FUJIFILM XP120 User Manual [nl]

BL00004870-B00
NL
DIGITAL CAMERA
FINEPIX XP120 Serie
Gebruiksaanwijzing
Voor informatie over aanverwante producten, bezoek onze website op http://www.fujifilm.com/products/digital_cameras/index.html
Voordat u begint
Eerste stappen
afspelen
Meer over fotogra e
Meer over afspelen
Draadloze netwerken
Films
Aansluitingen
Menu’s
Technische informatie
Probleemoplossing
Appendix
Voor uw veiligheid
WAARSCHUWING
Voor uw veiligheid
Lees deze opmerkingen voordat u de camera gebruikt
Veiligheidsopmerkingen
• Zorg ervoor dat u uw camera goed gebruikt. Lees voor gebruik deze
Veiligheidsopmerkingen en uw Gebruiksaanwijzing zorgvuldig door.
• Bewaar deze veiligheidsopmerkingen na het lezen op een veilige plaats.
De hieronder afgebeelde pictogrammen worden in deze gebruiksaan­wijzing gebruikt om de ernst aan te geven van letsel of schade die kan ontstaan als de betekenis van het pictogram niet in acht wordt genomen en het product ten gevolge daarvan onjuist wordt gebruikt.
WAARSCHUWING
ATTENTIE
De hieronder afgebeelde pictogrammen geven de ernst van de gevolgen aan als de instructies niet wordt nageleefd.
• Bewaar de camera op een droge plaats wanneer u deze niet gebruikt.
• Als u een andere vloeistof dan zoet of zout water morst op de camera, spoelt u de camera met zoet water en droogt u deze vervolgens met een pluisvrije doek. Contacteer bij twijfel de plaatselijke onderhoudsdienst.
• Water-/stofbestendige producten mogen blootgesteld worden aan water/stof. Houd hiermee rekening bij het lezen van de volgende opmerkingen en waarschuwingen.
Informatie over pictogrammen
Dit pictogram geeft aan dat het niet opvolgen van instructies kan leiden tot ernstig of fataal letsel.
Dit pictogram geeft aan dat het niet opvolgen van instructies kan leiden tot persoonlijk letsel of materiële schade.
Driehoekige pictogrammen geven aan dat deze informatie uw aandacht behoeft (“Belangrijk”).
Cirkelvormige pictogrammen met een diagonale streep geven aan dat die handeling verboden is (“Verboden”).
Opgevulde cirkels met een uitroepteken geven aan dat er een handeling moet worden verricht (“Vereist”).
Opmerkingen voor waterbestendige producten
Als water of andere vreemde voorwerpen in de camera terechtkomen, schakelt u de camera uit, verwijdert u de batterij, koppelt u de netstroom­adapter los en trekt u deze uit het stopcontact. Het blijven gebruiken
van de camera als deze rook verspreidt of een ongewone geur of
Uit het
wanneer de camera een ander gebrek vertoont, kan brand of een
stopcontact
elektrische schok tot gevolg hebben. Neem contact op met uw
verwijderen
FUJIFILM-dealer.
Laat geen water of andere vreemde voorwerpen de camera binnendrin­gen. Als water of andere vreemde voorwerpen in de camera terecht-
komen, schakelt u de camera uit, verwijdert u de batterij, koppelt u de netstroomadapter los en trekt u deze uit het stopcontact. Als u de camera blijft gebruiken, kan dat leiden tot brand of een elektrische schok. Neem contact op met uw FUJIFILM-dealer.
Gebruik de camera niet in de badkamer of in de douche (met uitzondering van waterdichte producten). Dit kan brand of een elektrische schok
Niet gebruiken in de badkamer
veroorzaken.
of in de douche
Probeer nooit de camera te demonteren of te modi ceren (open nooit de behuizing). Het niet in acht nemen van deze voorzorgsmaatregel kan
Niet
brand of een elektrische schok veroorzaken.
demonteren
Mocht de behuizing openbreken door een val of ander ongeluk, raak de blootliggende onderdelen niet aan. Het niet in acht nemen van deze
voorzorgsmaatregel kan een elektrische schok of letsel door het aanraken van beschadigde onderdelen tot gevolg hebben. Verwij-
Raak geen
interne onder-
der onmiddellijk de batterij en pas op voor letsel of een elektrische
delen aan
schok. Breng het product naar het verkooppunt voor raadpleging.
WAARSCHUWING
ii
WAARSCHUWING
WAARSCHUWING
Het verbindingssnoer mag niet worden aangepast, verwarmd, overmatig geplooid of uitgetrokken worden en er mogen geen zware voorwerpen op worden geplaatst. Deze handelingen zouden het snoer
kunnen beschadigen en brand of een elektrische schok kunnen veroorzaken. Neem contact op met uw FUJIFILM-dealer als het snoer beschadigd is.
Plaats de camera niet op een onstabiele ondergrond. Hierdoor kan de camera vallen of kantelen en letsel veroorzaken.
Probeer nooit foto’s te maken als u in beweging bent. Gebruik de camera niet tijdens het wandelen of als u in een auto rijdt. Dit kan leiden tot een val of een verkeersongeluk.
Raak tijdens onweer de metalen onderdelen van de camera niet aan. Dit kan tot een elektrische schok leiden door de ladingsoverdracht van een blikseminslag.
Gebruik de batterij niet voor andere doeleinden dan waarvoor deze bedoeld is. Plaats de batterij zoals aangeduid door de merktekens.
Verwarm, wijzig of demonteer de batterij niet. Laat de batterij niet vallen of stel deze niet bloot aan schokken. Berg de batterij niet samen met metalen voorwerpen op. Elk van deze handelingen kan tot ontploffi ng
of lekkage van de batterij leiden en kan brand of letsel veroorzaken.
Gebruik uitsluitend batterijen of netstroomadapters die voor gebruik met deze camera goedgekeurd zijn. Gebruik geen andere spanning dan de vermelde spanningsvoeding. Het gebruik van andere spanningsbron-
nen kan tot brand leiden.
Als de batterij lekt en vloeistof in contact komt met uw ogen, huid of kle­ding, spoelt u het betre ende gebied onmiddellijk met schoon stromend water en zoekt u medische hulp of belt u onmiddellijk het alarmnummer.
Gebruik de lader niet om andere batterijen dan hier vermeld, op te laden.
De meegeleverde batterijlader is uitsluitend voor gebruik met het type batterij dat met de camera wordt meegeleverd. Als u de lader gebruikt om gewone batterijen of andere types oplaadbare batterijen op te laden, dan kan dit leiden tot lekkage, oververhitting of een explosie.
WAARSCHUWING
Gevaar voor ontplo ng als de ba tterij niet correct vervangen wordt. Gebruik alleen hetzelfde type batterij.
Gebruik niet in de nabijheid van ontvlambare voorwerpen, explosieve gassen of stof.
Als u de batterij bij u draagt, plaatst u deze in de digitale camera of be­waart u de batterij in de harde tas. Als u de batterij wilt opbergen, bergt u deze op in de harde tas. Als u de batterij wegbrengt voor recycling, bedekt u de polen met isolatietape. Door contact met andere batterijen of
metalen voorwerpen kan de batterij in brand vliegen of ontploff en.
Houd kleine accessoires zoals geheugenkaarten en de afdekking van de accessoireschoen buiten het bereik van kinderen. Kinderen kunnen
kleine accessoires zoals geheugenkaarten en de afdekking van de accessoireschoen per ongeluk inslikken. Bewaar geheugenkaarten buiten het bereik van kleine kinderen. Als een kind een geheu­genkaart inslikt, moet u onmiddellijk medische hulp zoeken of het alarmnummer bellen.
Schakel de camera uit in menigtes. De camera geeft radiofrequente straling af. Deze straling kan interfereren met pacemakers.
Schakel de camera uit in de nabijheid van automatische deuren, P.A.­systemen (geluidsinstallatie voor muziek tijdens openbare evenementen) en andere automatisch bestuurde apparaten. De camera geeft
radiofrequente straling af, waardoor deze apparaten mogelijk niet naar behoren werken.
Houd de camera op een afstand van ten minste 22 cm van mensen die een pacemaker dragen. De camera geeft radiofrequente straling af. Deze
straling kan interfereren met pacemakers.
