BenQ Corporation aanvaardt geen verantwoordelijkheden of garanties, hetzij uitdrukkelijk of
impliciet, met betrekking tot de inhoud van dit document en verwerpt specifiek elke garantie op de
verkoopbaarheid of geschiktheid voor een bepaald doel. BenQ Corporation behoudt zich
bovendien het recht voor de publicatie te herzien en af en toe wijzigingen aan de inhoud van dit
document aan te brengen, zonder enige verplichting van deze onderneming om enige persoon op
de hoogte te brengen van dergelijke revisie of wijzigingen.
Zorg dragen voor uw camera
• Gebruik uw camera niet buiten het volgende omgevingsbereik: temperaturen lager dan 0 °C of
hoger dan 40 °C.
• De camera niet gebruiken noch opslaan in de onderstaande omgevingen:
– Direct zonlicht
– Hoge vochtigheid of stof
– In de buurt van een luchtkoeler, verwarming of andere warmtebronnen
– In een gesloten auto in direct zonlicht
– Onstabiele locaties
• Indien uw camera vochtig wordt, neem deze dan zo snel mogelijk af met een droge doek.
• Zout of zeewater kan ernstige schade toebrengen aan de camera.
• Gebruik geen organische oplosmiddelen zoals alcohol enz. om de camera te reinigen.
• Indien de lens of zoeker vuil zijn, gebruik dan een lensborstel of een zachte doek om de lens te
reinigen. Raak de lens niet aan met uw vingers.
• Om elektrische schokken te voorkomen, mag u de camera niet uit elkaar nemen of zelf repareren.
• Water op of in de camera kan leiden tot brand of elektrische schokken. Bewaar uw camera dus
steeds op een droge plaats.
• Gebruik de camera niet buitenshuis wanneer het regent of sneeuwt.
• Gebruik de camera niet in of in de nabijheid van water.
• Als een vreemd object of water in uw camera terechtkomt, schakel dan onmiddellijk de voeding
uit, neem de batterijen uit het toestel en koppel de voedingsadapter los. Ver w i jd e r h et vu il of
water en stuur de camera ter reparatie op naar het onderhoudscentrum.
• Draag de gegevens zo snel mogelijk over naar de computer om verlies van uw foto’s en/of
videofragmenten te vermijden.
Verwijdering van afval van elektrische en elektronische apparaten door gebruikers in privéhuishoudens in de Europese Unie.
Regelgevende CE-verklaring
Hierbij verklaart BenQ Corp. onder onze verantwoordelijkheid dat het product in
overeenstemming is met de vereisten die zijn uiteengezet in de Richtlijn van de Raad op de
benadering van de lidstaten met betrekking tot de richtlijnen voor elektromagnetische
compatibiliteit (89/336/EEG, 92/31/EEG) en de Lage voltage-richtlijn (73/23/EEG).
Dit symbool op het product of op de verpakking geeft aan dat het niet als
huishoudelijk afval mag worden verwijderd. U dient uw versleten apparatuur af te
geven volgens het toepasselijke terugnameschema voor de recyclage va n elektrische en
elektronische apparaten. Voor meer informatie over de recyclage van dit apparaat,
kunt u contact opnemen met uw lokaal stadsbestuur, de winkel waar u het apparaat
hebt gekocht of het vuilnisverwerkingsbedrijf. Dankzij de recyclage van materialen
worden de natuurlijke bronnen bewaard en wordt het apparaat gerecycleerd op een
manier die de menselijke gezondheid en het milieu beschermd.
Inhoudstabel
1. Rondleiding door uw camera ....................................................... 1
Haal voorzichtig alle items uit de verpakking en controleer of u over de volgende items beschikt.
1. Gebruikershandleiding
2. Digitale camera
3. USB-kabel
4. AA-batterijen
5. Handriem
6. Software-cd
7. Draagtas
8. AV-kabel
Wanneer een of meerdere van deze items ontbreken of beschadigd zijn, neemt u contact op
met de leverancier. Bewaar de verpakking voor het geval u deze zou nodig hebben om uw
camera te verzenden voor onderhoud of reparatie.
1.2Camera-onderdelen
1.2.1 Vooraanzicht
1. Ontspanknop
2. Ingebouwde flitser
3. Voedingsknop
4. Luidspreker
5. Aansluiting PC (USB) / AVuitgang
6. Lens
7. Microfoon
8. LED zelfontspanner
Nederlands
Rondleiding door uw camera1
Nederlands
1.2.2 Achteraanzicht
1. LCD-scherm
2. W
Uitzoomen of miniatuur
3. T
Inzoomen
4. Oogje voor riem
5. Opname- of
weergavemodus
6. Menu
7. Status-LED
8. Navigatieknop –
vierwegknop en de knop
OK
9. Scènestand
10. ASM (Diafragmaprioriteit,
Sluiterprioriteit of
Handmatig belichting) in
de Opnamemodus, of
foto/video verwijderen in de
Weergavemodus
1.2.3 LED-indicators
indicatorStatusBeschrijving
Geen lampDe digitale camera wordt uitgeschakeld.
Stabiel groenDe digitale camera is klaar om foto’s te maken of
Status-LED
LED
zelfontspanner
• Het LCD-scherm van de digitale camera werd vervaardigd met de meest verfijnde
technologie. Het scherm kan echter enkele lichte vlekjes bevatten of ongewone kleuren
weergeven. Dit is normaal en wijst niet op een defect aan het scherm. Het zal evenmin de
opnamen die u met de camera maakt, beïnvloeden.
Knipperend
groen
Knipperend rood De camera/flitser is bezig met opladen of de USB-
Knipperend rood De zelfontspannerfunctie is geactiveerd.
videoclips op te nemen.
De digitale camera is bezig met opstarten, kan niet
scherpstellen of is in de energiebesparingsmodus.
communicatie/overdracht is bezig.
88
Rondleiding door uw camera2
2De camera voorbereiden voor gebruik
2.1De batterijen plaatsen
U kunt twee AA-batterijen gebruiken als voeding voor de
camera. Zorg ervoor dat u de voeding van de digitale
camera uitschakelt voordat u de batterijen plaatst of
verwijdert.
