Reproductie op welke manier dan ook zonder de schriftelijke toestemming van Dell Inc. is uitdrukkelijk verboden.
Handelsmerken die worden gebruikt in deze tekst: Dell, het logo van DELL en Dell Inktbeheersysteem zijn handelsmerken van Dell Inc.; Microsoft
en Windows zijn gedeponeerde handelsmerken van Microsoft Corporation in de Verenigde Staten en/of andere landen. Windows Vista is een
handelsmerk of gedeponeerd handelsmerk van Microsoft Corporation in de Verenigde Staten en/of andere landen. Bluetooth is een gedeponeerd
handelsmerk van Bluetooth SIG, Inc. en wordt onder licentie gebruikt door Dell Inc. Adobe en Photoshop zijn handelsmerken of gedeponeerde
handelsmerken van Adobe Systems Incorporated in de Verenigde Staten en/of andere landen.
Andere handelsmerken en handelsnamen worden in dit document gebruikt om te verwijzen naar de entiteiten die aanspraak maken op de merken
en namen, of naar de producten. Dell Inc. maakt geen aanspraak op eigendomsrechten van de handelsmerken en handelsnamen van anderen.
Op deze software en documentatie zijn BEPERKTE RECHTEN van toepassing. Op gebruik, vermenigvuldiging of verspreiding door de overheid van de
Verenigde Staten, zijn beperkingen van toepassing die worden beschreven in subartikel (c)(1)(ii) van het artikel The Rights in Technical Data and
Computer software onder 252.227- 7013 en in de relevante FAR - bepalingen: Dell Inc., One Dell Way, Round Rock, Texas, 78682, USA.
Papier in de printer plaatsen
Afdrukken
De printer verzorgen en onderhouden
Contact opnemen met Dell™
Veiligheidsinformatie over het voorbereiden van de
printer
Regelgevingen
Garantie-informatie
Ondersteunde papiersoorten en -formaten
Papier selecteren en bewaren
Papier in de printer plaatsen
De printerinstellingen configureren
Documenten en foto's weergeven en afdrukken vanaf
geheugenkaarten en USB-kaarten
De printersoftware installeren en gebruiken
De printer verzorgen en onderhouden
Problemen oplossen
Handleiding voor eigenaren
Handleiding met productinformatie
Gebruikershandleiding
OPMERKING: De Gebruikershandleiding bevindt zich op de cd
Drivers and Utilities of op het web op support.dell.com
.
Software en stuurprogramma's: gecertificeerde
stuurprogramma's voor uw printer en
installatieprogramma's voor Dell printersoftware
Leesmij-bestanden: de laatste informatie over
technische wijzigingen of geavanceerd technisch
referentiemateriaal voor ervaren gebruikers of technici.
OPMERKING: als u tegelijkertijd een Dell computer en printer
hebt aangeschaft, zijn de documentatie en
printerstuurprogramma's al geïnstalleerd op de computer.
Bepalen welke printer u hebt voordat u de website
support.dell.com
ondersteuning.
De Express Service Code opzoeken zodat u met de
juiste afdeling wordt doorverbonden als u contact
opneemt met de ondersteuning.
Oplossingen: hints en tips voor het oplossen van
problemen, veelgestelde vragen, documentatie,
stuurprogrammadownloads en productupgrades
Upgrades: informatie over bijgewerkte onderdelen,
zoals geheugen, de netwerkkaarten en optionele
apparatuur
Klantenondersteuning: contactgegevens,
serviceaanvraag en informatie over orderstatus,
garantie en reparaties
Supplies voor de printer
Accessoires voor de printer
Reserve-inktcartridge en printeronderdelen
bezoekt of contact opneemt met de
Stickers met Express Code en servicecode
Deze etiketten zijn aangebracht op de printer. Zie Informatie
over de printeronderdelen voor meer informatie over de locatie
van deze etiketten.
Dell ondersteuningswebsite: support.dell.com
OPMERKING: selecteer uw regio of bedrijfssegment om de
juiste ondersteuningssite weer te geven.
Dell website voor printersupplies: www.dell.com/supplies.
U kunt printersupplies online, per telefoon of bij bepaalde
Dell Imaging Toolbox gebruikenVoorkeursinstellingen voor afdrukken gebruikenDell servicecentrum gebruikenDell InktbeheersysteemGeheugenkaartbeheer gebruikenSoftware verwijderen en opnieuw installeren
Adobe® Photoshop® Album handmatig installeren
Optioneel XPS-stuurprogramma installeren
De printersoftware bestaat uit:
Dell Imaging Toolbox: hiermee kunt u nieuwe of opgeslagen documenten en afbeeldingen scannen, kopiëren, faxen
of afdrukken.
Voorkeursinstellingen voor afdrukken: hiermee kunt u de verschillende printerinstellingen wijzigen.
Dell Servicecentrum: bevat help bij het stap voor stap oplossen van problemen, snelkoppelingen naar
onderhoudstaken voor de printer en klantenondersteuning.
Dell Inktbeheersysteem™: waarschuwt u wanneer de inktcartridges van de printer bijna leeg zijn.
Adobe® Photoshop® Album Starter Edition: hiermee kunt u foto's op uw computer weergeven, beheren en
bewerken.
Dell Imaging Toolbox gebruiken
Met de Dell Imaging Toolbox kunt u het volgende doen:
Scannen, kopiëren en verschillende hulpmiddelen voor afdrukken gebruiken.
Het aantal en de kwaliteit van kopieën selecteren.
Voorbeelden weergeven van afbeeldingen die u wilt afdrukken, scannen of kopiëren.
Foto's in een digitaal fotoalbum beheren.
Gescande documenten en foto's e-mailen.
Inktvoorraden controleren.
Online supplies bestellen.
U opent als volgt de Dell Imaging Toolbox:
1. Windows Vista™:
a. Klik op
®Programma's.
b. Klik op Dell printers.
c. Klik op Dell V305.
®
Windows
XP en Windows 2000:
Klik op Start® Programma's of All programma's® Dell printers® Dell V305.
2. Selecteer Dell Imaging Toolbox.
Het dialoogvenster Dell Imaging Toolbox wordt geopend.
Het startscherm van de Dell Imaging Toolbox bestaat uit de volgende gedeelten:
Gedeelte:KnopFunctie
De scannerScannen
Een scantaak starten.
Het programma selecteren waarnaar u de gescande afbeelding wilt verzenden.
Opgeven welk type afbeelding wordt gescand.
Een kwaliteitsinstelling voor de scan selecteren.
Kopiëren
Kopieën maken.
De kwaliteit en de kleur van de kopieën selecteren.
Een afdrukkwaliteit voor kopieën selecteren.
Het papierformaat opgeven.
Het formaat opgeven van het originele document dat wordt gekopieerd.
Kopieën lichter of donkerder maken (ook mogelijk met het bedieningspaneel).
Het formaat wijzigen van de kopieën.
Foto'sMijn fotoabum
Opgeslagen foto's in een digitaal fotoalbum beheren.
Opgeslagen foto's afdrukken.
Fotowenskaarten maken.
Posters maken van opgeslagen foto's.
Een opgeslagen foto als bijlage toevoegen aan e-mailberichten.
Opgeslagen foto's converteren naar PDF.
Meerdere foto's scannen.
Een gescand document met OCR converteren naar tekst.
Meerdere foto's scannen in één bestand
Afbeelding afdrukken als een poster van meerdere pagina's.
Foto's zonder rand afdrukken.
Meerdere foto's
scannen
Foto's zonder rand
afdrukken
Instellingen AfdrukinstellingenPrinterinstellingen zoals kwaliteit, aantal exemplaren, papierbron en afdrukstand
Toolbox-instellingenToolbox-instellingen voor scannen, bestandsoverdracht, e-mail, Bibliotheek, enzovoort,
Klik op het pictogramHelp in de Dell Imaging Toolbox voor meer informatie.
Meerdere foto's in één keer scannen en opslaan als afzonderlijke bestanden.
Foto's afdrukken zonder randen.
aanpassen voor uw scan- en kopieertaken.
aanpassen.
Voorkeursinstellingen voor afdrukken gebruiken
U kunt de printerinstellingen in Voorkeursinstellingen voor afdrukken aanpassen aan het type project dat u wilt maken.
U geeft als volgt Voorkeursinstellingen voor afdrukken weer wanneer een document is geopend:
1. Klik op Bestand ® Afdrukken.
Het dialoogvenster Afdrukken wordt geopend.
2. Klik op Voorkeuren, Eigenschappen, Opties of Instellen (afhankelijk van het programma of besturingssysteem).
Het dialoogvenster Voorkeursinstellingen voor afdrukken wordt weergegeven.
U geeft als volgt Voorkeursinstellingen voor afdrukken weer als er geen document is geopend:
Windows XP: klik op Start® Instellingen® Configuratiescherm® Printers en andere hardware® Printers en
faxapparaten.
Windows 2000: klik op Start® Instellingen® Printers.
2. Klik met de rechtermuisknop op het pictogram van de Dell V305.
3. Klik op Voorkeursinstellingen voor afdrukken.
OPMERKING: als u de printerinstellingen via de map Printers wijzigt, worden deze gebruikt als
standaardinstellingen voor de meeste toepassingen.
Het dialoogvenster Voorkeursinstellingen voor afdrukken bestaat uit drie gedeelten:
TabbladOpties
Printerinstelling Kwaliteit/snelheid: Selecteer Concept, Normaal of Photo, afhankelijk van de gewenste kwaliteit Concept
is de snelste optie, maar kan niet worden gebruikt wanneer een foto-inktcartridge is geïnstalleerd.
Materiaalsoort: hiermee kunt u de papiersoort handmatig instellen of de papiersoort automatisch laten
vaststellen door de printer.
Papierformaat: hier selecteert u het formaat van het papier.
Afdrukken in zwart-wit: kleurenafbeeldingen afdrukken in zwart-wit om inkt te besparen in de
kleureninktcartridge.
OPMERKING: u kunt deze instelling niet selecteren als u Afdrukken in zwart-wit met de
kleureninktcartridge hebt geselecteerd.
Zonder rand: schakel het selectievakje in als u foto's zonder rand wilt afdrukken.
Afdrukstand: Hiermee bepaalt u hoe het document wordt ingedeeld op de afgedrukte pagina. U kunt
afdrukken met de staande of liggende afdrukstand.
Envelop: Schakel het selectievakje in als u wilt afdrukken op een envelop. In het gedeelte Papierformaat
worden de beschikbare envelopformaten weergegeven.
Exemplaren: hier kunt u opgeven hoe verschillende exemplaren van één afdruktaak moeten worden
afgedrukt: Gesorteerd, Normaal of Laatste pagina eerst afdrukken.
GeavanceerdDubbelzijdig afdrukken: selecteer deze optie om op beide zijden van het papier af te drukken en om te
bepalen of er een instructiepagina voor het opnieuw plaatsen van papier moet worden afgedrukt.
Indeling: selecteer Normaal, Banner, Spiegelen, N per vel, Poster, Brochure of Zonder rand.
Afbeelding automatisch verscherpen: selecteer deze optie om automatisch het beste niveau voor het
verscherpen van afbeeldingen in te stellen op basis van de inhoud van de afbeelding.
Dell Programma voor de verbetering van de gebruikerservaring: hier kunt u informatie weergeven over en
uw status wijzigen in het Dell Programma voor de verbetering van de gebruikerservaring.
Meer opties: Hiermee kunt u instellingen opgeven voor Weergavemodus en Complete-A-Print. U kunt
Als een van de cartridges leeg is, wordt het venster Extra inktcartridge geopend wanneer u een afdruktaak verzendt naar
Het Dell servicecentrum is een diagnostisch hulpprogramma dat stapsgewijze procedures bevat waarmee u problemen kunt
oplossen die zich voordoen tijdens het gebruik van de printer. Tevens bevat het programma koppelingen voor
onderhoudstaken voor de printer en klantenondersteuning.
U kunt de volgende methoden gebruiken om het Dell servicecentrum te openen.
In een dialoogvenster met een foutbericht:
Klik op de koppeling Gebruik voor aanvullende ondersteuning het Dell servicecentrum.
Vanuit het menu Start:
1. Windows Vista:
a. Klik op ®Programma's.
b. Klik op Dell printers.
c. Klik op Dell V305.
Windows XP en Windows 2000:
Klik op Start® Programma's of All programma's® Dell printers® Dell V305.
2. Klik op Dell servicecentrum.
Het dialoogvenster Dell servicecentrum wordt geopend.
Dell Inktbeheersysteem
Telkens wanneer u een afdruktaak verwerkt, wordt een voortgangsvenster weergegeven met daarin de voortgang van de
afdruktaak, de resterende hoeveelheid inkt en het aantal pagina's dat bij benadering nog kan worden afgedrukt. De
paginateller blijft verborgen totdat er 50 pagina's zijn afgedrukt en de afdrukpatronen bekend zijn. Vanaf dan wordt er een
meer nauwkeurige telling weergegeven. Het resterende aantal pagina's is afhankelijk van het type afdruktaken dat op de
printer wordt uitgevoerd.
Wanneer de inktcartridges bijna leeg zijn, wordt het bericht Inkt bijna op weergegeven op het scherm wanneer u
documenten afdrukt. Deze waarschuwing wordt bij elke afdruktaak weergegeven totdat u een nieuwe inktcartridge hebt
geïnstalleerd. Zie Inktcartridges vervangen
de printer. Als u doorgaat met afdrukken, is de afdrukkwaliteit mogelijk niet naar wens.
Als de zwarte inktcartridge leeg is, kunt u de kleureninktcartridge gebruiken voor zwart-witdocumenten (zwart afdrukken).
Selecteer hiervoor Complete-A-Print voordat u op de knop Doorgaan met afdrukken klikt. Als u Complete-A-Print
selecteert en op Doorgaan met afdrukken klikt, wordt deze functie gebruikt voor alle zwart-witafdrukken totdat de zwarte
inktcartridge is vervangen. U kunt de functie uitschakelen via Meer opties op het tabblad Geavanceerd van
Voorkeursinstellingen voor afdrukken. Het venster Extra inktcartridge wordt opnieuw weergegeven wanneer de bijna
lege cartridge is vervangen. Het selectievakje Complete-A-Print wordt automatisch hersteld nadat een nieuwe of andere
cartridge is geïnstalleerd.
Als de kleureninktcartridge leeg is, kunt u kleurendocumenten afdrukken in grijstinten. Schakel hiervoor het selectievakje
Complete-A-Print in voordat u op Doorgaan met afdrukken klikt. Als u Complete-A-Print inschakelt en op Doorgaan
met afdrukken klikt, worden alle kleurendocumenten in zwart-wit afgedrukt tot de kleureninktcartridge wordt vervangen of
de optie wordt uitgeschakeld bij Meer opties op het tabblad Geavanceerd van Voorkeursinstellingen voor afdrukken.
Het dialoogvenster Extra inktcartridge wordt niet weergegeven wanneer de bijna lege cartridge is vervangen. Het
selectievakje Complete-A-Print wordt automatisch hersteld nadat een nieuwe of andere cartridge is geïnstalleerd.
U past als volgt de instellingen van Complete-A-Print aan:
1. Klik op de tab Geavanceerd.
2. Klik op Meer opties.
3. Selecteer Afdrukken in zwart-wit met de kleureninktcartridge of Afdrukken in zwart-wit met de zwarteinktcartridge in het gedeelte Complete-A-Print om deze functies in of uit te schakelen.
Met Geheugenkaartbeheer kunt u foto's weergeven, beheren, bewerken en afdrukken, of foto's vanaf de geheugenkaart of
USB-sleutel opslaan op de computer.
U start als volgt Geheugenkaartbeheer:
1. Plaats een geheugenkaart in de geheugenkaartsleuf of een USB-sleutel in de PictBridge-poort aan de voorzijde van de
printer.
KENNISGEVING: Verwijder de geheugenkaart of USB-sleutel niet als het lampje knippert en raak het gebied met
de geheugenkaart of USB-sleutel op de printer niet aan. De gegevens kunnen anders beschadigd worden.
2. Windows Vista:
a. Klik op
b. Klik op Dell printers.
c. Klik op Dell V305.
Windows XP en 2000:
Klik op Start® Programma's of All programma's® Dell printers® Dell V305.