Buiten het bereik van kleine kinderen houden. Als de riem of het netsnoer per ongeluk rond de nek gewikkeld raakt of een accessoire per ongeluk ingeslikt wordt, bestaat er gevaar op verstikking of andere letsels.
WAARSCHUWING
Voor uw veiligheid
iii
Voor uw veiligheid
WAARSCHUWING
ATTENTIE
ATTENTIE
Kijk niet in de zon door de zoekers van de lens of camera. Het niet in acht nemen van deze waarschuwing kan permanent oogletsel tot gevolg hebben.
Als een  itser te dicht bij ogen wordt gebruikt, kan deze persoon daar tijdelijk door verblind raken. Er bestaat een risico op gezichtsbescha-
diging. Wanneer u de fl itser gebruikt om een kind te fotograferen, moet u steeds voldoende afstand houden.
Vraag in de ziekenhuis- of bij de luchtvaartmaatschappij om toestemming voordat u uw fotocamera in een ziekenhuis of vliegtuig gebruikt. Deze
camera kan medische en luchtvaartapparatuur verstoren.
Gebruik de camera niet op plaatsen die zijn aangetast door oliedampen of stoom. Dit kan brand of een elektrische schok veroorzaken.
Gebruik de camera niet op plaatsen die zijn aangetast door luchtvochtig­heid of stof (met uitzondering van waterdichte producten). Dit kan brand
of een elektrische schok veroorzaken.
Laat de camera niet achter op plaatsen die aan extreem hoge tempe­raturen zijn blootgesteld. Laat de camera niet achter in afgesloten
ruimtes zoals in een afgesloten voertuig of in direct zonlicht. Dit kan brand veroorzaken.
Plaats geen zware voorwerpen op de camera. Hierdoor kan het zware voorwerp vallen of kantelen en letsel veroorzaken.
Verplaats de camera niet terwijl deze nog steeds met het netsnoer verbon­den is. Trek niet aan het snoer om de netstroomadapter te verwijderen.
Deze handelingen zouden het snoer kunnen beschadigen en brand of een elektrische schok kunnen veroorzaken.
Gebruik de netstroomadapter niet wanneer de stekker beschadigd is of de stekkerverbinding loszit. Dit kan brand of een elektrische schok
veroorzaken.
WAARSCHUWING
ATTENTIE
Bedek de camera en de netstroomadapter niet en wikkel deze niet in een doek of deken. Hierdoor kan de temperatuur te hoog oplopen
waardoor de behuizing vervormt of waardoor er brand ontstaat.
Als u de camera reinigt en u de camera voor langere tijd niet van plan bent te gebruiken, verwijdert u de batterij en koppelt u de netstroomadapter los. Doet u dit niet, dan kan dat leiden tot brand of een elektrische
schok.
Na het opladen dient u de lader uit het stopcontact te verwijderen. Er kan brand ontstaan als u de lader in het stopcontact laat zitten.
Uit het stopcontact verwijderen
Bij het verwijderen van een geheugenkaart kan de kaart te snel uit de sleuf schieten. Gebruik uw vinger om de kaart tegen te houden en laat de kaart voorzichtig los. Personen die door de uitgeworpen kaart
worden getroff en, kunnen gewond raken.
Laat uw camera regelmatig nakijken en schoonmaken. Een ophoping van stof in uw camera kan tot brand of een elektrische schok leiden. Neem contact op met uw FUJIFILM-dealer om de camera om de 2jaar van binnen te laten reinigen. Dit is echter niet gratis.
Houd de zon uit het beeld bij het fotograferen van onderwerpen met tegenlicht. Zonlicht dat wordt scherpgesteld in de camera wanneer
de zon zich in het beeld of vlakbij het beeld bevindt, kan brand of brandwonden veroorzaken.
Draag de camera of lens niet terwijl deze op een statief is bevestigd. Het product kan vallen of andere voorwerpen raken, wat letsel tot gevolg kan hebben.
ATTENTIE
iv
De batterij en voeding
Li-ion batterijen
AA alkaline batterijen/oplaadbare Ni-MH bat­terijen/ AA lithium batterijen
Opmerking: Controleer welk type batterijen in uw camera wordt gebruikt en lees de relevante paragrafen aandachtig door.
Hieronder wordt uitgelegd hoe u de batterijen juist gebruikt en hoe u de levensduur ervan kunt verlengen. Foutief gebruik kan de levensduur verkorten en lekkage, oververhitting en ontplof­fen van de batterij tot gevolg hebben.
Li-ion batterijen
Dit gedeelte is van toepassing als in uw camera een oplaadbare Li-ion batterij wordt gebruikt.
Bij levering is de batterij niet opgeladen. Laad de batterij vóór gebruik op. Laat de batterij in het compartiment zitten wanneer u de camera niet gebruikt.
■ Opmerkingen over de batterij
De batterij verliest geleidelijk haar lading, zelfs wanneer de batterij niet wordt gebruikt. Laad de batterij één of twee dagen voor gebruik op.
De levensduur van de batterij kan worden ver­lengd door de camera uit te schakelen wanneer hij niet wordt gebruikt.
De capaciteit van de batterij neemt bij lage tem­peraturen enigszins af; een lege batterij werkt vaak helemaal niet meer wanneer het koud is. Bewaar een volledig opgeladen reservebatterij op een warme plaats en verwissel de batterij wanneer dat nodig is; bewaar anders de batterij in een van uw zakken en plaats de batterij pas vlak voordat u gaat fotograferen in de camera. Voorkom dat de batterij in direct contact komt met handenwarmers of andere verwarmingsap­paraten.
■ De batterij opladen
De laadtijd neemt toe wanneer de omgevings­temperatuur lager is dan +10 °C of hoger is dan +35 °C. Probeer de batterij nooit op te laden bij temperaturen boven 40 °C; opladen is niet mogelijk bij temperaturen onder 0 °C.
Probeer nooit een volledig opgeladen batterij op te laden. De batterij hoeft echter ook niet vol­ledig ontladen te zijn om te worden opgeladen.
De batterij kan onmiddellijk na het opladen en tijdens gebruik enigszins warm aanvoelen. Dit is normaal.
■ Levensduur van de batterij
Bij normale temperaturen kan de batterij minimaal 300 keer worden opgeladen. Wanneer de batterij steeds minder lang haar lading kan vasthouden, is dat een indicatie dat het einde van de levensduur van de batterij is bereikt en dat de batterij moet worden vervangen.
■ Opslag
De prestaties van de batterij kunnen verslechte­ren als de batterij gedurende langere perioden in volledig opgeladen toestand ongebruikt blijft. Ontlaad eerst de batterij volledig.
Wanneer de camera gedurende langere tijd niet zal worden gebruikt, neem dan de batterij uit de camera en bewaar de batterij op een droge plaats met een omgevingstemperatuur van +15 °C tot +25 °C. Bewaar de batterij niet op plaatsen waar de batterij wordt blootgesteld aan extreme temperaturen.
Voor uw veiligheid
■ Attentie: De batterij hanteren
• Bewaar of vervoer de batterij niet samen met metalen voorwerpen zoals kettinkjes of haarspelden.
• Stel de batterij niet bloot aan vuur of hoge temperaturen.
• Probeer de batterij niet te demonteren of te modifi ceren.
• Laad de batterij alleen op met de voorgeschre­ven batterijladers.
• Laat de batterij niet vallen en stel deze niet bloot aan schokken.
• Stel de batterij niet bloot aan water.
• Houd de polen van de batterij altijd schoon.
• De batterij kan onmiddellijk na het opladen en tijdens gebruik enigszins warm aanvoelen. Dit is normaal.
AA alkaline batterijen/oplaadbare Ni-MH bat­terijen/ AA lithium batterijen
Dit gedeelte is van toepassing wanneer er in uw camera AA alkaline of oplaadbare AA NiMH batterijen worden gebruikt. Informatie
over compatibele soorten van batterijen vindt u elders in de gebruiksaanwijzing van de camera.
■ Attentie: De batterij hanteren
• Stel de batterij niet bloot aan water, vuur of hitte en bewaar de batterij niet op warme of vochtige plaatsen.
• Bewaar of vervoer de batterij niet samen met metalen voorwerpen zoals kettinkjes of haarspelden.
