AEG SANTO Z 91240-4i User Manual [nl]

SANTO

Réfrigérateur

Koelkast

Mode d’emploi Gebruiksaanwijzing

PERFEKT IN FORM UND FUNKTION

Geachte klant,

Lees eerst aandachtig de gebruiksaanwijzing door voordat u uw nieuwe koelapparaat in gebruik neemt. Hierin staat belangrijke informatie over een veilig gebruik, over het opstellen en over het onderhoud van het apparaat.

De gebruiksaanwijzing s.v.p. bewaren om later nog eens iets na te kunnen lezen. Aan eventuele volgende bezitters van het apparaat doorgeven. Deze gebruiksaanwijzing is voor meerdere, technisch vergelijkbare modellen in diverse uitvoeringen bestemd. S.v.p. alleen op de aanwijzingen letten die op uw apparaat betrekking hebben.

Met de waarschuwingsdriehoek en/of door signaalwoorden

(Waarschuwing!, Voorzichtig!, Let op!) wordt de aandacht gevestigd op aanwijzingen die belangrijk zijn voor uw veiligheid of voor het juist functioneren van het apparaat. Hier absoluut op letten.

1. Dit symbool leidt u stap voor stap door de bediening van het apparaat. 2. ....

Na dit symbool wordt uitleg gegeven over de bediening en het praktisch gebruik van het apparaat.

Met het klaverblad worden tips en aanwijzingen voor een economisch en milieuvriendelijk gebruik van het apparaat aangegeven.

Voor eventueel optredende storingen staan in de handleiding aanwijzingen om deze zelf op te lossen, zie hoofdstuk "Wat te doen als...". Als deze aanwijzingen niet voldoende informatie bieden staat onze servi- ce-afdeling u te allen tijde ter beschikking.

Gedrukt op milieuvriendelijk vervaardigd papier

wie ecologisch denkt, handelt ook zo ...

32

Inhoud

 

Veiligheid . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

.34

Weggooien . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

36

Informatie over de verpakking van het apparaat . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

36

Weggooien van oude apparaten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

36

Transportbescherming verwijderen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .37 Opstellen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .37

Opstelplaats . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .37 Het apparaat heeft lucht nodig . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .38 Inbouw / Elektrische aansluiting . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .39

Beschrijving van het apparaat . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .40

Vooraanzicht . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .40 Bedieningspaneel / Toetsen voor temperatuurinstelling . . . . . . . . . . . . . . .41 Temperatuurindicatie / Waarschuwingssysteem / Luchtfilter . . . . . . . . . . .42

Voor ingebruikname . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .44 Ingebruikname - Temperatuur instellen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .44 TURBO COOLMATIC/FROSTMATIC . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .45

TURBO COOLMATIC-toets . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .45 FROSTMATIC-toets . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .46

Apparaat uitschakelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .46 Binnenuitrusting . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .47

Legvlakken / Variabele binnendeur / Flessenhouder . . . . . . . . . . . . . . . . . .47

LONGFRESH 0°C vak . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

48

Vochtcontrole . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

48

Laden . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

49

Juist bewaren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

49

Invriezen en diepgevroren bewaren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

53

IJsblokjes maken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

54

Ontdooien . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

54

De koelruimte wordt automatisch ontdooid . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

54

Vriesvak ontdooien . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

55

Reiniging en onderhoud . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .56 Tips om energie te besparen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .57 Wat te doen als ... . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .57

Hulp bij storingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .57 Lamp vervangen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .58

Geluiden tijdens de werking . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .59 Bepalingen, normen, richtlijnen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .59 Vaktermen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .60

33

Veiligheid

De veiligheid van onze koelapparaten voldoet aan de Europese en Nederlandse normen. Desondanks zien wij ons genoodzaakt u met de volgende veiligheidsaanwijzingen vertrouwd te maken:

Toepassing volgens de voorschriften

Het apparaat is voor huishoudelijk gebruik bestemd. Het is geschikt voor het koelen, invriezen en diepgevroren bewaren van levensmiddelen en voor het maken van ijs. Als het apparaat voor andere doeleinden gebruikt wordt kan de fabrikant geen verantwoording nemen voor eventuele schade.

Constructieve wijzigingen of veranderingen aan het apparaat zijn uit veiligheidsoverwegingen niet toegestaan.

