Alpine CDE-9871R, CDE-9871RR, CDE-9873RB User Manual [nl]

R
CDE-9873RB
CDE-9871R/CDE-9871RR
• GEBRUIKERSHANDLEIDING Lees deze aanwijzingen aandachtig alvorens dit toestel te gebruiken.
ALPINE ELECTRONICS (BENELUX) GmbH
Leuvensesteenweg 510-B6 1930 Zaventem, België
Tel. +32-(0)2-725 13 15 Fax +32-(0)2-725 13 26 E-mail: info@alpine.be
NEDERLANDS
Inhoud
Gebruiksaanwijzing
WAARSCHUWING
WAARSCHUWING....................................2
VOORZICHTIG..........................................2
VOORZORGSMAATREGELEN ................2
Aan de slag
Accessoirelijst ...................................................5
Toestel in- en uitschakelen................................5
Frontpaneel losmaken en bevestigen ................5
Ingebruikneming ...............................................5
Volume instellen ...............................................5
Radio
Luisteren naar de radio......................................6
Handmatig voorkeuzezenders instellen ............6
Automatisch voorkeuzezenders instellen..........6
Afstemmen op voorkeuzezenders .....................6
RDS
RDS-ontvangstmodus instellen en RDS-
zenders ontvangen ........................................7
RDS-voorkeuzezenders oproepen.....................7
Regionale (lokale) RDS-zenders ontvangen .....7
Instellen van het zoeken volgens
programma-identificatie (PI SEEK) .............7
Verkeersinformatie ontvangen..........................7
Verkeersinformatie ontvangen tijdens het
afspelen van een CD of een radio-
uitzending .....................................................7
Weergave van radiotekst...................................7
CD / MP3
Afspelen ..........................................................10
Repeat (herhaald afspelen)..............................10
M.I.X. (functie voor willekeurig afspelen) .....11
Zoeken op CD-tekst ........................................11
Zoeken op bestands-/mapnaam (voor MP3) ...11
Quick Search (snel zoeken).............................12
Over MP3........................................................12
Instelling van het geluid
Regeling lage tonen/hoge tonen/balans (links-
rechts)/fader (voor-achter)/defeat...............13
Regeling van de lage tonen .............................13
Regeling van de hoge tonen............................14
Regeling van het hoogdoorlaatfilter................14
In- en uitschakelen van de functie
Loudness.....................................................14
Andere functies
Tekst weergeven .............................................15
De externe ingang gebruiken (alleen CDE-
9873RB) .....................................................15
SET-UP
Aanpassen van het geluid
Het basisvolume van bronsignalen
aanpassen..........................................16
In- en uitschakelen van de subwoofer...16
Subwoofersysteem instellen .................16
Visuele aspecten aanpassen
Dimmerregeling (alleen CDE-
9873RB) ...........................................16
Instellen van het scrolltype ...................16
Instellen van het scrollen (TEXT
SCROLL) .........................................16
Demonstratie.........................................17
MP3
MP3-bestanden afspelen (PLAY
MODE).............................................17
Extern toestel
Aansluiten op een externe versterker
(POWER IC) ....................................17
AUX+-modus instellen.........................17
AUX NAME-modus instellen (alleen
CDE-9873RB)..................................17
1-NL
iPod®(optioneel)
Afspelen ..........................................................18
Een gewenst liedje zoeken ..............................18
Quick Search (snel zoeken).............................19
Direct Search-Functie (gericht zoeken) ..........19
Playlist/Artist/Album/Podcast/Genre/
Composer selecteren ..................................19
Afspelen in willekeurige volgorde (M.I.X.) ...20
Repeat (herhaald afspelen)..............................20
Tekst weergeven .............................................20
Informatie
Bij problemen..................................................21
Specificaties ....................................................23
Installatie en aansluitingen
Waarschuwing .......................................24
Voorzichtig .............................................24
Voorzorgsmaatregelen..........................24
Installatie.........................................................25
Aansluitingen ..................................................26
2-NL
Gebruiksaanwijzing
GEBRUIK DIT TOESTEL ALLEEN VOOR MOBIELE 12V-
WAARSCHUWING
WAARSCHUWING
Dit symbool wijst op belangrijke aanwijzingen. Het niet naleven van de aanwijzingen kan ernstig letsel of zelfs de dood tot gevolg hebben.