• Probeer de batterij of de behuizing niet te demonteren of te modifi ceren.
• Stel de netstroomadapter niet bloot aan sterke schokken.
• Gebruik geen lekkende, vervormde of verkleurde batterijen.
• Houd de batterijen buiten het bereik van baby’s en kleine kinderen.
• Plaats de batterijen in de juiste richting in het batterijencompartiment.
v
Voor uw veiligheid
Netstroomadapters (los verkrijgbaar)
• Gebruik oude en nieuwe batterijen, batterijen met verschillende ladingsniveaus of batterijen van verschillende merken nooit samen.
• Neem de batterij uit de camera wanneer de camera gedurende langere tijd niet zal worden gebruikt. Denk er wel aan dat de cameraklok weer zal moeten worden ingesteld.
• De batterij kan tijdens gebruik enigszins warm aanvoelen. Schakel voordat u de batterijen verwijdert, de camera uit en wacht tot de batterijen zijn afgekoeld.
• De capaciteit van batterijen neemt bij lage temperaturen enigszins af. Bewaar reservebat­terijen op een warme plaats en vervang ze wanneer nodig. Koude batterijen die weer op temperatuur zijn gekomen, kunnen soms een deel van hun lading terugkrijgen.
• De prestaties van de batterijen kunnen door vingervlekken of vuil op de polen van de batterijen worden beïnvloed. Maak de polen schoon met een zachte, droge doek voordat u de batterijen in de camera plaatst.
Als de batterijen hebben gelekt, reinigt u het batterijencompartiment grondig voordat u nieuwe batterijen plaatst.
Als batterijvloeistof op uw handen of kleding komt, spoelt u de betreff ende delen met af met schoon stromend wa­ter. Als de batterijvloeistof in contact komt
met de ogen, spoelt u de ogen onmiddellijk uit met schoon stromend water en zoekt u medische hulp. Wrijf niet in uw ogen. Het niet in acht nemen van deze waarschuwing kan leiden tot permanent oogletsel.
■ NiMH batterijen
De capaciteit van oplaadbare NiMH batterijen kan tijdelijk verminderen wanneer ze gedurende langere tijd niet worden gebruikt of als ze worden opgeladen voordat ze volledig ontladen zijn. Dit is normaal en duidt niet op een defect. De capaciteit kan worden verhoogd door de batterijen enkele malen te ontladen met behulp van de optie ontladen en ze met behulp van een batterijlader weer op te laden.
Q ATTENTIE: Gebruik de optie ontladen niet met
alkaline batterijen.
Ook als de camera is uitgeschakeld wordt een geringe hoeveelheid stroom verbruikt. NiMH bat­terijen die gedurende langere tijd in de camera hebben gezeten, kunnen zodanig zijn uitgeput dat ze niet langer in staat zijn een lading vast te houden. De prestaties van batterijen kunnen ook verminderen wanneer ze worden gebruikt in zaklampen, e.d. Gebruik de optie ontladen van het instellingenmenu van de camera om NiMH batterijen te ontladen. Batterijen die hun lading zelfs nadat ze enkele malen zijn ontladen en opgeladen niet kunnen vasthouden, hebben het einde van hun levensduur bereikt en moeten worden vervangen.
NiMH batterijen zijn oplaadbaar met een batterijlader (los verkrijgbaar). Batterijen kunnen onmiddellijk na het opladen enigszins warm aanvoelen. Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van de batterijlader voor meer informatie. Gebruik de lader alleen met compatibele batterijen.
NiMH batterijen verliezen geleidelijk hun lading wanneer ze niet worden gebruikt.
■ Verwijdering
ATTENTIE: Lever lege batterijen in volgens de plaatselijke regels voor klein chemisch afval.
Netstroomadapters (los verkrijgbaar)
Dit gedeelte is van toepassing op alle cameramodellen. Gebruik uitsluitend FUJIFILM
netstroomadapters die voor gebruik met deze camera goedgekeurd zijn. Andere adapters kunnen de camera beschadigen.
• Gebruik de netstroomadapter uitsluitend binnenshuis.
• Zorg ervoor dat de netstroomadapter goed op de camera wordt aangesloten.
• Schakel de camera uit voordat u de netstroom­adapter afkoppelt. Koppel de adapter af door aan de stekker te trekken i.p.v. aan het snoer.
• Gebruik de netstroomadapter niet met andere apparaten.
• Niet demonteren.
• Stel de netstroomadapter niet bloot aan vuur of hoge temperaturen.
• Stel de netstroomadapter niet bloot aan sterke schokken.
• Tijdens gebruik kan de netstroomadapter warm aanvoelen. Dit is normaal.
• Wanneer de netstroomadapter de radio-ont­vangst verstoort, moet de antenne opnieuw gericht of verplaatst worden.
vi
De camera gebruiken
Maak proefopnamen
Opmerkingen over auteursrechten
Hantering
Vloeibare kristallen
Informatie over handelsmerken
Elektrische interferentie
Exif Print (Exif ver. 2.3)
Richt de camera niet op extreem heldere licht­bronnen, zoals de zon bij een onbewolkte lucht. Het niet in acht nemen van deze voorzorgsmaat­regel kan schade aan de beeldsensor van de camera toebrengen.
Maak proefopnamen
Voordat u foto’s gaat maken van belangrijke gelegenheden (zoals een huwelijk of reis), kunt u het beste enkele testopnamen maken die u in het LCD-scherm controleert zodat u zeker weet dat de camera goed werkt. FUJIFILM Corporation aanvaardt geen aansprakelijkheid voor schade of inkomstenderving voortkomend uit het niet goed functioneren van het product.
Opmerkingen over auteursrechten
Opnamen gemaakt met uw digitale camera­systeem mogen zonder toestemming van de eigenaar niet worden gebruikt op een manier die de copyrightwetten overtreedt, tenzij deze uitsluitend voor privégebruik bedoeld zijn. Er zijn bepaalde beperkingen van toepassing bij het fotograferen van optredens op podia, evenementen en tentoonstellingen, zelfs wan­neer de foto’s alleen voor privégebruik bestemd zijn. De gebruiker wordt er ook op gewezen dat het overdragen van een geheugenkaart die foto’s of gegevens bevat die onder de copyrightwet­ten vallen, uitsluitend toegestaan is binnen de beperkingen opgelegd door de regelgeving in het kader van deze auteursrechten.
Hantering
Stel de camera tijdens het maken en opslaan van foto’s niet bloot aan schokken om correcte opnames te garanderen.
Vloeibare kristallen
In geval van beschadiging van het LCD-scherm of de elektronische zoeker moet de uiterste zorg worden betracht en ieder contact met de vloeibare kristallen worden vermeden. Neem onmiddellijk maatregelen als één van de volgende situaties zich voordoet:
Als vloeibare kristallen met uw huid in aanraking ko- men, moet de betreff ende plek onmiddellijk met een doek worde afgenomen en vervolgens met veel stromend water en zeep worden gewassen.
Als vloeibare kristallen in contact komen met de ogen, moeten de ogen onmiddellijk gedurende minimaal 15 minuten met schoon stromend water worden uitgespoeld en moet medische hulp worden ingeroepen.
Als vloeibare kristallen worden ingeslikt, moet de mond met veel schoon stromend water worden gespoeld. Drink grote hoeveelheden water en probeer over te geven. Roep daarna medische hulp in.
Hoewel het LCD-scherm met geavanceerde pre­cisietechnologie is gefabriceerd, kan het scherm pixels bevatten die altijd zijn verlicht of zijn nooit verlicht. Dit is geen defect. Beelden opgenomen met dit product zijn onveranderd.
Informatie over handelsmerken
XD-Picture Card en E zijn handelsmerken van FUJIFILM Corporation. De hierin gebruikte lettertypen zijn ontwikkeld door DynaComware Taiwan Inc. Macintosh, Mac OS en macOS zijn in de Verenigde Staten en andere landen gedeponeerde handelsmerken van Apple Inc. Windows is in de Verenigde Staten en/of andere landen geregistreerde handelsmerken of handelsmerken van Microsoft Corporation. Wi-Fi ® en Wi-Fi Protected Setup ® zijn geregistreerde handelsmerken van Wi-Fi Alliance. Adobe en Adobe Reader zijn in de Verenigde Staten en/of andere landen geregistreerde handelsmerken of handelsmerken van Adobe Systems Incorporated. De SDHC- en SDXC-logo´s zijn handelsmerken van SD-3C, LLC. Het HDMI-logo is een handelsmerk. Alle overige in deze gebruiksaanwijzing genoemde
Voor uw veiligheid
handelsmerken zijn handelsmerken of geregistreerde handelsmerken van de betreff ende rechthebbenden.
