektronische kompas buiten. Zorg dat u zich niet in de buurt bevindt van objecten die invloed uitoefenen op magnetische velden, zoals voertuigen, gebouwen of elektriciteitskabels.
Het toestel is al gekalibreerd in de fabriek en het maakt standaard gebruik van automatische kalibratie. Als uw kompas
niet goed werkt, bijvoorbeeld nadat u lange afstanden hebt afgelegd of na extreme temperatuurveranderingen, kunt u het handmatig kalibreren.
Houd het aanraakscherm ingedrukt.
1
Selecteer Instellingen > Sensors en accessoires >
2
Kompas > Kalibreer > Start.
Volg de instructies op het scherm.
3
TIP: Maak een kleine 8-beweging met uw pols tot een bericht
wordt weergegeven.

Geschiedenis

U kunt tot 14 dagen aan activiteit- en hartslaggegevens en maximaal zeven activiteiten met tijdmeting op uw toestel opslaan. U kunt uw laatste zeven activiteiten met tijdmeting op uw toestel bekijken. U kunt uw gegevens synchroniseren om via uw Garmin Connect account een onbeperkt aantal activiteiten, activiteit- en hartslaggegevens te bekijken (Gebruik van Garmin
Connect Mobile, pagina 16) (Garmin Connect op uw computer gebruiken, pagina 16).
Als het geheugen van toestel vol is, worden de oudste gegevens overschreven.

Werken met de geschiedenis

Houd het aanraakscherm ingedrukt.
1
Selecteer Geschiedenis.
2
Selecteer een activiteit.
3
Selecteer een optie:
4
• Selecteer Details om aanvullende informatie over de
activiteit weer te geven.
• Selecteer Ronden om een ronde te selecteren en extra
informatie weer te geven over elke ronde.
• Selecteer Wis om de geselecteerde activiteit te
verwijderen.

Tijd in elke hartslagzone weergeven

Voordat u hartslagzonegegevens kunt weergeven, dient u een activiteit met hartslag te voltooien en deze op te slaan.
Het bekijken van uw tijd in elke hartslagzone kan u helpen bij het aanpassen van uw trainingsintensiteit.
Houd het aanraakscherm ingedrukt.
1
Selecteer Geschiedenis.
2
Selecteer een activiteit.
3
Selecteer HS-zones.
4

Garmin Connect

Met uw Garmin Connect account kunt u uw prestaties volgen en contact houden met uw vrienden. Het biedt u de hulpmiddelen om te volgen, te analyseren, te delen en elkaar aan te moedigen. U kunt de prestaties van uw actieve levensstijl vastleggen, zoals hardloopsessies, wandelingen, fietstochten, zwemsessies, hikes, golfresultaten en meer.
U kunt uw gratis Garmin Connect account maken wanneer u uw toestel met uw telefoon koppelt met behulp van de Garmin Connect Mobile app. U kunt ook een account maken wanneer u de Garmin Express toepassing instelt (www.garmin.com
/express)
Uw activiteiten opslaan: Nadat u een activiteit met tijdmeting
met uw toestel hebt voltooid en opgeslagen, kunt u die activiteit uploaden naar uw Garmin Connect account en zo lang bewaren als u wilt.
Uw gegevens analyseren: U kunt meer gedetailleerde
informatie over uw fitness- en buitensportactiviteiten weergeven, zoals tijd, afstand, hartslag, verbrande calorieën, cadans, een bovenaanzicht van de kaart en tempo- en
Geschiedenis 15
Page 20
snelheidsgrafieken. U kunt meer gedetailleerde informatie over uw golfprestaties weergeven, zoals scorekaarten, statistieken en baaninformatie. U kunt ook instelbare rapporten weergeven.
OPMERKING: U moet een optionele draadloze sensor met uw toestel koppelen om bepaalde gegevens te kunnen bekijken (De draadloze sensors koppelen, pagina 20).
Uw voortgang volgen: U kunt uw dagelijkse aantal stappen
bijhouden, uzelf vergelijken met uw connecties en uw doelen behalen.
Uw activiteiten delen: U kunt contact houden met vrienden en
elkaars activiteiten volgen of koppelingen naar uw activiteiten plaatsen op uw favoriete sociale netwerksites.
Uw instellingen beheren: U kunt uw toestel- en
gebruikersinstellingen aanpassen via uw Garmin Connect account.

Gebruik van Garmin Connect Mobile

Nadat u uw toestel met uw smartphone hebt gekoppeld (Uw
smartphone koppelen, pagina 1), kunt u de Garmin Connect
Mobile app gebruiken om al uw activiteitgegevens te uploaden naar uw Garmin Connect account.
Controleer of de Garmin Connect Mobile app op uw
1
smartphone is geopend. Breng uw toestel op minder dan 10 m (30 ft.) afstand van uw
2
smartphone. Uw toestel synchroniseert uw gegevens automatisch met de
Garmin Connect Mobile app en uw Garmin Connect account.

Garmin Connect op uw computer gebruiken

De Garmin Express toepassing maakt verbinding tussen uw toestel en uw Garmin Connect account met behulp van een computer. U kunt de Garmin Express toepassing gebruiken om uw activiteitgegevens te uploaden naar uw Garmin Connect account en gegevens zoals workouts en trainingsschema's van de Garmin Connect website naar uw toestel te sturen. U kunt ook software-updates voor uw toestel installeren en uw Connect IQ apps beheren.
Sluit het toestel met een USB-kabel aan op uw computer.
1
Ga naar www.garmin.com/express.
2
Download en installeer de Garmin Express toepassing.
3
Open de Garmin Express toepassing en selecteer Voeg
4
toestel toe.
Volg de instructies op het scherm.
5

Uw toestel aanpassen

De watch face wijzigen

U kunt kiezen uit verschillende vooraf geladen watch faces of u kunt een Connect IQ watch face gebruiken die is gedownload naar uw toestel (Connect IQ functies, pagina 3). U kunt ook een
vooraf geladen watch face aanpassen of een nieuwe maken (Een aangepaste watch face maken, pagina 16).
Houd op de watch face uw vinger op het aanraakscherm.
1
Selecteer Wijzerplaat.
2
Veeg omhoog of omlaag om door de beschikbare watch
3
faces te bladeren. Tik op het scherm om de wijzerplaat te selecteren.
4
Selecteer Toepassen om de weergegeven wijzerplaat te
5
activeren.

Een aangepaste watch face maken

U kunt de stijl en de gegevensvelden van de watch face aanpassen.
Houd op de watch face uw vinger op het aanraakscherm.
1
Selecteer Wijzerplaat.
2
Selecteer een optie:
3
• Als u een bestaande watch face wilt aanpassen,
selecteert u de watch face en selecteert u Aanpassen.
• Als u een nieuwe watch face wilt maken, veegt u naar de
onderzijde van de lijst met watch faces en selecteert u Maak nieuw.
Veeg omhoog of omlaag om door de analoge en digitale
4
wijzerplaten te bladeren en tik op het scherm om de weergegeven wijzerplaat te selecteren.
Selecteer elk gegevensveld dat u wilt aanpassen en
5
selecteer de gegevens die u erin wilt weergeven. Aanpasbare gegevensvelden voor deze wijzerplaat worden
aangegeven met een groene rand. Veeg naar links om de wijzers van de wijzerplaat aan te
6
passen. OPMERKING: Deze optie is alleen beschikbaar voor analoge
wijzerplaten. Veeg omhoog of omlaag om door de wijzerstijlen te bladeren
7
en tik op het scherm om de weergegeven wijzers te selecteren.
Veeg naar links en selecteer een accentkleur.
8
Selecteer .
9
Selecteer OK.
10
Op het toestel wordt de nieuwe watch face ingesteld als uw actieve watch face.

