Fabrikant: InFocus Corporation, 27700B SW Parkway Ave. Wilsonville, Oregon
97070, Verenigde Staten
Europees kantoor: Strawinskylaan 585, 1077 XX Amsterdam, Nederland
Wij verklaren geheel onder eigen verantwoordelijkheid dat de projector conform
onderstaande richtlijnen en normen is:
EMC-richtlijn 89/336/EEG, gewijzigd door 93/68/EEG
EMC: EN 55022
EN 55024
EN 61000-3-2
EN 61000-3-3
Laagspanningsrichtlijn 73/23/EEG, gewijzigd door 93/68/EEG
Veiligheid: EN 60950: 2000
juli 2003
Handelsmerken
Apple, Macintosh en PowerBook zijn handelsmerken of gedeponeerde
handelsmerken van Apple Computer, Inc. IBM is een handelsmerk of gedeponeerd
handelsmerk van International Business Machines, Inc. Microsoft, PowerPoint en
Windows zijn handelsmerken of gedeponeerde handelsmerken van Microsoft
Corporation. Adobe en Acrobat zijn handelsmerken of gedeponeerde handelsmerken
van Adobe Systems Incorporated. Digital Light Processing is een handelsmerk of
gedeponeerd handelsmerk van Texas Instruments. InFocus en LP zijn handelsmerken
of gedeponeerde handelsmerken van InFocus Corporation.
FCC-waarschuwing
Deze apparatuur is getest op en voldoet aan de limieten van een digitaal apparaat
van klasse A, krachtens deel 15 van de FCC-voorschriften. Deze limieten zijn
bestemd om redelijke bescherming tegen gevaarlijke storingen te bieden wanneer de
apparatuur wordt gebruikt in een commerciële omgeving. Deze apparatuur
genereert en gebruikt radiofrequentie-energie, kan deze energie uitstralen, en kan,
indien niet geïnstalleerd in overeenstemming met de handleiding, gevaarlijke
storingen van de radiocommunicatie veroorzaken. Het gebruik van deze apparatuur
in een woongebied kan schadelijke storingen veroorzaken, in welk geval de
gebruiker verplicht is de storing op eigen kosten te verhelpen.
EN 55022-waarschuwing
Dit is een product van klasse A. In een huiselijke omgeving kan dit product
radiostoring veroorzaken, in welk geval de gebruiker wellicht verplicht is afdoende
maatregelen te nemen. Het typische gebruik van dit product is in een
vergaderruimte, vergaderzaal of auditorium.
Canada
Dit digitale apparaat van klasse A voldoet aan Canadese norm ICES-003.
Waarschuwing inzake afstandsbediening
Product van laserstralingsklasse II; golflengte 650 nm; maximaal uitgangsvermogen
1 mW. De afstandsbediening voldoet aan de toepasselijke vereisten van
21 CFR 1040.10 en 1040.11. De afstandsbediening voldoet aan de toepasselijke
vereisten van EN 60 825-1: 1994 +A11.
Kijk nooit in de laserstraal die uit de bovenzijde
van de afstandsbediening straalt.
2
Inhoudsopgave
Als u ervaring heeft met het opstellen van presentatiesystemen, kunt u
gebruik maken van de kaart met beknopte installatie-instructies die in de doos
Inleiding5
Een computer aansluiten6
Vereiste computeraansluitingen6
Een computerbeeld weergeven7
Eerste gebruik van projector met Windows 988
Beeld afstellen10
Een videoapparaat aansluiten11
Een videobeeld weergeven12
De projector uitschakelen14
Problemen met installatie oplossen14
zit. Complete details over de aansluiting en bediening van de projector
vindt u in deze handleiding. Elektronische versies van deze handleiding in
diverse talen staan op de bijgeleverde cd en op onze website.
De website bevat ook technische specificaties (een interactieve
beeldgroottecalculator, laptop-activeeropdrachten, pinouts van de
connectors, een verklarende woordenlijst, het productinformatieblad), een
webwinkel met accessoires en een pagina voor online registratie. Zie de
achterkaft aan de binnenkant voor een lijst van alle contactnummers en
relevante webadressen.
Belangrijke voorzorgsmaatregel bij bediening
Plaats de projector niet op een tafelkleed of andere zachte bedekking die de
ventilatiegaten kan blokkeren. De inlaatventilatiegaten bevinden zich aan
de linker-, voor- en achterzijde van de projector.
Gebruik van de toetsen op het toetsenpaneeltje22
Gebruik van de afstandsbediening23
Gebruik van geluid24
Computerbeelden optimaliseren25
Presentatiefuncties25
Videobeelden optimaliseren26
De projector afstemmen op uw behoeften26
Gebruik van de menu’s27
Menu Picture28
Menu Settings31
bevinden zich aan de rechterzijde van de projector. In het onwaarschijnlijke
geval dat de lamp breekt, moet u alle voedingsmiddelen wegwerpen en de
omgeving langs de rechterzijde vande projector grondig reinigen.
Geen objecten langs de rechterzijde van de projector plaatsen
De uitlaatventilatiegaten
Onderhoud34
Lens reinigen34
Projectielamp vervangen35
Bijlage37
Accessoires37
Rood ledje en projectorfouten38
Grootte van geprojecteerde beeld38
0,6 m
3
4
Inleiding
Uw nieuwe digitale projector biedt voortreffelijke prestaties in een vorm en
formaat die op de mobiele professionele gebruiker zijn afgestemd. De
projector past gemakkelijk in een laptoptas en wordt snel tot een
presentatieomgeving omgetoverd. Het apparaat wordt vlot aangesloten en
is gemakkelijk te gebruiken en te onderhouden.
Onderdelen en kenmerken van de projector
toetsenpaneeltje
infraroodontvanger
voor afstandsbediening
projector
audiokabeladapter
lensdop*
afstandsbediening
computerkabel
adapter S-Video
naar composite
* de lensdop en het bijbehorende koordje zijn verpakt met de kabels. Steek het
koordje in het kleine oogje onder de lens wanneer u de projector uitpakt.
audiokabel
documentatie
netsnoer
SCART-adapter
S-Video-kabel
beschermhoes
releaseknop voor voetje
zoom
lensdop
connectors
scherpstelling
computerS-Videoaudio (geluid)
netsnoer
5
Een computer aansluiten
Vereiste computeraansluitingen
Steek het zwarte uiteinde van de computerkabel in de Computer in-
connector van de projector. Steek het blauwe uiteinde in de videopoort
(VGA) van de computer. Als u een desktopcomputer gebruikt met één
VGA-poort, moet u eerst de monitor van de videopoort van de computer
loskoppelen.