VOER GEEN BEDIENINGEN UIT DIE UW AANDACHT AFLEIDEN EN ZO HET VEILIG BESTUREN VAN UW VOERTUIG IN GEVAAR BRENGEN.
Functies die langer dan een moment uw aandacht vereisen, mogen alleen worden bediend nadat u uw voertuig volledig tot stilstand heeft gebracht. Breng uw voertuig altijd tot stilstand op een veilige plaats alvorens deze functies te bedienen. Het niet naleven van deze aanwijzing kan een ongeval tot gevolg hebben.
STEL HET GELUIDSVOLUME ZO IN DAT U NOG ALTIJD GELUIDEN VAN BUITEN KUNT WAARNEMEN TIJDENS HET RIJDEN.
Overmatige geluidsvolumes, die geluiden zoals de sirenes van ambulances of waarschuwingsseinen (spoorwegovergang, enz.) onhoorbaar maken, kunnen gevaarlijk zijn en kunnen een ongeval tot gevolg hebben. LUISTEREN NAAR HARDE GELUIDSVOLUMES IN EEN AUTO KUNNEN OOK SCHADE AAN HET GEHOOR VEROORZAKEN
HET TOESTEL NIET UIT ELKAAR NEMEN OF WIJZIGEN.
Het niet naleven van deze aanwijzing kan een ongeval, brand of een elektrische schok tot gevolg hebben.
GEBRUIK HET TOESTEL ALLEEN IN AUTO'S MET EEN 12­VOLT-ACCU MET NEGATIEVE AARDING.
(Als u hier niet zeker van bent, vraag het dan na bij uw dealer.) Het niet naleven van deze aanwijzingen kan brand of andere nare gevolgen hebben.
TOEPASSINGEN.
Elk ander gebruik dan dat waarvoor het toestel is ontworpen is, kan brand, een elektrische schok of ander letsel tot gevolg hebben.
RAAK DE INVOERSLEUVEN OF ANDERE OPENINGEN NIET AAN EN LEG ER GEEN VREEMDE VOORWERPEN IN.
Het niet naleven van deze aanwijzing kan letsel of beschadiging van het toestel tot gevolg hebben.
STOP ONMIDDELLIJK HET GEBRUIK INDIEN ER ZICH EEN PROBLEEM VOORDOET.
Het niet naleven van deze aanwijzing kan lichamelijk letsel of beschadiging van het toestel veroorzaken. Breng het toestel naar uw erkende Alpine-dealer of het dichtstbijzijnde Alpine­onderhoudscentrum voor herstelling.
Toestel reinigen
Gebruik een zachte droge doek om het toestel regelmatig te reinigen. Voor hardnekkige vlekken mag u de doek alleen met water bevochtigen. Als u andere producten gebruikt, kunnen de lak of de kunststof aangetast raken.
Temperatuur
Zorg ervoor dat de temperatuur in het voertuig tussen +60 °C en
-10 °C bedraagt voor u het toestel inschakelt.
Vochtcondensatie
Ten gevolge van condensatie kan het weergegeven geluid van de CD zweven. In dit geval haalt u de CD uit de speler en wacht u ongeveer een uur tot het vocht is verdampt.
VOORZICHTIG
Dit symbool wijst op belangrijke aanwijzingen. Het niet naleven van de aanwijzingen kan letsel of materiële schade tot gevolg hebben.
VOORZORGSMAATREGELEN
HOUD KLEINE VOORWERPEN ZOALS BATTERIJEN BUITEN HET BEREIK VAN KINDEREN.
Het inslikken ervan kan ernstig letsel tot gevolg hebben. Indien dit toch gebeurt, raadpleeg dan onmiddellijk een arts.
GEBRUIK BIJ HET VERVANGEN VAN ZEKERINGEN ALLEEN ZEKERINGEN MET DEZELFDE AMPEREWAARDE.
Het niet naleven van deze aanwijzing kan brand of een elektrische schok tot gevolg hebben.
VENTILATIEOPENINGEN OF RADIATORPANELEN NIET AFSTOPPEN.
Hierdoor kan binnen in het toestel een zodanig intense hitte ontstaan dat er brand uitbreekt.
Beschadigde CD
Probeer nooit CD’s af te spelen die gebarsten, verbogen of beschadigd zijn. Als u een slechte CD afspeelt, kan het weergavemechanisme ernstig beschadigd raken.
Onderhoud
Probeer in geval van problemen nooit zelf het toestel te herstellen. Breng het toestel naar uw Alpine-dealer of de dichtstbijzijnde Alpine-onderhoudsdienst voor onderhoud.
