Electrolux B 392B, B 422X, B 342, B 472X, B 340L User Manual [hu]

...
The Electrolux Group. The world’s No.1 choice.
Electrolux Outdoor Products
Via Como 72
23868 Valmadrera (Lecco)
ITALIA
Phone +39 0341 203111 - Fax +39 0341 581671
Our policy of continuous improvement means that the specification of products may be altered from time to time without prior notice. Electrolux Outdoor Products manufacture products for a number of well known brands under various registered patents, designs and
trademarks in several countries.
© Electrolux Outdoor Products Italy
The Electrolux Group is the world’s largest producer of powered appliances for kitchen, cleaning and outdoor use. More than 55 million
Electrolux Group products (such as refrigerators, cookers, washing machines, vacuum cleaners, chain saws and lawn mowers) are
sold each year to a value of approx. USD 14 billion in more than 150 countries around the world.
PN 249651 REV. 01 (12/04)
HANDLEIDING
BELANGRIJKE IMPORTANTS: Lees deze handleiding aan­dachtig en zorg dat u ailes begrijpt alvorens de kettingzaag te gebrulken en be-waar ze voor toekomstige raadpleging.
BRUKERHÅNDBOK
VIKTIG INFORMASJON: Les disse anvisningene nøye og forsikre deg om at du forstår dem før du bruker enheten og oppbevar dem for sen-ere bruk.
BRUKSANVISNING
VIKTIG INFORMATION: Läs instruktionerna noggrant och försäkra dig om att du förstår dem innan du använder utrustningen och spara dem för framtida behov.
BRUGERHÅNDBOG
VIGTIGE OPLYSNINGER: Læs instruktionerne omhyggeligt, før du bruger enheden og gemme til senere henvisning.
LIBRETTO D’ISTRUZIONI
INFORMAZIONI IMPORTANTI: Leggere le istruzioni attentamente e capirle bene prima di usare l’utensile. Conservare per ulteriore consultazione.
EΓXEIPI∆IO XEIPIΣMOE
ΣHMANTIKEΣ ΠΛHPOΦOPIEΣ: ∆ιαβάστε πρoσεxτιxά αvτές τις οδηγίες xαι Φρovτίστε vα τις xαταvoήσετε αvτ& τo µηχάvηµα xαι Φuλάξτε το για vα το σuµβοuλεύεστε στο µέλλοv.
OHJEKIRJA
TÄRKEÄÄ TIETOA: Lue nämä ohjeet huolellisesti ja varmista, että olet ymmärtänyt ne, ennen kuin alat käyttää tätä laitetta ja säilytä myöhempää tarvetta varten.
HASZNÁLATI ÚTMUTATÓ
Jótállást vállalni csak rendeltetésszerüen használatba vett gépekre tudunk. Kérj ü hogy a gép használatba vétele elött gondosan olvassa el a kezelési utasításokat.
GB
FI
NO
GR
HU
IT
FR
DE
ES
NL
SE
DK
INSTRUCTION MANUAL
IMPORTANT INFORMATION: Please read these instructions care­fully and make sure you understand them before using this unit. Retain these instructions for future reference.
MANUEL D’INSTRUCTIONS
RENSEIGNEMENTS IMPORTANTS: Avant d’utiliser cet appareil, veuillez lire aten­tivement les instructions et assurez-vous de les avoir com­prises. Conservez les instructions pour référence ultérieure.
BETRIEBSANWEISUNG WICHTIGE INFORMATION:
Lesen Sie diese Hinweise zur Handha-bung des Geräts aufmerk­sam durch. Verwenden Sie es erst, wenn Sie sicher sind, daß Sie alle Anweisungen verstanden haben und gut aufbewahren.
MANUAL DE INSTRUCCIONES
INFORMACIÓN IMPORTANTE: Lea atentamente las instruc­ciones y asegúrese de entenderlas antes de utilizar esta apara­to. Conserve las instrucciones para la referencia en el futuro.
ИНCTPYKЦИИ
BAЖHЫE CBEДEHИЯ: Bнимaтeльнo пpoчитать инстрyкции и хрoщo их пoнять, пepeд тeм как пoльзoвaтьcя блoкoм. Хpaнить инcтpyкции для дaльнейшиx кoнcyльтаций.
KASUTUSJUHEND
TÂHTIS INFORMATSIOON: Lugege kasutusjuhend enne seadme kasutamist kindlasti põhjalikult läbi ning veenduge, et olete kõigest täpselt aru saanud.
CZ
EE
PT
MANUAL DO OPERADOR
INFORMAÇÕES IMPORTANTES: Queira ler cuidadosa­mente estas instruções e tenha certeza de entendë las antes de usar a serra e guarde para consulta futura.
LV
TR
SK
PL
RU
NÁVOD NA OBSLUHU Dôleæitá informácia: Pred
pouæitím stroja si starostlivo preËítajte tento návod na obsluhu a uistite sa æe ste mu dôkladne porozumeli. Návod starostlivo uschovajte pre potrebu v budúcnosti.
INSTRUKCJA OBS≥UGI
Gwarancja traci waΩnoß∫ w przypadku uΩywania urzådzenia do celów innych niΩ wymienione w instrukcji obs≤ugi. Prosimy o uwaΩne przeczytanie instrukcji oraz o stoowanie si™ do zalece~ i wskazówek w niej zawartych.