De batterijen plaatsen:
1. Zorg ervoor dat de camera is uitgeschakeld.
2. Open het batterijklepje.
3. Plaats de batterijen in de correcte richting zoals
weergegeven in de afbeelding.
4. Sluit het batterijklepje.
De batterijen verwijderen:
1. Zorg ervoor dat de camera is uitgeschakeld.
2. Houd de camera met de batterijklep omhoog gericht en open de batterijklep.
3. Verwijder de batterijen.
2.2Een SD-geheugenkaart plaatsen en verwijderen
De camera is uitgerust met intern geheugen, waarmee u
videoclips kunt opnemen en foto’s kunt maken. U kunt de
geheugencapaciteit ook uitbreiden met een optionele SDgeheugenkaart (Secure Digital) om nog meer bestanden op
te slaan.
1. Controleer altijd of de camera is uitgeschakeld voordat
u een geheugenkaart plaatst of verwijdert.
2. Plaats een SD-geheugenkaart in de correcte richting
zoals weergegeven in de afbeelding.
3. Sluit het batterij/SD-geheugenkaartklepje.
Controleer of de camera is uitgeschakeld voordat u de SD-geheugenkaart verwijdert.
Duw lichtjes op de rand van de geheugenkaart zodat deze wordt uitgeworpen.
• Zorg ervoor dat u de SD-geheugenkaart met deze
camera formatteert voordat u de kaart voor het eerst
gebruikt.
• Om te vermijden dat waardevolle gegevens per
ongeluk worden gewist van de SD-geheugenkaart,
moet u het schrijfbeveiligingsklepje (op de zijkant
van de SD-geheugenkaart) naar de stand "LOCK
(VERGRENDELEN)" schuiven.
• Om gegevens op de SD-geheugenkaart op te slaan, te bewerken of te wissen, moet u de
kaart ontgrendelen.
• SD-geheugenkaarten met de volgende capaciteiten worden ondersteund: 64 MB, 128 MB,
256 MB, 512 MB, 1 GB en 2 GB. De camera is compatibel met SD-geheugenkaarten van de
fabrikanten Panasonic, Toshiba en Sandisk. Neem contact op met uw lokale verkoper
voor aankoopinformatie.
Nederlands
De camera voorbereiden voor gebruik3
3De camera gebruiken
3.1Navigator
U kunt de navigator met een vierwegknop en een knop OK gebruiken om toegang te krijgen
tot de talrijke bedieningselementen van uw camera.
1. Omhoog of afspelen (alleen
videoweergave)
2. Scherpstelstand of naar links
3. Omlaag
4. Flitserstand of naar rechts
5. OK
3.2LCD-beeldscherminformatie (Opnamestand)
Nederlands
1. Scènestand11. Scherpstelbereik
2. Flitser12. Sluitertijd
3. Zoomindicator13. Waarde lensopening
4. Resterende opnamen14. Belichting
5. Opslagmedia15. Lichtmeting
6. Macro16. ISO
7. Zelfontspanner/Burst17. Witbalans
8. AEB18. Scherpte
9. Datumstempel19. Kwaliteit
10. Batterij20. Resolutie
De camera gebruiken4
3.3Aan de slag
3.3.1 De voeding in-/uitschakelen
• Houd de knop [] ingedrukt tot de digitale camera wordt ingeschakeld. Wanneer
de camera is uitgeschakeld, kunt u ook op de knop [] drukken om de camera in
te schakelen.
• Druk opnieuw op de knop [] om de voeding uit te schakelen.
3.3.2 De schermtaal kiezen
1. Druk op MENU en druk vervolgens op [ ] / [ ] om naar het menu Instelling te gaan.
2. Druk op
3. Druk op [ ] of [ ] om naar
4. Druk op
3.3.3 De datum en tijd instellen
1. Druk op MENU en druk vervolgens op [ ] / [ ] om naar het menu Instelling te gaan.
2. Druk op
3. Druk op [ ] of [ ] om naar
4. Druk op
5. Druk op [ ] / [ ] om de velden Jaar, Maand, Dag en Tijd in te stellen.
6. Druk op
OK.
gewenste taal te selecteren.
OK.
OK.
om de gewenste datum en tijd in te stellen.
OK.
• Druk op [ ] om een waarde te verhogen.
• Druk op [ ] om een waarde te verlagen.
• De tijd wordt weergegeven in de 24-uurs notatie.
OK.
Taa l te gaan en druk vervolgens op [ ] of OK om de
Datum & tijd te gaan en druk vervolgens op [ ] of OK
Nederlands
3.3.4 Fotostand
3.3.4.1Aan de slag met foto’s
1. Houd de knop [] langer dan één seconde ingedrukt om de camera in te schakelen.
2. Stel uw opname in het LCD-scherm in onder de Fotostand.
3. Druk de ontspanknop halverwege (1) en vervolgens volledig in (2).
De camera gebruiken5
Nederlands
• Wanneer u de ontspanknop halverwege indrukt, wordt er automatisch scherpgesteld
en de belichting aangepast.
• Het scherpstelkader wordt groen wanneer de camera is scherpgesteld en wanneer de
belichting is vastgesteld.
• Wanneer de scherpstelling of de belichting niet geschikt is, wordt het kader van het
scherpstelgebied rood.
• Druk op de knop om het laatst opgenomen beeld te bekijken. Druk op de knop
om terug te keren naar de Fotostand.
• Het LCD-scherm wordt donkerder bij sterk zonlicht of helder licht. Dit is geen defect.
• Houd uw camera altijd stil wanneer u de ontspanknop indrukt om onscherpe opnamen te
voorkomen. Dit is vooral belangrijk wanneer u foto’s maakt bij lage
belichtingsomstandigheden, waarbij de camera de sluitertijd zal vertragen om ervoor te
zorgen dat uw opnamen correct belicht zijn.
