LET OP:Verwijder in geen geval de bovenste afdekking (van
het achterste gedeelte) anders bestaat er gevaar
voor een elektrische schok. Het apparaat bevat geen
te onderhouden onderdelen; reparaties dienen door
bevoegde personen uitgevoerd te worden.
WAARSCHUWING:
Om gevaar voor brand of elektrische schok te
vermijden, dient u dit apparaat niet aan regen en
vocht bloot te stellen.
Dit symbool wijst u er altijd op dat er niet-geïsoleerde
gevaarlijke spanning binnen de behuizing aanwezig
is deze spanning is voldoende om gevaar voor
elektrische schok op te leveren.
DE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN OP EEN RIJ:
1) Lees deze voorschriften.
2) Bewaar deze voorschriften.
3) Neem alle waarschuwingen in acht.
4) Volg alle voorschriften op.
5) Gebruik dit apparaat niet in de buurt van water.
6) Reinig het uitsluitend met een droge doek.
7) Let erop geen van de ventilatie-openingen te
bedekken. Plaats en installeer het volgens de voorschriften van de fabrikant.
8) Het apparaat mag niet worden geplaatst in de buurt
van radiatoren, warmte-uitlaten, kachels of andere zaken
(ook versterkers) die warmte afgeven.
9) Maak de veiligheid waarin door de polarisatie- of
aardingsstekker wordt voorzien, niet ongedaan. Een
polarisatiestekker heeft twee bladen, waarvan er een
breder is dan het andere. Een aardingsstekker heeft
twee bladen en een derde uitsteeksel voor de aarding.
Het bredere blad of het derde uitsteeksel zijn er voor
uw veiligheid. Mocht de geleverde stekker niet in uw
stopcontact passen, laat het contact dan door een
elektricien vervangen.
Dit symbool wijst u altijd op belangrijke bedieningsen onderhoudsvoorschriften in de bijbehorende
documenten. Wij vragen u dringend de handleiding
te lezen.
Deze handleiding is auteursrechterlijk beschermd. Elke
vermenigvuldiging, resp. nadruk, ook gedeeltelijk, en elke weergave van
afbeeldingen, ook in gewijzigde vorm, is alleen toegestaan met
schriftelijke toestemming van de firma BEHRINGER Spezielle
Studiotechnik GmbH. BEHRINGER is een geregistreerd handelsmerk.
10) Zorg ervoor dat er niet over de hoofdstroomleiding
gelopen kan worden en dat het niet wordt samengeknepen, vooral bij stekkers, verlengkabels en het punt
waar ze het apparaat verlaten.
11) Gebruik uitsluitend door de producent gespecificeerd toebehoren c.q. onderdelen.
12) Gebruik het apparaat uitsluitend in combinatie met
de wagen, het statief, de driepoot, de beugel of tafel die
door de producent is aangegeven, of die in combinatie
met het apparaat wordt verkocht. Bij gebruik van een
wagen dient men voorzichtig te zijn bij het verrijden van
de combinatie wagen/apparaat en letsel door vallen te
voorkomen.
13) Bij onweer en als u het apparaat langere tijd niet
gebruikt, haalt u de stekker uit het stopcontact.
14) Laat alle voorkomende reparaties door vakkundig en
bevoegd personeel uitvoeren. Reparatiewerkzaamheden
zijn nodig als het toestel op enige wijze beschadigd is
geraakt, bijvoorbeeld als de hoofdstroomkabel of stekker is beschadigd, als er vloeistof of voorwerpen in
terecht zijn gekomen, als het aan regen of vochtigheid
heeft blootgestaan, niet normaal functioneert of wanneer
het is gevallen.
2
PRO MIXER VMX1000
1. INLEIDING
Met de BEHRINGER PRO MIXER VMX1000 bezit u een DJmengpaneel dat door de talrijke functies, zoals Beat Counter,
Insertroute of de extra Subwoofer-uitgang een geheel nieuwe
en bijzonder creatieve manier van werken mogelijk maakt. De
VMX1000 is een professioneel toepasbaar DJ-mengpaneel, dat
echt heel eenvoudig te bedienen is en dat uw creativiteit
ondersteunt. De PRO MIXER is door de zeer actuele functies en
technologieën optimaal geschikt voor het gebruik met Dance Clubof professionele DJ-installaties.
