AEG SCZ71800F0 User Manual [nl]

SCZ71800F0
KOEL-VRIESCOMBINATIE GEBRUIKSAANWIJZING 2
NL
KÜHL-GEFRIERSCHRANK BENUTZERINFORMATION 26
DE PL
CHŁODZIARKO-ZAMRAŻARKA INSTRUKCJA OBSŁUGI
50
2
Bedankt dat u voor dit AEG product heeft gekozen. Dit apparaat is ontworpen om vele jaren uitstekend te presteren, met innovatieve technologieën die het leven gemakkelijker helpen maken – functies die gewone apparaten wellicht niet hebben. Neem een paar minuten de tijd om het door te lezen zodat u er optimaal van kunt profiteren.
ACCESSOIRES EN VERBRUIKSARTIKELEN
In de AEG webshop vindt u alles wat u nodig heeft om al uw apparaten van AEG mooi te houden en perfect te laten functioneren. Ook vindt u hier een groot aantal accessoires die zijn ontworpen en gebouwd volgens de hoge kwaliteitsnormen die u verwacht, van speciaal kookgerei tot bestekmandjes en van flessenhouders tot waszakken…
Bezoek onze webshop op www.aeg-electrolux.com/shop
INHOUD
Inhoud
4 Veiligheidsinformatie
7 Bedieningspaneel 11 Het eerste gebruik 11 Dagelijks gebruik 16 Nuttige aanwijzingen en tips 18 Onderhoud en reiniging 20 Problemen oplossen 23 Technische gegevens 23 Montage 24 Het milieu
3
In deze gebruiksaanwijzing worden de volgende symbolen gebruikt:
Belangrijke informatie over uw persoonlijke veiligheid en informatie over het voorkomen van schade aan het apparaat.
Algemene informatie en tips
Milieu-informatie
Wijzigingen voorbehouden
Veiligheidsinformatie
4
VEILIGHEIDSINFORMATIE
In het belang van uw veiligheid en om een correct gebruik te kunnen waarborgen is het van belang dat u, alvorens het apparaat te installeren en in gebruik te nemen, deze ge­bruiksaanwijzing, inclusief de tips en waarschuwingen, grondig doorleest. Om onnodige vergissingen en ongevallen te voorkomen is het belangrijk ervoor te zorgen dat alle men­sen die het apparaat gebruiken, volledig bekend zijn met de werking ervan en de veilig­heidsvoorzieningen. Bewaar deze instructies en zorg ervoor dat zij bij het apparaat blij­ven als het wordt verplaatst of verkocht, zodat iedereen die het apparaat gedurende zijn hele levensduur gebruikt, naar behoren is geïnformeerd over het gebruik en de veiligheid van het apparaat. Voor de veiligheid van mensen en eigendommen dient u zich aan de voorzorgsmaatrege­len uit dit instructieboekje te houden, de fabrikant is niet verantwoordelijk voor schade die door het niet opvolgen van de aanwijzingen veroorzaakt is.
Veiligheid van kinderen en kwetsbare mensen
• Dit apparaat is niet bedoeld voor gebruik door personen (waaronder begrepen kinde­ren) met verminderde fysieke, zintuiglijke vermogens of een gebrek aan ervaring en kennis, tenzij dit onder toezicht gebeurt van een voor hun veiligheid verantwoordelijke persoon of tenzij zij van een dergelijke persoon instructie hebben ontvangen over het gebruik van het apparaat.
Houd kinderen uit de buurt om te voorkomen dat ze met het apparaat gaan spelen.
• Houd alle verpakkingsmateriaal buiten het bereik van kinderen. Gevaar voor verstikking.
• Als u het apparaat afdankt trek dan de stekker uit het stopcontact, snij de voedingska­bel door (zo dicht mogelijk bij het apparaat) en verwijder de deur om te voorkomen dat kinderen een elektrische schok krijgen of zichzelf in het apparaat opsluiten.
• Als dit apparaat, dat voorzien is van een magnetische deursluiting, een ouder apparaat vervangt, dat voorzien is van een veerslot (slot) op de deur of het deksel, zorg er dan voor dat u het slot onbruikbaar maakt voordat u het oude apparaat weggooit. Dit voor­komt dat kinderen er in opgesloten kunnen raken.
Algemene veiligheid
LET OP!
Houd de ventilatie-openingen altijd vrij van obstructies.
• Dit apparaat is bedoeld voor het bewaren van levensmiddelen en/of dranken in een gewoon huishouden, zoals uitgelegd in dit instructieboekje.
• Gebruik geen mechanische hulpmiddelen of kunstgrepen om het ontdooiproces te ver­snellen.
• Gebruik geen andere elektrische apparaten (bijvoorbeeld ijsmachines) in koelkasten, ten­zij ze voor dit doel goedgekeurd zijn door de fabrikant.
• Let op dat u het koelcircuit niet beschadigt.
• Het koelmiddel isobutaan (R600a) bevindt zich in het koelcircuit van het apparaat, dit is een natuurlijk gas dat weliswaar milieuvriendelijk is, maar ook uiterst ontvlambaar.
Veiligheidsinformatie
5
Controleer of de onderdelen van het koelcircuit tijdens transport en installatie van het apparaat niet beschadigd zijn geraakt.
Indien het koelcircuit beschadigd is: – open vuur en ontstekingsbronnen vermijden – de ruimte waar het apparaat zich bevindt grondig ventileren
• Het is gevaarlijk om wijzigingen aan te brengen in de specificaties of dit product op enigerlei wijze te modificeren. Een beschadigd netsnoer kan kortsluiting, brand en/of een elektrische schok veroorzaken.
WAARSCHUWING!
Alle elektrische onderdelen (netsnoer, stekker, compressor) mogen uitsluitend vervangen worden door een erkende onderhoudsdienst of gekwalificeerd onderhoudspersoneel.