Sluit het zwarte netsnoer aan op de connector aan de zijkant van de
projector en op een stopcontact.
Het aan/uit-ledje op het toetsenpaneeltje van de projector brandt nu
continu groen en de ventilatie springt aan.
OPMERKING: Gebruik altijd het netsnoer dat met de projector is geleverd.
computerkabel aansluiten
netsnoer aansluiten
Optionele computeraansluitingen
Als u dia's in een PowerPoint™ presentatie met de afstandsbediening wilt
doorlopen (afspelen), steekt u de USB-stekker van de computerkabel in de
USB-muispoort van uw computer. De installatie van USB-stuurprogramma’s
is vereist om de USB-functie te kunnen gebruiken. Zie pagina 9 voor meer
informatie.
Als u uw presentatie met geluid wilt afspelen, sluit u de audiokabel aan op
uw computer en op de computer-Audio In-connector van de projector.
USB-stekker van computerkabel
aansluiten
audiokabel aansluiten
6
Een computerbeeld weergeven
Verwijder de lensdop.
lensdop verwijderen
Druk op de Power -toets boven op de projector.
Het ledje flitst groen. Wanneer de lamp aangaat, verschijnt het
opstartscherm en brandt het ledje continu groen. Het kan een minuut duren
voordat het beeld helemaal helder is.
? Geen opstartscherm? Zie pagina 15 voor hulp.
Zet uw computer aan.
Het beeld van de computer verschijnt op het projectiescherm. Verschijnt het
beeld niet, druk dan op de Source-toets op het toetsenpaneeltje van de
projector.
Zorg dat de poort voor externe video op uw laptop actief is.
Op veel laptopcomputers wordt de poort voor externe video niet
automatisch ingeschakeld als een projector wordt aangesloten. Zie de
documentatie bij uw computer voor informatie over de voor uw computer
specifieke activeeropdrachten. Sommige laptopcomputers gebruiken
bijvoorbeeld de toetsencombinatie FN + F5 om het externe scherm aan en
uit te zetten.
? Geen computerbeeld? Druk op de Auto Image-toets op het
toetsenpaneeltje. Zie pagina 16 voor hulp.
Power-toets indrukken
computer aanzetten
source
poort voor externe video
op laptop activeren
7
Eerste gebruik van projector met Windows 98
De eerste keer dat u een computer die Windows 98 heeft draaien, op de
projector aansluit, herkent de computer de projector als ‘nieuwe hardware’
en verschijnt de wizard Nieuwe Hardware. Volg onderstaande instructies
om met behulp van de wizard het juiste stuurprogramma te laden (het
stuurprogramma is geïnstalleerd met uw Windows besturingssysteem).
Als u Windows 2000, Windows ME of Windows XP heeft draaien, slaat u
deze stappen over en gaat u onmiddellijk naar ‘Beeld instellen’ op
pagina 10.
a Klik op Next (Volgende) om naar het stuurprogramma te zoeken.
b Zorg dat ‘Naar het beste stuurprogramma zoeken’ is geselecteerd. Klik
vervolgens op Next.
a
b
c Schakel alle afgevinkte selectievakjes uit en klik vervolgens op Next.
Windows vindt automatisch de locatie van het stuurprogramma. Als dit
stuurprogramma is verwijderd, laadt u het opnieuw vanuit de cd met uw
Windows besturingssysteem.
d Als Windows het stuurprogramma vindt, kunt u het installeren. Klik
op Next.
c
d
8
Sla deze pagina over als u de USB-stekker van de computerkabel niet
heeft aangesloten. De USB-aansluiting maakt het mogelijk om tijdens
presentaties dia’s af te spelen en software voor het regelen van de
projector te gebruiken.
Voor Windows 98:
•Als u de USB-kabel heeft aangesloten, verschijnt de wizard Nieuwe
hardware nogmaals. De installatie van USB-stuurprogramma's is
vereist om de USB-functie te kunnen gebruiken.
•De Wizard start driemaal op.
De eerste maal wordt een USB composite device gevonden.
De tweede maal wordt een USB human interface device (voor het
toetsenbord) gevonden.
De derde maal wordt een USB human interface device (voor de muis)
gevonden.
Voor Windows 2000, Windows ME en Windows XP:
•De USB-stuurprogramma’s worden automatisch geïnstalleerd.
9
Beeld afstellen
Stel zo nodig de hoogte van de projector bij. Druk hiervoor op de
releaseknop om het voetje uit te schuiven.
hoogte afstellen
releaseknop
Plaats de projector op de gewenste afstand van het scherm in een hoek van
90 graden ten opzichte van het scherm.
Zie pagina 38 voor een tabel met schermgrootten en corresponderende
schermafstanden.
Draai aan het lipje van de zoominstelling of het wiel van de scherpstelling
totdat het beeld de gewenste grootte en scherpte heeft.
Als het beeld geen rechthoek is, stelt u de keystonecorrectie bij met de
toetsen van het toetsenpaneeltje.
Druk op de bovenste Key s tone-toets om het bovenste gedeelte van het
beeld te verkleinen en druk op de onderste Keystone-toets om het onderste
gedeelte te verkleinen.
Stel het contrast en de helderheid bij in het menu Picture.
Zie pagina 27 voor hulp met de menu’s.
afstand afstellen
zoom en scherpstelling
keystonecorrectie
contrast of helderheid afstellen
zoom
scherpstelling
10
Een videoapparaat aansluiten
Standaard videoaansluitingen
Steek de connector van de S-Video-kabel in de S-Video-out-connector van
het videoapparaat. Steek de andere connector in de S-Video-connector van
de projector.
Steek de witte connector van de audioadapter in de linker Audio Outconnector van het videoapparaat en steek de rode connector in de rechter
Audio Out-connector van het videoapparaat.
Sluit de audiokabel aan op het andere uiteinde van de audiokabeladapter
en in de Audio In-connector van de projector.
Sluit het zwarte netsnoer aan op de connector aan de zijkant van de
projector en een stopcontact. Het aan/uit-ledje op het toetsenpaneeltje
brandt nu continu groen en de ventilatie springt aan.
OPMERKING: Gebruik altijd het netsnoer dat bij de projector is
meegeleverd.