Het bedieningsmenu aanpassen

U kunt snelkoppelingen toevoegen, verwijderen en de volgorde ervan wijzigen in het bedieningsmenu (Het bedieningsmenu
gebruiken, pagina 1).
Houd de knop ingedrukt.
1
Het bedieningsmenu wordt weergegeven. Houd het aanraakscherm ingedrukt.
2
Het bedieningsmenu verdwijnt en de bewerkingsmodus wordt geopend.
Selecteer de snelkoppeling die u wilt aanpassen.
3
Selecteer een optie:
4
• Om de locatie van de snelkoppeling in het
bedieningsmenu te wijzigen, selecteert u de locatie waar de snelkoppeling moet verschijnen of sleept u de snelkoppeling naar een nieuwe locatie.
• Selecteer om de snelkoppeling uit het bedieningsmenu
te verwijderen.
Selecteer indien nodig om een snelkoppeling aan het
5
bedieningsmenu toe te voegen. OPMERKING: Deze optie is alleen beschikbaar nadat u op
zijn minst één snelkoppeling uit het menu hebt verwijderd.
16 Uw toestel aanpassen
Page 21

Instellingen van activiteiten en apps

Met deze instellingen kunt u elke vooraf geïnstalleerde activiteiten-app naar wens aanpassen. U kunt bijvoorbeeld gegevenspagina's aanpassen en waarschuwingen en trainingsfuncties inschakelen. Niet alle instellingen zijn beschikbaar voor alle soorten activiteiten.
Druk op de knop, selecteer een activiteit en selecteer vervolgens Instellingen.
Gegevensschermen: Hiermee kunt u gegevensschermen
aanpassen en nieuwe gegevensschermen toevoegen voor de activiteit (Gegevensschermen aanpassen, pagina 17).
Waarschuwingen: Hiermee kunt u de trainingswaarschuwingen
voor de activiteit instellen (Waarschuwingen, pagina 17).
Ronden: Hiermee stelt u de opties voor de functie Auto Lap® in
(Ronden markeren met behulp van de functie Auto Lap,
pagina 18), en schakelt u de handmatige rondefunctie in
(De handmatige rondefunctie inschakelen, pagina 18).
Auto Pause: Hiermee stelt u het toestel zodanig in dat de
gegevensregistratie wordt gestopt zodra u stopt met bewegen of wanneer u onder een bepaalde snelheid komt (Auto Pause® gebruiken, pagina 18).
Auto Scroll: Hiermee kunt u automatisch alle schermen met
activiteitgegevens doorlopen terwijl de timer loopt (Auto
Scroll gebruiken, pagina 18).
GPS: Hiermee kan de modus voor de GPS-antenne worden
ingesteld. Met GLONASS krijgt u betere prestaties in moeilijke omgevingen en snellere positiebepalingen. Als GLONASS wordt gebruikt, kan de batterijduur sneller afnemen dan met alleen GPS.
Grootte van bad: Hiermee kunt u de lengte van het bad
instellen voor zwemmen in een zwembad.
Achtergrond: Hiermee stelt u de achtergrondkleur van elke
activiteit in op zwart of wit.
Accentkleur: Hiermee stelt u de accentkleur van elke activiteit
in, waaraan u kunt zien welke activiteit actief is.

Gegevensschermen aanpassen

U kunt gegevensschermen aanpassen aan uw trainingsdoelen of optionele accessoires. U kunt bijvoorbeeld op een van de gegevensschermen uw rondetempo of hartslagzone laten weergeven.
Druk op de knop.
1
Selecteer een activiteit.
2
Selecteer Instellingen > Gegevensschermen.
3
Selecteer een of meer opties:
4
• Selecteer Indeling om de stijl van de gegevensvelden en
het aantal gegevensvelden op elk scherm met gegevens aan te passen.
• Selecteer het scherm en selecteer Wijzig gegevensvelden om de velden op een scherm met gegevens aan te passen.
• Selecteer de schakelaar naast het scherm om een scherm met gegevens te tonen of te verbergen.
• Selecteer Hartslagzonemeter om het scherm voor de meter van de hartslagzone te tonen of te verbergen.

Waarschuwingen

U kunt waarschuwingen instellen voor elke activiteit om u te helpen specifieke doelen te bereiken. Sommige waarschuwingen zijn alleen beschikbaar voor specifieke activiteiten. Voor sommige waarschuwingen hebt u optionele accessoires nodig, zoals een hartslagmeter of een cadanssensor. Er zijn drie typen waarschuwingen: Gebeurteniswaarschuwingen, bereikwaarschuwingen en terugkerende waarschuwingen.
Gebeurteniswaarschuwing: Een gebeurteniswaarschuwing
wordt eenmaal afgegeven. De gebeurtenis is een specifieke waarde. U kunt het toestel bijvoorbeeld instellen om u te waarschuwen wanneer u een bepaald aantal calorieën verbrandt.
Bereikwaarschuwing: Een bereikwaarschuwing wordt telkens
afgegeven wanneer het toestel een waarde meet die boven of onder een opgegeven waardenbereik ligt. Zo kunt u bijvoorbeeld instellen dat het toestel u waarschuwt als uw hartslag lager is dan 60 bpm (slagen per minuut) of hoger dan 210 bpm.
Terugkerende waarschuwing: Een terugkerende
waarschuwing wordt afgegeven telkens wanneer het toestel een opgegeven waarde of interval registreert. U kunt bijvoorbeeld instellen dat het toestel u elke 30 minuten waarschuwt.
Waarschu­wingsnaam
Cadans Bereik U kunt minimale en maximale
Calorieën Gebeurtenis,
Aangepast Terugkerend U kunt een bestaand bericht
Afstand Terugkerend U kunt een afstandsinterval
Hartslag Bereik U kunt minimale en maximale
Tempo Bereik U kunt minimale en maximale
Ren/Loop Terugkerend U kunt regelmatige looppauzes
Snelheid Bereik U kunt minimale en maximale
Slagsnelheid Bereik U kunt een hoog of laag aantal
Tijd Gebeurtenis,
Waarschu­wingstype
terugkerend
terugkerend
Beschrijving
cadanswaarden instellen.
U kunt het aantal calorieën instellen.
selecteren of een aangepast bericht maken en een waarschu­wingstype selecteren.
instellen.
waarden voor de hartslag instellen of zonewijzigingen selecteren.
tempowaarden instellen.
inlassen.
snelheidswaarden instellen.
slagen per minuut instellen.
U kunt een tijdsinterval instellen.
Een waarschuwing instellen
Druk op de knop.
1
OPMERKING: Deze functie is niet beschikbaar voor alle
activiteiten. Selecteer een activiteit.
2
Selecteer Instellingen > Waarschuwingen.
3
Selecteer een optie:
4
• Als u een nieuwe waarschuwing voor de activiteit wilt
toevoegen, selecteert u Voeg nieuw toe.
• Als u een bestaande waarschuwing wilt bewerken, selecteert u de naam van de waarschuwing.
Selecteer, indien gewenst, het type waarschuwing.
5
Selecteer een zone, voer de minimum- en maximumwaarden
6
in of voer een aangepaste waarde in voor de waarschuwing. Schakel indien nodig de waarschuwing in.
7
Bij gebeurteniswaarschuwingen en terugkerende waarschuwingen wordt er een bericht weergegeven telkens wanneer de waarschuwingswaarde wordt bereikt (Waarschuwingen, pagina 17). Bij bereikwaarschuwingen wordt er een bericht weergegeven telkens als u boven of onder het opgegeven bereik komt (minimum- en maximumwaarden).
Uw toestel aanpassen 17
Page 22

Auto Lap

Ronden markeren met behulp van de functie Auto Lap
U kunt uw toestel zo instellen dat de functie Auto Lap wordt gebruikt om een ronde automatisch te markeren op basis van een bepaalde afstand. Dit is handig als u uw prestaties tijdens verschillende gedeelten van een activiteit wilt vergelijken (bijvoorbeeld elke 1 mijl of 5 km).
Druk op de knop.
1
Selecteer een activiteit.
2
OPMERKING: Deze functie is niet beschikbaar voor alle
activiteiten. Selecteer Instellingen > Ronden.
3
Selecteer een optie:
4
• Selecteer de schakelaar om de Auto Lap functie aan of uit te zetten.
• Selecteer Auto Lap om de afstand tussen de ronden aan te passen.
Telkens wanneer u een ronde voltooit, wordt er een bericht weergegeven met de rondetijd. Het toestel trilt ook als het trilsignaal is ingeschakeld (Systeeminstellingen, pagina 18).