Elektrische interferentie
Deze camera kan medische en luchtvaartap­paratuur verstoren. Vraag in de ziekenhuis- of bij de luchtvaartmaatschappij om toestemming voordat u uw fotocamera in een ziekenhuis of vliegtuig gebruikt.
Exif Print (Exif ver. 2.3)
Exif Print is een recentelijk herzien bestandsfor­maat voor digitale camera’s waarin samen met de foto informatie wordt opgeslagen over de manier waarop tijdens het afdrukken de opti­male kleurenreproductie kan worden bereikt.
BELANGRIJKE OPMERKING:
Lees eerst voordat u de software gebruikt
Direct of indirect exporteren, in zijn geheel of gedeeltelijk, van software met een licentie zonder de toestemming van de van toepassing zijnde bestuursorganen is verboden.
vii
Voor uw veiligheid
BELANGRIJK: Lees eerst de volgende mededelingen, alvorens de inge- bouwde draadloze zender van de camera te gebruiken.
Q Dit product, welke een coderingsfunctie bevat dat in de Verenigde
Staten is ontwikkeld, wordt gecontroleerd door de United States Export Administration Regulations en mag niet worden geëxporteerd of opnieuw worden geëxporteerd naar landen waarvoor in de Verenigde Staten een handelsembargo geldt.
Gebruik alleen als onderdeel van een draadloos netwerk. FUJIFILM aanvaardt geen aansprakelijkheid voor schade als gevolg van ongeoorloofd gebruik. Gebruik niet in toepassingen die een hoge mate van betrouwbaarheid vereisen, bijvoorbeeld in medische apparatuur of andere systemen die direct of indirect invloed hebben op een mensenleven. Bij gebruik van het apparaat in een computer en andere systemen die een grotere mate van betrouwbaarheid eisen, moeten alle noodzakelijke voorzorgsmaat­regelen worden genomen om de veiligheid te garanderen en een defect te voorkomen.
Gebruik alleen in het land waar het apparaat werd aangeschaft. Dit apparaat voldoet aan de voorschriften met betrekking tot draadloze netwerk­apparaten in het land waar het werd aangeschaft. Neem alle lokale voorschriften in acht bij het gebruik van het apparaat. FUJIFILM aanvaardt geen aansprakelijkheid voor problemen die voortvloeien uit het gebruik in andere rechtsgebieden.
Draadloze gegevens (afbeeldingen) kunnen worden onderschept door derden. De beveiliging van gegevens verzonden via draadloze netwerken kan niet worden gegarandeerd.
Gebruik het apparaat niet op plaatsen die onderhevig zijn aan magnetische velden, statische elektriciteit of radio-interferentie. Gebruik de zender niet in de nabijheid van magnetrons of op andere plaatsen die onderhevig zijn aan magnetische velden, statische elektriciteit of radio-interferentie, waardoor ontvangst van draadloze signalen mogelijk wordt voorkomen. Wederzijdse interferentie kan zich voordoen als de zender in de nabijheid van andere draadloze apparaten in de 2,4 GHz band wordt gebruikt.
De draadloze zender werkt in de 2,4 GHz band met behulp van DSSS- en
OFDM-modulatie.
Draadloze netwerkapparaten: Waarschuwingen
Dit apparaat werkt op dezelfde frequentie als commerciële, educatieve en medische apparaten en draadloze zenders. Het werkt tevens op dezelfde
frequentie als zenders met een licentie en speciale laagspanningzenders zonder licentie die in RFID-trackingsystemen voor lopende banden en in andere vergelijkbare toepassingen worden gebruikt.
Om interferentie met bovenstaande apparaten te voorkomen, moeten de volgende voorzorgsmaatregelen in acht worden genomen. Controleer of de RFID-zender niet in werking is, alvorens dit apparaat in gebruik te nemen. Als het apparaat storingen veroorzaakt voor radiozenders die gebruikt worden voor RFID-tracking, moet u dit apparaat onmiddellijk ergens anders plaatsen of het uitzenden van radiogolven staken. Indien u merkt dat dit apparaat interferentie veroorzaakt in laagspanning RFID-tracking­systemen, neem dan contact op met een FUJIFILM-vertegenwoordiger.
2.4DS/OF4
Deze sticker duidt aan dat dit apparaat in de 2,4 GHz band werkt met behulp van DSSS- en OFDM-modulatie en interferentie kan veroorzaken op afstanden tot maximaal 40 m.
viii
Over deze gebruiksaanwijzing
Inhoudsopgave
.................................
xv
Probleemoplossing
..........................
100
Waarschuwingsvensters en -aanduidingen
.......................................................
107
Geheugenkaarten
Over deze gebruiksaanwijzing
Lees deze gebruiksaanwijzing en de waarschuwingen in het hoofdstuk “Voor uw veiligheid” (P ii) aandachtig door voordat u de camera in gebruik neemt. Informatie over speci eke onderwerpen vindt u aan de hand van onderstaand overzicht.
Inhoudsopgave
De “Inhoudsopgave” geeft een dui­delijk overzicht van de gehele ge-
.................................PP
xv
Probleemoplossing
..........................PP
Hebt u een probleem met uw ca­mera? U vindt de oplossing hier.
100
bruiksaanwijzing. Alle camerafuncties worden er in behandeld.
Waarschuwingsvensters en -aanduidingen
.......................................................PP
107
Lees hier wat het knipperende pic­togram of foutmelding in het LCD­scherm betekent.
Geheugenkaarten
De door u gemaakte foto’s kunnen worden opgeslagen in het interne geheugen van de camera of op optionele SD-, SDHC- en SDXC-geheugenkaarten (P 12), in deze ge­bruiksaanwijzing vermeld als “geheugenkaarten”.
ix
Veelgebruikte knoppen
■■ Foto’s wissen
■■Fotograferen tijdens weergave
■■De camera aanzetten in de afspeelstand
Veelgebruikte knoppen
Foto’s wissen
y Geef een foto in volledig scherm weer
om deze te wissen en druk op de keuze­knop omhoog (b).
Fotograferen tijdens weergave
y Druk de ontspanknop half in om onmid-
dellijk terug te keren naar de opname­stand.
Bekijken
Maak de foto
De camera aanzetten in de afspeelstand
y Wanneer de camera is
uitgeschakeld kan het afspelen worden gestart door de a-knop ge­durende ongeveer een halve seconde ingedrukt te houden.
x
Productkenmerken en voorzorgsmaatregelen voor gebruik
■■Water-, stof- en schokbestendigheid
QQDe camera voldoet aan JIS Klasse 8 waterbestendigheid en JIS Klasse 6 (IP68) stofbestendigheids-
normen en heeft de FUJIFILM valtest doorstaan (valhoogte: 1,75m; impact oppervlak: multiplex, dikte 5 cm) voldoet aan MIL-STD 810F Method 516.5: Shock. Deze resultaten werden verkregen via interne testen en is niet een algemeen geldende garantie voor waterbestendigheid of onaantast­baarheid bij schade of vernietiging. De accessoires die zijn meegeleverd met de camera zijn niet waterbestendig.
■■Voor gebruik
QQLaat de waterbestendige afdichting vervangen indien deze is
vervormd of op een andere manier is beschadigd (merk op dat deze service niet gratis is; neem voor meer informatie contact op met uw winkelier of een door FUJIFILM geautoriseerde reparatietechnicus). Het niet vervangen van de afdichting kan lekkage en schade aan de camera tot gevolg hebben.