Optionele videoaansluitingen
Als het videoapparaat gebruik maakt van een composite video-connector,
sluit u een composite video-kabel (afzonderlijk verkrijgbaar) aan op de
composite-connector van het videoapparaat en op de S-Video-adapter. Sluit
de S-Video-adapter aan op de S-Video-connector van de projector. Gebruik
de audiokabels zoals hierboven beschreven.
S-Video-kabel en audiokabel
en -adapter aansluiten
netsnoer aansluiten
composite video-kabel en S-Video-adapter
en audiokabel en adapter aansluiten
11
Een videobeeld weergeven
Verwijder de lensdop.
lensdop verwijderen
Druk op de Power -toets boven op de projector.
Het ledje flitst groen. Wanneer de lamp aangaat, verschijnt het
opstartscherm en brandt het ledje continu groen. Het kan een minuut duren
voordat het beeld helemaal helder is.
? Geen opstartscherm? Zie pagina 15 voor hulp.
Sluit het videoapparaat aan en zet het aan.
? Geen videobeeld? Druk op de Source- of Auto Image-toets op het
toetsenpaneeltje. Zie pagina 15 voor hulp.
Stel de hoogte van de projector bij. Druk hiervoor op de releaseknop om het
voetje uit te schuiven.
Plaats de projector op de gewenste afstand van het scherm in een hoek van
90 graden ten opzichte van het scherm. Zie pagina 38 voor een tabel met
schermgrootten en corresponderende schermafstanden.
Power-toets indrukken
videoapparaat aanzetten
source
hoogte afstellen
releaseknop
afstand afstellen
12
Draai aan het lipje van de zoominstelling of aan het wiel van de
scherpstelling totdat het beeld de gewenste grootte en scherpte heeft.
zoom en scherpstelling
zoom
scherpstelling
Als het beeld geen rechthoek is, stelt u de keystonecorrectie bij met de
toetsen van het toetsenpaneeltje. Druk op de bovenste Keystone -toets om
het bovenste gedeelte van het beeld te verkleinen en druk op de onderste
Key stone -toets om het onderste gedeelte te verkleinen.
Regel het volume op het toetsenpaneeltje.
Stel contrast, helderheid, kleur en tint bij in het menu Picture.
Zie pagina 27 voor hulp met de menu’s.
keystonecorrectie
volumeregeling
menu Picture instellen
13
De projector uitschakelen
Problemen met installatie oplossen
De projector geeft na 30 minuten zonder bronactiviteit automatisch een leeg
scherm te zien. Dit spaart de levensduur van de projector. Het beeld
verschijnt opnieuw wanneer bronactiviteit wordt waargenomen of wanneer
een toets op de afstandsbediening of het toetsenpaneeltje wordt ingedrukt.
Schermbeveiliging (Screen Save)
U kunt het tijdsinterval dat verstrijkt voordat het lege scherm verschijnt,
veranderen onder Settings > System. Zie pagina 32. Er zijn zes intervallen,
variërend van vijf tot dertig minuten in stappen van vijf minuten.
Energiebesparing (Power Save)
De projector beschikt ook over een energiebesparingsfunctie (Power Save)
die, indien ingeschakeld, automatisch de lamp uitzet nadat er 20 minuten
geen signaal is waargenomen. Na nog eens 10 minuten zonder signaal,
schakelt de projector zichzelf uit. Als een actief signaal wordt ontvangen
voordat de projector zichzelf uitschakelt, verschijnt het beeld. Nadat er
30 minuten zijn verstreken, moet u op de Power-toets drukken om een
beeld weer te geven. Als energiebesparing is ingeschakeld, is
schermbeveiliging (Screen Save) uitgeschakeld. Zie pagina 31.
Projector uitzetten
Om de projector uit te zetten, drukt u op de Pow er-toets. Vervolgens
bevestigt u dat u de projector wilt uitzetten door de Power-toets nogmaals
binnen drie (3) seconden in te drukken. U kunt de uitschakeling annuleren
door de Power-toets geen tweede keer in te drukken. De lamp gaat uit en
het ledje knippert 1 minuut groen. Als de lamp is afgekoeld, brandt het ledje
groen. Haal de stekker van het netsnoer uit het stopcontact om de projector
volledig uit te schakelen.
Als het geprojecteerde beeld er correct uitziet, gaat u onmiddellijk naar het
volgende gedeelte (pagina 23). Als dat niet het geval is, probeert u om het
probleem te verhelpen.
Het ledje boven op de projector duidt op de status van de projector en kan u
helpen om het probleem op te lossen.
Tabel 1: Activiteit van ledje en betekenis
Kleur/activiteit van ledjeBetekenis
continu groenDe projector is aangesloten, of de projector is
knippert groenEr is op de Power-toets gedrukt en de software
knippert rood
zie pagina 38 voor meer informatie
continu roodEen niet-identificeerbare fout: neem contact op
aangezet en de software is geïnitialiseerd, of de
projector is uitgezet.
wordt geïnitialiseerd of de projector wordt
uitgeschakeld.
Ventilator- of lampstoring. Zorg dat de
ventilatiegaten niet zijn geblokkeerd (zie
pagina 20). Zet de projector uit en wacht één (1)
minuut. Zet de projector vervolgens opnieuw aan.
Als het bericht ‘Replace Lamp’ verschijnt, moet u
de lamp vervangen en de lamptimer resetten.
Neem contact op met de technische
ondersteuning als het probleem niet is verholpen
met de technische ondersteuning.
.
De volgende tabellen bevatten de meest voorkomende problemen. In
sommige gevallen is er meer dan een oplossing. Probeer de oplossingen in
de opgegeven volgorde. Als het probleem aanhoudt, gaat u naar de
volgende oplossing, enzovoort.
