11.1 Overzicht: als afval verwijderen.................................................. 27
12 Verklarende woordenlijst27
1Algemene
veiligheidsmaatregelen
1.1Over de documentatie
▪ De documentatie is oorspronkelijk in het Engels geschreven. Alle
andere talen zijn vertalingen.
▪ Alle in dit document vermelde voorzorgen betreffen zeer
belangrijke punten en dienen dus steeds nauwgezet te worden
nageleefd.
▪ De installatie van het systeem en allle handelingen beschreven in
de installatiehandleiding en de uitgebreide handleiding voor de
installateur moeten door een erkende installateur uitgevoerd
worden.
1.1.1Betekenis van de waarschuwingen en
symbolen
GEVAAR
Duidt op een situatie die de dood of ernstige verwondingen
als gevolg heeft.
Uitgebreide handleiding voor de gebruiker
2
EHYHBH05AA + EHYHBH/X05+08AA + EHYKOMB33AA
Daikin Altherma hybrid warmtepomp
4P355632-1A – 2016.02
2 Over dit document
GEVAAR: GEVAAR VOOR ELEKTROCUTIE
Duidt op een situatie die elektrocutie kan veroorzaken.
GEVAAR: RISICO OM ZICH TE VERBRANDEN
Duidt op een situatie die brandwonden kan veroorzaken
als gevolg van extreem hoge of lage temperaturen.
WAARSCHUWING: ONTVLAMBAAR MATERIAAL
WAARSCHUWING
Duidt op een situatie die de dood of ernstige verwondingen
als gevolg zou kunnen hebben.
VOORZICHTIG
Duidt op een situatie die kleine of matige verwondingen als
gevolg zou kunnen hebben.
OPMERKING
Duidt op een situatie die schade aan apparatuur of
eigendom zou kunnen berokkenen.
INFORMATIE
Duidt op nuttige tips of bijkomende informatie.
GEVAAR: ONTPLOFFINGSGEVAAR
Duidt op een situatie die een ontploffing kan veroorzaken.
GEVAAR: GEVAAR VOOR VERGIFTIGING
Duidt op een situatie die een vergiftiging kan veroorzaken.
WAARSCHUWING: BESCHERMEN TEGEN VORST
Duidt op een situatie die schade aan apparatuur of
eigendom zou kunnen berokkenen.
1.2Voor de gebruiker
▪ Indien u twijfels heeft over de bediening van de unit, contacteer
uw installateur.
▪ Dit toestel mag worden gebruikt door kinderen vanaf 8 jaar en
personen met beperkte fysieke, zintuiglijke of mentale
mogelijkheden of met een gebrek aan ervaring en kennis indien
ze onder toezicht staan of onderricht zijn in het veilige gebruik van
het toestel en de mogelijke gevaren begrijpen. Kinderen mogen
niet met het toestel spelen. Reiniging en onderhoud door de
gebruiker mogen niet worden uitgevoerd door kinderen zonder
toezicht.
WAARSCHUWING
Om elektrische schokken of brand te vermijden:
▪ Spoel de unit NIET af.
▪ Bedien de unit NIET met natte handen.
▪ Plaats GEEN voorwerpen die water bevatten op de
unit.
OPMERKING
▪ Plaats GEEN voorwerpen, apparatuur of uitrustingen
bovenop de unit.
▪ Zit, klim of sta NIET op de unit.
▪ Het volgende symbool staat vermeld op de units:
Dit betekent dat u geen elektrische en elektronische producten
mag mengen met ongesorteerd huishoudelijk afval. Probeer het
systeem NIET zelf te ontmantelen: het ontmantelen van het
systeem en het behandelen van het koelmiddel, van olie en van
andere onderdelen moeten door een erkende installateur conform
met de geldende wetgeving uitgevoerd worden.
De units moeten voor hergebruik, recyclage en terugwinning bij
een gespecialiseerd behandelingsbedrijf worden behandeld. Door
ervoor te zorgen dat dit product op de juiste manier wordt
weggeworpen, draagt u bij tot het voorkomen van mogelijke
negatieve gevolgen voor milieu en menselijke gezondheid. Voor
meer informatie, contacteer uw installateur of de plaatselijke
overheid.
▪ Het volgende symbool staat vermeld op de batterijen:
Dit betekent dat de batterijen niet met ongesorteerd huishoudelijk
afval gemengd mag worden. Indien onder het symbool een
scheikundig symbool afgebeeld staat, betekent dit scheikundig
symbool dat de batterij een zwaar metaal bevat over een
bepaalde concentratie.
Mogelijke scheikundige symbolen: Pb: lood (>0,004%).
Wegwerpbatterijen moeten voor hergebruik door een
gespecialiseerde installatie behandeld worden. Door ervoor te
zorgen dat wegwerpbatterijen op de juiste manier worden
weggeworpen, draagt u bij tot het voorkomen van mogelijke
negatieve gevolgen voor milieu en menselijke gezondheid.
2Over dit document
Onze welgemeende dank voor de aankoop van dit product. Verzoek:
▪ Lees zorgvuldig de documentatie vooraleer de gebruikersinterface
te gebruiken om zo de best mogelijke werking te kunnen
garanderen.
▪ Vraag de installateur u te informeren over de instellingen die hij
gebruikte om uw systeem te configureren. Controleer of hij de
tabellen met de installateurinstellingen ingevuld heeft. Indien niet,
verzoek hem dit alsnog te doen.
▪ Bewaar de documentatie voor latere raadpleging.
Bedoeld publiek
Eindgebruikers
Documentatieset
Dit document is een onderdeel van een documentatieset. De
volledige set omvat:
▪ Algemene veiligheidsmaatregelen:
▪ Veiligheidsinstructies die u moet lezen vooraleer uw systeem te
bedienen
▪ Formaat: Papier (in de doos van de binnenunit)
▪ Gebruiksaanwijzing:
▪ Snelle gids voor basisgebruik
▪ Formaat: Papier (in de doos van de binnenunit)
▪ Uitgebreide handleiding voor de gebruiker:
▪ Gedetailleerde stap per stap instructies en
achtergrondinformatie voor basis- en gevorderd gebruik
▪ Formaat: Digitale bestanden op http://www.daikineurope.com/
Laatste herzieningen van de meegeleverde documentatie kunnen op
de regionale Daikin-website of via uw installateur beschikbaar zijn.
De documentatie is oorspronkelijk in het Engels geschreven. Alle
andere talen zijn vertalingen.
Beschikbare schermen
Afhankelijk van uw systeemlay-out en de configuratie van de
installateur kunnen mogelijk niet alle in dit document beschreven
schermen op uw gebruikersinterface beschikbaar zijn.
Referenties
Referenties helpen u om steeds te weten waar u zich bevindt in de
menustructuur van de gebruikersinterface. Dit document vermeldt
tevens deze referenties.
Voorbeeld: Ga naar [7.4.1.1]: > Gebruikerinstellingen >
Voorgeprogrammeerde waarden > Kamertemperatuur > Comfort
(verwarming)
3Over het systeem
Afhankelijk van de systeemlayout kan het systeem:
▪ Een plaats verwarmen
▪ Een plaats afkoelen (indien een model met verwarmings-/
koelwarmtepomp geplaatst werd)
▪ Warm tapwater klaarmaken
3.1Onderdelen in een typische
systeemlay-out
DeelBeschrijving
Met één oogopslag▪ Knoppen
▪ Statuspictogrammen
BasisgebruikInformatie over:
▪ Startpagina's, waar u instellingen kunt
raadplegen en wijzigen die voor
dagelijks gebruik bedoeld zijn
▪ Menustructuur, waar u instellingen die
NIET voor dagelijks gebruik bedoeld
zijn, kunt raadplegen en instellen
▪ AAN/UIT-toetsen
De regeling van de
ruimteverwarming/koeling
Het warm tapwater
regelen
Gevorderd gebruikInformatie over:
Voorgeprogrammeerde
waarden en
programma's
MenustructuurOverzicht van menustructuur
Tabel met
installateurinstellingen
Hoe de ruimteverwarming/-koeling
bedienen:
▪ De ruimtebedrijfsmodus instellen
▪ De temperatuur regelen
Hoe het warm tapwater regelen:
▪ Stand Warmhouden
▪ Geplande stand
▪ De stand Gepland + warmhouden
▪ Geluidsarme stand
▪ Vakantiestand
▪ Informatie aflezen
▪ Datum, tijd, meeteenheden, contrast en
achtergrondverlichting
▪ Gebruikerprofiel en startpagina's
▪ Knoppen en functies vergrendelen en
ontgrendelen
▪ Hoe voorgeprogrammeerde waarden
gebruiken
▪ Hoe programma's selecteren en
programmeren
▪ Overzicht van voorgeprogrammeerde
programma's
Overzicht van installateurinstellingen
A Primaire zone. Voorbeeld: Woonkamer.
B Secundaire zone. Voorbeeld: Slaapkamer.
C Technische ruimte. Voorbeeld: Garage.
a Warmtepomp van de buitenunit
b Warmtepompvan de binnenunit
c Ogenblikkelijk warm tapwater (WTW) of warmtapwatertank
d Gebruikersinterface bij de binnenunit
e Gebruikersinterface in de woonkamer, gebruikt als kamerthermostaat
f Radiatoren
g Warmtepompconvectorenof ventilatorconvectoren
4Bediening
4.1Overzicht: Bediening
U kunt het systeem via de gebruikersinterface bedienen. Dit deel
beschrijft hoe de gebruikersinterface te gebruiken:
Uitgebreide handleiding voor de gebruiker
4
EHYHBH05AA + EHYHBH/X05+08AA + EHYKOMB33AA
Daikin Altherma hybrid warmtepomp
4P355632-1A – 2016.02
4 Bediening
a
ef
b
d
c
4.2De gebruikersinterface met één
oogopslag
4.2.1Knoppen
a
STARTPAGINA'S
▪ Schakelt tussen startpagina's (wanneer u zich op een
startpagina bevindt).
▪ Gaat naar de standaard startpagina (wanneer u in de
menustructuur zit).
b
INFORMATIE OVER STORINGEN
Indien een storing optreedt, verschijnt
drukken voor meer informatie over de storing.
c
AAN/UIT
Zet een van de regelingen AAN of UIT (kamertemperatuur,
aanvoerwatertemperatuur, warmtapwatertanktemperatuur).
d
MENUSTRUCTUUR/TERUG
▪ Opent de menustructuur (wanneer u zich op een
startpagina bevindt).
▪ Gaat naar een hoger niveau (wanneer u doorheen de
menustructuur navigeert).
▪ Gaat 1stap terug (voorbeeld: wanneer u een programma
programmeert in de menustructuur).
e
DOORHEEN INSTELLINGEN NAVIGEREN/
INSTELLINGEN WIJZIGEN
▪ Navigeert de cursor op het scherm.
▪ Navigeert doorheen de menustructuur.
▪ Wijzigt instellingen.
▪ Selecteert een stand.
f
OK
▪ Bevestigt een selectie.
▪ Gaat in een submenu in de menustructuur.
▪ Schakelt tussen het weergeven van werkelijk waarden en
gewenste waarden, of tussen het weergeven van
werkelijke waarden en afwijkende waarden (indien van
toepassing) op de startpagina's.
