11. Let op voor koelmiddellekken................................................... 19
12. Vereisten voor het opruimen.................................................... 20
LEES AANDACHTIG DEZE HANDLEIDING VOORALEER
DE UNIT OP TE STARTEN. GOOI DEZE HANDLEIDING
NIET WEG MAAR BEWAAR ZE IN UW ARCHIEF VOOR
LATERE RAADPLEGING.
EEN FOUTE INSTALLATIE OF BEVESTIGING VAN
APPARATUUR OF TOEBEHOREN KAN EEN ELEKTRISCHE SCHOK, KORTSLUITING, LEKKEN, BRAND
OF ANDERE SCHADE AAN DE APPARATUUR
VEROORZAKEN. LAAT DAAROM UITSLUITEND DAIKINTOEBEHOREN DIE SPECIAAL ONTWORPEN ZIJN
VOOR GEBRUIK MET DE UITRUSTING MONTEREN
DOOR EEN VAKMAN.
DE TOESTELLEN VAN DAIKIN ZIJN ONTWORPEN
VOOR COMFORTTOEPASSINGEN. VOOR GEBRUIK IN
ANDERE TOEPASSINGEN, GELIEVE CONTACT OP TE
NEMEN MET UW PLAATSELIJKE DAIKIN-DEALER.
RAADPLEEG BIJ TWIJFEL OVER DE INSTALLATIEPROCEDURES OF HET GEBRUIK ALTIJD UW
VERDELER VOOR ADVIES EN INFORMATIE.
DEZE AIRCONDITIONER VALT ONDER DE BEPALING
"TOESTELLEN DIE NIET TOEGANKELIJK ZIJN VOOR
IEDEREEN".
De Engelse tekst is de oorspronkelijke versie. Andere talen zijn
vertalingen van de oorspronkelijke instructies.
1. INFORMATIEBETREFFENDEDEVEILIGHEID
De hier vermelde voorzorgsmaatregelen zijn onderverdeeld in twee
klassen. Zij gaan allebei over heel belangrijke onderwerpen; volg ze
dus goed op.
WAARSCHUWING
Wanneer u deze waarschuwing niet in acht neemt, kan dit leiden tot
ernstige ongevallen.
VOORZICHTIG
Wanneer u deze waarschuwing niet in acht neemt, kan dit leiden tot
letsels of schade aan het toestel.
Waarschuwing
■
Vraag uw verdeler of bevoegd personeel de installatie uit te voeren
Installeer het toestel niet zelf.
Een slechte installatie kan waterlekken, elektrische schokken of
brand veroorzaken.
■Voer de installatiewerkzaamheden uit in overeenstemming met
deze montagehandleiding.
Een slechte installatie kan waterlekken, elektrische schokken of
brand veroorzaken.
■Gebruik bij de installatiewerkzaamheden alleen de vermelde
accessoires en onderdelen.
Wanneer u toch andere onderdelen zou gebruiken, kan dit
leiden tot waterlekken, elektrische schokken, of brand, of kan de
unit vallen.
■Wanneer u de bedrading van de voeding en de bedrading
tussen de binnen- en de buitenunit uitvoert, moet u de kabels
zodanig leiden dat het voorpaneel volledig kan gesloten worden.
Wanneer het voorpaneel niet is aangebracht, kunnen de
klemmen oververhitten, of kunnen elektrische schokken of brand
worden veroorzaakt.
■Als het koelgas tijdens de installatiewerkzaamheden lekt, moet u
de ruimte onmiddellijk ventileren.
Wanneer het koelgas aan vuur wordt blootgesteld, kunnen
giftige gassen vrijkomen.
■Controleer na het voltooien van de installatiewerkzaamheden
het systeem op koelgaslekken.
Wanneer het koelgas in de ruimte vrijkomt en in contact komt met
een kachel of een fornuis, kan een giftig gas worden geproduceerd.
