De mobiele telefoon voldoet aan alle toepasselijke veiligheidsnormen en aanbevelingen voor hoogfrequente apparatuur die
zijn vastgelegd door de gezaghebbende regeringsorganen en organisaties (bv. de
VDE-norm DIN 0848).
Algemeen
De telefoonfunctie van uw radiotelefoon is
gebaseerd op de GSM-standaard voor
draadloze telefonie. Deze standaard is ontwikkeld voor toepassing in Europa en andere staten en is wereldwijd sterk vertegenwoordigd.
U kunt met de radiotelefoon dezelfde telefoonverbindingen tot stand brengen als u
gewend bent met een draagbare telefoon.
Voorwaarde: Het GSM-telefoonnet is beschikbaar op uw positie en u heeft een gebruikersautorisatie d.m.v. een geldige SIMcard. Deze SIM-card moet geplaatst zijn
(lees indien nodig de uitleg onder “KeyCard
en SIM-card”).
Invloed van hoogfrequente energie
Uw radiotelefoon is een zend- en ontvangapparaat. Het werkt met geringe energie in
het radiofrequentiegebied. Tijdens het gebruik wordt zowel de frequentie als het vermogen continu gecontroleerd door het GSMsysteem.
Er is een openbare discussie gaande over
mogelijke gezondheidsrisico‘s van mobiele
telefoons. Al jaren houdt het onderzoek zich
bezig met de vraag of hoogfrequente energie invloed heeft op de gezondheid. Wetenschappers hebben ook radiotechnieken als
GSM onderzocht. Na controle van de onderzoeksresultaten en wanneer alle
overeenkomstige veiligheidsnormen worden
aangehouden, kunnen GSM-apparaten zonder problemen m.b.t. biologische effecten
worden gebruikt.
Uw radiotelefoon biedt u wanneer deze op
de juiste wijze in de auto is ingebouwd zelfs
extra bescherming vergeleken met een los
gedragen mobiele telefoon.
Mocht u desondanks bedenkingen hebben
m.b.t. de invloed van hoogfrequente energie, dan kun u enkele maatregelen nemen
om uzelf zo min mogelijk bloot te stellen aan
deze radiogolven. Darbij helpt uiteraard het
verminderen van de gespreksduur, maar
vooral ook de inachtneming van de volgende aanwijzingen bij het gebruik.
Aanwijzingen voor de veiligheid
Verkeersveiligheid
De verkeersveiligheid gaat vóór alles. Gebruik deze installatie daarom altijd zo dat u
steeds alert op de heersende verkeerssituatie kunt reageren. Bedenk dat u al bij een
snelheid van 50 km/u elke seconde bijna 14
meter aflegt. Het is raadzaam uw autoradio
niet te bedienen in kritische verkeerssituaties. De waarschuwingssignalen van bv.
politie en brandweer moeten in de auto op
tijd en duidelijk te horen zijn. Beluister tijdens het rijden uw programma daarom alleen met een aangepast geluidsvolume.
Telefoneren tijdens de rit
Houd u aan de wetten en voorschriften m.b.t.
het gebruik van mobiele telefoons in de auto.
•Concentreer u geheel en al op het au-
torijden.
•Parkeer op een veilige plaats, voordat
u telefoneert.
•Indien absoluut noodzakelijk: telefone-
er als bestuurder uitsluitend in de
handsfree-functie.
De verkeersveiligheid gaat vóór alles.
Radio
Radio
Telefon
ENGLSH
Radio
Telephone
5
Page 6
Gebruik van de telefoon in kritische gebieden
De telefoonfunctie moet altijd worden uitgeschakeld wanneer het gebruik verboden is
of wanneer u elektromagnetische storingen
of gevaarlijke situaties kunt veroorzaken.
Het gebruik van de telefoon kan vooral in
de buurt van de antenne leiden tot storingen van onvoldoende beveiligde medische
apparaten. Neem contact op met een arts
of met de fabrikant van het medische apparaat indien u vragen mocht hebben. Ook
andere elektronische apparaten kunnen
onderhevig zijn aan elektromagnetische
storingen.
Wanneer u zich in een gebied met verhoogd
explosiegevaar bevindt, bv. tankstations en
chemische fabrieken, of op plaatsen waar
werkzaamheden met explosieven worden
uitgevoerd, dient u de telefoon uit te schakelen.
Telefoonfunctie uitschakelen:
•Houd
Het display geeft “TELEPHONE OFF” aan.
Telefoonfunctie opnieuw activeren:
•Druk kort op
ca. twee seconden ingedrukt.
.
Alarmnummers
Zoals elke andere mobiele telefoon werkt
de radiotelefoon met mobiele en landnetten,
radiosignalen en door de gebruiker geprogrammeerde functies. Hierom kan niet onder alle omstandigheden een geslaagde
verbinding worden gegarandeerd. Om deze
reden mag de gebruiker nooit uitsluitend
vertrouwen op de mobiele telefoon of een
dergelijk radio-apparaat wanneer het om
communicatie van levensbelang gaat (bv.
medische noodgevallen).
Het telefoongedeelte van de radiotelefoon
kan alleen gesprekken verzenden en ontvangen wanneer het ingeschakeld is, zich
in het verspreidingsgebied van het telefoonnetwerk bevindt en de signaalsterkte voldoende is.
Alarmnummers zijn mogelijkerwijze niet op
alle mobiele-telefoonnetwerken bereikbaar,
of alleen wanneer bepaalde diensten van
het net en/of bepaalde voorzieningen actief
zijn. Dit dient te worden nagevraagd bij de
aanbieders van het net.
Bepaalde netwerken verlangen onder bepaalde omstandigheden dat een SIM-kaart
correct geplaatst is.
blokkering, toetsenblokkering enz.) moeten
deze mogelijk worden uitgeschakeld voordat u een alarmnummer kunt bellen.
Lees a.u.b. de nadere details in deze gebruiksaanwijzing en wend u met vragen tot
uw plaatselijke netaanbieder.
Geef bij alarm alle noodzakelijke informatie
zo nauwkeurig mogelijk door. Onthoud dat
uw mobiele telefoon het enige communicatiemiddel kan zijn op de plaats van het ongeluk. Beëindig het gesprek pas wanneer
dit van u wordt verlangd.
Lees hiervoor de informatie onder “Gebruik
van de telefoon - GSM-alarmnummer”.
Inbouw
De radiotelefoon mag alleen door vaklieden
in uw auto worden geïnstalleerd en onderhouden. Onjuiste installatie of onderhoud
kan gevaarlijk zijn en de garantie ongeldig
maken.
Wanneer de auto onvoldoende wordt beschermd tegen hoogfrequente signalen, kan
onjuist functioneren optreden bij elektronische brandstofinspuitsystemen, elektronische ABS-systemen, elektronische snelheidsregelaars of andere elektronische systemen.
6
Page 7
Het is niet toegestaan het apparaate gebruiken zonder een geschikte, extern gemonteerde GSM- of combi-antenne. De inbouw
van het apparaat en de GSM- resp. combiantenne mag alleen door een door Bosch
geautoriseerde werkplaats worden uitgevoerd.
Voor probleemloos functioneren moet de
plus via het contactslot en continue pluspool
zijn aangesloten.
Verbind de luidsprekeruitgangen niet met de
massa!
Aanwijzing bij de aansluiting van een
cd-wisselaar, versterker of een infrarood-afstandsbediening
Onder ongunstige inbouwomstandigheden
kunnen in combinatie met de aansluitbare
accessoires cd-wisselaar, versterker en
infrarood-afstandsbediening in zeldzame
gevallen storing optreden in de werking van
de telefoon. Die zijn te herkennen aan
storingsruis, vermindering van de gesprekskwaliteit of verbreken van de verbinding.
Controleer in dit geval de aansluiting van
de kabels of neem contact op met onze geautoriseerde servicewerkplaatsen.
Accessoires
Gebruik alleen door Blaupunkt toegelaten
accessoires en reserve-onderdelen.
Met dit apparaat kunt u de volgende Blaupunkt-producten bedienen:
Cd-wisselaar
CDC A 06 of A 072 (direct).
Afstandsbediening
De infrarood-afstandsbediening RCT 07
7 607 570 510 maakt het mogelijk de belangrijkste functies vanaf het stuurwiel te bedienen. De bedieningsfuncties zijn beschreven in de beknopte gebruiksaanwijzing.
Handset (telefoonhoorn)
De Blaupunkt-handset 7 607 570 512 maakt
telefoongesprekken naar keuze met of zonder handfree-functie mogelijk.
Het omschakelen tussen handsfree- en
hoornfunctie gebeurt automatisch wanneer
de telefoonhoorn wordt opgenomen.
Waarschuwing:
In de hoorn bevindt zich een relatief sterke
magneet.
Houd alle voorwerpen uit de buurt die op
magnetisme reageren, zoals bv. diskettes,
bankpasjes, enz. Er kunnen belangrijke gegevens gewist worden.
Versterkers
Alle Blaupunkt-versterkers
Radio
Radio
Telefon
ENGLSH
Radio
7
Telephone
Page 8
KeyCard en SIM-card
KeyCard
Basisprincipes
Bij het geleverde pakket is een KeyCard inbegrepen.
De autoradio kan ook worden bediend met
een tweede, geprogrammeerde KeyCard of
met een van maximaal dertig programmeerbare SIM-cards.
Met een KeyCard zijn de volgende functiesoorten mogelijk:
Met een SIM-card kan het apparaat volledig worden bediend.
De SIM-card bevat ook de antidiefstalfuncties.
Indien gewenst (ook bij verlies of beschadiging) kunt u een KeyCard of SIM-card bij
de vakhandel verkrijgen.
8
Tweede KeyCard/SIM-card
Wanneer u een tweede KeyCard of een SIMcard gebruikt, worden alle instellingen van
de eerste KeyCard overgenomen.
U heeft echter de mogelijkheid om bij de
volgende functies een persoonlijke instelling
te programmeren op de tweede KeyCard:
Voorkeuzetoetsen, treble (hoge tonen),
bass, balans en fader, loudness aan/uit, TA
(volume van de verkeersinformatie), VOLUME FIX.
oor twee KeyCards en de eerste twee SIMcards blijft de laatst ingestelde toestand,
zoals golfgebied, bass/treble, fader/balans,
zenderafstemming, voorkeuzetoetsen en
VOLUME FIX bewaard.
Zo vindt u na plaatsing van uw KeyCard of
de eerste twee SIM-cards de door u gekozen basisinstelling weer terug.
Vreemde KeyCard
Wanneer een bij het apparaat onbekende
KeyCard wordt geplaatst, verschijnt “KEYCARD ERROR” of “KEYCARD FEHLER” op
het display. Bedien het apparaat dan niet.
Na ca. acht seconden wordt het apparaat
automatisch uitgeschakeld.
Wanneer vier maal een vreemde KeyCard
wordt geplaatst, volgt een wachttijd van een
uur.
Indien u een afwijkend soort kaart plaatst
(bv. telefoonkaart of credit-card), is ca. twee
seconden “CHECK KEYCARD” of “PRÜFE
KEYCARD” te zien.
Verwijder de onjuiste kaart en plaats een bij
het apparaat bekende KeyCard of SIM-card.
Apparaat in gebruik nemen
•Schakel het apparaat in (druk op knop
1).
Attentie!
Schuif de meegeleverde KeyCard uitsluitend in de sleuf wanneer de cardtong naar buiten wijst. Wanneer geprobeerd wordt om de KeyCard te plaatsen terwijl de card-tong niet naar buiten wijst, bestaat gevaar voor beschadiging.
Het apparaat is klaar voor gebruik.
Opnieuw in gebruik nemen na spanningsonderbreking
Wanneer de radiotelefoon wordt losgekoppeld van de accu (bv. bij reparatie) en daarna weer wordt aangesloten, is een geprogrammerde KeyCard of de master-SIM-card
nodig om het apparaat opnieuw in gebruik
te nemen en de extra geprogrammeerde
SIM-cards opnieuw te activeren.
Page 9
Taal voor het display kiezen
De teksten op het display worden van fabriekswege in het Engels weergegeven.
U kunt de tekst ook in andere talen laten
weergeven:
•Druk op DSC/OK.
•Druk zovaak op
/ totdat “TAAL” op
het display verschijnt.
•Druk op DSC/OK en kies uw taal met
<< / >>.
•Druk achtereenvolgens op DSC/OK en
CL.
KeyCard/SIM-card verwijderen
Trek de kaart nooit uit het apparaat!
Gevaar voor beschadiging.
•Druk eerst op de kaart in de richting
van het apparaat.
De KeyCard/SIM-card komt in de uitneempositie.
•Verwijder de kaart.
Wanneer de kaart voor het eerst wordt verwijderd, verschijnt op het display “KAART
PROGRAMMEREN”. Nu kunt u kaarten
eenvoudig programmeren (zie “SIM-cards
programmeren”).
Nadat het programmeren beëindigd is, schakelt het apparaat zichzelf uit wanneer de
kaart is verwijderd.
KeyCard/SIM-cards programmeren
Bij de eerste maal programmeren kunt u de
tweede KeyCard en maximaal dertig SIMcards zeer eenvoudig programmeren. Hiervoor moet het apparaat ingeschakeld zijn
en de meegeleverde KeyCard zijn geplaatst.
•Verwijder de eerste KeyCard en plaats
de eerste SIM-card.
Op het display verschijnt “NAAM?”.
Wanneer u wilt, kunt u een naam invoeren
van maximaal acht tekens. Lees hiervoor
“Hoe wordt een naam/tekst ingevoerd?”
Wanneer u de functie wilt overslaan of nadat u de naam heeft ingevoerd:
•Druk op OK.
De eerste SIM-card is geprogrammeerd. Op
het display verschijnt “BEËINDIGEN? DRUK
OP OK”.
Nu kunt u volgende kaarten programmeren.
Om het programmeren te beëindigen:
•Druk op OK.
De als eerste geprogrammeerde SIM-card
heeft als master-SIM-card een bijzondere
functie. De overige SIM-cards kunnen alleen
worden geprogrammeerd met de masterSIM-card en de KeyCard.
Om volgende SIM-cards te programmeren
bestaan in principe twee mogelijkheden,
zoals hieronder beschreven.
a) KeyCard/SIM-card programmeren of
wissen via DSC
DSC - KAART PROGRAMMEREN
Er kunnen een KeyCard of maximaal
dertig SIM-cards als extra cards worden geprogrammeerd of vervangen.
•Schuif de eerste (meegeleverde)
KeyCard in de opening en zet het
apparaat aan.
•Druk op DSC/OK en kies “KAART
PROGRAMMEREN” met
/ .
•Druk kort op DSC/OK.
Op het display verschijnt “VERWISSEL
KAART”.
•Verwijder de eerste KeyCard en
plaats een nieuwe kaart (KeyCard
of SIM-card).
Alleen wanneer een SIM-card geplaatst is: Op het display verschijnt
“NAAM?”