Als het apparaat commercieel of voor andere doeleinden dan voor het koelen, diepgevroren bewaren en invriezen van levensmiddelen gebruikt wordt, s.v.p. letten op de hiervoor van kracht zijnde wettelijke bepalingen.

Voordat het apparaat voor de eerste keer in gebruik genomen wordt

Controleer het apparaat op transportschade. Een beschadigd apparaat in geen geval aansluiten! Wend u in geval van schade tot de leverancier.

Overtuig u er van dat het apparaat na de installatie niet op het aansluitsnoer staat. Belangrijk: Het aansluitsnoer mag alleen door vakmensen vervangen worden; deze onderdelen zijn verkrijgbaar bij de fabrikant of onze service-afdeling.

Koelmiddelen

Het apparaat bevat in het koelvloeistofcircuit de koelvloeistof isobutaan (R600a), een natuurlijk, zeer milieuvriendelijk gas, dat echter wel brandbaar is.

Waarschuwing - Bij het transport en het opstellen van het apparaat erop letten dat geen onderdelen van het koelvloeistofcircuit beschadigd worden.

Bij beschadiging van het koelvloeistofcircuit:

open vuur en brandhaarden absoluut vermijden;

het vertrek waar het apparaat staat goed ventileren.

Veiligheid van kinderen

Verpakkingsdelen (bijv. folies, piepschuim) kunnen voor kinderen gevaarlijk zijn. Verstikkingsgevaar! Verpakkingsmateriaal van kinderen weghouden!

Oude apparaten voor het weggooien onbruikbaar maken. Stekker uit het stopcontact trekken, aansluitsnoer doorknippen, eventueel aanwe-

34

Veiligheid

zige snap– of grendelsloten verwijderen of kapotmaken. Daardoor wordt voorkomen dat spelende kinderen in het apparaat opgesloten raken (verstikkingsgevaar!) of in andere levensgevaarlijke situaties terecht komen.

Kinderen kunnen gevaren die in het omgaan met huishoudelijke apparaten schuilen vaak niet herkennen. Zorg daarom voor het nodige toezicht en laat kinderen niet met het apparaat spelen.

In het dagelijks gebruik

Bussen of flessen met brandbare gassen of vloeistoffen kunnen lek raken door de inwerking van koude. Explosiegevaar! Leg geen bussen of flessen met brandbare stoffen zoals spuitbussen, navullingen voor aanstekers etc. in het koelapparaat.

Flessen en blikken mogen niet in het vriesvak. Ze kunnen springen als de inhoud bevriest – bij koolzuurhoudende inhoud zelfs exploderen! Leg nooit limonades, sappen, bier, wijn, champagne etc. in het vriesvak. Uitzondering: sterke drank met een zeer hoog alcohol-percenta- ge kan in het vriesvak gelegd worden.

Consumptie-ijs en ijsblokjes niet direct vanuit de vriesruimte in de mond steken. Zeer koud ijs kan aan de lippen of de tong vastvriezen en verwondingen veroorzaken.

Niet met natte handen aan diepvriesartikelen komen. De handen kunnen daaraan vastvriezen.

Als u boven op het apparaat bevroren producten legt kan zich door de kou in de holle ruimte van het bovenblad condenswater vormen. In deze holle ruimte zitten elektronische onderdelen. Als er condenswater op deze onderdelen druppelt, kan kortsluiting het apparaat beschadigen. Leg daarom geen bevroren producten boven op het apparaat.

Waarschuwing - Geen elektrische apparaten (bijv. elektrische ijsmachines, mixers etc.) in het koelapparaat gebruiken.

Waarschuwing - Om het functioneren van het apparaat niet nadelig te beïnvloeden, mogen de ventilatie-openingen van het apparaat of het inbouwmeubel niet worden afgedekt of versperd.

Waarschuwing - Voor bespoedigen van het ontdooiproces geen mechanische voorzieningen of andere kunstmatige middelen gebruiken die niet door de fabrikant worden aanbevolen.

Voor het schoonmaken het apparaat altijd uitschakelen en de stekker uit het stopcontact trekken of de zekering in de huisinstallatie uitschakelen.

De stekker altijd aan de stekker zelf uit het stopcontact trekken, nooit aan het snoer.

35

Bij storing

Als er een storing aan het apparaat optreedt eerst in de gebruiksaanwijzing kijken onder “Wat te doen als ...”. Als de daar gegeven aanwijzingen niet verder helpen zelf verder geen werkzaamheden aan het apparaat uitvoeren.

