Opwarmen en koken 20
Ontdooien 20
Factoren die van invloed zijn op het kookproces 21
Basistechnieken 22
Koken van groente 23
Koken van vis 23
Onderhoud
Houd uw toestel mooi 24
Storingen
Wat moet ik doen als... 25
Technische specificaties
Productspecificaties 26
Uw oven en het milieu
Afvoer van het apparaat en de verpakking 27
NL 3
UW COMBI-MAGNETRON
Inleiding
Koken in uw nieuwe combi-magnetron is veilig en comfortabel. U zet
binnen een handomdraai de lekkerste gerechten op tafel. Het toestel
is uiterst simpel te bedienen, mede dankzij de automatische kook- en
ontdooiprogramma’s.
In deze handleiding vindt u informatie over de installatie, veiligheid,
bediening en het onderhoud van uw combi-magnetron.
Lees eerst de afzonderlijke veiligheidsinstructies
voordat u het apparaat gaat gebruiken!
Lees deze gebruikershandleiding door voordat u het apparaat
in gebruik neemt, en berg de handleiding daarna veilig op voor
toekomstig gebruik.
De installatie-instructies worden afzonderlijk meegeleverd.
NL 4
UW COMBI-MAGNETRON
Bedieningspaneel
01 020405 06 0708 0903
1. Functieknop
2. Vermogen-/gewichttoets
3. Snel voorverwarmen toets
4. Aan-/uittoets
5. Temperatuur-/automenutoets
6. Kloktoets
7. Start-/pauzetoets
8. Kinderslot
9. Selectieknop
NL 5
UW COMBI-MAGNETRON
Toestelbeschrijving
1
2
3
4
2
1
5
6
1. Bedieningspaneel
2. Grillelement
3. Verlichting
4. Inschuifniveau’s
5. Glasruit magnetrondeur
6. Deurscharnier
De volgende toebehoren worden bij uw oven geleverd:
• Rond rooster; wordt voornamelijk gebruikt voor ovenfuncties.
Te gebruiken voor het bakken van gerechten.
• Draaiplateau met aandrijving;
Gebruik de combi-magnetron nooit zonder het draaiplateau.
Te gebruiken voor het verwarmen en ontdooien van gerechten.
NL 6
VÓÓR GEBRUIK
Vóór het eerste gebruik
• Open de deur, verwijder al het verpakkingsmateriaal en controleer
de combi-magnetron op beschadigingen.
• Gebruik de combi-magnetron niet als deze beschadigd is, maar
neem contact op met uw leverancier.
• Verwijder de beschermfolie van de ommanteling.
• Reinig de ovenruimte en het toebehoren met een vochtige
doek. Gebruik geen schuurmiddel of sterk geurende
schoonmaakmiddelen.
• Leg het draaiplateau in het midden van de ovenruimte met de
uitsparing voor de aandrijving naar beneden. De combi-magnetron
mag niet gebruikt worden zonder draaiplateau.
De klok instellen
Wanneer het toestel voor de eerste keer op het elektrici teitsnet wordt
aangesloten, moet u eerst de klok instellen. In de display knippert
‘00:00’. De klok loopt zolang de combi-magnetron op netspanning is
aangesloten.
1. Draai aan de selectieknop om de tijd in te stellen (tussen 00:00 en
23:59).
Na het instellen hoort u een geluidssignaal en de tijd stopt met
knipperen. De klok is ingesteld.
Opmerkingen
• Als u op een later tijdstip de tijd wilt wijzigen, moet u eerst lang
op de kloktoets drukken. De actuele tijd verdwijnt en vervolgens
knippert de tijd.
• Draai aan de selectieknop om de nieuwe tijd in te stellen en druk
vervolgens weer op de kloktoets ter bevestiging.
Als u de tijd niet in de display wilt zien, drukt u kort op de
kloktoets. De tijd verdwijnt. Druk nogmaals kort op de kloktoets
en de tijd verschijnt weer in de display.
NL 7
VÓÓR GEBRUIK
Magnetron gebruik
Microgolven zijn hoogfrequente elektromagnetische golven. De energie
maakt het mogelijk om voedsel te garen of op te warmen zonder de
vorm of kleur aan te tasten.
De magnetron wordt gebruikt bij:
• Magnetronfunctie
• Combi-functie
Kookprincipe
1. De microgolven die door de magnetron worden gegenereerd,
worden gelijkmatig verspreid door middel van een
distributiesysteem. Het voedsel wordt zo gelijkmatig gegaard.
