2. Bezoek de website van Dell of bestel Dell printersupplies per telefoon.
www.dell.com/supplies
Voor optimale service moet u ervoor zorgen dat u de servicecode van de Dell printer bij de hand hebt.
InformatiebronnenBezig met afdrukken van
Over de printerPrinter onderhouden
Menu's op het bedieningspaneelBeheerdersondersteuning
Optionele hardware installerenProblemen met de printer oplossen
Papier plaatsenSpecificaties
Lokaal afdrukken instellenBijlage
Afdrukken via het netwerk instellenInformatie over licenties
Softwareoverzicht
Opmerkingen, kennisgevingen en waarschuwingen
OPMERKING: met OPMERKING wordt belangrijke informatie aangegeven waarmee u beter gebruik kunt maken van
uw printer.
KENNISGEVING: met een KENNISGEVING wordt aangegeven hoe u vermijdt dat de hardware beschadigd wordt of
dat er gegevens verloren gaan.
LET OP: met LET OP wordt aangegeven dat handelingen schade aan eigendommen, persoonlijk letsel of de
Reproductie op welke manier dan ook zonder de schriftelijke toestemming van Dell Inc. is uitdrukkelijk verboden.
Handelsmerken die worden gebruikt in deze tekst: Dell, het DELL- logo, Dell Toner Management System en OpenManage zijn handelsmerken van
Dell Inc.; Microsoft en Windows zijn gedeponeerde handelsmerken van Microsoft Corporation in de Verenigde Staten en/of andere landen. Windows
Vista is een handelsmerk of een gedeponeerd handelsmerk van Microsoft Corporation in de Verenigde Staten en/of in andere landen.
Linux is het gedeponeerde handelsmerk van Linus Torvalds in de Verenigde Staten en andere landen. SuSE is een handelsmerk van Novell, Inc. in
de Verenigde Staten en andere landen. Red Hat is een handelsmerk van Red Hat, Inc. Debian is een gedeponeerde handelsmerk van Software in
the Public Interest, Inc. en wordt beheerd door het Debian-project. Linspire is een handelsmerk van Linspire, Inc. Ubuntu is een handelsmerk van
Canonical Limited. Red Flag is een handelsmerk van Red Flag Software Co., Ltd.
Macintosh en Mac OS zijn handelsmerken van Apple Inc., gedeponeerd in de Verenigde Staten en andere landen.
Andere handelsmerken en handelsnamen worden in dit document gebruikt om te verwijzen naar de entiteiten die aanspraak maken op de merken
en namen, of naar de producten. Dell Inc. doet geen aanspraak op eigendomsrechten van de handelsmerken en handelsnamen van anderen.
BEPERKTE RECHTEN MET BETREKKING TOT DE OVERHEID VAN DE VERENIGDE STATEN
Op deze software en documentatie zijn BEPERKTE RECHTEN van toepassing. Gebruik, vermenigvuldiging of openbaarmaking door de Amerikaanse
overheid is onderhevig aan beperkingen zoals opgenomen in subartikel (c)(1)(ii) van de "Rights in Technical Data and Computer Software" - clausule
onder DFARS 252.227- 7013 en in van toepassing zijnde FAR - bepalingen: Dell Inc., One Dell Way, Round Rock, Texas, 78682, Verenigde Staten.
Model 2330d-2330dn
Juli 2008 SRV HX750 Rev. A00
Informatiebronnen
gebruikers of technici
Informatie zoeken over de printer
Gewenste informatieBron
De printer instellenPoster Printer instellen
Afdrukken
De printer onderhouden
Contact opnemen met Dell™
OPMERKING: De Handleiding voor eigenaren is mogelijk
niet beschikbaar in uw land of regio.
Veiligheidsinformatie voordat u begint met printen
Informatie over regelgeving
Garantieverklaring
Ondersteunde papiersoorten en -formaten
Afdrukmateriaal selecteren en opslaan
Afdrukmateriaal plaatsen
Printerinstellingen configureren
De printersoftware installeren en gebruiken
De printer onderhouden
Problemen oplossen
Handleiding voor eigenaren
Productinformatiegids
Gebruikershandleiding
Software en stuurprogramma's - Officiële
stuurprogramma's voor uw printer en
installatietoepassingen voor de Dell printersoftware
Leesmij-bestanden - Veranderingen op technisch gebied of
geavanceerd technisch referentiemateriaal voor ervaren
De cd Drivers and Utilities
OPMERKING: Als u tegelijkertijd een Dell computer en
printer hebt aangeschaft, zijn de printerstuurprogramma's
en hulpprogramma's al geïnstalleerd.