De handmatige rondefunctie inschakelen

U kunt rondes of afstanden op ieder moment markeren door twee keer op het aanraakscherm te tikken tijdens de tijdgemeten activiteiten, zoals hardlopen en fietsen.
Druk op de knop.
1
Selecteer een activiteit.
2
OPMERKING: Deze functie is niet beschikbaar voor alle
activiteiten. Selecteer Instellingen > Ronden > Handmatige ronde.
3
Telkens wanneer u een ronde markeert, wordt er een bericht weergegeven met de rondetijd. Het toestel trilt ook als het trilsignaal is ingeschakeld (Systeeminstellingen, pagina 18).
De rondefunctie blijft tijdens de geselecteerde activiteit ingeschakeld, totdat u deze uitschakelt.
Auto Pause® gebruiken
U kunt de functie Auto Pause gebruiken om de timer automatisch te onderbreken als u stopt met bewegen of wanneer uw tempo of snelheid onder de opgegeven waarde komt. Dit is handig als er verkeerslichten of andere plaatsen voorkomen in uw activiteit waar u uw snelheid moet verlagen of moet stoppen.
OPMERKING: Het toestel legt geen activiteitgegevens vast als de timer is gestopt of gepauzeerd.
Druk op de knop.
1
Selecteer een activiteit.
2
Selecteer Instellingen > Auto Pause.
3
OPMERKING: Deze functie is niet beschikbaar voor alle
activiteiten. Selecteer een optie:
4
OPMERKING: Niet alle opties zijn beschikbaar voor alle
activiteiten.
• Selecteer Zodra gestopt als u de timer automatisch wilt laten stoppen als u stopt.
• Selecteer Tempo als u de timer automatisch wilt laten pauzeren als uw tempo onder een bepaalde waarde komt.
• Selecteer Snelheid als u de timer automatisch wilt laten pauzeren als uw snelheid onder een bepaalde waarde komt.

Auto Scroll gebruiken

Met de functie voor automatisch bladeren doorloopt u automatisch alle schermen met gegevens terwijl de timer loopt.
Druk op de knop.
1
Selecteer een activiteit.
2
Selecteer Instellingen > Auto Scroll.
3
OPMERKING: Deze functie is niet beschikbaar voor alle
activiteiten. Selecteer een weergavesnelheid.
4

Telefoon- en Bluetooth instellingen

Houd uw vinger op het aanraakscherm en selecteer
Instellingen > Telefoon. Status: Hiermee kunt u de huidige verbindingsstatus van
Bluetooth weergeven en draadloze Bluetooth technologie in­of uitschakelen.
Meldingen: Het toestel schakelt smart notifications automatisch
in of uit op basis van uw selecties (Bluetooth meldingen
inschakelen, pagina 2).
Koppel telefoon: Hiermee koppelt u uw toestel met een
compatibele smartphone die is voorzien van Bluetooth draadloze technologie.
Verbindingsmeldingen: U ontvangt een waarschuwing
wanneer verbinding wordt gemaakt met de gekoppelde smartphone en wanneer de verbinding wordt verbroken.
Stop LiveTrack: Hiermee kunt u een actieve LiveTrack sessie
stoppen.
Synchroniseren: Hiermee kunt u de gegevens tussen uw
toestel en de Garmin Connect Mobile app overbrengen.

Systeeminstellingen

Houd uw vinger op het aanraakscherm en selecteer
Instellingen > Systeem. Auto vergrend.: Hiermee wordt het aanraakscherm
automatisch vergrendeld om te voorkomen dat u per ongeluk op het scherm tikt en functies activeert. U kunt op de knop drukken om het aanraakscherm te ontgrendelen.
Taal voor tekst: Hiermee kunt u de taal van de interface van
het toestel instellen.
Tijd: Hiermee stelt u de tijdnotatie en de bron voor de lokale tijd
in (Tijdinstellingen, pagina 19).
Datum: Hiermee kunt de datum en datumnotatie handmatig
instellen.
Schermverlichting: Hiermee stelt u de schermverlichting, de
time-out en de helderheid in (Schermverlichtingsinstellingen,
pagina 19).
Trillen: Hiermee zet u het trilsignaal aan of uit en hier kunt u ook
de trilintensiteit instellen.
Niet storen: Hiermee schakelt u de modus Niet storen in of uit. Eenheden: Hiermee kunt u instellen in welke eenheden
gegevens worden weergegeven (De maateenheden wijzigen,
pagina 19).
Gegevensopslag: Hiermee stelt u in hoe het toestel
activiteitgegevens vastlegt. Met de instelling Smart (standaard) kunnen langere activiteiten worden vastgelegd. Met de instelling Iedere seconde kunt u meer details van de activiteit vastleggen, maar dit vraagt wel veel van de batterij en u zult het horloge dan vaker moeten opladen.
USB-modus: Hiermee kunt u de mediaoverdrachtsmodus
instellen op het toestel of de Garmin modus als er verbinding is met een computer.
Herstel: Hiermee kunt u de standaardinstellingen herstellen of
persoonlijke gegevens verwijderen en de instellingen herstellen (Alle standaardinstellingen herstellen, pagina 23)
OPMERKING: Als u een Garmin Pay portemonnee hebt aangemaakt, wordt de portemonnee ook van uw toestel verwijderd als u de standaardinstellingen herstelt.
18 Uw toestel aanpassen
Page 23
Software-update: Hiermee kunt u controleren of er software-
updates zijn.
Over: Hiermee worden de toestel-id, softwareversie, informatie
over wet- en regelgeving en de licentieovereenkomst weergegeven.

Tijdinstellingen

Houd het aanraakscherm ingedrukt en selecteer Instellingen > Systeem > Tijd.
Tijdweergave: Hier kunt u kiezen om de 12- of 24-uursklok in te
stellen.
Tijdbron: Hiermee kunt u de tijd handmatig of automatisch op
basis van uw gekoppelde mobiele toestel.
Tijdzones
Telkens wanneer u het toestel inschakelt en naar satellieten zoekt of gegevens synchroniseert met uw smartphone, worden de tijdzone en het tijdstip automatisch vastgesteld.
De tijd handmatig instellen
De tijd wordt standaard automatisch ingesteld wanneer het vívoactive toestel is gekoppeld met een mobiel toestel.
Houd het aanraakscherm ingedrukt.
1
Selecteer Instellingen > Systeem > Tijd > Tijdbron >
2
Handmatig. Selecteer Tijd en voer de tijd in.
3
Het alarm instellen
Houd het aanraakscherm ingedrukt.
1
Selecteer Klokken > Alarmen > Voeg nieuw toe.
2
Selecteer Tijd en voer een tijd in.
3
Selecteer Herhaal en selecteer een optie.
4
Een alarm verwijderen
Houd het aanraakscherm ingedrukt.
1
Selecteer Klokken > Alarmen.
2
Selecteer eerst een alarm en vervolgens Verwijder.
3
De afteltimer instellen
Houd het aanraakscherm ingedrukt.
1
Selecteer Klokken > Timer.
2
Voer de tijd in.
3
Selecteer Start.
4
Selecteer indien nodig het aanraakscherm voor meer opties.
5
De stopwatch gebruiken
Houd het aanraakscherm ingedrukt.
1
Selecteer Klokken > Stopwatch.
2
Druk op de knop.
3

Schermverlichtingsinstellingen

Houd uw vinger op het aanraakscherm en selecteer
Instellingen > Systeem > Schermverlichting. Modus: Hiermee kunt u de schermverlichting inschakelen voor
interacties met het toestel, waaronder het ontvangen van een melding of het gebruiken van een knop of aanraakscherm.
Beweging: Hiermee kunt u de schermverlichting inschakelen en
het toestel bekijken door uw pols naar uw lichaam te draaien. U kunt de optie Alleen bij activiteit gebruiken om deze functie alleen te gebruiken tijdens activiteiten met tijdmeting.
Time-out: Hiermee kunt u de tijdsduur instellen voordat de
schermverlichting wordt uitgeschakeld.
Helderheid: Hiermee stelt u de helderheid van de
schermverlichting in. Tijdens een activiteit wordt de meest heldere instelling gebruikt voor de schermverlichting.

De maateenheden wijzigen

U kunt de eenheden voor afstand, tempo en snelheid, hoogte, gewicht, lengte en temperatuur aanpassen.
Houd het aanraakscherm ingedrukt.
1
Selecteer Instellingen > Systeem > Eenheden.
2
Selecteer een type maatsysteem.
3
Selecteer een maateenheid.
4

Garmin Connect instellingen

U kunt uw toestelinstellingen wijzigen in uw Garmin Connect account, via de Garmin Connect Mobile app of de Garmin Connect website. Sommige instellingen zijn alleen beschikbaar in uw Garmin Connect account en u kunt deze niet wijzigen op uw toestel.
• Selecteer in de Garmin Connect Mobile app de afbeelding
van uw toestel en selecteer Toestelinstellingen.
• Selecteer in de toestellenwidget op de Garmin Connect
website de optie Toestelinstellingen.
Nadat u de instellingen hebt aangepast, synchroniseert u uw gegevens om de wijzigingen toe te passen op uw toestel (Gebruik van Garmin Connect Mobile, pagina 16, Garmin
Connect op uw computer gebruiken, pagina 16).

