12.5 Informatievereisten voor ecologisch ontwerp ............................. 35
13 Verklarende woordenlijst35
Uitgebreide handleiding voor de installateur
2
RZA200+250D7Y1B
Sky Air Advance-series
4P573383-1 – 2019.04
Page 3
1 Algemene veiligheidsmaatregelen
1Algemene
veiligheidsmaatregelen
1.1Over de documentatie
▪ De documentatie is oorspronkelijk in het Engels geschreven. Alle
andere talen zijn vertalingen.
▪ Alle in dit document vermelde voorzorgen betreffen zeer
belangrijke punten en dienen dus steeds nauwgezet te worden
nageleefd.
▪ De installatie van het systeem en alle in de installatiehandleiding
en de uitgebreide handleiding voor de installateur beschreven
handelingen MOETEN door een erkende installateur worden
uitgevoerd.
1.1.1Betekenis van de waarschuwingen en
symbolen
GEVAAR
Duidt op een situatie die de dood of ernstige verwondingen
als gevolg heeft.
GEVAAR: GEVAAR VOOR ELEKTROCUTIE
Duidt op een situatie die elektrocutie kan veroorzaken.
GEVAAR: RISICO OM ZICH TE VERBRANDEN
Duidt op een situatie die brandwonden kan veroorzaken
als gevolg van extreem hoge of lage temperaturen.
GEVAAR: ONTPLOFFINGSGEVAAR
Duidt op een situatie die een ontploffing kan veroorzaken.
WAARSCHUWING
Duidt op een situatie die de dood of ernstige verwondingen
als gevolg zou kunnen hebben.
WAARSCHUWING: ONTVLAMBAAR MATERIAAL
VOORZICHTIG
Duidt op een situatie die kleine of matige verwondingen als
gevolg zou kunnen hebben.
OPMERKING
Duidt op een situatie die schade aan apparatuur of
eigendom zou kunnen berokkenen.
OPMERKING
Een foute installatie of bevestiging van apparatuur,
uitrustingen of accessoires kan elektrische schokken, een
kortsluiting, lekken, brand of schade aan de apparatuur of
uitrustingen als gevolg hebben. Gebruik enkel accessoires,
optionele apparatuur en uitrustingen en reserveonderdelen
die door Daikin gemaakt of goedgekeurd werden.
WAARSCHUWING
Zorg ervoor dat de materialen die voor de installatie en de
testen gebruikt worden, voldoen aan de geldende
wetgeving (bovenop de instructies beschreven in de
Daikin-documentatie).
VOORZICHTIG
Draag gepaste persoonlijke beschermingsuitrustingen
(beschermende handschoenen, veiligheidsbril, enz.)
wanneer u het systeem installeert of onderhoudt.
WAARSCHUWING
Scheur plastiekverpakkingen aan stukken en gooi deze
weg zodat niemand, kinderen in het bijzonder, ermee kan
spelen. Mogelijk risico: verstikking.
GEVAAR: RISICO OM ZICH TE VERBRANDEN
▪ Raak tijdens of net na bedrijf GEEN
koelmiddelleidingen, waterleidingen of interne
onderdelen aan. Deze kunnen te warm of te koud zijn.
Geef ze de tijd om terug op een normale temperatuur
te komen. Indien u deze toch moet aanraken, draag
dan beschermende handschoenen.
▪ Raak per ongeluk lekkend koelmiddel NIET aan.
WAARSCHUWING
Neem gepaste maatregelen om te beletten dat de unit door
kleine dieren als schuilplaats gebruikt kan worden. Kleine
dieren die in contact komen met elektrische onderdelen
kunnen storingen, rook of brand veroorzaken.
VOORZICHTIG
Raak de luchtinlaat of de aluminiumlamellen van de unit
NIET aan.
OPMERKING
▪ Plaats GEEN voorwerpen, apparatuur of uitrustingen
bovenop de unit.
▪ Zit, klim of sta NIET op de unit.
INFORMATIE
Duidt op nuttige tips of bijkomende informatie.
SymboolVerklaring
Lees de montagehandleiding, de
gebruiksaanwijzing en het instructievel voor de
bedrading alvorens te beginnen met de installatie.
Lees de servicehandleiding alvorens onderhoudsen servicewerkzaamheden uit te voeren.
Voor meer informatie, zie de uitgebreide
handleiding voor de installateur en de gebruiker.
1.2Voor de installateur
1.2.1Algemeenheden
Indien u twijfels heeft over de installatie of de bediening van de unit,
neem contact op met uw dealer.
RZA200+250D7Y1B
Sky Air Advance-series
4P573383-1 – 2019.04
OPMERKING
Werkzaamheden aan de buitenunit worden best gepland
bij droog weer om waterinsijpeling te voorkomen.
Volgens de relevante wetgeving kan het vereist zijn om bij het
product een logboek te voorzien met minstens: informatie over
onderhoud, reparaties, resultaten van tests, periodes van stand-by,
…
Voorzie ook minstens de volgende informatie op een toegankelijke
plaats bij het product:
▪ Instructies voor het stilleggen van het systeem in noodgevallen
▪ Naam en adres van brandweer, politie en ziekenhuis
▪ De naam, het adres en de telefoonnummers overdag en 's nachts
om onderhoud te bekomen
In Europa biedt EN378 de vereiste informatie voor dit logboek.
Uitgebreide handleiding voor de installateur
3
Page 4
1 Algemene veiligheidsmaatregelen
Contains fluorinated greenhouse gases
2
1
1
1
2
2
kg
tCO2eq
1000
GWP × kg
=
=
+
kg
=
kg
=
GWP: xxx
R32
1.2.2Plaats van installatie
▪ Voorzie voldoende ruimte rond de unit voor onderhoud en
luchtcirculatie.
▪ Controleer of de plaats waarop de unit moet komen, bestand is
tegen het gewicht en de trillingen van de unit.
▪ Zorg ervoor dat de zone goed geventileerd wordt. Blokkeer GEEN
ventilatieopeningen.
▪ Controleer of de unit horizontaal staat.
Installeer de unit NIET in een van de volgende plaatsen:
▪ In mogelijke explosieve omgevingen.
▪ In plaatsen met toestellen of machines die elektromagnetische
golven uitzenden. Elektromagnetische golven kunnen het
besturingssysteem storen, waardoor de apparatuur slecht kan
werken.
▪ In plaatsen met brandgevaar omwille van lekkende ontvlambare
gassen (zoals verdunners of benzine), koolstofvezels,
ontvlambaar stof.
▪ In plaatsen waar corroderend gas (zoals zwaveligzuurgas)
geproduceerd wordt. Corrosie aan de koperleidingen of
gesoldeerde onderdelen kan de oorzaak zijn dat koelmiddel gaat
lekken.
Instructies voor apparatuur met R32-koelmiddel
Indien van toepassing.
WAARSCHUWING
▪ Niet doorboren of verbranden.
▪ Gebruik GEEN andere schoonmaakmiddelen of
manieren om het ontdooien te versnellen dan die
aanbevolen door de fabrikant.
▪ Denk eraan dat R32-koelmiddel geurloos is.
WAARSCHUWING
Het toestel moet worden opgeslagen waar het geen
mechanische schade kan oplopen in een voldoende
geventileerde ruimte zonder ontstekingsbronnen die
voortdurend branden (bijvoorbeeld: open vuur, een
brandend gastoestel of een werkende elektrische
verwarming) met de hieronder beschreven afmetingen.
WAARSCHUWING
Als toestellen R32-koelmiddel bevatten, dan moet de
vloeroppervlakte van de ruimte waarin de toestellen
worden geïnstalleerd, gebruikt en opgeslagen groter zijn
dan de minimum vloeroppervlakte zoals bepaald in de
tabel onder A (m2). Dit geldt voor:
▪ Binnenunits zonder koelmiddelleksensor; in het geval
van binnenunits met koelmiddelleksensor, zie de
montagehandleiding
▪ Binnenshuis geïnstalleerde of opgeslagen buitenunits
(bijvoorbeeld: oranjerie, garage, machineruimte)
▪ Leidingen in ruimtes zonder ventilatie
Minimum vloeroppervlakte bepalen
1 Bepaal de totale koelmiddelvulling in het systeem
(= fabrieksvulling koelmiddel + extra bijgevulde
hoeveelheid koelmiddel).
2 Selecteer welke grafiek of tabel u wilt gebruiken.
▪ Voor binnenunits: Is de unit een plafond-, wand- of
vloermodel?
▪ Voor binnenshuis geïnstalleerde of opgeslagen buitenunits,
en lokale leidingen in ruimtes zonder ventilatie hangt dit af
van de installatiehoogte:
Bij een installatiehoogte
van…
Gebruik de grafiek of tabel
voor…
<1,8mVloerunits
1,8≤x<2,2mUnits voor muurmontage
≥2,2mUnits voor plafondmontage
3 Gebruik de grafiek of de tabel om de minimum vloeroppervlakte
te bepalen.
OPMERKING
▪ Gebruik reeds eerder gebruikte verbindingen NIET
opnieuw.
▪ Verbindingen die bij de installatie tussen onderdelen
van het koelmiddelsysteem worden gemaakt moeten
toegankelijk zijn voor onderhoudsdoeleinden.
WAARSCHUWING
De installatie, service, onderhoud en reparaties moeten
overeenstemmen met de instructies van Daikin en met de
geldende wetgeving (bijvoorbeeld de nationale
gasregelgeving) en mogen alleen door bevoegde personen
worden uitgevoerd.
Vereisten voor de installatieruimte
OPMERKING
▪ Bescherm leidingen tegen fysieke schade.
▪ Beperk de installatie van de leidingen tot een minimum.
Uitgebreide handleiding voor de installateur
4
RZA200+250D7Y1B
Sky Air Advance-series
4P573383-1 – 2019.04
Page 5
1 Algemene veiligheidsmaatregelen
0
10
20
30
40
50
60
70
80
90
100
110
120
130
140
150
160
170
180
190
200
210
220
230
240
250
260
270
280
290
300
310
320
330
340
350
360
370
380
390
400
410
420
430
440
450
460
470
480
490
500
510
520
530
540
550
1.822.2
2.4
2.6
2.833.2
3.4
3.6
3.844.2
4.4
4.6
4.855.2
5.4
5.6
5.866.2
6.4
6.6
6.877.2
7.4
7.6
7.8
1.8437.956
8.0
A
min
(m2)
Floor-standing unit
(c)
Wall-mounted unit
(b)
Ceiling-mounted unit
(a)
m (kg)
Ceiling-mounted
unit
(a)
4.613.4
4.6180
4.814.6
4.8196
5.015.8
5.0213
≤1.842—
5.217.1
≤1.842—
5.2230
1.8433.64
5.418.5
1.84328.9
5.4248
2.03.95
5.619.9
2.034.0
5.6267
2.24.34
5.821.3
2.241.2
5.8286
2.44.74
6.022.8
2.449.0
6.0306
2.65.13
6.224.3
2.657.5
6.2327
2.85.53
6.425.9
2.866.7
6.4349
3.05.92
6.627.6
3.076.6
6.6371
3.26.48
6.829.3
3.287.2
6.8394
3.47.32
7.031.0
3.498.4
7.0417
3.68.20
7.232.8
3.6110
7.2441
3.89.14
7.434.7
3.8123
7.4466
4.010.1
7.636.6
4.0136
7.6492
4.211.2
7.838.5
4.2150
7.8518
4.412.3
7.95640.1
4.4165
7.956539
m (kg)
A
min
(m2)
4.620.0
4.821.8
5.023.6
≤1.842—
5.225.6
1.8434.45
5.427.6
2.04.83
5.629.7
2.25.31
5.831.8
2.45.79
6.034.0
2.66.39
6.236.4
2.87.41
6.438.7
3.08.51
6.641.2
3.29.68
6.843.7
3.410.9
7.046.3
3.612.3
7.249.0
3.813.7
7.451.8
4.015.1
7.654.6
4.216.7
7.857.5
4.418.3
7.95659.9
Wall-mounted
unit
(b)
m (kg)
A
min
(m2)
Floor-standing
unit
(c)
m (kg)
A
min
(m2)
(c) Floor-standing unit (= Vloerunit)
1.2.3Koelmiddel
Indien van toepassing. Voor meer informatie, raadpleeg de
installatiehandleiding of de uitgebreide handleiding (voor de
installateur) van uw toepassing.
OPMERKING
Controleer of de installatie van de koelmiddelleidingen
voldoet aan de geldende wetgeving. In Europa geldt
EN378 als de van toepassing zijnde norm.
OPMERKING
Zorg ervoor dat de lokale leidingen en aansluitingen NIET
worden belast.
WAARSCHUWING
Zet, tijdens testen, het product NOOIT onder een druk
hoger dan de maximaal toegestane druk (vermeld op het
naamplaatje van de unit).
WAARSCHUWING
Neem voldoende maatregelen wanneer koelmiddel zou
lekken. Ventileer onmiddellijk de zone wanneer koelgas
lekt. Mogelijke risico's:
▪ Te hoge koelmiddelconcentraties in een gesloten
ruimte kunnen leiden tot een gebrek aan zuurstof.
▪ Als koelgas in contact komt met vuur, kan giftig gas
ontstaan.
RZA200+250D7Y1B
Sky Air Advance-series
4P573383-1 – 2019.04
m Totale hoeveelheid koelmiddel in het systeem
A
Minimum vloeroppervlakte
min
(a) Ceiling-mounted unit (= Units voor plafondmontage)
(b) Wall-mounted unit (= Units voor muurmontage)
GEVAAR: ONTPLOFFINGSGEVAAR
Afpompen – Koelmiddellekken. Als u het systeem wil
afpompen en er zit een lek in het koelmiddelcircuit:
▪ Gebruik NIET de automatische afpompfunctie van de
unit die al het koelmiddel uit het systeem naar de
buitenunit kan sturen. Mogelijk gevolg:
Zelfontbranding en explosie van de compressor door
lucht die in de draaiende compressor terechtkomt.
▪ Gebruik een afzonderlijk aftapsysteem zodat de
compressor van de unit NIET moet draaien.
WAARSCHUWING
Tap het koelmiddel ALTIJD af. Laat het NIET rechtstreeks
vrij in de omgeving. Gebruik een vacuümpomp om de
installatie leeg te pompen.
OPMERKING
Controleer of er geen gaslekken zijn als u alle leidingen
heeft aangesloten. Gebruik stikstof om een gaslektest uit
te voeren.
OPMERKING
▪ Vul NIET meer koelmiddel bij dan voorgeschreven om
te voorkomen dat de compressor defect geraakt.
▪ Wanneer het koelmiddelsysteem moet worden
geopend, MOET het koelmiddel worden behandeld
zoals voorgeschreven in de geldende wetgeving.