■Zet de stroomschakelaar uit alvorens u de elektrische
klemonderdelen aanraakt.
■Het gebeurt maar al te vaak dat onderdelen die onder stroom
staan per ongeluk worden aangeraakt.
Laat de unit nooit alleen achter tijdens de installatie of service
wanneer het servicepaneel is verwijderd.
■Wanneer u eerder geïnstalleerde units op een andere plaats wilt
installeren, moet u na het afpompen eerst het koelmiddel
aftappen. Raadpleeg het hoofdstuk "Voorzorgsmaatregelen bij
het afpompen" op pagina 11.
Voorzichtig
■Installeer de afvoerleiding in overeenstemming met deze
montagehandleiding om voor een goede afvoer te zorgen, en
isoleer de leiding om condensvorming te voorkomen.
Een slechte afvoerleiding kan leiden tot waterlekken en natte
meubels.
■Installeer de binnen- en buitenunits, de stroomkabel en de
verbindingsdraad op minstens 1 meter van televisietoestellen of
radio's om beeldstoringen of ruis te voorkomen.
(Afhankelijk van de radiogolven volstaat een afstand van 1 meter
soms niet om ruis te voorkomen.)
■Spoel de buitenunit niet af. Dit kan kortsluiting of brand
veroorzaken.
■Voor het koelmiddel moeten strikte voorzorgsmaatregelen worden genomen om het systeem
schoon, droog en afgedicht te houden.
- Schoon en droog
Voorkom dat vreemd materiaal (zoals minerale olie
of vocht) in het systeem terechtkomt.
- Afgedicht
Raadpleeg daartoe aandachtig het hoofdstuk
"7.6. Voorzorgsmaatregelen bij het aanleggen van
de koelmiddelleidingen" op pagina 6 en volg
nauwgezet de procedures.
■Omdat R410A een gemengd koelmiddel is, moet
eventueel benodigd extra koelmiddel in vloeibare
vorm worden geladen. (Als het koelmiddel zich in een
toestand van gas bevindt, verandert de samenstelling
en zal het systeem niet naar behoren functioneren.)
■De aangesloten binnenunits moeten speciaal ontworpen zijn voor gebruik met R410A.
Raadpleeg daartoe aandachtig het hoofdstuk
"7. Koelmiddelleidingen" op pagina 4 en volg nauwgezet
de procedures.
Raadpleeg afbeelding 2.
1Montagehandleiding
2Bijbehorende leidingen
2.3. Opties
Voor deze buitenunit is de aftakleidingskit (optie) vereist wanneer een
tweeweg-, drieweg- of dubbel tweewegtoepassing wordt gebruikt.
Raadpleeg catalogi voor meer informatie.
2.4. Technische en elektrische specificaties
Raadpleeg het Engineering Data Book voor een volledige lijst van
specificaties.
3. HOOFDCOMPONENTEN
Raadpleeg het Engineering Data Book voor informatie over de
hoofdcomponenten en hun functies.
4. KEUZEVANDEMONTAGEPLAATS
Aangezien de ontwerpdruk 4,0 MPa of 40 bar bedraagt,
kunnen dikkere leidingen vereist zijn. Raadpleeg
"7.1. Keuze van het leidingmateriaal" op pagina 5.
2. INLEIDING
2.1. Combinatie
De binnenunits kunnen worden gemonteerd in het volgende productassortiment.
■Gebruik altijd geschikte binnenunits die compatibel zijn met
R410A.
Kijk in de productcatalogi welke modellen van binnenunits
compatibel zijn met R410A.
■Zie de montagehandleiding die werd geleverd bij de
binnenunit(s) voor installatie van de binnenunit(s).
2.2. Standaardtoebehoren
RZQ200RZQ250
Gasleiding (1)11
Gasleiding (2)11
Vloeistofleiding (1)11
Vloeistofleiding (2)11
Montagehandleiding11
Label bijvullen van extra koelmiddel11
Label gefluoreerde broeikasgassen11
Meertalig label gefluoreerde
broeikasgassen
11
Dit is een klasse A-product. In een residentiële omgeving kan dit
product radiostoringen veroorzaken, en dan moet de gebruiker de
gepaste maatregelen treffen.