+ De volgende handleiding laat u als eerste met de
bedieningselementen van het apparaat kennis maken, zodat u alle functies leert kennen. Bewaart u
de handleiding na lezing alstublieft zorgvuldig, zodat
u deze altijd bij de hand heeft, wanneer u nog eens
iets wilt overlezen.
1.1 Voordat u begint
1.1.1 Levering
Teneinde een veilig transport te waarborgen, is de PRO MIXER
in de fabriek zorgvuldig ingepakt. Mocht de doos desondanks
beschadigingen vertonen, kijkt u dan direct of de buitenkant van
het apparaat zelf beschadigd is geraakt.
+ Stuurt u het apparaat bij eventuele beschadigingen
NIET aan ons terug, maar neemt u dringend eerst
contact op met uw dealer en het transportbedrijf,
aangezien elke aanspraak op vergoeding anders
teniet kan worden gedaan.
1.1.3 Garantie
Neemt u alstublieft even de tijd om de volledig ingevulde
garantiekaart binnen 14 dagen na aankoop aan ons terug te
sturen, aangezien u anders de uitgebreide garantie verliest. U
kunt zich desgewenst ook online via onze internet-site
(www.behringer.com) bij ons laten registreren.
1.2 Het handboek
Aan de hand van de meegeleverde, genummerde illustraties
zijn alle bedieningselementen gemakkelijk te vinden. Mocht u meer
uitvoerige uitleg bij bepaalde onderwerpen wensen, bezoekt u
dan onze website www.behringer.com.
1.1.2 Installatie
Zorgt u alstublieft voor voldoende luchttoevoer en zet de PRO
MIXER niet op een eindtrap of in de buurt van een verwarming
neer, om oververhitting van het apparaat te voorkomen.
Gebruik voor de montage in een Rack M6 machineschroeven
en moeren.
+ Voordat u het apparaat op het stroomnet aansluit,
dient u eerst zorgvuldig na te gaan of uw apparaat
op de juiste voedingsspanning is ingesteld:
De zekeringhouder aan de bus voor de netaansluiting heeft 3
driehoekige markeringen. Twee van deze driehoeken staan recht
tegenover elkaar. Uw apparaat is op de naast deze markeringen
staande bedrijfsspanning ingesteld en kan worden omgeschakeld
door de zekeringhouder 180° te draaien. LET OP: Dit geldt niet
voor exportmodellen, die bijv. alleen voor een
netspanning van 120 V zijn ontworpen!
+ Wanneer het apparaat op een andere netspanning
wordt ingesteld, dient er een andere zekering te
worden geplaatst. De specificaties vindt u in het
hoofdstuk TECHNISCHE GEGEVENS.
+ Defecte zekeringen dienen absoluut door
zekeringen van de juiste waarde te worden
vervangen! De specificaties vindt u in het hoofdstuk
TECHNISCHE GEGEVENS.
Het apparaat wordt met behulp van het meegeleverde netkabel
met apparaatbus op het net aangesloten. Deze voldoet aan de
nodige veiligheidseisen.
+ Let u er alstublieft op, dat alle apparaten geaard
dienen te zijn. Voor uw eigen veiligheid dient u in
geen geval de aarding van de apparaten c.q. de
netkabel te verwijderen of onklaar te maken.
LET OP!
+ Wij moeten u erop wijzen, dat hoge geluidsvolumes
het gehoor en/of uw koptelefoon kunnen beschadigen. Draait u alstublieft de betreffende volumeregelaars van de uitgangen geheel naar links,
voordat u het apparaat aanzet. Let altijd op een
passend geluidsvolume.
1. INLEIDING
3
PRO MIXER VMX1000
2. BEDIENINGSELEMENTEN
2.1 Microfoonkanalen
Dit zijn de symmetrische XLR-aansluitingen voor dynamische microfoons.
Met de 3-bands microfoon-equalizer (HIGH, MID en LOW)
kunt u de klank van uw stem veranderen en optimaal
aanpassen (+/-15 dB).
De AUX-regelaar bepaalt het volume van het MIC AUX Sendsignaal, dat via de MIC AUX SEND-bus aan de achterkant
wordt ingevoerd (zie ).
Met de VOL -regelaar bepaalt u het volume van het microfoonsignaal.
