Lees voor het eerste gebruik van de wasmachine de gebruiksaanwijzing aandachtig door.
W4096R/1
Page 2
Geachte koper,
wij danken u hartelijk voor de aankoop van dit kwaliteitsproduct van ASKO.
Wij hopen dat het aan uw verwachtingen zal voldoen. Scandinavische vormgeving combineert zuivere lijnen
met alledaagse functionaliteit en hoge kwaliteit. Dit zijn de belangrijkste kenmerken van al onze producten en
de reden waarom ze wereldwijd zeer worden gewaardeerd.
Wij raden u aan voordat u de machine in gebruik neemt eerst de gebruiksaanwijzing goed door te lezen. De
handleiding bevat ook informatie over hoe u kunt helpen bij de bescherming van het milieu.
INHOUDSOPGAVE
Veiligheidsinstructies 3
Beschrijving van de wasmachine 6
Doseerbak 6
Voor het eerste gebruik van de machine 7
Plaatsing en aansluiting 10
Adviezen voor het wassen 17
Wassen in stappen (1 – 8) 20
Systeem instellingen 32
Bijzonderheden 36
In de gebruiksaanwijzing komt u symbolen tegen die het volgende betekenen:
Reiniging en onderhoud 40
Fouten ... wat te doen...? 45
Service 52
Technische informatie 53
Programma tabel 55
Tabel: wasmodus/temperatuur 57
Optie tabel 58
Afvalverwerking 59
Snelle handleiding 63
Informatie, tips, adviezen of aanbevelingenWaarschuwing gevaar heet oppervlak
GevarenaanduidingWaarschuwing brandgevaar
Waarschuwing elektrische schok
Originele instructiesZie Beknopte handleiding op de laatste pagina.
2
Page 3
VEILIGHEIDSINSTRUCTIES
ALGEMEEN
Lees de gebruiksaanwijzing aandachtig door en bewaar deze op
een veilige plaats.
• Gelieve de wasmachine niet te gebruiken, als u de gebruiksaanwijzing
niet heeft gelezen of begrepen.
• Het niet in acht nemen van de gebruiksaanwijzingen of een verkeerd gebruik
van de wasmachine kan leiden tot beschadiging van het wasgoed, de
machine of tot letsel van de gebruiker. Bewaar de gebruiksaanwijzing in de
buurt van de wasmachine.
• De gebruiksaanwijzing kunt u ook bekijken op onze site www.asko.com
• De wasmachine is uitsluitend bestemd voor huishoudelijk gebruik.
• Aansluiting op de waterleiding en het lichtnet moet worden uitgevoerd door
een opgeleide vakman.
• Reparaties en onderhoud met betrekking tot de veiligheid of werking moeten
worden uitgevoerd door opgeleide vakmensen.
• Een beschadigde aansluitkabel mag slechts door de fabrikant, een
service installateur of een erkend vakman worden vervangen om gevaar te
vermijden.
• Bij eerste plaatsing moet de wasmachine eerst twee uur op zijn plaats staan
voordat hij op het elektriciteitsnet wordt aangesloten.
• Sluit de wasmachine niet aan op het lichtnet met een verlengsnoer.
• Sluit de wasmachine niet aan op een wandcontactdoos, bestemd voor
scheerapparaat of haardroger.
• Gebruik voor aansluiting van de wasmachine op de waterleiding de
bijgeleverde toevoerslang en pakking. De waterdruk moet 0,1–1 MPa
bedragen (ca. 1–10 kp/cm2, 1-10 bar, 10–100 N/cm2).
• Gebruik voor aansluiting van het apparaat op de waterleiding de nieuwe
toevoerslang, een oude toevoerslang mag niet opnieuw worden gebruikt.
• Sluit na beëindiging van ieder wasprogramma de waterkraan en trek
de stekker van de wasmachine uit het stopcontact.
• Gebruik de machine uitsluitend om te wassen, zoals omschreven in de
gebruiksaanwijzing. Niet bestemd voor droog wassen.
• In geval van onjuiste aansluiting, gebruik of onderhoud van het apparaat
door een ongemachtigd persoon, draagt de gebruiker zelf de kosten van
mogelijke ontstane schade.
• Gebruik uitsluitend wasmiddel bestemd voor de wasmachine!
• Gebruik alleen een wasmiddel voor machine was en zorg voor uw wasgoed.
We nemen geen verantwoordelijkheid voor beschadiging of verkleuring
3
Page 4
van pakkingen of plastic delen die het gevolg zijn van onjuist gebruik van
bleekmiddel of het verven van wasgoed.
• Bleekmiddel dat chloor bevat kunt u vervangen door bleekmiddelen met
zuurstof. In het tegenovergestelde geval moet u neutralisatie uitvoeren met
gebruik van het programma Katoen op de hoogste temperatuur. Gebruik
voor de beste resultaten waterstof peroxide of wasmiddelen die zuurstof
bevatten.
• Gebruik geen middelen om te verven of om verf of kleur te verwijderen,
aangezien deze zwavelverbindingen bevatten, die corrosie vorming
veroorzaken.
• Overvloedig gebruik van producten die chloorverbindingen bevatten
verhogen het risico van voortijdige slijtage van onderdelen van het apparaat.
Dit is afhankelijk van de concentratie van het chloor, de periode van
blootstelling en de temperatuur.
•
Gebruik geen reinigingsmiddelen die oplosmiddelen bevatten vanwege
het gevaar van ontwikkeling van giftige gassen, beschadigingen aan de
machine en gevaar van ontsteking en explosie.
• Verwijder voor het in gebruik nemen van de machine de transportbeveiliging.
Zie het hoofdstuk "VOOR HET EERSTE GEBRUIK/Transportbeveiliging".
• De machine is niet bedoeld voor gebruik door personen (ook kinderen)
met verminderde verstandelijke en fysieke vermogens of met gebrek aan
ervaring en kennis. Deze personen moeten aanwijzingen krijgen voor het
gebruik van de machine van personen die verantwoordelijk zijn voor hun
veiligheid.
• Het gereedschap voor het openen van de deur in geval van nood bevindt
zich aan de achterzijde van de doseerbak.
• De maximale wascapaciteit in kg (voor het labelprogramma Standaard
katoen) is aangegeven op het typeplaatje (of in de PROGRAMMATABEL).
VEILIGHEID VAN KINDEREN
• Laat geen kleine kinderen met de wasmachine spelen.
• Controleer voor het sluiten van de deur van de wasmachine en u de machine
aanzet, dat zich in de trommel niets anders bevindt dan wasgoed (er kan
bijvoorbeeld een kind in de trommel zijn gekropen en de deur van binnenuit
hebben gesloten).
• Bewaar het wasmiddel en wasverzachter buiten bereik van kinderen.
• Schakel de kinderbeveiliging in. Zie het hoofdstuk
"SYSTEEMINSTELLINGEN (SYSTEM SETTINGS) / Kinderslot (Child lock)".
• Houd kinderen jonger dan drie jaar uit de buurt van de machine of
houd ze voortdurend in het oog.
4
Page 5
• De wasmachine is gemaakt overeenkomstig alle voorgeschreven
veiligheidsstandaarden. Deze wasmachine mag worden gebruikt
door kinderen van 8 jaar en ouder, of door personen met verminderde
lichamelijke, zintuigelijke en geestelijke capaciteiten of met gebrekkige
ervaring of kennis, mits ze het apparaat gebruiken onder adequaat toezicht,
als ze de aanwijzingen voor een veilig gebruik van de wasmachine hebben
begrepen en op de hoogte zijn gebracht van de gevaren van een onjuist
gebruik. Zorg ervoor dat kinderen niet met het apparaat kunnen spelen.
Laat kinderen de wasmachine niet reinigen of onderhoudswerkzaamheden
uitvoeren aan het apparaat zonder het juiste toezicht.
GEVAAR HEET OPPERVLAK
• Bij het wassen bij hogere temperaturen wordt het glas van de deur heet.
Zorg dat u zich niet brandt. Houd kinderen uit de buurt van het glas.
OVERLOOPBEVEILIGING
• Als het niveau van het water hoger wordt dan normaal, zal de
overloopbeveiliging worden ingeschakeld. Het te veel aan water zal worden
weggepompt en de toevoerleiding zal worden gesloten. Als het waterpeil
binnen 60 seconden niet zakt, zal het programma worden onderbroken (zie
het hoofdstuk "FOUTEN").
TRANSPORT/WINTEROPSLAG
Als de machine moet worden vervoerd of worden opgeslagen in een
onverwarmde ruimte, waar de temperatuur beneden het vriespunt kan dalen,
gaat u als volgt te werk:
• Reinig het fi lter en afvoerpomp. Zie het hoofdstuk "REINIGING EN
ONDERHOUD".
• Sluit de watertoevoer naar de wasmachine af, ontkoppel de toevoerslang en
laat het water uit de kraan en de toevoerslang lopen.
• Na het legen van het fi lter van de toevoerpomp kan er nog wat water in
de machine achterblijven. Dit heeft geen invloed op de kwaliteit en zal de
machine niet beschadigen.
• Bij verplaatsing of transport van de wasmachine moet de
transportbeveiliging weer terug worden geplaatst (zie hoofdstuk "VOOR HET
EERSTE GEBRUIK VAN DE MACHINE").
BEWAAR DEZE GEBRUIKSAANWIJZING!
5
Page 6
BESCHRIJVING VAN DE WASMACHINE
910
15
267834
1211
1. Hoofdschakelaar (AAN/UIT)
2. Toets voor de programma keuze
3. Display
4. Toetsen voor de keuze van programma
instellingen
5. Toetsen (Start/Pauze)
6. Doseerbak
7. QR en AUID CODE (aan de binnenkant van de
deur van de wasmachine)
8. Typeplaatje met gegevens over de wasmachine
(aan de binnenkant van de deur van de
wasmachine)
9. Deur van de wasmachine
10. Deksel van de afvoerpomp
11. Slang van wateruitlaat
12. Afvoerpomp (bevindt zich achter het fi lter van de
pomp)
DOSEERBAK
7
3
5
2
1. Vak voor de voorwas.
2. Vak voor vloeibaar wasmiddel voor de
hoofdwas.
Gebruik de opvouwbare barrière (3).
1
4
6
2. Vak voor waspoeder voor de hoofdwas.
Gebruik de opvouwbare barrière niet (3).
4. Vakje voor wasverzachter
5. Compartiment (A) voor vloeibaar
wasmiddel voor Bonte was (Colour).
(ADS=Auto Dose System; systeem voor
automatische dosering);
6. Compartiment (B) voor vloeibaar
wasmiddel voor Donkere was (Black)/
Witte was (White)/ Gevoelige (Sensitive)/
Overige was (Other).
7. Greepje voor het uittrekken van de
doseerbak
6
Page 7
VOOR HET EERSTE GEBRUIK VAN DE MACHINE
VERPAKKING
Verwijder alle verpakkingsmaterialen.
Gelieve de verpakkingsmaterialen te sorteren overeenkomstig de plaatselijke voorschriften (zie het hoofdstuk
”AF VALVERWERKING”).
TRANSPORTBEVEILIGING
Verwijder voor het gebruik van de machine de drie transportbouten en plastic doppen voor de bescherming
van de machine tijdens het transport.
Draai de bouten los en verwijder ze, zoals
1
weergegeven in de fi guren.
Verwijder de plastic doppen op de schroeven door
2
ze samen te knijpen en daarna uit te trekken.
123
Als u de machine wilt vervoeren, moet u de transportschroeven en plastic doppen voor het vergrendelen
van de machine terugplaatsen om mogelijke schade door het vervoer door mogelijk stoten en schokken te
voorkomen. Als u de transportschroeven en doppen bent kwijtgeraakt kunt u nieuwe bestellen bij uw dealer.
Artikel nummer Kenmerk
Verwijder de dekseltjes van de plastic doppen.
3
Druk de dekseltjes in de drie gaten, waar zich
de doppen bevonden. Bewaar de bouten en plastic
pluggen als u uw wasmachine in de toekomst nog
moet vervoeren.
270698Bout
551188Plastic dop
(transportvergrendeling)
Drie items bestellen!
7
Page 8
REINIGING
Open de deur van de uitgeschakelde wasmachine en reinig de trommel van de wasmachine met een
vochtige doek en een mild reinigingsmiddel.
Sluit de wasmachine aan op het elektriciteitsnet en voer het speciale programma voor het reinigen van de
trommel uit. Zie hoofdstuk ”WASPROCES; STAP VOOR STAP (1-8)” / STAP 5: KIES HET PROGRAMMA.
Het wasprogramma kan niet in gang worden gezet bij open deur.
INSTELLING VOOR HET EERSTE GEBRUIK
Nadat u de wasmachine hebt aangesloten en deze voor de eerste keer hebt aangezet, wordt u gevraagd de
volgende instellingen uit te voeren:
1. Taal
Met toets 2 of met de knop voor de keuze van het programma kunt u door de lijst met talen gaan. Bevestig
uw keuze door op de toets OK te drukken.
2. Hardheid van het water
Kies uit de volgende instellingen voor hardheid van het water: Zacht/Normaal/Hard.
Het juiste gebruik van de teststrip:
1. Zet de kraan aan en laat het water een minuutje stromen.
2. Vul een glas met water.
3. Haal de teststrip uit de verpakking.
4. Doop de teststrip ca. 1 seconde in het water.
5. Wacht 1 minuut. Vergelijk de kleuren op de vierkantjes met de waterhardheidtabel.
Teststrip°dH°fH
4 groen
1 rood
2 rood
3 rood
4 rood
< 3< 5
> 4> 7
> 7> 12
> 14> 25
> 21> 37
Tabel voor waterhardheid, zie hoofdstuk "SYSTEEMINSTELLINGEN / WATERHARDHEID").
Met een druk op de toets "Einde" (Finalize) bevestigt u uw keuze.
Zie voor het verdere verloop van het wasprogramma het hoofdstuk »WASSEN IN STAPPEN (1 - 8)".
