NL
DYNAMIC SENSE: Energiebesparing en zeer goede afwasresultaten
De twee mogelijke “Dynamic Sense” afwasprogramma's die door
sensoren worden bestuurd, worden aanbevolen voor da gelijks gebruik.
Zijn gebaseerd op een technologie met dubbele sensor. Een sensor voor
troebelheid en een sensor voor deeltjes bepalen nauwkeurig de effectieve
graad van vervuiling van het waswater. Al naar gelang de gemeten
waarden bepaalt een microprocessor het optimale verbruik van water,
energie en tijd. Hierdoor kunnen betere wasre s ultaten worden bereikt, en
worden alleen de strikt noodzakelijke middelen verbruikt.
GSI 7494
Op de volgende pagina's en in de Gebruiksaanwijzing vindt u uitgebreidere aanwijzingen.
Indicator van het
spoelglansmiddelniveau
Voeg spoelglansmiddel toe.
Indicator van het zoutniveau
Voeg regenereerzout toe; voeg het
zout pas vlak voor de start van een
wasprogramma toe.
Programmafasewijzer
Voorspoelen /Voorwas
Wassen
Drogen
Einde programma
Programma Symbool
en Temperatuur
Eco Normaal 40 - 55° C
Intensief 60 - 70° C
Voorspoelen
Snel 40° C
Aanbevolen programma
of met weinig opgedroogde voedselreste n.
Aanbevolen programma
voedselresten. Met name geschikt voor pannen en koekenpannen.
Vaat die later gewassen moet worden.
Licht vervuild, zonder opgedroogde resten.
Toets Halve Belading
Deze functie kan bij alle programma's worden gebruikt. Het
controlelampje gaat branden: het afwassen wordt
bovenste korf of
Toets startselectie
Een programma kan ingesteld worden om te starten met 1 - 24
uur vertraging. Bij elke druk op de toets verspringt de urenwijzer
een uur, en na 24 start de telling weer vanaf 00. Druk op de
starttoets. Het afwassen begint na de ingestelde tijd.
Keuze van het programma en
aanbevolen types ladingen
voor dagelijks gebruik
voor sterk vervuilde vaat
Beknopte handleiding
Extra functies
in de onderste korf geactiveerd.
alleen
, voor vaatwerk zonder
, met opgedroogde
alleen
Afwasmiddel toevoegen in het:
kleine vakje grote vakje
Programmakeuzeknop
in de
Display van tijd en storingen
Geeft de tijd aan die resteert tot aan de start van het
programma. Gaat uit na de start van het programma.
Tegen het einde van het programma verschijnt op het
display de resterende tijd in minuten.
“F1-F4”, “F7-F9”
” Draai de waterkraan open.
“F6
Toets Start
Het controlelampje brandt tijdens de werking.
Knippert wanneer er zich een storing voordoet.
Gaat aan het einde van het programma uit.
Aanwijzingen voor de servicedienst.
Verbruik
1)
Normale belading / (Halve belading)
Water
(liter)
X X
X X
- - 5,0 (4,2) 0,02 (0,02) 9(9)
- X 13,0 (13,0) 0,85 (0,75) 30 (30)
(13,5)
(11,5)
(19,5)
(11,5)
Energie
(kWh)
(1,3)
(0,9)
(1,7)
(1,3)
Tijd
(min.)
(80)
(60)
(98)
(90)
Glazen 40° C
Bio-Normaal 50° C
1) De gegevens kunnen verschillen al naar gelang, bijvoorbeeld, de grootte van de lading,
een andere temperatuur - hoger of lager dan 15° C - of hardheid van het water en de voedingsspanning, etc.
2) Referentieprogramma voor het Keuringsinstituut en plaatje met gegevens betreffende de energie.
Licht vervuild, vooral voor glazen en kopjes.
Matig tot sterk vervuild, met opgedroogde voedselresten.
2)
- X 12,0 (10,0) 0,82 (0,78) 60 (59)
X X 16,0 (14,5) 1,03 (0,90) 120 (117)
5019 100 90320
(Technische wijzigingen voorbehouden)
Gebruik van de afwasmachine
1. Sluit de deur van de afwasmachine
goed na de vaat erin te hebben gezet,
en draai de waterkraan open.