Express-servicecode en -nummer
Bepaal welke printer u hebt voordat u de website
support.dell.com
technische ondersteuning.
De Express-servicecode vinden zodat u door wordt
verbonden wanneer u contact opneemt met de technische
ondersteuning
bezoekt of contact opneemt met de
Express-servicecode en -nummer
Deze labels staan op uw printer.
Op de volgende afbeelding wordt de locatie van het label
op de printer aangegeven.
Voor meer informatie over de plaats waar u ze kunt
vinden, gaat u naar Informatie over printeronderdelen
.
Oplossingen - Hints en tips voor het oplossen van
problemen, veelgestelde vragen, documentatie,
stuurprogramma's downloaden en upgrades voor het
product
Upgrades - Informatie over upgrades van onderdelen als
geheugen, netwerkkaarten en optionele apparatuur
Klantenservice - Contactinformatie, servicetelefoon en
bestelstatus, garantie en informatie over reparaties
Supplies voor mijn printer
Accessoires voor mijn printer
Tonercartridges en reserveonderdelen voor mijn printer
Dell Website voor ondersteuning - support.dell.com
OPMERKING: Selecteer uw regio of bedrijfssector om de
betreffende ondersteuningswebsite te bekijken.
Dell Website voor printersupplies - www.dell.com/supplies
U kunt uw printersupplies online, per telefoon of bij
bepaalde detailhandels aanschaffen.
Bezig met afdrukken van
Documenten afdrukkenOp enveloppen afdrukken
Afdrukken met behulp van de universeelladerAfdrukken op briefhoofdpapier
Een document op beide zijden afdrukken (Dubbelzijdig afdrukken)Poster afdrukken
Meerdere paginabeelden afdrukken op één velOp transparanten afdrukken
Boekjes afdrukkenAfdruktaak annuleren
Documenten afdrukken
1. Zet de computer en de printer aan en controleer of ze op elkaar zijn aangesloten.
2. Plaats het papier in de printer. Zie Papier plaatsen
3. Open het gewenste document en klik op Bestand® Afdrukken.
Het dialoogvenster Afdrukken wordt weergegeven.
4. Klik op Voorkeuren, Eigenschappen, Opties of Instellen (afhankelijk van het programma of besturingssysteem).
Het dialoogvenster Voorkeursinstellingen voor afdrukken wordt weergegeven.
5. Breng op de tabbladen Afdrukinstellingen en Geavanceerd de noodzakelijke wijzigingen voor uw document aan.
6. Klik na het aanpassen van de instellingen op OK.
Het dialoogvenster Voorkeursinstellingen voor afdrukken wordt gesloten
7. Klik op OK of Afdrukken.
voor meer informatie.
Afdrukken met behulp van de universeellader
In de universeellader aan de voorkant van de printer kunt u per keer tot wel 50 vellen afdrukmateriaal invoeren. Ga voor
meer informatie over het configureren van de universeellader naar De universeellader configureren
1. Open het gewenste document en klik op Bestand® Afdrukken.
2. Klik op Eigenschappen (of Opties, Printer of Instellingen, afhankelijk van de toepassing of het besturingssysteem).
Het dialoogvenster Voorkeursinstellingen voor afdrukken wordt weergegeven.
3. Klik op de tab Papier.
4. Selecteer U-lader in de vervolgkeuzelijst voor de papierlade.
OPMERKING: U-lader verschijnt in de papierbron als cassetteconfiguratie is geselecteerd.
5. Selecteer de juiste papiersoort.
6. Voer eventuele wijzigingen door in uw document.
7. Klik op OK.
8. Klik in het venster Afdrukken op OK om de afdruktaak naar de printer te sturen.
Een document op beide zijden afdrukken (Dubbelzijdig
afdrukken)
Afdrukken op beide zijden van het papier verlaagt de afdrukkosten.
U kunt kiezen op welke wijze de taak dubbelzijdig wordt afgedrukt: lange zijde of korte zijde.
Lange zijdeKorte zijde
Met Lange zijde vindt inbinding aan de lange zijde van de
pagina plaats (de linkerzijde bij de afdrukstand staand en de
bovenzijde bij de afdrukstand liggend).
1. Open het gewenste document en klik op Bestand® Afdrukken.
2. Klik op Eigenschappen (of Opties, Printer of Instellingen, afhankelijk van de toepassing of het besturingssysteem).
Het dialoogvenster Voorkeursinstellingen voor afdrukken wordt weergegeven.