1. Het netsnoer mag niet verlengd worden.
2. Verzeker u ervan dat de stekker niet platgedrukt of beschadigd wordt door de ach-
terkant van het apparaat. Een platgedrukte of beschadigde stekker kan oververhit raken en brand veroorzaken.
3. Verzeker u ervan dat u de stekker van het apparaat kunt bereiken.
4. Trek niet aan het snoer.
5. Als de stekker los zit, steek hem dan niet in het stopcontact. Dan bestaat er een
risico op een elektrische schok of brand.
6.
U mag het apparaat niet gebruiken zonder de afdekking van het lampje.
1)
voor de
binnenverlichting.
• Dit apparaat is zwaar. Wees voorzichtig als u het apparaat verplaatst.
• Haal geen artikelen uit het vriesvak en raak ze niet aan als uw handen vochtig/nat zijn, dit kan uw huid beschadigen of vrieswonden veroorzaken.
• Stel het apparaat niet langdurig bloot aan direct zonlicht.
Gloeilampjes
2)
gebruikt voor dit apparaat is een speciaal lampje voor huishoudelijke
apparaten. De lampjes zijn niet geschikt voor de verlichting van ruimtes.
Dagelijks gebruik
• Zet geen hete potten op de kunststof onderdelen in het apparaat.
• Bewaar geen brandbare gassen of vloeistoffen in het apparaat, deze kunnen ontploffen.
Zet geen levensmiddelen direct tegen de luchtopening in de achterwand.
• Diepgevroren voedsel mag niet opnieuw worden ingevroren als het eenmaal ontdooid is.
• Bewaar voorverpakte diepvriesproducten volgens de aanwijzingen van de fabrikant.
• U dient zich strikt te houden aan de aanbevelingen van de fabrikant van het apparaat met betrekking tot het bewaren van voedsel. Raadpleeg de betreffende aanwijzingen.
• Leg geen koolzuurhoudende of mousserende dranken in de vriezer, deze veroorzaken druk op de fles die daardoor kan ontploffen, dit kan schade toebrengen aan het apparaat.
1) Als er een afdekking voor het lampje is voorzien
2) Het lampje
3) Als het apparaat vorstvrij is
3)
Veiligheidsinformatie
6
• IJslollies kunnen vrieswonden veroorzaken als ze rechtstreeks vanuit het apparaat ge­consumeerd worden.
Onderhoud en reiniging
• Schakel het apparaat uit en trek de stekker uit het stopcontact voordat u onderhouds­handelingen verricht.
• Maak het apparaat niet schoon met metalen voorwerpen.
• Gebruik geen scherpe voorwerpen om ijs van het apparaat te krabben. Gebruik een kunststof schraper.
• Controleer de afvoer in de koelkast regelmatig op dooiwater. Maak de afvoer, indien nodig, schoon. Als de afvoer verstopt is, zal er water op de bodem van het apparaat liggen.
Installatie
Voor de aansluiting van elektriciteit dienen de instructies in de desbetreffende paragra­fen nauwgezet te worden opgevolgd.
• Pak het apparaat uit en controleer of er beschadigingen zijn. Sluit het apparaat niet aan als het beschadigd is. Meld mogelijke beschadigingen onmiddellijk bij de winkel waar u het apparaat gekocht heeft. Gooi in dat geval de verpakking niet weg.
• Wij adviseren u om 4 uur te wachten voordat u het apparaat aansluit, dan kan de olie terugvloeien in de compressor.
• Rond het apparaat dient adequate luchtcirculatie te zijn, anders kan dit tot oververhit­ting leiden. Om voldoende ventilatie te verkrijgen de instructies met betrekking tot de installatie opvolgen.
• De achterkant dient zo mogelijk tegen een muur geplaatst te worden, teneinde te voor­komen dat hete onderdelen (compressor, condensator) aangeraakt kunnen worden en brandwonden veroorzaken.
• Het apparaat mag niet vlakbij radiatoren of kooktoestellen geplaatst worden.
• Verzeker u ervan dat de stekker bereikbaar is nadat het apparaat geïnstalleerd is.
Sluit het apparaat alleen aan op een drinkwaterleiding.
4)
Onderhoud
• Alle elektrotechnische werkzaamheden die noodzakelijk zijn voor het uitvoeren van on­derhoud aan het apparaat, dienen uitgevoerd te worden door een gekwalificeerd elek­tricien of competent persoon.
• Dit product mag alleen worden onderhouden door een erkend onderhoudscentrum en er dient alleen gebruik te worden gemaakt van originele reserveonderdelen.
4) Indien er een wateraansluiting voorzien is
Bedieningspaneel
Bescherming van het milieu
Dit apparaat bevat geen gassen die de ozonlaag kunnen beschadigen, niet in het koelcir­cuit en evenmin in de isolatiematerialen. Het apparaat mag niet worden weggegooid bij het normale huishoudelijke afval. Het isolatieschuim bevat ontvlambare gassen: het appa­raat moet weggegooid worden conform de van toepassing zijnde regels die u bij de loka­le overheidsinstanties kunt verkrijgen. Voorkom beschadiging aan de koeleenheid, vooral aan de achterkant bij de warmtewisselaar. De materialen die gebruikt zijn voor dit appa­raat en die voorzien zijn van het symbool
zijn recyclebaar.
BEDIENINGSPANEEL
1 2 3 4 5 6 7 8
1 Vriezer ON/OFF -knop 2 Toets om de temperatuur van de koelkast lager te zetten 3 Toets om de temperatuur van de koelkast hoger te zetten 4 Mode-toets 5 OK -toets 6 Toets om de temperatuur van de vriezer lager te zetten 7 Toets om de temperatuur van de vriezer hoger te zetten
8 Display
Het is mogelijk om het vooraf ingestelde geluid van toetsen te wijzigen in een hard ge­luid door de Mode -toets en de toets om de temperatuur kouder te zetten, tegelijkertijd gedurende enkele seconden in te drukken. U kunt deze wijziging ongedaan maken.
