Asus N81VG, N80VR, N81VP, N80VN, N80VC QUICK START GUIDE [nl]

...
Notebook
Hardwaregebruiksaanwijzing
PL4069 / August 2008
Inhoudsopgave
Inhoudsopgave
1. Kennismaken met de notebook
Over deze gebruiksaanwijzing.................................................................................... 6
Opmerkingen over deze handleiding ..................................................................... 6
Uw notebook voorbereiden......................................................................................... 9
Bovenkant.................................................................................................................12
Onderkant .................................................................................................................14
Linkerkant ................................................................................................................. 16
Rechterkant .............................................................................................................. 18
Voorkant ................................................................................................................... 19
Achterkant ................................................................................................................20
3. Aan de Slag
Voedingssysteem ..................................................................................................... 24
Wisselstroomvoeding gebruiken .......................................................................... 24
Batterijvoeding gebruiken .................................................................................... 25
Batterijonderhoud ................................................................................................25
De notebook INSCHAKELEN .............................................................................. 26
De zelftest bij inschakelen (Power-On Self Test, POST) ..................................... 26
Het batterijvermogen controleren ........................................................................27
De batterijdoos opladen ....................................................................................... 27
Voedingsopties .................................................................................................... 28
Energiebeheerstanden ........................................................................................29
De slaapstand en Sluimerstand ........................................................................... 29
Beheer thermische energie ..................................................................................29
Speciale toetsenbordfuncties ...................................................................................30
Gekleurde sneltoetsen ......................................................................................... 30
Microsoft Windows-toetsen ..................................................................................32
Toetsenbord als numeriek toetsenblok ................................................................32
Toetsenbord als cursor ........................................................................................ 32
Schakelaars en statusindicators ............................................................................... 33
Schakelaars ......................................................................................................... 33
Statusindicators ................................................................................................... 34
Multimediabedieningstoetsen (op bepaalde modellen) .......................................36
2
Inhoudsopgave
Inhoudsopgave (Vervolg)
4. De notebook gebruiken
Aanwijsapparaat ....................................................................................................... 39
Het aanraakpad gebruiken ..................................................................................39
Afbeeldingen gebruik aanraakpad ....................................................................... 40
Onderhoud van het aanraakpad .......................................................................... 41
Aanraakpad automatisch uitschakelen ................................................................ 41
Opslagapparaten ...................................................................................................... 42
Express Card ....................................................................................................... 42
Optisch station ..................................................................................................... 43
Flashgeheugenkaartlezer .................................................................................... 45
Harde schijf .......................................................................................................... 46
Geheugen (RAM) .................................................................................................48
Aansluitingen ............................................................................................................ 49
Modemverbinding (alleen bepaalde modellen) .................................................... 49
Netwerkverbinding ............................................................................................... 50
Draadloze LAN-verbinding (bij sommige modellen) ............................................ 51
Draadloze netwerkverbinding Windows ...............................................................52
Draadloze Bluetooth-verbinding (op sommige modellen) .................................... 53
Antenneverbindingen(alleen bepaalde modellen) ...............................................54
Trusted Platform Module (TPM) (op bepaalde modellen) ........................................55
Registratie van vingerafdruk (bij sommige modellen)............................................... 56
3G Watcher (alleen op bepaalde modellen en in bepaalde regio’s) ......................... 58
Bijlage
Optionele accessoires ............................................................................................ B-2
Optionele aansluitingen ..................................................................................... B-3
Installatie van Bluetooth-muis (optioneel) .......................................................... B-4
Besturingssysteem en software.............................................................................. B-6
Instellingen van BIOS ........................................................................................ B-7
Veelvoorkomende problemen en oplossingen ................................................... B-9
Softwareherstel Windows Vista ....................................................................... B-15
Woordenlijst .......................................................................................................... B-17
Bekendmakingen en veiligheidsverklaringen ....................................................... B-21
Informatie over de notebook ................................................................................. B-32
3
Inhoudsopgave
4
1. Kennismaken met de notebook
Over deze gebruiksaanwijzing Veiligheidsmaatregelen Voorzorgsmaatregelen voor vervoer Uw notebook voorbereiden
Foto’s en pictogrammen in deze handleiding dienen alleen voor artistieke doeleinden en tonen niet wat er werkelijk in het product wordt gebruikt.
5
1 Kennismaken met de notebook
Over deze gebruiksaanwijzing
U hebt nu de gebruiksaanwijzing van de notebook voor u. Deze gebruiksaanwijzing biedt informatie over de verschillende componenten van de notebook en het gebruik van deze componenten. Dit zijn de hoofdsecties van deze gebruiksaanwijzing:
1. Kennismaken met de notebook
Hier maakt u kennis met de notebook en deze gebruiksaanwijzing.
2. Kennismaken met de onderdelen
Biedt u informatie over de componenten van de notebook.
3. Aan de slag
Maakt u wegwijs bij het eerste gebruik van de notebook.
4. De notebook gebruiken Biedt u informatie over het gebruik van de componenten van de notebook.
5. Bijlage Leert u de optionele accessoires kennen en biedt aanvullende informatie.
Opmerkingen over deze handleiding
In deze handleidingworden opmerkingen en waarschuwingen invet lettert�pe aangegeven. Houd rekening deze handleiding worden opmerkingen en waarschuwingen in vet lettert�pe aangegeven. Houd rekening met deze zaken om bepaalde taken veilig en volledig te voltooien. Het belang van deze opmerkingen is verschillend afhankelijk van het t�pe, zoals hieronder beschreven:
OPMERKING: Tips en informatie voor speciale situaties.
TIP: Tips en nuttige informatie voor het voltooien van taken.
BELANGRIJK! Vitale informatie die moet worden opgevolgd om schade aan gegevens,
onderdelen of personen te vermijden.
WAARSCHUWING! Belangrijke informatie die moet worden opgevolgd voor een veilig gebruik.
< >
Tekst die tussen < > of [ ] staat vertegenwoordigt een toets op het toetsenbord. U hoeft
[ ]
< > of [ ] en de ingesloten letters niet werkelijk te typen.