1
2
3
4
6
7
7
3
8
9
10
11
22
14
13
16
17
17
18
19
20
12
14
23
24
5
21
A
B
13 14
D
36 cm
11 cm
E
A
B
C
H F
I
A
B
D
E
L
G
34/36/38cc
42cc-46cc
E4
1
2
3
4
AB
E5
1 ltr
20 cm
3
5 100
10 200
15 300
20 400
50:1
2%
2 Strokes Engine totally sintetyc oil or
Partner oil
1 ltr
25 cm
3
4 100
5 125
10 250
20 500
40:1
2,5%
McCulloch
oil
12
11 1111
5 10
1
2
3
I
B
D
C
E6
E7
F1
F4 F5
F2 F3
T
H
H2
G H
H3
I1
I3
I2
L
SUMMARY CHART TO IDENTIFY THE CORRECT GUARD NEEDED, WITH DIFFERENT CUTTING ATTACHMENTS
ÜBERSICHTSTABELLE ZUR AUSWAHL DES RICHTI­GEN SCHUTZBLECHES FÜR DIE EINZELNEN SCHNEIDWERKZEUGE
TABLEAU RECAPITULATIF POUR LE CORRECT ACCOUPLEMENT LAME OU TETE FIL NYLON / DEFENSE DE SECURITE
OVERZICHTSTABEL OM TE BEPALEN WELKE BESCHERMKAP GEBRUIKT MOET WORDEN BIJ DE DIVERSE MAAI-ONDERDELEN
TABELL FOR KORREKT MONTERING AV TRÅD­SPOLE/SAGBLAD OG SPRUTSKJÆRM/SIKKER­HETSVÆRN
TAULOKKO LEIKKAAVAN PÄÄN/TURVASUOJUKSEN OIKEASTA YHDISTELMÄSTÄ
SAMMANFATTANDE TABELL ÖVER KORREKT KOM­BINATION AV SKÄRHUVUD/SÄKERHETSSKYDD
OVERSIGTSTABEL VEDRØRENDE DEN KORREKTE SAMMENSÆTNING AF KNIV OG BESKYTTELSESSKÆRM
TABLA PARA EL CORRECTO ACOPLAMIENTO DE LA CABEZA CORTANTE Y PROTECTOR DE SEGURIDAD
TABELA DE RESUMO PARA A CORRETA APLICAÇÃO DA CABEÇA CORTANTE E DEFESA DE SEGURANÇA
TABELLA RIASSUNTIVA PER IL CORRETTO ABBINA­MENTO TESTA TAGLIENTE / DIFESA DI SICUREZZA
ÖSSZEFOGLALÓ TÁBLÁZAT: A NYÍRÓFEJ ÖSSZEÁLLITÁSA / BALESETVÉDELEM
ΠEPIΛHΠTIKOΣ ΠINAKAΣ ΓIA THN EΠIΣHMANΣH TOY KATAΛΛHΛOY ΠPOΦYΛAKTHPA, ME ∆IAΦOPA KOΠTIKA EΞAPTHMATA
DO⁄RU B‹R G‹Y‹M fiEKL‹ ‹Ç‹N ÖZETLEY‹C‹ TABELA KES‹C‹ KAFA / EMN‹YET KORUNMASI
0,095”
2.4mm
3.0mm
197” 5000mm A
4T
9” 230 mm
4T
10” 255 mm
8T
10” 255mm
8T
9” 230mm
80T
9”
230mm
24T
9”
230mm
538249346
538040853
538248959
538026134
538248960
538026135
538248960
538036711
538248960
538036713
538248960
538040998
538240936
538240553
538236677
538040953
538240936
538240553
538236677
42/46 cc
34/36/38 cc
538249344
538042506
538248960
538026134
538248960
538026135
538248960
538036711
538248960
538036713
538248960
538040998
538240936
538240553
538236677
538040953
538240936
538240553
538236677
0,095”
2.4mm
3.0mm
197” 5000mm B
GB
DE
FR
NL
NO
FI
SE
DK
ES
PT
IT
HU
GR
CZ
PL
SK
RU
EE
LV
TR
1
2
3
45
1
2
3
45
78
6
E8
A
B
NEDERLANDS - 1
Verklaring van de symbolen
A. Algemene beschrijving
B. Veiligheidsinstructies
1) MOTOR
2) STEEL
3) GASHENDEL
4) ACHTERSTE HANDGREEP MET BEDIENINGSORGANEN
5) MES
6) NYLONDRAADKOP
7) STOPSCHAKELAAR
8) CHOKE-HENDELTJE
9) KNOP STARTINRICHTING
10) BEVESTIGINGSPUNT
11) BOUGIE
12) DEKSEL LUCHTFILTER
13) TANKDOP
14) GELUIDDEMPER
15) RECHTER HANDGREEP MET BEDIENINGSORGANEN
16) VOORSTE BEUGELHANDGREEP
17) GASHENDELVERGRENDELING
18) ZIJDELINGSE VEILIGHEIDSBARRIERE
19) DRAADSNIJMESJE
20) VERLENGSTUK BESCHERMKAPVOOR DRAADKOP
21) HOES VOOR MES
22) KOPPELING MOTOR/STEEL
23) DECOMPRESSIEKLEP
24) BESCHERMKAP VAN DE SNIJUITRUSTING
ETIKET VOOR IDENTIFICATIE VAN HET PRODUCT
LEGENDA:
1) Gewaarborgd geluidsver­mogensniveau volgens
de richtlijn 2000/14/EC
2) Naam en adres van de fabrikant
3) Bouwjaar (laatste twee cijfers; bijv. 03=2003)
4) Productcode
5) Serienummer
6) Model/type
7) CE-markering
Waarschuwing.
Persoonlijke veiligheidsmiddelen: Goedgekeurde veiligheidsbril of goedgekeurd vizier, Goedgekeurde helm, Gehoorbescherming.
Neem de gebruiksaanwijzing grondig door en controleer of u de werking van alle bedieningsorganen volledig heeft begrepen.
Persoonlijke veiligheidsmiddelen: Goedgekeurde veiligheidshandschoe­nen.
Persoonlijke veiligheidsmiddelen: Goedgekeurde veiligheidslaarzen.
Niet roken tijdens. Bijvullen en gebruik.
Choke (starthulp).
Pas op voor wegschietend materiaal.
Gebruik van het handboek
• Eenieder die deze bosmaaier gebruikt dient eerst deze handleiding volledig en grondig te hebben gelezen.
• Alle gebruikers moeten bekend zijn met de in deze gebruikaanwijzing beschreven handelingen voor een volstrekt veilig gebruik van de machine, evenals de toe te passen maaitech­nieken, eventueel ook d.m.v. een praktische demonstratie.
• Laat niet toe dat personen die niet op de hoogte zijn van deze instructies en niet vol­doende met de werking bekend zijn of kinderen de bosmaaier gebruiken. In sommige gevallen kunnen plaatselijke beperkingen gelden m.b.t. de leeftijd van gebruikers.
• Laat deze gebruiksaanwijzing bij de machine in geval van eigendomsoverdracht of uitlenen van de machine, zodat toekomstige gebruikers over volledige informatie beschikken m.b.t. het prod­uct en de veiligheidsvoorschriften.
• Alle delen van het handboek zijn van even groot belang ter voorkoming van letsel aan de gebruiker of schade aan de machine. Voor een gemakkelijke raadpleging is hoofdstuk B onderverdeeld in genummerde paragrafen, waarnaar in de rest van het handboek verwezen kan worden, met het symbool "WAARSCHUWING" gevolgd door de nummers van de overeenkomstige paragrafen, om de aandacht van de lezer te vestigen op de belan­grijkste veiligheidsprocedures die aan een bepaalde situatie verbonden zijn.