Koelapparaten mogen alleen door vakmensen gerepareerd worden. Door ondeskundige reparaties kunnen grote gevaren ontstaan. Wend u bij reparaties tot uw vakhandel of tot onze service-afdeling.

Weggooien

Informatie over de verpakking van het apparaat

Gooi het verpakkingsmateriaal van uw apparaat op de juiste wijze weg. Alle gebruikte materialen zijn niet schadelijk voor het milieu en kunnen hergebruikt worden!

De materialen: de kunststoffen kunnen ook opnieuw gebruikt worden en hebben de volgende aanduidingen:

>PE< voor polyethyleen, bijv. bij de buitenste verpakking en de zakken binnenin.

>PS< voor schuimpolystyreen, bijv. bij de bekledingsdelen, volkomen CFK-vrij.

De kartonnen delen zijn van oud papier gemaakt en moeten ook weer in een container voor oud papier gedeponeerd worden.

Weggooien van oude apparaten

Wegens milieuredenen dienen koelapparaten vakkundig ontmanteld te worden. Dit geldt voor uw huidige apparaat en - als het ook aan vervanging toe is - ook voor uw nieuwe apparaat.

Waarschuwing! Apparaten die hun tijd gehad hebben onbruikbaar maken voordat ze weggegooid worden. Stekker uit het stopcontact trekken, aansluitsnoer doorknippen, eventuele snapof grendelsloten verwijderen of kapotmaken. Hierdoor wordt voorkomen dat spelende kinderen in het apparaat opgesloten worden (verstikkingsgevaar!) of in andere levensgevaarlijke situaties terechtkomen.

Aanwijzingen voor het weggooien:

• Het apparaat mag niet bij het huisof grofvuil gezet worden.

36

Het koelvloeistofcircuit, in het bijzonder de warmtewisselaar aan de achterkant, mag niet beschadigd worden.

Informatie over afhaaltijden of inzamelplaatsen is te verkrijgen bij de plaatselijke reinigingsdienst of het gemeentehuis.

Transportbescherming verwijderen

Het apparaat en de onderdelen van het interieur zijn voor het transport beschermd.

1. Plakband links en rechts aan de buitenkant van de deur er af trekken. 2. Alle plakband en bekledingsdelen uit het interieur verwijderen.

Opstellen

Opstelplaats

Het apparaat in een goed geventileerde en droge ruimte neerzetten. De omgevingstemperatuur heeft invloed op het stroomverbruik. Het apparaat daarom

niet aan directe straling van de zon blootstellen;

niet bij radiatoren, naast een fornuis of andere warmtebronnen plaatsen;

alleen op een plaats neerzetten waarvan de omgevingstemperatuur

overeenkomt met de klimaatklasse waarvoor het apparaat is ontworpen.

De klimaatklasse staat op het typeplaatje dat zich links aan de binnenkant van het apparaat bevindt.

De volgende tabel geeft aan welke omgevingstemperatuur bij welke klimaatklasse behoort:

Klimaatklasse

 

voor een omgevingstemperatuur van

 

 

 

 

 

 

SN

 

+10 tot +32 °C

 

 

 

 

 

 

N

 

+16 tot +32 °C

 

 

 

 

 

 

ST

 

+18 tot +38 °C

 

 

 

 

 

 

T

 

+18 tot +43 °C

 

 

 

37

Opstellen

Montage direct onder een kookplaat is niet toegestaan. De temperaturen van de kookplaat, die op sommige plaatsen hoog zijn, kunnen het apparaat beschadigen.

Indien een kookplaat in de buurt van het apparaat geïnstalleerd wordt, dienen de betreffende montageen veiligheidsvoorschriften in acht genomen te worden. Gezien de veelzijdigheid van de mogelijke inbouwsituaties is het onmogelijk hier gedetailleerde informatie te verschaffen.

Men dient te voorkomen dat de koelkast warm wordt, door voldoende afstand van de warmtebron aan te houden en door middel van het gebruik van een geschikte isolatieplaat. Een correcte ventilatie van het apparaat dient gegarandeerd te worden.

Het apparaat heeft lucht nodig

Integreerbare modellen (i-apparaten)

De geïntegreerde deur van de meubelkast sluit de inbouwnis bijna geheel af. Daarom moet bij i-apparaten de ventilatie volgens de afbeelding door een opening in de meubelsokkel plaatsvinden. De verwarmde lucht moet door de luchtschacht aan de achterzijde van het meubel naar boven weg kunnen. De ventilatie-openingen moeten minimaal 200 cm2 bedragen.