6
Kennismaken met de notebook 1
Veiligheidsmaatregelen
De volgende veiligheidsmaatregelen zullen de levensduur van de notebook verlengen. Volg alle voorzorgsmaatregelen en instructies. Laat elk onderhoud en elke reparatie over aan bevoegd personeel, tenzij anders beschreven in deze handleiding. Gebruik geen beschadigde voedingskabels, accessoires of andere randapparatuur. Gebruik geen krachtig oplosmiddelen zoals thinners, benzeen of andere chemische producten op of in de nabijheid van het oppervlak.
BELANGRIJK! Koppel de wisselstroomvoeding los en verwijder de batterijdoos/-dozen
voordat u het toestel reinigt. Veeg de notebook schoon met een propere cellulose doek of een zeemleer die met een oplossing van niet bijtend schoonmaakmiddel en enkele druppels warm water is bevochtigd en verwijder extra vocht met een droge doek.
NIET op een oneffen of onstabiel werkoppervlak plaatsen. Neem contact op met de onderhoudsdienst als de behuizing beschadigd is.
Duw NIET op het beeldscherm of raak het niet aan. Niet installeren samen met andere kleine items die krassen kunnen maken of in de notebook kunnen vallen.
NIET blootstellen aan vuil of stofrijke omgevingen. NIET gebruiken bij gaslekken.
Zet de notebook NIET op schoot of een ander lichaamsdeel, want het kan ongemak of letsel veroorzaken door de warmte.
VEILIGE TEMP: Deze notebook mag alleen worden gebruikt op plaat­sen met een omgevingstemperatuur tussen 5°C (41°F) en 35°C (95°F).
Draag of bedek een ingeschakelde notebook NIET met materiaal, zoals een draagtas, waardoor de luchtcirculatie verhinderd wordt.
Plaats GEEN objecten op de notebook, laat er niets op vallen en stop geen vreemde objecten in het apparaat.
NIET blootst ellen aan krachtige magnetische of elektrische velden.
NIET blootstellen aan of gebruiken in de nabijheid van vloeistof, regen of vocht. De modem NIET gebruiken tijdens een onweer.
Veiligheidswaarschuwing voor de batterij:
Gooi de batterij NIET in het vuur. Sluit de contacten NIET kort. Demonteer de batterij NIET.
INGANGSVERMOGEN: zie het vermogenslabel op de onderkant van de notebook en zorg ervoor dat de voedingsadapter overeenkomt met dit vermogen.
Gooi d e notebo o k NIET b i j het h uisvui l . Dit p roduct is ontw o rpen v o or correct hergebruik van de onderdelen en voor recycling. Het symbool met de doorgestreepte afvalcontainer betekent dat het product (elektrische en elektronische apparatuur en kwikhoudende knoopcellen) niet bij het gemeentelijk huisvuil mag worden geworpen.Informeer naar de plaatselijke voorschriften voor het verwijderen van elektronica.
7
1 Kennismaken met de notebook
Voorzorgsmaatregelen voor vervoer
Om de notebook voor te bereiden voor transport, moet u het apparaat UITSCHAKELEN en alle externe randapparatuur loskoppelen om schade aan de aansluitingen te voorkomen. De kop van het harde
schijfstation wordt ingetrokken wanneer de voeding wordt UITGESCHAKELD om krassen op het harde schijfoppervlak tijdens het transport te vermijden. U mag de notebook daarom niet vervoeren terwijl de voeding nog is INGESCHAKELD. Sluit het beeldschermpaneel en controleer of het veilig in de gesloten positie is vergrendeld om het toetsenbord en het beeldscherm te beschermen.
BELANGRIJK! het oppervlak van de notebook wordt snel dof als het niet goed behandeld wordt. Wrijf of kras niet over het oppervlak van de notebook.
Bedek uw notebook
Koop een draagtas om de notebook te beschermen tegen vuil, water, schokken en krassen.
Uw accu opladen
Als u wilt werken op accu vermogen, moet u ervoor zorgen dat de accu volledig is opgeladen en dat u over extra optionele batterijdozen beschikt voordat u op een lange reis gaat. Onthoud dat de voedingsadapter de accu oplaadt zolang deze op de notebook en een wisselstroombron is aangesloten. Houd ermee rekening dat het opladen van de accu veel langer duurt wanneer de notebook in gebruik is.
Voorzorgsmaatregelen voor vliegreizen
Neem contact op met uw luchtvaartmaatschappij als u de notebook op het vliegtuig wilt gebruiken. De meeste luchtvaartmaatschappijen leggen beperkingen op voor het gebruik van elektronische apparatuur. De meeste luchtvaartmaatschappijen zullen het gebruik van elektronische apparatuur alleen toestaan tijdens de vlucht en niet tijdens het opstijgen en de landing.
BELANGRIJK! Er zijn drie hoofdtypes veiligheidsapparaten op de luchthaven: Rönt­genapparaten (worden gebruikt op items die op de transportbanden worden geplaatst), magnetische detectors (worden gebruikt op mensen die door de veiligheidscontrole gaan) en magnetische staven (handbediende apparaten die op mensen of individuele items worden gebruikt). U kunt uw notebook en diskettes door de röntgenapparaten van de luchthaven laten passeren. Het is echter AF TE RADEN uw notebook of diskettes door de magnetische detectors op de luchthaven mee te nemen of uw apparatuur bloot te stellen aan de magnetische staven.
Modellen met 3G(1): Produceren radiostraling en kunnen elektrische storingen veroorzaken. Gebruik ze niet op een plaats waar dergelijke apparaten ontoelaatbaar zijn. Wees zorgvuldig bij het gebruik.
WAARSCHUWING! De 3G-functie moet uitgeschakeld worden op plaatsen met een explosieve atmosfeer, bijvoorbeeld bij benzinestations, opslagplaatsen van chemische stoffen en bij explosiewerkzaamheden.
8
(1)
(Zie het einde van paragraaf 4 voor een denitie)
Kennismaken met de notebook 1
DTV/CATV
HDMI
1
2
3
Uw notebook voorbereiden
Dit zijn enkele beknopte instructies voor het gebruik van uw notebook. Lees de pagina’s verder in deze
handleiding voor meer gedetailleerde informatie over het gebruik van uw notebook.