WAARSCHUWING
Zorg ervoor dat er geen zuurstof in het systeem zit.
Bovendien mag er pas koelmiddel worden bijgevuld nadat
er een lekkagetest en een vacuümdroogprocedure is
uitgevoerd.
▪ Zie het typeplaatje op de unit wanneer deze gevuld moet worden.
Daarop staan het type koelmiddel en de vereiste hoeveelheid.
Uitgebreide handleiding voor de installateur
5
Page 6
1 Algemene veiligheidsmaatregelen
▪ De unit werd in de fabriek met koelmiddel gevuld en sommige
systemen moeten, afhankelijk van de maat en lengte van de
leidingen, bijkomend met koelmiddel worden gevuld.
▪ Gebruik uitsluitend gereedschap dat enkel en alleen voor het soort
koelmiddel bedoeld is om de vereiste drukweerstand te kunnen
garanderen en om te beletten dat vreemde stoffen in het systeem
terechtkomen.
▪ Vul als volgt met vloeibaar koelmiddel:
AlsDan
Er is een sifonbuis
(d.w.z. er zou iets zoals “Met
vloeistofvulsifon” op de fles
moeten staan)
Er is GEEN sifonbuisVul bij met de ondersteboven
▪ Open koelmiddelflessen steeds traag.
▪ Vul bij met koelmiddel in vloeibare vorm. Het koelmiddel in
gasvormige fase toevoegen kan de normale werking verstoren.
VOORZICHTIG
Wanneer het bijvullen van koelmiddel is voltooid of
wanneer u even pauzeert, moet u de kraan van het
koelmiddelreservoir onmiddellijk dichtdraaien. Als de klep
NIET onmiddellijk wordt gesloten, kan er extra koelmiddel
worden bijgevuld door de resterende druk. Mogelijkgevolg: Onjuiste hoeveelheid koelmiddel.
Vul bij met rechtopstaande fles.
staande fles.
1.2.4Pekel
Indien van toepassing. Voor meer informatie, raadpleeg de
installatiehandleiding of de uitgebreide handleiding (voor de
installateur) van uw toepassing.
WAARSCHUWING
De gekozen pekel MOET voldoen aan de geldende
wetgeving.
WAARSCHUWING
Neem voldoende maatregelen voor het geval pekel zou
lekken. Indien pekel lekt, ventileer onmiddellijk de zone en
neem contact op met uw plaatselijke verdeler.
WAARSCHUWING
De omgevingstemperatuur in de unit kan veel hoger
oplopen dan die van de kamer, bv. 70°C. In geval van een
pekellek kunnen hete onderdelen in de unit een gevaarlijke
situatie creëren.
WAARSCHUWING
Het gebruik en de installatie van de toepassing MOETEN
voldoen aan de veiligheids- en milieumaatregelen
gespecificeerd in de relevante reglementering.
1.2.5Water
Indien van toepassing. Voor meer informatie, raadpleeg de
installatiehandleiding of de uitgebreide handleiding (voor de
installateur) van uw toepassing.
OPMERKING
Controleer of de kwaliteit van het water voldoet aan de EUrichtlijn 98/83EC.
1.2.6Elektrisch
GEVAAR: GEVAAR VOOR ELEKTROCUTIE
▪ Schakel alle elektrische voedingen UIT vooraleer u het
deksel van de schakelkast verwijdert, elektrische
bedrading aansluit of elektrische onderdelen aanraakt.
▪ Schakel de elektrische voeding langer dan 1minuut uit
en meet de spanning op de aansluitklemmen van de
condensatoren of elektrische onderdelen van de
hoofdkring vooraleer u een onderhoud uitvoert. De
spanning MOET onder de 50 V DC gevallen zijn
vooraleer u elektrische onderdelen mag aanraken.
Raadpleeg het bedradingsschema voor de plaats van
de aansluitklemmen.
▪ Raak elektrische onderdelen NIET aan met natte
handen.
▪ Laat de unit NIET onbewaakt achter wanneer het
servicedeksel verwijderd is.
WAARSCHUWING
In de vaste bedrading moet een hoofdschakelaar of een
ander middel om uit te schakelen worden voorzien als dit
nog NIET in de fabriek werd voorzien; deze schakelaar
MOET worden geïnstalleerd in de vaste bedrading en dient
het contact van alle polen volledig te verbreken en te
voldoen aan de vereisten van de overspanning-categorieIII-specificatie wanneer hij open staat.
WAARSCHUWING
▪ Gebruik ALLEEN koperdraden.
▪ Alle lokale bedrading moet voldoen aan de geldende
wetgeving.
▪ Alle lokale bedradingen MOETEN conform met het
product meegeleverd bedradingsschema worden
uitgevoerd.
▪ Knijp NOOIT gebundelde kabels samen en controleer
of ze NIET met leidingen of scherpe randen in contact
(kunnen) komen. Zorg dat er geen externe druk wordt
uitgeoefend op de klemaansluitingen.
▪ Vergeet niet aarddraden te leggen. Aard de unit NIET
via een nutsleiding, een piekspanningsbeveiliging of de
aarding van de telefoon. Een onvolledige aarding kan
een elektrische schok veroorzaken.
▪ Gebruik hiervoor een aparte voedingskring. Gebruik
NOOIT een elektrische voeding die met een ander
toestel gedeeld wordt.
▪ Installeer zeker de vereiste zekeringen of
stroomonderbrekers.
▪ Plaats zeker een aardlekschakelaar. Anders bestaat
het gevaar dat iemand een elektrische schok krijgt of
dat er brand ontstaat.
▪ Wanneer u de aardlekbeveiliging plaatst, controleer of
deze met de inverter compatibel is (bestand tegen
hoogfrequente elektrische ruis), zodat de
aardlekbeveiliging zich niet onnodig opent.
Uitgebreide handleiding voor de installateur
6
RZA200+250D7Y1B
Sky Air Advance-series
4P573383-1 – 2019.04
Page 7
2 Over de documentatie
VOORZICHTIG
Bij het aansluiten van de voedingskabel moet de aarding
vóór de stroomvoerende draden worden aangesloten. Bij
het losmaken van de voedingskabel moeten de
stroomvoerende draden vóór de aarding worden
losgemaakt. De lengte van de geleiders tussen de
trekontlasting van de voedingskabel en de klemmenstrook
moet zodanig zijn dat de stroomvoerende geleiders strak
zitten vóór de aardingsgeleider voor het geval dat de
voedingskabel wordt losgetrokken van de trekontlasting.
OPMERKING
Voorzorgsmaatregelen bij het leggen van
voedingsbedrading:
▪ Sluit GEEN bedrading van verschillende diktes aan op
de klemmenstrook voor de voeding (speling in de
voedingsbedrading kan abnormale hitte veroorzaken).
▪ Bij het aansluiten van bedrading met dezelfde dikte,
volgt u de aanwijzingen in de bovenstaande afbeelding.
▪ Gebruik de aangewezen voedingsdraad en sluit deze
stevig aan, borg ze vervolgens zodat er van buiten
geen druk op het klemmenbord kan worden
uitgeoefend.
▪ Gebruik een passende schroevendraaien voor het
vastdraaien van de schroeven van de klemmen. Met
een schroevendraaier met kleine kop beschadigt u de
schroefkop waardoor u de schroef niet goed meer vast
kunt draaien.
▪ Als u de schroeven van de klemmen te vast draait kunt
u ze breken.
WAARSCHUWING
▪ Controleer na het beëindigen van de elektriciteit of alle
elektrische onderdelen en aansluitklemmen in de
elektriciteitskast veilig zijn aangesloten.
▪ Controleer of alle deksels dicht zijn vooraleer de unit
aan te zetten.
OPMERKING
Alleen van toepassing als de elektrische voeding driefasig
is en de compressor een AAN/UIT-startmethode heeft.
Als een fase zich na een tijdelijke black-out kan omkeren
en de stroomtoevoer gaat aan en uit terwijl het systeem in
bedrijf is, installeer dan plaatselijk een beveiligingscircuit
tegen faseomkering. Door het systeem in omgekeerde
fase te laten draaien, kunnen de compressor en andere
onderdelen stuk gaan.
2Over de documentatie
2.1Over dit document
Bedoeld publiek
Erkende installateurs
Documentatieset
Dit document is een onderdeel van een documentatieset. De
volledige set omvat:
▪ Algemene voorzorgsmaatregelen met betrekking tot de
veiligheid:
▪ Veiligheidsinstructies te lezen vóór de installatie
▪ Formaat: Papier (in de doos van de buitenunit)
▪ Montagehandleiding buitenunit:
▪ Installatie-instructies
▪ Formaat: Papier (in de doos van de buitenunit)
▪ Uitgebreide handleiding voor de installateur:
▪ De installatie voorbereiden, referentiegegevens,…
▪ Formaat: Digitale bestanden op http://www.daikineurope.com/
support-and-manuals/product-information/
Laatste herzieningen van de meegeleverde documentatie kunnen op
de regionale Daikin-website of via uw dealer beschikbaar zijn.
De documentatie is oorspronkelijk in het Engels geschreven. Alle
andere talen zijn vertalingen.
Technische gegevens
▪ Een deel van de recentste technische gegevens is beschikbaar
op de regionale Daikin-website (publiek toegankelijk).
▪ De volledige recentste technische gegevens zijn beschikbaar op
het Daikin Business Portal (authenticatie vereist).
2.2Overzicht van de uitgebreide
handleiding voor de installateur
HoofdstukBeschrijving
Algemene
voorzorgsmaatregelen
met betrekking tot de
veiligheid
Over de documentatieVerkrijgbare documentatie voor de
Over de doosUnits uitpakken en accessoires
Over de units en opties▪ Units identificeren
VoorbereidingWat u moet doen en weten alvorens ter
InstallatieWat u moet doen en weten om het
InbedrijfstellingWat u moet doen en weten om het
Overhandiging aan de
gebruiker
Onderhoud en serviceOnderhoud en service van de units
Opsporen en verhelpen
van storingen
Als afval verwijderenSysteem opruimen
Technische gegevensSpecificaties van het systeem
Verklarende woordenlijst Definitie van termen
Veiligheidsinstructies te lezen vóór de
installatie
installateur
verwijderen
▪ Mogelijke combinaties van units en
opties
plaatse te gaan
systeem te installeren
systeem na de installatie in gebruik te
stellen
Wat aan de gebruiker te geven en uit te
leggen
Wat te doen ingeval van problemen
INFORMATIE
Dit apparaat is bedoeld voor gebruik door expert of
opgeleide gebruikers in winkels, lichte industrie en op
boerderijen, of voor commercieel gebruik door nietdeskundigen.
RZA200+250D7Y1B
Sky Air Advance-series
4P573383-1 – 2019.04
Uitgebreide handleiding voor de installateur
7
Page 8
3 Over de doos
21
1×
1
2
3
1×2×
b
1×
ac
1×
1×
d
ef
1×
1×1×1×1×1× 1×
g
hijkl
3Over de doos
3.1Overzicht: Over de doos
In dit hoofdstuk worden de stappen beschreven die u moet uitvoeren
nadat de doos met de buitenunit ter plaatse is geleverd.
Het bevat informatie over:
▪ Uitpakken en omgaan met de unit
▪ Accessoires van de unit verwijderen
Denk aan de volgende punten:
▪ De unit MOET bij de levering gecontroleerd worden op
beschadigingen. Elke vorm van beschadiging MOET onmiddellijk
aan de schadeverantwoordelijke van de transporteur gemeld
worden.
▪ Breng de verpakte unit zo dicht mogelijk bij de uiteindelijke
installatieplaats om beschadiging tijdens het transport te
voorkomen.
▪ Maak de weg waarlangs u de unit naar binnen zult brengen op
voorhand klaar.
3.2Buitenunit
3.2.1De buitenunit uitpakken
OPMERKING
De doek in het linker handvat beschermt uw hand tegen de
aluminium lamellen van de unit.
Verwijder de doek ALLEEN wanneer de unit volledig
gemonteerd is:
3.2.3Om de toebehoren van de buitenunit uit te
nemen
3.2.2De buitenunit hanteren
VOORZICHTIG
Raak de luchtinlaat of de aluminium vinnen van de unit
NIET aan, dit om letsels te voorkomen.
Draag de unit traag zoals op de afbeelding getoond:
a Algemene voorzorgsmaatregelen met betrekking tot de
veiligheid
b Montagehandleiding buitenunit
c Kabelbinder
d Label gefluoreerde broeikasgassen
e Label hoeveelheid extra koelmiddel
f Addendum (LOT21)
g Vloeistofleiding — lang
h Vloeistofleiding — kort
i Vloeistofleiding — bocht
j Gasleiding — kort
k Gasleiding — lang
l Gasleiding — bocht
3.3Transportbeveiliging verwijderen
OPMERKING
Als de unit wordt gebruikt zonder eerst de
transportbeveiliging te verwijderen, kunnen er abnormale
trillingen of geluiden worden geproduceerd.
De transportbeveiliging beschermt de unit bij het transport. Zij moet
worden verwijderd bij de installatie.
Voorwaarde: Open het servicedeksel. Zie "6.2.2 De buitenunit
openen"[414].
Uitgebreide handleiding voor de installateur
8
RZA200+250D7Y1B
Sky Air Advance-series
4P573383-1 – 2019.04
Page 9
(10 N·m)
a
c
b
4
1
2
3
a Moer
b Transportbeveiliging
c Afstandshouder
1 Verwijder de moer (a) van de montagebout van de compressor.
2 Verwijder de transportbeveiliging (b) en gooi ze weg.
3 Verwijder de afstandshouder (c) en gooi hem weg.
4 Breng de moer (a) van de montagebout van de compressor
weer aan en draai hem vast met een aanhaalkoppel van
10N•m.
4Over de units en opties
4.1Overzicht: Over de units en opties
Dit hoofdstuk bevat informatie over:
▪ De buitenunit identificeren
▪ De buitenunit combineren met opties
4.2Identificatie
4 Over de units en opties
4.3Units en opties combineren
4.3.1Mogelijke opties voor de buitenunit
Koelmiddelaftakset
Wanneer meerdere binnenunits op de buitenunit worden
aangesloten, zijn één of meerdere koelmiddelaftaksets vereist. De
combinatie van buiten- en binnenunit bepaalt het type en het aantal
van de koelmiddelaftaksets.
Installeer de unit NIET op een plaats die vaak als werkplaats wordt
gebruikt. Wanneer bouwwerken (bijv. slijpwerk) worden uitgevoerd
waarbij veel stof wordt geproduceerd, MOET de unit worden
afgedekt.
Kies een installatieplaats met voldoende ruimte om de unit in en uit
de site te kunnen dragen.
