37
fig. 1
fig. 2
Wij danken u om te hebben gekozen voor dit ontvochtigingsapparaat. Lees aandachtig de volgende gebruiksaanwijzingen alvorens
het apparaat te installeren en te gebruiken. Zo behaalt u de beste
resultaten en gebruikt u het apparaat op de veiligste manier.
Elektrische aansluiting
Voordat u de stekker in het stopcontact steekt, controleren of:
• De netspanning overeenkomt met de gegevens op het plaatje.
• het stopcontact en het elektriciteitsnet de vereiste belasting aankunnen.
• Het stopcontact geschikt is voor de stekker. Zo niet, wordt het stopcontact vervangen door vakbekwaam personeel.
• het stopcontact aangesloten is op een doelmatige aardleiding.
Het niet naleven van deze veiligheidsvoorschriften,vrijwaart de fabrikant
van elke verantwoordelijkheid.
• Dit apparaat is conform de richtlijn ECC EN 55014 houdende de onderdrukking van radiostoringen.
• Het voedingssnoer wordt uitsluitend vervangen door vakbekwaam personeel.
Installatie
1) Positie
Zet het apparaat in het vertrek waar zich problemen met condens of vocht
voordoen.Laat aan de voor- en achterkant van het ontvochtigingsapparaat minstens 50 cm ruimte gelaten wordt, om de lucht niet te belemmeren. Zet het
ontvochtigingsapparaat niet vlakbij een radiator of een andere warmtebron,om
de prestaties niet in het gedrang te brengen.
Voor een continu gebruik,raden wij aan het apparaat in een gang of op een overloop te zetten. Denk eraan de binnendeuren op een kier te laten, om een goede
luchtcirculatie mogelijk te maken.
Alvorens het ontvochtigingsapparaat voor de eerste keer te gebruiken, laat u het gedurende 24 uur rechtop staan.Wanneer het apparaat van een kamer naar een ander verplaatst moet worden, is het
raadzaam een uur te wachten alvorens het opnieuw te gebruiken.
2) Opvang condensatiewater
Het condensatiewater kan op twee manieren afgevoerd worden:
A) Afvoer in de tank
Het condensatiewater kan rechtstreeks opgevangen worden in de
tank, in het apparaat (fig. 1).
De tank kan op eenvoudige wijze uit het apparaat worden gehaald
en heeft een handgreep om de tank makkelijk te verplaatsen en te
ledigen.
B) Continue afvoer naar buiten
Als u het apparaat lange tijd wilt laten werken zonder dat u de
mogelijkheid hebt de tank geregeld te ledigen, raden wij u aan een continue afvoer te gebruiken.
•Doorboor de afvoertuit van de tank met behulp van een boor met
een dunne boorpunt (fig. 2).
•Koop een rubberen slang met de nodige lengte (aangewezen een
lengte van circa 2 m en een binnendiameter van circa 9,5 mm).
• Let erop dat de slang geen hoogteverschil mag overbruggen (Fig. 3).
Zo niet blijft het water in de tank staan; controleer bovendien of de
slang niet bekneld zit.
N.B.: Bewaar het rubberen dopje: dit kan gebruikt worden om de
slang of de tuit af te sluiten wanneer u het condensatiewater
weer wilt afvoeren in de tank (zie punt A).
fig. 3
NEEN
JA
rubberen dop
Ontvochtigingsapparaat