3. Klik op de tab Page Layout (Pagina-indeling).
4. Selecteer, afhankelijk van uw afdrukfrequentie, 2-sided long edge (2-zijdig lange zijde) of 2-sided short edge (2zijdig korte zijde) onder 2-sided printing (2-zijdig afdrukken).
Met Korte zijde vindt inbinding aan de korte zijde van de
pagina plaats (de bovenzijde bij de afdrukstand staand en de
linkerzijde bij de afdrukstand liggend).
5. Klik op OK.
6. Klik op OK.
Meerdere paginabeelden afdrukken op één vel
De instelling Multipage Printing (N-up) (N/vel afdrukken [N per vel]) wordt gebruikt om meerdere paginabeelden af te
drukken op één vel papier. 2-up (2 per vel) betekent bijvoorbeeld dat twee paginabeelden op één vel worden afgedrukt.
De printer gebruikt de instellingen Multipage Order (N/vel-volgorde), Multipage View (N/vel-beeld) en Multipage Border
(N/vel-rand) om de volgorde en de afdrukstand van de paginabeelden te bepalen en om te bepalen of er een rand rond elk
paginabeeld moet worden afgedrukt.
1. Open het gewenste bestand en klik op Bestand ® Afdrukken.
2. Klik op Eigenschappen (of Opties, Printer of Instellingen, afhankelijk van de toepassing of het besturingssysteem).
Het dialoogvenster Voorkeursinstellingen voor afdrukken wordt weergegeven.
3. Geef in het gedeelte Multipage printing (N-up) (N/vel afdrukken [N per vel]) het aantal pagina's op dat u op een vel
wilt afdrukken door een nummer te typen of door de pijlen in de keuzelijst te gebruiken.
4. Klik op OK.
5. Klik in het venster Afdrukken op OK om de afdruktaak naar de printer te sturen.
Boekjes afdrukken
Met de instelling Booklet (Boekje) kunt u meerdere pagina's in de vorm van een boekje afdrukken zonder dat u het document
opnieuw hoeft op te maken om de pagina's in de juiste volgorde af te drukken. De pagina's worden zodanig afgedrukt dat het
uiteindelijke, gesorteerde document langs het midden van elke pagina kan worden gevouwen zodat een boekje ontstaat.
Als het document uit een groot aantal pagina's bestaat, bevat een boekje mogelijk te veel pagina's en kan het niet goed
worden gevouwen. Als u een vrij groot boekje afdrukt, kunt u de optie Sheets per Bundle (Vellen per bundel) gebruiken om
op te geven hoeveel fysieke pagina's u in één bundel wilt opnemen. De printer drukt het benodigde aantal bundels af en
vervolgens kunt u de bundels samenvoegen tot één boekje. Wanneer u in bundels afdrukt, wordt de buitenste rand van de
pagina's regelmatiger uitgelijnd.
U dient op te geven of u wilt afdrukken met opties voor dubbelzijdig afdrukken voordat u kunt opgeven of u wilt afdrukken
met de functie Booklet (Boekje). Wanneer u Print Using Booklet (Afdrukken via Boekje) kiest, worden de
besturingselementen voor de opties voor dubbelzijdig afdrukken inactief en wordt de laatst gebruikte instelling voor deze
opties gebruikt.
1. Open het gewenste bestand en klik op Bestand ® Afdrukken.
2. Klik op Eigenschappen (of Opties, Printer of Instellingen, afhankelijk van de toepassing of het besturingssysteem).
Het dialoogvenster Voorkeursinstellingen voor afdrukken wordt weergegeven.
3. Klik op More Page Layout Options (Meer pagina-indelingsopties).
4. Klik op Booklet (Boekje).
5. Klik tweemaal op OK.
6. Klik in het venster Afdrukken op OK om de afdruktaak naar de printer te sturen.
Op enveloppen afdrukken
1. Zet de computer en de printer aan en controleer of ze op elkaar zijn aangesloten.
2. Open het gewenste document en klik op Bestand® Afdrukken.
Het dialoogvenster Afdrukken wordt weergegeven.
3. Klik op Eigenschappen (of Opties, Printer of Instellingen, afhankelijk van de toepassing of het besturingssysteem).
Het dialoogvenster Voorkeursinstellingen voor afdrukken wordt weergegeven.