Vóór het gebruik
• Door het naleven van de in dit handboek beschreven procedures wordt het ongevallen­risico niet opgeheven, maar worden de waarschijnlijkheid en de schadelijke gevolgen ervan verminderd.
• Indien u niet bekend bent met het gebruik van de bosmaaier, volg dan eerst een trainingsperi­ode.
• De gebruiker is verantwoordelijk voor eventuele ongevallen van derden of schade aan hun
eigendommen, evenals de gevaren waaraan zij kunnen worden blootgesteld.
• Gebruik dit gereedschap niet voor andere doeleinden dan het maaien van gras met behulp van de aangegeven snijuitrustingen.
• Gebruik de machine nooit als u moe bent, lichamelijk niet in vorm bent of wanneer u onder invloed bent van alcohol of bepaalde medicij­nen.
• Zorg ervoor dat u weet hoe u de motor en het mes indien nodig moet stopzetten (zie het hoofdstuk "Starten en stoppen van de motor").
Inspecteer de machine altijd zorgvuldig voor
elk gebruik, in geval van een krachtige stoot of tekens van een gebrekkige werking. Controleer of de machine correct is geassembleerd, of alle onderdelen ervan in perfecte staat verkeren, of alle bouten in hun zitting aanwezig en goed aangedraaid zijn, of de gashendelvergrendeling goed werkt, of er geen brandstoflekken zijn, en of het snijgereedschap niet beweegt bij stationair draaiende motor. Controleer of de steel correct aan de motorkoppeling is bevestigd, of de draad­kop of het mes correct is gemonteerd en of de bout waarmee het mes is geblokkeerd.
Vervang accessoires (messen, draadkop-
pen, beschermkappen), die eventueel beschadigd, gebarsten of overmatig versleten zijn. Laat eventueel beschadigde machineon­derdelen vervangen door een erkende ser­vicewerkplaats. Gebruik voor de draadkoppen alleen draad van een flexibel en door de fabrikant aanbevolen materiaal. Gebruik bijvoorbeeld nooit metaaldraad, omdat dit ernstig letsel aan person­en of dieren en schade aan voorwerpen kan veroorzaken. Een draad van een niet aanbevolen type kan breken en een gevaarlijk projectiel wor­den. Houd u tijdens de montage van het sni­jgereedschap strikt aan de instructies in het hoofdstuk "Op de machine toepasbaar sni- jgereedschap en montage" GEBRUIK DE BOSMAAIER ABSOLUUT NIET INDIEN DE SPECIFIEKE BESCHERMKAP NIET VEILIG IS
NEDERLANDS - 2
Min. veiligheidsafstand 15m.
Pas op de reactie van het mes. Het mes kan de amputatie van armen en benen veroorzaken.
Noodstop.
WAARSCHUWING ! Gevaar voor ernstig letsel aan de benen. Houd u strikt aan de aanwijzingen in het handboek.
Max. snelheid van de as.
WAARSCHUWING ! De onderdelen van het snijgereedschap en de uit­laatdemper kunnen zeer heet worden en brandwonden veroorzaken. Wacht enkele minuten alvorens deze te hanteren.
1
2
NEDERLANDS - 3
AANGEBRACHT (zie hoofdstuk "Montage/demontage"). Indien u zich niet aan dit voorschrift houdt bent u aan ernstige gevaren blootgesteld, gevormd door:
• mogelijk contact met draaiende en snijdende onderdelen;
• mogelijk wegschieten van diverse voorwerpen.
Gebruik de bosmaaier nooit zonder dat de vei­ligheidsbarrière correct gemonteerd is. Alleen messen of nylon spoelkoppen gebruiken duidelijk gemarkeerd met een maximum snel-heid van ten­minste 10.500 min-1. BIJ GEBRUIK VAN EEN METALEN 24-80 TANDEN BLAD (CIRCULEERZAAG) IS HET VERPLICHT DE DUBBELE STEUNGORDEL TE GEBRUIKEN EN VERDERE VEILIGHEIDS-MAATREGELINGEN TE TREFFEN (PROTECTIE) ZOALS IN DE OVERZICHT­STABEL IS AANGEGEVEN.
Gebruik originele en goedgekeurde acces-
soires en reserveonderdelen; deze zijn verkrijgbaar bij officiële verkooppunten. Het gebruik van niet-originele accessoires en reserveonderdelen vergroot het gevaar van ongevallen, in dat geval aanvaardt de fabrikant geen enkele aansprakelijkheid voor schade aan personen en/of voorwerpen. Probeer nooit om een machine te gebruiken die onvolledig is of die gewijzigd is door iemand anders dan een erkende servicewerkplaats. Het risico van ongevallen neemt aanzienlijk toe wanneer het onderhoud aan de machine niet regelmatig en niet op vakkundige wijze wordt uitgevoerd. Neem in geval van twijfel contact op met een erkende servicewerkplaats.
Alle werkzaamheden voor onderhoud, mon-
tage, demontage en tanken moeten worden uitgevoerd met de machine op een vlakke en ste­vige ondergrond, in een stabiele positie zodat hij niet kan kantelen, met uitgeschakelde motor, de schakelaar op O/STOP, en stilstaand snijgereed­schap. Draag geschikte veiligheidshandschoenen.
Kleding
Bij het werk met de bosmaaier is een
geschikte kleding vereist; draag persoonlijke veiligheidsmiddelen van het goedgekeurde type:
• Nauwsluitende werkkleding (draag geen korte
broek, of loszittende kleding, wijde kleding en sieraden die in bewegende machinedelen vast kunnen haken).
• Veiligheidslaarzen met antislipzool, verstevigde
punt en snijbescherming (draag geen sandalen en werk niet blootsvoets).
• Veiligheidshandschoenen tegen sneden en
trillingen.
• Vizier of veiligheidsbril. Verwijder de
beschermfolie indien aanwezig.
• Gehoorbescherming.
• Helm (bij risico van vallende voorwerpen).
Aanwijzingen voor de gezondheid
Voorkom een te langdurig gebruik van de
bosmaaier. Lawaai en trillingen kunnen
schadelijk zijn. Bij langdurig gebruik van de machine of ander gereedschap wordt de gebruik­er blootgesteld aan trillingen die dode, witte vingers (Fenomeen van Raynaud) kunnen veroorzaken. Hierdoor kan een verminderde tem­peratuurgevoeligheid van de handen en een alge­meen verdoofd gevoel ontstaan. De gebruiker dient dus de toestand van zijn handen en vingers zorgvuldig te controleren als hij de machine lang­durig of regelmatig gebruikt. Bij optreden van __n van de symptomen onmiddellijk een arts raadple­gen. Bij langdurig gebruik van de machine of ander gereedschap kan ongemak, stress, ver­moeidheid en slechthorendheid optreden. Draag tijdens het gebruik van de machine gehoorbescherming. Een correct en nauwkeurig onderhoud kan bovendien bijdragen om u nader te beschermen tegen het risico van lawaai en trillingen.