WAARSCHUWING
Het toestel wordt opgeslagen in een ruimte zonder
ontstekingsbronnen die voortdurend branden (bijvoorbeeld:
open vuur, een draaiend gastoestel of een draaiende
elektrische verwarming).
RZA200+250D7Y1B
Sky Air Advance-series
4P573383-1 – 2019.04
Uitgebreide handleiding voor de installateur
9
Page 10
5 Voorbereiding
b
a
c
df e
(mm)
≥
1500
≥
1500
≥
1000≥1000
≥
1000≥1000
b
c
a
a
b
c
d
c
d
5.2.1Vereisten inzake de plaats waar de
buitenunit geïnstalleerd wordt
INFORMATIE
Lees ook de volgende vereisten:
▪ Algemene vereisten voor de installatieplaats. Zie het
hoofdstuk "Algemene voorzorgsmaatregelen met
betrekking tot de veiligheid".
▪ Vereisten voor de serviceruimte. Zie het hoofdstuk
Toestel niet toegankelijk voor iedereen; installeer het op
een beveiligde plaats die niet voor iedereen toegankelijk is.
Deze units, binnen- en buitenunit, zijn zowel geschikt voor
commerciële als kleinindustriële toepassingen.
OPMERKING
De in deze handleiding beschreven apparatuur kan
elektronische ruis veroorzaken afkomstig van
radiofrequentie-energie. De apparatuur voldoet aan
specificaties die een redelijke bescherming moeten bieden
tegen dergelijke interferentie. De garantie dat in een
specifieke installatie geen interferentie zal optreden, kan
echter niet worden gegeven.
Het is dan ook aan te raden de apparatuur en elektrische
draden op een gepaste afstand van stereotoestellen, pc's,
enz. te installeren.
INFORMATIE
Het geluidsdrukniveau is lager dan 70dBA.
▪ Plaatsen met nevels van mineraalolie, oliespray of dampen in de
lucht. Plastic onderdelen kunnen worden aangetast en van het
toestel vallen of waterlekken veroorzaken.
Het is NIET aangewezen de unit op de volgende plaatsen te
installeren, omdat deze plaatsen de levensduur van de unit kunnen
verkorten:
▪ Waar de spanning veel schommelt
▪ In voertuigen of schepen
▪ In de aanwezigheid van zuur- of alkalinedampen
Installatie aan de kust. Zorg ervoor dat de buitenunit NIET
rechtstreeks aan zeewind wordt blootgesteld. Dit om corrosie door
het hoge zoutgehalte van de lucht te voorkomen (kan de levensduur
van de unit verkorten).
Installeer de buitenunit uit rechtstreekse zeewind.
Voorbeeld: Achter het gebouw.
Installeer een afscherming tegen de wind als de buitenunit aan
rechtstreekse zeewind wordt blootgesteld.
▪ Hoogte van afscherming tegen wind≥1,5×hoogte van buitenunit
▪ Let bij de installatie van de afscherming tegen de wind op de
vereisten inzake de serviceruimte.
a Aardlekbeveiliging
b Zekering
c Buitenunit
d Binnenunit
e Gebruikersinterface
f Pc of radio
▪ In plaatsen met een slechte ontvangst, moet de afstand 3 m of
meer bedragen om elektromagnetische storingen van andere
apparatuur te voorkomen en moeten de voedings- en
transmissieleidingen in kabelbuizen liggen.
▪ Kies een plaats waar de unit zoveel mogelijk uit de regen staat.
▪ Zorg ervoor dat ingeval van een waterlek, het water geen schade
kan veroorzaken aan de installatieruimte en de omgeving.
▪ Kies een plaats waar de warme/koude lucht uit de unit of het
lawaai ervan NIEMAND stoort.
▪ De lamellen van de warmtewisselaar zijn scherp en kunnen
iemand verwonden. Kies een installatieplaats waar er geen risico
is dat iemand zich kan verwonden (in het bijzonder in omgevingen
waar kinderen spelen).
Installeer de unit NIET in een van de volgende plaatsen:
▪ Geluidsgevoelige zones (zoals naast een slaapkamer), zodat het
geproduceerd geluid in bedrijf geen overlast veroorzaakt.
Opmerking: Als het geproduceerd geluid in reële omstandigheden
wordt gemeten, kan de gemeten waarde omwille van
omgevingsgeluiden en geluidsreflecties groter zijn dan het in de
specificaties onder Geluidspectrum vermeld geluidsdrukniveau.
Uitgebreide handleiding voor de installateur
10
a Zeewind
b Gebouw
c Buitenunit
d Afscherming tegen wind
Hevige wind (≥18km/u) die tegen de luchtuitlaat van de buitenunit
blaast, veroorzaakt kortsluiting (luchtaanzuiging of -uitblaas). Dit kan
de volgende gevolgen met zich meebrengen:
▪ een vermindering van de capaciteit in bedrijf;
▪ een snellere en meer regelmatige ijsvorming tijdens het
verwarmen;
▪ stilvallen door een te lage of een te hoge druk;
▪ een gebroken ventilator (als hevige wind constant tegen de
ventilator blaast, kan deze beginnen zeer snel te draaien en na
een tijdje breken).
Er wordt geadviseerd een stootplaat te monteren wanneer de
luchtuitlaat aan wind blootgesteld is.
Installeer bij voorkeur de buitenunit met de luchtinlaat naar de muur
gericht en NIET rechtstreeks aan wind blootgesteld.
RZA200+250D7Y1B
Sky Air Advance-series
4P573383-1 – 2019.04
Page 11
a
b
c
b
a Geleideplaat
a
b
c
c
d
H1
L1
H1
H2
L1
L2
L3
L2
L3
L4
H1
H2
L1
H1
H2
L1
L2
L3
L4
L5
L6
L7
t
Ø
b Belangrijkste windrichting
c Luchtuitlaat
5.2.2Bijkomende vereisten inzake de
installatieplaats van de buitenunit in
koude klimaten
Bescherm de buitenunit tegen directe sneeuwval en zorg ervoor dat
de buitenunit NOOIT ingesneeuwd raakt.
5 Voorbereiding
Afgetakte leidingen▪ Installeer de aftakleidingen horizontaal
(met een maximale helling van 15°) of
verticaal.
▪ Houd de afgetakte leidingen naar de
binnenunits zo kort mogelijk.
▪ Probeer de lengte van de afgetakte
leidingen naar de binnenunits gelijk te
houden.
OPMERKING
De leidingen en andere drukvoerende delen moeten
geschikt zijn voor koelmiddel. Gebruik met fosforzuur
gedeoxideerde, naadloze koperen leidingen voor
koelmiddel.
▪ Vreemde stoffen in de leidingen, waaronder oliën die tijdens de
fabricage worden gebruikt, mogen niet meer dan 30 mg/10 m
bedragen.
Definities: L1~L7, H1, H2
Paar
(a)
Tweevoudig
(a)
a Afdakje tegen de sneeuw
b Voetstuk (minimale hoogte=150mm)
c Belangrijkste windrichting
d Luchtuitlaat
Er kan zich sneeuw ophopen en bevriezen tussen de
warmtewisselaar en de behuizing van de unit. Hierdoor kan de unit
minder efficiënt werken. Zie "6.3.5 Afvoer voorzien" [4 15] voor
instructies om dit te voorkomen (na de montage van de unit).
5.3De koelmiddelleidingen
voorbereiden
5.3.1Vereisten voor de koelmiddelleidingen
INFORMATIE
Lees tevens de voorzorgsmaatregelen en vereisten in
hoofdstuk “Algemene veiligheidsmaatregelen”.
Let op de volgende punten wanneer meerdere binnenunits op de
buitenunit worden aangesloten:
KoelmiddelaftaksetEén of meerdere koelmiddelaftaksets zijn
Leiding naar omhoog
en naar omlaag
RZA200+250D7Y1B
Sky Air Advance-series
4P573383-1 – 2019.04
vereist. Zie "4.3.1Mogelijke opties voor de
buitenunit"[49].
Leidingen naar omhoog en naar omlaag zijn
alleen toegelaten bij de hoofdleiding (L1).
Drievoudig
(a) Ga ervan uit dat de langste lijn in de afbeelding
L1 Hoofdleiding
L2~L7 Afgetakte leiding
H1 Hoogteverschil tussen de hoogste binnenunit en de
H2 Hoogteverschil tussen de hoogste en de laagste binnenunit
(a)
overeenkomt met de langste leiding, en de hoogste unit in
de afbeelding met de hoogste unit.
buitenunit
Koelmiddelaftakset
Dubbel tweevoudig
(a)
Materiaal koelmiddelleidingen
▪ Materiaal leidingen: Met fosforzuur gedeoxideerd naadloos
(a) Nieuwe leidingen moeten dezelfde diameter hebben als
de aansluitingen op de buitenunits (d.w.z. standaard
diameters voor vloeistof- en gasleidingen).
(b) Wanneer u oude leidingen hergebruikt, mogen grotere
diameters worden gebruikt, maar in dat geval kan de
capaciteit afnemen, en gelden strengere vereisten inzake
de leidinglengte. Beoordeel deze beperkingen t.o.v. de
volledige installatie.
Lengte koelmiddelleiding en hoogteverschil
De leidinglengten en hoogteverschillen moeten voldoen aan de volgende vereisten:
VereisteLimiet
1 Minimale totale leidinglengte in één richtingPaar: Limiet≤L1
Als vergrote vloeistofleidingen worden gebruikt, moet de binnenunit
op een lagere plaats dan de buitenunit worden geïnstalleerd.
Uitgebreide handleiding voor de installateur
12
RZA200+250D7Y1B
Sky Air Advance-series
4P573383-1 – 2019.04
Page 13
5 Voorbereiding
WAARSCHUWING
▪ Al de bedrading MOET door een erkende elektricien
uitgevoerd worden en MOET voldoen aan de geldende
wetgeving.
▪ Maak elektrische verbindingen op de bevestigde
bedrading.
▪ Alle op de site geleverde componenten en alle
elektrische constructies MOETEN voldoen aan de
geldende wetgeving.
5.3.2De koelleidingen isoleren
▪ Neem polyethyleenschuim als isolatiemateriaal:
▪ met een warmteoverdrachtsfactor begrepen tussen 0,041 en
0,052W/mK (0,035 en 0,045kcal/mh°C)
▪ bestand tegen minstens 120°C
▪ Isolatiedikte
Omgevingstemperat
uur
≤30°C75% tot 80% RV15mm
>30°C≥80% RV20mm
VochtigheidMinimumdikte
5.4De elektrische bedrading
voorbereiden
5.4.1Over het voorbereiden van de elektrische
bedrading
INFORMATIE
Lees tevens de voorzorgsmaatregelen en vereisten in
hoofdstuk “Algemene veiligheidsmaatregelen”.
INFORMATIE
Lees tevens de "6.8.5Specificaties van de
standaardcomponenten van de bedrading"[425].
WAARSCHUWING
Gebruik ALTIJD een meeraderige kabel als
stroomtoevoerkabel.
WAARSCHUWING
▪ Als de voeding een ontbrekende of een verkeerde
nulfase heeft, Kan de apparatuur defect raken.
▪ Sluit correct op de aarde aan. Aard de unit NIET via
een nutsleiding, een piekspanningsbeveiliging of de
aarding van de telefoon. Een onvolledige aarding kan
elektrische schokken veroorzaken.
▪ Plaats de vereiste zekeringen of stroomonderbrekers.
▪ Bevestig de elektrische bedrading met kabelbinders,
zodat deze NIET in contact kan komen met scherpe
randen of buizen, vooral langs de hogedrukzijde.
▪ Gebruik GEEN draden met tape, geen gevlochten
geleiders, geen verlengkabels en geen aansluitingen
van een sterinstallatie. Deze kunnen zorgen voor
oververhitting of elektrische schokken of brand
veroorzaken.
▪ Installeer GEEN fasecompensatiecondensator, omdat
deze unit een inverter bevat. Een
fasecompensatiecondensator vermindert de prestaties
en kan ongevallen veroorzaken.
RZA200+250D7Y1B
Sky Air Advance-series
4P573383-1 – 2019.04
Uitgebreide handleiding voor de installateur
13
Page 14
6 Installatie
1
3
2
(4)
1×
(mm)
758
>150
(480-490)
485
4× M12
a
20
6Installatie
6.1Overzicht: Installatie
In dit hoofdstuk wordt beschreven wat u ter plaatse moet doen en
weten om het systeem te installeren.
Typische werkstroom
Een typische installatie bestaat uit de volgende stappen:
▪ De buitenunit monteren.
▪ De binnenunits monteren.
▪ De koelmiddelleiding aansluiten.
▪ De koelmiddelleiding controleren.
▪ Koelmiddel bijvullen.
▪ De elektrische bedrading aansluiten.
▪ De installatie van de buitenunit voltooien.
▪ De installatie van de binnenunit voltooien.
INFORMATIE
Voor de installatie van de binnenunit (binnenunit monteren,
koelmiddelleiding aansluiten op de binnenunit, elektrische
bedrading aansluiten op de binnenunit …), zie de
montagehandleiding van de binnenunit.
6.2De units openen
6.2.1Over het openen van de units
Soms moet u de unit openen. Voorbeeld:
▪ Bij het aansluiten van de koelmiddelleidingen
▪ Wanneer u de elektrische bedrading moet aansluiten
▪ Wanneer u onderhoudswerkzaamheden op de unit moet uitvoeren
6.3De buitenunit monteren
6.3.1Over de montage van de buitenunit
Typische werkstroom
Een typische montage van de buitenunit bestaat uit de volgende
stappen:
1De installatiestructuur voorzien.
2De buitenunit installeren.
3Afvoer voorzien.
4Ervoor zorgen dat de unit niet kan omvallen.
5De unit beschermen tegen sneeuw en wind door een afdak
tegen de sneeuw en geleideplaten. Zie "De installatieplaats
voorbereiden" in "5Voorbereiding"[49].
6.3.2Voorzorgsmaatregelen bij de montage
van de buitenunit
INFORMATIE
Lees ook de voorzorgsmaatregelen en vereisten in de
volgende hoofdstukken:
▪ Algemene voorzorgsmaatregelen met betrekking tot de
veiligheid
▪ Voorbereiding
6.3.3De installatiestructuur voorzien
Controleer de stevigheid en het vlak zijn van de grond waarop de
unit geïnstalleerd zal worden, zodat deze niet gaat trillen of lawaai
maken wanneer ze in bedrijf is.
Maak de unit stevig vast met ankerbouten zoals aangegeven op het
schema van de fundering.
Leg 4 sets met ankerbouten, moeren en vulringen klaar (lokaal te
voorzien):
GEVAAR: GEVAAR VOOR ELEKTROCUTIE
Laat de unit NIET onbewaakt achter wanneer het
servicedeksel verwijderd is.