Indien u wilt, kunt u een naam met
acht tekens invoeren.
Lees hiervoor indien gewenst “Hoe
wordt een naam/tekst ingevoerd?”
•Druk op DSC/OK.
•Voer de PIN-code in en druk
opnieuw op DSC/OK.
Na “CODE OK” verschijnt op het display bv. “SIM-CARD 23 AKZEPTIERT”
Radio
Radio
Telefon
ENGLSH
Radio
Telephone
9
Page 10
(d.w.z. de 23ste SIM-card is geprogrammeerd).
Het apparaat kan nu ook worden bediend met de nieuwe cards.
Er kunnen maximal twee KeyCards en
dertig SIM-cards geprogrammeerd zijn.
Wanneer een derde KeyCard wordt
geprogrammeerd, wordt automatisch
de autorisatie gewist van de KeyCard
die niet gebruikt werd bij het programmeren.
Wanneer dertig SIM-cards geprogrammeerd zijn, moeten oude autorisaties
worden gewist voordat een nieuwe
SIM-card kan worden geprogrammeerd.
b) Programmeren na verwijdering van
de KeyCard/master-SIM
Wanneer deze functie in de DSC-programmeermodus is geactiveerd, kunnen telkens nadat de KeyCard/masterSIM is verwijderd nieuwe SIM-cards
worden geprogrammeerd. Deze functie
is nuttig wanneer verschillende kaarten
achtereen worden geprogrammeerd
(vlootmanagement).
c) Wissen van SIM-card-autorisaties
In het DSC-menu kunnen de autorisaties van SIM-cards worden gewist via
de KAARTENLIJST. De master-SIMcard kan alleen worden gewist met een
KeyCard.
DSC-programmeermodus
Met deze functie kunt u kiezen of u volgende SIM-cards alleen wilt programmeren via
het DSC-menu, of ook principieel na iedere
keer dat de KeyCard of de master-SIM wordt
verwijderd.
De bediening vindt u onder “Programmeren
met DSC - PROGRAMMEERMODUS”.
Radiopas-gegevens tonen
U kunt met de meegeleverde KeyCard de
gegevens van de radiopas, zoals apparaatnaam, typenummer (7 6…) en apparaatnummer op het display laten weergeven. De
bediening vindt u onder “Programmeren met
DSC - KEYCARD LEZEN”.
Optische aanduiding als diefstalbeveiliging
Card-tong knippert
Wanneer de auto is geparkeerd en de KeyCard resp. SIM-card is verwijderd, kan de
card-tong knipperen als beveiliging tegen
diefstal. Aan de volgende voorwaarden moet
zijn voldaan:
Pluspool en continue pluspool moeten juist
zijn aangesloten, zoals beschreven in de
inbouwhandleiding. In de DSC-mode moet
“KEYCARD LED AAN” zijn ingesteld. Lees
hiervoor indien gewenst “Programmeren
met DSC - KEYCARD LED”.
Knipperen uitschakelen
Het knipperen kan worden uitgeschakeld
wanneer u de card-tong vastklikt door erop
te drukken. Wanneer u het knipperen algeheel wilt uitschakelen, stelt u in het DSCmenu “KEYCARD LED UIT” in.
Onderhoud van KeyCard/SIMcard
Probleemloos functioneren van de cards is
gegarandeerd wanneer de contacten vrij zijn
van vreemde deeltjes. Vermijd direct aanraken van de contacten met de handen.
Bewaar de cards niet in direct zonlicht. Reinig de contacten van de cards zonodig met
een in alcohol gedrenkt wattenstaafje.
Druk om in te schakelen op de knop
(volumeregelaar). Er moet een bijbehorende KeyCard of SIM-card geplaatst zijn, resp. binnen de volgende
vijftien seconden worden geplaatst.
Uit-/inschakelen met de KeyCard
Wanneer het apparaat met knop 1 is
ingeschakeld, kan het worden uit- en
weer ingeschakeld met met KeyCard
of SIM-card.
Voorwaarde hiervoor is dat in het
DSC-menu onder “PROGRAMMEERMODUS” de optie “MENU” is ingeschakeld.
Let op:
Lees hiervoor beslist de informatie onder “Diefstalbeveiligingssysteem KeyCard/SIM-card”.
Uit-/inschakelen via het contactslot
Wanneer het apparaat dienovereenkomstig is aangesloten, kan het via het
contactslot uit- en weer ingeschakeld
worden.
Na uitschakelen van het contactslot
wijst een dubbele pieptoon u erop dat
de KeyCard of de SIM-card moet worden verwijderd voordat u de auto verlaat.
Wanneer het contact wordt uitgeschakeld tijdens een telefoongesprek, blijft
het apparaat ingeschakeld tot het einde van het gesprek.
Inschakelen van de radio met uitgeschakeld contact
Wanneer het contact is uitgeschakeld
kaart geplaatst), kan het apparaat zo
verder worden bediend:
Druk na de dubbele pieptoon op de
knop. Het apparaat wordt ingeschakeld. Na een speeltijd van een uur
wordt het apparaat ter beveiliging van
de auto-accu automatisch uitgeschakeld.
Gebruik met contact-timer
Wanneer in de DSC-mode de contacttimer geactiveerd is, wordt het apparaat overeenkomstig veel later uitgeschakeld nadat het contact is uitgeschakeld (lees hiervoor “Programmeren met DSC - CONTACT-TIMER”).
Volume wijzigen
Door te draaien aan de knop kunt u het
volume wijzigen. De ingestelde waarde
wordt aangegeven op het display.
Na het inschakelen speelt hat apparaat
met het vooraf ingestelde volume (VOLUME FIX).
VOLUME FIX kan worden veranderd
(zie “Programmeren met DSC - VOLUME FIX”).
Het volume kan ook met de afstandsbediening (optie) V- / V+ worden veranderd.
Radio
Radio
Telefon
ENGLSH
Radio
11
Telephone
Page 12
/ AUD
2
Druk eenmaal op AUD:
Treble (hoge tonen) en bass kunnen
worden ingesteld met de tuimeltoets.
treble +
treble –
bass –
bass +
Druk nogmaals op AUD:
Balans (links/rechts) en fader (voor/
achter) kunnen worden ingesteld.
fader voor
fader achter
balans links
balans rechts
Het display geeft de ingestelde waarden aan. De laatste instelling wordt automatisch bewaard.
AUD uitschakelen: Druk voor de derde
maal op AUD.
Wanneer binnen acht seconden geen
wijziging is uitgevoerd, wordt de AUDinstelling automatisch beëindigd.
Loudness in-/uitschakelen
Houd AUD ca. een seconde ingedrukt
(pieptoon is te horen).
Het display geeft kort de gekozen toestand aan (AAN/UIT).
Nadere informatie: “Programmeren
met DSC - LOUDNESS”.
3 SRC
(Source = bron)
U kunt wisselen tussen de weergavesoorten radio, cassette en cd-wisselaar (optie) of een extra geluidsbron.
Vanuit het telefoon-menu kunt u terugschakelen naar de laatst ingestelde
geluidsbron. Voorwaarde: Er mag
geen telefoonverbinding bestaan of in
opbouw zijn.
4 TA (Traffic Announcement = voorrang
voor verkeersinformatie)
Wanneer “TA” te zien is op het display,
worden alleen verkeersinformatie-zenders weergegeven.
Voorrang aan/uit: Druk op TA.
5 TS / BND
Om te wisselen tussen de geheugenniveaus/golfgebieden FM, TS (Travelstore), MG en LG.
Extra functie Travelstore
De negen sterkste zenders programmeren met Travelstore:
Druk op BND totdat de pieptoon te horen is, resp. “TRAVELSTORE” verschijnt op het display.
6
Dolby B NR*
Met Dolby B NR opgenomen cassettes
kunnen optimaal worden afgespeeld
wanneer “DOLBY” wordt weergegeven
op de tweede regel.
* Ruisonderdrukkingssysteem gefabriceerd onder
licensie van Dolby Laboratories. Het woord Dolby en het symbool met de dubbele D zijn gedeponeerde handelsmerken van Dolby Laboratories.
7
Verwijderen van de cassette
Houd de toets ingedrukt totdat de cassette uit het apparaat wordt geschoven.
Wisselen van kant
Bij cassetteweergave kan worden
overgeschakeld op de andere kant.
Druk hiervoor kort op de toets.
8 Cassette-opening
Schuif de cassette naar binnen (kant A
of 1 boven, opening rechts).
12
Page 13
9 Keuzetoetsen
Radioweergave
Frequentie direct invoeren
U kunt een FM-frequentie direct invoeren met de keuzetoetsen:
Druk eerst op de “0” en voer dan de
gewenste frequentie in, beginnend met
de eerste positie. U kunt alleen frequenties invoeren tussen 87,5 en 108
MHz. Met de komma wordt bij het invoeren geen rekening gehouden. De
invoer kan worden afgebroken met CL,
of worden bevestigd met OK. Wanneer
alle cijfers zijn ingevoerd, wordt de ingevoerde frequentie automatisch
bevestigd.
Zenders programmeren
U kunt op de afzonderlijke frequentiegebieden met de toetsen de volgende
aantallen zenders programmeren:
FM19
TS (FM-Travelstore)9
MG9
LG9
Programmeren – Houd bij radioweergave een keuzetoets zolang ingedrukt
tot de pieptoon te horen is. Wanneer
een zender op een positie met twee
cijfers moet worden bewaard, moet
toets “1” kort worden ingedrukt en de
tweede toets binnen twee seconden
zolang ingedrukt worden gehouden totdat de pieptoon te horen is.
Zenders oproepen – Stel het golfgebied in (kies voor FM “FM” of “TS”) en
druk op de overeenkomstige toets.
De geheugenposities 10 t/m 19 worden opgeroepen wanneer op “1” en
binnen twee seconden kort op het
volgende cijfer gedrukt wordt.
Cassetteweergave
Bij S-CPS (Super Cassette Program
Search) of snelspoelen kan het aantal
titels dat moet worden overgeslagen,
worden ingesteld of gecorrigeerd.
Weergave van cd-wisselaar (optie
De cd’s 1 t/m 10 kunnen direct worden
gekozen (0 = cd 10).
: AF / #
Alternatieve frequentie bij RDS-weer-
gave:
Wanneer “AF” op het display verschijnt, zoekt de radio met RDS automatisch een beter te ontvangen fre-
quentie van dezelfde zender.
AF aan/uit: Druk kort op toets AF.
Regionaalfunctie in-/uitschakelen:
Houd toets AF ca. twee seconden ingedrukt (pieptoon). Op de eerste regel
verschijnt even “REGIONAL ON” of
“REGIONAL OFF”.
Wanneer de regionaalfunctie is ingeschakeld, verschijnt rechts op het display “REG”.
; + / 0
Druk op de toets om de directe frequentie-invoer te starten.
= MIX /
*
Radioweergave
Wisselen van gevoeligheid van de
zoekafstemming: Druk kort op de
toets.
Wanneer “lo” brandt, is de normale gevoeligheid gekozen. De zoekafstemming stopt alleen bij goed te ontvangen zenders.
Wanneer “lo” niet brandt, is de hoge
gevoeligheid ingesteld. De zoekafstemming stopt ook bij minder goed te
ontvangen zenders.
Radio
Radio
Telefon
ENGLSH
Radio
Telephone
13
Page 14
Weergave van cd-wisselaar (optie)
MIX CD
De titels van een cd worden in willekeurige volgorde weergegeven.
Cd-keuze op volgorde van nummer.
MIX OFF
MIX is uitgeschakeld.
Druk zovaak op MIX totdat de gewenste functie op het display verschijnt.
> Display
Radioweergave
a
d
e
fhg
i
k
j
n
m
l
Cassetteweergave
b
o
pq
Weergave van cd-wisselaar (optie)
c
r
s
t
a) NDR1 NDS - stationsnaam
b) Kant 2- track (kant) 1 van de cas-
sette
c) CD 02- cd-nummer
d) FM- golfgebied
e) TP- zender met verkeersinfor-
matie (wordt ontvangen)
f) TA- voorrang voor zenders
met verkeersinformatie
g) lo- gevoeligheid van de
zoekafstemming
h) 19/T9- geeft aan onder welke
toets de zender is gepro-
grammeerd (1- 19) / Tra-
velstore (1 - 9)
i)- gespreksomleiding is in-
gesteld
j)- geeft aan dat er een
SMS-bericht is opgesla-
gen
k)- verschijnt daarbij als er
een gesproken bericht is
binnengekomen
l)- verbinding met het GSM-
telefoonnet
m)- GSM-veldsterkte-aandui-
ding
n) AF- alternatieve frequentie bij
RDS
o) DOLBY- Dolby B NR
p) MTL- er worden metal- of CrO2-
cassettes afgespeeld
q) RM- Radio Monitor (radio lui-
steren tijdens snelspoe-
len)
r) T: 11- cd - titelnummer
s) 02 . 32- cd - time (verstreken
speeltijd)
t) MIX- cd - titelweergave in wil-
lekeurige volgorde
? Card-systeem voor diefstalbeveili-
ging
Om het apparaat te kunnen bedienen,
moet de meegeleverde of een geprogrammeerde KeyCard resp. een geprogrammeerde SIM-card geplaatst
zijn.
KeyCard
Lees beslist de aanwijzingen onder
“Card-systeem voor diefstalbeveiliging”.
Knipperende card-tong
Wanneer de radio is uitgeschakeld en
de KeyCard resp. de SIM-card is verwijderd, knippert de card-tong als optische diefstalbeveiliging, mits de juiste
instelling hiervoor is uitgevoerd.
14
Page 15
Nadere informatie: “Programmeren
met DSC”.
Het knipperen kan worden uitgeschakeld met de card-tong wanneer u deze
vastklikt door erop te drukken.
Cassetteweergave
Weergave van cd-wisselaar (optie)
Radio
@ Tuimeltoets
Radioweergave
/ zoekafstemming
opwaarts
neerwaarts
<< / >> trapsgewijs op-/neerwaarts (op FM
alleen indien AF uit)
alleen op FM:
<< / >> bladeren in de zenderketens indien
AF in
bv. NDR 1, 2, 3, 4, N-JOY.
snel vooruitspoelen
snel terugspoelen
/ titels kiezen (S-CPS)
voorwaarts
achterwaarts
Stop de functie met of met de tegenovergestelde toets.
Cd kiezen
opwaarts
neerwaarts
Titels kiezen
opwaarts: kort indrukken
CUE - snel vooruit verplaatsen
(hoorbaar): ingedrukt houden
neerwaarts: tweemaal of meerma-
len achtereen kort indrukken
titel opnieuw starten: kort indrukken
REVIEW - snel terug verplaatsen
(hoorbaar): ingedrukt houden
Extra functies van de tuimeltoets:
Overige instelmogelijkheden met
AUD2
DSC-mode C
Voorwaarde is dat de betreffende
functie geactiveerd is.