De PRO MIXER beschikt over een Talkover-functie. Deze functie
werkt in principe heel eenvoudig: Zodra er in de microfoon wordt
gesproken terwijl er een Track loopt, wordt het volume ervan
verlaagd. Deze functie is bijzonder handig, om de stem bij
mededelingen naar voren te halen.
Met de TALK-toets wordt de Talkover-functie geactiveerd
(bijbehorende LED licht op).
De SENS-regeling bepaalt de gevoeligheid van deze functie.
Hoe lager de instelling, hoe harder het microfoonsignaal
moet zijn, om het muzieksignaal te laten verlagen
Met de DPT-regeling bepaalt u, in welke mate het muzieksignaal wordt verlaagd.
Met de MIC ON-schakelaar activeert u het microfoonkanaal. Als de bijbehorende LED oplicht, is deze actief.
2.2 Stereokanalen
Met de INPUT-toets selecteert u het ingangssignaal voor
de stereokanalen. Phono is bedoeld voor het aansluiten
van een platenspeler. Line c.q. CD moet voor alle andere
signaalbronnen (bijv. CD- of MD-speler) worden gekozen.
De kanalen 4 en 5 hebben in tegenstelling tot de eerste drie
kanalen twee Line-ingangen. Door een speciale feature
kunt u de ingangsgevoeligheid van de Phono-ingangen van
de kanalen 1 to 3 aan de achterkant naar Line-niveau
overschakelen, zodat de phono-aansluiting flexibel gebruikt
kan worden (zie ).
+ Sluit in geen geval apparaten met Line-niveau aan
op de uiterst gevoelige Phono-ingangen! Het
uitgangsniveau van Phono-geluidsaftastsystemen
ligt in het millivoltbereik, terwijl CD-spelers en Tape
Decks niveaus van hele Volts leveren. Dat wil dus
zeggen, dat het niveau van Line-signalen tot wel
100 keer hoger ligt dan dat voor Phono-ingangen.
Als u een Phono-ingang gebruikt, die naar Lineniveau omgeschakeld kan worden (zie), let er
dan bij het aansluiten van een Line-signaal heel
goed op, of de PHONO/LINE-schakelaar op de juiste
stand staat (schakelaar ingedrukt!).
Met de TRIM-regelaar wordt het ingangsniveau afgeregeld.
Het actuele niveau kunt u op LED-balk aflezen.
Elk ingangskanaal heeft een 3-bands-equalizer (HIGH, MID
en LOW) met kill-karakteristiek. Zodoende kan het signaal
veel verder worden verlaagd (-32 dB) dan verhoogd
(+12 dB). Deze functie is bijv. handig om een bepaald
frequentiebereik uit een muziekstuk stil te zetten.
+ Het totaalvolume is ook van de EQ-instelling
afhankelijk. Voordat u de niveaus met de TRIMregelaar afregelt, is het daarom van belang eerst
de equalizer in te stellen.
Door middel van de EQ BYPASS-toets kan de 3-bands
equalizer gedeactiveerd worden. Zo kunt u eenvoudig
tussen het bewerkte en het onbewerkte signaal vergelijken
of ook door het wisselen tussen extreme EQ-instellingen
en onbewerkt signaal indrukwekkende effecten bereiken.
Van de 4-delige LEVEL-meter wordt het niveau van de
ingangssignalen afgelezen (post EQ).
Met de 60-mm-kanaal-Fader stelt u het kanaalvolume in.
Door middel van de PFL-toets wordt het signaal van het
overeenkomstige ingangskanaal naar de koptelefoon
gestuurd om het vooraf te kunnen beluisteren (bijbehorende
LED licht op). Het is ook mogelijk, meerdere kanalen te
selecteren en deze tegelijk te beluisteren (zie ook par. 2.4
HEADPHONES-gedeelte).
2.3 MAIN OUT-gedeelte
De VOL 1-regelaar dient voor het instellen van het
uitgangsvolume bij de MAIN 1-uitgang (zie).
De VOL 2-regelaar dient voor het instellen van het
uitgangsvolume bij de MAIN 2-uitgang (zie ).
Om het stereobeeld in te stellen, heeft de MAIN 1-uitgang
een BAL 1-regelaar.