2. De afwasmachine wordt automatisch
gestart zodra u aan de
programmakeuzeknop draait.
corresponderende lampje gaat
branden.
3. Selecteer het gewenste programma
door aan de keuzeknop te draaien.
bijbehorende controlelampje gaat
branden.
extra functies (indien aanwezig).
4. Druk op de toets Start om het
wasprogramma te starten.
controlelampje Start gaat branden.
De gegevens in het geheugen kunnen
niet meer worden gewijzigd door de
programmakeuzeknop te draai en.
Opmerking:
drukt, slaat de afwasmachine het als
laatste geselecteerde programma in het
geheugen op. Deze gegevens blijven
ook bij een stroomstoring in het
geheugen opgeslagen.
Opmerking:
gedurende het afwasprogramma, wordt
het programma hervat vanaf het p unt
waarop het onderbroken was, wanneer
de machine weer aangezet wordt.
5. Aan het einde van het programma gaat
het controlelampje Start uit en
controlelampje End
aanwezig) (ca. 30 min.)
Selecteer, indien nodig, de
wanneer u op de starttoets
Om het geselecteerde programma te
wijzigen, de starttoets ongeveer 5
seconden ingedrukt houden,
het Startlampje dooft.
nieuwe programma met de
keuzeknop en druk op de toets Start.
als de machine uitgaat
Open tijdens een wasprogramma
de deur van de afwasmachine
alleen als het absoluut
noodzakelijk is en wees heel
voorzichtig. Er kan hete stoom uit
de machine komen.
Het
Selecteer het
branden
.
Het
Het
totdat
gaat het
(indien
6. Zet de machine pas uit nadat het
controlelampje “Start” is uitgegaan,
door de programmakeuzeknop naar
links op de oorspronkelijke stand te
draaien.
7. Open de deur (let op: er kan stoom uit
Alle lampjes doven.
komen). Leeg de vaatwasmachine, te
beginnen met de onderste korf. Draai
de waterkraan dicht.
Bovenste korf
B
Halve belading:
Als u
uitsluitend
vullen, de bestekkorf
korf zetten.
Instelling van de hoogte van de korf:
(De afwasmachine wordt geleverd met de
bovenste korf in de hoge positie).
De hoogte van de korf kan ook veranderd
worden als hij al geladen is.
• Om hem lager te plaatsen: trek de
twee
naar buiten en laat de korf vervolgens
voorzichtig zakken.
de bovenste korf wilt
in de bovenste
“B”
handgrepen aan de zijkanten
Lees de Gebruiksaanwijzing aandachtig door.
Bovenste en onderste korf
• Om hem hoger te plaatsen: trek de
handgrepen aan de zijkanten
twee
omhoog, totdat de korf vastklikt (u dient
een klik te horen).
• De zijkanten van de korf moeten
zich op dezelfde hoogte bevinden.
Vaatrekken:
• Horizontaal: kopjes en glazen met voet.
•
Verticaal: borden.
“Vario Organizer” multifunctionele steun:
• Deze kan bijvoorbeeld worden
gebruikt voor lang bestek
messen met de scherpe kant naar
beneden),
• Hij kan bovendien in drie
verschillende standen worden
gebruikt (zie ook “Instructies voor het
laden van de vaatwasmachine” op
Pag. 4).
1. Op de linkerzijde van de korf geplaatst.
2. Naar het midden van de korf gekanteld.
3. Naar links gekanteld.
kopjes en glazen.
Glazenrek:
(zet
Onderste korf
Halve belading:
Als
gevuld, is de waskracht groter, vooral
voor borden en pannen.
de onderste korf wordt
alleen
Bordenrekken:
• Kunnen omlaag worden gezet om
ruimte te winnen (A).
Bestekkorf:
• Om ruimte te winnen, kan de
bestekkorf (
• Enkele modellen zijn voorzien van
een rooster, dat op de bestekkorf
(D) kan worden aangebracht.
B
) worden weggehaald.
B + C
D
C