Productkenmerken en voorzorgsmaatregelen voor gebruik
Water-, stof- en schokbestendigheid
De camera voldoet aan JIS Klasse 8 waterbestendigheid en JIS Klasse 6 (IP68) stofbestendigheids­normen en heeft de FUJIFILM valtest doorstaan (valhoogte: 1,75m; impact oppervlak: multiplex, dikte 5 cm) voldoet aan MIL-STD 810F Method 516.5: Shock. Deze resultaten werden verkregen via interne testen en is niet een algemeen geldende garantie voor waterbestendigheid of onaantast­baarheid bij schade of vernietiging. De accessoires die zijn meegeleverd met de camera zijn niet waterbestendig.
Voor gebruik
Inspecteer de waterbestendige afdichting en aangrenzende opper-
1
vlakken en verwijder alle stof, zand of andere vreemde materialen met een zachte, droge doek.
Laat de waterbestendige afdichting vervangen indien deze is vervormd of op een andere manier is beschadigd (merk op dat deze service niet gratis is; neem voor meer informatie contact op met uw winkelier of een door FUJIFILM geautoriseerde reparatietechnicus). Het niet vervangen van de afdichting kan lekkage en schade aan de camera tot gevolg hebben.
Houd het deksel van het batterijencompartiment in
2
gesloten toestand tegen de camerabody (q), draai aan de vergrendeling totdat deze op zijn plaats klikt (w), wat aanduidt dat het deksel vast zit.
Controleer of het deksel goed vast zit door de vergrendeling in de tegengestelde richting
3
te draaien en controleer of het deksel niet opengaat.
xi
QQHet voorste oppervlak van de cameralens wordt door een glasplaatje beschermd. Vreemde materi-
alen op het glas verschijnen in foto’s; houd het glas te allen tijde schoon.
QQZorg ervoor dat het batterijencompartiment volledig vergrendeld is. De aanwezigheid van water,
modder of zand in de camera kan storing veroorzaken.
QQOpen het deksel van het batterijencompartiment niet met natte handen of in sto ge, zanderige
locaties of in de buurt van water, bijvoorbeeld op of door een watermassa.
QQZorg ervoor dat de camera volledig droog is, voordat batterijen of geheugenkaarten worden
geplaatst of verwijderd of de USB of HDMI-kabel wordt aangesloten.
QQDe camera kan niet drijven. Vergeet niet de draagriem te bevestigen en houd deze om uw pols bij
gebruik van de camera.
■■Tijdens gebruik
QQBeperkt het gebruik onder water bij dieptes van 20 m of minder en periodes korter dan 120minu-
ten. Reinig en droog de camera binnen een uur na gebruik onder water.
QQHet binnenste van de camera is niet waterdicht. Open of sluit het deksel van het batterijencompar-
timent niet onder water. Zorg ervoor dat de camera na het reinigen volledig droog is alvorens het
deksel van het batterijencompartiment te openen of te sluiten. QQNiet gebruiken in warmwaterbronnen of verwarmde zwembaden. QQDe camera kan zijn waterbestendigheid verliezen als deze wordt blootgesteld aan overmatige
kracht of trillingen. Duik niet met de camera in het water of stel deze niet op een andere manier
bloot aan overmatige kracht. In het geval de camera aan sterke fysieke schokken is blootgesteld,
neem contact op met uw winkelier of een door FUJIFILM geautoriseerde reparatietechnicus. QQAls de camera in het zand wordt achtergelaten, kunnen de bedieningsmogelijkheden door de
temperatuur worden beperkt en kan zand de luidspreker of de microfoon binnendringen. QQZonnebescherming, zonnebrandcrème of andere olieachtige substanties kunnen de camerabody
doen verkleuren en moet dit met een vochtige doek worden verwijderd. QQU dient zich er van bewust te zijn dat de kleur van de meegeleverde draagriem kan verkleuren of
aan andere voorwerpen kan worden afgegeven bij blootstelling aan vocht of wrijving.
Productkenmerken en voorzorgsmaatregelen voor gebruik
Het voorste oppervlak van de cameralens wordt door een glasplaatje beschermd. Vreemde materi-
alen op het glas verschijnen in foto’s; houd het glas te allen tijde schoon.
Zorg ervoor dat het batterijencompartiment volledig vergrendeld is. De aanwezigheid van water,
modder of zand in de camera kan storing veroorzaken.
Open het deksel van het batterijencompartiment niet met natte handen of in sto ge, zanderige
locaties of in de buurt van water, bijvoorbeeld op of door een watermassa.
Zorg ervoor dat de camera volledig droog is, voordat batterijen of geheugenkaarten worden
geplaatst of verwijderd of de USB of HDMI-kabel wordt aangesloten.
De camera kan niet drijven. Vergeet niet de draagriem te bevestigen en houd deze om uw pols bij
gebruik van de camera.
Tijdens gebruik
Beperkt het gebruik onder water bij dieptes van 20 m of minder en periodes korter dan 120minu-
ten. Reinig en droog de camera binnen een uur na gebruik onder water.
Het binnenste van de camera is niet waterdicht. Open of sluit het deksel van het batterijencompar-
timent niet onder water. Zorg ervoor dat de camera na het reinigen volledig droog is alvorens het
deksel van het batterijencompartiment te openen of te sluiten.
Niet gebruiken in warmwaterbronnen of verwarmde zwembaden.
De camera kan zijn waterbestendigheid verliezen als deze wordt blootgesteld aan overmatige
kracht of trillingen. Duik niet met de camera in het water of stel deze niet op een andere manier
bloot aan overmatige kracht. In het geval de camera aan sterke fysieke schokken is blootgesteld,
neem contact op met uw winkelier of een door FUJIFILM geautoriseerde reparatietechnicus.
Als de camera in het zand wordt achtergelaten, kunnen de bedieningsmogelijkheden door de
temperatuur worden beperkt en kan zand de luidspreker of de microfoon binnendringen.
Zonnebescherming, zonnebrandcrème of andere olieachtige substanties kunnen de camerabody
doen verkleuren en moet dit met een vochtige doek worden verwijderd.
U dient zich er van bewust te zijn dat de kleur van de meegeleverde draagriem kan verkleuren of
aan andere voorwerpen kan worden afgegeven bij blootstelling aan vocht of wrijving.
xii
■■Na gebruik
Voer de volgende stappen uit na onderwatergebruik van de camera of op plaatsen waar vreemde
materialen zich aan de camerabody kunnen hechten.
QQVerwijder alle vreemde materialen van de waterbestendige afdichting en aangrenzende oppervlak-
ken. Vreemde materialen kunnen de afdichting beschadigen, waardoor de waterbestendigheid wordt verminderd.
QQVloeibare zeep, reinigingsmiddelen, alcohol en andere reinigers kunnen de waterbestendigheid
beïnvloeden en mogen nooit gebruikt worden.
QQVerwijder na gebruik waterdruppels en vreemde materialen met een droge doek, zorg dat het
deksel van het batterijencompartiment goed vergrendeld is en dompel de camera ongeveer tien minuten onder in schoon water. Droog de camera grondig nadat het water is verwijderd.
Productkenmerken en voorzorgsmaatregelen voor gebruik
Na gebruik
Voer de volgende stappen uit na onderwatergebruik van de camera of op plaatsen waar vreemde
materialen zich aan de camerabody kunnen hechten.
Zorg ervoor dat het deksel van het batterijencompartiment goed
1
is afgesloten en spoel de camera onder de kraan of laat haar in een bad met schoon water liggen gedurende tien minuten.
Verwijder water uit de camera met een zachte, droge doek en laat haar in een goed
2
geventileerde locatie in de schaduw drogen.
Nadat u hebt gecontroleerd of de camera droog en vrij van waterdruppels is, open het
3
deksel van het batterijencompartiment en gebruik een zachte, droge doek om water, stof of andere vreemde materialen uit het batterijencompartiment te verwijderen.
Verwijder alle vreemde materialen van de waterbestendige afdichting en aangrenzende oppervlak­ken. Vreemde materialen kunnen de afdichting beschadigen, waardoor de waterbestendigheid wordt verminderd. Vloeibare zeep, reinigingsmiddelen, alcohol en andere reinigers kunnen de waterbestendigheid beïnvloeden en mogen nooit gebruikt worden. Verwijder na gebruik waterdruppels en vreemde materialen met een droge doek, zorg dat het deksel van het batterijencompartiment goed vergrendeld is en dompel de camera ongeveer tien minuten onder in schoon water. Droog de camera grondig nadat het water is verwijderd.
xiii
■■Opslag en onderhoud
QQBewaar bij temperaturen lager dan 0 °C of hoger dan 40 °C. QQOm voortdurende waterbestendigheid te verzekeren, is het aan te bevelen dat u de waterbestendi-
ge afdichting na ongeveer een jaar vervangt (deze service is niet gratis). Neem voor meer informa-
tie contact op met uw winkelier of een FUJIFILM geautoriseerde reparatietechnicus.