7
Display
5 64321
COOL FROST
Off
min
MATICMATIC
10 78
9
1 Weergave koelvak 2 Temperatuur- en timerindicator van de koelkast 3 Indicator als de koelkast uit is 4 COOLMATIC -functie 5 FROSTMATIC -functie 6 Temperatuurindicator van de vriezer 7 Weergave vriesvak
Bedieningspaneel
8
8 Alarmlampje 9 Kinderslotfunctie
10 Minute Minder -functie
Het apparaat inschakelen
Ga als volgt te werk om het apparaat in te schakelen:
1. Steek de stekker in het stopcontact.
2. Het temperatuurlampje toont de ingestelde standaardtemperatuur. Zie 'Temperatuurregeling' om een andere temperatuur in te stellen.
De koelkast uitschakelen
Voor uitschakeling van de koelkast:
1. Druk op de Mode-toets tot het bijbehorende pictogram verschijnt.
De indicator als de koelkast uit is en de indicator van het koelkastvak knipperen. Het temperatuurlampje van de koelkast toont streepjes.
2. Druk op de OK-toets om te bevestigen.
3. Het indicatielampje Koelkast uit wordt getoond.
De koelkast inschakelen
Voor inschakeling van de koelkast:
1. Druk op de Mode-toets tot het bijbehorende pictogram verschijnt.
Het indicatielampje Koelkast uit knippert.
2. Druk op de OK-toets om te bevestigen.
3. Het indicatielampje Koelkast uit gaat uit. Zie 'Temperatuurregeling' om een andere temperatuur in te stellen.
De vriezer uitschakelen
Ga als volgt te werk om de vriezer uit te schakelen:
1. Druk de ON/OFF-toets van het apparaat gedurende 5 seconden in.
2. Het temperatuurdisplay gaat uit.
3. Het vriezervakdisplay gaat uit.
De vriezer inschakelen
Ga als volgt te werk om de vriezer in te schakelen:
1. Druk op de vriezer ON/OFF -knop.
2. Het alarm kan na een paar seconden afgaan.
Zie 'Alarm hoge temperatuur' voor informatie over het resetten van het alarm.
3. Het temperatuurlampje toont de ingestelde standaardtemperatuur. Zie 'Temperatuurregeling' om een andere temperatuur in te stellen.
Het apparaat uitschakelen
Zie het enkele vak.
Bedieningspaneel
Temperatuurregeling
De ingestelde temperatuur van de koelkast en de vriezer kan worden ingesteld met de temperatuurknoppen. Standaard ingestelde temperatuur:
• +5°C voor de koelkast
• -18 °C voor de vriezer De temperatuurweergave toont de ingestelde temperatuur. De ingestelde temperatuur zal binnen 24 uur worden bereikt.
Na een stroomonderbreking blijft de ingestelde temperatuur opgeslagen.
Minute Minder-functie
De Minute Minder -functie moet worden gebruikt om een akoestisch alarm op de gewen­ste tijd in te stellen. Dit is bijvoorbeeld handig als in een recept staat dat een mengsel een bepaalde tijd moet afkoelen, of als u een herinnering nodig hebt om niet te vergeten flessen, die u snel in de vriezer wil afkoelen, weer uit de vriezer te halen. Om de functie aan te zetten:
1. Druk op de Mode-toets tot het bijbehorende pictogram verschijnt.
Het Minute Minder -lampje knippert. De timer toont gedurende enkele seconden de ingestelde waarde (30 minuten).
2. Druk op de timerknop om de waarde van de timer te wijzigen van 1 tot 90 minuten.
3. Druk op de OK-toets om te bevestigen.
Het Minute Minder -lampje wordt getoond. De timer begint te knipperen (min).
Op het einde van de aftelling knippert het Minute Minder -lampje en klinkt een alarm:
1. Verwijder de drankjes uit het vriesvak.
2. Schakel de functie uit. Om de functie uit te zetten:
1. Druk op de Mode-knop tot het Minute Minder -lampje knippert.
2. Druk op de OK-toets om te bevestigen.
3. Het Minute Minder -lampje gaat uit. De functie kan op elk moment worden uitgeschakeld. Het is mogelijk om te allen tijde en voor het einde van de ingestelde tijd, de tijd te veran­deren door op de toets voor het omlaag zetten van de temperatuur en op de toets voor het omhoog zetten van de temperatuur te drukken.
9
Kinderslot-functie
Selecteer de kinderslotfunctie om de bediening van de knoppen te vergrendelen tegen onbedoelde bediening. Voor inschakeling van de functie:
1. Druk op de Mode-knop tot het bijbehorende pictogram verschijnt.
2. Het indicatielampje Kinderslot knippert.
3. Druk op de OK-knop om te bevestigen.
Bedieningspaneel
10
Het indicatielampje Kinderslot wordt getoond.
Voor uitschakeling van de functie:
1. Druk op de Mode-knop tot het indicatielampje Kinderslot knippert.
2. Druk op de OK-knop om te bevestigen.
3. Het indicatielampje Kinderslot gaat uit.
Alarm hoge temperatuur
Een toename van de temperatuur in de vriesruimte (bijvoorbeeld door een eerdere stroom­uitval) wordt aangegeven door:
• knipperende indicatielampjes van het alarm en de vriezertemperatuur
• het geluid van de zoemer. Om het alarm te resetten:
1. Druk op een willekeurige toets.
2. De zoemer gaat uit.
3. De temperatuurweergave van de vriezer toont de hoogste temperatuur gedurende
een aantal seconden. En toont dan weer de ingestelde temperatuur.
4. Het indicatielampje alarm blijft knipperen totdat de normale omstandigheden zijn her-
steld.
Als het alarm is teruggekeerd, gaat het indicatielampje alarm uit.