Op de LEVEL METER kunt u het volumeniveau van het
MAIN 1-uitgangssignaal aflezen.
Met de POWER-schakelaar zet u de PRO MIXER aan. Deze
dient in de positie uit te staan, wanneer u het apparaat op
het stroomnet aansluit.
+ Let alstublieft op het volgende: De POWER-
schakelaar schakelt de stroomvoorziening bij het
uitzetten niet volledig uit. Trek daarom de kabel uit
het stopcontact wanneer u het apparaat gedurende
langere tijd niet gebruikt.
+ Schakel de eindtrappen altijd als laatste in, om het
optreden van inschakelpieken tegen te gaan, die
uw luidsprekers nl. gemakkelijk kunnen beschadigen. Let er voor het inschakelen van de eindtrappen
op, dat er geen signaal bij de PRO MIXER binnenkomt,
anders kunnen uw oren plotselinge, pijnlijke
verrassingen te verwerken krijgen. Het beste is,
om eerst alle faders naar beneden te halen, c.q.
alle draaiknoppen op nul te zetten.
2.4 HEADPHONES-gedeelte
Het PFL-signaal is uw koptelefoonsignaal, waarmee u de
muziek vantevoren kunt beluisteren zonder het MAIN-signaal te
veranderen (PFL = Pre Fader Listening).
Dit is de asymmetrische PHONES-klinkeruitgang voor uw
koptelefoon. De koptelefoon moet een minimale impedantie
van 32 Ohm hebben. Hiervoor is bijv. onze BEHRINGER
HPX2000-serie geschikt.
Staat de MODE-schakelaar in de stand Split, dan ligt het
voorluistersignaal van de kanalen in het stereobeeld aan
de linker en het MAIN -signaal aan de rechter kant. De MIXregeling (zie ) heeft in dit geval geen functie. In de
STEREO-modus kunt u met behulp van de MIX-regeling
tussen het MAIN - en het voorluistersignaal overfaden.
Met de MIX-regelaar kunt u in de STEREO-modus bepalen,
welk signaal u via de koptelefoon wilt afluisteren. Is de
regelaar helemaal naar links gedraaid (PFL) dan hoort u
uitsluitend het koptelefoonsignaal dat u eerder met de PFLtoetsen van de ingangssignalen (zie ) heeft geselecteerd. Als de regelknop helemaal naar rechts gedraaid is
(MAIN), hoort u alleen het MAIN-uitgangssignaal. In de
tussenliggende standen wordt er een volumeverhouding
tussen de twee signalen ingesteld. Staat de MODEschakelaar in de stand SPLIT (zie ), dan heeft de
(PFL) MIX-regelaar geen functie.
4
2. BEDIENINGSELEMENTEN
PRO MIXER VMX1000
De VOL-regeling bepaalt het volume van het koptelefoonsignaal.
2.5 XPQ 3D Surround-functie
De XPQ 3D Surround-functie is een ingebouwd effect, die uw
muziek nog dat laatste beetje extra meegeeft en elk optreden tot
een ware belevenis maakt. Door de verbreding van de stereobasis lijkt het geluid levendiger en transparanter. Met de XPQON-schakelaar wordt het geactiveerd (de bijbehorende
LED licht op) en met de XPQ-regelaar bepaalt u de intensiteit
van het effect.
2.6 Effect-loop
Via de RET-regelaar bepaalt u het volume van het effectsignaal, dat bij de RETURN-ingang aan de achterkant (zie
) kan worden ingevoerd. Om een effectsignaal te
krijgen, moet u de ingangen van een effectapparaat met de
SEND-uitgangen (zie ) van de VMX1000 verbinden. De
uitgangen van het effectapparaat worden dan op de
RETURN-uitgangen van het mengpaneel aangesloten.
2.7 Het CROSSFADER-gedeelte
De VCA CONTROLLED CROSSFADER dient voor het
overfaden tussen de geselecteerde kanalen (zie ). De
CROSSFADER is een professionele 45-mm-fader.
Met de CF CURVE-regelaar kunt u het regelkarakter van
de Crossfader traploos van een lineair naar een logaritmisch
karakteristiek laten veranderen. In de lineaire karakteristiek
verandert de Crossfader het geluid gelijkmatig over de
gehele regelweg, in de logaritmische verschuift de volumeregeling naar de uiteinden van de regelweg.