Attentie! Om het functioneren van het apparaat niet nadelig te beïnvloeden, ven- tilatie-openingen niet afdekken of blokkeren.

min. 200 cm2

min. 38

min. 200 cm2

38

Opstellen

Inbouw

Maatschetsen

Zie meegeleverde montage-aanwijzing.

Controleer na het inbouwen van het apparaat, vooral na overzetten van het deurscharnier, of de deurafdichting rondom goed afdicht. Een ondichte deurafdichting kan tot versterkte rijpvorming en daardoor tot hoger energieverbruik leiden (zie ook hoofdstuk „Wat te doen als ...“).

Elektrische aansluiting

Voor de elektrische aansluiting is een volgens de voorschriften geïnstalleerd stopcontact met randaarde vereist. Het stopcontact moet zodanig worden geïnstalleerd, dat de stekker altijd uit het stopcontact kan worden getrokken.

Het voor de aansluiting van het apparaat benodigde stopcontact moet zich links of rechts naast de inbouwnis bevinden.

De elektrische zekering dient minstens 10/16 ampère te zijn. Indien het stopcontact bij een ingebouwd apparaat niet meer toegankelijk is, dient een maatregel in de elektrische installatie er voor te zorgen dat het apparaat van de stroom kan worden afgesloten (bijv. zekering, beveiligingsschakelaar, aardlekschakelaar of dergelijke met een contactopeningsbreedte van minimaal 3 mm).

Voor ingebruikneming op het typeplaatje van het apparaat controleren of de netspanning en stroomsoort overeenkomen met de waarden van

het lichtnet op de plaats waar het apparaat komt te staan.

Bijv.: AC 220 ... 240 V

50 Hz of

220 ... 240 V

~50 Hz

(d.w.z. 220 tot 240 Volt wisselstroom, 50 hertz)

Het typeplaatje bevindt zich links aan de binnenkant van het apparaat.

39

AEG SANTO Z 91240-4i User Manual

Beschrijving van het apparaat

Vooraanzicht

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

1 =

Bedieningspaneel

2 =

Boter-/kaasvak met klep

3 =

Deurvak

4 =

Flessenvak

5 =

LONGFRESH 0°C vak

6 =

Legvlak (voor blikjes en flessen)

7 =

Legvlakken

8 =

Luchtfilter

9 =

Vriesvak (voor bewaren en invriezen)

10 =

Typeplaatje

11 =

Deur open alarm

 

 

 

 

 

 

 

 

40

Beschrijving apparaat

Bedieningspaneel

1Netspanninglampje (groen)

2AAN/UIT-toets

3Toets voor temperatuurinstelling (voor warmere temperaturen)

4Temperatuurindicatie

5Toets voor temperatuurinstelling (voor koudere temperaturen)

6Lampje voor ingeschakelde FROSTMATIC-functie (geel)

FROSTMATIC voor snel invriezen in de vriesruimte

7FROSTMATIC-toets

8Lampje voor ingeschakelde TURBO COOLMATIC-functie (geel)

TURBO COOLMATIC voor intensief koelen in de koelruimte

9TURBO COOLMATIC-toets

Toetsen voor temperatuurinstelling

De temperatuur wordt ingesteld met de toetsen „+“ (WARMER) en „-“ (KOUDER).

De toetsen zijn verbonden met de lampjes van de temperatuurindicatie.

Door te drukken op één van de twee toetsen „+“ (WARMER) of „-“ (KOUDER) wordt de temperatuurindicatie van de WERKELIJKE temperatuur (temperatuurindicatie brandt) op de GEWENSTE temperatuur (temperatuurindicatie knippert) omgeschakeld.

Met elke verdere druk op één van beide toetsen wordt de GEWENSTE temperatuur 1°C verder gesteld.

Als geen toets wordt ingedrukt, schakelt de temperatuurindicatie na korte tijd (ca. 5 sec.) automatisch weer op de WERKELIJKE temperatuur terug.

GEWENSTE temperatuur betekent:

De temperatuur die in de koelruimte bereikt moet worden, kan ingesteld worden op een in de indicatie aanwezige temperatuur. De GEWENSTE temperatuur wordt met knipperende cijfers aangegeven.

41

Loading...
+ 23 hidden pages