1. Installeer de batterij
3. Open het beeldschermpaneel
2. Sluit de voedingsadapter aan
4. Schakel de notebook IN
BELANGRIJK! Forceer het beeldschermpaneel niet omlaag op de tafel wanneer u het opent, anders kunnen de scharnieren breken!
Til de notebook nooit op bij het
beeldschermpaneel!
Met de hoofdschakelaar wordt de notebo ok IN- en UITgeschakeld of in de slaapstand of op Sluimerstand gezet. Het werkelijke gedrag van de hoofdschakelaar kan worden ingesteld via het
Conguratiescherm van Windows > Energiebeheer > Systeeminstellingen.
9
1 Kennismaken met de notebook
10
2. Kennismaken met de onderdelenKennismaken met de onderdelen
Overzicht van de notebook
Foto’s en pictogrammen in deze handleiding dienen alleen voor artistieke doeleinden en tonen niet wat er werkelijk in het product wordt gebruikt.
11
2 Kennismaken met de onderdelen
3
5 6
4
7
8
1 2
10
9
Bovenkant
Raadpleeg de onderstaande afbeelding om de onderdelen aan deze zijde van de notebook te
identiceren.
Het toetsenbord zal verschillen afhankelijk van de regio.
12
Kennismaken met de onderdelen 2
2
3
4
5
6
1
7
8
9
10
Camera (alleen bepaalde modellen) (alleen bepaalde modellen)
Met de ingebouwde camera kunt u foto’s maken of video’s opnemen. Deze camera kan worden
gebruikt bij videoconferenties en andere interactieve toepassingen.
Camera-indicator
De camera-indicator geeft aan wanneer de ingebouwde camera in gebruik is. De camera kan automatisch worden geactiveerd door ondersteunde software.
Beeldschermpaneel
De notebook maakt gebruik van een ultrascherp plat scherm dat een uitstekende weergave
biedt zoals desktopmonitoren, zonder enige schadelijke straling of ikkering, zodat uw ogen
minder worden belast.Gebruik een zachte doek zonder chemische vloeistoffen (gebruikGebruik een zachte doek zonder chemische vloeistoffen (gebruik indien nodig gewoon water) om het beeldschermpaneel te reinigen.
Statusindicators (Bovenkant)
Statusindicators geven de verschillende hardware- en softwarecondities aan. Ze worden beschreven in paragraaf 3.
Sneltoetsen
Sneltoetsen bieden u de mogelijkheid vaak gebruikte toepassingen op te starten met één druk op de knop. Details hierover worden beschreven in sectie 3.
Hoofdschakelaar
Met de hoofdschakelaar kunt u de notebook IN- en UITSCHAKELEN en in de slaapstand of op Sluimerstand zetten. Het gedrag van de hoofdschakelaar is afhankelijk van de instelling
in het Energiebeheer van het Conguratiescherm van Windows.
Toetsenbord
Het toetsenbord is voorzien van toetsen op normale grootte met een comfortabele loopdiepte (diepte tot waar de toetsen kunnen worden ingedrukt) en een polssteun voor beide handen. Er zijn twee Windows –functietoetsen voorzien die de navigatie in het Windows –besturingss�steem helpen vergemakkelijken.
Touchpad en knoppen
Het touchpad met zijn knoppen is een aanwijsapparaat dat dezelfde functies biedt als een desktopmuis. Een scrollfunctie die door de software wordt bestuurd is beschikbaar nadat u het touchpad heb ingesteld voor een gemakkelijke Windows- of webnavigatie.
Vingerafdrukscanner (bij sommige modellen)
De vingerafdrukscanner maakt het mogelijk beveiligingssoftware te gebruiken waarbij uw
vingerafdruk als identicatie dient.
Statusindicators (Bovenkant)
Statusindicators geven de verschillende hardware- en softwarecondities aan. Ze worden beschreven in paragraaf 3.
13
2 Kennismaken met de onderdelen
1
2
5
4
3
6
Onderkant
Raadpleeg de onderstaande afbeelding om de onderdelen aan deze zijde van de notebook te
identiceren.
Afhankelijk van het model kan het uiterlijk van de onderkant verschillen.
De grootte van de batterij is afhankelijk van het model.
WAARSCHUWING! De onderkant van de notebook kan zeer warm worden. Wees
voorzichtig wanneer u de notebook hanteert terwijl deze in gebruik is of recent werd
gebruikt. Hoge temperaturen zijn normaal tijdens het opladen of het gebruik. LEG DE NOTEBOOK NIET OP UW SCHOOT OF ANDERE DELEN VAN HET LICHAAM OM letsel DOOR DE WARMTE TE VOORKOMEN.
14
Kennismaken met de onderdelen 2
2
3
1
6
5
4
Geheugen (RAM)-compartiment
Het geheugencompartiment biedt uitbreidingsmogelijkheden voor extra geheugen. Het extra geheugen zal de prestaties van de toepassing verhogen door de harde schijftoegang te verlagen. De BIOS detecteert automatisch de hoeveelheid geheugen in
het systeem en congureert de CMOS overeenkomstig tijdens het POST-proces (Power-On-Self-Test).
Er is geen instelling van de hardware of software (inclusief de BIOS) vereist nadat het geheugen is geïnstalleerd. Neem contact op met een erkend onderhoudscentrum of verkoper voor informatie over de geheugenupgrade van uw notebook. Koop de uitbreidingmodules uitsluitend bij erkende verkopers van deze notebook zodat u zeker bent van een maximale compatibiliteit en betrouwbaarheid.
CPU-vak (centrale verwerkingseenheid = CVE)
Sommige modellen van de notebook beschikken over een processor in een socket zodat u in de toekomst uw notebook kunt upgraden naar een snellere processor. Sommige modellen beschikken over een ULV-ontwerp dat compacter is maar die niet kunnen worden geüpgrade. Neem contact op met een erkende onderhoudsdienst of uw verkoper voor informatie over upgrades.
BELANGRI J K ! Al s de CPU of d e harde s c h ijf door d e eindgeb r u iker wor d t verwijderd, vervalt de garantie.
Harde schijfcompartiment
De harde schijf is veilig ingesloten in een compartiment. Raadpleeg een bevoegd onderhoudscentrum of een verkoper voor informatie over het upgraden van de harde schijf van de notebook. Koop uitsluitend harde schijven bij bevoegde verkopers van deze notebook om zeker te zijn van de maximale compatibiliteit en betrouwbaarheid.