6.2.2De buitenunit openen
GEVAAR: GEVAAR VOOR ELEKTROCUTIE
GEVAAR: RISICO OM ZICH TE VERBRANDEN
a Blokkeer de afvoeropeningen van de bodemplaat van de
unit niet.
INFORMATIE
De aanbevolen hoogte van het bovenste uitstekend deel
van de bouten bedraagt 20mm.
Uitgebreide handleiding voor de installateur
14
RZA200+250D7Y1B
Sky Air Advance-series
4P573383-1 – 2019.04
Page 15
6 Installatie
a
4× M12
≥150 mm
A
171171758
43
48
288
451
613
776
408
414
349
214
111
(480~490)
107
B
B
C
D
=
E
OPMERKING
Maak de buitenunit vast aan de funderingsbouten met
moeren met plastic vulringen (a). Als de coating op het
bevestigingsdeel weg is, kan het metaal gemakkelijk gaan
roesten.
6.3.4De buitenunit installeren
6.3.5Afvoer voorzien
▪ Controleer of het condenswater goed kan worden afgevoerd.
▪ Plaats de unit op een sokkel om een goede afvoer te hebben,
zodat ijs zich niet kan ophopen.
▪ Voorzie een waterafvoerkanaal rond de fundering om overtollig
water rond de unit af te voeren.
▪ Vermijd dat het afgevoerd water over het voetpad vloeit zodat het
voetpad NIET glad wordt bij vriestemperaturen.
▪ Indien u de unit op een frame installeert, plaats dan een
waterdichte plaat op maximum 150mm van de onderkant van de
unit om te verhinderen dat water in de unit kan binnendringen en
afgevoerd water zou druppelen (zie de volgende afbeelding).
INFORMATIE
Indien nodig kunt u een lekbak (lokaal te voorzien)
gebruiken om druppelend afvoerwater te voorkomen.
OPMERKING
Als de afvoeropeningen van de buitenunit geblokkeerd
worden door een installatiebasis of het oppervlak van de
vloer, moet u de unit hoger plaatsen zodat er een vrije
ruimte van meer dan 150mm onder de buitenunit ontstaat.
Afvoeropeningen (afmetingen in mm)
A Afvoerzijde
B Afstand tussen ankerpunten
C Onderste frame
D Afvoeropeningen
E Uitbreekopening voor sneeuw
Sneeuw
In koude streken kan er zich sneeuw ophopen en bevriezen tussen
de warmtewisselaar en de behuizing van de unit. Hierdoor kan de
unit minder efficiënt werken.
INFORMATIE
Bij installatie in een koud klimaat bevelen wij aan de
optionele bodemplaatverwarming (EKBPH250D7) te
installeren.
6.3.6Ervoor zorgen dat de buitenunit niet kan
omvallen
Voer de volgende stap uit als de unit wordt geïnstalleerd op een
plaats waar ze aan sterke winden is blootgesteld:
1 Maak 2 kabels klaar zoals getoond op de volgende afbeelding
(ter plaatse te voorzien).
2 Leg de 2kabels over de buitenunit.
3 Stop een stuk rubber tussen de kabels en de buitenunit zodat
de kabels de verf niet kunnen beschadigen (lokaal te voorzien).
4 Maak de uiteinden van de kabels vast en draai ze vast.
RZA200+250D7Y1B
Sky Air Advance-series
4P573383-1 – 2019.04
OPMERKING
Als de unit NIET volledig waterpas kan worden
geïnstalleerd, moet ze altijd aflopen naar de achterkant
van de unit. Dit om verzekerd te zijn van een goede afvoer.
Uitgebreide handleiding voor de installateur
15
Page 16
6 Installatie
A
±
3
0
°
a
b
c
abcde
f
f
6.4De koelmiddelleiding aansluiten
6.4.1Over het aansluiten van de
koelmiddelleidingen
Alvorens de koelmiddelleidingen aan te sluiten
Controleer of de buitenunit en binnenunit gemonteerd zijn.
Typische werkstroom
De koelmiddelleiding aansluiten betekent:
▪ De koelmiddelleiding op de buitenunit aansluiten
▪ Koelmiddelleiding aansluiten op de binnenunits (zie de
montagehandleiding van de binnenunits)
▪ Koelmiddelaftaksets aansluiten
▪ Houd rekening met de richtlijnen voor:
▪ Buigen van leidingen
▪ Soldeersel
▪ Gebruik van de afsluiters
▪ Verwijderen van dichtgeknepen leidingen
6.4.2Voorzorgsmaatregelen bij het aansluiten
van koelmiddelleidingen
INFORMATIE
Lees ook de voorzorgsmaatregelen en vereisten in de
volgende hoofdstukken:
▪ Algemene voorzorgsmaatregelen met betrekking tot de
veiligheid
▪ Voorbereiding
INFORMATIE
Open de afsluiter van het koelmiddel NIET vooraleer de
koelmiddelleiding gecontroleerd te hebben. Wanneer u
koelmiddel moet bijvullen, wordt geadviseerd de afsluiter
van het koelmiddel te openen vooraleer bij te vullen.
6.4.3Richtlijnen voor het buigen van leidingen
Gebruik een buisbuiger om bochten te maken. Alle buisbochten
moeten zo zacht mogelijk zijn (de bochtstraal moet 30~40 mm
bedragen of meer zelfs).
6.4.4Koelmiddelaftakset aansluiten
Raadpleeg de bij de set geleverde montagehandleiding voor de
installatie van de koelmiddelaftakset.
▪ Monteer de refnet-verbinding zodat ze horizontaal (zie aanzicht A)
of verticaal aftakt.
a Horizontaal oppervlak
b Refnet-verbinding verticaal gemonteerd
c Refnet-verbinding horizontaal gemonteerd
GEVAAR: RISICO OM ZICH TE VERBRANDEN
VOORZICHTIG
Installeer NOOIT een droger op deze unit om zijn
levensduur te kunnen garanderen. Het droogmateriaal kan
oplossen en het systeem beschadigen.
OPMERKING
Houd rekening met de volgende voorzorgen met
betrekking tot de koelmiddelleiding:
▪ Zorg ervoor dat nooit ander koelmiddel dan het
aangewezen koelmiddel in de koelmiddelcyclus
vermengd wordt (bijv. lucht).
▪ Gebruik uitsluitend R32 wanneer u koelmiddel moet
bijvullen.
▪ Gebruik uitsluitend installatiegereedschap (bijv.
manometers voor het verdeelstuk) dat enkel en alleen
voor R32-installaties bedoeld is, zodat het de druk kan
weerstaan en er geen vreemde stoffen (zoals minerale
oliën en vocht) in het systeem kunnen terechtkomen.
▪ Bescherm de leiding zoals beschreven in de volgende
tabel om te vermijden dat vuil, vloeistof of stof in de
leiding terecht zou komen.
▪ Wees voorzichtig wanneer u koperbuizen doorheen
muren steekt.
ToestelInstallatieperiodeBeschermingsmeth
Buitenunit>1maandDe leiding
<1maandDe leiding
BinnenunitOngeacht de periode
Uitgebreide handleiding voor de installateur
16
dichtknijpen
dichtknijpen of met
kleefband afdichten
ode
6.4.5Het uiteinde van een buis solderen
▪ Tijdens het solderen, blaas stikstof erdoorheen om te beletten dat
er zich een grote geoxideerde film zouden vormen langs de
binnenzijde van de buizen. Deze film heeft een negatief effect op
de kleppen en compressoren in het koelsysteem en zorgt dat de
installatie slecht gaat werken.
▪ Stel met de drukregelaar de stikstofdruk in op 20 kPa (0,2bar)
(juist genoeg opdat dit op de huid voelbaar is).
a Koelmiddelleiding
b Te solderen deel
c Kleefband
d Handmatige klep
e Drukregelaar
f Stikstof
▪ Gebruik GEEN antioxidanten om de buizen samen te solderen.
Door resten kunnen leidingen verstopt raken en kan uitrusting stuk
gaan.
▪ Gebruik GEEN vloeimiddel wanneer u koelmiddelleidingen koper
op koper soldeert. Gebruik fosfor-kopersoldeervulstof (BCuP),
zodat er geen vloeimiddel nodig is.
Vloeimiddel heeft een zeer schadelijke invloed op
koelmiddelleidingsystemen. Als u bijvoorbeeld vloeimiddel op
chloorbasis gebruikt, dan gaan leidingen corroderen. En als het
vloeimiddel fluor bevat, dan zal dat de koelmiddelolie aantasten.
▪ Bescherm omliggende oppervlakken (bijv. isolatieschuim) tijdens
het solderen altijd tegen de hitte.
RZA200+250D7Y1B
Sky Air Advance-series
4P573383-1 – 2019.04
Page 17
6 Installatie
c
d
a
b
ab
c
d
e
a
a
b
b
6.4.6Gebruik van de afsluiter en servicepoort
Omgaan met de afsluiter
Houd rekening met de volgende richtlijnen:
▪ Houd alle afsluiters open tijdens de werking.
▪ De gas- en vloeistofafsluiter zijn in de fabriek gesloten.
▪ In de afbeeldingen hierna ziet u de naam van elk onderdeel dat
Gas of olie die nog overblijft in de afsluiter kan de
dichtgeknepen leiding wegblazen.
Het niet goed naleven van de instructies in de
onderstaande procedure kan leiden tot schade aan
voorwerpen of persoonlijk letsel (afhankelijk van de
omstandigheden kan dit ernstig zijn).
Verwijder de dichtgeknepen leiding met de volgende procedure:
1 Zorg ervoor dat de afsluiters volledig gesloten zijn.
a Servicepoort
b Stofdeksel
c Zeskantgat
d As
e Afdichting
▪ Oefen GEEN overmatige kracht uit op de afsluiter. Anders kan de
afsluiter afbreken.
De afsluiter openen/sluiten
1 Verwijder het stofdeksel.
2 Steek een inbussleutel (vloeistofzijde: 4mm, gaszijde: 8mm) in
de afsluiter en draai de afsluiter:
Linksom om te openen.
Rechtsom om te sluiten.
3 Stop met draaien zodra de afsluiter NIET meer verder draait.
4 Draai de afsluiter goed vast wanneer u hem opent of sluit. Zie
de tabel hieronder voor het juiste aanhaalmoment.
OPMERKING
Een verkeerd aanhaalmoment kan lekkage van het
koelmiddel en breuk van de afsluiter veroorzaken.
5 Breng het stofdeksel aan.
Gevolg: De klep is nu open/dicht.
2 Sluit het vacumeer-/aftaptoestel via een verdeelstuk aan op de
servicepoort van alle afsluiters.
a Servicepoort
b Afsluiter
3 Verwijder gas en olie uit de dichtgeknepen leiding met behulp
van een aftaptoestel.
VOORZICHTIG
Laat geen gassen vrij in de atmosfeer.
4 Maak de vulslang los en sluit de servicepoorten af zodra alle
gas en olie uit de dichtgeknepen leiding is verwijderd.
5 Snijd het onderste deel van de leidingen van de gas- en
vloeistofafsluiters af op de zwarte streep. Gebruik hiervoor
gepast gereedschap (bijv. een pijpensnijder).
Omgaan met de servicepoort
▪ Gebruik altijd een vulslang met een drukpen omdat de
servicepoort een Schrader-ventiel is.
▪ Draai het servicepoortdeksel na gebruik van de servicepoort goed
vast. Zie de tabel hieronder voor het aanhaalmoment.
▪ Controleer na het vastdraaien van het servicepoortdeksel op
koelmiddellekken.
RZA200+250D7Y1B
Sky Air Advance-series
4P573383-1 – 2019.04
Uitgebreide handleiding voor de installateur
17
Page 18
6 Installatie
a
c
b
d
d
a
d
b
c
bbbb
a
a
a
b
WAARSCHUWING
Verwijder de dichtgeknepen leiding nooit door
hardsolderen.
Gas of olie die nog overblijft in de afsluiter kan de
dichtgeknepen leiding wegblazen.
6 Wacht tot alle olie uit de leiding is gedruppeld alvorens verder
te gaan met de aansluiting van de lokale leiding wanneer niet
alle olie kon worden afgetapt.
6.4.8Koelmiddelleiding op buitenunit
aansluiten
▪ Leidinglengte. Houd de lokale leidingen zo kort mogelijk.
▪ Bescherming leidingen. Bescherm de lokale leidingen tegen
fysieke schade.
1 Doe het volgende:
▪ Verwijder het servicedeksel (a) met schroef (b).
▪ Verwijder de inlaatplaat van de leidingen (c) met schroeven
(d).
OPMERKING
Voorzorgsmaatregelen bij het uitslaan van de
uitbreekopeningen:
▪ Let op dat u de behuizing en de leidingen eronder niet
beschadigt.
▪ Na het uitslaan van de uitbreekopeningen, verwijdert u
best de bramen en brengt u reparatieverf aan op de
randen en de delen rond de randen om roestvorming te
voorkomen.
▪ Omwikkel de elektrische bedrading met beschermtape
om beschadiging bij het doorvoeren door de
uitbreekopeningen te voorkomen.
3 Selecteer de juiste accessoireleidingen, afhankelijk van het
gekozen traject:
▪ Langs voren, zij en achteren: korte vloeistof- en
gasleidingen.
▪ Langs onderen: lange vloeistof- en gasleidingen.
4 Doe het volgende:
▪ Sluit de accessoire vloeistofleiding (a) aan op de
vloeistofafsluiter (braseren).
▪ Sluit de accessoire gasleiding (b) aan op de gasafsluiter
(braseren).
2 Kies de richting langs waar u de leiding wilt leggen (a, b, c of d).
a Voorkant
b Zijkant
c Achterkant
d Onderkant
INFORMATIE
▪ Sla de uitbreekopening (a) uit in de bodemplaat door
met een platte schroevendraaier en een hamer op de
bevestigingspunten te tikken.
▪ Snijd eventueel de gleuven (b) uit met een metaalzaag.
5 Sluit de lokale leidingen aan op de accessoireleidingen met de
accessoire bochten (braseren). Let op de richting van de
bochten.
OPMERKING
Bescherm bij het braseren altijd de omgeving (bijvoorbeeld
bedrading, isolatieschuim, …) tegen de hitte.
6 Doe het volgende:
▪ Isoleer de vloeistofleiding (a) en de gasleiding (b).
▪ Draai thermische isolatie rond de bochten en sluit af met
plastic tape (c).
▪ Zorg ervoor dat de lokale leidingen niet in contact komen
met componenten van de compressor.
▪ Dicht de uiteinden van de isolatie af (afdichtmiddel, enz.) (d).
▪ Wikkel plastic tape (e) rond de lokale leidingen om ze te
beschermen tegen scherpe randen.