4. Klik op de tab Papier.
5. Selecteer Envelop in de vervolgkeuzelijst Papiersoort.
6. Voer eventuele wijzigingen door voor uw document.
7. Klik op OK.
8. Klik in het venster Afdrukken op OK om de afdruktaak naar de printer te sturen.
Afdrukken op briefhoofdpapier
1. Controleer of het briefhoofdpapier correct is geplaatst op basis van de papierbron die u gebruikt:
Lade 1 of 2 - Plaats het briefhoofdpapier met de afdrukzijde naar beneden. De bovenkant van het papier met
het logo moet zich aan de voorkant van de lade bevinden.
Universeellader - Plaats het briefhoofdpapier met de afdrukzijde naar boven, zodat de bovenzijde van het vel
als eerste in de printer wordt gevoerd.
2. Open het gewenste bestand en klik op Bestand ® Afdrukken.
3. Klik op Eigenschappen (of Opties, Printer of Instellingen, afhankelijk van de toepassing of het besturingssysteem).
Het dialoogvenster Voorkeursinstellingen voor afdrukken wordt weergegeven.
4. Klik op de tab Paper (Papier).
5. Selecteer Letterhead (Briefhoofdpapier) in de vervolgkeuzelijst Paper Type (Papiersoort).
6. Selecteer het juiste papierformaat en de lade.
7. Klik op OK.
8. Klik in het venster Afdrukken op OK om de afdruktaak naar de printer te sturen.
Poster afdrukken
Met de instelling Poster kunt u één afbeelding afdrukken over meerdere pagina's heen. Nadat u de pagina's hebt afgedrukt,
kunt u deze samenvoegen tot één grote afbeelding.
1. Open het gewenste bestand en klik op Bestand ® Afdrukken.
2. Klik op Eigenschappen (of Opties, Printer of Instellingen, afhankelijk van de toepassing of het besturingssysteem).
Het dialoogvenster Voorkeursinstellingen voor afdrukken wordt weergegeven.
3. Klik op More Page Layout Options (Meer pagina-indelingsopties).
4. Klik op Poster.
5. Selecteer het gewenste posterformaat door het aantal pagina's te kiezen dat u wilt gebruiken voor de poster.
6. Als u bijsnijdmarkeringen wilt afdrukken op de pagina, selecteert u Print crop marks (Bijsnijdmarkeringen afdrukken).
7. Selecteer de hoeveelheid overlapping voor elke pagina.
8. Klik twee keer op OK.
9. Klik in het venster Afdrukken op OK om de afdruktaak naar de printer te sturen.
Op transparanten afdrukken
1. Plaats de transparanten in de lade.
2. Open het gewenste document en klik op Bestand ® Afdrukken.
3. Klik op Eigenschappen (of Opties, Printer of Instellingen, afhankelijk van de toepassing of het besturingssysteem).
Het dialoogvenster Voorkeursinstellingen voor afdrukken wordt weergegeven.
4. Klik op de tab Papier.
5. Selecteer Transparant in de vervolgkeuzelijst Papiersoort.
6. Klik twee keer op OK.
7. Klik in het venster Afdrukken op OK om de afdruktaak naar de printer te sturen.
OPMERKING: Verwijder elk transparant dat uit de printer komt en laat het drogen voordat u het opstapelt om vlekken
te voorkomen. Transparanten hebben tot wel 15 minuten nodig om te drogen.
Afdruktaak annuleren
Via het bedieningspaneel van de printer
Druk tweemaal op de knop Annuleren om de huidige afdruktaak te stoppen.
Via de computer
1. Voor Windows Vista™ (standaard Start-menu):
a. Klik op ®Configuratiescherm.
b. Klik op Hardware en geluiden.
c. Klik op Printers.
®
Voor Windows
a. Klik op Start ® Configuratiescherm.
b. Dubbelklik op Printers en andere hardware.
c. Dubbelklik op Printers en faxapparaten.
Voor Windows XP (klassiek Start-menu): Klik op Start® Instellingen® Printers en faxapparaten.
Voor Windows Vista (klassiek Start-menu) en alle andere versies van Windows: klik op Start® Instellingen®
Printers.
2. Dubbelklik op de printer die u gebruikt voor de afdruktaak in kwestie.
Er wordt een lijst met afdruktaken weergegeven.
3. Klik met de rechtermuisknop op het document waarvan u de afdruktaak wilt stoppen en klik op Annuleren.
XP (standaard Start-menu):
Over de printer
Informatie over printeronderdelenInformatie over het bedieningspaneelDe juiste kabel kiezen
Informatie over printeronderdelen
OnderdeelBeschrijving
1 VooruitvoerSleuf waaruit het papier de printer verlaat.
2 Verlengstuk van de uitvoerladeOndersteuning voor het papier dat uit de printer komt.
3 Klep van universeelladerKlep om toegang te krijgen tot de universeellader.
4 Standaardlade (lade 1)De standaardpapierlade voor 250 vel papier.
5 Optionele lader voor 550 vel
(lade 2)
6 Klep om toegang te krijgen tot
geheugen
7 OntgrendelingsknopKnop waarmee u de voorklep van de printer kunt openen.
8 BedieningspaneelPaneel op de printer waarmee u afdruktaken kunt instellen.
Afzonderlijk verkrijgbare lade waarmee u de hoeveelheid wit papier die uw printer kan
bevatten, kunt verhogen.
