BORETTI BIK-70 User Manual

BIK-70 BIKW-75
G e b r u i k s a a n w i j z i n G
n o t i c e d e m p l o i
o p e r at i n G i n s t r u c t i o n s
NL
FR
ES
EN
©Boretti B.V.
BIK-70 / BIKW-75 inductiekookplaat-01
VOORWOORD
Boretti feliciteert u met uw nieuwe aanwinst voor uw keuken. Tevens dankt Boretti u voor het getoonde vertrouwen in het merk door de aanschaf van dit product.
Wij adviseren u om voor het gebruik deze handleiding aandachtig door te lezen teneinde problemen te voorkomen en u ervan te verzekeren dat u als gebruiker op de hoogte bent van de juiste en veilige werking van dit product.
Mochten er ondanks het lezen van deze handleiding of tijdens het gebruik van uw Boretti vragen ontstaan, dan vernemen wij dat graag van u.
Op de achterzijde van deze handleiding kunt u de adresgegevens vinden van Boretti.
Wij wensen u veel plezier!
Boretti
2
Inhoudsopgave
Veiligheid
Voorzorgsmaatregelen voor gebruik van het toestel 4 Gebruik van het apparaat 4 Reiniging 4 Voorzorgsmaatregelen tegen beschadiging 4 Voorzorgsmaatregelen bij defect van het apparaat 5 Andere beschermingen 5
Beschrijving van het apparaat
Technische kenmerken 5 Bedieningspaneel 6
Gebruik van het apparaat
Tiptoetsen 6 Display 6 Aanduiding restwarmte 7 Ventilatie 7
In werking stellen
Voor het eerste gebruik 7 Principe van inductie 7 Inwerkingstelling 7 Detectie van de pan 8 Aanduiding restwarmte 8 Booster functie 8 Timer functie 9 Programmeren van automatisch koken «go and stop» 10 Vergrendeling van het bedieningspaneel 10
Kookadvies
Kwaliteit van de pan 10 Afmetingen van de pan 11 Voorbeelden van vermogenregeling 11
Onderhoud en reiniging 11
Kleine storingen verhelpen 12
NL
FR
ES
EN
Installatievoorschriften 13
Elektrische aansluiting 14
Milieubescherming 15
3
Veiligheid
Voorzorgsmaatregelen voor gebruik van het toestel
Verwijder alle verpakkingen. De installatie en de elektrische aansluiting van het apparaat dienen aan een erkende vakman toevertrouwd te worden. Boretti kan niet ver­antwoordelijk gesteld worden voor eventuele schade voortkomend uit een foutieve inbouw of aansluiting.
Het apparaat mag enkel gebruikt worden wan­neer het gemonteerd en geïnstalleerd is in een meubel met een gehomologeerd en aangepast werkvlak.
Het is enkel bestemd voor gewoon huishoudelijk gebruik (bereiding van voedingsmiddelen) met uitsluiting van alle ander huishoudelijk, com­mercieel of industrieel gebruik. Verwijder alle etiketten en zelfklevers van het vitrokeramisch glas. Het apparaat niet ombouwen of wijzigen. De kookplaat dient niet als ondergrond of werk­vlak. De veiligheid wordt enkel verzekerd wanneer het apparaat volgens de vereiste voorschriften op een aardleiding is aangesloten. Gebruik geen verlengkabel voor de aansluiting op het elektrisch net. Het apparaat mag niet gebruikt worden boven een vaatwasmachine of een droogkast, de vrij­gekomen damp kan de elektronische appara­tuur beschadigen.
Gebruik van het apparaat
Schakel de warmtebron na gebruik steeds uit. Waak steeds over bereidingen die oliën en vet­ten bevatten want deze kunnen vlug vlam vat­ten. Pas op voor brandwonden tijdens en na het ge­bruik van het apparaat. Kinderen het apparaat niet laten gebruiken. Verzeker u ervan dat geen enkele elektrische kabel van een vast of los apparaat met het war-
me kookvlak of met een warme pan in contact komt. Magnetisch gevoelige voorwerpen (credit­cards, informatica diskettes, rekenmachines) mogen zich niet in de onmiddellijke nabijheid van het functionerende apparaat bevinden. Gebruik alleen pannen die geschikt zijn voor inductie. Bij onverhoeds aanschakelen of rest­warmte zouden andere materialen kunnen smelten of ontbranden. Bedek het apparaat nooit met een doek of een beschermblad. Het zou kunnen verhitten en ontvlammen.