Radio
Telefon
ENGLSH
Radio
Telephone
15
Page 16
Soort functie kiezen
A ME
Apparaat:
Alleen telefoonfuncties.
Afstandsbediening:
Bij radioweergave: oproepen van de
geprogrammeerde zenders in oplopende volgorde. Bij weergave van cd-wisselaar: oproepen van de cd‘s in oplopende volgorde.
B CL (CLEAR - wissen)
Om de op dat moment gebruikte
menu-optie in het DSC-menu te verlaten.
De veranderde waarden worden niet
bewaard.
Wanneer nogmaals op CL gedrukt
wordt, wordt de DSC-mode verlaten.
Om de directe frequentie-invoer te onderbreken.
C DSC / OK
DSC (Direct Software Control)
Met DSC kunnen programmeerbare
basisinstellingen worden aangepast.
OK
Om een veranderde instelling te bewaren.
DSC oproepen: Druk kort op de toets.
Functie kiezen: Druk op
Ingestelde waarde weergeven:
Druk op DSC/OK.
Waarde veranderen: Druk op << / >>.
Bewaren: Druk op OK.
DSC beëindigen: Druk op CL.
Wanneer u DSC beëindigt met CL
zonder eerst op OK te hebben gedrukt,
worden de veranderde waarden niet
bewaard.
Nadere informatie: “Programmeren
met DSC”.
Tijdens de audioweergave kunt u met SRC
wisselen tussen radio, cassette en cd-wisselaar (optie) of een extra ingang.
Met SRC schakelt u vanuit de telefoonfunctie over naar de audioweergave in de
laatst ingestelde weergavesoort.
De telefoonfunctie heeft voorrang. Daarom
kunt u alleen overschakelen op audioweergave wanneer er geen telefoonverbinding
bestaat of tot stand wordt gebracht.
•Druk zovaak op SRC totdat de functies
van de gewenste soort op het display
worden weergegeven.
Cassette-/wisselaarweergave kan alleen
worden gekozen indien er een cassette/een
magazijn met cd‘s is geplaatst.
Wanneer een magazijn zonder cd‘s is geplaatst, verschijnt op het display “GEEN
CD”.
Een extra ingang kan alleen worden gekozen wanneer geen Blaupunkt-cd-wisselaar
is aangesloten. In het DSC-menu moet dan
“EXTRA INGANG AUX AAN” worden ingesteld.
16
Page 17
Radioweergave met RDS (Radio Data System)
Het Radio Data System biedt u meer comfort bij het luisteren naar de radio op FM.
Steeds meer radiozenders zenden bij hun
programma’s ook RDS-informatie uit. Zodra
een radioprogramma kan worden herkend,
verschijnt ook de afkorting van de zender
op het display, evt. met regionale identificatie, bv. “NDR1 NDS” (Neder-Saksen). Met
RDS worden de voorkeuzetoetsen gebruikt
als programmatoetsen. Zo weet u precies
op welk programma u bent afgestemd en
kunt u ook gericht het gewenste programma kiezen.
RDS biedt u nog meer voordelen:
AF - Alternatieve frequentie
De AF-functie (Alternatieve frequentie) zorgt
ervoor dat automatisch op de best te ontvangen frequentie van het gekozen programma wordt afgestemd. Deze functie is
ingeschakeld wanneer “AF” op het display
verschijnt.
AF in-/uitschakelen:
•Druk kort op AF/#.
Tijdens het zoeken naar de sterkste frequen-
tie kan de radioweergave even onderbroken worden.
Wanneer bij het aanzetten van het apparaat
of bij het kiezen van een geprogrammeerde
frequentie “ZOEKEN” op het display verschijnt, zoekt het apparaat automatisch naar
een alternatieve frequentie.
“ZOEKEN” verdwijnt wanneer een alternatieve frequentie gevonden is of na het doorlopen van de frequentieband.
Wanneer dit programma niet meer naar
wens te ontvangen is:
•Kies een ander programma.
REG - Regionaal
Bepaalde programma’s van radiozenders
worden op bepaalde tijden in regionale uitzendingen verdeeld. Zo verzorgt bv. het
eerste net van de NDR gebieden in de noordelijke Duitse deelstaten Sleeswijk-Holstein,
Hamburg en Neder-Saksen en zendt het op
bepaalde tijden programma’s van verschillende inhoud uit.
Wanneer u een regionaal programma ontvangt en dit wilt blijven beluisteren, schakelt u over op REGIONAL ON:
•Houd AF/# ca. een seconde ingedrukt,
totdat op de eerste regel “REGIONAL
ON” verschijnt.
Wanneer de regionaalfunctie is ingeschakeld, wordt “AF” op het display vervangen
door “REG”.
Wanneer u het ontvangstgebied van de regionale zender verlaat of de volledige RDSservice verlangt, schakelt u over op “REGIONAL OFF”.
•Houd AF/# ca. een seconde ingedrukt,
totdat “REGIONAL OFF” verschijnt.
Golfgebied kiezen
U kunt kiezen tussen de frequentiegebieden
FM 87,5 - 108 MHz,
MG 531 - 1602 kHz en
LG 153 - 279 kHz.
•Kies het golfgebied met BND: druk evt.
zo vaak kort op de toets als nodig is.
Zenderafstemming
Zoekafstemming /
•Druk op / , de autoradio zoekt automatisch de volgende zender.
Wanneer / (ook bij de afstandsbediening) boven of onder ingedrukt gehouden
wordt, loopt de zoekafstemming snel opwaarts of neerwaarts verder.
Radio
Radio
Telefon
ENGLSH
Radio
17
Telephone
Page 18
Zoekafstemming
opwaarts
neerwaarts
<< / >> trapsgewijs neer-/opwaarts
(op FM alleen indien AF uit)
Handmatig afstemmen met << / >>
U kunt handmatig op zenders afstemmen.
Voorwaarde:
AF is uitgeschakeld (de symbolen “AF” resp.
“REG” zijn niet op het display te zien).
Indien gewenst schakelt u deze functies zo
uit:
•Druk op AF/#.
Handmatige afstemming uitvoeren:
•Druk op << / >>. De frequentie wordt
trapsgewijs neerwaarts/opwaarts gewijzigd.
Wanneer de tuimeltoets << / >> rechts of
links ingedrukt gehouden wordt, vindt de frequentiedoorloop snel plaats.
Directe frequentie-invoer
U kunt op het FM- en FMT-niveau frequenties direct invoeren.
U start de directe invoer als volgt:
•Druk op 0.
•Voer de frequentie in, beginnend met
de eerste positie. Er hoeft geen komma te worden ingevoerd.
Met CL wist u de ingevoerde waarde en met
OK bevestigt u deze.
Bladeren in de zenderketens
(alleen op FM)
Met << / >> kunt u zenders uit het ontvangstgebied oproepen.
Wanneer meer zenders van zenderketens
te ontvangen zijn, kunt u met >> (vooruit) of
<< (achteruit) bladeren in de zenderketens,
bv. NDR 1, 2, 3, 4, N-JOY.
Voorwaarden hiervoor zijn dat deze zenders
minstens eenmaal ontvangen zijn en dat
“AF” geactiveerd is (weergegeven op het
display).
Start hiervoor bv. Travelstore:
•Houd BND twee seconden ingedrukt;
er volgt een frequentiedoorloop.
Wanneer “AF” niet te zien is:
•Druk op AF/#.
Aan de voorwaarden voor de zenderkeuze
met << / >> is voldaan.
Zenders programmeren
U kunt op de afzonderlijke frequentiegebieden met de keuzetoetsen de volgende aantallen zenders programmeren:
UKW (FM)19
TS (FM-Travelstore)9
MG9
LG9
•Kies het geheugenniveau met BND.
•Stem af op een zender met de tuimel-
toets (automatisch
<< / >>).
•Houd de gewenste keuzetoets ca. een
seconde ingedrukt, totdat de pieptoon
te horen is.
Wanneer een zender op een positie met
twee cijfers moet worden bewaard:
•Druk kort op toets 1 en houd de
tweede toets binnen twee seconden
zolang ingedrukt totdat de pieptoon te
horen is.
De zender is nu geprogrammeerd.
Het display geeft aan welke toets ingedrukt
is.
/ of handmatig
18
Page 19
Let op:
Wanneer u afstemt op een reeds geprogrammeerde zender terwijl u zich op hetzelfde geheugenniveau bevindt, worden het
cijfer van de betreffende keuzetoets en het
geheugenniveau kort knipperend weergegeven.
Sterkste zenders automatisch
programmeren met Travelstore
U kunt de negen sterkste FM-zenders op
volgorde van veldsterkte, elk uit hun eigen
ontvangstgebied, automatisch programmeren. Deze functie is vooral handig op reis.
•Houd BND/TS twee seconden inge-
drukt.
Op het display verschijnt knipperend “TRAVELSTORE”.
De negen sterkste FM-zenders worden automatisch opgeslagen op geheugenniveau
“FMT” (FM-Travelstore). Na voltooiing wordt
afgestemd op de sterkste zender onder keuzetoets 1.
Indien gewenst kunnen op het Travelstoreniveau ook handmatig zenders worden ingesteld (zie “Zenders programmeren”).
Geprogrammeerde zenders
oproepen
U kunt geprogrammeerde zenders oproepen met een druk op de toets.
•Druk zo vaak op BND/TS totdat het
gewenste geheugenniveau wordt aangegeven.
•Druk kort op de betreffende keuzetoets.
Wanneer een zender op een positie met
twee cijfers moet worden opgeroepen
(bv. geheugenpositie 19), drukt u eerst op
de 1 en vervolgens binnen twee seconden
op de 9.
Gevoeligheid van de zoekafstemming wijzigen
U kunt de gevoeligheid van de automatische
zoekafstemming wijzigen.
Wanneer “lo” wordt aangegeven, worden
alleen goed te ontvangen zenders gezocht.
Wanneer “lo” wordt uitgeschakeld, worden
ook minder goed te ontvangen zenders gezocht.
Gevoeligheid van de zoekafstemming wisselen:
•Druk op
.
*
U kunt de gevoeligheid in elke graad variëren (lees hiervoor “Programmeren met
DSC - DX-/LO-NIVEAU”).
Stereo-mono wisselen
(alleen FM)
Wanneer u het apparaat aanzet, vindt automatisch stereoweergave plaats.
Bij slechte ontvangst schakelt het apparaat
variabel over op monoweergave.
Radio
Radio
Telefon
ENGLSH
Radio
19
Telephone
Page 20
Ontvangst van verkeersinformatie met RDS-EON
Onder EON verstaat men het uitwisselen
van programma-informatie binnen een zenderketen.
Veel FM-zenders zenden regelmatig actuele verkeersinformatie uit voor hun regio.
Zenders met verkeersinformatie zenden ter
identificatie een signaal uit, waaraan uw
autoradio ze herkent. Wanneer een dergelijk signaal herkend wordt, verschijnt op het
display “TP” (Traffic Program - Uitzending
met verkeersinformatie).
Daarnaast zijn er zenders die zelf geen verkeersinformatie uitzenden, maar met RDSEON de mogelijkheid bieden de verkeersinformatie van een andere zender van dezelfde omroep te ontvangen.
Wanneer bij ontvangst van een dergelijke
zender (bv. NDR3) de voorrang voor verkeersinformatie geactiveerd moet zijn, dan
moet “TA” op het display verlicht zijn.
Bij verkeersinformatie wordt automatisch
overgeschakeld op de zender met de verkeersinformatie (in dit geval NDR2). Dan
volgt de verkeersinformatie, waarna automatisch naar het ervoor beluisterde programma (NDR3) wordt teruggeschakeld.
Voorrang voor verkeersinformatie in-/uitschakelen
Op het display is “TA” verlicht wanneer de
voorrang voor verkeersinformatie ingeschakeld is.
Voorrang in-/uitschakelen:
•Druk op TA.
Wanneer u tijdens een verkeersmededeling
op TA drukt, wordt de voorrang alleen voor
deze mededeling onderbroken.
Het apparaat schakelt terug naar de oorspronkelijke toestand. Voor volgende meldingen blijft de voorrang behouden.
Diverse toetsen hebben geen functie tijdens
de verkeersinformatie.
Volume van verkeersinformatie en
attentiesignaal instellen
Dit volume is van fabriekswege ingesteld.
U kunt echter een wijziging uitvoeren met
DSC (zie “Programmeren met DSC - TAVOLUME”).
Attentiesignaal
Wanneer een verkeersinformatie-zender
geactiveerd is en u het ontvangstgebied van
de ingestelde verkeersinformatie-zender
verlaat (“TA” op het display), hoort u na ca.
30 seconden een attentiesignaal.
Wanneer u op een voorkeuzetoets drukt
waaronder een zender zonder TP-signaal
is geprogrammeerd, hoort u eveneens een
attentiesignaal.
Attentiesignaal uitschakelen
a) Stem af op een andere zender met
verkeersinformatie:
•Druk hiervoor op de tuimeltoets of
•druk op een voorkeuzetoets waar-
onder een zender met verkeersin-
formatie geprogrammeerd is.
of
b) Zet de voorrang voor verkeersinforma-
tie uit:
•
Druk op TA.
De aanduiding “TA” op het display
verdwijnt.
Automatische start van de
zoekafstemming
(cassette- en cd-weergave)
Wanneer u een cassette of cd beluistert en
het ontvangstgebied van de ingestelde verkeersinformatie-zender verlaat, zoekt de
autoradio automatisch een andere zender
met verkeersinformatie.
20
Page 21
Cassetteweergave
De installatie moet ingeschakeld zijn.
Zodra u een cassette plaatst, wordt auto-
matisch overgeschakeld op cassetteweergave.
De cassetteweergave vindt niet plaats:
a) zolang er een telefoonverbinding be-
staat of tot stand wordt gebracht, of
b) zolang er met voorrang verkeersinfor-
matie wordt weergegeven.
Cassette plaatsen
•Zet het apparaat aan.
•Schuif de cassette in de opening.
De cassette wordt automatisch naar binnen
getransporteerd en kant A of 1 wordt weergegeven.
Het display geeft de cassettefuncties weer.
Schuif de cassette in de opening met kant A of
1 naar boven en de opening naar rechts.
Cassette verwijderen
•Houd ca. twee seconden inge-
drukt. De cassette wordt uit de opening
geschoven.
Snel vooruit-/terugspoelen
Afstandsbediening
snel vooruitspoelen
snel terugspoelen
Met de afstandsbediening start u de snelspoelfunctie door langer dan een seconde op /
te drukken.
/ titels kiezen (S-CPS),
ook mogelijk met afstandsbediening
voorwaarts
achterwaarts
Beëindig de functie met .
Titels kiezen met S-CPS
(Super Cassette Program Search)
Om cassettetitels te herhalen en over te
slaan met
ts).
Er kunnen maximaal 99 titels worden overgeslagen.