3-NL
Probeer het volgende nooit
Neem de CD niet vast of trek er niet aan terwijl hij door het automatisch herladingsmechanisme in de speler wordt getrokken. Probeer geen CD in het toestel te plaatsen terwijl het toestel is uitgeschakeld.
CD’s plaatsen
U kunt slechts één CD tegelijk in uw speler plaatsen om af te spelen. Probeer nooit meer dan één CD in de speler te steken. Zorg ervoor dat de labelzijde naar boven ligt als u de CD plaatst. Als u een CD op een onjuiste manier invoert, zal “ERROR” op uw speler worden weergegeven. Als “ERROR” op het display blijft staan, hoewel de CD goed werd geplaatst, drukt u met een scherp voorwerp (bijvoorbeeld een balpen) op de RESET-toets. Als u een CD afspeelt terwijl u op een zeer hobbelige weg rijdt, kan de weergave verspringen, maar dit veroorzaakt geen krassen op de CD of beschadigt de speler niet.
De plaats van installatie
Zorg ervoor het toestel niet te installeren op een plaats die onderhevig is aan:
• Rechtstreeks zonlicht en warmte
• Hoge vochtigheid en water
• Overmatig veel stof
• Overmatig veel trillingen
Correcte hantering
Laat de CD niet vallen. Houd de CD zo vast dat u geen vingerafdrukken achterlaat op het oppervlak. Breng geen kleefband, papier of zelfklevend papier op de CD aan. Schrijf niet op de CD.
JUIST
ONJUIST JUIST
Nieuwe CD’s
Om te voorkomen dat de CD blokkeert, wordt “ERROR” weergegeven als CD’s met een onregelmatig oppervlak worden ingevoerd of als CD’s op een onjuiste manier worden ingevoerd. Wanneer een nieuwe CD onmiddellijk na het laden weer wordt uitgeworpen, ga dan met uw vinger rond de opening in het midden en de buitenrand van de CD. Als u kleine bobbeltjes of onregelmatigheden voelt, kan dit de oorzaak zijn dat de CD wordt geweigerd. U kunt de bobbeltjes verwijderen door de binnenrand van de opening in het midden en de buitenrand van de CD glad te wrijven met een balpen of een soortgelijk voorwerp. Plaats de CD daarna opnieuw in de speler.
Opening in het midden
Bobbeltjes
Opening in het midden
Nieuwe CD
Buitenkant (bobbeltjes)
CD’s met onregelmatige vorm
Gebruik in dit toestel alleen CD’s met ronde vorm; gebruik nooit CD’s met een speciale vorm. Als u CD’s met een speciale vorm gebruikt, kan het mechanisme beschadigd raken.
CD reinigen
Vingerafdrukken, stof of vuil op het oppervlak van de CD kunnen tot gevolg hebben dat de CD-speler verspringt. Voor een routinereiniging volstaat het om het weergaveoppervlak met een schone, zachte doek af te vegen van het midden van de CD naar de buitenzijde. Als het oppervlak zeer vuil is, bevochtigt u een schone, zachte doek met een oplossing van zacht neutraal schoonmaakmiddel voor u de CD reinigt.
CD-accessoires
Er bestaan verschillende accessoires om het CD-oppervlak te beschermen en de geluidskwaliteit te verbeteren. De meeste ervan beïnvloeden echter de dikte en/of doorsnede van de CD. Wanneer dergelijke accessoires worden gebruikt, kan de CD buiten de standaardspecificaties vallen, wat bedieningsproblemen kan veroorzaken. Het is dus niet aan te bevelen dergelijke accessoires te gebruiken voor CD’s die in Alpine CD-spelers worden afgespeeld.
Doorschijnend vel CD-stabilisator
4-NL
Behandeling van compact discs (CD/CD-R/CD-RW)
• Raak het oppervlak niet aan.
• Stel de CD niet bloot aan rechtstreeks zonlicht.
• Breng geen stickers of labels op de CD aan.
• Reinig de CD als er stof op zit.
• Vermijd bobbeltjes aan de buitenzijde van de CD.
• Gebruik geen in de handel verkrijgbare CD-accessoires.
Laat de CD niet gedurende lange tijd in de auto of in het toestel achter. Stel de CD nooit bloot aan rechtstreeks zonlicht. Hitte en
vochtigheid kunnen de CD beschadigen, waardoor u de CD niet meer kunt afspelen.