Reiniging
Schakel het apparaat uit alvorens te reinigen. Laat warme delen eerst afkoelen. Gebruik geen stoom- of druktoestellen. Gebruik geen middelen die de vitrokeramiek zouden kunnen bekrassen (zoals schuurspon­sen, mespunten, …).
Voorzorgsmaatregelen tegen beschadiging
Beschadigde pannen, of pannen met ruwe bodem (niet geëmailleerd gietijzer) kunnen de vitrokeramiek beschadigen. De aanwezigheid van zand of andere schuurma­terialen kunnen de vitrokeramiek beschadigen. Laat geen voorwerpen (zelfs kleine) op het vitrokeramiek vallen. Vermijd het stoten van pannen tegen de rand van het glas. Verzeker u ervan dat de ventilatie van het ap­paraat verloopt volgens de instructies van de fabrikant. Plaats of laat geen lege pannen op de kook­plaat. Vermijd het contact van suiker, synthetische stoffen of aluminiumfolie met de hete zones. Deze stoffen kunnen tijdens het afkoelen het vi­trokeramische oppervlak doen barsten of aan­tasten: schakel het apparaat uit en verwijder ze onmiddellijk van de nog hete zones (opge­past: risico voor brandwonden)
4
Plaats nooit een warme pan op de bedienings­zone. Indien er onder het inbouwapparaat een lade is, zorg dan voor een voldoende afstand (2 cm) tussen de inhoud van de lade en de onderkant van het apparaat teneinde een goede ventilatie te verzekeren. Leg geen ontvlambare voorwerpen (bv sprays) in de lade onder de kookplaat. Eventuele bestekbakken dienen in warmtebe­stendig materiaal te zijn uitgevoerd.
Voorzorgsmaatregelen bij defect van het ap­paraat
Bij het vaststellen van een defect, het apparaat uitzetten en de elektrische toevoer uitschake­len. Schakel onmiddellijk de elektrische stroom van het apparaat uit indien er een barst of spleet in de vitrokeramiek is en verwittig de technische dienst van Boretti. De herstellingen dienen enkel door gespeciali­seerd personeel te worden uitgevoerd. In geen geval het apparaat zelf openen.
Andere beschermingen
Zorg ervoor dat de pan steeds in het midden van de kookzone staat. De bodem van de pan moet de kookzone zoveel mogelijk bedekken. Een magnetisch veld kan elektronische appara­tuur beïnvloeden. Personen die een pacemaker dragen doen er goed aan eerst een arts te raadplegen. Gebruik geen synthetische of aluminium kook­pannen: deze kunnen op de nog hete zones smelten. Oude apparaten bevatten waardevolle metalen. Neem bij uw gemeente of verkooppunt inlichtin­gen betreffende de reclyclingmogelijkheden.
NL
FR
ES
EN
Beschrijving van het apparaat
Technische kenmerken
Type Totaal vermogen Positie van de Nominaal Vermogen Diameter kookzone vermogen* booster *
BIK-70 7400W Links voor 2300 W 3300 W 210 mm Links achter 2300 W 3300 W 210 mm Rechts achter 2300 W 3300 W 210 mm Rechts voor 2300 W 3300 W 210 mm
BIKW-75 7400W Links voor 2300W 3200W 210 mm Links achter 1400W 1800W 180 mm Rechts achter 1400W 1800W 145 mm Rechts voor / Wok 2300W 3200W 314 mm
* het vermogen varieert in functie van de afmetingen en het materiaal van de pannen.
5
Bedieningspaneel
Aanduiding timer
Lampjes voor keuze van zone voor timer
Vermogenaanduiding
Lampje kookzone
Toets Booster Toets aan/uitToets timer
Toets [+]
Toets [-]
voor de 4 zones
Gebruik van het apparaat
Tiptoetsen
Uw apparaat is uitgerust met tiptoetsen waarmee u de verschillende functies kan instellen. Het aanraken van de toets zet de functie in werking. Deze activering wordt weergegeven door een lichtje, een aflezing en/of een geluidssignaal. Druk niet op meerdere toetsen tegelijk.