3.3.5 De flitser gebruiken
De flitser wordt niet alleen gebruikt voor het maken van foto's wanneer er onvoldoende licht
is, maar ook wanneer het onderwerp in de schaduw staat of als er achtergrondverlichting is.
Wanneer u op de flitserknop drukt, zal de camera door de verschillende flitserstanden
circuleren. De flitser wordt niet geactiveerd bij continu opname of filmopname.
1. Schakel de voeding en zet de camera in de Opnamestand.
2. Wanneer u op de flitserknop drukt, wordt de flitserstand gewijzigd. Telkens wanneer u de
flitserknop indrukt, wijzigt het flitserpictogram.
3. Druk op de Ontspanknop om een foto te maken.
Pictogram FlitserstandBeschrijving
Autom atisch e
flitser
Rode ogen
reductie
Geforceerd aan De flitser zal altijd werken wanneer u een foto maakt,
Langzaam
synchroniseren
De flitser gaat automatisch af wanneer de
opnameomstandigheden extra belichting vereisen.
De flitser flitst eenmaal om de ogen van het onderwerp te laten
aanpassen aan de flitser, en flitst nogmaals om de eigenlijke
opname te maken. Uw camera zal de helderheid van het
onderwerp detecteren en de flitser alleen gebr uikt wanneer dat
vereist is.
ongeacht de belichtingsomstandigheden.
De flitser gaat af met een trage sluitertijd.
De camera gebruiken6
Pictogram FlitserstandBeschrijving
Geforceerde
flits uit
De flitser gaat nooit af, ook niet in een donkere omgeving.
3.3.6 De zelfontspanner en de burst-functie gebruiken
Gebruik de zelfontspanner om een vertraging in te stellen van het punt waarop de
ontspanknop wordt ingedrukt tot het punt waarop de foto wordt gemaakt. Gebruik de burstfunctie om opeenvolgende foto's te maken.
1. Schakel de voeding en zet de camera in de Opnamestand.
2. Open het opnamemenu. Gebruik [ ] / [ ] om
opnamemenu.
3. Wijzig de instelling. Druk op [ ] / [] om een drive-modus te selecteren en druk
vervolgens op
4. Druk op de Ontspanknop om een foto te maken.
Pictogram Flitserstand Beschrijving
OK.
UitMaakt één foto.
2 secDe vrijgave van de ontspanknop wordt 2 seconden uitgesteld.
10 secDe vrijgave van de ontspanknop wordt 10 seconden uitgesteld.
Drive-modus te selecteren in het
DubbelMaak twee foto's met één opname na 10 en 12 seconden nadat u
BurstHoud de ontspanknop volledig ingedrukt om continu opnamen
de ontspanknop hebt ingedrukt.
te maken. Laat de ontspanknop los om de opname te stoppen.
3.3.7 De zoomfunctie gebruiken
Uw camera beschikt over een combinatie van optische en digitale zoomfuncties waarmee u
kunt inzoomen op verafgelegen onderwerpen of uitzoomen voor een breedhoekopname.
De optische zoom wordt bekomen door de lens van de camera mechanisch bij te stellen. De
digitale zoom maakt gebruik van een softwareproces om de afbeelding te vergroten of te
verkleinen.
1. Stel de zoomfactor in en richt de camera naar het onderwerp.
2. Druk op de zoomknop (
[W]: zoom uit voor een breedhoekopname.
[T]: zoom in voor een telefoto.
• Wanneer de zoomknop wordt ingedrukt, verschijnt de zoombalk op het LCD-
scherm.
• Wanneer het maximum van de optische zoomfactor is bereikt, wordt de zoomfunctie
tijdelijk gestopt. Druk opnieuw op [T]. De camera schakelt automatisch naar de
digitale zoom en gaat door met het zoomen.
• U kunt de optische zoom gebruiken in de filmopname.
3. Druk op de Ontspanknop om een foto te maken.
W/T) om de opname samen te stellen.
De camera gebruiken7
Nederlands
3.4Menuopties
3.4.1 De stand wijzigen
U kunt beelden en spraak opnemen in de opnamestand. Met de Weergavestand kunt u de
beelden vervolgens opnieuw afspelen, verwijderen of bewerken op het LCD-scherm.
3.4.1.1Schakelen tussen de Opname- en Weergavestand
• Druk in de opnamestand op de knop AFSPELEN om naar de Weergavestand te
schakelen.
• Druk in de weergavestand op de knop AFSPELEN of de knop MODE om naar de
opnamestand te schakelen.
3.4.1.2De scènestand selecteren
1. Stel de camera in op de opnamestand.
2. Druk op de knop
3. Gebruik de vierwegknop om de gewenste modus te selecteren en druk op
instelling te bevestigen.
Pictogram StandBeschrijving
MODE om het scherm van de Scènestand weer te geven.
OK om de
ProgrammaDe camera stelt de instellingen in die geschikt is voor de
opname-omstandigheden.
VideoVoor het opnemen van videoclips.
Stem opnemen Voor het opnemen van audio.
Nederlands
Zonsondergang Verbetert de rode tint voor het maken van foto's van een
TegenlichtHiermee wordt een foto gemaakt van een onderwerp met
Shake-FreeVermindert vage beelden door het trillen van de camera.
LandschapWordt gebruikt voor breedbeeld landschapsopnamen.
Hoog ISO
portret
SneeuwWordt gebruikt voor strand- en sneeuwscènes.
VuurwerkLangzame sluitertijd om foto's te maken van vuurwerk.
NachtscèneHiermee kunt u nen foto maken van het onderwerp terwijl u de
KinderenWordt gebruikt om een foto te maken van bewegende kinderen.
zonsondergang.
achtergrondverlichting door de lichtmeting te wijzigen.
Gebruik een hogere ISO-waarde om de mensen te doen
uitkomen tegen een onscherpe achtergrond, zelfs als dat in een
donkere omgeving is.
nachtscène op de achtergrond behoudt.
De camera gebruiken8
Pictogram StandBeschrijving
• Hoe hoger de ISO-waarde, hoe meer korrels er in de opname kunnen zichtbaar zijn.