Toestelinstellingen via uw Garmin Connect account

Selecteer in uw Garmin Connect account uw toestel om de toestelinstellingen weer te geven.
OPMERKING: Sommige instellingen worden in een subcategorie van het instellingenmenu weergegeven. Door updates aan de app of website worden deze instellingenmenu's mogelijk gewijzigd.
Activiteiten tracken: Hiermee schakelt u functies voor het
volgen van activiteiten in of uit.
Presentatie: Hiermee kunt u de wijzerplaat, widgets en de
snelkoppelingen aanpassen die worden weergegeven in het menu (Het bedieningsmenu aanpassen, pagina 16).
Activiteit automatisch starten: Hiermee kan uw toestel
automatisch activiteiten met tijdmeting maken en opslaan wanneer de functie Move IQ detecteert dat u gedurende een minimale periode hebt gewandeld of hardgelopen. U kunt de minimale periode voor hardlopen en wandelen instellen.
Automatische app-updates: Hiermee kunt u instellen dat uw
toestel automatisch Connect IQ app-updates ontvangt.
Gegevensopslag: Hiermee stelt u in hoe het toestel
activiteitgegevens vastlegt. Met de instelling Smart (standaard) kunnen langere activiteiten worden vastgelegd. Met de instelling Iedere seconde kunt u meer details van de activiteit vastleggen, maar dit vraagt wel veel van de batterij en u zult het horloge dan vaker moeten opladen.
Datumnotatie: Hiermee stelt u de notatie voor de maand en
dag in.
Afstand: Hiermee stelt u in dat afgelegde afstanden worden
weergegeven in kilometers of mijlen.
Doelen: Hiermee kunt u een aangepast doel instellen voor
dagelijkse stappen en het aantal beklommen trappen. Met Automatisch doel kunt u instellen dat uw toestel uw stapdoel automatisch bepaalt. U kunt ook het wekelijkse aantal minuten intensieve training instellen.
Doelanimaties: Hiermee kunt u doelanimaties in- en
uitschakelen, of alleen uitschakelen tijdens activiteiten. Doelanimaties worden weergegeven voor uw dagelijkse stappendoel, het doel voor het dagelijkse aantal opgelopen trappen en het doel voor het wekelijkse aantal minuten intensieve training.
Hartslagzones: Hiermee kunt u uw maximale hartslag schatten
en aangepaste hartslagzones bepalen.
Uw toestel aanpassen 19
Page 24
Taal voor tekst: Hiermee kunt u de taal van de interface van
het toestel instellen.
Bewegingsmelding: Geeft een bericht en de bewegingsbalk
weer op de digitale watch face en het stappenscherm. Het toestel trilt ook als het trilsignaal is ingeschakeld.
Move IQ: Hiermee kunt u Move IQ gebeurtenissen in- en
uitschakelen. De functie Move IQ detecteert automatisch activiteitspatronen, zoals wandelen, hardlopen, fietsen, zwemmen en cross-trainen.
Gewenste activiteiten-tracker: Hiermee stelt u dit toestel in als
uw primaire toestel voor het volgen van activiteiten wanneer er meerdere toestellen aan de app zijn gekoppeld.
Geluiden en waarschuwingen: Hiermee kunt u alarmen en
telefonische meldingen aanpassen. U kunt ook de functie Niet storen tijdens het slapen in- of uitschakelen.
Sms-antwoorden: Hiermee kunt u de lijst met automatische
sms-berichten aanpassen. Deze functie is alleen beschikbaar voor smartphones met Android.
Tijdweergave: Hiermee stelt u de 12- of 24-uursklok in op uw
toestel.
Gebruikte pols: Hiermee kunt u instellen om welke pols het
toestel wordt gedragen. OPMERKING: Deze instelling wordt gebruikt voor
krachttraining en gebaren.

Gebruikersinstellingen via uw Garmin Connect account

Selecteer in uw Garmin Connect account, Instellingen > Gebruikersinstellingen.
TIP: Sommige gebruikersinstellingen zijn beschikbaar in het
vívoactive Toestelinstellingen menu. Persoonlijke gegevens: Hier kunt u uw persoonlijke gegevens
invoeren, zoals geboortedatum, geslacht, lengte en gewicht.
Slaap: Hier kunt u uw normale slaaptijden invoeren. Staplengte: Hiermee stelt u in dat uw toestel de afgelegde
afstand nauwkeuriger berekent op basis van uw aangepaste staplengte bij wandelen en hardlopen. Als u een bekende afstand en het aantal benodigde stappen om die afstand af te leggen invoert, kan Garmin Connect uw staplengte berekenen.
Eenheden: Hiermee kunt u statuut of metrische eenheden
instellen.

Draadloze sensoren

Uw toestel kan worden gebruikt in combinatie met draadloze ANT+ of Bluetooth sensoren. Ga voor meer informatie over compatibiliteit en de aanschaf van optionele sensoren naar
buy.garmin.com.
Houd het aanraakscherm ingedrukt.
3
Selecteer Instellingen > Sensors en accessoires > Voeg
4
nieuw toe.
Breng het toestel binnen 3 m (10 ft) van de sensor en wacht
5
tot het toestel en de sensor zijn gekoppeld. Als het toestel verbinding heeft gemaakt met de sensor, ziet
u boven aan het scherm een pictogram.

Voetsensor

Het toestel is compatibel met de voetsensor. Bij indoortrainingen of als het GPS-signaal zwak is, kunt u in plaats van GPS de voetsensor gebruiken om het tempo en de afstand vast te leggen. De voetsensor is stand-by en klaar om gegevens te verzenden (net als de hartslagmeter).
Na 30 minuten zonder activiteit schakelt de trainingsassistent zichzelf uit om de batterij te sparen. Als de batterij bijna leeg is, verschijnt een bericht op uw toestel. Na ongeveer vijf uur is de batterij leeg.

Uw voetsensor kalibreren

Voordat u de voetsensor kunt kalibreren, moet u het toestel koppelen met de voetsensor (De draadloze sensors koppelen,
pagina 20).
Handmatige kalibratie wordt aanbevolen als u uw kalibratiefactor weet. Als u een voetsensor hebt gekalibreerd met een ander Garmin product, weet u mogelijk uw kalibratiefactor.
Houd het aanraakscherm ingedrukt.
1
Selecteer Instellingen > Sensors en accessoires >
2
Voetsensor > Kalibratiefactor.
Pas de kalibratiefactor aan:
3
• Verhoog de kalibratiefactor als de afstand te kort is.
• Verlaag de kalibratiefactor als de afstand te lang is.

Kalibratie van de voetsensor verbeteren

Voordat u het toestel kunt kalibreren, hebt u GPS-signalen nodig en moet u het toestel koppelen met de voetsensor (De
draadloze sensors koppelen, pagina 20).
De voetsensor beschikt over automatische kalibratie, maar u kunt de nauwkeurigheid van de snelheids- en afstandsgegevens verbeteren met een paar hardloopsessies met ingeschakelde GPS.
Sta buiten 5 minuten stil met goed uitzicht op de lucht.
1
Start een hardloopactiviteit.
2
Loop 10 minuten hard zonder te stoppen.
3
Stop uw activiteit en sla deze op.
4
De kalibratiewaarde van de voetsensor verandert mogelijk op basis van de vastgelegde gegevens. U hoeft uw voetsensor niet opnieuw te kalibreren tenzij uw hardloopstijl verandert.

De draadloze sensors koppelen

Wanneer u voor de eerste keer een draadloze ANT+ of Bluetooth sensor met uw Garmin toestel verbindt, moet u het toestel en de sensor koppelen. Nadat de koppeling is voltooid, maakt het toestel automatisch een verbinding met de sensor wanneer u een activiteit start en de sensor actief is en zich binnen bereik bevindt.
TIP: Sommige ANT+ sensors worden automatisch met uw toestel gekoppeld wanneer u een activiteit start terwijl de sensor is ingeschakeld en zich in de buurt van het toestel bevindt.
Zorg dat u zich op minimaal 10 m (33 ft.) afstand van andere
1
draadloze sensors bevindt. Als u een hartslagmeter wilt koppelen, doet u eerst de
2
hartslagmeter om. De hartslagmeter kan pas gegevens verzenden of ontvangen
als u deze hebt omgedaan.
20 Draadloze sensoren
Een optionele fietssnelheids- of fietscadans­sensor gebruiken
Met een compatibele fietssnelheids- of fietscadanssensor kunt u gegevens verzenden naar uw toestel.
• Koppel de sensor met uw toestel (De draadloze sensors
koppelen, pagina 20).
• Stel de wielmaat in (Een snelheidssensor kalibreren,
pagina 20).
• Maak een rit (Een rit maken, pagina 10).