Alarm bij open deur
Als de deur enkele minuten heeft opengestaan, klinkt er een geluidsalarm. De alarmtoe­stand bij geopende deur wordt aangegeven door:
• Een knipperend alarmlampje
•Zoemer Als de normale omstandigheden zijn hersteld (deur gesloten), wordt het geluidsalarm uit­geschakeld. Tijdens het alarm kan de zoemer worden uitgeschakeld door op de alarmknop te drukken.
COOLMATIC-functie
Indien een grote hoeveelheid warm eten wilt plaatsen na bijvoorbeeld boodschappen te hebben gedaan, raden we aan om de COOLMATIC-functie te activeren om de producten sneller te koelen en om te voorkomen dat ander voedsel in de koelkast wordt verwarmd. Voor inschakeling van de functie:
1. Druk op de Mode-knop tot het bijbehorende pictogram verschijnt.
Het COOLMATIC-indicatielampje knippert. De temperatuurweergave van de koelkast toont de ingestelde temperatuur.
2. Druk op de OK-knop om te bevestigen.
Het COOLMATIC-indicatielampje wordt weergegeven. Het COOLMATIC-functie wordt automatisch na ongeveer 6 uur uitgeschakeld. Om de functie uit te schakelen voor deze automatisch afloopt:
1. Druk op de Mode-knop totdat het COOLMATIC-indicatielampje knippert.
2. Druk op de OK-knop om te bevestigen.
3. Het COOLMATIC-indicatielampje gaat uit.
Het eerste gebruik
De functie gaat uit door een andere ingestelde koelkasttemperatuur te selecteren.
FROSTMATIC-functie
Het is mogelijk om vers voedsel dat moet worden ingevroren in alle compartimenten te plaatsen, behalve de laagste. Voor inschakeling van de functie:
1. Druk op de Mode-knop tot het bijbehorende pictogram verschijnt.
Het FROSTMATIC-lampje knippert.
Het indicatielampje van de vriezertemperatuur toont het
2. Druk op de OK-knop om te bevestigen.
Het FROSTMATIC-indicatielampje wordt weergegeven.
Er start een animatie. Deze functie stopt automatisch na 52 uur. Om de functie uit te schakelen voor deze automatisch afloopt:
1. Druk op de Mode-knop totdat het FROSTMATIC-lampje knippert.
2. Druk op de OK-knop om te bevestigen.
3. Het FROSTMATIC-indicatielampje gaat uit. De functie gaat uit door een andere ingestelde vriezertemperatuur te selecteren.
-symbool.
HET EERSTE GEBRUIK
11
De binnenkant schoonmaken
Voordat u het apparaat voor de eerste keer gebruikt, wast u de binnenkant en de interne accessoires met lauwwarm water en een beetje neutrale zeep om de typische geur van een nieuw product weg te nemen. Droog daarna grondig af.
Gebruik geen oplosmiddelen of schuurpoeders. Deze beschadigen de lak.
DAGELIJKS GEBRUIK
Vers voedsel invriezen
Het vriesvak is geschikt voor het invriezen van vers voedsel en voor het voor een lange periode bewaren van ingevroren en diepgevroren voedsel. Om levensmiddelen in te vriezen, activeert u de FROSTMATIC functie minimaal 24 uur voordat u deze in het vriesvak legt. Zet het verse voedsel dat u in wilt vriezen in het bovenste vak. De maximale hoeveelheid voedsel die in 24 uur ingevroren kan worden is vermeld op het typeplaatje , een etiket dat aan de binnenkant van het apparaat zit. Het invriesproces duurt 24 uur: voeg gedurende deze periode niet meer in te vriezen voed­sel toe.
Dagelijks gebruik
12
Het bewaren van ingevroren voedsel
Als u het apparaat voor het eerst of na een periode dat het niet gebruikt is inschakelt, het apparaat minstens 2 uur op een hoge instelling laten werken voordat u er producten in plaatst. Als er grote hoeveelheden voedsel bewaard moeten worden, alle laden en korven uit het apparaat verwijderen en het voedsel op de koelschappen zetten, hiermee verkrijgt u het beste resultaat.
WAARSCHUWING!
Zorg ervoor dat het voedsel de beladingslimiet, die op de zijkant van het bovenste gedeel-
te is vermeld, niet overschrijdt (indien van toepassing)
In het geval van onbedoelde ontdooiing, bijvoorbeeld als de stroom langer is uitgevallen dan de duur die op de kaart met technische kenmerken onder "tijdsduur" is vermeld, moet het ontdooide voedsel snel geconsumeerd worden of onmiddellijk bereid worden en dan weer worden ingevroren (nadat het afgekoeld is).
Kalender ingevroren voedsel
De symbolen geven verschillende soorten ingevroren levensmiddelen aan De cijfers geven de bewaartijd in maanden aan voor de bijbehorende ingevroren levens­middelen Of de hoogste of laagste waarde van de aangegeven bewaartijd van toepassing is, hangt af van de kwaliteit van het voedsel en eventuele bereiding voordat het werd ingevroren.
Ontdooien
Diepgevroren of ingevroren voedsel kunt, voordat het gebruikt wordt, in het koelvak of op kamertemperatuur laten ontdooien, afhankelijk van de hoeveelheid tijd die hiervoor nodig is. Kleine stukken kunnen zelfs rechtstreeks vanuit de vriezer gekookt worden als ze nog be­vroren zijn: in dat geval zal de bereiding iets langer duren.
Het maken van ijsblokjes
Dit apparaat is uitgerust met een of meer bladen voor het maken van ijsblokjes. Vul deze bladen met water en zet ze dan in het vriesvak.
Gebruik geen metalen instrumenten om de laden uit de vriezer te halen.
Koude accumulators
De vriezer is voorzien van een of meer koudeaccumulators; hierdoor blijft het voedsel lan­ger koud als de stroom uitvalt of als er een storing is.
Dagelijks gebruik
Verplaatsbare schappen
De wanden van de koelkast zijn voorzien van een aantal geleiders zodat de schappen op de gewen­ste plaats gezet kunnen worden. Voor een beter gebruik van de ruimte kunnen de voorste halve schappen over de achterste wor­den geplaatst.