3. Selecteer Geheugenkaartbeheer inschakelen.
® Programma's.
Software verwijderen en opnieuw installeren
Als de printer niet juist functioneert of als er berichten over communicatiefouten worden weergegeven wanneer u de printer
gebruikt, moet u de printersoftware verwijderen en opnieuw installeren.
Klik op Start® Programma's of All programma's® Dell printers® Dell V305.
2. Klik op Installatie ongedaan maken Dell V305.
3. Volg de aanwijzingen op het scherm.
4. Start de computer opnieuw op.
5. Plaats de cd Stuurprogramma's en hulpprogramma's in het cd-rom-station en volg de aanwijzingen op het scherm.
Als het installatievenster voor de software niet verschijnt, doet u het volgende:
a. Windows Vista: klik op
Windows XP: klik op Start® Deze computer.
Windows 2000: dubbelklik op Deze computer op het bureaublad.
b. Dubbelklik op het pictogram van het cd-rom-station en dubbelklik op setup.exe.
c. Klik op Via een USB-kabel of Via een draadloos netwerk als het installatievenster voor de printersoftware
wordt weergegeven.
d. Volg de aanwijzingen op het scherm om de installatie te voltooien.
® Computer
Adobe® Photoshop® Album handmatig installeren
1. Plaats de cd Stuurprogramma's en hulpprogramma's in de computer.
2. Windows Vista: klik op ®Computer.
Windows XP: klik op Start® Deze computer.
Windows 2000: dubbelklik op Deze computer op het bureaublad.
3. Dubbelklik op het pictogram van het cd-rom-station en dubbelklik op de map Adobe.
4. Dubbelklik op Autoplay.exe.
5. Volg de aanwijzingen op het scherm om de installatie te voltooien.
Optioneel XPS-stuurprogramma installeren
Het XPS-stuurprogramma (XML Paper Specification; XML-papierspecificatie) is een optioneel printerstuurprogramma dat is
ontworpen voor de geavanceerde XPS-functies voor kleuren en afbeeldingen die beschikbaar zijn voor gebruikers van
Windows Vista. Als u deze XPS-functies wilt gebruiken, moet u het XPS-stuurprogramma installeren als extra
stuurprogramma nadat u de printer hebt geïnstalleerd.
OPMERKING: voor u het XPS-stuurprogramma installeert, voert u de procedure op de poster Printer instellen uit om de
printer te installeren op uw computer.
OPMERKING: Voor u het XPS-stuurprogramma installeert, moet u de QFE-patch van Microsoft installeren en de
stuurprogrammabestanden uitpakken vanaf de cd Drivers and Utilities. U hebt beheerdersrechten op de computer nodig
U kunt als volgt de QFE-patch van Microsoft installeren en het stuurprogramma uitpakken:
1. Plaats de Drivers and Utilities CD in de computer en klik op Annuleren als de installatiewizard wordt weergegeven.
2. Klik op
3. Dubbelklik op het pictogram van het cd-rom-station en dubbelklik op Drivers.
4. Dubbelklik achtereenvolgens op xps en op setupxps.
De XPS-stuurprogrammabestanden worden gekopieerd naar de computer en de benodigde Microsoft XPS-bestanden
worden gestart. Volg de aanwijzingen op het scherm om de patch te installeren.
U installeert als volgt het stuurprogramma:
1. Klik op
2. Klik bij Hardware en geluiden op Printer en op Een printer toevoegen.
3. Voer een van de volgende handelingen uit in het dialoogvenster Printer toevoegen:
® Computer
® Configuratiescherm.
Als u een USB-verbinding gebruikt, controleert u of de USB-kabel stevig is aangesloten op de computer en de
printer en gaat u als volgt te werk:
a. Klik op Een lokale printer toevoegen.
b. Selecteer Virtuele printerpoort voor USB in de keuzelijst Bestaande poort gebruiken en klik op
Volgende.
Als u een draadloze of Ethernet-verbinding gebruikt, controleert u of de printer is verbonden met het netwerk en
gaat u als volgt te werk:
a. Klik op Netwerkprinter, draadloze printer of Bluetooth-printer toevoegen.
b. Selecteer de printer in de lijst.
c. Klik op De printer die ik wil gebruiken, staat niet in de lijst. als de printer niet wordt weergegeven.
d. Selecteer Een printer met behulp van een TCP/IP-adres of hostnaam toevoegen en klik op
Volgende.
e. Druk een netwerkconfiguratiepagina af via Netwerkconfiguratie in het menu Instellen op de printer om
het IP-adres van de printer te achterhalen.
f. Geef het IP-adres van de printer op in het vak Hostnaam of IP-adres en klik op Volgende.
4. Klik op Bladeren.
Het dialoogvenster Installeren vanaf schijf wordt geopend.
5. Klik op Bladeren en blader naar de bestanden van het XPS-stuurprogramma op uw computer:
a. Klik op Computer en dubbelklik op (C:).
b. Dubbelklik achtereenvolgens op Drivers en PRINTER.
c. Dubbelklik op de map met het nummer van het printermodel en dubbelklik op Drivers.
d. Dubbelklik achtereenvolgens op xps en op Openen.
e. Klik op OK in het dialoogvenster Installeren vanaf schijf.
6. Klik op Volgende in de twee volgende dialoogvensters.
Raadpleeg het XPS leesmij-bestand op de cd Drivers and Utilities voor meer informatie over het XPS-stuurprogramma. Dit
bestand vindt u in de map xps met het batchbestand setupxps (D:\Drivers\xps\readme).
Informatie over de printeronderdelenInformatie over het bedieningspaneel
Informatie over de printeronderdelen
Nummer: Onderdeel:Beschrijving:
1PapiersteunOnderdeel dat geplaatst papier ondersteunt.
2PapiergeleiderGeleider waarmee het papier juist in de printer wordt gevoerd.
3Beveiliging tegen
vreemde objecten
4BovenklepBovenklep van de printer waardoor het document of de foto op de plaats wordt
5PapieruitvoerladeLade waarin het papier wordt opgevangen dat uit de printer komt.
6ScannerbasiseenheidEenheid die u kunt optillen om toegang te krijgen tot de inktcartridges.
7InktcartridgehouderHouder voor twee inktcartridges: een kleureninktcartridge en een zwarte of foto-
8Besteletiket voor
supplies
9Sleuven voor
geheugenkaarten
10Express Service Code
en servicecode.
Onderdeel dat voorkomt dat vreemde objecten in de papierbaan vallen.
gehouden terwijl u scant.
inktcartridge. Zie Inktcartridges vervangen
Bezoek de website www.dell.com/supplies om inktcartridges of papier te bestellen.
Sleuven waarin u een geheugenkaart met digitale afbeeldingen kunt plaatsen.
Bepaal hiermee welke printer u hebt voordat u de website support.dell.com bezoekt
of contact opneemt met de technische ondersteuning.
Geef de Express Service Code door om met de juiste afdeling te worden
doorverbonden als u contact opneemt met de technische ondersteuning.
voor meer informatie.
OPMERKING: de Express Service Code is niet in alle landen beschikbaar.
11Label met MAC-adresDit label bevat het MAC-adres (Media Access Control) van de printer.
OPMERKING: als uw printermodel niet beschikt over een draadloze functie, is dit label
Aangeven dat een fout is opgetreden.
Controleren of Wi-Fi is geactiveerd:
Uit: dit geeft aan dat de printer is uitgeschakeld.
Oranje: dit geeft aan dat de printer gereed is voor draadloze verbinding, maar niet is
aangesloten.
Knippert oranje: dit geeft aan dat de printer is geconfigureerd maar niet kan
communiceren met het draadloze netwerk.
Blauw. Dit geeft aan dat de printer is verbonden met een draadloos netwerk
Page 18
Draadloos netwerk
Draadloos netwerk
Minimale vereisten voor installatieInstellingen voor draadloos netwerkCodering voor draadloos netwerkUSB-kabel gebruiken om een printer op een draadloos netwerk te configureren (aanbevolen voor de meeste gebruikers)Wi-Fi Protected Setup gebruiken om een printer op een draadloos netwerk te configureren (alleen voor ervaren
gebruikers)
Draadloze instellingen wijzigen na de installatie
Minimale vereisten voor installatie
OPMERKING: Dit gedeelte is alleen van toepassing op de Dell V305w printer, die is uitgerust met een draadloze
adapter.
OPMERKING: Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van de router of neem contact op met de klantenservice van de
fabrikant van of de serviceprovider van uw breedbanddienst voor meer informatie over draadloze communicatie.
De Dell™ Printer
Een bestaand draadloos netwerk
De cd Drivers and Utilities die bij de printer is geleverd.
Een computer waarop een van de volgende besturingssystemen wordt uitgevoerd:
WindowsVista™
Microsoft® Windows® XP
Microsoft Windows 2000
Instellingen voor draadloos netwerk
Sommige instellingen voor draadloos netwerk moeten wellicht worden geconfigureerd voor de adapter die is geïnstalleerd in
de printer. Hieronder wordt een aantal instellingen weergegeven die mogelijk vereist zijn:
Netwerknaam, ook bekend als SSID (Service Set ID)
BSS (Basic Service Set) Type (het type draadloze netwerk dat u gebruikt—Ad hoc of infrastructuur)
Een vooraf gedeelde WPA-sleutel (WiFi Protected Access) werkt als een wachtwoord en moet aan de volgende eisen voldoen:
Gebruikt u Hexadecimale tekens, dan bevatten geldige sleutels 64 tekens.
Gebruikt u ASCII, dan bevatten geldige sleutels ten minste 8 tekens.
Bij het draadloze netwerk kunnen een tot vier WEP-sleutels worden gebruikt. Een WEP-sleutel werkt als een wachtwoord en
moet aan de volgende eisen voldoen:
Als u hexadecimale tekens gebruikt, bevatten geldige sleutels 10 of 26 tekens.
Gebruikt u ASCII, dan bevatten geldige sleutels 5 of 13 tekens.
USB-kabel gebruiken om een printer op een draadloos netwerk
te configureren (aanbevolen voor de meeste gebruikers)
Voordat u de printer installeert op een draadloos netwerk, moet u het volgende controleren:
Uw draadloze netwerk is ingesteld en werkt correct.
De computer die u gebruikt is aangesloten op hetzelfde draadloze netwerk waarop u de printer wilt installeren.
1. Als u de printer gebruikt met een nieuwe Dell computer: Sluit de USB-kabel aan op de poort op de achterzijde van de
printer en de poort op de computer. ga naar stap 5
Als u de printer gebruikt met een bestaande computer: ga naar de volgende stap.
2. Controleer of de computer is ingeschakeld en plaats de cd Drivers and Utilities in de computer.
3. Klik in het welkomstvenster op Volgende.
4. Selecteer Ik ga akkoord met de voorwaarden in deze licentieovereenkomst en klik op Volgende.
.
5. Selecteer Draadloze verbinding in het venster Verbindingstype selecteren.
6. Klik op Volgende.
7. Volg de aanwijzingen op het scherm om de installatie te voltooien.
Wi-Fi Protected Setup gebruiken om een printer op een
draadloos netwerk te configureren (alleen voor ervaren
gebruikers)
Wi-Fi-beveiligde installatie (WPS) is alleen beschikbaar als u een WPS-router gebruikt. Als u niet zeker weet of uw router een
WPS-router is, controleer u of het WPS-logo op de router staat.
Voordat u een WPS-installatie uitvoert, moet u het IP-adres van de router opzoeken. Als u niet weet wat het IP-adres van de
router is, volgt u de aanwijzingen voor USB-kabel gebruiken om een printer op een draadloos netwerk te configureren
(aanbevolen voor de meeste gebruikers).
OPMERKING: Als de beveiliging van uw draadloze netwerk is uitgeschakeld, moet u de beveiligingsinstellingen
inschakelen voordat u doorgaat met WPS-configuratie. (Raadpleeg de documentatie van uw draadloze router.) Als u de
beveiliging van het draadloze netwerk niet inschakelt, kunnen de instellingen van uw draadloze netwerk gewijzigd
worden als u de printer installeert met WPS. U moet dan de computer opnieuw aansluiten op de router met uw nieuwe
instellingen voor het draadloze netwerk.
Methode met pincode gebruiken
1. Als u de printer gebruikt met een nieuwe Dell computer: Sluit de USB-kabel aan op de poort op de achterzijde van de
printer en de poort op de computer. ga naar stap 5
Als u de printer gebruikt met een bestaande computer: ga naar de volgende stap.
2. Controleer of de computer is ingeschakeld en plaats de cd Drivers and Utilities in de computer.
3. Klik in het welkomstvenster op Volgende.
4. Selecteer Ik ga akkoord met de voorwaarden in deze licentieovereenkomst en klik op Volgende.
5. Selecteer Draadloze verbinding in het venster Verbindingstype selecteren en klik op Volgende.
6. Wacht tot het venster Draadloos netwerk configureren wordt weergegeven.
.
7. Typ in een internetbrowser het IP-adres van uw router en druk op Enter. Blader naar de WPS-webpagina.
OPMERKING: U moet wellicht uw gebruikersnaam en wachtwoord opgeven. Als u niet zeker weet wat uw
gebruikersnaam en wachtwoord zijn, neemt u contact op met de klantenservice van de fabrikant of uw
1. Als u de printer gebruikt met een nieuwe Dell computer: Sluit de USB-kabel aan op de poort op de achterzijde van de
printer en de poort op de computer. ga naar stap 5
Als u de printer gebruikt met een bestaande computer: ga naar de volgende stap.
.
2. Controleer of de computer is ingeschakeld en plaats de cd Drivers and Utilities in de computer.
3. Klik in het welkomstvenster op Volgende.
4. Selecteer Ik ga akkoord met de voorwaarden in deze licentieovereenkomst en klik op Volgende.
5. Selecteer Draadloze verbinding in het venster Verbindingstype selecteren en klik op Volgende.
6. Wacht tot het venster Draadloos netwerk configureren wordt weergegeven.
7. Typ in een internetbrowser het IP-adres van uw router en druk op Enter. Blader naar de WPS-webpagina.
OPMERKING: U moet wellicht uw gebruikersnaam en wachtwoord opgeven. Als u niet zeker weet wat uw
gebruikersnaam en wachtwoord zijn, neemt u contact op met de klantenservice van de fabrikant of uw
internetprovider.
Als u de printer wilt configureren voor het draadloze netwerk via WPS, kunt u Windows Vista™ in plaats van de methoden met
een drukknop of pincode. Raadpleeg de documentatie bij het besturingssysteem voor meer informatie over het gebruik van
Windows Vista.
Draadloze instellingen wijzigen na de installatie
Als u de printer wilt configureren met het hulpprogramma voor draadloze configuratie, moet u de draadloze printer aansluiten
op de computer met een USB-kabel en de cd Drivers and Utilities starten.
Als u de instellingen van de draadloze adapter moet aanpassen na de installatie, hoeft u de cd niet te gebruiken. Start het
hulpprogramma voor draadloze configuratie.
Windows Vista:
1. Klik op
2. Klik op Dell printers.
3. Klik op Dell V305.
4. Klik op Dell Hulpprogramma voor draadloze configuratie.
5. Volg de aanwijzingen op het scherm om de draadloze instellingen te wijzigen.
Windows XP en Windows 2000:
1. Klik op Start® Programma's of All programma's® Dell printers® Dell V305.
2. Klik op Dell Hulpprogramma voor draadloze configuratie.
®Programma's.
3. Volg de aanwijzingen op het scherm om de draadloze instellingen te wijzigen.
U wordt door het configuratieproces geleid met het configuratieprogramma voor draadloze afdrukservers. De wizard kan
automatisch instellingen voor draadloze netwerken detecteren of u kunt met de wizard handmatig de netwerkconfiguratieinstellingen opgeven.
Informatie over de menu's van het bedieningspaneel
Informatie over de menu's van het bedieningspaneel
Modus KopiërenModus ScannenModus FotoModus PictBridgeModus Office-bestandModus BluetoothModus InstellenModus Onderhoud
Als u op de pijltoetsen drukt, worden de volgende modi weergegeven. Als de gewenste modus wordt weergegeven,
drukt u op de knop Starten om de menu's weer te geven.