8
Page 9
De hoeveelheid wasmiddel is afhankelijk van de hardheid van het water. Zie voor meer informatie
de verpakking van het wasmiddel. Wend u tot het plaatselijke waterleidingbedrijf voor informatie over de
hardheid van het water in uw woongebied.
Bij modellen met ADS (hebben alleen sommige modellen) wordt de hoeveelheid wasmiddel gedoseerd
aan de hand van de door u ingestelde waterhardheid.
Voor het eerste gebruik van het AD Systeem moet u een van de programma’s starten (zonder
wasgoed), u moet echter wel eerst het reservoir A of B voor het vloeibare waswmiddel vullen (zie hoofdstuk
”BIJZONDERHEDEN”).
Ledere machine wordt in de fabriek getest op juiste werking.
Daarom kan er wat water zijn achtergebleven in het fi lter van de afvoerpomp, dit heeft echter geen invloed op
de kwaliteit van de machine en kan deze niet beschadigen.
9
Page 10
PLAATSING EN AANSLUITING
PLAATSING VAN DE WASMACHINE
De wasmachine kunt u plaatsen als inbouw of als
zelfstandige eenheid. Plaats de machine op een
harde ondergrond, het stopcontact moet bereikbaar
blijven.
Wacht twee uur met het aansluiten van de
wasmachine op het elektriciteitsnet, totdat de
machine op kamertemperatuur is gekomen.
Ingebouwde wasmachine
De wasmachine kan ingebouwd worden onder een
werkblad met een hoogte van 900–950 mm. Laat 5
cm ruimte rondom de hele machine, ook tussen de
achterkant van het bovenblad en de wand erachter.
Vrijstaande machine
Als u een droger heeft van de geschikte afmetingen
(van een andere fabrikant), kunt u de vacuum
pootjes op de wasmachine plaatsen of de droger
naast de wasmachine plaatsen.
Openen van de deur van de wasmachine
(bovenaanzicht).
942 mm
376 mm
110°
Plaatsing van een droger van ASKO op een
ASKO wasmachine
Gebruik voor plaatsing van een ASKO droger op
de wasmachine aanvullende (vacuüm) pootjes
en beveiliging tegen kantelen (A+), die zich in een
kartonnen doos in de trommel van de ASKO droger
bevinden. Als de droger en de wasmachine niet
dezelfde afmetingen hebben of als er zich een lade
tussen bevindt (eng. = hidden helper), kunt u bij uw
servicedienst verbindingsplaatjes aanschaff en.
Afstanden tot de wasmachine
min. 50 mm
min. 50 mm
min. 50 mm
A
B
10
Page 11
Ventilatievereisten voor het ASKO-concept
(bij plaatsing of inbouw van het apparaat in
een meubelelement of kast)
Bedieningselementen op het frontpaneel van de
ASKO-apparaten maken het mogelijk de was- en
droogmachines in een meubelelement of kast te
plaatsen.
Zorg dat er ruimte blijft tussen het apparaat en het
element of achterwand, een vrije ruimte van tenminste
25 mm tussen de achterrand van het bovenpaneel van
het apparaat en het meubelelement of wand.
Als het apparaat is aangebracht in een meubelelement
of kast met een deur, bevelen wij aan dat de deur een
lameldeur is om voor voldoende ventilatie te zorgen.
INSTELLING VAN DE POOTJES
Plaats de wasmachine zodanig, dat hij stabiel staat.
1. Nivelleer de wasmachine in de lengte en de
breedte door aan de verstelbare pootjes te
draaien (met sleutel nr. 32).
De pootjes maken een instellen van +/- 1 cm
mogelijk.
2. Draai na de instelling van de hoogte van de
pootjes met een sleutel 17 de moer tegen het
lostrillen (zgn. contramoer) vast in richting van de
bodem van de machine .
3. Trek de contramoer aan tot het einde.
Hiermee wordt het geluid, vibraties en het
bewegen,... van de wasmachine tot het minimum
verminderd.
In het tegenovergestelde geval moet gezorgd worden
voor ventilatiesleuven in de deur. De onderstaande
afbeelding toont de juiste afmetingen van de
ventilatiesleuven en / of openingen:
65 mm
50 mm
1550 mm
25 mm
635 mm
65 mm
35 mm
12 mm
465 mm
12 mm
1
2
3
Zorg ervoor dat na de plaatsing de deur van de
droger ongehinderd kan worden geopend.
De plaat voor koele luchttoevoer aan de
voorkant van de droger mag niet worden bedekt of
de luchttoevoer op andere wijze worden belemmerd.
In dit geval kan er een fout ontstaan in de werking.
Het niet naleven van de aanwijzingen kan
invloed hebben op de werking van het apparaat en
een defect veroorzaken.
11
Page 12
VERPLAATSING VAN DE WASMACHINE EN
HERNIEUWD TRANSPORT
In geval u de wasmachine verplaatst of vervoert
zonder de originele verpakking, moet u de deur
openen en op die manier de wasmachine naar voren
trekken, zoals aangegeven in de fi guur.
Bij verdere verplaatsing of vervoer moet de
transportbeveiliging gebruikt worden (de machine/
trommel moet geblokeerd zijn)
(zie hoofdstuk TRANSPORTBEVEILIGING)
AANSLUITING OP DE WATERLEIDING
De aansluiting op de waterleiding moet door een
deskundige persoon worden uitgevoerd.
De machine wordt aangesloten met de bijgeleverde
toevoerslang. De waterdruk moet 0,1–1 MPa
bedragen (ca. 1–10 kp/cm2, 1-10 bar, 10–100 N/cm2).
Bij een nieuw aangelegde waterleiding verdient
het aanbeveling de leiding eerst te spoelen om
eventueel vuil weg te spoelen, anders kan het vuil
het fi lter van de watertoevoer van de wasmachine
verstoppen en de watertoevoer onderbreken.
De toevoerslang moet stevig worden aangedraaid
om de slang goed te laten dichten. De afdichting van
de slang dient na het aandraaien gecontroleerd te
worden
Gebruik alleen de toevoerslang die bijgeleverd is
bij de machine. Gebruik geen andere, gebruikte
slangen.
Gebruik in het geval dat de bijgeleverde
toevoerslang andere afmetingen heeft dan de
aansluiting van de waterleiding (bijv. 3/4” →1/2”) een
adapter.
12
Page 13
AANSLUITING VOOR WARM/KOUD WATER
(hebben alleen sommige modellen)
Als u een model bezit met aansluitingen voor
warm en koud water, sluit dan een slang aan op de
aansluiting voor koud water en de andere slang op
de aansluiting voor warm water, zoals aangegeven
op de achterzijde van de machine:
COLD = koud in HOT = warm.
Warm water wordt gedoseerd bij wasprogramma’s
met temperaturen van 40 °C of hoger.
Met de aansluiting voor warm en koud water
bespaart u tijd en energie.
Als u een model heeft met aansluitingen voor
warm en koud water, kunt u als u wilt ook alleen
maar koud water gebruiken. Hiervoor moet het
veiligheidsdekseltje voor de warm water aansluiting
aangebracht zijn (blijven).
AANBRENGEN VAN DE AFVOERSLANG
Het apparaat wordt geleverd met een aangebrachte
afvoerslang, die aangesloten moet worden op de
afvoer. De afvoerslang kan ook worden geplaatst op
de wandafvoer die zodanig moet zijn ingebouwd dat
het mogelijk is deze te reinigen. De afvoer moet zich
600-900 mm boven de vloer bevinden. De onderste
positie (600 mm) verdient altijd de voorkeur.
A
C
B
600 - 900 mm
600 - 900 mm
600 - 900 mm
Zorg ervoor dat er geen knik in de afvoerslang komt.
De afvoerslang kan ook direct op de afvoer van de
gootsteen worden aangesloten via de zwanenhals.
Ook deze moet zich 600-900 mm boven de vloer
bevinden. De binnen doorsnede van de slang moet
minstens 18 mm zijn.
Zie fi guur.
Minstens 18 mm
13
Page 14
AANSLUITING OP HET ELEKTRICITEITSNET
Na plaatsing van de wasmachine moet deze
eerst 2 uur staan, voordat u hem aansluit op het
elektriciteitsnet.
Sluit de machine aan op een geaard stopcontact.
Na de plaatsing moet de wandcontactdoos vrij
bereikbaar zijn en moet deze randaarde hebben
(overeenkomstig de voorschriften).
Aansluiting bij aanschaf
TYPE: WMXX.XXXXX
Art.No.: XXXXXX/XXSer.No.: XXXXXXXX
XX Hz
XXXX W
XX-X MPa
XXX-XXX V ~
IPX4
MODEL: XXXXXX.X
XXA
X kg
De gegevens over uw wasmachine bevinden zich op
het typeplaatje.
Gebruik een reststroom onderbreker type A.
Het wordt aanbevolen een
overspanningsbeveiliging te gebruiken voor
bescherming tegen blikseminslag.
Het is verboden de wasmachine te gebruik met
behulp van een verlengsnoer.
Sluit de wasmachine niet aan op een
stopcontact, bestemd voor een scheerapparaat of
haardroger.
Reparatie en onderhoud die betrekking hebben
op de veiligheid of prestatie moeten door een goed
opgeleide vakman worden uitgevoerd.
14
Page 15
ASKO WASVERZORGING – VERBORGEN HELPER (HIDDEN HELPERS)*
Strijkplank
De strijkplank is een goed doordachte oplossing,
want hij is altijd bij de hand wanneer u kleding wilt
strijken en hem gemakkelijk, veilig en onzichtbaar wilt
opbergen wanneer u hem niet gebruikt.
U plaatst hem tussen wasmachine en droger of
bovenop een van hen.
Dubbele plank
Draadmand en uitschuifbare plank. Deze kunnen
worden gebruikt als een extra oppervlak voor het
stapelen van kleding, het sorteren van sokken en
het opbergen van kleding. De mand is handig bij het
wasgoed uit de trommel nemen en om het wasgoed in
de kast te doen of als werkblad om de was te strijken
of op te vouwen.
U plaatst ze tussen wasmachine en droger of bovenop
een van hen.
Enkele plank
Uitschuifbare plank. Deze kan worden gebruikt als
een extra oppervlak bij het stapelen van kleding en het
sorteren van sokken of voor het opbergen van kleding.
Het maakt het ook gemakkelijker om wasgoed in de
trommel te doen of de was uit de trommel te halen.
U plaatst de plank tussen wasmachine en droger.
Mand
Grote uittrekbare mand, die gemakkelijk kan worden
geopend in de push-pull-modus. Hij is handig om
wasgoed uit de trommel te halen en om wasgoed naar
de kast te dragen of naar een werkblad om de was te
strijken of op te vouwen.
U plaatst deze tussen wasmachine en droger of
bovenop van een van hen
Lade met uittrekbare plank
Handig opbergvak met een hoogte van 30 cm. Ideaal
voor het opbergen van afwasmiddel, wasverzachter,
hangers, knijpers, gebruiksaanwijzingen en andere
nuttige artikelen in de wasruimte. Het vak heeft
ook een plank voor het eenvoudig inbrengen en
verwijderen van wasgoed.
15
Page 16
Voetstuk
Dankzij het roestvrijstalen voetstuk wordt uw machine
30 cm omhoog gebracht, zodat u gemakkelijk
wasgoed in de machine kunt doen of eruit nemen.
*BESCHIKBAARHEID OP DE MARKT
BESCHRIJVINGART. No.
IRONING BOARD HI1153 White576552
IRONING BOARD HI1153 Stainless steel732756
IRONING BOARD HI1153 Titanium576553
LAUNDRY CARE DOUBLE HDB1153 White 576554
LAUNDRY CARE DOUBLE HDB1153 Stainless steel 732757
LAUNDRY CARE DOUBLE HDB1153 Titanium 576555
LAUNDRY CARE SINGLE HSS1053 White576730
LAUNDRY CARE SINGLE HSS1053 Titanium 576732
LAUNDRY CARE HB1153 White 576733
PEDESTAL DRAWER W. SHELF HPS5323 White (only 8 or 9 kg models)576735
PEDESTAL DRAWER W. SHELF HPS5323 Stainless steel (only 8 or 9 kg models)576737
STAINLESS STEEL PLINTH HPL530S for 8 and 9 kg models441663
STAINLESS STEEL PLINTH HPL830S for 11 and 12 kg models445501
16
Page 17
ADVIEZEN VOOR HET WASSEN
In dit hoofdstuk vindt u enige adviezen voor het
bereiden van het wasgoed voor het wassen.
WAS SELECTEREN
De was wordt geselecteerd op:
• vuilheidsgraad,
• kleur,
• materiaal.
KLEDING
1. Sluit ritssluitingen en kleefband, zodat ze het
weefsel niet kunnen beschadigen.
2. Nieuw geverfde kleding kunnen resten verf
bevatten, daarom moeten deze gescheiden
worden gewassen.
3. Keer, om scheuren of verbleken te voorkomen,
gevoelige kleding binnenstebuiten.
4. Zeer gevoelige kleding en kleinere stukken
wasgoed doet u in een daarvoor bestemde
waszak.
5. Leeg zakken en keer ze binnenstebuiten.
SYMBOLEN OP DE KLEDING
Neem de symbolen op de kleding in acht.
De symbolen voor het onderhoud van textiel
producten:
Wassen
NormaalGevoelig
Max. wassen 90 °C
Max. wassen 60 °C
Max. wassen 40 °C
Max. wassen 30 °C
Handwas
Wassen niet toegestaan
Bleken
c1
A
P
F
Bleken in koud water
Bleken niet toegestaan
Chemisch reinigen
Chemisch reinigen met alle middelen
Perchloorethyleen R11, R113,
Petroleum
Chemische reiniging met kerosine, in
zuivere alcohol en in R 113
Chemische reiniging niet toegestaan
Strijken
Strijken met een hete strijkbout max.
200 °C
Strijken met een hete strijkbout max.
150 °C
Strijken met een hete strijkbout max.