•Druk hiervoor overeenkomstig vaak op
de tuimeltoets.
Het display geeft het aantal titels weer dat
moet worden overgeslagen.
Correctie met de tegenovergestelde toets.
Bij snelspoelen kunnen maximaal negen ti-
tels die moeten worden overgeslagen, met
de keuzetoetsen worden ingesteld of gecorrigeerd.
Direct stoppen met
Voorwaarde voor S-CPS: Tussen de titels
moet zich een pauze van minimaal drie seconden bevinden.
(voorwaarts) / (achterwaar-
.
Radio
Radio
Telefon
ENGLSH
Radio
21
Telephone
Page 22
Wisselen van kant (Autoreverse)
Wisselen van looprichting tijdens de weergave:
•Druk op .
Aan het eind van de band schakelt het ap-
paraat automatisch over op de andere kant.
Op het display verschijnt “KANT 1” resp.“KANT 2”.
Let op:
Bij zwaar lopende cassettes kan automatisch op de andere kant worden overgeschakeld. Controleer in dit geval of de band goed
op de spoel gewonden is. Vaak helpt heen
en weer spoelen van de cassette.
Wisselen van bandsoort
De identificatie van de bandsoorten ferro,
chroomdioxide en metal en het wisselen
daartussen gebeuren automatisch.
Bij weergave van metal- of CrO
verschijnt MTL op het display.
-cassettes
2
Dolby B NR*
Met dit apparaat kunnen cassettes worden
afgespeeld die met Dolby B NR of zonder
ruisonderdrukking zijn opgenomen.
Cassettes die met Dolby NR* zijn opgenomen, kenmerken zich door een wezenlijk
geringere bandruis en een grotere dynamiek.
Wanneer Dolby B NR is ingeschakeld, is
“DOLBY” te zien op het display.
In-/uitschakelen:
•Druk op
* Ruisonderdrukkingssysteem gefabriceerd onder li-
censie van Dolby Laboratories. Het woord Dolby en
het symbool met de dubbele D zijn gedeponeerde
handelsmerken van Dolby Laboratories.
.
Radio luisteren tijdens snelspoelen met RM (Radio Monitor)
U kunt tijdens het snelspoelen in plaats van
de gebruikelijke geluidsonderdrukking naar
de radioweergave luisteren (ook bij S-CPS).
In de DSC-mode moet “RADIOMONITOR
AAN” zijn ingesteld.
Lees hiervoor indien gewenst “Programme-
ren met DSC - RADIOMONITOR”.
Tips voor het onderhoud
Gebruik in de auto alleen C60/C90-cassettes. Bescherm uw cassettes tegen vuil, stof
en temperaturen boven 50° Celsius. Laat
koude cassettes voor het afspelen opwarmen om onregelmatigheden in de bandloop
te vermijden. Na ca. honderd gebruiksuren
kunnen door afzetting van stof op de aandrukrol en de weergavekop storingen optreden in de bandloop en de weergavekwaliteit.
Bij normale verontreiniging kunt u uw cassettespeler reinigen met een reinigingscassette, bij sterkere verontreiniging met een
in spiritus gedrenkt wattenstaafje. Gebruik
nooit hard gereedschap.
22
Page 23
Weergave van cd-wisselaar (optie)
Met dit apparaat kunt u de cd-weergave via
een Blaupunkt cd-wisselaar CDC A 06 of
A 072 (direct) en CDC A 05/-F 05 / A 071
(via adapter) comfortabel bedienen.
Deze cd-wisselaars worden niet meegeleverd en verkrijgbaar bij de vakhandel.
Let op:
Gebruik uitsluitend normale in de handel
verkrijgbare cd‘s met een diameter van
twaalf centimeter.
Cd‘s met een diameter van acht cm of cd‘s
die contouren hebben, bv. van een vlinder
of een bierpul, zijn niet geschikt voor weergave.
Er bestaat acuut gevaar voor beschadiging
van de cd en de speler.
Wij kunnen geen aansprakelijkheid aanvaarden voor beschadigingen door ongeschikte cd‘s.
Wisselaarweergave inschakelen
Er moet een magazijn met minimaal één cd
geplaatst zijn.
Wissel van geluidsbron met SRC:
•Druk zo vaak op SRC totdat de cd-
functies verschijnen op het display.
Cd en titels kiezen
Afstandsbediening
Cd kiezen
opwaarts
neerwaarts
Cd‘s kunnen direct worden gekozen met
het twaalftallige toetsenbord. Met de afstandsbediening kunt u opwaarts cd‘s kiezen door op de ME-toets te drukken.
Titels kiezen
ook mogelijk met de afstandsbediening
opwaarts: kort indrukken
CUE - snel vooruit (hoorbaar): inge-
drukt houden
neerwaarts: tweemaal of meermaals
achtereen kort indrukken
Opnieuw starten van de titel: kort indrukken
REVIEW - snel terug (hoorbaar): ingedrukt houden.
Met de afstandsbediening kunt u de titels
opwaarts/neerwaarts kiezen met / .
MIX
Cd-titels kunnen in willekeurige volgorde
worden weergegeven.
Wanneer MIX brandt op het display, worden alle titels van de cd in willekeurige
volgorde weergegeven.
Vervolgens wordt de volgende cd willekeurig gekozen en afgespeeld enz.
MIX in-/uitschakelen:
•Druk kort op MIX/
.
*
Radio
Radio
Telefon
ENGLSH
Radio
Telephone
23
Page 24
Programmeren met DSC Radio, cassette, cd-wisselaar (optie)
De autoradio biedt de mogelijkheid om met
DSC (Direct Software Control) enkele instel-
lingen en functies aan uw wensen aan te
passen en deze aanpassingen te bewaren.
De apparaten zijn door de fabriek ingesteld.
Een overzicht van de door de fabriek inge-
stelde basisinstellingen vindt u hieronder,
zodat u deze basisinstelling altijd kunt raadplegen.
Wanneer u een geprogrammeerde waarde
wilt veranderen:
•Druk op DSC/OK.
Kiezen:
Met de tuimeltoets
gen menu-optie en deze wordt bevestigd
met OK.
Wijzigen:
Met << / >> wijzigt u de aangegeven instelling.
Afbreken:
•Druk op CL, de nieuwe instelling wordt
niet bewaard.
Bewaren:
•Druk op DSC/OK.
DSC beëindigen:
•Druk op CL.
/ kiest u de te wijzi-
Start
DSC
^
^
^
^
^
^
^
^
^
^
^
^
^
^
^
^
^
DSC beëindigen (vanuit iedere menu-optie): Druk op CL
^
Uit
^
^
Aan
^
^
^
^
^
^
^
^
^
^
^
^
^
^
^
^
^
^
^
^
^
^
^
^
^
^
24
Page 25
Bij belangrijke DSC-menu-opties kunt u de
programmering alleen veranderen wanneer
u eerst uw toegangscode invoert (lees hiervoor de DSC-menu-optie “TOEGANGSCODE WIJZIGEN”).
/functie kiezen
<< / >> waarde instellen
LOUDNESS
Loudness-aanpassing van de
zachte lage tonen aan het menselijk gehoor.
Deze menu-optie wordt alleen
aangegeven wanneer een KeyCard geplaatst is.
Attentie!
Met deze functie worden alle
functies die in het DSC-menu,
inclusief het telefoon-menu, veranderd zijn, teruggezet op de instellingen van de fabriek.
Alle geprogrammeerde KeyCards
en SIM-cards, m.u.v. de keyCard
die zich in het apparaat bevindt,
worden gewist.
Wanneer deze menu-optie wordt
gekozen, wordt na OK om de toegangscode gevraagd. Voer de
code in en druk op OK.
Op het display verschijnt “ALLE
WAARDEN TERUG OP 0?” Met
CL kunt u deze optie opheffen,
met OK worden alle waarden teruggezet op de instellingen van
de fabriek.
TOEGANGSCODE WIJZIGEN
Met de toegangscode wordt de
toegang bij belangrijke DSCmenu-opties (ook tijdens het gebruik van de telefoon) beveiligd.
Deze code is door de fabriek ingesteld op “0000”.
Indien u de code wilt wijzigen,
dient u de nieuwe code beslist
te noteren!
Voer de oude code in (hier
“0000”) en druk op OK.
Voer de nieuwe code in en druk
op OK. Voer de nieuwe code
opnieuw in en druk nogmaals op
OK.
CONTACT-TIMER
Hiermee kunt u bereiken dat het
apparaat maximaal 90 minuten
verderspeelt nadat het contact is
uitgeschakeld.
0 = contact-timer uitgeschakeld.
Radio
Radio
Telefon
ENGLSH
Radio
25
Telephone
Page 26
EXTRA INGANG (AUX)
Deze menu-optie verschijnt niet
wanneer een cd-wisselaar (A 05
of F 05) is aangesloten.
Van fabriekswege ingesteld op
“EXTRA INGANG AUX UIT”.
Wanneer via “EXTRA INGANG”
een extern apparaat is aangesloten, moet worden omgeschakeld
op “EXTRA INGANG AUX AAN”.
VARIOCOLOUR
Om de kleur van het display
trapsgewijs aan te passen aan de
dashboardverlichting.
groen .................................... rood
TOETSSIGNAAL (KEYTONE)
Nadat een toets kort is ingedrukt,
kan een bevestigingssignaal worden gegeven.
Het volume is instelbaar van 0 tot
9 (0 = uit).
PIEPTOON
Bevestigingssignaal voor functies
waarvoor een toets langer dan
een seconde ingedrukt moet worden gehouden.
''
Het volume is instelbaar van 0 tot
9 (0 = uit).
MUZIEK/SPRAAK
In de toekomst gaan diverse
RDS-zenders onderscheid maken
tussen muziekuitzendingen en uitzendingen met gesproken woord.
De klankkleur voor programma‘s
met gesproken woord kan worden
ingesteld van “NIVEAU 0 … 4”.
NIVEAU 0:
Muziek/spraak uitgeschakeld.
NIVEAU 1:
Lineair (geen bass-, treble-, loudness-versterking/demping).
NIVEAU 2-4:
Verschillende instelling van volume, bass, treble wanneer loudness is uitgeschakeld.
Probeer uit welke instelling u het
beste bevalt.
RADIOMONITOR
(Radio Monitor)
Maakt radio luisteren mogelijk tijdens snelspoelen bij cassetteweergave.
Radio Monitor in-/uitschakelen:
Druk op << / >>.
Op het display is bij cassetteweergave “RM” te zien, indien geactiveerd. Tijdens het snelspoelen
vindt radioweergave plaats.
KEYCARD LED
U kunt kiezen tussen LED AAN
en LED UIT. Bij LED-ON (aan)
knippert de KeyCard-tong als extra beveiliging wanneer het apparaat is uitgeschakeld en de KeyCard is verwijderd.
TAAL U kunt de teksten op het display
in diverse talen laten weergeven.
Wanneer “AUTOMATIC” wordt
gekozen, is de taal van het display Engels zolang de KeyCard is
geplaatst.
Bij SIM-cards wordt de taal van
het display bepaald door de SIMcard.
26
Page 27
PROGRAMMEERMODUS
Met deze functie kunt u kiezen of
u volgende kaarten alleen via het
DSC-menu wilt programmeren, of
ook principieel na iedere keer dat
de KeyCard of de master-SIM zijn
verwijderd.
MENU –
Programmeren van kaarten alleen
mogelijk via DSC.
MENU PLUS –
Extra: eenvoudige mogelijkheid
om kaarten te programmeren.
Verwijder de KeyCard of de master-SIM en plaats binnen vijftien
seconden de te programmeren
kaart.
Het programmeren kan worden
voortgezet met andere kaarten.
UITGEBREID MENU
Met deze functie is het mogelijk
de volgende menu-opties uit te
schakelen via << / >>, aangezien
deze zelden worden veranderd.
Het menu wordt hierdoor overzichtelijker.
UIT –
Menu-opties uitschakelen.
AAN –
Alle menu-opties zijn oproepbaar.
KAARTENLIJST
Er kan een lijst worden getoond
van alle geautoriseerde SIMcards. Indien gewenst kunt u afzonderlijke vermeldingen wissen.
De master-SIM kan alleen met de
KeyCard worden gewist.
ATTENTIE!
Wanneer een vermelding wordt
gewist, kan het apparaat niet
meer met deze kaart worden bediend.
Na OK moet de toegangscode
worden ingevoerd en worden bevestigd met OK. De vermeldingen
worden opgeroepen met
Na OK verschijnt op het display
“WISSEN?”.
Met << / >> kunt u kiezen tussen
WISSEN? en NAAM? (wijzigen).
Het wissen wordt afgebroken met
CL en bevestigd met OK.
Indien er namen moeten worden
ingevoerd/gewijzigd, lees dan
“Nummerlijst-menu - Vermelding
toevoegen”. De kaart die zich in
het apparaat bevindt, kan niet
worden gewist.
/ .
De master-SIM kan alleen worden
gewist met een KeyCard.
KEYCARD LEZEN
Deze menu-optie wordt alleen getoond wanneer een KeyCard is
geplaatst.
De gegevens van een KeyCard
kunnen hiermee worden uitgelezen.
Met de meegeleverde KeyCard
worden de apparaatgegevens zoals naam, typenummer (7 6…) en
apparaatnummer weergegeven.
Wanneer u tijdens het lezen de
KeyCard verwijdert, verschijnt op
het display “VERWISSEL
KAART”. Er kunnen naar believen
andere KeyCards, ook van andere apparaten, worden gelezen.
Het apparaat kan alleen nog worden uitgeschakeld en verder niet
worden bediend. Zodra een bij het
apparaat bekende KeyCard is geplaatst, kan met OK worden teruggeschakeld naar de radiofunctie.
Radio
Radio
Telefon
ENGLSH
Radio
Telephone
27
Page 28
KAART PROGRAMMEREN
U kunt een tweede KeyCard of
maximaal dertig SIM-cards programmeren.
Lees hiervoor de aanwijzingen
onder “KeyCard en SIM-card KeyCard/SIM-cards programmeren”.
FUNCTIE-MODE
De volgende functies kunnen worden gekozen:
ALLEEN RADIO
ALLEEN TELEF(OON)
STANDAARD
(Alle functies kunnen worden gekozen).
Een verandering wordt pas actief
wanneer het menu wordt verlaten.
GEVOELIGHEID LO-NIVEAU
Gevoeligheid van de zoekafstemming voor lokale ontvangst instellen.
LO-NIVEAU 1 –
zeer gevoelig
LO-NIVEAU 3 –
normaal gevoelig
GEVOELIGHEID DX-NIVEAU
Gevoeligheid van de zoekafstemming voor interlokale ontvangst
instellen.
DX-NIVEAU 1 –
zeer gevoelig
DX-NIVEAU 3 –
normaal gevoelig
VOLUME FIX
Hiermee kan het volume bij inschakelen worden ingesteld. Stel
het gewenste volume bij inschakelen in met << / >>.