VoedselVoeding ziet er smakelijker uit als een hoge verzadiging is
GebouwVerbetert de randen van het onderwerp.
TekstVerbetert het zwart-wit contrast.
ingesteld.
3.4.2 De menu's gebruiken
Wanneer een menu wordt weergegeven, worden de vierwegknop en de knop OK gebruikt om
de gewenste instellingen te definiëren.
1. Schakel de voeding en zet de camera in de Opnamestand.
2. Druk op de knop
3. Druk op [ ] / [ ] om een menu-item te selecteren.
4. Druk op [ ] / [ ] om de instelling te wijzigen.
MENU of de knop OK om de instellingen op te slaan en het menu te
/ / / / / / (C740)
/ / / / / (C540)
/ /
/ /
Auto / / / / / /
Auto / / / /
Uit / / / /
Uit /
Uit / / /
/ /
De camera gebruiken9
Nederlands
Nederlands
Menu-itemBeschikbare instellingen
DatumstempelUit/Datum/Datum & Tijd
Digitale zoomUit / Aan
3.4.2.2Lijst opnamemenu (film)
Menu-itemBeschikbare instellingen
Filmformaat
Meti ng
Witbalans
/ /
/ /
Auto / / / / / /
3.4.3 Het menu Instelling
1. Schakel de voeding in en zet de camera in de Opname- of Weergavestand.
2. Druk op de knop
wordt weergegeven is afhankelijk van de stand waarin u werkt. Dit kan de opname- of de
weergavestand zijn.
3. Druk op de weergaveknop om
OK om het menu Instelling weer te geven.
knop
4. Druk op [ ] / [ ] om een menu-item te selecteren en druk vervolgens op [ ] of op
de knop
5. Druk op [ ] / [ ] om een optie te selecteren en druk vervolgens op de knop
de instelling toe te passen.
6. Druk op de knop
3.4.3.1Lijst menu Instelling
Menu-i temFuncties
Geluiden[Sluiter]Schakelt het geluid van de ontspanknop in en
Auto weergave[Uit]De gemaakte foto wordt niet automatisch
Stroombesparen [1 min.]Om energie te besparen wordt de camera na een
MENU om het opname- of weergavemenu te openen. Het menu dat
Instelling: Enter te selecteren en druk vervolgens op de
OK om het submenu te openen.
MENU om het menu te sluiten.
[Opstarten]Stelt een type van het opstartgeluid in.
[Signaal]Schakelt het bedrijfsgeluid in en uit.
[Geluidssterkte] Past het volume van het geluid van de
[3 sec.]De gemaakte foto wordt na de opname
[5 sec.]De gemaakte foto wordt na de opname
[3 min.]
[5 min.]
uit.
ontspanknop, het opstarten, het signaal en het
afspelen aan.
weergegeven na de opname.
gedurende 3 seconden weergegeven.
gedurende 5 seconden weergegeven.
bepaalde periode automatisch uitgeschakeld.
OK om
De camera gebruiken10
Menu-itemFunc ties
Datum & TijdStelt de datum en tijd in.
TaalSelecteer een taal voor de weergavemenu’s en andere informatie.
Bestandsnr.Gebruik deze functie als de camera de fout "Map kan niet worden
TV-uitMet de bijgeleverde AV-kabel kunt u opnamen bekijken op een
USB[Computer]Stelt de USB-modus in om de camera aan te
StartbeeldStelt een gemaakte foto in als het opstartbeeld.
FormatterenWanneer u een geheugenkaart gebruikt, worden alle gegevens die
BatterietypOm ervoor te zorgen dat de camera het batterijniveau correct
Alles herstellenStelt het volledige menu en de instellingen voor de knopfuncties
aangemaakt" weergeeft of als u de nummering opnieuw wilt
starten, bijvoorbeeld nadat u alle bestanden hebt gewist.
[Serie]Sla het laatst gebruikte bestandsnummer op,
[Opn.inst.]
televisiescherm. De tv-uitgang moet, in functie van uw regio, op
NTSC of PAL worden ingesteld.
[NTSC]Amerika, Japan, Taiwan en overige
[PAL]Europa, Oceanië en overige
De tv-uitgang moet, in functie van uw regio, op NTSC of
PAL worden ingesteld. Raadpleeg uw lokale instanties voor meer
informatie over het systeem dat moet worden gebruikt.
[Printer]
op de geheugenkaart zijn opgeslagen verwijderd. Wanneer er geen
geheugenkaart is geplaatst, worden alle gegevens van het interne
geheugen gemist.
Een bericht "Bezig...Een moment" wordt weergegeven en het
formatteren van de geheugenkaart wordt gestart.
Het bericht "Gereed" verschijnt nadat het formatteren is voltooid.
Alle gegevens, inclusief de beveiligde bestanden, worden
verwijderd. Zorg ervoor dat u belangrijke bestanden eerst naar uw
computer downloadt voordat u het formatteren start.
weergeeft, moet u het type instellen dat overeenkomt met de
gebruikte batterijen.
[Alkaline]Wanneer u alkalinebatterijen gebruikt.
[NiMH]Wanneer u NiMH-batterijen gebruikt.
opnieuw in naar de beginwaarden.
De volgende instellingen wijzigen niet na het uitvoeren van Alles
herstellen:
Instelling Datum & Tijd
Instelling Taal
Instelling TV-uit
Batterijtype
ongeacht of u bestanden verwijdert of een
nieuwe geheugenkaart plaatst.
Stel de bestandsnummering telkens opnieuw in
wanneer u de geheugenkaart vervangt. Het is
handig het bestandsnummer terug te zetten om
dubbele bestandsnamen te vermijden wanneer de
foto's naar een computer worden gedownload.
sluiten op een printer of een computer.
Nederlands
De camera gebruiken11
Nederlands
3.5Videofragmenten opnemen
1. Schakel de voeding en zet de camera in de Videostand.
2. Stel het onderwerp samen op de monitor.
• Richt het scherpstelgebied naar het onderwerp dat u wilt opnemen.
• Het LCD-scherm toont de beschikbare opnametijd
3. Start de opname.
• Druk op de ontspanknop om de opname te starten.