Vak voor draadloos LAN (WLAN)
Het WLAN-vak biedt ruimte voor een draadloze netwerkkaart waarmee u draadloos verbinding kunt maken met een netwerktoegangspunt of andere draadloze netwerkapparaten.
Batterijvergrendeling
Het van de accu wordt gebruikt om de accu stevig te bevestigen. Wanneer de accuwordt geïnstalleerd, wordt dit automatisch vergrendeld. Om de accu te verwijderen, moet u dit in de ontgrendelde positie houden.
Accu
De accu word t automat isch opge laden wan neer u de notebook aansluit op een wisselstroomvoedingsbron en biedt voeding aan de notebook wanneer deze niet op de wisselstroom is aangesloten. Hierdoor kunt u het apparaat verder gebruiken wanneer u zich tijdelijk verplaatst tussen locaties. De levensduur van de accu varieert afhankelijk van het
gebruik en volgens de specicaties voor deze notebook. De accu kan niet gedemonteerd
worden en moet als één eenheid worden aangeschaft.
Vak voor SIM-kaart (alleen bepaalde modellen)
Het vak voor de SIM-kaart biedt ruimte voor een mobiele SIM-kaart voor 3G-functies.
15
2 Kennismaken met de onderdelen
2.0
1 2 3 4 5 6 7 8 9
2
3
4
1
Linkerkant
Raadpleeg de onderstaande afbeelding om de onderdelen aan deze zijde van de notebook te
identiceren.
Sleuf Flashgeheugen
Normaliter moet een externe geheugenkaartlezer apart worden aangeschaft om geheugenkaarten te gebruiken zoals van een digitale camera, mp3-speler, mobiele telefoon of PDA. Deze notebook heeft een ingebouwde kaartlezer met hoge snelheid waarmee
u gemakkelijk kunt lezen van en schrijven naar verschillende ashgeheugenkaarten, zoals
verder in deze handleiding is beschreven.
Optisch station
De notebook wordt in diverse modellen met verschillende optische stations geleverd. Het optische station van de notebook kan compact discs (CD) en/of digitale videodiscs (DVD) ondersteunen en kan over capaciteiten beschikken voor het schrijven (R) of herschrijven
(RW) van schijven. Raadpleeg de marketingspecicaties voor details over elk model.
Elektronische uitwerpknop optisch station
Het optische station is voorzien van een elektronische uitwerpknop voor het openen van de lade. U kunt de lade van de optische schijf openen via een willekeurige softwarespeler of door met de rechterknop op het optische station te klikken in de map "Computer" van Windows en Uitwerpen te selecteren.
Nooduitwerpopening optisch station (locatie is van het model
afhankelijk)
De nooduitwerpopening wordt gebruikt om de lade van het optische station uit te werpen als het elektronisch uitwerpen niet werkt. Gebruik de nooduitwerpopening niet in de plaats van het elektronisch uitwerpen.
5
USB-poort (2.0/1.1)
De Universele Seriële Bus is compatibel met USB 2.0- of USB 1.1-apparaten zoals
toetsenborden, aanwijsapparaten, camera’s, harde schijven, printers en scanners die serieel
zijn aangesloten tot 12 Mbits/sec (USB 1.1) en 480Mbits/sec (USB 2.0). Met USB kunt u veel apparaten tegelijk op een enkele computer laten werken, waarbij sommige randapparaten werken als extra invoegtoepassing of hub. USB ondersteunt hot swapping (omschakelen) van apparaten zodat de meeste randapparaten kunnen worden aangesloten of losgekoppeld zonder dat de computer opnieuw moet worden opgestart.
16
Kennismaken met de onderdelen 2
6
7
8
IEEE1394-poort (alleen bepaalde modellen)
IEEE 1394 is een seriële bus met hoge snelheid zoals SCSI, maar heeft eenvoudige aansluitingen en hot-plug-capaciteiten zoals USB. De IEEE 1394-interface heeft een bandbreedte van 100-400 Mbits/sec en kan tot 63 eenheden op dezelfde bus behandelen. IEEE1394 wordt ook gebruikt in geavanceerde digitale apparatuur en moet met “DV” voor Digitale Videopoort worden gemarkeerd.
Aansluiting microfooningang
De aansluiting voor de mono microfoon (3,5mm) kan worden gebruikt om een externe microfoon of het uitgangssignaal van geluidsapparatuur aan te sluiten. Wanneer u deze aansluiting gebruikt, wordt de ingebouwde microfoon automatisch uitgeschakeld. Gebruik deze functie voor videoconferenties, gesproken verhalen of eenvoudige geluidsopnamen.
SPDIF-uitgang
Deze aansluiting maakt een verbinding met apparaten die voldoen aan SPDIF (Son�/Philips Digital Interface) voor digitale audio. U gebruikt dit om de notebook te veranderen in een
Combo
hi-installatie voor in huis.
Aansluiting hoofdtelefoonuitgang
De aansluiting voor de hoofdtelefoon (3,5mm) wordt gebruikt om het audio-uitgangssignaal van de notebook aan te sluiten op luidsprekers met versterkers of een hoofdtelefoon. Wanneer u deze aansluiting gebruikt, worden de ingebouwde luidsprekers automatisch uitgeschakeld.
9
ExpressCard
De ExpressCard-sleuf heeft 26 pinnen en ondersteunt één ExpressCard/34mm of één ExpressCard/54mm. Deze nieuwe interface is sneller door het gebruik van een seriële bus die USB 2.0 en PCI Express ondersteunt in plaats van de tragere parallelle bus van de PC-kaartsleuf. (Niet compatibel met oudere PCMCIA-kaarten.)
17
2 Kennismaken met de onderdelen
1 2
2.0
2
Rechterkant
Raadpleeg de onderstaande afbeelding om de onderdelen aan deze zijde van de notebook te
identiceren.