Wanneer “NIVEAU +00” wordt ingesteld, vindt de weergave bij inschakelen plaats met het laatst
ingestelde volume.
TA-VOLUME
Het volume van verkeersinformatie en attentiesignaal is instelbaar.
U hoort de verkeersinformatie met
dit volume wanneer het ingestelde
mute-volume geringer is. Wanneer het ingestelde mute-volume
groter is dan TA VOLUME, wordt
de verkeersinformatie iets sterker
doorgegeven.
DSC-programmering beëindigen/instelling bewaren:
•Druk op DSC/OK.
Overzicht van de door de fabriek
uitgevoerde basisinstellingen
met DSC
LOUDNESSNIVEAU 3
TOEGANGSCODE WIJZIGEN 0000
CONTACT-TIMER00 MIN
EXTRA INGANGINGANG UIT
VARIOCOLOURgroen
TOETSSIGNAALVOLUME 0
PIEPTOON4
MUZIEK/SPRAAKNIVEAU 0
RADIOMONITORUIT
KEYCARD LEDLED AAN
TAALAUTOMATIC
PROGRAMMEERMODUSMENU PLUS*
UITGEBREID MENUAAN
KAARTENLIJSTKEYCARD LEZENKAART PROGRAMMERENFUNCTIEMODESTANDAARD
GEVOELIGHEIDLO-NIVEAU 1
VOLUME FIXNIVEAU +20
TA-VOLUMENIVEAU +30
* MENU PLUS = basisinstelling
Nadat de eerste SIM-Card is geprogrammeerd, wordt
de instelling veranderd in MENU.
DX-NIVEAU 1
28
Page 29
Telefoonfunctie
DEUTSCH
Telefoon
Telefon
ENGLSH
29
Radio
Telephone
Page 30
Telefoonfunctie
Algemeen
Met de radiotelefoon kunt u dezelfde telefoonverbindingen tot stand brengen als u
gewend bent van een mobiele telefoon.
Voorwaarde: U hebt vanuit uw positie verbinding met het GSM-netwerk en een autorisatie voor een geldige SIM-card. Deze
SIM-card moet geplaatst zijn (lees indien gewenst “KeyCard en SIM-card”).
Alarmnummers
Het alarmnummer op het GSM-net is
wereldwijd 112.
Via dit nummer kunt u ook zonder SIM- of
KeyCard een alarmdienst bereiken.
Lees hiervoor de informatie onder “Telefoonfunctie - GSM-alarmnummer”.
PIN-code
(persoonlijk identificatienummer)
In normale gevallen wordt de SIM-card pas
geautoriseerd voor het telefoneren wanneer
een persoonlijk identificatienummer (PINcode) wordt ingevoerd. Deze PIN-code
wordt u medegedeeld wanneer u de SIMcard in bezit krijgt.
U kunt de PIN-code wijzigen of uitschakelen. Lees hiervoor “Programmeren met DSC
- PIN CODE”.
SIM-card plaatsen / PIN-code invoeren
•Zet het apparaat aan.
Wanneer de kaarttong naar buiten
wijst, schuift u een geprogrammeerde
SIM-card met het contactoppervlak
naar boven in de sleuf.
Op het display verschijnt “VOER PIN IN”.
•Voer de PIN-code in met het twaalftallige toetsenbord, beginnend met de
eerste positie.
•Druk op OK of #.
Wanneer de code juist is ingevoerd, verschijnt op het display “CODE OK” en aansluitend het laatst gekozen display.
Wanneer een onjuiste code wordt ingevoerd, geeft het display “ONJUISTE PINCODE” aan en vervolgens “VOER PIN IN”.
Nadat driemaal een onjuiste code is ingevoerd, kan pas opnieuw een PIN-code worden ingevoerd wanneer het apparaat is gedeblokkeerd met de PUK-code.
SIM-card deblokkeren
Met de deblokkeringscode (PUK) kunt u de
SIM-card weer bedrijfsklaar maken.
Op het display verschijt “VOER PUK IN”.
•Bevestig de ingevoerde code met OK.
•Voer nu een nieuwe PIN-code in.
Attentie!
Noteer de nieuwe code beslist!
•Bevestig met OK en voer de code
opnieuw in.
30
Page 31
Eerste eenvoudige telefoongesprek
Voor het telefoneren moet het antennesymbool worden weergegeven (mag niet knipperen).
Er moet een geprogrammeerde SIM-card
geplaatst zijn. Wanneer het apparaat nog
niet in de telefoonfunctie staat:
•Druk kort op
•Kies het nummer met het twaalftallige
toetsenbord.
Nadat het juiste nummer is ingevoerd:
•Druk kort op
De verbinding wordt automatisch tot stand
gebracht.
Gesprek beëindigen:
•Druk kort op .
.
.
GSM-alarmnummer
Het alarmnummer op het GSM-net is
wereldwijd 112.
Met 112 kunt u een alarmdienst bereiken,
ongeacht of er een SIM-card of KeyCard is
geplaatst.
Eventuele blokkeercodes zijn niet actief voor
112. Wanneer het antennesymbool knippert
en de veldsterkte toereikend is, is het alarmnummer bereikbaar.
Gesprek tot stand brengen:
•Zet het apparaat aan en plaats de KeyCard of SIM-card. Wanneer geen kaart
geplaatst wordt, moeten de volgende
badieningshandelingen binnen vier seconden worden uitgevoerd:
•Druk op
•Kies 112 en druk op
Op het display verschijnt “ALARM” en de
verbinding wordt tot stand gebracht.
.
.
Attentie!
Bel het alarmnummer alleen in echte noodgevallen.
Geef bij een alarm alle noodzakelijke informatie zo nauwkeurig mogelijk door. Onthoud
dat uw mobiele telefoon het enige communicatiemiddel kan zijn op de plaats van het
ongeluk.
Beëindig het gesprek pas wanneer dit van
u wordt verlangd.
DEUTSCH
Telefoon
Telefon
ENGLSH
Radio
31
Telephone
Page 32
Beknopte gebruiksaanwijzing telefoon
1 Aan/uit
Voor het telefoneren moet het apparaat ingeschakeld zijn.
Volume
Om het volume bij “handsfree” in te
stellen. Om het TA-volume tijdens een
“handsfree”-gesprek in te stellen. Instellen van het belvolume op het betreffende moment.
Afstandsbediening
De onder “Volume” besproken functies
worden ingesteld met V- / V+.
/ AUD
2
In de telefoonfunctie wordt met deze
toets de microfoon uitgeschakeld. Zo
kunt u in de auto een gesprek voeren
zonder dat de andere gespreksdeelnemer kan meeluisteren.
3 SRC
(Source = bron)
Druk kort op SRC: Telefoonfuncties
beëindigen en tegelijkertijd omschakelen naar de vorige weergavesoort (radio, cassette of als optie cd-wisselaar).
De telefoonfunctie heeft voorrang. Hierom kunt u alleen omschakelen naar
de audiofuncties wanneer er geen telefoonverbinding bestaat of tot stand
wordt gebracht.
Druk kort op SRC tijdens de kiestoon:
De beller krijgt de mededeling dat er
geen radioverbinding bestaat.
SRC ca. een seconde ingedrukt houden: Bezet.
4 TA (Traffic Announcement = voorrang
voor verkeersinformatie)
Voorrang voor verkeersinformatie uitschakelen voor de duur van het telefoongesprek: Druk tijdens het gesprek
op TA.
5 TS / BND
Wisselen tussen hoornfunctie en
handsfree (microfoon-/luidsprekerfunctie):
Druk op BND en leg de hoorn neer.
9 Keuzetoetsen
Telefoonnummer invoeren: Druk kort
op de toetsen.
Snel kiezen van de eerste negen telefoonnummers op de geheugenlijst van
het apparaat: Houd de toets ca. twee
seconden ingedrukt.
Snel kiezen van de eerste negen telefoonnummers op de geheugenlijst van
de SIM-card: Druk op
nummertoets ca. twee seconden ingedrukt.
Namen invoeren.
Gesprek aannemen: Druk op een van
de toetsen op de rechterzijde van het
apparaat.
: AF / #
Om bijzondere tekens in te voeren.
en houd de
*
32
Page 33
; + / 0
Telefoonnummers invoeren.
Houd 0 langer dan een seconde ingedrukt om automatisch de actuele code
voor het buitenland in te stellen.
<
Omschakelen naar telefoonfunctie, gesprek aannemen/beëindigen, nummer
kiezen starten:
Druk kort op
.
Telefoonfunctie uitschakelen, bv. in
omgeving met explosiegevaar:
Houd
ca. twee seconden ingedrukt.
Telefoonfunctie opnieuw activeren:
Druk kort op
= MIX/
*
Om bijzondere tekens in te voeren, zo-
.
als het pauzeteken; om de korte-geheugenposities op de SIM-card direct
te kiezen.
> Display
Radiomenu
PIN-code invoeren
c
GSM-net wordt opgezocht
Telefoon-basismenu
Deelnemer wordt opgebeld
de f
Nummerlijst-menu
g
Setup-menu / Call-menu
a)- verbinding met het net in ei-
b)- veldsterkte-aanduiding, geeft
c)
*
d)- geeft aan dat er een SMS-
e)- verschijnt daarbij wanneer
f)- geeft aan de er een telefoon-
g)- doorgeeffunctie is ingescha-
gen land
- geeft aan dat de radiotelefoon verbinding heeft met
een net in het buitenland.
Wanneer het antennesymbool knippert, bestaat alleen
verbinding met een net waarvoor geen autorisatie nodig
is. U kunt alleen alarmnummers bellen.
aan hoe goed de verbinding
met het net is.
- verschijnt bij het invoeren van
codes; een ster voor elke positie.
boodschap is opgeslagen.
een gesproken mededeling is
binnengekomen.
verbinding bestaat of tot
stand wordt gebracht.
keld.
DEUTSCH
Telefoon
Telefon
ENGLSH
Radio
b
a
Telephone
33
Page 34
? Card-systeem voor diefstalbeveili-
ging
Voor de telefoonfunctie moet een geprogrammeerde SIM-card geplaatst
zijn. Met een KeyCard kunnen in de
telefoonfunctie alleen alarmnummers
worden gebeld.
Met een geprogrammeerde SIM-card
zijn behalve de telefoonfunctie ook alle
andere functies beschikbaar. De SIMcard bevat ook alle antidiefstalfuncties.
@ Tuimeltoets
/
Rollen (scroll) door de geheugenposities voor verkorte nummerkeuze in de
nummerlijst.
Keuze van de SMS-vermeldingen.
Keuze van de menu-opties Nummerlijst en DSC.
Cursor naar de nadere regel verplaatsen bij gegevensinvoer.
Afstandsbediening
Keuze uit een nummer van de geheugenlijst. Druk eerst op ME.
<< / >>
Bewerken van de menu-opties Nummerlijst en DSC.
SMS-bericht bekijken.
Om niet volledig weergegeven vermeldingen te bekijken.
Verplaatsen van de cursor bij gegevensinvoer.
A ME
Nummerlijst-menu oproepen:
Druk kort op ME.
Afstandsbediening
Nummerlijst-menu weergeven in alfabetische volgorde. Druk kort op ME.
Nummerlijst-menu weergeven op
volgorde van de geheugenposities:
Houd ME ca. twee seconden ingedukt.
Beëindigen met CL op het apparaat.
B CL (CLEAR - wissen)
Invoermodus
Om het laatst ingevoerde cijfer te wis-
sen: Druk kort op CL.
Wanneer de aangegeven ingevoerde
waarde moet worden gewist: Houd CL
ca. een seconde ingedrukt.
Menubediening
Terug naar hoger niveau: Druk kort op
CL.
Menu verlaten: Houd CL langer dan
een seconde ingedukt.
C OK
Setup-menu , Call-menu oproepen: Druk kort op
Menu-optie activeren:
Druk kort op OK.
Instelling bewaren:
Druk kort op OK.
Parameter-wijzing bewaren:
Druk kort op OK.
/ .
34
Page 35
Telefoneren
Met een geprogrammeerde SIM-card kan
het apparaat volledig worden bediend.
•Wanneer de kaarttong naar buiten
wijst, schuift u een geprogrammeerde
SIM-card met het contactoppervlak
naar boven in de sleuf.
•Zet het apparaat aan.
Wanneer nog geen SIM-card geprogrammeerd is, lees dan “KeyCard / SIM-card programmeren of vervangen”.
Verbinding met het GSM-net
Om te kunnen telefoneren moet een verbinding met het GSM-net actief zijn. Wanneer
een verbinding tot stand is gebracht, verschijnt na korte tijd de veldsterkte-aanduiding
symbool. Wanneer het signaal zeer zwak
is, kan de verbinding worden afgebroken.
Wanneer het antennesymbool knippert, kunt
u alleen het alarmnummer bereiken. Wanneer het antennesymbool invers wordt weergegeven, bevindt u zich in een buitenlands
of vreemd net (hoger tarief mogelijk).
en een niet-bewegend antenne-
Omschakelen naar telefoonfunctie
Vanuit elke weergavesoort kunt u direct
omschakelen naar de telefoonfunctie:
•Druk hiervoor op .
Het display geeft het net en de exploitant
aan, voor zover een net wordt ontvangen.
Het antennesymbool wordt niet-bewegend
weergegeven.
Telefoonnummer kiezen
De telefoonfunctie is ingeschakeld.
Voer het telefoonnummer altijd in met het
netnummer, ook als het een lokaal gesprek
betreft.
Met de hand
•Voer het nummer in met de cijfertoetsen.
Het display geeft het ingevoerde nummer
aan.
Correctiemogelijkheid
Cijfers wissen:
•Kies het te wijzigen cijfer met de tuimeltoets << / >> (knippert).
•Druk kort op CL.
Telefoonnummer wissen:
•Houd CL ca. een seconde ingedrukt.
Kiezen starten / gesprek beëindigen:
•Druk op .
Uit geheugen . . .
U kunt opgeslagen telefoonnummers oproepen met de naam of het positienummer.
De nummers in het geheugen van apparaat
zij oproepbaar met de nummers 1 - 25 en
die van de SIM-card met de nummers 101 -
225.
DEUTSCH
Telefoon
Telefon
ENGLSH
Radio
Telephone
35
Page 36
Die ersten neun Telefon-Nummern können
Sie im Telefon-Grundmenü direkt über die
Ziffern-Tasten abrufen.
. . . direct oproepen uit geheugen van
het apparaat
•Houd de overeenkomstige toets (1 t/m
9) ca. twee seconden ingedrukt, totdat
een dubbele pieptoon te horen is.
De verbinding wordt automatisch tot stand
gebracht.
. . . direct oproepen uit geheugen van
de SIM-card
•Houd
(1 t/m 9) ca. twee seconden ingedrukt,
totdat de dubbele pieptoon te horen is.