Klep om toegang te krijgen tot het printergeheugen.
9UniverseelladerLade waarin u diverse soorten papier kunt laden, onder andere enveloppen.
10 Lade van
universeellader
11 UitbreidingsladeExtra ondersteuning voor andere afdrukmedia dan papier, bijvoorbeeld enveloppen, om te
12 BreedtegeleidersGeleiders voor de afdrukmedia die in de universeellader zijn geladen.
13 Breedtegeleidertab Verschuif de tab om de breedtegeleiders aan te passen.
OnderdeelBeschrijving
Ondersteuning voor het papier dat in de universeellader wordt geladen.
voorkomen dat deze media worden gebogen of gekreukeld.
14 Express service
code
15 Besteletiket
voor supplies
OnderdeelBeschrijving
16USB-poortHierop wordt de USB-kabel (los verkrijgbaar) aangesloten. Sluit het andere uiteinde van de USB-
17Netwerkpoort
(alleen
2330dn)
Een reeks cijfers die uw printer identificeren wanneer u support.dell.com gebruikt of contact opneemt
met de technische ondersteuning.
Geef de Express Service Code op om met de juiste afdeling te worden doorverbonden als u
contact opneemt met de technische ondersteuning.
OPMERKING: De Express Service Code is niet in alle landen beschikbaar.
Voor informatie over waar u tonercartridges of papier kunt krijgen, gaat u naar
www.dell.com/supplies
kabel aan op de computer. Hiermee sluit u de printer rechtstreeks aan op de computer.
Aansluiting voor de ethernetkabel (apart verkrijgbaar). Het andere uiteinde van de ethernetkabel
sluit u aan op de netwerkpoort. Hiermee sluit u de printer aan op het netwerk.
.
18Parallelle poortAansluiting voor de parallelle kabel (apart verkrijgbaar). Het andere uiteinde van de parallelle kabel
sluit u aan op de computer. Hiermee sluit u de printer rechtstreeks aan op de computer.
19AansluitingHiermee wordt de printer met het bijgeleverde, landspecifieke netsnoer aangesloten op het
voor het
netsnoer
stopcontact.
(0)20 Aan-
uitschakelaar
21Vergrendeling
van apparaat
22AchteruitvoerDe klep waarlangs afdruktaken plat uit de printer kunnen komen, zoals taken die op transparanten
Schakelaar waarmee u de printer aan of uit zet.
Beveiligingsvergrendeling waarmee u de printer fysiek kunt vergrendelen.
of karton zijn geprint.
Informatie over het bedieningspaneel
Het bedieningspaneel bestaat uit:
Stroomindicatielampje
LCD-display met twee regels
Zes knoppen
OnderdeelPictogram Naar
1 DisplayHierop worden het aantal af te drukken exemplaren en eventuele foutcodes
weergegeven.
2 Knop Pijl naar links
3 Knop Terug
4 Knop Menu
5 Knop
Stoppen/Annuleren
6 Knop Pijl naar
rechts
Hiermee bladert u door menu's, submenu's of instellingen in het scherm.
Hiermee gaat u naar de vorige of volgende optie. Met elke druk op de knop gaat u naar
het volgende of vorige item in de lijst of selecteert u een andere instelling voor een
menu-item.
Hiermee kunt u terug naar het vorige scherm.
Hiermee opent u het menu. Als u op de knop Menu drukt terwijl een menu is geopend,
gaat u naar het menuscherm op het hoogste niveau terug.
OPMERKING:
De menu's zijn alleen beschikbaar als de printer in de stand Gereed staat.
Hiermee annuleert u een actieve afdruktaak.
Hiermee sluit u een menu of submenu en gaat u terug naar het standaardscherm.
Hiermee bladert u door menu's, submenu's of instellingen in het scherm.
Hiermee gaat u naar de vorige of volgende optie. Met elke druk op de knop gaat u naar
het volgende of vorige item in de lijst of selecteert u een andere instelling voor een
menu-item.
7 Knop SelecterenHiermee selecteert u een item in een menu of submenu dat in het scherm wordt
weergegeven.