14
Problemen met bron oplossen
Probleem OplossingResultaat
Geen opstartscherm
Alleen het opstartscherm verschijnt
A
startup
screen
Sluit het netsnoer aan en druk op de Powertoets. Verwijder de lensdop.
source
Druk op de Source-toets
Activeer de poort voor externe video op de
laptop
of start
de laptop
opnieuw
op
Correct beeld
startup
screen
Computerbeeld wordt geprojecteerd
A
A
15
Geen computerbeeld, alleen de woorden ‘Signal out
of range’ (signaal buiten bereik)
Verander de vernieuwingsfrequentie van de
computer onder Configuratiescherm >
Beeldscherm > Instellingen >
Geavanceerd > Adapter (locatie is
afhankelijk van besturingssysteem)
Computerbeeld wordt geprojecteerd
A
Signal out of
range
Het kan zijn dat u ook een andere
resolutie op uw computer moet instellen,
zoals op de volgende pagina te zien is
16
A
A
Beeld is vaag of afgesneden
AA
A
Stel de beeldschermresolutie van uw
computer in op de native resolutie van de
projector (Start > Instellingen >
Configuratiescherm > Beeldscherm >
tabblad Instellingen, selecteer 1024x768)
Bij een laptop
schakelt u het
scherm van de
laptop uit of zet
u de modus voor
dubbel beeldscherm
aan
Beeld is scherp en niet afgesneden
A
Afstandsbediening doorloopt de PowerPoint dia's
niet
X
Sluit de computerkabel aan (pagina 6) en
laad daarna zo nodig de USBstuurprogramma’s (pagina 8)
Controleer de batterijen in de
afstandsbediening
17
Afstandsbediening doorloopt de dia's,
zie pagina 23 voor informatie over de
afstandsbediening
Problemen met projector oplossen
Probleem OplossingResultaat
Beeld is geen rechthoek
Randen van videobeeld zijn vervormd
AB
Beeld is niet scherp
Stel de keystonecorrectie in op het
toetsenpaneeltje
Schakel Overscan in onder Picture >
Advanced
Stel de scherpte (Sharpness) bij onder
Picture > Advanced
Beeld is een rechthoek
Correct beeld
AB
Correct beeld
ABAB
AB
18
Beeld past niet op 16:9 scherm
Verander de hoogte-breedteverhouding in
16:9 onder Picture > Aspect Ratio
Correct beeld
Spiegelbeeld
Schakel Rear (projectie achter scherm) uit
onder Settings > System
A
Videobeeld ‘gebroken’ en gefragmenteerdVerander de videostandaard onder
Picture > Advanced
A
A
B
B
19
Correct beeld
AB
Correct beeld
AB
Geprojecteerde kleuren komen niet overeen
met bron
Stel de kleurtemperatuur, de kleurruimte,
het kleurbeheer, de helderheid en het
contrast bij onder Picture en Advanced.
Stel ook de kleur en de tint bij (alleen
videobronnen).
Correct beeld
COLOR
Lamp gaat niet aan (pagina 14)
knippert
rood
Zorg dat de ventilatiegaten niet zijn
geblokkeerd; laat de projector één (1)
minuut afkoelen
COLOR
Koppel de projector los; wacht één (1)
minuut; sluit de projector opnieuw aan en
zet hem aan: lamp gaat branden
startup
screen
20
Lamp gaat niet aan (pagina 14)
knippert
rood
Lamp moet worden vervangen (pagina 35)Lamp gaat aan
startup
screen
Beeld is niet gecentreerd op het scherm
Dit product wordt geleverd met een beperkte garantie. De garantie kan bij
uw verkooppunt worden verlengd. Als u de projector retourneert voor
reparatie, raden wij aan om het apparaat in de originele verpakking op te
sturen of het te laten inpakken door een deskundige pakjesdienst voor
Verplaats projector, stel zoom bij, stel
hoogte bij
zoom
Stel horizontale of verticale positie bij
onder Picture > Advanced
Correct beeld
verzending. Een optionele ATA verzenddoos is verkrijgbaar tegen
vergoeding. De doos biedt adequate bescherming tijdens het vervoer.
Verzeker uw verzending voor de volledige waarde.
21
Gebruik van de toetsen op het
toetsenpaneeltje
De meeste toetsen worden gedetailleerd beschreven in andere gedeelten.
Hier volgt een overzicht van hun functies:
power (aan/uit) – zet de projector aan (pagina 7) en uit (pagina 14).
menu – geeft de schermmenu’s weer (pagina 27).
select – bevestigt de gemaakte keuzen in de menu’s (pagina 27).
pijl-omhoog/pijl-omlaag – navigeren naar en wijzigen de instellingen in de
menu’s (pagina 27).
auto image – stelt de projector opnieuw op de bron in.
presets – doorloopt de beschikbare presets (voorinstellingen) (pagina 29).
keystone – zorgt dat het beeld een rechthoek is (pagina 10).
volume – regelt het geluid (pagina 24).
source – wisselt de actieve bron tussen computer en video.
source
menunavigatietoetsen
22
Gebruik van de afstandsbediening
De afstandsbediening werkt op twee (2) bijgeleverde AAA-batterijen.
Installeer de batterijen eenvoudig als volgt: schuif het deksel van de
achterzijde van de afstandsbediening af, zorg dat de polariteit (+ en -) van
de batterijen klopt, schuif de batterijen op hun plaats en plaats het deksel
terug.
Richt de afstandsbediening naar het projectiescherm of naar de projector
(niet naar de computer). Het maximale bereik voor optimale prestaties is
ongeveer 9,14 m.
Om de laseraanwijzer te gebruiken drukt u de laser-toets in en houdt u
deze ingedrukt. De laser gaat uit bij het loslaten van de toets of na twee
(2) minuten continue werking.
WAARSCHUWING: Kijk nooit in de laserstraal die uit de bovenzijde van
de afstandsbediening straalt.
Met de toetsen Previous (vorige) en Next (volgende) kunt u de PowerPoint
presentatie doorlopen in de modus Slide Show. Sluit de USB-stekker van
de computerkabel aan op uw computer om deze toetsen te kunnen
gebruiken. Doet u dit voor het eerst, dan kan de wizard Nieuwe hardware
verschijnen. Zie pagina 8 voor details over het laden van de juiste USBstuurprogramma’s.
Met de Effect-toets kunt u een bewerking oproepen die uzelf aan de toets
heeft toegewezen, bijvoorbeeld ‘scherm bevriezen’ of ‘scherm leegmaken’
(zie pagina 32 als u deze toets wilt leren programmeren).
Problemen met afstandsbediening oplossen
•Zorg dat de batterijen zijn geïnstalleerd, de polariteit ervan correct is en
ze niet leeg zijn. Als de batterijlading voldoende is, licht het ledje boven
aan de afstandsbediening op bij het indrukken van een willekeurige
toets.
•Zorg dat u de afstandsbediening naar de projector richt (niet naar de
computer) binnen een bereik van 9,14 m.
•Als u PowerPoint dia’s wilt doorlopen, moet u zorgen dat de USBkabel is aangesloten (pagina 6) en dat de juiste stuurprogramma’s zijn
geïnstalleerd (pagina 8).