De verbinding wordt automatisch tot stand
gebracht.
. . . uit de nummerlijst
•Druk op ME.
•Kies met
“Zoek nummer via naam” of
“Zoek nummer via positie”.
•Bevestig met OK.
en de overeenkomstige toets
*
/
Wanneer het display “Voer naam in” aangeeft:
•Voer met de keuzetoetsen maximaal
drie eerste letters in.
Wanneer het display “Voer positie in” aangeeft:
•Voer met de keuzetoetsen het positienummer in.
•Bevestig met OK.
Wanneer de geheugenpositie bekend is, kan
direct na ME het nummer van de geheugen-
positie worden ingevoerd en met OK wor-
den bevestigd.
Het display geeft de gewenste vermelding
weer.
Wanneer u een andere deelnemer wilt uitkiezen dan de getoonde, kunt u met
scrollen in de nummerlijst.
Kiezen starten / gesprek beëindigen:
•Druk op
.
/
Nummerherhaling
Automatisch
Het nummer wordt automatisch herhaald
wanneer in het Setup-menu de optie “Automatisch herhalen” op “Aan” is ingesteld.
Lees hiervoor “Programmeren met DSC Setup-menu - Automatisch herhalen”.
Het herhalen kan worden afgebroken wanneer de telefoontoets wordt ingedrukt.
Met de hand
•Druk op .
Het laatst ingevoerde telefoonnummer wordt
weergegeven.
Kiezen starten:
•Druk op
Wanneer u een gesprek begint of wordt opgebeld, wisselt de kleur van de verlichting
van het apparaat als extra signalisering.
.
Gesprek beantwoorden /
beëindigen
Wanneer u wordt opgebeld, klinkt het belsignaal en verschijnt “Opnemen?” op het display. Wanneer de nummeridentificatie actief is, verschijnt het nummer van de beller
wanneer u wordt opgebeld.
36
Page 37
Wanneer het weergegeven nummer overeenstemt met een nummer dat in het nummergeheugen is opgeslagen, wordt de naam
weergegeven.
Gesprek aannemen:
•Druk op een van de toetsen op de
rechterzijde van het apparaat.
Gesprek beëindigen:
•Druk op
of CL.
Wachtfunctie (tweede gesprek)
Tijdens een gesprek kan u worden medegedeeld dat u wordt opgebeld door een andere deelnemer.
Wanneer u de wachtfunctie wilt gebruiken,
moet u deze service evt. bij uw aanbieder
aanvragen en activeren.
Werking
De verbinding met de eerste deelnemer is
actief, u hoort het signaal van de wachtfunctie.
Weigeren:
•Druk op CL.
Gesprek aannemen:
•Druk op OK.
De eerste deelnemer komt in de wachtpositie (geen gespreksverbinding).
Lees hiervoor “Wisselen / vasthouden” of
“Vergaderschakeling”.
Wisselen / vasthouden
Tijdens een telefoongesprek kan een verbinding met een tweede deelnemer tot stand
worden gebracht. Hiervóór moet het actieve gesprek in de vasthoudfunctie worden
gezet.
In de wisselfunctie bestaat alleen directe
gespreksverbinding met één deelnemer, het
gesprek met de andere deelnemer wordt
vastgehouden (wachtpositie).
Vasthouden activeren
De verbinding met de eerste deelnemer is
actief.
•Druk op ME.
De eerste deelnemer wordt in de wachtpo-
sitie gezet.
•Kies het telefoonnummer van de
tweede deelnemer en start het kiezen
met
Zodra de tweede deelnemer het gesprek
aanneemt, is de verbinding tot stand gebracht.
.
Wisselen
Omschakelen tussen deelnemers één en
twee:
•Druk op ME.
Tijdens het gesprek kan nog een telefoon-
gesprek worden beantwoord. U hoort het
signaal van de wachtfunctie.
Weigeren:
•Druk op CL.
Gesprek van de derde deelnemer beantwoorden:
•Druk op OK.
Het gesprek met de actieve deelnemer
wordt tegelijk beëindigd.
Actieve gesprek beëindigen:
•Druk op CL of
.
Beide gesprekken tegelijk beëindigen:
•Houd CL langer dan een seconde ingedrukt.
DEUTSCH
Telefoon
Telefon
ENGLSH
Radio
Telephone
37
Page 38
Vergaderschakeling
Bij de vergaderschakeling bestaat directe
gespreksverbinding met twee deelnemers.
Tijdens een gesprek met de eerste deelnemer kan een verbinding met de tweede deelnemer tot stand worden gebracht.
Vergaderschakeling tot stand brengen
De verbinding met de eerste deelnemer is
actief. Een tweede gesprek wordt aangehouden.
•Druk op OK.
De vergaderschakeling is tot stand gebracht. Er bestaat directe gespreksverbinding tussen de deelnemers.
Tijdens de vergaderschakeling kan nog een
telefoongesprek worden beantwoord.
U hoort het signaal van de wachtfunctie.
Weigeren:
•Druk op CL.
Gesprek van de wachtende deelnemer beantwoorden:
•Druk op OK.
De deelnemers van het vergadergesprek worden in de wachtpositie geplaatst.
Met ME kunt u wisselen tussen de vergadering en de bijkomende deelnemer.
Actieve gesprek beëindigen:
•Druk op CL of
Alle gesprekken tegelijk beëindigen:
•Houd CL langer dan een seconde ingedrukt.
.
Telefoneren met de handset
(accessoire)
Bij het normale gebruik telefoneert u m.b.v.
de microfoon en de luidspreker (handsfree).
Met de handset kunt u ook m.b.v. een hoorn
telefoneren.
U kunt een gesprek aannemen / beëindigen
door de hoorn op te nemen / neer te leggen.
Vanuit hoornfunctie wisselen naar handsfree:
•Druk op BND en leg de hoorn neer.
38
Page 39
Nummerlijst-menu
Het Nummerlijst-menu dient om telefoonnummers te bewaren, te wijzigen, te wissen en comfortabel op te roepen.
De vermeldingen zijn opgeslagen in het geheugen van de telefoon of de SIM-card en
kunnen worden opgeroepen om snel nummers te kiezen.
Het apparaat kan maximaal 25 vermeldingen opslaan.
Het aantal vermeldingen op de SIM-card is
afhankelijk van het type kaart.
U kunt het Nummerlijst-menu zo oproepen:
•Druk op ME op het apparaat.
Op het display verschijnt “Nummerlijst”.
/ kunt u de hieronder beschreven
Met
menu-opties kiezen.
•Kies de functie en druk op OK.
Met CL kunt u vanuit elke menu-optie te-
rugkeren naar het Nummerlijst-menu.
Wanneer u opnieuw op CL drukt, verschijnt
het telefoon-basismenu.
Wanneer u kort op ME van de afstandsbe-
diening drukt, komt u direct in de alfabetisch
geordende geheugenlijst.
Wanneer ME van de afstandsbediening lang
ingedrukt gehouden wordt, wordt de op geheugenpositie gerangschikte lijst opgeroepen.
Nummerlijst-menu
Start
SRC
ME
CL
DEUTSCH
^
^
Telefoon
^
^
^
^
^
^
^
^
^
^
^
Telefon
ENGLSH
^
Terug naar de nummerlijst
(vanuit elke menu-optie):
Druk op CL
Radio
Telephone
39
Page 40
Hoe wordt een naam/tekst ingevoerd met het twaalftallige toetsenbord?
Met het twaalftallige toetsenbord kunt u in
verschillende menu‘s namen of tekst invoeren.
U kunt alleen namen/tekst invoeren wanneer
een verzoek daartoe verschijnt op het display.
Namen kunnen maximaal zestien en teksten
maximaal 160 tekens hebben.
Invoer starten
Wanneer het display “Voer naam in” aangeeft:
•Druk zo vaak als nodig is op de toets
voor de eerste letter.
Voor een nieuwe naam moeten alle letters
worden ingevoerd.
Letters/tekens invoeren
Voorbeeld: “O” = toets zes driemaal indrukken.
De toetsen zijn doorlooptoetsen, zodat de
letter, nadat de toets meermaals is ingedrukt, opnieuw verschijnt op het display.
40
Met deze toetsen kunt u de volgende letters / tekens invoeren:
U kunt kiezen tussen hoofdletters en kleine
letters:
Wisselen:
•Houd de toets voor de gekozen letter
ca. een seconde ingedrukt.
Alle volgende letters worden weergegeven
in de gekozen schrijfwijze.
Schakel indien gewenst opnieuw om.
Invoerveld bewegen
Wanneer letters met verschillende toetsen
achter elkaar worden ingevoerd, beweegt
het invoerveld automatisch verder (knippert).
Wanneer letters met dezelfde toets worden
ingevoerd, moet het invoerveld met >> ver-
der worden bewogen.
Ter correctie kan het invoerveld met << / >>
worden verplaatst.
Invoegen
U kunt tekens toevoegen:
•Kies hiervoor de invoerpositie met << /
>>. Het teken wordt ingevoegd vóór
het knipperende invoerveld.
•Druk op de toets met het in te voegen
teken.
Wissen
U kunt afzonderlijke tekens of de hele vermelding wissen.
Teken wissen:
•Kies het te wissen teken met << / >>
(knippert).
•Druk kort op CL.
Vermelding wissen:
•Houd CL ca. een seconde ingedrukt.
Page 41
Vermelding zoeken op naam
Vermelding kiezen:
•Kies “Zoek nummer via naam” met
/ en druk op OK.
•Voer de eerste drie letters van de
naam in en druk op OK.
Er wordt een naam getoond met deze beginletters, of de naam die alfabetisch het
eerst volgt, met het bijbehorende telefoonnummer.
Voorwaarde: Er moet minimaal één geheugenpositie bezet zijn.
Zoek met
ts door de namenlijst totdat u de naam met
het telefoonnummer gevonden hebt. Met
<< / >> kunnen de gegevens van een vermelding worden ingezien.
Telefoonnummer automatisch kiezen:
•Druk op .
/ evt. voorwaarts / achterwaar-
Vermelding kiezen met de afstandsbediening:
Met de afstandsbediening kunt u direct de
alfabetisch of numeriek gerangschikte nummerlijst oproepen.
Alfabetisch gerangschikt:
•Druk kort op ME.
Numeriek gerangschikt:
•Houd ME lang ingedrukt.
Bladeren in de lijsten:
•Druk op
/ .
Telefoonnummer automatisch kiezen:
•Druk op
.
Vermelding wijzigen, verwijderen, verplaatsen of kopiëren
•Zoek de naam / vermelding zoals hiervoor beschreven.
•Druk op OK, op het display verschijnt
“Wijzigen?”.
•Kies de gewenste bewerking met
/
en druk op OK.
Wijzigen:
U kunt achtereenvolgens naam en telefoonnummer wijzigen.
Verwijderen:
•Bevestigen met OK, opheffen met CL.
Verplaatsen:
Vermeldingen kunnen worden verplaatst
naar een andere positie.
De pijl geeft de oorspronkelijke positie aan.
•Kies de nieuwe positie met
/ en
druk op OK.
Kopiëren:
Vermeldingen kunnen bv. van de SIM-card
worden gekopieerd naar het geheugen van
het apparaat.
De pijl geeft de oorspronkelijke positie aan,
bv. 210.
•Kies de nieuwe positie met
/ (bv.
023) en druk op OK.
DEUTSCH
Telefoon
Telefon
ENGLSH
Radio
Telephone
41
Page 42
Eigen telefoonnummer tonen
U kunt het eigen telefoonnummer laten
weergeven indien dit in het geheugen is
bewaard.
•Kies “Eigen nummer tonen” met
en druk op OK.
Wanneer verschillende nummers aanwezig
zijn, kan hieruit worden gekozen met / .
/
Toegang blokkeren
U kunt het geheugen van de telefoon beveiligen tegen ongeautoriseerd gebruik. Indien gewenst:
•Kies “Toegang blokkeren” met
druk op OK.
•Maak een keuze uit de verschillende
mogelijkheden met
/ :
/ en
“Geen beperkingen”
– alle blokkeringen zijn uitgescha-
keld.
“Geen toegang SIM-kaart”
– de op de SIM-card bewaarde tele-
foonnummers kunnen niet worden
opgeroepen.
“Geen toegang apparaat”
– de in het geheugen van het appa-
raat bewaarde telefoonnummers
kunnen niet worden opgeroepen
“Geen toegang mogelijk”
– de telefoonnummers van de SIM-
card / het apparaat kunnen niet
worden opgeroepen. Er kunnen
geen nieuwe nummers worden beward.
•Bevestig de keuze met OK.
•Voer de toegangscode in en druk op
OK.
•Kies “Aan” of “Uit” met << / >> en druk
op OK.
Capaciteit controleren
Met deze functie kunt u nagaan hoeveel vrije
geheugenposities er zijn op de SIM-card en
in het apparaat.
•Kies “Capaciteit controleren” met
en druk op OK.
•Kies “SIM-capac. controleren ” of “Capaciteit apparaat” met / en druk op
OK.
Onder “Vrije posities” geeft het display het
aantal resterende vrije posities weer.
Indien alle posities bezet zijn, geeft het display “Geheugen vol” aan.
/
42
Page 43
Vermelding toevoegen
U kunt in het apparaat maximaal 25 namen
en telefoonummers invoeren.
Het aantal vermeldingen op de SIM-card
hangt af van het type kaart.
Wanneer u een vermelding wilt toevoegen
of wijzigen (overschrijven), drukt u achtereenvolgens op de volgende toetsen:
•Kies “Vermelding toevoegen” met
en druk op OK.
•Kies de invoerpositie met
/ , bv.:
“SIM-kaart 101-225” of
“Apparaat 1-25” en druk op OK.
•Voer het nieuwe telefoonnummer in en
druk op OK.
•Voer de naam in met het alfanumerieke toetsenboerd en druk op OK.
•Geef de geheugenpositie aan en druk
op OK.
/
Wanneer geen geheugenpositie wordt aangegeven, wordt de vermelding bewaard op
de eerstvolgende vrije positie.
Wanneer de geheugenpositie al bezet is,
verschijnt op het display “Overschrijven?”.
Met OK wordt de oude vermelding overschreven (gewist).
Volgende vermelding toevoegen:
•Druk op OK.
Vermelding zoeken volgens
positie
U kunt een vermelding op de nummerlijst
volgens het opgeslagen positienummer vinden, wijzigen, wissen verplaatsen of kopiëren.
Vermelding kiezen:
•Kies “Zoek nummer via positie” met
/ en druk op OK.
Op het display verschijnt “Voer positie in”.
•Voer het positienummer in met het al-
fanumerieke toetsenbord en druk op
OK.
Op het display verschijnt het positienummer,
de ingevoerde naam en het telefoonnummer.
Nummer automatisch kiezen:
•Druk op .
Vermelding wijzigen, wissen, verplaatsen
of kopiëren:
Indien gewenst voert u de instelling uit zoals beschreven onder “Vermelding zoeken
op naam”.