Display
Display Aanduiding Functie
0 Nul Kookzone geactiveerd 1…9 Vermogenniveau Keuze kookniveau U Detectie pan Geen of ongeschikte pan A Onmiddellijke opwarming Automatisch koken E Foutmelding Defect elektronisch circuit F Foutmelding Defect functionering kookzone H Restwarmte De kookzone is warm P Booster Het turbovermogen is geactiveerd L Vergrendeling Kookplaat is beveiligd
6
Aanduiding restwarmte
Het lampje « H » licht op wanneer de overeen­stemmende kookzone heet is (de kookzones worden door de bodem van de pannen verhit). In dit geval is er gevaar voor brandwonden. De restwarmte kan gebruikt worden om de ge­rechten warm te houden.
Ventilatie
De koelingsventilator functioneert helemaal automatisch. Hij komt langzaam op gang zodra de door de elektronica vrijgekomen calorieën een bepaalde hoeveelheid overschrijden. De ventilatie schakelt naar de tweede snelheid over wanneer het kookvlak intensief gebruikt wordt. De ventilator vermindert snelheid en stopt automatisch zodra het elektronisch cir­cuit voldoende is afgekoeld.
In werking stellen
Voor het eerste gebruik
Poets uw toestel met een vochtige doek en droog het af. Gebruik geen detergent, deze kan op het glas een blauwachtige waas doen verschijnen.
Principe van inductie
Onder elke kookzone bevindt zich een inductie bobine. Wanneer deze in werking is produceert ze een variabel elektromagnetisch veld dat op zijn beurt inductiestroom produceert in de magneti­sche bodem van de pan. Hierdoor verwarmt de pan die op de kookzone staat. Uiteraard zijn aangepaste pannen vereist:
NL
FR
ES
EN
• Aanbevolen zijn alle metalen pannen met magnetische basis (eventueel met een magneet te controleren) zoals: gietijzeren ketel, zwarte ijzeren pan, geëmailleerde metalen kookpotten, in inox met magnetische bodem, …
• Uitgesloten zijn alle pannen in koper, rvs, aluminium, glas, hout, keramiek, aardewerk, rvs zonder magneet…
De inductie kookzone houdt onmiddellijk rekening met de afmeting van de gebruikte pan. Is de diameter te klein dan werkt de pan niet. De diameter varieert in functie van de diameter van de kookzone. Wanneer de pan niet aan de kookplaat aangepast is, blijft het symbool (U) branden.
Inwerkingstelling
Schakel eerst de kookplaat in, daarna de kookzone:
• In- en uitschakelen van de kookplaat:
Actie Bedieningspaneel Display Lampje
Inschakelen druk op [0/I] 4 x [0] knippert Uitschakelen druk op [0/I] geen of [H] gaat uit
7
• In- en uitschakelen van een verwarmingszone:
Actie Bedieningspaneel Display
Kiezen druk op [+] van de zone [0.] Verhogen druk op [+] van de zone [1] tot [9] Verlagen druk op [-] [9] tot [1] Uitschakelen druk tegelijkertijd op [+] en [-] [0] of [H]
of druk op [-] [0] of [H] Indien binnen de 20 seconden geen regeling is uitgevoerd, valt de elektronica terug op de wacht­positie.
Detectie van de pan
De detectie van de pan verzekert een optimale veiligheid :
• De inductie functioneert niet indien er geen pan op de kookzone staat of wanneer de pan onge
schikt is voor inductie. In dit geval is het onmogelijk het vermogen op te voeren en het symbool [U]
verschijnt op de display. Wanneer een pan op de kookzone wordt geplaatst verdwijnt de [U].
• De werking wordt onderbroken wanneer tijdens het koken de pan van de kookzone wordt geno
men. Het symbool [U] verschijnt op de display. De [U] verdwijnt wanneer de pan terug op het
kookvlak wordt geplaatst. Het koken gaat door op het voordien gekozen vermogen.
Aanduiding restwarmte
Na het uitzetten van de kookzones of het volledig uitzetten van de kookplaat zijn de kookzones nog warm en wordt dit aangegeven door [H]. Het symbool [H] gaat uit wanneer de kookzones zonder gevaar aangeraakt kunnen worden. Zolang het indicatielampje van de restwarmte blijft branden, de kookzones niet aanraken en geen enkel warmtegevoelig voorwerp op de kookzones plaatsen.
Gevaar voor brand of brandwonden!