Als u CD-R/CD-RW gebruikt
• Als een CD-R/CD-RW niet kan worden afgespeeld, dient u na te gaan of de laatste schrijfsessie werd afgesloten (beëindigd).
• Beëindig de CD-R/CD-RW indien nodig en probeer de CD opnieuw af te spelen.
Geschikte media
Gebruik alleen CD’s waarvan op de labelzijde het volgende CD-logo is aangegeven.
Als u CD’s gebruikt die niet aan deze voorschriften beantwoorden, kan de goede werking niet worden gegarandeerd. U kunt CD-R’s (CD-Recordables)/CD-RW’s (CD-ReWritables) gebruiken die alleen werden opgenomen op audiotoestellen. U kunt ook CD-R’s/CD-RW’s met MP3-audiobestanden afspelen.
• De volgende CD’s kunnen niet altijd op dit toestel worden afgespeeld. CD’s met fouten, CD’s met vingerafdrukken, CD’s die werden blootgesteld aan extreme temperaturen of zonlicht (bijv. achtergelaten in de auto of in dit toestel), CD’s die in onstabiele omstandigheden werden opgenomen, CD’s waarop een opname is mislukt en waarop men opnieuw heeft proberen op te nemen, CD’s die beschermd zijn volgens het auteursrecht en die niet voldoen aan de industrienorm voor audio-CD’s.
• Gebruik CD’s met MP3-bestanden die zijn geschreven in een formaat dat geschikt is voor dit toestel. Voor details, zie pagina 12-13.
• Wanneer een CD andere ROM-gegevens dan audiobestanden bevat, hoort u geen geluid bij het afspelen.
Apple, het Apple-logo en iPod zijn handelsmerken van Apple
Computer, Inc. in de Verenigde Staten en andere landen.
“De licentie voor de codeertechnologie van de MPEG Layer-3 audio is van Fraunhofer IIS en Thomson.”
“De levering van dit product houdt alleen een vergunning in voor privé-gebruik voor niet-commerciële doeleinden. Het geeft geen recht om dit product te gebruiken in een commerciële (d.w.z. inkomsten opwekkende) realtime-uitzending (op de aarde, via satelliet, kabel en/of een ander medium), uitzending/streaming via internet, intranet en/of andere netwerken of in andere elektronische systemen voor inhoudverspreiding, zoals betaalradio of toepassingen voor muziek-op-verzoek. Voor dergelijk gebruik is een aparte licentie vereist. Raadpleeg http://www. mp3licensing.com voor meer details.
5-NL
Aan de slag
Encoder-draaiknop
(losmaken)
SOURCE/
Aanbrengen
Plaats de rechterkant van het frontpaneel in het
1
ingebouwde toestelgedeelte. Zet de groef op het frontpaneel op eenzelfde lijn met het uitstekend gedeelte van het toestel.
Druk op de linkerkant van het frontpaneel tot het
2
stevig in het toestel vastzit.
Accessoirelijst
• Head-unit ............................................................................1
• Voedingskabel ..................................................................1
• Montageslede ....................................................................1
• Draagetui ............................................................................1
• Rubberen dop ....................................................................1
• Zeskantbout ......................................................................1
• Schroef (M5 _ 8) ................................................................4
• Gebruikershandleiding.............................................. 1 set
Toestel in- en uitschakelen
Druk op SOURCE/ om het toestel in te schakelen.
• Het toestel kan worden ingeschakeld door op om het even welke andere toets te drukken, behalve (losmaken) en uitwerpen.
Houd SOURCE/ minstens 2 seconden ingedrukt om het toestel uit te schakelen.
• Wanneer het toestel de eerste keer wordt ingeschakeld, begint het volume vanaf niveau 12.
Frontpaneel losmaken en bevestigen
Afnemen
Schakel het toestel uit.
1
Druk op de toets (losmaken) onderaan links tot
2
het frontpaneel uit het toestel springt.
Neem het frontpaneel vast aan de linkerzijde en
3
trek het uit het toestel.
• Voor u het frontpaneel terugplaatst, dient u na te gaan of er geen vuil of stof op de aansluitklemmen ligt en of niets tussen het frontpaneel en de hoofdeenheid ligt.
• Bevestig het frontpaneel zorgvuldig, waarbij u de zijkanten van het frontpaneel vasthoudt, zodat u niet per vergissing op een knop drukt.