▪ Gaat naar de volgende stap (wanneer u een programma
programmeert in de menustructuur).
▪ Laat u toe de toetsvergrendeling te activeren of te
deactiveren wanneer u langer dan 5 seconden op deze
knop op een startpagina drukt.
▪ Laat u toe een functievergrendeling te activeren of te
deactiveren wanneer u langer dan 5 seconden op deze
knop in het hoofdmenu op een startpagina drukt.
INFORMATIE
Wanneer u op of druk terwijl u instellingen wijzigt,
worden de wijzigingen NIET toegepast.
op de startpagina's. Druk op
4.2.2Statuspictogrammen
PictogramBeschrijving
Ruimtebedrijfsmodus = Verwarming.
Ruimtebedrijfsmodus = Koeling.
De warmtepomp (compressor) of de ketel is aan het
werken. Dit symbool heeft betrekking op de
startpagina.
Tijd/datum instellen
Vakantie
Geluidsarme stand
Bedrijfmodus
Programma selecteren
Informatie
Auto
Verwarming
INFORMATIE
Op de gebruikersinterface verschijnt Bezig wanneer de
gasboiler op onderhoudstand is, de gasboiler wordt getest
of wanneer wijzigingen in instellingen worden opgeslagen.
Indien dit het geval is, wordt de gebruikersinterface tijdelijk
uitgeschakeld om de handelingen die het systeem op dat
ogenblik uitvoert niet te storen.
INFORMATIE
Wanneer de ketel aan het werken is, impliceert dit NIET
noodzakelijk dat de brander aan het werken is. Wanneer
een verzoek voor verwarming naar de ketel wordt
verzonden, zal de ketel continu werken ( ), maar de
brander zal ALLEEN beurtelings werken.
4.3Basisgebruik
4.3.1De startpagina's gebruiken
Over de startpagina's
U kunt de startpagina's gebruiken om instellingen te raadplegen en
te wijzigen die voor dagelijks gebruik bedoeld zijn. Wat u op de
startpagina's kunt zien en doen, wordt beschreven waar
toepasselijk. Afhankelijk van uw systeemlay-out zijn de volgende
startpagina's mogelijk:
▪ Kamertemperatuur (Kamer)
▪ Primaire aanvoerwatertemperatuur (AWT primair)
▪ Secundaire aanvoerwatertemperatuur (AWT secund)
▪ Warmtapwatertanktemperatuur(Tank)
▪ Ogenblikkelijk warm tapwater (Warmtapw)
Naar een startpagina gaan
1 Druk op .
Gevolg: Een van de startpagina's verschijnt op het scherm.
2 Druk opnieuw op om de volgende startpagina (indien er een
is) op het scherm op te roepen.
4.3.2De menustructuur gebruiken
Over de menustructuur
U kunt de menustructuur gebruiken om instellingen te raadplegen en
in te stellen die NIET voor dagelijks gebruik bedoeld zijn. Wat u in de
menustructuur kunt zien en doen, wordt beschreven waar
toepasselijk. Zie "4.9Menustructuur: Overzicht
gebruikersinstellingen" op pagina 22 voor een overzicht van de
menustructuur.
Naar de menustructuur gaan
1 Druk op vanuit een startpagina.
Gevolg: De menustructuur verschijnt op het scherm.
In de menustructuur navigeren
Gebruik , , , , en .
4.3.3Regelingen AAN-/UIT-zetten
Over regelingen AAN-/UIT-zetten
Vooraleer u kunt regelen…Moet u AAN zetten…
KamertemperatuurDe regeling van de
kamertemperatuur (Kamer)
De primaire (+ secundaire)
aanvoerwatertemperatuur
WarmtapwatertanktemperatuurDe regeling van het warm
Ogenblikkelijk
warmtapwatertemperatuur
Indien u AAN-zet...Dan…
De regeling op basis van de
kamertemperatuur
De regeling van de primaire (+
secundaire)
aanvoerwatertemperatuur
Indien u UIT-zet...Dan…
De regeling op basis van de
kamertemperatuur
De regeling van de primaire (+
secundaire)
aanvoerwatertemperatuur
Nagaan of een regeling AAN of UIT is
1 Ga naar de startpagina van de regeling. Voorbeeld: De
startpagina van de kamertemperaturen (Kamer).
2 Controleer of de LED AAN of UIT is. Opmerking: Als de
regeling UIT is, verschijnt tevens UIT op het scherm.
De regeling van de ruimtetemperatuur AAN of UIT zetten
1 Ga naar de startpagina van de kamertemperaturen (Kamer).
2 Druk op .
De regeling van de aanvoerwatertemperatuur (primair +
secundair) AAN- of UIT-zetten
1 Ga naar een van de volgende startpagina's:
▪ De startpagina van de primaire aanvoerwatertemperaturen
(AWT primair)
▪ De startpagina van de secundaire
aanvoerwatertemperaturen (AWT secund)
2 Druk op .
De regeling van het warm tapwater AAN- of UIT-zetten
1 Ga naar de startpagina van de
warmtapwatertanktemperatuur(Tank).
2 Druk op .
De regeling van de primaire (+
secundaire)
aanvoerwatertemperatuur (AWT
primair en AWT secund)
De regelingen van de primaire en
secundaire
aanvoerwatertemperaturen
worden altijd samen AAN of UIT
gezet.
tapwater (Tank)
De regeling van het
ogenblikkelijk warm tapwater
(Warmtapw)
De regeling van de primaire (+
secundaire)
aanvoerwatertemperatuur wordt
automatisch AAN-gezet.
De regeling van de
ruimtetemperatuur wordt NIET
automatisch AAN-gezet.
De regeling van de primaire (+
secundaire)
aanvoerwatertemperatuur wordt
NIET automatisch UIT-gezet.
De regeling van de
ruimtetemperatuur wordt
automatisch UIT-gezet.
Uitgebreide handleiding voor de gebruiker
6
EHYHBH05AA + EHYHBH/X05+08AA + EHYKOMB33AA
Daikin Altherma hybrid warmtepomp
4P355632-1A – 2016.02
4 Bediening
De regeling van het ogenblikkelijk warm tapwater AAN- of UITzetten
1 Ga naar de startpagina van de temperatuur van het
ogenblikkelijk warm tapwater (Warmtapw).
2 Druk op .
4.4De regeling van de
ruimteverwarming/-koeling
4.4.1Over de regeling van de
ruimteverwarming/-koeling
Het regelen van de ruimteverwarming/-koeling omvat de volgende
stappen:
1De ruimtebedrijfsmodus instellen
2De temperatuur regelen
Afhankelijk van de systeemlay-out en de configuratie door de
installateur kunt u een andere temperatuurregeling gebruiken:
▪ Regeling via een kamerthermostaat (verbonden of NIET
verbonden op aanvoerwatertemperatuur)
▪ Regeling via de aanvoerwatertemperatuur
▪ Regeling via een externe kamerthermostaat
4.4.2De bedrijfsmodus instellen
Over de bedrijfsmodi
Afhankelijk van het model van uw warmtepomp moet u aan uw
systeem zeggen welke bedrijfsmodus gebruikt moet worden:
verwarming of koeling.
Indien een…-model
van warmtepomp
geplaatst werd
Verwarming/koelingHet systeem kan een ruimte verwarmen
en afkoelen. U moet aan het systeem
zeggen welke bedrijfsmodus gebruikt
moet worden.
Verwarming alleenHet systeem kan een ruimte verwarmen,
maar NIET afkoelen. U hoeft NIET aan
het systeem te zeggen welke
bedrijfsmodus gebruikt moet worden.
Om aan het systeem te zeggen welk bedrijf te gebruiken, kunt u het
volgende doen:
U kunt…Plaats
Nagaan welke bedrijfsmodus momenteel in
gebruik is.
Stel de ruimtebedrijfsmodus in.Menustructuur
Beperken als automatisch omschakelen
mogelijk is.
Bepalen of een warmtepomp voor verwarming/koeling geplaatst
werd
1 Druk op om naar de menustructuur te gaan.
2 Controleer of [4] Bedrijfmodus in de lijst staat. Zo ja, werd
eenwarmtepomp voor verwarming/koeling geplaatst.
Nagaan welke bedrijfsmodus momenteel in gebruik is
1 Ga naar een van de volgende startpagina's:
Dan…
Startpagina's:
▪ Kamertemperatuur
▪ Aanvoerwatertemp
eratuur (primair +
secundair)
▪ De startpagina van de kamertemperaturen (Kamer)
▪ De startpagina van de primaire aanvoerwatertemperaturen
(AWT primair)
▪ De startpagina van de secundaire
aanvoerwatertemperaturen (AWT secund)
2 Controleer de statuspictogram:
Als u ziet…Dan…
Bedrijfsmodus = verwarming.
De unit is uw ruimte NIET aan het
verwarmen. Echter, de
warmtapwatertank kan aan het
opwarmen zijn.
Bedrijfsmodus = verwarming.
De unit is momenteel uw ruimte aan
het verwarmen.
Bedrijfsmodus = koeling.
De unit is uw ruimte NIET aan het
afkoelen. Echter, de
warmtapwatertank kan aan het
opwarmen zijn.
Bedrijfsmodus = koeling.
De unit is momenteel uw ruimte aan
het afkoelen.
De bedrijfsmodus instellen
1 Ga naar [4]: > Bedrijfmodus.
2 Selecteer een van de volgende opties en druk op :
Indien u selecteert…Dan is de ruimtebedrijfsmodus…
VerwarmingAltijd verwarmingsstand.
KoelingAltijd koelstand.
AutomatischAutomatisch door de software
gewijzigd op basis van de
buitentemperatuur (en in functie van
de installateurinstellingen, tevens de
binnentemperatuur) en houdt rekening
met de maandelijkse beperkingen.
Opmerking: Het automatisch
omschakelen is enkel in bepaalde
situaties mogelijk.
Het automatisch omschakelen beperken
Voorwaarde: U hebt het toegangsniveau op Gevorderde
eindgebruiker gezet.
Voorwaarde: U hebt de kamerbedrijfsmodus op automatisch
ingesteld.
1 Ga naar [7.5]: > Gebruikerinstellingen > Toegestane
bedrijfsmodus.
2 Selecteer een maand en druk op .
3 Selecteer Alleen verwarm, Alleen koelen of Verwarm/koel en
druk op .
Typische beperkingen op het automatisch omschakelen
WanneerBeperking
Tijdens het koud seizoen.
Voorbeeld: Oktober, november,
december, januari, februari en maart.
Bepalen welke temperatuurregeling u gebruikt
(methode1)
Kijk in de tabel met de installateurinstellingen die de installateur
invulde.
Bepalen welke temperatuurregeling u gebruikt
(methode2)
Als u over 2 gebruikersinterfaces beschikt, doe het volgende op de
gebruikersinterface op de binnenunit.
Voorwaarde: U hebt het toegangsniveau op Gevorderde
eindgebruiker gezet.