-
-
Booster functie
De booster functie [P] verleent aan de gekozen kookzone een versterkt vermogen. Indien deze functie geactiveerd is, werken deze kookzones gedurende 10 minuten met een aanmerkelijk hoger vermogen. De booster is ontworpen om bijvoorbeeld vlug grote hoeveelheden water op te war­men, zoals bv. voor het koken van pasta.
• In- en uitschakelen van de booster:
Actie Bedieningspaneel Display
De zone kiezen druk op [+] [1] tot [9]
De booster inschakelen druk op [P] [P] gedurende 10 minuten
De booster uitschakelen druk op [-] [9]
of druk op [P] [9]
De functie booster [P] kan ook onmiddellijk worden ingeschakeld:
Actie Bedieningspaneel Display
De zone kiezen druk op [+] [0]
De booster uitschakelen druk op [-] [9]
of druk op [P] [9]
8
• Gebruik van het maximaal vermogen : Het geheel van de kookplaat is met een maximaal vermogen uitgerust. Wanneer de booster func­tie in werking is, en om dit maximaal vermogen niet te overschrijden, wordt het vermogen van een andere kookzone automatisch verminderd. De display van deze kookzone zal gedurende enkele seconden knipperend [9] aanduiden en duidt dan het maximum vermogen aan:
Gekozen kookzone Andere kookzone ( bv.: kookniveau 9 )
[P] is aangeduid [9] gaat over naar [6] of [8] afhankelijk van welke kookzone er veranderd wordt.
Timer functie
De minutenteller kan voor de 4 kookzones tegelijk worden gebruikt met verschillende tijdregelin­gen (van 0 tot 99 minuten) voor elke zone.
Regeling of wijziging van de kooktijd:
Actie Bedieningspaneel Display
De zone kiezen druk op [+] Het lampje van de zone gaat branden Het vermogen kiezen druk op [+] of [-] [1] …. [9] [P] « Timer » kiezen druk op [ Tijdsduur verminderen druk op [-] gaat van [60] naar 59,58,57,…
Tijdsduur vermeerderen druk op [ Na enkele seconden gaat het controlelampje van een “knipperpositie” over naar een “vaste” positie. De tijdsduur is ingesteld en begint te verlopen.
Afzetten van de minutentellerfunctie:
Actie Bedieningspaneel Display
De zone kiezen Druk op [+] Het lampje van de zone gaat branden
« Timer » kiezen Druk op [
« Timer » afzetten Druk op [-] en [
Indien meerdere timers geactiveerd zijn volstaat het de handeling te herhalen.
Automatisch uitschakelen op het einde van de kooktijd:
Zodra de gekozen kooktijd verlopen is duidt de timer knipperend [00] aan en een geluidssignaal weerklinkt. Druk op de toets [ ] om het geluid en het knipperlicht uit te schakelen.
Gebruik van de timer zonder koken:
Actie Bedieningspaneel Display
De kooktafel activeren Druk op [0/I] De zonelampjes gaan branden
« Timer » kiezen Druk op [
Tijdsduur verminderen Druk op [-] Gaat van [60] naar 59,58,57,…
Tijdsduur vermeerderen Druk op [ Het controlelampje knippert en gaat na enkele seconden uit. Zodra de gekozen tijd verlopen is duidt de timer knipperend [00] aan en een geluidssignaal weer­klinkt. Druk op de toets [ ] om het geluid en het knipperlicht uit te schakelen.
] Minutenteller [00] minuten
] De tijd vermeerdert …
] Overgebleven tijd
] Gaat over op [00] en gaat dan uit
] Minutenteller [00] minuten
] De tijd vermeerdert…
NL
FR
ES
EN
9
Programmeren van automatisch koken « go and stop »
Alle kookzones zijn uitgerust met een aankook automaat. De kookzone functioneert eerst een ze­kere tijd op volle kracht en vermindert dan automatisch het vermogen op de uitgekozen warmte.
Inwerkingstelling van de automatische bediening
Actie Bedieningspaneel Display
De zone kiezen Druk op [+] [0] en zonelichtje gaan branden Volle vermogen activeren Druk opnieuw op [+] Gaat over van [1] naar [9] Automatische bediening activeren Druk opnieuw op [+] [9] en [A] knipperen Warmteniveau kiezen Druk op [-] [9] gaat over naar [8] [7] … (bijvoorbeeld « 7 ») [7] en [A] knipperen
Stopzetten van automatische bediening
Actie Bedieningspaneel Display
De zone kiezen Druk op [-] [9] gaat over naar [8] [7]… Het vermogen kiezen Druk op [+] Gekozen vermogen
Vergrendeling van het bedieningspaneel
Om te vermijden dat een selectie van de kookplaat wordt gewijzigd, bijvoorbeeld bij het poetsen van het glas, kan het bedieningspaneel worden vergrendeld (behalve de toets aan/uit [0/I]).