1
USB-poort (2.0/1.1)
De Universele Seriële Bus is compatibel met USB 2.0- of USB 1.1-apparaten zoals
toetsenborden, aanwijsapparaten, camera’s, harde schijven, printers en scanners die serieel
zijn aangesloten tot 12 Mbits/sec (USB 1.1) en 480Mbits/sec (USB 2.0). Met USB kunt u veel apparaten tegelijk op een enkele computer laten werken, waarbij sommige randapparaten werken als extra invoegtoepassing of hub. USB ondersteunt hot swapping (omschakelen) van apparaten zodat de meeste randapparaten kunnen worden aangesloten of losgekoppeld zonder dat de computer opnieuw moet worden opgestart.
Ventilatieopeningen
Door de ventilatieopening kan koele lucht de notebook binnenstromen.
BELANGRIJK! Zorg ervoor dat de ventilatieopeningen niet worden
geblokkeerd door papier, boeken, kleding, kabels of andere voorwerpen.
Het kan oververhitting veroorzaken.
18
Kennismaken met de onderdelen 2
1 2 2
Voorkant
Raadpleeg de onderstaande afbeelding om de onderdelen aan deze zijde van de notebook te
identiceren.
1
2
Infrarood poort (IrDA)(alleen bepaalde modellen)
Met de infraroodcommunicatiepoort (IrDA) is handige draadloze gegevenscommunicatie mogelijk met apparaten of computer die met infraroodzenders zijn uitgerust. Hierdoor is
een eenvoudige draadloze synchronisatie mogelijk met PDA’s of mobiele telefoons en zelfs
draadloos afdrukken naar printers. Als uw werkomgeving een IrDA-netwerk ondersteunt, kunt u overal een draadloze verbinding maken met een netwerk op voorwaarde dat er een directe lijn binnen het gezichtsbereik van een IrDA-knooppunt ligt. Kleine kantoren kunnen de IrDA­technologie gebruiken om een printer te delen tussen meerdere, dicht bij elkaar geplaatste notebooks en zelfs om bestanden naar elkaar te verzenden zonder netwerk.
Audioluidsprekers
Dankzij het ingebouwde luidsprekers�steem hoort u audio zonder dat een uitbreiding nodig is. Het multimediageluidss�steem bevat een geïntegreerde digitale audiocontroller die een rijk, levendig geluid produceert. Dat wordt nog beter met een externe hoofdtelefoon of luidspreker. De audio staat onder software besturing.
19
2 Kennismaken met de onderdelen
1
2
3
DTV/CATV
HDMI
91 2 4 5 6 7 83
2.0
Achterkant
Raadpleeg de onderstaande afbeelding om de onderdelen aan deze zijde van de notebook te
identiceren.
Antenne-ingang (alleen bepaalde modellen)
De antenne-ingang is voorzien voor het frequentiekanaal van de tv en de FM-radio (bij bepaalde modellen). Op deze ingang kunt u de bijgeleverde digitale tv/FM-antenne of de ingang van abonnementtelevisiediensten aansluiten. De bijgeleverde antenne kan digitale tv of FM-radio ontvangen. Een kabelverbinding kan digitale tv, analoge tv of FM-radio ontvangen, afhankelijk van betaalde services.
Opmerking: gebruik de bijgeleverde adapter voor gebruik met coaxiale aansluitingen.
Gelijkstroomingang (DC)
De meegeleverde voedingsadapter converteert wisselstroom naar gelijkstroom voor gebruik met deze aansluiting. De voeding die via deze aansluiting wordt geleverd, biedt stroom aan de notebook en laadt de interne batterijdoos op. Gebruik altijd de meegeleverde voedingsadapter om schade aan de notebook en de batterijdoos te voorkomen. LET OP:
KAN TIJDENS GEBRUIK WARM TOT HEET WORDEN. DENK ERAAN DAT U DE VOEDINGSADAPTER NIET AFDEKT EN UIT DE BUURT VAN UW LICHAAM HOUDT.
USB-poort (2.0/1.1)
(Zie de andere kant voor een omschrijving.)
4
5
Beeldscherm (monitor)-uitgang
De 15-pins D-sub monitorpoort ondersteunt een standaard VGA-compatibel apparaat zoals een monitor of een projector voor weergave op een groter extern beeldscherm.
HDMI
HDMI-aansluiting (alleen bepaalde modellen)
HDMI (High-Denition Multimedia Interface) is een ongecomprimeerde digitale
audio- en video-interface met een audio- en videobron, zoals een settopbox, dvd­speler of AV-ontvanger en een audio- en/of videomonitor pla�er, zoals een digitale
televisie (DTV). Ondersteunt standaard, uitgebreid en hoge-denitie video, alsmede
multikanaals digitale audio door een enkele kabel. Is geschikt voor alle ATSC-HDTV­standaarden en ondersteunt 8-kanaals digitale audio, met voldoende bandbreedte voor toekomstige uitbreidingen en eisen.
20
Kennismaken met de onderdelen 2
2.0
E-SATA
6
E-SATA & USB (2.0/1.1)-combopoort (alleen bepaalde modellen)
Met een externe SATA of eSATA kunt u een externe aansluiting van seriële ATA-apparaten tot stand brengen die oorspronkelijk waren ontworpen voor gebruik binnenin de computer. Dit t�pe aansluiting is tot zes keer sneller dan de bestaande USB 2.0 & 1394 voor externe opslagoplossingen en is ook hot­pluggable met afgeschermde kabels en aansluitingen tot twee meter. (zie “USB-poort” op de andere zijde voor een beschrijving.)
7
8
9
LAN-poort
De RJ-45 8-pins LAN-poort is groter dan de RJ-11 modempoort en ondersteunt een standaard ethernetkabel voor aansluiting op een lokaal netwerk. De ingebouwde connector maakt handig gebruik mogelijk zonder extra adapters.
Modempoort
De RJ-11 2-pins modempoort is kleiner dan de RJ-45 LAN-poort en ondersteunt een standaard telefoonkabel. De interne modem ondersteunt overdrachten van maximaal 56 K V.90. De ingebouwde connector maakt handig gebruik mogelijk zonder extra adapters.
BELANGRIJK! De geïntegreerde modem biedt geen ondersteuning voor de spanning die in digitale telefoonsystemen wordt gebruikt. Sluit de modem niet
aan op een digitaal telefoonsysteem, anders kan dit schade veroorzaken aan
de notebook.