23
Gebruik van geluid
Om geluid vanaf de projector af te spelen, moet u uw bron op de Audio Inconnector van de projector aansluiten.
Regel het volume met de toetsen van het toetsenpaneeltje.
Problemen met geluid oplossen
Als er geen geluid is, doet u het volgende:
•Controleer of de audiokabel is aangesloten.
•Zorg dat ‘mute’ niet actief is (via de Effect-toets).
•Zorg dat het volume hoog genoeg staat. Druk op de volumetoets op het
toetsenpaneeltje.
•Stel de geluidsbron af.
•Als u een videoband afspeelt, controleer dan of playback niet is
gepauzeerd.
audiokabel aansluiten
computer: audiokabel
video: audiokabel en -adapter
volumeregeling
24
Computerbeelden optimaliseren
Presentatiefuncties
Nadat uw computer correct is aangesloten en het computerbeeld op het
scherm staat, kunt u het beeld optimaliseren met de schermmenu’s.
Algemene informatie over het gebruik van de menu’s vindt u op pagina 27.
•Stel de keystonecorrectie, het contrast, de helderheid, de kleur en de
tint bij in het menu Picture.
•Verander de hoogte-breedteverhouding (Aspect Ratio). Dit is de
verhouding van de breedte van het beeld tot de hoogte van het beeld.
Televisieschermen hebben meestal een verhouding van 1,33:1, ook
bekend als 4:3. HDTV en de meeste dvd’s hebben een verhouding van
1,78:1 of 16:9. Kies de optie die het beste met uw bron overeenstemt. Zie
pagina 28 voor details.
•Stel de kleurruimte, de kleurtemperatuur en het kleurbeheer bij in het
menu Advanced.
•Stel de fase, de tracking en de horizontale en verticale positie bij in het
menu Advanced.
•Nadat u het beeld voor een bepaalde bron heeft geoptimaliseerd, kunt
u de instellingen opslaan met Presets. Zo kunt u de instellingen later
gemakkelijk ophalen. Zie pagina 29.
De projector beschikt over diverse functies die het geven van presentaties
vergemakkelijken. Hieronder volgt een overzicht. Details vindt u in het
menugedeelte op pagina 27.
•U kunt diverse functies toekennen aan de Effect-toets op de
afstandsbediening. Het standaardeffect is About (infomenu), waarmee
informatie over de projector en de huidige bron wordt weergegeven. U
kunt kiezen uit Blank (leeg scherm), Mute (geen geluid), Aspect Ratio
(hoogte-breedteverhouding), Source (bron), Auto Image, Freeze
(bevriezen), Zoom en About (infomenu). Zie pagina 32 voor details.
•Met het effect Freeze kunt u het weergegeven beeld bevriezen. Dit is
nuttig wanneer u wijzigingen op uw computer wilt aanbrengen buiten
het oog van het publiek.
•Met de menuopties Startup Logo (opstartlogo) en Blank Screen (leeg
scherm) kunt u het standaardscherm bij het opstarten veranderen in
een zwart, wit of blauw scherm. Zie pagina 32.
•De menuopties Power Save (energiebesparing) en Screen Save
(schermbeveiliging) schakelen de projector automatisch uit na
verscheidene minuten zonder activiteit of geven een zwart scherm te
zien. Dit spaart de levensduur van de lamp. Zie pagina 31 en pagina 32.
•Er is ook een optie Lamp Mode waarmee u de helderheid of de
levensduur van de lamp kunt optimaliseren. Zie pagina 31.
25
Videobeelden optimaliseren
De projector afstemmen op uw behoeften
Nadat het videoapparaat correct is aangesloten en het beeld op het scherm
staat, kunt u het beeld optimaliseren met de schermmenu’s. Algemene
informatie over het gebruik van de menu’s vindt u op pagina 27.
•Stel de keystonecorrectie, het contrast, de helderheid, de kleur en de
tint bij in het menu Picture. Zie pagina 28.
•Verander de hoogte-breedteverhouding (Aspect Ratio). Dit is de
verhouding van de breedte van het beeld tot de hoogte van het beeld.
Televisieschermen hebben meestal een verhouding van 1,33:1, ook
bekend als 4:3. HDTV en de meeste dvd’s hebben een verhouding van
1,78:1 of 16:9. Kies de optie die het beste met uw bron overeenstemt. Zie
pagina 28.
•Selecteer de scherpte in het menu Advanced. Zie pagina 30.
•Selecteer een andere kleurtemperatuur of gebruik het kleurbeheer om
de intensiteit van de rode, groene en blauwe kleur bij te stellen. Zie
pagina 30.
•Selecteer een andere videostandaard. Auto probeert de standaard van
de binnenkomende video te bepalen. Selecteer zo nodig een andere
standaard. Zie pagina 30.
•Zet overscan aan om ruis rondom het videobeeld te verwijderen. Zie
pagina 30.
•Nadat u het beeld voor een bepaalde bron heeft geoptimaliseerd, kunt
u de instellingen opslaan met Presets. Zo kunt u de instellingen later
gemakkelijk ophalen. Zie pagina 29.
U kunt de projector afstemmen op uw specifieke situatie en behoeften. Zie
pagina 31 t/m pagina 33 voor details over deze functies.
•Voor projectie achter het scherm schakelt u Rear in onder Settings >
System.
•Specificeer welke bron de projector het eerst controleert op actieve
video tijdens het opstarten.
•Specificeer de functie van de Effect-toets op de afstandsbediening.
•Schakel projectorberichten in en uit.
•Schakel energiebesparingsfuncties in.
•Specificeer de kleuren van het lege scherm en opstartlogo’s.
•Specificeer de taal van de menu’s.
•Specificeer een lampmodus om óf de helderheid óf de levensduur te
optimaliseren.
•Voorkom dat de schermbeveiligingsfunctie van uw computer wordt
geactiveerd.
•Sla de instellingen voor de actieve bron op als een preset.
26
Gebruik van de menu’s
Druk op de Menu-toets op het toetsenpaneeltje om de menu’s op te roepen.
(De menu’s worden automatisch na 60 seconden gesloten als er geen toets
wordt ingedrukt.) Het hoofdmenu (Main Menu) verschijnt. Gebruik de
pijltoetsen om het gewenste submenu te markeren en druk vervolgens op
de Select-toets.