• Gebruik de zoomknop om het beeldformaat aan te passen.
• De witbalans wordt ingesteld en vergrendeld op de instellingen van het eerste frame.
• U kunt geen geluid opnemen terwijl u de zoomknop ingedrukt houdt.
• U kunt de optische zoom gebruiken in de filmopname.
4. Stop de opname.
• Druk opnieuw op de ontspanknop om de opname te beëindigen.
• De camera zal de opname automatisch stoppen wanneer de geheugencapaciteit werd
bereikt.
3.6Audioclips opnemen
1. Schakel de voeding en zet de camera in de Spraakopnamestand.
2. Druk op de ontspanknop om de opname te starten.
• De stemmen worden opgenomen via de microfoon van de camera. Zorg ervoor dat u
de microfoon niet aanraakt tijdens het opnemen.
3. Druk nogmaals op de ontspanknop om de opname te beëindigen.
• De camera zal de opname automatisch stoppen wanneer de geheugencapaciteit werd
bereikt.
3.7Andere opnamefuncties
3.7.1 De kwaliteit instellen
CompressieDoel
S.fijnHiermee maakt u opnamen met een hogere kwaliteit.
FijnHiermee maakt u opnamen met een normale kwaliteit.
Normaal Meer opnamen maken.
De camera gebruiken12
3.7.2 De meting instellen
Er zijn 3 verschillende lichtmetingsopties beschikbaar op uw camera.
Pictogram StandBeschrijving
MiddenHet licht van het volledige opnamescherm wordt gemeten, maar
MultiSelecteert een belichting op basis van de aflezingen van meerdere
SpotSelecteert een belichting op basis van één aflezing van de waarden
geeft meer prioriteit aan de waarden die bij het centrale gedeelte
liggen.
punten in het onderwerpgebied
in het midden van uw opname.
3.7.3 De witbalans instellen
Pas de witbalans aan zodat deze overeenstemt met de verschillende lichtbronnen zoals
zonlicht, gloeilampverlichting of fluorescent licht (TL).
Pictogram StandBeschrijving
AutoCorrigeert de witbalans automatisch. Ideaal voor algemene
DaglichtPast de witbalans aan voor omstandigheden met helder zonlicht
BewolktPast de witbalans aan voor bewolkte of schemerige
Gloeilamp Past de witbalans aan voor normale omstandigheden met
TL H
TL L
SH1
(aangepast)
fotografie.
of ander natuurlijk licht.
omstandigheden.
binnenhuisverlichting. Corrigeert de oranje tint van de
huishoudelijke gloeilampen. Ideaal voor binnenhuisfoto’s onder
gloeilamp- of halogeenverlichting zonder flitser.
Past de witbalans aan voor fluorescent licht. Corrigeert de groene
tint van fluorescent licht. Ideaal voor binnenhuisfoto’s onder
fluorescente verlichting zonder flitser.
Voor een fijnere aanpassing of wanneer de lichtbron niet kan
worden vastgesteld. Druk de ontspanknop in wanneer deze optie
is gemarkeerd om de modus
Richt vervolgens de camera op een wit object (bijvoorbeeld, wit
papier) als referentie voor de witte kleur en druk opnieuw op de
ontspanknop. Druk vervolgens op
instelling te bevestigen.
[Aangepaste witbalans] te openen.
OK om de aangepaste
Nederlands
3.7.4 ISO instellen
Bij de basisinstellingen wordt de ISO-gevoeligheid automatisch ingesteld volgens de
helderheid van het onderwerp.
• Een hogere ISO-waarde verhoogt de ruis op het beeld. Gebruik een zo laag mogelijke ISOwaarde om zuivere beelden op te nemen.
De camera gebruiken13
3.7.5 De belichting instellen
Stel de belichtingswaarde handmatig in als compensatie voor ongewone
belichtingsomstandigheden zoals binnenhuisverlichting, donkere achtergronden, en sterke
achtergrondverlichting.
3.7.6 AEB instellen
Stelt de automatische belichtingscompensatie (AEB) in om 3 opeenvolgende foto’s te maken
die elk een andere belichtingsinstelling hebben: correct belicht, onderbelicht en overbelicht.
3.7.7 De markering instellen
Zorg dat het onderwerp uitkomt ten opzichte van de omgeving. Het onderwerp zal volgens
drie verschillende bereiken worden scherpgesteld: / / .
3.7.8 De scherpte instellen
U kunt bepalen of de opname scherpe of zachte randen moet hebben.
Pictogram StandBeschrijving
HardDe randen van het beeld worden benadrukt. De randen worden
Normaal De randen van het beeld zijn scherp. Dit is geschikt voor het
ZachtDe randen van het beeld zijn zachter. Dit is geschikt voor het
scherp, maar er kan ruis voorkomen in het opgenomen beeld.
afdrukken.
bewerken van beelden op de pc.
Nederlands
3.7.9 Het foto-effect instellen
U kunt speciale effecten toevoegen aan uw opnamen in de opnamestand of in de weergavestand.
PictogramBeschrijving
UitEr wordt geen effect toegevoegd aan de opname.
Zwart-WitConverteert een opname naar zwart-wit.
Sepiahet beeld wordt opgenomen met een sepiatint.
Negatiefnegatieve kleuren van de kleuren in de originele opname.
RoodHet beeld wordt roodachtig.
GroenHet beeld wordt groenachtig.
BlauwHet beeld wordt blauwachtig.
3.7.10 De datumstempel instellen
U kunt de functie Datumstempel gebruiken om een datum toe te voegen aan uw foto’s terwijl
u ze maakt.
De camera gebruiken14
3.7.11 ASM instellen
Wanneer u op de knop ASM drukt, schakelt u tussen Diafragmaprioriteit,
Sluiterprioriteit en Handmatige belichting wanneer u de belichtingswaarde bepaalt.