Kensington® Lock-poort
Dankzij de Kensington® lock-poort kan de notebook worden beveiligd door middel van Kensington®-compatibele beveiligingsproducten van. De beveiligingsproducten omvatten een metalen kabel en een slot die voorkomen dat de notebook van een vast object wordt verwijderd. Sommige beveiligingsproducten kunnen ook een bewegingsdetector bevatten die een alarmsignaal weergeven wanneer de notebook wordt verplaatst.
21
2 Kennismaken met de onderdelen
22
3. Aan de Slag
Wisselstroomvoeding gebruiken Batterijvoeding gebruiken De notebook INSCHAKELEN
Het batterijvermogen controleren
Voedingsopties Energiebeheerstanden
Speciale toetsenbordfuncties Schakelaars en statusindicators
Foto’s en pictogrammen in deze handleiding dienen alleen voor artistiek doeleinden en tonen niet wat er werkelijk in het product wordt gebruikt.
23
3 Aan de Slag
DTV/CATV
HDMI
1
2
3
Voedingssysteem
Wisselstroomvoeding gebruiken
De v o e d i n g v a n d e n o t e b o o k b e s t a a t ui t twee delen : de voeding s a dapter en de batterijvoeding. De voedingsadapter converteert de wisselstroomvoeding van een wandcontactdoos naar de gelijkstroom die vereist is voor de notebook. Uw notebook wordt geleverd met een universele wisselstroom/gelijkstroomadapter. Dit betekent dat u de voedingskabel kunt aansluiten op elk 100V-120V stopcontact en elk 220V­240V stopcontact zonder dat u schakelaars hoeft in te stellen of stroomomvormers te gebruiken. Verschillende landen kunnen een adapter vereisen die moet worden gebruikt om de meegeleverde VS-standaard wisselstroomkabel aan te sluiten op een andere standaard. De meeste hotels voorzien universele stekkers om de verschillende voedingskabels en stroomspanningen te ondersteunen. We raden u aan een ervaren reiziger te raadplegen over de wisselstroomspanningen wanneer u voedingsadapters wilt meenemen naar een ander land.
U kunt reissets voor de notebook kopen die voedings- en modemadapters voor bijna elk land bevatten.
WAARSCHUWING! Sluit het netsnoer NIET aan op het stopcontact voordat
u de gelijkspa n n ingsstekker in de notebook hebt gestoken . U zou er het
voedingsapparaat mee kunnen beschadigen.
BELANGRIJK! De notebook kan beschadigd worden als u een andere adapter gebruikt om de notebook in te schakelen of als u de adapter van de notebook gebruikt om voeding te leveren aan andere elektrische apparaten. Als er rook, een brandgeur of extreme hitte uit de wisselstroom/gelijkstroomadapter komt, neem dan contact op
met een reparatiedienst. Raadpleeg altijd een reparatiedienst als u vermoedt dat de
wisselstroom/gelijkstroomadapter defect is. U kunt uw batterijdoos en de notebook beschadigen als u een defecte wisselstroom/gelijkstroomadapter gebruikt.
Deze notebook kan, afhankelijk van de regio, met een stekker met twee of met drie polen worden geleverd. Als een stekker met drie polen is geleverd, moet u een geaard wisselstroomstopcontact of een correct geaarde adapter gebruiken om een veilige
werking van de notebook te garanderen.
WAARSCHUWING! DE VOEDINGSADAPTER KAN TIJDENS GEBRUIK WARM TOT HEET WORDEN. DENK ERAAN DAT U DE ADAPTER NIET AFDEKT EN UIT DE BUURT VAN UW LICHAAM HOUDT.
Neem de stekker uit het stopcontact of schakel het stopcontact uit om het energieverbruik te verminderen als de notebook niet in gebruik is.
24
Aan de Slag 3
1
2
Batterijvoeding gebruiken
De notebook is ontwikkeld voor gebruik met een verwisselbare batterijdoos. De batterijdoos bestaat uit een set batterijcellen die samen in één behuizing zijn ondergebracht. Een volledig opgeladen batterij biedt meerdere uren batterijgebruik. Deze duur kan verder worden uitgebreid door de energiebeheerfuncties te gebruiken via de BIOS-instelling. Extra batterijdozen zijn optioneel en kunnen afzonderlijk worden aangeschaft bij een verkoper van notebooks.
De batterijdoos installeren en verwijderen
De batterijdoos van de notebook kan al dan niet zijn geïnstalleerd bij de levering. Als de batterijdoos nog niet is geïnstalleerd in uw notebook, gaat u als volgt te werk om deze te installeren.
BELANGRIJK! Probeer nooit de batterijdoos te verwijderen terwijl de notebook is INGESCHAKELD aangezien dit kan resulteren in het verlies van uw werkgegevens.
De batterijdoos monteren:
BELANGRIJK! Gebruik uitsluitend batterijdozen en voedingsadapters die met deze
notebook zijn geleverd of speciek zijn goedgekeurd door de fabrikant of de verkoper voor gebruik met dit middel, anders kan uw notebook beschadigd worden.
De batterijdoos verwijderen:
Batterijonderhoud
De batterijdoos van de notebook kan, net als alle andere oplaadbare batterijen, slechts een beperkt aantal maal opnieuw worden opgeladen. Als de batterij elke dag eenmaal volledig wordt opgebruikt en opnieuw opgeladen, zal deze een levensduur hebben van minstens één jaar. De levensduur van de batterijdoos is afhankelijk van de omgevingstemperatuur, de vochtigheid en het gebruik van de notebook. Een ideale situatie is dat de batterij wordt gebruikt in een temperatuurbereik tussen 5°C en 35°C (41°F en 95°F). U moet er ook rekening mee houden dat de interne temperatuur van de notebook hoger is dan de externe temperatuur. Elke temperatuur boven of onder dit bereik zal de levensduur van de batterij korter maken. De gebruiksduur van de batterijdoos zal echter altijd afnemen na verloop van tijd. Daarna zult u een nieuwe batterijdoos moeten aanschaffen bij een erkende verkoper van notebooks. Omdat batterijen ook een opslaglevensduur hebben, is het niet aanbevolen voorraad op te slaan van extra batterijen.