Hiermee verzendt u een gekozen waarde of instelling voor de printer.
8 Indicatielampje
Dit lampje geeft de status van de printer aan:
Groen: de printer is bezig met opwarmen, met het verwerken van gegevens of met
afdrukken.
Geel: er is een handeling van de gebruiker nodig.
De juiste kabel kiezen
De aansluitkabel van uw printer moet aan de volgende vereisten voldoen:
LET OP: Lees eerst de veiligheidsinstructies in de Gebruikershandleiding en volg deze op voordat u een van
de procedures uitvoert die in dit gedeelte worden beschreven.
Dell™-tonercartridges zijn alleen verkrijgbaar via Dell. U kunt extra toner online bestellen op www.dell.com/supplies.
LET OP: wij adviseren u tonercartridges van Dell te gebruiken in uw printer. Herstel van problemen die zijn
veroorzaakt door het gebruik van supplies of onderdelen die niet door Dell zijn geleverd, valt niet onder de
garantie van Dell.
Supplies bestellen
Printer aangesloten op een netwerk
1. Typ het IP-adres van de printer in uw webbrowser om het Dell Configuration Web Tool te starten.
2. Klik op www.dell.com/supplies
.
Printer lokaal aangesloten op een computer
1. In Windows Vista™ (standaard Start-menu):
a. Klik op ®Programma's.
b. Klik op Dell Printers.
c. Klik op Dell laserprinter 2330d/2330dn.
®
In Windows
Klik op Start® Programma's of Alle programma's® Dell Printers® Dell laserprinter 2330d/2330dn.
2. Klik op Dell Printer Supplies Reorder Application (Toepassing voor het bijbestellen van printersupplies van Dell)
XP en 2000,
Het venster Order Toner Cartridges (Tonercartridges bestellen) wordt weergegeven.
3. Kies uw printermodel in de lijst.
4. Voer de servicecode van uw Dell printer in.
OPMERKING: Uw servicecode is te vinden aan de binnenzijde van de voorklep van de printer.
5. Klik op Visit Dell's cartridge ordering web site (Website van Dell bezoeken voor bestellen van cartridges).
Supplies bewaren
Afdrukmateriaal bewaren
Gebruik de volgende richtlijnen voor de juiste opslag van afdrukmateriaal. Hiermee voorkomt u problemen met de
papierdoorvoer en een onregelmatige afdrukkwaliteit.
U kunt afdrukmateriaal het beste bewaren in een omgeving met een temperatuur van rond de 21 °C en een relatieve
luchtvochtigheid van 40%.
Plaats dozen met afdrukmateriaal liever niet direct op de vloer, maar op pallets of op planken aan de muur.
Als u losse pakken afdrukmateriaal niet in de oorspronkelijke doos bewaart, legt u de pakken op een vlakke
ondergrond, zodat de randen niet omkrullen of kreuken.
Plaats niets boven op de pakken afdrukmateriaal.
Tonercartridge bewaren
Bewaar de tonercartridge in de originele verpakking zolang u de cartridge nog niet nog niet hoeft te gebruiken.
Bewaar de toner niet op de volgende plaatsen:
Een omgeving met een temperatuur die hoger is dan 40 °C.
Een omgeving met een sterk wisselende luchtvochtigheidsgraad en temperatuur.
In direct zonlicht.
Op stoffige plaatsen.
Gedurende langere tijd in een auto.
Een omgeving waar zich bijtende stoffen bevinden.
Een omgeving met zilte lucht.
Supplies vervangen
Belichtingstrommel vervangen
U kunt controleren of de belichtingstrommel bijna vol is door het configuratieblad met printerinstellingen af te drukken. Zo
kunt u nagaan of u nieuwe supplies dient te bestellen.
Om problemen met de afdrukkwaliteit en beschadiging van de printer te voorkomen, kunnen geen afdrukken meer worden
gemaakt met de printer wanneer de belichtingstrommel een maximum van 30.000 pagina's heeft bereikt. De printer
waarschuwt u automatisch voordat de belichtingstrommel dit aantal bereikt.
Wellicht blijft de printer goed functioneren nadat het einde van de levensduur van de belichtingstrommel officieel is bereikt,
maar de afdrukkwaliteit neemt aanzienlijk af en uiteindelijk werkt de belichtingstrommel niet meer als het maximum van
30.000 pagina's is bereikt.
KENNISGEVING: Wanneer u de belichtingstrommel vervangt, mag u deze niet langere tijd blootstellen aan
rechtstreeks licht. Langdurige blootstelling aan licht kan tot problemen met de afdrukkwaliteit leiden.