Ingebruikneming
Druk op de RESET-toets als u het toestel voor het eerst gebruikt, nadat u de auto-accu heeft vervangen, enz.
Schakel het toestel uit.
1
Verwijder het afneembare frontpaneel.
2
Druk met een balpen of een ander puntig voorwerp
3
op RESET.
1
RESET-toets
Volume instellen
Draai de encoder-draaiknop tot het gewenste geluid wordt verkregen.
Aansluitbaar op een interfacedoos voor de stuurwielafstandsbediening.
U kunt dit toestel bedienen met de stuurwielbediening van het voertuig als een Alpine interfacedoos voor de stuurwielafstandsbediening (optioneel) is aangesloten. Neem contact op met uw Alpine-dealer voor meer bijzonderheden.
• Het frontpaneel kan tijdens normaal gebruik warm worden (in het bijzonder de aansluitklemmen aan de achterzijde van het frontpaneel). Dit wijst niet op een defect.
• Plaats het frontpaneel in het meegeleverde draagetui om het te beschermen.
• Trek niet te hard wanneer u het frontpaneel losmaakt. Dit kan immers een defect tot gevolg hebben.
6-NL
Radio
SOURCE/
TUNE/A.ME
BAND/TA
Voorkeuzetoetsen (1 tot en met 6)
FUNC./SETUP
Handmatig voorkeuzezenders instellen
Kies de radiofrequentieband en stem af op de
1
radiozender die u in het voorkeuzegeheugen wilt opslaan.
Houd een van de voorkeuzetoetsen (1 tot 6)
2
waaronder u de zender wenst op te slaan, minstens 2 seconden ingedrukt.
De gekozen zender is nu in het geheugen opgeslagen. Het display toont de frequentieband, het voorkeuzenummer en de zenderfrequentie die in het geheugen zijn opgeslagen.
• In totaal kunnen 30 zenders worden opgeslagen in het voorkeuzegeheugen (6 zenders per frequentieband: FM1, FM2, FM3, MW en LW).
Luisteren naar de radio
Druk op de toets SOURCE/ om de modus
1
TUNER te kiezen.
Druk herhaaldelijk op de toets BAND/TA tot de
2
gewenste radioband wordt afgebeeld.
F1 (FM1) F2 (FM2) F3 (FM3) MW LW F1 (FM1)
Druk op de toets TUNE/A.ME om de
3
afstemmingsmodus te kiezen.
DX SEEK (afstands modus) SEEK (lokale modus) OFF (handmatige modus) DX SEEK
• De beginmodus is de afstandsmodus.
Afstandsmodus:
Er wordt automatisch afgestemd op zowel sterke als zwakke zenders (automatisch zenders zoeken).
Lokale modus:
Er wordt alleen automatisch afgestemd op sterke zenders (automatisch zenders zoeken).
Handmatige modus:
De frequentie wordt handmatig stapsgewijs afgestemd (handmatige afstemming).
Druk op de toets of om af te stemmen
4
op de gewenste zender.
Als u de toets of ingedrukt houdt, verandert de frequentie continu.
• Als onder een voorkeuzegeheugen reeds een zender werd opgeslagen, zal deze worden gewist en door de nieuwe zender worden vervangen.
• Als de indicator aan is, schakelt u de indicator uit door op de toets FUNC./SETUP te drukken, waarna u de bewerking kunt uitvoeren.
Automatisch voorkeuzezenders instellen
Druk herhaaldelijk op de toets BAND/TA tot de
1
gewenste radioband wordt afgebeeld.
Houd de TUNE/A.ME-toets minstens 2 seconden
2
ingedrukt.
De frequentie op het display blijft veranderen tijdens de auto memory. De tuner zoekt automatisch naar 6 sterke zenders in de geselecteerde frequentieband en slaat deze op. De zenders worden opgeslagen onder de voorkeuzetoetsen 1 tot 6 (volgens signaalsterkte). Als de automatische opslag in het geheugen is voltooid, gaat de tuner naar de zender die onder voorkeuzetoets 1 werd opgeslagen.
• Als geen zenders werden opgeslagen, zal de tuner terugkeren naar de oorspronkelijke zender waarnaar u luisterde voor de aanvang van de automatische geheugenprocedure.
Afstemmen op voorkeuzezenders
Druk herhaaldelijk op de toets BAND/TA tot de
1
gewenste frequentieband wordt weergegeven.