Uitgebreide handleiding voor de installateur
18
RZA200+250D7Y1B
Sky Air Advance-series
4P573383-1 – 2019.04
Page 19
b
a
c
d
f
e
7 Als de buitenunit hoger dan de binnenunit staat, bedek de
a
afsluiters (f, zie hierboven) dan met een afdichtmiddel om te
voorkomen dat er condenswater van de afsluiters in de
binnenunit terechtkomt.
OPMERKING
Blote leidingen kunnen condensatie veroorzaken.
8 Monteer het servicedeksel en de inlaatplaat van de leidingen.
9 Dicht alle openingen af (voorbeeld: a) om te voorkomen dat er
sneeuw of kleine dieren in het systeem terechtkomen.
6 Installatie
6.5De koelmiddelleiding controleren
6.5.1Over het controleren van de
koelmiddelleidingen
De interne koelmiddelleiding van de buitenunit is in de fabriek getest
op lekken. U moet alleen nog maar de externe koelmiddelleiding
van de buitenunit controleren.
Alvorens de koelmiddelleiding te controleren
Controleer of de koelmiddelleiding is aangesloten tussen de
buitenunit en de binnenunit.
Typische werkstroom
Een typische controle van de koelmiddelleiding bestaat uit de
volgende stappen:
1De koelmiddelleiding controleren op lekken.
2Alle vocht, lucht of stikstof uit de koelmiddelleiding verwijderen
door middel van vacuümdrogen.
Als de koelmiddelleiding vocht kan bevatten (bijvoorbeeld water in
de leiding), moet u eerst vacuümdrogen zoals hieronder beschreven
tot alle vocht is verwijderd.
6.5.2Voorzorgsmaatregelen bij het controleren
van koelmiddelleidingen
INFORMATIE
Lees ook de voorzorgsmaatregelen en vereisten in de
volgende hoofdstukken:
▪ Algemene voorzorgsmaatregelen met betrekking tot de
veiligheid
▪ Voorbereiding
OPMERKING
Gebruik een 2-trapsvacuümpomp met een terugslagklep
die tot een meterdruk van −100,7kPa (−1,007bar) (5Torr
absoluut) kan evacueren. Zorg ervoor dat de olie in de
pomp niet in het systeem terugstroomt wanneer de pomp
niet draait.
OPMERKING
Blokkeer de ventilatieopeningen niet. Anders kan de lucht
niet goed circuleren in de unit.
WAARSCHUWING
Neem gepaste maatregelen om te beletten dat de unit door
kleine dieren als schuilplaats gebruikt kan worden. Kleine
dieren die in contact komen met elektrische onderdelen
kunnen storingen, rook of brand veroorzaken.
OPMERKING
Vergeet niet om na de installatie van de koelmiddelleiding
en het vacuümdrogen de afsluiters te openen. Wanneer u
het systeem probeert te gebruiken met gesloten afsluiters
kan de compressor schade oplopen.
OPMERKING
Gebruik deze vacuümpomp enkel en alleen voor R32.
Dezelfde pomp voor andere koelmiddelen gebruiken kan
de pomp en de unit beschadigen.
OPMERKING
▪ Sluit de vacuümpomp aan op zowel de servicepoort
van de gasafsluiter als de servicepoort van de
vloeistofafsluiter voor een betere efficiëntie.
▪ Zorg ervoor dat de gasafsluiter en vloeistofafsluiter
goed gesloten zijn alvorens over te gaan tot de lektest
of het vacuümdrogen.
RZA200+250D7Y1B
Sky Air Advance-series
4P573383-1 – 2019.04
Uitgebreide handleiding voor de installateur
19
Page 20
6 Installatie
a
c
f
c
f
bde h
g
i
a
b
A
B
de
R32
R32
a
b
6.5.3Koelmiddelleiding controleren: Opstelling
A Opstelling in het geval van paar
B Opstelling in het geval van tweevoudig
a Manometer
b Stikstof
c Koelmiddel
d Weegapparaat
e Vacuümpomp
f Afsluiter
g Hoofdleiding
h Koelmiddelaftakset
i Afgetakte leiding
Indien de druk…Dan…
StijgtEr zit vocht in het systeem. Ga
verder met de volgende stap.
3 Vacumeer het systeem gedurende minstens 2 uur tot een druk
in het verdeelstuk van –0,1MPa (–1bar).
4 Schakel de pomp UIT en controleer de druk gedurende
minstens 1uur.
5 Indien u het beoogde vacuüm NIET kunt bereiken of het
vacuüm NIET gedurende 1 uur kunt bewaren, doe dan het
volgende:
▪ Controleer opnieuw op lekkages.
▪ Vacuümdroog opnieuw.
OPMERKING
Vergeet niet om na de installatie van de koelmiddelleiding
en het vacuümdrogen de afsluiters te openen. Wanneer u
het systeem probeert te gebruiken met gesloten afsluiters
kan de compressor schade oplopen.
INFORMATIE
Na het openen van de afsluiter is het mogelijk dat de druk
in de koelmiddelleidingen NIET toeneemt. De reden
hiervan kan bijv. zijn dat de expansieklep in het circuit van
de buitenunit gesloten is, maar dit vormt GEEN enkel
probleem voor de goede werking van de unit.
6.5.4Op lekkages controleren
OPMERKING
Overtreft de maximale werkdruk van de unit NIET (zie “PS
High” op het naamplaatje van de unit).
OPMERKING
Gebruik een aanbevolen bellentestoplossing van bij uw
groothandelaar. Gebruik geen zeepwater want hierdoor
kunnen de flaremoeren breken (zeepwater kan immers
zout bevatten en zout absorbeert vocht dat kan bevriezen
als de leidingen afkoelen), en bovendien kunnen de
flareverbindingen erdoor gaan corroderen (want zeepwater
kan ammonia bevatten dat zorgt voor een corrosief effect
tussen de messing flaremoer en de koperen flare).
1 Vul het systeem met stikstofgas tot op een manometerdruk van
minstens 200 kPa (2 bar). Het is aanbevolen de druk tot
3000kPa (30bar) te verhogen om kleine lekken te vinden.
2 Test op lekkages door de bubbeltestoplossing op alle
verbindingen aan te brengen.
3 Verwijder alle stikstofgas.
6.6Koelmiddelleidingen isoleren
Na de lektest en het vacuümdrogen moeten de leidingen worden
geïsoleerd. Houd hierbij rekening met de volgende punten:
▪ Isoleer de aansluitleidingen en koelmiddelaftaksets volledig.
▪ Isoleer altijd de vloeistof- en de gasleidingen (voor alle units).
▪ Gebruik hittebestendig polyethyleenschuim dat bestand is tegen
een temperatuur van 70°C voor de vloeistofleidingen en
polyethyleenschuim dat bestand is tegen een temperatuur van
120°C voor de gasleidingen.
▪ Verstevig de isolatie op de koelmiddelleiding naar gelang de
installatie-omgeving.
Omgevingstemperat
uur
≤30°C75% tot 80% RV15mm
>30°C≥80% RV20mm
▪ Als condens van op de afsluiter in de binnenunit zou kunnen
terechtkomen via openingen in de isolatie en leidingen doordat de
buitenunit hoger staat dan de binnenunit, dan moet dit worden
voorkomen door de aansluitingen af te dichten. Zie de
onderstaande afbeelding.
VochtigheidMinimumdikte
6.5.5Vacuümdrogen
OPMERKING
▪ Sluit de vacuümpomp aan op zowel de servicepoort
van de gasafsluiter als de servicepoort van de
vloeistofafsluiter voor een betere efficiëntie.
▪ Zorg ervoor dat de gasafsluiter en vloeistofafsluiter
1 Vacumeer het systeem tot de druk op het verdeelstuk –0,1MPa
2 Wacht 4-5minuten en controleer de druk:
goed gesloten zijn alvorens over te gaan tot de lektest
of het vacuümdrogen.
(–1bar) aangeeft.
Indien de druk…Dan…
Niet verandertEr zit geen vocht in het
6.7Koelmiddel bijvullen
6.7.1Over het toevoegen van koelmiddel
De buitenunit is in de fabriek gevuld met koelmiddel, maar in
sommige gevallen kan het volgende vereist zijn:
systeem. Deze procedure is
voltooid.
a Isolatiemateriaal
b Afdichtingsmateriaal, enz.
Uitgebreide handleiding voor de installateur
20
RZA200+250D7Y1B
Sky Air Advance-series
4P573383-1 – 2019.04
Page 21
WatWanneer
b
c
a
Extra koelmiddel bijvullenWanneer de totale lengte van de
leiding de voorgeschreven lengte
overschrijdt (zie later).
Volledig opnieuw vullen met
koelmiddel
Extra koelmiddel bijvullen
De externe koelmiddelleiding van de buitenunit moet worden
gecontroleerd (lektest, vacuümdrogen) alvorens extra koelmiddel bij
te vullen.
INFORMATIE
Afhankelijk van de units en/of de omstandigheden van de
installatie, moet de elektrische bedrading aangesloten zijn
alvorens u koelmiddel kunt bijvullen.
Typische workflow – extra koelmiddel bijvullen bestaat doorgaans uit
de volgende stappen:
1 Bepalen of en hoeveel extra koelmiddel moet worden bijgevuld.
2 Indien nodig, extra koelmiddel bijvullen.
3 Het label voor gefluoreerde broeikasgassen invullen en
bevestigen op de binnenkant van de buitenunit.
Volledig opnieuw vullen met koelmiddel
Controleer of de volgende voorwaarden zijn vervuld alvorens
volledig opnieuw te vullen met koelmiddel:
1 Alle koelmiddel is uit het systeem verwijderd.
2 De externe koelmiddelleiding van de buitenunit is gecontroleerd
(lektest, vacuümdrogen).
3 Vacuümdrogen is uitgevoerd op de interne koelmiddelleiding
van de buitenunit.
OPMERKING
Vacuümdroog tevens de koelmiddelleidingen in de
buitenunit vooraleer deze opnieuw te vullen.
OPMERKING
Om te vacuümdrogen of de interne koelmiddelleidingen
van de buitenunit volledig opnieuw te vullen, moet de
vacuümstand worden ingeschakeld (zie "Lokale instelling
Het koelmiddel in deze unit is weinig ontvlambaar.
WAARSCHUWING
Het toestel wordt opgeslagen in een ruimte zonder
ontstekingsbronnen die voortdurend branden (bijvoorbeeld:
open vuur, een draaiend gastoestel of een draaiende
elektrische verwarming).
WAARSCHUWING
▪ Doorboor of verbrand GEEN onderdelen van de
koelmiddelcyclus.
▪ Gebruik GEEN andere schoonmaakmiddelen of
manieren om het ontdooien te versnellen dan die
aanbevolen door de fabrikant.
▪ Denk eraan dat het koelmiddel in het systeem geurloos
is.
RZA200+250D7Y1B
Sky Air Advance-series
4P573383-1 – 2019.04
Uitgebreide handleiding voor de installateur
21
Page 22
6 Installatie
H1
L1
H1
H2
L1
L2
L3
L2
L3
L4
H1
H2
L1
H1
H2
L1
L2
L3
L4
L5
L6
L7
L1 (m)
L1 (m)
WAARSCHUWING
Het koelmiddel in de unit is weinig ontvlambaar, maar lekt
normaal NIET. Als het koelmiddel in de kamer lekt en in
contact komt met vuur van een brander, een verwarming of
een fornuis, dan kan er brand ontstaan of kan een
schadelijk gas worden gevormd.
Schakel alle verwarmingstoestellen met verbranding uit,
verlucht de kamer en neem contact op met de dealer waar
u de unit hebt gekocht.
Gebruik de unit NIET totdat iemand van de servicedienst
heeft bevestigd dat het deel met het koelmiddellek
gerepareerd is.
6.7.3Voorzorgsmaatregelen bij het bijvullen
van koelmiddel
INFORMATIE
Lees ook de voorzorgsmaatregelen en vereisten in de
volgende hoofdstukken:
▪ Algemene voorzorgsmaatregelen met betrekking tot de
veiligheid
▪ Voorbereiding
6.7.4Definities: L1~L7, H1, H2
Paar
(a)
Tweevoudig
(a)
AlsDan
(L1+L2+L3+L4+L5+L6+L7)≤
lengte zonder bijvullen
(L1+L2+L3+L4+L5+L6+L7)>
lengte zonder bijvullen
U hoeft geen extra koelmiddel bij
te vullen.
U moet extra koelmiddel
bijvullen.
Voor latere service omcirkelt u de
gekozen hoeveelheid in de
tabellen hieronder.
INFORMATIE
De leidinglengte is de langste lengte van de vloeistofleiding
in één richting.
Hoeveelheid extra koelmiddel bepalen (R in kg) (in het geval
van paar)
Standaard leidingmaat:
Standaard leidingmaat
L1: 30~40 40~50 50~60 60~70 70~80 80~90 90~100
R: 0,450,91,351,82,252,73,15
Vergrote vloeistofleidingmaat:
Vergrote vloeistofleidingmaat
L1: 20~2525~3030~3535~4040~4540~45
R:0,350,71,051,41,752,1
Drievoudig
(a) Ga ervan uit dat de langste lijn in de afbeelding
L1 Hoofdleiding
L2~L7 Afgetakte leiding
H1 Hoogteverschil tussen de hoogste binnenunit en de
H2 Hoogteverschil tussen de hoogste en de laagste binnenunit
(a)
overeenkomt met de langste leiding, en de hoogste unit in
de afbeelding met de hoogste unit.
Voorwaarde: Controleer of de koelmiddelleiding is aangesloten en
gecontroleerd (lektest en vacuümdrogen) alvorens koelmiddel bij te
vullen.
1 Sluit de fles met koelmiddel aan op zowel de servicepoort van
2 Vul de nodige hoeveelheid koelmiddel bij.
3 Open de afsluiters.
6.7.6Volledig opnieuw vullen met koelmiddel
De hoeveelheid bepalen om opnieuw volledig te
vullen
Raadpleeg de sticker voor extra bijvullen van koelmiddel op de unit
voor de totale vulhoeveelheid.
Lokale instelling vacuümstand inschakelen/
uitschakelen
Beschrijving
RZA200+250D7Y1B
Sky Air Advance-series
4P573383-1 – 2019.04
Lay-outHoeveelheid extra koelmiddel (R)
Geval: Tweevoudig, vloeistofleiding
standaard maat
1 G1 Totaal Ø9,5 => G1=35+7+5=47m
G2 Totaal Ø6,4 => G2=0m
2 Geval: G1>30m
R1 Lengte=G1–30m=47–30m=17m
=> R1=0,9kg
R2 Lengte=G2=0m
=> R2=0kg
3 R R=R1+R2=0,9+0=0,9kg
Geval: Drievoudig, vloeistofleiding standaard
maat
1 G1 Totaal Ø9,5 => G1=5m
G2 Totaal Ø6,4 =>
G2=10+17+17=44m
2 Geval: G1≤30m (en G1+G2>30m)
R1 R1=0,0kg
R2 Lengte=G1+G2–30=5+44–30=19m
=> R2=0,4kg
3 R R=R1+R2=0,0+0,4=0,4kg
WAARSCHUWING
▪ Gebruik uitsluitend R32 als koelmiddel. Andere stoffen
kunnen ontploffingen en ongelukken veroorzaken.