Een snelheidssensor kalibreren

Voordat u de snelheidssensor kunt kalibreren, moet u het toestel koppelen met een compatibele snelheidssensor (De draadloze
sensors koppelen, pagina 20).
Handmatige kalibratie is optioneel en kan de nauwkeurigheid verbeteren.
Page 25
Houd het aanraakscherm ingedrukt.
1
Selecteer Instellingen > Sensors en accessoires >
2
Snelheid/cadans > Wielmaat.
Selecteer een optie:
3
• Selecteer Automatisch om de wielmaat automatisch te
berekenen en de snelheidssensor automatisch te kalibreren.
• Selecteer Handmatig en voer de wielmaat in om de
snelheidssensor handmatig te kalibreren (Wielmaat en
omvang, pagina 25).

Omgevingsbewustzijn

Uw vívoactive toestel kan worden gebruikt met Varia slimme fietsverlichting en achteruitkijkradar voor een verbeterd omgevingsbewustzijn. Raadpleeg de handleiding van het Varia toestel voor meer informatie.
OPMERKING: U moet mogelijk de vívoactive software bijwerken voordat u Varia toestellen kunt koppelen (De software bijwerken
via Garmin Connect Mobile, pagina 21).

tempe

De tempe is een draadloze ANT+ temperatuursensor. U kunt de sensor aan een stevige band of lus bevestigen op een plek waar deze is blootgesteld aan omgevingslucht en zo een consistente bron van nauwkeurige temperatuurgegevens vormt. U moet de tempe met uw toestel koppelen om temperatuurgegevens van de tempe te kunnen weergeven.

Toestelinformatie

Het toestel opladen

Op die manier kunt u gemakkelijk gebruikmaken van de volgende diensten voor Garmin toestellen:
• Software-updates
• Baanupdates
• Gegevens worden geüpload naar Garmin Connect
• Productregistratie

De software bijwerken via Garmin Connect Mobile

Voordat u de software op uw toestel kunt bijwerken via de Garmin Connect Mobile app, moet u een Garmin Connect account hebben en het toestel koppelen met een compatibele smartphone (Uw smartphone koppelen, pagina 1).
Synchroniseer uw toestel met de Garmin Connect Mobile app (Gebruik van Garmin Connect Mobile, pagina 16).
Wanneer er nieuwe software beschikbaar is, verstuurt de Garmin Connect Mobile app deze update automatisch naar uw toestel. De update wordt uitgevoerd wanneer u het toestel niet actief gebruikt. Als de update is voltooid, wordt het toestel opnieuw opgestart.

De software bijwerken via Garmin Express

Voordat u uw toestelsoftware kunt bijwerken, moet u eerst de Garmin Express toepassing downloaden en installeren en vervolgens uw toestel toevoegen (Garmin Connect op uw
computer gebruiken, pagina 16).
Sluit het toestel met een USB-kabel aan op uw computer.
1
Als er nieuwe software beschikbaar is, verstuurt de Garmin Express toepassing deze naar uw toestel.
Nadat de Garmin Express toepassing het verzenden van de
2
update heeft voltooid, ontkoppelt u het toestel van uw computer.
De update wordt op het toestel geïnstalleerd.
WAARSCHUWING
Dit toestel bevat een lithium-ionbatterij. Lees de gids Belangrijke veiligheids- en productinformatie in de verpakking voor
productwaarschuwingen en andere belangrijke informatie.
LET OP
Om roestvorming te voorkomen, dient u alle contactpunten en de directe omgeving ervan grondig te reinigen en af te drogen voordat u het toestel oplaadt of aansluit op een computer. Raadpleeg de instructies voor reiniging in de appendix.
Steek het kleine uiteinde van de USB-kabel in de oplaadpoort
1
op het toestel.
Steek het brede uiteinde van de USB-kabel in een USB-poort
2
op uw computer. Laad het toestel volledig op.
3

Toestelgegevens weergeven

U kunt de toestel-id, softwareversie, informatie over wet- en regelgeving en de licentieovereenkomst weergeven.
Houd het aanraakscherm ingedrukt.
1
SelecteerInstellingen > Systeem > Over.
2
Informatie over regelgeving en compliance op e­labels weergeven
Het label voor dit toestel wordt op elektronische wijze geleverd. Het e-label kan regelgeving bevatten, zoals identificatienummers verstrekt door de FCC of regionale compliance-markeringen, maar ook toepasselijke product- en licentiegegevens.
Houd het aanraakscherm ingedrukt.
1
Selecteer Systeem > Instellingen > Over.
2

Specificaties

Batterijtype Oplaadbare, ingebouwde lithium-polymeerbat-
Levensduur van batterij
Bedrijfstemperatuur­bereik
Laadtemperatuurbe­reik
terij
Maximaal 7 dagen in smartwatch-modus (met hartslag)
Tot 5 uur in GPS-modus (met hartslagmeting en muziek afspelen)
Van -20 tot 60 ºC (van -4 tot 140 ºF)
Van 0º tot 45ºC (van 32º tot 113ºF)

Productupdates

Installeer Garmin Express (www.garmin.com/express) op uw computer. Installeer de Garmin Connect Mobile app op uw smartphone.
Toestelinformatie 21
Page 26
Draadloze frequenties/draadloze protocollen
Waterbestendigheid Zwemmen, 5 ATM*
*Het toestel is bestand tegen druk tot een diepte van maximaal 50 meter. Ga voor meer informatie naar www.garmin.com
/waterrating.
2,4 GHz bij 8 dBm nominaal
• ANT+ protocol voor draadloze communicatie
• Bluetooth 4.2 technologie
• WiFi draadloze technologie 13,56 MHz bij -40 dBm nominaal, NFC
draadloze technologie

Toestelonderhoud

LET OP
Vermijd schokken en ruwe behandeling omdat hierdoor het product korter meegaat.
Druk niet op de knoppen onder water. Gebruik nooit een scherp voorwerp om het toestel schoon te
maken. Gebruik nooit een hard of scherp object om het aanraakscherm
te bedienen omdat het scherm daardoor beschadigd kan raken. Gebruik geen chemische reinigingsmiddelen, oplosmiddelen en
insectenwerende middelen die plastic onderdelen en oppervlakken kunnen beschadigen.
Spoel het toestel goed uit met leidingwater nadat het in aanraking is geweest met chloor of zout water, zonnebrand, cosmetica, alcohol en andere chemicaliën die een reactie kunnen veroorzaken. Langdurige blootstelling aan deze stoffen kan de behuizing beschadigen.
Bewaar het toestel niet op een plaats waar het langdurig aan extreme temperaturen kan worden blootgesteld, omdat dit onherstelbare schade kan veroorzaken.

Het toestel schoonmaken

LET OP
Ook een klein beetje zweet of vocht kan corrosie van de elektrische contactpunten veroorzaken als het toestel is aangesloten op een oplader. Corrosie kan opladen en gegevensoverdracht blokkeren.
Veeg het toestel schoon met een doek die is bevochtigd met
1
een mild schoonmaakmiddel. Veeg de behuizing vervolgens droog.
2
Laat het toestel na reiniging helemaal drogen.
TIP: Ga voor meer informatie naar www.garmin.com/fitandcare.

De banden vervangen

Het toestel is compatibel met 20 mm breed, standaardbanden voor snelle ontgrendeling. Ga naar buy.garmin.com of neem contact op met uw Garmin dealer voor informatie over optionele accessoires.
Druk het veertje À van de pushpin in om de band te
1
verwijderen.
Plaats één uiteinde van de pushpin in het gaatje om de
2
nieuwe band aan te brengen. Druk het veertje op de pushpin in en duw het andere uiteinde
3
van de pushpin in het tegenoverliggende gaatje.
Herhaal de stappen 1 t/m 3 om de andere band te
4
verwijderen.

Problemen oplossen

Is mijn smartphone compatibel met mijn toestel?

Het vívoactive is compatibel met smartphones met Bluetooth draadloze technologie.
Ga naar www.garmin.com/ble voor informatie over compatibiliteit.

Ik kan mijn telefoon niet koppelen met het toestel

• Schakel Bluetooth draadloze technologie op uw smartphone in.
• Houd uw telefoon binnen 10 m (33 ft.) van het toestel.
• Open de Garmin Connect Mobile app op uw smartphone, selecteer of en selecteer Garmin toestellen > Voeg toestel toe om de koppelmodus in te schakelen.
• Houd de knop ingedrukt en selecteer om de Bluetooth technologie en de koppelmodus in te schakelen.