Voorkom het contact van olie en brandsof
met huid en ogen. Adem de benzinedamp­en niet in aangezien deze giftig zijn. Start de motor niet en laat hem niet werken in gesloten of slecht geventileerde ruimten. De uitlaatgassen zijn giftig bij inademing, en kunnen dus verstikkend en levensgevaarlijk zijn.
Werkomgeving
Onderzoek de werkomgeving zorgvuldig en
let op elk mogelijk gevaar (bijvoorbeeld wegen, paden, stroomkabels, gevaarlijke bomen, etc.). Wees bijzonder voorzichtig bij het werken op hellend terrein. Maak voor elk gebruik het werkterrein vrij van stenen, glas, touwen, metalen voorwerpen, blikjes, flessen en alle vreemde voor­werpen die in draaiende onderdelen verstrikt kun­nen raken of weggeslingerd kunnen worden. Houd rekening met eventuele gevaren die niet kunnen worden waargenomen door het lawaai van de machine. Controleer of iemand op gehoorsafstand aanwezig is voor het geval van een ongeluk.
Werken met de machine
De tandwielkast (en de zone rond de beves-
tigingsas van de snijuitrusting) is tijdens het gebruik en enkele minuten na uitschakeling van de machine zeer warm. De geluiddemper en de betreffende beschermkap zijn tijdens het gebruik en na uitschakeling van de motor zeer warm. Dit geldt ook voor de stationair draaiende motor. Bij contact kunnen brandwonden ontstaan. Raak deze delen niet aan als ze nog warm zijn.
Takken of gras kunnen tussen de
beschermkap en de draadkop of het mes geklemd raken. Niemand mag de eventuele ophoping van gesneden materiaal tussen beschermkap en snijuitrusting verwijderen terwijl de motor loopt en de snijuitrusting nog draait. Wees voorzichtig met draaiende delen en warme oppervlakken van de machine. Als de messen
3
4
5
9
10
6
7
8
NEDERLANDS - 4
met eventuele voorwerpen in contact komen kan dit ernstig letsel tot gevolg hebben voor de gebruiker of personen of dieren in de directe omgeving, en schade aan de machine veroorzak­en. Maai alleen het materiaal dat voor elk acces­soire wordt aanbevolen en voorkom dat het snij­dende gedeelte in contact komt met rotsen, met­alen voorwerpen, etc. Het mes is scherp, wees dus zeer voorzichtig ook als u het mes bij stil­staande motor hanteert.
Houd omstanders en dieren op een veilige
afstand van de werkplek (buiten een straal van 15 meter). Aangezien het mes of de draadkop tijdens het werk gras, aarde, stenen of vreemde voorwerpen kan wegslingeren, moet u als iemand in de buurt komt het mes of de draaiende kop stopzetten (zie hoofdstuk "Starten en stoppen van de motor"). Zorg ervoor dat uw haar niet tot over uw schouders hangt. Start de machine op een vlak terrein, in een stabiele positie, en controleer of het snijgereedschap geen obstakels raakt. Aangeraden wordt deze machine tijdens het gebruik rechts van het lichaam te houden; op deze manier kunnen de uitlaatgassen vrijkomen zonder dat de kleding van de gebruiker een obstakel vormt. Houd het gereedschap tijdens het werk altijd stevig met beide handen vast. Zorg ervoor dat u stevig op uw benen staat. Houd de handgrepen schoon en droog. Gebruik de bosmaaier niet terwijl u op een ladder of andere onstabiele ondergrond staat. Zorg ervoor dat u steeds de controle over uw evenwicht behoudt. Gebruik de machine nooit in extreme klimatologis­che omstandigheden of bij ongunstige weersom­standigheden (bij zeer lage temperaturen of in een zeer warm en vochtig klimaat, bij mist, regen, wind, etc.). Houd alle lichaamsdelen evenals uw kleding op afstand van de messen tijdens het starten en de werking van de motor. Zorg ervoor dat het werkterrein altijd voor u ligt, werk niet ter­wijl u achteruit loopt aangezien eventuele gevaren dan niet zichtbaar zijn. Leg de machine niet neer terwijl de motor draait. Laat de machine nooit onbeheerd achter. Til de bosmaaier tijdens het maaien nooit boven kniehoogte op.
Regel de gesp voor bevestiging van de
stang zo dat het mes of de draadkop zich parallel aan de grond bevindt. Het bevestig­ingspunt moet in de oorspronkelijke positie wor­den gehouden om te voorkomen dat de stang uit zijn evenwicht raakt.
Aanwijzingen voor het transport
Transporteer de bosmaaier nooit, ook niet
over kleine afstanden, met draaiende motor. Transporteer de machine bij uitgeschakelde motor en met het mes of de draadkop naar achter gericht. Voor uw veiligheid moet tijde
ns vervoer of opslag van de machine het mes altijd beschermd worden met de speciale bijgeleverde hoes (zie "Transportbescherming"). Indien de bosmaaier in een voertuig wordt getransporteerd, de machine in
een zeer stabiele positie plaatsen en verankeren om te voorkomen dat er brandstof uit kan stromen. Het is in elk geval raadzaam de brandstoftank te legen in geval van transport.
Waarschuwingen i.v.m. vuur en brand
Werk niet met de bosmaaier in de buurt van
vuur of uitgestroomde benzine. Als u brand­stof op uw kleding gemorst heeft, direct schone kleding aantrekken. Houd de machine vrij van grassprieten, bladeren en overtollige olie om het brandrisico te verminderen. De uitlaatgassen kun­nen hoge temperaturen bereiken en kunnen vonken bevatten. Kom dus niet in de buurt van licht ontvlambaar materiaal. De geluiddemper is tijdens het gebruik en direct na uitschakeling van de motor zeer warm. Dit geldt ook voor de stationair draaiende motor. Wees uiterst voorzichtig i.v.m. brandgevaar vooral bij aanwezigheid van ontvlam­bare materialen of gassen. Start de motor op afs­tand van de tankplaats en van brandstofreservoirs (ten minste 3 meter).