Modus Kopiëren
HoofdmenuHoofdmenu modus
KopiërenKopieerkleur
Exemplaren
Kwaliteit
Donker
Papierinstellingen
Zoomen
Afbeelding herhalen
Sorteren
N per vel
Origineel
Soort origineel
Kopie identiteitskaart
U kunt als volgt de instellingen van het menu van de modus Kopiëren weergeven of aanpassen:
1. Blader in het hoofdmenu met de pijl naar links of rechts
2. Druk op de knop Selecteren.
3. Druk op de pijl naar links of rechts tot de gewenste koptekst wordt weergegeven op de display en druk op de knop
Selecteren.
4. Blader met de pijl naar links of rechts door de beschikbare menu-items.
*Automatisch
8,5 x 11 inch
2,25 x 3,25
3 x 5 inch
3,5 x 5 inch
4 x 6 inch
4 x 8 inch
5 x 7 inch
8 x 10 inch
L
2L
Hagaki
A6
A5
B5
A4
60 x 80 mm
9 x 13 cm
10 x 15 cm
10 x 20 cm
13 x 18 cm
20 x 25 cm
*Standaardfabrieksinstelling
Modus Foto
De modus Foto is alleen beschikbaar als er een geheugenkaart in de printer is geplaatst, of als een USB-sleutel of een digitale
PictBridge-camera is aangesloten op de PictBridge-poort.
Informatie over de menu's van het bedieningspaneel
U kunt als volgt het menu van de modus Foto weergeven of aanpassen:
1. Plaats een geheugenkaart in een geheugenkaartsleuf van de printer of een USB-sleutel in de PictBridge-poort van de
printer.
KENNISGEVING: Verwijder de geheugenkaart of USB-sleutel niet als het lampje knippert en raak het gebied met
de geheugenkaart of USB-sleutel op de printer niet aan. De gegevens kunnen anders beschadigd worden.
2. Als de geheugenkaart of USB-sleutel alleen foto's bevat, schakelt de display automatisch over naar de modus FOTO.
Druk op de pijl naar links of rechts
Selecteren.
Als de geheugenkaart of USB-sleutel documenten en foto's bevat, wordt er gevraagd welke bestanden moeten worden
afgedrukt. Blader met de pijl naar links of rechts
3. Blader met de pijl naar links of rechts door de beschikbare menu-items.
4. Als de gewenste instelling op de display verschijnt, drukt u op de knop Selecteren om de instelling op te slaan.
Item in menu FotoInstelling
tot de gewenste titel wordt weergegeven op de display en druk op de knop
naar Foto's en druk op de knop Selecteren .
Controlevel
DPOF afdrukken
OPMERKING: Deze optie is alleen beschikbaar als een geheugenkaart
met DPOF-afbeeldingen (Digital Print Order Format ) in de printer is
geplaatst of als een digitale PictBridge-camera met DPOF-afbeeldingen is
aangesloten op de PictBridge-poort.
Kleurenfoto
Auto. verbetern
Opslaan op
Afbeeldingen afdrukkenDruk op de knop Selecteren om alle
Controlevel afdrukken
Controlevel scannen
Druk op de knop Starten
afbeeldingen op een geheugenkaart af te
drukken. Zie Foto's afdrukken vanaf een
PictBridge-camera voor meer informatie.
*Kleur
Black & White
Sepia
*Uit
Aan
Computer
Netwerk
afbeeldingen af te drukken die zijn opgeslagen
op een geheugenkaart, USB-sleutel of een
digitale PictBridge-camera.
*4 x 6 inch
5 x 7 inch
8 x 10 inch
L
2L
6 x 8 cm
10 x 15 cm
13 x 18 cm
8,5 x 11 inch
A4
A5
B5
Page 30
Informatie over de menu's van het bedieningspaneel
A6
Hagaki
Pasfoto
3,5 x 5 inch
Kwaliteit
* Standaardfabrieksinstelling
*Automatisch
Concept
Normaal
Foto
Modus PictBridge
De printer schakelt automatisch over op de modus PictBridge wanneer u een PictBridge-camera aansluit. U kunt afbeeldingen
afdrukken met de bedieningselementen van de camera.
HoofdmenuHoofdmenu modus
PictBridgePapierinstellingen
Fotoformaat
Lay-out
Kwaliteit
1. Als u de printer overschakelt naar de modus PictBridge, drukt u op de pijl naar links of rechts tot de gewenste titel
wordt weergegeven op de display en drukt u op de knop Selecteren .
2. Blader met de pijl naar links of rechts door de beschikbare menu-items.
3. Als de gewenste instelling op de display verschijnt, drukt u op de knop Selecteren om de instelling op te slaan.
Item in PictBridge-menuInstellingen
PapierinstellingenDruk op de knop Selecteren om het menu Papierinstellingen te openen.
Fotoformaat
*4 x 6 inch
Pasfoto
3,5 x 5 inch
5 x 7 inch
8 x 10 inch
8,5 x 11 inch
L
2L
Hagaki
A6
A5
B5
A4
60 x 80 mm
9 x 13 cm
10 x 15 cm
13 x 18 cm
20 x 25 cm
Informatie over de menu's van het bedieningspaneel
Lay-out
Kwaliteit
*Standaardfabrieksinstelling
*Automatisch
Zonder rand
1 per pagina
2 per pagina
3 per pagina
4 per pagina
6 per pagina
8 per pagina
16 per pagina
1 Gecentreerd
*Automatisch
Concept
Normaal
Foto
Modus Office-bestand
De modus Office-bestand is alleen beschikbaar als er een geheugenkaart of USB-sleutel met documenten in de printer is
geplaatst, of als de printer is aangesloten op een geconfigureerde netwerkadapter.
De printer herkent bestanden met de volgende bestandsextensies:
.doc (Microsoft Word)® Word)
.xls (Microsoft Excel)
.ppt (Microsoft PowerPoint®)
.pdf (Adobe® Portable Document Format)
.rtf (Rich Text Format)
.docx (Microsoft Word Open Document Format)
.xlsx (Microsoft Excel Open Document Format)
.pptx (Microsoft PowerPoint Open Document Format)
.wps (Microsoft Works)
.wpd (Word Perfect)
OPMERKING: als u de menu's van de modus Office-bestand wilt gebruiken, moet u de printer aansluiten op de
computer met een USB-kabel en de juiste printersoftware installeren op de computer.
U kunt als volgt het menu van de modus Office-bestand weergeven of aanpassen:
1. Controleer of de printer is aangesloten op de computer en is ingeschakeld.
2. Plaats een geheugenkaart in een geheugenkaartsleuf van de printer of een USB-sleutel in de PictBridge-poort van de
printer.
Informatie over de menu's van het bedieningspaneel
KENNISGEVING: Verwijder de geheugenkaart of USB-sleutel niet als het lampje knippert en raak het gebied met
de geheugenkaart of USB-sleutel op de printer niet aan. De gegevens kunnen anders beschadigd worden.
3. Als de geheugenkaart of USB-sleutel alleen documenten bevat, wordt op de display automatisch OFFICE-BESTAND
weergegeven. Blader met de pijl naar links of rechts
te drukken.
Als de geheugenkaart of USB-sleutel documenten en foto's bevat, wordt er gevraagd welke bestanden moeten worden
afgedrukt. Blader met de pijl naar links of rechts
4. Druk op de pijl naar links of rechts tot de gewenste koptekst wordt weergegeven op de display en druk op de knop
Selecteren.
door de bestanden en druk op de knop Selecteren om af
naar Documenten en druk op de knop Selecteren .
Optie in het
menu Officebestand
Bestand
selecteren
Instellingen
Blader met de pijl naar links of rechts
geheugenkaart. Druk op de knop Selecteren om de inhoud van de mappen weer te geven of het
bestand te selecteren dat u wilt afdrukken.
door de mappen en bestanden op de USB-sleutel of de
Modus Bluetooth
De printer schakelt automatisch over naar de Bluetooth-modus als u een Bluetooth™-adapter (los verkrijgbaar) aansluit op de
PictBridge-poort.
HoofdmenuHoofdmenu modus
BluetoothInschakelen
Zoeken
Printernaam
Beveiligingsniveau
Wachtwoord
1. Druk op de pijl naar links of rechts tot de gewenste koptekst wordt weergegeven op de display en druk op de knop
Selecteren.
2. Blader met de pijl naar links of rechts door de beschikbare menu-items.
3. Als de gewenste instelling op de display verschijnt, drukt u op de knop Selecteren om de instelling op te slaan.
Item in het
menu Instellen
Inschakelen
Zoeken
PrinternaamDe naam van de printer wordt op de volgende manier op de display weergegeven:DellV305-servicecode.
U kunt als volgt het menu van de modus Onderhoud weergeven of aanpassen:
1. Blader in het hoofdmenu met de pijl naar links of rechts
2. Druk op de knop Selecteren.
3. Druk op de pijl naar links of rechts tot de gewenste koptekst wordt weergegeven op de display en druk op de knop
Selecteren .
Item in menu OnderhoudInstellingen
InktvoorraadDruk op de knop Selecteren.
Cartridges reinigenDruk op de knop Selecteren
Cartridges uitlijnenDruk op de knop Selecteren
Testpagina afdrukkenDruk op de knop Selecteren
De printer delen op het netwerkGedeelde printer toevoegen aan andere netwerkcomputers
U kunt uw printer delen met andere gebruikers op het netwerk met delen via peer-to-peer. Sluit de printer rechtstreeks aan
op een computer (de hostcomputer) met de USB-kabel en deel de printer via het netwerk met de peer-to-peer-methode. Als
u de printer deelt via uw computer, kan de computer trager worden.
Deel als volgt de printer:
1. Geef een 'sharenaam' op voor de printer. Zie De printer delen op het netwerk
2. Configureer de netwerkcomputers waarmee u verbinding wilt maken en waarop u de gedeelde printer wilt gebruiken.
Zie Gedeelde printer toevoegen aan andere netwerkcomputers
voor meer informatie.
voor meer informatie.
De printer delen op het netwerk
Deel de printer op de hostcomputer of netwerkcomputer waarop de printer rechtstreeks is aangesloten met een USB-kabel.
Windows Vista™:
1. Klik op
2. Klik op Hardware en geluiden.
3. Klik op Printers.
4. Klik met de rechtermuisknop op het printerpictogram en selecteer Delen.
5. Klik op Opties voor delen wijzigen.
6. Klik op Ga door.
® Configuratiescherm
7. Klik op Deze printer delen en geef de printer een naam.
8. Klik op OK.
®
Windows XP
1. Windows XP: klik op Start® Instellingen® Configuratiescherm® Printers en andere hardware® Printers en
faxapparaten.
Windows 2000: klik op Start® Instellingen® Printers.
2. Klik met de rechtermuisknop op het printerpictogram en selecteer Delen.
3. Klik op Deze printer delen en geef de printer een naam.
De papiergeleiders zijn tegen de randen van het papier geschoven.
Het briefhoofdpapier wordt met de afdrukzijde naar boven en met de bovenkant naar
voren in de printer ingevoerd.
Page 39
Papier en originelen in de printer plaatsen
25 vellen extra zwaar, mat
papier
20 vellen bannerpapier
10 enveloppen
De afdrukzijde van het papier is naar boven gericht.
De papiergeleiders zijn tegen de randen van het papier geschoven.
De afdrukkwaliteit Automatisch, Normaal of Foto is geselecteerd.
Al het papier is uit de papiersteun verwijderd voordat u het bannerpapier in de printer
plaatst.
Het bannerpapier is geschikt voor inkjetprinters.
U hebt een stapel bannerpapier op of achter de printer geplaatst en het eerste vel
ingevoerd.
De papiergeleiders zijn tegen de randen van het papier geschoven.
Het papierformaat A4 (banner) of Letter (banner) is geselecteerd.
De afdrukzijde van de enveloppen is naar boven gericht.
De papiergeleiders zijn tegen de randen van de enveloppen geschoven.
U drukt de enveloppen af met de afdrukstand Liggend.
OPMERKING: Als u post verstuurt binnen Japan, kan de envelop in de staande
afdrukstand worden afgedrukt met de locatie voor de postzegel in de
rechterbenedenhoek of in de liggende afdrukstand met de locatie voor de postzegel in
de linkerbenedenhoek. Als u internationale post verstuurt, moet u de enveloppen
afdrukken in de liggende afdrukstand met de locatie voor de postzegel in de
linkerbovenhoek.
Het juiste envelopformaat is geselecteerd. Selecteer het eerstvolgende formaat als het
exacte formaat niet beschikbaar is en stel de linker- en rechtermarge zo in dat de
envelop op de juiste plaats ligt.
De afdrukzijde van de etiketvellen is naar u toe gericht.
De papiergeleiders zijn tegen de randen van het etiketvel geschoven.
Page 40
Papier en originelen in de printer plaatsen
De afdrukkwaliteit Automatisch, Normaal of Foto is geselecteerd.
25 wenskaarten, indexkaarten,
briefkaarten of fotokaarten
25 vellen glossy of fotopapier
10 opstrijktransfers
De afdrukzijde van de kaarten is naar boven gericht.
De papiergeleiders zijn tegen de randen van de kaarten geschoven.
De afdrukkwaliteit Automatisch, Normaal of Foto is geselecteerd.
De afdrukzijde van het papier is naar boven gericht.
De papiergeleiders zijn tegen de randen van het papier geschoven.
De afdrukkwaliteit Automatisch, Normaal of Foto is geselecteerd.
U hebt de instructies op de verpakking voor het plaatsen van opstrijktransfers gevolgd.
De afdrukzijde van de opstrijktransfers is naar boven gericht.
De papiergeleiders zijn tegen de randen van de opstrijktransfers geschoven.
De afdrukkwaliteit Automatisch, Normaal of Foto is geselecteerd.
50 transparanten
De ruwe zijde van de transparanten is naar boven gericht.
De papiergeleiders zijn tegen de randen van de transparanten geschoven.
Sensor voor papiersoort
De printer is voorzien van een sensor voor papiersoort waarmee de volgende papiersoorten worden herkend:
Normaal/extra zwaar, mat
Transparant
Foto/glossy
Als u een van deze papiersoorten plaatst, stelt de printer de papiersoort vast en worden de instellingen voor de papiersoort
automatisch aangepast.
PapiersoortInstellingen voor kwaliteit/snelheid
Zwarte en kleureninktcartridge
geïnstalleerd
Foto- en kleureninktcartridge
geïnstalleerd
Normaal/extra zwaar,
mat
TransparantNormaalFoto
Foto/glossyFotoFoto
OPMERKING: de printer kan het papierformaat niet vaststellen.
1. Open het gewenste bestand en klik op Bestand® Afdrukken.
Het dialoogvenster Afdrukken wordt geopend.
2. Klik op Voorkeuren, Eigenschappen, Opties of Instellen (afhankelijk van het programma of besturingssysteem).
Het dialoogvenster Voorkeursinstellingen voor afdrukken wordt weergegeven.
3. Selecteer het papierformaat op het tabblad Printerinstelling.
4. Klik op OK.
De sensor voor papiersoort is altijd ingeschakeld, tenzij u deze uitschakelt. U gaat als volgt te werk wanneer u de sensor voor
papiersoort wilt uitschakelen voor een bepaalde afdruktaak:
1. Open het gewenste bestand en klik op Bestand® Afdrukken.
Het dialoogvenster Afdrukken wordt geopend.
2. Klik op Voorkeuren, Eigenschappen, Opties of Instellen (afhankelijk van het programma of besturingssysteem).
Het dialoogvenster Voorkeursinstellingen voor afdrukken wordt weergegeven.
3. Selecteer de papiersoort op het tabblad Printerinstelling.
4. Klik op OK.
U gaat als volgt te werk wanneer u de sensor voor papiersoort wilt uitschakelen voor alle afdruktaken:
1. Windows Vista™:
a. Klik op
b. Klik op Hardware en geluiden.
c. Klik op Printers.
In Windows
Windows 2000: klik op Start® Instellingen® Printers.
2. Klik met de rechtermuisknop op het pictogram van de printer.
3. Klik op Voorkeursinstellingen voor afdrukken.
®Configuratiescherm.
®
XP: klik op Start® Configuratiescherm® Printers en andere hardware® Printers en faxapparaten.