Ik kan mijn hoofdtelefoon niet koppelen met het toestel

Als uw hoofdtelefoon eerder met uw smartphone was verbonden met behulp van Bluetooth technologie, kan deze verbinding maken met uw smartphone voordat verbinding wordt gemaakt met uw toestel. U kunt deze tips proberen.
• Schakel Bluetooth technologie uit op uw smartphone. Raadpleeg de gebruikershandleiding van uw smartphone
voor meer informatie.
• Houd 10 m (33 ft.) afstand van uw smartphone als uw hoofdtelefoon verbinding maakt met het toestel.
• Koppel uw hoofdtelefoon met uw toestel (Hoofdtelefoon
aansluiten met Bluetooth technologie, pagina 5).

Mijn muziek valt weg of mijn hoofdtelefoons blijven niet verbonden

Wanneer u een vívoactive 3 Music toestel gebruikt dat via Bluetooth technologie met hoofdtelefoons verbonden is, dan is het signaal het sterkst wanneer zich niets tussen het toestel en de antenne van de hoofdtelefoons bevindt.
• Als het signaal door uw lichaam gaat, treedt er mogelijk signaalverlies op of wordt de verbinding met uw hoofdtelefoons verbroken.
• Het wordt aanbevolen om de hoofdtelefoons zo te dragen dat de antenne zich aan dezelfde kant van uw lichaam bevindt als uw vívoactive 3 Music toestel.

Op mijn toestel wordt niet de juiste taal gebruikt

U kunt de taal wijzigen als u per ongeluk niet de juiste taal hebt geselecteerd op het toestel.
Houd het aanraakscherm ingedrukt.
1
Blader omlaag naar het laatste item in de lijst en selecteer
2
het. Blader omlaag naar het laatste item in de lijst en selecteer
3
het. Blader omlaag naar het tweede item in de lijst en selecteer
4
het. Selecteer uw taal.
5
22 Problemen oplossen
Page 27

Mijn toestel geeft de juiste tijd niet weer

Het toestel werkt de datum en tijd bij wanneer deze met uw smartphone wordt gesynchroniseerd of wanneer het toestel GPS-signalen ontvangt. U dient uw toestel te synchroniseren om de juiste tijd te ontvangen wanneer u naar een andere tijdzone gaat, en om het toestel bij te werken voor zomertijd of wintertijd.
Houd uw vinger op het aanraakscherm en selecteer
1
Instellingen > Systeem > Tijd. Controleer of de optie Automatisch is ingeschakeld.
2
Selecteer een optie:
3
• Controleer of op uw smartphone de juiste lokale tijd wordt weergegeven en synchroniseer uw toestel met de smartphone (Gebruik van Garmin Connect Mobile,
pagina 16).
• Start een buitenactiviteit, ga naar buiten naar een plek met vrij zicht op de lucht en wacht tot het toestel satellietsignalen ontvangt.
Tijd en datum worden automatisch bijgewerkt.

Levensduur van de batterijen maximaliseren

U kunt verschillende acties ondernemen om de levensduur van de batterij te verlengen.
• Verkort de time-out voor de schermverlichting (Schermverlichtingsinstellingen, pagina 19).
• Verlaag de helderheid van de schermverlichting (Schermverlichtingsinstellingen, pagina 19).
• Schakel Bluetooth draadloze technologie uit wanneer u niet gebruikmaakt van connected functies (Bluetooth technologie
uitschakelen, pagina 2).
• Schakel activiteiten volgen uit (Activiteiten volgen, pagina 7).
• Beperk de smartphone-meldingen die op het toestel worden weergegeven (Meldingen beheren, pagina 2).
• Stop het verzenden van hartslaggegevens naar gekoppelde Garmin toestellen (Hartslag verzenden naar Garmin
toestellen, pagina 6).
• Schakel de hartslagmeting aan de pols uit (De
polshartslagmeter uitschakelen, pagina 6).

Het toestel opnieuw opstarten

Als het toestel niet meer reageert, moet u het mogelijk opnieuw opstarten.
OPMERKING: Als u het toestel opnieuw opstart, worden uw gegevens en/of instellingen mogelijk gewist.
Houd de knop gedurende 15 seconden ingedrukt.
1
Het toestel wordt uitgeschakeld. Houd de knop één seconde ingedrukt om het toestel in te
2
schakelen.

Alle standaardinstellingen herstellen

U kunt alle fabrieksinstellingen van het toestel resetten.
Houd het aanraakscherm ingedrukt.
1
Selecteer Instellingen > Systeem > Herstel.
2
Selecteer een optie:
3
• Om alle fabrieksinstellingen van het toestel te resetten en
alle door de gebruiker ingevoerde informatie en activiteitgeschiedenis te verwijderen, selecteert u
Gegevens verwijderen en instellingen herstellen. OPMERKING: Als u een Garmin Pay portemonnee hebt
ingesteld, wordt door deze optie de portemonnee van uw toestel verwijderd. Als u muziek op uw toestel hebt opgeslagen, wordt door deze optie de opgeslagen muziek verwijderd.
• Om alle fabrieksinstellingen van het toestel te resetten en alle door de gebruiker ingevoerde informatie en activiteitgeschiedenis op te slaan, selecteert u
Standaardinstellingen herstellen.

Satellietsignalen ontvangen

Het toestel dient mogelijk vrij zicht op de satellieten te hebben om satellietsignalen te kunnen ontvangen.
Ga naar buiten naar een open gebied.
1
De voorzijde van het toestel moet naar de lucht zijn gericht. Wacht terwijl het toestel satellieten zoekt.
2
Het kan 30 tot 60 seconden duren voordat satellietsignalen worden gevonden.

De ontvangst van GPS-signalen verbeteren

• Synchroniseer het toestel regelmatig met uw Garmin Connect account:
◦ Verbind uw toestel met een computer via de USB-kabel
en de Garmin Express app.
◦ Synchroniseer uw toestel met de Garmin Connect Mobile
app op uw Bluetooth smartphone.
◦ Verbind uw toestel met uw Garmin Connect account via
een WiFi draadloos netwerk.
Na verbinding met uw Garmin Connect account downloadt het toestel diverse dagen aan satellietgegevens, zodat het toestel snel satellietsignalen kan vinden.
• Ga met uw toestel naar buiten, naar een open plek, ver weg van hoge gebouwen en bomen.
• Blijf enkele minuten stilstaan.

Activiteiten volgen

Ga naar garmin.com/ataccuracy voor meer informatie over de nauwkeurigheid van activiteiten-tracking.

Mijn dagelijkse stappentelling wordt niet weergegeven

De dagelijkse stappentelling wordt elke dag om middernacht op nul gezet.
Als er streepjes verschijnen in plaats van uw stappentelling, moet u wachten tot uw toestel satellietsignalen ontvangt en de tijd automatisch instelt.

Mijn stappentelling lijkt niet nauwkeurig te zijn

Als uw stappentelling niet nauwkeurig lijkt te zijn, kunt u deze tips proberen.
• Draag het toestel om uw niet-dominante pols.
• Draag het toestel in uw zak wanneer u een wandelwagen of grasmaaier duwt.
• Draag het toestel in uw zak wanneer u alleen uw handen of armen gebruikt.
OPMERKING: Het toestel kan herhalende bewegingen, zoals afwassen, was opvouwen of in de handen klappen, interpreteren als stappen.

Het aantal opgelopen trappen lijkt niet te kloppen

Uw toestel gebruikt een interne barometer om hoogteverschillen te meten als u trappen loopt. Een opgelopen trap staat gelijk aan 3 m (10 ft.).
• Houd geen trapleuningen vast en sla geen treden over bij het traplopen.
• Bescherm uw toestel in winderige omgevingen met uw mouw of jas. Sterke windvlagen kunnen namelijk foutieve metingen veroorzaken.
Problemen oplossen 23
Page 28

De nauwkeurigheid van minuten intensieve training en verbrande calorieën verbeteren

U kunt de nauwkeurigheid van deze schattingen verbeteren door 15 minuten buiten te wandelen of hard te lopen.
Veeg over de watch face om de widget Mijn dag weer te
1
geven. Selecteer .
2
Volg de instructies op het scherm.
3

De temperatuurmeting is niet nauwkeurig

Uw lichaamstemperatuur is van invloed op de temperatuurmeting van de interne temperatuursensor. Voor de meest nauwkeurige temperatuurmeting dient u het horloge van uw pols te verwijderen en ongeveer 20 tot 30 minuten te wachten.
U kunt ook een optionele externe tempe temperatuursensor gebruiken voor een nauwkeurige meting van de omgevingstemperatuur wanneer u het horloge draagt.