1 Druk enkele keren op om van startpagina te veranderen en
ga na of de startpagina van de secundaire
aanvoerwatertemperatuur (AWT secund) beschikbaar is:
Als…Dan heeft u…
BeschikbaarEen primaire zone en een
secundaire zone
NIET beschikbaarEnkel een primaire zone
De typische startpagina van de secundaire
aanvoerwatertemperatuur:
Gebruikerprofiel = BasisGebruikerprofiel =
Gedetailleerd
2 Ga het volgende na:
Als…Dan is de temperatuurregeling…
Primaire zoneSecundaire zone
(indien aanwezig)
De kamertemperatuur
kan afgelezen worden
onder:
[6.1]: > Informatie >
Sensorinformatie
Thermostaat primair A
is af te lezen onder:
[6.5]: > Informatie >
Stelmotoren
AndersRegeling via de
Regeling via een
kamerthermostaat.
Ga naar de
volgende stap en
ga na of
hetinstelpunt van
het aanvoerwater
en hetinstelpunt
van de
kamertemperatuur
verbonden zijn.
Regeling via een externe
kamerthermostaat.
aanvoerwatertemperatuur.
Regeling via een
externe
kamerthermostaat.
Ziet u naast
hetinstelpunt?
JaNIET verbonden.
NeenVerbonden door hun
Dan zijn deinstelpunten van het
aanvoerwater en van
dekamertemperatuur…
U kunt het instelpunt van het aanvoerwater
op de startpagina instellen.
voorgeprogrammeerde waarden. U kunt
de voorgeprogrammeerde waarden in de
menustructuur instellen.
4.4.4Regeling via een kamerthermostaat - Over
de regeling via een kamerthermostaat
Regelen met de kamerthermostaat betekent dat u de volgende
zaken kunt regelen:
▪ De kamertemperatuur in de primaire zone
▪ De aanvoerwatertemperatuur in de primaire zone
De kamertemperatuur in de primaire zone
Om de kamertemperatuur van de primaire zone te regelen, kunt u de
volgende zaken doen:
U kunt…Plaats
De werkelijke en de gewenste
kamertemperatuuraflezen.
Het programma van de kamertemperaturen
tijdelijk negeren.
De stand veranderen van geplande naar
voorgeprogrammeerde waarde.
Als u dit doet, moet u ook het volgende
definiëren (in de menustructuur):
▪ Voorgeprogrammeerde waarden
▪ Duurtijd van het negeren
(Temp.vergrendeling)
Selecteer het
kamertemperaturenprogramma dat u wilt
gebruiken.
Programma's programmeren.
Definieer voorgeprogrammeerde waarden
die door het programma van de
kamertemperaturen gebruikt wordt, en als u
de stand wijzigt van geplande naar
voorgeprogrammeerde waarde.
Zie ook:
▪ "4.4.5Regeling via een kamerthermostaat - De startpagina van de
kamertemperaturen gebruiken"op pagina9
▪ "De duurtijd van het negeren instellen"op pagina10
▪ "4.7 Voorgeprogrammeerde waarden en programma's" op
pagina18
De aanvoerwatertemperatuur in de primaire zone
Om de aanvoerwatertemperatuur van de primaire zone te regelen
kunt u het volgende doen:
De startpagina van
de
kamertemperaturen
Startpagina van
kamertemperaturen
als gebruikerprofiel =
Gedetailleerd
Menustructuur
3 Enkel voor de regeling via een kamerthermostaat: ga naar de
startpagina van de primaire aanvoerwatertemperatuur (AWT
primair) en ga het volgende na:
Uitgebreide handleiding voor de gebruiker
8
EHYHBH05AA + EHYHBH/X05+08AA + EHYKOMB33AA
Daikin Altherma hybrid warmtepomp
4P355632-1A – 2016.02
4 Bediening
15:20
20.0°C
Ma
Kamer
Werkelijke temp
15:20
20.0°C
17:30
Werkelijke temp
Kamer
Gepland
Ma
Di
20.0°C
Werkelijke temp
22.0°C
Gewenste temp
15:20
18.0°C
15:20
19.0°C
U kunt…Plaats
De gewenste aanvoerwatertemperatuur
aflezen.
De aanvoerwatertemperatuuraanpassen.
Voorwaarde: hetinstelpunt van het
aanvoerwater is NIET verbonden met
hetinstelpunt van de kamertemperatuur.
Verander dit enkel als de gewenste
kamertemperatuur niet bereikt kan worden.
Voorgeprogrammeerde waarden
definiëren.
Voorwaarde: hetinstelpunt van het
aanvoerwater is verbonden met
hetinstelpunt van de kamertemperatuur.
Verander dit enkel als de gewenste
kamertemperatuur niet bereikt kan worden.
Zie ook:
▪ "4.4.6Regeling via een kamerthermostaat - De startpagina's van
de aanvoerwatertemperaturen gebruiken"op pagina10
▪ "4.7 Voorgeprogrammeerde waarden en programma's" op
pagina18
Startpagina van de
aanvoerwatertempera
tuur (primair)
Menustructuur
4.4.5Regeling via een kamerthermostaat - De
startpagina van de kamertemperaturen
gebruiken
Typische startpagina's van de kamertemperaturen
De gebruikersinterface geeft een basisstartpagina of een
gedetailleerde startpagina weer in functie van het gebruikersprofiel.
Om het gebruikersprofiel in te stellen, zie "4.6.6Het gebruikerprofiel
en de startpagina's configureren"op pagina17.
Gebruikerprofiel = BasisGebruikerprofiel =
Gedetailleerd
De werkelijke en de gewenste kamertemperatuur
aflezen
1 Ga naar de startpagina van de kamertemperaturen (Kamer).
Gevolg: U kunt de werkelijke temperatuur aflezen.
De stand veranderen van geplande naar
voorgeprogrammeerde waarde
Voorwaarde: Gebruikerprofiel = Gedetailleerd.
1 Ga naar de startpagina van de kamertemperaturen (Kamer).
2 Druk op of om een voorgeprogrammeerde waarde te
selecteren ( of ).
Gevolg: De stand gaat terug over naar Gepland volgens de duurtijd
van het negeren.
Voorbeeld: het programma tijdelijk negeren EN de
stand wijzigen naar voorgeprogrammeerde waarde
U hebt de volgende instellingen geconfigureerd:
InstellingenBeschrijving
Voorgeprogram
meerde
waarden
Schema07:00 ComfortU bent thuis.
Duurtijd van het
negeren
(Temp.vergren
deling)
Als het gebruikerprofiel = Basis, dan kunt u het
kamertemperatuurprogramma tijdelijk negeren door op of op
te drukken.
Comfort (verwarming)
= 20°C
Eco (verwarming) =
18°C
09:00 EcoU bent weg.
17:00 ComfortU bent thuis.
19:00 21°CU bent thuis en wilt dat het
23:00 EcoGewenste temperatuur =
2uurAls u het programma
Gewenste temperatuur als
u thuis bent.
Gewenste temperatuur:
▪ Als u weg bent
▪ Tijdens de nacht
Gewenste temperatuur =
voorgeprogrammeerde
waarde (Comfort
(verwarming)).
Gewenste temperatuur =
voorgeprogrammeerde
waarde (Eco (verwarming)).
Gewenste temperatuur =
voorgeprogrammeerde
waarde (Comfort
(verwarming)).
wat warmer is.
Gewenste temperatuur =
aangepaste temperatuur.
voorgeprogrammeerde
waarde (Eco (verwarming)).
tijdelijk negeert met een
voorgeprogrammeerde
waarde, zal het programma
na 2uur opnieuw gebruikt
worden.
2 Druk op .
Gevolg: U kunt de gewenste temperatuur aflezen.
Het programma van de ruimtetemperaturen
tijdelijk negeren
1 Ga naar de startpagina van de kamertemperaturen (Kamer).
1 Stel de tijdsduur van het negeren (Temp.vergrendeling) in op
2uur.
2 Ga naar de startpagina van de kamertemperaturen (Kamer).
3 Druk op om te selecteren.
Gevolg: Gedurende de volgende 2 uur zal de kamer NIET tot de
geplande 20°C verwarmd worden, maar tot de
voorgeprogrammeerde waarde (Eco = 18°C). Na deze 2uur zal de
kamer opnieuw tot de geplande 20°C verwarmd worden.
Voordeel:
U bespaart energie omdat u de kamer NIET onnodig verwarmt en
wanneer u terug thuis komt, zal de kamer opnieuw warm zijn.
4.4.6Regeling via een kamerthermostaat - De
startpagina's van de
aanvoerwatertemperaturen gebruiken
INFORMATIE
Het aanvoerwater is het water dat naar de warmteafgevers
wordt gestuurd. De gewenste aanvoerwatertemperatuur
werd in functie van het warmteafgiftesysteem door uw
installateur ingesteld. Voorbeeld: De vloerverwarming is
ontworpen voor een lagere aanvoerwatertemperatuur dan
de radiatoren en warmtepompconvectoren en/of
ventilatorconvectoren. U hoeft de instellingen van de
aanvoerwatertemperatuur slechts aan te passen als er zich
problemen voordoen.
Typische startpagina's van de
aanvoerwatertemperatuur
Primaire zone:
Gebruikerprofiel = BasisGebruikerprofiel =
Gedetailleerd
Voorbeeld: u geeft een fuifje
U zit in de volgende situatie:
▪ U gebruikt het volgend programma van de kamertemperaturen:
▪ U geeft vanavond een fuifje en u wilt de voorgeprogrammeerde
De gewenste aanvoerwatertemperatuur aflezen
(primair + secundair)
Ga naar de startpagina van de aanvoerwatertemperatuur (AWT
primair of AWT secund).
De temperatuur van het aanvoerwater aanpassen
of negeren (NIET verbonden met het instelpunt
van de kamertemperatuur)
INFORMATIE
Om te zien of het instelpunt van de
aanvoerwatertemperatuur met het instelpunt van de
kamertemperatuur verbonden is, zie "4.4.3Bepalen welke
temperatuurregeling u gebruikt"op pagina8.
De aanvoerwatertemperatuur (primair) aanpassen
1 Ga naar de startpagina van de primaire
aanvoerwatertemperatuur (AWT primair).
2 Druk op
of op om aan te passen. Voorbeeld:
INFORMATIE
De aanpassing van de aanvoerwatertemperatuur is
continu, tenzij de aanvoerwatertemperatuur volgens een
programma geregeld wordt. In dat geval geldt het negeren
tot de volgende geplande actie.
1 Ga naar [7.4.2]:
Voorgeprogrammeerde waarden > AWT primair.
2 Stel de Voorgeprogrammeerde waarden in overeenkomstig de
volgende grafiek.
Voorbeeld: De comforttemperatuur via de kamerthermostaat zal
overeenstemmen met de comforttemperatuur via het aanvoerwater.
▪ Tr: Kamertemperatuur
▪ Tl: Aanvoerwatertemperatuur
3 Druk op
De aanvoerwatertemperatuur (secundair) aanpassen
1 Ga naar de startpagina van de secundaire
aanvoerwatertemperatuur (AWT secund).
2 Druk op
of op om aan te passen/te negeren.
of op om aan te passen. Voorbeeld:
> Gebruikerinstellingen >
INFORMATIE
Wanneer weersafhankelijk kan de waarde van een
afwijking worden gewijzigd.
De aanvoerwatertemperatuur (secundair) aanpassen
1 Ga naar de startpagina van de secundaire
aanvoerwatertemperatuur (AWT secund).