▪ R32 bevat gefluoreerde broeikasgassen. Het heeft een
aardopwarmingsvermogen (GWP) van 675. Laat deze
gassen NIET vrij in de atmosfeer.
▪ Gebruik bij het vullen van koelmiddel ALTIJD
beschermende handschoenen en een veiligheidsbril.
VOORZICHTIG
Om te voorkomen dat de compressor defect raakt, mag u
NIET meer bijvullen dan de gespecificeerde hoeveelheid
koelmiddel.
de gasafsluiter als de servicepoort van de vloeistofafsluiter.
Om te vacuümdrogen of de interne koelmiddelleidingen van de
buitenunit volledig opnieuw te vullen, moet de vacumeerstand
worden ingeschakeld. Hierdoor worden de vereiste kleppen in het
koelmiddelcircuit geopend zodat het vacumeren of opnieuw vullen
van koelmiddel correct kan worden uitgevoerd.
Vacumeerstand inschakelen:
Schakel de vacumeerstand in met de drukknoppen BS* op de
printplaat (A1P) en let hierbij op de feedback op de 7segmentendisplays.
Bedien de schakelaars en drukknoppen met een geïsoleerd stokje
(zoals bijvoorbeeld een balpen) om te voorkomen dat u onderdelen
onder stroom zou aanraken.
1 Druk 5 seconden op de BS1-drukknop terwijl de unit is
ingeschakeld en niet draait.
Gevolg: U komt in de instelstand, en op het 7-
segmentendisplay verschijnt '200'.
2 Druk op de BS2-knop tot u pagina 2–17 bereikt.
3 Wanneer 2–17 is bereikt, druk één keer op de BS3-knop.
4 Druk één keer op de BS2-knop om de instelling in '2' te
veranderen.
5 Druk één keer op de BS3-knop.
6 Wanneer het display niet meer knippert, druk opnieuw op de
BS3-knop om de vacuümstand in te schakelen.
Vacuümstand uitschakelen:
Gelieve de vacumeerstand na het vullen of vacumeren van de unit
uit te schakelen.
7 Druk op de BS2-knop tot u pagina 2–17 bereikt.
8 Wanneer 2–17 is bereikt, druk één keer op de BS3-knop.
9 Druk op de BS2-knop om de instelling in '1’ te veranderen.
10 Druk één keer op de BS3-knop.
11 Wanneer het display niet meer knippert, druk opnieuw op de
BS3-knop om de vacumeerstand uit te schakelen.
12 Druk op de BS1-knop om de instelstand te verlaten.
Breng het deksel van de elektronische componentenkast weer aan
en installeer het voorpaneel wanneer u klaar bent.
OPMERKING
Zorg ervoor dat alle buitenpanelen, behalve het
servicedeksel van de kast met elektrische componenten,
dicht zijn terwijl u werkzaamheden uitvoert.
Sluit het deksel van de kast met elektrische onderdelen
goed voordat u de voeding inschakelt.
▪ Gebruik uitsluitend R32 als koelmiddel. Andere stoffen
kunnen ontploffingen en ongelukken veroorzaken.
▪ R32 bevat gefluoreerde broeikasgassen. Het heeft een
aardopwarmingsvermogen (GWP) van 675. Laat deze
gassen NIET vrij in de atmosfeer.
▪ Gebruik bij het vullen van koelmiddel ALTIJD
beschermende handschoenen en een veiligheidsbril.
Uitgebreide handleiding voor de installateur
23
Page 24
6 Installatie
b
Contains fluorinated greenhouse gases
2
1
1
1
2
2
kg
tCO2eq
GWP × kg
1000
=
=
+
kg
=
kg
=
GWP: XXX
RXXX
a
f
c
d
e
VOORZICHTIG
Om te voorkomen dat de compressor defect raakt, mag u
NIET meer bijvullen dan de gespecificeerde hoeveelheid
koelmiddel.
Voorwaarde: Het systeem moet afgepompt zijn, de externe
koelmiddelleiding van de buitenunit gecontroleerd (lektest,
vacuümdrogen) en vacuümdrogen van de interne koelmiddelleiding
van de buitenunit uitgevoerd alvorens volledig opnieuw met
koelmiddel te vullen.
1 Schakel de vacuümstand in indien dit nog niet het geval is (voor
het vacuümdrogen van de unit) (zie "Lokale instelling
vacuümstand inschakelen/uitschakelen"[423])
2 Sluit de koelmiddelfles aan op de servicepoort van de
vloeistofafsluiter.
3 Open de vloeistofafsluiter.
4 Vul met de volledige hoeveelheid koelmiddel.
5 Schakel de vacuümstand uit (zie "Lokale instelling
vacuümstand inschakelen/uitschakelen"[423]).
6 Open de gasafsluiter.
6.7.7De label voor fluorhoudende
broeikasgassen bevestigen
1 Vul het label als volgt in:
a Als bij de unit een meertalig label voor fluorhoudende
broeikasgassen is geleverd (zie accessoires), neemt u de
gewenste taal en kleeft u ze op a.
b Koelmiddelvulling af fabriek: zie naamplaatje van de unit
c Bijgevulde hoeveelheid koelmiddel
d Totale hoeveelheid koelmiddel
e Hoeveelheid gefluoreerde broeikasgassen van de totale
koelmiddelvulling uitgedrukt in ton CO2-equivalent.
f GWP = Globaal opwarmingspotentieel
OPMERKING
De geldende wetgeving met betrekking tot gefluoreerde
broeikasgassen vereist dat de koelmiddelvulling van de
unit wordt aangegeven zowel in gewicht als in CO2equivalent.
Formula om de hoeveelheid in CO2-equivalent te
berekenen: GWP-waarde koelmiddel × totale
koelmiddelvulling [in kg] / 1000
Neem de GWP-waarde van het label voor bijvullen van
koelmiddel. Die GWP is gebaseerd op de actuele
wetgeving over gefluoreerde broeikasgassen. De GWP in
de handleiding is mogelijk achterhaald.
2 Breng het label aan op de binnenkant van de buitenunit. Er is
plaats voorzien voor het label op de afbeelding met het
bedradingsschema.
6.8De elektrische bedrading
aansluiten
6.8.1Over het aansluiten van de elektrische
bedrading
Typische werkstroom
De elektrische bedrading aansluiten bestaat doorgaans uit de
volgende stappen:
1Controleren of het voedingssysteem voldoet aan de elektrische
specificaties van de units.
2De elektrische bedrading aansluiten op de buitenunit.
3De elektrische bedrading aansluiten op de binnenunits.
4De hoofdvoeding aansluiten.
6.8.2Over het voldoen aan de normen inzake
elektriciteit
Apparatuur die voldoet aan:
▪ Deze apparatuur is conform met EN/IEC 61000‑3‑12 op
voorwaarde dat de systeemimpedantie Ssc groter dan of gelijk aan
Ssc is op het interfacepunt tussen de voeding van de gebruiker en
het openbare systeem.
die de grenzen vastlegt inzake harmonische stromen
geproduceerd door apparatuur aangesloten op openbare
laagspanningssystemen met een ingangsstroom >16 A en
≤75A per fase.
▪ Het behoort tot de verantwoordelijkheid van de installateur of de
gebruiker van de apparatuur om ervoor te zorgen, indien nodig
in overleg met de distributienetwerkbeheerder, dat de
apparatuur alleen wordt aangesloten op een voeding met een
kortsluitvermogen Ssc dat groter dan of gelijk is aan de minimum
Ssc-waarde.
ModelMinimumwaarde van
S
sc
RZA200D7Y1B2169kVA
RZA250D7Y1B2169kVA
6.8.3Voorzorgsmaatregelen bij het aansluiten
van elektrische bedrading
INFORMATIE
Lees ook de voorzorgsmaatregelen en vereisten in de
volgende hoofdstukken:
▪ Algemene voorzorgsmaatregelen met betrekking tot de
veiligheid
▪ Voorbereiding
GEVAAR: GEVAAR VOOR ELEKTROCUTIE
WAARSCHUWING
Gebruik ALTIJD een meeraderige kabel als
stroomtoevoerkabel.
VOORZICHTIG
Voorzie best een vertraging van 10 minuten voordat het
alarm afgaat wanneer de temperatuur wordt overschreden
als de units worden gebruikt voor toepassingen met
temperatuuralarminstellingen. De unit kan verscheidene
minuten stoppen tijdens de normale werking om "de unit te
ontdooien" of in de "thermostaat-stop"-werking.
Uitgebreide handleiding voor de installateur
24
RZA200+250D7Y1B
Sky Air Advance-series
4P573383-1 – 2019.04
Page 25
6 Installatie
ba
c b
c
aa
A
AA´
A´
c bbac
a
B
B
ab
a
c
d
e
3N~ 50 Hz
380-415 V
L1 L2 L3
L1 L2 L3
N
b
a
a
a
WAARSCHUWING
Verwissel in geen geval de stroomgeleiders L en de
neutrale geleider N.
6.8.4Richtlijnen voor het aansluiten van de
elektrische bedrading
Denk aan de volgende punten:
▪ Indien gevlochten geleiders worden gebruikt, plaats een rond oog
op het uiteinde. Schuif het rond oog over de draad tot aan het
bekleed gedeelte en maak het oog vast met een geschikt
werktuig.
a Gevlochten geleider
b Ronde krimpklem
▪ Gebruik de volgende methodes om de draden te verbinden:
DraadtypeMethode
Éénaderige draad
a Éénaderige draad met open lus
b Schroef
c Platte sluitring
Gevlochten geleider
met rond oog
6.8.5Specificaties van de
standaardcomponenten van de bedrading
OnderdeelRZA200RZA250
Voedingskabel MCA
DoorverbindingskabelsH05VV-U4G2.5
Aanbevolen lokale zekering20A
AardlekschakelaarMoeten voldoen aan de
(a)
18,6A19,9A
Spanningsbereik380~415V
Fase3N~
Frequentie50Hz
DraaddiktenMoeten voldoen aan de
toepasselijke wetgeving
toepasselijke wetgeving
(a)
MCA=Minimum circuitampère. De opgegeven waarden
zijn maximumwaarden (zie elektrische data van
combinatie met binnenunits voor precieze waarden).
6.8.6De elektrische bekabeling op de
buitenunit aansluiten
OPMERKING
▪ Volg het bedradingsschema (bij de unit geleverd, op de
binnenkant van het servicedeksel).
▪ Zorg ervoor dat de elektrische bedrading goed zit zodat
het servicedeksel nadien weer goed kan worden
aangebracht.
1 Verwijder het servicedeksel. Zie "6.2.2 De buitenunit
openen"[414].
2 Strip de isolatie (20mm) van de draden af.
a Strip de draad tot aan dit punt
a Klem
b Schroef
c Platte sluitring
3 Sluit de doorverbindingskabels en de voeding als volgt aan:
b Als te veel draad wordt gestript, kan dit tot elektrische
Gebruik gebogen ringvormige krimpklemmen als er weinig
plaats is aan de draadklemmen.
RZA200+250D7Y1B
Sky Air Advance-series
4P573383-1 – 2019.04
I, II, III, IV Paar, tweeweg, drieweg, dubbel tweeweg
M, S Master, slave
a Doorverbindingskabels
Uitgebreide handleiding voor de installateur
25
Page 26
6 Installatie
c
d
a
d
b
a
a
a
2
3
1
a b cde
A B
b
c
a
b Voedingskabel
c Aardlekschakelaar
d Zekering
e Gebruikersinterface
INFORMATIE
Voor sommige binnenunits is een afzonderlijke voeding
vereist om de maximale vermogen te garanderen. Zie de
montagehandleiding van de binnenunit.
a Verbindingskabel
b Voedingskabel
c Aarde
d Kabelbinder
4 Maak de kabels (voedingskabel en doorverbindingskabel) met
een kabelbinder vast aan de bevestigingsplaat van de afsluiter
en geleid de bedrading zoals aangegeven op de afbeelding
hierboven.
5 Kies een uitbreekopening en sla ze uit door met een platte
schroevendraaier en een hamer op de bevestigingspunten te
tikken.
6 Geleid de bedrading door het frame en sluit ze aan op het
frame aan de uitbreekopening.
Door het frame
geleiden
Kies één van de 3 mogelijkheden:
Aansluiten op het
frame
OPMERKING
Voorzorgsmaatregelen bij het uitslaan van de
uitbreekopeningen:
▪ Let op dat u de behuizing en de leidingen eronder niet
beschadigt.
▪ Na het uitslaan van de uitbreekopeningen, verwijdert u
best de bramen en brengt u reparatieverf aan op de
randen en de delen rond de randen om roestvorming te
voorkomen.
▪ Omwikkel de elektrische bedrading met beschermtape
om beschadiging bij het doorvoeren door de
uitbreekopeningen te voorkomen.
Voor kabels die uit de unit komen, kan een
beschermende mantelbuis worden
aangebracht in de uitbreekopening.
Bescherm de kabels met plastic buizen om
te voorkomen dat de rand van de
uitbreekopening in de kabels snijdt
wanneer u geen mantelbuis gebruikt.
A Binnenkant van de buitenunit
B Buitenkant van de buitenunit
a Draad
b Bus
c Moer
d Frame
e Slang
a Uitbreekopening
b Braam
c Afdichting, enz.
7 Breng het servicedeksel weer aan. Zie "6.9.2 De buitenunit
sluiten"[427].
8 Installeer een aardlekschakelaar en zekering op de
voedingsleiding.
a Voedingskabel
Let op: Leg de kabel tussen de units
samen met de koelmiddelleiding. Zie
"6.9.1De installatie van de buitenunit
voltooien"[426].
Uitgebreide handleiding voor de installateur
26
6.9De installatie van de buitenunit
voltooien
6.9.1De installatie van de buitenunit voltooien
OPMERKING
Er wordt geadviseerd de koelmiddelleidingen tussen de
binnen- en de buitenunit in een buis te leggen of
afwerkingstape rond deze leidingen te wikkelen.