■■Condensatie aan de binnenzijde van de lens
In bepaalde omgevingen kan zich condensatie (waas) aan de binnenzijde van de lens vormen. Dit duidt niet op een defect. Condensatie kan worden verwijderd door het deksel van het batterijencompartiment open te laten in een locatie met een constante temperatuur die vrij is van warmte, vocht, zand en stof.
Condensatie
Condensatie doet zich met name voor als de camera in koud water wordt geplaatst na te zijn bloot­gesteld aan hoge temperaturen of als de camera van een koude naar een warme omgeving wordt gebracht of als het batterijencompartiment in een vochtige locatie wordt geopend.
■■Koude klimaten
QQBatterijprestaties dalen bij lage temperaturen, waardoor het aantal te maken foto’s wordt vermin-
derd. Isoleer de camera om deze warm te houden of bewaar de camera in uw kleding. QQGebruik een NP-45S batterij. QQSchermreactie kan trager zijn bij lage temperaturen. Dit is geen defect.
Productkenmerken en voorzorgsmaatregelen voor gebruik
Opslag en onderhoud
Bewaar bij temperaturen lager dan 0 °C of hoger dan 40 °C.
Om voortdurende waterbestendigheid te verzekeren, is het aan te bevelen dat u de waterbestendi-
ge afdichting na ongeveer een jaar vervangt (deze service is niet gratis). Neem voor meer informa-
tie contact op met uw winkelier of een FUJIFILM geautoriseerde reparatietechnicus.
Condensatie aan de binnenzijde van de lens
In bepaalde omgevingen kan zich condensatie (waas) aan de binnenzijde van de lens vormen. Dit duidt niet op een defect. Condensatie kan worden verwijderd door het deksel van het batterijencompartiment open te laten in een locatie met een constante temperatuur die vrij is van warmte, vocht, zand en stof.
Condensatie
Condensatie doet zich met name voor als de camera in koud water wordt geplaatst na te zijn bloot­gesteld aan hoge temperaturen of als de camera van een koude naar een warme omgeving wordt gebracht of als het batterijencompartiment in een vochtige locatie wordt geopend.
Koude klimaten
Batterijprestaties dalen bij lage temperaturen, waardoor het aantal te maken foto’s wordt vermin-
derd. Isoleer de camera om deze warm te houden of bewaar de camera in uw kleding.
Gebruik een NP-45S batterij.
Schermreactie kan trager zijn bij lage temperaturen. Dit is geen defect.
xiv
Inhoudsopgave
Voordat u begint
Eerste stappen
Eenvoudig fotograferen en afspelen
Meer over fotogra e
Inhoudsopgave
Voor uw veiligheid ............................................................ii
Veiligheidsopmerkingen ..................................................ii
Over deze gebruiksaanwijzing ........................................ix
Veelgebruikte knoppen ....................................................x
Productkenmerken en voorzorgsmaatregelen voor
gebruik ..............................................................................xi
Voordat u begint
Symbolen en conventies ...................................................1
Meegeleverde accessoires ................................................1
Delen van de camera ........................................................2
LCD-indicators ..................................................................4
Opname .........................................................................4
Afspelen .........................................................................5
Eerste stappen
De batterij en een geheugenkaart plaatsen ...................7
Compatibele geheugenkaarten .......................................12
De batterij opladen .........................................................14
De camera in- en uitschakelen .......................................17
Opnamestand ................................................................17
Afspeelstand ..................................................................17
Basisinstellingen .............................................................19
Eenvoudig fotograferen en afspelen
Foto’s maken in Q (Scèneherkenning) stand ...........20
Foto’s bekijken .................................................................24
Meer over fotogra e
Opnamestand ..................................................................25
Een opnamestand kiezen ...............................................25
De opties voor Opnamestanden .....................................26
G CINEMAGRAPH ......................................................27
g ACTIECAMERA .......................................................31
j LAAG LICHT ..........................................................32
k HDR .....................................................................33
Y GEAVANC. FILTER ...................................................34
r BEW. PANOR. 360 ..................................................35
b Intelligente gezichtsdetectie ..................................37
Scherpstelvergrendeling ................................................38
d Belichtingscorrectie .................................................40
F Macrostand (close-ups).............................................41
N Gebruik van de  itser (intelligente  itser) ...............42
h Gebruik van de zelfontspanner ................................44
Intervalopname (Timelapse lm) ...................................45
De seriestandknop ..........................................................49
xv
Inhoudsopgave
Meer over afspelen
Draadloze netwerken
Films
Aansluitingen
Menu’s
Meer over afspelen
Afspeelfuncties ...............................................................50
Continu fotograferen ......................................................50
I Favorieten: Foto’s waarderen ....................................50
Afspeelzoom ..................................................................51
Multi-Frame afspelen .....................................................52
A Foto´s wissen ............................................................53
b Foto zoeken ..............................................................54
k Fotoboek hulp ..........................................................55
Een fotoboek maken ......................................................55
Fotoboeken bekijken ......................................................56
Fotoboeken bewerken of verwijderen ............................56
Panorama’s bekijken .......................................................57
Draadloze netwerken
Draadloze overdracht (FUJIFILM Camera Remote/
FUJIFILM PC AutoSave) ...................................................58
Verbinden met smartphones .........................................58
Foto’s op een computer opslaan .....................................59
Films
Films opnemen ................................................................60
Films afspelen .................................................................63
Aansluitingen
Foto’s bekijken op HD-televisies .....................................64
Een DPOF-printopdracht aanmaken ..............................65
instax SHARE printers .....................................................67
Een verbinding tot stand brengen ..................................67
Foto’s afdrukken .............................................................68
Foto’s op een computer bekijken (MyFinePixStudio) ...69
Windows ........................................................................69
Macintosh ......................................................................69
De camera aansluiten.....................................................70
Menu’s
De menu’s gebruiken: Opnamestanden ........................72
Het menu Opnamestanden gebruiken ...........................72
De opties van het menu Opnamestanden ......................72
A OPNAMESTAND ......................................................72
N ISO ........................................................................72
O BEELDGROOTTE ......................................................73
T BEELDKWALITEIT ....................................................74
P FINEPIX KLEUREN ...................................................74
D WITBALANS ...........................................................75
R CONTINU ...............................................................76
b GEZICHTSDETECTIE .................................................76
F SCHERPSTELLING ...................................................77
F FILMSCHERPSTELLING ............................................77
V FILMMODUS ..........................................................78
i TIMELAPSE FILMMODUS .........................................79
r DRAADLS COMMUNICT ...........................................79
xvi
De menu’s gebruiken: Afspeelstand ..............................80
Het afspeelmenu gebruik
en ...........................................80
De opties van het afspeelmenu ......................................80
r DRAADLS COMMUNICT ...........................................80
s PC AUTO. OPSLAAN ................................................80
b EEN FOTO ZOEKEN...................................................80
A WISSEN .................................................................80
n FILM BEWERKEN ....................................................81
e MAAK CINEMAGRAPH ............................................82
I DIAVOORSTELLING ..................................................82
B VERWIJDER R. OGEN ...............................................82
D BEVEILIGEN ............................................................83
G BEELDUITSNEDE .....................................................83
O NIEUW FORMAAT ...................................................84
C FOTO DRAAIEN .......................................................84
E KOPIËREN ..............................................................85
k FOTOBOEK HULP .....................................................85
K PRINTOPDRACHT (DPOF) .........................................85
V AFDRUK. instax PRINTER .........................................85
J BEELDVERHOUDING ................................................86
Inhoudsopgave
Het instellingenmenu .....................................................87
Het instellingenmenu gebruiken....................................87
De opties van het instellingenmenu ...............................88
F DATUM/TIJD ..........................................................88
N TIJDSVERSCHIL .......................................................88
L a ......................................................88
o STILLE STAND .........................................................88
R RESET ....................................................................89
K FORMATTEREN .......................................................89
A WEERGAVE ............................................................89
B NUMMERING .........................................................90
G BEDIENING VOL. .....................................................91
H SLUITER VOLUME ....................................................91
e SLUITER GELUID......................................................91
I AFSPEEL VOLUME ...................................................91
J LCD HELDERHEID ....................................................91
h LCD ENERGIEBSPRNG ..............................................92
M UITSCHAKELEN .......................................................92
L IS
MODE ................................................................92
b DIGIT. BEELDSTABIL.................................................92
B VERWIJDER R. OGEN ...............................................92
R INTELL. DIGITALE ZOOM ..........................................93
p TYPE FILMZOOM.....................................................94
C AF-HULPLICHT .......................................................94
m AUTO ROT. WEERG. .................................................94
O SCHERMKLEUR .......................................................94
h WINDFILTER ...........................................................94
r DRAADLOOS INSTEL. ...............................................94
s PC AUTO. OPSLAAN ................................................95
U GEOTAGGING SET-UP ..............................................95
V VERB.INST. instax PRNTR .........................................95
U DATUMSTEMPEL ....................................................95
xvii
Inhoudsopgave
Technische informatie
Probleemoplossing
Appendix
Technische informatie
Optionele accessoires ......................................................96
Accessoires van FUJIFILM ...............................................97
Onderhoud van de camera .............................................98
Opslag en gebruik ..........................................................98
Condensatie ..................................................................98
Reiniging .......................................................................99
Op reis ............................................................................99
Probleemoplossing
Problemen en oplossingen ...........................................100
Waarschuwingsvensters en -aanduidingen ................107
Appendix
Capaciteit geheugenkaart ............................................111
Technische gegevens ....................................................112
xviii
Voordat u begint
Symbolen en conventies
Meegeleverde accessoires
De draagriem bevestigen
Voordat u begint
Symbolen en conventies
In deze gebruiksaanwijzing worden de volgende symbolen gebruikt: Q : Informatie die u moet lezen voordat u de camera in gebruik neemt en die u
leert hoe u de camera correct bedient.