2 Druk op
INFORMATIE
Wanneer weersafhankelijk kan de waarde van een
afwijking worden gewijzigd.
of op om aan te passen. Voorbeeld:
De temperatuur van het aanvoerwater aanpassen
of negeren (verbonden met het instelpunt van de
kamertemperatuur)
INFORMATIE
Om te zien of het instelpunt van de
aanvoerwatertemperatuur met het instelpunt van de
kamertemperatuur verbonden is, zie "4.4.3Bepalen welke
temperatuurregeling u gebruikt"op pagina8.
De voorgeprogrammeerde waarden van de
aanvoerwatertemperatuur instellen (primair)
INFORMATIE
U kunt de aanvoerwatertemperatuur (primair) niet
aanpassen/negeren voor een regeling via de
kamerthermostaat met verbonden
aanvoerwatertemperaturen. Indien echter nodig kunt u de
gewenste aanvoerwatertemperatuur (primair) aanpassen
door voorgeprogrammeerde waarden aan te passen.
INFORMATIE
Wanneer weersafhankelijk kan de waarde van een
afwijking worden gewijzigd.
4.4.7Regeling via de aanvoerwatertemperatuur
- Over de regeling via de
aanvoerwatertemperatuur
Een regeling via de aanvoerwatertemperatuur betekent dat u enkel
de temperatuur van het aanvoerwater regelt. Om de
aanvoerwatertemperatuur te regelen kunt u het volgende doen:
U kunt…Plaats
De gewenste aanvoerwatertemperatuur
aflezen (primair + secundair).
▪ De aanvoerwatertemperatuur (primair)
aanpassen/negeren.
▪ De aanvoerwatertemperatuur (secundair)
aanpassen.
Selecteren welk programma voor de
aanvoerwatertemperatuur (primair +
secundair) u wilt gebruiken.
Een programma voor de
aanvoerwatertemperatuur (primair +
secundair) programmeren.
Voorgeprogrammeerde waarden
definiëren die door het programma voor de
aanvoerwatertemperatuur (primair) gebruikt
worden.
Zie ook:
▪ "4.4.6Regeling via een kamerthermostaat - De startpagina's van
de aanvoerwatertemperaturen gebruiken"op pagina10
Startpagina's van de
aanvoerwatertempera
tuur (primair +
secundair)
▪ "4.7 Voorgeprogrammeerde waarden en programma's" op
pagina18
4.4.8Regeling via de aanvoerwatertemperatuur
- De regeling via de
aanvoerwatertemperatuur gebruiken
volgens een programma
De voorgeprogrammeerde waarden van de
aanvoerwatertemperatuur instellen (primair)
INFORMATIE
De aanpassing van de aanvoerwatertemperatuur is
continu, tenzij de aanvoerwatertemperatuur volgens een
programma geregeld wordt. In dat geval geldt het negeren
tot de volgende geplande actie.
1 Ga naar [7.4.2]: > Gebruikerinstellingen >
Voorgeprogrammeerde waarden > AWT primair.
2 Druk op of op om te negeren. Voorbeeld:
De aanvoerwatertemperatuur (secundair)
aanpassen
1 Ga naar de startpagina van de secundaire
aanvoerwatertemperatuur (AWT secund).
2 Druk op of op om aan te passen. Voorbeeld:
4.4.10Regeling via een externe
kamerthermostaat - Over de regeling via
een externe kamerthermostaat
Een regeling via een externe kamerthermostaat betekent dat u de
volgende zaken kunt regelen:
▪ De kamertemperatuur op de regeling via een externe thermostaat
▪ De aanvoerwatertemperatuur op de gebruikersinterface (Daikin)
Om de aanvoerwatertemperatuur te regelen kunt u het volgende
doen:
U kunt…Plaats
De gewenste aanvoerwatertemperatuur
aflezen.
Pas de gewenste aanvoerwatertemperatuur
aan.
Verander dit enkel als de gewenste
kamertemperatuur niet bereikt kan worden.
Zie ook: "4.4.6 Regeling via een kamerthermostaat - De
startpagina's van de aanvoerwatertemperaturen gebruiken" op
pagina10
Startpagina's van de
aanvoerwatertempera
tuur (primair +
secundair)
4.4.11Regeling via een externe
kamerthermostaat - De regeling via een
externe kamerthermostaat gebruiken
INFORMATIE
Wanneer weersafhankelijk kan de waarde van een
afwijking worden gewijzigd.
4.4.9Regeling via de aanvoerwatertemperatuur
- De regeling via de
aanvoerwatertemperatuur gebruiken,
maar NIET volgens een programma
De aanvoerwatertemperatuur (primair) aanpassen
1 Ga naar de startpagina van de primaire
aanvoerwatertemperatuur (AWT primair).
2 Druk op of op om aan te passen. Voorbeeld:
De aanvoerwatertemperatuur (secundair)
aanpassen
1 Ga naar de startpagina van de secundaire
aanvoerwatertemperatuur (AWT secund).
2 Druk op of op om aan te passen. Voorbeeld:
INFORMATIE
Wanneer weersafhankelijk kan de waarde van een
afwijking worden gewijzigd.
De aanvoerwatertemperatuur (primair) aanpassen
1 Ga naar de startpagina van de primaire
aanvoerwatertemperatuur (AWT primair).
2 Druk op of op om aan te passen. Voorbeeld:
De aanvoerwatertemperatuur (secundair)
aanpassen
1 Ga naar de startpagina van de secundaire
aanvoerwatertemperatuur (AWT secund).
2 Druk op of op om aan te passen. Voorbeeld:
INFORMATIE
Wanneer weersafhankelijk kan de waarde van een
afwijking worden gewijzigd.
4.5Het warm tapwater regelen
4.5.1Over de regeling van het warm tapwater
Uw systeemlayout kan of kan mogelijkerwijs geen warmtapwatertank
bevatten. Indien er geen tank werd geplaatst, levert de boiler
ogenblikkelijk warm tapwater. Wanneer er echter een tank werd
geplaatst, verschilt de regeling van het warm tapwater in functie van
de warmwatertankstand die de installateur instelde:
▪ Stand Warmhouden
▪ Geplande stand
▪ De stand Gepland + warmhouden
Uitgebreide handleiding voor de gebruiker
12
EHYHBH05AA + EHYHBH/X05+08AA + EHYKOMB33AA
Daikin Altherma hybrid warmtepomp
4P355632-1A – 2016.02
4 Bediening
44°C
01:03
Di
Warmtapw
Gewenste temp
01:03
44°C
Di
Warmtapw
Gewenste temp
t
60°C
00:0007:00
50°C
15°C
40°C
14:0021:00
1
2
3
4
T
t
t
60°C
00:0007:00
50°C
15°C
40°C
14:0021:00
1
2
3
4
5
T
t
INFORMATIE
Indien de storingscode AH verschijnt en de
desinfectiefunctie niet onderbroken wordt omdat er warm
tapwater genomen wordt, wordt geadviseerd het volgende
te doen:
▪ Wanneer de Warmtapwater > Instelpuntstand >
Warmhouden of Warmh + gprog wordt geselecteerd,
wordt geadviseerd het starten van de desinfectiefunctie
te programmeren minstens 4 uur na een voorzien
verbruik van veel warm tapwater. Deze start kan via de
installateurinstellingen (desinfectiefunctie) ingesteld
worden.
▪ Wanneer de Warmtapwater > Instelpuntstand > Uitsl
geprog geselecteerd wordt, wordt geadviseerd een
Opslag economisch? te programmeren 3 uur voor de
geplande start van de desinfectiefunctie om de tank al
voor te verwarmen.
4.5.2Ogenblikkelijk warm tapwater (geen tank
geplaatst)
De startpagina van het ogenblikkelijk warm
tapwater gebruiken
De gebruikersinterface geeft een basisstartpagina of een
gedetailleerde startpagina weer in functie van het gebruikersprofiel.
Gebruikerprofiel = BasisGebruikerprofiel =
Gedetailleerd
Stand Warmhouden
In de stand Warmhouden (
warmtapwatertankdoorlopend op tot de
warmtapwatertanktemperatuur die op de startpagina verschijnt
(bijvoorbeeld 50°C).
TtWarmtapwatertanktemperatuur
t Tijd
INFORMATIE
Wanneer de warmtapwatertankstand op warmhouden is
ingesteld, is de kans groot dat er te weinig
ruimteverwarmings-/koelcapaciteit is en er dus
comfortproblemen voorkomen. In geval van frequent
warmhouden, wordt de ruimteverwarmings-/koelfunctie
regelmatig onderbroken.
) warmt de
Geplande stand
In de geplande stand (
water volgens een programma. Het beste ogenblik om de tank warm
tapwater te laten aanmaken is 's nachts, omdat de vraag naar
ruimteverwarming dan kleiner is.
Voorbeeld:
) produceert de warmtapwatertank warm
De temperatuur van het ogenblikkelijk warm tapwater
aanpassen
1 Ga naar de startpagina van het ogenblikkelijk warm tapwater.
2 Druk op
warm tapwater (Warmtapw) aan te passen.
Het instelpunt van de temperatuur van het ogenblikkelijk warm
tapwater mag NIET lager dan 40°C zijn.
of op om de temperatuur van het ogenblikkelijk
4.5.3Tank
De volgende standen kunnen alleen genomen worden als er een
tank werd geplaatst die door de installateur werd ingesteld.
Bepalen welke warmtapwatertankstand u gebruikt (methode1)
Kijk in de tabel met de installateurinstellingen die de installateur
invulde.
Bepalen welke warmtapwatertankstand u gebruikt (methode2)
Voorwaarde: Gebruikerprofiel = Gedetailleerd.
1 Ga naar de startpagina van de
warmtapwatertanktemperatuur(Tank).
2 Kijk welke pictogrammen op het scherm verschijnen:
▪ Oorspronkelijk is de warmtapwatertanktemperatuur dezelfde als
de temperatuur van het tapwater dat in de warmtapwatertankgaat
(voorbeeld: 15°C).
▪ De warmtapwatertank is geprogrammeerd om water om 00:00 te
verwarmen tot een voorgeprogrammeerde waarde (voorbeeld:
Opslag comfort = 60°C).
▪ 's Morgens verbruikt u warm water, waardoor de
warmtapwatertanktemperatuurdaalt.
▪ De warmtapwatertank is geprogrammeerd om water om 14:00 te
verwarmen tot een voorgeprogrammeerde waarde (voorbeeld:
Opslag economisch? = 50°C). Er is terug warm water
beschikbaar.
▪ 's Namiddags en 's avonds verbruikt u terug warm water,
waardoor de warmtapwatertanktemperatuuropnieuw zakt.
▪ De cyclus herhaalt zich de volgende dag om 00:00.