Deze units, binnen- en buitenunit, zijn zowel geschikt voor
commerciële als kleinindustriële toepassingen. Bij
huishoudelijk gebruik kan er elektromagnetische interferentie voorkomen.
■Neem de gepaste maatregelen om te voorkomen dat
kleine dieren gaan nestelen in de buitenunit.
■Kleine dieren die in contact komen met elektrische
onderdelen kunnen storingen, rook of brand
veroorzaken. Gelieve de klant te zeggen de ruimte
rond de unit schoon te houden.
De inverter-units moeten worden gemonteerd op een plaats die
voldoet aan de volgende voorwaarden:
1De fundering is stevig genoeg om het gewicht van de unit te
dragen en de basis is vlak om trillingen en geluidsoverlast te
voorkomen. Anders kan de unit vallen en letsel veroorzaken.
2Er is voldoende vrije ruimte rond de unit voor het onderhoud en
de luchtinlaat en -uitlaat. (Zie afbeelding 1 en kies een van de
mogelijkheden).
Bij een montageplaats waar alleen aan de zijden A+B obstakels
voorkomen, heeft de hoogte van de muren geen invloed op
aangeduide afmetingen van onderhoudsruimte.
A B C DZijden langs de montageplaats met obstakels
Aanzuigzijde
3Neem de gepaste maatregelen om te voorkomen dat kleine
dieren gaan nestelen in de buitenunit.
Kleine dieren die in contact komen met elektrische onderdelen
kunnen storingen, rook of brand veroorzaken. Gelieve de klant
te zeggen de ruimte rond de unit schoon te houden.
4Er kan geen brand ontstaan als gevolg van lekkage van licht
ontvlambare gassen.
5Zorg ervoor dat het water niets kan beschadigen mocht dit uit de
unit druppelen (bijvoorbeeld in geval van een geblokkeerde
afvoerleiding).
6De leidinglengte tussen de buiten- en binnenunit moet binnen de
toegestane normen liggen.
7De uitgeblazen lucht noch het geluid voortgebracht door de unit
mogen storend werken op de omgeving.
Montagehandleiding
2
RZQ200+250C7Y1B
Split-systeem airconditioners
4PW34720-1G – 07.2010
8De luchtinlaat- en uitblaas van de unit mogen niet tegen de
windrichting in gemonteerd zijn. Frontale wind kan de werking
van de unit belemmeren. Breng indien nodig een windscherm
aan om de wind te blokkeren.
9Monteer de unit niet op plaatsen waar de lucht een hoog
zoutgehalte heeft, bijvoorbeeld aan zee.
10 Voorkom bij de montage dat kinderen op de unit kunnen
klauteren of er voorwerpen op kunnen zetten.
Als iets of iemand eraf valt, kan dit letsel veroorzaken.
11 De apparatuur is niet bedoeld voor gebruik in een omgeving met
ontploffingsgevaar.
■De in deze handleiding beschreven uitrusting kan
elektronische ruis veroorzaken afkomstig van
radiofrequentie-energie. De uitrusting voldoet aan
specificaties die een redelijke bescherming moeten
bieden tegen dergelijke interferentie. De garantie dat
in een specifieke installatie geen interferentie zal
optreden, kan echter niet worden gegeven.
Het is dan ook aan te raden de uitrusting en
elektrische draden op een gepaste afstand te
monteren van stereotoestellen, pc's enz. (Zie
afbeelding 3).
1Pc of radio
2Zekering
3Aardlekschakelaar
4Afstandsbediening
5Binnenunit
In veeleisende omstandigheden moet de afstand 3 m
of meer bedragen en moeten de voedings- en
transmissieleidingen in kabelbuizen liggen.