R :
Aanvullende informatie die tijdens het gebruik van de camera van pas kan komen.
P :
Pagina’s elders in deze gebruiksaanwijzing waarop andere relevante informatie staat.
Menu’s en andere teksten die op het LCD-scherm van de camera verschijnen, wor­den vetgedrukt weergegeven. In de illustraties in deze gebruiksaanwijzing wordt het LCD-scherm van de camera ten behoeve van de duidelijkheid soms enigszins vereenvoudigd afgebeeld.
Meegeleverde accessoires
De volgende accessoires worden bij de camera meegeleverd:
NP-45S oplaadbare
batterij
• Draagriem
• User Guide (Gebruikers­handleiding)
* Het model van de adapter varieert afhankelijk van de verkoopregio.
Netstroomadapter Stekkeradapter
De draagriem bevestigen
Bevestig de draagriem zoals afgebeeld.
*
USB-kabel
1
Delen van de camera
* De illustraties in deze gebruiksaanwijzing zijn ten behoeve van de duidelijkheid soms enigszins ver-
eenvoudigd.
Delen van de camera
Voor meer informatie, zie de pagina rechts van elk item.
Keuzeknop
Cursor omhoog
d-knop (belichtingscorrectie) (P 40)
b-knop (wissen) (P x)
MENU/OK-knop
Cursor links
F-knop (macro) (P 41)
Cursor omlaag
h-knop (zelfontspanner) (P 44)
* De illustraties in deze gebruiksaanwijzing zijn ten behoeve van de duidelijkheid soms enigszins ver-
eenvoudigd.
Cursor rechts
N-knop ( itsen) (P 42)
2 Voordat u begint
Naamplaat van product
Delen van de camera
Microfoon .....................................................................60
A
Ontspanknop ............................................................... 22
B
ON/OFF-knop .............................................................. 17
C
D t-knop ( lmopname) ................................................ 60
Flitser ........................................................................... 42
E
Lampje voor de zelfontspanner .................................... 44
F
AF-hulplicht ................................................................. 94
Lens/beschermglas
G
LCD-scherm ....................................................................4
H
W-knop (uitzoomen) ............................................. 21, 51
I
T-knop (inzoomen) ................................................21, 51
J
Vergrendeling ..........................................................7, 10
K
Veiligheidsslot.......................................................... 7, 10
L
M a-knop (afspelen) .................................................... 24
Naamplaat van product
Bevestigingsoog voor de draagriem ............................... 1
N
DISP (display)/BACK-knop ...................................... 6, 19
O
Seriestand-knop........................................................... 49
P
W (draadloos versturen)-knop ................................... 58
Luidspreker ..................................................................63
Q
Bevestigingspunt voor statief
R
Waterbestendige afdichting .....................................xi, 10
S
Micro USB-aansluiting (micro-B) ................................. 70
T
Geheugenkaartsleuf....................................................... 9
U
Micro HDMI-aansluiting (type D) ................................. 64
V
Batterijencompartiment ................................................ 7
W
Batterijvergrendeling ............................................... 8, 11
X
Naamplaat van product............................... zie hieronder
Y
Verwijder de naamplaat van het product niet. Ze verstrekt de FCC ID, het KC-keurmerk, het serienummer en andere belangrijke informatie.
3Voordat u begint
LCD-indicators
10:00
AM
12/31/2050
250
F
4.5
2
3
-
1
Delen van de camera
LCD-indicators
Tijdens het maken en afspelen van foto’s kunnen de volgende indicators verschij­nen. De weergegeven indicators kunnen verschillen naargelang de camera-instel­lingen.
■ Opname
Resterend aantal opnamen ........................................ 111
H
Gevoeligheid ................................................................ 72
P
10:00
4.5
AM
2
-
1
*
12/31/2050
250
F
Opnamestand .............................................................. 25
A
Indicator intelligente gezichtsdetectie ......................... 37
B
Opnamestand continu fotograferen ............................. 76
C
Indicator stille stand .................................................... 88
D
Scherpstelframe ........................................................... 38
E
Indicator intern geheugen
F
Filmmodus ................................................................... 78
G
9
800
N
3
* a: duidt aan dat er geen geheugenkaar t is geplaatst en dat foto’s in het interne geheugen van de camera worden opgeslagen (P 9);
knippert geel tijdens het opnemen van beelden. Als er een geheugenkaart is geplaatst, knippert een geel b-pictogram in het scherm tijdens het opnemen van beelden.
I
Beeldformaat en -kwaliteit .................................... 73, 74
J
Temperatuurwaarschuwing .......................................108
K
FINEPIX kleur ................................................................ 74
L
Witbalans .....................................................................75
M
Batterijniveau ................................................................5
N
IS MODE ....................................................................... 92
O
Downloadstatus locatiegegevens ................................. 95
P
Belichtingscompensatie ............................................... 40
Q
Datum en tijd ...............................................................19
R
Onscherptewaarschuwing.................................... 43, 107
S
Scherpstellingswaarschuwing.............................. 22, 107
T
Datumstempel ............................................................. 95
U
Indicator zelfontspanner (Intervalopname /
V
Timelapse lm) .............................................................44
Macrostand (close-up) .................................................41
W
Flitsstand ..................................................................... 42
X
4 Voordat u begint
100-0001
800
12/31/2050
10:00 AM
2
-
1
1 / 250
F
4.5
3
4:3
N
Batterijniveau
Indicator
Beschrijving
■ Afspelen
Indicator afspeelstand............................................ 24, 50
A
Indicator intelligente gezichtsdetectie ................... 37, 82
B
Indicator rode-ogenverwijdering ................................. 82
C
100-0001
800
4:3
N
12/31/2050 1 / 250
Batterijniveau
F
4.5
10:00 AM
-
1
2
3
Het ladingsniveau van de batterij wordt als volgt weergegeven:
Indicator
D (wit) C (wit) B (rood) A (knippert rood)
Batterij gedeeltelijk ontladen. Batterij voor meer dan de helft ontladen. Batterij bijna leeg. Zo snel mogelijk vervangen. Batterij is leeg. Zet de camera uit en vervang de batterijen.