Het plaatsen van de deurschappen
Om het bewaren van voedselpakketten van verschillende afmetingen mogelijk te maken, kunnen de schappen op verschillende hoogtes geplaatst worden.
Koolstofluchtfilter
Uw apparaat is voorzien van een koolstoffilter (CLEANAIR CONTROL) dat zich achter een klepje op de achterkant van het koelvak bevindt. Het filter zuivert de lucht van ongewenste geu­ren in de koelkast en het LONGFRESH -vak, waar­door de bewaarkwaliteit verder wordt verbeterd.
Houd tijdens de werking de ventilatieklep altijd gesloten.
CLEANAIR CONTROL
13
LONGFRESH -vak
In het LONGFRESH 0°C -vak wordt de temperatuur automatisch geregeld. Deze blijft cons­tant op ongeveer 0°C; u hoeft niets in te stellen. De constante conserveringstemperatuur van ongeveer 0°C en de relatieve vochtigheid van tussen de 45 en 90 % bieden optimale omstandigheden voor verschillende soorten voedsel.
U kunt daarom verschillende soorten voedsel in het LONGFRESH 0°C -vak bewaren, waar het tot 3 keer langer houdbaar blijft met een betere kwaliteit vergeleken met normale koelkastvakken. Hierdoor kunt u meer vers voedsel bewaren. Smaak, versheid, kwaliteit en voedingswaarde (vitamines en mineralen) blijven goed behouden. Het gewichtsverlies van groenten en fruit wordt minder. Het voedsel levert een hogere voedingswaarde.
Dagelijks gebruik
14
Het LONGFRESH 0°C -vak is ook geschikt voor het ontdooien van voedsel. In dit geval kan het ontdooide voedsel maximaal twee dagen bewaard worden.
Vochtigheidsregeling
Beide vakken kunnen worden gebruikt in over­eenstemming met de gewenste opslagcondities, onafhankelijk van elkaar, met lagere of hogere luchtvochtigheid. Elk vak wordt apart geregeld met behulp van een schuifklep op de voorkant van het vak.
• "Droog": lage luchtvochtigheid, tot 50% rela-
tieve luchtvochtigheid Dit luchtvochtigheidsgehalte wordt bereikt wanneer beide schuifkleppen in deze posi-
tie worden gezet
en de ventilatie-openingen helemaal open staan.
• "Vochtig": hoge relatieve luchtvochtigheid, maximaal 90%
Dit luchtvochtigheidsgehalte wordt bereikt wanneer beide schuifkleppen in deze posi­tie worden gezet
en de ventilatie-openingen zijn gesloten. Het vocht in de lucht
blijft behouden en kan niet ontsnappen.
Lade
De draadroosters in de laden laten lucht vrij rond het voedsel circuleren en daardoor kan het voedsel beter bewaard worden. Het vak heeft grendels om te voorkomen dat de laden uit de koelkast vallen als deze volledig wor­den uitgetrokken. Om de laden te verwijderen (bijv. om ze schoon te maken) trekt u ze tot de grendels uit, tilt u ze op en haalt u ze eruit. .
Bewaardtijd in het longfresh 0°C-vak voor vers voedsel
Soort voedsel Instelling luchtvochtigheid Bewaartijd
Uien
Boter
Grote stukken varkensvlees
Rundvlees, wild, kleine stuk­ken varkensvlees, gevogelte
"droog"
"droog"
"droog"
"droog"
max. 5 maanden
max. 1 maand
max. 10 dagen
max. 7 dagen
Soort voedsel Instelling luchtvochtigheid Bewaartijd
Tomatensaus
Vis, schelpdieren, gekookte vleesproducten
Gekookte vis en schelpdieren
Salade, groenten Wortels, kruiden, spruitjes, selderij
Artisjokken, bloemkool, cicho­rei, ijsbergsla, andijvie, veld­sla, botersla, prei, radicchio
Broccoli, paksoi, boerenkool, kool, radijsjes, savooiekool
Erwten, koolrabi
Lente-ui, radijsjes, asperges, spinazie
1)
Fruit Peren, dadels (vers), aardbei-
en, perziken
Pruimen rabarber, kruisbessen
Appels (niet gevoelig voor koude), kweeperen
Abrikozen, kersen
Kriekpruimen, druiven
Zwarte bessen, aalbessen
Vijgen (verse)
Bosbessen, frambozen
1) Hoe rijper het fruit, hoe korter de bewaartijd
1)
1)
"droog"
"droog"
"droog"
"vochtig"
"vochtig"
"vochtig"
"vochtig"
"vochtig"
"vochtig"
"vochtig"
"vochtig"
"vochtig"
"vochtig"
"vochtig"
"vochtig"
"vochtig"
Dagelijks gebruik
max. 4 dagen
max. 3 dagen
max. 2 dagen
max. 1 maand
max. 21 dagen
max. 14 dagen
max. 10 dagen
max. 7 dagen
max. 1 maand
max. 21 dagen
max. 20 dagen
max. 14 dagen
max. 10 dagen
max. 8 dagen
max. 7 dagen
max. 5 dagen
15
Taarten met room en andere banketbakkersproducten kunnen 2 tot 3 dagen worden be­waard in het longfresh 0°C-vak.
De volgende producten mogen niet in het longfresh 0°C-vak worden gelegd:
• fruit dat gevoelig is voor koude dat in een kelder of op kamertemperatuur moet wor-
den bewaard, zoals ananas, bananen, grapefruits, meloenen, mango, papaya, sinaasap­pels, citroenen, kiwi's.
Nuttige aanwijzingen en tips
16
• Soorten voedsel die niet in bovenstaande tabel worden genoemd moeten in het koel-
vak worden bewaard (b.v. alle soorten kaas, vleeswaren etc.)