De stand Gepland + warmhouden
In de stand Gepland + warmhouden (
op dezelfde manier geregeld als in de geplande stand. Echter, als de
warmtapwatertanktemperatuur onder een voorgeprogrammeerde
waarde valt (=warmhouden tanktemperatuur – hysteresiswaarde;
) wordt het warm tapwater
Uitgebreide handleiding voor de gebruiker
13
4 Bediening
t
T
t
60°C
00:0007:00
50°C
45°C
15°C
14:0021:00
35°C
1
2
4
5
3
15:20
60°C
Opslag comfort
Tank
Ma
15:20
60°C
00:00
Ma
Di
Tank
Opslag comfort
60°C
t
a
b
T
t
A1
A2B1B2A1A1 A2B1B2A1
T
t
voorbeeld: 35°C), zal de warmtapwatertank opwarmen tot hij het
warmhoudeninstelpunt bereikt (bijv. 45°C). Op die manier is er
steeds een minimumhoeveelheid warm water beschikbaar.
Voorbeeld:
TtWarmtapwatertanktemperatuur
t Tijd
60°C Opslag comfort
50°C Opslag economisch?
45°C Warmhouden
35°C Warmhoudentanktemperatuur–hysteresiswaarde
In de stand Gepland + warmhouden kunt u het volgende doen:
U kunt…Plaats
Hetzelfde doen als in de geplande stand.—
De voorgeprogrammeerde waarde aanpassen
(Warmhouden).
Zie ook:
▪ "Geplande stand"op pagina13
▪ "4.7 Voorgeprogrammeerde waarden en programma's" op
pagina18
De startpagina van de
warmtapwatertanktemperatuur gebruiken
Typische startpagina's van de warmtapwatertanktemperatuur
De gebruikersinterface geeft een basisstartpagina of een
gedetailleerde startpagina weer in functie van het gebruikersprofiel.
De voorbeelden in de afbeeldingen hieronder gelden voor
dewarmtapwatertankstand = Gepland.
Gebruikerprofiel = BasisGebruikerprofiel =
Menustructuur
Gedetailleerd
TtWarmtapwatertanktemperatuur
t Tijd
Tijdens de periode…Kunt u aflezen…
A1De volgende geplande actie (a)
A2De actieve actie (a)
B1De volgende geplande actie (b)
B2De actieve actie (b)
2 Druk op
gewenste temperatuur weersafhankelijk is, kunt u deze niet op
de startpagina wijzigen.
Voorbeeld: u hebt meer warm water dan gepland nodig
U zit in de volgende situatie:
▪ Huidige tijd = 10:30
▪ De volgende geplande actie van de warmtapwatertank =
Opwarmen tot de voorgeprogrammeerde waarde (Eco; voorbeeld:
55°C en voldoende voor 2personen) om 14:00
▪ Vanavond hebt u warm water voor 3personen nodig
Dan kunt u het volgende doen:
1 Ga naar de startpagina van de
warmtapwatertanktemperatuur(Tank).
2 De volgende geplande actie kan worden genegeerd door 55°C
in 60°C te veranderen.
Voordelen:
▪ U zult voldoende warm water hebben (=comfortabel).
▪ U hoeft het programma NIET te wijzigen (=gemakkelijk).
▪ U hoeft de boosterstand van de warmtapwatertank NIET te
activeren (=energiebesparing).
of op om te negeren. Opmerking: Als de
Om de gewenste warmhoudtemperatuur (in de geplande stand
en in de stand Warmhouden) af te lezen en aan te passen
1 Ga naar [7.4.3.3]:
Voorgeprogrammeerde waarden > Tanktemperatuur >
Warmhouden.
Gevolg: U kunt de gewenste warmhoudtemperatuur aflezen.
2 Druk op
De actieve en de volgende geplande gewenste temperatuur (in
de stand Gepland of in de stand Gepland + warmhouden)
aflezen en negeren
1 Ga naar de startpagina van de
warmtapwatertanktemperatuur(Tank).
Gevolg:
Uitgebreide handleiding voor de gebruiker
14
of op om aan te passen.
verschijnt op het scherm.
> Gebruikerinstellingen >
De boosterstand van de warmtapwatertank
gebruiken
Over de boosterstand van de warmtapwatertank
U kunt de boosterstand van dewarmtapwatertank gebruiken om het
water onmiddellijk tot de voorgeprogrammeerde waarde (Opslag
comfort) op te warmen. Hierdoor verbruikt u echter extra energie.
Nagaan of de boosterstand van de warmtapwatertank actief is
1 Ga naar de startpagina van de
warmtapwatertanktemperatuur(Tank).
2 Ga het volgende na:
▪ In Gebruikerprof. = Basis: als
boosterstand van dewarmtapwatertank actief.
▪ In Gebruikerprof. = Gedetailleerd: als
de boosterstand van dewarmtapwatertank actief.
De boosterstand van de warmtapwatertankactiveren
(gebruikersprofiel = Basis)
1 Ga naar de startpagina van de
warmtapwatertanktemperatuur(Tank).
EHYHBH05AA + EHYHBH/X05+08AA + EHYKOMB33AA
op het scherm staat, is de
is geselecteerd, is
Daikin Altherma hybrid warmtepomp
4P355632-1A – 2016.02
4 Bediening
2 Druk langer dan 5seconden op .
De boosterstand van de warmtapwatertankactiveren
(gebruikersprofiel = Gedetailleerd)
1 Ga naar de startpagina van de
warmtapwatertanktemperatuur(Tank).
2 Druk op om te selecteren.
Voorbeeld: u hebt onmiddellijk meer warm water nodig
U zit in de volgende situatie:
▪ U hebt haast al uw warm water verbruikt.
▪ U kunt niet wachten tot de volgende geplande actie om
dewarmtapwatertank op te warmen.
Dan kunt u de boosterstand van dewarmtapwatertank activeren.
Voordeel: dewarmtapwatertank begint onmiddellijk het water tot de
voorgeprogrammeerde waarde (Opslag comfort) op te warmen.
INFORMATIE
Als de boosterstand van de warmtapwatertank
ingeschakeld is, kan het verwarmen of koelen van ruimten
voor het comfort voor problemen zorgen of kan er
onvoldoende capaciteit zijn om voor comfort te zorgen. Als
warm tapwater vaak moet worden aangemaakt, zal het
verwarmen of koelen van ruimten regelmatig en langdurig
onderbroken worden.
4.6Gevorderd gebruik
4.6.1Over het wijzigen van het
gebruikertoegangsniveau
Hoeveel informatie u in de menustructuur kunt aflezen hangt af van
uw gebruikertoegangsniveau:
▪ Eindgebruiker (= standaard)
▪ Gev. eindgebrkr: U kunt meer informatie aflezen.
Het gebruikertoegangsniveau instellen op Gevorderde
eindgebruiker
1 Ga naar het hoofdmenu of naar een van zijn onderliggende
menu's: .
2 Druk langer dan 4seconden op .
Gevolg: Het gebruikertoegangsniveau verandert in Gev. eindgebrkr.
Er verschijnt bijkomende informatie en “+” is toegevoegd op de
menutitel. Het gebruikertoegangsniveau zal op Gev. eindgebrkr
blijven tot het anders wordt ingesteld.
Het gebruikertoegangsniveau instellen op Eindgebruiker
1 Druk langer dan 4 seconden op .
Gevolg: Het gebruikertoegangsniveau verandert in Eindgebruiker.
De gebruikersinterface zal naar het standaard beginscherm
terugkeren.
4.6.2De geluidsarme stand gebruiken
Over de geluidsarme stand
U kunt:
▪ De geluidsarme stand volledig deactiveren
▪ Een niveau van geluidsarme stand handmatig activeren tot de
volgende geplande actie
▪ Een programma van de geluidsarme stand gebruiken en
programmeren
Mogelijke niveaus van de geluidsarme stand
Nagaan of de geluidsarme stand actief is
1 Druk op om naar een van de startpagina's te gaan.
2 Als op het scherm aanwezig is, is de geluidsarme stand
actief.
De geluidsarme stand gebruiken
Voorwaarde: U hebt het toegangsniveau op Gevorderde
eindgebruiker gezet.
1 Ga naar [3]: > Geluidsarme stand.
2 Doe een van de volgende zaken:
Als u wilt…Dan…
De geluidsarme stand volledig
deactiveren
Het niveau van de geluidsarme
stand handmatig inschakelen
Een programma van de
geluidsarme stand gebruiken
en programmeren
Voorbeeld: uw baby slaapt 's namiddags
U zit in de volgende situatie:
▪ Echter, de baby slaapt 's namiddags en u wilt dat het dan stil is.
Dan kunt u het volgende doen:
Voorwaarde: U hebt het toegangsniveau op Gevorderde
eindgebruiker gezet.
1 Ga naar [3]: > Geluidsarme stand.
2 Selecteer AAN en druk op .
3 Ga naar [7.4.4]: > Gebruikerinstellingen >
Voorgeprogrammeerde waarden > Geluidsarm niveau.
4 Selecteer Niveau 1 en druk op .
Voordeel:
De buitenunit werkt het stilst.
Selecteer Altijd UIT en druk op
.
▪ Selecteer AAN en druk op
.
▪ Ga naar [7.4.4]: >
Gebruikerinstellingen >
Voorgeprogrammeerde
waarden > Geluidsarm
niveau.
▪ Selecteer een niveau en
druk op .
▪ Selecteer Automatisch en
druk op .
▪ Programmeer een
programma. Zie
"4.7.2Programma's
gebruiken en
programmeren"op
pagina18.
4.6.3De vakantiestand gebruiken
Over de vakantiestand
Tijdens uw vakantie kunt u de vakantiestand gebruiken om van uw
normale programma's af te wijken zonder deze te moeten
veranderen. U kunt de vakantiestand enkel gebruiken als de
temperatuurregeling = regeling via de kamerthermostaat. Zie ook
"4.4.3Bepalen welke temperatuurregeling u gebruikt"op pagina8.
De vakantiestand gebruiken omvat typisch de volgende stappen:
1De vakantie configureren voor een van de volgende situaties:
U moet een dag selecteren: de
ruimteverwarming/-koeling zal volgens
de gewenste kamertemperatuur van
de geselecteerde dag verlopen.
U gaat weg tijdens uw
vakantie
U moet de instellingen configureren
van de ruimteverwarming/-koeling.
▪ De ruimteverwarming/-koeling
verloopt dan volgens deze
instellingen.
▪ Productie van warm tapwater kan
worden AAN of UIT gezet. Als u
beslist om het UIT te zetten, blijft de
desinfectiestand actief.
2De vakantiestand activeren.
▪ Als u NIET activeert, zullen de geconfigureerde vakantie-
instellingen NIET gebruikt worden.
▪ Als u activeert:
PeriodeDan…
Voor en na uw
vakantie
Uw normale programma's zullen
gebruikt worden.
Tijdens uw vakantieDe geconfigureerde vakantie-
instellingen zullen gebruikt worden.
Nagaan of de vakantiestand geactiveerd is en/of loopt
1 Druk op om naar een van de startpagina's te gaan.
2 Ga het volgende na:
Als… verschijntDan…
Een van de volgende
vakantiestanden is
geactiveerd:
▪ De vakantiestand (Elders) is
geactiveerd, maar loopt nog
NIET.
▪ De vakantiestand (Thuis) is
geactiveerd. U kunt niet zien
of de vakantiestand al loopt.
De vakantiestand (Elders) is
geactiveerd en loopt.
De vakantie (als u thuis blijft) configureren
Voorwaarde: U hebt het toegangsniveau op Gevorderde
eindgebruiker gezet.