1 Isoleer en bevestig als volgt de koelmiddelleiding en de
doorverbindingskabel:
RZA200+250D7Y1B
Sky Air Advance-series
4P573383-1 – 2019.04
Page 27
f
b
a
e
d
c
a Gasleiding
2
1
4
3
1×
b Isolatie gasleiding
c Doorverbindingskabel
d Vloeistofleiding
e Isolatie vloeistofleiding
f Afwerkkleefband
2 Plaats het servicedeksel terug.
6.9.2De buitenunit sluiten
7 Inbedrijfstelling
7Inbedrijfstelling
OPMERKING
Algemene checklist inbedrijfstelling. Naast de
instructies voor inbedrijfstelling in dit hoofdstuk, is er een
algemene checklist inbedrijfstelling beschikbaar op het
Daikin Business Portal (authenticatie vereist).
De algemene checklist inbedrijfstelling vormt een
aanvulling op de instructies in dit hoofdstuk en kan worden
gebruikt als richtlijn en als basis voor de rapportering
tijdens de inbedrijfstelling en bij overhandiging aan de
gebruiker.
7.1Overzicht: Inbedrijfstelling
In dit hoofdstuk wordt beschreven wat u moet doen en wat u moet
weten om het systeem na de installatie in gebruik te stellen.
Typische werkstroom
Het in bedrijf stellen houdt typisch volgende stappen in:
1De "Controlelijst voor de inbedrijfstelling" controleren.
2Het systeem testen.
7.2Voorzorgsmaatregelen bij de
inbedrijfstelling
6.9.3Isolatieweerstand van de compressor
controleren
OPMERKING
Als zich na de installatie koelmiddel verzamelt in de
compressor, kan de isolatieweerstand over de polen
afnemen, maar de machine blijft werken zo lang deze
weerstand minstens 1MΩ bedraagt.
▪ Meet de isolatie met een 500V megger.
▪ Gebruik geen megger voor laagspanningscircuits.
1 Meet de isolatieweerstand over de polen.
AlsDan
≥1MΩIsolatieweerstand is OK. Deze procedure
is voltooid.
<1MΩIsolatieweerstand is niet OK. Ga naar de
volgende stap.
2 Schakel de voeding IN en laat ze 6uur aan.
Gevolg: De compressor warmt op en verdampt alle koelmiddel
in de compressor.
3 Meet de isolatieweerstand opnieuw.
INFORMATIE
Gedurende de eerste bedrijfsperiode van de unit kan het
nodige opgenomen vermogen hoger zijn dan dat vermeld
op het typeplaatje van deze unit. Dit fenomeen wordt
veroorzaakt door de compressor, die een continue looptijd
van 50 uur nodig heeft voordat een vlotte werking en
stabiel stroomverbruik wordt gerealiseerd.
OPMERKING
Vooraleer het systeem te starten MOET de unit minstens
6uur onder spanning staan. De carterverwarming moet de
olie van de compressor opwarmen om niet te weinig olie te
hebben en de compressor te beschadigen tijdens het
opstarten.
OPMERKING
Laat de unit ALTIJD draaien met thermistoren en/of
druksensoren/-schakelaars. Anders kan er brand in de
compressor ontstaan.
OPMERKING
Werk de koelmiddelleiding van de unit ALTIJD volledig af
voordat u de unit gebruikt. Anders raakt de compressor
defect.
OPMERKING
Koelstand. Laat het systeem proefdraaien in de koelstand
om afsluiters die niet openen te detecteren. Zelfs als de
gebruikersinterface was ingesteld op verwarmen, werkt de
unit gedurende 2‑3 minuten in de koelstand (terwijl het
verwarmingssymbool op de gebruikersinterface staat),
waarna zij automatisch overschakelt naar de
verwarmingsstand.
OPMERKING
Als u de unit niet kunt laten proefdraaien, zie
RZA200+250D7Y1B
Sky Air Advance-series
4P573383-1 – 2019.04
"7.5Foutcodes bij het proefdraaien"[429].
Uitgebreide handleiding voor de installateur
27
Page 28
7 Inbedrijfstelling
Koelen
Instellen
28°C
TerugInstelling
Service instelling lokaal 1/3
Test werking
Contact Onderhoud
Lokale instellingen
Vraag
Minimaal verschil setpoint
Groepsadres
Koelen
TerugInstelling
Test werking
TerugInstelling
TerugInstelling
Luchtdebiet/richting
SnelheidRichting
Positie 0
Laag
TerugInstelling
TerugInstelling
Luchtdebiet/richting
SnelheidRichting
Laag
Positie 0
WAARSCHUWING
Als de panelen van de binnenunits nog niet geïnstalleerd
zijn, moet u de voeding na het proefdraaien uitschakelen.
Schakel hiervoor het systeem UIT via de
gebruikersinterface. Leg de unit NIET stil met de
stroomonderbrekers.
7.3Checklist voor de inbedrijfstelling
Controleer na de installatie van de unit eerst de hierna vermelde
punten. Sluit de unit nadat alle controles zijn uitgevoerd. Start de unit
nadat u ze gesloten hebt.
U leest de volledige installatie-instructies, zoals
beschreven in de uitgebreide handleiding voor deinstallateur.
De binnenunits zijn goed geïnstalleerd.
Bij gebruik van een draadloze gebruikersinterface: Het
sierpaneel van de binnenunit met infrarood ontvanger is
geïnstalleerd.
De buitenunit moet juist gemonteerd zijn.
De volgende lokale bedrading is uitgevoerd conform dit
document en de toepasselijke wetgeving:
▪ Tussen het paneel van de lokale voeding en de
buitenunit
▪ Tussen de buitenunit en de binnenunit (master)
▪ Tussen de binnenunits
Er zijn GEEN ontbrekende fasen of omgekeerde fasen.
INFORMATIE
Achtergrondverlichting. Om de unit met de
gebruikersinterface IN/UIT te schakelen, moet de
achtergrondverlichting niet branden. Voor alle andere
acties moet ze wel ingeschakeld zijn. De
achtergrondverlichting brandt ±30seconden wanneer u op
een knop drukt.
1 Voer de voorbereidende stappen uit.
#Actie
1Verwijder het deksel en draai de klep met een
zeskantsleutel volledig linksom om de vloeistofafsluiter
en de gasafsluiter te openen.
2Sluit het servicedeksel om elektrische schokken te
voorkomen.
3Schakel de unit minstens 6uur vóór gebruik IN; dit om
de compressor te beschermen.
4Zet de unit in de koelstand op de gebruikersinterface.
2 Begin het proefdraaien
#ActieResultaat
1Ga naar het thuismenu.
2Druk minstens
4seconden.
Het menu Service
instelling lokaal wordt
weergegeven.
Het systeem is goed en op de juiste manier geaard en de
aardingsklemmen zijn goed aangehaald.
De zekeringen of lokaal geïnstalleerde beveiligingen zijn
overeenkomstig dit document geïnstalleerd en zijn NIET
overbrugd.
De voedingsspanning komt overeen met de spanning op
het identificatieplaatje van de unit.
Er zijn GEEN losse aansluitingen of verbindingen of
beschadigde elektrische onderdelen in de schakelkast.
De isolatieweerstand van de compressor is OK.
Er zijn GEEN beschadigde onderdelen of buizen die
tegen de binnenkant van de binnen- of buitenunit gedrukt
worden.
Er zijn GEEN koelmiddellekkages.
De juiste buismaten werden geplaatst en de leidingen
zijn goed en op de juiste manier geïsoleerd.
De afsluiters (gas en vloeistof) op de buitenunit staan
volledig open.
7.4Proefdraaien
Deze taak is alleen van toepassing bij gebruik van de
gebruikersinterface BRC1E52 of BRC1E53. Zie de
montagehandleiding of servicehandleiding van de
gebruikersinterface wanneer een andere gebruikersinterface wordt
gebruikt.
3Selecteer Test werking.
4Druk.Test werking wordt
weergegeven in het
thuismenu.
5Druk binnen de
Het proefdraaien begint.
10seconden.
3 Controleer de werking gedurende 3minuten.
4 Controleer de werking van de luchtstroomrichting (alleen voor
binnenunits met draaikleppen).
#ActieResultaat
1Druk.
OPMERKING
Onderbreek het proefdraaien niet.
Uitgebreide handleiding voor de installateur
28
2Selecteer Positie 0.
RZA200+250D7Y1B
Sky Air Advance-series
4P573383-1 – 2019.04
Page 29
8 Aan de gebruiker overhandigen
TerugInstelling
Service instelling lokaal 1/3
Test werking
Contact Onderhoud
Lokale instellingen
Vraag
Minimaal verschil setpoint
Groepsadres
#ActieResultaat
3Verander de stand.Als de luchtstroomklep van
de binnenunit beweegt,
werkt alles zoals het moet.
Anders is het niet in orde.
4Druk.Het thuismenu wordt
weergegeven.
5 Stop het proefdraaien.
#ActieResultaat
1Druk minstens
4seconden.
2Selecteer Test werking.
3Druk.De unit werkt weer
Het menu Service
instelling lokaal wordt
weergegeven.
normaal, en het thuismenu
wordt weergegeven.
8Aan de gebruiker
overhandigen
Als het proefdraaien voltooid is en de unit goed en op de juiste
manier werkt, zorg ervoor dat de gebruiker de volgende zaken goed
begrijpt:
▪ Controleer of de gebruiker de papieren documentatie heeft en
vraag hem/haar deze bij te houden om deze later te kunnen
raadplegen. Informeer de gebruiker dat hij de volledige
documentatie kan vinden op de eerder in deze handleiding
beschreven URL.
▪ Leg aan de gebruiker uit hoe het systeem op de juiste manier te
bedienen en wat er moet worden gedaan wanneer zich een
probleem zou voordoen.
▪ Toon aan de gebruiker wat te doen om de unit te onderhouden.
9Onderhoud en service
OPMERKING
Dit onderhoud MOET worden uitgevoerd door een erkend
installateur of een servicetechnicus.
Laat het onderhoud minstens één keer per jaar uitvoeren.
De geldende wetgeving kan evenwel kortere
onderhoudsintervallen vereisen.
7.5Foutcodes bij het proefdraaien
Als de buitenunit NIET juist is geïnstalleerd, kunnen de volgende
foutcodes verschijnen op de gebruikersinterface:
StoringscodeMogelijke oorzaak
Niets weergegeven
(de momenteel
ingestelde temperatuur
wordt niet
weergegeven)
E3, E4 of L8▪ De afsluiters zijn dicht.
U1 of E7Ontbrekende fase bij driefasige voedingen.
L4De luchtinlaat of luchtuitlaat is geblokkeerd.
U0De afsluiters zijn dicht.
U2▪ Spanningsonbalans.
U4 of UFDe aftakbedrading tussen de units is niet
UADe buitenunit en binnenunit zijn niet
▪ Losse of verkeerde bedrading (tussen
voeding en buitenunit, tussen buitenunit
en binnenunits, tussen binnenunit en
gebruikersinterface).
▪ De zekering op de printplaat van de
buitenunit is doorgebrand.
▪ De luchtinlaat of luchtuitlaat is
geblokkeerd.
Let op: Het toestel kan niet worden
gebruikt. Schakel het toestel UIT,
controleer de bedrading opnieuw en
verwissel twee van de drie elektrische
draden.
▪ Ontbrekende fase bij driefasige
voedingen. Let op: Het toestel kan niet
worden gebruikt. Schakel het toestel UIT,
controleer de bedrading opnieuw en
verwissel twee van de drie elektrische
draden.
juist.
compatibel.
OPMERKING
De geldende wetgeving met betrekking tot gefluoreerde
broeikasgassen vereist dat de koelmiddelvulling van de
unit wordt aangegeven zowel in gewicht als in CO2equivalent.
Formula om de hoeveelheid in CO2-equivalent te
berekenen: GWP-waarde koelmiddel × totale
koelmiddelvulling [in kg] / 1000
9.1Overzicht: onderhoud en service
Dit hoofdstuk bevat informatie over:
▪ Voorzorgsmaatregelen voor het onderhoud
▪ Jaarlijks onderhoud van de buitenunit
9.2Voorzorgsmaatregelen inzake
onderhoud
GEVAAR: GEVAAR VOOR ELEKTROCUTIE
GEVAAR: RISICO OM ZICH TE VERBRANDEN
OPMERKING:Risico van elektrostatische ontlading
Vooraleer met onderhouds- of servicewerkzaamheden te
beginnen, raak een metalen onderdeel van de unit aan om
statische elektriciteit af te voeren en de printplaat te
beschermen.
9.2.1Elektrische gevaren voorkomen
Bij service aan inverter-apparatuur:
1 Wacht na het uitschakelen van de voeding nog 10minuten om
het deksel van de kast met elektrische componenten te openen.
RZA200+250D7Y1B
Sky Air Advance-series
4P573383-1 – 2019.04
Uitgebreide handleiding voor de installateur
29
Page 30
10 Opsporen en verhelpen van storingen
C–
C+
C–C+
A1P
–
+
X3M
2 Meet de spanning tussen de klemmen op de klemmenstrook
voor de voeding met een tester en controleer of de voeding is
uitgeschakeld. Meet verder de punten op de afbeelding met een
tester en controleer of de spanning van de condensator in het
hoofdcircuit minder dan 50V DC bedraagt.
3 Om schade aan de printplaat te voorkomen, raak een naakt
metalen deel aan om u te ontladen van statische elektriciteit
voordat u stekkers aansluit of verwijdert.
4 Trek de verbindingsstekker X1A (A4P) voor de ventilatormotor
in de buitenunit uit voordat u begint met servicewerkzaamheden
aan de inverterapparatuur. Raak geen onderdelen onder
stroom aan. (Als een ventilator draait door de sterke wind, kan
hierdoor een spanning in de condensator of in het hoofdcircuit
worden opgeslagen en een elektrische schok veroorzaken.)
5 Anders wordt storingscode E7 aangegeven en is geen normale
werking mogelijk.
Voor meer informatie, zie het bedradingsschema op de achterkant
van het servicedeksel.
OPMERKING
Sluit een voedingskabel NOOIT rechtstreeks aan op een
compressor (U, V, W). Anders kan de compressor
doorbranden.
9.3Controlelijst jaarlijks onderhoud
van de buitenunit
Controleer minstens eens per jaar de volgende punten:
▪ Warmtewisselaar
De warmtewisselaar van de buitenunit kan verstopt geraken door
stof, vuil, bladeren, enz. Er wordt geadviseerd de warmtewisselaar
jaarlijks te reinigen. Een verstopte warmtewisselaar kan de
oorzaak zijn van een te lage druk of een te hoge druk, met
slechtere prestaties als gevolg.
10Opsporen en verhelpen van
storingen
INFORMATIE
De buitenunit kan bij de werking wat tijdelijke geluiden
produceren. Deze geluiden duiden NIET op een storing
van het systeem:
▪ Een "shah” geluid is hoorbaar bij het begin van het
ontdooien. Dit is het geluid van de 4-wegsklep.