• Diafragmaprioriteit: u kunt een waarde selecteren voor het diafragma terwijl de
sluitertijd automatisch wordt bepaald door de belichtingsomstandigheden van het
onderwerp. Diafragmaprioriteit wordt vaak gebruikt bij het maken opnamen van
statische onderwerpen of om de velddiepte te benadrukken. Over het algemeen
gebruikt u best een kleiner diafragma als u meer velddiepte nodig hebt.
• Sluiterprioriteit: u kunt een sluitertijd selecteren terwijl de diafragmawaarde
automatisch wordt bepaald door de belichtingsomstandigheden van het onderwerp.
De sluiterprioriteit wordt vaak gebruikt voor het maken van opname van bewegende
onderwerpen. Over het algemeen gebruikt u best een kortere sluitertijd om een
snelbewegend object op te nemen.
• Manueel: U kunt zowel de sluitertijd als de diafragmawaarde instellen.
3.8Afspelen
3.8.1 Opnamen afspelen
1. Schakel de voeding en zet de camera in de Weergavestand.
• Het laatst opgenomen beeld wordt weergegeven op het LCD-scherm.
• Als er geen opnamen zijn opgeslagen, verschijnt het bericht
2. Druk op de vierwegknop.
• [] toont de vorige opname.
• [ ] toont de volgende opname.
• Als u [ ] of [ ] ingedrukt houdt, kunt u aan hoge snelheid bladeren door de opnamen.
3.8.2 Videoclips afspelen
1. Schakel de voeding en zet de camera in de Weergavestand.
2. Druk op [ ] of [ ] om de videoclip die u wilt afspelen, te selecteren.
3. Het afspelen starten.
• Druk op [ ] om het afspelen van de videoclip te starten.
• Druk op [ ] om de videoclip te stoppen of druk op [ ] om de clip te pauzeren.
Druk opnieuw op [ ] wanneer de film wordt gepauzeerd om het afspelen te
hervatten.
• Druk tijdens het afspelen van de video op [ ] om snel vooruit te spoelen of op [ ] om
terug te spoelen.
• Druk op de ontspanknop om het stilstaand beeld op te nemen van de videoclip die is
gepauzeerd.
[Geen beeld].
Nederlands
De camera gebruiken15
Nederlands
3.8.3 Foto’s vergroten en bijsnijden
1. Schakel de voeding en zet de camera in de Weergavestand.
2. Een opname selecteren.
• Druk op [ ] of [ ] om de opname die u wilt vergroten of bijsnijden te selecteren.
• Alleen foto’s kunnen worden vergroot of bijgesneden.
3. De foto vergroten.
• Druk op
• Druk op de knop
4. Snijd de foto bij.
• Druk op de knop
5. Sla de foto op.
• Druk opnieuw op de knop
[T] om de foto te vergroten. Het centrale gedeelte van de foto wordt
weergegeven. U kunt de pijlknop gebruiken om verschillende delen van de vergrote
opname weer te geven.
als een nieuwe foto.
MENU om terug te keren naar de normale grootte.
OK om de foto bij te snijden.
OK om de geselecteerde foto bij te snijden en op te slaan
3.8.4 Miniaturen weergeven
1. Schakel de voeding in en zet de camera in de
Weergavestand.
2. Druk op de zoomknop
miniaturen weer te geven.
3. Gebruik de vierwegknop om de gewenste foto te
selecteren en druk op
geselecteerde opname op volledige schermgrootte
weer te geven.
[W] om een scherm met
[T] of op de knop OK om de
3.8.5 Een diavoorstelling afspelen
1. Schakel de voeding en zet de camera in de Weergavestand.
2. Open de diavoorstelling.
• Druk op de knop
druk op de knop
3. Wijzig de instellingen voor de diavoorstelling.
• Gebruik de vierwegknop om het interv al ,
de muziek , het effect en het
herhalen voor de diavoorstelling in te
stellen.
• U kunt het interval instellen tussen 1 en 10
seconden.
4. De diavoorstelling afspelen.
• Druk op de knop
starten.
• Druk tijdens de diavoorstelling op de knop
druk opnieuw op de knop OK om het afspelen te hervatten.
MENU en gebruik de vierwegknop om Diashow te selecteren en
OK
OK om de diavoorstelling te
OK om de diavoorstelling te pauzeren en
De camera gebruiken16
3.8.6 Eén of alle bestanden verwijderen
1. Schakel de voeding en zet de camera in de Weergavestand.
2. Open het menu
• Druk op de knop
selecteren. Druk vervolgens op de knop
3. Gebruik [ ] of [ ] om
• Om alle opname te verwijderen, selecteert u
OK.
MENU en gebruik vervolgens de vierwegknop om Wissen te
OK.
[Eén] te selecteren en druk vervolgens op de knop OK.
[Alles] en drukt u tweemaal op de knop
4. Druk op [ ] of [ ] om de opname die u wilt verwijderen, te selecteren.
5. Druk op de knop
• Herhaal stappen 4 en 5 om opnamen te verwijderen.
• De momenteel weergegeven opname snel verwijderen:
1. Selecteer de opname die u wilt verwijderen.
2. Druk op de knop Verwijderen om een bevestigingsbericht weer te geven.
3. Druk op de knop OK om de momenteel weergegeven opname te verwijderen.
• Beveiligde opnamen kunnen niet worden verwijderd met deze functie.
OK om de opname te verwijderen.
3.8.7 Meerdere bestanden verwijderen
1. Schakel de voeding in en stel de camera in op het
miniatuurscherm.
2. Open het menu
• Druk op de knop
op [ ] of [ ] om
selecteren. Druk daarna op de knop
3. Gebruik [ ] of [ ] om
selecteren en druk vervolgens op de knop
• Het kader van de geselecteerde opname
wordt groen.
4. Selecteer meerdere bestanden.
• Druk op de vierwegknop om de opname te selecteren:
• Druk op de knop
opnamen die u wilt verwijderen, worden weergegeven met een pictogram .
5. Opnamen verwijderen.
• Druk op de knop
Alle geselecteerde opnamen worden verwijderd.
• Druk in deze stap op de knop
MENU en druk vervolgens
Wissen te
[Selecteren] te
OK om in en uit te schakelen. Herhaal deze stap tot alle
MENU en selecteer vervolgens [Ja]. Druk daarna op de knop OK.