Meer informatie

• Ga naar support.garmin.com voor meer handleidingen, artikelen en software-updates.
• Ga naar www.garmin.com/intosports.
• Ga naar www.garmin.com/learningcenter.
• Ga naar buy.garmin.com of neem contact op met uw Garmin dealer voor informatie over optionele accessoires en vervangingsonderdelen.

Appendix

Gegevensvelden

Voor sommige gegevensvelden hebt u ANT+ accessoires nodig om de gegevens weer te geven.
Afstand: De afstand die u hebt afgelegd voor de huidige
activiteit of het huidige spoor.
Afstand per slag: De afstand die u per slag hebt afgelegd. Afstand per slag interval: De gemiddelde afstand die u per
slag hebt afgelegd tijdens het huidige interval.
Afstand per slag laatste interval: De gemiddelde afstand die u
per slag hebt afgelegd tijdens het laatste voltooide interval.
Banen: Het aantal volledige banen dat gedurende de huidige
activiteit is afgelegd.
Cadans: Fietsen. Het aantal omwentelingen van de pedaalarm.
Voor weergave van deze gegevens moet uw toestel zijn aangesloten op een cadansaccessoire.
Cadans: Hardlopen. Het aantal stappen per minuut (rechts en
links).
Cadans laatste ronde: Fietsen. De gemiddelde cadans van de
laatste voltooide ronde.
Cadans laatste ronde: Hardlopen. De gemiddelde cadans van
de laatste voltooide ronde.
Calorieën: De hoeveelheid calorieën die u hebt verbrand. Gem. snelheid: De gemiddelde snelheid voor de huidige
activiteit.
Gem. verticale snelheid 30 sec.: Het voortschrijdend
gemiddelde (30 seconden) van verticale snelheid.
Gemiddelde afstand per slag: De gemiddelde afstand die u
per slag hebt afgelegd tijdens de huidige activiteit.
Gemiddelde cadans: Fietsen. De gemiddelde cadans voor de
huidige activiteit.
Gemiddelde cadans: Hardlopen. De gemiddelde cadans voor
de huidige activiteit.
Gemiddelde hartslag: De gemiddelde hartslag voor de huidige
activiteit.
Gemiddelde HS %Max.: Het gemiddelde percentage van de
maximale hartslag voor de huidige activiteit.
Gemiddelde rondetijd: De gemiddelde rondetijd voor de
huidige activiteit.
Gemiddelde slagen/baan: Het gemiddelde aantal slagen per
baan gedurende de huidige activiteit.
Gemiddelde slagsnelheid: Het gemiddelde aantal slagen per
minuut (spm) tijdens de huidige activiteit.
Gemiddelde SWOLF: De gemiddelde swolf-score voor de
huidige activiteit. De swolf-score is de som van de tijd voor één baan en het aantal slagen voor die baan (Zwemtermen,
pagina 11).
Gemiddeld tempo: Het gemiddelde tempo van de huidige
activiteit.
Gemiddeld tempo 500 meter: Het gemiddelde roeitempo per
500 meter voor de huidige activiteit.
Hartslag: Uw aantal hartslagen per minuut. Uw toestel moet zijn
aangesloten op een compatibele hartslagmeter.
Hoogte: De hoogte van uw huidige locatie boven of onder
zeeniveau.
HS %Max.: Het percentage van maximale hartslag. HS-zone: Uw huidige hartslagbereik (1 tot 5). De
standaardzones zijn gebaseerd op uw gebruikersprofiel en de maximale hartslag (220 min uw leeftijd).
Intervalafstand: De afstand die u hebt afgelegd voor het
huidige interval.
Intervalbanen: Het aantal volledige banen dat tijdens het
huidige interval is afgelegd.
Interval Slagen/baan: Het gemiddeld aantal slagen per baan
gedurende de huidige activiteit.
Interval Slagsnelheid: Het gemiddelde aantal slagen per
minuut (spm) tijdens het huidige interval.
Intervaltempo: Het gemiddelde tempo van het huidige interval. Intervaltijd: De stopwatchtijd voor het huidige interval. Koers: De richting waarin u zich verplaatst. Laatste ronde afstand: De afstand die u hebt afgelegd voor de
laatste voltooide ronde.
Laatste rondesnelheid: De gemiddelde snelheid voor de
laatste voltooide ronde.
Laatste rondetempo: Het gemiddelde tempo van de laatste
voltooide ronde.
Laatste rondetijd: De stopwatchtijd voor de laatste voltooide
ronde.
Max. 24 uur: De maximumtemperatuur gemeten in de
afgelopen 24 uur.
Maximumsnelheid: De hoogste snelheid voor de huidige
activiteit.
Min. 24 uur: De minimumtemperatuur gemeten in de afgelopen
24 uur.
Rnd snlhd: De gemiddelde snelheid voor de huidige ronde. Rondeafstand: De afstand die u hebt afgelegd voor de huidige
ronde.
Rondecadans: Fietsen. De gemiddelde cadans voor de huidige
ronde.
Rondecadans: Hardlopen. De gemiddelde cadans voor de
huidige ronde.
Ronde HS: De gemiddelde hartslag voor de huidige ronde. Ronde HS %Max.: Het gemiddelde percentage van de
maximale hartslag voor de huidige ronde.
24 Appendix
Page 29
Ronden: Het aantal ronden dat is voltooid voor de huidige
activiteit.
Rondestappen: Het aantal stappen tijdens de huidige ronde. Rondetempo: Het gemiddelde tempo van de huidige ronde. Rondetijd: De stopwatchtijd voor de huidige ronde. Slagen: Het totale aantal slagen voor de huidige activiteit. Slagen interval: Het totale aantal slagen voor het huidige
interval.
Slagen laatste baan: Het totale aantal slagen voor de laatste
voltooide baan.
Slagen laatste interval: Het totale aantal slagen voor het
laatste voltooide interval.
Slagsnelheid: Het aantal slagen per minuut (spm). Slagsnelheid laatste baan: Het gemiddelde aantal slagen per
minuut (spm) tijdens de laatste voltooide baan.
Slagsnelheid laatste interval: Het gemiddelde aantal slagen
per minuut (spm) tijdens het laatste voltooide interval.
Snelheid: De huidige snelheid waarmee u zich verplaatst. Stappen: Het aantal stappen tijdens de huidige activiteit. SWOLF interval: De gemiddelde swolf-score voor het huidige
interval.
SWOLF laatste baan: De swolf-score voor de laatste voltooide
baan.
Temperatuur: De temperatuur van de lucht. Uw
lichaamstemperatuur beïnvloedt de temperatuursensor.
Tempo: Het huidige tempo. Tempo 500 meter: Het huidige roeitempo per 500 meter. Tempo 500 meter laatste ronde: Het gemiddelde roeitempo
per 500 meter voor de laatste ronde.
Tempo 500 meter ronde: Het gemiddelde roeitempo per 500
meter voor de huidige ronde.
Tempo laatste baan: Het gemiddelde tempo van de laatste
voltooide volledige baan.
Tijd: De tijd van de dag, op basis van uw huidige locatie en
tijdinstellingen (notatie, tijdzone en zomertijd).
Tijd in zone: De tijd verstreken in elke hartslag- of
vermogenszone.
Timer: De stopwatchtijd voor de huidige activiteit. Totale daling: De totale afstand van de daling tijdens de
activiteit of sinds deze waarde voor het laatst is hersteld.
Totale stijging: De totale afstand van de stijging tijdens de
activiteit of sinds deze waarde voor het laatst is hersteld.
Trappen per minuut: Het aantal trappen dat u per minuut hebt
geklommen.
Verdiepingen omhoog: Het totale aantal trappen dat u die dag
hebt geklommen.
Verdiepingen omlaag: Het totale aantal trappen dat u die dag
bent afgegaan.
Verstreken tijd: De totale verstreken tijd. Als u bijvoorbeeld de
timer start en 10 minuten hardloopt, vervolgens de timer 5 minuten stopt en daarna de timer weer start en 20 minuten hardloopt, bedraagt de verstreken tijd 35 minuten.
Verticale snelheid: De stijg- of daalsnelheid over tijd. Zon onder: Het tijdstip waarop de zon ondergaat, gebaseerd op
uw GPS-positie.
Zon op: Het tijdstip waarop de zon opkomt, gebaseerd op uw
GPS-positie.
Standaardwaarden VO2 Max.
In deze tabellen vindt u de gestandaardiseerde classificaties van het geschat VO2 max. op basis van leeftijd en geslacht.
Mannen Percentiel 20–29 30–39 40–49 50–59 60–69 70–79
Voortreffelijk 95 55,4 54 52,5 48,9 45,7 42,1
Uitstekend 80 51,1 48,3 46,4 43,4 39,5 36,7
Goed 60 45,4 44 42,4 39,2 35,5 32,3
Redelijk 40 41,7 40,5 38,5 35,6 32,3 29,4
Slecht 0–40 <41,7 <40,5 <38,5 <35,6 <32,3 <29,4
Vrouwen Percentiel 20–29 30–39 40–49 50–59 60–69 70–79
Voortreffelijk 95 49,6 47,4 45,3 41,1 37,8 36,7
Uitstekend 80 43,9 42,4 39,7 36,7 33 30,9
Goed 60 39,5 37,8 36,3 33 30 28,1
Redelijk 40 36,1 34,4 33 30,1 27,5 25,9
Slecht 0–40 <36,1 <34,4 <33 <30,1 <27,5 <25,9
Gegevens afgedrukt met toestemming van The Cooper Institute. Ga voor meer informatie naar www.CooperInstitute.org.