110 °C
Strijken niet toegestaan
Natuurlijk drogen
Drogen op een rechte ondergrond
Drogen van natte was
Drogen van de was op de waslijn of
droogrek
Drogen in de droger
Drogen bij hoge temperaturen
Drogen bij lage temperaturen
Drogen met de droger niet toegestaan
17
Page 18
GEVERFD KATOEN
Geverfde katoen met een voorgeschreven was
temperatuur van 60 °C moet eerst gewassen worden
op 60 °C om mogelijke verfresten te verwijderen
anders bestaat het gevaar dat de kleur uitgespoeld
wordt. Gebruik wasmiddel zonder bleekmiddel
om kleuren te behouden.
ONGEBLEEKT LINNEN
Ongebleekt linnen moet op 60 °C worden gewassen
met een wasmiddel dat geen bleekmiddel of middel
voor optisch bleken bevat. Sterk vervuild linnengoed
kan men af en toe wassen op een hogere
temperatuur, maar niet te vaak, want het linnengoed
verliest anders zijn glans en kracht.
WOL
Dit textiel wordt aangeduid voor machine of
handwas. Het programma Wol/Handwas is net zo
teder of nog tederer dan handwas.
Wol in het bijzonder is gevoelig voor wassen en
soortgelijke behandelingen.
Als u de kleding niet wilt centrifugeren, kunt u
de instelling Zonder centrifugeren kiezen (zie
"STAP 6: Keuze programma instellingen /toets 3").
Het grootste deel van de kleding verdraagt kort centrifugeren. De grootst mogelijke gekozen
centrifugeersnelheid is 800 toeren/min.
VISCOSE EN SYNTHETISCHE VEZELS
Materialen, gemaakt van viscose en sommige
andere synthetische weefsels zijn zeer gevoelig en
hebben meer ruimte nodig in de trommel om niet te
kreuken. Bij het wassen vult u de trommel slechts tot de helft en kiest u een programma met een
centrifugeersnelheid van ten hoogste 1200 toeren/
min.
Viscose en acetaten zijn in natte toestand broze
vezels.
VERMINDERING VAN ALLERGISCHE
REACTIES
(alleen bij sommige modellen)
Mogelijkheid van het wassen met Anti allergie
programma's voor katoen en Anti allergie
programma's voor synthetische materialen,
mogelijkheid van het gebruik van de programma
instelling Anti allergie of de mogelijkheid van het
gebruik van Extra Spoeling (Super rinse). Deze
programma's, programma instellingen en functies
gebruikt u voor personen met een gevoelige
huid, bijvoorbeeld voor mensen met allergie en
kleine kinderen.
BESPARING VAN TIJD EN ENERGIE
Tijd en energie kunt u besparen door gebruik van
het programma Dagelijkse was (Everyday wash).
Dit programma heeft een kortere hoofdwas dan
Standaard katoen en is vaak voldoende voor minder
vuil wasgoed.
SPAARZAAMHEID EN EFFICIËNTIE
U kunt ook veel energie besparen door het
vermijden van programma's met hogere
temperaturen. Kies het Snelprogramma (Quick), als
u de was alleen maar wat wilt opfrissen of gebruik
het Tijdprogramma (Time program). Op deze
manier bespaart u water en energie.
Met het gebruik van de hoogste (max.)
centrifugeersnelheid, vermindert u het energiegebruik bij het drogen met een
droogtrommel of droogkast.
Bij gebruik van het Intensieve programma (Heavy),
Dagelijkse was (Everyday wash) en Standaard
katoen (Standard cotton) bevelen we wassen aan
met de volle hoeveelheid kleding.
Vermijd zo veel mogelijk de voorwas. Moderne
machines en wasmiddel wassen ook heel effi ciënt
zonder voorwas.
Gebruik voorwas alleen bij zeer vuile was.
Gebruik de extra functie Voorwas (Prewash) (zie
"STAP 6: Keuze extra functies (Menu programma
instellingen)/ toets 5").
WASMIDDELEN
Wasmiddelen met het milieu teken zijn minder
schadelijk voor het milieu.
Doseer de wasmiddelen overeenkomstig
de aanbevelingen van de fabrikant van het
wasmiddel.
Op de verpakking van het wasmiddel staat de
hoeveelheid wasmiddel aangegeven voor bepaalde
vulhoeveelheid en hardheid van het water.
VLEKKEN
Als u hardnekkige vlekken op uw kleding heeft
(bloed, ei, koffi e, gras ...) moeten deze voor het
wassen gewerkt worden. Was daarna de was op
een speciaal programma (als uw wasmachine dit
bezit).
Gebruik geen chemische middelen, maar alleen
speciale wasmiddelen voor het verwijderen van
vlekken.
18
Page 19
VERVEN VAN WEEFSELS
Als u in de machine weefsel wilt verven, kies dan
het programma Dagelijkse was (Everyday wash)
met de mogelijkheid van keuze van de functie
Extra Spoelen (Super rinse). Kies de temperatuur
in overeenstemming met de aanwijzingen
van de fabrikant van de verf. Als u gemengde
weefsels wilt verven, gebruik dan een lage
centrifugeersnelheid.
Doe de verf direct in de trommel en niet in de
doseerbak. Gebruik na het verven het zelfreinigend
programma trommelreiniging (Drum cleaning).
Gebruik de normale hoeveelheid wasmiddel.
Bij het gebruik van bleekmiddel of
vlekkenverwijderingsmiddel bestaat het
gevaar van roestvorming (corrosievorming) en
kleurverandering van de machine.
Om het milieu te beschermen, raden we af om
krachtige chemicaliën te gebruiken.
19
Page 20
WASSEN IN STAPPEN (1 – 8)
STAP 1: VERDEEL HET WASGOED
Zie hoofdstuk "ADVIEZEN VOOR HET WASSEN".
Doe bh's met beugel in een waszak. Leeg zakken. Munten, spijkers enz. kunnen de machine en het
weefsel beschadigen.
STAP 2: ZET DE HOOFDSCHAKELAAR AAN
Inschakelen
Druk op de AAN/UIT toets (ON/OFF).
Uitschakelen
Druk op de AAN/UIT toets (ON/OFF).
Als de machine niet corrrect reageert op de aan/uit opdracht, wacht dan minstens 8 seconden en druk dan op
een willekeurige toets.
STAP 3: OPEN DE DEUR EN DOE HET WASGOED IN DE WASMACHINE
Open de deur van de wasmachine naar u toe.
1
23
Doe het wasgoed in de trommel van de wasmachine.
Overtuig u er steeds eerst van dat de trommel helemaal leeg is.
Overlaad de trommel niet!
Als de trommel te vol is, zal het wasgoed slechter worden gewassen.
20
Page 21
STAP 4: VOEG HET WASMIDDEL EN DE WASVERZACHTER TOE
Op de verpakking van het wasmiddel staat gewoonlijk de aanbevolen hoeveelheid wasmiddel. Als u van plan
bent een kleinere hoeveelheid was te draaien kunt u ook volstaan met een kleinere hoeveelheid wasmiddel.
Neem de aanwijzingen van de fabrikant in acht betreff ende het soort wasmiddel, geschikt voor de
hoeveelheid vullingen en hardheid van het water.
Bij het gebruik van het ADS (Auto Doseer Systeem) zal de machine automatisch het vloeibaar wasmiddel
doseren aan de hand van de hoeveelheid wasgoed en de andere instellingen.
Waspoeder
Doseer waspoeder in het vak van de doseerbak, bestemd voor de hoofdwas. In dit vak voor de voorwas
doseert u de waspoeder, als u de functie Voorwas (Prewash), Intensief programma (Heavy) of Tijdprogramma
2:30 of langer (Time program 2:30 or more) heeft gekozen.
Wij bevelen aan om het waspoeder net voor het wassen toe te voegen. Anders zou het kunnen gebeuren
dat voor het beginnen met wassen, het poeder aan zou koeken als de doseerbak niet geheel droog zou zijn.
Zorg er daarom voor dat bij het gebruik van waspoeder de doseerbak altijd volledig droog is.
Vloeibaar wasmiddel
Volg bij het gebruik van vloeibaar wasmiddel de aanbevelingen van de fabrikant van het wasmiddel. Bij het
gebruik van half vloeibaar wasmiddel wordt het gebruik van wasballen aanbevolen. Het compartiment voor
wasmiddel wordt gebruikt met het tussenschot (3); zie afbeelding in het hoofdstuk "DOSEERBAK". Voeg
vloeibaar wasmiddel toe in het voorste gedeelte van de dispenser voor het wasmiddel (2).
Vloeibaar wasmiddel in ADS
De wasmachine doseert automatisch de hoeveelheid vloeibaar wasmiddel afhankelijk van de hoeveelheid en
vuilheidsgraad van het wasgoed. Trek voor de dosering van het vloeibaar wasmiddel de doseerbak uit tot de
eindstand.
Compartiment (A) voor vloeibaar wasmiddel voor Bonte was (Colour).
Compartiment (B) voor vloeibaar wasmiddel voor Donkere was (Black)/ Witte was (White)/ Gevoelige
(Sensitive)/ Overige was (Other).
Zie hoofdstuk "BIJZONDERHEDEN").
Controleer in geval van overmatig schuimen de hardheid van het water (zie hoofdstuk “SYSTEEM
INSTELLINGEN”), de mate van vuilheid van het wasgoed evenals de instelling van de hoeveelheid vloeibaar
wasmiddel overeenkomstig de door de fabrikant aanbevolen hoeveelheid (zie hoofdstuk “ADVIEZEN VOOR
HET WASSEN”).
De ADS werking is getest met vloeibare wasmiddelen van wereldmerken van toonaangevende fabrikanten.
In het geval van het gebruik van andere niet-gehomogeniseerde of zelfgemaakte vloeibare wasmiddelen,
kunnen storingen optreden in de werking van het ADS.
Het verwijderen van dergelijke problemen valt niet onder de garantie.
De wasmachine moet voor dosering van het wasmiddel ingeschakeld zijn!
Gebruik van bal of net om te wassen
Als u een bal of net gebruikt om te wassen, doe deze dan direct in de trommel en gebruik geen voorwas
programma.
Een te grote hoeveelheid wasmiddel levert geen betere was resultaten, maar veroorzaakt schuimen en
een sterkere invloed op het milieu. We bevelen het gebruik van een kleinere hoeveelheid wasmiddel aan.
Vergroot de hoeveelheid wasmiddel alleen als u niet tevreden bent met het wasresultaat.
Wasverzachter
De wasverzachter doseert u in het vak met het symbool . Neem de aanwijzingen in acht, aangegeven op
de verpakking van de wasverzachter.
Vul het vak voor de wasverzachter niet over het merkteken (maximum aangegeven niveau), anders zal de
wasverzachter te vroeg in de trommel vloeien, waardoor de kwaliteit van het wassen verslechtert.
21
Page 22
STAP 5: KIES EEN PROGRAMMA
Een programma kiest u door het draaien van de programmaknop in beide richtingen.
De programma keuze knop kunt u gebruiken, als op het display een pijltje verschijnt .
Kies het programma naar de soort en mate van vuilheid van de was, dat u wilt wassen zie het hoofdstuk
"ADVIEZEN VOOR HET WASSEN").
Op het display verschijnt de verwachte wastijd.
Kies voor elk programmea de aanvullende programma instellingen.
Zie STAP 6.
U kunt kiezen uit de volgende programma's:
ProgrammaOmschrijving
1. DAGELIJKSE WAS
(Everyday wash)
2. STANDAARD
(GEWOON) KATOEN
(Standard cotton)
3. GEMENGDE WAS/
KUNSTSTOFFEN
(Mix/Synthetics)
4. WOL/HANDWAS
(Wool/Hand wash)
5. DONKERE WAS
(Dark wash)
Het programma voor licht tot matig vervuild wasgoed. De temperatuur
kunt u zelf kiezen naar de wasvoorschriften die zijn aangegeven op de
kleding. Kledingstukken die op de huid worden gedragen wassen op 60 °C.
Minder vuile was wordt al schoon bij 40 °C. Centrifugeersnelheid kunt u zelf
instellen. De voorinstelling is de maximum centrifugeersnelheid.
De tijd van het programma en de hoeveelheid water worden aangepast aan
de hoeveelheid wasgoed.
Programma voor gewoon of sterk vervuild wasgoed, wit of bont. De
temperatuur kunt u zelf kiezen aan de hand van de wasvoorschriften,
aangegeven op de kleding die direct op de huid worden gedragen. Kies 40
°C, als de was minder vuil is. De centrifugeersnelheid kunt u zelf instellen.
De voorinstelling is de maximum centrifugeersnelheid. De programmatijd
en hoeveelheid water worden aangepast aan de hoeveelheid wasgoed.
Programma voor gevoelige kleding van kunststof en gemengde vezels
of viscose en voor eenvoudige verzorging van katoen. De hoogste
temperatuur is 60 °C. Neem de wasvoorschriften in acht, aangegeven
op de kleding. De meeste kunststoffen worden op 40 °C gewassen.
Kleding dat direct op de huid wordt gedragen wast u op 60 °C. De hoogste
centrifugeersnelheid is 1200 toeren/min., deze kunt u naar wens verlagen.
Zacht wasprogramma voor het wassen van wol, zijde en kleding die op
de hand moet worden gewassen. De hoogste temperatuur is 40 °C. Dit
programma heeft kort centrifugeren, de hoogste snelheid is 800 toeren/min.
Dit programma wordt gebruikt voor het wassen van wasgoed met een
wasmiddel voor donkere was en bij een lage temperatuur, een zacht
draaien met 1200 toeren/min. Wij bevelen aan donkere kledingstukken
binnenstebuiten te keren.
22
6. TIJDPROGRAMMA
(Time program)
Dit programma gebruikt u als u op een bepaalde tijd wilt wassen. U kunt
kiezen uit een tijd van 20 minuten to 3 uur. Bij dit programma moet u de
geschikte tijd en temperatuur kiezen, afhankelijk van het soort wasgoed dat
u wilt wassen.