Vergrendeling
Actie Bedieningspaneel Display
Inwerkingstelling Druk op [0/I] [0] of [H] op 4 displays Kookplaat vergrendelen Druk tegelijkertijd op [-] en [+] van de zone rechts voor Geen verandering Druk opnieuw op [+] [L] op de 4 displays
Ontgrendeling
Actie Bedieningspaneel Display
Inwerkingstelling Druk op [0/I] [L] op de 4 displays
5 seconden na de inwerkingstelling :
Kookplaat ontgrendelen Druk tegelijkertijd op [+] en [-] van de zone rechts voor [0] op de 4 displays Druk opnieuw op [-] De displays gaan uit
10
Kookadvies
Kwaliteit van de pannen
Aangepaste pannen: staal, geëmailleerd staal, gietijzer, rvs met magnetische bodem, alumi­nium met magnetische bodem. Niet aangepaste pannen: aluminium en rvs zonder magnetische bodem, koper, messing, keramiek, porselein.
De fabrikanten vermelden of hun producten ge­schikt zijn voor inductie. Om u ervan te verze­keren of de pannen geschikt zijn:
• Giet een beetje water in een pan en plaats
deze op een inductie kookzone geregeld op
[9]. Het water moet binnen enkele seconden
opwarmen.
• Houd een magneet tegen de bodem van de
pan. De magneet moet blijven plakken. Sommige pannen maken lawaai wanneer ze op een inductie kookzone geplaatst worden. Dit wil niet zeggen dat het apparaat defect is en het beïnvloedt geenszins het functioneren.
Voorbeelden van vermogenregeling
(de hieronder vermelde waarden zijn enkel richtgevend)
Afmetingen van de pannen
De kookzones passen zich tot op zekere hoogte automatisch aan de diameter van de pan aan. De bodem van deze pan dient wel een minimum diameter te hebben in functie van de diameter van de gekozen kookzone. Plaats de pan goed in het midden van de kook­zone teneinde een optimaal rendement van uw kookplaat te verkrijgen.
NL
FR
ES
EN
1 tot 2 Smelten Sauzen, boter, chocolade, gelatine Opwarmen Kant- en klaargerechten 2 tot 3 Opzwellen Rijst, pudding en bereidde gerechten Ontdooien Groenten, vis, diepgevroren producten 3 tot 4 Stoom Groenten, vis, vlees 4 tot 5 Water Gekookte aardappelen, soep, pasta,
verse groenten
6 tot 7 Zachtjes koken Vlees, lever, eieren, braadworsten,
goulash, rollade, pens 7 tot 8 Koken, braden Aardappelen, beignets, platte koeken 9 Braden Steaks, omeletten Op kooktemperatuur brengen Water P Braden Op kooktemperatuur brengen van grote Op kooktemperatuur brengen hoeveelheden water
11
Onderhoud en reiniging
Gebruik geen schuurproducten, deze kunnen
het apparaat beschadigen. Laat het apparaat eerst afkoelen, anders is er risico voor brandwonden. Verwijder de kookresten met een beetje water
Droog het apparaat met een geschikte doek.
Verwijder onmiddellijk suiker of spijzen die sui-
ker bevatten. met afwasproduct of een in de handel aanbevo­len product voor vitrokeramiek.
Problemen oplossen
Storing Mogelijke oorzaak Oplossing
De kookplaat of de kookzone werk t niet
Het symbool [U] licht op
Het symbool [F] licht op
Het symbool [E] licht op
Een enkele zone of alle zones vallen uit
De ventilator blijft draaien na het uitzetten van de kookplaat
De bediening van automatisch koken treedt niet in werking
De kookplaat is slecht op het elektrisch net aangesloten
De veiligheidszekering is gesprongen
Kijk na of de vergrendeling niet is inge­schakeld
Er ligt water of vet op de tiptoetsen
Er staat een voorwerp op de tiptoetsen
Er staat geen pan op de kookzone
De pan is niet geschikt voor inductie
De diameter van de bodem van de kookpot is te klein in vergelijking met de kookzone
U kan deze kookzone niet meer gebruiken
Het elek tronisch systeem is defect
De beveiliging is in werking getreden, deze treedt in werking wanneer u vergeten heeft een kookzone uit te schakelen. De beveiliging treedt eveneens in werking wanneer één of meerdere tiptoetsen bedekt zijn.