Stip
Menu
Main
Menu-toets
Wijzig een menu-instelling als volgt: markeer de instelling, druk op Select,
gebruik de pijl-omhoog en pijl-omlaag om de waarde te wijzigen, selecteer
een optie met de keuzerondjes of schakel de functie in of uit met de
selectievakjes. Druk op Select om uw wijzigingen te bevestigen. Navigeer
met de pijlen naar een andere instelling. Ga als volgt te werk als u klaar
bent: navigeer naar Previous (vorige), druk vervolgens op Select om naar
het vorige menu te gaan; selecteer Exit of druk op de Menu-toets op elk
willekeurig moment om de menu’s af te sluiten.
Er staan stippen vóór de naam van het menu. Het aantal stippen duidt op
het menuniveau, variërend van één (het hoofdmenu) tot vier (de diepst
geneste menu’s).
De menu’s zijn gegroepeerd naar gebruik:
•Het menu Picture bevat beeldinstellingen.
•Het menu Settings bevat configuratie-instellingen die niet vaak worden
veranderd.
•Het menu About geeft alleen-lezen informatie over de projector en de
bron weer.
Het kan zijn dat bepaalde menu-items zijn verborgen omdat een bepaalde
bron niet is aangesloten. Zo is Sharpness (scherpte) alleen beschikbaar voor
videobronnen. Als een computerbron actief is, is deze instelling verborgen.
Andere menu-items worden lichtgrijs weergegeven als zij niet beschikbaar
zijn. Zo wordt Brightness (helderheid) lichtgrijs weergegeven totdat er een
actief beeld is.
Navigatietoetsen op
toetsenpaneeltje
Menu
Picture
Stippen
Menu
Settings
Menu About
27
Menu Picture
Ga als volgt te werk om onderstaande vijf instellingen bij te stellen: markeer
de instelling, druk op Select, gebruik de pijl-omhoog en pijl-omlaag om de
waarden te wijzigen en druk vervolgens op Select om de wijzigingen te
bevestigen.
Key stone (keystonecorrectie): stelt het beeld verticaal bij en zorgt dat het
beeld een rechthoek is. U kunt de keystonecorrectie ook instellen vanaf het
toetsenpaneeltje.
Contrast: regelt de mate van verschil tussen de lichtste en de donkerste
partijen van het beeld en wijzigt de hoeveelheid zwart en wit in het beeld.
Brightness (helderheid): wijzigt de intensiteit van het beeld.
Color (kleur): (alleen videobronnen) stelt een videobeeld in van zwart-wit
tot volledig verzadigde kleuren.
Tint: (alleen NTSC-videobronnen) stelt het rood/groen-kleurevenwicht in
het beeld bij.
Keystone-waardeKeystone-waarde
verhogenverlagen
Aspect Ratio (hoogte-breedteverhouding): dit is de verhouding van de
breedte van het beeld tot de hoogte van het beeld. Televisieschermen
hebben meestal een verhouding van 1,33:1, ook bekend als 4:3. HDTV
en de meeste dvd’s hebben een verhouding van 1,78:1 of 16:9. De
standaardinstelling is 4:3, waarmee de input vergroot/verkleind wordt
weergegeven om het schermgebied te vullen.
Selecteer Native om de niet-gewijzigde input weer te geven zonder
vergroting/verkleining door de projector.
Selecteer 16:9 om enhanced widescreen dvd’s te zien.
Hoogte-breedteverhouding
28
Presets: De bijgeleverde Presets optimaliseren de projector voor
computerpresentaties, filmbeelden en videobeelden. (Filminput is materiaal
dat oorspronkelijk met een filmcamera is opgenomen, zoals een film;
videoinput is materiaal dat oorspronkelijk met een videocamera is
opgenomen, zoals een televisieshow of sportgebeurtenis.) U kunt de
preset als startpunt gebruiken en de instellingen voor elke specifieke bron
aanpassen. Uw aangepaste instellingen worden opgeslagen in de preset
voor elke bron. Om terug te keren naar de fabriekspresets, kiest u Factory
Reset onder Settings > Service.
Er zijn drie door de gebruiker instelbare presets. Ga als volgt te werk om
een preset voor de huidige bron in te stellen: stel het beeld bij, selecteer
Save Settings in het menu Presets en kies vervolgens Save User 1, 2 of 3.
U kunt deze instellingen later ophalen door de betreffende
gebruikerspresets te selecteren.
Presets
Gebruikerspresets
opslaan
29
Menu Advanced
Sharpness (scherpte): (alleen videobronnen) wijzigt de scherpte van de
randen van een videobeeld. Selecteer een scherpte-instelling.
Color Space (kleurruimte): (alleen computerbronnen) hiermee selecteert u
een kleurruimte die specifiek op de input is afgestemd. Als u Auto
selecteert, stelt de projector automatisch de standaard vast. Om een andere
instelling te kiezen, schakelt u Auto uit en kiest u vervolgens RGB, REC709
of REC601.
Color Temperature (kleurtemperatuur): verandert de intensiteit van de
kleuren. Selecteer een instelling uit de lijst.
Color Control (kleurbeheer): hiermee kunt u elke kleur afzonderlijk
aanpassen. Markeer de kleur, druk op Select en gebruik vervolgens de
pijlen om de waarde te wijzigen.
Video Standard (videostandaard): (alleen videobronnen) met de instelling
Auto probeert de projector de videostandaard automatisch vast te stellen op
basis van het ontvangen inputsignaal. (De videostandaardopties kunnen
variëren afhankelijk van uw geografische regio.) Als de projector niet in
staat is om de juiste standaard vast te stellen, zien de kleuren er onjuist uit
of lijkt het beeld ‘gebroken’. Als dit het geval is, selecteert u handmatig
NTSC, PAL of SECAM in het menu Video Standard.
Overscan: (alleen videobronnen) verwijdert ruis rondom het videobeeld.
Onderstaande vier opties zijn alleen voor computerbronnen.
Phase (fase): stelt de horizontaalfase van een computerbron bij.
Tr a c k i ng : stelt de verticaalscan van een computerbron bij.
Kleurruimte
Kleurtemperatuur
Videostandaard
Menu Advanced
Scherpte
Kleurbeheer
Horizontal/Vertical Position (horizontale/verticale positie): stelt de positie
van een computerbron bij.
30
Menu Settings
Audio (geluid): hiermee regelt u het volume. U kunt het volume ook
regelen vanaf het toetsenpaneeltje.