Druk op een van de voorkeuzezendertoetsen
2
(1 tot 6) waaronder de gewenste zender werd opgeslagen.
Het display geeft de frequentieband, het voorkeuzenummer en de frequentie van de gekozen zender weer.
• Als de indicator aan is, schakelt u de indicator uit door op de toets FUNC./SETUP te drukken, waarna u de bewerking kunt uitvoeren.
7-NL
RDS
Encoder-draaiknop
//ENT
A.SEL/RTN
BAND/TA
1 /AF
FUNC./SETUP
TITLE
RDS-voorkeuzezenders oproepen
Druk op de toets FUNC./SETUP, zodat de
1
indicator gaat branden.
Druk op de toets 1/AFom de RDS-modus in
2
werking te stellen.
Druk op de FUNC./SETUP-toets om de normale
3
modus in werking te stellen.
De indicator dooft.
Als de indicator is gedoofd, drukt u op de
4
voorkeuzetoets waaronder de gewenste RDS­zender werd opgeslagen.
Als het signaal van de voorkeuzezender zwak is, zal het toestel automatisch zoeken naar een sterkere zender in de AF-lijst en daarop afstemmen.
RDS-ontvangstmodus instellen en RDS­zenders ontvangen
RDS (Radio Data System) is een radio-informatiesysteem dat gebruik maakt van de 57kHz-onderdraaggolf van normale FM-uitzendingen. RDS maakt het mogelijk allerhande informatie, waaronder verkeersinformatie en zendernamen, te ontvangen en automatisch opnieuw af te stemmen op een sterkere zender die hetzelfde programma uitzendt.
Druk op de toets FUNC./SETUP, zodat de
1
indicator gaat branden.
Druk op de toets 1 /AF om de RDS-modus in
2
werking te stellen.
Druk op de toets of om af te stemmen
3
op de gewenste RDS-zender.
Druk opnieuw op de toets 1/AFom de RDS-
4
modus uit te schakelen.
Druk op de FUNC./SETUP-toets om de normale
5
modus in werking te stellen.
De indicator dooft.
• Bedien het toestel terwijl de indicator XXA aan is. Als u binnen 10 seconden geen bewerking uitvoert, gaat de indicator XXA uit.
De digitale RDS-gegevens omvatten de volgende informatie:
PI Programma-identificatie PS Programmadienstnaam AF Lijst met alternatieve frequenties TP Verkeersprogramma TA Verkeersmelding EON Verbeterde andere netwerken
Als de voorkeuzezender en de zenders in de AF-
5
lijst niet kunnen worden ontvangen:
Als de instelling PI SEEK is ingeschakeld (zie “Instellen van het zoeken volgens programma-identificatie (PI SEEK)” op pagina 9), zoekt het toestel naar een andere zender in de PI-lijst. Als er nog steeds geen zenders kunnen worden ontvangen in het gebied, geeft het toestel de frequentie van de voorkeuzezender weer en verdwijnt het voorkeuzenummer. Als het signaalniveau van de regionale (lokale) zender waarop wordt afgestemd te zwak wordt voor ontvangst, drukt u op dezelfde voorkeuzetoets om af te stemmen op een lokale zender in een andere regio.
• Raadpleeg het hoofdstuk Radiofuncties voor de instelling van de RDS-zenders. De RDS-zenders kunnen alleen vooraf worden ingesteld in de frequentiebanden F1, F2 en F3.
• Bedien het toestel terwijl de indicator aan is. Als u binnen
10 seconden geen bewerking uitvoert, gaat de indicator uit.
Regionale (lokale) RDS-zenders ontvangen
Houd de toets FUNC./SETUP minstens 2
1
seconden ingedrukt om de modus SETUP in werking te stellen.
Draai aan de encoder-draaiknop om de modus
2
REGIONALE RDS te selecteren, en druk vervolgens op de toets / /ENT.
Draai de encoder-draaiknop naar ON of OFF.
3
In de modus OFF blijft het toestel automatisch de overeenkomstige lokale RDS-zender ontvangen.
Houd de toets FUNC./SETUP minstens 2
4
seconden ingedrukt om terug te keren naar de normale modus.
8-NL
• Druk op A.SEL/RTN om terug te keren naar de vorige modus.
• Als geen bewerking wordt uitgevoerd gedurende 60 seconden, keert het toestel automatisch terug naar de normale modus.
Loading...
+ 19 hidden pages