De luchtvochtigheid in de laden is afhankelijk van de hoeveelheid vocht in het bewaarde voedsel, groenten en fruit en van de frequentie waarmee de deur wordt geopend Het longfresh 0°C-vak is ook geschikt voor het langzaam laten ontdooien van voedsel. In dit geval kan het ontdooide voedsel maximaal twee dagen worden bewaard in het long­fresh 0°C-vak.
Tips:
• Let op de versheid van het voedsel, vooral op de houdbaarheidsdatum. De kwaliteit en
de versheid zijn van invloed op de bewaartijd.
• De volledige bewaarcyclustijd is afhankelijk van de maatregelen die genomen worden
voordat het voedsel in de koelkast wordt gelegd.
• Voedsel, fruit of groenten moeten altijd worden verpakt voordat ze worden bewaard.
• Dierenvoeding moet altijd verpakt en droog worden bewaard.
• Voedsel dat rijk is aan eiwitten bederft sneller. Dit betekent dat schelpdieren eerder
bederven dan vis, dat op zijn beurt eerder bederft dan vlees. Bij het bewaren van voed­sel in een 0°C-vak kan de bewaartijd voor dat soort voedsel wel drie keer zo lang wor­den, zonder verlies van kwaliteit.
• Al het voedsel dat bewaard wordt in een 0°C-vak moet ongeveer 15-30 min. voor con-
sumptie uit de laden worden gehaald, vooral fruit en groenten die u zonder ze te ver­hitten gaat eten. Door fruit en groente op kamertemperatuur te laten komen, worden de smaak en de textuur beter.
NUTTIGE AANWIJZINGEN EN TIPS
Tips voor energiebesparing
• De deur niet vaker openen of open laten staan dan strikt noodzakelijk.
• Als de omgevingstemperatuur hoog is, de thermostaatknop op een lage temperatuur
staat en het apparaat volledig gevuld is, kan de compressor continu aan staan waar­door er ijs op de verdamper ontstaat. Als dit gebeurt, zet u de thermostaatknop naar een warmere instelling om de koelkast automatisch te laten ontdooien en zo elektrici­teitsverbruik te besparen.
Tips voor het koelen van vers voedsel
Om de beste prestatie te verkrijgen:
• Zet geen warm voedsel of verdampende vloeistoffen in de koelkast
• dek het voedsel af of verpak het, in het bijzonder als het een sterke geur heeft
• plaats het voedsel zodanig dat de lucht er vrijelijk omheen kan circuleren
Nuttige tips voor het koelen
Nuttige tips:
Nuttige aanwijzingen en tips
Vlees (alle soorten) in plastic zakken verpakken en op het glazen schap leggen, boven de groentelade. Bewaar het, voor de veiligheid, slechts een of maximaal twee dagen op deze manier. Gekookt voedsel, koude schotels, enz.: deze moeten afgedekt worden en mogen op wille­keurig welk schap gezet worden. Fruit en groente: deze moeten zorgvuldig schoongemaakt worden en in de speciaal daar­voor bedoelde lade(n) geplaatst worden. Boter en kaas: dit moet in speciale luchtdichte bakjes gelegd of in aluminiumfolie of plas­tic zakjes gewikkeld worden om zoveel mogelijk lucht buiten te sluiten. Melkflessen: deze moeten een afdekdop hebben en opgeslagen worden in het flessenrek in de deur. Bananen, aardappelen, uien en knoflook, indien niet verpakt, mogen niet in de koelkast bewaard worden.
Tips voor het invriezen
Om u te helpen om het beste van het invriesproces te maken, volgen hier een paar be­langrijke tips:
• de maximale hoeveelheid voedsel die in 24 uur ingevroren kan worden. is vermeld op
het typeplaatje;
• het invriesproces duurt 24 uur. Voeg gedurende deze periode niet meer in te vriezen
voedsel toe;
• vries alleen vers en grondig schoongemaakte levensmiddelen van uitstekende kwaliteit
in;
• bereid het voedsel in kleine porties voor, zo kan het snel en volledig worden ingevro-
ren en zo kunt u later alleen die hoeveelheid laten ontdooien die u nodig heeft;
• wikkel het voedsel in aluminiumfolie of plastic en zorg ervoor dat de pakjes luchtdicht
zijn;
• leg vers, nog niet ingevroren voedsel niet tegen het al ingevroren voedsel, om te voor-
komen dat dit laatste warm wordt;
• smalle pakjes zijn makkelijker op te bergen dan dikke; zout maakt voedsel minder lang
houdbaar;
• water bevriest, als dit rechtstreeks uit het vriesvak geconsumeerd wordt, kan het aan
de huid vastvriezen;
• het is aan te bevelen de invriesdatum op elk pakje te vermelden, dan kunt u zien hoe
lang het al bewaard is;
17
Tips voor het bewaren van ingevroren voedsel
Om de beste resultaten van dit apparaat te verkrijgen, dient u:
• er zich van te verzekeren dat de commercieel ingevroren levensmiddelen op geschikte
wijze door de detailhandelaar werden opgeslagen;
• ervoor te zorgen dat de ingevroren levensmiddelen zo snel mogelijk van de winkel
naar uw vriezer gebracht worden;
• de deur niet vaker te openen of open te laten staan dan strikt noodzakelijk.
• Als voedsel eenmaal ontdooid is, bederft het snel en kan het niet opnieuw worden in-
gevroren.
Onderhoud en reiniging
18
• Bewaar het voedsel niet langer dan de door de fabrikant aangegeven bewaarperiode.
ONDERHOUD EN REINIGING
LET OP!
Voordat u welke onderhoudshandeling dan ook verricht, de stekker uit het stopcontact trekken.
Het koelcircuit van dit apparaat bevat koolwaterstoffen; onderhoud en herladen mag al­leen uitgevoerd worden door bevoegde technici.
Periodieke reiniging
Het apparaat moet regelmatig worden schoongemaakt:
• maak de binnenkant en de accessoires schoon met lauw water en wat neutrale zeep.