1 Ga naar [2.2]: > Vakantie > Vakantiestand.
2 Selecteer Thuis.
3 Configureer de instellingen van de vakantiestand (als u thuis
blijft).
4 Activeer de vakantiestand.
Mogelijke instellingen van de vakantiestand (als u thuis blijft)
InstellingBeschrijving
Van en TotDe eerste en de laatste dag van uw vakantie.
Dagprogramma
gebruiken
Het dagprogramma gebruikt tijdens uw vakantie.
Voorbeeld: Zaterdag
INFORMATIE
Schakel over naar Gev. eindgebrkr als u de instelling van
Dagprogramma gebruiken wilt wijzigen.
De vakantie (als u weg bent) configureren
Voorwaarde: U hebt het toegangsniveau op Gevorderde
eindgebruiker gezet.
1 Ga naar [2.2]: > Vakantie > Vakantiestand.
2 Selecteer Elders.
3 Configureer de instellingen van de vakantiestand (als u weg
bent).
4 Activeer de vakantiestand.
Mogelijke instellingen van de vakantiestand (als u weg bent)
InstellingBeschrijving
Van en TotDe eerste en de laatste dag van uw vakantie.
BedrijfmodusDe bedrijfsmodus gebruikt tijdens uw vakantie.
VerwarmingHetinstelpunt gebruikt tijdens uw vakantie
wanneer de unit in de stand Verwarming werkt.
KoelingHetinstelpunt gebruikt tijdens uw vakantie
wanneer de unit in de koelstand werkt.
WarmtapwaterZet de productie van warm tapwater AAN of UIT
tijdens uw vakantie.
INFORMATIE
U kunt de instellingen van Van en Tot alleen in het niveau
Eindgebruiker wijzigen. Om de andere instellingen te
wijzigen moet u naar het niveau Gev. eindgebrkr
overschakelen.
De vakantiestand activeren of deactiveren
Voorwaarde: U moet de vakantie configureren.
1 Ga naar [2.1]: > Vakantie > Vakantie.
2 Doe een van de volgende zaken:
▪ Om te activeren, selecteer Ja en druk op .
▪ Om te deactiveren, selecteer Nee en druk op .
Voorbeeld: u gaat weg tijdens de winter
U zit in de volgende situatie:
▪ Binnen 2dagen gaat u gedurende 2weken weg tijdens de winter.
▪ U wilt energie besparen, maar toch beletten dat vorst in uw huis
zou optreden.
Dan kunt u het volgende doen:
Voorwaarde: U hebt het toegangsniveau op Gevorderde
eindgebruiker gezet.
1 Configureer de vakantie. Ga naar [2]: > Vakantie en
configureer de volgende instellingen:
InstellingWaarde
VakantiestandElders
Van2 februari 2014
Tot16 februari 2014
BedrijfmodusVerwarming
Verwarming12°C
2 Activeer de vakantiestand.
▪ Ga naar [2.1]: > Vakantie > Vakantie.
▪ Selecteer Ja en druk op .
Voordeel:
▪ Voor en na uw vakantie zal uw normaal programma gebruikt
worden.
▪ Tijdens uw vakantie bespaart u energie en zorgt u ervoor dat er
geen vorst in uw huis optreedt.
Uitgebreide handleiding voor de gebruiker
16
EHYHBH05AA + EHYHBH/X05+08AA + EHYKOMB33AA
Daikin Altherma hybrid warmtepomp
4P355632-1A – 2016.02
4 Bediening
15:20
20.0°C
Ma
Kamer
Werkelijke temp
15:20
20.0°C
17:30
Werkelijke temp
Kamer
Gepland
Ma
Di
Voorbeeld: u komt thuis tijdens uw vakantie
U zit in de volgende situatie:
▪ U configureert en activeert de vakantiestand (Elders).
▪ U komt tijdens uw vakantie thuis voor een paar uur en wilt uw
normaal programma gebruiken.
Dan kunt u het volgende doen:
1 De vakantiestand deactiveren.
2 Wanneer u terug weg gaat, activeert u terug de vakantiestand.
Voordeel:
U hoeft uw programma of vakantieconfiguratie NIET te wijzigen.
4.6.4Informatie aflezen
Informatie aflezen
Voorwaarde: U hebt het toegangsniveau op Gevorderde
eindgebruiker gezet.
1 Ga naar [6]: > Informatie.
Mogelijk af te lezen Informatie
In menu…Kunt u aflezen…
[6.1] SensorinformatieDe kamer-, tank- of
warmtapwater- en
aanvoerwatertemperatuur.
(Indien van toepassing)
[6.2] EnergiemetingGeproduceerde energie,
verbruikte elektriciteit en
verbruikt gas.
[6.3] StoringsbehandelingDe storingsgeschiedenis en het
contact-/helpdesknummer.
[6.4] GebruikertoegangsniveauHet huidig
gebruikertoegangsniveau.
[6.5] StelmotorenDe toestand/stand van elke
stelmotor. Voorbeeld: De pomp
van het warm tapwater AAN/UIT.
[6.6] BedrijfsmodiDe huidige bedrijfsmodus.
Voorbeeld: De stand Ontdooien/
olieretour.
[6.7] BedrijfsurenDe bedrijfsuren van het systeem.
[6.8] VersieVersie-informatie over het
systeem.
4.6.5De datum, de tijd, de meeteenheden, het
contrast en de achtergrondverlichting
configureren
Mogelijke instellingen van de meeteenheden
InstellingMogelijke meeteenheden
Decimale punt▪ Punt
▪ Komma
Temperatuur▪ °C
▪ °F
Geprod. energie▪ kWh
▪ MBtu
Debiet▪ l/min
▪ GPM
Effectiviteit▪ EU
▪ USA
Verbruikt gas▪ m³
▪ ft³
▪ kWh
Het contrast van de gebruikersinterface configureren
Voorwaarde: U hebt het toegangsniveau op Gevorderde
eindgebruiker gezet.
1 Ga naar [7.1.1]: > Gebruikerinstellingen > Display >
Contrast.
De duurtijd van de achtergrondverlichting van het scherm van
de gebruikersinterface configureren
Voorwaarde: U hebt het toegangsniveau op Gevorderde
eindgebruiker gezet.
1 Ga naar [7.1.2]: > Gebruikerinstellingen > Display >
Verlichting LCD tijd.
4.6.6Het gebruikerprofiel en de startpagina's
configureren
Een gebruikerprofiel instellen
Voorwaarde: U hebt het toegangsniveau op Gevorderde
eindgebruiker gezet.
1 Ga naar [7.1.3]: > Gebruikerinstellingen > Display >
Gebruikerprof..
2 Selecteer een gebruikerprofiel en druk op .
Mogelijke gebruikersprofielen
Indien het gebruikerprofiel = Gedetailleerd kunt u meer zien en doen
op de startpagina's.
GebruikerprofielVoorbeeld
Basis
De tijd en de datum configureren
Voorwaarde: U hebt het toegangsniveau op Gevorderde
eindgebruiker gezet.
1 Ga naar [1]: > Tijd/datum instellen.
De meeteenheden configureren
Voorwaarde: U hebt het toegangsniveau op Gevorderde
eindgebruiker gezet.
1 Ga naar [7.6]: > Gebruikerinstellingen > Meeteenheid.
Ga naar Gev. eindgebrkr om de zomertijd en de
tijdsweergave 12/24u te wijzigen.
Gedetailleerd
Configureren welke startpagina's voor de eindgebruiker
beschikbaar zijn
Voorwaarde: U hebt het toegangsniveau op Gevorderde
eindgebruiker gezet.
Uitgebreide handleiding voor de gebruiker
17
4 Bediening
1 Ga naar [7.1.4]: > Gebruikerinstellingen > Display >
Beschikbare homepages.
Gevolg: De lijst met de voor uw systeemlay-out mogelijke
startpagina's verschijnt op het scherm.
2 Selecteer een startpagina en druk op .
3 Doe een van de volgende zaken:
▪ Om de startpagina op het scherm op te roepen, selecteer Ja
en druk op .
▪ Om de startpagina te verbergen, selecteer Nee en druk op
.
4.6.7Knoppen en functies vergrendelen en
ontgrendelen
Over vergrendelen en ontgrendelen
U kunt de volgende soorten vergrendelingen gebruiken:
▪ Toetsvergrendeling: vergrendeling van alle toetsen om te beletten
dat kinderen instellingen zouden wijzigen.
▪ Functievergrendeling: vergrendeling van een welbepaalde functie
om te beletten dat iemand de instellingen van die functie zou
wijzigen.
Mogelijke functievergrendelingen
GrendelAls actief, kan niemand…
Kamer AAN/UITDe regeling van de
kamertemperatuur AAN of UIT
zetten.
AWT AAN/UITDe regeling van de
aanvoerwatertemperatuur
(primair + secundair) AAN of UIT
zetten.
Tank AAN/UITDe regeling van het warm
tapwater AAN of UIT zetten.
Temperatuur omhoog/omlaagTemperaturen aanpassen.
Geluidsarme standDe geluidsarme stand gebruiken.
VakantieDe vakantiestand gebruiken.
BedrijfmodusStel de ruimtebedrijfsmodus in.
GebruikerinstellingenInstellingen wijzigen in [7]: >
Gebruikerinstellingen.
Warmtapwater Aan/UitDe regeling van het warm
tapwater AAN- of UIT-zetten.
Nagaan of een vergrendeling actief is
1 Druk op om naar een van de startpagina's te gaan.
2 Als op het scherm verschijnt, is het kinderslot actief.
Opmerking: Als u op een startpagina zit en probeert een
vergrendelde functie te gebruiken, verschijnt 1 seconde op het
scherm.
De toetsvergrendeling in- of uitschakelen
1 Druk op om naar een van de startpagina's te gaan.
2 Druk langer dan 5seconden op .
Een functievergrendeling activeren of deactiveren
1 Druk op om naar de menustructuur te gaan.
2 Druk langer dan 5seconden op .
3 Selecteer een functie en druk op .
4 Selecteer Vergrendelen of Ontgrendelen en druk op .
4.7Voorgeprogrammeerde waarden
en programma's
4.7.1Voorgeprogrammeerde waarden
gebruiken
Over voorgeprogrammeerde waarden
U kunt voor veel regelingen voorgeprogrammeerde waarden
definiëren. Met voorgeprogrammeerde waarden kunt u gemakkelijk
dezelfde waarde op veel plaatsen gebruiken (in programma's en op
de startpagina van de ruimtetemperaturen ( en )). Indien u later de
waarde wilt wijzigen, hoeft u dit maar op één plaats te doen.
Voorgeprogrammeerde waarden definiëren
1 Ga naar [7.4]: > Gebruikerinstellingen >
Voorgeprogrammeerde waarden.
2 Selecteer de regeling waarvoor u een voorgeprogrammeerde
3 Selecteer een voorgeprogrammeerde waarde en druk op .
Voorbeeld: Comfort (verwarming).
4 Selecteer een temperatuur en druk op .
Mogelijke voorgeprogrammeerde waarden
RegelingVoorgeprogrammee
rde waarde
Kamertemperat
uur
AWT primairComfortIn programma's van de
TanktemperatuurOpslag comfortIn het programma van de
Geluidsarm niveauWordt gebruikt als de
ElektriciteitsprijsHoog
BrandstofprijsGebruikt wanneer de
Comfort▪ Kamertemperatuurprogra
Eco
Eco
Opslag economisch?