Met de ASSIGN A- en B-draaischakelaars bepaalt u, welke
ingangssignalen naar de CROSSFADER-kanten A en B
gaan. Met ASSIGN A kunnen de kanalen 1 tot en met 4
geselecteerd worden, met ASSIGN B de kanalen 2 tot en
met 5. Tussen deze twee signalen kunt u dan vervolgens
met de CROSSFADER overfaden (zie ).
2.8 AUTO BPM COUNTER
De Auto BPM Counter van de PRO MIXER is bijzonder nuttig om
soepele overgangen tussen twee tracks te realiseren. Hij is in
staat de verschillende tempos van de lopende tracks in BPM
(Beats Per Minute) te bepalen. De twee BPM Counter-gedeelten
zijn identiek en geven elk de BPM-waarde van de twee aan de
Crossfader toegewezen stereokanalen weer.
Het tempo van de binnenkomende tracks wordt in het
desbetreffende DISPLAY weergegeven. Mochten er in een
muziekstuk meerdere tempowisselingen voorkomen, dan zouden
hierdoor steeds verschillende BPM-waarden worden weergegeven, hetgeen onnodig voor verwarring zorgt. Voor dit geval
hebben de Beat Counter-gedeelten elk een eigen SYNC LOCKtoets , waarmee u tijdens een nummer het bereik van
mogelijke tempowaarden kunt inperken. Dit is dan zinvol, als de
Counter al een realistische waarde heeft bepaald. Hetzelfde
kunt u hand-matig met de BEAT ASSIST-toetsen realiseren.
Wanneer u deze ten minste drie keer in de maat van het nummer
indrukt, verschijnt het betreffende tempo in het DISPLAY. De
BEAT ASSIST- en SYNC LOCK-toetsen zijn elk voorzien van een
LED.
Om de SYNC LOCK- of BEAT ASSIST-modus weer te verlaten,
drukt u eenvoudig in beide kanalen nog eens op de SYNC LOCKtoets.
+ Komt er geen (of een te zacht) muzieksignaal
binnen, dan laat het Display van de Beat Counter
horizontale strepen zien. Bij een aanwezig, maar
niet te identificeren muzieksignaal zegt het Display
160 BPM en gaat dan terug naar de beginstand
(horizontale strepen), waarna de Beat Counter
opnieuw een analyse probeert te maken. 160 BPM
is dan ook geen echte waarde, maar slechts een
foutmelding bij een analyseerbaar muzieksignaal.
2.9 Aansluitingen
Dit zijn de LINE- c.q. CD-ingangen voor het aansluiten van
een Tape Deck, CD-, MD-speler etc. Kanalen 4 en 5 hebben
in tegenstelling tot de andere kanalen twee Line-ingangen.
De PHONO-ingangen voor kanaal 1 en 3 zijn bedoeld om
platenspelers op aan te sluiten. Ze kunnen allemaal naar
Line-niveau worden omgeschakeld (zie ).
Met de PHONO/LINE-schakelaars kunt u de ingangsgevoeligheid van de PHONO-ingangen van kanaal 1 tot 3
op Line-niveau omschakelen (schakelaar ingedrukt). Zo
kunt u zelfs een Tape Deck of een CD-speler op de PHONOingangen aansluiten.
+ BELANGRIJK: Let er alstublieft goed op dat de PHONO/
LINE-schakelaar in de juiste stand staat, als u een
Line-signaal op een Phono-ingang wilt aansluiten.
De schakelaar moet in de ingedrukte stand (LINE)
staan! Anders kan er door oversturing schade aan
de Phono-ingang ontstaan.
Met behulp van de GND-aansluitingen worden de platenspelers geaard.
Bij deze SEND-klinkerbus komt het MIC AUX Send-signaal
binnen, dat met de AUX-regelaars van de microfoonkanalen
wordt afgeregeld (zie ). Hier kan bijvoorbeeld de ingang
van een extern galmapparaat worden aangesloten.
Via de RETURN L/R-klinkeraansluitingen kan een extern
effectsignaal in stereo worden teruggevoerd. Mocht u een
mono-effectsignaal aansluiten, dan dient u hiervoor de linker
RETURN L-aansluiting te gebruiken. Het volume van het
effectsignaal kan alleen bij de Output-regeling van het
effectapparaat zelf worden ingesteld.