▪ Een constant laag sissend geluid is hoorbaar wanneer
het systeem koelt of ontdooit. Dit is het geluid van het
koelgas dat door zowel binnen- als buitenunits stroomt.
▪ Na het ontdooien hoort u een gorgelend geluid. Dit is
het geluid van het koelgas dat door zowel het
koelmiddelleidingsysteem stroomt.
▪ Een sissend geluid is hoorbaar bij het starten of
meteen na het stoppen van de werking of het
ontdooien. Dit wordt veroorzaakt door het stoppen of
wijzigen van de koelmiddelstroom.
In dit hoofdstuk vindt u nuttige informatie over het opsporen en
oplossen van bepaalde problemen die met de unit kunnen
voorkomen. Dit opsporen van en oplossen van problemen en
gerelateerde stappen mag alleen door de installateur of de serviceagent worden uitgevoerd.
Alvorens storingen op te sporen en te verhelpen
Voer een grondige visuele controle uit van de unit en zoek naar voor
de hand liggende defecten, zoals losse aansluitingen of kapotte
bedrading.
10.2Voorzorgsmaatregelen bij het
opsporen en verhelpen van
storingen
WAARSCHUWING
▪ Controleer STEEDS of de spanning op de unit is
afgesloten vooraleer de schakelkast van de unit te
controleren. Schakel de respectievelijk
stroomonderbreker uit.
▪ Als een veiligheidstoestel geactiveerd werd, moet u de
unit uitschakelen en controleren waarom het
veiligheidstoestel werd geactiveerd vooraleer deze te
resetten. Shunt NOOIT een veiligheidstoestel of wijzig
zijn waarde niet in een waarde verschillend van de
standaardinstelling. Indien u de oorzaak van het
probleem niet kunt vinden, neem dan contact op met
uw dealer.
GEVAAR: GEVAAR VOOR ELEKTROCUTIE
WAARSCHUWING
Om gevaar als gevolg van het per ongeluk resetten van de
thermische beveiliging te voorkomen, mag dit toestel NIET
worden gevoed via een externe schakelinrichting zoals een
timer of zijn aangesloten op een circuit dat regelmatig INen UITgeschakeld wordt door de voorziening.
GEVAAR: RISICO OM ZICH TE VERBRANDEN
10.1Overzicht: Probleemoplossing
Ingeval van problemen:
▪ Zie "7.5Foutcodes bij het proefdraaien"[429].
▪ Zie de servicehandleiding.
Uitgebreide handleiding voor de installateur
30
RZA200+250D7Y1B
Sky Air Advance-series
4P573383-1 – 2019.04
Page 31
11 Als afval verwijderen
11Als afval verwijderen
OPMERKING
Probeer het systeem NIET zelf te ontmantelen: het
ontmantelen van het systeem en het behandelen van het
koelmiddel, van olie en van andere onderdelen MOETEN
conform met de geldende wetgeving uitgevoerd worden.
De units MOETEN voor hergebruik, recyclage en
terugwinning bij een gespecialiseerd behandelingsbedrijf
worden behandeld.
11.1Overzicht: Als afval verwijderen
Typische werkstroom
Het systeem als afval verwijderen bestaat doorgaans uit de
volgende stappen:
1Het systeem afpompen.
2Het systeem naar een gespecialiseerd verwerkingsbedrijf
brengen.
INFORMATIE
Zie de onderhouds- en reparatiehandleiding voor meer
bijzonderheden.
11.2Over afpompen
De unit is uitgerust met een automatische afpompfunctie die al het
koelmiddel uit het systeem naar de buitenunit kan sturen.
5 Sluit de gasafsluiter binnen de 3 minuten na het stoppen van
de compressor (na 2~5 minuten).
Gevolg: Het afpompen is beëindigd. Op de gebruikersinterface
kan "" staan en de binnenunit kan nog verder blijven
draaien. Dit is echter GEEN storing. Ook wanneer u op
gebruikersinterface op de ON-knop drukt, begint de unit NIET te
werken. Om de unit te weer in te schakelen, zet de
hoofdschakelaar UIT en dan weer AAN.
6 Zet de hoofdschakelaar UIT.
OPMERKING
Niet vergeten de afsluiters terug te openen vooraleer de
unit terug te starten.
OPMERKING
De buitenunit is uitgerust met een lagedrukschakelaar of
een lagedruksensor om de compressor te beschermen
door deze UIT te schakelen. Sluit de lagedrukschakelaar
NOOIT kort terwijl het systeem wordt leeggepompt.
11.3Afpompen
GEVAAR: ONTPLOFFINGSGEVAAR
Afpompen – Koelmiddellekken. Als u het systeem wil
afpompen en er zit een lek in het koelmiddelcircuit:
▪ Gebruik NIET de automatische afpompfunctie van de
unit die al het koelmiddel uit het systeem naar de
buitenunit kan sturen. Mogelijk gevolg:
Zelfontbranding en explosie van de compressor door
lucht die in de draaiende compressor terechtkomt.
▪ Gebruik een afzonderlijk aftapsysteem zodat de
compressor van de unit NIET moet draaien.
VOORZICHTIG
Gebruik de automatische afpompfunctie van de unit niet
als de totale leidinglengte groter is dan de lengte zonder
vulling. Anders kan een fractie van het koelmiddel in het
circuit achterblijven.
1 Zet de hoofdschakelaar AAN.
2 Controleer of de vloeistofafsluiter en de gasafsluiter open staan.
3 Druk de afpomptoets (BS2) minstens 8seconden in. BS2 zit op
de printplaat in de buitenunit (zie bedradingsschema).
Gevolg: De compressor en de ventilator van de buitenunit
starten automatisch, en de ventilator van de binnenunit start
misschien automatisch.
4 Draai de vloeistofafsluiter dicht ±2 minuten nadat de
compressor is beginnen draaien. Het systeem kan niet worden
afgepompt als deze afsluiter niet goed is dichtgedraaid terwijl
de compressor draait.
RZA200+250D7Y1B
Sky Air Advance-series
4P573383-1 – 2019.04
Uitgebreide handleiding voor de installateur
31
Page 32
12 Technische gegevens
A~E
abcdee
B
e
D
a
b
c
d
e
e
B
e
D
A
B
C
D
E
B
H
U
H
D
H
B—≥100
A, B, C—≥100
(1)
≥100 ≥100
B, E—≥100≥1000≤500
A, B, C, E—≥150
(1)
≥150 ≥150≥1000≤500
D—≥500
D, E—≥500 ≥1000 ≤500
B, D≥100
≥100
≥500
≥500
B, D, E
1+2
1
H
D>HU
HD>H
U
HB≤½H
U
≥250≥750 ≥1000 ≤500
½H
U<HB≤HU
≥250≥1000 ≥1000 ≤500
H
B>HU
HD≤H
U
H
D>HU
HD≤H
U
HD≤H
U
HD≤½H
U
≥100≥1000 ≥1000≤500
½H
U<HD≤HU
HD≤HUHD≤½H
U
½HU<HD≤H
U
≥200≥1000 ≥1000≤500
H
D>HU
A, B, C—≥200
(1)
≥300 ≥1000
A, B, C, E—≥200
(1)
≥300 ≥1000≥1000≤500
D—≥1000
D, E—≥1000 ≥1000 ≤500
B, DH
D>HU
≥300≥1000
≥250≥1500
≥300≥1500
B, D, EH
B
≤½H
U
≥300≥1000 ≥1000 ≤500
½H
U<HB≤HU
≥300≥1250 ≥1000 ≤500
H
B>HU
HD≤½H
U
≥250≥1500 ≥1000≤500
½H
U<HD≤HU
≥300≥1500 ≥1000≤500
H
D>HU
HBHDH
U
(mm)
H
U
a
b
c
d
e
e
B
e
D
A
B
C
D
E
H
B
H
D
≥
100
(1)
≥
100
(1)
12Technische gegevens
Een subset van de meest recente technische gegevens is beschikbaar op de regionale website van Daikin (publiek toegankelijk). De volledige
set meest recente technische gegevens is beschikbaar op de Daikin Business Portal (authenticatie vereist).
12.1Overzicht: Technische gegevens
Dit hoofdstuk bevat informatie over:
• Serviceruimte
• Leidingschema
• Bedradingsschema
• Informatievereisten voor ecologisch ontwerp
12.2Serviceruimte: Buitenunit
AanzuigzijdeIn de afbeeldingen hieronder is de serviceruimte aan de aanzuigzijde gebaseerd op 35°CDB en de koelstand.
Voorzie meer ruimte in de volgende gevallen:
▪ Wanneer de temperatuur aan de aanzuigzijde deze waarde regelmatig overschrijdt.
▪ Wanneer verwacht wordt dat de warmtebelasting van de buitenunits de maximale bedrijfscapaciteit regelmatig
zal overschrijden.
AfvoerzijdeHoud rekening met de koelmiddelleidingen voor het plaatsen van de units. Als uw lay-out niet overeenstemt met
een van de lay-outs hieronder, neem dan contact op met uw dealer.
Eén unit ( ) | Eén rij units ()
Uitgebreide handleiding voor de installateur
32
(1) Voor een gemakkelijker onderhoud, neem een afstand van ≥250mm
A,B,C,D Hindernissen (muren/geleideplaten)
E Hindernis (dak)
a,b,c,d,e Minimum serviceruimte tussen de unit en hindernissen A, B, C, D en E
eBMaximum afstand tussen de unit en de rand van hindernis E, in de richting van hindernis B
eDMaximum afstand tussen de unit en de rand van hindernis E, in de richting van hindernis D
HUHoogte van de unit
Sky Air Advance-series
4P573383-1 – 2019.04
RZA200+250D7Y1B
Page 33
HB,HDHoogte van hindernis B en D
b (mm)
≥1000
≥200
≥2000
≥100
≥3000
≥1500
b
≥
100
(1)
H
B
H
U
≥
100
(1)
≥
100
(1)
HB≤½H
U
b≥250
½HU<HB≤H
U
b≥300
HB>H
U
HBH
U
≥
100
(1)
≥
100
(1)
≥
100
(1)
A1
A2
≥500
≥1000
A2
≥500
≥300
≥
100
(1)
≥
100
(1)
B1
A2
B2
≥100
≥300
B2
≥100
≥1000
B2
≥
100
(1)
≥
100
(1)
sv
LPS
HPS
A
B
LPS
1 Dicht de onderkant van het installatieframe af om te voorkomen dat uitgeblazen lucht langs de onderkant van de unit terugstroomt naar de
aanzuigzijde.
2 Maximaal twee units kunnen worden geïnstalleerd.
Niet toegelaten
Meerdere rijen units ()
(1) Voor een gemakkelijker onderhoud, neem een afstand van ≥250mm
Gestapelde units (max. 2 niveaus) ()
12 Technische gegevens
(1) Voor een gemakkelijker onderhoud, neem een afstand van ≥250mm
A1=>A2 (A1) Bij gevaar op lekkend afvoerwater en bevriezing tussen de bovenste en onderste units…
(A2) Installeer een dak tussen de bovenste en onderste units. Installeer de bovenste unit hoog genoeg boven de onderste unit om te voorkomen
dat er zich een ijslaag gaat vormen op de onderplaat van de bovenste unit.
B1=>B2 (B1) Als er geen gevaar op lekkend afvoerwater en bevriezing tussen de bovenste en onderste units is…
(B) Een dak is niet nodig, maar dicht de ruimte tussen de bovenste en onderste units af om te voorkomen dat uitgeblazen lucht langs de
onderkant van de unit terugstroomt naar de aanzuigzijde.
12.3Schema van de leidingen:
Buitenunit
Servicepoort (met 5/16" flare)
Afsluiter
Filter
Terugslagklep
Demper
Elektromagnetische klep
Koeling printplaat
Capillaire buis
Elektronische expansieklep
4-wegsklep
RZA200+250D7Y1B
Sky Air Advance-series
4P573383-1 – 2019.04
Volg de onderstaande stappen om de gegevens van het Energy
Label – Lot 21 van de unit en combinaties van buitenunit/binnenunit
te raadplegen.
1 Ga naar de volgende webpagina: https://energylabel.daikin.eu/
2 Om verder te gaan, kies:
▪ "Continue to Europe" voor de internationale website.
▪ "Other country" voor een site voor een specifiek land.
Gevolg: U gaat naar de webpagina "Seasonal efficiency".
3 Klik bij "Eco Design – Ener LOT 21" op "Generate your data".
Gevolg: U gaat naar de webpagina "Seasonal efficiency (LOT
21)".
4 Volg de instructies op de webpagina om de juiste unit te
selecteren.
Gevolg: Na de selectie kunt u de LOT 21 datasheet weergeven als
PDF of als HTML-webpagina.
INFORMATIE
Andere documenten (bijv. handleidingen, ...) kunnen ook
op deze webpagina worden geraadpleegd.
Gebruiksaanwijzing
Instructiehandleiding voor een bepaald product of een
bepaalde toepassing waarin wordt uitgelegd hoe het
product of de toepassing moet worden gebruikt.
Instructies voor het onderhoud
Instructiehandleiding bedoeld voor een bepaald product of
een bepaalde toepassing waarin wordt uitgelegd hoe dit
product (indien van toepassing) dient gemonteerd,
geconfigureerd, gebruikt en/of onderhouden te worden.
Accessoires
Labels, handleidingen, informatiefiches, apparatuur en
uitrustingen die met het product worden meegeleverd en
die volgens de instructies in de meegeleverde documentatie
geïnstalleerd moeten worden.
Optionele apparatuur
Door Daikin gemaakte of goedgekeurde apparatuur en
uitrustingen die met het product volgens de instructies in de
meegeleverde documentatie gecombineerd mogen worden.
Ter plaatse te voorzien
NIET door Daikin gemaakte apparatuur en uitrustingen die
met het product volgens de instructies in de meegeleverde
documentatie gecombineerd mogen worden.
13Verklarende woordenlijst
Dealer
Verdeler die het product verkoopt.
Erkende installateur
Technisch bekwame persoon met een erkenning om het
product te installeren.
Gebruiker
Persoon die de eigenaar is van het product en/of die het
product gebruikt.
Geldende wetgeving
Alle geldende internationale, Europese, nationale en
plaatselijke richtlijnen, wetten, reglementen en/of
voorschriften betreffende een bepaald product of domein.
Onderhoudsbedrijf
Bedrijf dat bevoegd is om de vereiste service voor het
product uit te voeren of te coördineren.
Installatiehandleiding
Handleiding met instructies betreffende het installeren, het
configureren en het onderhouden van een bepaald product
of een bepaalde toepassing.
RZA200+250D7Y1B
Sky Air Advance-series
4P573383-1 – 2019.04
Uitgebreide handleiding voor de installateur
35
Page 36
4P573383-1 2019.04
Copyright 2019 Daikin
Loading...
+ hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.