Page 23
ProgrammaOmschrijving
7. AUTOMATISCH
PROGRAMMA
(Auto)
8. SNELPROGRAMMA
(Quick)
9. INTENSIEF
PROGRAMMA (Heavy)
10. GEVOELIG
(EENVOUDIG)
(Easy care)
11. JEANSProgramma voor het wassen van jeans. Wassen bij lage temperatuur en
Dit programma past automatisch de duur van de hoofdwas en het aantal
spoelingen aan aan de hoeveelheid wasgoed in de trommel. Hierbij kunt u
geen aanvullend programma instellingen kiezen.
Snelprogramma voor wasgoed dat alleen wat opgefrist hoeft te worden.
Het programma werkt bij bepaalde temperatuur, houd dus rekening met de
aanwijzingen op de kleding. Een lagere temperatuur verkort de duur van het
programma. De centrifugeersnelheid kunt u zelf kiezen.
Programma voor sterk vervuild wasgoed. Kies de temperatuur
overeenkomstig de wasvoorschriften op de kleding. De hoogste
temperatuur, 90 °C, is geschikt voor zeer vuile kleding. De
centrifugeersnelheid kunt u zelf instellen.
De programmatijd en hoeveelheid water worden ingesteld afhankelijk van
de hoeveelheid wasgoed.
Dit programma is geschikt voor het wassen van synthetische en gemengde
vezels en voor makkelijk te onderhouden katoen. Het kan ook worden
gebruikt voor kussens, gestikte jassen en dergelijke, aangezien voor het
wassen een grote hoeveelheid water wordt gebruikt. Lees aandachtig
de wasvoorschriften. Als de kleding een buitenmembraan heeft, gebruik
dan geen wasverzachter. U kunt een wastemperatuur tot 60 °C en een
centrifugeersnelheid van 1200 tpm kiezen.
1200 toeren/min. Door het hoge waterniveau en extra spoeling blijft er geen
wasmiddel op de kleding achter.
12. OVERHEMDEN
(Shirts)
13. ANTI-HUISMIJT
(Hygiene)
14. BEDDENGOED
(Bedding)
15. ANTI-ALLERGIE
PROGRAMMA KATOEN
(Allergy program
cotton)
Programma voor het wassen van boorden en manchetten zonder kreuken.
Het wassen verloopt bij lage temperatuur, veel water en zacht draaien.
Dit programma wordt gebruikt om kleding te wassen die speciale zorg
vereist, zoals babykleding, ondergoed of kleding voor mensen met
huidallergieën.
We raden aan om de kledingstukken binnenstebuiten te keren, omdat
hierdoor ook de huidresten of resten van huidverzorgingsproducten grondig
worden uitgewassen.
Het programma is een combinatie van een extra lange en hoge verwarming
en extra spoeling met sterke en scherpe bewegingen die resten van het
wasmiddel verwijdert.
Programma voor het wassen van beddengoed, kussens en grotere stukken
wasgoed. Het wekelijks wassen van uw beddengoed verwijdert huidresten
en mijten. Neem de voorschriften voor wassen en onderhoud in acht. Het
wassen gebeurt met een grotere hoeveelheid water en extra spoelingen.
Programma voor het wassen van normaal tot sterk vervuilde kleding, dat
bijzondere zorg behoeft, zoals kleding van personen met een gevoelige
huid of een allergie. Wij bevelen aan de kleding binnenstebuiten te keren
om huidschilfers en andere resten goed uit te spoelen.
U kunt kiezen voor de hoogste (max.) temperatuur en het hoogste aantal
toeren bij centrifureren.
De ingestelde temperatuur wordt gedurende een langere periode
gehandhaafd dan bij conventionele programma's in combinatie met intense
bewegingen en extra spoelbeurten.
23
Page 24
ProgrammaOmschrijving
16. ANTI-ALLERGIE
PROGRAMMA
KUNSTSTOFFEN
(Allergy program
synthetics)
17. PROFESSIONEEL
SNELPROGRAMMA
(Quick Pro)
18. SPOELEN
(Rinse)
19. CENTRIFUGEREN
(Spin)
20. POMPEN
(Drain)
21. PROGRAMMA VOOR
TROMMELREINIGING
(Zelfreiniging)
(Drum cleaning)
Programma voor kleding, dat speciale zorg behoeft, zoals kleding van
personen met een gevoelige huid of met allergie. Het programma is ook
geschikt voor mensen die gevoelig zijn voor wasmiddelen. Wij bevelen aan
de kleding binnenstebuiten te keren om zo huischilfers en andere resten
goed uit te kunnen spoelen.
De ingestelde temperatuur wordt gedurende een langere periode
gehandhaafd dan bij conventionele programma's in combinatie met intense
bewegingen en extra spoelbeurten.
Een snel programma met hoge efficiëntie voor kleinere hoeveelheden licht
vuil wasgoed. Het programma wast met intensief tuimelen en 1200 toeren/
min.
(4 kg, 40 °C, 59 min)
Dit programma voert 2 koude spoeling uit met kort centrifugeren, geschikt
voor was, dat alleen gespoeld hoeft te worden en voor het reinigen van
doeken.
Dit programma wordt gebruikt als u alleen maar wilt centrifugeren.
Kies het programma Pompen als u alleen het water uit de trommel wilt
verwijderen.
Het programma wordt gebruikt voor het reinigen van de trommel en het
verwijderen van resten van wasmiddel en bacteriën. De trommel moet leeg
zijn. U kunt een beetje alcoholazijn (ongeveer 2 dcl) of natriumbicarbonaat
(1 eetlepel of 15 g) toevoegen. Wij bevelen aan het programma tenminste
1 x per maand te gebruiken.
22. SYSTEEM
INSTELLINGEN
(System settings)
Met een druk op de programma keuzeknop kiest u Systeem instellingen en
bevestig uw keuze met ENTER (met toets 2).
Ga door het menu met instellingen met de knop voor de programma keuze.
De volgende mogelijkheden zijn beschikbaar:
– Kinderbeveiliging (Child lock), – Automatische dosering van het wasmiddel (ADS), – Taalkeuze (Language), – Hardheid van het water (Water hardness), – Temperatuur keuze (Temperatura), – Reeks programma's (Programs), – Display): contrast en logo,– Geluidssignaal (Sounds), – Resetten.
Door de keuze van programma instellingen te selecteren kunt u de was programma's aanpassen aan uw
voorkeur.
Sommige programma instellingen kunnen bij bepaalde programma's niet worden gekozen.
Gekozen programma instellingen blijven na het einde van het wassen opgeslagen en kunnen achteraf
worden veranderd (met uitzondering van de vertraagde start, die na het einde van het wassen niet wordt
opgeslagen).
123456
1. Wijze van wassen (Mode)
2. Temperatuur bij het wassen (Temperature)
3. Centrifuge/Toeren (Spin speed)
Programma instellingen kiest u met de toets START.
Tijdens het wassen kunt u de gekozen programma instellingen niet wijzigen.
Druk op de toets onder de programma instelling en houd deze vast, zodat u informatie (INFO) krijgt over
deze programma instelling.
De programma instellingen die u kunt kiezen met de toetsen 1 tot 6, zijn:
4. Keuze van extra functies (Program settings
menu)
5. Vertraagde start (Start delay)
6. Automatisch Doseer Systeem (ADS)
1. Manier van wassen (Mode)
Met een druk op toets ! kiest u de wijze van wassen:
• Normale (gewone) manier van wassen (Normal mode)
(Standaard instelling)
• Ecologische manier van wassen (Groen) (Green mode)
(Wassen met energiebesparing – langer wassen, minder water).
• Snelle manier van wassen (Speed mode)
(Wassen met tijdbesparing – kortere wastijd met meer water, groter energieverbruik).
Bij katoenwas bevelen we een halve vulling aan.
• Anti-allergische manier van wassen (Allergy mode)
(Wassen met meer water, extra spoelingen, langer wasprogramma, groter water- en energieverbruik).
• Intensieve manier van wassen (Intense mode)
(Wassen met een verbeterd waseff ect, met meer water en een langere wastijd).
2. Temperatuur bij het wassen (Temperature)
Met een druk op toets 2 kunt u de temperatuur voor het gekozen programma kiezen:
Koud wassen (Cold) tot 20/30/40/50/60/70/80/90 °C.
Het is van het gekozen programma afhankelijk, welke Temperatuur u in kunt stellen.
25
Page 26
3. Centrifuge/toerental (Spin speed)
Door op toets 3 te drukken kiest u bij de centrifugeersnelheid tussen:
NO d (zonder pompen) /... / max. (toeren/min.) (max. toeren/min. = afhankelijk van het model).
Het vooringestelde (standaard) toerental bij het centrifugeren is 1400 tpm, u kunt echter ook, afhankelijk van
het gekozen programma, het toerental veranderen, verlagen of verhogen (alleen bij sommige modellen).
Het is van het gekozen programma afhankelijk, welke centrifugeersnelheid u kunt kiezen.
Het programma NO d (zonder pompen) omvat geen centrifugeren, het water van de laatste spoeling blijft
na het wassen in de machine.
De was blijft in het water van de laatste spoeling, dit voorkomt kreuken. Als u NO d (No Drain) heeft gekozen
moet u aan het einde van het programma het programma Pompen (Drain) of Centrifugeren kiezen (Spinning)
om het water uit de machine te pompen, voordat u de deur van de wasmachine kunt openen.
4. Keuze van extra functies (Menu Programma instellingen) (Additional program option/
more options)
Met een druk op toets 4 bevestigt u het gebruik van extra functies. Vervolgens gaat u met de knop voor
programmakeuze door het menu van functies. De functie die u wilt kiezen, bevestigt u met een druk op toets 1.
Mogelijke extra functies zijn:
* Extra spoeling (Super rinses)
Als u het aantal spoelingen wilt vergroten (+2), kiest u Extra spoelen (Super rinse). Dit wordt aanbevolen voor
personen met een zeer gevoelige huid en/of in streken met zeer zacht water.
Druk op toets 1 (AAN
* Voorwas (Prewash)
Als u voor de hoofdwas nog wilt voorwassen, kies dan Voorwas. Deze functie wordt aanbevolen voor zeer
vuile was of voor was met hardnekkig vuil op het textiel. Bevestig de keuze met toets 1 (AAN / UIT ),
met toets 6 keert u terug naar het basismenu.
In de doseerbak doet u in een vak voor de voorwas het wasmiddel voor de Voorwas en in het vak voor de
hoofdwas doet u het wasmiddel voor de Was (zie het hoofdstuk "DOSEERBAK").
/ UIT ), met toets 6 keert u terug naar het basismenu.
* Hoger waterniveau (High water level)
Als u na beëindiging van het wasprogramma en het spoelen meer water wilt hebben, kies dan Hoger water
niveau. Druk op toets 1 (AAN / UIT ), met toets 6 keert u terug naar het basismenu.
* Anti-kreuk (Anti crease)
Kies de Anti-kreuk optie (zachtjes tuimelend) om kreuken van de was te voorkomen. Het gebruik van deze
functie wordt aanbevolen voor de verzorging van gevoelige was. Kies de functie met toets 1 (AAN / UIT ),
met toets 6 keert u terug naar het basismenu.
Sommige functies kunt u niet kiezen bij bepaalde wasprogramma’s.
26
Page 27
5. Vertraagde start (Start delay)
Met een druk op toets 5 kiest u de vertraagde start als u wilt dat het wasprogramma op een bepaald tijdstip
begint (van 30´ tot 24 uur nadat u op Start heeft gedrukt).
Dagelijkse wasOk60°C1400Norm.
0:30
54
A
Boven toets 5 wordt de verwachte tijd
weergegeven van het einde van de
wascyclus.
Druk op toets 5, zodat de pijltjes
verschijnen .
Met de knop voor de keuze van het
wasprogramma kiest u de tijd van
vertraagde start (van 30´ tot 6 uur in
stappen van 30 minuten, daarna van 6
tot 24 uur in stappen van 1 uur).
Met toets 4 (OK) bevestigt u uw
keuze. Druk op de toets Start om te
beginnen. Aan het einde van het aftellen
begint het wasprogramma.
Als u de vertraagde start wilt herroepen
en u wilt meteen beginnen met wassen,
Uitgestelde start gepauzeerd
03:50
druk dan op toets 5 .
Als de Vertraagde start eenmaal is
5
ingeschakeld, is het niet mogelijk deze
nog te veranderen; het enige wat u kunt
doen is deze »overslaan« met een druk
op de toets om daarna het gekozen
programma te vervolgen.
Als u de functie Uitgestelde start hebt ingesteld en u een vloeibaar wasmiddel gebruikt, raden we u aan
geen programma met een voorwascyclus te kiezen.
6. Automatische dosering (ADS)
Door op toets 6 te drukken kunt u kiezen tussen automatische dosering van het wasmiddel uit doseerbak A,
uit doseerbak B en uitschakeling OFF ( ).
De keuze is ervan afhankelijk in welk vak u eerder het vloeibare wasmiddel heeft gedaan.
Zie voor het doseren van het vloeibare wasmiddel het hoofdstuk "BIJZONDERHEDEN)".
27
Page 28
STAP 7: BEGINNEN MET WASSEN
Doe de deur van de wasmachine dicht en druk op de toets Start/Pauze.
Start (korte druk op de toets - begin/vervolgen)
Pauze (korte druk op de toets – tijdelijke onderbreking)
Stop (lange druk op de toets (3 sec) – stoppen of herroepen)
Programma start
Info
2:20
Resterende tijd
Afhankelijk van het geselecteerde programma wordt de verwachte wastijd weergegeven in uren en minuten.
De werkelijke wastijd is afhankelijk van het gekozen programma, de hoeveelheid en soort wasgoed, het
toerental bij centrifugeren ...
De wastijd kan hierdoor langer of korter zijn.
De wastijd wordt tijdens het wasprogramma gecorrigeerd aan de hand van de werkelijke hoeveelheid
wasgoed en de toegevoerde hoeveelheid water. De resterende tijd wordt voor het laatst gecorrigeerd voor de
laatste centrifugering.