SERIENUMMER van de PRO MIXER. Neem alstublieft even
de tijd en stuur ons de volledig ingevulde garantiekaart
binnen 14 dagen na de aankoopdatum retour. Of u kunt zich
eenvoudig online laten registreren bij www.behringer.com.
De symmetrische MAIN 1 XLR-uitgangen dienen voor de
aansluiting op een versterker. Het volume kunt u met de
VOL 1-regeling instellen (zie ).
Door middel van de MONO-toets wordt het stereo-MAIN
1-uitgangssignaal omgezet in een monosignaal. Dit is dan
zinvol, als de PRO MIXER bijv. in grote ruimtes met ver uit
elkaar staande luidsprekerboxen wordt gebruikt. Een stereosignaalverdeling zou in dit geval eerder storend werken,
omdat de luidsprekersignalen onderling verschillende
informatie afgeven. Is de MONO-toets echter ingedrukt,
dan wordt via beide MAIN 1-uitgangen een identiek
monosignaal uitgegeven. De BAL 1-regeling (zie ) heeft
in dit geval geen functie.
Op de SUBWOOFER-uitgang kunt u een extra eindtrap
aansluiten om een passieve Subwoofer-luidspreker te
bedienen. Mocht u een actieve Subwoofer-luidspreker
gebruiken, kunt u deze direct op deze uitgang aansluiten.
Op deze manier krijgt u in de studio of de Dance-Club extra
Bass-Power.
Met de LEVEL-regelaar bepaalt u het volume van het
SUBWOOFER-uitgangssignaal.
Met de X/O-regelaar stelt u de bovenste grensfrequentie
van het SUBWOOFER-signaal in (instelbaar van 30 tot
200 Hz). De daaronderliggende frequentiebereiken worden
weergegeven.
2. BEDIENINGSELEMENTEN
5
PRO MIXER VMX1000
De MAIN 2-uitgang biedt een extra mogelijkheid om een
versterker aan te sluiten, bijvoorbeeld om de monitorboxen
te voeden of om een tweede zone of zaal van geluid te
voorzien. Deze uitgang wordt met de VOL 2-regeling (zie
) van het MAIN OUT-gedeelte ingesteld.
Via de TAPE-uitgang kunt u uw muziek opnemen, door
bijv. een Tape Deck, DAT-recorder o.i.d. aan te sluiten. Het
uitgangsvolume ligt hier vast, zodat u het ingangsniveau bij
het opname-apparaat moet instellen.
De PRO MIXER beschikt over een effectroute voor een
extern effectapparaat/Sampler. Via de SEND-uitspeelroute
wordt het signaal van het PFL-gedeelte afgetakt en naar
het externe apparaat gestuurd. Het bij de SEND-bus
binnenkomende signaal is zodoende identiek met het
koptelefoonsignaal Verbind deze uitgang met de ingangen
van uw effectapparaat.
Via de RETURN-retourroute wordt het extern bewerkte
signaal aan het MAIN OUT -gedeelte (uitgangssignaal)
toegevoegd. Het volume van het effectsignaal wordt met
de RET-regeling ingesteld (zie ). Verbind deze ingang
met de uitgangen van uw effectapparaat.
Dit is de aansluiting voor de netkabel. Hier komt het nut van
het uitgebreide interne voeding duidelijk naar voren: het
impulsgedrag van elke versterkerschakeling wordt vooral
door de beschikbare stroomreserves bepaalt. Elk mengpaneel is voorzien van een heel aantal operationele
versterkers (Op-Amps) voor de signaalverwerking van
Line-niveau-signalen. Vanwege de beperkte capaciteit van
hun voedingen hebben veel mengpanelen onder hoge
belasting last van stress. Alleen uw PRO MIXER niet: De
klank blijft altijd helder en transparant.
Voordat u het apparaat met het stroomnet verbindt, dient u
eerst te controleren of het aangegeven voltage overeenkomt met de netspanning ter plaatse. Vervangt u een
zekering, neemt u dan altijd hetzelfde type. Bij sommige
apparaten kan de zekeringhouder in twee verschillende
posities worden ingezet, om zo tussen 230 V en 120 V om
te schakelen. Let op: Bij gebruik van het apparaat bij 120 V
buiten Europa, dienen er zekeringen met hogere waarden
te worden geplaatst.