2. De microgolven worden tot een diepte van ongeveer 2,5 cm door
het voedsel geabsorbeerd. Het garen gaat dan door, omdat de
warmte in het voedsel wordt verspreid.
3. De bereidingstijden variëren en hangen af van de schaal die u
gebruikt en de eigenschappen van het voedsel:
▷ Hoeveelheid en dichtheid▷ Watergehalte▷ Begintemperatuur (wel of niet gekoeld)
NL 8
Belangrijk
Het voedsel wordt van binnen gegaard door middel van
warmteverspreiding. Het garen gaat door, zelfs als u het voedsel uit de
oven hebt gehaald.
Rusttijden in recepten en in dit boekje moeten daarom worden
aangehouden om te zorgen voor:
• Gelijkmatige verwarming tot binnen in het voedsel.
• Gelijke temperaturen in alle delen van het voedsel.
Richtlijnen voor magnetronkookgerei
Kookgerei dat u voor de magnetronfunctie gebruikt, mag de
microgolven niet blokkeren. Metalen zoals roestvrij staal, aluminium
en koper weerkaatsen microgolven. Gebruik daarom geen
metalen kookgerei. Kookgerei waarop staat aangegeven dat het
magnetronbestendig is, kan veilig worden gebruikt. Raadpleeg voor
meer informatie over geschikt kookgerei de volgende richtlijnen en
gebruik altijd de glazen bakplaat op niveau 1 als u de magnetronfunctie
gebruikt.
VÓÓR GEBRUIK
Kookgerei
Aluminiumfolie
Porselein en aardewerk
Wegwerpservies van
polyester of karton
Fastfoodverpakkingen
•
Polystyreenbekers
•
Papieren zakken
of krantenpapier
•
Gerecycled papier
of metalen randjes
Glaswerk
•
Ovenschalen
•
Fijn glaswerk
•
Glazen potten
Metaal
Magnetron-
bestendig
37
3
3
3
7
7
3
7
Opmerkingen
Kan in kleine hoeveelheden worden gebruikt om te voorkomen
dat bepaalde delen van het voedsel te gaar worden.
Vonkontlading kan voorkomen als de folie zich te dicht bij de
ovenwand bevindt of als er te veel folie wordt gebruikt.
Porselein, aardewerk, geglazuurd aardewerk en ivoorporselein
zijn doorgaans geschikt, tenzij ze zijn voorzien van een metalen
randje.
Soms worden diepvriesmaaltijden verpakt in wegwerpservies.
Kan worden gebruikt voor het verwarmen van voedsel.
Bij oververhitting kan het polystyreen smelten.
Kan vlam vatten.
Kan vonkontlading veroorzaken.
Kan worden gebruikt, tenzij voorzien van een metalen randje.
Kan worden gebruikt voor het verwarmen van voedsel of
vloeistoffen. Dun glas kan breken of barsten bij plotselinge
verhitting.
Het deksel moet worden verwijderd. Alleen geschikt voor
verwarmen.
Kan vonkontlading of brand veroorzaken.
Papier
•
Borden, bekers,
keukenpapier
•
Gerecycled papier
Kunststof
3 : Aanbevolen
37 : Voorzichtig
7 : Onveilig
3
7
3
Voor korte bereidingstijden en verwarmen. Voor het absorberen
van overtollig vocht.
Kan vonkontlading veroorzaken.
Met name hittebestendig thermoplastisch materiaal. Andere
soorten plastic kunnen kromtrekken of verkleuren bij hoge
temperaturen. Gebruik geen melamineplastic. Kan worden
gebruikt om vocht vast te houden. Mag het voedsel niet
aanraken. Wees voorzichtig wanneer u de folie verwijdert;
er kan hete stoom ontsnappen. Alleen indien kook- of
ovenbestendig. Mag niet luchtdicht zijn. Indien nodig inprikken
met een vork.
NL 9
GEBRUIK
Algemeen
Magnetronvermogens
In onderstaande tabel ziet u uit welke vijf magnetronvermogens u
kunt kiezen en voor welke gerechten de vermogens geschikt zijn.
Tijdens gebruik is het mogelijk het vermogen te wijzigen door op de
desbetreffende toets te drukken.