WAARSCHUWING! Om veiligheidsredenen mag de batterij NIET in het vuur
worden gegooid, mogen de contacten NIET worden kortgesloten en mag de batterij NIET worden gedemonteerd. Werkt de batterij niet goed meer, zet dan de notebook UIT en neem contact op met een bevoegd reparatiecentrum.
25
3 Aan de Slag
De notebook INSCHAKELEN
Wanneer u de notebook INSCHAKELT verschijnt het bericht voor het INSCHAKELEN op het scherm. Indien nodig, kunt u de helderheid met behulp van de sneltoetsen aanpassen. Als u de BIOS-instelling moet
uitvoeren om de systeemconguratie in te stellen of te wijzigen, drukt u tijdens het opstarten op [F2] om de BIOS Setup te openen. Als u tijdens de weergave van het splash-scherm op de toets [Tab] drukt, kunt u de standaard opstartinformatie zoals de BIOS-versie, weergeven. Druk op [ESC] en een opstartmenu met
de selecties van de beschikbare stations waarvan kan worden opgestart, wordt weergegeven.
Vóór het opstarten zal het beeldschermpaneel knipperen wanneer de voeding is
INGESCHAKELD. Dit maakt deel uit van de testroutine van de notebook en wijst niet
op een probleem met het beeldscherm.
BELANGRIJK! Om de harde schijf te beschermen moet u altijd minstens 5 seconden wachten nadat u uw notebook hebt UITGESCHAKELD voordat u het apparaat opnieuw
INSCHAKELT.
WAARSCHUWING! Draag of bedek een ingeschakelde notebook NIET met materiaal, zoals een draagtas, waardoor de luchtcirculatie verhinderd wordt.
De zelftest bij inschakelen (Power-On Self Test, POST)
Wanneer u de notebook INSCHAKELT, worden eerst een reeks softwarematig bestuurde diagnostische tests uitgevoerd. Dit proces wordt POST (Power-On Self Test) genoemd. De software die de POST bestuurd wordt geïnstalleerd als een permanent onderdeel van de architectuur van de notebook. De POST bevat een record
van de hardwareconguratie van de notebook. Deze record wordt gebruikt om een diagnostische controle
van het s�steem uit te voeren. Deze record wordt gemaakt door gebruik te maken van het programma BIOS Setup. Als de POST een verschil tussen de record en de bestaande hardware ontdekt, wordt een bericht
weergegeven op het scherm met de vraag het conict op te lossen door BIOS Setup uit te voeren. In de
meest gevallen zou deze record correct moeten zijn op het ogenblik dat u de notebook ontvangt. Wanneer de test voltooid is, kunt u een bericht krijgen met de melding “Geen besturingss�steem gevonden”. Dit kan zich voordoen als er vooraf geen besturingss�steem werd geïnstalleerd op de harde schijf. Dit geeft aan dat de harde schijf correct is gedetecteerd en klaar is voor de installatie van een nieuw besturingss�steem.
Technologie voor zelfcontrole en rapportering
S.M.A.R.T. (Self Monitoring and Reporting Technolog� = zelfbewakende en rapporteringstechnologie) controleer het harde schijfstation tijdens de POST en toont een waarschuwingsbericht als de harde schijf onderhoud of reparatie nodig heeft. Als een kritieke waarschuwing over de harde schijf wordt weergegeven tijdens het opstarten, maak dan onmiddellijk een back-up en voer de schijfcontrole van Windows uit. Om het schijfcontroleprogramma van Windows uit te voeren, doet u het volgende: Klik op Starten > selecteer Computer > klik met de rechtermuisknop
op het pictogram van een harde schijf > kies Eigenschappen > klik op het tabblad Extra > klik op Nu controleren > klik op Start. U kunt ook “Sectoren scannen”
selecteren voor een effectievere scan en reparatie, maar dat proces is veel trager.
BELANGRIJK! Als er nog steeds waarschuwingen verschijnen tijdens het opstarten, nadat u het hulpprogramma voor de schijfcontrole hebt uitgevoerd, moet u uw notebook terugbrengen voor reparatie. Als u de notebook toch verder blijft gebruiken, kan dit
resulteren in gegevensverlies.
26
Aan de Slag 3
Het batterijvermogen controleren
Het batterijs�steem implementeert de Smart Batter�-standaard onder de Windows-omgeving, waarmee de batterij nauwkeurig het resterende vermogenspercentage in de batterij nauwgezet weergeeft. Een volledig opgeladen batterijdoos levert enkele uren werkvermogen voor de notebook. Het werkelijke cijfer kan echter variëren afhankelijk van de manier waarop u de energiebesparingsfuncties gebruikt, uw algemene werkgewoonten, de CPU, de grootte van het s�steemgeheugen en de grootte van het beeldschermpaneel.
D e o n d e r s t a a n d e
schermafbeeldingen zijn slechts voorbeelden die wellicht verschillen
van wat u in uw systeem ziet.
U ziet een waarschuwi n g als
het batterijve r m o gen laag is.
Negeert u deze waarschuwingen,
dan zal de notebook uiteindelijk
uitschakelen (De standaard van
Windows gebruikt STR).
Klik met de linkermuisknop op het batterijpictogram.
WAARSCHUWING! Stand-by naar RAM (Suspend-to-RAM, STR) duurt niet lang als de batterij leeg is. Stand-by naar schijf (Suspend-to-Disk,STD) is niet hetzelfde als voeding
UITSCHAKELEN. STD vereist een kleine hoeveelheid stroom en zal mislukken als er
geen stroom beschikbaar is door het feit dat de batterij volledig leeg is of dat er geen
voeding is (bijv. door zowel de voedingsadapter als de batterijdoos te verwijderen).
Klik met de rechtermuisknop op het batterijpictogram.
Beweeg de cursor over het batterijpictogram zonder voedingsadapter.
Beweeg de cursor over het batterijpictogram met voedingsadapter.
De batterijdoos opladen
U moet de batterijdoos opladen voordat u uw notebook onderweg kunt gebruiken. Zodra de notebook op een externe voedingsbron is aangesloten via de voedingsadapter, wordt het opladen van de batterijdoos gestart. Laat de batterijdoos volledig opladen voordat u deze voor de eerste maal gebruikt. Een nieuwe batterijdoos moet volledig worden opgeladen voordat u de notebook loskoppelt van de externe voeding. Het volledig opladen van de batterij duur enkele uren wanneer de notebook is UITGESCHAKELD en kan tweemaal zo lang duren wanneer de notebook is INGESCHAKELD. Het laadlampje van de batterij wordt UITGESCHAKELD wanneer de batterijdoos is opgeladen.