4. Selecteer de papiersoort op het tabblad Printerinstelling.
Inktcartridges vervangenInktcartridges uitlijnenSpuitopeningen reinigenBuitenkant van de printer reinigenStandaardinstellingen op het bedieningspaneel wijzigenStandaardfabrieksinstellingen herstellen
LET OP: lees eerst de veiligheidsvoorschriften in de Handleiding voor eigenaren en volg deze op voordat u
een van de procedures uitvoert die in dit gedeelte worden beschreven.
Dell™ inktcartridges zijn alleen verkrijgbaar bij Dell. U kunt inkt online bestellen via www.dell.com/supplies of per telefoon.
LET OP: U kunt voor de Dell printer het beste Dell inktcartridges gebruiken. Herstel van problemen die zijn
veroorzaakt door het gebruik van supplies of onderdelen die niet door Dell zijn geleverd, valt niet onder de
garantie van Dell.
Inktcartridges vervangen
1. Zet de printer aan.
2. Til de scannerbasiseenheid op.
De inktcartridgehouder wordt naar de laadpositie verplaatst, tenzij de printer actief is.
3. Druk de hendel van de inktcartridge naar beneden om het deksel van de inktcartridge te openen.
4. Verwijder de oude inktcartridges uit de printer.
5. Bewaar de inktcartridges in een luchtdichte verpakking, zoals de opslageenheid die u bij de foto-inktcartridge hebt
ontvangen, of gooi de cartridges weg. Neem hierbij de geldende milieuvoorschriften in acht.
6. Als u nieuwe inktcartridges installeert, verwijdert u de sticker en de transparante tape van de achter- en onderzijde van
de inktcartridges.
KENNISGEVING: raak het goudkleurige contactgedeelte aan de zijkant van de cartridges of de metalen
spuitopeningen aan de onderkant van de inktcartridges niet aan.
7. Plaats de nieuwe inktcartridges in de printer. Zorg ervoor dat de zwarte of foto-inktcartridge in de linkerhouder is
geplaatst en de kleureninktcartridge in de rechterhouder.
OPMERKING: Gebruik voor normaal afdrukken en zwarte en een kleureninktcartridge. Vervang de zwarte
inktcartridge door een foto-inktcartridge om foto's af te drukken.
9. Laat de scannerbasiseenheid zakken tot deze volledig is gesloten.
Inktcartridges uitlijnen
Als u inktcartridges hebt geïnstalleerd of vervangen, wordt u automatisch gevraagd of u de inktcartridges wilt uitlijnen. U
moet de inktcartridges ook uitlijnen wanneer afgedrukte tekens een verkeerde vorm hebben of niet goed zijn uitgelijnd langs
de linkermarge of wanneer verticale of rechte lijnen niet recht zijn.
U lijnt als volgt de inktcartridges uit vanaf het bedieningspaneel:
1. Plaats normaal papier in de printer. Zie voor meer informatie Papier in de papiersteun plaatsen
2. Blader met de pijl naar links of rechts
3. Blader met de pijl naar links of rechts naar Cartridges uitlijnen en druk op de knop Selecteren.
Er wordt een uitlijningspagina afgedrukt. De inktcartridges worden uitgelijnd wanneer de pagina wordt afgedrukt. U
kunt de uitlijningspagina weggooien wanneer het uitlijnen is voltooid.
U lijnt als volgt de inktcartridges uit met de printersoftware:
1. Plaats normaal papier in de printer.
2. Windows Vista™:
a. Klik op
®Configuratiescherm.
naar ONDERHOUD en druk op de knop Selecteren .
.
b. Klik op Hardware en geluiden.
c. Klik op Printers.
®
Windows
Windows 2000: klik op Start® Instellingen® Printers.
XP: klik op Start® Configuratiescherm® Printers en andere hardware® Printers en faxapparaten.
Page 46
Onderhoud
3. Klik met de rechtermuisknop op het pictogram van de Dell V305.
4. Klik op Voorkeursinstellingen voor afdrukken.
Het dialoogvenster Voorkeursinstellingen voor afdrukken wordt weergegeven.
5. Klik op het tabblad Onderhoud.
6. Klik op Cartridges uitlijnen.
7. Klik op Afdrukken.
Er wordt een uitlijningspagina afgedrukt. De inktcartridges worden uitgelijnd wanneer de pagina wordt afgedrukt. U
kunt de uitlijningspagina weggooien wanneer het uitlijnen is voltooid.
Spuitopeningen reinigen
U moet de spuitopeningen in de volgende gevallen reinigen:
Afbeeldingen of effen zwarte vlakken vertonen witte lijnen.
Afdruk is vlekkerig of te donker.
Kleuren zijn flets, of kleuren zijn niet of niet correct afgedrukt.
Verticale lijnen zijn gekarteld of de randen zijn ruw.
U reinigt als volgt de spuitopeningen vanaf het bedieningspaneel:
1. Plaats normaal papier in de printer. Zie voor meer informatie Papier in de papiersteun plaatsen
2. Blader met de pijl naar links of rechts
3. Blader met de pijl naar links of rechts naar Cartridges reinigen en druk op de knop Selecteren.
U reinigt als volgt de spuitopeningen met de printersoftware:
1. Plaats normaal papier in de printer.
2. Windows Vista:
a. Klik op
b. Klik op Hardware en geluiden.
®Configuratiescherm.
naar ONDERHOUD en druk op de knop Selecteren .
.
c. Klik op Printers.
Windows XP: klik op Start® Configuratiescherm® Printers en andere hardware® Printers en faxapparaten.
Windows 2000: klik op Start® Instellingen® Printers.
3. Klik met de rechtermuisknop op het pictogram van de Dell V305.
4. Klik op Voorkeursinstellingen voor afdrukken.
Het dialoogvenster Voorkeursinstellingen voor afdrukken wordt weergegeven.
7. Als de afdrukkwaliteit niet is verbeterd, klikt u op Nogmaals reinigen.
8. Druk het document nogmaals af om te controleren of de afdrukkwaliteit is verbeterd.
Als u nog steeds niet tevreden bent met de afdrukkwaliteit, veegt u de spuitopeningen schoon met een schone, droge doek en
drukt u het document opnieuw af.
Buitenkant van de printer reinigen
1. Controleer of de printer is uitgeschakeld en dat de stekker van het netsnoer uit het stopcontact is getrokken.
LET OP: trek de stekker van het netsnoer uit het stopcontact en maak alle kabels los van de printer
voordat u doorgaat om elektrische schokken te voorkomen.
2. Verwijder het papier uit de papiersteun en de papieruitvoerlade.
3. Maak een schone, pluisvrije doek vochtig met water.
KENNISGEVING: Gebruik geen huishoudelijke schoonmaakmiddelen of afwasmiddelen. Deze kunnen het
oppervlak van de printer beschadigen.
4. Veeg alleen de buitenkant van de printer schoon. Verwijder hierbij eventuele inktresten die zijn achtergebleven op de
papieruitvoerlade.
KENNISGEVING: Als u een vochtige doek gebruikt om de binnenkant van de printer te reinigen, kan de printer
beschadigd raken. Schade aan de printer die is veroorzaakt door het niet volgen van de juiste aanwijzingen voor
het reinigen van de printer, valt niet onder de garantie.
5. Zorg ervoor dat de papiersteun en papieruitvoerlade droog zijn voordat u een nieuwe afdruktaak start.
Standaardinstellingen op het bedieningspaneel wijzigen
U wijzigt als volgt de standaardinstellingen op het bedieningspaneel:
1. Zet de printer aan.
2. Wijzig de instellingen van het bedieningspaneel.
3. Blader met de pijl naar links of rechts
4. Blader met de pijl naar links of rechts naar Standaardwaarden en druk op de knop Selecteren.
5. Blader met de pijl naar links of rechts naar Standaardwaarden instellen en druk op de knop Selecteren.
6. Blader met de pijl naar links of rechts naar Huidige instellingen en druk op de knop Selecteren.
De huidige instellingen op het bedieningspaneel worden opgeslagen als de nieuwe standaardinstellingen.
computer, zijn sommige functies van het bedieningspaneel van de printer wellicht niet beschikbaar. De functies
2. Plaats het papier met de afdrukzijde naar boven in de printer.
OPMERKING: u kunt foto's het beste afdrukken op glossy of fotopapier.
3. Open het gewenste bestand en klik op Bestand® Afdrukken.
Het dialoogvenster Afdrukken wordt geopend.
4. Klik op Voorkeuren, Eigenschappen, Opties of Instellen (afhankelijk van het programma of besturingssysteem).
Het dialoogvenster Voorkeursinstellingen voor afdrukken wordt weergegeven.
5. Selecteer Foto op het tabblad Printerinstelling en selecteer vervolgens de dpi-waarde voor de foto in de keuzelijst.
OPMERKING: Als u foto's zonder randen wilt afdrukken, schakelt u het selectievakje Zonder rand in op het
tabblad Printerinstelling en selecteert u een papierformaat zonder rand in de keuzelijst op het tabblad
Geavanceerd. U kunt alleen afdrukken zonder rand als u glossy of fotopapier gebruikt. Als u afdrukt op een
andere papiersoort, wordt voor alle zijden een marge van 2 mm gebruikt.
6. Geef op de tabbladen Printerinstelling en Geavanceerd de gewenste instellingen op voor het document.
7. Klik op OK als u klaar bent met het aanpassen van de instellingen.
Het dialoogvenster Voorkeursinstellingen voor afdrukken wordt gesloten.
8. Klik op OK of Afdrukken.
9. Verwijder de foto's zodra deze uit de printer komen om te voorkomen dat de foto's aan elkaar vastkleven of dat de inkt
gaat vlekken.
OPMERKING: Laat de foto's goed drogen (12 tot 24 uur, afhankelijk van de omgeving) voordat u ze in een fotoalbum
plakt of in een lijst plaatst. Zo blijven uw foto's nog langer mooi.
Foto's afdrukken vanaf een PictBridge-camera
De printer ondersteunt afdrukken vanaf PictBridge-camera's.
1. Zet de printer aan.
2. Sluit één uiteinde van de USB-kabel aan op de camera.
3. Sluit het andere uiteinde van de kabel aan op de PictBridge-poort aan de voorzijde van de printer.
Raadpleeg de instructies bij uw camera voor informatie over de PictBridge-aansluiting en het gebruik ervan, en over het
selecteren van de geschikte USB-instellingen op de camera.
OPMERKING: Als u een PictBridge-camera aansluit op de printer terwijl de printer niet is aangesloten op een
worden beschikbaar als u de PictBridge-camera losmaakt van de printer.
4. Zet de digitale camera aan.
De printer schakelt automatisch over op de modus PictBridge.
5. Raadpleeg de instructies bij de camera als u wilt beginnen met het afdrukken van foto's.
KENNISGEVING: Maak een PictBridge-apparaat niet los van de printer tijdens het afdrukken via PictBridge en
raak ook het printergedeelte met de geheugenkaart niet aan. De gegevens kunnen anders beschadigd worden.
OPMERKING: Als op de digitale camera de computermodus en de printermodus (PTP) voor USB beschikbaar zijn,
selecteert u de printermodus (PTP) voor USB voor afdrukken via PictBridge. Raadpleeg de documentatie bij de
camera voor meer informatie.
Foto's afdrukken vanaf de computer
1. Zet de printer en de computer aan en controleer of ze op elkaar zijn aangesloten.
2. Plaats het papier in de printer. Zie Papier in de papiersteun plaatsen
3. Windows Vista™:
a. Klik op
b. Klik op Dell printers.
c. Klik op Dell V305.
Windows
Klik op Start® Programma's of All programma's® Dell printers® Dell V305.
4. Selecteer Dell Imaging Toolbox.
Het dialoogvenster Dell Imaging Toolbox wordt geopend.
5. Klik in het startscherm op Mijn fotoalbum.
6. Open de map met de foto's in het venster Mappen.
7. Klik op de foto of foto's die u wilt afdrukken.
®
® Programma's.
XP en Windows 2000:
voor meer informatie.
8. Klik op Fotoafdrukken.
9. Selecteer in de keuzelijsten de gewenste instellingen voor de afdrukkwaliteit, papierformaat en papiersoort.
10. Selecteer de gewenste opties in de tabel als u meerdere afdrukken van een foto wilt maken of andere fotoformaten dan
10 x 15 cm (4 x 6 inch) wilt gebruiken. Gebruik de keuzelijst in de laatste kolom om andere formaten weer te geven en
te selecteren.
11. Klik op Nu afdrukken.
Foto's zonder rand afdrukken
1. Zet de printer en de computer aan en controleer of ze op elkaar zijn aangesloten.
7. Klik op het tabblad Stijl op een stijl om deze te selecteren voor uw wenskaart.
8. Open de map met de foto's op het tabblad Foto.
9. Selecteer een foto en sleep deze naar het voorbeeldvenster aan de rechterzijde van het scherm.
10. Klik op het tekstgedeelte om tekst toe te voegen aan de fotowenskaart.
11. Klik op OK nadat u de tekst hebt aangepast.
12. Als u nog een fotowenskaart wilt maken met een andere stijl en/of foto, klikt u op Nieuwe kaart toevoegen en
herhaalt u stap 7
13. Als u de fotowenskaart wilt afdrukken, selecteert u Fotowenskaart afdrukken op het tabblad Delen
14. Selecteer de kopieerkwaliteit, het papierformaat, de papiersoort en het aantal af te drukken exemplaren.
15. Klik op Nu afdrukken.
16. Als u de fotowenskaart wilt e-mailen:
a. Klik op Fotowenskaart e-mailen op het tabblad Delen.
tot en met stap 11.
b. Selecteer de afbeeldingsgrootte in het gedeelte Verzendkwaliteit en -snelheid.
c. Klik op E-mail maken om een e-mailbericht te maken waaraan het bericht met de fotowenskaart is toegevoegd.
Afdrukken vanaf een Bluetooth®-apparaat
De printer voldoet aan de voorschriften van Bluetooth-specificatie 2.0. De volgende profielen worden ondersteund:
Object Push Profile (OPP), Serial Port Profile (SPP), Basic Print Profile (BPP) en PCL3-afdrukken. Raadpleeg de fabrikant
van het Bluetooth-apparaat (mobiele telefoon of PDA) voor informatie over compatibiliteit en werking van de hardware.
U kunt het beste de nieuwste firmware gebruiken op uw Bluetooth-apparaat.
Als u documenten wilt afdrukken vanaf uw Windows® Mobile/Pocket PC PDA, moet u beschikken over software en
stuurprogramma's van derden. Raadpleeg de documentatie van de PDA voor meer informatie over de vereiste software.
Raadpleeg eerst het gedeelte met informatie over het instellen van een verbinding met een Bluetooth-apparaat voordat
u contact opneemt met de klantenondersteuning van Dell. U kunt ook de ondersteuningswebsite van Dell raadplegen op
support.dell.com
apparaat voor installatie-aanwijzingen.
. Deze website bevat de nieuwste documentatie. Raadpleeg de documentatie bij het Bluetooth-
Verbinding tussen de printer en een Bluetooth-apparaat instellen
OPMERKING: de printer biedt geen ondersteuning voor het afdrukken van bestanden vanaf de computer via een
Bluetooth-verbinding.
Wanneer u voor de eerste keer een afdruktaak verzendt vanaf een Bluetooth-apparaat, moet u een verbinding instellen tussen
de printer en het Bluetooth-apparaat. U moet in de volgende gevallen de verbinding opnieuw instellen:
U hebt de standaardinstellingen van de printer hersteld. Zie voor meer informatie Standaardfabrieksinstellingen
herstellen.
U hebt het Bluetooth-beveiligingsniveau of -wachtwoord gewijzigd. Zie voor meer informatie Bluetooth-
Het Bluetooth-apparaat dat u gebruikt, vereist dat gebruikers voor elke afdruktaak opnieuw een Bluetooth-verbinding
instellen. Raadpleeg de instructies bij het apparaat voor informatie over het afdrukken via Bluetooth.
U hebt de inhoud van de lijst met Bluetooth-apparaten gewist. Zie voor meer informatie Modus Bluetooth.
De naam van het Bluetooth-apparaat dat u gebruikt, is automatisch verwijderd uit de lijst met Bluetooth-apparaten.