■In gebieden met zware sneeuwval dient u ervoor te
zorgen dat de sneeuw de werking van de unit niet kan
beïnvloeden.
■Het koelmiddel R410A is op zich niet toxisch, niet
ontvlambaar en veilig. Als het koelmiddel echter lekt
kan de concentratie de maximaal toegestane grens
overschrijden, al naargelang de grootte van de ruimte.
Daarom kan het nodig zijn om maatregelen te nemen
tegen lekkage.
■Monteer de uitrusting niet op de volgende plaatsen.
• Plaatsen met zuur- of alkalinedampen.
• Plaatsen waar mogelijk zwavelig zuur en andere
corrosieve gassen in de lucht kunnen aanwezig
zijn.
Corrosie aan de koperen leidingen of soldeerverbindingen kan leiden tot koelmiddellekken.
• Plaatsen met dampen van mineraalolie, oliespray
of dampen, zoals bijvoorbeeld in een keuken.
De kwaliteit van de plastic onderdelen kan
verminderen en ze kunnen uit het toestel vallen of
waterlekken veroorzaken.
• Plaatsen waar de lucht een hoog zoutgehalte bevat
zoals in de buurt van de kust.
• In de aanwezigheid van mogelijke lekken van
ontvlambare gassen, waar wordt gewerkt met
thinner, benzine en andere vluchtige ontvlambare
stoffen, of waar koolstofvezels of ontbrandbaar stof
in de lucht hangen.
Bij gaslekken kan zich rond de unit gas ophopen
en mogelijk een ontploffing veroorzaken.
• Plaatsen met toestellen die elektromagnetische
golven voortbrengen.
Elektromagnetische golven kunnen storingen in
het besturingssysteem teweegbrengen, zodat het
toestel niet normaal kan werken.
• Plaatsen waar de spanning sterk schommelt, zoals
in een fabriek.
• In voertuigen of schepen.
■Houd bij de montage rekening met sterke wind,
regenstormen of aardbevingen.
Wanneer de unit slecht gemonteerd is, kan ze
omvervallen.
Bij de levering moet de verpakking worden gecontroleerd. Eventuele
schadeclaims moeten onmiddellijk worden doorgegeven aan de
bevoegde expeditie-agent.
Bij het behandelen van de unit dient u de volgende punten in acht te
nemen:
1Breekbaar, hanteer de unit met de nodige voorzichtigheid.
Houd de unit in verticale positie om beschadiging van de
compressor te voorkomen.
2Beslis op voorhand waarlangs u de unit naar binnen zult
brengen.
3Breng de unit zo dicht mogelijk bij de plaats van montage in de
oorspronkelijke verpakking om beschadiging tijdens het vervoer
te voorkomen. (Zie afbeelding 4)
4Hef de unit bij voorkeur op met een hijskraan en 2 riemen van
ten minste 8 m lang. (Zie afbeelding 4)
Gebruik altijd beschermstukken om te voorkomen dat de riemen
de unit beschadigen. Houd ook rekening met het zwaartepunt
van de unit.
LET OP
Gebruik een draagband van ≤20 mm breed die
het gewicht van de unit goed kan dragen.
5Als u een vorkheftruck gebruikt,
transporteert u best eerst de unit met
de pallet, waarna u de armen van de
vorkheftruck door de grote rechthoekige openingen onderaan de unit
steekt.
5.1 Wanneer u de unit naar de definitieve plaats verplaatst met een
vorkheftruck, moet u de unit onder de pallet opheffen.
5.2 Zodra u op de definitieve plaats bent aangekomen, verwijdert u
de verpakking van de unit en steekt u de armen van de
vorkheftruck door de grote rechthoekige openingen onderaan de
unit.
LET OP
Doe een doek rond de armen van de vorkheftruck
om de unit niet te beschadigen. Als de verf op het
onderste frame afbladdert, is de unit vatbaarder
voor corrosie.