Wanneer u brandstof tankt, altijd eventueel
gemorste brandstof afdrogen. Vul nooit brandstof bij terwijl de motor draait of nog warm is, om brandrisico te vermijden (wacht tot de motor is afgekoeld alvorens te tanken). Tank in een open ruimte en ver van vlammen of vonken. Verwijder de tankdop niet terwijl de motor draait. Open de tankdop voorzichtig, zodat eventuele overdruk langzaam verdwijnt. Draai de tankdop goed vast na het tanken. Zorg ervoor dat u geen brandstof morst. De door brandstoffen geproduceerde gassen kunnen een ontploffing of brand veroorzak­en. Benzine is zeer licht ontvlambaar: doof sigaret­ten, pijpen en sigaren alvorens in de buurt te komen van elk type brandstof. Rook niet en breng geen warmtebronnen of vonken in de buurt van de brandstof. Tank nooit in de buurt van of boven ontvlambare voorwerpen (droge bladeren, etc.).
Terugslag
Machines die van een mes zijn voorzien kun-
nen een krachtige zijdelingse terugslag veroorzaken als ze met vaste voorwerpen in con­tact komen. De terugslag kan van de machine op de bediener worden overgebracht waardoor deze de controle over de machine kan verliezen. Het mes kan ook amputatie van armen en benen veroorzak­en. Gebruik altijd een goed scherp mes. Een mes met versleten tanden kan behalve problemen bij het maaien tevens TERUGSLAG veroorzaken, d.w.z. een harde stoot aan de voorkant van de machine door botsing van het mes tegen hout of andere vaste voorwerpen. Deze stoot kan van de machine op de bediener worden overgebracht, waardoor deze de controle over de machine kan verliezen. Een beschadigd of versleten mes mag niet worden bijgeslepen maar moet door een nieuw mes wor­den vervangen. Ook kan terugslag optreden wan­neer men de risicozone van een willekeurig mestype gebruikt (zie
I3). Werk niet met de risico-
zone van het mes om terugslag te voorkomen.
11
12
13
14
15
16
NEDERLANDS - 5
Gashendelvergrendeling
Gebruik de machine nooit met de gashen­delvergrendeling met behulp van plakband,
touw of andere middelen ingedrukt.
Deze inrichting werd ontwikkeld om onvrijwillige bediening van de gashendel (fig. A n. 3) te voorkomen. De gashendel (fig. A n. 3) kan namelijk alleen worden geactiveerd als gelijktijdig de vergrendeling (fig. A n. 17) wordt ingedrukt. Bij loslaten van de handgreep keren de gashendel (fig. A n. 3) en de gashendelvergrendeling (fig. A n. 17) via 2 onafhankelijke veren automatisch in hun oorspronkelijke positie terug.
Trillingdemper
De machine is voorzien van een trillingdemper met het doel om de trillingen die op de gebruiker worden overgebracht te verminderen.
Motorstopinrichting
Door de Stopschakelaar (fig. A n. 7) op O / STOP te zetten wordt de motor uitgeschakeld. Om de juiste werking te controleren, de motor starten en controleren of de motor afslaat wanneer de stop­schakelaar in de stand Stop wordt gezet.
Transportbescherming
Bedien de machine nooit met gemonteerde transportbescherming.
Deze inrichting bedekt de scherpe uiteinden van het mes tijdens vervoer of opslag van de machine.
Mesbeschermkap
Dit is een zeer belangrijke veiligheidsinrichting (fig. A n. 19) die voorkomt dat eventuele voorwerpen die met het mes in contact komen of het gras weggeslingerd worden en de gebruiker kunnen raken.
Veiligheidsbarrière
Deze inrichting is aan de machine bevestigd en garandeert een minimale afstand tussen de gebruiker en het mes tijdens de werking van de machine, zodat in geval van stoten van het mes tegen een hard oppervlak wordt voorkomen dat het mes met het lichaam in contact komt en de gebruiker verwondingen kan oplopen (fig. A n. 18).
Geluiddemper
De geluiddemper dient om het geluidsniveau zo laag mogelijk te houden en om de uitlaatgassen van de verbrandingsmotor weg te richten van de gebruiker.
Draagriem
WAARSCHUWING! Het is van groot
belang dat u vertrouwt raakt met het ontgrendelmechanisme. In noodgevallen moet u de machine snel los kunnen laten.
De draagriem is voorzien van een vergrendel-ont­grendelmechanisme. De draagriem helpt de gebruiker de machine te ondersteunen tijdens het gebruik (zie “Veiligheidsinstructies” B7).
C. Beschrijving van de veiligheidsuitrustingen van de machine
1 2 3 4
4 10 13
1 2 3 4 10
1 2 3 4
1 2 3 4 6 7 9 14
Brandstof mengen
Gebruik geen enkele andere brandstof dan
het in deze gebruiksaanwijzing aanbevolen type. Deze machine is uitgerust met een 2-takt­motor. Gebruik steeds een mengsel van loodvrije benzine (met octaangehalte minimaal 90) en volledig synthetische olie voor 2-taktmotoren specifiek voor loodvrije benzine, in de verhoudin­gen die in de tabel onder (D) zijn aangegeven.
Controleer zorgvuldig de oliespecificaties op
de verpakking, het gebruik van oliesoorten die niet de uitdrukkelijk in deze gebruiksaanwijzing vermelde specificaties hebben, kan ernstige schade aan de motor veroorzaken!
Om het beste mengsel te verkrijgen, eerst de olie en dan de benzine in een goedgekeurde jerrycan gieten, en goed schudden elke keer dat brandstof uit de jerrycan wordt bijgevuld. De kenmerken van het mengsel zijn aan veroud­ering onderhevig en kunnen dus na verloop van tijd veranderen. Het is daarom raadzaam alleen de benodigde hoeveelheid brandstof te mengen
D. Brandstofmengsel
7 14 15
NEDERLANDS - 6
(het gebruik van verouderde brandstofmengsels kan ernstige schade aan de motor veroorzaken).
Tanken
Maak de omgeving rond de vulopening van de tank zorgvuldig schoon, alvorens de dop te verwijderen, om te voorkomen dat er vuil in kan komen. Open de dop van de jerrycan voorzichtig. Draai de tankdop open en vul de tank met de nodige hoeveelheid, met behulp van een trechter. Om tij­dens het gebruik het risico van startproblemen te voorkomen, verdient het aanbeveling de brandstof in de tank nooit geheel op te laten raken.
Bewaren van de brandstof
Bewaar de brandstof in een koele en goed
geventileerde ruimte, in een voor dit doel
goedgekeurde jerrycan.