Sources (bronnen): hiermee kunt u een bepaalde input aan een specifieke
brontoets toewijzen voor gebruik met bepaalde optionele
afstandsbedieningen. Ook kunt u met deze functie een opstartbron
selecteren en kunt u automatische bronselectie (Autosource) in- of
uitschakelen. Als Autosource niet is ingeschakeld, start de projector
standaard met de onder Power-up Source geselecteerde bron. Als er geen
bron wordt gevonden, verschijnt een leeg scherm. Als Autosource is
ingeschakeld, bepaalt Power-up Source met welke bron de projector
standaard opstart. Als er geen signaal aanwezig is, doorloopt de projector
de bronnen in volgorde totdat een bron wordt gevonden of de projector
wordt uitgeschakeld.
Power-up Source (opstartbron): bepaalt welke bron (computer of video) de
projector tijdens het opstarten het eerst controleert op actieve video.
Menu Systeem
Rear (projectie achter scherm): draait het beeld om zodat u kunt projecteren
van achter een doorschijnend scherm.
Auto Power (automatisch opstarten): Als Auto Power is ingeschakeld,
wordt de projector aangezet als hij stroom krijgt en uitgezet als een bron
inactief wordt.
Display Messages (berichten weergeven): toont statusberichten (zoals
‘Searching’ of ‘Mute’) in de linkerbenedenhoek van het scherm.
Lamp Mode (lampmodus): hiermee kunt u de lampmodus optimaliseren
voor uw specifiek gebruik. Standaard is High Bright voor maximale
lichtoutput. Selecteer Long Life om de levensduur van de lamp te
optimaliseren en ventilatorruis te minimaliseren of Nominal om de
helderheid, de levensduur en de ventilatorruis in evenwicht te brengen.
NND (Notebook No-Doze) (geen schermbeveiliging voor notebook):
voorkomt dat uw notebookcomputer naar de schermbeveiligingsmodus
overschakelt (werkt alleen als de USB-stekker is aangesloten).
Power S ave (energiebesparing): zet de lamp automatisch uit nadat er
20 minuten geen signaal is waargenomen. Na nog eens 10 minuten zonder
signaal, schakelt de projector zichzelf uit. Als een actief signaal wordt
ontvangen voordat de projector zichzelf uitschakelt, verschijnt het beeld.
Geluid
Bronnen
Opstartbron
Menu System
Lampmodus
31
Screen Save (schermbeveiliging): maakt het scherm automatisch leeg
(zwart) nadat er gedurende een vooringesteld aantal minuten (standaard
30 minuten) geen signaal is waargenomen. Het beeld verschijnt opnieuw
wanneer bronactiviteit wordt waargenomen of wanneer een toets op
de afstandsbediening of het toetsenpaneeltje wordt ingedrukt.
Schermbeveiliging is uitgeschakeld als energiebesparing is ingeschakeld.
Startup Logo (opstartlogo): hiermee kunt u een leeg zwart, wit of blauw
scherm laten verschijnen in plaats van het standaardscherm bij het
opstarten of bij afwezigheid van een bron.
Blank Screen (leeg scherm): bepaalt welke kleur verschijnt als er geen bron
actief is.
Effect-toets: hiermee kunt u aan de Effect-toets op de afstandsbediening
een andere functie toewijzen, die u dan snel en vlot kunt gebruiken. Er kan
slechts één effect tegelijk worden toegewezen. Markeer een effect en druk
op Select om een nieuw effect te kiezen.
Blank (leeg): geeft een leeg scherm weer.
Mute (geen geluid): zet alle geluid uit.
Aspect Ratio (hoogte-breedteverhouding): stelt de verhouding tussen
de breedte en de hoogte van het beeld in.
Source (bron): doorloopt de beschikbare bronnen.
Auto Image: stelt de projector opnieuw op de bron in.
Freeze (bevriezen): zet het geprojecteerde beeld stil.
Zoom: hiermee vergroot u een deel van het scherm. Deze functie werkt
alleen als u een optionele afstandsbediening met muisknoppen en
cursorregeling heeft aangeschaft. Om het zoomeffect te gebruiken,
drukt u eerst op Effect en vervolgens op de linkermuisknop om op het
beeld in te zoomen of op de rechtermuisknop om de vergroting te
verkleinen. U kunt de cursorregeling gebruiken om het beeld te
pannen, waarbij verschillende delen van het beeld worden
weergegeven (alleen bij vergroting van beeld). Om terug te keren naar
de oorspronkelijke grootte en zoom te annuleren, drukt u nogmaals op
de Effect-toets.
About (infomenu): is het effect dat standaard aan de Effect-toets is
toegekend. Geeft het menu About weer.
Schermbeveiliging
Effect-toets
Opstartlogo
Leeg scherm
32
Language (taal): hiermee kunt u een taal voor de weergave van menu’s en
berichten selecteren.
Service: om deze functies te gebruiken, markeert u ze en drukt u op Select.
Factory Reset (fabriekswaarden): herstelt alle instellingen (behalve de
lamptimer) op hun fabriekswaarde, na weergave van een dialoogvenster ter
bevestiging.
Lamp Reset: stelt de lamptimer in het menu About opnieuw op nul in, na
weergave van een dialoogvenster ter bevestiging. Doe dit alleen nadat u de
lamp heeft vervangen.
Service Code: uitsluitend voor gebruik door bevoegde
onderhoudstechnici.
Taal
Menu Service
33
Onderhoud
Lens reinigen
1 Breng een niet-schurend reinigingsmiddel voor cameralenzen aan op
een zachte, droge doek.
Gebruik niet te veel reinigingsmiddel en breng het reinigingsmiddel
niet rechtstreeks aan op de lens. Schuurmiddelen, oplosmiddelen of
andere agressieve chemische stoffen kunnen krassen veroorzaken.
2 Veeg met de reinigingsdoek lichtjes over de lens in een cirkelvormige
beweging. Als u niet van plan bent om de projector onmiddellijk te
gebruiken, zet u de lensdop terug.
lens reinigen met een
zachte, droge doek en een
niet-schurend reinigingsmiddel
34
Projectielamp vervangen
De lamptimer in het menu About telt het aantal uren dat de lamp in gebruik
is. Vijftig uren vóór het gespecificeerde einde van de levensduur van de
lamp, verschijnt het bericht ‘Replace lamp’ kort op het scherm telkens als de
projector opstart. Na 50 uren gaat de lamp niet meer aan. U kunt nieuwe
lampmodules bij uw verkooppunt bestellen. Zie “Accessoires” op pagina 37
voor informatie.
1 Zet de projector uit en haal de stekker van het netsnoer uit het
stopcontact.