DEUTSCH
Telefoon
Telefon
ENGLSH
Radio
43
Telephone
Page 44
Programmeren met DSC Telefoon
De radiotelefoon biedt de mogelijkheid om
met DSC (Direct Software Control) enkele
instellingen en functies aan uw wensen aan
te passen en deze aanpassingen te bewaren.
De apparaten zijn door de fabriek ingesteld.
Een overzicht van de door de fabriek inge-
stelde basisinstellingen vindt u hieronder,
zodat u deze basisinstelling altijd kunt raadplegen.
Wanneer u een geprogrammeerde waarde
wilt veranderen:
•Kies eerst de bijbehorende functiemodus, bv. de telefoonfunctie wanneer u
het handsfree-volume wilt wijzigen.
Open het DSC-menu.
•Druk hiervoor kort op DSC/OK.
Met de tuimeltoets voert u de keuze, wijziging, bevestiging en het opslaan van de hieronder beschreven functies uit. Op het display wordt de ingestelde waarde aangegeven met een pijl.
/functie kiezen
<< / >> waarde wijzigen
Programmering in het Setup-menu
•Kies het Setup-menu met .
Setup-menu
Start
DSC
Aan
SRC
CL
^
Uit
^
^
^
^
^
^
^
^
^
^
^
^
^
^
^
^
^
^
^
^
^
^
^
^
*
^
^
^
^
^
^
^
^
^
^
^
^
^
^
^
^
^
^
^
^
44
Terug naar het Setup-/Call-menu
(vanuit iedere menu-optie):
Druk op CL
* Alternatief:
Page 45
Volume van het belsignaal
Automatisch aannemen van gesprekken
Functiemodus
DEUTSCH
Het volume van het belsignaal is instelbaar
van 0 tot 10 met << / >>. 0 = Uit.
Bij automatisch aannemen kan de waarde
“0” niet worden ingesteld.
Handsfree-volume
Het volume van het binnenkomende gesprek via de luidsprekers is instelbaar van
0 tot 63 met << / >>.
Hoornvolume
Deze menu-optie verschijnt alleen indien de
Blaupunkt-handset is aangesloten.
Het volume van de telefoonhoorn is instelbaar in drie stappen (hoog, midden, laag)
met << / >>. Hiervoor moet de hoorn worden opgenomen.
Het aannemen van gesprekken gebeurt automatisch wanneer de menu-optie met
<< / >> is ingesteld op “Aan”.
Het gesprek wordt automatisch ingesteld op
handsfree.
Het volume van de kiestoon mag hiervoor
niet worden ingesteld op “0”.
Automatische nummerherhaling
Wanneer de ingesprektoon te horen is,
wordt het nummer automatisch opnieuw
gekozen zolang de menu-optie met << / >>
is ingesteld op “Aan”.
Het herhalen wordt afgebroken wanneer op
de telefoontoets wordt gedrukt.
Uit– nummerherhaling uitgeschakeld
Aan – nummerherhaling ingeschakeld.
Het aantal pogingen van de herhaalfunctie
is afhankelijk van het net.
Wanneer deze menu-optie wordt gekozen,
wordt na OK naar de toegangscode gevraagd.
Daarna kan de functiemodus worden gekozen met <</>>.
Standaard– alle functies
Alleen radio– geen telefoon, verder
alle functies (soorten
weergave)
Alleen telefoon – alleen de telefoon-
functie
Uitgebreid menu
Met deze functie is het mogelijk om de
volgende menu-opties uit te schakelen met
<< / >>, aangezien deze zelden worden veranderd.
Het Setup-menu wordt hierdoor overzichtelijker.
Uit– menu-opties uitschakelen
Aan – menu-opties zijn oproepbaar
Telefoon
Telefon
ENGLSH
Radio
Telephone
45
Page 46
Belsignaal
Invoer eigen telefoonnummer
AOC-parameter (Advice of Charge)
Het belsignaal kan met << / >> worden gekozen uit “Standaard”, “Smooth”, “Rising”
(belsignaal wordt bij elk signaal sterker) en
“Uit”.
“Uit” komt overeen met “Volume belsignaal
0”.
Attentiesignaal berichten
Wanneer via SMS of voice-mail een bericht
is ontvangen, kan als aanwijzing een pieptoon te horen zijn met het ingestelde volume.
Aan – pieptoon te horen na binnen-
komst van een bericht
Uit– pieptoon uitgeschakeld
Hier kunnen maximaal drie eigen telefoonnummers en het nummer van de mailbox
worden ingevoerd als geheugensteun.
Het mailbox-nummer is noodzakelijk voor
het direct bellen via het Call-menu.
Na OK geeft het display “Nummer 1”.
Kies met / op welke positie het nummer
moet worden ingevoerd.
Voer na OK het nummer in en druk op OK.
Op het display verschijnt “Nummer bewaard”.
Kies de volgende positie met
Weergave gesprekscontrole
U kunt kiezen of tijdens het gesprek de kosten- of de tijdaanduiding wordt getoond.
/ enz.
Deze functie is afhankelijk van de uitvoering
van de SIM-card.
Wanneer AOC niet door de kaart wordt ondersteund, verschijnt als vervanging de
menu-optie “Weergave tarieven”.
De tariefpuls wordt bepaald door de aanbieder van het net.
Met deze optie kan een tarief en een tegoed worden ingesteld. Zodra dit vastgelegde
tegoed verbruikt is, kan pas weer worden
getelefoneerd wanneer het tegoed door een
geautoriseerde persoon wordt aangevuld.
Wanneer de netaanbieder de functie AOC
niet ondersteunt, is de pulsfrequentie ingesteld op één minuut. Ter berekening wordt
de ingestelde waarde gebruikt. De tegoedfunctie is gedeactiveerd.
Wanneer deze menu-optie wordt gekozen,
wordt na OK om de PIN2-code of om de
toegangscode gevraagd.
Daarna kan een tarief per eenheid en een
tegoed worden ingevoerd.
46
Page 47
Indien al een tarief of tegoed is ingesteld,
verschijnt de laatste positie van de waarde
knipperend op het display.
Met het twaalftallige toetsenbord kunnen het
bedrag en de valuta worden veranderd.
Met CL verlaat u de menu-optie.
Een wijziging vindt op de SIM-card plaats.
Let op:
Wanneer het tegoed op “0” wordt ingesteld,
is de tegoedfunctie gedeactiveerd.
Weergave tarieven
Wanneer AOC niet kan worden gebruikt,
heeft u de mogelijkheid om een interne kostenteller te gebruiken. U kunt de kosten per
minuut vastleggen.
•Druk op OK.
•Voer de toegangscode in.
•Druk op OK.
•Kies “Binnenlands” of “Buitenlands”
(netwerk) met
/ en druk op OK.
•Voer het tarief en de valuta in met het
twaalftallige toetsenbord.
•Bevestig met OK.
Opmerking bij AOC / Weergave tarieven
Aangezien de tarieven ook per tijdimpuls
variabel zijn opgebouwd, kan de invoer van
het tarief alleen dienen ter indicatie.
Akoestische controle
Tijdens telefoongesprekken kan een attentiesignaal met instelbare tijdafstand worden
gegeven.
Schakel in/uit met << / >>.
De waarde kan worden veranderd met het
twaalftallige toetsenbord. De instelbare aftsand ligt tussen 15 en 300 seconden. De
cursor knippert op de laatste positie van de
ingestelde waarde.
Na OK geeft het display “Akoestische controle” aan. De volgende functie kan worden
gekozen.
PIN-code
Om de PIN-code in- en uit te schakelen en
te wijzigen.
Met << / >> wisselt u tussen “Aan”, “Wijzigen” en “Uit”. Er staat een pijl voor de laatst
ingestelde waarde.
Wanneer de instelling moet worden veranderd, drukt u op OK. De PIN-code moet
worden ingevoerd en worden bevestigd met
OK.
Aan– telkens nadat de SIM-card is
geplaatst, wordt om de PINcode gevraagd.
ATTENTIE!
Wanneer de PIN-code driemaal onjuist
wordt ingevoerd, is de SIM-card geblokkeerd. Het apparaat kan alleen weer worden vrijgegeven door invoer van de PUKcode (master-PIN). De informatie hiervoor
is verkrijgbaar bij de aanbieder van de telefoondienst.
Wijzigen – apparaat vraagt om de oor-
spronkelijke PIN-code en de
nieuwe PIN-code (tweemaal)
Uit– het apparaat kan worden vrij-
gegeven zonder dat de PINcode hoeft te worden ingevoerd.
De menu-optie “Uit” kan alleen worden gekozen wanneer de SIM-card dit mogelijk
maakt.
DEUTSCH
Telefoon
Telefon
ENGLSH
Radio
Telephone
47
Page 48
Toegangscode wijzigen
Bij belangrijke veranderingen in het menu
moet de toegangscode worden ingevoerd.
Indien een nieuwe toegangscode moet worden gebruikt, drukt u op OK. De oorspronkelijke toegangscode moet worden ingevoerd en met OK worden bevestigd. Nu moet
de nieuwe toegangscode worden ingevoerd.
Druk op OK en herhaal het invoeren.
Algeheel wissen
Met deze menu-optie kunnen telefooninstellingen van het apparaat worden gewist.
Er kunnen ook instellingen van de SIM-card
worden gewist.
Gebruik deze functie met gepaste voorzichtigheid!
De volgende instellingen worden gewist:
a) Apparaat:
Posities van het nummergeheugen,
geheugen van de nummerherhaling,
tarieveninstelling,
gesprekkenteller, KeyCard- / SIM-cardautorisaties terug in de oorspronkelijke
toestand.
b) SIM-card:
Posities van het nummergeheugen,
geheugen van de nummerherhaling,
eigen nummers,
mailbox-nummers,
SMS-berichten,
AOC,
vaste telefoonnummers,
geprefereerde netten,
geprefereerde taal.
Wanneer deze menu-optie wordt gekozen,
wordt na OK om de de toegangscode gevraagd. Voer de toegangscode in en druk op
OK.
Kies daarna “SIM-capac. controleren” of
“Capaciteit apparaat” met << / >>.
Op het display verschijnt “App.gegevens
wissen?” resp. “Kaart wissen?”
Druk op CL als u het wissen wilt afbreken.
Alleen wanneer u “Algeheel wissen” wilt,
drukt u op OK. Op het display verschijnt
“Gewist”. Het wissen is beëindigd, op het
display verschijnt “Algeheel wissen”.
Extern alarm
Er kan een extern signaalapparaat, bv. een
signaalhoorn of een knipperlicht, worden
ingeschakeld wanneer een gesprek binnenkomt.
Het externe alarm is alleen actief wanneer
het contact is uitgeschakeld en voor vijf achtereenvolgende signalen. Hiervoor moet
“Extern alarm” op “Aan” zijn ingesteld met
<< / >>.
Attentie!
Het akoestische externe alarm mag bv. in
Duitsland niet worden geactiveerd. Informeer over de in uw land geldende regels.
48
Page 49
Handsfree-kanaal
TA tijdens gesprek
DEUTSCH
Het geluid van de handsfree-functie wordt
in principe via alle vier de kanalen doorgegeven.
Wanneer verkeersinformatie wordt doorgegeven (TA aan), kan worden gekozen via
welk kanaal (links, rechts) het handsfreegeluid moet worden doorgegeven.
Na OK wordt de ingestelde toestand weergegeven.
Wissel met << / >> en OK,
beëindigen met CL.
Verkeersinformatie (TA - Traffic Announce-
ment) kan naar keuze worden doorgeschakeld tijdens een telefoongesprek.
Na OK wordt de ingestelde toestand aangegeven.
Uit– TA is uitgeschakeld tijdens het
gesprek.
Aan – TA is ingeschakeld.
Wissel met << / >>,
bevestigen met OK.
Menu verlaten
Met CL gaat u telkens terug naar het vorige
menu. Indien gewenst:
•Druk zo vaak als nodig is op CL.
Telefoon
Telefon
ENGLSH
Radio
Telephone
49
Page 50
Programmeren in het Call-menu
•Kies het Call-menu met .
Mailbox oproepen
Call-menu
Start
DSC
SRC
CL
^
^
^
^
^
^
^
^
^
Terug naat Setup-/Call-menu
(vanuit iedere menu-optie):
Druk op CL
Een mailbox is een elektronische brievenbus voor gesproken berichten. De mailbox
^
^
^
^
^
^
^
^
^
^
^
^
^
is vergelijkbaar met een antwoordapparaat.
Om met de mailbox te kunnen werken, moe-
ten de gesprekken worden doorgegeven
naar de mailbox. Wanneer nog geen nummer is bewaard, wordt u bij het activeren
van de mailbox gevraagd om een nummer
in te voeren.
^
^
^
U kunt de inhoud van de mailbox oproepen:
•Kies “Mailbox oproepen” en druk op
OK.
50
Page 51
Ontvangen berichten
Via de korte-berichtenservice (SMS) kunt u
individuele tekstboodschappen met maximaal 160 tekens ontvangen die andere deelnemers verzenden naar uw telefoonnummer.
In het menu “Ontvangen berichten” kunt u
de ontvangen berichten lezen en administreren.
Wanneer een bericht wordt ontvangen, probeert de telefoon dit op te slaan op de SIMcard. Zodra de geheugencapaciteit van de
SIM-card onvoldoende blijkt, knippert het
symbool
. Er moeten een of meer berichten worden gewist voordat er weer berichten kunnen worden ontvangen.
Bericht kiezen
•Kies “Ontvangen berichten” en druk op
OK.
Het display geeft het aantal nieuwe en oude
berichten aan.
“Oud” betekent dat het bericht is gelezen
en opgeslagen.
•Druk op OK.
U kunt de berichten kiezen met
/ . Een N
op de eerste positie van de eerste regel staat
voor een nieuw bericht.
Wanneer deze positie leeg is, bevindt zich
erachter een reeds gelezen en bewaard
bericht.
De afzonderlijke berichten zijn gerangschikt
volgens datum en tijd. Op de tweede regel
verschijnt het telefoonnummer of de naam
van de afzender.
Bericht wissen
Om een bericht te wissen:
•Druk op CL.
Op het display verschijnt “Bericht wissen?”.
Met OK wist u het bericht, met CL breekt u
het wissen af.
Telefoonverbinding met de afzender of
een andere telefoon
Wanneer u met de afzender van het korte
bericht wilt telefoneren:
•Druk op
terwijl het bericht wordt
getoond.
Het gesprek wordt automatisch tot stand
gebracht. Wanneer in een bericht een telefoonnumer met aanhalingstekens is aangegeven, wordt met dit nummer een verbinding tot stand gebracht. Wanneer verschillende nummers zo gemarkeerd zijn, wordt
het eerste nummer gebeld.
DEUTSCH
Telefoon
Telefon
ENGLSH
Bericht lezen
•Druk op OK.