Als het Bluetooth-beveiligingsniveau is ingesteld op Hoog, wordt op de printer een lijst met maximaal acht Bluetoothapparaten opgeslagen die eerder een verbinding hebben ingesteld met de printer. Als er al acht apparaten in de lijst
worden weergegeven en u wilt een verbinding instellen voor een ander Bluetooth-apparaat, wordt het eerste apparaat
automatisch verwijderd van de lijst zodat het nieuwe apparaat kan worden opgeslagen. U moet de installatie herhalen
voor het verwijderde apparaat als u een afdruktaak naar de printer wilt verzenden.
OPMERKING: u moet een verbinding instellen voor elk Bluetooth-apparaat dat u gebruikt om een afdruktaak naar de
printer te verzenden.
U stelt als volgt een verbinding in tussen de printer en een Bluetooth-apparaat:
1. Zet de printer aan.
2. Plaats een USB Bluetooth-adapter in de PictBridge-poort aan de voorkant van de printer.
OPMERKING: er wordt geen Bluetooth-adapter bij de printer geleverd.
3. Blader met de pijl naar links of rechts
4. Blader met de pijl naar links of rechts naar Zoeken en druk op de knop Selecteren.
5. Blader met de pijl naar links of rechts naar Aan en druk op de knop Selecteren.
De printer kan nu een verbinding van een Bluetooth-apparaat ontvangen.
6. Configureer het Bluetooth-apparaat om een verbinding met de printer in te stellen. Raadpleeg de instructies bij het
apparaat voor meer informatie over Bluetooth-verbindingen.
OPMERKING: Als het Bluetooth-beveiligingsniveau op de printer is ingesteld op Hoog, moet u een wachtwoord
opgeven. Zie voor meer informatie Bluetooth-beveiligingsniveau instellen
naar Bluetooth en druk op de knop Selecteren .
.
Bluetooth-beveiligingsniveau instellen
1. Zet de printer aan.
2. Plaats een Bluetooth USB-adapter in de USB-poort.
OPMERKING: er wordt geen Bluetooth-adapter bij de printer geleverd.
3. Blader met de pijl naar links of rechts
4. Blader met de pijl naar links of rechts naar Beveiligingsniveau en druk op de knop Selecteren.
5. Blader met de pijl naar links of rechts naar het gewenste beveiligingsniveau en druk op de knop Selecteren.
Selecteer Laag als u wilt toestaan dat Bluetooth-apparaten verbinding met de printer kunnen maken en
afdruktaken kunnen verzenden zonder dat gebruikers een code moeten opgeven.
Selecteer Hoog als u wilt instellen dat gebruikers een viercijferige code moeten opgeven op het Bluetoothapparaat voor ze verbinding kunnen maken met de printer en afdruktaken kunnen verzenden.
6. Het menu Wachtwoord wordt geopend op de display van het bedieningspaneel als u het beveiligingsniveau hebt
ingesteld op Hoog. Geef met het toetsenblok uw viercijferige code op en druk op de knop Selecteren
7. Blader met de pijl naar links of rechts naar Ja als u wordt gevraagd of u de nieuwe code wilt opslaan en druk op
de knop Selecteren .
naar BLUETOOTH en druk op de knop Selecteren .
.
Afdrukken vanaf een Bluetooth-apparaat
1. Zet de printer aan.
2. Plaats een Bluetooth USB-adapter in de USB-poort.
OPMERKING: er wordt geen Bluetooth-adapter bij de printer geleverd.
3. Controleer of de Bluetooth-modus is ingeschakeld. Zie voor meer informatie Modus Bluetooth
4. De printer moet zijn ingesteld voor het ontvangen van Bluetooth-verbindingen. Zie voor meer informatie Verbinding
tussen de printer en een Bluetooth-apparaat instellen.
5. Stel het Bluetooth-apparaat in voor afdrukken naar de printer. Raadpleeg de instructies bij het apparaat voor informatie
over het instellen van afdrukken via Bluetooth.
6. Raadpleeg de instructies bij het Bluetooth-apparaat als u wilt beginnen met het afdrukken.
OPMERKING: Als het Bluetooth-beveiligingsniveau op de printer is ingesteld op Hoog, moet u een wachtwoord
opgeven. Zie voor meer informatie Bluetooth-beveiligingsniveau instellen
.
Enveloppen afdrukken
1. Zet de printer en de computer aan en controleer of ze op elkaar zijn aangesloten.
2. Plaats de envelop met de afdrukzijde naar boven in de printer.
3. Open het gewenste bestand en klik op Bestand® Afdrukken.
Het dialoogvenster Afdrukken wordt geopend.
4. Klik op Voorkeuren, Eigenschappen, Opties of Instellen (afhankelijk van het programma of besturingssysteem).
Het dialoogvenster Voorkeursinstellingen voor afdrukken wordt weergegeven.
5. Selecteer op het tabblad Printerinstelling de optie Envelop en selecteer het formaat van de envelop in de keuzelijst
Papierformaat.
OPMERKING: Als u post verstuurt binnen Japan, kan de envelop in de staande afdrukstand worden afgedrukt
met de locatie voor de postzegel in de rechterbenedenhoek of in de liggende afdrukstand met de locatie voor de
postzegel in de linkerbenedenhoek. Als u internationale post verstuurt, moet u de enveloppen afdrukken in de
liggende afdrukstand met de locatie voor de postzegel in de linkerbovenhoek.
Als u post verstuurt binnen Japan, kunt u de enveloppen op twee manieren plaatsen:
2. Plaats het papier in de printer. Zie voor meer informatie Papier in de papiersteun plaatsen.
3. Open het gewenste bestand en klik op Bestand® Afdrukken.
4. Klik op Voorkeuren, Eigenschappen, Opties of Instellen (afhankelijk van het programma of besturingssysteem).
Het dialoogvenster Voorkeursinstellingen voor afdrukken wordt weergegeven.
5. Selecteer Poster in de keuzelijst Indeling op het tabblad Geavanceerd.
6. Selecteer het formaat van de poster.
7. Breng op de tabbladen Printerinstelling en Geavanceerd eventuele extra wijzigingen aan voor het document.
8. Klik op OK nadat u de instellingen hebt aangepast.
Het dialoogvenster Voorkeursinstellingen voor afdrukken wordt gesloten.
9. Klik op OK of Afdrukken.
Banners afdrukken
1. Zet de computer en de printer aan en controleer of ze op elkaar zijn aangesloten.
2. Plaats het papier in de printer. Zie voor meer informatie Papier in de papiersteun plaatsen
3. Open het gewenste bestand en klik op Bestand® Afdrukken.
4. Klik op Voorkeuren, Eigenschappen, Opties of Instellen (afhankelijk van het programma of besturingssysteem).
Het dialoogvenster Voorkeursinstellingen voor afdrukken wordt weergegeven.
5. Selecteer op het tabblad Geavanceerd de optie Banner in de keuzelijst Indeling en selecteer vervolgens Letter(banner) of A4 (banner) in de keuzelijst Formaat bannerpapier.
6. Geef op de tabbladen Printerinstelling en Geavanceerd desgewenst extra wijzigingen op voor het document.
7. Klik op OK nadat u de instellingen hebt aangepast.
Het dialoogvenster Voorkeursinstellingen voor afdrukken wordt gesloten.
8. Klik op OK of Afdrukken.
OPMERKING: Als het afdrukken op de printer is gestart, wacht u totdat de voorste rand van de banner uit de
printer wordt gevoerd. Vouw het papier vervolgens voorzichtig uit tot op de vloer voor de printer.
.
Gesorteerde exemplaren van het document afdrukken
1. Zet de computer en de printer aan en controleer of ze op elkaar zijn aangesloten.
2. Plaats het papier in de printer. Zie voor meer informatie Papier in de papiersteun plaatsen
3. Open het gewenste bestand en klik op Bestand® Afdrukken.
4. Klik op Voorkeuren, Eigenschappen, Opties of Instellen (afhankelijk van het programma of besturingssysteem).
Het dialoogvenster Voorkeursinstellingen voor afdrukken wordt weergegeven.
5. Geef het aantal exemplaren dat u wilt afdrukken op via het tabblad Printerinstelling.
OPMERKING: het selectievakje Sorteren wordt pas beschikbaar als u meer dan één exemplaar opgeeft.
6. Schakel het selectievakje Sorteren in.
7. Geef op de tabbladen Printerinstelling en Geavanceerd desgewenst extra wijzigingen op voor het document.
8. Klik op OK nadat u de instellingen hebt aangepast.
Het dialoogvenster Voorkeursinstellingen voor afdrukken wordt gesloten.
9. Klik op OK of Afdrukken.
Brochure afdrukken
Voordat u instellingen van Voorkeursinstellingen voor afdrukken wijzigt, moet u het juiste papierformaat selecteren in het
programma. U kunt brochures afdrukken met de volgende papierformaten:
Letter
A4
1. Plaats het papier in de printer. Zie Papier in de papiersteun plaatsen
2. Open het gewenste bestand en klik op Bestand® Afdrukken.
3. Klik in het dialoogvenster Afdrukken op Eigenschappen, Voorkeuren, Opties of Instellen (afhankelijk van het
programma of besturingssysteem).
4. Klik op de tab Geavanceerd.
5. Selecteer Brochure in de keuzelijst Indeling.
6. Als u een grote brochure afdrukt, selecteert u het aantal vellen per bundel.
OPMERKING: Een bundel is een ingesteld aantal vellen papier dat is samengevouwen. De afgedrukte bundels
worden boven op elkaar gestapeld, waarbij de juiste paginavolgorde wordt aangehouden. De gestapelde bundels
kunnen worden ingebonden tot een brochure. Selecteer een kleiner aantal vellen per bundel als u afdrukt met
een zwaardere papiersoort.
voor meer informatie.
7. Klik op OK om alle geopende dialoogvensters van de printersoftware te sluiten.
8. Druk het document af.
OPMERKING: zie Brochure samenstellen voor meer informatie over het inbinden en samenstellen van een brochure.
Brochure samenstellen
1. Draai de stapel met afgedrukte pagina's in de papieruitvoerlade om.
2. Neem de eerste bundel van de stapel, vouw deze dubbel en leg de bundel apart met de voorkant naar beneden.
3. Neem de volgende bundel van de stapel, vouw de bundel dubbel en leg deze boven op de eerste bundel met de
voorkant naar beneden.
4. Stapel de overige bundels op elkaar, met de voorkant naar beneden, totdat de brochure is voltooid.
5. Bind de bundels in om de brochure te voltooien.
Afdruktaken op beide zijden van het papier afdrukken
(dubbelzijdig afdrukken)
Met handmatig dubbelzijdig afdrukken kunt u een document afdrukken op beide zijden van het papier. De printer drukt de
oneven pagina's van het document af op de voorzijde van het papier. Plaats vervolgens het document opnieuw in de printer
met de lege zijde naar boven. Druk de even pagina's van het document af op de achterzijde van het papier.
1. Zet de printer en de computer aan en controleer of ze op elkaar zijn aangesloten.
2. Plaats het papier in de printer. Zie Papier in de papiersteun plaatsen
3. Open het gewenste bestand en klik op Bestand® Afdrukken.
4. Klik op Voorkeuren, Eigenschappen, Opties of Instellen (afhankelijk van het programma of besturingssysteem).
5. Klik op de tab Geavanceerd en schakel het selectievakje Dubbelzijdig afdrukken in.
6. Selecteer hoe u de pagina's wilt inbinden.
7. Klik op OK nadat u de instellingen hebt aangepast.
Het dialoogvenster Voorkeursinstellingen voor afdrukken wordt gesloten.
8. Klik op OK of Afdrukken.
voor meer informatie.
9. Als alle oneven pagina's zijn uitgevoerd, volgt u de aanwijzingen op het scherm.
U kunt een afdruktaak die is verzonden vanaf een computer die op de printer is aangesloten met een USB-kabel op twee
manieren annuleren.
Vanuit de map Printers:
1. Windows Vista:
a. Klik op ®Configuratiescherm.
b. Klik op Hardware en geluiden.
c. Klik op Printers.
®
Windows
faxapparaten.
Windows 2000: klik op Start ® Instellingen® Printers.
2. Klik met de rechtermuisknop op het pictogram van de Dell V305.
XP: klik op Start ® Instellingen® Configuratiescherm® Printers en andere hardware® Printers en
3. Klik op Openen.
4. Selecteer de taak die u wilt annuleren in de lijst.
5. Klik in het menu Document op Annuleren.
Vanuit het venster Afdrukstatus:
Het venster Afdrukstatus wordt automatisch in de rechterbenedenhoek van het scherm geopend wanneer u een
afdruktaak verzendt. Klik op Afdrukken annuleren om de huidige afdruktaak te annuleren.
Vanaf de taakbalk:
1. Dubbelklik op het printerpictogram in de rechterbenedenhoek van het scherm of op de taakbalk.
2. Dubbelklik op de afdruktaak die u wilt annuleren.
3. Klik op Annuleren.
Verzonden vanaf een Bluetooth-apparaat
Vanaf de printer:
Druk op de knop Annuleren om de afdruktaak te annuleren en de Bluetooth-verbinding te verbreken.
Druk op de knop Aan/uit om de afdruktaak te annuleren, de Bluetooth-verbinding te verbreken en de printer uit te
schakelen.
Vanaf een Bluetooth-apparaat:
Raadpleeg de documentatie bij het apparaat voor meer informatie.
Verzonden vanaf een computer via een draadloos netwerk
Afdrukken in zwart-wit en afdrukken zonder rand instellen als standaardinstelling.
1. Windows Vista:
a. Klik op ®Configuratiescherm.
b. Klik op Hardware en geluiden.
c. Klik op Printers.
Windows XP: klik op Start ® Instellingen® Configuratiescherm® Printers en andere hardware® Printers en
faxapparaten.
Windows 2000: klik op Start ® Instellingen® Printers.
2. Klik met de rechtermuisknop op het pictogram van de Dell V305.
3. Klik op Openen.
4. Selecteer de taak die u wilt annuleren in de lijst.
5. Klik in het menu Document op Annuleren.
Standaardinstellingen van Voorkeursinstellingen voor afdrukken
wijzigen
Als u een document of foto verzendt voor afdrukken, kunt u verschillende instellingen opgeven, bijvoorbeeld voor afdrukken
op beide zijden van het papier, afdrukken met hogere of lagere kwaliteit, alleen in zwart-wit afdrukken en meer. Als u
bepaalde instellingen vaak gebruikt, kunt u deze instellen als standaardinstellingen zodat u de voorkeursinstellingen voor
afdrukken niet telkens hoeft op te geven wanneer u een afdruktaak verzendt.
Als u uw voorkeursinstellingen als de standaardafdrukinstellingen wilt instellen voor de meeste programma's, opent u het
dialoogvenster Voorkeursinstellingen voor afdrukken vanuit de map Printers.
1. Windows Vista:
a. Klik op
b. Klik op Hardware en geluiden.
c. Klik op Printers.
Windows XP: klik op Start® Instellingen® Configuratiescherm® Printers en andere hardware® Printers en
faxapparaten.
Windows 2000: klik op Start® Instellingen® Printers.
2. Klik met de rechtermuisknop op het pictogram van de Dell V305.
®Configuratiescherm.
3. Kies Voorkeursinstellingen voor afdrukken.
4. Geef de instellingen op die u wilt gebruiken als standaardinstellingen wanneer u afdrukt vanuit de meeste programma's.
Vanaf het tabblad Printerinstelling kunt u de volgende taken uitvoeren:
De standaardafdrukkwaliteit wijzigen in Concept, Normaal of Foto.
De standaardmateriaalsoort en het standaardpapierformaat wijzigen.
Voorkomt dat papier vastloopt of scheef wordt
ingevoerd
Problemen met papierAfdrukkwaliteit verbeteren
Problemen met afdrukkenAlgemene richtlijnen voor het selecteren of plaatsen van
Als de printer niet werkt wanneer u deze gebruikt in combinatie met een computer, controleert u of de printer juist is
aangesloten op het stopcontact en op de computer.
Ga voor hulp en voor de nieuwste informatie over problemen met de printer oplossen naar http://support.dell.com/support
Problemen met geheugenkaarten
afdrukmateriaal
Installatieproblemen
Computerproblemen
Controleer of de printer compatibel is met de computer.
De printer ondersteunt alleen Windows Vista™, Windows ® XP en Windows 2000.
.
Windows ME, Windows 98 en Windows 95 worden niet ondersteund door deze printer.
Controleer of de printer en de computer zijn ingeschakeld.