• controleer de afdichtingen regelmatig en wrijf ze schoon om u ervan te verzekeren
dat ze schoon en vrij van restjes zijn.
• spoel ze af en maak ze grondig droog. Trek niet aan leidingen en/of kabels aan de binnenkant van de kast en verplaats of bescha-
dig ze niet. Gebruik nooit schoonmaakmiddelen, schuurpoeders, erg geparfumeerde reinigingsproduc­ten en waspolijstmiddelen om de binnenkant schoon te maken, aangezien deze het op­pervlak beschadigen en een sterke geur achterlaten.
Maak de condensor (zwart rooster) en de compressor op de achterkant van het apparaat schoon met een borstel of stofzuiger. Deze handeling zal de prestatie van het apparaat verbeteren en het elektriciteitsverbruik verminderen. Het onderste schap, tussen het koelvak en het LONGFRESH 0°C -vak, kan verwijderd wor­den om schoongemaakt te worden. Om het te verwijderen het schap recht naar buiten trekken. De afdekplaten boven de lades in het vak kunnen verwijderd worden om ze schoon te kunnen maken.
Om de volledige functionaliteit van het LONGFRESH 0°C -vak te garanderen moeten het onderste schap en de afdekplaten, na reiniging, weer op hun oorspronkelijke plaats gezet worden.
Zorg ervoor dat u het koelsysteem niet beschadigt.
Veel normaal verkrijgbare keukenreinigers bevatten chemicaliën die de kunststoffen die in dit apparaat gebruikt zijn kunnen aantasten/beschadigen. Daarom wordt het aanbevo­len de buitenkant van dit apparaat alleen schoon te maken met warm water met een beetje afwasmiddel. Steek, na het schoonmaken van het apparaat, de stekker weer in het stopcontact.
Onderhoud en reiniging
Het koolstoffilter vervangen
Het koolstoffilter draagt bij tot minder geurtjes in de koelkast, waardoor het risico van ongewenste aroma's in delicate levensmiddelen beperkt blijft. Voor optimale prestaties moet het koolstoffilter eenmaal per jaar vervangen worden. Nieuwe actieve luchtfilters zijn verkrijgbaar bij uw vakhandelaar.
• Het luchtfilter wordt achter het klepje ge-
plaatst en kan worden bereikt door het klep­je naar buiten te trekken (1)
• Trek het gebruikte luchtfilter uit de gleuf.
1
2
• Plaats het nieuwe luchtfilter in de gleuf (2)
• Sluit het klepje. Het luchtfilter is een verbruiksartikel en als zodanig geldt hiervoor geen garantie.
Houd tijdens de werking de ventilatieklep altijd gesloten. Het luchtfilter dient zorgvuldig te worden behandeld om te voorkomen dat het oppervlak bekrast wordt.
19
Het ontdooien van de koelkast
Het koelvak wordt automatisch ontdooid. Het vrijkomende water stroomt in een bak bovenop de compressor en verdampt. Deze bak kan niet verwijderd worden.
De vriezer ontdooien
Een zekere hoeveelheid rijp zal zich altijd vormen op de schappen van de vriezer en rond het bovenste vak. Ontdooi de vriezer wanneer de rijplaag een dikte van ongeveer 3-5 mm bereikt heeft.
Zet, ongeveer 12 uur voordat u gaat ontdooien, de thermostaatknop op een hogere stand, om voldoende koudereserve op te bouwen voor de onderbreking tijdens de werking.
Volg onderstaande aanwijzingen om de rijp te verwijderen:
1. Schakel het apparaat uit.
2. Verwijder al het ingevroren voedsel, wikkel het in een paar lagen krantenpapier en
leg het op een koele plaats.
Problemen oplossen
20
LET OP!
Raak ingevroren voedsel niet met natte handen aan. Uw handen kunnen dan aan de pro­ducten vastvriezen.
3. Laat de deur open staan en steek de kunst-
stof schraper in de daarvoor bedoelde
opening in het midden van de bodem,
plaats er een opvangbak onder om het
dooiwater op te vangen Om het ontdooiproces te versnellen kunt u
een bak warm water in het vriesvak zetten. Verwijder bovendien stukken ijs die afbreken voordat het ontdooien voltooid is.
4. Na afloop van het ontdooien de binnen-
kant grondig droog maken en de schra-
per bewaren voor toekomstig gebruik.
5. Schakel het apparaat in.
6. Zet het eerder verwijderde voedsel na twee tot drie uur terug in het vriesvak. Gebruik nooit scherpe metalen om de rijp van de verdamper te krabben, deze zou bescha-
digd kunnen raken. Gebruik geen mechanische of kunstmatige middelen om het ontdooiproces te versnellen, behalve die middelen die door de fabrikant zijn aanbevolen. Een temperatuurstijging tijdens het ontdooien van de ingevroren levensmiddelen, kan de veilige bewaartijd verkorten.
Periodes dat het apparaat niet gebruikt wordt
Als het apparaat gedurende lange tijd niet gebruikt wordt, neem dan de volgende voor­zorgsmaatregelen:
trek de stekker uit het stopcontact
• verwijder al het voedsel,
ontdooi de koelkast,
• laat de deur/deuren op een kier staan om de vorming van onaangename luchtjes te
voorkomen. Als uw apparaat aan blijft staan, vraag dan iemand om het zo nu en dan te controleren, om te voorkomen dat het bewaarde voedsel bederft, als de stroom uitvalt.
5)
en maak het apparaat en alle accessoires schoon,
PROBLEMEN OPLOSSEN
WAARSCHUWING!
Haal de stekker uit het stopcontact voordat u problemen gaat oplossen. Alleen een gekwalificeerd elektricien of een bevoegde persoon mag problemen oplossen die niet in deze handleiding beschreven zijn.
Tijdens het normale gebruik hoort u geluiden (compressor, koelmiddelcirculatie).