In geval van een ongelijkmatige verdeling van het wasgoed knippert de tijd op het display en telt niet af. Bij
gelijkmatige verdeling van het wasgoed telt de wastijd weer af en knippert niet meer.
Programma loopt
Info
2:20
Wasgoed toevoegen of verwijderen tijdens het wasprogramma
GepauseerdStop progr.Was toev.
5
Als u wasgoed wilt toevoegen of
verwijderen tijdens het wasprogramma,
kunt u het programma stoppen door
op de toets Start/Pauze te drukken.
Kies met een druk op toets 5 Wasgoed
toevoegen ("Add clothes").
De deur kan worden geopend als het water uit de machine is gepompt (maar niet volledig is weggepompt).
Daarna kunt u wasgoed toevoegen of verwijderen. Sluit de deur en ga verder met het programma. Druk op de
toets Start/Pauze.
Het programma gaat nu verder daar waar het werd onderbroken.
Deur gaat niet open door hoge temp. - Herstarten
Als de deur niet kan worden geopend,
is het mogelijk dat de temperatuur in de
machine te hoog is, en u kunt dan geen
was toevoegen.
Te laat om wasgoed toe te voegen - Herstarten
Als de deur niet kan worden geopend
kan het zijn dat het wasprogramma al te
ver gevorderd is en het toevoegen van
wasgoed geen eff ect meer heeft.
28
Page 29
Onderbreken, stoppen of veranderen van het programma
GepauseerdStop progr.Was toev.
Het programma kan onderbroken
worden met een korte druk op de toets
Start/Pauze.
1
Als u verder wilt gaan met het
programma, druk dan opnieuw op de
toets Start/Pauze.
Als u het programma wilt stoppen, drukt u 3 seconden op de toets Start/Pauze.
Met toets 1 »Programma stoppen« (Stop program). Het programma wordt gestopt en zonodig wordt het water
uit de wasmachine gepompt. Pas daarna kunt u de wasmachinedeur openen. Met een druk op de knop voor
de programmakeuze kiest u een nieuw programma, kunt u wasmiddel toevoegen en drukt u op de toets
Start/Pauze.
Als de temperatuur in de trommel erg hoog is, begint het afkoelingsproces al voor het afbreken van het
programma.
Met een druk op de AAN/UIT toets kunt u het Programma wassen onderbreken.
De wasmachine zal uitschakelen.
Bij hernieuwde inschakeling moet u op de toets Start drukken om het programma te hervatten.
Doe de doseerbak niet open als de machine in werking is.
In sommige gevallen kan het gebeuren dat de deur gesloten blijft ondanks het feit dat geen programma
actief is (bijv. in geval van een fout). De deur kan worden ontsloten door een langere druk op de toets Start/
Pauze.
29
Page 30
STAP 8: EINDE PROGRAMMA
Cyclus succesvol voltooid.
Start
nieuw
5
Fav.
Toev.?
Na het einde van het programma
verschijnt op het display dat het
programma is afgelopen »Cyclus
succesvol voltooid.«.
Anti
kreuk
Stop
an.kreukCyclus succesvol voltooid.
Als u de functie Anti-kreuk (Anti crease)
heeft gekozen, zal na het einde van
het programma de machine nog zacht
verder draaien om kreuken van het
wasgoed te voorkomen.
6
Open de deur naar u toe en verwijder het wasgoed uit de wasmachine.
Overtuig uzelf ervan, dat de trommel van de wasmachine leeg is.
Als u 5 minuten na het einde van het programma niets doet zal voor energiebesparing het display
uitschakelen en overgaan in de stand standby.
Het display za opnieuw oplichten als u op de toets AAN/UIT drukt of.
Draai na het wassen de waterkraan dicht en trek de stekker van de wasmachine uit het stopcontact.
Na het einde van het programma kunt
u op toets 6 drukken en het programma
met al uw instellingen opslaan als uw
favoriete programma.
6
Maak uw lijst van favoriete programma's.
Bevestigen?TerugPositie lijst fav.1. Favoriet
U kunt ten hoogste 4 favoriete
programma's opslaan.
Het nummer (positie) van het favoriete
programma kiest u met toets 2; het
laatst gebruikte programma wordt u
aangeboden met alle instellingen. Als u
42
deze wilt opslaan, kunt u dit bevestigen
met toets 4.
Als u aan het einde van het wassen het programma niet wilt opslaan, draai dan aan de knop van voor de
programmakeuze of open eenvoudig de deur van de wasmachine.
30
Page 31
Vervanging van een favoriet programma
Als u na het wassen een programma wilt opslaan in het menu van favoriete programma's en u merkt dat er
geen plaats meer is (er zijn maar 4 opslagmogelijkheden), kunt een bestaand programma vervangen met een
ander.
1. FavorietBevestigen?TerugPositie lijst fav.
Met toets 2 beweegt u zich over de
opgeslagen Favoriete programma's.
Met toets 4 bevestigt u het programma
dat u wilt vervangen.
42
NeeJa1.Fav Auto zal worden vervangen
Bevestig de vervanging met toets 5.
65
De reeks van favoriete programma's worden weergegeven bij inschakeling van de wasmachine.
Als u 5 minuten na het einde van het programma niets doet zal voor energiebesparing het display
uitschakelen en overgaan in de stand standby.
Het display zal opnieuw oplichten als u op de toets AAN/UIT drukt of als u de deur open doet.
31
Page 32
SYSTEEM INSTELLINGEN
Systeem instel.
Enter
In het hoofdmenu kiest u met de knop
voor de programmakeuze Systeem
instellingen (System settings).
Bevestig de keuze met toets 2.
2
Daarna beweegt u zich met de knop voor de programma keuze door de reeks instellingen die u kunt
veranderen:
• Kinderbeveiliging (Kinderslot) (Child lock),
• Automatische dosering van het wasmiddel (ADS),
• Taalkeuze (Language),
• Hardheid van het water (Water hardness),
• Temperatuur keuze (Temperature),
• Reeks programma's (Programs),
• Display): contrast en logo,
• Geluidssignaal (Sounds),
• Resetten.
Draai de knop voor programmakeuze naar de toets 6 "TERUG" voor terugkeer naar de Systeem instellingen
(System Settings) of wel het Basis menu.
Met een druk op de toets INFO verschijnt op het display korte informatie over de instelling.
KINDERBEVEILIGING (KINDERSLOT) (CHILD LOCK)
U kunt kiezen tussen IN en UIT -schakeling van de Kinderbeveiliging.
Als de Kinderbeveiliging (Child lock) is ingeschakeld, kan geen enkele andere functie gekozen worden.
KinderslotTerugInfo
1
KinderslotTerugInfo
1
Kinderslot
vergrendelt gebr. Interface voor alle acties
Drukom te deactiveren
3 sec
"Kinderbeveiliging" (Child lock) kunt u
inschakelen met toets 1 . Hiermee
voorkomt u, dat kinderen de machine in
kunnen schakelen.
= De kinderbeveiliging kunt
u handmatig activeren of wordt
automatisch geactiveerd.
Handmatig: druk 3 seconden op de
toetsen 1 en 4.
Automatisch: wordt geactiveerd na 3
minuten.
De kinderbeveiliging kunt u alleen
handmatig deactiveren door 3 seconden
op de toetsen 1 en 4 te drukken.
= De kinderbeveiliging kan niet
worden geactiveerd.
Als u tijdelijk (gedurende 3 minuten)
de kinderbeveiliging (Child lock) uit
wilt schakelen, druk dan 3 seconden
tegelijkertijd op de toets 1 en 4.
32
14
Page 33
AUTOMATISCH DOSEERSYSTEEM (ADS)
Met een druk op de toets AAN/UIT kunt u het teken ADS in het Basismenu in of uitschakelen.
Auto
LanguageBack
dosering
Dagelijkse was40°C1400Norm.
AanUit
MainA
Russian
24
Colour
MainB
Info
White
3:15
Terug
Back24Auto Dosing
A
Zie voor de instelling van ADS, het
hoofdstuk »BIJZONDERHEDEN"
ON = weergave van ADS menu in
Basismenu
Dagelijkse was40°C1400Norm.
3:15Uit
TAAL KEUZE (LANGUAGE)
TaalOk
TaalTerug
EU English
EU English
OFF = geen weergave van ADS in
Basismenu
Met toets 6 keert u terug naar de
systeem instellingen (System settings).
Het is mogelijk om te kiezen uit 24
talen. Druk op toets 3, zodat de pijltjes
verschijnen . Met de knop voor de
programma keuze of met toets 3 kunt u
kiezen uit de reeks van talen.
63
Met toets 6 bevestigt u de gekozen taal
Met toets 6 keert u terug naar de
Systeem instellingen (System settings).
63
HARDHEID VAN HET WATER (WATER HARDNESS)
Met de toetsen 1, 2 of 3 kiest u de hardheid van het water, namelijk: hard (Hard), normaal (Normal) of zacht
(Soft).
MainA
WaterTerug
LanguageBack
HardNorm.
Russian
24
Zacht
Colour
MainB
Info
White
Back24Auto Dosing
1326
De hardheid van het water kunt u meten met een indicator voor de hardheid van het water (die u kunt kopen in
een apotheek). Controleer de informatie over waterhardheid bij uw plaatselijke waterleidingbedrijf of autoriteit.
Hardheid
water
Hardheid graad
°dH (°N)m mol/l°fH(°F)p.p.m.
1 - zacht< 8,4< 1,5< 15< 150
2 - normaal8,4 - 141,5 - 2,515 - 25150 - 250
3 - hard> 14> 2,5> 25> 250
Waterhardheid wordt weergegeven in de volgende schalen: de Duitse schaal voor waterhardheid (°dH) en de
Franse schaal voor waterhardheid (°fH). Water dat harder is dan 6°dH (9°fH) moet zachter gemaakt worden.
Dit gebeurt automatisch met behulp van de ingebouwde waterontharder. Om de waterontharder optimaal te
Met toets 6 keert u terug naar de
systeem instellingen (System settings).
33
Page 34
laten werken, moet deze worden ingesteld op de waterhardheid. Als de waterhardheid hoger is dan 50°dH
(89°fH), raden we het gebruik van een externe waterontharder aan.
Neem contact op met uw plaatselijke waterleidingbedrijf of meet de waterhardheid met de bijgeleverde
teststrip om de waterhardheid in uw gebied te controleren.
Het juiste gebruik van de teststrip:
1. Zet de kraan aan en laat het water een minuutje stromen.
2. Vul een glas met water.
3. Haal de teststrip uit de verpakking.
4. Doop de teststrip ca. 1 seconde in het water.
5. Wacht 1 minuut. Vergelijk de kleuren op de vierkantjes met de waterhardheidtabel.
Teststrip°dH°fH
4 groen
1 rood
2 rood
3 rood
4 rood
< 3< 5
> 4> 7
> 7> 12
> 14> 25
> 21> 37
KEUZE VAN DE TEMPERATUUR (TEMPERATURE)
U kunt kiezen tussen °C en °F.
C°
°Temperatuur
F
Info
Back
Terug
Met toets 1 bevestigt u de keuze van de
temperatuur in °C.
Met toets 2 bevestigt u de keuze van de
temperatuur in °F.
162
Met toets 6 keert u terug naar de
Systeem instellingen (System settings).
REEKS PROGRAMMA'S (PROGRAMS)
In het basismenu bevindt zich een reeks van programma's die u kunt kiezen met een druk op de knop
voor programma keuze. Bij deze instellingen worden in het basis menu alleen de gekozen programma's
weergegeven.
Programma'sTerug
Hemden
Info
Druk op toets 1, zodat de pijltjes
verschijnen . Met de knop voor
programma keuze of met toets 1 kiest u
het programma. De weergave bepaalt u
met toets 3:
13
6
inschakelen /uitschakelen .
Met toets 6 keert u terug naar de
Systeem instellingen (System settings).
34
Page 35
DISPLAY
Display
ContrastLogo
13
Terug
U kunt het contrast en weergave van het
logo instellen.
12
3
4
5
1
1
GELUIDSSIGNAAL (SOUNDS)
U kunt kiezen voor in- of uitschakeling van het geluidssignaal.
InfoMiddenGeluidenTerug
164
TerugContrast
TerugLogo
Kies het Contrast met de toetsen 1 tot
5 .
Met toets 1 kiest u tussen de in- of
uitschakeling van het Logo.
Als u het hokje met het vinkje kiest,
zal bij inschakeling van de machine op
het display het logo verschijnen.
Met toets 6 keert u terug naar de
Systeem instellingen (System settings).
Met toets 1 kiest u tussen de in- /
uitschakeling van het geluidssignaal.
Met toets 4 kiest u uit de volgende
instellingen: laag (Low), midden (Mid)
in hoog (High). Tijdens het instellen is
het volume van het geluidssignaal ook
hoorbaar.
Met toets 6 keert u terug naar de
Systeem instellingen (System settings).
RESETTEN (RESET)
Wat betekent dat de instellingen teruggebracht worden naar de oorspronkelijke instellingen (al uw eigen
instellingen worden gewist).
Stan. resetInfoJa
Terug
Bevestig uw keuze met toets 3 (JA).
Met toets 6 keert u terug naar de
Systeem instellingen (System settings).
63
35
Page 36
BIJZONDERHEDEN
AUTOMATISCH DOSEERSYSTEEM (ADS)
1. Weergave ADS in Basismenu (zie "SYSTEEMINSTELLINGEN")
2. Keuze ADS instelling in Basismenu.
3. Vullen ADS reservoir
4. Keuze instelling ADS met openen van doseerbak
5. Uitschakeling van de automatische dosering in het ADS menu.
2. Keuze instelling ADS in Basismenu
Dagelijkse was40°C1400Norm.
3:15
A
Met de keuze van deze instelling kiest u uit welk reservoir (A of B) u wilt dat het vloeibare wasmiddel
gedoseerd wordt.