VermogenGerecht
900 W- Water koken, opwarmen
- Koken van kip, vis en groenten
700 W- Opwarmen
- Koken van paddestoelen en schaaldieren
- Koken van gerechten die ei en kaas bevatten
450 W- Koken van rijst en soep
300 W- Ontdooien
- Chocola en boter smelten
100 W- Ontdooien van gevoelige/kwetsbare gerechten
- Ontdooien van onregelmatig gevormde gerechten
- Consumptie-ijs zacht maken
- Laten rijzen van deeg
Temperatuur wijzigen
Tijdens gebruik is het mogelijk de temperatuur te wijzigen. De status
van de temperatuur is af te lezen in de LED-balk. De ingestelde
temperatuur is bereikt als alle blokjes van de LED-balk verlicht zijn.
NL 10
Kookduur wijzigen
Tijdens gebruik is het mogelijk de kookduur te wijzigen. De stappen
voor het instellen van de kookduur zijn als volgt (de maximale kookduur
is afhankelijk van de gekozen modus):
Instellen 0 - 1 min. 1 - 5 min. 5 - 15 min. 15 - 60 min. 60 min.+
Stap1 sec.10 sec.30 sec.1 min.5 min.
GEBRUIK
Oven en magnetron standen
Raadpleeg onderstaande tabel voor het kiezen van de juiste ovenstand.
Lees ook de instructies op de verpakking voor het bereiden van het
gerecht.
FunctieModus
MagnetronMagnetronMagnetron
OvenHeteluchtHetelucht
Grill met
ventilator
Hetelucht +
Onderwarmte
GrillGrill
• Gebruik de magnetronfunctie om groenten,
aardappelen, rijst, vis en vlees te koken en op
te warmen.
• Met de hetelucht oven kunt u gerechten
bereiden op dezelfde manier als in een
traditionele oven. De magnetron wordt hierbij
niet gebruikt.
• U wordt geadviseerd de oven voor te
verwarmen tot de juiste temperatuur voordat u
het gerecht in de oven plaatst.
Grill + Ventilator
• Gebruik deze functie om gerechten gelijkmatig
te braden en tegelijkertijd een bruin korstje te
geven.
Hetelucht + Onderwarmte
• Deze functie wordt gebruikt voor het bakken
van pizza, vochtig gebak, vruchtentaarten,
bladerdeeg en kruimeldeeg.
• De grill is uitermate geschikt voor het bereiden
van dunne stukken vlees en vis.
NL 11
GEBRUIK
FunctieModus
Magnetron +
Oven
+
Autoprogramma’s
Ontdooiend01 + d02
HeteluchtMagnetron + Hetelucht
Grill +
Ventilator
Hetelucht +
Onderwarmte
GrillMagnetron + Grill
P01 - P13
• Gebruik deze functie om snel gerechten te
braden.
Magnetron + Grill + Ventilator
• Gebruik deze combinatie voor kleinere porties
vlees, vis en groenten.
• Het bereiden gaat snel en het voedsel krijgt
een lekker bruin, knapperig korstje.
Magnetron + Hetelucht + Onderwarmte
• Gebruik deze combinatie voor gerechten die
snelle garing nodig hebben en waarvan de
bodem extra verwarmd moet worden.
• Deze functie is ideaal om snel gerechten
te koken en tegelijkertijd een bruin korstje
te geven. Boven dien kunt u er ook mee
gratineren.
• De magnetron en de grill functioneren
gelijktijdig. De magnetron kookt en de grill
braadt.
Automatische kook programma’s
• Automatische kookprogramma’s kunnen
gebruikt worden voor het braden van alle
soorten vlees.
• Er zijn 13 Auto-programma’s te kiezen.
• Kies het programma en het gewicht van het
gerecht.
Ontdooien
• Er zijn 2 ontdooiprogramma’s te kiezen.
• Kies het programma en het gewicht van het
gerecht.
NL 12
Opmerking
Zie pagina 20 t/m 23 voor kooktips en informatie over gerechten.
GEBRUIK
Magnetronfuncties
• Waarschuwing! Verhitting van vloeistoffen in de magnetron kan
resulteren in kookpuntvertraging. Dit houdt in dat de vloeistof pas
na verwijdering uit de magnetron heftig kan gaan koken met het
risico dat u zich brandt. Het effect van kookpuntvertraging kunt
u opheffen door een kunststof of glazen lepeltje in de vloeistof te
zetten alvorens de vloeistof op te warmen in de magnetron.