3. INSTALLATIE
3.1 Audioverbindingen
Voor de verschillende toepassingen heeft u een grote
hoeveelheid verschillende kabels nodig. De volgende afbeeldingen geven aan, hoe deze kabels eruit moeten zien. Gebruikt u
alstublieft altijd kabels van goede kwaliteit.
+ Zorgt u er alstublieft voor, dat het apparaat
uitsluitend door ter zake kundige personen
aangesloten en bediend wordt. Tijdens en na het
aansluiten dient men altijd op voldoende aarding
van de persoon / personen die met het apparaat
bezig is / zijn te letten, elektrostatische ontladingen
e.d. kunnen de bedrijfseigenschappen anders
nadelig beïnvloeden.
Afb. 3.1: XLR-verbindingen
+ Om de stroomtoevoer uit te schakelen haalt u de
netstekker uit het stopcontact. Let erop dat de
netstekker goed toegankelijk is wanneer u het
apparaat in gebruik neemt. Wanneer het apparaat
in een Rack wordt gemonteerd, zorgt u er dan voor,
dat de verbinding met het stroomnet te allen tijde
eenvoudig door middel van een stekker of een
meerpolige netschakelaar aan de achterkant kan
worden verbroken.
Afb. 3.2: 6,3-mm-monoklinkerstekker
Afb. 3.3: 6,3-mm-stereoklinkerstekker
6
3. INSTALLATIE
Afb. 3.4: Koptelefoon-stereoklinkerstekker
Afb. 3.5: Cinch-kabel
PRO MIXER VMX1000
4. TECHNISCHE GEGEVENS
AUDIOINGANGEN
Mic In40 dB Gain, XLR, electr. gesymmetreerd
Phono In40 dB gain, asymmetrische ingang
Line In-17 tot +4 dB Gain, asymmetrische
Ingangen
Return0 dB Gain, asymmetrische
Mic Aux Return3 dB Gain, asymmetrische
AUDIO-UITGANGEN
Main Outmax. 25 dBu @ 1 kHz, XLR elektr.
gesymmetreerd
Main 2 Outmax. 21 dBu @ 1 kHz, asymmetrisch
Tape Outtyp. 0 dBu
Sendtyp. 0 dBu
Mic Aux Send-oo tot +6 dB
Phones OutMax.180 mW @ 75 Ω
SUBWOOFER
Subwoofer OutXLR, elektr. gesymmetreerd
X-OverVariabel 30 Hz - 200 Hz
Level-oo tot 0 dBu @ 0 dB Input
EQUALIZER
Stereo Low+12 dB/-32 dB @ 50 Hz
Stereo Mid+12 dB/-32 dB @ 1,2 kHz
Stereo High+12 dB/-32 dB @ 10 kHz
Mic Low+15 dB/-15 dB @ 80 Hz
Mic Mid+15 dB/-15 dB @ 2,5 kHz
Mic High+15 dB/-15 dB @ 12 kHz
ALGEMEEN
Ruisafstand (S/N)> 80 dB (Line)
Overspraak< -70 dB (Line)
Vervorming (THD)< 0.05%
Frequentiekarakteristiek 10 Hz -65 kHz, +0/-3 dB
STROOMVOORZIENING
NetspanningUSA/Canada
Netbelasting22 Watt
Zekering100 -120 V~: T 500 mA H
Aansluiting op het netStandaard-apparaataansluiting
AFMETINGEN/GEWICHT
Afmetingen
(H X B X D)107 mm (4,2") x 483 mm (19")
Gewicht3,6 kg
120 V~, 60 Hz
Europa/U.K./Australië
230 V~, 50 Hz
Japan
100 V~, 50 - 60 Hz
Algemeen exportmodel
120/230 V~, 50 - 60 Hz
200 - 240 V~: T 250 mA H
x 223 mm (8,75")
De Fa. BEHRINGER streeft altijd naar de hoogste kwaliteit en voert
eventuele verbeteringen zonder voorafgaande aankondiging door.
Technische gegevens en uiterlijke kenmerken kunnen daarom van de
genoemde specificaties of van de afbeeldingen van het product afwijken.
4. TECHNISCHE GEGEVENS
7
Loading...
+ hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.