Laat de motor nooit rusten met brandstof in de tank, in slecht geventileerde ruimten, waar de door de benzine gevormde gassen zich kunnen verspreiden en open vuur, kaarsen, vlammen van branders of ketels, geisers, drogers etc. kunnen bereiken. Bewaar nooit grote hoeveelheden brandstof.
14 15
14 15
E. Montage/demontage
E1. Beugelhandgreep
Voor uw eigen veiligheid moet u de handgreep vóór het op de steel aangebrachte etiket vastzetten, op een afstand van ten minste 11 cm vanaf de achterste handgreep. De handgreep moet in een gemakkelijke werkstand worden bevestigd. Bij gebruik van zaagbladen moet de afstand van de handgreep worden gewijzigd tot op minstens 36 cm. De veiligheidsbarrière moet met behulp van de bijgeleverde accessoires gemonteerd worden en zoals aangegeven in de afbeelding, zodat hij tegen de voorste handgreep aanligt.
E2. Dubbele handgreep (A)
De handgreep (A) kan naar gelang de eisen van de gebruiker worden versteld door hem naar voren of naar achteren te verplaatsen. Zet de draaiknop los, breng de handgreep in de gewen­ste stand, en zet de draaiknop weer goed vast.
WAARSCHUWING! Het handgreepgedeelte
(A) kan parallel aan de steel worden opgevouwen om transport of opslag van de machine te vergemakkelijken. Draai de knop los, draai de steun over 90° in de richting van de klok, vouw de handgreep (A) in de gewenste stand en zet de knop vast.
E3. Dubble Handgreep (B)
Aangepaste en veilige tweehandige klem om de schroeven vast te zetten.
E4. Montage draadkop- en mesbeschermkap
Breng de beschermkap (A) zo aan dat hij correct op de tandwielkast (I) aansluit, plaats de onderste klem (G) in de zitting onder de beschermkap, de
bovenste klem (F) tussen buis en beschermkap, steek de schroeven (H) in en zet ze vast.
Verlengstuk van de mesbeschermkap (uitslui­tend voor gebruik met de draadkop)
Het draadsnijmesje, dat aan de plastic
beschermkap is bevestigd, snijdt de nylon­draad op de optimale lengte af; een te lange draad vermindert de draaisnelheid van de motor en de snijresultaten, en verhoogt bovendien het risico van verwondingen.
Het verlengstuk (B) moet uitsluitend gemon­teerd/gebruikt worden bij gebruik met de draad­kop, met behulp van het draadsnijmesje (L), dat de lengte van de draad en dus de snijdiameter regelt. Zie voor de correcte montage de illustratie op de omslag en voer de volgende procedure uit: Breng het verlengstuk (B) op de beschermkap (A) aan in overeenstemming met de referentietekens (C), zet het vast door de schroef (D) geheel aan te draaien, en monteer vervolgens het draadsnijmes­je (L) en bevestig het met de schroeven (E). (Controleer regelmatig of de schroeven (E) niet door de trillingen losgeraakt zijn, en zet de eventueel weer volledig vast).
E5. Montage/demontage draadkop
Monteer de draadkop zoals aangegeven in de illustratie: 1) Flensbescherming 2) Bovenste scho­tel 3) Beschermig (nylondraadkop B) 4) Nylon draadkop. Volledig tegen de klok in vastdraaien. Tijdens het vastdraaien wordt het geheel kop­schotel moeiteloos tegengehouden door de bijgeleverde sleutel of schroevendraaier in de gaten van de schotel en de tandwielkast te steken; laat eerst de schotel draaien tot de twee gaten samenvallen.
2 3 4
2 3 4
2 3 4 10
NEDERLANDS - 7
E6. Montage/demontage grasmes
Bij metalen messen moet het verlengstuk voor de draadkop (H) niet worden gebruikt.
Monteer het maaiblad conform de tekening: a) Beschermkap vulring, b) Bovenplaat met centern­ing, c) maaiblad met de tekst en draairichtingpijl naar boven, d) onderplaat, e) vaste afstandhoud­er, f) bladbevestigingsbout (lengte 16 mm). Bij gebruik van een draaiende afstandhouder is de montage als volgt: a) Beschermkap vulring, b) Bovenplaat met centrerring, c) Maaiblad met de tekst en draairichtingpijl naar boven, d) Onderplaat, e) Vulring, f) Draaiende afstandhoud­er, g) Bladbevestigingsbout (lengte 34,5 mm).
Montage zaagblad en zaagbladbescherming
Bij het zaagblad moet de beschermkap
voor draadkop en grasmes worden verwi­jderd, en de flensbescherming (A) worden vervan­gen door de zaagbladbescherming (H).
Zaagbladen (24 of 80 tanden) hebben een
voetdiameter van 20 mm en vereisen dan ook het gebruik van een bovenflens van toepas­selijke afmeting om een correcte pass-ing te verzekeren. Het onderdeelnummer wordt aangegeven in de samenvattingstabel voor snij­onderdelen.
Voor de montage zie de figuren (E7, E8).
2 3 4 10
2 3 4 10
F. Starten en stoppen van de motor
WAARSCHUWING! Start de bosmaaier op
een vlak terrein. Neem tijdens het starten een stabiele houding aan. Controleer of het mes of de draadkop niet met de grond of andere obstakels in contact komt.
WAARSCHUWING! Pak de starthendel met
een hand beet en houd de machine met de andere hand in een stabiele positie (pas op, wikkel het starterkoord niet om uw hand), trek langzaam tot u een zekere weerstand voelt, en maak vervolgens een snelle en krachtige trekbe­weging. Trek het starterkoord niet volledig uit en laat de starthendel niet zomaar los zodat hij tegen de machine slaat. Hierdoor kan de machine beschadigd raken.
Starten bij koude motor F1. Stopschakelaar (A) in de stand "I" tegenover
de stand "STOP". F2. Zet het choke-hendeltje (B) in de gesloten stand. F3. Druk een aantal malen op de rubberen balg van de brandstofpomp totdat er brandstof in de balg komt (C). De balg hoeft niet helemaal gevuld te worden. Druk de decompressieklep (D) indien
uw model hiermee is uitgerust) naar beneden. Trek het starterkoord uit tot de motor start. Laat de motor enkele seconden lopen en geef gas, het choke-hendeltje komt automatisch in de oor­spronkelijke stand terug.
Op dit moment draait het snijgereedschap.
Starten bij warme motor F1. Stopschakelaar in de stand "I" (START).
Choke-hendeltje in de minimumstand (losgelaten). Choke-hendeltje (B) in de oorspronkelijke stand.