Een pan is leeg en de bodem is oververhit
De kookplaat raakt oververhit, in dit geval beveiligt de kookplaat zichzelf en schakelt zichzelf uit.
Dit is geen defect, de ventilator beveiligt zo de elektronische apparatuur de ventilator stopt vanzelf
De kook zone is nog warm [H]
Het maximum kookniveau staat aan [9]
Het kookniveau werd aangezet met toets [-]
Sluit het apparaat goed aan
Controleer de zekering /stop
Ontgrendel de bediening
Maak de bediening schoon
Verwijder het voorwerp van de bediening Plaats een geschikte pan op de kookzone Plaats een geschikte pan op de kookzone Plaats een grotere pan op de kookzone
Neem contact op met de technische dienst Zet het apparaat uit en weer aan
Laat de pan afkoelen en vul deze weer
Laat de pan afkoelen en vul deze weer Laat de kookplaat afkoelen
Laat de kookzone afkoelen
Laat de kookzone afkoelen en probeer het opnieuw
Zet de kookzone uit en probeer het opnieuw
12
Installatievoorschriften
2 mm
De montage dient enkel door erkende specialis­ten te worden uitgevoerd. De installateur dient de plaatselijke wetten en normen na te leven.
Plaatsen van de waterdicht strip
De zelfklevende strip geleverd met het appa­raat vermijdt infiltratie in het meubel. Het plaatsen dient met grote zorg volgens de tekening rechts te worden uitgevoerd. De beschermfolie (3) verwijderen en de dich-
tingstrip (2) op de rand van de kookplaat plak ken op 2 mm van de buitenrand.
-
Inbouw
De uitsnijdingen van het werkblad zijn als volgt:
Apparaat Uitsnijding werkblad (mm) Uitsnijding voor “vlakinbouw” (mm)
breedte x diepte B D H radius
BBIK-70 660 x 490 702 512 5 11
BIKW-75 765 x 495 786 516 5 11
De afstand tussen de kookplaat en de muur
dient minstens 50 mm te bedragen.
• De kookplaat is een apparaat toebehorend aan de beschermingsklasse « Y ». Tijdens de inbouw kan zich een hoge kastwand of een muur aan een zijde en aan de achterzijde be­vinden. Aan de andere zijde mag geen enkel
meubel of apparaat hoger zijn dan het kook­vlak.
• De bekledingen van de werkbladen dienen te worden uitgevoerd in warmtebestendige ma­terialen (100°C)
• De strippen aan de muurranden dienen hit tebestendig te zijn.
• De materialen van het werkblad kunnen op zwellen bij contact van vocht. Om de uitsnij­ding te beschermen, bestrijk deze met een vernis of een speciale lijm.
• Installeer de kookplaat niet boven een niet ge
ventileerde oven of een vaatwasmachine.
• Onder de
20 mm voorzien
ling van de elektronische apparatuur te ver­zekeren
• Indien er zich een lade onder de kookplaat bevindt, vermijd er ontvlambare voorwerpen in op te bergen (bv. spray) en voorwerpen die niet warmtebestendig zijn.
• Voor de afstand tussen de kookplaat en de erboven geplaatste afzuigkap, dient u de in­structies van de fabrikant van de dampkap
-
te volgen. Bij gebrek aan instructies, dient u een afstand van minimum 760 mm te res-
-
pecteren.
• De verbindingskabel mag na aansluiting aan geen enkele mechanische spanning onderhe­vig zijn, zoals bijvoorbeeld een lade.
-
kookplaat een afstand van minimaal
om een goede luchtverkoe-
NL
FR
ES
EN
13
Elektrische aansluiting
• De installatie en de aansluiting op het elektrisch net mag enkel toevertrouwd worden aan een vakman (elektricien) die op hoogte is van de voorgeschreven normen.
• Na het monteren moeten de stukken die onder spanning staan beschermd blijven.
• De nodige aansluitgegevens staan op het kenplaatje en het aansluitingsplaatje aan de onderkant van het apparaat.