• Waarschuwing! Let op met babyvoeding:
▷ Let op! Schud of roer de inhoud van babyflesjes of potjes
babyvoeding na verwarming.
▷ Let op! Controleer de temperatuur van de voeding zorgvuldig
vóór consumptie om brandwonden te voorkomen.
Waarschuwing! Bestek en serviesgoed kunnen heet zijn na
gebruik van de magnetron.
1. Druk op de aan-/uittoets om de magnetronfunctie in te schakelen.
‘01:00’ knippert in de display en het magnetronfunctie icoon is
zichtbaar.
2. Draai aan de selectieknop om de kookduur in te stellen.
De maximale kookduur is afhankelijk van het ingestelde vermogen.
3. Druk op de vermogen-/gewichttoets om het magnetronvermogen
in te instellen.
’900’ knippert in de display.
4. Draai aan de selectieknop om het magnetronvermogen in te
stellen (tussen 100 W en 900 W). Druk ter bevestiging nogmaals op
de vermogen-/gewichttoets of wacht totdat het vermogen in de
display stopt met knipperen.
U hoort een geluidssignaal.
5. Druk op de start-/pauzetoets om het kookproces te starten.
Wanneer het kookproces afgerond is hoort u 5 geluidssignalen.
De ventilator blijft nog enige tijd draaien en schakelt vanzelf uit.
Indien niet op de start-/pauzetoets gedrukt wordt, schakelt de combimagnetron na 15 minuten automatisch uit.
NL 13
GEBRUIK
Ovenfuncties
1. Druk op de aan-/uittoets om de magnetronfunctie in te schakelen.
‘01:00’ knippert in de display en het magnetronfunctie icoon is
zichtbaar.
2. Draai de functieknop één positie naar rechts.
Het ‘heteluchtsymbool’ knippert. Tijd en temperatuur verschijnen in
de display en het ovenfunctie icoon is zichtbaar.
3. Draai de selectieknop naar rechts om een modus te kiezen (zie
de tabel op pagina 11). Als het symbool stopt met knipperen, is de
gekozen modus actief. U kunt één stap terug door de functieknop
een positie naar links te draaien.
4. U kunt nu bij elke modus (indien gewenst) de tijd en/of de
temperatuur wijzigen (bij de grill; stand 1, 2 of 3, waarbij 3 de
hoogste stand is). Hiervoor drukt u op de kloktoets of de
temperatuur-/automenutoets. De tijd of temperatuur (stand)
gaat knipperen. Met de selectieknop stelt u vervolgens de
gewenste tijd en/of temperatuur in. Druk ter bevestiging nogmaals
op de kloktoets of de temperatuur-/automenutoets.
De in te stellen tijd en/of temperatuur is afhankelijk van de gekozen
modus.
NL 14
5. Druk op de start-/pauzetoets om het kookproces te starten.
Wanneer het kookproces afgerond is hoort u 5 geluidssignalen.
De ventilator blijft nog enige tijd draaien en schakelt vanzelf uit.
Indien niet op de start-/pauzetoets gedrukt wordt, schakelt de
combi-magnetron na 15 minuten automatisch uit.
GEBRUIK
Combimagnetron-functies
1. Druk op de aan-/uittoets om de magnetronfunctie in te schakelen.
‘01:00’ knippert in de display en het magnetronfunctie icoon is
zichtbaar.
2. Draai de functieknop twee posities naar rechts.
Het ‘heteluchtsymbool’ knippert. Tijd en temperatuur verschijnen in
de display en het magnetronfunctie icoon en ovenfunctie icoon zijn
zichtbaar.
3. Draai de selectieknop naar rechts om een modus te kiezen (zie
de tabel op pagina 12). Als het symbool stopt met knipperen, is de
gekozen modus actief. U kunt één stap terug door de functieknop
een positie naar links te draaien.
4. U kunt nu bij elke modus (indien gewenst) het vermogen,
de tijd en/of de temperatuur wijzigen (bij de grill; stand 1, 2
of 3, waarbij 3 de hoogste stand is). Hiervoor drukt u op de
vermogen-/gewichttoets, de kloktoets of de temperatuur-/
automenutoets. Het vermogen, de tijd of temperatuur (stand) gaat
knipperen. Met de selectieknop stelt u vervolgens het gewenste
vermogen, de gewenste tijd en/of temperatuur/stand in. Druk
ter bevestiging nogmaals op de vermogen-/gewichttoets, de kloktoets of de temperatuur-/automenutoets.