F3. Herhaal punt F3 in de vorige paragraaf.
Stoppen van de motor F5. Zet de stopschakelaar (A) in de stand "O"
(STOP).
Nadat de motor is afgezet blijven de
draaiende delen, mes of draadkop, nog enkele seconden doordraaien. Blijf de machine stevig vasthouden tot deze onderdelen volledig tot stilstand zijn gekomen. In geval van nood kan deze stopvertraging worden verkort door de steundop van het mes parallel over de grond te slepen.
1 5 6 7 8 9 10 11 12 14
G. Afstelling van de carburateur
Uw machine kan uitgerust zijn met een carbura­teur met lage uitstoot. Indien nodig moet de afstelling van de carburateur uitsluitend door een erkende servicewerkplaats worden uitgevoerd, die over de juiste apparatuur beschikt om de beste
prestaties te verzekeren bij de laagste uitstoot. Om het stationair toerental af te stellen, de schroef die met de letter (T) is aangeduid als volgt bijstellen: Bij draaiende en goed warme motor, de schroef (T) voorzichtig in de richting van de klok aandraaien, tot de motor regelmatig draait (con­stant geluid), zonder dat de snijuitrusting
8 9 10 11
NEDERLANDS - 8
beweegt. Is dit niet het geval (bewegende sni­juitrusting), draai dan de schroef (T) voorzichtig tegen de klok in los, tot de juiste afstelling is verkregen. Het juiste toerental op stationair is ver­meld in de paragraaf technische gegevens van de gebruiksaanwijzing.
Alle bovengenoemde afstellingen moeten bij correct gemonteerde snijuitrusting wor­den uitgevoerd.
De garantie kan vervallen als gevolg van ver­keerde afstellingen uitgevoerd door personeel dat niet tot een erkende servicewerkplaats behoort.
H1. Na elk gebruik
Om oververhitting van de motor te voorkomen, stof en vuil uit spleten, van het cilinderdeksel en van de koeflenzen van de cilinder verwijderen met behulp van een houten schraper. De machine in een droge ruimte opbergen.
Na 25 werkuren
Het filter verwijderen zoals in de figuur aangegeven en voorzichtig schoonmaken met een persluchtstraal. Voor een zorgvuldigere reinig­ing kan het met water en zeep worden gewassen.
Elke 50 werkuren
In de tandwielkast vet voor tandwielen op hoge snelheid bijvullen, via het gat (C). De bougie demonteren en reinigen (en de afstand tussen de elektroden afstellen op 0, 5/0, 6 mm). De bougie vervangen indien te sterk bevuild. Controleer in geval van overmatige bevuiling de afstelling van de carburateur, het juiste percentage van de men­golie en of de olie van goede kwaliteit en van het type voor 2-taktmotoren is.
Elke 100 werkuren
De bougie vervangen.
Elke drie maanden
Bij de servicewerkplaats een algemene onder­houdsbeurt en reiniging van de interne onderde­len laten uitvoeren, en het brandstoffilter laten ver­vangen. Hierdoor wordt de kans op onvoorziene problemen verlaagd en wordt een perfecte werk­ing en lange levensduur van uw machine gegarandeerd.
Lange periodes van stilstand
Zie "Ecologische" informatie.
In geval van werk in een bijzonder vuile of
stoffige omgeving moeten de bovenge­noemde handelingen met kortere intervallen wor­den uitgevoerd.
H2. Nylondraad vervangen (A)
Om de draadklos te vervangen moet u op de twee door de pijlen aangegeven ontgrendelpallen drukken, de te vervangen klos verwijderen, de resterende draad verwijderen en vervolgens de nieuwe draad opwikkelen. Open de originele draadverpakking, breng de uiteinden van de 2 draden aan in de ogen van de klos, wikkel de draden in dezelfde richting geheel op de klos en zet het uiteinde van elke draad in de 2 tegen­overliggende sleuven vast. Plaats de klos in zijn zitting en steek het uiteinde van de draden in de respectieve bussen. Trek beide draden aan weer­szijden ongeveer 15 cm uit de kop. Monteer de draadkop zoals in de afbeelding getoond (fig. H5). Indien de klos sterk is versleten, moet u hem door een originele complete draadklos vervangen.
H3. Nylondraad vervangen (B)
1) Borgmoer aan de onderzijde van de spoelkop
losdraaien door het met de wijzers van de klok mee te draaien.
2) Neem het onderste deksel weg. Neem de lege
spoel van z’n plaats en haal elk draadstukje weg.
3) Bereid twee stukken nylonkoord van elk
ongeveer 2,5 mt lengte met een diameter van 2,4 mm. Steek beide draden in de twee tegen­over elkaar liggende openingen van de spoel. Zet de uiteinden van de draden met een tang vast om te voorkomen dat deze er weer uit schieten.
4) Wind de twee draden in dezelfde richting op de
spoel.
5) Zet de uiteinden van de twee draden in de twee
tegenover elkaar liggende openingen
vast.
6) Plaats de spoel terug en rijg de draaduiteinden
door de daarvoor bestemde ringen.
7) Trek aan de draden tot er aan elk uiteinde circa
15 cm uitsteekt.
8) Spoelkop assembleren als afgebeeld;
dieptestop,veer en borgmoer aanbrengen (tegen de wijzers van de klok in draaien).
H. Periodiek onderhoud
1 2 3 4 7 9 10
Maaitechnieken
Houd tijdens het maaien de motor altijd op
hoge snelheid. Na elke werkfase de motor op stationair terugbrengen; een langdurige onbe­laste werking op hoog toerental kan ernstige schade aan de motor veroorzaken.
I. Gebruikstechnieken
1 4 5 6 7 8 9
10 11 12 13 14 16
NEDERLANDS - 9
Wacht altijd tot de motor stationair draait alvorens de machine van het ene naar het
andere gedeelte te verplaatsen.
Deze machine is bijzonder geschikt om het werk met een normale grasmaaier af te maken, omdat u op alle plekken kunt komen die voor een nor­male grasmaaier moeilijk bereikbaar zijn.
Maaien en trimmen van gras met de draadkop
De draadkop is geschikt voor lichter maaiwerk, bijvoorbeeld op hoekstukken of rond bomen. Maaien Om beschadiging van het gazon of van de sni­juitrusting te voorkomen moet u de draad parallel aan de grond houden. Vermijd het contact met de grond.
Trimmen
Breng de draadkop in een hoekstand en houd hem op korte afstand van de grond. Voer het trimwerk uit met het uiteinde van de draad. Druk de draad niet tegen het af te snijden materiaal.