WarmhoudenIn het programma van de
Middel
Laag
4.7.2Programma's gebruiken en
programmeren
Over programma's
Afhankelijk van uw systeemlay-out en de installateurconfiguratie
kunnen (voorgeprogrammeerde en/of eigen) programma's voor veel
regelingen beschikbaar zijn.
U kunt:
Waar gebruikt
mma's
▪ Startpagina van de
kamertemperaturen ( en
) als het gebruikerprofiel
= Gedetailleerd
primaire
aanvoerwatertemperaturen
warmtapwatertanktemperatu
renals de
warmtapwatertankstandis
▪ Gepland
▪ Gepland + warmhouden
warmtapwatertanktemperatu
renals de
warmtapwatertankstand=
Gepland + warmhouden
geluidsarme stand op AAN
ingesteld staat
Gebruikt wanneer de
spaarstand
(installateurinstelling) op
Economisch ingesteld staat.
spaarstand
(installateurinstelling) op
Economisch ingesteld staat.
Uitgebreide handleiding voor de gebruiker
18
EHYHBH05AA + EHYHBH/X05+08AA + EHYKOMB33AA
Daikin Altherma hybrid warmtepomp
4P355632-1A – 2016.02
4 Bediening
07 :00
-- : -- --
Verwarmingsprogramma instellen
Ma
Comfort
Selecteren
Scroll
Regel verwijderen
Dagprogramma wissen
Dag kopiëren
Programma opslaan
▪ Selecteren welke programma's u thans wilt gebruiken.
▪ Uw eigen programma's programmeren als de
voorgeprogrammeerde programma's niet voldoen. De acties die u
kunt programmeren hangen van de regeling af.
Mogelijke acties per regeling
RegelingMogelijke acties
Kamertemperatuur Programmeren wanneer een kamer verwarmd
Primaire
temperatuur
uittredend water
Secundaire
temperatuur
uittredend water
Warmtapwatertankt
emperatuur
Geluidsarme stand Programmeren wanneer de unit welk niveau
(Enkel voor ter
plaatse voorziene
warmtapwaterpo
mp voor de
secundaire
retour)
Pomp voor warm
tapwater
ElektriciteitsprijsProgrammeren wanneer een bepaald
(a) Start het opwarmen tot het gewenst instelpunt (Comfort/
Eco) is bereikt.
(b) Stop het opwarmen, zelfs als de gewenste temperatuur
nog niet bereikt werd; voorbeeld: als de tarieven voor
elektriciteit overdag hoger zijn, kunt u een stop om 06:00
programmeren.
Het programma selecteren dat u nu wilt gebruiken
1 Ga naar [5]: > Programma selecteren.
2 Selecteer de regeling waarvoor u een programma wilt
gebruiken. Voorbeeld: [5.1] Kamertemperatuur.
3 Selecteer de bedrijfsmodus waarvoor u een programma wilt
gebruiken. Voorbeeld: [5.1.1] Verwarming.
4 Selecteer een voorgeprogrammeerd of een eigen programma
en druk op .
Een programma programmeren
1 Ga naar [7.3]: > Gebruikerinstellingen > Ingesteld
programma.
2 Open een leeg, voorgeprogrammeerd of eigen programma.
De voorgeprogrammeerde programma's gelden voor zowel
de verwarming als de koeling.
Uitgebreide handleiding voor de gebruiker
20
EHYHBH05AA + EHYHBH/X05+08AA + EHYKOMB33AA
Daikin Altherma hybrid warmtepomp
4P355632-1A – 2016.02
d
c
T
a
T
t
ab
TtStreefaanvoerwatertemperatuur
TaBuitentemperatuur
a Lage buitenomgevingstemperatuur
b Hoge buitenomgevingstemperatuur
c Gewenste aanvoerwatertemperatuur als de
buitentemperatuur gelijk is aan de lage
omgevingstemperatuur of lager dan deze temperatuur.
Opmerking: in verwarming moet deze waarde hoger zijn
dan (d), omdat bij lage buitentemperaturen warmer water
nodig is. In koeling moet deze waarde hoger zijn dan (d),
omdat bij lage buitentemperaturen minder koud water
voldoende is
d Gewenste aanvoerwatertemperatuur als de
buitentemperatuur gelijk is aan de lage
omgevingstemperatuur of erover komt. Opmerking: in
verwarming moet deze waarde lager zijn dan (c), omdat bij
hoge buitentemperaturen minder warm water nodig is. In
koeling moet deze waarde lager zijn dan (c), omdat bij
hoge buitentemperaturen kouder water nodig is.
Als de boosterstand van de warmtapwatertank
ingeschakeld is, kan het verwarmen of koelen van ruimten
voor het comfort voor problemen zorgen of kan er
onvoldoende capaciteit zijn om voor comfort te zorgen. Als
warm tapwater vaak moet worden aangemaakt, zal het
verwarmen of koelen van ruimten regelmatig en langdurig
onderbroken worden.
4.10.4Het contact/helpdesknummer [6.3.2]
InstellingStandaardVul in…
Contact/helpdesknummer—
Uitgebreide handleiding voor de gebruiker
23
5 De energieprijzen instellen
5De energieprijzen instellen
Wanneer de spaarstand van uw systeem op Economisch ingesteld
staat, kunt u de volgende zaken instellen:
▪ een vaste prijs voor gas
▪ 3 prijsniveaus voor elektriciteit
▪ een weektimer voor prijzen voor elektriciteit.
De spaarstand wordt door de installateur ingesteld en kan
ecologisch of economisch zijn. In de stand Ecologisch wordt het
verbruik aan primaire energie geminimaliseerd en in de stand
Economisch zijn het de exploitatiekosten. Bespreek met de
installateur welke spaarstand het beste is. Raadpleeg de
installatiehandleiding voor meer informatie.
Voorbeeld: Hoe de energieprijzen op de gebruikersinterface
instellen?
PrijsWaarde in verwijzing
Gas: 5,3eurocent/kWh[7.4.6]=5,3
Gas: 4,8eurocent/kWh[7.4.6]=4,8
Elektriciteit: 12eurocent/kWh[7.4.5.1]=12
Elektriciteit: 12,49pence/kWh[7.4.5.1]=12
5.1De prijs voor gas instellen
1 Ga naar [7.4.6]: > Gebruikerinstellingen >
Voorgeprogrammeerde waarden > Brandstofprijs.
2 Gebruik en om de juiste prijs in te stellen.
3 Druk op om te bevestigen.
INFORMATIE
De waarden voor Hoog, Middel en Laag stemmen overeen
met de waarden van de prijzen voor elektriciteit voor Hoog,
Middel en Laag die zonet werden ingesteld. Indien er geen
programma werd ingesteld, wordt rekening gehouden met
de Hoog-prijs voor elektriciteit.
5.4Over energieprijzen in geval van
een stimulans per kWh
hernieuwbare energie
Er kan bij het instellen van de energieprijzen rekening worden
gehouden met een stimulans. Hoewel de exploitatiekosten kunnen
verhogen, zullen de totale werkingskosten geoptimaliseerd worden
rekening houdende met de terugbetaling.
OPMERKING
Vergeet aan het einde van de stimulansperiode niet de
instelling van de energieprijzen te veranderen.
5.4.1De gasprijs instellen in geval van een
stimulans per kWh hernieuwbare energie
Voorwaarde: Bereken met de volgende formule de waarde van de
gasprijs: huidige gasprijs+(stimulans/kWh×0,9)
1 Ga naar [7.4.6]: > Gebruikerinstellingen >
Voorgeprogrammeerde waarden > Brandstofprijs.
2 Gebruik en om de juiste prijs in te stellen.
3 Druk op om te bevestigen.
INFORMATIE
▪ De prijzen kunnen van 0.00~290 munteenheid/MBtu
(met 2significante waarden) ingesteld worden.
▪ De prijzen kunnen van 0.00~990 munteenheid/kWh
(met 2significante waarden) ingesteld worden.
5.2De prijs voor elektriciteit instellen
1 Ga naar [7.4.5]: > Gebruikerinstellingen >
Voorgeprogrammeerde waarden > Elektriciteitsprijs.
2 Gebruik en om de juiste prijzen in te stellen voor Hoog,
Middel en Laag, overeenkomstig uw elektriciteitstarief.
3 Druk op om te bevestigen.
INFORMATIE
De prijzen kunnen van 0.00~990 munteenheid/kWh (met
2significante waarden) ingesteld worden.
INFORMATIE
Indien er geen programma werd ingesteld, wordt rekening
gehouden met de Elektriciteitpr voor Hoog.
5.3De weektimer van de prijs voor
elektriciteit instellen
1 Ga naar [7.3.8]: > Gebruikerinstellingen > Ingesteld
programma > Elektriciteitsprijs.
2 Programmeer het programma overeenkomstig de Hoog-,
Middel- en Laag-prijzen voor elektriciteit voor elk tijdsinterval.
3 Druk op om het programma op te slaan.
5.4.2De elektriciteitprijs instellen in geval van
een stimulans per kWh hernieuwbare
energie
Voorwaarde: Bereken met de volgende formule de waarde van de
elektriciteitsprijs: huidige elektriciteitsprijs+stimulans/kWh.
1 Ga naar [7.4.5]: > Gebruikerinstellingen >
Voorgeprogrammeerde waarden > Elektriciteitsprijs.
2 Gebruik en om de juiste prijzen in te stellen voor Hoog,
Middel en Laag, overeenkomstig uw elektriciteitstarief.
3 Druk op om te bevestigen.
5.4.3Voorbeeld
Dit is een voorbeeld en de in dit voorbeeld gebruikte prijzen en/of
waarden zijn NIET precies.
De gebruikersinterface kan de volgende statistieken grafisch
weergeven:
▪ geproduceerde energie: de energie die de warmtepomp
produceert
▪ elektriciteitsverbruik: opgenomen via een elektriciteitsmeter of,
indien er geen werd geplaatst, berekend door de interface op
basis van een inwendige berekening
▪ gasverbruik: alleen opgenomen wanneer een externe gasmeter
werd geplaatst. Opmerking: de waarden die door de meter worden
opgenomen kunnen verschillen van deze die op de boiler worden
weergegeven.
6.1De energiestatistieken raadplegen
Voorwaarde: U hebt het toegangsniveau op Gevorderde
eindgebruiker gezet.
1 Ga naar [6.2]: > Informatie > Energiemeting.
2 Selecteer Verbrkte elektr., Geprod. energie of Verbruikt gas.
3 Gebruik knoppen en om de huidige maand, de vorige
maand, de laatste 12 maanden en een algemeen overzicht
weer te geven.
4 Gebruik knoppen en om de verschillende standen weer
te geven (indien van toepassing).
7Tips om energie te besparen
Tips in verband met de kamertemperatuur
▪ Zorg ervoor dat de gewenste kamertemperatuur NOOIT te hoog
(in de stand Verwarming) of te laag (in de stand Koeling) is, maar
ALTIJD volgens wat u werkelijk nodig hebt. Elke graad minder kan
een besparing tot 6% op de kosten voor verwarming/koeling
opleveren.