Auto
dosering
BA
TerugOpties
DACB
Stel de automatische dosering in met
een druk op de toets onder ADS.
Bepaal de automatische dosering
van het wasmiddel voor elke cyclus
afzonderlijk.
De laatste instelling wordt opgeslagen
en u kunt deze bij een volgende cyclus
veranderen.
Op sommige programma's kan de ADS
instelling niet worden gekozen.
Met een langere druk op toets A/B krijgt
u informatie over de inhoud van het
reservoir A/B.
A, B. Kies het reservoir waaruit het vloeibare wasmiddel gekozen moet worden, gezien de soort wasgoed.
U kunt kiezen tussen automatische dosering van hetwasmiddel uit reservoir A of uit reservoir B. Bevestig
de keuze met het vinkje
. U moet voordat u kiest tussen reservoir A en B, eerst het reservoir vullen met
vloeibaar wasmiddel.
Vloeibaar wasmiddel voor Bonte was (Colour)
Vloeibaar wasmiddel voor Donkere was (Black)/ Witte was (White)/ Gevoelige (Sensitive)/ Overige was
(Other). Zie onder punt D/b (keuze soort wasgoed)
C. Kies de mate van vuilheid van de was. U kunt kiezen uit:
Lichtelijk vervuilde was
Matig vervuilde was
Sterk vervuilde was
Gezien de gekozen mate van vuilheid die u heeft ingesteld zal het wasprogramma de juiste hoeveelheid
wasmiddel kiezen.
D. Bepaal met een druk op de toets (Opties):
Auto
dosering
BA
TerugWitBont
Kies het reservoir, waarvoor u de
instellingen wilt bepalen.
(A – toets 2,3, B – toets 4,5).
36
24
Page 37
Auto
dosering
B
1 dose 10 ML
TerugZwartReinig reserv.
a = hoeveelheid vloeibaar wasmiddel
b = keuze vloeibaar wasmiddel uit
reservoir B
c = reiniging van het gekozen reservoir
bca
De hoeveelheid vloeibaar wasmiddel (ml/cyclus uit het reservoir A of B). Kies de hoeveelheid wasmiddel
a.
overeenkomstig de aanwijzingen van de fabrikant van het wasmiddel, weergegeven op de verpakking.
Zie voor dit model wasmachine de aanbevelingen voor een vulling van 4-6 kg, een gemiddelde hardheid
van het water en een gemiddelde vuilheid van het wasgoed. De wasmachine is vooringesteld op 50 ml.
Deze hoeveelheid wordt aangepast, afhankelijk van de gekozen hardheid van het water, de vulling die de
wasmachine constateert en de gekozen mate van vuilheid.
Auto
dosering
B
Reinig reserv.
1 dose 50 ML
55
60
:
100
TerugZwart
b. Soort en vervanging van het wasmiddel in ADS
In reservoir A bevindt zich alleen wasmiddel voor een soort wasgoed: voor Bonte was (Colour).
Het reservoir B kan worden gevuld met wasmiddel voor meerdere soorten wasgoed (Zwart / Wit / Gevoelig /
Andere).
Auto
dosering
B
Reinig reserv.
1 dose 10 ML
TerugZwart
Wit
Gevoelig
Andere
Als u het wasmiddel in reservoir B vervangt, kiest u ook een ander soort wasgoed. Op het display verschijnt
de vraag of u echt het wasmiddel wilt vervangen.
Wij bevel aan het wasmiddel te vervangen als het reservoir leeg is.
In het tegenovergestelde geval moet het reservoir worden geleegd, maar moet u de doseerbak eerst
sluiten.
Giet in reservoir B een ander soort wasmiddel (bijv. als u Zwart heeft gekozen zult u waarschijnlijk het
reservoir vullen met een speciaal wasmiddel voor donkere was).
Als het reservoir niet leeg is, moet het wasmiddel uit het reservoir worden gepompt en moet het reservoir
worden gereinigd( zie punt c ”Reiniging van de reservoirs”).
c.Reiniging van de reservoirs
Auto
dosering
B
1 dose 10 ML
TerugZwartReinig reserv.
Select Options, then choose Reinig
reserv.
We raden aan de wasmiddeltank eens per twee maanden en wanneer deze leeg is te reinigen.
Sluit de dispenserlade voor u het reinigingsmiddelreservoir reinigt.
Het compartiment kan bovendien worden gespoeld met een extra hoeveelheid water via de inlaat van het
reinigingsmiddelcompartiment (500 ml water). Open de doseerbak tot de eindstand, voeg het water toe aan
het reservoir dat u reinigt, doe de doseerbak dicht en druk op de toets Start
(max. hoeveelheid die u in het
reservoir kunt gieten is 1,5 l).
37
Page 38
Auto
dosering
Voeg 500ml water toe in reservoir B.
Sluit het compart. en druk op start.
Terug
Als u het reservoir niet met water
wilt spoelen, kunt u de procedure
onderbreken met een druk op de toets 6
Als u al begonnen bent met water
ingieten, dan kunt u het proces niet
meer onderbreken. De procedure van
ingieten van water moet beeindigd
worden.
Als de reiniging van reservoir B beeindigd is, doet u de doseerbak open tot de eindstand en giet u het
vloeibare wasmiddel in reservoir B.
Auto
dosering
OkU kunt nu nieuw wasmiddel toevoegen.
De reinigingstijd van een vol reservoir (pompen en spoelen) kan tot 60 minuten duren.
3. Vullen van het reservoir met een vloeibaar wasmiddel
Trek voor de dosering met het wasmiddel in het reservoir de doseerbak uit tot aan de eindstand
(tot het einde). (Als u de doseerbak niet tot het einde uittrekt zal het wasmiddel niet in het reservoir
lopen.)
De wasmachine moet ingeschakeld zijn.
Vul geen wasmiddel bij (vloeibare wasmiddel), terwijl het programma draait!
Begin met de dosering van het vloeibare wasmiddel in het gekozen reservoir. Op het display wordt het niveau
in het gekozen reservoir stijgen. Beeindig het vullen als het reservoir vol is.
(max. hoeveelheid die u in het gekozen reservoir kunt gieten is 1,5 l).
Wacht voor het sluiten van de doseerbak 1 minuut om het wasmiddel volledig in het reservoir te laten
lopen.
Als u te veel vloeibaar wasmiddel heeft gedoseerd zal de bak overstromen en zal het wasmiddel over
de trommel van de wasmachine stromen. Om het wasmiddel uit de trommel te verwijderen, kiest u het
programma spoelen.
38
Page 39
4. Keuze instelling ADS met openen van de doseerbak
Trek de doseerbak uit tot de eindstand! Op het display verschijnt de instelling ADS in het Basismenu.
Alle instellingen zijn hetzelfde als onder punt 2. (Kies de instelling ADS in het Basismenu).
Als u in de Systeeminstellingen de stand UIT (OFF) heeft gekozen (zonder weergave van ADS in het
Basismenu), zal het ADS menu niet worden weergegeven, als u de doseerbak opent.
Gebruik voor dosering in het reservoir ADS alleen vloeibaar wasmiddel.
Meng geen vloeibaar wasmiddel met wasverzachter. Doe geen wasverzachter in de ADS reservoirs; de
wasverzachter moet handmatig worden gedoseerd in het vak, gemerkt met .
Meng geen verschillende soorten wasmiddel. Als u het wasmiddel wilt vervangen (gezien het soort
wasgoed), moet u eerst het reservoir reinigen. Zie punt c Reiniging van de reservoirs).
5. Uitschakeling van de automatische dosering in het ADS menu.
Dagelijkse was40°C1400Norm.
Auto
dosering
A
3:15
BA
TerugOpties
Druk op de toets onder ADS in het
Basismenu.
De reservoirs A en B mogen niet
gemarkeerd worden (zonder vinkjes
Het systeem zal daarom het vloeibare
wasmiddel niet doseren.
Het vloeibare wasmiddel moet daarom
handmatig in de doseerbak worden
toegevoegd.
).
39
Page 40
REINIGING EN ONDERHOUD
REINIGING VAN HET FILTER
De wasmachine heeft een fi lter dat kleine voorwerpen moet opvangen, zoals munten, knopen, haren ...
Pomp voor reiniging het water uit de wasmachine
1
met het programma Pompen en neem de machine
van het lichtnet.
Het fi lterdekseltje van de pomp maakt u open met het
sleuteltje voor het openen van de deur in geval van
nood (het sleuteltje bevindt zich aan de achterkant van
de doseerbak).
Neem het slangetje voor de wateruitlaat van de
2
houder.
Laat voor het reinigen eerst het water uit de
wasmachine lopen. Dit doet u door het slangetje
voor de wateruitlaat in een grotere, ondiepe bak
te plaatsen, vervolgens opent u het dopje van het
slangetje voor de wateruitlaat.
Draai het fi lter langzaam linksom los en trek hem
3
uit.
Reinig het fi lter onder stromend water.
4
Verwijder van het huis van het fi lter en en
5
propellertje alle voorwerpen en vuil.
40
Plaats het fi lter weer terug, zoals aangegeven
6
in de fi guur en draai hem rechtsom weer vast.
Voor een goede dichting moet het oppervlak van de
pakking schoon zijn.
Plaats het slangetje voor waterafvoer weer terug.
Page 41
REINIGING VAN DE DOSEERBAK EN HET DEURRUBBER
Trek met een druk op de vrijgaveknop de
1
doseerbak uit het huis.
AB
Spoel de bak uit en maak hem goed schoon.
2
Verwijder ook het dekseltje van het vak voor de
wasverzachter (A). Reinig het dekseltje van de dop.
Reinig de binnenkant van de doseerbak (B).
Plaat het dekseltje weer terug.
Ook de spruitstukken aan de bovenkant van het
3
huis van de doseerbak moeten met een borsteltje
worden gereinigd.
Na afl oop van het programma gaan automatisch de
spuitopeningen in werking, die de binnenkant van de
doseerbak moeten reinigen (hebben alleen sommige
modellen).
Gebruik een borstel om het onderste deel van de
behuizing van de dispenserlade te reinigen.
Duw de doseerbak terug in het huis.
4
Sluit de doseerbak!
Was de doseerbak niet in de afwasmachine!.
Veeg na ieder wasbeurt de rubber pakking van de
5
deur af, dit verlengt de levensduur.
41
Page 42
REINIGING VAN HET AUTOMATISCH DOSEER SYSTEEM ADS
Reiniging van het vak:
Trek de doseerbak volledig uit het huis met behulp
1
1
2
van de vrijgaveknop (1).
Open het dekseltje van de vakken A en B (2).
Spoel het vak met de straal water.
2
42
Page 43
REINIGING VAN DE BUITENZIJDE VAN DE MACHINE
Reinig de buitenkant van de machine en het display met een zachte, vochtige katoenen doek en wat water.
Gebruik geen oplosmiddelen of schurende reinigingsmiddelen die de machine kunnen
beschadigen (neem de aanwijzingen en waarschuwingen in acht van de fabrikanten van het
reinigingsmiddel).
Reinig de machine niet met een waterstraal!
Neem voor de reiniging de wasmachine altijd van het lichtnet
REINIGING VAN DE BINNENKANT VAN DE MACHINE TEGEN ONAANGENAME GEUREN.
Moderne wasmiddelen maken het wassen van kleding bij lage temperaturen mogelijk. Dit betekent dat in de
machine sedimenten kunnen ontstaan, die onaangename geuren kunnen veroorzaken.
Om dit te voorkomen bevelen wij aan om een keer per maand het Zelfreiningingsprogramma (Programma
voor trommelreiniging) (Drum cleaning). De trommel moet leeg zijn.
43
Page 44
REINIGING VAN DE SPOELGATEN (ONDER DE RIBBEL IN DE TROMMEL)
Als u denkt, dat er in de trommel voorwerpen zijn gevallen, zoals spijkers of paperclips, controleer
dan de ruimte onder de ribbel. Deze voorwerpen kunnen gaan roesten en vlekken veroorzaken op de
kledingstukken. Spijkers en andere voorwerpen kunnen ook gaten maken in het weefsel.
Doe het volgende:
Plaats in het gat in de ribbel een schroevendraaier
1
of soortgelijk hulpmiddel en druk deze voorzichtig
naar links.
Pak met de andere hand de ribbel en trek hem
naar u toe.
2
Trek de ribbel uit de trommel.
3
Verwijder alle voorwerpen.
4
Plaats de ribbel in de inbouw opening met
5
het teken F naar u toe. Zorg ervoor dat alle
bevestigingen van de ribbel in de openingen van de
trommel vallen. Druk hem naar binnen (aangegeven
met de pijl in de fi guur), zorg ervoor dat hij niet vast
komt te zitten.
Als u hard water gebruikt
Als u spoelt met hard water (met een hoog kalkgehalte), kan de trommel van de wasmachine een grijs-witte
aanslag krijgen. Deze aanslag kunt u verwijderen door in de trommel wat azijn (bijv. inmaakazijn) (ong. 2 dl)
toevoegen of wat bakpoeder (1 eetlepel of 15 g) te gieten en een willekeurig programma te kiezen met een
temperatuur van 90 °C of het Zelfreinigend programma (Programma voor trommelreiniging). Zie "STAP 5:
Kies een programma".
Herhaal de procedure indien nodig.
De hardheid van water stelt u in in het hoofdstuk "SYSTEEM INSTELLINGEN (SYSTEM SETTINGS)/ Water /
Hardheid water (Water hardness)".
44
Page 45
FOUTEN ... WAT TE DOEN...?
Door storingen in de omgeving (bijv. een elektriciteitsstoring) kunnen verschillende fouten optreden (zie tabel
Storingen/Fouten. In dit geval:
• Schakel het apparaat uit en wacht tenminste 1 minuut, doe het apparaat weer aan en herhaal het
wasprogramma.
• Als de fout zich herhaalt, moet u contact opnemen met een gemachtigde servicedienst.
• Het merendeel van de storingen in de werking kunt u zelf verhelpen (zie onderstaande tabel Storingen/
Fouten).