6. UITPAKKENENMONTERENVANDEUNIT
■Verwijder de vier schroeven die de unit bevestigen op de pallet.
■Zorg ervoor dat de unit waterpas staat op een voldoende stevige
ondergrond om trillingen en lawaai te voorkomen.
■Maak de unit vast met behulp van de vier ankerbouten van het
type M12.
■Zorg ervoor dat de ondergrond waarop de unit staat meer dan
765 mm is.
■De unit moet worden gemonteerd op een stevige, vlakke basis
(stalen frame of beton) zoals afgebeeld in afbeelding 5.
TypeAB
RZQ200+250930792
Montagehandleiding
4
■Ondersteun de unit met een fundering van 66 mm breed of
meer. (De steunpoot van de unit is 66 mm breed).
Gebruik geen standers om de hoeken te ondersteunen.
(Zie afbeelding 6)
XNiet toegelaten
OToegelaten
■Voorzie een waterafvoerkanaal rond de fundering om
overtollig water rond de unit af te voeren.
■Bij montage van de unit op een dak dient u eerst de
stevigheid van het dak en de afvoermogelijkheden te
controleren.
■Bij montage van de unit op een frame dient u het
waterbestendig paneel maximaal 150 mm onder de
unit te monteren om zodoende waterinsijpeling van
onder de unit te voorkomen.
■Wanneer u de unit in een
corrosieve omgeving installeert,
moet u een moer met een
harsen clipplaat (1) gebruiken
om het bevestigingsdeel met de
moer te beschermen tegen roest.
VOORZORGSMAATREGEL
Stop alle spleten in de uitvoeropeningen van leidingen en draden
dicht met behulp van afdichtingsmateriaal (lokale levering). (Kleine
dieren kunnen in de machine binnendringen.)
Voorbeeld: uitvoeropening van leidingen aan de voorkant.
(Zie afbeelding 10)
1Dicht de delen aangegeven met "" af.
(Wanneer de leiding uit het voorpaneel vertrekt).
2Leiding gaszijde
3Leiding vloeistofzijde
7. KOELMIDDELLEIDINGEN
Gebruik R410A voor het toevoegen van koelmiddel.
Het monteren van de leidingen moet gebeuren door een
erkend koeltechnicus, overeenkomstig de lokale en
nationale voorschriften.
VOORZORGSMAATREGELEN BIJ HET HARDSOLDEREN VAN KOELMIDDELLEIDINGEN
■Gebruik geen vloeimiddel bij het solderen van koper op
de koperen koelmiddelleiding. (Vooral voor de HFC
koelmiddelleiding) Gebruik daarom fosforkoper als
lasmetaal (BCuP) waarbij geen vloeimiddel wordt vereist.
Vloeimiddel heeft een uitermate schadelijke werking
op koelmiddelleidingen. Zo zal een chloorvloeimiddel
corrosie van de leidingen veroorzaken, of als het
fluoride bevat, zal het het smeermiddel in het
koelmiddel aantasten.
■Blaas stikstof in de leiding bij het solderen.
(Wanneer u soldeert zonder stikstof te vervangen of
zonder stikstof in de leiding te blazen, wordt een
aanzienlijke geoxideerde filmlaag op de binnenkant
van de leidingen afgezet, wat een nadelig effect heeft
op de kleppen en de compressors in het koelsysteem
en een normale werking in de weg staat.)
■Controleer na de montage of er geen koelmiddellekken zijn.
Als er door een lek koelmiddel in de kamer terechtkomt en in contact komt met vuur, kan er een giftig
gas ontstaan.
In het geval van een lek:
• verlucht de ruimte onmiddellijk.
• raak lekkend koelmiddel niet rechtstreeks aan.
Anders kunt u vrieswonden oplopen.
RZQ200+250C7Y1B
Split-systeem airconditioners
4PW34720-1G – 07.2010
1
Loading...
+ 18 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.