Controleer de USB-kabel.
De USB-kabel moet stevig zijn aangesloten op de printer en de computer.
Schakel de computer uit, sluit de USB-kabel opnieuw aan zoals wordt aangegeven op de poster Printer instellen en start
de computer opnieuw op.
Installeer de software handmatig als het installatievenster voor de software niet automatisch wordt
weergegeven.
1. Plaats de cd Stuurprogramma's en hulpprogramma's in de computer.
2. Windows Vista: klik op
Windows XP: klik op Start® Deze computer.
Windows 2000: dubbelklik op Deze computer op het bureaublad.
3. Dubbelklik op het pictogram van het cd-rom-station en dubbelklik op setup.exe.
4. Klik op Via een USB-kabel of Via een draadloos netwerk als het installatievenster voor de printersoftware wordt
weergegeven.
5. Volg de aanwijzingen op het scherm om de installatie te voltooien.
Controleer of de printersoftware is geïnstalleerd.
Windows Vista:
1. Klik op
2. Klik op Dell printers.
Windows XP en Windows 2000:
Klik op Start® Programma's of All programma's® Dell printers® Dell V305.
Als de printer niet in de lijst met printers wordt weergegeven, is de printersoftware niet geïnstalleerd. Installeer de
printersoftware. Zie Software verwijderen en opnieuw installeren
®Programma's.
voor meer informatie.
Los de communicatieproblemen tussen de printer en de computer op.
Maak de USB-kabel los van de printer en de computer. Sluit de printer weer aan op de computer met de USB-kabel.
Schakel de printer uit. Trek de stekker van het netsnoer van de printer uit het stopcontact. Steek de stekker weer in het
stopcontact en schakel de printer in.
Start de computer opnieuw op.
Vervang de USB-kabel als het probleem blijft bestaan.
Stel de printer in als standaardprinter.
1. Windows Vista:
a. Klik op
b. Klik op Hardware en geluiden.
c. Klik op Printers.
Windows XP: klik op Start® Configuratiescherm® Printers en andere hardware® Printers en faxapparaten.
Windows 2000: klik op Start® Instellingen® Printers.
2. Klik met de rechtermuisknop op het pictogram van de Dell V305.
3. Selecteer Als standaardprinter instellen.
® Configuratiescherm.
Printer drukt niet af en er zijn afdruktaken vastgelopen in de afdrukwachtrij.
Controleer of de printer meerdere malen is geïnstalleerd op de computer.
Windows XP: klik op Start® Configuratiescherm® Printers en andere hardware® Printers en faxapparaten.
Windows 2000: klik op Start® Instellingen® Printers.
2. Controleer of er meerdere objecten zijn voor de printer.
3. Druk een taak af met elk van deze objecten om te controleren welke printer actief is.
4. Stel dit object in als de standaardprinter:
a. Klik met de rechtermuisknop op het pictogram van de Dell V305.
b. Klik op Als standaardprinter instellen.
5. Verwijder de overige objecten door met de rechtermuisknop op de naam van de printer te klikken en Verwijderen te
kiezen.
Als u wilt voorkomen dat de printer meerdere malen wordt weergegeven in de map Printers, sluit u de USB-kabel altijd
aan op de USB-poort die oorspronkelijk voor de printer is gebruikt. Installeer printerstuurprogramma's niet meerdere
keren vanaf de cd Stuurprogramma's en hulpprogramma's.
Printerproblemen
Controleer of het netsnoer goed is aangesloten op de printer en het stopcontact.
Controleer of de printer in de wachtstand staat of onderbroken is.
1. Windows Vista:
a. Klik op
b. Klik op Hardware en geluiden.
c. Klik op Printers.
Windows XP: klik op Start® Configuratiescherm® Printers en andere hardware® Printers en faxapparaten.
Windows 2000: klik op Start® Instellingen® Printers.
®Configuratiescherm.
2. Klik met de rechtermuisknop op het pictogram van de Dell V305.
3. Controleer of Afdrukken onderbreken niet is geselecteerd. Als Afdrukken onderbreken is geselecteerd, klikt u op de
optie om deze uit te schakelen.
Controleer of er lampjes knipperen op de printer.
Zie voor meer informatie Foutberichten.
Controleer of u de inktcartridges juist hebt geplaatst en de sticker en tape van de cartridges hebt
verwijderd.
Controleer of het papier correct in de printer is geplaatst.
Zie voor meer informatie Papier in de papiersteun plaatsen.
Controleer of de printer niet is aangesloten op een PictBridge-camera.
Zie voor meer informatie Foto's afdrukken vanaf een PictBridge-camera.
Foutberichten
Ga voor hulp en voor de nieuwste informatie over problemen met de printer oplossen naar http://support.dell.com/support.
FoutberichtBetekenisOplossing
Er is geen computer
aangesloten
Deze functie wordt niet
ondersteund als u deze
netwerkverbinding gebruikt.
Geen reactieEr is een time-out opgetreden nadat de gebruiker op
Plaats papier en kies
Verwijder storing bij de houder
en kies
Verw. vastgel. pap. en kies
.
.Het papier in de printer is op.Plaats papier in de printer en druk
U probeert Office-bestanden te scannen of af te
drukken vanaf een geheugenkaart of USB-sleutel, of
u selecteert de optie Opslaan op computer terwijl
de printer niet is aangesloten op een computer of de
computer is uitgeschakeld.
U probeert Office-bestanden af te drukken vanaf een
geheugenkaart of USB-kaart terwijl de printer is
aangesloten op een netwerkadapter en niet
rechtstreeks op de computer.
de knop Starten
Er is een printerkop vastgelopen in de houder.Verwijder obstakels van het pad
.Er is papier vastgelopen in de printer.Verwijder het vastgelopen papier.
heeft gedrukt.
Controleer of de printer is
aangesloten op de computer.
Sluit de printer rechtstreeks aan op
een computer.
Druk op de knop Annuleren
op de knop Selecteren
te gaan met afdrukken. Zie Papier
in de papiersteun plaatsen voor
meer informatie.
van de houder of sluit de deksels
van de cartridgehouders en druk op
de knop Selecteren
Zie Controleer of er papier is
vastgelopen. voor meer informatie.
.
.
om door
Klep geopend.De scannerbasiseenheid is geopend.Sluit de scannerbasiseenheid.
Papierformaat
Fotoformaat is groter dan
papierformaat. Kies
nieuw papierformaat te
selecteren.
Papierfrmt niet onderst.Er is een fotoafdruktaak is gestart en er is een niet-
Installeer links een zwarte
of foto-inktcartridge.
Installeer rechts een
kleureninktcartridge.
Installeer beide cartridges.
Het papier in de printer is kleiner dan het
geselecteerde papierformaat.
ondersteund papierformaat geselecteerd.
Er ontbreekt een cartridge.
Een ? wordt weergegeven voor elke ontbrekende
cartridge. Het bericht wordt eronder weergegeven.
De inktcartridge bevat bijna geen inkt meer.Vervang de inktcartridge. Zie
Wijzig het papierformaat zodat het
overeenkomt met het papier in de
printer of druk op de knop
Selecteren
met afdrukken.
Druk op de knop Vorige
taak te annuleren en kies een
nieuw papierformaat.
Plaats de zwarte of foto-
inktcartridge in de linkerhouder en
de kleureninktcartridge in de
rechterhouder. Zie Inktcartridges
vervangen voor meer informatie.
om door te gaan
om de
Page 68
Problemen oplossen
Weinig zwarte inkt Inkt
controlevel nogmaals af en
foutconditie aangetroffen.
het controlevel opnieuw af. Zie
bestellen @
WWW.DELL.COM/SUPPLIES.
Druk op
gaan.
Kleureninkt is bijna op. Inkt
bestellen @
WWW.DELL.COM/SUPPLIES.
Druk op
gaan.
Weinig foto-inkt Inkt
bestellen @
WWW.DELL.COM/SUPPLIES.
Druk op
gaan.
Weinig zwarte en
kleureninkt Inkt bestellen @
WWW.DELL.COM/SUPPLIES.
Druk op
gaan.
Weinig foto- en kleureninkt
Inkt bestellen @
WWW.DELL.COM/SUPPLIES.
Druk op
gaan.
om door te
om door te
om door te
om door te
om door te
Inktcartridges vervangen
meer informatie.
voor
Fout linkercartridge.
Vervang de cartridge.
Fout rechtercartridge.
Vervang de cartridge.
Installeer beide cartridges.
Uitlijningsfout. Verwijder de
tape van de cartridges of zie
Problemen oplossen. Kies
nogmaals te proberen.
Cartridgefout. raadpleeg de
gebruikershanleiding.
Geheugenkaartprobleem.
Controleer of deze niet is
beschadigd en juist is geplaatst.
Ongeldig apparaat. Aangesloten
USB-apparaat wordt niet
ondersteund. Maak het
apparaat los en raadpleeg de
gebruikershandleiding.
Slechts één apparaat of
mediakaart toegestaan.
Verwijder alles, behalve één
apparaat of kaart.
om
Een inktcartridge is ongeldig.
Een X wordt weergegeven voor elke ongeldige
cartridge. Het bericht wordt eronder weergegeven.
De tape is niet verwijderd van de inktcartridges
voordat de cartridges zijn geïnstalleerd.
Een of beide van de inktcartridges zijn ongeldig.Verwijder beide cartridges en
Een geheugenkaart of USB-sleutel is niet juist
geplaatst, beschadigd, werkt niet of de indeling wordt
niet ondersteund.
Het aangesloten apparaat wordt niet ondersteund of
de digitale Pictbridge-camera is ingesteld op de
verkeerde USB-modus.
Er is meer dan één geheugenkaart of apparaat op de
printer aangesloten.
Vervang de ongeldige inktcartridge.
Zie Inktcartridges vervangen
meer informatie.
Verwijder de tape van de
inktcartridges. Zie Inktcartridges
vervangen voor meer informatie.
installeer ze vervolgens een voor
een om te zien welke ongeldig is.
Verwijder de geheugenkaart of
USB-sleutel uit de printer.
Raadpleeg de documentatie bij het
apparaat voor meer informatie.
Verwijder het apparaat of
controleer de instellingen van de
USB-modus. Raadpleeg de
documentatie bij de digitale camera
is geleverd voor meer informatie.
Verwijder alle geheugenkaarten en
apparaten.
voor
Maak de camera los als u
andere printerfuncties wilt
gebruiken.
Er is op een niet-werkende knop gedrukt terwijl de
printer is ingesteld op de PictBridge-modus.
Een andere papiersoort dan normaal papier is in de
papiersteun geplaatst terwijl u probeert een
uitlijningspagina, reinigingspagina of
netwerkconfiguratiepagina af te drukken.
De printer heeft een ongeldige streepjescode of een
Verwijder de PictBridge-verbinding
om de printer te gebruiken voor
andere functies.
Plaats normaal papier en druk op
de knop Selecteren
Controleer het controlevel of druk
.
Page 69
Problemen oplossen
probeer het opnieuw.Foto's afdrukken met een
controlevel voor meer informatie.
Kan geen controlevel vindenDe printer kan het controlevel niet herkennen of het
Er is geen indeling
geselecteerd.
U kunt slechts één indeling
tegelijk kiezen
Er zijn geen afbeeldingen
geselecteerd
Geen controlevelgegevensHet controlevel wordt gescand en de
Sommige foto's zijn van de
kaart verwijderd door de
computer.
Fout NNNN.Als op de display Fout gevolgd door een viercijferige
controlevel is scheef of onjuist op de glasplaat
geplaatst.
Het controlevel wordt gescand zonder dat er een
optie voor het fotoformaat of papierformaat is
geselecteerd.
Het controlevel wordt gescand zonder dat er
meerdere opties voor het fotoformaat of
papierformaat zijn geselecteerd.
Het controlevel wordt gescand zonder dat er
afbeeldingen zijn geselecteerd.
controlevelgegevens zijn verwijderd van de
geheugenkaart.
Een foto die door de gebruiker is geselecteerd op het
controlevel is verwijderd van de geheugenkaart.
code wordt weergegeven, is er een geavanceerde
fout opgetreden.
Druk het controlevel opnieuw af en
selecteer uw opties of plaats het
controlevel correct met de bedrukte
zijde omlaag op de glasplaat en
scan het opnieuw.
Selecteer een optie voor het fotoof papierformaat op het controlevel
en scan het opnieuw.
Druk het controlevel opnieuw af,
selecteer één optie voor het fotoof papierformaat en scan het
controlevel opnieuw.
Selecteer afbeeldingen op het
controlevel en scan het opnieuw.
Druk het controlevel opnieuw af,
selecteer de gewenste opties en
scan het opnieuw.
Druk het controlevel opnieuw af,
selecteer de gewenste opties en
scan het opnieuw.
Neem contact op met de
klantenondersteuning. Ga naar
http://support.dell.com/support
voor meer informatie.
Vastgelopen papier verwijderen
Papier is vastgelopen in de papierbaan
1. Trek stevig aan het papier om het te verwijderen. Als u het papier niet kunt bereiken omdat het zich te diep in de
printer bevindt, tilt u de scannerbasiseenheid op om de printer te openen.
2. Trek het papier uit de printer.
3. Sluit de scannerbasiseenheid.
4. Verzend de afdruktaak opnieuw om eventuele ontbrekende pagina's af te drukken.
Zie voor meer informatie Vastgelopen papier verwijderen.
Problemen met afdrukken
Controleer de inktvoorraden en installeer zo nodig nieuwe inktcartridges.
Zie Inktcartridges vervangen voor meer informatie.
Verwijder de afzonderlijke vellen papier uit de papieruitvoerlade.
Verwijder voor de volgende materiaalsoorten de afzonderlijke vellen zodra ze worden uitgevoerd en laat de vellen drogen om
te voorkomen dat de inkt gaat vlekken:
Fotopapier/glossy papier
Transparanten
Etiketten
Enveloppen
Opstrijktransfers
Maak meer geheugenruimte vrij op de computer wanneer de afdruksnelheid laag is.
Sluit alle toepassingen die u niet gebruikt.
Gebruik minder afbeeldingen of kleinere afbeeldingen in het document.
Breid het RAM-geheugen (Random Access Memory) van de computer uit.
Verwijder lettertypen die niet vaak worden gebruikt van uw computer.
Verwijder de printersoftware en installeer de software opnieuw. Zie Software verwijderen en opnieuw installeren voor
meer informatie.
Selecteer een lagere afdrukkwaliteit in het dialoogvenster Voorkeursinstellingen voor afdrukken.
Controleer of het papier correct in de printer is geplaatst.
Zie Papier in de papiersteun plaatsen voor meer informatie.
Problemen met kopiëren
Controleer of er lampjes knipperen of foutberichten worden weergegeven op de printer.
Het dialoogvenster Afbeeldingspatronen wordt geopend.
7. Selecteer Strepen (achtergrondruis) in kleurendocumenten verminderen.
8. Verplaats de schuifregelaar van links naar recht om de hoeveelhied achtergrondruis van uw gescande document aan te
passen.
9. Klik op OK.
wanneer de afbeelding is geopend.
Controleer of het document correct op de glasplaat is geplaatst.
Zie Originele documenten op de glasplaat plaatsen voor meer informatie.
Controleer de papierformaten.
Controleer of het gebruikte papierformaat overeenkomt met het formaat dat u hebt geselecteerd op het bedieningspaneel of in
het Dell Imaging Toolbox.
Problemen met scannen
Controleer of er lampjes knipperen of foutberichten worden weergegeven op de printer.
Zie Foutberichten voor meer informatie.
Controleer de USB-kabel.
Controleer of de USB-kabel goed is aangesloten op de printer en de computer.
Schakel de computer uit, sluit de USB-kabel opnieuw aan zoals wordt aangegeven op de poster Printer instellen en start
de computer opnieuw op.
Controleer of de printersoftware is geïnstalleerd.
Windows Vista:
1. Klik op
2. Klik op Dell printers.
Windows XP of Windows 2000:
®Programma's.
Klik op Start® Programma's of All programma's® Dell printers® Dell V305.
Als de printer niet in de lijst met printers wordt weergegeven, is de printersoftware niet geïnstalleerd. Installeer de
printersoftware. Zie Software verwijderen en opnieuw installeren
voor meer informatie.
Los de communicatieproblemen tussen de printer en de computer op.