• Reparaties mogen alleen door een deskundig opgeleid persoon worden uitgevoerd.
• Het verhelpen van defecten of reclamaties als gevolg van onjuiste aansluiting of gebruik van de
wasmachine vallen niet onder de garantie. De kosten van de reparatie dekt de gebruiker zelf.
De garantie omvat geen storingen die ontstaan zijn als gevolg van storingen in de omgeving
De wastijd is langer
dan voorzien (op
het display wordt
de tijd steeds
gecorrigeerd).
• Te hoog waterniveau• Pomp water met het programma Pompen (Drain)
of Centriguren (Spinning). Zie STAP 5: Kies een
programma.
• Temperatuur van het water is
te hoog
• Elektriciteitsstoring• Druk op de toets Start/Pause om verder te gaan
• De deur van de wasmachine is
niet goed gesloten.
• Er staat geen spanning op et
stopcontact.
• De vertraagde start functie is
ingeschakeld.
• Lage temperatuur van
watertoevoer
• UKS* (* systeem uit balans)
werking door ongelijkmatig
verdeeld wasgoed.
• Wacht tot de temperatuur zakt en pomp dan
het water uit. Als desondanks de deur niet wil
openen, gebruik dan de sleutel voor noodopening
van de deur (zie hoofdstuk "FOUTEN...WAT TE
DOEN.../Handmatig openen van de deur van de
wasmachine)".
met het programma.
• Doe de deur zo dicht, dat een dubbele klik te
horen is.
• Controleer of de machine is aangesloten en het
stopcontact onder spanning staat.
• Druk voor het herroepen van de vertraagde start
drie seconden op de Start/Pause toets.
• De wastijd kan ook bij normale werking wel met
60% verlengd worden.
• De tijd wordt verlengd met tijd nodig voor
verdeling van het wasgoed in de trommel.
Het display blijft
onverlicht.
Op het display
verschijnen
opschriften in een
vreemde taal.
• Lage netspanning.• Door lage netspanning heeft de wasmachine meer
tijd nodig.
• Elektriciteitsuitval.• De tijd wordt verlengd door de uitval van
elektriciteit.
• De machine staat niet onder
spanning.
• U heeft niet de juiste taal
gekozen.
• Controleer of de stekker in het stopcontact zit en
deze onder spanning staat.
• Kies de juiste taal (zie "STAP 5: Systeem
instellingen / Keuze van de taal").
45
Page 46
Storing/FoutOorzaakWat te doen...?
Natte was
("onbalans"
verschijnt op het
scherm)
Op het wasgoed
zitten vetrolletjes
Op het wasgoed
blijven vlekken.
Op het wasgoed
blijven witte
waspoederresten
achter.
• Een kleine hoeveelheid
wasgoed in de trommel
veroorzaakt een ongelijkmatige
verdeling van het wasgoed.
• Het wasgoed was erg vet.• Was het wasgoed opnieuw. Wanneer uw wasgoed
• U heeft waspoeder of een
vloeibaar wasmiddel gebruikt
zonder bleekmiddel.
• U heeft het verkeerde
programma gekozen.
• Dit komt niet door slechte
spoelwerking van uw
wasmachine, maar door
wasmiddel zonder fosfaten,
die in water oplosbare
bestanddelen (zeolieten)
bevatten voor waterontharding.
Deze bestanddelen zetten zich
af op het wasgoed.
• Haal de was uit elkaar en verdeel deze opnieuw.
Kies het programma Pompen (Drain) of
centrifugeren (Spinning).
• Vergroot de hoeveelheid wasgoed in de trommel
en herhaal het programma (zie "STAP 7: Beginnen
met wassen / toevoegen of uitnemen van
wasgoed tijdens het wasprogramma").
sterk vervuild is, voeg dan meer waspoeder toe
of gebruik een vloeibaar wasmiddel in combinatie
met een krachtiger (langer) programma.
• Gebruik een wasmiddel met bleekmiddel.
• Gebruik een vlekkenverwijderingsmiddel.
• Spoel de was meteen nog een keer.
• Gebruik een vloeibaar wasmiddel zonder
zeolieten.
• Probeer de resten te verwijderen met een borstel.
Overblijfselen
van wasmiddel in
het vak voor de
hoofdwas.
Resten van
wasverzachter
blijven achter in
het vak voor de
wasverzachter.
Onaangename geur
in de trommel van
de wasmachine.
De machine
verplaatst zich
tijdens de werking.
De machine
beweegt bij het
centrifugeren.
• De waterdruk in de toevoer is
niet hoog genoeg.
• Sommige waspoeders hechten
zich sterk aan de bak als deze
vochtig is.
• Onjuist aangebracht of
verstopt dekseltje van de dop.
• Resten weefsel, wasmiddel en
wasverzachter in het filter.
• Ontwikkeling van microben en
bacteriën.
• Onjuist afgestelde pootjes.• Stel de pootjes af (zie hoofdstuk "OPSTELLING
• De transportbeveiliging is niet
verwijderd.
• Ongelijk verdeeld of te weinig
wasgoed.
• Reinig het filtertje in de toevoerleiding.
• Kies een Hoger waterniveau of een Extra spoeling
(zie "STAP 6: Keuze programma instelling").
• Maak voor de dosering van het waspoeder de
doseerbak droog.
• Controleer of het dekseltje van de dop juist op het
vak van de wasverzachter is aangebracht.
• Reinig het dekseltje van de dop (zie hoofdstuk
"REINIGING EN ONDERHOUD / Reiniging
doseerbak").
• Controleer of het filter schoon is.
• Kies het zelfreinigingsprogramma (Zie "STAP 5:
Kies programma").
EN AANSLUITING / Afstelling van de pootjes").
• Verwijder de transportbeveiliging (zie hoofdstuk
"VOOR HET EERSTE GEBRUIK VAN DE
MACHINE / Transportbeveiliging").
• De wasmachine zal automatisch het toerental
verlagen als de vibraties te sterk worden.
• Vergroot de hoeveelheid was in de machine
en start het programma opnieuw (zie "STAP
7: BEGINNEN MET WASSEN / Toevoegen of
uitnemen van de was tijdens het wasprogramma".
46
Page 47
Storing/FoutOorzaakWat te doen...?
Luidruchtige
afvoerpomp
• Pompfilter is verstopt.
• Het huis van het filter en het
propellertje van de pomp zijn
verstopt.
• Controleer of het pompfilter schoon is.
• Controleer of het filterhuis schoon is
(zie hoofdstuk »REINIGING EN
ONDERHOUD/ Reiniging van het filter).
47
Page 48
Handmatig openen van de deur van de wasmachine
De deur kan handmatig worden geopend als de elektrische stroom is uitgeschakeld en het water uit de
machine is gepompt.
A Kies het programma Centrifugeren of Pompen (Spinning ali Drain) en pomp het water uit de machine. Als
dit niet werkt moet u het water zlef uit de machine laten lopen. Zie het hoofdstuk »Reiniging van het fi lter en
afvoerpomp« in het hoofdstuk "REINIGING EN ONDERHOUD".
B Zorg ervoor dat de hoofdschakelaar is uitgeschakeld en dat de stekker uit het stopcontact is genomen.
C Neem de sleutel voor opening van de deur in geval van nood (die zich aan de achterzijde van de doseerbak
bevindt) en plaats deze in het bovenste deel van de gleuf aan de rechterzijde van de deuropener.
D De sleutel (sleutel openen van deur in geval van nood) drukt u naar beneden (tot het einde tot u een klik
hoort), zodat de wasmachine deur wordt geopend. Als de deur ontgrendeld is, doet u deze open naar u toe.
1
2
Als de deur desondanks niet wil openen, neem dan contact op met de servicedienst.
48
Page 49
FOUT AANDUIDING
Als tijdens het programma een fout optreedt wordt deze op het display weergegeven met Fout X (Error X).
InfoExitFout 3
5
Fouten die kunnen worden weergegeven zijn:
Druk op de toets INFO en op het display
verschijnt de omschrijving van de fout.
Doe de machine uit en daarna weer
aan.
Error
Fout indicatie op het displayWat te doen?
(Fout)
E0ONJUISTE INSTELLINGEN
E1THERMISTOR FOUT
Fout in de temperatuur sensor.
E2DEURSLOT FOUT
Fout in de deurvergrendeling
E3WATER VUL FOUT
Fout in de waterdosering
E6VERWARMINGSFOUT
Fout in de waterverwarming
E7AFVOER FOUT
Waarschuwing water
afvoersysteem
Start het programma opnieuw. Bel de servicedienst, als de
fout zich herhaalt.
• Watertoevoer is te koud. Herhaal het wasprogramma.
• Bel de servicedienst, als het apparaat de fout opnieuw
rapporteert.
Doe het apparaat UIT en daarna weer AAN. Start het
programma opnieuw. Bel de servicedienst als de fout zich
blijft herhalen.
Controleer:
• of het waterventiel geopend is,
• of het filter van de watertoevoerslang schoon is,
• of de toevoerslang niet gedeformeerd is (gebogen, verstopte
slang...),
• of de waterdruk in de waterleiding tussen de
0,1 - 1 Mpa (1 - 10 bar) bedraagt,
en druk vervolgens op de toets Exit (Toets Uitgang) om het
programma te hervatten.
Bel als de fout zich herhaalt de servicemonteur.
Start het programma opnieuw. Bel als de fout zich herhaalt de
servicedienst.
Waarschuwing voor verminderde waterstroom in de
pompfase. Controleer:
• of het pompfilter schoon is,
• of de afvoerslang niet verstopt is,
• of de afvoer niet verstopt is,
• of de afvoerslang op de goede hoogte is aangebracht (zie
hoofstuk over plaatsing afvoerslang),
Exit (Toets Uitgang) het programma opnieuw. Bel de
servicedienst als de fout zich herhaalt.
E8CENTRIFUGEFOUT.Doe het apparaat UIT en daarna weer AAN. Start het
programma opnieuw. Bel de servicedienst als de fout zich
blijft herhalen.
E10WATER NIVEAU SENSOR FOUT
Fout in sensor waterniveau
Doe het apparaat UIT en daarna weer AAN. Start het
programma opnieuw. Bel de servicedienst als de fout zich
blijft herhalen.
49
Page 50
Error
(Fout)
Fout indicatie op het displayWat te doen?
E11OVERLOOP
Overloop
E12MOTOR FOUT / STORING IN
CONTROLE VAN DE MOTOR
E13.1LEGE TROMMEL UIT BALANSBel een servicemonteur
E13.2INERTIE FOUTBel een servicemonteur
E23DEUR ONTGRENDEL FOUT
Fout deurontgrendeling
E29FOUT MAGNETISCHE
SCHAKELAAR 1
E30FOUT MAGNETISCHE
SCHAKELAAR 2
In het geval dat water in de trommel boven een bepaald
niveau komt en op het display een fout wordt gemeld, wordt
het wasprogramma onderbroken en het water wordt uit de
wasmachine gepompt. Start het programma opnieuw. Bel de
servicedienst als de fout zich herhaalt.
Sluit in het geval dat water in de trommel boven een bepaald
niveau komt en op het display een fout wordt gemeld,
de wasmachine doseert echter nog steeds water de
watertoevoer en bel de servicedienst.
Start het programma opnieuw. Bel de servicedienst als de fout
zich herhaalt.
De deur is dicht en kan niet ontgrendeld worden. Die de
wasmachine uit en daarna weer aan. Bel de servicedienst
als de fout zich herhaalt. Voor het openen van de deur zie de
gebruiksaanwijzing. - hoofdstuk handmatig openen van de
deur.
Bel een servicemonteur
Bel een servicemonteur
E31PERISTALTISCHE POMP 1
FOUT
E32PERISTALTISCHE POMP 2
FOUT
E33FOUT IN SENSOR
WATERNIVEAU AD1
E34FOUT IN SENSOR
WATERNIVEAU AD2
E35FOUT IN COMMUNICATIE AD
EN PMCU
E36COMMUNICATIE UI** EN PMCU
Fout bij communicatie UI** en
PMCU
E37PMCU/UI** programma software
niet compatibiel
UIT BALANS
Ongelijkmatige verdeeld
wasgoed
NIET MOGELIJK DE DEUR TE
SLUITEN
Bel een servicemonteur
Bel een servicemonteur
Start programma opnieuw. Als de fout zich herhaalt, bel dan
een servicemonteur.
Start programma opnieuw. Als de fout zich herhaalt, bel dan
een servicemonteur.
Zet het apparaat uit en daarna weer aan. Als de fout zich
herhaalt, ben dan een servicemonteur.
Doe de machine uit en weer aan. Bel de servicedienst als de
fout zich herhaalt.
Bel een servicemonteur
Verdeel de was met de hand en start het centrifuge
programma.
Open en sluit de deur opnieuw stevig tot de eindpositie. Bel
de servicedienst als de fout zich herhaalt.
50
Page 51
Error
(Fout)
Fout indicatie op het displayWat te doen?
STERIL TUB ALERT
(Zelfreinigend programma
Gebruik het Zelfreinigend programma (DRUM CLEANING);
Zie STAP 5.
Steriltub geluidssignaal)
Waarschuwing – Zelfreinigend
programma
Voorbereiding op
deurontgrendeling
(druk op INFO): Uitpompen
Wacht tot het proces is beëindigd. Als na beëindiging van
het proces geen fout wordt weergegeven, kunt u een nieuw
programma starten.
is nodig, wacht tot de deur
ontgrendelt.
WAARSCHUWING
POMPSYSTEEM
Waarschuwing voor verminderde waterstroom in de
pompfase. Raadpleeg de gebruikershandleidingen
** UI = Gebruikersinterface (User Interface)
In het geval dat het wasgoed in de trommel ongelijkmatig is verdeeld of een kluit vormt, kan dit problemen opleveren, zoals trillingen en lawaai tijdens het
draaien. Wasmachine herkent dit en activeert de UKS* (*systeem uit balans).