1. Zet de printer uit.
2. Open de voorklep door op de ontgrendelingsknop aan de rechterkant van de printer te drukken en de klep te laten
zakken.
3. Druk op de knop aan de onderkant van de belichtingstrommel en trek het tonercartridgemechanisme aan de handgreep
omhoog en uit de printer.
4. Plaats de tonercartridge-eenheid op een vlakke, schone ondergrond.
5. Til de onderzijde van de belichtingstrommel voorzichtig op en schuif deze uit de printer.
6. Haal de nieuwe belichtingstrommelkit uit de verpakking.
KENNISGEVING: Stel de nieuwe belichtingstrommelkit niet gedurende langere tijd bloot aan direct licht.
Langdurige blootstelling aan licht kan tot problemen met de afdrukkwaliteit leiden.
7. Plaats het tonercartridgemechanisme in de nieuwe belichtingstrommelkit door de witte rollen op de tonercartridge uit te
lijnen met de witte pijlen op de rails van de belichtingstrommelkit en de tonercartridge zo ver mogelijk naar binnen te
schuiven. De cartridge klikt vast wanneer deze correct is geïnstalleerd.
8. Installeer de belichtingstrommelkit met het tonercartridgemechanisme door de blauwe pijlen van de
belichtingstrommelkit uit te lijnen met de blauwe pijlen in de printer, en de belichtingstrommel zover mogelijk in de
printer te drukken. De belichtingstrommelkit klikt vast wanneer deze correct is geïnstalleerd.
9. Nadat u de belichtingstrommel hebt vervangen, moet u de teller voor de belichtingstrommel op nul zetten. Raadpleeg
de instructies die bij de nieuwe belichtingstrommelkit zijn geleverd voor informatie over het resetten van de teller.
KENNISGEVING: Als u de teller van de belichtingstrommel op nul zet zonder de belichtingstrommel te
vervangen, kan de printer beschadigd raken en uw garantie komen te vervallen.
10. Sluit de klep.
Tonercartridge vervangen
U kunt bij benadering vaststellen hoeveel toner er nog in de cartridge zit door het configuratieblad met printerinstellingen af
te drukken. Zo kunt u nagaan of u nieuwe supplies dient te bestellen.
Wanneer het bericht Toner bijna op wordt weergegeven of wanneer de afdrukken vaag zijn, verwijdert u de tonercartridge.
Schud de cartridge een aantal malen flink heen en weer, van voor naar achter en van links naar rechts, om de toner opnieuw
te verdelen. Plaats de cartridge vervolgens terug en ga verder met afdrukken. Herhaal deze procedure enkele keren om te
zien of de afdrukken vaag blijven. Vervang in dat geval de tonercartridge.
OPMERKING: U kunt nog een korte tijd afdrukken nadat het bericht Toner bijna op is weergegeven, maar de
afdrukkwaliteit neemt af naarmate het tonerniveau afneemt.
KENNISGEVING: Stel de tonercartridge tijdens de vervanging niet gedurende langere tijd bloot aan direct licht.
Langdurige blootstelling aan licht kan tot problemen met de afdrukkwaliteit leiden.
1. Zet de printer uit.
2. Open de voorklep door op de knop aan de rechterkant van de printer te drukken en de klep te laten zakken.
3. Druk op de knop aan de onderzijde van de belichtingstrommel, en trek het tonercartridgemechanisme met de hendel
omhoog en eruit.
4. Pak het nieuwe tonercartridgemechanisme uit.
KENNISGEVING: Stel het tonercartridgemechanisme tijdens de vervanging niet gedurende langere tijd bloot aan
direct licht. Langdurige blootstelling aan licht kan tot problemen met de afdrukkwaliteit leiden.
5. Draai de cartridge in alle richtingen om de toner te verdelen.
6. Zorg dat de witte rolletjes op het nieuwe tonercartridgemechanisme op één lijn zijn met de pijlen op de geleiders van
de belichtingstrommelkit en druk de tonercartridge zo ver mogelijk in de printer. De cartridge klikt vast wanneer deze
correct is geïnstalleerd.
7. Sluit de klep.
De printer reinigen
Lens van printerkop reinigen
LET OP: Het gebruik van besturingen, het aanbrengen van wijzigingen of het uitvoeren van procedures die
niet zijn beschreven in de gebruikersdocumentatie of in de instructies die door Dell zijn gegeven, kan
blootstelling aan gevaarlijke straling tot gevolg hebben.