▪ Verhoog de gewenste ruimtetemperatuur NIET om de ruimte
vlugger te verwarmen. De ruimte zal NIET vlugger warm worden.
▪ Als uw systeemlay-out trage warmteafgevers bevat (voorbeeld:
vloerverwarming), vermijd grote schommelingen van de gewenste
ruimtetemperatuur en laat de ruimtetemperatuur NIET te laag
zakken. Het zal langer duren en meer energie kosten om de
ruimte opnieuw te verwarmen.
▪ Gebruik een weekprogramma voor uw normale behoeften aan
ruimteverwarming of ruimtekoeling. Indien nodig kunt u
gemakkelijk afwijken van het programma:
▪ Voor kortere periodes: u kunt de geplande ruimtetemperatuur
negeren. Voorbeeld: Als u een fuifje geeft of als u gedurende
enkele uren uit huis bent.
▪ Voor langere periodes: u kunt de vakantiestand gebruiken.
Voorbeeld: Als u thuis blijft tijdens uw vakantie of als u weg
gaat tijdens uw vakantie.
Tips in verband met de aanvoerwatertemperatuur
▪ In de stand Verwarming zal een lagere gewenste
aanvoerwatertemperatuur zorgen voor een lager energieverbruik
en betere prestaties. In de stand Koeling geldt het omgekeerde.
▪ Stel de gewenste aanvoerwatertemperatuur in volgens het
warmteafgiftesysteem. Voorbeeld: De vloerverwarming is
ontworpen voor een lagere aanvoerwatertemperatuur dan de
radiatoren en warmtepompconvectoren.
Tips in verband met de temperatuur van de warmtapwatertank
▪ Gebruik een weekprogramma voor uw normale behoeften aan
tot een voorgeprogrammeerde waarde (Opslag comfort = een
hogere warmtapwatertanktemperatuur), omdat de vraag naar
ruimteverwarming dan kleiner is.
▪ Wanneer het onvoldoende is om de warmtapwatertank één
maal 's nachts op te warmen, programmeer dan zodat
dewarmtapwatertank extra opwarmt tot een
voorgeprogrammeerde waarde (Opslag eco = een
lagerewarmtapwatertanktemperatuur) overdag.
▪ Waak erover dat de gewenste warmtapwatertanktemperatuur
NIET te hoog is. Voorbeeld: Na de installatie, verlaag de
warmtapwatertanktemperatuur dagelijks met 1°C en controleer of
u nog steeds voldoende warm water hebt.
▪ Programmeer om de pomp van het warm tapwater enkel AAN te
zetten tijdens die periodes van de dag waar onmiddellijk warm
water nodig is. Voorbeeld: 'sMorgens en 'savonds.
8Onderhoud en service
8.1Overzicht: onderhoud en service
De installateur moet een jaarlijks onderhoud doen. U vindt het
contact/helpdesknummer via de gebruikersinterface.
Als eindgebruikermoet u:
▪ De ruimte rondom de unit zuiver houden.
▪ De gebruikersinterface reinigen met een vochtig zacht doekje.
Gebruik hiervoor NOOIT detergenten.
▪ Controleer regelmatig of de waterdruk op de gasboiler meer dan
1bar bedraagt. Zet de boiler uit om de druk op het hoofdscherm
van de gasboiler te zien. Houd geen rekening met de fout die op
de gebruikersinterface verschijnt. Deze fout verdwijnt zodra u de
gasboiler terug aanzet.
▪ Zorg er steeds voor dat de prijzen voor gas en elektriciteit die in
de gebruikersinterface bepaald zijn, bijgewerkt zijn.
Koelmiddel
Dit product bevat gefluoreerde broeikasgassen. Laat de gassen
NIET vrij in de atmosfeer.
Koelmiddeltype: R410A
Waarde globaal opwarmingspotentieel (GWP): 2087,5
OPMERKING
In Europa worden de broeikasgasemissies van de totale
koelmiddelvulling in het systeem (uitgedrukt in tonnen CO2equivalent) gebruikt om de onderhoudsintervallen te
bepalen. Houd u aan de geldende wetgeving.
Formule om broeikasgasemissies te berekenen: GWPwaarde koelmiddel × totale koelmiddelvulling [in kg] / 1000
Neem contact op met uw installateur voor meer informatie.
8.2Het contact/helpdesknummer
vinden
Voorwaarde: U hebt het toegangsniveau op Gevorderde
1 Ga naar [6.3.2]: > Informatie > Storingsbehandeling >
Contact/helpdesknummer.
9Opsporen en verhelpen van
storingen
9.1Overzicht: storingen opsporen en
verhelpen
Indien een storing optreedt, verschijnt op de startpagina's. U kunt
op drukken voor meer informatie over de storing.
U kunt, voor de hierna vermelde symptomen, zelf proberen het
probleem op te lossen. Contacteer uw installateur voor alle andere
problemen. U vindt het contact/helpdesknummer via de
gebruikersinterface.
9.2De storingsgeschiedenis nagaan
Voorwaarde: Alleen beschikbaar als op de startpagina's
verschijnt.
1 Ga naar [6.3.1]: > Informatie > Storingsbehandeling >
Storingsgeschiedenis.
9.3De waarschuwingsgeschiedenis
nagaan
Voorwaarde: Alleen beschikbaar als op de startpagina's
verschijnt.
1 Ga naar [6.3.1]: > Informatie > Storingsbehandeling >
Waarschuwingshistoriek.
9.4Symptoom: u vindt het te koud
(warm) in uw woonruimte
Mogelijke oorzaakWat te doen
De gewenste ruimtetemperatuur
is te laag (hoog).
De gewenste ruimtetemperatuur
kan niet bereikt worden.
Verhoog (verlaag) de gewenste
ruimtetemperatuur.
Indien het probleem dagelijks
terugkomt, doe dan een van de
volgende zaken:
▪ Verhoog (verlaag) de
voorgeprogrammeerde waarde
van de ruimtetemperatuur.
▪ Pas het programma voor de
ruimtetemperatuur aan.
Verhoog de gewenste
aanvoerwatertemperatuur in
functie van het
warmteafgiftesysteem.
9.5Symptoom: het water uit de kraan
is te koud
Mogelijke oorzaakWat te doen
U hebt geen warm tapwater meer
door een ongewoon hoog
verbruik.
De
gewenstewarmtapwatertanktem
peratuur is te laag.
Indien u onmiddellijk warm
tapwater nodig hebt, activeer de
boosterstand van
dewarmtapwatertank. Hierdoor
verbruikt u echter extra energie.
Als u kunt wachten, negeer
(verhoog) de actieve of volgende
geplande gewenste temperatuur,
zodat er uitzonderlijk meer warm
water geproduceerd zal worden.
Indien de problemen dagelijks
terugkomen, doe dan een van de
volgende zaken:
▪ Verhoog de
voorgeprogrammeerde waarde
van
de warmtapwatertanktemperat
uur.
▪ Pas het programma van
de warmtapwatertanktemperat
uur aan. Voorbeeld:
Programmeer om
dewarmtapwatertank extra op
te warmen tot een
voorgeprogrammeerde waarde
(Opslag eco = een lagere
tanktemperatuur) overdag.
9.6Symptoom: Storing in de
warmtepomp
Indien de warmtepomp weigert te werken, kan de gasboiler als
noodback-upverwarmer werken en al dan niet automatisch de
volledige warmtebelasting overnemen. Wanneer de automatische
noodfunctie is ingeschakeld en een warmtepomp stop met werken
wegens een storing, zal de boiler automatisch de warmtebelasting
overnemen. Wanneer er zich een storing voordoet in de
warmtepomp terwijl de automatische noodstop niet is ingeschakeld,
stoppen het aanmaken van warm tapwater en het verwarmen van
ruimten en moet het systeem handmatig worden hersteld. De
gebruikersinterface zal u dan vragen of de boiler de volledige
warmtebelasting al dan niet moet overnemen. Als er zich een storing
in de warmtepomp voordoet, zal op de gebruikersinterface
verschijnen.
Mogelijke oorzaakWat te doen
De warmtepomp is beschadigd. ▪ Druk op om een
beschrijving van het probleem
te zien.
▪ Druk opnieuw op .
▪ Selecteer om toe te laten
dat de gasboiler de volledige
warmtebelasting overneemt.
▪ Neem contact op met uw
verdeler om de warmtepomp
te laten repareren.
Uitgebreide handleiding voor de gebruiker
26
INFORMATIE
Wanneer de gasboiler de volledige warmtebelasting
overneemt, zal het gasverbruik aanzienlijk stijgen.
EHYHBH05AA + EHYHBH/X05+08AA + EHYKOMB33AA
Daikin Altherma hybrid warmtepomp
4P355632-1A – 2016.02
10 Verplaatsen
10Verplaatsen
10.1Overzicht: verplaatsen
Indien u onderdelen van uw systeem (de gebruikersinterface, de
binnenunit, de buitenunit, de warmtapwatertank, enz.) wilt
verplaatsen, contacteer uw installateur. U vindt het contact/
helpdesknummer via de gebruikersinterface.
11Als afval verwijderen
11.1Overzicht: als afval verwijderen
Indien u onderdelen van uw systeem (de gebruikersinterface, de
binnenunit, de buitenunit, de warmtapwatertank, enz.) wilt als afval
verwijderen, contacteer uw installateur. U vindt het contact/
helpdesknummer via de gebruikersinterface.
12Verklarende woordenlijst
WTW = warm tapwater
Warm water gebruikt, in elk type van gebouw, voor
huishoudelijke doeleinden.
AWT = Aanvoerwatertemperatuur
De watertemperatuur aan de wateruitgang van de
warmtepomp.
Dealer
Verdeler die het product verkoopt.
Erkende installateur
Technisch bekwame persoon met een erkenning om het
product te installeren.
Gebruiker
Persoon die de eigenaar is van het product en/of die het
product gebruikt.
Geldende wetgeving
Alle geldende internationale, Europese, nationale en
plaatselijke richtlijnen, wetten, reglementen en/of
voorschriften betreffende een bepaald product of domein.
Onderhoudsbedrijf
Bedrijf dat bevoegd is om de vereiste service voor het
product uit te voeren of te coördineren.
Installatiehandleiding
Handleiding met instructies betreffende het installeren, het
configureren en het onderhouden van een bepaald product
of een bepaalde toepassing.
Gebruiksaanwijzing
Instructiehandleiding voor een bepaald product of een
bepaalde toepassing waarin wordt uitgelegd hoe het
product of de toepassing moet worden gebruikt.
Accessoires
Labels, handleidingen, informatiefiches, apparatuur en
uitrustingen die met het product worden meegeleverd en
die volgens de instructies in de meegeleverde documentatie
geïnstalleerd moeten worden.
Optionele apparatuur
Door Daikin gemaakte of goedgekeurde apparatuur en
uitrustingen die met het product volgens de instructies in de
meegeleverde documentatie gecombineerd mogen worden.
Ter plaatse te voorzien
Niet door Daikin gemaakte apparatuur en uitrustingen die
met het product volgens de instructies in de meegeleverde
documentatie gecombineerd mogen worden.