Wielmaat en omvang

Uw snelheidsensor detecteert automatisch uw wielmaat. Indien nodig, kunt u handmatig uw wielmaat invoeren in de instellingen van de snelheidsensor.
De wielmaat wordt aan weerszijden van de band aangegeven. Dit is geen volledige lijst. U kunt ook de omtrek van uw wiel meten of een van de rekenmachines op internet gebruiken.
Bandafmeting Wielmaat (mm)
20 × 1,75 1515
20 × 1-3/8 1615
22 × 1-3/8 1770
22 × 1-1/2 1785
24 × 1 1753
Bandafmeting Wielmaat (mm)
24 × 3/4 (tubulair) 1785
24 × 1-1/8 1795
24 × 1,75 1890
24 × 1-1/4 1905
24 × 2,00 1925
24 × 2,125 1965
26 × 7/8 1920
26 × 1-1,0 1913
26 × 1 1952
26 × 1,25 1953
26 × 1-1/8 1970
26 × 1,40 2005
Appendix 25
Page 30
Bandafmeting Wielmaat (mm)
26 × 1,50 2010
26 × 1,75 2023
26 × 1,95 2050
26 × 2,00 2055
26 × 1-3/8 2068
26 × 2,10 2068
26 × 2,125 2070
26 × 2,35 2083
26 × 1-1/2 2100
26 × 3,00 2170
27 × 1 2145
27 × 1-1/8 2155
27 × 1-1/4 2161
27 × 1-3/8 2169
29 x 2.1 2288
29 x 2.2 2298
29 x 2.3 2326
650 x 20C 1938
650 x 23C 1944
650 × 35A 2090
650 × 38B 2105
650 × 38A 2125
700 × 18C 2070
700 × 19C 2080
700 × 20C 2086
700 × 23C 2096
700 × 25C 2105
700C (tubulair) 2130
700 × 28C 2136
700 × 30C 2146
700 × 32C 2155
700 × 35C 2168
700 × 38C 2180
700 × 40C 2200
700 × 44C 2235
700 × 45C 2242
700 × 47C 2268

Symbooldefinities

Deze symbolen worden mogelijk weergegeven op de toestel- of accessoirelabels.
WEEE-symbool voor weggooien en recycling. Het WEEE-symbool is toegevoegd op het product in overeenstemming met de EU­richtlijn 2012/19/EU met betrekking tot Waste Electrical and Electronic Equipment (WEEE). Hiermee wordt het onjuist afdanken van dit product ontmoedigd en het hergebruiken en recyclen bevorderd.
26 Appendix
Page 31

Index

A
aanraakscherm 1 accessoires 20, 24 activiteiten 9, 10, 17
aangepaste 9 favorieten 10 opslaan 9 starten 9 toevoegen 9
activiteiten opslaan 10, 11 activiteiten volgen 7, 8 afstand, waarschuwingen 17 afteltimer 19 agenda 14 alarmen 17, 19 ANT+ sensoren 20 ANT+ sensors 20, 21 applicaties 2, 3, 13
smartphone 1, 9
Auto Lap 18 Auto Pause 18 auto scroll 18
B
banden 22 banen 11
downloaden 11 selecteren 11 spelen 11
batterij
maximaliseren 2, 19, 23 opladen 21
bedieningsmenu 16 betalingen 3, 4 Bluetooth sensoren 20 Bluetooth sensors 20 Bluetooth technologie 2, 3, 18, 22
hoofdtelefoon 5, 22
C
cadans
sensors 20 waarschuwingen 17
calorie, waarschuwingen 17 calorieën 24 computer 5 Connect IQ 1, 3
D
doelstellingen 20 dogleg 12
E
een shot meten 12
F
fietsen 10 fietssensors 20
G
Garmin Connect 1–3, 13–16, 19–21
gegevens opslaan 16
Garmin Express 3
software bijwerken 21
Garmin Pay 3, 4 gebruikersprofiel 13 gegevens
opslaan 13, 15, 16 overbrengen 13, 15, 16 uploaden 16
gegevens opslaan 13, 15 gegevens uploaden 16 gegevensvelden 1, 3, 10, 17, 24 geschiedenis 10, 15
naar de computer verzenden 13, 15, 16 weergeven 13
golfronde, beëindigen 13
GPS 1
signaal 23
green-weergave, pinlocatie 11, 12 grootte van bad
aangepaste 11 instellen 11
H
hartslag 1, 5, 6
meter 6 sensors koppelen 6 waarschuwingen 17
zones 6, 13, 15 het toestel herstellen 23 het toestel resetten 23 hindernissen 12 hoofdmenu, aanpassen 8 hoofdtelefoon 22
Bluetooth technologie 5, 22
verbinden 5
I
indoortraining 10 instellingen 8, 13, 17–20, 23
toestel 19 intervallen 11
K
kaarten 14 kalibreren, kompas 15 klok 19 knoppen 1, 22 kompas 12, 15
kalibreren 15 koppelen
ANT+ sensors 6
sensors 20
smartphone 1, 22
L
layup 12 licentie 21 locaties 14, 15
verwijderen 15 loopband 10
M
maateenheden 19 meldingen 2
sms-berichten 2
telefoongesprekken 2 menu 1 minuten intensieve training 7, 24 muziek 4
laden 4, 5
services 4, 5
spelen 5 muziekbediening 5
N
navigatie 14, 15
stoppen 15 NFC 3
O
opladen 21
P
persoonlijke records 14
verwijderen 14 pictogrammen 1 pinlocatie, green-weergave 11, 12 portemonnee 3 problemen oplossen 6, 22–24 profielen, gebruiker 13
R
ronden 15, 18
S
satellietsignalen 1, 23 scherm 19
schermverlichting 1, 19 score 12 scorekaart 12 skiën
alpine 11
snowboarden 11 slaapmodus 3, 7 slagen 11 smartphone 3, 8, 13, 22
applicaties 2, 3, 9
koppelen 1, 22 sms-berichten 2 snelheids- en cadanssensors 1, 20 snelkoppelingen 1, 16 snowboarden 11 software
bijwerken 21
versie 21 specificaties 21 statistieken 12, 13 stopwatch 19 stressniveau 9 swolfscore 11 systeeminstellingen 18
T
telefoongesprekken 2 tempe 21, 24 temperatuur 21, 24 tijd 19
instellingen 19
waarschuwingen 17 tijdstip van de dag 19, 23 tijdzones 19 timer 10, 11
afteltimer 19 toestel aanpassen 13, 16, 17 toestel schoonmaken 22 toestel-id 21 training 2
agenda 14
pagina's 10
plannen 13, 14
U
updates, software 21 USB 21
V
vergrendelen, scherm 1, 18 vermogen (kracht), waarschuwingen 17 vervangingsonderdelen 22 verwijderen
geschiedenis 15
persoonlijke records 14 VIRB afstandsbediening 9 VO2 max. 7, 25 voetsensor 1, 20
W
waarschuwingen 17 watch face 1 watch faces 3, 16 weer 8 Wi-Fi, verbinden 3 WiFi, verbinden 3 widgets 1, 3, 6, 8 wielmaten 20, 25 workouts 13, 14
Z
zones
hartslag 6
tijd 19 zwemmen 11
Index 27
Page 32
support.garmin.com
Juni 2018
190-02379-35_0A
Loading...