Pro low-light stand, HDR ........................................ 32, 33
D
Cinemagraph ............................................................... 27
E
Geavanceerde  lter ...................................................... 34
F
Indicator stille stand .................................................... 88
G
Geschenkbeeld ............................................................. 50
H
Framenummer ............................................................. 90
I
Locatiegegevens ..........................................................95
J
Fotoboek hulp .............................................................. 55
K
Favorieten ....................................................................50
L
DPOF-afdrukindicator...................................................65
M
Beveiligd beeld ............................................................83
N
Beschrijving
Delen van de camera
5Voordat u begint
Indicators verbergen en weergeven
Delen van de camera
Indicators verbergen en weergeven
Druk op DISP/BACK om de indicators voor opname en afspelen als volgt in te stellen:
Opname:
Indicators weergegeven/indicators verborgen/optimaal kadreren/HD kadreren
Afspelen: Indicators weergegeven/indicators verborgen/I favorieten
6 Voordat u begint
Eerste stappen
De batterij en een geheugenkaart plaatsen
Eerste stappen
De batterij en een geheugenkaart plaatsen
Plaats de batterij en geheugenkaart zoals hieronder staat beschreven.
Q Controleer, voordat u verdergaat, of de waterbestendige afdichting vrij is van vreemde
materialen, zoals beschreven op pagina xi.
Open de afdekkap van het batterijencompartiment.
1
Houd de veiligheidsvergrendeling ingedrukt (q), draai aan de vergrendeling (w) en open het deksel van het batterijencompartiment (e).
R Controleer altijd of de camera is uitgeschakeld
voordat u de afdekkap van het batterijencom­partiment opent.
Q Open de afdekkap van het batterijencompartiment nooit wanneer de camera is in-
geschakeld. Het niet in acht nemen van deze voorzorgsmaatregel kan beschadiging van fotobestanden of geheugenkaarten tot gevolg hebben.
Q Gebruik niet te veel kracht wanneer u de afdekkap van het batterijencompartiment
opent of sluit.
Q Verwijder voor het openen van de afdekkap van het batterijencompartiment water-
druppels en andere vreemde materialen met een droge doek.
7
De batterij en een geheugenkaart plaatsen
Plaats de batterij.
2
Breng de oranje streep op de batterij op één lijn met de oranje batterijvergrendeling, druk de batterijvergrendeling opzij en laat de bat­terij in het compartiment glijden. Controleer of de batterij goed vergrendeld is.
Q Plaats de batterijen in de juiste richting in het
batterijencompartiment. Oefen NOOIT kracht uit
en probeer de batterij niet achterstevoren of on­dersteboven in het compartiment te drukken. Als
de batterij in de richting wordt gehouden, glijdt hij moeiteloos in het compartiment.
Oranje streep
Batterijver­grendeling
8 Eerste stappen
Plaats de geheugenkaart.
3
Houd de geheugenkaart in de richting zoals rechts wordt aangegeven en schuif deze in het apparaat totdat deze aan de achterkant van de sleuf vastklikt.
Q Let erop dat u de geheugenkaart in de juiste
richting in de kaartsleuf steekt, steek de kaart er niet onder een hoek in en oefen geen kracht uit. Als de geheugenkaart niet of niet correct is geplaatst, verschijnt a op het LCD-scherm en wordt het interne geheugen gebruikt voor op­name en afspelen.
Q SD/SDHC/SDXC-geheugenkaarten kunnen wor-
den beveiligd zodat de kaart niet geformatteerd kan worden en het niet mogelijk is om foto’s op te slaan of te wissen. Schakel de schrijfbeveili­ging uit met behulp van het schakelaartje, voor­dat u de geheugenkaart in de camera plaatst.
De batterij en een geheugenkaart plaatsen
Klik
Schakelaar voor schrijfbeveiliging
9 Eerste stappen
Controleren of het afdekkapje is vergrendeld
■■Juist
■■Onjuist
De batterij en een geheugenkaart plaatsen
Sluit en vergrendel het afdekkapje van het batterijencompartiment.
4
Houd het deksel van het batterijencomparti­ment in gesloten toestand tegen de camera­body (q), draai aan de vergrendeling totdat deze op zijn plaats klikt (w), wat aanduidt dat het deksel vast zit.
Q Controleer voor het sluiten van het afdekkapje of
er geen stof, zand of ander vreemd materiaal op de waterbestendige afdichting of aangrenzende oppervlakken aanwezig is.
Q Stel het afdekkapje van het batterijencompartiment bij het sluiten niet bloot aan
overmatige horizontale krachten. Het niet in acht nemen van deze voorzorgsmaat­regel kan tot gevolg hebben dat de waterdichte afdichting verkeerd wordt uitge­lijnd, waardoor er water de camera binnen kan dringen.
Q Controleer of het deksel goed vast zit door de vergrendeling in de tegengestelde
richting te draaien en controleer of het deksel niet opengaat.
Controleren of het afdekkapje is vergrendeld
Zorg ervoor dat de draagriem niet verstrikt raakt in het deksel en dat de vergrendeling gesloten is.
Juist
Onjuist
De vergrendeling is gesloten.
10 Eerste stappen
De vergrendeling is open.
De batterij en de geheugenkaart verwijderen
De batterij en een geheugenkaart plaatsen
De batterij en de geheugenkaart verwijderen
Schakel de camera uit en open het afdekkapje van het batterijencompartiment, alvorens de batterij of geheugenkaart te verwijderen.
Druk de batterijvergrendeling opzij om de batterij vrij te geven en
Batterijvergrendeling
laat de batterij uit de camera glijden.
De geheugenkaart kan worden verwijderd door de kaart omlaag te drukken en langzaam omhoog te laten komen. De geheugen­kaart kan nu met de hand worden verwijderd. Bij het verwijderen van een geheugenkaart kan de kaart te snel uit de sleuf schieten. Gebruik uw vinger om de kaart tegen te houden en laat de kaart voorzichtig los.
11 Eerste stappen
QQGeheugenkaarten
De batterij en een geheugenkaart plaatsen
■ Compatibele geheugenkaarten
FUJIFILM en SanDisk SD-, SDHC- en SDXC-geheugenkaarten zijn getest en goedge­keurd om in deze camera te worden gebruikt. Een volledige lijst met goedgekeurde geheugenkaarten is beschikbaar op http://www.fujifilm.com/support/digital_cameras/compatibility/. Met andere geheu­genkaarten kan de werking niet worden gegarandeerd. De camera is niet geschikt om te worden gebruikt met xD-Picture Cards of MultiMediaCard (MMC) apparaten.
Geheugenkaarten
Voorkom dat de camera wordt uitgeschakeld of dat de geheugenkaart wordt verwijderd terwijl de camera bezig is met het formatteren van de geheugenkaart of met het lezen van, of schrijven naar de geheugenkaart. Anders kan de geheugenkaart worden beschadigd.
• Nieuwe SD/SDHC/SDXC-geheugenkaarten moeten voor het eerste gebruik worden ge­formatteerd en alle geheugenkaarten die in een computer of ander apparaat zijn gebruikt, moeten ook weer worden geformatteerd. Zie “K FORMATTEREN” (P 89) voor meer in- formatie over het formatteren van geheugenkaarten.
• Geheugenkaarten zijn klein en kunnen worden ingeslikt; bewaar geheugenkaarten bui­ten het bereik van kinderen. Roep onmiddellijk medische hulp in wanneer een kind een geheugenkaart heeft ingeslikt.
• miniSD of microSD adapters die groter of kleiner zijn dan de standaardafmetingen van een SD/SDHC/SDXC-kaart, worden mogelijk niet normaal uitgeworpen; breng, als de kaart niet wordt uitgeworpen, de camera naar een erkend servicecenter. Probeer de kaart niet met geweld uit de camera te halen.
• Kleef geen etiketten op geheugenkaarten. Etiketten die losraken, kunnen defecten ver­oorzaken.
• Bij sommige soorten SD/SDHC/SDXC-geheugenkaarten kunnen  lmopnamen onderbre­kingen vertonen. Gebruik een H-kaart of beter voor het opnemen van HD- lms, Full HD- lms of versnelde  lms.
12 Eerste stappen
Loading...
+ 108 hidden pages