I1. Voeding van de draad (A)
Tijdens het snijden ondergaat de nylondraad een natuurlijke slijtage waardoor het motortoerental toeneemt en het snijvermogen afneemt. Wanneer dit het geval is moet men de kop, om nieuw draad naar buiten te laten komen, tegen de grond drukken: laat de gashendel los tot het motorto­erental onder de 8000 rpm is gedaald. Klop voorzichtig met de knop (A) op de grond zoals in de afbeelding aangegeven, zodat de draad automatisch naar buiten komt. Geef opnieuw gas. Indien de draad niet naar buiten komt, controleer dan of er een draadvoorraad aanwezig is en probeer het opnieuw.
I2. Voeding van de draad (B)
Om de nylon draad door te voeren naarmate het afslijt, de dieptestop naar beneden trekken en met de wijzers van de klok mee draaien om de gewenste lengte door te voeren.
I3. Gras maaien met het mes
Het mes is geschikt voor het maaien van met name hoog en stevig gras. Het gras wordt met zijdelingse zeisbewegingen gemaaid, waarbij het mes parallel aan de grond wordt gehouden. Het snijden vindt plaats tijdens de beweging van rechts naar links, terwijl het mes bij de teruggaande beweging van links naar rechts onbelast moet zijn. Zorg ervoor dat de steundop van het mes licht over de grond strijkt; op deze manier voorkomt u dat het mes de grond raakt.
Gebruik van het zaagblad
Probeer geen boomstammen door te zagen met een grotere dan de aanbevolen diameter, om het risico van kickback of
schade aan het zaagblad te voorkomen. Het zaagblad dient voor het snoeien van struiken en kleine boompjes, met een max. diameter van zeven centimeter. Het is raadzaam het linker deel van de speciale bescherming tegen de stam te leggen tijdens het zagen, zodat er minder risico bestaat dat men de controle over de machine verliest.
2 16
2 5 11 16
In dit hoofdstuk vindt u nuttige informatie voor het behoud van de ecologische kenmerken die in de ontwikkelingsfase van de machine werden vast­gesteld, een correct gebruik van de machine en de verwerking van olie en brandstof.
ONTWERP
In de ontwerpfase werd onderzoek gedaan naar een motor met een beperkt verbruik en lage uit­stoot van vervuilende uitlaatgassen.
GEBRUIK VAN DE MACHINE
De werkzaamheden voor het vullen van de meng-
tank moeten zo worden uitgevoerd dat geen loz­ing van de brandstof in het milieu wordt veroorza­akt.
LANGE PERIODES VAN STILSTAND
Maak de tank altijd leeg en volg daarbij dezelfde aanwijzingen als bij het vullen.
SLOOP
Voorkom lozing in het milieu van de uit gebruik genomen machine; lever hem in bij de aangewezen instellingen voor afvalverwerking vol­gens de geldende wettelijke voorschriften.
L. Ecologische informatie
O. Technische gegevens
Cilinderinhoud (cm3) ...................................................................................................
Boring (mm) ................................................................................................................
Slag (mm) ....................................................................................................................
Max. vermogena (kW) (ISO 8893) ................................................................................
Max. draaisnelheid van de as (min
-1
) .............................................................................
Toerental (draaisnelheid) van de motor bij aanbevolen max. draaisnelheid van de as (min
-1
)
..
Toerental max. vermogen (min
-1
) ................................................................................
Stationair toerental (min
-1
) ..........................................................................................
Max. toerental onbelast (min
-1
) ......................................................................................
Droog gewicht (kg) ....................................................................................................
Inhoud brandstoftank (cm
3
) ..........................................................................................
Bladbevestigingsbout (Nm) .........................................................................................
Geluidsdruk bij het oor van de bediener Lp
av (dBA) (ISO 7917) .....................................
Gemeten geluidsvermogensniveau Lw
av (dBA) (ISO 10884) ..........................................
Gewaarborgd geluidsvermogensniveau Lw
av (dBA) (ISO 10884) ...................................
Vibratie nylon draadkop (ISO 7916) (m/s
2
) Max-min .....................................................
Vibratie maaiblad (ISO 7916) (m/s
2
) Max-min ................................................................
34
38
30
1,2
7.700
12.100
8.000
2.800
10.000
7,1
900
17
97
113
114
8,2-1,6
8,2-1,6
36
40
30
1,25
7.700
12.100
8.000
2.800
10.000
7,3
900
17
97
113
114
8,2-1,7
8,2-1,7
38
40
30
1,3
7.700
12.100
8.000
2.800
10.000
7,3-8,3PRO
900
17
97
113
114
8,2-1,7
8,2-1,7
42
41
30
1,6
7.700
12.100
8.000
2.800
10.000
7,3-8,4PRO
900
17
97
113
114
10,55-1,8
16,38-1,8
46
43
30
1,8
7.700
12.100
8.200
2.800
10.000
7,7-8,7PRO
900
17
97
113
114
12,5-1,06
17,79-1,06
NEDERLANDS - 10
M. Storingzoekingstabel
••
••
••
Motor veroorzaakt nog altijd moeilijkheden: Neem contact op met uw dealer.
Ga na of de stopschakelaar in positie I staat. Controleer het brandstofpeil min. 25% inhoud tank. Ga na of het luchtfilter niet vervuild is. De bougie demonteren, afdrogen, reinigen, bijstellen en
zonodig vervangen. Vervang het brandstoffilter. Neem contact op met uw dealer. De montage aanwijzingen van de maai-onderdelen
nauwkeurig opvolgen. Controleer of de maai-onderdelen geslepen zijn, zo niet
wendt u zich tot uw winkelier.
N. Verklaring van overeenstemming
Ondergetekende, geautoriseerd door Electrolux Outdoor Products Italy S.P.A., verklaart hierbij dat de volgende producten model/TYPE: BC010A, BC010B met een serienummer uit 2003 en verder, gebouwd door Electrolux Outdoor Products Italy S.P.A.., Valmadrera, Italië, in overeenstemming zijn met de Europese Richtlijnen: 98/37/EG (Machinerichtlijn), 93/68/EEG (Richtlijn EEG-markering) & 89/336/EEG (Richtlijn elektromagnetische compatibiliteit), richtlijn 2000/14/EC (Bijlage V).
Valmadrera, 15.12.03 Giuseppe Todero (Technisch Directeur) Electrolux Outdoor Products Italy S.P.A. Via Como 72, 23868 Valmadrera (Lecco) ITALIA
Motor De motor draait De machine
start slecht of verliest start maar
niet vermogen zaagt slecht
Loading...