Kleinere hoeveelheden (bv. een handdoek, een trui, een badjas, enz.) of materialen met bijzondere geometrische eigenschappen (bv. slippers, grote
stukken, etc.) zijn vrijwel onmogelijk gelijkmatig te verdelen rond de omtrek van de trommel van de wasmachine. Daarom kan het komen tot meerdere
pogingen tot herschikking van het wasgoed. Dit leidt tot een verlenging van de wascyclus. In extreme gevallen kunnen deze ongunstige omstandigheden
leiden tot voltooiing van het wasprogramma zonder centrifugeren.
UKS* (*systeem uit balans) – stabiliteitscontrole - maakt een stabiele werking en een langere levensduur van het apparaat mogelijk.
51
Page 52
SERVICE
VOORDAT U DE HULP INROEPT VAN DE
SERVICEDIENST
Voordat u zich wendt tot de servicedienst moet u
het nummer van het model (1) en het type (2) en het
serienummer van het apparaat weten.
Het model, type en serienummer bevinden zich op
het typeplaatje aan de rand van de deuropening van
de machine.
Gebruik in geval van een defect uitsluitend door
de fabrikant goedgekeurde reservedelen.
Reclamaties en het verhelpen van gebreken
die zijn ontstaan door ondeskundige aansluiting of
gebruik van de wasmachine vallen niet onder de
garantie. De kosten worden door de gebruiker zelf
gedekt.
1, 2, 3
213
TYPE: WMXX.XXXXX
Art.No.: XXXXXX/XXSer.No.: XXXXXXXX
XX Hz
XXXX W
XX-X MPa
XXX-XXX V ~
IPX4
MODEL: XXXXXX.X
XXA
X kg
52
Page 53
TECHNISCHE INFORMATIE
INFORMATIE OVER HET ENERGIE-LABEL
Informatieblad, met de EU-verordening (EU) nr. 1061/2010 in 1015/2010
Teken van het modelWM75.1
Grootste hoeveelheid wasgoed9 kg
Energie klasseA+++
Gebruik elektrische energie per jaar (AEC)185 kWh per jaar
Energieverbruik
1)
Standaard Katoen + EKO 60 °C met volle hoeveelheid (E
Standaard Katoen + EKO 60 °C met halve hoeveelheid (E
Standaard Katoen + EKO 40 °C met halve hoeveelheid (E
)0,93 kWh
t,60
)0,88 kWh
t,60½
)0,60 kWh
t,,40½
Energieverbruik
Uitgeschakelde wijze (P0)0,3 W
Wijze zonder uitschakeling (Pl)0,7 W
Watergebruik per jaar (AW
)10590 liter per jaar
C
Efficiëntie klasse van het centrifugerenA
3)
2)
Hoogste centrifuge snelheid1600 toeren/min.
Restvochtigheidsgraad44 %
WasprogrammaStandaard katoen + EKO
60 °C 40 °C
Programmaduur
Standaard katoen + EKO 60 °C met volle hoeveelheid (T
Standaard katoen + EKO 60 °C met halve hoeveelheid (T
Standaard katoen + EKO 40 °C met halve hoeveelheid (T
)183 minuten
t,60
)175 minuten
t,60½
)155 minuten
t,40½
Geluidsvolume
4)
Wasfase50 B(A) re 1 pW
Centrifugeerfase77 dB(A) re 1 pW
1)
Op basis van 220 standaard wasbeurten voor Standaard katoen + EKO,
manier. Het werkelijke verbruik is afhankelijk van het gebruik van de machine.
2)
Op basis van 220 standaard wasbeurten voor Standaard katoen + EKO,
afhankelijk van het gebruik van de machine.
3)
Op de schaal van G (minst eff ectief) tot A (meest eff ectief).
4)
Standaard katoen + EKO,
programma's zijn bestemd voor wassen van normaal vuile katoenen kleding en zijn het meest eff ectief op het gebied van gezamenlijk verbruik van energie
en water. De werkelijke watertemperatuur kan verschillen van de gekozen temperatuur van de cyclus.
EKO=Ecologische manier van wassen (Groen) (Green mode)
60 °C
40 °C
en
zijn standaard wasprogramma's, die zijn gebruikt voor het verzamelen van informatie voor het energie-label. Deze
60 °C
60 °C
40 °C
en
bij een volle en halve hoeveelheid wasgoed op de energiebesparende
40 °C
en
bij volle halve hoeveelheid wasgoed. Het werkelijke waterverbruik is
53
Page 54
GEGEVENS OVER HET VERMOGEN
ProgrammaGrootste vullingTemp. °C
Standaard kaoten + EKO
Dagelijkse was
Mix/Synthetisch
1)
Getest programma voor aansluiting op koud water EN 60456.
2)
40 °C programma voor testinstituten. De optie van 40 °C moet gekozen zijn.
* Halve vulling
EKO=Ecologische manier van wassen (Groen) (Green mode)
2)
2)
1)
9 / 4,5* kg
9 / 4,5* kg 60
3,5 kg40
60 °C 40 °C
ENERGIE-LABEL
Europese test standaardEN 60456
WasprogrammaStandaard katoen + EKO
60 °C 40 °C
AansluitingKoud water 15 °C
Test methode voor geluidsmetingIEC-60704-2-4
TECHNISCHE GEGEVENS
, 9 kg katoen
Hoogte850 mm
Breedte595 mm
Diepte585 mm
Gewicht77,5 kg
Trommel inhoud60 l
Nominaal vermogenZie type plaatje
Vermogen verwarmingselementZie type plaatje
Waterdruk0,1–1 MPa
2
2
Materiaal van de trommel voor wassen en
1–10 kp/cm
10–100 N/cm
Roestvrij staal
doseerbak
Materiaal van het buitenhuisHeet verzinkt en gepoedercoat staalplaat of plaatwerk
21. Programma voor
trommelreiniging (Zelfreiniging)
⌑
EKO=Ecologische manier van wassen (Groen) (Green mode)
Koud wassen (Cold)
* Halve vulling
**Agitation level (I = Intensive rhythm, N = Normal rhythm, E = Extra sensitive rhythm, S = Sensitive rhythm, H = Handwash rhythm)
1)
Testprogramma voor aansluiting op koud water volgens standaard EN 60456.
2)
40 °C programma voor testinstituten. De 40 °C optie moet worden gekozen.
In bovenstaande tabel worden enkele voorbeelden weergegeven van het gebruik van energie, water en tijd voor verschillende programma instellingen.
Het verbruik kan variëren afhankelijk van de waterdruk, waterhardheid, water inlaat temperatuur, kamertemperatuur, het gewicht en de inhoud van de
lading, veranderingen in de geleverde elektriciteit en de geselecteerde opties. In de weergegeven gevallen is de instelling voor het spoelen ingesteld op
Standaard en er zijn geen extra opties geselecteerd.
Maximale of nominale belasting is van toepassing op wasgoed dat is voorbereid volgens de IEC 60456-norm.
N---
55
Page 56
Correctie van de getoonde tijd op het display
Het apparaat herkent door middel van geavanceerde technologie de hoeveelheid en doseert aan de hand
daarvan de vereiste hoeveelheid water bij het wassen. Gezien de herkende hoeveelheid van de vulling kan
de wastijd worden verlengd of verkort. De overeenkomstige tijd wordt weergegeven op het display.
De tijdweergave kan ook wijzigen door verschillende temperaturen van het toevoerwater. Bij lage
temperaturen van het toevoerwater kan de wastijd verlengen, bij hogere temperaturen verkorten.
In het geval dat in de trommel van de wasmachine de was ongelijkmatig is verdeeld of de kleding een
kluit vormt, kan dit problemen opleveren, zoals trillingen en lawaai tijdens de werking van de machine. Het
apparaat herkent dit en probeert het wasgoed te verdelen. Bij kleinere ladingen (bijv. een handdoek, een trui,
een badjas, etc.) of bij materialen met speciale geometrische eigenschappen (bijv. slippers, grote stukken,
etc.), is het vrijwel onmogelijk om de was gelijkmatig over de omtrek van de trommel van de wasmachine te
verdelen. Daarom kan het komen tot een meerdere pogingen tot herschikking van het wasgoed. Dit leidt tot
verlenging van de wascyclus.
56
Page 57
TABEL: WASMODUS/TEMPERATUUR
Manier van wassen
Programma
1. Dagelijkse was
2. Standaard (Gewoon)
katoen
Gemengde was/
3.
Kunststoffen
Wol/Handwas
4.
Donkere was
5.
Tijdprogramma
6.
Automatisch programma
7.
Snelprogramma
8.
Intensief programma
9.
10. Gevoelig (Eenvoudig)
11. Jeans
12. Overhemden
13. Anti-huismijt (Hygiene)60°C-90°C
14. Beddengoed40°C-90°C40°C-90°C40°C-90°C
Normale (gewone)
-90°C
-90°C
-60°C
,30°C-40°C,30°C-40°C
,30°C-40°C,30°C-40°C
-60°C
-90°C
,40°,60°,90°C
-90°C
-60°C
,30°C-40°C,30°C-40°C
,30°C-40°C,30°C-40°C
Ecologische
20°C-90°C
20°C-90°C
20°C-60°C
20°C-60°C
Snelle
-90°C
-90°C
-60°C
-60°C
Anti-allergische
30°C-90°C40°C-90°C
30°C-60°C40°C-60°C
30°C-40°C40°C
30°C-90°C
30°C-60°C40°C-60°C
30°C-40°C40°C
Intensieve
40°C-90°C
15. Anti-allergie programma
katoen
16. Anti-allergie programma
kunststoffen
17. Professioneel
snelprogramma
18. Spoelen
19. Centrifugeren
20. Pompen
21. Programma voor
trommelreiniging
(Zelfreiniging)
Koud wassen (Cold)
60°C-90°C
60°C
40°C
57
Page 58
OPTIE TABEL
Opties
Programma
1. Dagelijkse was
2. Standaard (Gewoon)
katoen
Gemengde was/
3.
Kunststoffen
Wol/Handwas
4.
Donkere was
5.
Tijdprogramma
6.
Automatisch programma
7.
Snelprogramma
8.
Intensief programma
9.
10. Gevoelig (Eenvoudig)
11. Jeans
12. Overhemden
13. Anti-huismijt (Hygiene)
14. Beddengoed
Centrifugeersnelheid
(toeren/ min.)
1600
1600
1200
800
1200
1000
1600
1200
1600
1200
1200
1200
1600
1600
Extra spoeling
Voorwas
Hoger waterniveau
Anti-kreuk
Vertraagde start
15. Anti-allergie programma
katoen
16. Anti-allergie programma
kunststoffen
17. Professioneel
snelprogramma
18. Spoelen
19. Centrifugeren
20. Pompen
21. Programma voor
trommelreiniging
(Zelfreiniging)
= optie beschikbaar
58
1600
1200
1200
1600
1600
/
/
Page 59
AFVALVERWERKING
Verwijdering van de verpakking / Recycling
Voor verpakking van onze producten gebruiken wij milieuvriendelijke materialen, die zonder gevaar
voor het milieu opnieuw gerecycled, gestort of vernietigd kunnen worden. Dienovereenkomstig zijn
de verpakkingsmaterialen ook gemerkt.
Het symbool op het product of de verpakking geeft aan dat het product niet behandeld mag worden
als gewoon huisvuil. Het product moet weggebracht worden naar een inzamelcentrum voor elektrische en
elektronische uitrusting.
Snij bij verwijdering van het apparaat de aansluitkabel door en vernietig de deurschakelaar, zodat de deur
niet meer dicht kan (veiligheidsmaatregel voor kinderen).
Door het apparaat op de juiste wijze te behandelen levert u een bijdrage aan het behoud van het milieu en
voorkomt u negatieve gevolgen van een verkeerde verwijdering van het product. Wend u voor meer
informatie over de verwijdering en verwerking van het product tot het bevoegde orgaan voor afvalverwerking,
gemeentelijke dienst of tot de winkel, waar u het product heeft gekocht.
59
Page 60
AANTEKENINGEN
60
Page 61
AANTEKENINGEN
61
Page 62
AANTEKENINGEN
62
Page 63
SNELLE HANDLEIDING
1.
2.
3.
SORTEER HET WASGOED.
De de ritssluitingen dicht.
Leeg zakken en keer ze binnenstebuiten.
Controleer de onderhoudslabels op de kleding.
Sorteer het wasgoed op vuilheidsgraad, kleur en materiaal.
DOE DE AAN/UIT SCHAKELAAR AAN (ON/OFF).
OPEN DE DEUR VAN DE WASMACHINE EN DOE HET
WASGOED ERIN.
Overtuig u ervan dat de trommel leeg is.
4.
5.
6.
7.
VOEG HET WASMIDDEL EN DE WASVERZACHTER
TOE.
De aanbevolen hoeveelheid wasmiddel wordt gewoonlijk aangegeven
op de verpakking. Als de machine met een kleinere hoeveelheid
wasgoed draait, kunt u ook minder wasmiddel gebruiken.
Zie hoofdstuk "SPECIALE FUNCTIES" voor ADS-instellingen.
KIES HET WASPROGRAMMA.
Draai de knop voor de programma keuze op het gewenste
wasprogramma.
Op het display wordt het gekozen programma weergegeven.
KIES DE PROGRAMMA INSTELLING.
U kiest de instelling met een druk op de toets.
DOE DE DEUR VAN DE MACHINE DICHT EN DRUK OP
DE TOETS ”START”.
Op het display verschijnt de voorziene wastijd weergegeven in uren en
minuten.
EINDE PROGRAMMA
Open de deur en neem het wasgoed uit de machine.
Zie het hoofdstuk »REINIGING EN ONDERHOUD".
8.
Wij behouden ons het recht voor tot het aanbrengen van veranderingen.
Doe de deur dicht.
Zet de hoofdschakelaar uit en trek de stekker uit het stopcontact.
Draai de waterkraan dicht.
63
Page 64
Gorenje, Partizanska 12, 3320 Velenje, Slovenija
www.asko.com
WM75.1 ADS
nl (02-20)
Loading...
+ hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.