Menu About
projector uitzetten
en loskoppelen
2 Wacht 60 minuten totdat de projector goed is afgekoeld.
3 Zet de projector ondersteboven en draai de twee schroeven van de
lampklep los. Wrik de klep open. Zet de klep rechtop om de connector
voor de stroomverbreker vrij te maken (aan de onderzijde van de klep)
en verwijder de lampklep. De klep moet rechtop, niet schuin, staan om
beschadiging van de connector van de stroomverbreker te voorkomen.
OPMERKING: De projector gaat niet aan terwijl de klep van de lamp is
verwijderd.
4 Trek het treklipje op de lampmodule omhoog om de vergrendeling los
te zetten.
60 minuten wachten
schroeven van
lampklep losdraaien
klep openwrikken
treklipje loszetten
35
Knijp in de connectorlipjes van de lampkabel om de vergrendeling los te
5
zetten terwijl u stevig aan de connector trekt om de lamp te verwijderen.
WAARSCHUWINGEN:
•Om brandwonden te voorkomen, moet u de projector ten minste
60 minuten laten afkoelen voordat u de lamp vervangt.
•Laat de lampmodule niet vallen. Het glas kan uiteenspatten en letsel
veroorzaken.
•Raak het glazen lampscherm niet aan. Vingerafdrukken kunnen de
scherpte van de projectie vervagen.
•Wees uiterst voorzichtig wanneer u de lampbehuizing verwijdert. In
het onwaarschijnlijke geval dat de lamp breekt, kunnen glasfragmenten
loskomen. De lampmodule is zo ontworpen dat het meeste glas binnen
de module wordt opgevangen, maar wees voorzichtig bij de
verwijdering ervan.
6 Verwijder voorzichtig de lampmodule. De lenszijde van de module is
voorzien van een lipje dat past in een sleuf in de onderzijde van de
lampholte. U moet het lipje met genoeg kracht omhoog trekken om het
uit de sleuf te verwijderen. Werp de lamp op milieuvriendelijke wijze
weg.
7 Installeer de nieuwe lampmodule. Schuif de nieuwe module recht
omlaag over de tunnel/kap, lijn het lipje uit met de sleuf en druk op de
lampmodule om de lamp aan te sluiten.
8 Vergrendel het treklipje terwijl u de lampmodule omlaag drukt.
9 Sluit de lampkabel opnieuw aan.
10 Zet de lampklep terug door de connector op de achterzijde van de klep
uit te lijnen met de projector en de twee lampschroeven vast te draaien.
11 Sluit het netsnoer aan op een stopcontact en druk vervolgens op de
Power-toets om de projector opnieuw aan te zetten. Reset de lamptimer
door de twee Vol um e-toetsen op het toetsenpaneeltje gedurende tien
(10) seconden ingedrukt te houden. Op dat moment gaat het ledje groen
branden en kunt u de projector opstarten. U kunt ook door Settings > Service navigeren en Lamp Reset selecteren om de lamptimer te
resetten.
lampkabel loskoppelen
lipje op lampmodule
sleuf in projector
lamptimer resetten in menu Service
36
Bijlage
Accessoires
Standaardaccessoires
(bijgeleverd met de projector)
Beschermhoes
Lensdop met bijbehorend koordje
Verzenddoos (met verpakkingsmateriaal)
Computerkabel 2 m
S-Video-kabel 1,8 m
Adapter S-Video naar RCA
Audiokabel 1,8 m
Audiokabeladapter
Netsnoer (VS) 3 m
Netsnoer (Europa) 3 m
Presenter afstandsbediening
Projectielampmodule (bij de projector inbegrepen)
Kaart met beknopte installatie-instructies
Handleiding met cd
Kaart met contactinformatie voor technische ondersteuning
Veiligheidskaart
Kleurgecodeerde kabelbinders, set van 3
SCART-adapter
Optionele accessoires
ATA verzenddoos
Zachte draagtas
Digitale computerkabel 1,8 m
50-inch diagonaalscherm (portable)
60-inch diagonaal scherm (portable)
84-inch diagonaal scherm voor muur-/plafondmontage
Portable projectorstandaard
Reservelampmodule
MindPath RF PocketPoint afstandsbediening
Conductor + afstandsbediening
Integrator afstandsbediening
Module voor draadloze connectiviteit
Module voor draadloze connectiviteit + pc-kaart
OPMERKING: Gebruik uitsluitend goedgekeurde accessoires.
37
Rood ledje en projectorfouten
Als de projector niet naar behoren werkt en het rode ledje knippert, probeer
dan aan de hand van Ta be l 2 de mogelijke oorzaak te vinden. Er is een
pauze van twee (2) seconden tussen de knippercycli. Bezoek onze website
voor meer details over de foutcodes van het rode ledje. Zie de achterkaft
aan de binnenkant voor contactinformatie.
Ta b e l 2 :
Activiteit van rood
ledje
Knippert eenmaal (1)De lamp gaat niet aan na vijf (5) pogingen.
Knippert tweemaal (2)De lamptimer heeft de levensduur van de lamp
Knippert driemaal (3)De projector heeft de lamp uitgeschakeld. Zet de
Knippert viermaal (4)De ventilator is ontregeld. Neem contact op met de
Knippert vijfmaal (5)De projector is oververhit. Controleer of een
Continu roodNiet-identificeerbare fout: neem contact op met de
Betekenis
Controleer de installatie van de lamp en de lampklep
op losse aansluitingen.
overschreden. Vervang de lamp en reset de
lamptimer.
projector uit en wacht één (1) minuut. Zet de
projector vervolgens opnieuw aan.
Neem contact op met de technische ondersteuning
voor reparatie als het probleem niet is verholpen
door het vervangen van de lamp.
technische ondersteuning voor reparatie.
ventilatiegat is geblokkeerd. Neem contact op met
de technische ondersteuning voor reparatie als het
probleem niet is verholpen door de ventilatiegaten
vrij te maken.
technische ondersteuning.
Vervang de lamp.
Grootte van geprojecteerde beeld
Ta b el 3 :
Schermafstandsbereik bij bepaalde schermgrootte
Afstand tot scherm
Diagonale
schermgrootte
(m)
10,81,71,5
1,312,11,8
1,51,22,52,2
2,524,23,7
OPMERKING: Bezoek onze website voor een interactieve
beeldgroottecalculator.
Beeldbreedte
(m)
Maximale
afstand
(m)
Minimale
afstand
(m)
38
Loading...
+ hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.