De batterij begint met opladen wanneer het resterende vermogen van de batterij onder
95% daalt. Dit voorkomt dat de batterij vaak wordt opgeladen. Door de oplaadcycli tot een minimum te beperken, wordt de levensduur van de batterij verlengd.
OPMERKING: Het opladen van de batterij wordt gestopt als de temperatuur of de batterijspanning te hoog is.
WAARSCHUWING! Laat de batterijdoos niet ontladen achter. Op de duur zal deze zijn lading verliezen. Als u de batterijdoos niet gebruikt, moet u deze eens in de drie maanden opladen om de levensduur te verlengen. Doet u dat niet, dan zult u de
batterijdoos in de toekomst niet meer kunnen opladen.
27
3 Aan de Slag
Voedingsopties
Met de hoofdschakelaar kunt u de notebook AAN- en UITZETTEN en de notebook in de slaapstand of op Sluimerstand zetten. Het werkelijke gedrag van deze schakelaar kunt u instellen in de opties voor
“Energiebeheer” in het Conguratiescherm van Windows.
Voor andere opties “Andere gebruiker, Opnieuw opstarten, Slaapstand of Afsluiten” klikt u op het pijltje naast het slotpictogram.
Hardwarematig of softwarematig opnieuw opstarten
Nadat u wijzigingen hebt aangebracht aan uw besturingss�steem, kunt u worden gevraagd het s�steem opnieuw op te starten. Sommige installatie­processen zullen een dialoogvenster weergeven dat kan worden gebruikt om opnieuw op te starten. Om het s�steem handmatig opnieuw op te starten kiest u Opnieuw opstarten.
BELANGRIJK! Om de harde schijf te beschermen moet u altijd minstens 5 seconden wachten nadat u uw notebook hebt UITGESCHAKELD voordat u het apparaat opnieuw
INSCHAKELT.
Nooduitschakeling
Als uw besturingss�steem niet correct kan worden UITGESCHAKELD of niet opnieuw kan worden opgestart, zijn er twee andere manieren om uw notebook uit te schakelen:
De voedingsknop gedurende 4 seconden ingedrukt houden.
B E L A N G R I J K ! G e b r u i k d e
nooduitschakeling niet terwijl gegevens worden geschreven aangezien dit kan
resulteren in verlies of vernietiging van uw gegevens.
28
Aan de Slag 3
Energiebeheerstanden
De notebook heeft een aantal automatische of aanpasbare energiebesparingsfuncties waarmee u de maximale levensduur van de batterij kunt benutten en de totale eigendomskosten (TCO) kunt verlagen. Sommige van deze functies kunnen via het menu Power in de BIOS Setup worden beheerd. De instellingen voor het ACPI-energiebeheer kunnen via het besturingss�steem worden aangepast. De functies voor het energiebeheer zijn ontwikkeld om zoveel mogelijk stroom te besparen door de componenten zo vaak mogelijk in een lage verbruiksstand te plaatsen maar op aanvraag de volledige werking toe te staan.
De slaapstand en Sluimerstand
De instel lingen voor het energi ebehee r vindt u in Windows > Conguratiescherm > Energiebeheer. Onder Systeeminstellingen vindt
u “Slaapstand/Sluimerstand” of “Afsluiten” voor het afsluiten van het beeldscherm of het indrukken van de hoofdschakelaar. “Slaapstand” en “Sluimerstand” besparen energie als de notebook niet in gebruik is doordat sommige onderdelen worden uitgeschakeld. Wanneer u uw werk hervat, zal uw laatste status (zoals een document dat halverwege omlaag werd gescrolld of een e-mail die half is ingevoerd) opnieuw verschijnen alsof u het scherm nooit hebt verlaten. “Afsluiten” zal alle toepassingen sluiten en u vragen of u uw werk wilt opslaan als dat nog niet gebeurd is.
Slaapstand” s hetzelfde als Stand-b� naar RAM (STR). Deze functie slaat uw huidige gegevens en status op in het RAM-geheugen terwijl meerdere onderdelen zijn UITGESCHAKELD. Omdat RAM een vluchtig geheugen is, is er voeding nodig om de gegevens te behouden (vernieuwen). Klik op Starten en op het pijltje naast het slotpictogram om deze optie te zien.
U kunt ook de sneltoets [Fn F1] gebruiken om deze modus te activeren. U herstelt met een willekeurige toets behalve [Fn]. (OPMERKING: de
voedingsindicator knippert in deze stand.)
Sluimerstand” is hetzelfde als Stand-b� naar schijf (STD) en slaat uw huidige gegevens en status op naar de harde schijf. Hierdoor hoeft het RAM-geheugen niet periodiek worden vernieuwd en wordt het energieverbruik aanzienlijk verlaagd, maar niet volledig uitgeschakeld omdat bepaalde activeringselementen zoals LAN, voeding moeten blijven krijgen. “Sluimerstand” bespaart meer energie in vergelijk met “Slaapstand”. Klik op Starten en op het pijltje naast het slotpictogram om deze optie te zien. door de hoofdschakelaar in te drukken. (OPMERKING: de voedingsindicator is UIT in deze modus.)
U herstelt
Beheer thermische energie
Er zijn drie methoden voor energiebeheer om de thermische status van de notebook te beheren. Dit
energiebeheer kan niet door de gebruiker worden gedenieerd en moet bekend zijn in het geval de notebook
naar een van deze statussen gaat. De volgende temperaturen staan voor de temperatuur van de behuizing (niet van de CPU).
• De ventilator wordt INGESCHAKELD voor een actieve koeling wanneer de temperatuur
de hoogste veiligheidslimiet bereikt.
• De CPU-snelheid neemt af voor passieve koeling wanneer de temperatuur de hoogste
veiligheidslimiet overschrijdt.
• Het s�steem wordt uitgeschakeld voor kritieke koeling wanneer de temperatuur de maximale hoogste
veiligheidslimiet overschrijdt.
29
Loading...
+ 65 hidden pages