Het bericht kan worden weergegeven
met << / >>.
Radio
Telephone
51
Page 52
Bericht verzenden
Met deze menu-optie kunt u berichten versturen naar andere deelnemers en de bijbehorende parameters instellen.
•Kies “Bericht verzenden” met
druk op OK.
•Kies de gewenste functie met
druk op OK.
“SMS-parameter”
•Kies de gewenste functie met
druk op OK.
“Geldig:”
Hiermee kunt u vastleggen hoelang de
aanbieder van het net moet proberen
een bericht te verzenden. De standaardwaarde is één dag. Met het
twaalftallige toetsenbord kan de geldigheid worden gekozen tussen nul en
zeven.
Na instellen:
•Druk op OK.
/ en
/ en
/ en
“Service-nr.:”
Het bericht wordt verstuurd naar het
servicenummer van de netaanbieder
en van daar uit doorgegeven naar de
ontvanger. Vraag bij uw aanbieder
naar het servicenummer en voer dit
hier in.
“Nieuw bericht” verzenden
•Druk op OK, op het display verschijnt
“Vr. tekst in”.
U kunt nu een tekst met maximaal 160
tekens invoeren. Lees indien gewenst
“Hoe wordt een naam/tekst ingevoerd
met het twaalftallige toetsenbord?”.
•Druk op OK nadat de tekst is inge-
voerd.
Op het display verschijnt “Nummer”.
•Voer het nummer van de ontvanger
in en druk op OK.
Op het display verschijnt “Bewaren?”.
•Kies “Verzenden”, “Wissen” of “Be-
waren” met
/ en druk op OK.
“Bewaard bericht” verzenden
•Kies de gewenste functie met
druk op OK.
“Eigen berichten”
Op de eerste regel van het display
wordt het begin van de tekst van een
bericht getoond, op de tweede regel
het telefoonnummer van de ontvanger.
“Ontvangen berichten”
Op het display worden datum. tijd en
afzender getoond.
Bericht kiezen, wijzigen, verzenden:
U kunt een bericht kiezen met
OK wordt het bericht getoond op twee
regels.
Met << / >> kunt u het achter elkaar
lezen en eventueel veranderen.
•Druk op OK.
Op het display verschijnt “Bewaren?”.
•Kies “Verzenden?”, “Wissen?” of
“Bewaren?” met
OK.
/ en druk op
/ en
/ . Na
52
Page 53
Netwerk kiezen
In gebieden met verschillende mobiele-telefoonnetten (bv. in het buitenland) heeft u
de mogelijkheid een netwerk te kiezen.
•Kies “Netwerk kiezen” met
druk op OK.
•Maak een keuze uit de mogelijkheden
en druk op OK.
“Beschikbare netwerken”
– Het display geeft na korte tijd de beschik-
bare netwerken weer.
Op de regel zijn het positienummer,
en de code van de netaanbieder te
zien. De tweede regel geeft de naam
van de aanbieder weer.
betekent dat op dit netwerk kan wor-
*
den getelefoneerd met de SIM-card.
U kunt andere netwerken uitkiezen met
/ en bevestigen met OK. Op het
display verschijnt “Nu registreren?”.
Opheffen met CL, bevestigen met OK.
/ en
*
“Zoekmethode”
– Er kan automatisch of handmatig wor-
den gezocht voor de keuze van het
netwerk.
Automatisch zoeken:
Het nationale net heeft altijd voorrang.
Wanneer u zich in een gebied bevindt
waar uw nationale net niet beschikbaar
is, wordt u automatisch aangemeld op
het volgende beschikbare net. De keuze van het net gebeurt volgens de door
u vastgelegde prioriteit op de netwerklijst.
Handmatig zoeken:
Wanneer u met de hand zoekt, bepaalt
u zelf het netwerk. De huidige toestand
wordt aangegeven met een pijl. Wissel
met << / >>, bevestigen met OK.
Het antennesymbool geeft aan met
welk net het apparaat is verbonden.
– verbinding met het nationale
netwerk
– verbinding met een buitenlands
netwerk.
Wanneer het antennesymbool knippert, bestaat alleen verbinding met een
net waarvoor geen autorisatie bestaat.
U kunt alleen alarmnummers bellen.
“Netwerklijst bewerken”
– Met deze menu-optie kunt u de priori-
teitenlijst van geprefereerde netaanbieders wijzigen.
•Kies tussen de mogelijkheden met
/ en druk op OK:
“Netwerk toevoegen”:
– bekende netwerken
Kies het gewenste net uit de lijst
met netaanbieders en voer de gewenste prioriteit in.
– nieuw netwerk
U kunt een nieuwe netaanbieder
invoeren op de prioriteitenlijst (net-
code van de exploitant is vereist).
“Netwerklijst tonen”:
U kunt de lijst met netwerken laten
weergeven met
Beëindigen met OK.
/ .
DEUTSCH
Telefoon
Telefon
ENGLSH
Radio
Telephone
53
Page 54
“Netwerk verwijderen”,
“Netwerk verplaatsen”:
Bewerken van de vermeldingen op de
lijst met netwerken.
•Bevestig de keuze met OK.
•Voer de toegangscode in en druk
op OK.
Cell Broadcast
Cell Broadcast is een korte-berichtendienst
die wordt verzonden via genummerde “kanalen”.
De kanalen verzenden diverse speciale berichten.
Vraag uw netaanbieder om informatie en
een lijst met beschikbare kanalen.
Wanneer Broadcast ”Aan” is gekozen, moet
na OK het nummer van het kanaal worden
ingevoerd waarvan u informatie kunt verwachten.
Gesprekkenteller
De radiotelefoon beschikt over een interne
teller die het mogelijk maakt om kosten- of
tijdaanduiding voor afzonderlijke gesprekken en het totale aantal gesprekken weer
te geven.
Van fabriekswege is aanduiding van de gespreksduur ingesteld.
•Kies “Gesprekkenteller” met
druk op OK.
•Kies tussen de mogelijkheden met
druk op OK:
“Toon laatste gesprek”
– duur of kosten van het laatste gesprek
“Toon totaal gesprekken”
– totale gespreksduur of totale kosten
“Gesprekken buitenland”
– duur of kosten van alle gesprekken op
het buitenlandse netwerk
“Gesprekken binnenland”
– duur of kosten van alle gesprekken op
het binnenlandse netwerk
/ en
/
“Meter terug op 0”
– de teller voor duur of kosten wordt te-
ruggezet op nul.
“Meter tonen bij gesprek”
– duur- of kostenaanduiding voor het lo-
pende gesprek in-/uitschakelen
Let op:
Wanneer de SIM-card AOC ondersteunt,
zijn de menu-opties “Gesprekken buitenland” en “Gesprekken binnenland” niet beschikbaar.
Omleiden van gesprekken
U kunt onder verschillende omstandigheden
binnenkomende gesprekken omleiden naar
een ander telefoonnummer. In het menu
stelt u het soort omleiding in.
•Kies “Gespreksomleiding” met / en
druk op OK.
•Kies tussen de mogelijkheden met
/ en druk op OK.
“Elk gesprek omleiden”
– alle gesprekken worden omgeleid.
54
Page 55
“Omleiden indien bezet”
– het gesprek wordt omgeleid wanneer
al een gesprek wordt gevoerd.
“Omleiden bij geen gehoor”
– het gesprek wordt omgeleid wanneer u
het gesprek niet beantwoordt.
“Omleiden bij onbereikbaar”
– het gesprek wordt omgeleid wanneer
de radiotelefoon is uitgeschakeld of u
zich niet in het servicegebied van het
GSM-net bevindt.
“Omleiden wissen”
– de gespreksomleiding wordt geheel
gewist.
Gesprekken blokkeren
U kunt onder verschillende omstandigheden binnenkomende / uitgaande gesprekken blokkeren of omleiden naar een ander
telefoonnummer. In het menu stelt u het
soort omleiding in.
•Kies “Gespreksblokkering” met
/ en
druk op OK.
•Kies met
/ tussen de mogelijkheden “Blokkeer uitgaand”, “Blokkeer inkomend” en “Wijzig wachtwoord” en
druk op OK.
Blokkeer uitgaand:
•Kies tussen de mogelijkheden met
/ en druk op OK:
”Internationaal"
– er zijn alleen binnenlandse ge-
sprekken toegestaan.
“Int. behalve eigen land”
– er zijn alleen binnenlandse ge-
sprekken mogelijk.
Wanneer u zich in het buitenland
bevindt, zijn gesprekken naar uw
eigen land wel toegestaan.
“Alle gesprekken”
–u kunt niet zelf opbellen. Alarm-
nummers zijn nog wel bereikbaar.
“Geen blokkering”
– alle blokkeringen voor uitgaande
gesprekken zijn opgeheven.
Blokkeer inkomend:
•Kies tussen de mogelijkheden met
/ en druk op OK:
”Bij roaming"
– wanneer u zich in het buitenland
bevindt, kunt u niet worden opgebeld.
“Alle blokkeren”
–u kunt niet worden opgebeld.
“Geen blokkering”
– alle blokkeringen voor binnenko-
mende gesprekken zijn opgeheven.
Wijzig wachtwoord:
–U kunt het wachtwoord voor de instel-
ling van de blokkeringen wijzigen.
DEUTSCH
Telefoon
Telefon
ENGLSH
Radio
55
Telephone
Page 56
Telefoon blokkeren
•Kies “Aan” of “Uit” met << / >> en
druk op OK.
Vaste telefoonnummers
Gebruikersgroepen
U kunt de radiotelefoon beveiligen tegen
ongeautoriseerd gebruik. Indien gewenst:
•Kies “Blokkering telefoon” met / en
druk op OK.
•Kies tussen de mogelijkheden met
/ :
“Geen beperkingen”
– alle blokkeringen zijn uitgeschakeld.
“Kiezen niet mogelijk”
– er kunnen alleen alarmnummers wor-
den bereikt.
“Alleen snel kiezen”
– alleen de nummers op de geheugen-
posities 1 - 9 van het apparaat en de
SIM-card kunnen worden gekozen.
“Alleen snel/lijst”
– alle nummers uit het geheugen (appa-
raat en SIM-card) kunnen worden gekozen.
•Bevestig uw keuze met OK.
•Voer de toegangscode in en druk
op OK.
Deze menu-optie verschijnt alleen indien de
SIM-card deze functie ondersteunt.
U kunt het gebruik van de telefoonfunctie
beperken tot bepaalde (vaste) telefoonnummers. U kunt deze vastleggen op de SIMcard.
•Kies “Vaste nummers” met
druk op OK.
•Kies tussen de mogelijkheden met
/ :
“Lijst vaste nummers”
– de lijst van de ingevoerde nummers
wordt getoond.
“Nieuwe vaste nummers”
–u kunt een nieuw vast telefoonnummer
toevoegen.
“Geactiveerd”
– functie in-/uitschakelen
/ en
Dit is een bijzondere functie die u door uw
netaanbieder kunt laten installeren.
Hiermee kan de telefoonfunctie worden beperkt tot een bepaalde groep deelnemers.
Attentie!
Verander geen instellingen wanneer de
functie niet is gactiveerd door de netaanbieder. Er kunnen storingen optreden.
56
Page 57
Glossarium
Toegangscode
Na invoer van de toegangscode kunnen
geblokkeerde functies worden bediend.
AOC-parameter - Advice of Charge
Lijst van tarieven waarin een tarief per een-
heid en een tegoed kunnen worden ingesteld.
Cell Broadcast
Cell Broadcast is een korte-berichtendienst
die wordt verzonden via genummerde “kanalen”. De kanalen verzenden diverse speciale berichten.
Vraag uw netaanbieder om informatie en
een lijst met beschikbare kanalen.
GSM-net - Global System for Mobile
Communikation
Wereldwijd verspreide Europese digitale
telefoonstandaard.
IMEI - International Mobile Equipment
Identity
Internatonale identiteit voor mobiele apparaten. De door de fabriek ingevoerde IMEIcode omvat serienummer, fabrikant en landcode. Deze code vindt u in de autoradiopas.
Mailbox
Een mailbox is een elektronische brievenbus voor gesproken berichten. De mailbox
is vergelijkbaar met een antwoordapparaat.
Wisselen
Een ander gesprek beginnen zonder de eerste verbinding te verbreken. U kunt wisselen tussen de gesprekken.
Ook kan tijdens een telefoongesprek een
ander gesprek worden aangenomen.
MUTE
Geluidsonderdrukking
PIN-code - Personal Identification Number
(geheim persoonlijk identificatienummer)
Beveiligt de SIM-card tegen ongeautoriseerd gebruik. Het apparaat vraagt telkens
wanneer de kaart wordt geplaatst om de
PIN-code.
PUK - Personal Unblock Code
Achtcijferige deblokkeringscode waarmee
de SIM-card kan worden vrijgegeven. Dit is
nodig wanneer de SIM-card is geblokkeerd
als driemaal een onjuiste PIN-code is ingevoerd.
Roaming
Telefoneren in het buitenland met de eigen
telefoon of SIM-card via een ander netwerk.
Scrollen
Door een register (lijst) rollen.
SIM-Card - Subscriber Identification
Module
Identificatiemodule voor de abonnee op
credit-card-formaat.
De SIM-card (kaart) bevat alle gegevens ter
identificatie van de abonnee, voor de toewijzing van het telefoonnummer en voor de
persoonlijke nummerlijst.
Met de SIM-card kunt u ook bellen met een
draagbare telefoon.
SMS - Short Message Service
Met deze functie kan de gebruiker korte
berichten ontvangen van maximaal 160 tekens, ook wanneer deze de telefoon niet
heeft ingeschakeld of niet bereikbaar is.
De tekst wordt zolang bewaard op het net
totdat de ontvanger de boodschap oproept.
DEUTSCH
Telefoon
Telefon
ENGLSH
Radio
Telephone
57
Page 58
Technische gegevens
Versterker
Uitgangsvermogen: 4 x 23 Watt sinus
volgens DIN 45 324
bij 14,4 V
4 x 35 Watt max. power
Tuner
Golfgebieden:
FM87,5 – 108 MHz
MG531 – 1602 kHz
LG153 – 279 kHz
FM - gevoeligheid: 0,9 µV bij 26 dB
signaal-ruisverhouding
FM - frequentiebereik:
30 - 16 000 Hz
Cassette
Frequentiebereik:30 - 18 000 Hz
Telefoon
Standaard:GSM
Frequentieband:
Zenden890 – 915 MHz
Ontvangen935 – 960 MHz
Zendvermogen:klasse 4 / 2 Watt
Gevoeligheid:-108 dBm
Impedantie:
Antenne-aansluiting50 Ohm
Handsfree-microfoon660 Ohm
58
Wijzigingen voorbehouden!
Page 59
Blaupunkt-Werke GmbH
Bosch Gruppe
04/97 PfK7/VKD 8 622 401 246 (NL)
0188
Loading...
+ hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.