Het in te stellen vermogen en de in te stellen tijd/temperatuur is
afhankelijk van de gekozen modus.
5. Druk op de start-/pauzetoets om het kookproces te starten.
Wanneer het kookproces afgerond is hoort u 5 geluidssignalen. De
ventilator blijft nog enige tijd draaien en schakelt vanzelf uit.
Indien niet op de start-/pauzetoets gedrukt wordt, schakelt de
combi-magnetron na 15 minuten automatisch uit.
NL 15
GEBRUIK
Automatische kookprogramma’s
Er zijn 15 automatische kookprogramma’s. U hoeft alleen maar het
programma te kiezen en vervolgens het gewicht in te stellen. In het
gekozen programma zijn het vermogen, de tijd en de temperatuur al
vastgelegd.
DeegwarenCake
DeegwarenAppeltaart
DeegwarenQuiche
VerwarmenDrinken/soep
VerwarmenBord eten
VerwarmenSaus/stamppot/ovenschotel
Kant en klaar Diepvries pizza
Kant en klaar Bevroren ovenfriet
Kant en klaar Bevroren lasagne
Vlees, kip/vis U hoort een geluidssignaal, waarna
Brood,
gebak en
fruit
U hoort een geluidssignaal. Draai
de aardappelen om. De combimagnetron schakelt automatisch door
naar de volgende fase.
U hoort een geluidssignaal. Draai de
stukjes kip om. De combi-magnetron
schakelt automatisch door naar de
volgende fase.
U hoort een geluidssignaal. Draai de
ovenfriet om. De combi-magnetron
schakelt automatisch door naar de
volgende fase.
de combi-magnetron stopt.
Draai het gerecht om en druk op
de start-/pauzetoets om het
ontdooiprogramma te vervolgen.
NL 16
Let op!
• Bij de automatische kookprogramma’s wordt gebruik gemaakt van
de magnetron functie. Gebruik geen metalen voorwerpen (zie pagina
9 voor een overzicht).
• Bij de programma’s met een * wordt het toestel voorverwarmd.
Tijdens het voorverwarmen staat de kookduur stil en brandt het
voorverwarmsymbool.
GEBRUIK
• Na het voorverwarmen klinkt er een geluidsignaal en knippert het
voorverwarmsymbool.
• Plaats het gerecht op de glazen bakplaat in de oven op
inschuifniveau 1 en druk op start.
• Bij de programma’s met ** wordt alleen gebruik gemaakt van de
magnetronfunctie.
1. Druk op de aan-/uittoets om de magnetronfunctie in te schakelen.
‘01:00’ knippert in de display en het magnetronfunctie icoon is
zichtbaar.
2. Draai de functieknop drie posities (P01) of vier posities (d01) naar
rechts.
Tijd, gewicht en het eerste nummer van de automatische
programma’s verschijnen in de display en het ontdooi icoon/
automatisch programma icoon is zichtbaar.
3. Draai de selectieknop naar rechts om een automatisch
kookprogramma te kiezen (zie de tabel op pagina 16). Als het
symbool stopt met knipperen, is het gekozen programma actief.
U kunt één stap terug door de functieknop een positie naar links
te draaien.
4. Druk op de vermogen-/gewichttoets om het gewicht in te instellen.
Het gewicht knippert in de display.
5. Met de selectieknop stelt u vervolgens een gewicht in. Druk ter
bevestiging nogmaals op de vermogen-/gewichttoets.
Het in te stellen gewicht is afhankelijk van het gekozen programma.
6. Druk op de start-/pauzetoets om het automatische
kookprogramma te starten.
Bij de automatische programma’s met een * (zie pagina 16) wordt
het toestel voorverwarmd. Tijdens het voorverwarmen staat de
kookduur stil en brandt het voorverwarmsymbool.
Na het voorverwarmen klinkt er een geluidsignaal en knippert het
voorverwarmsymbool. Plaats het gerecht op de glazen bakplaat in
de oven op inschuifniveau 1 en druk op start.
Wanneer het kookproces afgerond is hoort u 5 geluidssignalen.
De ventilator blijft nog enige tijd draaien en schakelt vanzelf uit.
Indien niet op de start-/pauzetoets gedrukt wordt, schakelt de
combi-magnetron na 15 minuten automatisch uit.
NL 17
Loading...
+ 39 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.