1. Zet de printer uit en trek de stekker uit het stopcontact en koppel alle kabels los voordat u verdergaat.
2. Open de voorklep door op de knop aan de rechterkant van de printer te drukken en de klep te laten zakken.
3. Terwijl de tonercartridge nog is aangesloten, tilt u de onderkant van de belichtingstrommelkit op en trekt u deze
voorzichtig omhoog en uit de printer.
OPMERKING: Druk niet op de knop aan de onderkant van de belichtingstrommelkit.
Plaats de belichtingstrommelkit met het tonercartridgemechanisme op een vlak en schoon oppervlak.
KENNISGEVING: Stel de belichtingstrommel en tonercartridge niet gedurende langere tijd bloot aan direct licht.
Langdurige blootstelling aan licht kan tot problemen met de afdrukkwaliteit leiden.
4. Zoek de glazen lens van de printkop; deze bevindt zich in de uitgespaarde ruimte boven in de printer.
5. Veeg de lens van de printerkop voorzichtig af met een schone, droge en pluisvrije doek.
KENNISGEVING: Als u geen schone, droge en pluisvrije doek gebruikt, kan de lens van de printerkop
beschadigd raken.
6. Installeer de belichtingstrommelkit met de tonercartridge door de blauwe pijlen van de belichtingstrommelkit uit te
lijnen met de blauwe pijlen in de printer, en de belichtingstrommel zover mogelijk in de printer te drukken. De
belichtingstrommelkit klikt vast wanneer deze correct is geïnstalleerd.
7. Sluit de klep.
8. Zet de printer weer aan.
Buitenkant van de printer reinigen
1. Controleer of de printer is uitgeschakeld en dat de stekker van het netsnoer uit het stopcontact is getrokken.
LET OP: trek de stekker van het netsnoer uit het stopcontact en maak alle kabels los van de printer
voordat u doorgaat om elektrische schokken te voorkomen.
2. Verwijder het papier uit de papiersteun en de papieruitvoerlade.
3. Maak een schone, pluisvrije doek vochtig met water.
KENNISGEVING: Gebruik geen huishoudelijke schoonmaakmiddelen of afwasmiddelen. Deze kunnen het
oppervlak van de printer beschadigen.
4. Veeg alleen de buitenkant van de printer schoon. Verwijder hierbij eventuele inktresten die zijn achtergebleven op de
papieruitvoerlade.
KENNISGEVING: Als u een vochtige doek gebruikt om de binnenkant van de printer te reinigen, kan de printer
beschadigd raken. Schade aan de printer die is veroorzaakt door het niet volgen van de juiste aanwijzingen voor
het reinigen van de printer, valt niet onder de garantie.
5. Zorg ervoor dat de papiersteun en papieruitvoerlade droog zijn voordat u een nieuwe afdruktaak start.
OPMERKING: De items voor de standaardbron verschillen afhankelijk van
het type apparaat en de hulpstukken en/of supplies die op het apparaat zijn
geïnstalleerd. De instellingen voor Formaat en Soort worden geconfigureerd
voor elke Standaardbron die onder Ladeconfiguratie is vermeld.
Bepalen wanneer de printer papier voor de universeellader selecteert en de
werkwijze van de universeellader bepalen.
Cassette*: behandelt de universeellader op dezelfde wijze als elke andere
lade. Als voor een afdruktaak een formaat of soort wordt gevraagd dat
alleen in de universeellader aanwezig is, gebruikt de MFP afdrukmateriaal
uit de universeellader voor de taak.
Handmatig: behandelt de universeellader als een lade voor handmatige
invoer. Vul handm. invoer wordt weergegeven als één vel afdrukmateriaal
in de universeellader moet worden gelegd.
OPMERKING: Met de instelling Cassette configureert u de universeellader als
automatische papierbron.
Ander formaat Een opgegeven papierformaat vervangen als het gewenste papierformaat niet
beschikbaar is.
Uit
Statement/A5
Letter/A4
Alles in lijst*
Aangepaste
soorten
*Standaardfabrieksinstelling
De soort afdrukmateriaal opgeven voor elk van de beschikbare aangepaste
soorten in het menu Papiersoort.
Aangepast soort <x> (waarbij x voor 1–6 staat)
Kringlooppapier
form/soort (handm.)
Menu:Met de MFP kunt u:
Formaat lade <x>Het standaardformaat voor elke invoerlade bepalen.
Het relatieve gewicht bepalen van het afdrukmateriaal dat in een
specifieke invoerlade is geplaatst om te zorgen dat de toner goed aan de
afgedrukte pagina hecht.