Maak de USB-kabel los van de printer en de computer en sluit deze weer aan.
Controleer of de geheugenkaart die u gebruikt, geschikt is voor de printer.
Zie voor meer informatie Afdrukken vanaf een geheugenkaart of USB-sleutel.
Plaats per keer slechts één geheugenkaart in de printer.
Schuif de geheugenkaart in de printer tot deze niet meer verder kan.
De printer kan de informatie op de geheugenkaart niet lezen als deze niet correct in de geheugenkaartsleuf is geplaatst.
Als u afbeeldingen afdrukt vanaf een geheugenkaart, moet de bestandsindeling van de afbeeldingen
worden ondersteund door de printer.
U kunt alleen JPEG-afbeeldingen of afbeeldingen in bepaalde TIFF-indelingen rechtstreeks afdrukken vanaf de geheugenkaart.
Alleen TIFF-bestanden die direct van een digitale camera zijn gemaakt en niet zijn aangepast met een toepassing worden
ondersteund. Voor het afdrukken van foto's in een andere bestandsindeling vanaf de geheugenkaart moeten de foto's eerst
worden overgebracht naar uw computer.
Controleer of de printer niet is aangesloten op een PictBridge-camera.
Zie voor meer informatie Foto's afdrukken vanaf een PictBridge-camera.
Afdrukkwaliteit verbeteren
Als u niet tevreden bent met de afdrukkwaliteit van uw documenten, kunt u de afdrukkwaliteit op verschillende manieren
verbeteren.
Gebruik het juiste papier. Gebruik bijvoorbeeld Dell™ Premium fotopapier als u foto's afdrukt met een fotoinktcartridge.
Selecteer een hogere afdrukkwaliteit.
U selecteert als volgt een hogere afdrukkwaliteit:
1. Open het gewenste bestand en klik op Bestand® Afdrukken.
Het dialoogvenster Afdrukken wordt geopend.
2. Klik op Voorkeuren, Eigenschappen, Opties of Instellen (afhankelijk van het programma of besturingssysteem).
Het dialoogvenster Voorkeursinstellingen voor afdrukken wordt weergegeven.
3. Selecteer een hogere afdrukkwaliteit op het tabblad Printerinstelling.
4. Druk het document opnieuw af.
5. Als de afdrukkwaliteit niet verbetert, kunt u proberen de inktcartridges uit te lijnen of te reinigen. Zie voor meer
informatie Inktcartridges uitlijnen
Ga voor meer oplossingen naar http://support.dell.com/support
Algemene richtlijnen voor het selecteren of plaatsen van
afdrukmateriaal
Als u probeert op vochtig, omgekruld, gekreukeld of gescheurd papier af te drukken kan het papier vastlopen en kan de
afdrukkwaliteit verminderen.
Gebruik voor de beste afdrukkwaliteit alleen kopieerpapier van hoge kwaliteit.
Gebruik geen papier met reliëf, perforaties of met een textuur die te glad of te ruw is. Dergelijk papier kan vastlopen.
Bewaar papier in de verpakking tot u het gaat gebruiken. Plaats dozen op pallets of planken en niet op de vloer.
Plaats geen zware objecten bovenop het materiaal, ongeacht of dit is verpakt.
Houd papier uit de buurt van vocht of andere omstandigheden waardoor het papier kan kreukelen of omkrullen.
Bewaar niet-gebruikt papier bij een temperatuur van 15°C tot 30°C (59°F en 86°F). De relatieve luchtvochtigheid moet
tussen 10% en 70% zijn.
Als u het papier bewaart, moet u een waterdichte verpakking, zoals een plastic bak of zak, gebruiken om te voorkomen
dat het papier beschadigd wordt door stof en vocht.
De meeste digitale camera's gebruiken een geheugenkaart voor het opslaan van foto's. De printer ondersteunt de volgende
geheugenkaarten:
Compact Flash Type I en II
Memory Stick
Memory Stick PRO
Memory Stick Duo (met adapter)
Mini SD (met adapter)
Microdrive
Secure Digital
MultiMedia-kaart
xD-Picture-kaart
Geheugenkaarten moeten met het label naar boven worden geplaatst. De kaartlezer heeft twee sleuven waarin deze kaarten
kunnen worden geplaatst en een klein lampje dat knippert wanneer de kaart wordt gelezen of wanneer er gegevensoverdracht
plaatsvindt.
OPMERKING: plaats niet meer dan één geheugenkaart tegelijkertijd.
USB-sleutels kunt u in de PictBridge-aansluiting plaatsen om toegang te krijgen tot informatie die is opgeslagen op USBsleutels.
KENNISGEVING: Verwijder de geheugenkaart of USB-sleutel niet als het lampje knippert en raak het gebied met de
geheugenkaart of USB-sleutel op de printer niet aan. De gegevens kunnen anders beschadigd worden.
OPMERKING: plaats geen USB-sleutel in de printer als er al een geheugenkaart is geplaatst.
Als u een geheugenkaart of USB-geheugensleutel met digitale fotobestanden plaatst, schakelt de printer automatisch over op
de modus Foto. Als de geheugenkaart of USB-sleutel zowel documenten als foto's bevat, wordt u gevraagd welk bestand u
wilt afdrukken. Zie Modus Foto
OPMERKING: De printer ondersteunt de gegevensindeling FAT32. Bestanden die zijn opgeslagen in NTFS-indeling
moeten worden geconverteerd naar de gegevensindeling FAT32 voordat u de geheugenkaart of USB-sleutel in de printer
plaatst.
voor meer informatie.
Foto's afdrukken
Foto's opslaan op de computer
1. Plaats een geheugenkaart of USB-sleutel in de printer.
Als de geheugenkaart of USB-sleutel alleen foto's bevat, schakelt de printer automatisch over naar de modus FOTO.
Als de geheugenkaart of USB-sleutel documenten en foto's bevat, wordt er gevraagd welke bestanden er moeten
worden afgedrukt. Blader met de pijl naar links of rechts
2. Blader met de pijl naar links of rechts naar Foto's opslaan en druk op de knop Selecteren.
3. Druk op de knop Starten.
Geheugenkaartbeheer wordt gestart op de computer.
4. Volg de aanwijzingen in het dialoogvenster Geheugenkaartbeheer voor meer informatie over het overdragen van
foto's naar uw computer.
naar Foto's en druk op de knop Selecteren .
Foto's vanaf een cd of flashopslagapparaat afdrukken
1. Zet de printer en de computer aan en controleer of ze op elkaar zijn aangesloten.
2. Plaats het papier in de printer. Zie Papier in de papiersteun plaatsen
3. Plaats een cd of sluit een flashopslagapparaat (zoals een flashstation, geheugenkaart of digitale camera) aan op de
computer en sluit alle vensters die in Windows worden weergegeven.
4. Windows Vista™:
a. Klik op
b. Klik op Dell printers.
c. Klik op Dell V305.
Windows XP en Windows 2000:
Klik op Start® Programma's of All programma's® Dell printers® Dell V305.
5. Selecteer Dell Imaging Toolbox.
Het dialoogvenster Dell Imaging Toolbox wordt geopend.
6. Klik in het startscherm op Mijn fotoalbum.
7. Blader in het venster Mappen naar het station met de cd of het flashopslagapparaat en open de map met de foto's.
®Programma's.
voor meer informatie.
OPMERKING: Als het station met uw flashopslagapparaat niet wordt weergegeven in het venster Mappen, sluit u
de software en opent u deze opnieuw. Herhaal vervolgens stap 1 en 2.
Miniaturen van alle foto's in de map worden weergegeven in een voorbeeldvenster.
8. Klik op de foto of foto's die u wilt afdrukken.
9. Klik op Fotoafdrukken.
10. Selecteer in de keuzelijsten de gewenste instellingen voor de afdrukkwaliteit, papierformaat en papiersoort.
11. Selecteer de gewenste opties in de tabel als u meerdere afdrukken van een foto wilt maken of andere fotoformaten dan
10 x 15 cm (4 x 6 inch) wilt gebruiken. Gebruik de keuzelijst in de laatste kolom om andere formaten weer te geven en
te selecteren.
OPMERKING: Als u een foto wilt bewerken voordat u deze afdrukt, klikt u op Foto bewerken boven het
deelvenster Afdrukvoorbeeld. Selecteer Automatisch oplossen met één klik, Automatische rodeogenreductie of Automatisch helderheid aanpassen om de foto automatisch te bewerken met de software.
Klik op Meer hulpmiddelen voor retoucheren om het venster voor fotobewerking weer te geven. Wanneer u
alle bewerkingen hebt uitgevoerd, klikt u op Weergeven met bewerkingen in de rechterbenedenhoek om terug
te gaan naar het afdrukvenster.
12. Klik op Nu afdrukken.
Alle foto's afdrukken
1. Plaats een geheugenkaart of USB-sleutel in de printer.
Als de geheugenkaart of USB-sleutel alleen foto's bevat, schakelt de printer automatisch over naar de modus FOTO.
Als de geheugenkaart of USB-sleutel documenten en foto's bevat, wordt er gevraagd welke bestanden er moeten
worden afgedrukt. Blader met de pijl naar links of rechts
2. Druk op de pijl naar links of rechts om naar Afbeeldingen afdrukken te bladeren en druk op de knop Selecteren
.
naar Foto's en druk op de knop Selecteren .
Alle foto's op de geheugenkaart of USB-sleutel worden afgedrukt.
OPMERKING: Als u slechts een aantal foto's op een geheugenkaart of USB-sleutel wilt afdrukken, kunt u een
controlevel gebruiken om te selecteren welke foto's moeten worden afgedrukt. Zie voor meer informatie Foto's
afdrukken met een controlevel.
OPMERKING: U kunt alleen JPEG-afbeeldingen of afbeeldingen in bepaalde TIFF-indelingen rechtstreeks
afdrukken vanaf de geheugenkaart of USB-sleutel. Alleen TIFF-bestanden die rechtstreeks met een digitale camera
zijn gemaakt en niet zijn aangepast met een toepassing, worden ondersteund. Als u foto's in een andere
bestandsindeling wilt afdrukken vanaf de geheugenkaart of de USB-sleutel, moeten de foto's eerst worden
overgebracht naar uw computer. Zie voor meer informatie Foto's opslaan op de computer
.
Foto's afdrukken vanaf een digitale camera met DPOF
DPOF (Digital Print Order Format) is een functie die op bepaalde digitale camera's beschikbaar is en waarmee u
afdrukinstellingen op een geheugenkaart kunt opslaan met de foto's die u wilt afdrukken. Als u een digitale DPOF-camera
gebruikt, kunt u opgeven welke foto's op de geheugenkaart moeten worden afgedrukt, hoeveel exemplaren er moeten worden
afgedrukt en welke andere afdrukinstellingen moeten worden gebruikt. Deze instellingen worden herkend wanneer u de
geheugenkaart in de geheugenkaartsleuven van de printer plaatst.
1. Plaats het glossy of fotopapier met de afdrukzijde naar boven in de printer.
OPMERKING: zorg dat het formaat van het geplaatste papier niet kleiner is dan het formaat dat u in de DPOF-
selectie hebt opgegeven.
2. Plaats de geheugenkaart in de printer. De modus FOTO wordt automatisch ingeschakeld.
OPMERKING: plaats niet meer dan één geheugenkaart of USB-sleutel tegelijkertijd.
1. Plaats een geheugenkaart of USB-sleutel in de printer.
Als de geheugenkaart of USB-sleutel alleen foto's bevat, schakelt de printer automatisch over naar de modus FOTO.
Als de geheugenkaart of USB-sleutel documenten en foto's bevat, wordt er gevraagd welke bestanden moeten worden
afgedrukt. Blader met de pijl naar links of rechts
OPMERKING: Vanaf de geheugenkaart of USB-sleutel kunnen alleen afbeeldingen in JPEG- en TIFF-indeling
rechtstreeks worden afgedrukt. Als u foto's in een andere bestandsindeling wilt afdrukken vanaf de geheugenkaart
of de USB-sleutel, moeten de foto's eerst worden overgebracht naar uw computer. Zie Foto's opslaan op de
computer voor meer informatie.
naar Foto's en druk op Selecteren .
2. Blader met de pijl naar links of rechts
3. Blader met de pijl naar links of rechts naar Controlevel afdrukken en druk op de knop Selecteren.
4. Selecteer met de pijl naar links of rechts op het controlevel welke foto's op de geheugenkaart of de USB-sleutel u
wilt afdrukken.
OptieFunctie
Alle foto'sAlle foto's op de geheugenkaart of USB-sleutel afdrukken met het controlevel.
Laatste 25De 25 recentste foto's op het controlevel afdrukken.
DatumbereikAlleen foto's afdrukken die binnen een bepaald datumbereik zijn gemaakt.
5. Druk op de knop Starten.
Het controlevel wordt afgedrukt.
6. Volg de aanwijzingen op het controlevel om de foto's te selecteren die u wilt afdrukken en om een indeling en
papiersoort te kiezen die u wilt gebruiken.
Vul de cirkels met het rode-ogenpictogram onder een foto in om het rode-ogeneffect op de afdruk te verminderen.
naar Controlevel en druk op de knop Selecteren .
OPMERKING: zorg dat u de cirkels volledig invult.
7. Plaats het controlevel met de bedrukte zijde naar beneden op de glasplaat. Zie Originele documenten op de glasplaat
plaatsen voor meer informatie.
8. Plaats het papier in de printer. Zie Papier in de papiersteun plaatsen
OPMERKING: Controleer of het formaat van het papier dat u in de printer hebt geplaatst, overeenkomt met het
papierformaat dat u hebt opgegeven op het controlevel.
OPMERKING: U kunt foto's het beste afdrukken op glossy of fotopapier.
9. Blader met de pijl naar links of rechts naar Controlevel scannen en druk op de knop Selecteren .
Office-bestanden afdrukken
1. Zet de computer en de printer aan en controleer of ze op elkaar zijn aangesloten.
2. Plaats een geheugenkaart in een geheugenkaartsleuf van de printer of een USB-sleutel in de PictBridge-poort van de
printer.
Als de geheugenkaart of USB-sleutel alleen documenten bevat, schakelt de printer automatisch over naar de modus
OFFICE-BESTAND.
Als de geheugenkaart of USB-sleutel documenten en foto's bevat, wordt er gevraagd welke bestanden moeten worden
afgedrukt. Blader met de pijl naar links of rechts
Zie voor informatie over welke bestandstypen worden ondersteund door de printer Modus Office-bestand.
OverzichtOmgevingsspecificatiesStroomverbruik en -vereistenMogelijkheden van de functies voor afdrukken en scannenOmgevingsspecificatiesGeheugenspecificaties en -vereistenMateriaalsoorten en -formatenKabels
Overzicht
Geheugen
AansluitingenUSB 2.0 High-Speed
Werkingsduur (gemiddeld)3.000 pagina's per maand
Levensduur printer
Windows VistaAMD Athlon 3400+ 2,19 GHz256800
Microsoft Windows XP Professional x64AMD Athlon 3400+ 2,19 GHz256800
Microsoft Windows XPPentium II 300256800
Microsoft Windows 2000Pentium II 233128800
A4 8,27 x 11,69 inch (210 x 297 mm)
Legal: 8,5 x 14 inch (216 x 355,6 mm)
20 vellen
A4 (banner)
Letter (banner)
10 enveloppen
9-enveloppen: 3 7/8 x 8 7/8 inch
10-enveloppen: 4 1/8 x 9 1/2 inch
Baronial 5 1/2-enveloppen: 4 3/8 x 5 3/4
inch
6 3/4-enveloppen: 3 1/4 x 6 1/2 inch
7 3/4-enveloppen: 3 7/8 x 7 1/2 inch
A2 Baronial-enveloppen: 111 x 146 mm
B5-enveloppen: 176 x 250 mm
C5-enveloppen: 162 x 229 mm
C6-enveloppen: 114 x 162 mm
DL-enveloppen: 110 x 220 mm
Chokei 3-enveloppen: 120 x 235 mm
Chokei 4-enveloppen: 90 x 205 mm
Chokei 40-enveloppen: 90 x 225 mm
Kakugata 3-enveloppen: 216 x 277 mm
Kakugata 4-enveloppen: 197 x 267 mm
Kakugata 5-enveloppen: 190 x 240 mm
Kakugata 6-enveloppen: 162 x 229 mm
Wenskaarten, indexkaarten, briefkaarten of
fotokaarten
Fotopapier, glossy papier of mat papier
Opstrijktransfers
Transparanten
Foto-/briefkaart: 4 x 6 inch
Indexkaart: 3 x 5 inch
8,5 x 11 inch (216 x 279 mm)
A4 8,27 x 11,69 inch (210 x 297 mm)
4 x 6 inch (101,6 x 152,4 mm)
8,5 x 11 inch (216 x 279 mm)
A4 8,27 x 11,69 inch (210 x 297 mm)
8,5 x 11 inch (216 x 279 mm)
A4 8,27 x 11,69 inch (210 x 297 mm)
Kabels
U dient voor uw printer een USB-kabel (Universal Serial Bus) (apart verkrijgbaar) te gebruiken.