OK.
OK.
MENU om het verwijderen te annuleren.
Nederlands
De camera gebruiken17
Nederlands
3.8.8 DPOF instellen voor de afdruk
Met de instelling DPOF (Digital Print Order Format) kunt u via de camera de opnamen op
de geheugenkaart selecteren voor het afdrukken en het aantal afgedrukte exemplaren vooraf
instellen. Dit is bijzonder handig voor het verzenden van foto's naar een fotoservice of voor
het afdrukken op een printer die compatibel is met directe afdruk.
1. Schakel de voeding en zet de camera in de Weergavestand.
2. Open het menu
• Druk op de knop
selecteren. Druk vervolgens op de knop
3. Gebruik [ ] of [ ] om
• Selecteer
te stellen.
• Selecteer
naar de standaardwaarden..
4. Druk op [ ] of [ ] om de opname die u wilt afdrukken te selecteren en druk
vervolgens op de knop
5. Stel het aantal exemplaren in.
• Gebruik [ ] of [ ] om het aantal exemplaren op te geven.
• Het aantal exemplaren kan van 0 tot 30 worden ingesteld.
• Om de DPOF-instelling voor deze foto te annuleren, stelt u het aantal exemplaren in
op 0.
6. Druk de datumstempel af.
• Druk op [ ] en vervolgens op [ ] of [ ] om de datumstempel voor de huidige
opname in te stellen of te annuleren.
• Herhaal stappen 4 tot 6 om andere opnamen in te stellen voor de afdruk.
7. Druk op [ ] en vervolgens op de knop
knop MENU om te annuleren.
8. Selecteer nadat u alle instellingen voor uw opnamen hebt voltooid en druk op de
OK om ze toe te passen.
knop
MENU en gebruik vervolgens de vierwegknop om DPOF te
OK.
[Alles] in deze stap om de DPOF-instelling voor alle opnamen in één keer in
[Opn. Inst.] in deze stap om alle DPOF-instellingen opnieuw in te stellen
[Eén] te selecteren en druk vervolgens op de knop OK.
OK.
OK om de instelling toe te passen of druk op de
3.8.9 Overige weergavefuncties
U kunt ook beelden beveiligen (vergrendelen) tegen het verwijderen, opnamen bewerken,
bestanden kopiëren of het instellingsmenu openen voor meer opties. Druk hiervoor in de
weergavestand op de knop
MENU en selecteer een functie.
De camera gebruiken18
4PC-afhankelijke Functies
4.1Bijgeleverde software
De camera wordt geleverd met de volgende software. Raadpleeg de informatie die bij de
respectieve cd’s is geleverd voor de installatie van de software.
Ulead Photo
Express
Ulead Photo
Explorer
4.2Bestanden overdragen naar uw computer
Nadat u met behulp van een USB-kabel een USB-verbinding tot stand hebt gebracht tussen
de camera en uw computer, kunt u uw computer gebruiken om foto’s of videoclips te delen
met uw familie of vrienden via e-mail of kunt u ze verzenden via het Internet. Voordat u
begint , dient u uw systeem te controleren aan de hand van de onderstaande tabel.
CPUPentium III 600 MHz processor of hoger
BesturingssysteemWindows ME / 2000 / XP
RAM32 MB
Harde schi jfruimte128 MB harde schijfruimte
Vereiste apparaten
BeeldschermKleurenscherm (800 x 600, 24 bits of hoger aanbevolen)
Ulead® Photo Express™ 5.0 SE is een compleet fotoprojectprogramma voor digitale beelden. Haal foto’s probleemloos op van digitale camera’s of scanners. Bewerk en verbeter uw opnamen met
gebruiksvriendelijke bewerkingsgereedschappen en fantastische
fotografische filters en effecten. Stel creatieve fotoprojecten samen
en deel uw resultaten met anderen via e-mail en talrijke afdrukopties.
Ulead® Photo Explorer™ 8.0 SE Basic biedt u een efficiënte manier
om digitale media over te dragen, te verkennen, te wijzigen en te
verdelen. Dit programma is het alles-in-een hulpmiddel voor
eigenaars van digitale camera’s, webcams, DV-camcorders, scanners
of iedereen die ernaar streeft op een efficiënte manier om te gaan
met digitale media.
Systeemvereisten (Windows)
(64 MB RAM aanbevolen)
CD-romstation
Beschikbare USB-poort
Nederlands
PC-afhankelijke Functies19
Nederlands
4.2.1 Stap 1: Sluit de digitale camera aan op uw computer
1. Sluit de bijgeleverde USB-kabel aan op de USB-poort van de computer en schakel de
camera in.
2. Het LCD-scherm wordt uitgeschakeld wanneer de verbinding met de computer met
succes werd voltooid.
4.2.2 Stap 2: Foto’s of videoclips downloaden
Wanneer de digitale camera is ingeschakeld en op uw computer is aangesloten, wordt de
camera, net als een diskette of cd, als een schijfstation beschouwd. U kunt foto’s downloaden
(overdragen) door ze van de “Verwisselbare schijf” te kopiëren naar de harde schijf van uw
computer.
Windo ws
Open de “verwisselbare schijf” en dubbelklik op de map DCIM om deze te openen en meer
mappen te zoeken. Uw foto’s bevinden zich in deze map(pen). Selecteer de gewenste foto’s of
videoclips en selecteer vervolgens “Kopiëren” in het menu “Bewerken”. Open de doellocatie
(map) en selecteer “Plakken” in het menu “Bewerken”. U kunt de beeldbestanden ook slepen
en neerzetten van de digitale camera naar de gewenste locatie.
• Gebruikers van een geheugenkaart kunnen er de voorkeur aan geven een geheugen-
kaartlezer te gebruiken (sterk aanbevolen).
• De toepassing voor de videoweergave is niet inbegrepen in het pakket. Zorg ervoor dat u
uw toepassing voor videoweergave op uw computer hebt geïnstalleerd.