5) indien nodig,
Problemen oplossen
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
Het apparaat maakt la­waai.
Het apparaat werkt niet. Het lampje brandt niet.
De stekker zit niet goed in het
Het apparaat krijgt geen
Het lampje werkt niet.
Het lampje is stuk. Zie 'Het lampje vervangen'.
Het controlelampje knip­pert.
De zoemer klinkt. Het alarmlampje knippert.
De compressor werkt con­tinu.
De deur is niet goed gesloten. Zie 'De deur sluiten'. De deur is te vaak geopend. Laat de deur niet langer dan no-
De temperatuur van het pro-
De kamertemperatuur is te
De compressor start niet onmiddellijk na het druk­ken op de FROSTMATIC ­of COOLMATIC-schake­laar, of na het veranderen van de temperatuur.
Er loopt water over de achterkant van de koel­kast.
Er loopt water in de koel­kast.
Producten verhinderen dat wa-
Het apparaat wordt niet goed ondersteund.
Het apparaat is uitgeschakeld. Schakel het apparaat in.
stopcontact.
stroom. Er staat geen spanning op het stopcontact.
Het lampje staat in stand-by. Sluit en open de deur.
Het apparaat functioneert niet goed.
De temperatuur in de vriezer is te hoog.
De temperatuur is niet goed in­gesteld.
duct is te hoog.
hoog. Dit is normaal, er is geen storing. De compressor start na enige tijd.
Tijdens het automatische ont­dooiproces ontdooit de rijp te­gen de achterwand.
De waterafvoer is verstopt. Reinig de waterafvoer.
ter in de wateropvangbak kan stromen.
Controleer of het apparaat sta­biel staat (alle vier de voetjes moeten op de vloer staan).
Steek de stekker goed in het stop­contact.
Sluit een ander elektrisch appa­raat op het stopcontact aan. Neem contact op met een gekwa­lificeerd elektricien.
Neem contact op met een gekwa­lificeerd elektricien.
Zie 'Alarm hoge temperatuur'.
Stel een hogere temperatuur in.
dig openstaan. Laat het product afkoelen tot ka-
mertemperatuur voordat u het opbergt.
Verlaag de temperatuur in de ka­mer.
Dit is normaal.
Zorg ervoor dat de producten de achterwand niet raken.
21
Problemen oplossen
22
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
De temperatuur kan niet worden ingesteld.
De temperatuur in het ap­paraat is te laag/hoog.
De deur is niet goed gesloten. Zie 'De deur sluiten'. De temperatuur van het pro-
Er zijn veel producten tegelijk
De temperatuur in de koelkast is te hoog.
De temperatuur in de vrie­zer is te hoog.
Er is te veel rijp.
De deur is niet goed gesloten. Zie 'De deur sluiten'. De thermostaatknop is niet
FROSTMATIC of COOLMATIC­functies zijn ingeschakeld.
De thermostaatknop is niet goed ingesteld.
duct is te hoog.
opgeborgen. Er is geen koude luchtcirculatie
in het apparaat aanwezig.
Producten zijn te dicht op elk­aar geplaatst.
Het product is niet goed verpakt. Verpak het op de juiste manier.
goed ingesteld.
Schakel FROSTMATIC of COOL­MATIC handmatig uit, of wacht met het instellen van de tempe­ratuur tot de functie automa­tisch wordt uitgeschakeld. Zie "FROSTMATIC- of COOLMATIC­functie".
Stel een hogere/lagere tempera­tuur in.
Laat het product afkoelen tot ka­mertemperatuur voordat u het opbergt.
Berg minder producten tegelijk op.
Zorg ervoor dat er koude lucht­circulatie in het apparaat aanwe­zig is.
Berg de producten zo op dat er een koude luchtcirculatie is.
Stel een hogere temperatuur in.
Het lampje vervangen
Het apparaat is uitgerust met een LED-binnenlampje dat een lange levensduur heeft. Alleen een onderhoudsmonteur mag de verlichting vervangen. Neem contact op met uw servicecentrum.
De deur sluiten
1. Maak de afdichtingen van de deur schoon.
2. Stel de deur, indien nodig, af. Raadpleeg "Montage".
3. Vervang, indien nodig, de defecte deurafdichtingen. Neem contact met de service-
afdeling.
Technische gegevens
TECHNISCHE GEGEVENS
Afmetingen van de uitsparing Hoogte 1780 mm Breedte 560 mm Diepte 550 mm Tijdsduur 24 h
De technische gegevens staan op het typeplaatje aan de linker binnenkant in het appa­raat en op het energielabel.
MONTAGE
WAARSCHUWING!
Lees voor uw eigen veiligheid en correcte werking van het apparaat eerst de 'veiligheids­informatie' aandachtig door, alvorens het apparaat te installeren.
Opstelling
WAARSCHUWING!
Als u een oud apparaat weggooit dat voorzien is van een deurslot of vergrendeling, zorg er dan voor dat dit onbruikbaar gemaakt wordt, zodat kinderen er niet in opgesloten kun­nen raken.
23
De stekker van het apparaat moet na installatie toegankelijk zijn.
Installeer dit apparaat op een plaats waar de omgevingstemperatuur overeenkomt met de klimaatklasse die vermeld is op het typeplaatje van het apparaat:
Klimaatklasse Omgevingstemperatuur
SN +10°C tot + 32°C N +16°C tot + 32°C ST +16°C tot + 38°C T +16°C tot + 43°C
Elektrische aansluiting
Zorg er vóór het aansluiten voor dat het voltage en de frequentie op het typeplaatje over­eenkomen met de stroomtoevoer in uw huis. Het apparaat moet geaard zijn. De netsnoerstekker is voorzien van een contact voor dit doel. Als het stopcontact niet geaard is, sluit het apparaat dan aan op een afzonderlijk aardepunt, in overeenstemming met de geldende regels, raadpleeg hiervoor een gekwali­ficeerd elektricien.
Loading...
+ 53 hidden pages