10. Selecteer in de keuzelijsten de gewenste instellingen voor afdrukkwaliteit, papierformaat en papiersoort.
11. Selecteer de gewenste opties in de tabel als u meerdere afdrukken van een foto wilt maken of andere fotoformaten dan
10 x 15 cm (4 x 6 inch) wilt gebruiken. Gebruik de keuzelijst in de laatste kolom om andere formaten weer te geven en
te selecteren.
Beleid voor technische ondersteuning van DellContact opnemen met DellGarantie en beleid voor retournerenInformatie over regelgevingen voor draadloze communicatie
Beleid voor technische ondersteuning van Dell
Technische ondersteuning door een technicus vindt plaats in samenwerking met de klant. Tijdens deze procedure wordt het
probleem vastgesteld en worden oplossingen geleverd waarmee het besturingssysteem, de toepassingen en de
hardwarestuurprogramma's kunnen worden hersteld naar de originele standaardconfiguratie waarmee het product door Dell is
geleverd. Tevens wordt de juiste werking van de printer en de geïnstalleerde Dell hardware gecontroleerd. Naast de
technische ondersteuning door een technicus is er online technische ondersteuning beschikbaar op Dell Support. U kunt
wellicht extra technische ondersteuningsopties aanschaffen.
Dell levert beperkte technische ondersteuning voor de printer en eventuele geïnstalleerde software en randapparatuur van
Dell. Ondersteuning voor software en randapparatuur van derden wordt geleverd door de betreffende fabrikant. Dit geldt
onder andere voor producten die zijn gekocht en/of geïnstalleerd met Software & Peripherals (DellWare), ReadyWare en
Custom Factory Integration (CFI/DellPlus.
Contact opnemen met Dell
U kunt de ondersteuningswebsite van Dell raadplegen op support.dell.com. Selecteer de gewenste regio op de pagina
WELCOME TO DELL SUPPORT en geef de gevraagde gegevens op voor toegang tot hulpprogramma's en
ondersteuningsinformatie.
U kunt elektronisch contact opnemen met Dell op de volgende adressen:
Internet
www.dell.com/
www.dell.com/ap/ (alleen voor Azië/Pacific)
www.dell.com/jp/
www.euro.dell.com
www.dell.com/la/
(alleen voor Japan)
(alleen voor Europa)
(alleen voor Latijns-Amerika en het Caribisch gebied)
www.dell.ca
Anonieme FTP (File Transfer Protocol)
ftp.dell.com
Meld u aan als anonieme gebruiker en geef uw e-mailadres op als wachtwoord.
la-techsupport@dell.com (alleen voor Latijns-Amerika en het Caribisch gebied)
draadloos netwerkapparaat) nooit in de buurt van onbeschermde ontstekers of in een omgeving met
apsupport@dell.com (alleen voor Azië/Pacific)
support.jp.dell.com
(alleen voor Japan)
support.euro.dell.com
Elektronische offerteservice
apmarketing@dell.com
sales_canada@dell.com
(alleen voor Europa)
(alleen voor Azië/Pacific)
(alleen voor Canada)
Garantie en beleid voor retourneren
Dell Inc. ('Dell') vervaardigt hardwareproducten met onderdelen en componenten die nieuw of zo goed als nieuw zijn, in
overeenstemming met de geldende praktijken binnen de branche. Raadpleeg de Handleiding met productinformatie voor meer
informatie over de Dell garantie voor de printer.
Informatie over regelgevingen voor draadloze communicatie
Draadloze werking
De Dell draadloze printeradapters zijn ontworpen voor gebruik met draadloze LAN-producten die zijn gebaseerd op DSSSradiotechnologie (Direct Sequence Spread Spectrum) en die voldoen aan de volgende voorschriften:
IEEE 802.11b-1999 Standaard op 2,4 GHz draadloos LAN
IEEE 802.11g Standaard op 2,4 GHz draadloos LAN
WiFi-certificatie (Wireless Fidelity) zoals vastgesteld door de WECA (Wireless Ethernet Compatibility Alliance)
Garantie en beleid voor retourneren
Net als andere radioapparaten zendt de Dell draadloze printeradapter elektromagnetische energie uit. De hoeveelheid
elektromagnetische energie die wordt uitgezonden door dit apparaat, is echter minder dan de hoeveelheid die wordt
uitgezonden door andere draadloze apparaten, zoals mobiele telefoons. De Dell draadloze printeradapter werkt binnen de
richtlijnen die zijn vastgelegd in de veiligheidsnormen en aanbevelingen voor radiofrequentie. Deze normen en aanbevelingen
zijn totstandgekomen op basis van diepgaand wetenschappelijk onderzoek en worden voortdurend gecontroleerd en
bijgewerkt. In sommige situaties of omgevingen kan het gebruik van de Dell draadloze printeradapter worden beperkt door de
eigenaar van het gebouw of vertegenwoordigers van de verantwoordelijke organisatie.
Voorbeelden van dergelijke situaties:
U wilt de Dell draadloze printeradapter gebruiken aan boord van een vliegtuig, of
U wilt de Dell draadloze printeradapter gebruiken in een andere omgeving waar het gevaar van storing van andere
apparaten of services wordt gezien als schadelijk.
Als u niet zeker bent van het beleid dat van toepassing is op het gebruik van draadloze apparaten binnen een bepaald bedrijf
of bepaalde omgeving (bijvoorbeeld een vliegveld), kunt u het beste toestemming vragen om de printeradapter te gebruiken
voordat u deze inschakelt.
LET OP: Waarschuwing voor nabijheid van explosief apparaat: gebruik een draadloze zender (zoals een
explosieve materialen, tenzij het apparaat is aangepast om aan de eisen voor gebruik in dergelijke situaties
te voldoen.
LET OP: Waarschuwing voor gebruik aan boord van vliegtuigen: de voorschriften van de FCC en FAA
verbieden het gebruik van draadloze apparaten met radiofrequenties tijdens vluchten, omdat de signalen
storing kunnen veroorzaken in essentiële apparatuur van vliegtuigen
Regelgevingen
De Dell draadloze printeradapter moet nauwlettend worden geïnstalleerd en gebruikt conform de instructies van de fabrikant
die zijn beschreven in de gebruikersdocumentatie bij het product. Zie 'Goedkeuring voor radioapparaten' voor informatie over
landspecifieke goedkeuringen. Dell Inc is niet verantwoordelijk voor enige radio- of televisiestoring die wordt veroorzaakt door
niet-geautoriseerde aanpassingen van de apparaten die bij de Dell draadloze printeradapter worden geleverd, of door
vervanging of aansluiting van kabels of apparatuur die niet is aangegeven door Dell Inc. Het verhelpen van storing die wordt
veroorzaakt door dergelijke niet-geautoriseerde aanpassingen, vervangingen of aansluitingen is de verantwoordelijkheid van
de gebruiker. Dell Inc en de geautoriseerde wederverkopers of distributeurs zijn niet aansprakelijk voor schade of schending
van wetten veroorzaakt door het niet navolgen van deze richtlijnen.
RF-interferentievereisten
LET OP: Dit apparaat mag alleen binnenshuis worden gebruikt vanwege de werking in het frequentiebereik
van 2,412 GHz tot 2,462 GHz. De FCC heeft bepaald dat dit product binnenshuis moet worden gebruikt in
het frequentiebereik van 2,412 GHz tot 2,462 GHz om de kans op schadelijke storing van co-channel
mobiele satellietsystemen te beperken.
Verklaring met betrekking tot storing
Deze apparaten voldoen aan de voorschriften in Deel 15 van de FCC-regels. De werking van de apparaten moet voldoen aan
de volgende twee voorwaarden: (1) de apparaten mogen geen schadelijke storing veroorzaken, en (2) de apparaten moet
elke ontvangen storing accepteren, inclusief storingen die een ongewenste werking kunnen veroorzaken. Deze apparaten zijn
getest en voldoen aan de voorschriften voor een digitaal apparaat van Klasse B, conform Deel 15 van de FCC-regels. Deze
voorschriften zijn ontworpen om een redelijke bescherming te bieden tegen schadelijke storingen bij gebruik op de werkplek.
Deze apparaten genereren en gebruiken hoogfrequentie-energie en kunnen deze uitstralen. Als dergelijke apparaten niet
overeenkomstig de instructies worden geïnstalleerd, kunnen ze schadelijke storingen in radiocommunicatie veroorzaken. Er
kan echter geen garantie worden gegeven dat deze apparaten in een bepaalde installatie storingsvrij zullen functioneren.
Mochten er schadelijke storingen optreden in radio- of televisieontvangst, hetgeen kan worden vastgesteld door een apparaat
uit en weer in te schakelen, dan kan de gebruiker proberen de storing te verhelpen door een of meer van de volgende
maatregelen te nemen:
Verplaats het apparaat.
Vergroot de afstand tussen het apparaat en de ontvanger.
Sluit het apparaat aan op een ander circuit dan dat waarop de ontvanger is aangesloten.
Raadpleeg uw leverancier of een ervaren onderhoudsmonteur voor meer informatie.
OPMERKING: De Dell draadloze printeradapter moet nauwlettend worden geïnstalleerd en gebruikt conform de
instructies van de fabrikant die zijn beschreven in de gebruikersdocumentatie bij het product. Installatie of gebruik dat
afwijkt van deze instructies, vormt een overtreding van de voorschriften in Deel 15 van de FCC-regels. Wijzigingen die
niet uitdrukkelijk zijn goedgekeurd door Dell kunnen uw recht om deze apparaten te gebruiken ongeldig maken.
Dit apparaat mag niet in de buurt van een andere antenne of zender worden geplaatst of worden gebruikt in combinatie met
een andere antenne of zender.
Documenten van één pagina en losse foto's scannenFormaat van afbeeldingen of documenten wijzigen
Computernaam en pincode instellenDocumenten of foto's e-mailen
Meerdere foto's scannen in één bestandPDF maken
Documenten scannen om deze te bewerkenScaninstellingen aanpassen
Foto's scannen om deze te bewerkenVoorkeuren van Scaninstellingen wijzigen
Foto's opslaan op uw computer
Documenten van één pagina en losse foto's scannen
Bedieningspaneel gebruiken
1. Zet de printer en de computer aan en controleer of ze op elkaar zijn aangesloten. Als u wilt scannen via het netwerk,
moet de printer zijn aangesloten op het netwerk.
2. Plaats het originele document op de glasplaat. Zie Originele documenten op de glasplaat plaatsen
3. Blader met de pijl naar links of rechts
4. Blader met de pijl naar links of rechts naar Scannen naar computer en druk op de knop Selecteren.
5. Als de printer is aangesloten met een USB-kabel:
a. De printer downloadt de lijst met toepassingen van de computer.
naar SCAN en druk op de knop Selecteren .
voor meer informatie.
Blader met de pijl naar links of rechts
verzenden.
b. Druk op de knop Selecteren
Als de printer is aangesloten op een netwerk:
a. Blader met de pijl naar links of rechts
b. Druk op de knop Selecteren als de gewenste computer wordt weergegeven op de display.
c. Als voor de computer een pincode is vereist, geeft u de viercijferige pincode op met het toetsenblok.
OPMERKING: De pincode is geen standaardvereiste, er wordt alleen om gevraagd als de pincode is
ingesteld op de computer waarnaar u de scan wilt verzenden. U kunt de pincode of de naam wijzigen van
de computer waarnaar u de scan wilt verzenden. Zie Computernaam en pincode instellen
informatie.
als de gewenste toepassing wordt weergegeven op de display.
.
door de beschikbare toepassingen waarnaar u de scan kunt
door de beschikbare computers waarnaar u de scan kunt verzenden.
voor meer
Page 96
Scannen
6. Druk op de knop Starten.
De printer scant de pagina. Als de scan is voltooid, wordt een bestand gemaakt in de geselecteerde toepassing.
Computer gebruiken
1. Zet de printer en de computer aan en controleer of ze op elkaar zijn aangesloten.
2. Plaats uw originele document of originele foto met de bedrukte zijde naar beneden op de glasplaat. Zie Originele
documenten op de glasplaat plaatsen voor meer informatie.
3. Windows Vista™:
a. Klik op
b. Klik op Dell printers.
c. Klik op Dell V305.
Windows XP
Klik op Start® Programma's of All programma's® Dell printers® Dell V305.
4. Selecteer Dell Imaging Toolbox.
Het dialoogvenster Dell Imaging Toolbox wordt geopend.
5. Klik in het startscherm op Scannen.
Het dialoogvenster Wat wilt u scannen? wordt geopend.
6. Selecteer de optie Foto.
Als u een document wilt scannen zonder de tekst te wijzigen en u wilt geen PDF maken, kunt de optie Foto gebruiken.
Met deze optie wordt het document als afbeelding gescand en verzonden naar de Bibliotheek in plaats van naar uw
standaardtekstverwerkingstoepassing.
7. Klik op Start.
®Programma's.
®
of Windows 2000:
Computernaam en pincode instellen
Geef een naam voor uw computer op zodat u deze kunt vinden in het venster voor host-selectie wanneer u via een netwerk
scant. Als u wilt voorkomen dat gebruikers een gescand document naar uw computer verzenden, stelt u een pincode voor
scannen naar het netwerk in.
1. Windows Vista:
a. Klik op
b. Klik op Hardware en geluid.
c. Klik op Printers.
Windows XP: klik op Start ® Instellingen® Configuratiescherm® Printers en andere hardware® Printers en
faxapparaten.
Windows 2000: klik op Start® Instellingen® Printers.
2. Klik met de rechtermuisknop op het printerpictogram en kies Voorkeursinstellingen voor afdrukken.
Het dialoogvenster Voorkeursinstellingen voor afdrukken wordt geopend.
3. Klik op het tabblad Onderhoud op Netwerkondersteuning.
Het dialoogvenster Dell Netwerkopties wordt geopend.
4. Klik op in het dialoogvenster Dell Netwerkopties op Wijzig de naam van de computer en de pincode voorscannen via een netwerk.
5. Volg de aanwijzingen op het scherm.
6. Nadat u een computernaam of pincode hebt opgegeven, klikt u op OK.
Meerdere foto's scannen in één bestand
OPMERKING: sommige programma's ondersteunen het scannen van meerdere pagina's niet.
1. Zet de printer en de computer aan en controleer of ze op elkaar zijn aangesloten.
2. Plaats de originele foto's op de glasplaat. Zie Originele documenten op de glasplaat plaatsen
OPMERKING: laat voor optimale resultaten zo veel mogelijk ruimte open tussen de foto's en de randen van het
scangebied.
3. Windows Vista:
a. Klik op
b. Klik op Dell printers.
c. Klik op Dell V305.
Windows XP en Windows 2000:
Klik op Start® Programma's of All programma's® Dell printers® Dell V305.
4. Selecteer Dell Imaging Toolbox.
Het dialoogvenster Dell Imaging Toolbox wordt geopend.
5. Klik in het startscherm op Meerdere foto's scannen.
®Programma's.
voor meer informatie.
6. Klik op Start.
Documenten scannen om deze te bewerken
Met de softwarefunctie voor OCR (Optical Character Recognition; optische tekenherkenning) wordt een gescand document
omgezet in tekst die u kunt bewerken met een tekstverwerkingstoepassing.
OPMERKING: Controleer of de OCR-software op de computer is geïnstalleerd (alleen voor Japans en Vereenvoudigd
Chinees). Er wordt een exemplaar van de OCR-software bij de printer geleverd, dat wordt geïnstalleerd als u de