• Het apparaat dient door middel van een meerpolige stroomverbreker van het net gescheiden te zijn. Staat deze open (niet aangesloten), dan moet de contactopening minstens 3 mm be­dragen.
• Het elektrisch circuit dient van het net gescheiden te zijn door middel van de nodige voor zieningen zoals bijvoorbeeld beveiligingsschakelaars, zekeringen, differentiële schakelaars en contacten.
Let op!
Dit apparaat is voorzien voor een aansluiting op een netspanning van 230V~ 50 HZ. Verbind steeds de aarding. Respecteer het aansluitingsschema. De aansluitdoos bevindt zich onder de kookplaat. Om het deksel te openen, gebruik een schroevendraaier en plaats deze in de 2 gleuven voor de 2 pijlen.
Netwerk Aansluiting (**) Kabeldiameter Beschermingskaliber
230V~1F+N 50Hz 1 Fasen + N 3 x 2.5 mm² 25 A * 400V~2F+N 50Hz 2 Fasen + N 4 x 1.5 mm² 16 A * 230V~2F+2N 50 Hz 2 Fasen + 2N 5 x 1,5 mm² 16 A *
(*) berekend met de coëfficiënt van gelijktijdigheid volgens de standaard TN 60 335-2-6/1990
-
Aansluiting van de kookplaat:
Gebruik voor de verschillende aansluitingen de bruggen in messing die zich in de aansluitdoos bevinden.
1 fase 230V~1F+N (niet voor Nederland!):
Plaats een brug tussen 1en 2 dan tussen 4 en 5. Verbind de aarding met de aansluitklem “aarde”, neutraal N met de aansluitklem 4 of 5, de fase L op de aansluitklem 1 of 2.
2 fasen 400V~2F+N:
Plaats een brug tussen 4 en 5. Verbind de aarding met de aansluitklem “aarde”, neutraal N met de aansluitklem 4 of 5, fase L1 met de aansluitklem 1 en fase L2 met de aansluitklem 2.
2 fasen 230V~2F+2N:
Plaats een brug tussen 2 en 3. Verbind de aarding met de aansluitklem “aarde”, neutraal N1 met aansluitklem 4, neutraal N2 met aansluitklem 5, fase L1 met klem 1 en fase L2 met klem 2.
Let op! De draden goed doorsteken en de schroeven goed aanspannen. Boretti kan niet verantwoordelijk gesteld worden voor ongevallen voortkomend uit een slechte aansluiting of ongevallen die gebeuren door toestellen zonder of met een defecte aarding.
14
Milieuvoorschriften
Mocht u om wat voor reden dan ook het ap­paraat willen afdanken, houdt u zich dan aan het volgende: Bezorg het apparaat bij het plaatselijk bevoeg­de bedrijf voor het inzamelen van afgedankte huishoudelijke apparaten. Met een correcte verwerking kunnen waardevolle materialen op intelligente wijze gerecycled worden. Voordat u uw apparaat wegdoet is het belangrijk dat u de elektrische voedingskabel afsnijdt en sa­men met de stekker verwijderd. Dit apparaat is voorzien van het merkteken conform de Europese richtlijn 2002/96EG betreffende af­gedankte elektrische en elektronische appara­tuur. De richtlijn bepaalt de normen voor het inzamelen en recyclen van de afgedankte appa­ratuur welke gelden voor het gehele territorium van de Europese Unie.
NL
FR
ES
EN
15
Avant-propos
Boretti vous félicite de cette nouvelle acquisition pour votre cuisine. Boretti vous remercie également de la confiance que vous manifestez pour notre marque en achetant ce produit.
Avant d’en faire usage, nous vous conseillons de lire attentivement son mode d’emploi afin d’éviter tout problème et de vous garantir une utilisation correcte et en toute sécurité.
Si vous aviez cependant des questions à la lecture de ce mode d’emploi ou en cours d’utilisation de votre produit Boretti, n’hésitez pas à nous en faire part.
Vous trouverez les coordonnées de Boretti au verso de ce mode d’emploi.
Nous vous souhaitons un usage agréable !