PC-afhankelijke Functies20
5Probleemoplossing
Raadpleeg de onderstaande lijst met symptomen en oplossingen voordat u de camera
verzendt voor reparatie. Neem contact op met uw lokale verdeler of met een
onderhoudsdienst als het probleem zich blijft voordoen.
SymptoomOorzaakOplossing
De camera kan niet
worden ingeschakeld.
De batterij loopt snel
leeg.
De batterij of camera
voelt warm aan.
De flitser werkt niet.
De flitser laadt niet op.
Ondanks het feit dat de
flitser heeft gewerkt,
blijft het beeld donker.
De foto is te helder of
te donker.
Ik kan de
geheugenkaart niet
formatteren.
Ik kan geen opnamen
downloaden.
Er is geen batterij aanwezig of de
batterij is niet correct geplaatst.
De batterij heeft geen vermogen.Laad uw batterijen op of vervang ze
De externe temperatuur is extreem laag.
Er worden veel foto’s gemaakt in
een donkere omgeving, zodat de
flitser steeds nodig is.
De batterij is niet volledig geladen.
De batterij werd niet gebruikt
gedurende een langere periode
nadat deze werd opgeladen.
De camer a of flitser we rd gedurende
een langere periode ononderbroken
gebruikt.
De cameraflitser is uitgeschakeld.
De lichtbron volstaat.—
De flitser is niet beschikbaar in sommige standen.
De afstand tot het onderwerp is
groter dan het effectieve bereik van
de flitser.
Er is een overdaad of een tekort aan
belichting.
De geheugenkaart is tegen schrijven
beveiligd.
Einde levensduur geheugenkaart.Plaats een nieuwe geheugenkaart.
Er is onvoldoende vrije ruimte op de
harde schijf van uw computer.
Er wordt geen stroom geleverd aan
de camera.
Plaats de batterij op de correcte
manier.
door nieuwe batterijen.
Voer minstens één volledige cyclus
uit voor het opladen en ontladen van
de batterij voordat u deze opnieuw
gebruikt.
Stel de flitser in op Automatische flitser.
Ga dichter bij het onderwerp staan
en maak uw opname.
Stel de belichtingscompensatie
opnieuw in.
Verwijder de schrijfbeveiliging.
Controleer of de harde schijf voldoende ruimte heeft voor het uitvoeren van Windows en of het station
waar u de opnamebestanden wilt
downloaden minstens evenveel vrije
ruimte heeft als de inhoud van de
geheugenkaart in de camera.
Laad uw batterijen op of vervang ze,
indien nodig, door nieuwe batterijen.
—
—
—
—
Nederlands
Probleemoplossing21
SymptoomOorzaakOplossing
De camera neemt niet
op, zelfs wanneer de
ontspanknop wordt
ingedrukt.
De kleuren van de
opnamen worden
niet juist weergegeven.
Nadat de camera is
aangesloten op een
computer, verschijnt
een foutbericht
“Device not ready”
Nederlands
(Apparaat niet
gereed) of “Camera
not ready” (Camera
niet gereed).
Wanneer de camera
op een computer
wordt aangesloten,
loopt de computer
vast.
Er is een geheugenfout opgetreden.
Het batterijvermogen is laag.Laad uw batterijen op of vervang ze
De camera is niet ingesteld op de
Fotost and.
De ontspanknop is niet volledig
ingedrukt.
Het intern geheugen of de geheugenkaart heeft geen vrije ruimte
meer.
De flitser is bezig met opladen.Wacht tot het pictogram van de flit-
De camera herkent de geheugenkaart niet.
De witbalans werd niet juist ingesteld wanneer de opnamen werden
gemaakt.
De computer werkt met Windows
98 of eerder.
De geheugenkaart in de camera is
mogelijk niet geformatteerd.
De geheugenkaart is mogelijk niet
correct geformatteerd.
door nieuwe batterijen.
Schakel naar de fotostand.
Druk de ontspanknop volledig in.
Plaats een nieuwe kaart of verwijder
ongewenste bestanden.
serstand op het scherm stopt met
knipperen.
Formatteer de geheugenkaart voordat u deze voor de eerste maal
gebruikt of voordat u deze met een
andere camera gebruikt.
Selecteer een geschikte instelling
voor de witbalans voordat u een foto
maakt.
—
Formatteer de geheugenkaart in
Windows in het FAT16-formaat met
behulp van een kaartlezer.
Formatteer de geheugenkaart
opnieuw in Windows in het FAT16formaat met behulp van een
kaartlezer.
ISOAuto, 50, 100, 200 en 400Auto, 50, 100, 200 en 400
InterfaceUSB 2.0-aansluiting/ A/V-
Voeding2 x AA-batterijen2 x AA-batterijen
AfmetingenCa. 91,5 x 61,5 x 26 mmCa. 91,5 x 61,5 x 26 mm
GewichtCa. 140 g (zonder batterijen en
6*Het ontwerp en de specificaties zijn onderhevig aan wijzigingen zonder voorafgaande
kennisgeving .
2592 x 1936 (5M) / 2592 x 1728
(3:2) / 2592 x 1458 (16:9) / 2048 x
1536 (3M) / 1024 x 768 (1M) /
640 x 480 (VGA)
Videoclip (Motion-JPEG AVI):
640 x 480 / 320 x 240 / 160 x 120
(30fps); continu opnemen met
geluid
Audi o: WAV
Foto (JPEG):
3072 x 2304 (7M) / 3072 x 2048
(3:2) / 3072 x 1728 (16:9) / 2560 x
1920 (5M) / 2048 x 1536 (3M) /
1024 x 768 (1M) / 640 x 480 (VGA)
Videoclip (Motion-JPEG AVI):
640 x 480 / 320 x 240 / 160 x 120
(30fps); continu opnemen met
geluid
Audi o: WAV
9 MB intern geheugen
SD-geheugenkaart
Optisch: 3X
Digitaal: 4X
f = 6,2 (W) ~ 18,6 (T) mm, (35mm
filmequivalent: 37,5 ~ 112,5 mm);
F/2,8 (W) ~ 5,2 (T)