Boretti
16
Sommaire
Sécurité
Précautions avant utilisation en cuisson 18 Utilisation de l’appareil 18 Nettoyage 18 Précautions pour ne pas détériorer l’appareil 18 Précautions en cas de défaillance de l’appareil 19 Autres protections 19
Description de l’appareil
Caractéristiques techniques 19 Bandeau de commande 20
Utilisation de l’appareil
Touches sensitives 20 Affichage 20 Indicateur de chaleur résiduelle 21 Ventilation 21
Mise en route et gestion de l’appareil
Avant la première utilisation 21 Principe de l’induction 21 Mise en route 21 Détection de récipient 22 Indicateur de chaleur résiduelle 22 Fonction booster 22 Fonction minuterie 23 Programmation d’automatisme de cuisson « go and stop » Verrouillage du bandeau de commande 24
Conseils de cuisson
Qualité des casseroles 25 Dimension des casseroles 25 Exemples de réglage des puissances de cuisson 25
Entretien et nettoyage 26
Que faire en cas de problème 26
24
NL
FR
ES
EN
Instructions d’installation 27
Connexion électrique 28
Protection de l’environnement 29
17
Securite
Précautions avant utilisation en cuisson
Retirez toutes les parties de l’emballage. L’installation et le branchement électrique de l’appareil sont à confier à des spécialistes agrées. Le fabricant ne saurait être tenu res­ponsable des dommages résultant d’une erreur d’encastrement ou de raccordement. L’appareil ne doit être utilisé que s’il est monté et installé dans un meuble et un plan de travail homologué et adapté. Son utilisation est uniquement destinée à l’usage domestique habituel (préparation des aliments), à l’exclusion de toute autre utilisa­tion domestique, commerciale ou industrielle. Enlevez toutes les étiquettes et autocollants du verre vitrocéramique. Ne pas transformer ou modifier l’appareil. La table de cuisson ne doit pas servir de support ou de plan de travail. La sécurité n’est assu­rée que si l’appareil est raccordé à une terre de protection conforme aux prescriptions en vigueur. Pour le raccordement au réseau élec­trique n’utilisez pas de rallonge. L’appareil ne doit pas être utilisé au-dessus d’un lave-vais­selle ou d’un sèche-linge : les vapeurs d’eau dé gagées pourraient détériorer l’électronique.
Utilisation de l’appareil
Coupez toujours les foyers après utilisation. Surveillez constamment les cuissons qui uti­lisent des graisses et des huiles, car elles sont susceptibles de s’enflammer rapidement. Prenez garde aux risques de brûlures pendant et après l’utilisation de l’appareil. Les enfants ne doivent pas manipuler l’appareil. Assurez-vous qu’aucun câble électrique d’appareil fixe ou mobile ne vienne en contact avec la vitre ou la casserole chaude. Les objets magnétisables (cartes de crédits, disquettes informatiques, calculatrices) ne doi­vent pas se trouver à proximité immédiate de
l’appareil en fonction. Ne placez aucun objet métallique autre que les récipients de chauffe. En cas d’enclenchement intempestif ou de chaleur résiduelle, celui-ci risquerait selon le matériau de chauffer, de fondre ou de commencer à brûler. Ne jamais couvrir l’appareil d’un chiffon ou d’une feuille de protection. Il pourrait devenir très chaud et prendre feu.
Nettoyage Pour nettoyer il faut mettre l’appareil hors fonctionnement. Il faut laisser refroidir les parties chaudes. N’utilisez en aucun cas d’appareils « à vapeur » ou « à pression ». Ne pas utiliser d’objets qui risqueraient de ray­er la vitrocéramique (tel que tampon abrasifs ou pointe de couteau…).
Précautions pour ne pas détériorer l’appareil
Les casseroles à semelles brutes (fonte non émaillée,…) ou abîmées peuvent endommager la vitrocéramique. La présence de sable ou d’autres matériaux ab­rasifs peut endommager la vitrocéramique.
-
Evitez de faire chuter des objets, mêmes pe­tits, sur la vitrocéramique. Ne heurtez pas les bords de la vitre avec les casseroles. S’assurer que la ventilation de l’appareil se fasse suivant les instructions du constructeur. Ne posez pas ou ne pas laisser de cassero­les vides sur la table de cuisson. Eviter que le sucre, les matières synthétiques ou une feuille d’aluminium ne touchent les zones chaudes. Ces substances peuvent au refroidissement provoquer des cassures ou d’autres modifica­tions de la surface vitrocéramique: déclenchez l’appareil et enlevez-les immédiatement de la zone de cuisson encore chaude (attention : risque de brûlures). Ne placez jamais de récipients chauds au des­sus de la zone de commande. Si un tiroir est
18
Loading...
+ 42 hidden pages